gemeente Eindhoven
Dienst Werk, Zorg en Inkomen
Raadsbijlage nummer eo Inboeknummer oa Toooogt Beslisdatum B&W sS februari 2002 Dossiernummer 209.6oS
Raadsbij lage Voorstel inzake de dienstverlening aan nieuwe hlantgroepen 1 Inleiding Met de inwerkingtreding van de nieuwe structuur van werk en inkomen worden gemeenten vanaf 1 januari 2002 verantwoordelijk voor de reintegratie van niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden en Anw-gerechtigden. Voor de gemeente zijn dit nieuwe doelgroepen, die geen uitkeringsrelatie met de dienst Werk, Zorg en Inkomen (WZI) hebben. Tot en met 2001 was Arbeidsvoorziening verantwoordelijk voor de re/ntegratie van deze doelgroep.
2 Probleemstelling Voor het aanbieden van dienstverlening aan nieuwe klantgroepen dient beleid ter zake geformuleerd te worden. De gemeenteraad dient het door het college voorgestelde beleid te accorderen.
3 Maatschappelijke effecten en het meetpunt voor succes Het vaststellen van de dienstverlening voor de nieuwe klantgroepen stelt de gemeente Eindhoven in staat de reintegratietaken voor deze doelgroepen vorm te geven. Door de inzet van activiteiten ten behoeve van de inschakeling van nietuitkeringsgerechtigden en Anw-gerechtigden in het arbeidsproces stijgt de arbeidsparticipatie van vooral vrouwen. Daarnaast kunnen in het bedrijfsleven openstaande vacatures worden ingevuld. Het college streeft er naar in 2002 minimaal 100 niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden via trajecten of via projecten aan een baan te helpen.
4 Wijze van aanpak/oplossingsrichting In deze paragraaf zal verder ingegaan worden op de omvang en samenstelling van de nieuwe doelgroepen. Daarna zal ingegaan worden op de mogelijke dienstverlening voor deze doelgroepen.
Raadsbijlage nummer go
4.1 De doelgroep. 4.1.1 De Anw-gerechtigden.
De nieuwe klantgroepen hebben zoals gezegd geen uitkeringsrelatie met de dienst WZI. De Anw-gerechtigden zijn echter wel bekend bij de Sociale Verzekeringsbank, hun uitkerende instantie. In de gemeente Eindhoven wonen in totaal 1941 Anw-gerechtigden. Het bestand omvat 1571 vrouwen (81%). Van de totale doelgroep is zo’n 68%b ouder dan 55 jaar. Van de Anw-gerechtigden ontvangt zo’n 1796 een gekorte Anw-uitkering omdat men werkzaam is of omdat men een uitkering van het UWV ontvangt. Deze laatste groep valt onder de reintegratieverantwoordelijkheid van de uitvoeringsinstelling werknemersverzekeringen (UWV). Het Rijk gaat ervan uit dat de potentiele doelgroep voor reintegratie dat deel omvat dat jonger is dan 55 jaar en niet onder de verantwoordelijkheid van de UWV valt. Voor de gemeente Eindhoven gaat het daarmee om een potentiele doelgroep van 140
personen. 4.1.2 Niet uitkeringsgerechtigde werkzoekenden. In de gemeente Eindhoven stonden in november 2001 681 werkloze niet-uitkeringsgerechtigden ingeschreven bij het Arbeidsbureau. Een deel daarvan, zo’n 40%o, is ingedeeld in fase 1. Dit betekent dat deze werkzoekende een dusdanige kleine afstand tot de arbeidsmarkt heeft dat verondersteld wordt dat de werkzoekende binnen een half jaar onder begeleiding van het CWI op eigen kracht een baan kan vinden. Voor de ingeschreven werkloze zonder uitkering ingedeeld in fase 2, 3 of 4 is de gemeente verantwoordelijk voor de reintegratie. Ook de groep niet-uitkeringsgerechtigden bestaat voor het grootste deel (62%o) uit vrouwen. Het gaat hierbij veelal om herintredende vrouwen, van wie de partner al een baan heeft.
