Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
Projectplan ‘Buurttalent Noord’ Voor nieuwe verbindingen! In Leiden-Noord 1. De aanleiding
In Leiden West (Hoge Mors) is door Libertas Leiden de zogenaamde Bronmethodiek (afkomstig uit Arnhem) geïmplementeerd. Deze methodiekontwikkeling wordt door Libertas Leiden uitgevoerd met ondersteuning van de Stichting Meander. Onder deel van dat project is dat de project resultaten worden ingebed in andere wijken in Leiden. Libertas Leiden heeft hierbij de keuze gemaakt om in de wijk LeidenNoord deze implementatie in 2011 vorm te geven in het kader van het “Sociaal Programma LeidenNoord”.
2. Achtergronden
Leiden-Noord In 1998 is voor Leiden Noord in het kader van het Grote Stedenbeleid, gestart met een WijkOntwikkelingsPlan (WOP). De wijk Leiden Noord wordt gekenmerkt door een achterstand op sociaal, economisch en fysiek gebied. Het WOP is een aanzet tot herontwikkeling van de wijk en rust op drie pijlers: fysieke ontwikkeling, economische ontwikkeling en sociale ontwikkeling. Om tot een gerichte aanpak te kunnen komen heeft de gemeente de intentie om samen met de bewoners van de wijk te komen tot concrete oplossingen in de vorm van sociale projecten. Inmiddels wordt al een aantal sociale projecten uitgevoerd in de wijk in samenwerking met betrokken partijen o.a. gemeente Leiden, woningcorporaties Portaal, Ons Doel, De Sleutels en Libertas Leiden. Leiden Noord is een heel diverse wijk. Om een beter beeld te krijgen van de sociale stand van zaken is daarom nuancering, aanscherping of aanpassing van de bevindingen van de gemeente gewenst. Daarom is in 2006 een bewonersonderzoek uitgevoerd, met als doel te achterhalen in hoeverre de bewoners zich herkennen in de 19 door de gemeente opgestelde problemen. In totaal is van circa 750 bewoners gegevens verzameld. Na afronding van het bewonersonderzoek wordt een participatietraject opgestart, waarin met de bewoners naar concrete oplossingen wordt gezocht. Kadernota sociaal programma Leiden-Noord Deze concept Nota vormt het kader voor het op te stellen sociaal programma als onderdeel van het Wijkontwikkelingsplan Leiden Noord. Nu de fysieke ontwikkelingen bekend zijn is de sociale pijler van het wijkontwikkelingsplan herijkt. De start daarvoor is gegeven in het voorjaar van 2005. In 2007 is er een bewonersonderzoek gehouden door het bureau Dimensus. Dit onderzoek en een aantal andere onderzoeken hebben de basis gevormd voor dit concept kader. Over het algemeen geven bewoners aan dat volgens hen de kwaliteit van de buurt iets minder goed is dan elders in de gemeente Leiden. Een vijfde vindt dat de kwaliteit in Leiden Noord beter is dan in veel andere wijken, terwijl bijna een kwart (23%) vindt dat Leiden Noord daarbij juist wat achterblijft. De meeste bewoners (57%) vinden overigens dat hun wijk gemiddeld scoort. Per buurt verschilt het beeld. Zo zijn bewoners van Groenoord duidelijk positiever gestemd over de kwaliteit van hun buurt. Ruim een kwart (27%) van de bewoners van Groenoord vindt dat de kwaliteit van de buurt beter is dan gemiddeld en 16% vindt deze minder goed. Het minst te spreken over de buurt zijn de bewoners van het Noorderkwartier. Van hen denkt 12% dat de kwaliteit bovengemiddeld is, maar ruim een kwart van de bewoners (28%) denkt dat hun buurt slechter scoort. De Kooi neemt een tussenpositie in. Het aandeel bewoners dat vindt dat de buurt bovengemiddeld scoort (24%) is maar iets groter dan het aandeel bewoners dat denkt dat De Kooi beneden gemiddeld scoort (21%). Het sociaal programma zal zich richten op het vergroten van ontwikkelingskansen van bewoners en het binden van bewoners aan Leiden Noord. Budget 40+ voor de wijk Leiden Noord. In februari 2010 heeft de gemeente een plan ingediend bij het Ministerie van VROM met de titel: "Samenwerken aan sociale kansen". Het plan is tot stand gekomen door samenwerking tussen bewoners, bewonerskader, maatschappelijke organisaties en de gemeente Leiden. Het plan dingt mee naar een financiële bijdrage van 2 miljoen voor 4 jaar. Onderdelen van het plan zijn onder andere: Opgeruimd staat netjes acties, een buurtbus "bakkie in de buurt", wijkgerichte inburgering, extra opening van de speeltuinen, oprichting van een buurtmuseum in Leiden-Noord, buurttalent, een combinatie van
Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
1
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
buurtsuper en ontmoetingscentrum in Groenoord-Zuid en een wijknetwerk rondom jongeren. De aanvraag bestaat uit een korte probleemanalyse, waarin de sterke en zwakke punten van de wijk aan de orde komen, de te realiseren ambitie voor 2014 en concrete maatregelen en projecten, waarmee de ambitie waargemaakt kan worden. In juni 2010 blijkt de aanvraag te zijn afgewezen door het ministerie. Op basis van deze afwijzing heeft de gemeente de keus gemaakt om de € 600.000 die nog beschikbaar is voor het sociaal programma op basis van het VROM plan in te zetten in de wijk. In april 2011 heeft het College het Meerjaren Uitvoerings Programma vastgesteld. Onderdeel van het programma is het in uitvoering brengen van het project Buurttalent. Wmo Mede onder invloed van de invoering van de Wmo vindt er een omslag plaats ten aanzien van het zorgen welzijnsbeleid in gemeenten. Dit heeft zich o.a. geconcretiseerd in een meer wijkgerichte aanpak waar binnen Leiden al langer aan werd gewerkt. In een vervolgstap op deze ontwikkeling streeft de gemeente nu naar een optimalisering van het functioneren van welzijnswerk door het stimuleren van een meer 'vraaggestuurde' wijkgerichte aanpak. Waarmee meer aansluiting gerealiseerd kan worden met de in de wijken aanwezige vragen en wensen naar activiteiten en ontwikkelingen, en last but not least meer gebruik gemaakt kan worden van de in de wijken onder bewoners aanwezige kwaliteiten en er een meer activerende werking ontstaat ten aanzien van de wijkbewoners. De tijd is voorbij om bij de rol van bewoners uitsluitend te denken in termen van ‘meedenken met het beleid’. Burgerparticipatie is niet alleen meedenken, het is ook juist het initiëren en verantwoordelijkheid nemen. Actief burgerschap is: meedoen in de samenleving, niet als recht maar omdat het goed is voor jezelf en anderen. Het gaat erom dat bewoners niet alleen de ‘vragers’ maar steeds meer de aanbieder en de producent worden. Leefbaarheid wordt niet alleen door bewoners geconsumeerd, maar vooral ook geproduceerd. Hierbij gaat het ook om elkaar ruimte te geven voor verschillen en anderzijds het bevorderen van verbindingen tussen groepen. Met de implementatie van de Bronmethodiek en het benutten van de ervaringen die zijn opgedaan met het project “Attent op Talent” in de wijk de Hoge Mors, zal Libertas enerzijds in staat gesteld worden om talenten en capaciteiten van mensen te ontdekken en dat om te zetten in vrijwillige inzet cq burgerschap, anderzijds in beeld te krijgen wat de vragen en behoeften zijn (een deel) van de bewoners in LeidenNoord. 3. Keuze wijk en samenwerkings partners
Door Libertas Leiden-Noord is er voor gekozen om het project uit te voeren in de wijken het Noorderkwartier, de Kooi en de buurt Nieuw Leyden. De achtergrond van deze keuze is dat Nieuw Leyden mede ontwikkeld is om wooncarrière in Leiden-noord te realiseren. In fase 1 en 2 blijken de nieuwe bewoners voor 40% afkomstig uit Leiden-Noord. Een tweede motief om Nieuw Leyden, het Noorderkwartier en de Kooi met elkaar te verbinden is dat met de komst van nieuwbouw in Nieuw Leyden en de komst van nieuwe bewoners het een welzijnsopgave is enerzijds te bevorderen dat men elkaar ruimte geeft voor verschillen en anderzijds dat welzijnswerk bevordert dat groepen (lichte) verbindingen met elkaar aangaan. Het biedt de mogelijkheid om sociale stijgers in Nieuw Leyden te verbinden met kwetsbare groepen en/of te koppelen aan vrijwillige inzet van voorzieningen en vrijwilligersorganisaties in Leiden Noord. Los van deze combinatie kunnen uiteraard ook de talenten en capaciteiten van bewoners in de Kooi en Noorderkwartier gevonden worden en verbonden worden met mogelijkheden in de sociale netwerken en de bestaande voorziningen. Noorderkwartier/de Kooi e Het noorderkwartier/de Kooi wordt gekenmerkt door deels 19 eeuwse bouw aan de rand van de wijk, 30er