M EMO
Aan:
Voorzitter Stichtingsbestuur
Van:
Legal Affairs
Datum:
28 maart 2014
Onderwerp:
Profielschetsen SB, Concept 3
Voor de invulling van de toezichthoudende functie van het Stichtingsbestuur van TiU bestaan twee profielschetsen. Er is een algemene profielschets met de basiscompetenties van de leden van het stichtingsbestuur, en een specifiek profiel, dat is gericht op de vervulling van een bepaalde vacature binnen het SB. In het algemene profiel zijn “Goed Bestuur” en “Relatie Medezeggenschap” opgenomen als nieuwe aandachtsvelden. Verder is het profiel aangepast qua taalgebruik, een en ander conform het besluit van het SB d.d. 27 februari 2014. Het concept-profiel voor de vacature SB-lid per 1 oktober 2014 is gebaseerd op de actuele strategie van TiU en gericht op invulling van de op de genoemde datum wegvallende expertise.
1
Profiel leden Stichtingsbestuur, Algemeen Stichting en Universiteit Volgens de statuten van de Stichting Katholieke Universiteit Brabant, heeft Tilburg University (TiU) als doelstelling: -
-
Het bevorderen van het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek in het algemeen en in Brabant in het bijzonder, door het in stand houden van een instelling van wetenschappelijk onderwijs met een open katholieke signatuur. De stichting kan andere katholieke instellingen van hoger onderwijs oprichten en in stand houden.
Op grond van de statuten en de Structuurregeling oefent het stichtingsbestuur (SB) toezicht uit op het bestuur en het beheer van de universiteit in haar geheel. Het SB fungeert als Raad van Toezicht in de zin van de Wet op het Hoger en Wetenschappelijk Onderwijs. Het SB heeft daarbij een bijzondere verantwoordelijkheid ten aanzien van de levensbeschouwelijke identiteit van de instelling. Bij het vervullen van zijn taak richt het SB zich primair op de belangen van TiU. De taken van het SB zijn opgenomen in bijlage.
Toezicht Het toezicht door het SB is tenminste gericht op: a. Het realiseren van de doelstellingen van de stichting, met inachtneming van haar grondslagen; b. Naleving van de beginselen van Goed Bestuur; c. De strategie van en de risico’s verbonden aan de activiteiten van de stichting; d. De opzet en de werking van de interne risicobeheersings- en controlesystemen; e. Het kwaliteitsbeleid; f. Het financiële verslagleggingsproces; g. De naleving van wet- en regelgeving, waaronder de wet- en regelgeving betreffende bekostiging; h. De rechtmatige verwerving en de doelmatige en rechtmatige bestemming en aanwending van de middelen op grond van artikel 2.5 en 2.6 WHW.
Profiel leden SB Om de toezichthoudende taken naar behoren te kunnen vervullen, dienen binnen het SB, verspreid onder de leden, op de volgende gebieden competenties, kennis en ervaring beschikbaar te zijn: - Onderwijs en onderzoek; - Bestuurlijk (niveau landelijk); - Juridisch (niveau Raad van State); - Financieel beleid; - Wetenschapsbeleid; - Sociaal beleid;
2
-
Media- en communicatiebeleid; Religie en maatschappij; Maatschappelijk ondernemen en innovatie.
Bij de werving van de leden is of zijn, afhankelijk van de vacature, één of meerdere van deze competenties en expertisegebieden punt(en) van aandacht. De leden van het SB zijn in staat vanuit een ruime ervaring, in onafhankelijkheid toezi cht te houden en een bijdrage te leveren aan de beleids- en strategieontwikkeling van TiU. Zij fungeren mede als sparring- en overlegpartner van het College van Bestuur en zij onderhouden een open relatie met de medezeggenschap. De leden van het SB beschikken over persoonlijke kwaliteiten van hoog niveau en hebben zich uitzonderlijk onderscheiden binnen hun maatschappelijk werkterrein en bestuurlijke activiteiten. De leden van het SB bezitten de volgende persoonlijke eigenschappen: Verantwoordelijkheidsgevoel en onafhankelijke opstelling; Balans kunnen realiseren tussen betrokkenheid en bestuurlijke afstand; Daadkracht; Beschikken over een relevant hoogwaardig bestuurlijk netwerk; Ervaring als toezichthouder; Maatschappelijke betrokkenheid; Verwantschap met de bijzondere identiteit van de instelling; Voldoende beschikbaarheid. De leden van het SB onderschrijven de bijzondere identiteit van de instelling , en staan open voor de dialoog met andere levensbeschouwingen. Binnen het SB is een zo breed mogelijk veld van maatschappelijke activiteiten vertegenwoordigd: onderwijs, wetenschap, bedrijfsleven, financiële dienstverlening, gezondheidszorg, openbaar bestuur, rechterlijke macht, kerken, communicatie en media. Er wordt zoveel mogelijk recht gedaan aan een evenwichtige M/V-verhouding en aan herkenbaarheid van de belangrijkste politieke stromingen. Het strekt tot aanbeveling dat in het SB ook de alumni van TiU zijn vertegenwoordigd.