De gemeente heeft de verantwoordelijkheid om aan de niet-uitkeringsgerechtigden werkzoekenden ingedeeld in fase 2, 3 en 4, binnen een jaar na de inschrijving bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) een aanbod te doen voor scholing of relntegratie. Op basis van de beschikbare cijfers van het CWI uit november gaat het om 209 mensen die maximaal een jaar ingeschreven staan. Dit cijfer geeft een indicatie van de omvang van de doelgroep (nieuwe instroom werkzoekenden) die WZI in de komende jaren, per jaar kan verwachten.
4+
Raadsbij lage nummer 4o
4.2 Dienstverlening.
Een belangrijk verschil tussen de nieuwe doelgroepen en de doelgroepen die de dienst WZI op basis van de Abw al bediende, is dat deze nieuwe doelgroepen geen uitkeringsrelatie hebben met de dienst WZI. Verder hebben zowel niet-uitkeringsgerechtigden als Anw-gerechtigden geen arbeidsplicht. Dit betekent dat ze zich vrijwillig melden op het CWI als werkzoekende. Keerzijde is dat de gemeente, i.c. de dienst WZI geen middelen heeft om de werkzoekende te dwingen deel te (blijven) nemen. Dit levert een risico op. Het is daarom belangrijk bij de start van elke vorm van dienstverlening goed vast te leggen wat de verplichting van beide partijen zijn. Wij stellen voor om als onderdeel van de afspraken vast te leggen dat bij verwijtbare beeindiging van het traject door de deelnemer een periode volgt waarin de deelnemer geen ander traject mag starten vanuit de dienst Werk, Zorg en Inkomen. Wij stellen voor deze periode vast te stellen op een jaar. Wij hopen hiermee te voorkomen dat kandidaten voor hen opgestarte trajecten beeindigen omdat men niet meer gemotiveerd is. De ervaring van Arbeidsvoorziening is, dat deze klantgroepen goed weten wat ze willen en alleen een traject willen volgen waar ze het nut van inzien. Eenmaal gestart met een traject zijn zij vaak erg gemotiveerd. De verwachting is dan ook dat het niet vaakzal voorkomen. In het najaar zal de dienstverlening aan deze nieuwe klantgroepen geevalueerd worden. Naar aanleiding daarvan wordt bezien of nadere maatregelen gewenst zijn.
Vooralsnog worden eventuele financiele risico’s beperkt omdat de dienstverlening aan nieuwe klantgroepen via een geoormerkt budget wordt gefinancierd, wat bij onderuitputting aan het Rijk zal moeten worden teruggegeven. Voorts stellen we in paragraaf 5 voor om de kosten van dienstverlening aan Nuggers te maximeren op het door het Rijk toegevoegde geoormerkte budget. Paragraaf 5 gaat hier verder op in. Het ligt voor de hand om de trajecten die de dienst WZI heeft ingekocht voor de activering en reintegratie van Abw-gerechtigden ook open te stellen voor Anw-gerechtigden en niet-uitkeringsgerechtigden. Gezien de samenstelling van de doelgroep is echter de verwachting dat de ingekochte trajecten niet aan zullen sluiten op de wensen van de doelgroep. Daarom stellen wij voor om naast de bestaande ingekochte trajecten voor de nieuwe klantgroepen me name ook te kijken naar korte gerichte scholingstrajecten.
Het Rijk verwacht dat met het verleggen van de reintegratieverantwoordelijkheld voor de nieuwe doelgroepen de zogenaamde stille reserves op de arbeidsmarkt geactiveerd worden. Dit zou bedrijven kunnen helpen bij het invullen van onvervulbare vacatures. Wij willen dan ook in gesprek raken met het bedrijfsleven of we kunnen komen tot gezamenlijke projecten voor de inschakeling van niet-uitkeringsgerechtigden en Anw-gerechtigden voor de inschakeling van deze doelgroepen in het arbeidsproces.