jaren bouw in combinatie met flats ten noorden en ten zuiden van de Willem de Zwijgerlaan uit de vijftiger jaren. Uit het rapport van dimensus blijkt dat bewoners in het Noorderkwartier/de Kooi vaker beduidend negatief gestemd over hun buurt als ze die vergelijken met andere buurten in Leiden. Eigenlijk is men alleen duidelijk positiever over de gehechtheid aan de buurt. Aan de andere kant ismen beduidend negatiever over de voorzieningen voor jongeren, het aandeelgezinnen met een laag inkomen, de ontspanningsmogelijkheden, de voorzieningenvoor kinderen, het aantal winkels voor dagelijkse boodschappen, het aandeel gezinnen met geldproblemen, het gemak waarmee buurtbewoners werk kunnen vinden, de sportdeelname, het aantal verenigingen, de werkloosheid, het aandeel gezinnen met opvoedproblemen, het te hard rijden en de hoeveelheid groen. In de complexen van de woningbouwverenigingen de Sleutels en Portaal vindt een uitdrukkelijke verkleuring plaats van de populatie die gebruik maken van dit segment van de woningmarkt.
Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
2
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
Nieuw Leyden Nieuw Leyden is een nieuwbouwbuurt die tot stand is gekomen in het kader van het wijkontwikkelingsplan deels op terrein waar voorheen sociale woningbouw stond, deels op het voormalige terrein van het EWR. De nieuwbouw bestaat grotendeels uit (grondgebonden) particuliere nieuwbouw en duurdere sociale nieuwbouw in de huursector. Samenwerkingspartners Libertas Leiden wil de methodiek “Attent op talent” graag samen uitvoeren met een aantal (potentiële) vrijwilligersorganisaties in Leiden-Noord te weten: Voetbalvereniging Roodenburg, Korfbalvereniging Pernix, Schooltuinencomplex Tuinvereniging Ons Buiten, Afdeling vrijwilligers, Verpleeghuis Overrhyn, Speeltuinvereniging Noorderkwartier/Oosterkwartier Radius Buurtcentrum ’t Spoortje/ Kooi Basisschool de Viersprong Sleuteldropproject SMU Moultaka Bewonersvereniging Nieuw Leyden 4. Doelen project
Om de maatschappelijke vraagstukken (kansen, bedreigingen) vanuit de invalshoek van zorg en welzijn in onderlinge samenhang aan te pakken ligt het voor de hand om de nadruk te leggen op een integrale aanpak van het eerste prestatieveld van de WMO. Dit wordt binnen het project vorm gegeven door een gebiedsgerichte aanpak met een accent op het ontdekken en activeren van talenten en capaciteiten van mensen en het in beeld brengen van wensen, behoeften en (zorg) vragen van bewoners. Welzijnswerk heeft hierbij vooral de rol om de betrokken instellingen en organisaties bij elkaar te brengen en te laten samenwerken (netwerkvorming), als daarmee creatief en doelmatig ingespeeld kan worden op individuele behoeften en maatschappelijke vragen. Als rode draad worden de volgende inhoudelijke en procesmatige doelen geformuleerd: Inhoudelijk 1. Verbeteren van de leefbaarheid (fysiek en sociaal) a. Bevorderen van de sociale cohesie/samenhang: b. Contact (en ontmoeting) tussen bewoners (oppervlakkig tot intensief) c. Wederzijdse hulprelaties (instrumenteel/praktisch, sociaal emotioneel, informatieve steun) d. Sociaal netwerk met positieve contacten e. Gezamenlijke buurtactiviteiten 2. Identificatie van bewoners met de buurt 3. Versterking van de zelfredzaamheid (oplossingsvermogen) van bewoners. 4. Versterking van de participatie van die groepen die weinig participeren (jongeren, allochtonen, nieuwe bewoners) Procesmatig 1. Bevorderen van de participatie (activering bewoners) 2. Bevorderen van de medeverantwoordelijkheid (gericht op bewoners). 3. Het verbeteren van de communicatie tussen burgers en overheid. 4. Het verbeteren van het netwerk van en tussen de professionele partners. Instrumenteel 1. Uitvoeren van een model voor ontdekken en activeren van talent en capaciteit 2. Uitvoeren van een model om de wensen, behoeften en (zorg) vragen van mensen in beeld te krijgen 3. Het bieden van mogelijkheden aan vrijwilligersorganisaties om bij te dragen aan de inzet van in de wijk aanwezige betrokkenheid, interesse en talenten van mensen. 4. Het opbouwen van een projectstructuur waarbij de kerngroep het middelpunt vormt 5. Het ondersteunen van betrokken vrijwilligersorganisatie bij de uitvoering van de methodiek 6. Het matchen van capaciteiten en talenten en vrijwilligersorganisaties; taken koppelen aan
Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
3
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
5. Methodiekinzet
talenten 7. Het matchen van wensen, behoeften en (zorg) aan bestaand aanbod 8. Het ontwikkelen van nieuwe arrangementen op basis van geïnventariseerde behoeften en (zorg) De kern van de het project wordt gevormd met het ontdekken van talenten, kwaliteiten en potenties (sociaal kapitaal) van bewoners in de wijken. Hierbij wordt de methodiek “Buurttalent” (Leidse variant op de “BRON methodiek” ) ingezet in de wijk het Noorderkwartier, de Kooi en Nieuw Leyden. Oorsprong BRONmethodiek De “BRONmethodiek” is ontwikkeld door de vrijwilligerscentrale in Arnhem gericht op het bewerkstelligen van een veranderingsproces. Het kenmerk van de bronmethodiek is dat ze niet de behoeften (vacatures) van organisaties als uitgangspunt kiest, maar de betrokkenheid, interesses en talenten van mensen en deze probeert te vertalen in vrijwillige inzet. Dat noemen ze ‘andersom denken'. In de aanpak worden niet mensen bij de taken gezocht maar worden talenten gekoppeld aan mogelijkheden. Taken naar mensen, in plaats van mensen naar taken! De bronmethodiek leert daarbij organisaties om taken te zoeken bij talenten en competenties van mensen. Deze aanpak lijkt erg geschikt om te benutten voor een wijkaanpak waarbij welzijn en zorg elkaar ontmoeten en gezamenlijk perspectief op bouwen op het gebied van participatie, burgerschap (vrijwilligerswerk), versterking van de zelfredzaamheid van bewoners en de opbouw van een steunstructuur in de buurt. De methodiek is geëvalueerd door het onderzoeksbureau DSP en komt als veelbelovend naar voren vanwege de positieve punten. De methode wordt getypeerd als een intensieve aanpak die een omslag in denken en doen (vraaggerichtheid) nastreeft, vergt geduld en veel inspanning en is een proces van langere adem. Ook het project “Buurttalent” in de Hoge Mors is geëvalueerd, waaruit naar voren is gekomen dat het een betekenisvolle wijkaanpak is om “de eigen kracht” van bewoners te versterken en in die zin Welzijn Nieuwe Stijl proof is. Setting en toepassing: 1. In de wijk of achterbanorganisaties in diverse sectoren (enkelvoudig traject); 2. Op wijkniveau: meerdere organisaties gezamenlijk (meervoudig traject) 3. Ontwikkelwijken en nieuwbouwwijken Sterke punten: 1. Bevordert vraaggericht werken van professionals in de wijk op terrein van zorg en welzijn; 2. Zet in op duurzame veranderingen; 3. Kan opstap zijn naar meer sociale samenhang in wijk en versterken leefbaarheid; 4. Versterkt de inzet van de “eigen kracht” van bewoners 5. Kan wensen en problemen bij wijkbewoners signaleren en doorverwijzing naar organisaties vergemakkelijken. Potenties: 1. Intensieve methode met veel potentie: zet aan tot omslag in denken en doen (vraaggerichtheid) en dient veel doelen, maar is proces van lange adem. Resultaten methodiek Uit monitoring van de bronmethodiek blijkt dat meer dan de helft van alle wijkbewoners, die instemmen met een gesprek, bereid is zich vrijwillig in te zetten voor een of meer wijk(maatschappelijke) organisaties, dat aantal ligt in de “wijkaanpak” iets lager. Het is hierbij van groot belang dat ze persoonlijk gevraagd worden en dat ze iets kunnen doen wat hen aanspreekt en aansluit op men kan en wil betekenen voor de wijk. Uiteraard is het succes van de match na het gesprek afhankelijk van de doortastendheid van de vrijwilligersmakelaar van het project. Het behouden van nieuwe instroom van vrijwilligers is mede afhankelijk van het vrijwilligersbeleid van de afzonderlijke wijk(maatschappelijke) organisaties. Evaluatieresultaten “Attent op Talent “ in de Hoge Mors te Leiden In de periode november 2008 tot en met maart 2010 heeft Libertas Leiden de gelegenheid gekregen om de “Bronmethodiek” te implementeren en uit te voeren in de Hoge Mors. In juni 2010 heeft er een evaluatie plaatsgevonden met daarin als belangrijkste conclusies: 1.
