dutch and english edition in one
nieuws kort
Quarterly 2010 | 2
1
focus Op aandringen van de gemeenteraad van Maas tricht, kwam half januari een plotseling einde aan het burgemeesterschap van Gerd Leers. Leers, die tussen 1969 en ’75 planologie en ruimtelijke econo mie studeerde in Nijmegen, vervulde het ambt sinds 2002. Hij maakte onder meer furore met zijn kordate optreden tegen een woonwagenkamp en voetval vereniging MVV. In het alumnusinterview blikt Leers nog eens terug op zijn burgemeesterschap, en kijkt hij vooruit naar de landelijke verkiezingen in juni. Hoewel zijn partij volgens de peilingen achterloopt, is hij vol vertrouwen dat Balkenende het CDA er bovenop helpt. ‘Hij heeft ervaring, internationale contacten en kent het klappen van de zweep.’ 4Zie ook pagina 8
FM
Gerd Leers’ term as Mayor of Maastricht ended abruptly in mid-January, at the insistence of the Maastricht City Council. Leers, who studied spatial planning and geographic economics in Nijmegen between 1969 and 1975, had held the post since 2002. He made the headlines with his resolute action against a trailer park and the MVV football club. In the alumnus interview, he looks back on his time as mayor, and forward to the national elections in June. Although his party is behind in the polls, he is confident that Balkenende will lead the CDA to a recovery in its fortunes. “He has experience and international contacts; he knows the ropes.” 4See page 8
Serge Technau
faculteit der managementwetenschappen
Gemeenteraad
City Council
Beeld van de leider
The leader’s image
Van de 39 raadsleden die na de verkiezingen begin maart werden geïnstalleerd, studeren en werken er vier binnen de faculteit. De econoom Floris Heukelom maakte als nummer 8 op de lijst van de PvdA zijn debuut in de raad. De studenten Rob Jetten (Bestuurskunde) en Tobias van Elferen (Economie) betreden de raad namens D66, Jola van Dijk (Politicologie) namens de SP.Pagina 4 en 5
Four of the 39 council members who won seats in the elections in early March are studying or working within the Nijmegen School of Management. Economist Floris Heukelom, No. 8 on the PvdA list, just scraped in. Students Rob Jetten (Public Administration) and Tobias van Elfering (Economics) were high on the D66 list; Jola van Dijk (Political Science) is a council member for the SP.4See page 4 and 5
Door de dominate beeldcultuur is het beeld dat wij hebben van een leider in een bedrijf belangrijker dan zijn of haar prestaties. Dit concludeert Marco Meuleman, die in april promoveerde op een onderzoek over leiderschap. Meuleman is verrast over het gering aantal onderzoekers dat stilstaat bij de inhoud achter het verblindende leiderschapsspektakel.4Pagina 6
Because of the dominant visual culture, the image of a leader is more important than his performance, according to Marco Meuleman, who was awarded his PhD in April for a study of leadership. Meuleman was surprised at how few researchers stop to consider the actual facts lying behind a dazzling show of leadership.4See page 6
interview
2
nieuwe hoogleraar new professor
Until April 1, Beate van der Heijden worked two days a week at the Open University of the Netherlands and three days at the Maastricht School of Management. “I directed research there, and I was one of those responsible for creating synergy.” “In recent years I’ve been examining how you can promote staff employability and how employability relates to career success, both objectively (for example, in your salary) and subjectively (how satisfied are you in your work?). We’ve conducted research in major Dutch companies such as AkzoNobel, Shell and Unilever, in SMEs, in profit and non-profit institutions and in various government ministries.” Age appears to be a major factor. “There’s a significant breakpoint at forty. Older people are given far fewer opportunities for career development and are less likely to take the initiative themselves. Managers often believe that older people are less flexibly employable, but the older staff themselves don’t think so. From the point of view of productivity, age is certainly not a problem. The danger is that this image of older employees will sap the motivation for career development, leading to a self-fulfilling prophecy.” That effect is obvious, she believes. “More training and mobility lead to improved employability. Less will automatically lead to a decline in employability.”
Plezier in het werk is goed voor de baas Hoe zorg je dat werknemers toegevoegde waarde hebben en tegelijkertijd met plezier en in goede gezondheid werken? Dat vraagt Beate van der Heijden, sinds 1 april hoogleraar Business Administration, in het bijzonder strategic human resource management, zich bij elk onderzoek op nieuw af. Bent u de veertig gepasseerd en gaat uw baas beoordelen wat uw toekomstige inzetbaarheid is? Dan mag u hopen dat uw baas ook 40+ is. Een jonge baas heeft namelijk een veel ongunstiger beeld van de inzetbaarheid (in jargon: employa bility) van oudere werknemers dan een oudere baas. Dat blijkt uit actueel onderzoek van de kersverse hoogleraar Beate van der Heijden, die de Maastricht School of Management en de
Open Universiteit Nederland verruilde voor de Radboud Universiteit Nijmegen. De uitkomsten van haar onderzoek vindt Van der Heijden “heel zorgwekkend. Je ziet dat als mensen meer interactie hebben, het leeftijdseffect minder wordt. Maar veel leidinggevenden zijn te weinig in contact met hun ondergeschikten om betrouwbaar en valide over hun expertise te kunnen oordelen. Dat geldt vooral als die ondergeschikten hoger opgeleiden zijn, vaak specialisten die solitair werken. Als je iemands werk minder goed kunt beoordelen, laat je je eerder leiden door stereotypen, bijvoorbeeld op grond van leeftijd.” In Nijmegen zet Van der Heijden het onderzoek voort dat ze in Maastricht en Heerlen opstartte. Als vakgroepvoorzitter gaat ze het onderzoek sturen en wil ze voor meer synergie zorgen. Daarnaast vindt de Radboud Universiteit internationalisering belangrijk. “Dat vind ik boeiend, omdat ik zelf met mijn onderzoek veelal internationaal bezig ben.”
Erik van ‘t Hullenaar
Tot 1 april werkte Beate van der Heijden twee dagen in de week bij de Open Universiteit Nederland en drie dagen bij de Maastricht School of Management. “Daar stuurde ik het onderzoek en was ik medeverantwoordelijk voor het aanbrengen van synergie.” “De afgelopen jaren heb ik gekeken hoe je employability – de inzetbaarheid van mensen – kunt bevorderen en hoe deze samenhangt met loopbaansucces, zowel objectief (bijvoorbeeld je salaris) als subjectief (hoe tevreden ben je met je werk?). Wij hebben onderzoek gedaan bij grote Nederlandse bedrijven als Akzo, Shell en Unilever, bij het mkb, profiten non-profitinstellingen en verschillende ministeries.” Leeftijd blijkt een belangrijke factor. “Bij veertig jaar zie je een significante knik. Mensen die ouder zijn, krijgen veel minder kansen om loopbaanactiviteiten te ondernemen en nemen ook zelf minder initiatieven. Leidinggevenden zijn ervan overtuigd dat ouderen minder inzetbaar zijn, terwijl ouderen dat zelf niet vinden. Kijk je naar de productiviteit, dan is leeftijd absoluut geen probleem, maar het gevaar bestaat dat door dit beeld de aandacht voor loopbaanontwikkeling verslapt, waardoor je een selffulfilling prophecy krijgt.” Dat ligt voor de hand, meent ze. “Meer training en mobiliteit leiden immers tot een betere inzetbaarheid. Dus als daar minder sprake van is, zal de inzetbaarheid vanzelf afnemen.”
