1
Presentatie Canon RO.NL op Ruimteconferentie 28 oktober 2008 Rotterdam
Introductie •
(Ik ben ..., werk bij...)
•
Ik wil jullie iets vertellen over de Canon van de Nederlandse ruimtelijke ordening. Die Canon is er niet. Nog niet. Mijn verhaal gaat erover, hoe we nu aan de voorbereidingen werken en waarom we er aan begonnen zijn. Het is een kijkje in de keuken. Het denken is nog volop in ontwikkeling. Ik ben vooral benieuwd naar jullie reactie. Een Canon kan alleen tot leven komen als we van het begin af erover in gesprek raken. Anders blijft het een dode letter.
•
Wat heeft dat met ‘governance’ te maken, de noemer van deze workshop? Niets. En dat geeft meteen al het probleem aan. Er zijn 36 workshops over de meest uiteenlopende onderwerpen, maar de historische dimensie van de ruimtelijke ordening is nergens aan de orde. Hoe de ruimtelijke ordening ontstaan is, waar die goed voor was, wat succesvol is geweest en wat niet. Dat is nog wel in boeken terug te vinden, maar ik denk dat het nauwelijks nog parate kennis is. De ‘lessons learned’ dreigen in de vergetelheid te raken.
•
Is dat erg? Op dit moment wel. Dit moment, de afgelopen jaren, worden gekenmerkt door grote veranderingen in de ruimtelijke ordening. Er heerst veel onzekerheid waar het heen gaat. Hoe ruimtelijke ordening effectief kan zijn. Wat daarvoor ‘centraal moet’ en ‘decentraal kan’, is bijvoorbeeld zo’n punt waar gezocht wordt naar de juiste balans. Of we vooral moeten inzetten op uitvoering – ruimtelijke ordening als ‘projectologie’. Of dat toch ook visies nodig zijn. En zo ja, hoe kunnen die dan effectief zijn?
•
De afgelopen twee jaar zijn er tal van publicaties geweest die zeggen dat de ruimtelijke ordening in crisis is. De Volkskrant heeft uitgebreid aandacht besteed aan het opstellen van een ‘ruimtelijke agenda’. Het NAi is nu net een maandenlange serie bijeenkomsten gestart onder het motto ‘maak ons land’. Het lijkt erop dat de ruimtelijke ordening opnieuw moet worden uitgevonden. Je ziet het aan de instituten: RPB (2002) opgegaan in PBL, VROMraad gaat samen met Raad Landelijk Gebied en Raad voor Verkeer en Waterstaat. Discussie over ‘governance’, met nieuwe combinaties van markt, burgers, overheden.
•
Op zo’n moment van fundamentele veranderingen, is het belangrijk om terug te kijken. Om verder te komen zonder in oude valkuilen te trappen, om helder voor ogen te krijgen wat waardevol was en wellicht nog steeds kan zijn. Kennis van de geschiedenis is bij uitstek op dit moment van belang. Terugkijken om verder te komen – dat is het motto waarmee we begonnen te denken over het opstellen van een canon.
2
Aandacht voor de geschiedenis is dus relevant, maar waarom een canon? • • •
Het opstellen van een canon dwingt om onderscheid te maken, tussen wat wij nu belangrijk vinden en wat niet – en vooral, om daarbij de juiste argumenten te vinden. Het is ook manier om enige afstand te scheppen tot de waan van de dag. Om buiten de hitte van politiek en bestuurlijke strijd te blijven. Elke discussie over ruimtelijke ordening ontaardt anders al gauw in een belangenstrijd. En laten we wel wezen, het is natuurlijk gewoon leuk om te doen! Want onderweg kom je van alles tegen:
Ambtenaren staan pal voor bufferzones – al 50 jaar: het succes van de lange adem
Jaarverslag met handtekening Eo Wijers – belangrijke figuren, belangrijke kwaliteiten
En hoe het op rijksniveau allemaal begon in 1941 met de Rijksdienst voor het Nationale Plan. Tien man en een paardekop om Het Plan voor heel Nederland te maken. In 1941 begonnen. In 1957 een visie op ‘het westen des lands’. En in 1960 lag Het Plan er: de Nota inzake de ruimtelijke ordening in Nederland. Het jaarverslag meldt trots: Nederland is het eerste land waar de regering op verzoek van het parlement een dergelijke samenvattende visie op de ruimtelijke ordening heeft voorgelegd. • Hans van Dam (VROM/directie Gebiedsontwikkeling) schrijft momenteel aan geschiedenis van de oorlogsjaren, de beginjaren van de Rijksdienst.
3
Afbakening van de canon • •
•
RP D RN P/
eck e Th orb
wa te
lim es
rsc ha
ppe
n
•
/D GR
Is dat niet erg navelstaarderig? Om het alleen over ordening op rijksniveau te hebben, en om te doen alsof dat ineens begint bij het oprichten van een Rijksdienst? Hoe kunnen we de Canon van de Nederlandse Ruimtelijke Ordening zinvol afbakenen, maar ook niet nodeloos beperken? Waar begint de Canon RO.NL?
En welke elementen neem je er wel en niet in op?
/D GR RP D RN P/
ke Th orb ec
wa te
lim es
rsc hap pen
Beemster
Deltawerken
gebundelde deconcentratie Valkhof
Spoorwegen Mijn achtertuin?
