P r o e f t u i n
K l i m a a t
i n
d e
s t a d ,
W A T E R G R A A F S M E E R
A M S T E R D A M
Proeftuin klimaat in de stad werkschrift WATERgraafsmeer Amsterdam
1
R o b b e r t
d e
K o n i n g
l a n d s c h a p s a r c h i t e c t
B N T
&
N o v i o c o n s u l t
Proeftuin klimaat in de stad
werkschrift WATERgraafsmeer Amsterdam
mei 2011
in opdracht van:
in samenwerking met
verricht door:
R O B B E R T D E KO N I N G
2
LANDSCHAPSARCHITECT BNT
P r o e f t u i n
K l i m a a t
i n
d e
s t a d ,
W A T E R G R A A F S M E E R
A M S T E R D A M
inhoud werkschrift 1 Introductie . . . . . 2 Opgave en doel proeftuin . .
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
4
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
5
3
Kenschets Watergraafsmeer .
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
7
4
Van analyse naar oplossing
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
11
5
Oplossingsrichtingen
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
16
6
Terugblik en vooruitblik
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
22
Colofon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.
.
24
3
R o b b e r t
d e
K o n i n g
l a n d s c h a p s a r c h i t e c t
B N T
&
N o v i o c o n s u l t
1 Dat klimaatverandering een grote impact heeft op ons leven is inmiddels algemeen geaccepteerd. De verandering van het klimaat vereist van ons dat we ook in de stedelijke ontwikkeling zaken anders gaan doen. Er zijn inmiddels verschillende projecten die de klimaatopgave en stedelijke ontwikkelingen aan elkaar koppelen. Van projecten die zich richten op energiezuinige woningen (Groene Kreek, Zoetermeer), het inbrengen van ‘extra’ waterbergingscapaciteit (Het Nieuwe Water, Westland), het realiseren van zonnepanelen (Stad in de Zon in Heerhugowaard, Alkmaar en Langedijk), tot ‘integraal’ klimaatbestendige wijken zoals Rijnenburg bij Utrecht. Gemeenten worstelen met de vraag hoe zij klimaatbestendigheid kunnen integreren in het ontwerp van wijken, bedrijventerreinen en andere ruimtelijke ontwikkelingen. Er is op dit vlak nog veel kennis te ontwikkelen. Om inzicht te krijgen in hoe de opgaven van klimaat en ruimte kunnen worden gekoppeld gaat het Ministerie van Infrastructuur & Milieu (I&M) als onderdeel van het Deltaprogramma een dialoog aan met gemeenten om goede voorbeelden te bedenken. Om dit kennisontwikkelingstraject uit te voeren heeft I&M gekozen voor een aanpak met zogenaamde ‘proeftuinen’ waarin via workshops met gemeenten en experts wordt gewerkt aan een klimaatbestendige inrichting van stedelijke gebieden. Dit heeft als voordeel dat de betrokken gemeenten werkenderwijs worden geholpen om klimaatbestendig te werken. Vooralsnog worden of zijn dergelijke proeftuinen georganiseerd in Amsterdam, Utrecht, Den Haag, Arnhem en Delft. Robbert de Koning landschapsarchitect BNT en NovioConsult BV hebben de proeftuinen in Amsterdam en Utrecht georganiseerd en begeleid. Dit werkschrift beschrijft de resultaten van de Proeftuin in de Watergraafsmeer te Amsterdam. Uitgangspunten voor Ruimte en Klimaat In onze visie staan bij het ontwerpen van een klimaatbestendige omgeving de volgende twee begrippen centraal: • Flexibiliteit: zorgen voor een zodanige gebiedsinrichting dat ander ruimtegebruik in de toekomst mogelijk is.