Ze wil zich bezighouden met de vraag hoe je ervoor kunt zorgen dat mensen met plezier en in goede gezondheid, zowel fysiek als psycho logisch, tot hun pensioenleeftijd aan het werk blijven. “En dan op zo’n manier dat ze toegevoegde waarde voor hun organisatie hebben, en zichzelf blijven ontplooien. Dat kan vooral als je datgene doet waar je goed in bent en wat je leuk vindt. Want als je iets leuk vindt, dan ben je ook bereid er meer tijd in te steken en ontwikkel je meer expertise.” De nieuwe hoogleraar neemt promovendi van haar vorige werkgevers mee. “Ik heb nu bijvoorbeeld een promovenda uit Egypte die onderzoek doet naar competenties van diplomaten in Egypte en Bahrein. Wij willen een competentieprofiel maken: wat zijn hun belangrijkste competenties om employability en loopbaansucces te garanderen?” Verder buigt Van der Heijden, die met haar werk de kloof tussen wetenschap en praktijk hoopt te verkleinen, zich over het ‘psychologisch contract’. “Vaak zijn werkgevers bang dat als ze investeren in werknemers, deze interessant worden voor de concurrent. Maar juist door in werknemers te investeren, blijven ze bij je, zo blijkt. Dat heet de employability-paradox. Het vreemde is dat in jongeren meer geïnvesteerd wordt, terwijl die juist eerder vertrekken naar een andere werkgever. De oudere werk nemer is dus loyaler.” De laatste jaren is het onderzoek naar strategic human resource management veranderd, constateert ze. “Vroeger deden sommigen vooral onderzoek naar de organisatie en anderen naar individuen. Nu wordt dat gelukkig steeds meer geïntegreerd en wordt ook gekeken naar de voorspellende waarde van individueel succes op organisatiesucces.” Verder verheugt het haar dat de aanpak meer integraal wordt: zo werken economen, psychologen, managementwetenschappers, sociologen en onderwijskundigen vaker samen. “Dat is een goede ontwikkeling. Niet alleen de productiviteit is een factor, maar ook het welzijn van mensen. Een organisatie kan niet zonder mensen floreren.” Harry Perrée
Fun at work is good for the boss How can you make sure that employees add value for their employers and are at the same time happy and healthy in their work? For Beate van der Heijden, who has (since 1 April) been Professor of Business Administration – with a special focus on Strategic Human Resource Management – that question comes up in virtually every research project. On the wrong side of forty, and your boss is about to assess your future employability? You’d better hope that your boss is also 40-plus. A younger boss tends to have a much more pessimistic view of the employability of older workers than an older boss. This has been demonstrated in recent research by the newly-appointed Professor Beate van der Heijden, who is leaving the Maastricht School of Management and the Dutch Open University to join Radboud Uni versity Nijmegen. The results of her study are “…very worrying. The more people interact, the less effect age has. But many managers have too little contact with their subordinates to be able to form a reliable and valid evaluation of their
expertise. This is especially true if they are highly educated. Such people are often specialists who work alone. If you’re less able to judge someone’s work, you tend to be influenced by stereotypes, based for example on age.” Van der Heijden will continue the research she began in Maastricht and Heerlen in Nijmegen. As Head of Department, she will direct research, aiming to create greater synergy. In addition, internationalization is important for the Uni versity. “This aspect appeals to me very much, because my research generally involves me in international activities.” She wants to find out how you can ensure that people keep working until their retirement, in good physical and psychological health. “And do this in such a way that they add value to their organization, and continue to develop themselves. That’s possible, especially if you’re doing something you’re good at, and that you like doing. Because if you like something, you’re prepared to dedicate more time to it and you build up more expertise.” The new Professor brings with her the PhD candidates she was supervising in her previous positions. “I have one PhD student from Egypt who is studying the competencies of diplomats in Egypt and Bahrain. We want to draw up a competency profile: what are the key skills which ensure employability and career success?”
Van der Heijden, who hopes that her work will reduce the gap between the academic world and practice, has also been studying the ‘psychological contract.’ “Employers are often afraid that if they invest in employees, their competitors will try to entice those people away. But in fact, investing in employees keeps them with you. It’s called the employability paradox. It’s strange that there is more investment in young people, who are more likely to move on to another employer. Older employees tend to be more loyal.” She notes that, in recent years, the study of strategic human resource management has changed. “At one time, some people were studying mainly the organization and others studied individuals. Fortunately it is now more common to integrate these approaches, so you can take into account the predictive value of individual success for organizational success.” She also welcomes the trend towards a more integrated approach, with economists, psychologists, management scientists, sociologists and educators working together. “This is a good development. Productivity is not the only factor; there is also the wellbeing of the staff to consider. An organization cannot flourish without people.” 4 Harry Perrée
update
sector, government and the financial watchdogs. The supervisory bodies had set the capital requirements, which determine what percentage of its total balance a bank must have in cash, too low. Moreover it was possible to circumvent these requirements, allowing some banks to hold only two percent of their total balance in cash, while the requirement – low as it was – was eight percent. Now it has more stringent capital requirements, Europe seems to be on the right track, but Hoogervorst thinks that the measures do not go far enough. “Banks are already saying that they should not be treated too harshly because they need room to grow. Even with the more stringent capital requirements, banks can borrow 25 times what they hold in reserve. That’s unacceptable.”
Test of car sharing succeeds
Marcel Wissenburg Volgens hoogleraar Politieke theorie Marcel Wissenburg hadden de raadsverkiezingen van 3 maart ongeldig verklaard moeten worden vanwege het gebrek aan privacy in het stemhokje. Zijn commentaar bereikte bijna alle landelijke media, waarna Wissenburg op 19 maart in NRC Handelsblad zijn bedenkingen nog een keer op een rijtje zette. ‘Het stemhokje is de plek bij uitstek waar burgers vrij kunnen zijn van verleiding, propaganda, ‘peer pressure’ en dwang’, schreef Wissenburg. Hij bepleit onder meer de terugkeer van het aloude gordijntje, om de privacy bij het stemmen te waarborgen. According to Marcel Wissenburg, Professor of Political Theory, the local elections held on 3 March should have been declared invalid because of the lack of privacy in the voting booth. His comments were reported in nearly all of the national media, and Wissenburg later amplified them in the NRC Handelsblad on 19 March. “In the voting booth, more than in any other place, citizens should be free from temptations, propaganda, peer pressure and coercion,” said Wissenburg. His recommendations included the return of the old-fashioned curtain to ensure privacy while voting.
Met de strengere kapitaaleisen lijkt Europa op de goede weg, maar volgens Hoogervorst gaan de maatregelen niet ver genoeg. “Banken laten nu al geluiden horen dat ze niet te streng aangepakt willen worden omdat ze ruimte nodig hebben om te groeien. Zelfs met de strengere kapitaaleisen kunnen banken nog 25 keer over de kop. Dat is onacceptabel.”
Proef deelauto’s geslaagd Een groter aanbod van deelauto’s leidt tot een aanzienlijk hoger gebruik ervan. Deze conclusie trekt planoloog Karel Martens uit een proef met deelauto’s in de wijk Nijmegen-Oost. In het onderzoek werden gedurende negen maanden acht extra deelauto’s aangeboden, deels bekostigd door Greenwheels. In die periode steeg het aantal gebruikers van 172 naar 218, een
stijging van 27 procent. Elders in Nijmegen steeg het aantal abonnees op een deelauto met welgeteld twee. De deelauto leidt tot een aanzienlijke vermindering van de parkeerdruk, aldus het onderzoek. Een op elke vijf nieuwe abonnees heeft de eigen auto van de hand gedaan, terwijl een kwart afzag van aanschaf van een nieuwe auto. Naast de besparing van kosten voor huishoudens, levert de deelauto ook een forse milieuwinst op: gebruikers maken gemiddeld 30 procent minder autokilometers, terwijl het gebruik van fiets, bus en trein stijgt met 5 tot 20 procent. Bovendien vergroot de deelauto de mobiliteit van niet-autobezitters. De onderzoekers geven aan dat de deelauto alleen effect sorteert met een aanvullende marketingcampagne in de wijk. Bovendien moet de proef met extra auto’s minimaal een half jaar duren, omdat sommige autobezitters die willen overstappen eerst hun eigen auto willen oprijden.
ESV Jubilee Congress The auditorium was completely full on 18 March for a conference on the economic crisis, organized by the Economics Students’ Association, ESV, on its fourth anniversary. Hans Hoogervorst, the keynote speaker and former Finance Minister, and now Chairman of the Financial Markets Authority, was not optimistic. “The problems haven’t been solved, they’ve simply shifted from the banking sector to the government.” Eelke de Jong, Professor of International Economics, was equally gloomy in his lecture. “We’ve saved the alcoholic by telling him to drink a little more.” According to De Jong, too many banks have been protected and they are still not sufficiently aware of the financial risks they often take. De Jong was backed by Hoogervorst: “Bankers can’t be chastised and tormented too much.” Hoogervorst criticised not only the banks but also the public
Making more car-sharing cars available leads to significantly higher use. That’s the conclusion of spatial planner Karel Martens, following a test of car-sharing in the Nijmegen-Oost area. In the study, eight additional share cars, funded in part by the Greenwheels car-sharing company, were made available for nine months. In that period, the number of users rose from 172 to 218, an increase of 27 percent. Elsewhere in Nijmegen, the number of share-a-car subscribers rose by just two. Car sharing leads to significantly less pressure on parking spaces, according to the study. One in five of the new subscribers sold their own car, and a quarter decided not to buy a new car. Besides the cost savings for households, the shared car also produces significant environmental benefits: users drive 30 percent fewer car kilometres, on average, while their use of bicycles, buses and trains increased by 5 to 20 percent. The shared car also increases the mobility of those who previously did not own a car. The researchers say that carsharing is only effective if it is supported by a local marketing campaign. In addition, the trial of extra share-a-car vehicles has to continue for at least six months, because some car owners who intend to switch, want to ‘use up’ their own cars first.