Raadsbijlage nummer 4o
4.3 Gesubsidieerde arbeid.
De gemeente dient bij de dienstverlening aan de nieuwe klantgroepen ook na te denken over de inzet van de instrumenten in het kader van gesubsidieerde arbeid. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen WSW, I/D-banen en WIW-dienstverbanden. Ten aanzien van de WSW verandert er niets. De WSW staat al open voor alle mensen
die vanwege lichamelijke en/of psychische beperkingen geen werk kunnen vinden. Het hebben van een uitkering is hiervoor geen voorwaarde. In het besluit I/D-banen is opgenomen dat banen kunnen worden toegekend aan personen die minimaal een jaar in de uitkering zitten, of die een jaar ingeschreven staan bij het CWI. Daarnaast komen in aanmerking personen die werkzaam zijn op een WIW-dienstbetrekking of werkervaringsplaats. De gemeente heeft echter beleidsvrijheid om bepaalde groepen gelijk te schakelen met de doelgroep van het besluit I/D-banen. Daarmee wordt het een optie om ook Anw-gerechtigden en nietuitkeringsgerechtigden in aanmerking te laten komen voor een I/D-baan. Het besluit I/D-banen is met name bedoeld voor mensen waarvan is gebleken dat ook op langere termijn geen reguliere arbeid haalbaar is. In de herijking van het instrumentarium gesubsidieerde arbeid, die in 2001 door de raad goedgekeurd is de positie van het instrument I/D-banen helder neergezet ten opzichte van de WIW en de WSW. Daarin past het niet om de I/D-banen open te stellen voor kandidaten die voor hun inkomen niet afhankelijk zijn van de dienst WZI of een andere uitkeringsinstantie. Uitzondering hierop zijn stadswachten, banen in de kinderopvang en het peuterwerk. Voor deze drie sectoren geldt dat wij dusdanig belang hechten aan de invulling van banen in deze sectoren, dat deze banen mogen worden opengesteld voor mensen die niet afhankelijk zijn van een uitkering. Wij stellen voor om de I/D-regeling niet open te stellen voor niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden en Anw-gerechtigden, behoudens de I/D-banen in de sectoren stadswachten, kinderopvang en peuterwerk. In de WIW staat de doelgroep van de wet eenduidig omschreven. De Anw-gerechtigden komen in aanmerking voor een dienstverband, evenals de niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden. Om in aanmerking te komen voor een WIW-dienstverband ofwerkervaringsplaats moet een klant minimaal een jaar ingeschreven staan bij het CWI, behalve als het CWI deze persoon heeft gelijkgesteld met een langdurig werkloze. Alleen het CWI heeft deze gelijkschakelbevoegdheid. De WIW kan dus ingezet worden voor de nieuwe klantgroepen. 4.4 Sluitende aanpak.
De nieuwe klantgroepen vallen onder de sluitende aanpak. Dit betekent dat de gemeente aan alle nieuw bij het CWI ingeschreven Anw-gerechtigden en niet-uitke-
e+
Raadsbijlage nummer po
ringsgerechtigden binnen een jaar na inschrijving een aanbod voor een traject gedaan moet hebben.
5 Financiele gevolgen en risico’ s 5.1 Financiering vanuit het Rijk. Voor de uitvoering van reintegratietaken ten behoeve van de nieuwe doelgroepen heeft het Rijk landelijk een budget beschikbaar gesteld van 6 96,66 miljoen (f 213 miljoen). Van dit bedrag is 909b beschikbaar voor reintegratieactiviteiten (programmakosten) en 109a voor uitvoeringskosten van gemeenten.
Het bedrag voor programmakosten is verdeeld over de gemeenten in Nederland. De verdeling van de middelen over de gemeenten is door het Rijk gebaseerd op een verdeelsleutel die voor de helft wordt bepaald door het aantal Anw-gerechtigden per gemeente en voor de andere helft door het aantal niet werkende werkzoekenden per gemeente. In de beschikking die de gemeente Eindhoven van het Rijk heeft ontvangen voor het WIW-scholings- en activeringsbudget (gemeentelijk werkfonds) geeft het Rijk ter indicatie aan dat voor de gemeente Eindhoven een bedrag van 6 1,3 miljoen beschikbaar is.