2.
De meervoudige aanpak (samenwerking tussen verschillende wijkvoorzieningen) van de BRONmethodiek in het project Attent op Talent heeft voldoende opbrengsten gegenereerd als het om het ophalen/ontdekken van talenten in de wijk gaat, maar onvoldoende opbrengsten opgeleverd met betrekking tot het inzetten van deze talenten binnen de deelnemende voorzieningen. De omslag van aanbodsgericht werken (vacatures) naar vraaggericht werken (talenten inzetten en eigen kracht inzetten) is bij de deelnemende organisaties nog onvoldoende tot zijn recht
Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
4
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
gekomen en vergt een nadere omslag in het denken, waarbij organisaties zich realiseren dat zij eigenschappen hebben die er aan bijdragen en/ of er de oorzaak van zijn dat bepaalde groepen hen niet bereiken of niet door hen bereikt worden. 3. Vanuit de deelnemende voorzieningen heeft de nadruk sterk gelegen op het realiseren van ‘vrijwillige inzet’ binnen de voorzieningen en minder op het versterken van burgerschap, zelfredzaamheid en het opbouwen van een steunstructuur. Bestaande taken bij de voorzieningen bleken onvoldoende aan te sluiten op wat de geïnterviewden willen en kunnen bijdragen aan en betekenen voor de wijk. 4. De opbrengst van Attent op Talent blijkt vooral een positief effect te hebben op de mate waarin zich ‘vrijwillige inzet’ heeft vertaald in ‘actief burgerschap’ in de wijk. Er zijn diverse nieuwe activiteiten in ontwikkeling en uitvoering. Het project Attent op Talent is daarmee vooral ook een wijkaanpak en wijkproject gebleken, niet in de laatste plaats omdat het project geleid heeft tot nieuwe ontmoetingen en onderlinge contacten. 5. De toepassing van de BRONmethodiek heeft inzicht gegeven in de motieven en talenten van mensen en in beperkte mate hun noden, vragen en behoeften. 6. Uit de resultaten van de interviews komt naar voren dat er een flink potentieel aan bewoners is die te activeren is op de combinatie van ‘persoonlijk contact leggen’, ‘iets doen in de buurt’ en ‘creatieve-vormgeving’. Zij geven er de voorkeur aan ‘af en toe’ en ’flexibel’ te worden ingezet. 7. De geuite behoeften aan recreatieve, creatieve en educatieve activiteiten geven vooral weer dat er kansen liggen voor het buurtcentrum om enerzijds haar programma te laten aansluiten op deze geuite wensen maar ook dat de bekendheid en toegankelijkheid nog te verbeteren valt. 8. De kerngroep heeft in samenwerking met welzijn, zorg en sport een bijdrage geleverd aan het inzichtelijk krijgen van de talenten, maar ook een basis gelegd voor nieuwe netwerkvorming in de wijk rondom gezamenlijke maatschappelijke vraagstukken. 9. De zoektocht naar talenten vereist dat in het interview voldoende aandacht is voor de huidige activiteiten, eventuele belemmeringen en beperkingen, zodat er geen verkeerde verwachtingen ontstaan m.b.t. de matchkans. 10. Het buurtcentrum blijkt voor de deelname van bewoners aan de interviews een belangrijke ‘ontmoetingsknooppunt’ te zijn geweest. Bovenstaande conclusies zijn verwerkt in de aanpak voor Leiden-Noord. Bronmethodiek in het kort In het kort worden in de bronmethodiek de volgende stappen genomen: Stappen 1. De organisatie bekijkt intern zijn eigen beperkingen, waarbij ook de mate van interculturalisatie onderdeel van uitmaakt 2. De organisatie traint enquêteurs/ medewerkers van de vrijwilligersorganisaties. Dat zijn oa. de “ambassadeurs” van de achterban 3. De kernvraag is: Wat