Subsidieverstrekker DANS, ofwel Data Archiving and Networked Services, een instituut van KNAW en NWO. Jeroen Smits, onderzoeker bij de sectie Economie, gaat samen met een promovendus een onderzoek verrichten binnen de ‘kleine data projecten’ van DANS. Partner Prof. Kea Tijdens van AIAS/UVA en Erasmus Universiteit. Het onderhavige project is de ontwikkeling van een prototype, dat Smits samen met Tijdens gaat benutten bij de aanvraag van een grotere investe ringssubsidie van NWO. Onderzoek De ontwikkeling van een webapplicatie, waarmee gemakkelijk is na te gaan welke factoren een rol spelen bij problemen met onderwijsdeelname in ontwikkelingslanden. De database wordt toegespitst op onge veer 370 districten in 32 Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara. Het onderzoek beoogt om voor elke specifieke regio relevante informatie aan te dragen, gebaseerd op algemene gegevens. Dit gebeurt door een beperkt aantal risicofactoren te selecteren (zo’n 15 tot 20), die elk een op de regio afgestemd gewicht krijgen toegekend. Het datamateriaal dat ten grondslag ligt aan de aanvraag is afkomstig uit de Database Developing World, een grote databank gericht op ontwikke lings- en transitielanden die Smits samen met zijn promovendi heeft opgebouwd (www.database developingworld.org).
Grant provider Data Archiving and Networked Services (DANS), an institute of the Royal Netherlands Academy of Arts and Sciences (KNAW) and the Netherlands Organisation for Scientific Research (NWO). Jeroen Smits, a researcher in the Economics Department and a doctoral student, will conduct a study under the DANS ‘small data projects’ facility. Partner Prof. Kea of the Univer sity of Amsterdam’s Institute for Advanced Labour Studies (AIAS) and Erasmus University. This project will develop a prototype that Smits and Tijdens will use in an application for a larger investment grant from the NWO. Research The development of a web application which makes it easy to identify the factors that contribute to problems with participation in education in developing countries. The database covers approximately 370 districts in 32 African countries south of the Sahara. The research is intended to identify information that is relevant to each specific region. This will be done by selecting a limited number of risk factors (approximately 15 to 20), each of which will be given a specific weight for each region. The data underlying the application comes from the Developing World Database, a large databank that focuses on developing and transition countries, which was created by Smits and his PhD students (www.databasedevelopingworld.org).
commissioned research
stemhokjes/voting booths
Bert Beelen
De aula liep op 18 maart helemaal vol voor het congres over de economische crisis, georganiseerd door de Economische Studenten Vereniging ESV vanwege haar vierde lustrum. Hoofdspreker Hans Hoogervorst, oud-minister van Financiën en nu voorzitter van de Autoriteit Financiële Markten, toonde zich niet optimistisch. “De problemen zijn niet opgelost, maar verplaatst van de bancaire sector naar de overheid.” Hoogleraar Internationale eco nomie Eelke de Jong toonde zich in zijn rede ook al somber. “We hebben de alcoholist gered door te zeggen: zuip er nog maar wat meer bij.” Volgens De Jong zijn banken te veel uit de wind gehouden en nog steeds niet voldoende doordrongen van de financiële risico’s die ze vaak nemen. De Jong kreeg bijval van Hoogervorst: “Bankiers kunnen niet genoeg gekastijd en gepijnigd worden.” Behalve op de banken richtte Hoogervorst zijn pijlen ook op de publieke sector, de overheid en de financiële waakhonden. Zo stelden de toezichthouders te lage kapitaaleisen, die bepalen welk percentage van de totale balans een bank daadwerkelijk in kas moet hebben. Bovendien waren deze eisen te omzeilen, waardoor sommige banken slechts twee procent van hun totale balans in kas hadden, terwijl een toch al minimale acht procent de eis was.
onderzoek
Lustrumcongres ESV
3
gemeenteraad
4
Raadslid dankzij en ondanks studie De Faculteit der Managementwetenschappen levert drie studenten en een medewerker aan de nieuwe gemeenteraad van Nijmegen. Een studie blijkt handig als achtergrond, maar je wordt er
en eentje voor RO. De eerste kon wel bomen en plantsoenen beschermen, maar niet grotere groengebieden. Ik pleit voor een integrale aanpak. Mijn politieke ambities? Ik wil in elk geval verder in het openbaar bestuur.”
geen beter raadslid van. Tweedejaars economie Tobias van Elferen (27) was nummer 3 op de D66-lijst en kreeg 468 voorkeurstemmen. “Ik ben geboren en opgegroeid in Nijmegen. Je leert de stad kennen als scholier en student en opeens zie je niet alleen de leuke kanten, maar ook de problemen. Ik wil mijn bijdrage leveren aan de kwaliteit van Nijmegen. De afgelopen vier jaar ben ik fractievolger geweest en heb ik bij raadscommissies gezeten.” Van Elferen studeerde eerder Duits, “maar dat is niks geworden. Door mijn politieke interesse ben ik economie gaan studeren. Veel mensen hebben ideeën over hoe het geregeld moet worden in de stad, maar zonder financiën gebeurt er niks.” De komende raadsperiode staan bezuinigen volgens hem centraal. “Nijmegen moet misschien wel twintig miljoen euro bezuinigen. We moeten er voor waken de belastingen te verhogen of in te teren op de reserves. We moeten de lucht uit de begroting halen: voor een heleboel zaken begroot de gemeente
nu teveel. Dat geld wordt niet allemaal uitgegeven. Dan kun je beter minder begroten. Er moet ook flink gesneden worden, bijvoorbeeld in het ambtenarenapparaat. Daarom moet de gemeente haar taken opnieuw evalueren.” De studie geeft het nieuwe raadslid geen rugzak aan kennis en vaardigheden. “Daarvoor ben ik nog te vroeg in mijn studie. Dat ik mezelf toch financieel specialist voel, komt doordat ik mij voor het raadswerk, los van de studie, erin verdiept heb. Als student ben ik wel ervaringsdeskundige. Studenten worden in de raad vaak gezien als voorbijgangers, maar zeker veertig procent van de studenten blijft hangen in de stad, in elk geval een paar jaar. Daarom is het goed dat er studenten in de raad zitten.” Van Elferen hoopt de portefeuille ruimtelijke ordening (RO) binnen te halen. “Dat omvat veel financiën, veel omgaan met bewoners en een visie voor de stad. Dat vind ik leuk. Bovendien ben ik woordvoerder groen geweest. De afgelopen jaren was er een wethouder voor groen
Universitair docent economie Floris Heukelom (31) was nummer 8 op de PvdA-lijst en kreeg 58 voorkeurstemmen. “Ik had niet verwacht dat ik op plek 8 van de lijst zou komen. Toen ik daar eenmaal stond, was het nog heel spannend. Met de val van het kabinet kon het alle kanten opgaan. Ik wist van vier mensen dat ze op mij zouden stemmen: mijn vriendin, mijn baas en nog twee.” Heukelom zit om twee redenen in de raad. “Ik denk dat het belangrijk is dat mensen van de universiteit zich inzetten voor een betere samenleving en het lijkt mij heel leuk theoretische kennis toe te passen in de praktijk.” “In de economie gaan wij er vanuit dat de markt welvaartsverhogend is bij genoeg concurrentie. Maar dat is niet altijd zo gebleken. Kijk naar de Mensec (organisatie waar de schouwburg onder valt, hp). Die is op afstand geplaatst met het idee dat deze door de tucht van de markt beter zou werken. Dat bleek niet zo te zijn. De vraag is: hoe gaan we het nu doen? Helemaal aan de markt geven kan niet, want
de stad heeft geen concurrerende podia. Het is een praktisch economisch probleem waar ik nog geen antwoord op heb.” Heukelom denkt niet dat hij door zijn achtergrond beter beslagen ten ijs komt dan andere raadsleden. “Iedereen brengt zijn eigen exper tise mee. Ik die van de economieboeken, maar mensen die al vijftien jaar in Nijmegen wonen, kennen de stad beter dan ik – ik woon er pas tweeënhalf jaar – en hebben weer andere expertise.”