3
Profiel lid Stichtingsbestuur in verband met vacature per 1 oktober 2014 (B. Koeckhoven) Concept Universiteit Tilburg University is een instelling voor wetenschappelijk onderwijs en onderzoek binnen de disciplines economie, rechten, katholieke theologie, sociale en gedragswetenschappen, en geesteswetenschappen. Tilburg University heeft als missie “Understanding Society”; een eigentijdse positiekeuze in de christelijke en humanistische traditie van de universiteit. Tilburg University acteert met een hoog ambitieniveau vanuit het beginsel “Social Innovation”. Speerpunten zijn versterking van hoogwaardig disciplinair onderzoek, vergroten van de instroom in de bachelor opleidingen, het verhogen van de onderwijskwaliteit door innovatieve onderwijsvarianten en intensivering van de interactie docent-student, het vergroten van de internationale oriëntatie bij studenten, en het begeleiden van studenten naar een positie na de studie. Tilburg University wil een intensievere en vruchtbaarder samenwerking met andere universiteiten, maatschappelijke organisaties, bedrijfsleven, overheden, studentenorganisaties en alumni. Tilburg University wil zich sterker positioneren als internationale speler die sterk is verankerd in de regio. Tilburg University werkt actief aan een integrale toepassing van de beginselen van Corporate Social Responsibility. Daarnaast bepaalt een aantal maatschappelijke ontwikkelingen mede de positie van de universiteit: krimpende middelen, focus op bestuurlijke verantwoording en invulling van toezicht, veranderingen in het hoger onderwijs.
Stichting en Toezicht Tilburg University gaat uit van de Stichting Katholieke Universiteit Brabant. Het stichtingsbestuur oefent het toezicht uit op het bestuur en beheer van de universiteit haar geheel. Het stichtingsbestuur fungeert als Raad van Toezicht in de zin van de Wet op het Hoger en Wetenschappelijk Onderwijs. Het SB heeft een bijzondere verantwoordelijkheid ten aanzien van de levensbeschouwelijke identiteit van de instelling. Het stichtingsbestuur oefent toezicht uit op: - Het realiseren van de doelstellingen van de stichting, met inachtneming van haar grondslagen; - Naleving van de beginselen van Goed Bestuur; - De strategie van en de risico’s verbonden aan de activiteiten van de stichting; - De opzet en de werking van de interne risicobeheersings- en controlesystemen; - Het kwaliteitsbeleid; - Het financiële verslagleggingsproces; - De naleving van wet- en regelgeving, waaronder de wet- en regelgeving betreffende bekostiging; - De rechtmatige verwerving en de doelmatige en rechtmatige bestemming en aanwending van de middelen op grond van artikel 2.5 en 2.6 WHW
4
Profiel lid Stichtingsbestuur Met ingang van 1 oktober 2014 bestaat het stichtingsbestuur uit vijf leden. Per genoemde datum ontstaat een vacature voor een lid van het stichtingsbestuur dat voldoet aan het volgende profiel. -
Passend binnen het algemeen profiel lid stichtingsbestuur Tilburg University; Kennis van en ervaring met academisch onderwijs en onderzoek; Vertrouwd met de bijzondere verantwoordelijkheid ten aanzien van de levensbeschouwelijke identiteit van de instelling; Aantoonbare bestuurlijke en toezichthoudende competenties binnen complexe organisaties; Binding met de bijzondere identiteit, de missie, strategie en ambitie van Tilburg University; In staat de rol als toezichthouder onafhankelijk en integer in te vullen, zich thuis voelend in een informeel, collegiaal functionerend stichtingsbestuur; In staat als klankbord te participeren in de strategische discussie over de maatschappelijke meerwaarde en positionering van Tilburg University; Beschikkend over een academisch werk- en denkniveau, en creatief en innovatief vermogen; Bij voorkeur vertrouwd met de regio Zuid Nederland.
5
Bijlage: Taken SB in regelingen Statuten Artikel 8 Het Stichtingsbestuur is belast met het toezicht op het bestuur van de universiteit in haar geheel en op het beheer daarvan. Daarbij ziet het mede toe op het bestuur vanuit het gezichtspunt van de identiteit van de instelling. De aan de toezichthoudende taak van het Stichtingsbestuur verbonden bevoegdheden worden vastgesteld in de Structuurregeling. Het Stichtingsbestuur staat het college van bestuur overigens met raad bij.
Structuurregeling Artikel 10b. Taken Stichtingsbestuur 1. Het Stichtingsbestuur is belast met: a. het benoemen, schorsen, ontslaan en vaststellen van de beloning van de leden van het college van bestuur; b. het goedkeuren van het bestuurs- en beheersreglement; c. het goedkeuren van de begroting, de jaarrekening, het jaarverslag en het instellingsplan; d. het goedkeuren van een besluit betreffende een gemeenschappelijke regeling, bedoeld in artikel 8.1 van de wet; e. het toezien op de rechtmatige verwerving en op de doelmatige en rechtmatige bestemming en aanwending van de middelen verkregen op grond van de artikelen 2.5 en 2.6 van de wet; f. het aanwijzen van een accountant als bedoeld in art. 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek die verslag uitbrengt aan de raad; g. het toezien op de vormgeving van het systeem van kwaliteitszorg overeenkomstig artikel 1.18 van de wet; h. het jaarlijks afleggen van verantwoording over de uitvoering van de taken en de uitoefening van de bevoegdheden, bedoeld onder a tot en met g, in het jaarverslag van de universiteit; i. het besluit of de herroeping daarvan, bedoeld in artikel 26 en, in voorkomende gevallen, van de daarbij behorende medezeggenschapsregeling, en j. de vaststelling en wijziging van het benoemingsbeleid hoogleraren.
6