Monitor Aansluiting Onderwijs–Arbeidsmarkt Startmeting 2012
COLOFON Uitgave Gemeente Den Haag DSO / Programmamanagement, Strategie en Onderzoek Juli 2013 Druk Gemeente Den Haag Intern Dienstencentrum Inlichtingen OCW/OSP Henk van Andel (070 – 35 3 5565 /
[email protected]) DSO/PSO Carla Rothuizen (070 - 35 34874 /
[email protected]) SZW/Beleidsonderzoek Olivier van der Vet (070 – 35 7 445 /
[email protected]) De Gemeente Den Haag aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid inzake het gebruik van en toepassing van de gepresenteerde gegevens. Afwijkingen in absolute aantallen en % kunnen veroorzaakt worden door afrondingen. Bij gebruik van cijfers is bronvermelding verplicht.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
2
INHOUDSOPGAVE Samenvatting ....................................................................................... 5 Inleiding .............................................................................................. 11 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
Speerpunt 1: Leren en werken in de techniek aantrekkelijker maken ... 13 Banen in de techniek ............................................................................... 14 Vacatures .............................................................................................. 14 Aantal leerlingen in de technische sector .................................................... 15 Aansluiting onderwijs op de techniek sector ................................................ 19 Imago techniek sector ............................................................................. 20 Aantal re-integratietrajecten in de techniek ............................................... 23
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Speerpunt 2: Personeelstekorten in de zorg aanpakken ....................... 25 Aantal banen in de zorg ........................................................................... 25 Vacatures in de zorg ............................................................................... 27 Aantal leerlingen dat zorgvakken volgt....................................................... 29 Aansluiting aanbod op de verwachte vraag ................................................. 32 Re-integratie in de zorg ........................................................................... 34
3 3.1 3.2 3.3 3.4
Speerpunt 3: Personeelstekorten in het onderwijs aanpakken ............. 35 Aantal banen in het onderwijs................................................................... 35 Vacatures in het onderwijs ....................................................................... 37 Aantal afgestudeerden HBO leraaropleidingen ............................................. 39 Aansluiting aanbod op de verwachte vraag ................................................. 39
4 4.1 4.2 4.3
Speerpunt 4: Kansrijke clusters Vrede & Recht en Veiligheid versterken via onderwijs .................................................................... 41 Banen in Vrede & Recht en Veiligheid ........................................................ 41 Aantal HBO / WO studenten in Vrede & Recht ............................................. 42 Aantal HBO / WO studenten in Veiligheid.................................................... 43
5 5.1 5.2 5.3
Speerpunt 5: Ondernemerschap stimuleren via onderwijs .................... 45 Aantal startende ondernemingen............................................................... 45 Aantal ondernemers dat stopt................................................................... 47 Aantal studenten dat ‘ondernemerschap’ leert ............................................. 48
6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
Speerpunt 6: Jongeren helpen met een goede loopbaanstart ............... 49 Niet werkende werkzoekende jongeren ...................................................... 49 Aantal stageplaatsen en leerbanen ............................................................ 54 Leerwerkplekken .................................................................................... 55 Uitval eerstejaars ................................................................................... 56 Tevredenheid over studievoorlichting ......................................................... 56
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
3
I
Bijlage 1 Afkortingen ........................................................................... 59
II
Bijlage 2 Onderzoeksopzet................................................................... 61
III
Bijlage 3 Toelichting onderwijssectoren ............................................... 69
IV
Bijlage 4 Toelichting op de gehanteerde begrippen bij de regiometer ... 73
V
Bijlage 5 Standaard bedrijfsindeling .................................................... 75
VI
Bijlage 6 Omschrijving van beroepsniveaus ......................................... 79
VII
Bijlage 7 drijven in clusters Vrede & Recht en Veiligheid ...................... 81
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
4
SAMENVATTING __________________________________________________________________
Op 28 juni 2012 is de actieagenda ‘Geslaagd in het vak, onderwijs en arbeidsmarkt verbinden’ door 46 partners ondertekend. In de actieagenda staan 29 acties die partijen in de regio Haaglanden in de periode 2012-2015 samen ondernemen om het onderwijs en de arbeidsmarkt sterker met elkaar te verbinden. Dit is van vitaal belang voor de aanbodkant én aan de vraagkant, dus zowel voor de toekomstige beroepsbevolking als voor de economische sectoren die vakkrachten nodig hebben. Om de voortgang te kunnen volgen is aan de onderzoeksafdelingen van de gemeente Den Haag gevraagd om een monitor te ontwikkelen. In dit rapport worden de resultaten van de startmeting weergegeven. Hierin wordt de situatie van 2012 en voorgaande jaren beschreven. In de komende jaren zal het onderzoek herhaald worden. De 1. 2. 3. 4. 5. 6.
actieagenda kent zes speerpunten: Leren en werken in de techniek aantrekkelijker maken Personeelstekorten in de zorg aanpakken Personeelstekorten in het onderwijs aanpakken Kansrijke clusters Vrede & Recht en Veiligheid versterken via onderwijs Ondernemerschap stimuleren via onderwijs Jongeren helpen met een goede loopbaanstart
Voor deze 6 speerpunten zijn indicatoren benoemd om de ontwikkelingen in de tijd te volgen. Daarbij nemen de werkgelegenheid, het aantal studenten, het aantal stage- en leerwerkplaatsen en het imago een belangrijke plaats in. Afgesproken is dat er voor de monitor geen nieuwe gegevens worden verzameld maar dat alleen gebruik gemaakt wordt van bestaande bronnen. Speerpunt 1: Leren en werken in de techniek aantrekkelijker maken Doel is dat bedrijven en instellingen over voldoende personeelsaanbod in de technische beroepen kunnen beschikken en dat jongeren en volwassenen breed kennis kunnen maken met de techniek. Het aantal banen bij bedrijven in de sector techniek loopt door de economische crisis sinds 2008 terug. Ongeveer de helft van de technici werkt in de sector techniek; de andere helft werkt in andere sectoren zoals de zorg en de overheid. Het aantal vacatures in sectoren Techniek en Industrie laat een wisselend beeld zien maar in het algemeen kent 2012 meer vacatures in de Techniek dan 2011. In de regio is het aantal 3e en 4e jaars VMBO-leerlingen dat Techniek onderwijs volgt, iets teruggelopen. Het aantal MBO-leerlingen in de sector Techniek is ten opzichte van 2007 gedaald met 612. Ook het aandeel is gedaald. Dit duidt op een verschuiving van interesses. Bij meisjes is de daling verhoudingsgewijs groter dan bij jongens. Het aantal HBO-leerlingen in de sector Techniek is daarentegen ten opzichte van 2007 met 372 toegenomen. Het aandeel is ook licht toegenomen. Dit duidt op een toegenomen belangstelling. Ook het aantal WO-studenten is flink opgelopen. Verhoudingsgewijs is de groei bij vrouwen groter dan bij mannen.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
5
Het imago van de sector Techniek is o.a. af te leiden uit de instroom van eerstejaars (vooral het aandeel vrouwen) en het oordeel van afgestudeerden over hun opleiding. Jongeren uit Haaglanden die hun BBL, BOL of VMBO opleiding in de richting Techniek hebben afgerond, zijn in het algemeen niet erg tevreden over de voorlichting over studiemogelijkheden. Als we kijken naar het oordeel van afgestudeerden in de sector Techniek over de mogelijkheden om te starten op de arbeidsmarkt, dan is er een groot verschil naar opleidingsniveau. De meerderheid van de HBO’ers (60%) vindt dat de studie bijdraagt aan het vinden van een baan, terwijl maar 18% van de VMBO’ers dat vindt. BBL’ers en BOL’ers nemen een middenpositie in. Dezelfde uitkomst vinden we als het gaat om het oordeel over de bijdrage van de studie aan het verder ontwikkelen van kennis en vaardigheden. Maar de verschillen per richting zijn hier kleiner en in het algemeen oordeelt men er positiever over. Re-integratietrajecten zijn bedoeld om mensen met een bijstandsuitkering uit te laten stromen naar werk. De gemeente Den Haag biedt verschillende soorten trajecten aan, onder andere in de techniek. Het aantal deelnemers in de sector techniek is tussen 2010 en 2011 gedaald met 193 personen. Speerpunt 2: Personeelstekorten in de zorg aanpakken Het streven is om een voldoende kwantitatief en kwalitatief personeelsaanbod in de sector zorg en welzijn te krijgen, waarbij Den Haag het accent legt op ouderenzorg. De regio Haaglanden heeft in 2012 bijna 70.000 banen in de zorg. Dit aantal is goed voor een kleine 14% van alle werkgelegenheid in de regio. Het aantal banen in de zorg heeft zich sinds 2007 positief ontwikkeld. In de regio Haaglanden groeide het aantal banen in de zorg met 8%, terwijl het totaal aantal banen in dezelfde periode met 1% kromp. In directe zin is de sector zorg niet of nauwelijks gevoelig voor (schommelingen in) de conjunctuur. Indirect speelt de conjunctuur wel een rol. Tot nog toe ziet het er naar uit dat de druk vanuit de economie op de algemene arbeidsvraag de komende jaren beperkter blijft dan eerder voorzien. Dat komt omdat de economische groei die van de arbeidsproductiviteit waarschijnlijk niet of nauwelijks overstijgt. De bezuinigingsmaatregelen van het Rijk zullen wel van grote invloed zijn. In 2012 is het aantal vacatures in de zorg in de regio gedaald tot onder de 150. Door een andere meet- en registratiemethode van het aantal vacatures kunnen we niet verder terugkijken dan april 2011. Naar verhouding komt de grootste krimp voor bij de vacatures voor beroepen op wetenschappelijk niveau. In de regio is het aantal 3e en 4e jaars VMBO-leerlingen dat Zorg en Welzijn onderwijs volgt, flink teruggelopen. Ook het aandeel daalt. De belangstelling neemt dus af. Het aantal MBO-leerlingen in de sector Zorg en Welzijn is ten opzichte van 2007 gedaald met 364. Ook het aandeel is licht gedaald. Bij meisjes is de daling verhoudingsgewijs kleiner dan bij jongens (resp. 4% en 10% minder). Het aantal HBO-leerlingen in de sector Gezondheidszorg is ten opzichte van 2007 met 343 toegenomen. Het aandeel is ook iets toegenomen. Dit kan duiden op een toegenomen belangstelling voor gezondheidszorg op HBO niveau.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
6
In de Zorgsector zal de (vervangings)vraag de komende jaren toenemen. Het aanbod blijft daarbij achter. Het aantal afgestudeerden zal de komende jaren zelfs dalen, waardoor het tekort per saldo naar verwachting verder zal oplopen. Het aantal deelnemers aan een re-integratietraject in de zorg is in Den Haag tussen 2010 en 2011 met 63 personen gestegen. Het gaat daarbij onder andere om training in de thuiszorg en trainingen als zorgassistenten. 85 procent van de deelnemers aan deze trajecten is vrouw. Speerpunt 3: Personeelstekorten in het onderwijs aanpakken Het tekort aan onderwijzend personeel knelt vooral in het voortgezet onderwijs. Het streven is dat het voortgezet onderwijs in de Haagse regio voldoende onderwijsgevend personeel heeft, zowel kwantitatief als kwalitatief. De regio heeft in 2012 bijna 34.000 banen in het onderwijs. Dit aantal is goed voor een kleine 7% van alle werkgelegenheid in de regio. De meeste banen zijn in 2012 te vinden in het basisonderwijs (ca. 11.000). Dit wordt gevolgd door het aantal banen in het voortgezet onderwijs (ca. 9.000) en het hoger en universitair onderwijs (ca. 6.000). Kijken we specifiek naar het aantal banen in het voortgezet onderwijs, dan zien we dat het aantal fte onderwijsgevend personeel sinds 2008 licht terugloopt. Het gaat dan alleen om het aantal mannelijke docenten, want het aantal vrouwelijke docenten is juist toegenomen. Het aantal vacatures in het onderwijs is in 2012 gedaald ten opzichte 2011 en komt per maand nauwelijks boven de 20 uit. Naar verhouding komt de grootste krimp voor bij de vacatures voor beroepen op wetenschappelijk niveau. De gemeenten Den Haag, Rijswijk en Leidschendam-Voorburg willen meer mensen via een opleiding toeleiden naar werk in de onderwijssector. In het schooljaar 2010/2011 hebben 271 studenten in Den Haag hun diploma gehaald voor een lerarenopleiding op HBO niveau. De meesten daarvan zijn opgeleid tot leraar lichamelijke opvoeding voor het voortgezet onderwijs en voor het basisonderwijs. De (vervangings)vraag in de onderwijssector zal de komende jaren nog iets verder toenemen. Het aanbod blijft daarbij ver achter. Het aantal afgestudeerden zal de komende jaren zelfs dalen, waardoor het tekort per saldo naar verwachting verder zal oplopen. Er is vooral een tekort op HBO/wo niveau. Speerpunt 4: Kansrijke clusters Vrede, Recht & Veiligheid versterken via onderwijs Vrede & Recht en Veiligheid zijn twee kansrijke sectoren in de Haagse economie. Vooral het cluster Veiligheid biedt veel economische potentie. Bij het cluster Vrede & Recht gaat het in eerste instantie om hoog gekwalificeerd werk, maar in de spin-off creëert het ook laag gekwalificeerd werk. In 2012 omvat het cluster Vrede & Recht zo’n 40 vestigingen in Den Haag en Rijswijk met in totaal bijna 3.000 banen. Het aantal banen is sinds 2007 naar schatting met 6% toegenomen. Het cluster Veiligheid is niet duidelijk te herkennen in de standaard bedrijfsindeling. Het gaat in dit cluster vooral om intentionele (on)veiligheid zoals criminaliteit en
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
7
terrorisme. Beveiliging (van personen en gebouwen) en preventie zijn belangrijke onderdelen binnen dit cluster. In 2012 telt het cluster Veiligheid in de regio zo’n 265 vestigingen met ca. 9.500 banen. Sinds 2007 is dit cluster met ca. 11% gegroeid. Het is moeilijk te voorspellen hoeveel mensen in de nabije toekomst een baan zullen vinden in het cluster Vrede & Recht en het cluster Veiligheid omdat veel opleidingen wel raakvlakken hebben met deze clusters maar er niet direct voor opleiden. Speerpunt 5: Ondernemerschap stimuleren via onderwijs Het streven is dat meer jongeren tijdens hun schoolloopbaan in aanraking komen met ondernemerschap als optie voor een loopbaan en dat meer jongeren voor zelfstandig ondernemerschap kiezen. Het aantal starters in Den Haag is de afgelopen jaren toegenomen. Als percentage van alle bij de Kamer van Koophandel ingeschreven bedrijven, schommelt het aantal starters al jaren rond de 10%. De grootste groep starters is tussen de 25 en 35 jaar oud. Een tweede indicator van ondernemerschap is het aantal ZZP’ers. In de regio zijn per 1 januari 2012 bijna 34.000 ZZP’ers actief. Zij staan voor 49% van alle vestigingen in de regio en ca. 7% van alle banen. In Den Haag stijgt het aantal ZZP’ers nog altijd. Sinds 2007 is het aantal toegenomen met 43%. In de regio is echter sprake van een lichte daling. Een derde indicator is het aantal ondernemers dat stopt. Uit het werkgelegenheidsregister kunnen we afleiden dat het aantal ondernemingen dat jaarlijks verdween, toenam tot 2010. In de loop van 2011 zijn minder vestigingen verdwenen uit Haaglanden dan in 2010 maar het zijn er toch nog 8.300. Deze zijn niet allemaal gestopt of opgeheven. Zij kunnen ook verhuisd zijn naar een gebied buiten het Stadsgewest Haaglanden. De Haagse Hogeschool heeft een lectoraat ingesteld om het onderwijs in ondernemerschap breed toegankelijk te maken voor alle opleidingen. Inmiddels participeren studenten van bijna 40 opleidingen in de Minors. In 2010 zijn 85 studenten gestart met één van de drie Minors Ondernemen & Innoveren en hebben 82 studenten hebben de Minors afgerond. De andere Haagse onderwijsinstellingen kunnen geen exacte cijfers op dit vlak aanleveren. Het ROC Mondriaan verzorgt een aantal studierichtingen in het kader van ondernemerschap. Op 1 oktober 2011 stonden ruim 1100 leerlingen hiervoor ingeschreven. Speerpunt 6: Jongeren helpen met een goede loopbaanstart Het streven is dat jongeren een beter onderbouwde keuze maken voor studie en loopbaan; de tekortsectoren (techniek, zorg en onderwijs) en ondernemerschap nadrukkelijk aandacht krijgen in de loopbaanoriëntatie voor jongeren en dat jongeren goed zicht hebben op (regionale) arbeidsmarktperspectieven. In 2012 zoeken gemiddeld 4.000 jongeren per maand een baan. Voor Den Haag is er sprake van een dalende trend sinds 2007. Voor heel Haaglanden is de trend van het aantal werkzoekende jongeren stijgend.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
8
De stijging sinds januari 2011 zien we voor vrijwel alle opleidingsniveaus van jongeren. De grootste relatieve stijging van het aantal werkzoekenden zien we bij de hoogste opleidingsniveaus. Voldoende stage- en leerwerkplekken zijn ook belangrijk voor een goede loopbaanstart. De opleidingen signaleren vooral een tekort aan stageplaatsen in de branches: Bloemen en tuincentra, Groene ruimte, Dierverzorging en Plantenteelt. Daarnaast van zijn er in de branche Bakkerij, Economische administratief, Groothandel en Non-food, Reizen, Welzijn, Veiligheid en Schoonheidsspecialist over het algemeen wel voldoende stageplekken met uitzondering van enkele opleidingen. Studenten van het ROC Mondriaan die de BOL volgen, zijn verdeeld over de vraag of ze voldoende hulp vanuit school krijgen bij het vinden van een stageplek. Ze neigen naar een positief oordeel, maar zijn aanzienlijk kritischer dan het landelijk gemiddelde. Een meerderheid oordeelt positief over de moeite die het kost om een stageplaats te vinden. Ook op dit punt zijn studenten van het ROC Mondriaan iets kritischer dan landelijk het geval is. Positief zijn de studenten over wat ze leren op de stageplaats, maar weer iets minder dan het landelijk gemiddelde. Het aantal personen dat aan een leerwerkplek deelneemt, is tussen 2010 en 2011 gestegen. Bij jongeren tot 27 jaar nam het aantal deelnemers aan reintegratietrajecten met 44 procent toe. Als jongeren goed geïnformeerd en bewust een opleidingskeuze maken, zullen zij niet snel stoppen met hun studie en overstappen op een andere studie. Bij de Haagse Hogeschool stopt 41% van alle instromers binnen een jaar met hun studie. Bij INHolland is dat 20%. Van de overige HBO-instellingen in Den Haag zijn geen gegevens bekend.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
9
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
10