“Ik vind het geweldig om met mensen actie te voeren. In gemeenten wordt vooral óver mensen gesproken, ik vind het fijner mét mensen te praten. Toen ik nog geen raadslid was, zat ik na een actie op de publieke tribune en zag ik hoe ze in de raad het resultaat van de acties probeerden binnen te halen. Ik vond het leuk om dat zelf te doen.”
Het doorstaan van de economische crisis is volgens Heukelom de belangrijkste opgave van Nijmegen. “Tot nu toe hebben we weinig gemerkt, omdat de overheid de staatsschuld heeft laten oplopen. Maar vanaf volgend jaar moet Nijmegen bezuinigen. Wil je de stad sterk en sociaal houden, dan is de vraag hoe je dat moet doen. Mensen laten participeren via scholing en gesubsidieerde banen is heel belangrijk. Het zorgt ervoor dat ze op termijn weer kunnen instromen. Dus daar kun je beter niet op bezuinigen.”
Zevendejaars politicologieen rechtenstudent Jola van Dijk (24) was nummer 3 voor de SP en haalde 1.394 voorkeurstemmen binnen. Al vier jaar zit Jola van Dijk in de raad en dus kent ze het klappen van de zweep. Actievoeren en raadswerk horen voor haar bij elkaar.
A seat on the Council, thanks to - or despite - your study The Nijmegen School of Management is contributing three students and one member of staff to the new City Council of Nijmegen. University study may offer some useful background, but it won’t make you a better councillor. Tobias van Elfering (27) is a second-year student of economics. He was number 3 on the D66 list and received 468 preference votes. “I was born and raised in Nijmegen. You learn to know the city as a schoolboy and student, and at a certain point you see not only its good sides, but also the problems. I want to contribute to the quality of Nijmegen. For the last four years I’ve been a non-voting observer for the party.” Van Elfering began by studying German, “but nothing came of
that. Because of my political interests, I turned to economics. Many people have ideas about what should be done in the city, but nothing gets done without finance.” He thinks that spending cuts will be the focus for the coming term of the Council. “Nijmegen needs to find perhaps €20 million in savings. We need to guard against increasing taxes or running down the reserves. We have to cut out the slack in the budget: the Council is budgeting too much for too many things at the moment. So the money’s not all spent. It would be better to reduce the budget. There will also need to be substantial cuts, in the Council staff for example. So the municipality needs to reassess its own operations.” University study hasn’t given the new Councillor a toolkit of knowledge and skills. “I’m still too early in my studies for that. I consider myself a financial specialist, but that’s because I’ve gone deeply into the subject in relation to my Council work, quite separate from my studies. As a student I do have some relevant experience. Students are often seen by the Council as
transient population, but at least forty percent of us remain in the city, at least for a few years. So it’s good to have students on the Council.” Van Elfering hopes to get the spatial planning portfolio. “That entails a lot of finance, a lot of dealing with residents, and a vision for the city. I like that. And I’ve been spokesman for parks and gardens. In recent years there’s been one Alderman for parks and gardens and one for spatial planning. The first could protect trees and parks, but not the larger green areas. I would argue for an integrated approach. My political ambitions? I hope to continue in public administration.”
Assistant Professor of Economics Heukelom Floris (31) was number 8 on the PvdA list and got 58 preference votes. “I did not expect to get to number 8 on the list. When I found I was, it was still a nail-biter. With the collapse of the national coalition, the election could have gone either way. I knew just four people who
would vote for me: my friend, my boss and two others.” Heukelom is on the Council for two reasons. “I think it’s important that people from the university contribute to a better society and I think it will be a lot of fun to apply theoretical knowledge in practice.” “In economics, we assume that the market will improve welfare if it’s competitive enough. But that hasn’t always been the case. Take the Mensec (the organization that runs the city theatre - hp). That was given organisational autonomy, with the idea that it would work better with some market discipline. It didn’t work out that way. The question is: what will we do now? Complete privatisation is not on, because there’s no competition. It’s a practical economic problem that I’ve no answer for as yet.” Heukelom doesn’t think that his background means he’s better equipped than other Councillors. “Every member comes with his or her own expertise. I have what I’ve learned from economics books, but people who’ve been living in Nijmegen for fifteen years know the city better than I do – I’ve only been here two and a half years –
and they have other kinds of expertise.” Surviving the economic crisis is Nijmegen’s main task, says Heukelom. “So far we’ve not felt it much, because the government has increased its deficit. But from next year, Nijmegen will have to cut its spending. Keeping the city strong and socially supportive is a real challenge. Getting people to participate, through training and subsidized jobs, is very important. It ensures that, in time, they can return to the labour market. So that’s an area where it’s better not to economise.”
Jola van Dijk (24), in her seventh year of studying law and political science, was number 3 on the SP list and received 1,394 preference votes. Jola van Dijk has been on the Council for the past four years, so
city council
Vierdejaars bestuurskundestudent Rob Jetten (22) kreeg als lijsttrekker van D66 6.249 voorkeurstemmen. Dat hij meteen lijsttrekker werd, noemt Jetten geen verrassing. “Ik ben al sinds mijn achttiende actief binnen D66, en een jaar lang voorzitter geweest van de Jonge Democraten: vier dagen in de week was ik in Den Haag. Heel leerzaam en leuk, maar wel politiek voor de bühne. Hier in Nijmegen was ik fractievolger en toen Duco (Duco Bodewes, de vorige D66-lijsttrekker, hp) wegging, vond ik het be-
langrijk dat ook het nieuwe gezicht van D66 werd belichaamd.”
Erik van ’t Hullenaar
“Ik wil nu vooral bereiken dat er een progressief college komt: met GroenLinks, PvdA, VVD en natuurlijk D66.” Als het aan Jetten ligt, gaat het roer om bij de gemeente. “D66 gaat uit van het geloof in eigen kracht van mensen. In Nijmegen worden mensen te veel aan het handje gehouden. Een voorbeeld: het Decemberfonds geeft mensen met een bijstandsuitkering een kerstcadeau. Daar willen we mee stoppen en dat geld investeren in schuldsanering en scholing. En we willen keiharde afspraken bij re-integratietrajecten. In Nijmegen slaagt maar 12 procent, elders meer dan 25 procent.” Vruchten van zijn studie plukt Jetten vooral door zijn stage. “Ik ben medewerker geweest van senator Gerard Schouw. Daar heb ik geleerd veel stukken te behappen en daar zo snel mogelijk de kern uit te halen.” En politieke daadkracht? “Dat leer je bij de Jonge Democraten. Als wij de wethouders mogen leveren, geef ik ze mee dat ze moeten investeren in de relatie met hun ambtenaren. Als die niet willen, gebeurt er niet veel.” “Het pragmatisme dat D66 betoogt, word je bij bestuurskunde ook aangeleerd. Je kunt de stad niet vanuit het stadhuis besturen; dat ligt vooral bij burgers, bedrijven en instellingen. Een voorbeeld: in de nota Jeugdbeleid staat hoe de jeugd in 2025 zou moeten zijn, en dat we als gemeente één pedagogische visie moeten ontwikkelen om zo de Nijmeegse jeugd te verbeteren. Dat is gewoon onzin.”
she knows the ropes. Activism and Council work go together for her. “I love being politically active with others. In Councils a lot is talked about people; I think it’s nicer to talk to people. Before I was on the Council, I was in the public gallery, listening to the Council debate following a campaign and I saw how they tried to secure the fruits of the campaign in the Council. I thought it would be great to do that myself.” Between now and the next local elections she wants to reverse the cuts in neighbourhood libraries. Because the SP is likely to end up outside the coalition, Van Dijk is looking forward to “action, action, action. The library is one of the main facilities in the neighbourhood. It’s a place to meet, to read, to use a computer and do your homework.” Her studies have proved very useful in her Council work. “This law degree is very handy. You learn to read text very precisely and to understand complicated legal language. In zoning plans, for
example, that plays a big role. An Alderman may say: the law doesn’t allow such-and-such. Then I look at the law myself and read what it says. I don’t let myself be fooled.” But Van Dijk doesn’t think her studies make her a better Councillor. “The main thing you need is a willingness to listen to people and to be critical. Critical citizenship doesn’t play much a role in the university programme. I think you have to be careful not to be arrogant. There shouldn’t be too many well-educated people on the Council; you want people of all types: students, elderly people and welfare beneficiaries.”