• Robuustheid: zodanige systemen ontwerpen dat die ‘tegen een stootje’ (extreem nat, extreem droog en warm) kunnen. Bij het ontwerpen van nieuwe gebieden staat adaptatie aan klimaatverandering voorop. Tegelijkertijd moet je er naar streven om mitigerende maatregelen zoveel mogelijk te implementeren. Bovendien zou men bij voorkeur op zoek moeten gaan naar maatregelen die een meerwaarde opleveren voor de omgeving buiten het eigen plangebied. Binnen het plangebied geldt dat een ontwikkeling ‘de eigen broek ophoudt’, waarmee bedoeld wordt dat afwenteling op andere gebieden of andere systemen vermeden dient te worden. Beleidsopgaven van het Rijk Het rijk hanteert voor de integratie van ruimte en klimaatdoelen in stedelijke gebieden de volgende beleidsopgaven: • Een duurzame stedelijke leefomgeving, waarbij overlast door extreme klimatologische omstandigheden (neerslag, hoge temperaturen of langdurige droogte) op een acceptabel niveau zijn gebracht. • Afwenteling van extreme neerslag (in ruimte en tijd) voorkomen. Dit moet vooral gebeuren door: • Stedelijke inrichting gebaseerd op (herstel van) natuurlijke processen: natuurlijk ventilatie, afkoeling, beschutting en opname (extreme) neerslag in bodem. • Stedelijke inrichting gebaseerd op duurzaamheidsprincipes zoals lokale energieopwekking, -besparing en -opslag. In het deelprogramma Nieuwbouw en herstructurering zal een voorstel worden gedaan voor het ontwikkelen van een lange termijnvisie en een nationaal beleidskader. Daarvoor is het ondermeer nodig om samen met andere overheden en partijen in de praktijk kennis en ervaring op te doen en goede voorbeelden te ontwikkelen. De opdracht voor deze proeftuin behoort tot het werkpakket ‘praktijk’ van het deelprogramma. Uiteindelijk moeten gemeenten, 4
waterschappen en provincies zelf klimaatbestendigheid in de praktijk realiseren. Doel van de opdracht Het doel van de opdracht is het voorbereiden, uitvoeren en uitwerken van ontwerpateliers voor stedelijke gebieden (proeftuinen) gericht op klimaatbestendigheid. Een integrale benadering vanuit klimaatadaptatie en ruimtelijke kwaliteit staat in de proeftuinen voorop, zodat integrale klimaatbewuste ruimtelijke (schets)ontwerpoplossingen ontstaan. Waar relaties zijn met andere thema’s, zoals mitigatie en ondergrond, worden deze meegenomen. Dit traject beschouwen we mede als een traject gericht op: • Kennisontwikkeling: er wordt ontwerpenderwijs kennis ontwikkeld op het vlak van klimaatbestendige inrichting. • Kennisoverdracht: door het betrekken van instituten en programma’s (bv. Kennis voor klimaat) vindt kennisoverdracht plaats (naar het project én van het project terug naar de kennishouders). Daarnaast worden de producten toegankelijk gemaakt voor een brede groep professionals, waardoor verspreiding van de resultaten gemakkelijk kan plaatsvinden. • Kennistoepassing: de beschikbare kennis van instituten en programma’s wordt in de proeftuinen doorontwikkeld voor concrete stedelijke gebieden, waardoor gemeenten er direct mee aan de slag kunnen. De Klimaatwijzer van I&M 1 is hierbij gebruikt.
De klimaatwijzer van het ministerie van I&M is te vinden op: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/10/01/ klimaatwijzer.html
1
P r o e f t u i n
2
K l i m a a t
i n
d e
s t a d ,
W A T E R G R A A F S M E E R
opgave en doel proeftuin
Kernpunten in de opgave WATERgraafsmeer In de opgave van de proeftuin komen inhoudelijke verdieping en participatief proces bij elkaar. Op basis van ervaringen van eerder verrichte proeftuinen zijn de de volgende kernpunten in de opgave onderscheiden: 1 Gedegen voorbereiding Enthousiasmeren van de gemeenten is belangrijk omdat ze worden gevraagd een inhoudelijke bijdrage te leveren. Het onderwerp klimaatbestendigheid is voor veel gemeenten relatief nieuw. De gemeenten moeten hun eigen ambities in het product kunnen stoppen zodat het ook daadwerkelijk hun project wordt. Goede communicatie is daarbij essentieel. Voor een gedegen voorbereiding moet de tijd genomen worden. In Amsterdam is daarvoor aangesloten bij het project WATERgraafsmeer 1, dat duurzame oplossingen ontwikkelt voor de Watergraafsmeer in Amsterdam Oost. 2 Een actieve participatie van de gemeenten De proeftuinen staan of vallen met medewerking van de gemeenten. Drie zaken zijn van belang: de inhoudelijke voorbereiding, inzet van expertise en betrokkenheid. 3 Werken door de verschillende schaalniveaus Klimaatbestendigheid speelt zich af op verschillende schaalniveaus. Het laagste schaalniveau (1e) is dat van een object (huis, kantoor, bedrijf) met de directe omgeving. Hier zal gezocht worden naar mogelijkheden die een individu, bedrijf of instelling zelf kan toepassen of doen. Een schaalstap hoger (2e) komen we uit bij de buurt/
Het programma WATERgraafsmeer is een initiatief van Waternet en Stadsdeel Oost. Binnen dit programma creëren zij een actief netwerk waar publieke en private partijen samenkomen en samenwerken aan allerlei stedelijke opgaven in de Watergraafsmeer.