kunnen/ willen (potentiële) vrijwilligers doen en/of betekenen voor de wijk 4. De achterban (de bron) en bewoners in de wijk worden benaderd voor een interview. Zowel talenten en capaciteiten als vragen en behoeften komen in beeld 5. De wensen, mogelijkheden en randvoorwaarden worden in beeld gebracht, waar nodig wordt er doorverwezen 6. Er vindt matching tussen vraag en aanbod plaats Meerwaarde enkel of meervoudig gebruik In het gebruik van de bronmethodiek kan gekozen worden voor enkel of meervoudig gebruik. In de situatie van Leiden-Noord wordt er voor gekozen om ook andere maatschappelijke partners te laten deelnemen aan de bronmethodiek. Verschillende organisaties voeren dan de methode tegelijkertijd en gezamenlijk uit. Samen zijn zij verantwoordelijk voor de benadering van de wijkbewoners. De organisaties slaan de interviewgegevens op in een gezamenlijke database. Gezamenlijk krijgen de organisaties op deze manier zicht op de wensen, behoeften en (zorg) vragen van bewoners. Tevens kunnen aan geïnterviewden meer opties voor maatschappelijke participatie aanboden worden. De aanpak heeft een uitdrukkelijke meerwaarde omdat dat mogelijkheden biedt om (verrassende) in de breedte matches te realiseren. Een bewoner die nu actief is op school kan op basis van de geconstateerde talenten en capaciteiten wellicht inzetbaar zijn in zorg en welzijn en visa versa. Een meervoudige bronmethodiektraject heeft extra baten: 1. Breed inzicht in wensen, behoeften en (zorg)vragen van bewoners 2. Breed inzicht in de aanwezige talenten en capaciteiten in de wijk 3. Activering van wijkbewoners 4. Verbeterde samenwerking tussen wijkorganisaties Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
5
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
6. Project uitwerking Leiden-Noord
Doelstelling De doelen van de methodiek zijn: 1. Versterken van betrokkenheid; in organisaties en wijken; 2. Opsporen en inzetten van talenten, capaciteiten en betrokkenheid van bewoners; 3. Vergroten vrijwillige inzet en civil society; 4. Versterking van de combinatie van welzijn en zorg. 5. Stimuleren samenwerking tussen (vrijwilligers) organisaties in wijk; Kern project. De kern van het project is: 1. Opsporen van talenten, capaciteiten en betrokkenheid van bewoners 2. Opsporen behoeften en (zorg)vragen 3. Persoonlijke gesprekken door en met wijkbewoners/achterban; 4. Gegevens worden opgeslagen in gezamenlijke database; 5. Organisaties werken aan intern beleid (vrijwilligersbeleid) t.a.v de achterban 6. Organisaties in wijk komen tot nieuw aanbod (mede gebaseerd op inventarisatie van vragen en behoeften) Werkwijze Er wordt een kerngroep van organisaties gevormd die met vrijwilligers werken. De “ambassadeurs” van deze organisaties worden getraind in de methodiek en het afnemen van interviews van de BRONmethodiek. Zij zullen deels interviews afnemen in eigen geledingen en deels interviews afnemen in de wijk, om behoeften, vragen en talenten te zoeken. Bewoners kunnen overigens hun talenten en capaciteiten ook zelf melden via de wijkwebsite. De informatie wordt opgeslagen in een webbased/database. Het matchen van talenten/capaciteiten en taken van de organisaties kan plaatsvinden. Hulpvragen worden doorgeschakeld met de verantwoordelijke organisaties. Behoeften en vragen worden zo mogelijk vertaald in een gezamenlijk vernieuwend en afgestemd aanbod. Ervaringen en opgedane kennis worden benut om het vrijwilligerswerk te versterken en vraag en aanbod op elkaar af te stemmen.