Rob Jetten (22), a fourth-year student of Public Administration, was at the top of the electoral list for D66 and got 6249 preference votes. “It was no surprise that I became party leader straight off. I’ve been
active in D66 since I was 18,” says Jetten. We talked in the party office in the Town Hall, with his mobile phone vibrating every few minutes. “I was chairman of the Young Democrats for a year: that meant four days a week in The Hague. Very informative and lots of fun, but as politics it was superficial. I became a non-voting observer for the party here in Nijmegen and, when Duco left (Duco Bodewes, the previous D66 party leader - hp), I thought it was important that the D66’s new face should have a new body too.” “My main goal is to ensure a progressive coalition in the Executive, with GroenLinks, PvdA, VVD and of course D66.” If it’s up to Jetten, the Council will change direction sharply. “D66 believes in people’s own abilities. People in Nijmegen are treated too softly. For example the December Fund gives welfare beneficiaries a Christmas present. We want to stop that and spend the money on debt
reduction and education. And we want tough conditions to accompany individual re-integration plans. In Nijmegen only 12 percent succeed, whereas in other cities in more than 25 percent.” The benefits Jetten reaped from his university study came especially from his work experience placement. “I worked for Senator Gerard Schouw. I learned to read lots of documents and get the core message as quickly as possible.” And political impact? “That’s something you learn in the Young Democrats. If we are in the coalition, I will tell our Aldermen that they need to invest in their relationships with the civil servants in their departments. If they don’t agree to do that, nothing much will get done.” “The pragmatism that D66 stands for is also something you learn studying Public Administration. You can’t run the whole town from City Hall. It’s mainly the residents, businesses and institutions that run things. For example, the Memorandum on Youth Policy sets out a vision of how young people should be in 2025, and it says that we as a Council should develop a single pedagogical plan to improve the youth of Nijmegen. That’s just nonsense.”
De Nijmeegse gemeenteraad telt 39 leden. Na de verkiezingen op 3 maart is de nieuwe raad geïnstalleerd voor een zittingsduur van vier jaar. Naast het viertal van de Faculteit der Managementwetenschappen, telt de raad nóg twee leden van universitaire gemeenschap. De een is Frederik Peters, student economische en sociale geschiedenis (VVD), de ander Noël Vergunst, werkzaam bij het aan de RU gelieerde onderwijsadviesbureau IOWO. (GroenLinks). Het gewicht van de Faculteit der Managementwetenschappen had nog hoger kunnen uitvallen, maar twee studenten miste op het nippertje een zetel. De 18-jarige Mark Buck, student Bestuurskunde, stond nummer 4 op de lijst van het CDA, maar die partij maakte net als elders in het land ook in Nijmegen een duikeling, van vijf naar drie zetels. Ook Dirk Vreugdenhil, student politicologie, miste een raadszetel. Zijn poging om de ChristenUnie in Nijmegen nieuw leven in te blazen slaagde gedeeltelijk. Nijmegen behield na de verkiezingen zijn geuzennaam ‘Havana aan de Waal’. GroenLinks won de nek aan nekrace van de PvdA, beide goed voor acht zetels in de raad. D66 maakt een forse sprong, van 2 naar 6 zetels, en is nu in Nijmegen de derde partij. De Socialistische Partij, in de vorige periode nog de één na grootste, zakte weg naar een vierde plaats, met 5 zetels.
Nijmegen City Council has 39 members. Following local elections on 3 March, the new council was sworn in, for a four-year term. In addition to the four members from the Nijmegen School of Management, two other Councillors come from the university community. One is Frederick Peters, a student of economic and social history, for the VVD party, the other is Noël Vergunst, for the Green-left party. He’s a member of staff at the Institute for the Study of University Education (IOWO), which is affiliated to the University. The Nijmegen School of Management might have had even more representation: two students just barely missed winning a council seat. Mark Buck, an 18-year-old student of Public Administration, was number 4 on the Christian Democrats’ list, but the party suffered a setback across the country. Dirk Vreugdenhil, a student of political science, also just missed getting a council seat. His attempt at reviving the Christian Union (CU) in Nijmegen was partially successful. In the wake of the elections, Nijmegen still has its nickname of “Havana on the Waal” (referring to its leftist politics). The Greenleft party won a neck-and-neck race with the Labour Party. Both have eight seats on the Council. D66 has improved sharply from 2 to 6 seats, and is now the third party in Nijmegen. The Socialist Party, the second largest party in the previous Council, sank to fourth place, with 5 seats.
the city council
Bij het raadswerk komt haar studie goed van pas. “Die rechtenstudie is zó handig. Je hebt geleerd heel precies te lezen en ingewikkeld juridisch taalgebruik te doorgronden. In bestemmingsplannen speelt dat
bijvoorbeeld veel. Een wethouder zegt dan: in de wet staat dat dat niet kan. Dan kijk ik zelf in de wet en lees ik wat er staat. Ik laat me niet zomaar om de tuin leiden.” Maar Van Dijk denkt niet dat ze door haar studie een beter raadslid wordt. “Je moet vooral de wil hebben om naar mensen te luisteren en kritisch te zijn. Kritisch burgerschap staat niet centraal in de studie. Ik denk dat je moet oppassen niet te arrogant te zijn. Er moeten niet te veel hoogopgeleiden in de raad zitten, maar mensen uit alle groepen: studenten, ouderen, mensen met een bijstandsuitkering.”
gemeenteraad
De komende raadsperiode wil ze bezuinigingen op wijkbibliotheken terugdraaien. Omdat de SP waarschijnlijk buiten het pluche belandt, zoekt Van Dijk het in “actie, actie, actie. De bibliotheek is een van de belangrijkste wijkvoorzieningen. Het is een plek om elkaar te ontmoeten, maar ook om te lezen, te computeren en huiswerk te maken.”
5
mededelingen
6
agenda
abk radboud universiteit nijmegen Bij de ABK Radboud Universiteit Nijmegen, sinds 1991 business school van de Faculteit der Managementwetenschappen, starten in het voorjaar van 2010 de volgende (post-)masteropleidingen en leergangen: MSc/drs Bedrijfskunde (2 ½ jaar) Start: mei 2010 in Nijmegen Informatiebijeenkomsten: 7 april (Nijmegen) en 28 april (Utrecht) Post-master Leren, Ontwikkelen & Veranderen Start: april 2010 in Driebergen Master Architectuur in de Digitale Wereld (i.s.m. Capgemini) Start: mei 2010 in Utrecht Informatiebijeenkomst: 31 maart (Utrecht) Tevens starten in het voorjaar de leergangen: leergang Werknemerskunde (mei) leergang Diversiteit als Strategie (juni) ABK Radboud Universiteit Nijmegen T: (024) 361 21 08 E:
[email protected] I: www.abk-opleidingen.nl
promoties 9 april, 12.30 Marco Meuleman Wie is de baas? Leiderschap gevangen in verblindend spektakel. Een hermeneutisch onderzoek naar de spectaculaire elementen van leiderschap. Promotor prof. dr. René ten Bos 29 april, 15.00 J.J. Nijholt The Role of Print Media in Management Fashions. Promotores prof. dr. Ed Nijssen, prof. dr. Jos Benders
oratie
‘Beeld van leider is belangrijker dan zijn prestaties’ Door de dominante beeld
rassing is dat hierop helemaal geen kritiek is van leiderschapsauteurs (die hij in het fd onderzocht, hp). Zij zeggen niet: dit is niet goed. Zij zien de invloed van de beeld cultuur als een fact of life en geven tips om daarmee om te gaan. Fundamentele kritiek op het economisch systeem of het leiderschap daarbinnen ontbreekt.”
cultuur is het beeld van een leider belangrijker dan zijn prestaties, zo schrijft bedrijfs kundige Marco Meuleman in zijn proefschrift Wie is de baas? Het verrast hem dat kritiek ontbreekt en leiderschaps
Bonuscultuur
auteurs de beeldcultuur zien als een fact of life. Op het moment dat wereldwijd de beurzen piekten, had Marco Meuleman, destijds financieel directeur bij een lokale Rabobank, zijn bedenkingen. “Ik dacht: stroken al die ontwikkelingen in de financiële wereld wel met de reële economie? Leiders van de grote beursgenoteerde bedrijven leken wel filmsterren, terwijl leidinggeven toch ook een vak is. Het beeld leek belangrijker dan de realiteit.” Meuleman, die op 9 april bij René ten Bos promoveert, constateerde dat beeldvorming over leiders in de wetenschappelijke literatuur geen expliciet thema is. “Er is een lacune in de leiderschapstheorie.”