1
A M S T E R D A M
wijk waarin zaken collectief ruimtelijk en functioneel zijn georganiseerd (wegen, water, ontspanning, voorzieningen). Hier zal een interactie plaats kunnen vinden tussen de belangen en wensen van het individu/bedrijf en de gemeente. Het 3e schaalniveau is die van de stad zelf. De organisatie van stedelijke structuren en netwerken zal hierbij aan de orde komen. Maar ook de relatie van de stad met het buitengebied. In de Watergraafsmeer zijn deze schaalniveaus vertaald naar het niveau van de buurten, woonblokken en hoven, het niveau van de wijken zoals de Ringdijkzone en Jeruzalem en het niveau van de grote structuren door het gebied, zoals het Ecolint, dat het gebied verbindt met de omgeving. 4 Een inspirerend en breed toepasbaar eindproduct We denken dat de resultaten van de Proeftuin het best tot hun recht komen als ze als een voorbeeld dienen. Het zijn geen blauwdrukken, maar reiken mogelijkheden aan hoe stedelijke gebieden klimaatbestendig gemaakt kunnen worden. Het gaat om ontwerpprincipes en aanbevelingen die inspirerend zijn om verder uit te werken en mogelijk ook elders toegepast kunnen worden. Op deze wijze kan dit project ook als vliegwiel voor andere projecten dienen. In de proeftuin Watergraafsmeer is daarom gezocht naar mogelijkheden om klimaatbestendige oplossingen en principes in te brengen bij de reguliere ontwerp- en onderhoudprocessen in de stad en het stadsdeel. Doelstellingen en werkwijze van WATERgraafsmeer “WATERgraafsmeer vormt een platform waar bewoners, ondernemers, organisaties, bestuurders, wetenschappers en andere betrokkenen elkaar kunnen vinden. Deze partijen werken van oudsher op een traditionele manier met elkaar samen. WATERgraafsmeer maakt het mogelijk dat ze anders met elkaar verbonden worden, actief samenwerken en kennis en ervaring kunnen delen. Doordat iedereen specifieke kwaliteiten en kennis inbrengt, wordt het mogelijk klimaatbestendige initiatieven daadwerkelijk uit te voeren. 5
Amsterdam is zich zeer bewust van de ligging van Watergraafsmeer en de rol die water daardoor speelt bij de ontwikkeling van de stad. Net zoals andere delen van Amsterdam heeft de Watergraafsmeer te maken met stedelijke vernieuwing en verdichting: er komen steeds meer woningen op hetzelfde oppervlak. Dat is natuurlijk gunstig voor het niveau van voorzieningen, maar vereist wel extra zorg voor de kwaliteit van de openbare ruimte. Zo zal er meer behoefte zijn aan groen en kinderspeelplaatsen, terwijl het gebied juist dichter bebouwd wordt. Ook het waterbeheer wordt complexer: de grasvelden en sloten die voorheen overtollig regenwater afvoerden, maken plaats voor straten en gebouwen. Niet alleen door stedelijke verdichting is er behoefte aan een nieuwe aanpak van het waterbeheer, ook klimaatveranderingen hebben directe gevolgen voor de hoeveelheid en de kwaliteit van het water in de stad. Door heviger regenbuien komt het vaker voor dat oppervlaktewater gebruikt moet worden voor de overstort van overtollig rioolwater, wat de waterkwaliteit niet ten goede komt. Tegelijkertijd zorgen langere periodes van droogte ervoor dat we water willen vasthouden, bijvoorbeeld om het verzakken van dijken en gebouwen te voorkomen. Om op deze veranderingen in te spelen, moeten we de ruimtelijke ordening aanpassen. De combinatie van de genoemde stedelijke opgaven en wateropgaven in de Watergraafsmeer vraagt om innovatieve en duurzame maatregelen om het gebied droog te houden. En in deze tijd waarin er nauwelijks extra geld beschikbaar is voor innovatie en ontwikkeling, is een integrale aanpak met een effectieve samenwerking tussen alle betrokken partijen de sleutel tot realisatie. Deze uitda-
