ARTIKEL NETWERK PRINT SERVERS
Printen via het netwerk – Zorg ervoor dat het werkt
Created: June 4, 2005 Last updated: June 4, 2005 Rev: 1.0
ARTIKEL – Axis Communications
Printen via het netwerk – Zorg ervoor dat het werkt
INHOUDSOPGAVE INLEIDING
3
1
INFRASTRUCTUUR BIJ NETWERK PRINTEN
3
1.1
Peer-to-peer-printen
3
1.2
Afdrukken via een spoolerserver
3
2 SNELLE GIDS VOOR HET HANDMATIG INSTALLEREN VAN EEN PRINTER 4 2.1
Het printerobject configureren
4
2.2
Instellingen voor LPR
5
2.3
Instellingen voor Raw
5
2.4
SNMP-apparaatindex
5
3
OVERZICHT
6
Rev: 1.1, Last updated: 6/4/2005
2
ARTIKEL – Axis Communications
Printen via het netwerk – Zorg ervoor dat het werkt
Inleiding Tijd is geld en een slecht werkende netwerk printerinstallatie kan irritatie veroorzaken en de gebruiker en de beheerder veel tijd kosten. Hoewel er enorm veel hulpmiddelen zijn die u helpen bij het installeren en het beheren van print servers is het toch goed om iets af te weten van wat er achter het glanzende oppervlak gebeurt.
1 Infrastructuur bij netwerk printen 1.1
Peer-to-peer-printen
In de meest simpele vorm van netwerk printen stuurt de cliënt-pc de gegevens rechtstreeks naar de print server, die op zijn beurt de gegevens aan de printer doorgeeft via een USB-, parallelle of seriële poort. Dit systeem, dat ook wel ‘peer-to-peer’-printen wordt genoemd, heeft het voordeel dat er geen extra infrastructuur nodig is, waardoor het minder onderhoud vergt. Het nadeel is echter dat er voor elke cliënt-pc een printerstuurprogramma moet worden geïnstalleerd en geconfigureerd. Om de installatie van peer-to-peer-netwerkprinters eenvoudiger te maken, heeft Axis een toepassing ontwikkeld onder de naam AXIS AddPrinter. Deze applicatie helpt de gebruiker met het installeren van een printer die wordt aangesloten op een Axis-print server. Meer informatie over deze tool is beschikbaar via de volgende link: www.axis.com/techsup/software/add_printer
Afbeelding 2 Een afdruktaak wordt bij peer-to-peer-printen rechtstreeks vanaf de cliënt naar de print server gestuurd. Er is geen extra computerapparatuur nodig.
1.2
Afdrukken via een spoolerserver
Het voordeel van het gebruik van een spoolerserver is het gemak waarmee printers worden geïnstalleerd op Windows-systemen. Als de spoolerserver is geplaatst, kunnen de gebruikers een printer installeren met behulp van een link zoals: \\DeSpoolerserver\DePrinterOpMijnAfdeling. Alle configuratie wordt op de spoolerserver uitgevoerd zodat de gebruikers niets merken van de gecompliceerdheid ervan. Het nadeel is dat er dag en nacht een pc-server beschikbaar moet zijn om de wachtrijen af te handelen. Als de server ermee ophoudt, kan er niemand meer afdrukken, naar geen enkele printer – hetgeen een zwakke plek is waar het peer-to-peer-printen geen last van heeft: bij peerto-peer-printen is er niet één centraal punt dat bij een defect alle printers uitschakelt.
Rev: 1.1, Last updated: 6/4/2005
3
ARTIKEL – Axis Communications
Printen via het netwerk – Zorg ervoor dat het werkt
Afbeelding 4 Een afdruktaak wordt bij spoolerserverafdrukken altijd in de printwachtrij gezet door een spoolerserver voordat deze naar een print server wordt gestuurd. Er moet dag en nacht een servercomputer on-line zijn waar de spoolerserverfunctie op kan werken.