Hoewel de verschillende deelbudgetten binnen het gemeentelijk werkfonds met de invoering van het Fonds werk en inkomen sinds 1 januari 2001 ontschot zijn, worden de middelen voor de programmakosten voor activiteiten ten behoeve van de nieuwe doelgroepen geoormerkt toegevoegd aan dit werkfonds. Concreet betekent dit dat de gemeente het bedrag voor deze nieuwe doelgroepen alleen maar mag gebruiken voor de activering en reÃŕntegratie van deze nieuwe doelgroepen. Andersom mag de gemeente wel de budgetten die van origine bestemd zijn voor de activering en reYntegratie van Abw-clienten wel inzetten voor de reÃŕntegratie van deze nieuwe klantgroepen. Het Rijk heeft dit met opzet gedaan. Gemeenten hebben geen (financieel) belang bij de arbeidsintegratie van niet-uitkeringsgerechtigden en Anw-gerechtigden, terwijl er wel een financieel belang is bij de reintegratie van Abw-clienten vanuit het Fonds werk en inkomen. Wij willen u voorstellen vanuit dit financiele belang de programmakosten voor de uitvoering van activiteiten ten behoeve van de nieuwe klantgroepen te maximeren op het geoormerkte budget. Op dit moment is een indicatie van 6 1,3 miljoen afgegeven door het Rijk. Op deze manier kan het scholings- en activeringsbudget ingezet worden voor de terugdringing van het uitkeringsvolume. Dit leidt weer tot een besparing op het inkomensdeel van het Fonds werk en inkomen. Voor de vergoeding van de uitvoeringskosten heeft het Rijk een regeling ontwikkeld. Vanuit deze regeling "vergoeding uitvoeringskosten rei’ntegratie niet-uitkeringsgerechtigden en Anw-ers" kan de gemeente Eindhoven, zowel in het jaar 2002 als in het jaar 2003, een bedrag tegemoet zien van 6 100.563,ÃćâĆňâĂİ. Vanaf 2004 wordt de finan-
cieringssystematiek herzien.
Raadsbijlage nummer yo
De middelen worden beschikbaar gesteld voor regie, inkoop planning en control en casemanagement. Wij stellen voor om de formatie van de dienst WZI tijdelijk voor 2002 en 2003 uit te breiden met twee formatieplaatsen casemanager om de uitvoering van de dienstverlening voor de nieuwe klantgroepen ter hand te nemen. Wij stellen voor om de financiele middelen die beschikbaar komen vanuit de bovengenoemde regeling te bestemmen voor de uitvoeringskosten van deze dienstverlening en toe te voegen aan de begroting van de dienst WZI. Onderstaande tabel geeft een beeld van de gevolgen:
kosten formatie-uitbreiding casemanagers twee formatieplaatsen: salariskosten 72.786,ÃćâĆňâĂİ werkplekkosten 6 22.689,ÃćâĆňâĂİ 5.088ÃćâĆňâĂİ organisatiekosten Totale kosten
8 100.563,ÃćâĆňâĂİ
Dekking voor deze kosten wordt gevonden in de bijdrage van het Rijk.
Vanaf 2004 zal voor eventuele voortzetting van de formatie-uitbreiding dekking voor de formatie gevonden moeten worden binnen de dan geldende financieringssystematiek vanuit het Rijk.
5.2 Scholingsbeleid.
De niet-uitkeringsgerechtigden en Anw-gerechtigden vallen niet onder de verplichtingen van de bijstandswet en ook niet onder de regeling "noodzakelijke scholing", zoals deze voor Abw-gerechtigden van toepassing is. Voor nieuwe klantgroepen moet wel scholingsbeleid vastgesteld worden. Dit is nodig om te bepalen of de gemeente Eindhoven een voorgestelde scholing wel of niet wil betalen. De "regeling noodzakelijke scholing" in het kader van de Abw regelt de noodzakelijkheid van het volgen van WO- of HBO-opleiding door Abw-gerechtigden. Wij stellen u voor om met het scholingsbeleid voor niet-uitkeringsgerechtigden zoveel mogelijk aan te sluiten bij het scholingsbeleid dat geldt voor Abw-clienten. Dit
omdat we willen bewerkstelligen dat de te volgen scholing direct gericht is op het participeren op de arbeidsmarkt. Voor niet-uitkeringsgerechtigden werkzoekenden willen we het beleid laten gelden voor het volledige scala aan opleidingen. De scholingsregeling niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden en Anw-gerechtigde werkzoekenden bevat dan de volgende elementen:
1 de opleiding of scholing wordt genoten in het kader van een reintegratietraject; 2 de opleiding of scholing is beroepsgericht; 3 de opleiding of scholing duurt niet langer dan twee jaar; 4 de praktijkcomponent mag niet meer dan 50%o van het programma uitmaken.