R o b b e r t
d e
gingen vormden voor initiatiefnemers Waternet en Stadsdeel Oost de aanleiding voor het programma WATERgraafsmeer. “ (bron: www.WATERgraafsmeer.org) De gemeente Amsterdam neemt de (water-)klimaat opgaven uiterst serieus. Via het programma “Amsterdam Waterbestending” wordt in brede zin aan deze opgaven gewerkt. Hierin worden de gevolgen van klimaatverandering voor de stad in beeld gebracht en de belangrijkste deelopgaven nader verkend, samen met, en gerelateerd aan de ruimtelijke ambities en ontwikkelingen van de stad: Veiligheid tegen overstromingen, wateroverlast, hitte, watertekort en droogte gerelateert aan stedelijke ontwikkeling, transformatie, verdichting en een kwaliteitsimpuls voor de openbare ruimte. Het programma “Amsterdam Waterbestendig” draagt daarom ook actief bij aan WATERgraafsmeer. De Proeftuin Watergraafsmeer is in nauwe samenwerking met de initiatiefnemers van het programma WATERgraafsmeer opgezet en uitgevoerd. In augustus 2010 is er door hen in samenwerking met Nirov en het Ministerie van I&M een internationaal congres 2 georganiseerd waar ondermeer de waterveiligheid en klimaatbestendigheid van de Watergraafsmeer aan bod kwam. In de proeftuin is hierop voortgebouwd.
‘Watercities in transition, European cities of the future’, 23 and 24 August 2010, Amsterdam
2
Wateroverlast op de Treublaan in de Watergraafsmeer
6
K o n i n g
l a n d s c h a p s a r c h i t e c t
B N T
&
N o v i o c o n s u l t
P r o e f t u i n
3
K l i m a a t
i n
d e
s t a d ,
W A T E R G R A A F S M E E R
A M S T E R D A M
kenschets Watergraafsmeer
Gebiedstypering De Watergraafsmeer is een diepgelegen, oude droogmakerij in Amsterdam. Deze droogmakerij is ontstaan in 1629 na droogmaking van het Diemermeer, dat de verbinding vormde tussen de Amstel en het Nieuwe Diep. De Watergraafsmeer behoort nu tot de laagstgelegen delen van Amsterdam. In de 17e en 18e eeuw bouwden veel welgestelde Amsterdammers in de Watergraafsmeer buitenplaatsen, waarvan alleen Frankendael is overgebleven. Belangrijke wegen zijn de Middenweg en de Kruislaan die de polder in vier bijna gelijke delen verdelen. In de 20e eeuw zijn ook de Gooiseweg en de Ringweg Oost (A10) in de Watergraafsmeer aangelegd. De A10 is deels over de Zuidelijke Ringdijk aangelegd, waardoor de boezem en de hoogteverschillen aan weerszijden niet meer opvallen.
Sciencepark UvA Rangeerterrein Don Bosco Eenhoorn
Zeeburgia
Frankendael
Middenmeer Treublaan
Jeruzalem
Amstelstation
Sportvoorzieningen
o o
Begraafplaats
is e w e g
Op de volgende bladzijden is een aantal tekeningen opgenomen die de Watergraafsmeer functioneel-ruimtelijk typeren.
Stadsdeelkantoor
G
De Watergraafsmeer heeft een ruime stedenbouwkundige opzet, met veel sportvelden en volkstuinenparken, brede lanen en een grote begraafplaats. Frankendael is tegenwoordig een openbaar park. De Watergraafsmeer wordt door twee spoorlijnen doorsneden: de lijn Amsterdam – Utrecht met het Amstelstation en de lijn Amsterdam – Amersfoort. Hieraan ligt een groot rangeerterrein dat de Watergraafsmeer in tweeën deelt.
Nieuwe Diep
Betondorp
Amstel
De contour van de Watergraafsmeer geprojecteerd op een luchtfoto.
7