Plan van aanpak Wmo beleidsplan 2013-2017
Plan van aanpak September 2012 Gemeente Zuidhorn Opsteller: Sara Meijer
Inhoudsopgave Plan van aanpak Wmo beleidsplan 2013-2017 1. Inleiding
3
2. Doel en resultaat
3
3. Projectorganisatie
3
4. Projectaanpak en planning
4
5. Communicatie
4
6. Kwaliteit, tijd en verantwoording
5
7. Risicoanalyse
6
8. Kosten
6
9. Tot slot
7
2
1. Inleiding In 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van start gegaan. De Wmo omvat een groot aantal beleidsvelden variërend van openbare geestelijke gezondheidszorg tot sport. De wet is opgedeeld in negen prestatievelden. Hier heeft het Westerkwartier een tiende prestatieveld aan toegevoegd (aangepast wonen en wonen met zorg). Eens in de vier jaar leggen we in een beleidsplan vast hoe wij invulling geven aan de Wmo. Daarbij besteden we aandacht aan alle tien prestatievelden. Het huidige Wmo-beleidsplan beslaat de periode 2007-2011. Tijd dus om dit plan te evalueren en een nieuw beleidsplan op te stellen voor de periode 2013-2017. Het jaar 2012 wordt gebruikt om de evaluatie en planvorming voor te bereiden. Ontwikkelingen Er is een aantal ontwikkelingen gaande op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, waarbij een heldere visie van de gemeente houvast biedt: • Welzijn Nieuwe Stijl: een landelijk stimuleringsprogramma om de werkelijke potentie van de Wmo te benutten; • Kanteling in de Wmo: het VNG-project om de compensatieplicht in de Wmo op nieuwe wijze vorm te geven; • Decentralisaties (Jeugdzorg, Wet werken naar vermogen en Begeleiding AWBZ, afhankelijk van besluitvorming van het nieuwe kabinet); • Beheersing van budgetten. Deze ontwikkelingen vragen om een heroriëntatie op maatschappelijke ondersteuning, een heldere visie en een sterk overkoepelend beleidskader. Een beleidskader dat duidelijkheid schept. Bovendien bieden deze ontwikkelingen kansen om: a) meer samenhang te creëren in de ondersteuning van kwetsbare mensen; b) een basis te bereiken voor meer integraliteit tussen beleidsonderwerpen en beleid en uitvoering.
2. Doel en resultaat We willen dat iedereen zo lang mogelijk kan meedoen in de samenleving. Daarbij gaan we steeds meer uit van de eigen kracht en verantwoordelijkheid van inwoners. De rollen en verantwoordelijkheden van overheid, instellingen en inwoners (moeten) veranderen. In dit Wmo-project willen we die veranderingen niet alleen omschrijven, maar ook vooral een goede basis leggen voor de kanteling in denken bij inwoners en instellingen. Het beleidsplan dient als paraplu voor de onderliggende beleidsvelden. Het uitgangspunt is dat het aantal beleidsnota’s teruggebracht wordt, door ze onder te brengen in het nieuwe Wmo-beleidsplan. Het te behalen projectresultaat bestaat uit: • Evaluatie van het Wmo-beleidsplan 2007-2011; • een door de raad vastgesteld en breed tot stand gekomen (inwoners, maatschappelijk middenveld en gemeentebestuur) Wmo beleidsplan 2013-2017 met een samenhangende welzijnsvisie; • het verminderen van het aantal beleidsnota’s door ze onder te brengen in het Wmo-beleidsplan.
3. Projectorganisatie Bestuurlijk opdrachtgever Ambtelijk opdrachtgever Projectleider
: Fred Stol, wethouder en gemandateerd door het college van B&W : Erwin van der Maesen Sombreff, hoofd afdeling Ruimte en Welzijn : Sara Meijer, coördinerend beleidsmedewerker Wmo
Overige projectmedewerkers
: twee beleidsmedewerkers van de afdeling Ruimte en Welzijn : communicatiemedewerker van de afdeling Contact en Dienstverlening : afdelingshoofd Contact en Dienstverlening
Op verschillende momenten in het project betrekken we ook andere beleidsmedewerkers, het secretariaat en/of de financiële controller bij de uitvoering.