Spektakelwereld Vertrekpunt van Meulemans literatuuronderzoek was La Société du spectacle (1967) van de Franse filosoof Guy Debord. Die ziet een wereld die wordt geregeerd door beeldcultuur. In deze ‘spektakel wereld’ onderscheidt hij vier elementen: de schijnwereld van de beeldcultuur, die haar eigen werkelijkheid creëert; de overheersende rol van de economie waardoor alles in economische termen wordt beoordeeld; de onbewuste beïnvloeding van het individu door
de beeldcultuur; en idoolvorming: leiders worden neergezet als idolen. Deze vier elementen zag Meuleman terugkomen in 24 artikelen over leiderschap in Het Financieele Dag blad (FD). “Neem bijvoorbeeld de benoeming van de CEO van AT&T (telefoonbedrijf in de VS, hp). Van de man werd een schijnbeeld gecreëerd.” Financiële analisten lieten zich geringschattend over hem uit, media spraken over een
‘onbegrijpelijke keuze’, hij werd weggezet als niet charismatisch en niet krachtig. Dat werkte als een selffulfilling prophecy: beleggers verkochten hun AT&T-aandelen, de marktwaarde kelderde en de nieuwe directeur maakte uiteindelijk plaats voor een mediagenieke tough guy, die in zijn vrije tijd op een Harley Davidson rijdt. Niet zozeer de rol van de beeldcultuur verbaast Meuleman. “De ver-
Het ‘spectaculaire’ karakter van leiderschap speelt volgens Meuleman een rol in misstanden als de kredietcrisis en de huidige bonuscultuur. “Een mooi voorbeeld is Cees van der Hoeven van Ahold. Die is drie of vier keer verkozen tot CEO van het jaar en beloofde zijn aandeelhouders een winstgroei die eigenlijk onmogelijk was.” Zijn optreden gaf vertrouwen en leidde tot winstverwachtingen, investeringen en speculaties, schetst Meuleman. “Zo ontstaat een schijnwereld van financieel succes.” Ook de toezichthouders laten zich verblinden door de beeldvorming. “Dat hebben we gezien bij de DSB en ABN AMRO. De toezichthouders sturen te veel op het beeld en vergeten in te grijpen op concrete resultaten.” Meuleman, thans financieel directeur bij naar eigen zeggen de grootste verzekeringsmaatschappij op de Nederlandse Antillen, ziet niet direct een uitweg. “Er is weinig kritiek. Kijk naar de kredietcrisis: er is duizend miljard dollar geïnvesteerd. In plaats van dat we nu zeggen ‘dít heeft niet gewerkt’, gaan we er gewoon mee door. Het Amerikaans aandelenkapita lisme met een dominante rol voor de CEO is de norm. Er worden verder weinig alternatieven ontwikkeld.” 4 Harry Perrée
10 juni, 15.00 Prof. dr. Allard van Riel
benoeming Henk van Houtum is sinds maart aangesteld als onderzoeksprofessor Geopolitics aan de Universiteit van Bergamo, Italië. Henk van Houtum blijft fulltime verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij is univer sitair hoofddocent Geopolitiek en Politieke Geografie en medeoprichter van het Nijmegen Centre for Border Research aan de Radboud Universiteit. Van Houtum’s deskundigheid betreft onder meer de totstandkoming en representatie van nationale en stedelijke identiteit, migratiebeleid en het begrenzen van Nederland en de Europese Unie. De benoeming betekent een bevestiging van een al bestaande samenwerking. Aan de Universiteit van Bergamo zal Van Houtum met name het daar lopende onderzoek naar grenzen, nationalisme, migratie, stedelijke identiteit en alternatieve cartografie verder mee helpen uitbouwen en profi leren.
column | pendel Het mooiste van files is dat ze rust bieden, zeggen de forensen. Als het waar is wat ze zeggen, dan betekent het dat rust alleen maar gevonden kan worden als je ergens tussen huis en werkplaats in bungelt. Ik gebruik hier het woord ‘bungelen’ bewust. Een oud, mooi Germaans woord voor ‘forens’ is ‘pendelaar’. Vroeger sprak men ook wel van ‘pendelarbeiders’. Machtig, maar misschien juist ook onmachtig beeld van de pendulus: hangen, afhangen, zweven, glooien, veranderen. Bungelen dus. Dat impliceert ook dat de pendelaar er niet zoveel toe doet. Hij bungelt er maar een beetje bij. Thuis hebben ze hem niet nodig en op het werk ook niet. Tja, dat hadden ze niet gedacht toen ze ongeveer een halve eeuw geleden bij Ameliswaard de eerste file in dit land verwelkomden. Trots maakte zich in eerste instantie van de pendelende man meester. “Het lijkt hier Amerika wel!”, zo hoorden we hem enthousiast roepen vanachter het opengedraaide autoraampje. In de file wordt spitsburger wereldburger. Althans, zo leek het even. Maar kijk beter en zie dat de waarheid anders is: wie pendelt, bungelt erbij. Destijds begreep men dit niet. Nu weten we dat het forensisme een heilloos avontuur is
geweest. De pendelaar woont doorgaans in wat men met een typisch Nederlands gevoel voor humor ‘slaapstad’ is gaan noemen. Er zijn dus steden die werken en steden die slapen. Wie ontwaakt in de slaapstad, moet daar zo snel mogelijk weg, want in een slaapstad mag je niets anders doen dan slapen. Je voedt er niet op, je knipt het gazon niet, je maakt geen ruzie met je partner, laat staan dat je er de liefde bedrijft. Je slaapt in de slaapstad zodat je de volgende dag weer productief kunt zijn. De planners weten nu dat ze buiten de waard hebben gerekend. Ook in een slaapstad slaapt niemand altijd. En dus zijn de slaapsteden van toen de probleemsteden van nu. Slaapstad is wakker geworden en houdt van iemand als Geert Wilders. Het vervelende van de slaapstad is dat de pendelaars, die er vandaan komen, de meeste files veroorzaken. De echte ruimtereizigers die van de ene kant van het land naar de andere kant gaan, zijn niet het probleem, maar degenen die van Zoetermeer naar Den Haag of van Veenendaal naar Utrecht moeten. Je kunt van ze zeggen wat je wilt – ze bungelen er inderdaad maar wat bij – maar ze zorgen voor opstoppingen, waardoor wat onbelangrijk is toch plotsklaps belangrijk wordt. “Ik belemmer het verkeer”, roept de pendelende slaapstedeling, “dus ik besta”. Met
een onwrikbare Cartesiaanse logica blijkt wat erbij bungelt toch existentieel relevant. De forensen krijgen, in weerwil van alle bedenkingen, steeds meer onverwachte steun. De file, zo wordt gefluisterd, is de barometer van de economie. Staan er minder files, dan gaat het slecht. Staan er veel files, dan gaat het goed. Mevrouw Netelenbos, ooit minister van verkeerszaken, sprak onomwonden haar grote liefde voor de file uit. Na haar hebben vele anderen het gezegd. Landen met een zwakke economie kennen geen files. Afrika is geheel en al vrij van opstoppingen. Eilandjes in de Grote Oceaan ook. Mooi misschien, maar niet voor hier. De mensen daar bestaan niet. Alleen de pendelaars uit de slaapsteden bestaan. En dus staan ze allen, omwille van het goede doel, in de file de slaap te bevechten. Het is bijna alsof we aangespoord worden nog meer in die file te staan. Het geloof in de economie wakkert er door aan. De file is geen symptoom van een crisis, maar de oplossing voor de crisis. Niets minder dan een panacee. De diepere betekenis van de file is dat duidelijk wordt dat we in een pendeleconomie leven. René ten Bos
announcements
7
The Academy for Business and Administrative Studies (ABK), established in 1991 as the business school of the Nijmegen School of Management at Radboud University, is offering the following Masters and postMasters courses starting in the spring of 2010: MSc/doctorandus in Business Studies (2 ½ years) Start: May 2010 in Nijmegen Information sessions: April 7 (Nijmegen) and April 28 (Utrecht) Postgraduate Learning, Development & Change Start: April 2010 in Driebergen Master of Architecture in the Digital World (in partnership with Capgemini) Start: May 2010 in Utrecht Information meeting: March 31 (Utrecht) The following courses are also starting in the spring: Employee Studies course (May) Diversity as Strategy course (June)
Due to the dominant visual culture, the image of a leader has become more important than his performance, writes Marco Meuleman, student of Business Administration, in his dissertation “Who’s the boss?” It surprised him that there is no one who questions this – authors writing about leadership and visual culture seem to take this ‘fact’ for granted.
thing being judged in economic terms; the way people are unconsciously influenced through visual culture; and idolization, with leaders being seen as idols. Meuleman was able to identify these four factors in 24 articles about leadership published in the Financieele Dagblad (FD). “The appointment of the CEO of AT&T, for example. A false impression has been created about the man. “Financial analysts were disparaging, the media talked about an “incomprehensible choice,” and he was written off as neither charismatic nor strong. That was a self-fulfilling prophecy: AT&T investors sold their shares, the market plunged and the new man at the top was eventually replaced by a media-friendly tough guy, who rides a Harley Davidson in his spare time.