INLEIDING __________________________________________________________________ De actieagenda 2012-2015 ‘Geslaagd in het vak, onderwijs en arbeidsmarkt verbinden’ is op 28 juni 2012 door 46 partners ondertekend. De gemeente Den Haag zorgt voor monitoring en evalueert de actieagenda. Om de voortgang met betrekking tot de zes speerpunten te kunnen volgen is aan de onderzoeksafdelingen van de gemeente Den Haag gevraagd om een monitor te ontwikkelen. In dit rapport worden de eerste resultaten weergegeven. Ieder hoofdstuk behandelt een speerpunt. Daarin wordt eerst aangegeven welke concrete doelen worden nagestreefd. Vervolgens worden de indicatoren besproken. De eerste monitor is aangeboden in 2012 en beschrijft de situatie in 2012 en voorgaande jaren. In 2013, 2015 en 2017 zullen vervolg monitoren worden aangeboden. De indicatoren die in deze monitor worden gevolgd, zijn zogenaamde ‘outcome’ indicatoren. Ze hebben betrekking op de gewenste ‘outcome’ en zeggen iets over de maatschappelijke situatie die moet veranderen in een bepaalde richting. Meestal hebben ze een kwantitatief karakter. In bijlage 2 is het oorspronkelijke onderzoeksvoorstel opgenomen. Daarin zijn de uitgangspunten voor de monitor beschreven. Een daarvan is dat voor deze eerste monitor geen aparte data zijn verzameld. Er is alleen gebruik gemaakt van bestaande data die jaarlijks beschikbaar komen. Wanneer mocht blijken dat dit onvoldoende is om een goed beeld van de ontwikkelingen te krijgen, dan kan besloten worden om bij een volgende meting extra gegevens te verzamelen. De gemeente Den Haag wil samen met de 46 partners bereiken dat sectoren met personeelstekorten meer (jonge) mensen aan zich weten te binden, dat opkomende sectoren kunnen groeien, dankzij goed onderwijs, dat meer mensen de stap naar ondernemerschap zetten, dat de in- en doorstroming op de arbeidsmarkt groter wordt, dat meer jongeren succes hebben op hun route naar hun eerste baan en dat meer mensen die nog buiten het arbeidsproces staan, succesvol worden bijgeschoold en een baan verwerven. Het resultaat moet zijn dat meer mensen bekwaam en gemotiveerd een vak uitoefenen dat bij hen past. Daarin hebben werkgevers, werknemers en het onderwijs allemaal een rol te vervullen. Binnen de regio Haaglanden vallen de volgende gemeenten: Den Haag, Delft, Leidschendam-Voorburg, Midden Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Zoetermeer, Wassenaar en Westland (zie kaart op pagina 12). In de monitor wordt niet gekeken naar de afzonderlijke gemeenten, maar naar Haaglanden als geheel met specifieke aandacht voor de gemeente Den Haag als grote stad.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
11
Figuur 1 Deelnemende gemeenten in de regio Haaglanden
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
12
1
Leren en werken in de techniek aantrekkelijker maken __________________________________________________________________ Het eerste speerpunt is het leren in de techniek aantrekkelijker maken. De vraag naar technisch personeel in Haaglanden neemt toe, doordat veel oudere werknemers uitstromen en de vraag naar technisch personeel groeit. Tegenover deze groeiende vraag staat een gering aanbod van technici, want de instroom in het techniekonderwijs is zeer laag. Bedrijven kunnen daardoor steeds moeilijker aan goed personeel komen, waardoor het risico groot is dat het lokale aanbod aan technische dienstverlening in gevaar komt. Een opleiding in deze sector biedt veel jongeren meer kans op een attractieve baan dan sommige, nu populaire “schone handen” studierichtingen. Wat zijn de doelen? Bedrijven en instellingen beschikken over voldoende personeelsaanbod in technische beroepen. Jongeren en volwassenen kunnen breed kennismaken met de techniek. Om de ontwikkelingen te volgen zijn verschillende indicatoren benoemd. We lopen die hieronder punt voor punt langs. Bij de sector techniek hebben we het over o.a. metaalvervaardiging en -bewerking en de vervaardiging van elektrische en elektronische apparatuur. Ook gaat het om de bouw van schepen en auto’s en om medische apparatuur. In de bijlage ziet u een overzicht van de sectoren die in dit rapport onder de techniek worden gerekend. Hierbij is er sprake van een verschil in de bedrijfstakken die onder techniek vallen en technische beroepen. Bij de banen in de techniek kijken we naar de totale werkgelegenheid bij bedrijven die met hun hoofdactiviteiten in de categorie techniek vallen. In bijlage vier is een overzicht gegeven van de branches die in de sector techniek vallen. Uiteraard werken bij dit soort bedrijven ook mensen die niets met techniek te maken hebben (administratief personeel, management e.d.). Daarnaast zullen er ook technisch geschoolde mensen werken bij ander soortige bedrijven. Deze zijn in het aantal banen in de techniek niet meegerekend. Er is een groot verschil tussen bedrijven in de techniek (zie bijlage vier) en technische beroepen. Mensen met een technisch beroep zullen deels bij technische bedrijven werken maar deels ook elders. Mensen met een technisch beroep zijn bijvoorbeeld ook te vinden in de gezondheidszorg of bij een ICT bedrijf. Over de technische beroepen hebben we echter geen informatie beschikbaar. Hierbij wordt opgemerkt dat over allochtonen geen specifieke informatie beschikbaar is. De ontwikkelingen voor deze groep wordt dan ook niet apart beschreven.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
13
1.1 BANEN IN DE TECHNIEK Afname van het aantal banen De banen in de techniek laten een teruggang zien sinds 2008. Het gaat dan om banen bij bedrijven die in sector techniek actief zijn, dus niet alleen om banen van technici maar ook van het overige personeel. Er was sprake van een kleine groei in 2008 maar na het begin van de crisis zien we een krimp van het aantal banen in de techniek. Dit geldt voor zowel de regio Haaglanden totaal als voor Den Haag. Alleen het laatste jaar (2012) geeft een iets ander beeld. Voor Haaglanden totaal blijft er een dalende trend, voor Den Haag is er sprake van een stabilisering. Het aantal banen in de techniek in de regio1 is ca. 21.000 in 2012, wat neer komt op 4% van alle banen in Haaglanden. Hiervan komen er 11.300 voor in Den Haag (0,4% van de banen in Den Haag). Figuur 1.1 Ontwikkeling van het aantal banen bij bedrijven in de techniek, in de regio Haaglanden en Den Haag, geïndexeerd (2007=100) 110 105 100 95
Haaglanden totaal Den Haag totaal
90 85 80 75 70 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
1.2 VACATURES Wisselend beeld vacatures Het aantal vacatures in technische en industrie beroepen laat een wisselend beeld zien. De ene maand neemt in 2012 toe in vergelijking met 2011, de andere neemt af. In het algemeen zijn er in 2012 meer vacatures dan in 2011. Hierbij past de volgende opmerking: De vacaturegegevens in deze monitor zijn gebaseerd op de data die UWV publiceert. Vanaf april 2012 omvatten die data voor 2011 en 2012 de geregistreerde vacatures bij UWV Werkbedrijf en de gemelde vacatures op werk.nl. Behalve UWV kunnen ook gemeenten in het kader van werkgeversservicepunten vacatures registreren. De gepubliceerde data geven een indruk van de vacaturemarkt, maar nog geen volledig beeld. Werkgevers kunnen namelijk - bijvoorbeeld voor hogere functies - andere voorkeuren hebben voor wervingskanalen. In eerste instantie is voor deze monitor gekozen voor gebruik van direct beschikbare bronnen. Andere bronnen, zoals Jobfeed, kunnen bijdragen aan een breder beeld van de vacaturemarkt. Arbeidsmarktinformatie ontwikkelt zich steeds verder. Bij de voorbereiding van de monitor 2013 wordt nagegaan of en op 1 Binnen de regio vallen de volgende gemeenten: Den Haag, Delft, Leidschendam-Voorburg, Midden Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Zoetermeer, Wassenaar en Westland.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
14
welke manier UWV een completer beeld van de vacaturemarkt kan presenteren. Als voor de volgende editie van deze monitor een andere bron wordt gebruikt, dan wordt dat uiteraard aangegeven. Figuur 1.2 Vacatures in de technische en industrie beroepen in Haaglanden 2000 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0 jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov dec 2011
2012
Bron: UWV
1.3 AANTAL LEERLINGEN IN DE TECHNISCHE SECTOR Vooral afname bij VMBO en toename bij WO Het beleid is erop gericht dat meer jongeren kiezen voor techniek-onderwijs. Als dat beleid slaagt, zal het aantal leerlingen in die richting toenemen. Alle onderstaande cijfers over aantal leerlingen zijn afkomstig van de uitvoeringsorganisatie van de Rijksoverheid voor het onderwijs (DUO). Het DUO registreert alleen leerlingen naar hoofdvestiging. In Den Haag is ook een aantal nevenvestigingen van onderwijsinstellingen waarvan de hoofdvestiging in een andere gemeente is gevestigd. VMBO In oktober 2011 stonden er 2.561 3e en 4e jaars leerlingen bij het VMBO op Haagse hoofdvestigingen ingeschreven. Hiervan volgden er 357 Techniek onderwijs. Dat is 13,9% van het totaal. Ten opzichte van 2007 is het aantal 3e en 4e jaars leerlingen dat Techniek onderwijs bij het VMBO volgt, flink teruggelopen. Kijken we naar de VMBO hoofdvestigingen in heel Haaglanden, dan zien we eenzelfde daling. Het aandeel leerlingen dat Techniek onderwijs volgt, is ook iets gedaald. Tabel 1.1
Aantal leerlingen in het 3e en 4e jaar van het VMBO Totaal op Haagse hoofdvestigingen - Waarvan Techniek - Aandeel
2007
2008
2009
3188
2866
2828
2719
2561
490
455
364
352
357
2010 2011*
15,4%
15,9%
12,9%
12,9%
13,9%
Totaal op hoofdvestigingen Haaglanden
7620
6995
6832
6534
6297
- Waarvan Techniek
1659
1510
1384
1303
1283
21,8%
21,6%
20,3%
19,9%
20,4%
- Aandeel DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober
*2011 voorlopige cijfers
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
15
In figuur 1.3 zijn de ontwikkelingen weergegeven. Figuur 1.3 Ontwikkeling van het aantal 3e en 4e jaars VMBO leerlingen dat techniek onderwijs volgt 1800 1600 1400 1200 1000
op Haagse hoofdvestiging op hoofdvestiging Haaglanden
800 600 400 200 0 2007
2008
2009
2010
2011
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopig
MBO In oktober 2011 stonden er op Haagse hoofdvestigingen voor het MBO 17.091 leerlingen ingeschreven. Hiervan volgden 2.635 leerlingen Techniek onderwijs. Dat is 15,4% van alle MBO leerlingen. Deze leerlingen volgen onderwijs bij het ROC Mondriaan. In bijlage II wordt ingegaan op de sectoren binnen het MBO-onderwijs en de sector Techniek in het bijzonder. Ten opzichte van 2007 is het aantal leerlingen in de sector Techniek gedaald met 612. Ook het aandeel is gedaald. Dit duidt op een verschuiving van interesses. Bij meisjes is de daling verhoudingsgewijs groter dan bij jongens (resp. 27% en 17% minder). Kijken we naar het aantal Haagse jongeren dat op MBO niveau techniek onderwijs volgt (ongeacht de plaats waar dat is), dan is het aantal vrijwel gelijk gebleven. Na een lichte daling in 2008 en 2009 is het aantal in 2010 flink toegenomen, maar in 2011 weer gedaald. Het aantal leerlingen dat in Haaglanden woont en op MBO niveau techniek onderwijs volgt, is in dezelfde periode iets afgenomen. Ook het aandeel leerlingen dat techniek volgt, is iets kleiner geworden. Tabel 1.2 Aantal leerlingen in het MBO 2007
2008
2009
3.247
2.997
2.852
2810
2635
18,4
17,1
16,2
16,5
15,4
- aantal mannen sector Techniek
2.596
2.488
2.357
2305
2160
- aantal vrouwen sector Techniek
651
509
495
505
475
2.568
2.493
2.466
2.649
2.528
20,4
19,3
19,0
19,7
18,6
5.999
5.934
5.959
6.229
5.972
22,9
22,3
22,1
22,8
21,8
2010 2011*
Op Haagse hoofdvestigingen aantal leerlingen sector Techniek % leerlingen sector Techniek **
Haagse leerlingen aantal Haagse leerlingen sector Techniek % Haagse leerlingen sector Techniek ** Leerlingen Haaglanden aantal leerlingen Haaglanden sector Techniek % leerlingen Haaglanden sector Techniek ** DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober * 2011 voorlopige cijfers ** in percentage van totaal aantal leerlingen
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
16
In onderstaande figuur zijn de ontwikkelingen weergegeven. ‘Haags MBO’ wil zeggen ingeschreven bij een hoofdvestiging in Den Haag.
Figuur 1.4 Ontwikkeling van het aantal leerlingen in MBO in de techniek sector 7000 6000 aantal leerlingen Haags MBO sector Techniek aantal vrouwen Haags MBO Techniek aantal Haagse leerlingen MBO sector Techniek aantal leerlingen Haaglanden MBO Techniek
5000 4000 3000 2000 1000 0 2007
2008
2009
2010
2011
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopig
HBO In oktober 2011 stonden er op Haagse hoofdvestigingen voor het HBO 25.773 leerlingen ingeschreven. 2Hiervan volgden 5.187 leerlingen Techniek onderwijs. Dat is 20,1% van alle HBO leerlingen. Ten opzichte van 2007 is het aantal leerlingen in de sector Techniek met 372 toegenomen. Het aandeel is ook licht toegenomen. Dit kan duiden op een toenemende populariteit van de sector Techniek. Tabel 1.3
Aantal leerlingen in het HBO 2007
2008
2009
2010 2011*
Op Haagse hoofdvestigingen aantal leerlingen sector Techniek
4.364
4.638
4.710
4.912
% leerlingen sector Techniek **
19,8
20,1
19,8
19,9
5.187 20,1
- aantal mannen sector Techniek
3883
4037
4069
4214
4421
- aantal vrouwen sector Techniek
481
601
641
698
766
1.803
2.020
2.104
2.091
2.175
13,4
14,1
13,9
13,3
13,4
3.918
4.231
4.407
4.571
4.772
16,0
16,6
16,5
16,3
16,7
Haagse leerlingen aantal Haagse leerlingen sector Techniek % Haagse leerlingen in sector Techniek ** Leerlingen Haaglanden aantal leerlingen Haaglanden sector Techniek % leerlingen Haaglanden in sector Techniek ** DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopig ** in percentage van totaal aantal leerlingen
2
De leerlingen van In Holland vallen hier buiten, omdat de hoofdvestiging van InHolland in Rotterdam staat.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
17
In onderstaande figuur zijn de ontwikkelingen weergegeven. ‘Haags HBO’ wil zeggen ingeschreven bij een hoofdvestiging in Den Haag.
Figuur 1.5 Ontwikkeling van het aantal leerlingen in HBO in de techniek sector 6000 5000 aantal leerlingen Haags HBO Techniek aantal vrouwen Haags HBO Techniek aantal Haagse leerlingen HBO sector Techniek aantal leerlingen Haaglanden HBO Techniek
4000 3000 2000 1000 0 2007
2008
2009
2010
2011
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopig
In het schooljaar 2010/2011 zijn 673 HBO studenten afgestudeerd aan de Haagse hoofdvestigingen in de sector Techniek. Dat is 18,1% van alle afgestudeerden.
WO In oktober 2011 stonden er 17.642 WO-studenten in de sector Techniek bij de Technische Universiteit Delft ingeschreven. Ten opzichte van 2007 is het aantal studenten, flink opgelopen. Verhoudingsgewijs is de groei bij vrouwen groter dan bij mannen. Tabel 1.4 Aantal studenten WO Techniek aantal studenten WO Techniek bij TU Delft - aantal mannen - aantal vrouwen aantal Haagse studenten WO Techniek aantal Haaglandse studenten WO Techniek
2007
2008
2009
14426
15461
16557
17311
17642
11547
12316
13099
13477
13585
2860
3115
3407
3773
3998
1042
1125
1275
1301
1305
14407
15431
16506
17250
17583
2010 2011*
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopige cijfers
Figuur 1.6 Ontwikkeling van het aantal leerlingen WO Techniek 20000 18000 16000 14000
aantal op hoofdvestigingen Haaglanden aantal mannen
12000 10000 8000
aantal vrouwen
6000 4000 2000 0 2007
2008
2009
2010
2011
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopig
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
18
1.4 AANSLUITING ONDERWIJS IN HET CLUSTER TECHNIEK Onduidelijk beeld Het Tympaan Instituut heeft de zogenaamde Regiometer ontwikkeld. Daarin wordt de verwachte (vervangings-)vraag afgezet tegen het verwachte aanbod op basis van het aantal leerlingen dat een bepaalde onderwijsrichting volgt, waarbij rekening wordt gehouden met het opleidingsniveau. Het schattingsmodel is gebaseerd op de ontwikkeling van het aantal arbeidsplaatsen, het aantal leerlingen dat een bepaalde studierichting volgt en aannames over het aantal mensen dat uittreedt in verband met pensionering, slaagt voor een examen etc. In deze monitor gaan we uit van de prognose voor Haaglanden met betrekking tot het cluster Techniek. In bijlage III en IV wordt het model nader toegelicht en wordt tevens aangegeven wat onder het cluster Techniek valt. In bedrijven die tot het cluster Techniek gerekend worden, is de werkgelegenheid door de economische crisis de afgelopen 5 jaar gedaald, waardoor de vraag voor het komende jaar negatief is. Dat wil zeggen dat er meer mensen hun baan kwijt raken dan dat er vacatures zijn. In tabel 1.5 is te zien dat het overschot het grootst is op Mbo4-niveau, namelijk 31 mensen). Van een deel van het personeel in het opleidingsniveau onbekend. Daarnaast studeren er dit jaar veel studenten af. Per saldo ontstaat hierdoor een overschot. Het overschot is het grootst op HBO/WO niveau, namelijk 677 mensen. De verwachting is dat dit overschot de komende vier jaar nog aanhoudt. Het verwachtte overschot voor 2016 is 1035. Dat er op dit moment geen tekort is in het cluster Techniek wil niet zeggen dat er geen tekorten zijn aan technisch personeel in andere sectoren. Ook kan er wel een tekort zijn aan specifieke beroepen. Bovendien wil een overschot niet zeggen dat deze mensen geen werk hebben. Veelal zullen zij in andere sectoren werken. Tabel 1.5
Schatting vraag en aanbod in Haaglanden voor het cluster Techniek, in 2012 en 2016, naar opleidingsniveau (in aantal personen) Opleidingsniveau
Vraag
Aanbod
Saldo
VMBO/mbo1
-17
28
45
Mbo2/3
-19
175
194
Mbo4
-31
116
147
HBO/wo
-26
651
677
Onbekend
-17
17
Totaal 2012
-110
970
1080
Prognose 2016
-103
932
1035
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
Onderstaande figuur visualiseert de cijfers van tabel 1.5 en laat duidelijk zien dat het overschot op HBO/WO-niveau het grootst is.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
19
Figuur 1.7 Schatting vraag en aanbod in Haaglanden voor het cluster Techniek in 2012, naar opleidingsniveau 800 600 400
vraag
200
aanbod
0 -200
vmbo/mbo1
mbo2/3
mbo4
hbo/w o
onbekend
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
Deze uitkomsten staan op gespannen voet met enkele signalen uit de praktijk dat het heel lastig is om ‘goede’ technici te krijgen. Daarom willen we nog de volgende kanttekeningen plaatsen: 1) Binnen de bedrijven die in het cluster Techniek vallen, heeft 55% van de werkzame personen een opleiding binnen de Techniek. Dit percentage wordt toegepast op de instroom in het cluster vanuit het onderwijs. Dat er genoeg aanbod is vanuit het onderwijs wil dus niet per se zeggen dat er genoeg studenten uitstromen met een techniek opleiding. Bijna de helft (45%) heeft immers een opleiding in een andere richting. Het model kijkt naar het totale aanbod vanuit verschillende opleidingsrichtingen. 2) Niet alle personen met een techniek opleiding werken binnen het cluster Techniek zoals het gedefinieerd is in het model. Volgens de landelijke cijfers werkt ongeveer 21% van alle mensen met een techniekopleiding binnen dit cluster. Zie bijlage 5 voor de gebruikte standaard bedrijfsindeling (SBI-codes). 3) Het model geeft dus geen beeld over een tekort in technische beroepen, maar zegt iets specifiek over het cluster bedrijven in de techniek. Tekorten bij het cluster techniek betekenen niet hetzelfde als tekorten binnen de beroepen techniek. Technische beroepen zijn te vinden in allerlei clusters en sectoren, ook bijvoorbeeld in de gezondheidszorg, ICT, greenports etc. 4) Tot slot kunnen tekorten binnen het cluster techniek ook op kwalitatieve tekorten duiden of tekorten in specifieke beroepen. Dat wordt in het model niet duidelijk gemaakt.