2 Snelle gids voor het handmatig installeren van een printer De methode voor het installeren van een printer op een Windows-machine werkt bij een gebruikers-pc hetzelfde als bij een spoolerserver. Het enige verschil is dat de geïnstalleerde printer gedeeld kan zijn of niet (de gids daarvoor is hier niet bijgeleverd). In de map Printers van Windows-machines staat een pictogram AddPrinter waarmee de printerinstallatie-wizard wordt gestart. Bij het starten van de wizard wordt gevraagd of er een netwerkof lokale printer moet worden geïnstalleerd – selecteer Lokale printer. De optie Netwerkprinter toont welke printers al beschikbaar zijn op bestaande spoolerservers. De volgende selectie betreft de printerpoort – selecteer Een nieuwe poort maken met het keuzerondje en Standaard TCP/IP poort in de vervolgkeuzelijst. Nu is het tijd om de naam of het IP-adres van de print server in te voeren in het veld Printernaam of IP-adres. De poortnaam wordt automatisch voorgesteld en hoeft niet te worden gewijzigd tenzij u twee of meer printers op hetzelfde IP-adres installeert. Als de Axis-print server maar één printerpoort heeft (parallel/serieel/USB), gaat de installatie verder met de selectie van het stuurprogramma van de printer. Als de afdrukserver echter een versie met meerdere poorten is, moet u de poort waarop de printer wordt aangesloten selecteren (bijv. LPT1/LPT2/COM1/USB1). Oudere versies van Windows herkennen mogelijk niet dat de Axis-print server een USB-poort heeft. In dit geval moet de poort handmatig worden geconfigureerd in het printerobject als de wizard klaar is.
2.1
Het printerobject configureren
Wanneer een printer is geïnstalleerd, kunt u de configuratie uitvoeren door met de rechtermuisknop op het pictogram van de printer te klikken in de map Printers en Eigenschappen te selecteren. Op het tabblad Poorten kunt u de netwerkcommunicatie-instellingen bewerken voor de netwerkprinter door op Poort configureren te klikken. Nieuwere versies van Windows gebruiken altijd LPR (Line Printer Remote) als standaard afdrukprotocol voor Axis-print servers. LPR geeft informatie over welke gebruiker aan het afdrukken is en die informatie wordt ingevoerd in het logbestand van de opdracht op de print server. De andere optie is het Raw-protocol (Raw TCP/IP-sessie, soms ook wel ‘reverse Telnet’ genoemd) wat heel eenvoudig werkt. Het geeft geen gebruikersinformatie bij de afdruktaak,
Rev: 1.1, Last updated: 6/4/2005
4
ARTIKEL – Axis Communications
Printen via het netwerk – Zorg ervoor dat het werkt
maar het kan wel zogenaamde reverse-gegevens verwerken van printer naar client in de zeldzame gevallen dat dit door de printer wordt gebruikt. LPR werkt niet met reverse-gegevens.
2.2
Instellingen voor LPR
LPR heeft een wachtrijnaam nodig die aangeeft op welke fysieke poort de printer is aangesloten. De toewijzing van wachtrijnaam en fysieke poort is te zien in de onderstaande tabel. ‘LPR bytetelling ingeschakeld’ is standaard uitgeschakeld, maar u kunt het activeren als u problemen hebt met verloren afdruktaken (Windows LPR-implementaties accepteren niet altijd dat een printer bezig kan zijn, maar verwachten dat het ontvangende gedeelte op elk willekeurig moment afdrukgegevens kan accepteren). Helaas werken sommige printers niet goed met ‘bytetelling ingeschakeld’ en in dat geval is Raw de beste keuze.
2.3
Instellingen voor Raw
De enige instelling voor Raw is het poortnummer. De verschillende fysieke poorten op de print server hebben verschillende poortnummers. De toewijzing tussen Raw-poortnummer en fysieke poort is te zien in de onderstaande tabel.