3
4. Projectaanpak en planning De Wmo beslaat veel beleidsterreinen en raakt veel mensen en organisaties. Het project heeft daarom zoveel impact, dat betrokkenheid van organisaties en inwoners (burgerparticipatie) een must is. De gemeente hoort niet te bepalen wat goed is voor inwoners. We sluiten aan bij de behoeften van inwoners en vervullen daarin ‘slechts’ een regierol. We kiezen een aanpak die bij die gedachte past. Evaluatie en consultatie Allereerst stellen we samen met de Adviesraad Wmo een conceptevaluatie van het beleidsplan 2007-2011 op. Nadat voorliggend plan van aanpak is goedgekeurd door de gemeenteraad, gaan we op basis van de evaluatie (als werkdocument) het gesprek met de inwoners aan. Om inwoners en instellingen niet onnodig te bevragen, kiezen we ervoor om de evaluatie en de consultatie samen te laten gaan. In de gesprekken blikken we dus terug, staan we stil bij huidige ontwikkelingen en veranderingen en kijken we vervolgens vooruit. We staan stil bij de veranderde rollen en verantwoordelijkheden. We bespreken de evaluatie (en passen/vullen die aan waar nodig) en inventariseren vooral de behoeften van inwoners. Huiskamergesprekken De gesprekken met de inwoners willen we in een bijzondere vorm gieten. We streven ernaar om per dorp een huiskamergesprek te organiseren. Bij dit gesprek zijn ongeveer 10 personen aanwezig: ongeveer 7 (willekeurig getrokken) inwoners, een betrokken medewerker van het gemeentehuis, een lid van de Adviesraad Wmo en een raadslid en/of een lid van het college van B&W. De bedoeling is om het gesprek ook echt in de huiskamer van een inwoner te voeren om een ontspannen en veilige sfeer te creëren, dicht bij de inwoners. Instellingen en organisaties Na de gesprekken met de inwoners, bespreken we de uitkomsten met instellingen, organisaties (als Stichting Welzijn, CJG, Noordermaat, MEE Groningen, etc) en overige adviescommissies. Als we weten waar de behoeften liggen, kunnen we met betreffende instellingen en organisaties brainstormen hoe we de inwoners hierin het beste kunnen bedienen. Planning Alle inbreng van de inwoners, instellingen en organisaties wordt verwerkt in het beleidsplan. In de bijlage is een gedetailleerde planning opgenomen in een zogenaamde Gantt chart. Deadline van het project is september 2013. Dan dient het plan vastgesteld te zijn door de raad.
5. Communicatie Bij dit project betrekken we veel inwoners, organisaties en medewerkers van de gemeentelijke organisatie. Om een goede communicatie in dit project te waarborgen, wijzen we een communicatiemedewerker als projectgroeplid aan. In het project communiceren we op drie niveaus: met de opdrachtgever, intern en extern. Communicatie met opdrachtgever Na elke fase beoordeelt de projectleider de inhoudelijke voortgang en bespreekt deze met de bestuurlijk opdrachtgever. Interne communicatie (binnen projectgroep) - Actiepuntenlijst - Vast wekelijks vergadermoment - Eigen digitale directory Externe communicatie Doelgroepen: - Inwoners - Externe partijen (adviesraad Wmo, inwoners, vervolgens organisaties) - College en raad - Medewerkers van afdeling R&W en zorgloket d.m.v. bijeenkomsten
4
De communicatiemiddelen die we o.a. inzetten: - Website (aankondiging + mogelijkheid om tips aan de gemeente mee te geven) - Social media (in overleg met communicatieadviseur) - Gemeentepagina - Brief - Huiskamergesprek Onderstaand overzicht geeft de belangrijkste communicatiemomenten weer. In een communicatieplan werken we de doelgroepen, in te zetten communicatiemiddelen en planning nader uit.