1.5 IMAGO TECHNIEK SECTOR Het imago wisselt De gemeente en de 46 partners willen het techniekonderwijs ontdoen van z’n negatieve imago. Een toename van het aantal studenten dat voor een studierichting in de techniek kiest, is een indicatie dat het beleid slaagt. Hetzelfde geldt voor een positiever oordeel van studenten.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
20
Het imago van de techniek sector is af te leiden uit a) instroom eerstejaars (met name het aandeel vrouwen) en b) het oordeel van afgestudeerden over de opleiding. Eigenlijk zouden we willen weten welk beeld een jongere die nog op school zit, heeft van het werken in de Techniek, maar daarover zijn geen gegevens voorhanden. Ook over het imago van Techniekopleidingen bij bedrijven is geen informatie voorhanden. Het aantal studenten dat begon met een MBO-opleiding in de techniek sector, nam in de periode 2007 – 2009 jaarlijks toe. In 2010 kwam aan die groei een einde. Het aantal instromers daalde tot het niveau van 2007. Deze ontwikkeling geldt zowel voor mannen als vrouwen. Figuur 1.8 Ontwikkeling van de instroom bij Haagse MBO hoofdvestigingen in de techniek sector in de periode 2007 – 2010 1000 900 800 700 600
Man Vrouw Totaal
500 400 300 200 100 0 2007
2008
2009
2010
Bron: DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopig
Het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) voert sinds het begin van de jaren negentig in vrijwel alle sectoren van het Nederlandse onderwijsstelsel onderzoek uit onder schoolverlaters. Sinds 1996 is dit schoolverlatersonderzoek in belangrijke mate op elkaar afgestemd en geïntegreerd in het zogenoemde Schoolverlatersinformatiesysteem (SIS). Dit systeem beoogt een monitoringsinstrument van de transitie van school naar werk over de volle breedte van het onderwijs. In het schoolverlaters onderzoek wordt o.a. gevraagd in hoeverre men tevreden is over de voorlichting over studie en in hoeverre men het eens is met de stelling dat (gevolgde) opleiding een goede basis is om te starten op arbeidsmarkt en goede kansen biedt op de arbeidsmarkt. Jongeren uit Haaglanden die hun VMBO opleiding of hun MBO opleiding BBL of BOL3 in de richting Techniek hebben afgerond, zijn in het algemeen niet erg tevreden over de voorlichting over studiemogelijkheden. Bijna 30% is tevreden (waarvan 4% zeer tevreden), een even groot aandeel is ontevreden en de rest is neutraal. Jongeren die hun MBO BOL-opleiding hebben afgerond, zijn het minst tevreden (38% is ontevreden).
3
Een BBL opleiding is een beroepsbegeleidende leerweg waarbij de leerling 60% tot 80% in de praktijk werkt en daarnaast les volgt. Een BOL opleiding is een beroepsopleidende leerweg waarbij de leerling 20% tot 60% in de praktijk werkt naast een opleiding op school volgt.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
21
Figuur 1.9 Oordeel over voorlichting over studiemogelijkheden sector Techniek (gemiddelde over de periode 2007-2011 in Haaglanden)
Totaal 1 zeer ontevreden BBL
2 ontevreden 3 neutraal 4 tevreden
BOL
5 zeer tevreden VMBO 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Bron: ROA Schoolverlatersonderzoek
Als we kijken naar het oordeel van afgestudeerden in de sector Techniek over de mogelijkheden om te starten op de arbeidsmarkt, dan is er een groot verschil in niveau. De meerderheid van de HBO’ers (60%) vindt dat de studie bij draagt bij het vinden van een baan, terwijl maar 18% van de VMBO’ers dat vindt. BBL’ers en BOL’ers nemen een middenpositie in. Onderstaande figuur laat de verschillen goed zien. Figuur 1.10 Oordeel over bijdrage van gevolgde opleiding bij het starten op arbeidsmarkt, uitgesplitst naar niveau (gemiddelde over de periode 20072011 in Haaglanden) Totaal 1 helemaal niet
HBO
2 niet BBL
3 neutraal 4 draagt bij
BOL
5 in sterke mate
VMBO 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Bron: ROA Schoolverlatersonderzoek
Dezelfde uitkomst vinden we als het gaat om het oordeel over de bijdrage van de studie aan het verder ontwikkelen van kennis en vaardigheden. Maar de verschillen per richting zijn hier kleiner en in het algemeen oordeelt men er positiever over (7% is daar ontevreden over). Onderstaande figuur laat dat zien.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
22
Figuur 1.11 Oordeel over bijdrage van gevolgde opleiding bij het verder ontwikkelen van kennis en vaardigheden (gemiddelde over de periode 2007-2011 in Haaglanden) Totaal 1 helemaal niet
HBO
2 niet BBL
3 neutraal 4 draagt bij
BOL
5 in sterke mate
VMBO 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Bron: ROA Schoolverlatersonderzoek
1.6 AANTAL RE-INTEGRATIETRAJECTEN IN DE TECHNIEK Iets minder deelnemers in 2011 aan re-integratie in de techniek Re-integratietrajecten zijn bedoeld om mensen met een bijstandsuitkering uit te laten stromen naar werk. De gemeente Den Haag biedt verschillende soorten trajecten aan, onder andere in de techniek. Het aantal deelnemers aan reintegratietrajecten in de sector techniek is tussen 2010 en 2011 gedaald met 193 personen. Het gaat daarbij om trajecten die zowel binnen StartBaan worden aangeboden als daarbuiten. De meerderheid van de deelnemers aan deze re-integratietrajecten is man (85 procent). Ongeveer een derde van de deelnemers is in de leeftijd tot 27 jaar.4 Het zou interessant zijn om ook voor heel Haaglanden informatie te hebben over re-integratietrajecten maar dat is op dit moment (nog) niet haalbaar.
4
Gegevens van paragraaf 1.3 en 1.6 hebben betrekking op verschillende groepen. De gegevens kunnen hierdoor niet bij elkaar opgeteld worden.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
23
Figuur 1.12 Aantal deelnemers aan een re-integratietraject in de techniek in Den Haag 1200
1000
800
Ouder dan 27 jaar
600
Jonger 27 jaar
400
200
0 2010
2011
Bron: DSZW RAAK
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
24
2
PERSONEELSTEKORTEN IN DE ZORG AANPAKKEN __________________________________________________________________
Het tweede speerpunt is het aanpakken van de personeelstekorten in de zorg. Rond 2025 zal de zorg in Haaglanden naar schatting kampen met een tekort aan 12.000 medewerkers. Daarom moeten we in de sector zorg en welzijn werken aan het fors terugdringen van de te verwachten tekorten aan personeel. Het is de vraag of we kunnen voorzien in deze toekomstige personeelsbehoefte. Daarom pleit de Raad voor de Volksgezondheid & Zorg ervoor om ook in te zetten op arbeidsbesparende innovaties. Betrokken partijen zouden ontwikkelcapaciteit moeten vrijmaken om deze innovaties uit te vinden en te testen en om werkende oplossingen te verspreiden. Werkgeversvereniging ZorgZijn Werkt en onderzoeksbureau Prismant concluderen dat de problemen op de arbeidsmarkt voor zorg en welzijn op dit moment minder groot zijn door de recessie. Dit biedt kansen om een stevig fundament te leggen voor de toekomstige robuuste vraag naar personeel in zorg en welzijn.5 Wat is het doel? Voldoende kwantitatief en kwalitatief personeel in de sector zorg en welzijn, met een accent op de ouderenzorg. De zorgsector in dit rapport bestaat uit gezondheidszorg, maatschappelijke dienstverlening zonder overnachting en verpleging en verzorging met overnachting. Bij gezondheidszorg kunt u denken aan ziekenhuizen, praktijken van medisch specialisten, huisartsen, tandartsen e.d. Bij maatschappelijke dienstverlening zonder overnachting gaat het vooral om thuiszorg, kinderopvang en maatschappelijk werk. Bij verpleging, verzorging en begeleiding met overnachting gaat het vooral om verpleeg- en verzorgingstehuizen. In bijlage vijf staat om welke standaard
bedrijfsindeling (SBI-codes) het gaat.
2.1 AANTAL BANEN IN DE ZORG Banen in de zorgsector nemen toe, vooral in de gezondheidszorg De regio heeft in 2012 bijna 70.000 banen in de zorg. Dit aantal is goed voor een kleine 14% van alle werkgelegenheid in de regio. Den Haag heeft hiervan ca. 38.000 banen.
5
Door wijzigingen in de AWBZ en andere wetswijzigingen zullen tussen 2014 en 2018 ca. 1500 banen komen te vervallen. Hierdoor is het tekort minder groot dan tijdens het opstellen van de nota gedacht of zelfs niet meer aanwezig.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
25
Figuur 2.1 Banen bij bedrijven in de zorg in de regio 35.000
30.000
Gezondheidszorg
25.000
Maatschappelijke dienstverlening zonder overnachting
20.000
Verpleging, verzorging en begeleiding met overnachting
15.000 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
Figuur 2.2 Banen bij bedrijven in de zorg in Den Haag 18.000 16.000 Gezondheidszorg
14.000 12.000
Maatschappelijke dienstverlening zonder overnachting
10.000
Verpleging, verzorging en begeleiding met overnachting
8.000 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
Het aantal banen in de zorg heeft zich sinds 2007 positief ontwikkeld. In Den Haag is het aantal banen in de zorg sinds 2007 met ruim 9% toegenomen. Ter vergelijking, voor alle banen in Den Haag is de groei 1% in deze periode. Voor de totale regio Haaglanden was de groei in banen in de zorg 8% terwijl alle banen in de regio in dezelfde periode met 1% gekrompen zijn.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
26
Figuur 2.3 Ontwikkeling van het aantal banen bij bedrijven in de zorg in Den Haag en in het overig deel van de regio Haaglanden, geïndexeerd (2007=100) Gezondheidszorg Den Haag
118 116
Gezondheidszorg Haaglanden
114
Totaal zorg Den Haag
112 110
Totaal zorg Haaglanden
108 Verpleging Den Haag 106 Verpleging Haaglanden
104 102
Maatschappelijke dienstverlening Den Haag
100 98 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Maatschappelijke dienstverlening Haaglanden
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden DH = Den Haag; SGHL = Stadsgewest Haaglanden excl. Den Haag
In directe zin is de sector zorg niet of nauwelijks gevoelig voor (schommelingen in de) conjunctuur omdat de zorg vooral bevolkingsvolgend is. Indirect speelt de conjunctuur wel een rol. Zo kunnen minder inkomsten voor de overheid leiden tot bezuinigen. Deze is op verschillende fronten al aangekondigd (welzijnswerk, kinderopvang). De verwachting is dat de sector Welzijn de komende jaren een lichte teruggang in werkgelegenheid laat zien in tegenstelling tot de zorg waar een groei voorspeld wordt. Daarnaast kan een stijging in de economische groei ook een sterkere concurrentie om arbeidskrachten vanuit andere sectoren tot gevolg hebben. Zeker wanneer werk in andere sectoren beter betaald wordt of betere omstandigheden of secundaire voorwaarden kent. Voor de arbeidsmarkt in de zorg leidt dit tot minder instroom en meer uitstroom. Tot nog toe ziet het er naar uit dat de druk vanuit de economie op de algemene arbeidsvraag de komende jaren beperkter blijft dan eerder voorzien, omdat de economische groei die van de arbeidsproductiviteit waarschijnlijk niet of nauwelijks overstijgt6.
2.2 VACATURES IN DE ZORG Het aantal vacatures in de zorg loopt terug Door een andere meet/registratiemethode kunnen we niet verder terug kijken dan april 2011. In 2012 is het totaal aantal vacatures in de beroepsgroep zorg per maand in de regio gedaald tot onder de 150.
6
Hoofdlijnenrapport sectorale arbeidsmarktinformatie, Raad voor Werk en Inkomen, 2011
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
27
Figuur 2.4 Vacatures in de zorg in de regio, in aantallen 300 250 200 150 100 50 0 jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov dec 2011
2012
Bron: UWV
Naar verhouding komt de grootste krimp voor bij de vacatures voor wetenschappelijke beroepen (zie de bijlage voor een nadere omschrijving van de beroepsniveaus). Ten opzichte van april 2011 is het aantal vacatures voor lagere beroepen afgenomen met 43% tot 25 vacatures in oktober 2012. Voor de middelbare beroepen was de afname 1%, voor de hogere beroepen 46% en voor de wetenschappelijke beroepen 78%. Figuur 2.5 Vacatures in de zorg in de regio naar beroepsniveau 150
Aantal vacatures
120
90
60
30
2011
oktober
september
augustus
juli
juni
mei
april
maart
februari
januari
december
november
oktober
september
augustus
juli
juni
mei
april
0
2012
Lagere beroepen
Middelbare beroepen
Hogere beroepen
Wetenschappelijke beroepen
Bron: UWV
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
28
Het rapport van het RWI7 zegt het volgende over de landelijke ontwikkelingen in de zorg: “In de periode tot 2014 zijn de volgende ontwikkelingen te verwachten: Op het niveau van de hogere en wetenschappelijke (para)medische beroepen blijft de arbeidsmarkt krap. Op middelbaar niveau is het beeld wat wisselender. De arbeidsmarkt voor zorgberoepen is daar krap, terwijl die voor de sociaal-pedagogische en welzijnsberoepen een stuk ruimer is. Hoewel de bewuste indicatoren geen verschil tussen de mbo-niveaus maken, wijst informatie vanuit verschillende bronnen erop dat de kansen op werk voor schoolverlaters sterk toenemen naarmate men op een hoger niveau het mbo-diploma haalt. Omgekeerd is het voor werkgevers lastiger personeel te vinden naarmate men werknemers met een hoger mbo-niveau zoekt. De vooruitzichten voor mbo gezondheidszorg, HBO paramedisch en wo medisch zijn zonder meer goed te noemen. Tevens zijn er redelijke perspectieven voor afgestudeerden en werkzoekenden met sociaal-culturele opleidingen op mbo- en WO-niveau. Op HBO-niveau zijn hun perspectieven goed. Meer specifiek geven met name de opleidingen mbo verpleging, HBO verpleegkunde, wo (dier)geneeskunde en HBO (fysio)therapie een goed perspectief. Het tegenovergestelde geldt echter voor mbo sociaal-pedagogisch en welzijn.”
2.3 AANTAL LEERLINGEN DAT ZORGVAKKEN VOLGT Aantal Haagse en Haaglandse leerlingen in de zorg neemt toe Het beleid is erop gericht dat meer jongeren kiezen voor zorg onderwijs. Als dat beleid slaagt, zal het aantal leerlingen in die richting toenemen. VMBO In oktober 2011 stonden er 2561 3e en 4e jaars leerlingen bij het VMBO op Haagse hoofdvestigingen ingeschreven. Hiervan volgden er 446 Zorg en Welzijn onderwijs. Dat is 17,4% van het totaalaantal leerlingen. Ten opzichte van 2007 is het aantal 3e en 4e jaars leerlingen dat Zorg en Welzijn onderwijs bij het VMBO volgt, flink teruggelopen. Ook het aandeel daalt. De belangstelling neemt dus af. Kijken we naar de hoofdvestigingen in heel Haaglanden, dan zien we eenzelfde daling. Tabel 2.1
Aantal leerlingen in het 3e en 4e jaar van het VMBO 2007
2008
2009
3188
2866
2828
2719
643
575
536
462
446
20,2%
20,1%
19,0%
17,0%
17,4%
Totaal op hoofdvestigingen Haaglanden
7620
6995
6832
6534
6297
- Waarvan Zorg en Welzijn
2050
1898
1720
1591
1578
26,9%
27,1%
25,2%
24,3%
25,1%
Totaal op Haagse hoofdvestigingen - Waarvan Zorg en Welzijn - Aandeel
- Aandeel
2010 2011* 2561
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopige cijfers
In figuur 2.6 zijn de ontwikkelingen weergegeven.
7
Hoofdlijnenrapport sectorale arbeidsmarktinformatie, Raad voor Werk en Inkomen, 2011
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
29
Figuur 2.6 Ontwikkeling van het aantal 3e en 4e jaars VMBO leerlingen dat zorg en welzijn onderwijs volgt 2500 2000 1500
op Haagse hoofdvestiging op hoofdvestiging Haaglanden
1000 500 0 2007
2008
2009
2010
2011
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopig
MBO In oktober 2011 stonden er op Haagse hoofdvestigingen voor het MBO 17.091 leerlingen ingeschreven. Hiervan volgden 6.849 leerlingen onderwijs in de sector Zorg en Welzijn. Dat is 40,1% van alle MBO leerlingen. Ten opzichte van 2007 is het aantal leerlingen in de sector Zorg en Welzijn gedaald met 364.8 Ook het aandeel is licht gedaald. Bij meisjes is de daling verhoudingsgewijs kleiner dan bij jongens (resp. 4% en 10% minder). Kijken we naar het aantal Haagse jongeren dat op MBO niveau Zorg en Welzijn onderwijs volgt (ongeacht de plaats waar dat is), dan is een flinke toename te zien. Het aandeel Haagse jongeren dat op MBO niveau Zorg en Welzijn onderwijs volgt, is ook iets toegenomen. Ook op het niveau van het gewest Haaglanden is het aantal jongeren dat op MBO niveau Zorg en Welzijn onderwijs volgt, toegenomen. Tabel 2.2
Aantal leerlingen in het MBO sector Zorg en welzijn 2007
2008
2009
2010 2011*
7.213
7.096
7.249
6.683
41,0
40,4
41,2
39,2
40,1
- aantal mannen sector Zorg en Welzijn
1.279
1.234
1.217
1.093
1.152
- aantal vrouwen sector Zorg en Welzijn **
5.934
5.862
6.032
5.590
5.697
Op Haagse hoofdvestigingen aantal leerlingen sector Zorg en Welzijn % leerlingen sector Zorg en Welzijn **
6.849
Haagse leerlingen aantal Haagse leerlingen sector Zorg en Welzijn % Haagse leerlingen in sector Zorg en Welzijn ** Leerlingen Haaglanden aantal leerlingen Haaglanden sector Zorg en Welzijn % leerlingen Haaglanden in sector Zorg en Welzijn
4.016
4.118
4.219
4.293
4.501
31,9
31,9
32,5
32,0
33,1
8.417
8.479
8.686
8.566
8.781
32,1
31,8
32,2
31,3
32,0
DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober * 2011 voorlopige cijfers ** in percentage van totaal aantal leerlingen
8
Bij het ID-college, dat een Rotterdamse hoofdvestiging heeft, is daarentegen een toename te zien. Per saldo is er sprake van een lichte toename.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
30
In figuur 2.6 zijn de ontwikkelingen weergegeven. ‘Haags MBO’ wil zeggen ingeschreven bij een hoofdvestiging in Den Haag. Figuur 2.7 Ontwikkeling van het aantal leerlingen in MBO in Zorg en Welzijn 10.000 9.000
aantal leerlingen Haags MBO sector Zorg en Welzijn
8.000 7.000
aantal mannen Haags MBO Zorg en Welzijn
6.000 5.000
aantal Haagse leerlingen MBO sector Zorg en Welzijn
4.000 3.000
aantal leerlingen Haaglanden MBO Zorg en Welzijn
2.000 1.000 0 2007
2008
2009
2010
2011
Bron: DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober (2011 voorlopig)
HBO In oktober 2011 stonden er op Haagse hoofdvestigingen voor het HBO 25.773 leerlingen ingeschreven. Hiervan volgden 1.703 leerlingen Gezondsheidszorg onderwijs. Dat is 6,6% van alle HBO leerlingen. Ten opzichte van 2007 is het aantal leerlingen in de sector Gezondheidszorg met 343 toegenomen. Het aandeel is ook iets toegenomen. Dit kan duiden op een toegenomen belangstelling voor gezondheidszorg op HBO niveau.