The role played by visual culture is not, in itself, what amazes Meuleman. “What’s surprising is that those who write about leadership (particularly in the FD) never seem to question this. They don’t say ‘this is simply not on’. They see the impact of visual culture as a fact of life and give tips for dealing with it. There’s no fundamental criticism of the economic system or how it is managed.” Sensational leadership styles have played a role in abuses such as the credit crisis and today’s bonus culture, says Meuleman. “A good example is Cees van der Hoeven of Ahold. He was elected CEO of the Year three or four times and promised shareholders earnings growth that was in fact impossible. “His presentation style inspired confidence and led to earnings forecasts, investment and specula-
tion. This approach creates an imaginary world of financial success.” The regulators also allowed themselves to be blinded by the image. “We’ve seen the same effect with the DSB and ABN AMRO; the regulators are over-influenced by the image and fail to intervene on the basis of actual results.” Meuleman, who is currently CFO for what he says is the biggest insurance company in the Netherlands Antilles, sees no immediate way out. “There’s a clear lack of critical thinking. Take the credit crisis: a thousand billion dollars have been invested. Instead of saying ‘this doesn’t work,’ we perpetuate the same old ways. American share market capitalism, with its dominant role for the CEO, is the norm and hardly anything is being done to develop alternatives.” 4 Harry Perrée
column | tailback The best thing about tailbacks, commuters say, is that they give you a breather. If that’s true, your only chance to relax is when you’re in a jam, somewhere between home and work. Americans have tailbacks, and the English have traffic jams. Tailbacks come in cans, sold by the crate in Wal-Mart; traffic jam ought to come in a traditional glass jar, sold in the corner shop with a cheery smile and a bit of gossip. The Dutch don’t commute, they pendel, they hang or swing or dangle. Pendel is the sort of thing you could do in a hammock; it gives you a chance to relax, but it’s also what the lamb’s useless tail does. It dangles there for no particular reason, much like a strap-hanger: surplus to requirements, whether on the way home or going to work. But people weren’t so sombre about this phenomenon fifty-odd years ago, when the first Dutch tailback formed in Ameliswaard. At first, commuters were proud to have mastered the art. “It’s just like America,” one called out cheerily, and we traded quips through open car windows. The tailback had turned Dutch danglers into cosmopolitan commuters. Or so it seemed at the time.
Now we know different. Commuting has turned out to be a disastrous experiment. The Dutch commuter lives in a dormitory town, or more precisely translated, a sleep city. As if there are some towns and cities that sleep, and others that work. If you should wake up in a sleep city (God forbid), you are supposed to get out as quickly as possible, because a sleep city was only for sleeping. It’s not like a home, where you raise your kids and cut the lawn, fight with your partner and make love. In a sleep city, you sleep so that tomorrow you can be productive, somewhere else. That was the plan. The town planners now know they misjudged. Even in a sleep city, no-one can sleep forever. So yesterday’s sleep cities are today’s urban issues. Sleep City has woken up, and it’s voting for Geert Wilders… The worst thing about the sleep cities is that it’s their danglers who cause most of the congestion. True interstellar travellers who zap from one side of the country to the other are not the problem; it’s the danglers who swing from Zoetermeer to Den Haag and back, or Utrecht to Veenendaal, who block things up. You can say what you like about them – they just dangle there pretty much like a lamb’s long tail – but
they do cause congestion, so what is in itself unimportant, becomes important. “I cause traffic congestion,” the swinging sleep-towner says, “therefore I am.” Ineluctable Cartesian logic proves that the dangling man is still existentially relevant. Despite their bad name, Dutch danglers are getting more support from unexpected quarters. Tailbacks have been called the barometer of the economy. If the tailbacks are shorter, things are looking grim. Tineke Netelenbos, the former Minister for forensenverkeer, sent a Valentines Card to the tailbackers. Many others have said it since. Countries with weak economies don’t have tailbacks. Pacific Islands don’t have tailbacks. They may be beautiful, but their way is not our way. How would people know they exist? The yawning strap-hangers from sleep cities exist. Every morning they do their bit for gross national congestion. It’s almost as if we are encouraged to jam it up more. It gives everyone more faith in the economy. Tailbacks are not signs of a crisis, they’re the solution. A panacea, no less. The deeper meaning of the tailback is clear: it tells us we live in a swinging economy. René ten Bos
T: (024) 361 21 08, E:
[email protected] I: www.abk-opleidingen.nl
phd defences 9 April, 12.30 Marco Meuleman Who’s the boss? Leadership imprisoned in a dazzling spectacle. A hermeneutic study of the spectacular elements of leadership (in Dutch). Supervisor Prof. René ten Bos 29 April, 15.00. J.J. Nijholt The Role of Print Media in Management Fashions. Supervisors: Dr. Ed Nijssen, Prof. Jos Benders
inaugural lecture 10 June, 15.00 Prof. Allard van Riel
FM Quarterly is het informatieblad voor medewerkers, studenten en alumni van de Faculteit der Managementwetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen. FM Quarterly is a newsletter for the international guests (students and researchers) and the international partners of the Nijmegen School of Management, a Faculty of Radboud University Nijmegen, the Netherlands. Productie | Production by Afdeling Communicatie RU Nijmegen. Comeniuslaan 6, Postbus 9102, 6500 HC Nijmegen, T +31 (0) 24 361 60 20. Redactieraad | Editorial Board prof. dr. René ten Bos, prof. dr. Hans Mastop, prof. dr. Esther-Mirjam Sent, drs. Rob Verhofstad, Tanja van Voorst. Redactie | Editors Paul van den Broek, Machiel van Zanten (eindredactie). Medewerkers: Harry Perrée. Fotografie | Photography Bert Beelen, Erik van ’t Hullenaar, Serge Technau. Vormgeving en opmaak | Design and layout Nies en Partners bno, Nijmegen Drukwerk | Printed by Roos en Roos Arnhem
f m q u a r t e r ly
When stock markets peaked worldwide, Marco Meuleman, who was at the time Financial Director at a local Rabobank, had his reservations. “I thought: do the trends in the financial world match the real economy? The leaders of big listed companies behaved like movie stars, but leading a business requires very specific skills. Image seemed to have overtaken reality.” Meuleman, who has defended his PhD, supervised by René ten Bos, on April 9, observed that the perceptions of business leaders have not been explicitly examined in the scien tific literature. “In my view there’s a gap in the theory of business leadership.” Meuleman began his literature survey with La Société du spectacle (1967) by the French philosopher Guy Debord. Debord sees a world ruled by visual culture. He distinguishes four elements in this “show world” – the imaginary world of visual culture, which creates its own reality; the dominant role of the economy which leads to every-
abk radboud university nijmegen
agenda
‘A leader’s image is far more important than his performance’
alumnus
8
‘Mijn houdbaarheidsdatum was verstreken’
‘I’d reached the end of my shelf life’
Planoloog Gerd Leers werd in 2002, na een carrière in gemeenteraad
Gerd Leers became Mayor of Maastricht in 2002, having previously
en Tweede Kamer, burgemeester in Maastricht. In januari stapte hij op
served on the City Council and in Parliament. In January he resigned the
toen de gemeenteraad vond dat er een onwerkbare verhouding was
post, when the council found that an unworkable relationship had been
ontstaan door Leers’ handelen rond zijn Bulgaarse vakantievilla.
created by Leers’ actions in relation to his holiday home in Bulgaria.
