Quickscan directie primair onderwijs 2014

Quickscan directie primair onderwijs 2014 Beste directie, Voor u ligt de quickscan, een manier om de zorgbehoefte van de school op het gebied van gezondheid in kaart te brengen. De resultaten van deze quickscan geven een beeld van de sterke en minder sterke punten op het gebied van gezondheid: lichamelijk, sociaal en mentaal welbevinden van de leerlingen en leerkrachten op school. Ook geeft dit een beeld van de huidige aandacht voor preventie en gezondheidsbevordering in en rond de school. Wij gaan daarbij uit van de invalshoeken het gezonde school model.

Uit onderzoek is gebleken dat activiteiten m.b.t. gezondheidsbevordering pas echt effectief zijn als ze bestaan uit een mix van verschillende strategieën en methoden die zich uitstrekken over een langere periode (minimaal drie tot vijf jaar). Het Gezonde School Model is hier een geschikt hulpmiddel voor. De quickscan is daarom opgebouwd volgens de vier invalshoeken uit het model. Deze versie voor de directie bevat voornamelijk algemene vragen over de school, terwijl de versie voor de leerkrachten meer vragen bevat over de klassensituatie. Alvast bedankt voor uw medewerking. Vriendelijke groet, Afdeling Onderwijs, gemeente Rotterdam

1

Algemeen

1.Welke functie vervult u op deze school?  bovenschools directeur  (adjunct)directeur/ schoolleider  locatiedirecteur/ locatieleider  intern begeleider  anders, namelijk 2. Hoe ziet de leerlingenpopulatie er uit? Aantal leerlingen: Aantal groepen: Gemiddelde groepsgrootte groepen 1 t/m 4: Gemiddelde groepsgrootte groepen 5 t/m 8: Percentage allochtone leerlingen: Percentage leerlingen met laag opgeleide ouders: 3. Medewerkers a. Kunt u als bijlage een organogram van het huidige schooljaar toevoegen? Hiermee willen we zicht krijgen op de functies en aantal fte’s per functie. b. Aantal groepsleerkrachten: ………………………………………………………………………………… c. Aantal groepen met duo-partners: ………………………………………………………………………. d. Aantal onderwijsassistenten/ klassenassistenten: ……………………………………………………….. e. Kunt u een indruk geven van het aantal teamleden dat in onderstaande leeftijdscategorieën zit?  het aantal twintigers is ongeveer  het aantal dertigers is ongeveer  het aantal veertigers is ongeveer  het aantal vijftigplussers is ongeveer f. Zijn er afspraken over hoe de overdracht tussen duopartners moet plaatsvinden?  ja  nee

2

Schoolbeleid en regelgeving

4. Wat vermeldt de schoolgids over het onderwerp bevordering van gezond en veilig gedrag op school? 5. Zijn er schoolregels met betrekking tot de (lichamelijke) veiligheid in de school? Denk hierbij aan regels met betrekking tot de inrichting van gang en lokaal, en gedragsregels ter bevordering van de lichamelijke veiligheid.  ja  nee 6. Zijn er schoolregels met betrekking tot de (lichamelijke) veiligheid op de speelplaats en rond de school?  ja  nee 7. Heeft de school gedragsregels om een prettig leef- en werkklimaat te bevorderen?  ja  nee 8. Heeft de school een teamlid dat zich inzet voor de veiligheid op school, zoals bijvoorbeeld een coördinator Veiligheid?  ja  nee 9. Zijn er schoolregels over het eten en drinken dat de kinderen dagelijks mee naar school nemen?  ja  nee 10. Zijn er schoolregels over het eten waarop kinderen mogen trakteren?  ja  nee 11. Biedt de school de kinderen één of andere vorm van schooleten of -drinken aan?  ja  nee  ga naar vraag 13 12. Welk eten of drinken biedt de school aan de kinderen aan?  zuivelproducten zoals melk  ontbijt  fruit  anders, namelijk ……………..