Tabel 2.3 Aantal leerlingen in het HBO in Zorg en welzijn 2007
2008
2009
2010 2011*
1.360
1.247
1.390
1.534
1.703
6,2
5,0
5,8
6,2
6,6
Op Haagse hoofdvestigingen aantal leerlingen Haags sector Zorg en Welzijn % leerlingen Haags sector Zorg en Welzijn ** aantal mannen Haags sector Zorg en Welzijn
251
116
128
139
170
aantal vrouwen Haags sector Zorg en Welzijn
1.109
1.131
1.262
1.395
1.533
aantal Haagse leerlingen sector Zorg en Welzijn
811
788
818
844
947
% Haagse leerlingen in sector Zorg en Welzijn **
6,0
5,5
5,4
5,4
5,9
1737
1736
1819
1898
1967
7,1
6,8
6,8
6,8
6,9
Haagse leerlingen
Leerlingen Haaglanden aantal leerlingen Haaglanden sector Zorg en Welzijn % leerlingen Haaglanden in sector Zorg en Welzijn ** Bron: DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober * 2011 voorlopig ** in percentage van totaal aantal leerlingen
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
31
In figuur 2.8 zijn de ontwikkelingen weergegeven. ‘Haags HBO’ wil zeggen ingeschreven bij een hoofdvestiging in Den Haag. Figuur 2.8 Ontwikkeling van het aantal leerlingen in HBO in Zorg en Welzijn 10000 9000
aantal leerlingen Haags HBO sector Zorg en Welzijn
8000 7000
aantal mannen Haags HBO Zorg en Welzijn
6000 5000
aantal Haagse leerlingen HBO sector Zorg en Welzijn
4000 3000
aantal leerlingen Haaglanden HBO Zorg en Welzijn
2000 1000 0 2007
2008
2009
2010
2011
Bron: DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober (2011 voorlopig)
2.4 AANSLUITING AANBOD OP DE VERWACHTE VRAAG Het tekort in de zorg neemt komende jaren verder toe In de Zorgsector zal de (vervangings)vraag de komende jaren toenemen9. Het aanbod blijft daarbij achter. Het aantal afgestudeerden zal de komende jaren zelfs dalen, waardoor het tekort per saldo verder oploopt. Wanneer we inzoomen naar studierichting en opleidingsniveau, ziet het beeld er nog zorgelijker uit. Voor het SBI-cluster Gezondheidszorg is er vooral een tekort op HBO/wo niveau, terwijl er op Mbo 2/3 niveau sprake is van een overschot. Tabel 2.4
Schatting vraag en aanbod voor het SBI-cluster Gezondheidszorg in Haaglanden in 2012 en 2016, naar opleidingsniveau Niveau VMBO/mbo1 Mbo2/3
Vraag
Aanbod
Saldo
29
18
-11
87
234
147
219
115
-104
HBO/wo
535
261
-274
Onbekend
120
Totaal 2012
990
628
-362
1089
478
-611
Mbo4
Prognose 2016
-
-120
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
9
Regiometer Tympaan Instituut, zie ook §1.4 voor nadere beschrijving van de Regiometer
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
32
Figuur 2.9 Schatting vraag en aanbod voor het SBI-cluster Gezondheidszorg in Haaglanden in 2012, naar opleidingsniveau 600 500 400
Vraag
300
Aanbod
200 100 0 - vmbo/mbo1
- mbo2/3
- mbo4
- hbo/w o
- onbekend
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
Voor het SBI-cluster Verpleging, verzorging, maatschappelijke dienstverlening ziet het beeld er anders uit. Daar is er een tekort op laag niveau (VMBO/mbo1 en mbo4), terwijl er op HBO niveau sprake is van een overschot. Hierbij moet wel aangetekend worden dat van een betrekkelijk groot deel van de vraag het gewenste niveau niet bekend is, waardoor per saldo sprake is van een tekort dat in 2016 naar verwachting nog verder zal toenemen. Onderstaande tabel en figuur geven deze ontwikkelingen weer. Tabel 2.5 Schatting vraag en aanbod voor het SBI-cluster Verpleging, verzorging, maatschappelijke dienstverlening in Haaglanden in 2012 en 2016 Opleidingsniveau
Vraag
VMBO/mbo1
Aanbod
Saldo
94
29
-65
Mbo2/3
226
298
72
Mbo4
250
142
-108
HBO/wo
242
304
62
Onbekend
139
Totaal 2012
951
773
-178
1.011
563
-448
Prognose 2016
-
-139
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
Figuur 2.10 Schatting vraag en aanbod voor het SBI-cluster Verpleging, verzorging, maatschappelijke dienstverlening in 2012 350 300 250 200
Vraag
150 100 50 0
Aanbod
- vmbo/mbo1
- mbo2/3
- mbo4
- hbo/w o
- onbekend
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
33
2.5 RE-INTEGRATIE IN DE ZORG Het aantal deelnemers aan re-integratietrajecten in de zorg stijgt Re-integratietrajecten zijn bedoeld om mensen met een bijstandsuitkering uit te laten stromen naar werk. De gemeente Den Haag biedt verschillende soorten trajecten aan, onder andere in de zorg. Het aantal deelnemers aan een reintegratietraject in de zorg is tussen 2010 en 2011 met 63 personen gestegen. Het gaat daarbij onder andere om training in de thuiszorg en trainingen als zorgassistenten. 85 procent van de deelnemers aan deze trajecten is vrouw. In 2011 was 50 procent van de deelnemers aan dit traject jonger dan 27 jaar.10 Het zou interessant zijn om ook voor heel Haaglanden informatie te hebben over re-integratietrajecten maar dat is op dit moment (nog) niet haalbaar.
Figuur 2.11
Deelnemers aan re-integratietrajecten in de zorg, in Den Haag 250
200
150
Ouder dan 27 jaar Jonger 27 jaar 100
50
0 2010
2011
Bron: DSZW RAAK
10
Gegevens van paragraaf 2.3 en 2.5 hebben betrekking op verschillende groepen. De gegevens kunnen hierdoor niet bij elkaar opgeteld worden.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
34
3
PERSONEELSTEKORTEN IN HET ONDERWIJS AANPAKKEN __________________________________________________________________ Het derde speerpunt is erop gericht om de personeelstekorten in het onderwijs aan te pakken. Het tekort aan onderwijsgevenden knelt vooral in het voortgezet onderwijs. Dit tekort willen we aanpakken door starters op te leiden tot leraar, door onbevoegden bij te scholen tot bevoegde leraren en zij-instromers te interesseren voor het leraarsvak en hiertoe bij en om te scholen. Wat is het doel? Het voortgezet onderwijs in de Haagse regio heeft voldoende onderwijsgevend personeel, zowel kwantitatief als kwalitatief.
3.1 AANTAL BANEN IN HET ONDERWIJS Aantal banen in het onderwijs stijgt De regio heeft in 2012 bijna 34.000 banen in het onderwijs. In Bijlage vijf staat
om welke standaard bedrijfsindeling (SBI-codes) het hierbij gaat.
Dit aantal is goed voor een kleine 7% van alle werkgelegenheid in de regio. Den Haag heeft hiervan bijna 16.000 banen. Het onderwijs is bij uitstek een sector met veel deeltijd werkers waardoor het arbeidsvolume een stuk lager zal zijn. Figuur 3.1 Banen bij onderwijsinstellingen in de regio en in Den Haag 40.000 35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2007
2008
2009 Haaglanden
2010
2011
2012
Den Haag
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
35
De meeste banen in de regio in 2012 komen voor in het basisonderwijs (ca. 11.000). Dit wordt gevolgd door het aantal banen in het voortgezet onderwijs (ca. 9.000) en het universitair onderwijs (ca. 6.000). Kleinere aantallen banen zijn te vinden in het MBO, het HBO en de overige opleidingen. De banen in het WO komen vooral voor in Delft, de banen in het HBO vooral in Den Haag. Figuur 3.2 Banen bij onderwijsinstellingen naar type, Haaglanden 2012
Overige opleidingen 11% Basisonderwijs 33%
Universitair onderwijs 17%
HBO 8% MBO 5%
Voortgezet onderwijs 26%
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
De snelste groei van het aantal banen in het onderwijs komt voor bij de overige opleidingen en het MBO en het HBO. Onder de overige opleidingen vallen bijvoorbeeld bedrijfsopleidingen en studiebegeleiding maar ook autorijscholen vallen hieronder. Ook in absolute aantallen zit de groei vooral bij de overige opleidingen en dan vooral de bedrijfsopleidingen. Op de tweede plaats in absolute groei staat het HBO. Het totaal aantal banen in het onderwijs is in de regio toegenomen met 2%. In Den Haag was dat 4%. Ter vergelijking; alle banen in de regio krompen in dezelfde periode met 1% en in Den Haag was er een groei van 1%.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
36
Figuur 3.3 Ontwikkelingen in het aantal banen bij bedrijven in het onderwijs in de regio, geïndexeerd (2007=100) 135 130 125 Basisonderwijs Voortgezet onderwijs MBO HBO Universitair onderwijs Overige opleidingen Totaal
120 115 110 105 100 95 90 2007
2008
2009
2010
2011
2012
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
Kijken we specifiek naar het aantal banen in het voortgezet onderwijs, dan zien we dat het aantal fte onderwijsgevend personeel sinds 2008 licht terugloopt. Het gaat dan alleen om het aantal mannelijke docenten, want het aantal vrouwelijke docenten is juist toegenomen. In Den Haag is het aantal fte onderwijsgevend personeel de afgelopen jaren gelijk gebleven. Figuur 3.4 Aantal banen in het VO in de regio (in fte) 6000 5000
Totaal in Haaglanden
4000
Onderwijsgevend in Haaglanden Onderwijsgevende vrouwen in Haaglanden Onderwijsgevende mannen in Haaglanden Onderwijsgevend in Den Haag
3000 2000 1000 0 2007
2008
2009
2010
2011
Bron: DHIC/Ministerie van OCW/ DUO, BBO per 1 oktober *2011 voorlopige cijfers
3.2 VACATURES IN HET ONDERWIJS Vacatures in het onderwijs nemen af Voor de zeven maanden waarvoor een vergelijking mogelijk is met 2011 zien we dat het aantal vacatures in het onderwijs in 2012 veel minder is dan in 2011. In 2012 komt het aantal vacatures per maand nauwelijks boven de 20 uit.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
37
Figuur 3.5 Vacatures in het onderwijs in de regio, in aantallen 140 120 100 80 60 40 20 0 jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov dec 2011
2012
Bron: UWV
Naar verhouding komt de grootste verandering voor bij de vacatures voor lagere beroepen (zie de bijlage voor een nadere omschrijving van de beroepsniveaus) maar dat komt vooral omdat er op dit niveau nauwelijks vacatures zijn. In april 2011 was er 1 vacature, in juli 2012 was er geen enkele vacature meer, in oktober waren er 2 vacatures. In de tussenliggende maanden was het grootste aantal vacatures op het lagere beroepsniveau 5. De grootste absolute daling laten de vacatures in de middelbare beroepen zien. Van 59 in april 2011 naar 14 in oktober 2012. Een daling van 76%. Ten opzichte van april 2011 is het aantal vacatures voor de hogere beroepen afgenomen met 24%. Voor wetenschappelijke beroepen was de afname 77%. Figuur 3.6 Vacatures in het onderwijs in de regio naar beroepsniveau 60
Aantal vacatures
50 40 30 20 10 0 apr mei juni
juli aug sep o kt no v dec jan
feb mrt apr mei juni
2011
juli
aug sep o kt
2012
Lagere beroepen
Middelbare beroepen
Hogere beroepen
Wetenschappelijke beroepen
Bron: UWV
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
38
De verwachting van het EIM is dat landelijk gezien de onderwijsmarkt redelijk in evenwicht is. Wel worden tekorten verwacht in het voortgezet onderwijs in Haaglanden in 2015 en 2016 en in Den Haag al in 2013 en 2014. Dit komt omdat het aantal leerlingen toeneemt terwijl tegelijkertijd veel docenten uitstromen. In het primair onderwijs dreigt na 2017 serieuze lerarentekorten te ontstaan11.
3.3 AANTAL AFGESTUDEERDEN HBO LERAAROPLEIDINGEN Vooral veel afgestudeerden opleidingen basisonderwijs en sport De gemeente wil meer mensen via een opleiding toeleiden naar werk in de onderwijssector. Vooralsnog zijn er alleen cijfers over het schooljaar 2010/2011. Zodoende zijn er nog geen trends zichtbaar. In het schooljaar 2010/2011 hebben 271 studenten in Den Haag hun diploma gehaald voor een lerarenopleiding op HBO niveau. De meesten daarvan zijn opgeleid tot eerste graadsleraar lichamelijke opvoeding (146) voor het voortgezet onderwijs en voor het basisonderwijs (120). Een probleem is dat er in de regio Haaglanden geen 2e graads lerarenopleidingen zijn. Veel leraren die werkzaam zijn in het voortgezet onderwijs zijn opgeleid in aangrenzende regio’s, zoals bijvoorbeeld Rotterdam. Tabel 3.4
Aantal gediplomeerden HBO lerarenopleiding aan Haagse hoofdvestigingen in 2010/2011 Richting
Aantal
Docent Muziek
5
Leraar Basisonderwijs
120
Leraar voortgezet onderwijs eerste graad lichamelijke Opvoeding
146
Totaal
271
Bron: DHIC/Ministerie van OCW/DUO, BBO
Tabel 3.5
Aantal HBO studenten die een lerarenopleiding op Haagse vestigingen volgen in 2010/2011 Richting
Aantal e
Voortgezet onderwijs 2 graad Pedagogiek aan Fontys
19
Basisonderwijs (PABO) aan INHolland Voortgezet onderwijs 1e graad Lichamelijke Opvoeding aan Haagse Hogeschool
687 669
Basisonderwijs (PABO) aan Haagse Hogeschool
768
Bron: Fontys, InHolland en Haagse Hogeschool
3.4 AANSLUITING AANBOD OP DE VERWACHTE VRAAG De tekorten in onderwijssector lopen verder op De (vervangings)vraag in de onderwijssector zal de komende jaren nog iets verder toenemen12. Het aanbod blijft daarbij ver achter. Het aantal afgestudeerden zal de komende jaren zelfs dalen, waardoor het tekort per saldo verder oploopt. Er is vooral een tekort op HBO/wo niveau.
11 12
Hoofdlijnenrapport sectorale arbeidsmarktinformatie, Raad voor Werk en Inkomen, 2011 Regiometer Tympaan Instituut, zie bijlage 3 voor een nadere beschrijving van de Regiometer
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
39
Tabel 3.6
Schatting vraag en aanbod in Haaglanden voor de sector Onderwijs in 2012 en 2016 in Haaglanden Niveau
Vraag
Aanbod
Saldo
VMBO/mbo1
21
7
-14
Mbo2/3
43
108
65
67
114
47
645
318
-327
Mbo4 HBO/wo Onbekend
70
-70
Totaal 2012
846
547
-299
Prognose 2016
895
444
-451
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
Voor het basis en voortgezet onderwijs is vraag en aanbod redelijk in evenwicht. Wel wordt een tekort verwacht van 2e graads leerkrachten in het VO. Voor het MBO zijn er wel tekorten op korte termijn en dan vooral van praktijk docenten in het vakonderwijs. Figuur 3.7 Schatting vraag en aanbod in Haaglanden voor de sector Onderwijs per niveau in 2012, Haaglanden 700 600 500 400 300 200 100 0
vraag aanbod
vmbo/mbo1
mbo2/3
mbo4
hbo/w o
onbekend
Bron: Regiometer Tympaan Instituut
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
40
4
KANSRIJKE CLUSTERS VREDE RECHT & VEILIGHEID VERSTERKEN VIA ONDERWIJS __________________________________________________________________ Het vierde speerpunt betreft het versterken van de kansrijke clusters Vrede & Recht en Veiligheid via onderwijs. Vrede & Recht en Veiligheid zijn twee kansrijke sectoren in de Haagse economie. Vooral de cluster Veiligheid biedt veel economische potentie en het is van groot belang dat de regio hiervoor voldoende gekwalificeerd personeel kan bieden. Met de sector Vrede & Recht kan Den Haag zich internationaal goed op de kaart zetten en deze sector zorgt ervoor dat de stad een aantrekkelijke plek is voor vele instellingen om zich te vestigen. Den Haag doet er goed aan om het onderwijs en de sector Vrede & Recht zo veel mogelijk van elkaars aanwezigheid te laten profiteren. Gemeente Den Haag ziet kansen om de mogelijkheden hiertoe uit te breiden en op te schalen. Sector Vrede & Recht Wat is het doel? De internationale instellingen voor Vrede & Recht weten de onderwijsinstellingen in de regio te vinden om kennis mee te delen en kunnen putten uit een ruim aanbod van gekwalificeerd personeel, toegespitst op de behoefte van de sector. Sector Veiligheid Wat is het doel? De veiligheidssector kan putten uit adequaat opgeleid personeel. Zowel nieuw onderwijsaanbod als bestaande initiatieven (Stepping Stones 4 Safety and Security) sluiten aan bij de recente ontwikkelingen in de sector.
4.1 BANEN IN VREDE & RECHT EN VEILIGHEID Forse groei in aantal banen in kansrijke clusters Eén van de kansrijke clusters is het cluster van Vrede & Recht. Dit cluster biedt groeimogelijkheden voor de Gemeente Den Haag. In eerste instantie gaat het om hoog gekwalificeerd werk, maar in de spin-off creëert het ook laag gekwalificeerd werk. Het cluster Vrede & Recht omvat in 2012 40 vestigingen met in totaal met een kleine 3.000 werknemers in Den Haag en Rijswijk (Rijswijk heeft twee vestigingen met samen ca. 400 werknemers). Bijlage zes geeft een overzicht van de
betreffende bedrijven. Sinds 2007 is dit cluster met 6% gegroeid. Sinds 2011 is het aantal banen echter ook in dit cluster afgenomen.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
41
Het cluster Veiligheid is niet duidelijk te herkennen in de standaard bedrijfsindeling.
Bijlage zes geeft een overzicht van de betreffende bedrijven. Het gaat in dit cluster vooral om intentionele (on)veiligheid zoals criminaliteit en terrorisme. Beveiliging (van personen en gebouwen) en preventie zijn belangrijke onderdelen binnen dit cluster. Veel bedrijven houden zich bezig met veiligheid als één van de onderdelen van hun bezigheden. Het werkelijk aantal banen binnen deze bedrijven is in 2010 gevraagd13 en voor de latere en eerdere jaren bij geschat. Het cluster veiligheid heeft in 2012 in de regio 265 vestigingen met ca. 9.500 banen. Bijna de helft van de banen is gevestigd in Den Haag. Dit cluster is sinds 2007 met ca. 11% gegroeid. Figuur 4.1 Geschatte ontwikkeling van het aantal banen in Veiligheid en in Vrede & Recht 12.000 10.000 8.000 6.000 4.000 2.000 0 2007
2008
2009
Veiligheid
2010
2011
2012
Vrede & Recht
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden, B&A Consulting B.V., Decisio B.V., bewerking PSO
4.2 AANTAL HBO/WO STUDENTEN VREDE & RECHT Geen scherp afgebakende studierichtingen Deze indicator laat het toekomstig aanbod van werknemers in deze sector zien. Het probleem is echter dat veel opleidingen wel raakvlakken hebben met het cluster Vrede & Recht maar er niet 100 procent op gericht zijn. In die zin is het dus moeilijk te voorspellen hoeveel mensen in de nabije toekomst een baan zullen vinden in het cluster Vrede & Recht. Om toch enige indicatie te krijgen, hebben we een aantal opleidingen geselecteerd die enige verwantschap met het cluster Vrede & Recht hebben.