“Ik zit nu in de trein naar Den Haag. Daar ga ik naar de Hofstadlezing en verder heb ik een aantal afspraken. Met wie? Dat ga ik nu niet vertellen. Ik neem nu even rust om goed te kijken waar ik mij in kan zetten. Nee, ik word niet nog een keer burgemeester. Het is goed geweest. Ik heb in Maastricht alles gegeven wat ik had. Jammer dat het zo is gelopen, ik heb mijn bijdrage geleverd.
onder het gekissebis en de verwijten tussen basis en top. De discussies waren goed om de lucht te klaren, maar nu moeten we verder. De lijsttrekker wisselen geeft mensen misschien een gevoel van vernieuwing, maar of je daarmee ook kwaliteit krijgt, daar heb ik grote twijfels over. Balkenende heeft ervaring, internationale contacten en kent het klappen van de zweep.
“I’m on the train to Den Haag. I’m going to the ‘Capital City Lecture’ (Hofstadlezing) and I also have some appointments. Who with? I don’t want to say. I’m taking some time out to look around and see where I can contribute. No, I won’t be Mayor again. It’s been good. I gave it all I had in Maastricht. Too bad it turned out that way, but I feel I’ve done my bit.
Ik was acht jaar raadslid en fractievoorzitter voor het CDA in Goirle. Daar viel ik op. Toen kwam de vraag of ik interesse had in de Tweede Kamer. Daar heb ik ja op gezegd. Nee, ik was geen politiek dier. Ik rolde erin. Ik had gewoon mijn werk, maar daarnaast een aantal politieke activiteiten, ik wilde maatschappelijk betrokken zijn. Dat klinkt verheven, maar het was echt zo.
Of de PVV een mogelijke coalitiepartner is? Als Wilders zijn programma doorzet, ben ik ervan overtuigd dat we niet samen met hem een coalitie kunnen vormen. Maar als hij zijn verderfelijke gedachtegoed om mensen uit te sluiten – de kopvoddentax, dat is zoiets denigrerends – opgeeft, als hij dat allemaal wegstreept om mee te kunnen regeren, wat is er dan op tegen om met hem aan de slag te gaan?”Harry Perrée
I was City Councillor and leader of the CDA Councillors in Goirle for eight years, where I made a pretty good impression. Then I was asked whether I would be interested in going into Parliament. I replied yes. No, I wasn’t political by nature – I just kind of fell into it. I had a job, but I also had a number of political activities; I wanted to be involved in the community. I know that sounds very altruistic, but that’s the way it was.
Serge Technau
Burgemeester worden is altijd een jongensdroom van mij geweest. Als kleine jongen zei ik al dat ik burgemeester of advocaat wilde worden; ik wilde mensen helpen. Maastricht is zonder meer de stad waaraan ik mijn hart had verpand. Dat ik tussentijds naar burgemeestersposten in Rotterdam en Den Haag heb gesolliciteerd, kwam omdat ik voelde dat mijn houdbaarheidsdatum in Maastricht verstreken was. Dat merk je, mensen proberen je onderuit te halen. De ‘gun-factor’ was weg.
Nijmegen is een geweldige studentenstad. Wat ik daar vooral geleerd heb, is academisch denken. Daarbij gaat het niet zozeer om een onderwerp, maar om een houding: dat je processen kunt analyseren en op een creatieve manier oplossingen vindt. Creatief zijn vind ik belangrijk; ik ben ervan overtuigd dat we naar een nieuw tijdperk gaan. We zijn van het tijdperk van de industrie naar het tijdperk van de innovatie gegaan en ontwikkelingen gaan steeds sneller, dat vraagt nogal wat van mensen. Ik weet zeker dat het CDA zich herstelt voor de verkiezingen, als ze een streep trekken
As for the story that I’d breached my own code of conduct in relation to my holiday home, I think the evidence is extremely weak. I’ve not done anything that I’m ashamed of. The BING (The Dutch Municipalities Integrity Bureau, which was investigating Leers’ actions, hp) said there was an apparent conflict of interest. I’d written a letter to the Ambassador of Bulgaria, saying that a working visit could not take place as scheduled. In the letter I gave a lot of details about problems with the villa. The BING said it would have been better not to do so. But BING also acknowledged that everyone should be able to contact an ambassador, even a mayor. The appearance of a conflict of interest was simply unavoidable. And BING said so too. In fact, the upshot is, as mayor you can’t buy a holiday home, because if there’s a problem, this kind of thing can happen. The question was: were the politicians willing to support me? They could have done it, but they’d already decided not to. That’s politics. The substantive discussion was not conducted in the Council Chambers. Anyway, I don’t want to dwell on it. I don’t want to get in any parting digs; I’d prefer to leave it all behind me.
Voor het verhaal dat ik met mijn vakantie villa tegen mijn eigen gedragscode ben ingegaan, vind ik het bewijs uiterst dun. Ik heb niks gedaan waar ik mijzelf verwijten over maak. Ik had de schijn van belangenverstrengeling tegen mij, zo constateerde BING (het Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten, dat onderzoek deed naar Leers’ handelen, hp). Ik had een brief geschreven aan de ambassadeur van Bulgarije waarin ik zei dat een werkbezoek niet kon doorgaan. Daarin had ik mijn privéprobleem van de villa uitgebreid uitgelegd. Dat had ik volgens BING beter niet kunnen doen. De vraag was: was de politiek bereid om mij heen te gaan staan? Dat had ze kunnen doen, maar van tevoren was al beslist om dat niet te doen. Zo is politiek nu eenmaal. De inhoudelijke discussie in de raad is niet meer gevoerd. Maar goed, ik wil daar verder niet veel aandacht aan besteden. Ik wil niet natrappen en dit vooral achter mij laten.
To be Mayor was a childhood dream. As a small boy, I said I wanted to be the mayor or a lawyer, I wanted to help people. Maastricht is the city closest to my heart, no doubt about it. However, at one time I did apply for mayoral positions in Rotterdam and The Hague, because I felt that I’d reached the end of my shelf life in Maastricht. You noticed that people were trying to pull you down. The ‘gun factor’ was gone.
Nijmegen is a great student city. The main thing I learned was the academic way of thinking. It’s not so much a topic as an attitude: you analyse processes and look for solutions in a creative way. I think being creative is important and I’m convinced that we’re entering a new era in this respect. We’ve moved on from the industrial age to an era of continual innovation. The rate of change is increasing and that puts a lot of demands on people.
curriculum Geboren op 12 juli 1951 in Kerkrade. Doorliep de mulo in Weert en de hbs in Roermond. Studeerde van 1969 tot en met 1975 planologie en ruimtelijke economie aan de Radboud Universiteit. Was daar studentenvertegenwoordiger en tevens een jaar actief bij de PvdA. Belandde in 1990, na verschillende functies en acht jaar raadslidmaatschap, in de Tweede Kamer. Werd in 2002 burgemeester van Maastricht. Woont daar met zijn vrouw. Heeft drie dochters (27, 29 en 30 jaar). Houdt van klussen – “ik heb gisteren de koekoeksklok gemaakt” – en gaat weer golfen en hardlopen. Born on July 12, 1951 in Kerkrade. After four-years of secondary school in Weert, he went on to the Pre-technical College in Roermond. From 1969 to 1975 he studied spatial planning and economics at Nijmegen University. He was a student representative and was also active in the Labour Party for a year. In 1990, after working in several positions and eight years as a Councillor, he became an MP. In 2002 he became Mayor of Maastricht, where he lives with his wife. He has three daughters (27, 29 and 30 years). He loves tinkering with things – “Yesterday I fixed the cuckoo clock” – and he will be returning to golf and running in the near future.
I’m sure that the CDA will recover before the elections, if they put an end to the squabbling and accusations back and forth between the base and the top. The debates were good to clear the air, but now we must get on with it. A change of leadership might give people a sense of renewal, but I really doubt we would get quality that way. Balkenende has experience and interna tional contacts; he knows the ropes. The PVV as a potential coalition partner? If Wilders continues with his current agenda, I’m sure we can’t form a coalition with him. But if he gives up his noxious ideas of excluding people – like the demeaning so-called ‘rag-head’ tax – if he cuts all that out, so that he can play a responsible role in governing, why not team up with him?”Harry Perrée