RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK DE PAS R.K. KOMBISCHOOL
School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer
: : : :
De Pas r.k. kombischool Helden 10KD 65129
Datum schoolbezoek Datum vaststelling
: 8 december 2005 : 24 februari 2006
INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 KWALITEITSPROFIEL................................................................................... 7 3 BESCHOUWING ......................................................................................... 11 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 19
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
3
1 INLEIDING Het periodiek kwaliteitsonderzoek Op 8 december 2005 bezocht de Inspectie van het Onderwijs De Pas r.k. kombischool in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de kernindicatoren van een aantal kwaliteitsaspecten, op grond van het door de inspectie gehanteerde toezichtkader primair onderwijs 2005. Bij dit PKO doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om kernindicatoren die betrekking hebben op het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, de actieve en zelfstandige rol van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen. In de brochure 'Toezichtkader PO 2005' vindt u achtergrondinformatie over de indicatoren die de inspectie bij haar toezicht in ogenschouw heeft genomen. U kunt deze brochure downloaden van de website van de inspectie: www.onderwijsinspectie.nl. Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alleen de kernindicatoren te onderzoeken maar meer indicatoren bij het onderzoek te betrekken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest. Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Zo sluit de inspectie niet alleen aan bij de specifieke situatie van de school, maar wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking hebben. Dit betreft de volgende documenten: Het schoolontwikkelingsplan 2004-2005, bouwverslagen van de groepen 5 en 6 (begrijpend lezen) en de bovenbouw mei 2005; het schoolontwikkelingsplan 2005-2006. Op grond van de gegevens uit die documenten heeft de inspectie besloten om alle kernindicatoren te onderzoeken: de toegestuurde documenten leverden te beperkt afgeronde en onderbouwde eindoordelen op die aansloten bij de kernindicatoren van het inspectie-onderzoek.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
5
De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van, indien beschikbaar, documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. Ook de jaarlijkse vragenlijst en de aanvullende vragenlijst periodiek kwaliteitsonderzoek zijn bij de analyse betrokken. • Schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen 1/2, 3/4, 5, 5/6, 6 en 8. • Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de kernindicatoren gesprekken gevoerd met de directie en de intern begeleider(s). • Op uw school zijn verder vragenlijsten ingevuld door leerlingen, leraren, ouders en door de inspectie geanalyseerd. • Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met directie en team. Daarbij was geen vertegenwoordiging van het bevoegd gezag aanwezig. De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 wordt een beschouwing gegeven over de geconstateerde kwaliteit en wordt deze onder andere bezien in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. Indien van toepassing worden in deze beschouwing ook de toegevoegde indicatoren betrokken. In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
6
2 KWALITEITSPROFIEL Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan kernindicatoren die betrekking hebben op belangrijke kenmerken van goed onderwijs. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs. In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft. Het kwaliteitsprofiel van De Pas r.k. kombischool Kwaliteitszorg
1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs.
Leerstofaanbod 3.1 De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde zijn dekkend voor de kerndoelen. 3.4 De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 3.5 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 3.6 De leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. 3.8 De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlingengewicht biedt leerinhouden aan bij Nederlandse taal die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.
Tijd 4.4 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. 4.5 De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal en rekenen en wiskunde af op de onderwijsbehoeften van leerlingen.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
1
2
3
4
3
4
l l l l l l
1
2
l l l l
l
1
2
3
4
l l
7
Pedagogisch handelen 5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar omgaan.
Didactisch handelen 6.1 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 6.3 De leraren leggen duidelijk uit. 6.5 De leraren geven expliciet onderwijs in strategieën voor denken en leren.
Afstemming 7.1 De leraren volgen de vorderingen van hun leerlingen systematisch. 7.3 De leraren stemmen de instructie en verwerking af op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
Actieve en zelfstandige rol leerlingen 8.1 De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. 8.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau.
Sfeer op school 9.3 De ouders/verzorgers tonen zich betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. 9.5 De leerlingen en het personeel voelen zich aantoonbaar veilig op school.
Begeleiding 10.1 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.