13
De Veiligheidssector in de regio Den Haag en Nederland, B&A Consulting B.V., 2011
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
42
Tabel 4.1 Aantal studierichtingen en HBO/WO studenten in studierichtingen verwant aan het cluster Vrede & Recht in 2010/2011 Instelling Campus Den Haag
Richting Minor Security, Safety & Justice
Aantal studenten 45
Master Public International Law
90
Advanced Master Public International Law INHolland Haagse Hogeschool
25
Management Economie & Recht
140
Sociaal Juridische Dienstverlening
184
International business & management studies
1094
Bron: Campus Den Haag, InHolland en Haagse Hogeschool
4.3 AANTAL HBO/WO STUDENTEN VEILIGHEID Geen scherp afgebakende studierichtingen Deze indicator laat het toekomstig aanbod van werknemers in deze sector zien. Ook hier is het probleem dat veel opleidingen wel raakvlakken hebben met het cluster Veiligheid maar er niet 100 procent op gericht zijn. In die zin is het dus moeilijk te voorspellen hoeveel mensen in de nabije toekomst een baan zullen vinden in het cluster Veiligheid. Om toch enige indicatie te krijgen, hebben we een aantal opleidingen geselecteerd die enige verwantschap met het cluster Veiligheid hebben. Tabel 4.2
Aantal HBO/WO studenten in studierichtingen verwant aan het cluster Veiligheid in 2010/2011 Aantal studenten 45
Instelling Campus Den Haag
Richting Minor Security, Safety & Justice
Haagse Hogeschool
Integrale Veiligheidskunde
578
Information Security Management
115
Bron: Campus Den Haag en Haagse Hogeschool
Het ROC Mondriaan heeft de School voor Orde & Veiligheid waar MBO-studenten o.a. worden opgeleid voor (assistent) beveiliger en handhaver op verschillende niveaus.14
14
Bij de volgende meting zullen hier aantal studenten per studierichting worden opgenomen.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
43
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
44
5
ONDERNEMERSCHAP STIMULEREN VIA ONDERWIJS __________________________________________________________________
Het vijfde speerpunt betreft het stimuleren van ondernemerschap via onderwijs. Inmiddels verdient één op de acht werkende Nederlanders zijn of haar geld als ondernemer. Een groot deel van de generatie die nu opgroeit, zal waarschijnlijk ergens in zijn of haar carrière gedurende een periode ondernemer zijn. In die zin is het voor elke jongere van belang om ondernemendheid te ontwikkelen om op de arbeidsmarkt van de toekomst zijn weg te vinden. Of dat als ondernemer is of als “ondernemende werknemer” binnen een bedrijf. Voor 62% van de studenten is ondernemerschap een reële beroepswens en geeft 23% van hen aan zeker ondernemer te willen worden. Daarom willen we dat ondernemendheid en ondernemerschap blijvend aandacht krijgen in het onderwijs, zodat jonge mensen al lerend de juiste ondernemende houding, kennis en vaardigheden meekrijgen. Dat leidt in de toekomst tot ondernemende werknemers en succesvolle ondernemers. Wat zijn de doelen? Meer jongeren komen tijdens hun schoolloopbaan in aanraking met ondernemerschap als optie voor een loopbaan. Meer jongeren kiezen voor zelfstandig ondernemerschap.
5.1 AANTAL STARTENDE ONDERNEMINGEN Het aantal starters in Den Haag neemt toe Voor de Gemeente Den Haag houdt de Kamer van Koophandel ieder jaar bij hoeveel starters er worden ingeschreven. Voor Haaglanden als totaal beschikken we niet over zo’n tijdreeks. Het aantal starters in Den Haag is de afgelopen jaren toegenomen. Als percentage van alle bij de Kamer van Koophandel ingeschreven bedrijven schommelt het aantal starters al jaren rond de 10%. De grootste groep starters is tussen de 25 en 35 jaar oud. De gemiddelde leeftijd is 38 jaar.15
15
Startersprofiel 2010, Kamer van Koophandel Den Haag, mei 2011
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
45
Figuur 5.1 Aantal starters in Den Haag 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0 2007
2008
2009
2010
2011
Bron: Kamer van Koophandel
Een tweede indicatie van ondernemerschap is het aantal ZZP’ers in de regio. ZZP (zelfstandigen zonder personeel) is inmiddels een ingeburgerd begrip maar een sluitende definitie hiervan is niet voorhanden. Wij sluiten daarom aan bij de definitie zoals die wordt geformuleerd door LISA (Landelijk Informatiesysteem Arbeidsplaatsen). Hierbij is een ZZP’er een vestiging met 1 fulltime werknemer die geen deel uitmaakt van een groter concern of een keten. In de regio zijn per 1 januari 2012 een kleine 34.000 ZZP’ers actief. Zij staan voor 49% van alle vestigingen en ca. 7% van alle banen. Den Haag heeft op 1-1-2012 19.172 ZZP’ers. Zij vertegenwoordigen 53% van alle vestigingen in Den Haag en 7,5% van de banen in de stad. Het aantal ZZP’ers is in het laatste jaar in de regio Haaglanden iets afgenomen. Wel stijgt het aantal ZZP’ers in Den Haag nog altijd. Sinds 2007 is het aantal ZZP’ers in Den Haag met 60% toegenomen. In de regio Haaglanden is het aantal ZZP’ers sinds 2007 toegenomen met 43%. Daarmee is ook het relatieve belang van ZZP’ers in de totale werkgelegenheid toegenomen van minder dan 5% in 2007 naar ca. 7% in 2011. Dit geldt zowel voor Den Haag als voor de hele regio.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
46
Figuur 5.2 Ontwikkeling van het aantal ZZP’ers in Den Haag en Haaglanden 40.000 35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2007
2008
2009
ZZP'ers in Den Haag
2010
2011
2012
ZZP'ers in overig Haaglanden
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
5.2 AANTAL ONDERNEMERS DAT STOPT Aantal verdwenen vestigingen laatste jaar kleiner Uit het werkgelegenheidsregister van Haaglanden kunnen we afleiden hoeveel vestigingen in 2011 nog bestonden maar in 2012 niet meer voorkomen in het bestand. Onderstaande figuur laat zien dat in de loop van 2011 zo’n 8.300 vestigingen uit Haaglanden zijn verdwenen. Deze zijn niet allemaal gestopt, er kunnen ook vestigingen bijzitten die verhuisd zijn naar een andere regio buiten Haaglanden. Wel kunnen we zien dat de oplopende lijn van 2007 tot 2010 in 2011 is omgebogen. In de loop van 2011 verdwenen er minder vestigingen dan in de loop van 2010. Figuur 5.3 Verdwenen vestigingen in Haaglanden, naar jaar 12000
10000
8000
6000
4000
2000
0 2007
2008
2009
2010
2011
Bron: Werkgelegenheidsregister Haaglanden
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
47
5.3 AANTAL STUDENTEN DAT ‘ONDERNEMERSCHAP’ LEERT Weinig cijfers voorhanden Aandacht voor het ondernemerschap moet een belangrijke plaats krijgen binnen het onderwijs. Als het onderwerp dat krijgt, zal het aantal studenten dat vakken in ondernemerschap of een minor ‘ondernemen’ volgt, toenemen. Het ROC Mondriaan verzorgt een aantal studierichtingen in het kader van ondernemerschap. Het gaat dan vooral om vakken die opleiden om als zelfstandige te werken in de detailhandel, horeca/bakkerij, modewereld/maatkleding of in de marketing en communicatie. Op 1 oktober 2011 stonden ruim 1100 leerlingen voor een van de vakken ingeschreven. Iets meer dan in 2010. Tabel 5.1
Aantal leerlingen bij ROC Mondriaan (peildatum 1 oktober) Medewerker marketing en communicatie Ondernemer detailhandel Ondernemer horeca/bakker Medewerker mode/maatkleding Totaal
2010
2011
362 92 397 196 1047
330 76 544 160 1110
Bron: ROC Mondriaan
De Haagse Hogeschool heeft een lectoraat ingesteld om ondernemerschapsonderwijs breed toegankelijk te maken voor alle opleidingen. Inmiddels participeren studenten van bijna 40 opleidingen in de Minors. Het lectoraat heeft een viertal minors voor het onderwijsdomein ondergebracht in het Innovatie & Ondernemerscollege: 1. Minor Ondernemen & Innoveren 1 – Van idee naar haalbaarheid 2. Minor Ondernemen & Innoveren 2 – Ondernemingsplan 3. Minor Ondernemen & Innoveren 3 – Start en Groei 4. Minor Research in Business In 2010 zijn 85 studenten gestart met één van de drie Minors Ondernemen & Innoveren en hebben 82 studenten hebben de Minors afgerond (door verschuiving van onderwijsblokken ten opzichte van het kalenderjaar zijn dat niet per definitie dezelfde studenten). De andere Haagse onderwijsinstellingen kunnen geen exacte cijfers op dit vlak aanleveren. Er zijn alleen cijfers beschikbaar over hoofdrichtingen, maar niet over deelname aan minors.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
48
6
JONGEREN HELPEN MET EEN GOEDE LOOPBAANSTART __________________________________________________________________
Het zesde speerpunt betreft het helpen van jongeren met een goede loopbaanstart. Veel jongeren vinden het moeilijk om een realistisch beeld te vormen van hun toekomstige beroep en daarvoor de juiste opleiding te kiezen. Een goede loopbaanoriëntatie moet gebaseerd zijn op reële informatie over beroepen en kansen op werk. Daarom hebben we met de gemeenten en de onderwijsinstellingen in Haaglanden een website www.bekijkjetoekomstnu.nl ingericht. We willen de discussie aangaan over transparantie in de studievoorlichting over arbeidsmarktperspectieven. Behalve goede loopbaanoriëntatie, vraagt een goede loopbaanstart ook om een passende stage- of leerarbeidsplaats. Het stage- en leerbanenbeleid moet steviger verankerd worden in de samenwerking tussen scholen en werkgevers. Loopbaanoriëntatie Wat zijn de doelen? Jongeren kiezen beter onderbouwd voor studie en loopbaan; In de loopbaanoriëntatie voor jongeren krijgen de tekortsectoren (techniek, zorg en onderwijs) en ondernemerschap nadrukkelijk aandacht; Jongeren hebben goed zicht op (regionale) arbeidsmarktperspectieven. Stages en leerbanen Wat zijn de doelen? Jongeren worden tijdens hun stages en leerbanen goed en inhoudelijk begeleid. Door effectieve combinaties van leren en werken ronden meer jongeren hun opleiding succesvol af; Bedrijven die leerbedrijf willen worden, krijgen hiertoe ondersteunende activiteiten aangeboden.
6.1 NIET WERKENDE WERKZOEKENDE JONGEREN Jeugdwerkloosheid loopt op Jongeren tot 27 jaar zijn een aparte aandachtsgroep binnen de niet werkenden. In Den Haag gaat het daarbij gemiddeld om ruim 2.200 geregistreerde werkzoekende jongeren per maand in 2012. De volgende figuur laat zien dat er sprake is van een forse daling van de jeugdwerkloosheid tot het begin van de crisis in 2009. Daarna loopt het aantal jonge geregistreerde werkzoekenden weer op om vanaf begin 2010 weer te dalen. Aan het eind van 2012 loopt het aantal werkzoekenden weer op, maar de trend over de hele periode 2007-2012 is licht dalend.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
49
In de regio zoeken in 2012 gemiddeld geregistreerde 4.000 jongeren per maand een baan. Het patroon van de ontwikkeling voor heel Haaglanden komt grotendeels overeen met dat voor Den Haag. Wel is vooral in 2012 het aantal geregistreerde werkzoekenden structureel hoger dan in Den Haag. Hierdoor is de trend voor Haaglanden stijgend. Aan de hand van de ontwikkeling van het aantal geregistreerde niet-werkende werkzoekenden is een algemeen beeld te schetsen van de situatie aan de aanbodzijde van de arbeidsmarkt. Echter niet alle werkzoekenden laten zich registreren, omdat zij bijvoorbeeld geen recht op een uitkering hebben, of een ontheffing (van hun gemeente) hiervoor hebben gekregen. Figuur 6.1 Jeugdwerkloosheid in Den Haag en Haaglanden 5.500 5.000 4.500 4.000 3.500 3.000 2.500 2.000 1.500 1.000 2007
2008
2009
2010
Den Haag
2011
2012
Haaglanden
Bron: UWV
De stijging sinds begin 2011 zien we voor vrijwel alle opleidingsniveaus van jongeren. Den Haag In Den Haag zien we de minste groei van het aantal werkzoekenden bij de laagste opleidingsniveaus. Het aantal jongeren zonder opleiding of alleen basisonderwijs nam sinds januari 2011 zelfs af om dan in de loop van 2012 weer toe te nemen tot 99 indexpunten. Voor jongeren met een VMBO diploma bleef de meter zelfs steken op 92 indexpunten. De groei van het aantal werkzoekenden begint bij jongeren met een havo/vwo diploma (groei met 78%) en wordt steeds groter bij de hogere opleidingen.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
50
Figuur 6.2 Jeugdwerkloosheid in Den Haag naar niveau van de basis en voortgezette opleidingen, geïndexeerd (januari 2011=100) 180 160 140
geen/basis vmbo/mavo havo/vwo
120 100 80
jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov
60
2011
2012
Bron: UWV
De sterkste toename vinden we op het hoogste opleidingsniveau. Het aantal werkzoekenden met een universitaire opleiding is toegenomen met 230%. Wel gaat het hier in absolute zin om een relatief kleine groep van 66 werkzoekenden in november 2012. Figuur 6.3 Jeugdwerkloosheid in Den Haag naar niveau van de beroepsopleidingen, geïndexeerd (januari 2011=100)
300 250
mbo hbo
200
wo
150 100
dec jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov
jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov
50
2011
2012
Bron: UWV
De MBO opleidingen zijn verder uitgesplitst naar niveau in de volgende figuur.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
51
Figuur 6.4 Werkzoekenden in Den Haag jonger dan 27 jaar met een MBO opleiding, geïndexeerd (januari 2011=100) 16 240 220 200 MBO-1 MBO-Alg. MBO-2 MBO-3 MBO-4
180 160 140 120 100 80
2011
nov
sep okt
aug
juni juli
apr mei
feb mrt
dec jan
nov
sep okt
juli aug
apr
mei juni
feb mrt
jan
60
2012
Bron: UWV
Haaglanden Voor Haaglanden als geheel geldt hetzelfde patroon als voor Den Haag. Geen/basis opleiding blijft net onder de 100 lijn. VMBO komt daar voor Haaglanden net iets boven. Figuur 6.5 Jeugdwerkloosheid in Haaglanden naar niveau van de basis en voortgezette opleidingen, geïndexeerd (januari 2011=100) 170 160 150 140
geen/basis vmbo/mavo havo/vwo
130 120 110 100 90 jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei juni juli aug sep okt
80
2011
2012
Bron: UWV
16 MBO-algemeen is een verzamelnaam voor vroegere MBO opleidingen uit de periode voordat het MBO in vier niveaus werd ingedeeld.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
52
Figuur 6.6 Jeugdwerkloosheid in Haaglanden naar niveau van de beroepsopleidingen, geïndexeerd (januari 2011=100) 250 230 210 190
mbo hbo
170
wo
150 130 110 90 okt
sep
juli
aug
apr
2011
mei juni
feb
mrt
jan
okt
nov dec
sep
aug
juni juli
apr
mei
feb
mrt
jan
70
2012
Bron: UWV
Figuur 6.7 Werkzoekenden in Haaglanden jonger dan 27 jaar met een MBO opleiding, geïndexeerd (januari 2011=100) 17
220 200 180 MBO-1 MBO-Alg. MBO-2 MBO-3 MBO-4
160 140 120 100 80
2011
okt
sep
aug
juli
juni
mei
apr
mrt
feb
jan
dec
nov
okt
sep
aug
juli
juni
mei
apr
mrt
feb
jan
60
2012
Bron: UWV
17
MBO-algemeen is een verzamelnaam voor vroegere MBO opleidingen uit de periode voordat het MBO in vier niveaus werd ingedeeld.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
53
6.2 AANTAL STAGEPLAATSEN EN LEERBANEN In de Bouw en Infra branche is een tekort Tabel 6.1 is een momentopname en geeft weer in welke branches opleidingen een tekort aan stageplaatsen signaleren. Daarbij is een onderscheid gemaakt naar opleiding: de leerbaansituatie voor BBL op twee verschillende niveaus en stagesituatie voor BOL op verschillende niveaus.18 De opleidingen signaleren vooral een tekort aan stageplaatsen in de branche van: Bloemen en tuincentra, Groene ruimte, Dierverzorging en Plantenteelt. Daarnaast zijn er in de branche van Bakkerij, Economische administratief, Groothandel en Non-food, Reizen, Welzijn, Veiligheid en Schoonheidsspecialist over het algemeen wel voldoende stageplekken met uitzondering van enkele opleidingen. Tabel 6.1 Door opleidingen gemelde tekorten aan stageplaatsen in regio Haaglanden (in oktober 2012) Opleiding
Branche met overwegend voldoende stageplaatsen op enkele uitzonderingen na
Branche met overwegend te kort aan stageplaatsen
BBL 1+2 BBL 3+4
Groene ruimte, Bakkerij Economisch administratief, Groothandel en Non-food, Bakkerij, Reizen Zorg
Bloemen- en tuincentra -
BOL 1+2 BOL 3+4
Welzijn, Veiligheid, Schoonheidsspecialist, Bakkerij, Reizen
Bloemen en tuincentra, Dierverzorging Groene ruimte, Plantenteelt, Dierverzorging,
Bron: SBB/Kenniscentra
Voor het HBO is vergelijkbare informatie nog niet voor handen. JOB, de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs, is belangenbehartiger van een half miljoen mbo-studenten. Via de JOB-monitor brengt zij de tevredenheid van studenten over hun onderwijs voor het voetlicht. Hiermee biedt JOB handvatten aan studenten(-raden) en instellingen om (samen) te werken aan onderwijsverbetering. 19 Aan de MBO-studenten die de BOL volgen, zijn een aantal vragen over de stage gesteld. We lichten er drie vragen uit. De meningen van de studenten van het ROC Mondriaan zijn verdeeld over de hulp die men vanuit school krijgt bij het vinden van een stageplek. Gemiddeld scoort men een 3,1; men neigt naar een positief oordeel.20 Maar men is aanzienlijk lager dan het landelijk gemiddelde. Een meerderheid oordeelt positief over de moeite die het kost om een stageplaats te vinden; Ook op dit punt zijn studenten van het ROC Mondriaan iets minder positief dan het landelijk gemiddelde. Erg positief zijn de studenten over wat men leert op de stageplaats. Op punt scoort het ROC Mondriaan net onder het landelijk gemiddelde.