2.4
SNMP-apparaatindex
Voor zowel LPR als Raw kunt u ‘SNMP-status ingeschakeld’ wel of niet aanvinken. SNMP is een acroniem voor Simple Network Management Protocol en in dit geval wordt SNMP gebruikt om uit te zoeken of de printer klaar is om een nieuwe afdruktaak te ontvangen. Het verdient aanbeveling om SNMP ingeschakeld te houden om zo te voorkomen dat de print server pogingen doet om te printen als dat niet mogelijk is. Het is echter van cruciaal belang dat de juiste SNMP-apparaatindex wordt ingevoerd in het parameterveld volgens onderstaande tabel, omdat anders het risico bestaat dat er niet kan worden afgedrukt. Windows hanteert altijd de standaardwaarde ‘1’, die uitsluitend werkt voor print servers met één poort en voor de eerste poort bij producten met meerdere poorten. Als u bijvoorbeeld een AXIS 5550 (met één USB- en één parallelle poort) via USB op een printer hebt geïnstalleerd terwijl de parallelle poort niet in gebruik is, kunt u problemen ondervinden als u de parameter SNMP-apparaatindex niet wijzigt. Windows controleert standaard de status voor SNMPapparaatindex 1, de niet-aangesloten parallelle poort, en denkt dus dat de printer niet beschikbaar is, zodat er geen afdruktaken naar de printer worden gestuurd. Als u de SNMP-apparaatindex in 2 wijzigt, controleert Windows de status voor de printer die op de USB-poort is aangesloten en werkt alles prima. Sommige printerstuurprogramma’s kunnen ongevoelig zijn voor de status en als dat het geval is, kan het moeilijk zijn erachter te komen dat zoiets afhangt van de parameter van de SNMP-apparaatindex.
Rev: 1.1, Last updated: 6/4/2005
5
ARTIKEL – Axis Communications
Printen via het netwerk – Zorg ervoor dat het werkt
Afbeelding 6 Voorbeeld van dialoogvenster voor poortconfiguratie. De DNS-naam van de print server is pr-box, het gebruikte protocol is raw, het poortnummer is 9101 om de USB-poort op een AXIS 5570e aan te geven, de SNMP-status is ingeschakeld en de SNMP-apparaatindex is 2 om aan te geven dat we de status op de USB-poort willen weten. Producttype Enkele poort: Parallel of USB Twee poorten: Parallel USB Twee poorten: Parallel Parallel Drie poorten: Parallel Parallel Serieel
LPR-wachtrijnaam
Raw-poortnummer
SNMPapparaatindex
LPT1 USB1
9100 9100
1 1
LPT1 USB1
9100 9101
1 2
LPT1 LPT2
9100 9101
1 2
LPT1 LPT2 COM1
9100 9101 9102
1 3 2
Tabel 2 Elke regel in de tabel beschrijft de parameterwaarden voor een specifieke fysieke poort in het dialoogvenster voor poortconfiguratie.
3 Overzicht Het opzetten van een werkende netwerk printeromgeving is vrij eenvoudig als u de bovenstaande richtlijnen volgt. Als u enige twijfel heeft over welk protocol u moet gebruiken en als u het niet erg vindt dat er geen gebruikersinformatie in het logbestand van de opdrachten staat, is ons advies: gebruik Raw als print protocol, schakel SNMP in en zorg ervoor dat de waarden in het printerobject overeenkomen met de waarden in de onderstaande tabel. Bij de beslissing over het gebruik van peer-to-peer- of spoolerserver printen is de belangrijkste parameter om in overweging te nemen het aantal gebruikers. Voor sommige gebruikers is peer-to-peer-printen de beste keuze, omdat het minder tijd kost om op elke cliënt de netwerkprinter te installeren dan om de spoolerserver te installeren en te onderhouden.
Rev: 1.1, Last updated: 6/4/2005
6