Zorg 11.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 11.3 De school voert de zorg planmatig uit. 11.4 De school gaat de effecten van de zorg na.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
1
2
3
4
l
1
2
3 l l
4
3
4
l
1
2
l l
1
2
3
4
l l
1
2
3
4
l l
1
2
3
4
3
4
l
1
2 l l l
8
Resultaten 12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.
Ontwikkeling van leerlingen 13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 13.2 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar.
1
2
3
4
5
l l
1
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
2
3
4
5 l l
l
9
3 BESCHOUWING In dit hoofdstuk wordt een beschouwing gegeven over de kwaliteit van het onderwijs op de school.
Algemeen Basisschool De Pas kombischool heeft een enerverende periode in het verleden gehad. Dit heeft te maken met een sterke groei van leerlingen en daardoor ook een nieuw team van nieuw benoemde, vaak jongere of beginnende, leraren. Nu is de situatie stabiel en heeft de school een koers uitgezet. Qua huisvesting heeft de school in de afgelopen tijd, door de groei van het aantal leerlingen, te maken gehad met aan het hoofdgebouw verschillende aangebouwde ruimtes. Dit maakt het voor de school, zo ondervindt de directeur, dat het gebouw hedendaags onderwijs bemoeilijkt. Eén groep is nog steeds gehuisvest in een op de speelplaats gevestigde noodunit. Toelichting op het kwaliteitsprofiel Het kwaliteitsonderzoek van de inspectie leidt tot een kwaliteitsprofiel met 26 kernindicatoren, zowel op het gebied van het primaire proces als condities. Drie indicatoren (12.2, 13.1 en 13.2) zijn niet beoordeeld tijdens dit onderzoek. Voor deze school geldt dat tien van de 26 kernindicatoren nog in onvoldoende mate bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs. Dit geldt voor de systematiek voor behoud en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs, voor het afstemmen van het onderwijs op de verschillen tussen leerlingen (van tijd, instructie, verwerking en strategieën), de zelfstandige rol van leerlingen en de zorg van de school. Verbetering van de kwaliteit is daarom wenselijk en soms zelfs noodzakelijk. De inspectie gaat ervan uit dat de school onder verantwoordelijkheid van de directeur en het bevoegd gezag passende maatregelen neemt om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. De inspectie stelt het op prijs om op de hoogte te worden gesteld van deze maatregelen en de feitelijke realisering daarvan. Het didactisch handelen van leraren op basisschool De Pas kombischool kenmerkt zich door een traditioneel vakmanschap. Afstemming van de instructie en de verwerking op de verschillende behoeften van de leerlingen, leerstrategisch onderwijs en de actieve, zelfstandige rol van leerlingen waren tijdens het regulier schooltoezicht in 1999 en zijn tijdens dit periodiek kwaliteitsonderzoek nog altijd de verbeterpunten. Dit geldt eveneens voor de leerlingenzorg. De verbeterpunten richtten zich toen en nu nog steeds op het vaststellen van de diagnose/analyse en het planmatig handelen. De school heeft weliswaar een nieuwe weg ingeslagen, maar het "Net iets andersonderwijs" concept waarover de school zich heeft uitgesproken, verkeert echter nog in een verkennende fase. Aan dit meerjarenproject nemen nog twee andere basisscholen deel en wordt begeleid door een extern deskundige.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
11
De systematiek voor behoud en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs De zes indicatoren voor de kwaliteitszorg dragen op dit moment nog onvoldoende bij aan de kwaliteit van het onderwijs. Het beleid gaat voornamelijk nog uit van hoofdlijnen en van de inzet van de leerkracht. De nieuwe visie/missie is nu gereed en de school wil een omslag maken in het denken en handelen van leraren. Maar in haar schoolontwikkelingsplan zijn echter alleen prioriteiten beschreven. De school beschikt niet over criteria (opbrengstverwachtingen), concrete verbeterplannen en adequate instrumenten voor haar zelfevaluatie. In het gesprek met de directeur is de inspectie nader ingegaan op het