18
19
20
Een BBL opleiding is een beroepsbegeleidende leerweg waarbij de leerling 60% tot 80% in de praktijk werkt en daarnaast les volgt. Een BOL opleiding is een beroepsopleidende leerweg waarbij de leerling 20% tot 60% in de praktijk werkt naast een opleiding op school volgt Alle mbo-studenten in Nederland kunnen online aan de JOB-monitor deelnemen. De resultaten van 2012 zijn online te raadplegen en uit te splitsen naar instelling, leerjaar en richting; die van eerdere metingen echter niet. Score ‘3’ is neutraal, een hogere score betekent ‘positief’ en een lagere ‘negatief’. Er zijn kleine verschillen tussen leerjaren. Hier is het gemiddelde genomen over de 4 leerjaren.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
54
Figuur 6.8 Oordeel van leerlingen van ROC Mondriaan over stagemogelijkheden en – begeleiding in 2012 (1= zeer negatief; 5= zeer positief)
Voldoende leren op stageplek
Moeite stageplek vinden
Mondriaan Landelijk
Hulp school bij vinden stageplek
1
2
3
4
5
Bron: JOB-monitor 2012
6.3 LEERWERKPLEKKEN Aantal leerwerkplekken stijgt Leerwerkplekken zijn bedoeld om de kansen van uitkeringsgerechtigden op de arbeidsmarkt te vergroten door kennis en ervaring op te doen in de praktijk. Het gaat hierbij alleen om trajecten die via de gemeente Den Haag in het kader van reintegratie worden aangeboden. Trajecten in de zorg en techniek vormen een klein deel van het totale aanbod aan re-integratietrajecten. Tussen 2010 en 2011 is het aantal personen dat aan een leerwerkplek deelneemt, gestegen. Bij jongeren tot 27 jaar nam het aantal deelnemers aan trajecten met 44% toe. Bij personen vanaf 27 jaar nam het aantal deelnemers met 25% toe. Het zou interessant zijn om ook voor heel Haaglanden informatie te hebben over leerwerkplekken, maar dat is op dit moment (nog) niet haalbaar. Figuur 6.9 Aantal unieke deelnemers aan een leerwerkplek in Den Haag 8000 7000 6000 5000
Ouder dan 27 jaar
4000
Jonger 27 jaar 3000 2000 1000 0 2010
2010
2010
2011
2011
2011
zorg
techniek
overig
zorg
techniek
overig
Bron: DSZW RAAK
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
55
6.4 UITVAL EERSTEJAARS Relatief veel eerstejaars stoppen met hun studie Als jongeren goed geïnformeerd en bewust een opleidingskeuze maken, zullen zij niet snel stoppen met hun studie en overstappen op een andere studie. Als het beleid van de gemeente slaagt, zullen dus minder studenten in hun eerste jaar afhaken en van studie veranderen. Bij de Haagse Hogeschool stopt 41% van alle instromers binnen een jaar met hun studie. Bij INHolland is dat 20%. Van de overige onderwijsinstellingen zijn geen gegevens bekend. Tabel 6.2 Aantal studenten dat na een jaar met hun studie stopt in 2010/2011 Instelling
Instroom
Aantal stoppers
% stoppers
Haagse Hogeschool
7558
3125
41%
INHolland
1313
265
20%
Bron: InHolland en Haagse Hogeschool
Bij de Haagse Hogeschool stopt bij onderstaande studierichtingen meer dan de helft van de eerstejaars: - HBO-Rechten - English Stream (62% van 208 studenten) - Human Technology (58% van 40) - Management in de zorg (55% van 40) - International Business and Management Studies (54% van 388) - Bedrijfseconomie (53% van 250) - Opleiding voor Management, Economie en Recht (53% van 282) - Small Business & Retail Management (52% van 206) - European Studies (51% van 224) Bij INHolland stoppen vooral eerstejaars bij de opleiding tot leraar basisonderwijs (n=77) en media & entertainment (n=43).
6.5 TEVREDENHEID OVER STUDIEVOORLICHTING De tevredenheid over de studievoorlichting wisselt van jaar tot jaar maar komt zelden boven de 40% In het schoolverlaters onderzoek van het ROA wordt o.a. gevraagd in hoeverre men tevreden is over de voorlichting over studie. Uit de onderzoeken van de afgelopen jaren komt naar voren dat zo’n 30 a 50% van de afgestudeerden (zeer) tevreden is de voorlichting. De cijfers fluctueren van jaar tot jaar en per richting. Een duidelijke trend is niet te onderkennen. Onderstaande figuur laat dit zien. Jongeren die hun HAVO/VWO opleiding hebben afgerond zijn doorgaans iets meer tevreden dan jongeren die het BOL of BBL hebben behaald. De tevredenheid onder jongeren die het VMBO verlaten, wisselt sterk, van meest tevreden tot minst tevreden groep. In 2011 zijn ze samen met de jongeren die hun HAVO/VWO opleiding hebben afgerond het meest tevreden.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
56
Figuur 6.10
Oordeel (zeer) tevreden over voorlichting studie- en beroepsmogelijkheden, uitgesplitst naar onderwijsrichting 60% 50% 40%
2008 2009
30%
2010 2011
20% 10% 0% HAVO/VWO
VMBO
BOL
BBL
Bron: ROA Schoolverlatersonderzoek
In de JOB-monitor (zie paragraaf 6.2) zijn ook enkele vragen gesteld over loopbaanbegeleiding. We lichten hier de belangrijkste resultaten eruit voor MBOstudenten van het ROC Mondriaan. De meningen van de studenten zijn verdeeld over de duidelijkheid over de mogelijkheden om verder te studeren. Gemiddeld scoort men een 3,2 op een schaal van 1 tot 5; men neigt naar een positief oordeel. Dit is vergelijkbaar met het landelijk gemiddelde. Iets negatiever oordeelt men over de begeleiding die men krijgt bij het maken van een loopbaan- en vervolgkeuze. Ook op deze punten is er nauwelijks verschil ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Figuur 6.11
Oordeel van leerlingen van ROC Mondriaan over loopbaanbegeleiding in 2012 (1= zeer negatief; 5= zeer positief)
Tevredenheid begeleiding vervolgkeuze
Mondriaan Landelijk
keuze/loopbaanbegeleiding
Duidelijkheid over mogelijkheden verder studeren 1
2
3
4
5
Bron: JOB-monitor 2012
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
57
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
58
I
BIJLAGE 1: AFKORTINGEN __________________________________________________________________ AO Arbeidsongeschiktheidsuitkering (WAO, WAJONG, WIA, WAZ) BBL Beroepsbegeleidende leerweg BOL Beroepsopleidende leerweg BBO Basisgegevens bekostigd onderwijs DUO De uitvoeringsorganisatie van de Rijksoverheid voor het onderwijs HBO Hoger beroepsonderwijs JOB Jongeren Beroeps Organisatie MBO Middelbaar beroepsonderwijs NWW Niet werkende werkzoekenden PABO Pedagogische academie voor het basisonderwijs ROA Researchcentrum voor onderwijs en arbeidsmarkt ROC Regionaal opleidingcentrum SBI Standaard bedrijfsindeling SGHL Stadsgewest Haaglanden SIS Schoolverlatersinformatiesysteem SOI Standaard Onderwijs Indeling StartBaan StartBaan is het re-integratiebedrijf van de gemeente Den Haag SZW Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheidsprojecten van de gemeente Den Haag Zie volgende pagina
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
59
WWB Wet Werk en Bijstand WW Werkloosheidswet WO Wetenschappelijk onderwijs
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
60
II
BIJLAGE 2: ONDERZOEKSOPZET __________________________________________________________________
Het onderzoeksvoorstel van de diensten OCW, DSO en SZW dat is vastgesteld op 1 januari 2012.
1 INLEIDING De gemeente Den Haag wil de dialoog aangaan over een betere aansluiting tussen het onderwijs op de arbeidsmarkt in de stad, in de regio en in de Metropoolregio. In de nota ’Geslaagd in het vak; leren en werken effectief verbonden’ worden zeven speerpunten genoemd om dit doel te bereiken. Samen vormen de speerpunten een concrete ambitie voor de komende drie jaar. De gemeente wil bereiken dat sectoren met personeelstekorten meer (jonge) mensen aan zich weten te binden, dat opkomende sectoren kunnen groeien, dankzij bijpassend onderwijs, dat meer mensen de stap naar ondernemerschap zetten, dat de in- en doorstromen op de arbeidsmarkt groter wordt, dat meer jongeren succes hebben op hun route naar hun eerste baan en dat meer mensen die nog buiten het arbeidsproces staan, succesvol worden bijgeschoold en een baan verwerven. Het resultaat moet zijn dat meer mensen bekwaam en gemotiveerd een vak uitoefenen dat bij hen past. Daarin hebben werkgevers, werknemers en het onderwijs allemaal een rol te vervullen. Om de voortgang met betrekking tot de zeven speerpunten te kunnen volgen is aan de onderzoeksafdelingen van de gemeente Den Haag gevraagd om een monitor te ontwikkelen. Hieronder wordt eerst per speerpunt aangegeven welke concrete doelen worden nagestreefd en welke indicatoren met bijbehorende bronnen gehanteerd kunnen worden om na te gaan of deze doelen gerealiseerd worden. Vervolgens gaan we nader in op verdere uitwerking van de monitor en de bijbehorende kosten en tijdsplanning. Nadien is de Actieagenda Geslaagd in het vak, onderwijs en arbeidsmarkt verbinden in Haaglanden vastgesteld met zes speerpunten.
2 OVERZICHT VAN INDICATOREN De indicatoren vallen in twee groepen uiteen. Allereerst zijn er de zogenaamde ‘output’-indicatoren. Deze hebben betrekking op het uitvoeren van aangekondigde actiepunten zoals het organiseren van een werkconferentie en het opzetten van een registratie van leraren. Deze indicatoren geven de voortgang aan en de lijst is eenvoudig door de beleidsmedewerkers bij te houden. Hieronder zijn ze aangegeven onder het kopje ‘toetsbare actiepunten’. De tweede groep indicatoren is voor onderzoekers interessanter en heeft betrekking op de gewenste ‘outcome’. Deze indicatoren zeggen iets over de maatschappelijke situatie die moet veranderen in een bepaalde richting en hebben meestal een kwantitatief karakter. Ze worden hieronder aangegeven onder het kopje ‘indicatoren’.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
61
Speerpunt 1. Leren werken in de techniek aantrekkelijker maken Doel: 1. Bedrijven en instellingen kunnen nu en in de toekomst beschikken over voldoende personeelsaanbod in de technische beroepen. 2. Een verbeterd imago van de technieksector bij jongeren, allochtonen en vrouwen. Indicatoren 1. Aantal leerlingen (en afgestudeerden) in de technische sector in Haaglanden en Metropool Bron: a. DUO – gegevens van de onderwijsvestiging naar niveau (MBO en HBO) naar leeftijd, geslacht en etniciteit b. CBS – gegevens over leerlingen (woongemeente) over instroom MBO G4 naar leeftijd en geslacht Toelichting: Het beleid is erop gericht dat meer jongeren kiezen voor techniekonderwijs. Als dat beleid slaagt, zal het aantal leerlingen in die richting toenemen. 2. Aansluiting onderwijs op techniek sector Bron: Regiometer Toelichting: De regiometer zet de verwachtte (vervangings-)vraag af tegen het verwachte aanbod op basis van het aantal leerlingen dat een bepaalde onderwijsrichting volgt. Hierbij kiezen we de 3 sectoren waar relatief de meeste technische functies zijn nl. Bouw, Overheid en Telefonie. Hiervan kunnen we bepalen of de aansluiting in aantallen en niveau verbetert of verslechtert. Het is onduidelijk in hoeverre er tussen deze drie sectoren dubbels zitten. 3. Imago techniek sector Dit is af te leiden uit a) instroom eerstejaars (vooral aandeel vrouwen) en b) het oordeel van afgestudeerden over opleiding. Bron: a. DUO en b. ROA –schoolverlaters onderzoek (zie % tevreden over de voorlichting over studie en % eens met de stelling dat opleiding goede basis is om te starten op arbeidsmarkt) en de kansen op de arbeidsmarkt. Toelichting: de gemeente wil het techniekonderwijs ontdoen van z’n negatieve imago. Een toename van het aantal studenten dat voor studierichting in de techniek kiest, is een indicatie dat het beleid slaagt. Hetzelfde geldt voor een positiever oordeel van studenten 4. Aantal reïntegratietrajecten in de techniek. Bron: SZW Toelichting: een van de projecten is erop gericht om werkzoekenden een (technische) opleiding te laten volgen met baangarantie. Toetsbare actiepunten: 1. Opzetten van een Centre of Excellence van de technische opleidingen dat wordt gekoppeld aan het cluster Veiligheid. 2. Bundeling van een aantal techniekopleidingen tot een brede techniekopleiding. 3. Opstellen actieplan vanuit werkgevers in de technische sector, de onderwijsinstellingen, de sector veiligheid, de sector zorg en jongerenambassadeurs.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
62
Speerpunt 2. Personeelstekorten in de zorg aanpakken Doel: 1. Fors terugdringen van de te verwachten tekorten in de zorg. Indicatoren: 1. Aantal banen in de zorg Bron: Werkgelegenheidsregister Toelichting: de verwachting is dat door de vergrijzing het aantal banen in de zorgsector de komende jaren sterk zal toenemen. Deze indicator houdt de groei bij. Hierbij is wel een opmerking te maken. Het werkgelegenheidsregister houdt namelijk het aantal bezette banen bij. Wanneer een werkgever veel onvervulde vacatures heeft omdat het gekwalificeerde personeel er niet is, komt dat niet direct terug in de cijfers. Wellicht moet de ontwikkeling van de banen afgezet worden tegen de ontwikkeling van de vacatures in de zorg. 2. Aansluiting aanbod (verwacht aantal afgestudeerden) op verwachte arbeidsvraag Bron: Regiometer Toelichting: De regiometer zet de verwachtte (vervangings-)vraag af tegen het verwachte aanbod op basis van het aantal leerlingen dat een bepaalde onderwijsrichting volgt. 3. Aantal vacatures in de zorg Bron: UWV (eventueel kan ook Jobfeed gebruikt worden). Zij houden alle vacatures bij. Daar zijn echter wel kosten aan verbonden, het is nog niet bekend hoeveel dat is. Toelichting: Het aantal vacatures zegt iets over de aansluiting tussen vraag en aanbod in de zorgsector; een groot aantal duidt op een tekort aan geschikte arbeidskrachten. 4. Aantal leerlingen dat in het VMBO-mbo Zorg-vakken volgt Bron: DUO Toelichting: de gemeente wil meer mensen naar de zorgsector toe leiden. Een toename van het aantal studenten dat voor een studierichting in de zorg kiest, is een indicatie dat het beleid slaagt. 5. Aantal reïntegratietrajecten in de Zorg Bron: UWV (er wordt nog nagegaan of we deze gegevens kunnen krijgen) Toelichting: Een van de projecten is erop gericht om werkzoekenden in de Zorg een (technische) opleiding met baangarantie te laten volgen. Toetsbare actiepunten: 1. Opstellen actieplan door het Platform Zorg en Welzijn Haaglanden.