Raadsbijlage nummer 4o
Als wordt voldaan aan deze eisen mag scholing gevolgd worden door de nieuwe klantgroepen.
6 Overige gevolgen van de aanpak Het dienstverleningsconcept dat wij u ter vaststelling aanbieden stimuleert niet-uitkeringsgerechtigden en Anw-gerechtigden om weer deel te nemen aan het arbeidsproces. Het beleid helpt voorts bij het invullen van openstaande vacatures in het bedrijfsleven. In de contracten die zijn gesloten tussen de gemeente Eindhoven en reintegratiebedrijven is al rekening gehouden met de mogelijkheid om de nieuwe klantgroepen deel te laten nemen aan trajecten.
7 Resultaten van overleg/inspraak De nota is ter advisering voorgelegd aan de clientenraad van de dienst WZI. Zijn advies ligt voor u ter inzage.
8 Communicatie De mogelijkheden tot dienstverlening zullen worden gecommuniceerd met de relevante partijen. Omdat met name de potentiele doelgroep niet-uitkeringsgerechtigden relatief onbekend is, zal worden ingespeeld op de landelijke campagne. Dit zal gebeuren via foldermateriaal en publicatie in lokale bladen. Met het CWI zal nader bezien worden in hoeverre hoe de potentiele doelgroep bereikt kan worden. Met SVb wordt de mogelijkheid onderzocht om een mailing te verzenden aan de Anw-gerechtigden, en de mogelijkheid om een folder in te voegen bij het aanvraagformulier.
Indien er met het bedrijfsleven afspraken gemaakt worden voor projecten zal daar actief en gericht over gecommuniceerd worden.
Raadsbijlage nummer 4o
9 Advisering raadscommissie(s) De commissie voor sociale en economische zaken hebben wij over dit voorstel gehoord. De meerderheid van de commissie gaat akkoord met het voorstel. Een minderheid behoudt haar stem voor met betrekking tot punt 2 van het besluit, tot de raadsbehandeling. Haar positief advies ligt voor u ter inzage. Een ontwerpbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan.
Burgemeester en wethouders van Eindhoven, R. Welschen, burgemeester.
G. Kok-Mol, loco-secretaris.
<+4+
Raadsbijlage nummer 4o
Besluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 februari 2002, nr. 40; gelet op het advies van de commissie voor sociale en economische zaken; besluit:
1 de ingekochte reintegratietrajecten voor fase 2, 3 en 4 Abw-clienten open te stellen voor niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden en Anw-gerechtigden; 2 banen die worden gecreeerd in het kader van het besluit in- en doorstroombanen niet open te stellen voor de niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden en Anwgerechtigden, met uitzondering van de banen voor stadswachten, kinderopvang en peuterspeelzalen; 3 de opleidings- en scholingskosten voor niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden en Anw-gerechtigden alleen te betalen als wordt voldaan aan de volgende criteria:
1 de opleiding of scholing wordt genoten in het kader van een reintegratietraject;
2 de opleiding of scholing is beroepsgericht; 3 de opleiding of scholing duurt niet langer dan twee jaar; 4 de praktijkcomponent mag niet meer dan 509o van het programma uitmaken; 4 a akkoord te gaan met het opnemen van een uitsluitingsparagraaf in de individuele afspraken tussen de gemeente en trajectkandidaten uit de nieuwe doelgroepen; b het college te mandateren deze uitsluitingsparagraaf nader uit te werken; 5 het in te zetten budget voor re1ntegratieactiviteiten te maximeren op het door het Rijk toegevoegde en geoormerkte budget; 6 de formatie van de dienst Werk, Zorg en Inkomen tijdelijk voor 2002 en 2003 uit te breiden met twee formatieplaatsen casemanager, en de kosten hiervan te dekken uit de bijdrage die voor dit doel van het Rijk ontvangen wordt in 2002 en 2003; 7 de begrotingswijziging goed te keuren; 8 het college te verzoeken de directeur van de dienst Werk, Zorg en Inkomen opdracht te geven de uitvoering van het beleid ter hand te nemen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 11 maart 2002. R. Welschen, voorzitter.
C. Tetteroo, secretaris.
EE02007356.def