systematisch evalueren van de kwaliteit van het onderwijs. Van belang voor de kwaliteitszorg is het inzicht hebben welke kenmerken en onderwijsbehoeften de leerlingenpopulatie heeft. De school is op de hoogte van het wel en wee van de kinderen en heeft via de methodegebonden toetsen zicht op het beheersen van de (onderdelen) leerstof. Maar dit alleen is niet toereikend voor de kwaliteit van het onderwijs. De zelfevaluatie, in het licht van kwaliteitszorg, omvat het meten, waarderen en analyseren in het kader van de beoogde kwaliteitsontwikkeling van de school. Dit dient te gebeuren aan de hand van objectieve criteria en dient te worden vastgelegd in een rapportage of andere schooldocumenten. Ook het systematisch evalueren van de opbrengsten hoort bij de zelfevaluatie, maar vindt nog niet structureel schoolbreed plaats. De eindopbrengsten worden tot nog toe alleen in de bovenbouw besproken. Te weinig ziet de inspectie in de inrichting van het onderwijs terug wat de school met de gegevens doet. Enkele leraren geven aan meer te doen dan terug te zien is, maar erkennen het feit dat er weinig op schoolbeleidsniveau is vastgelegd. Men gaat veeleer nog uit van vanzelfsprekendheid. Een systematiek, zoals in het voorgaande bedoeld, ontbreekt. Dat wil niet zeggen dat de school niet evalueert, maar het is nog met name gericht op de voortgang van de leerling. Middels bouwbesprekingen en consultaties evalueert de school de voortgang van bijvoorbeeld begrijpend lezen en van de ontwikkeling van de kinderen. Hiervan zijn verslagen beschikbaar. Maar deze gegevens worden niet structureel voor het beleid op schoolniveau ingezet. In opdracht van het schoolbestuur is in het kader van het IPB een visitatie op de school geweest. De managementrapportage van de visitatie deskundigen dient als voorbeeld voor de rapportage van de school. Het streven is om in het volgend schooljaar een eigen managementrapportage op te stellen. Aanbod De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn voldoende dekkend voor de kerndoelen. Uit de klassenboeken van de diverse groepen, leerlingenwerk en uit vragen aan leerlingen blijkt dat deze leerinhouden ook feitelijk aan voldoende leerlingen worden aangeboden. Voor rekenen en wiskunde en taal zijn er geen voorlopers. Leraren van de groepen 1 en 2 maken alleen gebruik van bronnenboeken. Daarnaast zijn er tussendoelen die in de thema's aan bod komen. Vragen die de inspectie hieromtrent heeft zijn: in hoeverre wordt de keuze van de tussendoelen systematisch in het schooljaar aangeboden? Hoe differentiëren leraren rekening houdend met de specifieke behoeften van de leerling? Hoe is de doorgaande lijn vanaf groep 1 naar groep 2 en naar groep 3? Hierover is geen beleid vastgelegd.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
12
Naast de hoofdmethodes zijn er op schoolniveau remediërende materialen beschikbaar met name nog in hoofdzaak voor leerlingen met een vertraagde ontwikkeling. Voor leerlingen met een versnelde ontwikkeling zullen de huidige materialen dienen te worden aangevuld. Dit geldt ook voor het aanbod voor ict. Een gericht aanbod voor de sociale vaardigheden heeft de school niet. De inspectie vraagt hier aandacht voor. Tevens heeft de inspectie aandacht gevraagd voor een gericht beleid voor de sociale integratie, sociale veiligheid en sociale cohesie. Tijd Er is een inlooptijd zowel in de ochtend als in de middag. Vijf minuten voor aanvang van de les komen de leerlingen binnen. Leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. Zo geven de lessen blijk van een efficiënt klassenmanagement. Er gaat weinig tijd verloren aan organisatorische aspecten en ordeverstoringen. De tijd die leerlingen kunnen besteden aan taal/lezen en rekenen/wiskunde is echter nog niet in schoolbrede zin flexibel. Immers, de lessen beginnen en eindigen voor alle leerlingen op dezelfde tijd. Leerlingen die bijvoorbeeld sterk zijn in rekenen en wiskunde krijgen nu evenveel tijd als de leerling die daarin zwak is. De sc hool is zich hiervan bewust en enkele groepen zijn dit jaar gestart met de proef om met een