7. Resultaten en effecten
Effecten Leiden-Noord De achterliggende doelen van het project zijn het bevorderen van een meer vraaggerichte werkwijze in zorg en welzijn, het vergroten van sociale samenhang in wijken en het realiseren van “sociale stijging”en “sociale binding”. Meer concreet gaat het om: Resultaten in Leiden-Noord 1. Het actief benaderen van 1500 huishoudens 2. In kaart brengen van wensen, behoeften en (zorg)vragen, kwaliteiten, talenten en capaciteiten van 350 wijkbewoners. 3. Deelname te realiseren aan een interview van minimaal: a. 150 leden/deelnemers van de achterban van de deelnemende (vrijwilligers) organisaties b. 150 bewoners uit het Noorderkwartier/de Kooi en 50 bewoners uit de buurt Nieuw Leyden c. Minimaal 10 % deelname van jongeren beneden 23 jaar d. Minimaal 15 % deelname van allochtone buurtbewoners Libertas Leiden is staat in staat om de uiteindelijke keuze van mensen te beïnvloeden om al dan niet actief te worden, maar op grond van onderzoek is gebleken dat onderstaande verwachtingen reëel zijn: 4.
5.
6.
In het kader van de achterban benadering worden minimaal (50% zegt bereid te zijn, waarvan 50% ook daadwerkelijk actief wordt) 35 matches gerealiseerd met deelnemende organisaties of I-doe. In het kader van de wijkgerichte benadering worden minimaal ( 50% zegt bereid te zijn, waarvan 40% ook daadwerkelijk actief wordt) 40 matches gerealiseerd met deelnemende organisaties of I-doe. Er wordt samenwerking in de wijk tot stand gebracht tussen minimaal 6 organisaties en maximaal 9 organisaties m.b.t. de implementatie van de BRONmethodiek met als resultaat: a. Bij alle deelnemende organisaties wordt de vrijwilligersscan uitgevoerd waarmee men zicht krijgt op de succes en risicofactoren van het vrijwilligersbeleid van de eigen organisatie b. Tussen de deelnemende organisaties wordt een convenant afgesloten inzake ambities, prestaties (interviews in achterban en de wijk) en de samenwerking in de kerngroep.
Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
6
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
c. d. e.
De enquêteurs van de organisaties worden getraind in de methodiek en de afname van de interviews De organisaties stellen gedurende het project hun vrijwilligers beleid bij mede gebaseerd op de ervaringen in de projectperiode en verkregen nieuwe inzichten. De organisaties zijn bekend met de werkwijze van de BRONmethodiek en kunnen de methodiek zelfstandig uitvoeren als onderdeel van het vrijwilligersbeleid.
Spin-off resultaten. 7. Signaleren en doorverwijzen van (eenvoudige) hulpvragen naar verantwoordelijke organisaties; 8. De kerngroep Inventariseert en realiseert (vernieuwend) aanbod, op basis van de vragen, noden en behoeften van de bewoners. 9. De organisaties vernieuwen hun vrijwilligersbeleid en nemen (onderdelen) van de methodiek op in de wijze van bereiken, binden en behouden van vrijwilligers. 10. Inventarisatie van knelpunten enerzijds en anderzijds vragen op het terrein van ondersteuning van het vrijwilligersbeleid. Maatschappelijke effecten. De verwachte maatschappelijke effecten zijn: - Verbindingen tussen groepen in de wijk Leiden-Noord, vitale en initiatiefrijke en kwetsbare oa. door verbinding bewoners Nieuw Leyden en bewoners in Leiden-Noord. - Imagoverbetering buurt - Toegenomen zelf –en samenredzaamheid - Toename participatie en vrijwilligerswerk - Versterkte sociale samenhang - Versterkte sociale netwerken met bijkomende hulprelaties - (ver)Nieuwende sociale activiteiten in de buurt 8. Planning Een indicatie van de tijdsduur van het project ziet er als volgt uit: Activiteiten in maanden
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
-Keuzes m.b.t. projectscoop: wijkkeuze, doelgroepen, samenpartingspartners, SMART maken doelen en resultaten -Inrichting samenwerking -Projectorganisatie Indiening projectaanvraag “Sociaal programma 2011-2012) Netwerkontwikkeling m.b.t.: Meervoudige aanpak, keuze wijkpartners Formulering aangrijpingspunten voor organisatie en werkwijze Buurttalent op grond van wijkanalyse opbouwwerk -Draagvlak creëren, scan vrijwilligersbeleid van organisaties -Installatie kerngroep -Vaststellen ambities afzonderlijk en gezamenlijk -Ondertekening convenant -Waarborgen randvoorwaarden -Voorbereiding communicatie achterban en wijkbewoners -Uitvoering trainingen vrijwilligers -Communicatie buurt -Uitvoering interviews -Matching vraag en aanbod, talenten en mogelijkheden -Monitoring proces -Evaluatie resultaten op basis van indicatoren. -Terugkoppeling (nut en waardering) Ontwikkeling duurzame infrastructuur, voortzetting aanpak
9. Kostenraming
Uitgangspunten voor deze kosten beraming zijn: 1. De gemaakte keuze voor toepassing van de meervoudige wijkgerichte aanpak 2. De gemaakte keuze voor een brede aanpak (zorg, welzijn, onderwijs, sport, thuiszorg, wijkwerk) 3. De beschikbaarheid van een digitale webbased/talentenbank 4. Het realiseren van de resultaten (zie 7).
Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
7
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
5.
De gemaakte keuze om te regelen dat de inzet van medewerkers van Wijk (maatschappelijke)organisaties deels vergoed wordt. 6. De gemaakte keuze om de vrijwilligers gedeeltelijk te compenseren met een vrijwilligersvergoeding Voor de begroting zie bijlage 11. projectorganisatie
Libertas Leiden is verantwoordelijk voor de implementatie van de projectstructuur , dat ziet er als volgt uit:
Stuurgroep Er wordt op managementniveau, een stuurgroep gevormd: 1. Het in gezamenlijkheid realiseren van benodigde randvoorwaarden voor het realiseren van de resultaten van het project. 2. Het vaststellen van projectdocumenten met betrekking tot: a. Vaststellen keuze meervoudige/enkelvoudige, smalle/brede aanpak b. Vaststellen doelen, resultaten, doelgroepen en prestatie indicatoren c. Vaststellen inrichting van de samenwerking d. Vaststelling projectorganisatie e. Vaststelling evaluatie en (bijstelling) wijkprogramma 3. Installatie projectorganisatie 4. Het inbedden van het project binnen de eigen verantwoordelijkheden van de instelling en inbedding van het project binnen de eigen bestaande netwerk-contacten. Projectcoördinatie Libertas Leiden-Noord is verantwoordelijk voor de projectcoördinatie en de uitvoering van de taken en geformuleerde resultaten. De opbouwwerker krijgt daarbij begeleiding en ondersteuning van de adviseur van Meander. Hij of zij is primair verantwoordelijk voor: 1. Het initiëren van inhoudelijke projectdocumenten en activiteiten 2. Het voorbereiden van de benodigde besluitvorming in de stuurgroep 3. Het scheppen van de benodigde randvoorwaarden voor uitvoering 4. Het opbouwen van de benodigde netwerkstructuur Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
8
Versie: 0.3 Datum: 3 december 2010 Opgesteld door: Stichting Meander, Regionaal Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Contactpersoon: V. Kokke
5. 6. 7. 8. 9.
Het initiëren en ondersteunen/begeleiden van de “kerngroep bronmethodiek” De coördinatie van verschillende betrokkenen, activiteiten en werkzaamheden De coördinatie van de interviews, registratie en matches tussen vraag en aanbod en eventuele hulp- en dienstverlening Het bewaken van de voortgang van het project in zijn geheel het bewaken van het budget
Ondersteuning en begeleiding Stichting Meander De Stichting Meander draagt zorg voor ondersteuning, advisering en begeleiding met betrekking tot: 1. De implementatie van de methodiek “Buurttalent” 2. Ontwikkeling tools en instrumenten 3. De monitoring en de evaluatie 4. Train de trainers-training; deskundigheidsbevordering Kerngroep “Buurttalent Noord” De kerngroep is de verzameling van vertegenwoordigers van de verschillende partners op basis van een meervoudige aanpak. De kerngroep vormt het overlegkader met betrekking tot de uitvoering van de bronmethodiek bij verschillende organisaties en in de wijk. Taken van de kerngroep zijn: 1. Begeleiding van de uitvoering 2. Communicatie met achterban 3. Bespreking en afstemming van de planning 4. Uitwisseling ervaringen interviews en matches op basis van de ontdekte talenten en capaciteiten 5. Toetsing monitoring en evaluaties 6. Initiëren gezamenlijke nieuwe initiatieven voor activiteiten en arrangementen op basis van gesignaleerde wensen en behoeften
Projectomschrijving “Buurttalent Noord; voor nieuwe verbindingen” december 2010, versie 0.3
9