•
Als je zegt dat ‘mijn achtertuintje’ er niet in hoort, wil ik er op wijzen dat het jaarverslag van 1964 van de RPD aandacht vraagt voor “de man die rustig in zijn tuintje kan zitten, en achter zijn krant een pijpje roken”. Twintig jaar later in de Vierde Nota RO heette dat ‘DALO”: de dagelijkse leefomgeving. Een onderdeel van wezenlijk belang voor de ruimtelijke ordening.
•
Met een intern groepje experts – ouwe rotten in het vak – zijn we tot een rubricering gekomen langs twee assen: alle gesuggereerde items kunnen we grofweg (links) langs een tijdbalk zetten, en we kunnen bekijken in hoeverre ze planmatig zijn en overwogen in hun ruimtelijke samenhang met andere zaken.
• •
Mate van weloverwogen, ruimtelijke samenhang
Items
Grove tijdbalk met daarlangs de items
Waarover hebben we het?
4
•
Daarbij maken wij grofweg onderscheid tussen orde, inrichting en ordening.
Grove tijdbalk met daarlangs de items
Mate van weloverwogen, ruimtelijke samenhang
Waarover hebben we het?
Orde
Inrichting
Ordening
Verhaal erbij
Betreft het iets dat er feitelijk, fysiek is?
Betreft het iets dat planmatig tot stand is gekomen?
Betreft het iets dat gevolg is van een bepaald concept, bepaalde regelgeving of ruimtelijk perspectief? Op rijksniveau?
Wat zijn achterliggende ideeën? Sectoroverstijgend? Het belang voor de Canon RO.NL? Wat is het belang gezien toekomstige opgaven?
Limes Beemster spoorwegen deltawerken achtertuintje
• • •
Onder ‘orde’ valt alles wat er feitelijk, fysiek is. Dat kunnen incidenten zijn, spontaan gegroeide situaties. Onder ‘inrichting’ valt alles wat planmatig tot stand is gekomen. En de rubriek ‘ordening’ gaat nog een stap verder. Daarin is sprake van planmatigheid, maar in een ruimer perspectief; er is dan ook gekeken naar de ruimtelijke amenhang met andere elementen, of er is sprake van een achterliggend concept.
•
De crux van deze rubricering is, dat al rubricerend er verhalen ontstaan. Verklaringen waarom iets zo is als het is, en waarom dat zo belangrijk is. Om die verhalen gaat het in de Canon RO.NL.
•
Daardoor is er in de Canon RO.NL ook plaats voor ideeën of personen, zoals genoemde Eo Wijers. Die hoort niet tot de fysieke orde, inrichting of ordening maar heeft mogelijk wel kwaliteiten die beslist voor het voetlicht moeten komen. En als we daarover praten kan blijken hoe relevant die nog steeds, of wéér, zijn.
•
Hoe we de Canon RO.NL interactief willen samenstellen • •
Zoals gezegd, zijn we intern met een groepje experts al aan het spelen geweest. Maar het werd snel duidelijk dat VROM dit niet alléén moet doen, niet te dicht bij zichzelf houden – want ons eigen werk is onderdeel van de discussie. Ik ben daarom blij dat we een sterke partner hebben gevonden – sterk zowel wat betreft inhoud en organisatievermogen: het NIROV.
Canon RO.NL
•
Met het NIROV gaan we klein beginnen. Aan de overkant van de Maas, in het NAi, beleggen we de eerste bijeenkomst. Het NAi besteedt een paar maanden
5
lang aandacht aan ruimtelijke ordening, met elke maand een ander thema. In november is het thema ‘mobiliteit’. Elk maand zullen we rond dat thema een ‘canon-tafel’ beleggen. Te beginnen dus in november over de relatie tussen RO en mobiliteit en wat de belangrijkste momenten in die relatie waren. • •
Dit is een goed voorbeeld, hoe we de Canon RO.NL willen vormgeven: interactief, van onderop. We hebben geen behoefte aan het diktaat van een staatscommissie, zoals bij de Canon voor Water gebeurt. Het belangrijkste is het gesprek dat we erover moeten voeren. In de brede kring van betrokken bij de ruimtelijke ordening: de mensen uit het vak, uit beleid, maar ook regionale en lokale bestuurderen. Kortom de 15.000 mensen uit de planninggemeenschap die op internet IKCRO volgen, de neiwsrubriek van het NIROV.
•
Die gesprekken krijgen een vervolg op internet, ze zullen hun neerslag vinden in publicaties. We zouden willen dat de gesprekken zo ook buiten de planninggemeenschap weerklank vinden. Het onderwijs doet ertoe om de noties van de Canon RO.NL te delen en onderzoeken. En het is de burger die uiteindelijk aan den lijve de concrete gevolgen van ordening ervaart en er zijn achtertuin aan bijdraagt. Deze ervaringsdeskundige doet er dus toe.
•
Nu we de ruimtelijke ordening opnieuw aan het uitvinden zijn, is het van belang om met elkaar de noties te delen van wat we waardevol en belangrijk en effectief vinden. Kortom, wat de Canon is van de Nederlandse Ruimtelijke Ordening.
•
Laat het gesprek beginnen.