weektaak en planbord te gaan werken. Leraren ervaren steeds meer dat de verschillende onderwijsbehoeften van leerlingen ook om afstemming vraagt van de hoeveelheid leertijd. Pedagogisch en didactisch handelen Leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar omgaan. Dit blijkt onder meer uit het feit dat leerlingen op een positieve manier worden aangesproken en dat op vragen van leerlingen op een positieve wijze wordt teruggekoppeld. Leerkrachten laten leerlingen ook uitspreken en bevorderen dat leerlingen interesse tonen in elkaars ervaringen. Leerlingen geven in het gesprek met de inspectie aan dat ze elkaar mogen helpen of samen opdrachten uitvoeren. Voorts geven de waargenomen lessen blijk van een taakgerichte werksfeer onder meer door een ordelijk verloop van de les, door de leerlingen niet te laten wachten en door het duidelijk maken welke materialen kunnen worden gebruikt. Leerlingen krijgen duidelijke uitleg. Dat wil zeggen, dat bij aanvang van de les leerlingen verteld wordt waar ze aan moeten werken en dat de leraar zorgt voor een geleide inoefening van de lesstof. Ook gaat de leerkracht na of de opdrachten op een juiste manier uitgevoerd worden. Schoolbreed is het echter nog niet gebruikelijk dat de leraar ook daadwerkelijk nagaat of de lesdoelen worden bereikt. In de geobserveerde lessen, op een enkele les na, is in het algemeen de uitleg kort en duidelijk. De leerlingen kunnen aan de slag (bijvoorbeeld ritmisch werken in groep 8), maken gebruik van ICT of kiezen aan de hand van een planbord de activiteiten in de hoeken. Met deze werkvormen zet de school een goede stap om de actieve deelname van leerlingen te verhogen.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
13
Het lesgeven in denk- en leerstrategieën beperkt zich voornamelijk tot het hardop denken bij rekenen, het bepalen van de handigste rekenstrategie en het schattend rekenen zoals de methode voorschrijft. Ook de strategieën in de methode begrijpend lezen worden gehanteerd. Dit is echter nog ontoereikend. Leraren laten op dit vlak nog kansen liggen in andere vak- en vormingsgebieden.Te denken valt onder meer aan gerichte (spel)interventies bij het systematisch aanleren van zoek- en ordeningsstrategieën, het geven van aanwijzingen voor het oplossen van vraagstukken, het aanreiken van stappenplannen bijvoorbeeld voor het schrijven van teksten, voorspellend (begrijpend) lezen en het toepassen van het geleerde in andere verschillende leergebied (overstijgende) gebieden (transfer). Het systematisch volgen van de vorderingen van de leerlingen De school toetst de beheersing van de leerstof met behulp van de gehanteerde methodes. Leraren verlenen vervolgens hulp aan de individuele leerling of aan de groep, afhankelijk van de hoeveelheid aan gesignaleerde fouten in de toets. De sociaal-emotionele ontwikkeling wordt alleen gevolgd in de kleutergroepen. In het kindvolgsysteem observeren leraren daarnaast ook de cognitieve en de motorische ontwikkeling van alle kleuters. Dit gebeurt aan de hand van eigen waarneming. Het volgen van de leerlingen alleen op basis van de leerstof en of op basis van de waarneming van de leraar is niet toereikend en dan ook onvoldoende gewaardeerd. Het volgen van de ontwikkeling is met deze aanpak leerstof - en leerkrachtafhankelijk. En juist deze afhankelijkheidsrelatie maakt het zicht krijgen op de vorderingen en ontwikkeling van kinderen kwetsbaar. Krijgt de leraar voldoende zicht op het perspectief van de leerling en op de zône van de naaste ontwikkeling? Of wordt alleen de beheersing van de leerstof gemeten? Momenteel beschikt de school niet over groepsoverzichten, leerlingprofielen, trendanalyses en dwarsdoorsnedes. Wel beschikt iedere leraar over een zorgmap met daarin een overzicht van het aantal leerlingen dat ingedeeld is naar zorgniveaus. Dit overzicht kan in functionaliteit verhoogd worden door aan te geven welke leerlingen een (afgesloten of lopende) handelingsplan hebben en welke actie de leraar onderneemt. Het afstemmen van het onderwijs op de verschillen tussen leerlingen Op basis van de lesobservaties