Speerpunt 3. Personeelstekorten in het onderwijs Doel: Het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs in de Haagse regio beschikken over voldoende geschoold en bevoegd personeel
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
63
Indicatoren: 1. Aansluiting verwacht aantal afgestudeerden versus verwachte arbeidsvraag in de onderwijssector Bron: Regiometer Toelichting: De regiometer zet de verwachtte (vervangings-)vraag af tegen het verwachte aanbod op basis van het aantal leerlingen dat een bepaalde onderwijsrichting volgt. 2. Aantal vacatures Bron: UWV en/of Rode Loper (lopende vacatures staan op hun website); eventueel Jobfeed Toelichting: het aantal vacatures zegt iets over de aansluiting tussen vraag en aanbod in de onderwijssector; een hoog aantal duidt op een tekort aan geschikte arbeidskrachten. 3. Aantal afgestudeerden aan HBO lerarenopleidingen (met name voor VO) Bron: DUO misschien Toelichting: De gemeente wil meer mensen via het onderwijs toeleiden naar werk in de onderwijssector; deze indicator laat zien of het beleid daarin effectief is. Toetsbare actiepunten: 1. Een haalbaarheidsonderzoek naar een TOP-opleiding voor leraren 2. Een actieplan n.a.v. de werkconferentie met VO, De Rode Loper en het MBO 3. Ontwikkelen van lerarenregister
Speerpunt 4. Kansrijke clusters Vrede & Recht en Veiligheid versterken via onderwijs Doel: 1. Internationale instellingen voor Vrede & Recht beschikken over een ruim aanbod van gekwalificeerd personeel, toegespitst op de behoefte van de sector. 2. Er komt nieuw onderwijsaanbod voor de veiligheidsector en bestaande initiatieven worden uitgebouwd die aansluiten bij recente ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in deze sector. Indicatoren: 1. Aantal organisaties en banen in de cluster Vrede & Recht Bron: a. Werkgelegenheidsregister (voor jaarlijkse cijfers, specifieke cluster samengesteld door DSO/Onderzoek i.o.m. DSO/Economie) b. Het Decisio-onderzoek 2010-2011; dit zal periodiek herhaald worden (als aanvulling) Toelichting: Het cluster Vrede & Recht biedt groeimogelijkheden voor de gemeente Den Haag. In eerste instantie gaat het om hoog gekwalificeerd werk, maar in de spin-off creëert het ook laaggekwalificeerd werk. Het werkgelegenheidsregister bevat gegevens over het aantal organisaties en banen in deze sector; het gaat dan vooral om de directe werkgelegenheid. Het Decisio gaat op een aantal zaken dieper in en kan daarom eens in de zoveel jaar als aanvulling dienen. 2. Aantal studierichtingen en HBO/WO-studenten in de clusters Vrede & Recht Bron: DUO, LUC, Haagse Hoge School, InHolland en/of Leidse Campus Toelichting: deze indicator laat het toekomstig aanbod van werknemers in deze sector zien.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
64
3. Aantal organisaties en banen in de cluster Veiligheid Bron: a. Werkgelegenheidsregister (voor jaarlijkse cijfers, specifieke cluster samengesteld door DSO/Onderzoek i.o.m. DSO/Economie) b. In 2011 is hier een eerste onderzoek naar gedaan; wordt wellicht herhaald (als aanvulling) Toelichting: Het cluster Veiligheid biedt groeimogelijkheden voor de gemeente Den Haag. Het gaat zowel om hoog als laag gekwalificeerd werk. Het werkgelegenheidsregister bevat gegevens over het aantal organisaties dat zich primair op Veiligheid richt, en het daarbinnen werkzame personeel. Het gaat niet om veiligheidspersoneel in dienst van organisaties die in een andere bedrijfstak actief zijn, zoals veiligheidspersoneel in dienst van een ziekenhuis. Toetsbare actiepunten: 1. Een actieplan voor de sector Veiligheid Speerpunt 5. Ondernemerschap stimuleren via onderwijs Doel: Meer leerlingen kiezen, direct of binnen enkele jaren na het afstuderen, voor zelfstandig ondernemerschap. Indicatoren: 1. Aantal startende ondernemingen in de leeftijd van 20-30 en van 30-40 jaar, eventueel per bedrijfstak. Bron: Kamer van Koophandel en/of Werkgelegenheidsregister Toelichting: Startende ondernemers beginnen steeds jonger. Uit het onderzoek blijkt dat de groep starters in de leeftijd 20-30 jaar snelst groeit en de afgelopen 6 jaar is verdubbeld. De leeftijdscohorten 20-30 en 30-40 jaar zijn de meeste starters. Jonge ondernemers zijn minder succesvol. De meeste stoppers zijn tussen de 20 en 30 jaar. Het aantal starters tussen 20-30 jaar is een indicatie van mensen die binnen enkele jaren na afstuderen voor het ondernemerschap kiest. 2. Aantal ondernemingen in de leeftijd van 20-30 en van 30-40 jaar dat stopt, eventueel per bedrijfstak Bron: KvK, eventueel Belastingdienst Toelichting: Het aantal startende ondernemingen zegt iets over het aantal mensen dat een onderneming start, is geen indicatie voor succesvol ondernemerschap. Het heeft geen nut als het merendeel van hen weer binnen een jaar te gronde gaat. De verhouding tussen het aantal starten ondernemingen en het aantal ondernemingen dat er in een jaar mee stopt, zegt iets over het succes. De KvK heeft faillissementen naar SBI-code (branche). 3. Aantal studenten dat het vakken in ondernemerschap volgen of een minor ondernemen volgt. Bron: Onderwijsinstellingen Toelichting: Aandacht voor het ondernemerschap moet een belangrijkere plaats krijgen binnen het onderwijs. Als het onderwerp dat krijgt, zal het aantal studenten dat vakken in ondernemerschap of een minor ondernemen volgt, toenemen. Toetsbare actiepunten: 1. Haalbaarheidsonderzoek naar oprichting TOP-opleiding 2. Oprichting van informatiepunt over ondernemerschapsonderwijs
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
65
Speerpunt 6. Jongeren helpen met een goede loopbaanstart Doel: 1. Jongeren maken beter onderbouwd een keuze voor studie en loopbaan. 2. Verbetering van effectieve combinatie van leren en werken leidt tot vergroting van het aantal succesvol afgeronde opleidingen. 3. Hiermee de kans op werk voor jongeren vergroten, vooral voor de tekortsectoren. Indicatoren: 1. Het aantal niet-werkende werkzoekende jongeren tot 27 jaar Bron: UWV (peildatum 31/12) Toelichting: Als de plannen van de gemeente slagen om jongeren succesvol naar werk toe te leiden, zal het aantal jonge NWW’ers laag zijn. 2. Aantal stageplaatsen (vooral in de sectoren techniek, zorg en onderwijs) en/of aantal leerlingen dat moeite heeft om (in deze sectoren) een stageplaats te vinden Bron: Wellicht kan aan de enquête onder werkgevers naar de werkgelegenheid een vraag naar het aantal stageplaatsen toegevoegd worden. Hier zijn echter kosten aan verbonden en de vraag kan dan op zijn vroegst pas in 2013 meelopen. Het aantal leerwerkbedrijven per kennisinstituut zit in de regiometer. Verder via www.kenteq.nl dit is een register met alle erkende leerbedrijven. Hieruit is nog niet te halen om hoeveel stageplaatsen het gaat (hiervoor is een mail met informatie gestuurd). Verder is er ook nog www.stagemarkt.nl waar alle stageplaatsen staan. Dit is echter voor statistieken niet geschikt (misschien via uitstaande mail). Via de rapportage basiscijfers jeugd is misschien te achterhalen op welk niveau er kansen en gemelde tekorten stageplaatsen en leerbanen in regio Haaglanden zijn. Bron: Colo/Kenniscentra, zie www.colo.nl/basiscijfers-jeugd-oktober-2011.html Toelichting: Stageplaatsen nemen een steeds belangrijkere plaats in het gemeentebeleid in. Denk ook aan de verplichting van VO-leerlingen om een maatschappelijke stage te lopen. Het aantal stageplaatsen is echter niet bekend. Onbekend is of werkgevers hun maatschappelijke verantwoording nemen. Zodoende is het van belang om dit hiaat in de informatievoorziening op te heffen. 3. Aantal leerbanen (eventueel uitgesplitst naar zorg, techniek en overig) Bron: SZW (het is nog niet duidelijk of de gegevens uitgesplitst kunnen worden naar zorg, techniek en overig) Toelichting: Ook leerbanen zijn een mogelijkheid om leerlingen in de praktijk ervaring op te laten doen. Het aantal leerbanen staat echter onder druk. Het aantal leerbanen is een indicator voor de kansen die jongeren krijgen. 4. Aantal studenten dat na een jaar met een studie ophoudt Bron: DUO, Haagse Hogeschool, In Holland, ROC etc. Toelichting: Als jongeren goed geïnformeerd en bewust een opleidingskeuze maken, zullen zij niet snel stoppen met hun studie en overstappen op een andere studie. Als het beleid van de gemeente slaagt, zullen dus minder studenten in hun eerste jaar afhaken en van studie veranderen. 5. Tevredenheid studenten over studievoorlichting Bron: ROA Toelichting: Betere informatie zal tot meer tevredenheid leiden
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
66
Toetsbare actiepunten: 1. Ontwikkeling regionale website voor stageplaatsen (Dit is er eigenlijk al, zie www.stageplaats.nl)
Speerpunt 7. Stimuleren dynamiek op de arbeidsmarkt Doel: 1. Vergroting van het personeelsaanbod voor de tekortsectoren in de regio Haaglanden: techniek, zorg en onderwijs 2. Vergroting van de arbeidsparticipatie Indicatoren: 1. Aantal mensen van de potentiële beroepsbevolking met betaald werk (uitgesplitst naar sector, sekse, leeftijd en etniciteit) Bron: Stadsenquête (profielvraag toevoegen) Toelichting: De vraag naar beroepskrachten zal de komende jaren blijven toenemen, vooral in de sectoren zorg en techniek. De potentiële beroepsbevolking zal echter nauwelijks toenemen. Aan de toenemende vraag kan alleen worden voldaan, als de participatiegraad van vooral vrouwen en ouderen verder toeneemt. 2. Aantal vacatures Bron: UWV / Jobfeed Toelichting: Het aantal vacatures zegt iets over de aansluiting tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt; een hoog aantal duidt op een tekort aan arbeidskrachten. 3. Percentage moeilijk vervulbare vacatures naar opleidingsniveau en sector Bron: CBS statline Toelichting: Deze indicator zegt iets over de aansluiting van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt; een hoog percentage duidt op een slechte aansluiting. 4. Aantal uitkeringsgerechtigden (uitgesplitst naar bijstand, werkloosheid en arbeidsongeschiktheid) Bron CBS statline Toelichting: Uitkeringsgerechtigen nemen geen deel aan het arbeidsproces. Het gaat hierbij voor het overgrote deel om bijstandsgerechtigden en arbeidsongeschikten, groepen die over het algemeen een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben. De uitstroom van arbeidsongeschikten naar betaalde arbeid is klein. Maar ook de bijstand kent een grote harde kern die moeilijk of niet plaatsbaar is op de reguliere arbeidsmarkt. Het betreft ongeveer een vijfde van de Haagse potentiële beroepsbevolking. 5. Aantal niet-werkende werkzoekenden Bron: UWV Toelichting: De indicator zegt iets over het aanbod op de arbeidsmarkt; het aantal is laag bij een hoog conjunctuur, tenzij het aanbod niet aansluit op de vraag. 6. Aantal gemeenteambtenaren dat (succesvol) wordt begeleid naar werk buiten gemeente Bron: Bureau Van Werk naar Werk
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
67
Toelichting: de gemeente wil ambtenaren die wegens de bezuinigingen hun baan verliezen begeleiden naar werk buiten de gemeente zodat ze niet werkloos worden. Een groot aantal weerspiegelt de inspanningen van de gemeente.
3 VERDERE UITWERKING VAN DE MONITOR Gebiedsniveau Veel maatregelen die ingezet worden om de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt te verbeteren, overstijgen het niveau van de gemeente Den Haag. Daarom stellen wij voor om naast gegevens over Den Haag ook gegevens op het niveau van het gewest Haaglanden te verzamelen. In de toekomst zou dat uitgebreid kunnen worden tot het niveau van de Metropool, maar dat is vooralsnog een brug te ver. Meetmomenten De monitor zal periodiek worden uitgebracht. In het najaar 2012 zullen de uitkomsten van de eerste meting – de zogenaamde nulmeting - worden gepubliceerd. In 2013 volgt dan een tweede meting en in 2015 de eindmeting. Bij de eerste meting zal voornamelijk de stand van zaken worden beschreven. Bij de tweede en derde meting kunnen ook ontwikkelingen zichtbaar worden. De gegevens hebben verschillende referentieperioden. Er zijn zogenaamde jaarcijfers en standcijfers. De jaarcijfers hebben betrekking op een heel kalenderjaar of op een schooljaar. Het tijdstip waarop die gegevens beschikbaar komen loopt sterk uiteen. De standcijfers hebben betrekking op een peildatum en kunnen dus ook sterk van elkaar verschillen. Zodoende zullen we bij de monitor gebruik maken van de meest recente cijfers die op dat moment beschikbaar zijn. Rapportage De monitor levert veel cijfers op. Deze zullen overzichtelijk in tabellen en grafieken gepresenteerd worden. Daarnaast zullen de belangrijkste uitkomsten kort en bondig beschreven worden. Het rapport wordt afgesloten met een leesbare managementrapportage. Planning Het is de bedoeling om in september het eerste rapport te publiceren. Het conceptrapport willen we begin augustus aan de werkgroep voorleggen. Indien nodig zal het rapport nog aangepast en aangevuld worden, zodat het kan het rekenen op goedkeuring van alle betrokken partijen in het veld.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
68
III
BIJLAGE 3: TOELICHTING ONDERWIJSSECTOREN __________________________________________________________________
VMBO Het VMBO is onderverdeeld in vier verschillende sectoren: Economie, Techniek, Zorg en Welzijn en Landbouw (de groene sector). Het onderwijs in de theoretische leerweg bestaat voor elke sector uit: een gemeenschappelijk deel, dat voor alle sectoren gelijk is, een sectordeel, dat kenmerkend is voor die sector, en een vrij deel, dat bestaat uit door de leerling te kiezen vakken en andere programma-onderdelen. Het gemeenschappelijk deel van de theoretische leerweg omvat: Nederlandse taal, Engelse taal, maatschappijleer, lichamelijke opvoeding en ten minste een van de vakken behorende tot beeldende vorming, muziek, dans of drama. Het sectordeel van de theoretische leerweg omvat wat betreft: de sector techniek: wiskunde en natuur- en scheikunde I (NASK1), de sector zorg en welzijn: biologie en, ter keuze van de leerling, wiskunde, maatschappijleer II, geschiedenis en staatsinrichting, of aardrijkskunde, met dien verstande dat de school mag bepalen welke van de laatste drie vakken wordt of worden aangeboden, de sector economie: economie en, ter keuze van de leerling, wiskunde, Franse taal, Duitse taal (Europees Nederland) of Spaanse taal (Caribisch Nederland), de sector landbouw: wiskunde en, ter keuze van de leerling, biologie of natuuren scheikunde I. Het vrije deel van de theoretische leerweg omvat door de leerling te kiezen vakken als hiervoor genoemd, kan omvatten technologie, natuur- en scheikunde II (NASK2), vakken behorende tot beeldende vorming, muziek, dans, drama en lichamelijke opvoeding, door de leerling te kiezen, en kan nog andere vakken en programma-onderdelen bevatten. In Europees Nederland zijn dat Spaanse taal, Turkse taal, Arabische taal en Friese taal en cultuur en in Caribisch Nederland zijn dat Duitse taal en Papiaments. Binnen de leerwegen VMBO (Basisberoepsgerichte, Kaderberoepsgerichte en Gemengde Leerwegen) zijn de sectoren weer onderverdeeld in afdelingen en programma’s, zoals: Sector Techniek: Bouwtechniek (timmeren, metselen, schilderen en meubelmaken), Elektrotechniek, Grafische techniek, Installatietechniek, Metaaltechniek, Transport en logistiek, Voertuigentechniek. Intrasectorale programma’s: Bouwtechniek-breed, Techniek-breed, Instalektro, Metalektro.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
69
Sector Zorg en welzijn: Uiterlijke verzorging, Verzorging. Intrasectorale programma’s: Zorg en welzijn breed, Sport Dienstverlening en Veiligheid. Sector Economie: Administratie, Consumptief horeca, Consumptief bakken, Economie, Handel en verkoop, Mode en commercie. Intrasectorale programma’s: Consumptief-breed en Handel en administratie. Sector Landbouw: Landbouw en natuurlijke omgeving, Plantenteelt, Groene ruimte, Bloembinden en -schikken, Dierhouderij en -verzorging, Verwerking agrarische producten, Agrarische bedrijfseconomie, Agrarische techniek en Landbouw breed.
MBO Het middelbaar beroepsonderwijs heeft twee verschillende leerwegen of leerroutes. Bij alle opleidingen vormt de praktijk, de beroepspraktijkvorming (bpv), een belangrijk deel van de opleiding. Beroepsopleidende leerweg (bol): Deelnemers van een bol-opleiding hebben tijdens hun opleiding één of meerdere stageperiodes. De beroepspraktijkvorming vormt bij een bol-opleiding minimaal 20 en maximaal 60 %. Beroepsbegeleidende leerweg (bbl): Een bbl-opleiding bestaat voor minimaal 60 procent uit praktijk. Mensen die een bbl-opleiding volgen, werken met een arbeidsovereenkomst in een leerbedrijf en gaan meestal één dag in de week naar school voor de theoretische onderbouwing. Studenten in de bblopleidingen zijn vaak wat ouder, de gemiddelde leeftijd is 25 jaar. De opleidingen in het middelbaar beroepsonderwijs zijn verdeeld over vier sectoren: Zorg en welzijn Techniek Economie Landbouw
HBO In het hoger beroepsonderwijs worden zeven sectoren onderscheiden: Economie Gezondheidszorg Kunst Landbouw Pedagogisch Sociaal-agogisch Techniek Onder de sector Techniek valt een groot aantal (erkende) studierichtingen: Advanced Sensor Applications, AOT - techniek, Aquatische Ecotechnologie, Archeologie, Automotive, Autotechniek, Aviation, Bedrijfsmanagement MKB, Bedrijfswiskunde, Bewegingstechnologie, Bio-informatica, Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek, Biometrie, Bouwkunde, Bouwmanagement en Vastgoed, Bouwtechnische Bedrijfskunde, Built Environment, Business Engineering Chemie, Chemische Technologie, Civiele techniek, Climate & Environment, Commercieel Ingenieur, Communication and Multimedia Design, Elektrotechniek, Embedded Systems Engineering, Energie- en Procestechnologie (AOT), Engineering, Design and Innovation, Forensisch Onderzoek, Game Architecture and Design, Geodesie, gezondheidszorg Technologie, Human Technology, Industrieel Produkt Ontwerpen,
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
70
Industriële Automatisering, Informatica, Domeincompetenties, Information Security Management, Integraal Ontwerpen, International Maintenance Management (joint degree), Kunst en techniek, Logistiek en Technische Vervoerskunde, Luchtvaarttechnologie, Maritiem Officier, Mechatronica, Mediatechnologie, Medisch Ingenieur, Milieugerichte Materiaaltechnologie, Mobiliteit, Netwerk Infrastructuur Design Ocean Technology, Orthopedische Technologie, Public ICT Management, Ruimtelijke Ordening en Planologie, Scheepsbouwkunde, Stedenbouwkundig Ontwerpen, Technische Bedrijfskunde, Technische Commerciële Confectiekunde, Technische Informatica, Technische Natuurkunde, Watermanagement, Werktuigbouwkunde. Onder de sector Gezondheidszorg vallen de volgende (erkende) studierichtingen: Audiologie, Farmakunde, Huidtherapie, Kunstzinnige Therapie, Management in de Zorg, Medisch Beeldvormende en Radiotherapeutische technieken, Medische Hulpverlening, Mondzorgkunde, Oefentherapie Cesar, Opleiding Podotherapie, Opleiding tot Fysiotherapeut Supplement, Opleiding tot OefentherapeutMensendieck, Opleiding tot Verpleegkundige, Opleiding voor Ergotherapie, Opleiding voor Logopedie, Optometrie, Orthoptie, Psychomotorische Therapie en Bewegingsagogie, Sport, Gezondheid en Management, Toegepaste Gerontologie, Verloskunde, Voeding en Diëtetiek.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
71
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
72
IV
BIJLAGE 4: TOELICHTING OP DE GEHANTEERDE BEGRIPPEN BIJ DE REGIOMETER __________________________________________________________________
In opdracht van het RPA Haaglanden heeft het Tympaan Instituut de Regiometer ontwikkeld, een prognosemodel om de uitbreidingsvraag en vervangingsvraag op de arbeidsmarkt te voorspellen. De uitbreidingsvraag wordt berekend door op sectorniveau/clusterniveau de gemiddelde jaarlijkse banengroei uit de periode 2000-2011 te berekenen. Dit percentage wordt vervolgens toegepast voor de komende jaren. De gebruiker kan dit percentage in de rechterkolom wijzigen, waarna deze wijziging wordt doorgerekend. Ook veel andere achtergrondvariabelen kunnen door de gebruiker worden gewijzigd. De vervangingsvraag bestaat uit drie componenten: pensionering: op grond van de Enquête Beroepsbevolking (EBB) van het CBS kennen we de leeftijdsopbouw van de werkzame beroepsbevolking op sector/clusterniveau. Door uit te gaan van een bepaalde uitstroomleeftijd (bijv. 60 jaar) wordt uitgerekend wat de jaarlijkse uitstroom is. arbeidsongeschiktheid: momenteel zijn hier op sectorniveau geen cijfers over; een gebruiker kan zelf een percentage invoeren. uitstroom naar andere sectoren: momenteel zijn hier op sectorniveau geen cijfers over; een gebruiker kan zelf een percentage invoeren. Bij de vraag naar arbeid moet rekening gehouden worden met het feit dat bedrijven door middel van de SBI-code in een sector worden gerangschikt.21 Alle banen binnen dit bedrijf -dus ook ondersteunend personeel- vallen vervolgens binnen de betreffende sector. Voor het aanbod vanuit het onderwijs wordt gebruik gemaakt van de cijfers van het DUO. Deze cijfers betreffen instroom, studenten en gediplomeerden per opleiding. Omdat, wederom op grond van de EBB, bekend is welke type opleiding werknemers in een bepaalde sector hebben gevolgd, kan de beschikbaarheid vanuit het onderwijs worden berekend. Omdat de registraties en categorieën binnen de arbeidsmarkt en het onderwijs nogal afwijken, vindt deze koppeling op een algemeen niveau plaats. Concreet gezegd: per sector zijn de opleidingen van de werknemers bekend naar 10 categorieën, volgens de Standaard Onderwijs Indeling (SOI) van het CBS: algemeen onderwijs leraren humaniora, sociale wetenschappen, communicatie en kunst economie, commercieel, management en administratie