3

Educatie 13. Welke methoden op het gebied van gezondheid en veiligheid worden op deze school gebruikt? Denk aan methoden voor verkeer, hygiëne, sociaal- emotionele ontwikkeling, gezondheidsthema’s, zoals roken, voeding en sport. ……………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………… 14. Welke groepen hebben zwemles?  de groepen  wij bieden geen zwemles aan 15. Van welke vakleerkrachten voor bewegingsonderwijs maakt de school gebruik?  vakleerkracht gymnastiek  vakleerkracht dans of euritmie  anders, namelijk vakleerkracht ……………………..  wij hebben geen vakleerkrachten

Schoolomgeving 16. Is er een voldoende grote en rustige ruimte waar leerkrachten kunnen pauzeren zonder kinderen?  ja  nee 17. Vertrouwenspersoon voor teamleden a. Is er voor teamleden een vertrouwenspersoon beschikbaar?  ja, binnen de school  ja, buiten de school  nee b. Zo ja, heeft deze persoon daar een opleiding voor gevolgd?  ja  nee 18. Hoe is uw scholingsbeleid?  ad hoc: op aanvraag en afhankelijk van de financiën  planmatig anders, namelijk 19. Hoe schoon vindt u het schoolgebouw, de gangen en de lokalen?  schoon  neutraal  vuil 20. Geeft u hieronder aan welke woorden u van toepassing vindt op het klimaat in uw school:  het ruikt fris  de lucht is muf/ het stinkt  de temperatuur is doorgaans aangenaam  het is vaak te koud of te warm  het is vochtig (bijvoorbeeld beslagen ramen of schimmels)  de lucht is droog (last van droge ogen)  het is stoffig  andere…………………………………………………………………………………………………… opmerkingen:…………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………………

4

21. Hoe worden ouders van kinderen bij activiteiten van groep of school betrokken?  ouders worden niet betrokken bij activiteiten op school  ouders worden geïnformeerd over activiteiten op school (schriftelijk of mondeling)  ouders helpen bij het uitvoeren van activiteiten  ouders beslissen mee over activiteiten op school  ouders kunnen met elkaar koffie drinken op een vaste plek in de school  (m.n. allochtone) ouders krijgen in een zogenaamde ouder-opvang-klas ondersteuning bij de vragen die bij hen leven: basisschool leerstof, informatie over de maatschappij, opvoedingsondersteuning, etc.  Anders, nl …………………………………………………………………………………………………... 22. Hoe biedt u ouders gelegenheid om contact met u te hebben?  ouders kunnen mij aanspreken in de gang of in mijn kamer op hun initiatief  ik houd een ouderspreekuur  anders, namelijk ………………………………………………………………………………………………

Signalering en zorg 23. Op welke wijze heeft de intern begeleider contact met leerkrachten over de ontwikkeling van hun leerlingen  De ib’er spreekt met alle leerkrachten twee of meerdere keer per jaar hun opvallende leerlingen en zorgleerlingen door  ik spreek met leerkrachten wanneer zij een acute zorgvraag hebben over een kind  beide  anders, namelijk …………………………………………………………………………………………….. 24. Handelingsplannen a. In hoeverre wordt er bij u op school in de leerlingenzorg gewerkt met handelingsplannen?  (vrijwel) altijd  af en toe  (vrijwel) nooit b. Worden de handelingsplannen ook geëvalueerd?  ja, altijd  ja, soms  nee 25. Met welke organisaties heeft uw school – voor zover u kan overzien – het afgelopen jaar contact gehad ten behoeve van gezondheid en veiligheid op school? Bijvoorbeeld voor advies over veiligheid schoolplein, het lenen van een leskist, gastlessen of project of voor nascholing medewerkers.  Bureau Halt  Bureau Jeugdzorg  Consultancy-bureaus (particulier)  gemeente  GGD  Instituut voor verslavingszorg  Initiële lerarenopleidingen (PABO)  Thuiszorg  Onderwijsbegeleidingsdienst  Politie  RIAGG/ GGZ  Regionaal Verkeersplatform  Een sportorganisatie  Welzijnswerk  Anders, namelijk

5

26. Welke specialisten zijn betrokken bij de leerlingen?  intern begeleider  remedial teacher  motorisch remedial teacher  vertrouwenspersoon  orthopedagoog  psycholoog  logopedist  jeugdarts (ook bekend als schoolarts) of -verpleegkundige  schoolmaatschappelijk werk  anders, namelijk …………………………………………………………………………………………

Tot besluit 27. Heeft u nog opmerkingen over andere relevante punten op het gebied van gezondheid en veiligheid op school? ………………………………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………………. 28. Wat zijn uw wensen en verwachtingen ten aanzien van onze ondersteuning en begeleiding op het gebied van gezondheid en veiligheid? ………………………………………………………………………………………………………………… …………..……………………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………….…….. ………………………………………………………………………………………………………………..

6