concludeert de inspectie dat de afstemming op instructie en verwerking nog sterk voor verbetering vatbaar is. In het merendeel van de bezochte lessen overheerst nog het beeld van instructie aan de hele groep, gevolgd door begeleide inoefening. Terwijl de ene groep de opdrachten van de weektaak zelfstandig verwerkt, krijgt de andere groep klassikale instructie. Alhoewel in de groepen zichtbare verschillen zijn tussen leerlingen, komt differentiatie binnen de instructie het meest tot uiting in de rekenles. In de taalles is instructie te zien als extra uitleg. Daar waar het om extra instructie betreft, gaat het vaak om sommen of leestaken die de leerling niet goed heeft begrepen.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
14
Voor één leerling is een apart rekenpakket samengesteld op het niveau van de eigen groep. Maar de inspectie plaatst hierbij vraagtekens, omdat deze leerling vooral oefent met werkbladen in het mechanistisch rekenen. De school heeft niet kunnen aantonen op welke wijze voor deze leerling het realistisch rekenen aan bod komt. Binnen de verwerking is in de geobserveerde lessen vooral tempodifferentiatie waargenomen. Leerlingen die snel klaar zijn met hun moetopdracht gaan verder werken met de extra taken. Daarbij plaatst de inspectie de vraag in hoeverre het zinvol is om een goede leerling de basisstof, die hij/zij beheerst, nog te laten maken. Leraren zijn nog in beperkte mate vertrouwd met het omgaan met verschillen in onderwijsbehoeften en verschillen in zorgniveaus en leerstijlen van kinderen en geven dit ook in het nagesprek in alle openheid aan. Daar waar het een combinatiegroep betreft of een grote groep, ervaren leraren dit als een nog grotere belasting. Dit maakt het extra zwaar, zo ondervinden de leraren. Deze ervaringen van leraren maken de noodzaak duidelijk van professionalisering in adaptief onderwijs en coaching daarin op de werkvloer op de korte termijn. De school streeft immers in haar visie/missie naar inclusief onderwijs richting het nieuwe leren. Hiervoor is een concreet stappenplan nodig in termen van (zichtbaar) haalbaar leerkrachtgedrag. Dit ontbreekt vooralsnog. De zelfstandige rol van leerlingen Leerlingen zijn actief betrokken bij de les. Ze letten veelal op tijdens de instructie. Zij werken geconcentreerd en zelfstandig aan de opdrachten. Leraren laten leerlingen zelfstandig werken. Zij geven de leerlingen de gelegenheid om eerst zelf oplossingen te bedenken. Op hulpvragen van de leerling wordt vrijwel direct gereageerd. Om de verantwoordelijkheid van de leerlingen voor de organisatie van hun eigen leerproces te verhogen, experimenteren leraren en leerlingen dit schooljaar met het werken aan een weektaak en het werken met een keuze/planbord. In een aantal groepen komt dit tot uiting en heeft de inspectie dit als positief gewaardeerd met het besef dat de actieve rol van kinderen nog nader dient te worden verdiept en verbreed. Dit uitproberen is een van de prioriteiten die de school gepland heeft in het kader van differentiatie. De inspectie waardeert deze inzet te meer, omdat leraren aangeven tegen de grenzen van het leerstofjaarklassensysteem en tegen hun eigen grenzen aan te lopen. Het oude vertrouwde werkt niet meer bevredigend en het nieuwe is nog onbekend maar wel noodzakelijk. Leraren laten duidelijk blijken de behoefte te hebben aan hulp om ze op de werkvloer te begeleiden in de nieuwe werkprocessen. Schoolklimaat Op dit kwaliteitsaspect zijn de volgende indicatoren van toepassing. De eerste betreft: de ouders/verzorgers tonen zich betrokken bij de school door de activiteiten die de school onderneemt. De tweede indicator gaat over de aantoonbare veiligheid van leerlingen en personeel.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
15