21
Standaard BedrijfsIndeling; zie verder http://www.cbs.nl/nlNL/menu/methoden/classificaties/overzicht/sbi/sbi-2008/default.htm
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
73
juridisch, bestuurlijk, openbare orde en veiligheid wiskunde, natuurwetenschappen en informatica techniek agrarisch en milieu gezondheidszorg, sociale dienstverlening en verzorging horeca, toerisme, vrijetijdsbesteding, transport en logistiek
Bij de berekening van de beschikbaarheid vanuit het onderwijs gaat men ervan uit dat de verhouding gelijk blijft; met andere woorden: als bijvoorbeeld in de huidige situatie 60% van de mensen met een opleiding in de categorie 'agrarisch en milieu' binnen de landbouw werkt, dan wordt die 60% ook voor de komende 5 jaar toegepast. Hierbij wordt tevens rekening gehouden met doorstroom naar vervolgonderwijs. Voor de komende jaren worden prognoses van de uitstroom, waarbij wordt uitgegaan van de instroomcijfers. Rekeninghoudend met gemiddelde studieduur, slagingspercentage en doorstroom naar vervolgopleiding levert dit een prognose van de uitstroom op. De cijfers die van de EBB gebruikt worden zijn cijfers op landelijk niveau. Cijfers op provinciaal of regionaal niveau zouden, met alle uitsplitsingen die wij voor de modellen nodig hebben, teveel lege cellen bevatten.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
74
V
BIJLAGE 5: STANDAARD BEDRIJFSINDELING __________________________________________________________________
Hieronder staan alle codes van de Standaard Bedrijfindeling (SBI) van bedrijven die tot het cluster Techniek behoren. Verderop komen de clusters Onderwijs en Zorg aan de orde. 2410 2420 2431 2432 2433 2434 2441 2442 2443 2444 2445 2446 2451 2452 2453 2454 2511 2512 2521 2529 2530 2540 2550 2561 2562 2571 2572 2573 2591 2593 2594 2599 2611 2612 2620 2630 2640 2651 2652 2660 2670 2680 2711 2712
Vervaardiging van ijzer en staal en van ferrolegeringen Vervaardiging van stalen buizen, pijpen, holle profielen en fittings daarvoor Koudtrekken van staven Koudwalsen van bandstaal Koudvervormen en koudfelsen Koudtrekken van draad Vervaardiging van edelmetalen Vervaardiging van aluminium Vervaardiging van lood, zink en tin Vervaardiging van koper Vervaardiging van overige non-ferrometalen Smelten en raffineren van uranium Gieten van ijzer Gieten van staal Gieten van lichte metalen Gieten van overige non-ferrometalen Vervaardiging van metalen constructiewerken en delen daarvan Vervaardiging van metalen deuren, vensters en kozijnen Vervaardiging van ketels en radiatoren voor centrale verwarming Vervaardiging van metalen tanks en reservoirs Vervaardiging van stoomketels (geen ketels voor centrale verwarming) Vervaardiging van wapens en munitie Smeden, persen, stampen en profielwalsen van metaal; poedermetallurgie Oppervlaktebehandeling en bekleding van metaal Algemene metaalbewerking Vervaardiging van scharen, messen en bestek Vervaardiging van hang- en sluitwerk Vervaardiging van gereedschap Vervaardiging van stalen vaten e.d. Vervaardiging van artikelen van draad en van kettingen en veren Vervaardiging van bouten, schroeven en moeren Vervaardiging van overige producten van metaal neg Vervaardiging van elektronische componenten Vervaardiging van elektronische printplaten Vervaardiging van computers en randapparatuur Vervaardiging van communicatieapparatuur Vervaardiging van consumentenelektronica Vervaardiging van meet-, regel-, navigatie- en controleapparatuur Vervaardiging van uurwerken Vervaardiging van bestralingsapparatuur en van elektro-medische en elektro-therapeutische apparatuur Vervaardiging van optische instrumenten en apparatuur Vervaardiging van informatiedragers Vervaardiging van elektromotoren, elektrische generatoren en transformatoren Vervaardiging van schakel- en verdeelinrichtingen
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
75
2720 2731 2732 2733 2740 2751 2752 2790 2811 2812 2813 2814 2815 2821 2822 2823 2824 2825 2829 2830 2841 2849 2891 2892 2893 2894 2895 2896 2899 2910 29201 29202 2931 2932 3011 3012 3020 3030 3040 3091 3092 3099 3311 33121 33122 3313 3314 3315 3316 3317 3319 3321 33221
Vervaardiging van batterijen en accumulatoren Vervaardiging van kabels van optische vezels Vervaardiging van overige elektrische en elektronische kabel Vervaardiging van schakelaars, stekkers, stopcontacten e.d. Vervaardiging van elektrische lampen en verlichtingsapparaten Vervaardiging van elektrische huishoudapparaten Vervaardiging van niet-elektrische huishoudapparaten Vervaardiging van overige elektrische apparatuur Vervaardiging van motoren en turbines (niet voor vliegtuigen, motorvoertuigen en bromfietsen) Vervaardiging van hydraulische apparatuur Vervaardiging van niet-hydraulische pompen en compressoren Vervaardiging van appendages Vervaardiging van tandwielen, lagers en overige drijfwerkelementen Vervaardiging van industriële ovens en branders Vervaardiging van hijs-, hef- en transportwerktuigen Vervaardiging van kantoormachines en -apparatuur (geen computers en randapparatuur) Vervaardiging van pneumatisch en elektrisch handgereedschap Vervaardiging van machines en apparaten voor industriële koeltechniek en klimaatregeling Vervaardiging van overige machines en apparaten voor algemeen gebruik Vervaardiging van machines en werktuigen voor de land- en bosbouw Vervaardiging van gereedschapswerktuigen voor metaalbewerking Vervaardiging van gereedschapswerktuigen niet voor metaalbewerking Vervaardiging van machines voor de metallurgie Vervaardiging van machines voor de bouw en winning van delfstoffen Vervaardiging van machines voor de productie van voedings- en genotmiddelen Vervaardiging van machines voor de productie van textiel, kleding en leer Vervaardiging van machines voor de productie van papier en karton Vervaardiging van machines voor de kunststof- en rubberindustrie Vervaardiging van overige machines, apparaten en werktuigen voor specifieke doeleinden neg Vervaardiging van auto's Carrosseriebouw Vervaardiging van aanhangwagens en opleggers Vervaardiging van elektrische en elektronische onderdelen en toebehoren voor auto's Vervaardiging van niet-elektrische en -elektronische onderdelen en toebehoren voor auto's Bouw van schepen en drijvend materieel (geen sport- en recreatievaartuigen) Bouw van sport- en recreatievaartuigen Vervaardiging van rollend spoor- en tramwegmaterieel Vervaardiging van vliegtuigen en onderdelen daarvoor Vervaardiging van militaire gevechtsvoertuigen Vervaardiging van motor- en bromfietsen Vervaardiging van fietsen en invalidenwagens Vervaardiging van overige transportmiddelen neg Reparatie van producten van metaal Reparatie en onderhoud van machines voor algemeen gebruik en machineonderdelen (geen gereedschap) Reparatie en onderhoud van pneumatisch en elektrisch gereedschap en gereedschapswerktuigen Reparatie van elektronische en optische apparatuur Reparatie van elektrische apparatuur Reparatie en onderhoud van schepen Reparatie en onderhoud van vliegtuigen Reparatie en onderhoud van overige transportmiddelen Reparatie van overige apparatuur Installatie van ketels en tanks Installatie van machines voor algemeen gebruik (geen gereedschap)
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
76
33222 Installatie van pneumatisch en elektrisch gereedschap en gereedschapswerktuigen 33223 Installatie van machines voor een specifieke bedrijfstak 3323 Installatie van elektronische en optische apparatuur 3324 Installatie van elektrische apparatuur 3329 Installatie van overige toebehoren 35111 Productie van elektriciteit door thermische, kern- en warmtekrachtcentrales 35112 Productie van elektriciteit door windenergie 35113 Productie van elektriciteit door zonnecellen, warmtepompen en waterkracht 3512 Beheer en exploitatie van transportnetten voor elektriciteit, aardgas en warm water 4321 Elektrotechnische bouwinstallatie 43221 Loodgieters- en fitterswerk; installatie van sanitair 43222 Installatie van verwarmings- en luchtbehandelingsapparatuur 4329 Overige bouwinstallatie 6110 Draadgebonden telecommunicatie 6120 Draadloze telecommunicatie 6130 Telecommunicatie via satelliet 6190 Overige telecommunicatie
Codes van de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) van bedrijven die tot het cluster Zorg behoren 86102 86103 86104 86210 86221 86222 86231 86232 86911 86912 86913 86919 86921 86922 86923 86924 86925 86929 87100 87200 87302 87901 87902 88101 88102 88103 88911 88912 88991 88992 88993 88999
Algemene ziekenhuizen Categorale ziekenhuizen Geestelijke gezondheids- en verslavingszorg met overnachting Praktijken van huisartsen Praktijken van medische specialisten en medische dagbehandelcentra Praktijken van psychiaters en psych. dagbehandelcentra Praktijken van tandartsen Praktijken van tandheelkundig specialisten Praktijken van verloskundigen Praktijken van fysiotherapeuten Praktijken van psychotherapeuten en psychologen Overige paramedische praktijken (geen fysiotherapie, psych.) Gezondheidscentra Arbobegeleiding en reïntegratie Preventieve gezondheidszorg (geen arbobegeleiding) Medische laboratoria, trombodediensten en overig behandeling Ambulancediensten en centrale posten Samenwerkingsorganen op het gebied van gezondheidszorg Verpleeghuizen Huizen en dagverblijven voor verstandelijk gehandicapten Verzorgingshuizen Jeugdzorg met overnachting en dagverblijven voor jeugdzorg Maatschappelijk opvang met overnachting Thuiszorg Welzijnswerk voor ouderen Ondersteuning en begeleiding van gehandicapten Kinderopvang Peuterspeelzaalwerk Ambulante jeugdzorg Maatschappelijk werk Lokaal welzijnswerk Overig maatschappelijk advies, gemeenschapshuizen
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
77
Codes van de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) van bedrijven die tot het cluster Onderwijs behoren 85201 85202 85203 85311 85312 85313 85314 85321 85322 85323 85410 85420 85511 85519 85521 85522 85530 85591 85592 85599 85600
Basisonderwijs voor leerplichtigen Speciaal basisonderwijs Speciaal onderwijs in expertisecentra Havo en vwo Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs Praktijkonderwijs Brede scholengemeenschappen voor voortgezet onderwijs Middelbaar beroepsonderwijs Educatie Middelbaar beroepsonderwijs en educatie (gecombineerd) Niet-universitair hoger onderwijs Universitair hoger onderwijs Zeil- en surfscholen Overig sport- en recreatieonderwijs Dansscholen Kunstzinnige vorming van amateurs (geen dansscholen) Auto- en motorrijscholen Afstandsonderwijs Bedrijfsopleiding en -training Studiebegeleiding, vorming en onderwijs n.e.g. Dienstverlening voor het onderwijs
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
78
VI
BIJLAGE 6: OMSCHRIJVING VAN BEROEPSNIVEAUS __________________________________________________________________
Elementaire beroepen: beroepen waarvoor alleen basisonderwijs of geen onderwijs voldoende is. Lagere beroepen: beroepen waarvoor een opleiding op LBO of MBO-1 niveau nodig is. Middelbare beroepen: beroepen waarvoor een MBO-2, MBO-3 of MBO-4 opleiding nodig is. Hogere beroepen: beroepen waarvoor een HBO opleiding (of eventueel een MBO-4 opleiding met ervaring) nodig is. Wetenschappelijke beroepen: beroepen waarvoor een WO opleiding of een HBO opleiding met ruimte ervaring nodig is.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
79
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
80
VII
BIJLAGE 7: BEDRIJVEN IN CLUSTERS VREDE & RECHT EN VEILIGHEID __________________________________________________________________
Lijst met bedrijven die gerekend worden tot het cluster Vrede & Recht Vrede European Centre for Conflict Prevention (ECCP) Institute for War & Peace Reporting (IWPR) Justitia et Pax Pax Ludens Foundation (PxL) United Network of Young Peacebuilders (UNOY Peacebuilders) Yi Jun Peace Museum and Academy Foundation International Dialogue Foundation (IDF) International Network of Museums for Peace (INMP) Spanda Foundation Kreddha, International Peace Council
Recht African Foundation for International Law (AFIL) Association of Defence Counsel (ADC/ICTY) Carnegie Foundation Coalition for the International Criminal Court (CICC) Eurojust European Academy for Law and Legislation (EALL) European Judicial Network (EJN) Europol Gender Concerns International (GCI) Hague Academy of International Law Institute for Historical Justice and Reconciliation (IHJR) International Association of Prosecutors (IAP) International Bar Association Human Rights Institute (IBAHRI) International Court of Justice (ICJ) International Criminal Court (ICC) International Criminal Law Network (ICLN) International Criminal Law Services (ICLS) International Criminal Tribunal for the Former Yugoslavia (ICTY) International Federation for Human Rights (FIDH) International Institute for Criminal Investigations (IICI) International Judicial Institute (IJI) International Mediation Institute (IMI) Iran-United States Claims Tribunal (IUSCT) Jacob Soetendorp Institute for Human Values (SI) Kofi Annan Business School (KABS) Leiden University, The Hague Campus Microjustice Initiative (MJI) Peace Palace Library (PPL) Permanent Court of Arbitration (PCA)/Vredespaleis Special Court for Sierra Leone (SCSL) Special Tribunal for Lebanon (STL) T.M.C. Asser Instituut The Hague Academic Coalition (HAC) The Hague Conference on Private International Law (HCCH) The Hague Forum for Judicial Expertise The Hague Institute for the Internationalisation of Law (HiiL)
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
81
The Hague Justice Portal (HJP) Timor Worldwide (TW) Women’s Initiatives for Gender Justice (WIGJ) World Legal Forum
Lijst met bedrijven die gerekend worden tot het cluster Veiligheid Avl Systems BPI Bewaking & Beveiliging Conan security DSH Security NL B.V. Ebb Euro Bewaking en Beveiliging Elektro Actief Beveiligingen B.V. Erdall E-W Security Five Services H & G Security B.V. HZR B.V. JG Beveiliging Westland M & E Security Services RP Safety & Risk Management B.V. Telealert Van der Gaag Advies voor Bedrijfsveiligheid van Keulen Beveiliging VDZ Groep B.V. Wanted Security Tos (Training & Onderzoek Schenk) CAPGemini Nederland B.V. DMK Recherche & Advies Earth Security Emaco Security BV Fustex Service B.V. High Security International B.V. Hondenbrigade Haaglanden IB Bedrijvenservice International Safety Research Europe B.V. Muller & Eilbracht B.V. Nederlands Centrum voor Informatie Management Security Visions Secuwatch B.V. Wassen Beveiligingen Cross-Security RSSN B.V. Technocity Best Protection & Security Brightsight BV Delft Dynamics B.V. Delfttech BV Eonic BV E-Semble BV Faith-Security Fox-It B.V. General Security Agency ISIS Innovative Solutions in Space B.V. LBVD Consultancy B.V. Prime Vision B.V. Reseco B.V. Technische Universiteit Delft Thales Nederland Thales Research Technology TNO Industrie en Techniek TNO Informatie & Communicatie Technologie TNO Zuidpolder (Divers)
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
82
TSN Detectives Consultants B.V. A & O Beveiligingsbureau Acs State and Local Solutions Ad Hoc Toezicht B.V. Afra Security Airborne Composite Tubulars B.V. Airborne Composites BV Airborne Development BV AKB Security Alarmned All Star Security Annabel Burton Consultancy Argus Security International Audy's Security Service Baldwin Security Services B.V. Baran Security BB Admicom Black Bull Security BM ProServices Brandwacht Audhoe Bullseye Security Beveiliging en Bewaking. Bureau of Private Investigations C.q. Security Carangel Nederland BV Cerberus Beveiliging Citizen Alert Services B.V. Citygis Corporate Security Europe Cot Instituut voor Veiligheids- & Crisismanagement BV Custodia Group Holland De Uitvaart Beveiliger Wentink-Wieser Desert Eagle Security Dienst Preventieve Beveiliging (DPB) Duncan's Safety & Security Eclectic Security BV Edusafe Elektro-technisch Installatiebureau van Ginderen B.V. Elegance Security B.V. ENFSI (European Network of Forensic Science Institutes) Esma Euro City Europe Security Europol Eyes & Ears FASS (First Aid Security Services) Fire-Control B.V. First Choice Security Flexible & Safety Security FM-Deal Garant Security Global Secure Protection Greenstone Consultancy Group 4 Securicor Guardian Services H.Z.T. Beveiliging B.V. Haagse Hogeschool Centraal Bureau Hadi Beveiligingen B.V. 'Hager' Dienstverlening Hagun Recherchebureau Hawk Eye Security HCH Beveiliging HCSS (The Hague Centre for Strategic Studies Hofstad Security
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
83
Holland Systemen elektronische Beveiliging BV Homewatch B.V. IB Consultancy Inst for Environmental Security Institute for Internationalcriminal Investigations Instituut Clingendael Interseco BV Interseco Consultancy Services BV Interseco Training Services BV IRC Risk & Safety B.V. ISQ Security J&R Security JCW Company Support Jimmy Security Joint Power Security Services K.V. Connections B.V. KPN B.V. Kraus Beveiliging KZO Innovations Lobeco Fire + Security B.V. LSM Security M.L.S. Muksha Promotions Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) Nato C3 Agency [Nc3a] Nederlands Forensisch Instituut NIRCM Nivr NoSe Innovations B.V. NOVA Security Services opcw Pecon Pova Pricewaterhouse Coopers BV Railway Security RBD Beveiliging B.V. Result Crime Management Ring Beveiliging Services RLD Security Safety 2 B.V. Sander van Breukelen Services Semper Fi Security Setia Promotions Siemens Nederland NV Smit & van der Linden BV Star Services Consultancy Stichting Bewaakt en Bewoond Stichting Landelijk Meldpunt Afvalstoffen Techno Security Systems VOF The Service Point (TSP) Thomas Holland B.V. TNO Defensie en Veiligheid TNO Defensie en Veiligheid Total Security B.V. Tugra Security Tyje Dienstverlening Universiteit Leiden/Campus den Haag Van der Hoeven Beveiligingstechniek Van Noordennen Beveiligingen Vesting Beveiliging Zwijger Security B.V. Alcatel Lucent Nederland B.V. Bex Beveiliging Exclusief Boogert & Partners
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
84
Intermedio Information Technology Iron Shield Security Jpv/Fai Home Security Nistayah Personal Security Solutions (PSS) Respect Security Securitas Nederland Regio 's-Gravenhage Security-Net TNO Defensie en Veiligheid Trigion Beveiliging BV Trigion Recherche, Consultancy & Trainingen Verebus Engineering BV Westvlietbewaking BV Electro Techn. Installatie Bureau L'ami B.V. Gloseco B.V. Goliath-Hollinda BV L. van Zonneveld Management B.V. LIM Systemen 2present, Events & More A-R Adviseren-Rechercheren Bewaking en Toezicht Zoetermeer Binnenlandse Zaken & Koningsryk Relaties (AIVD) Brookx Company B.V. Capricorn Security Service BV Deelman Safety Management (DSM) Degener Adviesburo B.V. Eclectic Security BV F.S.C. Beveiliging First Security Events B.V. Getronics B.V. Huurman Security ID Security Jos Mark Security Management Klein Beveiliging Services Kronos Security Services B.V. Kyno Sport Lion Risk Management B.V. Raju Security B.V. Scans4Security Sus Beveiliging en Dienstverlening Task Force Security (TFS) Tromp Beveiliging van den Bergh Recherchebureau VDG Security B.V. WBD Brandbeveiliging Abdoel Excellent Service Airborne Development AJBlank.com All Protection & Services Applicom Brandpreventie Systemen BV Argos-Recherchebureau A-Security B.V. Avanti Veiligheidsadvies Beveiligingconcept Nederland Bcn Blomvliet Services Boeroe Services Bravo Security BS&B Safety Systems B.V. Couzijn Consultancy CSU Reception Services Decimus Dog-Bite Security Dyga Techniek Elm Networks B.V.
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
85
FB Professional Security Service Loonbedrijf Galaxy Security Gloseco Recherchebureau GSA Hadi Bewakingen BV HARA Security Hendrichs Brandblusmateriaal BV High Security NL B.V. Hobrunet detective InFocus Beveiliging Internationaal Recherchebureau Wp Bongers IPM Beveiligingen B.V. K. G÷cke Beveiligingsloonbedrijf K.S.S. (K9 Security Scheveningen) Kripolis BV MERMISEC NN Security Nova Security NSG Beveiliging Paladin Particulier Beveiligingsbedrijf Panser Alarm Penta Flex Security B.V. Preq Security and Services B.V. Private Security Service Prosema B.V. Pro-Tact R. van der Kruk Veiligheid R.D.B. Solutions Racmo Rahma-Raho Red Alert Group International BV Regal Security Consulting Rico Advertising Rubbens DogsSecurity Safe 4 you Safeline, Bedrijfsveiligheid Schild Beveiliging B.V. Schuller tot Peursum Beveil.training Adv. Sharp Eye Security Stichting Woonwagen Locaties Stichting International Graphonomics Society Tactical Information Services (Tis) Technisch Handelsbureau Kok BV TNO Defensie en Veiligheid TNO Defensie en Veiligheid Total Security Europe Totalsigma B.V. Trainings en Advies bureau Jan van der Burg Tribe Security Universal Security Services Van Denzel Fire Protection Consultant VBA Security VCD Security Systems BV VCD Security Services BV VD Weide Security Veilig Wonen Haaglanden B.V. Vino dienstverlening Vis Beveiliging en Advies Workrate Security Zakaria Zilverster Security
Monitor aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt 2012
86