Tijdens het schoolonderzoek zijn aan een aantal leerlingen, ouders en leraren at random vragenlijsten uitgedeeld en ingevuld. In algemene zin zijn ouders van mening dat hun kind zich veilig voelt op school. Ook zijn ouders het eens met de uitspraken over het contact tussen school en thuis, zoals: de toegankelijkheid van de leraar om de problemen van hun kind te bespreken. De school biedt ouders de mogelijkheid om activiteiten te verrichten op school. Er is voldoende vertrouwen in het personeel van de school. Op basis hiervan zorgt de school in voldoende mate voor, dat ouders hun betrokkenheid kunnen tonen bij de schoolactiviteiten. Dit beeld wordt onderschreven door de teamleden, die een hoge betrokkenheid van ouders constateren. Uit de antwoorden op de vragenlijsten van leerlingen en leraren heeft de inspectie in het algemeen geen signalen ontvangen dat betrokkenen zich onveilig voelen op de school. Begeleiding en Zorg Het systeem van begeleiding en zorg voldoet niet aan de normen. Om de leerlingen in hun ontwikkeling te volgen gebruikt de school de methodegebonden toetsen, een tempotoets voor het rekenen (TTR), een toets voor het technisch lezen in groep 3 (DMT) en een zinnenleestoets (AVI) in alle groepen. Het jonge kind wordt in zijn ontwikkeling gevolgd door een (niet landelijk genormeerd) observatievolgsysteem. De observaties worden nauwgezet bijgehouden in het kinderdagboek. Het volgend jaar wordt geëxperimenteerd met een analysetoets voor de taalontwikkeling bij kleuters. Een volgsysteem waarmee de resultaten van de leerlingen vergeleken kunnen worden (middels landelijk genormeerde criteria) met het niveau van de eigen groep en het niveau van de school, heeft de school niet. De inspectie heeft de school ter overweging gegeven om een pakket van landelijk genormeerde toetsen ten minste voor de Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zowel in de kleuterbouw als daarna, te gaan hanteren. Er ligt geen duidelijke reden ten grondslag waarom de school nu nog geen landelijk genormeerd leerlingvolgsysteem heeft. In het verleden had de school weerstand tegen het systeem van toetsen, maar nu heeft weerstand plaatsgemaakt voor een bewustwording. De school ziet nu steeds meer de noodzaak in van een systematiek voor het continüum van zorg. De drie intern begeleiders (waarvan de directeur er ook deel van uitmaakt) hebben toegezegd zich hierover te beraden met het team.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
16
De school heeft haar zorgstructuur beschreven in verschillende documenten zoals "Afspraken m.b.t. het volgen van kinderen". Zo'n lijst met afspraken is er ook voor het volgen van kinderen met extra zorg. Een krachtig punt in de leerlingenzorg van de school zijn de consultatiegesprekken, die de intern begeleiders zeven keer per jaar met iedere leraar voeren over de ontwikkeling van de kinderen. Daarnaast experimenteren leraren in het voeren van gesprekken met kinderen als mediator. Hiervoor volgen ze een nascholingstraject. Leraren blijken hart te hebben voor het wel en wee van de kinderen. Dit waardeert de inspectie zeer. Cruciaal in het begeleiden van en zorg verlenen aan leerlingen, is echter het bieden van een perspectief aan de leerling richting de zône van zijn/haar naaste ontwikkeling. En de vraag is dan ook hoe de mediating in dit opzicht doelmatig ingezet gaat worden en slaagt in het beoogde doel. Welke informatie doet ertoe en leidt deze informatie naar het handelen van de leraar. Deze vraag geldt ook voor het signaleren. Wat doet de school met de verzamelde gegevens van leerlingen verkregen uit observaties en toetsen op leerling-, groeps-, en schoolniveau en welke consequenties trekt ze hieruit voor de inrichting van haar onderwijs. Omdat de school toetst met de methodegebonden toetsen is ze in staat om de hulp, kort na de afname ervan, te verlenen. Deze hulp is het duidelijkst te zien in de rekenlessen. Zo krijgen leerlingen die fouten gemaakt hebben in hun rekenwerk of in de gemaakte rekentoets nog dezelfde week extra uitleg en inoefening. Hier is op zich niks mis mee. Anders wordt het als een leerling meerdere keren uitvalt op (verschillende) rekenonderdelen. Leraren stellen voor enkele leerlingen weliswaar een individueel handelingsplan op, maar wat er in het algemeen hieraan ontbreekt is het stellen van een adequate analyse van het probleem. Deze is nog te globaal van aard en biedt zodoende de leraar geen gerichte aanwijzingen voor een concrete aanpak van het probleem. Daarbij wordt de aanpak van de leraar veelal in termen van de organisatie beschreven en minder in procesinhouden. Daardoor is het moeilijk na te gaan of de geboden hulp effectief is geweest. Daarbij constateert de inspectie dat de school niet voor alle leerlingen, waarvoor planmatig handelen noodzakelijk is, over een handelingsplan beschikt. Er zijn een aantal handelingsplannen (individueel, groeps-, hgpdplannen en algemene handelingsplannen) in de groepsadministratie van de leraar aangetroffen. Enkele daarvan zijn door de inspectie, in bijzijn van de drie ib'ers , nader geanalyseerd. Het systeem van zorg is in handen van de drie ib'ers. De intern begeleider van de onderbouw is de directeur. Ze is tevens ook de coördinator van de onderbouw. De inspectie geeft haar ter overweging deze taken aan leraren toe te wijzen. Immers, de taken verhouden zich niet ten opzichte van de verantwoordelijkheden die de functie als directeur met zich meebrengt. De inspectie heeft met de school een plan van aanpak afgesproken hoe de school een systematiek voor de continuüm van zorg schept, uitvoert en borgt op alle zorgniveaus.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
17
Opbrengsten De resultaten die behaald worden met de eindtoets voor het basisonderwijs liggen, gemiddeld genomen over drie jaren (2003-2005) op een niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. De resultaten gedurende de schoolperiode in 2005 voor technisch lezen in groep 4, begrijpend lezen in groep 6 en rekenen en wiskunde in de groepen 4 en 6 heeft de inspectie niet kunnen beoordelen, omdat de school geen landelijk genormeerde toetsen hanteert. De school hanteert sinds kort wel de DMTtoets voor het technisch lezen in groep 3. Hierbij wordt opgemerkt dat de leesvaardigheidsscore lager is dan op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. Voortgang in de ontwikkeling van leerlingen. De inspectie heeft deze indicator niet kunnen beoordelen. Op schoolniveau zijn de resultaten van de voortgang in de ontwikkeling nog niet in kaart gebracht. Er staan nog een aantal vragen open. Zoals, wat doen leraren concreet met (hoog)begaafde leerlingen, leerlingen die een verlenging hebben van de kleuterperiode, zittenblijvers, leerlingen met een leerlinggebonden financiëring enz. En wat zijn de effecten van de geboden zorg in termen van leerrendement. Welk perspectief biedt de school aan deze leerlingen? De school heeft geen resultaten waarmee ze de sociale vaardigheden van de leerlingen op schoolniveau kan aantonen. Hiervoor ontbreken groepsprofielen/groepsoverzichten. Wel beschikt de school over observatiegegevens van de sociaal- emotionele ontwikkeling van de individuele leerling in de groepen 1 en 2. Deze gegevens zijn echter alleen maar gebaseerd op de waarneming van de leraar. In de groepen 3 tot en met 8 ontbreken gegevens over de sociaal- emotionele ontwikkeling van de leerlingen. In beginsel doorlopen leerlingen de basisschool binnen de verwachte periode van acht jaar. Het aantal leerlingen dat doubleert is laag. Ook het aantal leerlingen met een afbuigende leerlijn is laag.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
18
4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Bij dit PKO heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit onderzoek betrof de wettelijke voorschriften over de geplande onderwijstijd en over een door het bevoegd gezag vastgestelde schoolgids en schoolplan. Op basis van dit onderzoek heeft de inspectie om een plan van aanpak verzocht voor zorg en begeleiding voor 1 maart 2006. De bevindingen van dit PKO leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school vraagt geen aanpassing van de reguliere onderzoeksplanning van de inspectie. In beginsel volgt over vier jaar opnieuw een periodiek kwaliteitsonderzoek. In de tussenliggende periode vindt jaarlijks een onderzoek plaats, waarbij de school eenmaal wordt bezocht.
Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek De Pas r.k. kombischool - 8-12-2005
19