Met wie Betrokken medewerkers van de afdeling R&W en Zorgloket College
Overzicht belangrijkste communicatiemomenten Wanneer Wat Afdelingsoverleggen in Plan van aanpak schetsen. Wie wordt wanneer en september en oktober op welke wijze betrokken. Vergadering 4 september 2012
Adviesraad Wmo
Vergadering 19 september 2012
College Raad Inwoners, organisaties, overige adviescommissies Adviesraad Wmo
Vergadering 16 oktober 2012 Vergadering 19 november 2012 December 2012
College Inwoners College Organisaties, adviescommissies College Raad Raad
Eind januari 2013 Februari 2013 Begin april 2013 April 2013
December 2012 en januari 2013
Mei 2013 Mei/juni 2013 September 2013
Vaststellen concept plan van aanpak Wmo beleidsplan. Plan van aanpak bespreken, waarna advies volgt van de adviesraad. Aangepast plan van aanpak vaststellen Plan van aanpak (opiniërend) behandelen Informeren over plan van aanpak
Gezamenlijk opstellen evaluatie Wmo beleidsplan 2007-2011 Vaststellen conceptevaluatie Huiskamergesprekken Bespreken concept beleidsplan Bespreken concept beleidsplan Vaststellen beleidsplan Raadsinformatieavond Raadsvergadering, vaststellen evaluatie en beleidsplan
6. Tijd en verantwoording De projectleden schrijven tijd voor dit project. Bij de afsluiting van elke fase beoordelen en actualiseren we de planning en de realisatie. Zonodig passen we de inzet van het projectteam aan. De projectleider bespreekt de stand van zaken en de consequenties met de opdrachtgever. De opdrachtgever neemt besluiten over de planning en is verantwoordelijk voor inzet richting afdelingshoofd. Evaluatie project Evaluatie van het project vindt plaats: op proces en inhoud en na vaststelling door de raad. • Op proces: na elke fase actualiseert de projectleider de planning. • Op inhoud: na elke fase beoordeelt de projectleider de inhoudelijke voortgang en bespreekt dit met de opdrachtgever. • Na vaststelling van het beleidsplan door de raad, stelt de projectgroep een evaluatie van het project op. Hiervoor consulteren we het college, de medewerkers buiten het projectteam en externe partijen. Borging resultaat Het te behalen projectresultaat is een Wmo-beleidsplan, dat door de raad is vastgesteld. Na vaststelling van het plan moet uitwerking plaatsvinden in onderliggende beleidsvelden. Ook de werkwijze van de afdeling Ruimte en Welzijn en het Zorgloket dienen we af te stemmen op de principes uit de nota. De
5
verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij het afdelingshoofd Ruimte en Welzijn in samenspraak met de coördinerend beleidsmedewerker Wmo/projectleider.
7. Risicoanalyse In onderstaande risicomatrix hebben we de kans op de risico’s opgenomen en aangegeven wat de gevolgen daarvan kunnen zijn voor het verloop van het project. Probleem Beschikbaarheid personeel in relatie tot andere projecten
Kans
Gevolg
Redelijk groot
Stagnatie in voortgang project
Tijdsdruk
Aanwezig
Procedures langer duren dan gepland
Aanwezig
Geen overeenstemming in uitgangspunten
Verschil in belangen en verwachtingen partners
Maatregelen Prioritering van werkzaamheden en tijdelijke urenuitbreiding. Goed communiceren en overschrijding termijn bewaken • Betrekken partners • Goed communiceren, verwachtingsmanagement • Doorslaggevende rol raad benadrukken
De haalbaarheid van het project is voor een groot deel afhankelijk van de beschikbaar te stellen formatie. Het is een intensief project, waarbij de beschikbaarheid van medewerkers gewaarborgd moet zijn. Om dit risico te ondervangen, is geprioriteerd in werkzaamheden en is voor de inzet van de afdeling Contact en Dienstverlening (C&D) een tijdelijke urenuitbreiding gerealiseerd. Het betrekken van de samenleving bij de totstandkoming van het plan is onontbeerlijk. Daarnaast speelt politiek draagvlak een relevante rol.
8. Kosten De te maken kosten zijn voornamelijk organisatiekosten (personele inzet, overhead, etc.). Deze kosten dekken we uit bestaand budget. Overige kosten die we verwachten, zijn: Communicatiemiddelen Catering huiskamergesprekken Urenuitbreiding C&D Onvoorzien Totale kosten
€ 5.000 € 2.500 € 4.000 € 500 € 12.000
De totale kosten van het project bedragen dus ongeveer € 12.000. Dit wordt betaald uit het niet bestede transitiebudget voor decentralisatie van de AWBZ-begeleiding naar de gemeente. Dit transitiegeld zetten we deels in voor de bemensing van het project voor de decentralisatie, maar laat voldoende financiële ruimte voor het project Wmo-beleidsplan. De VNG adviseert gemeenten de veranderings- en ontwikkelingsactiviteiten rond de Wmo in bredere zin (ontwikkelen van beleid en visie, kantelen werkwijze, etc.) voort te zetten nu het wetsontwerp tot decentralisatie van de begeleiding controversieel is verklaard. Voorliggend project past daar perfect in. Ambtelijke inzet Het project heeft naar verwachting een piekbelasting in de maanden februari, maart en april 2013. De projectgroep is naar verwachting in deze maanden totaal de volgende uren kwijt (gemiddeld per week): Projectleider Beleidsmedewerkers Inzet communicatieadviseur Afdelingshoofd C&D
16 uur 8 uur 8 uur 8 uur
6
Daarnaast vraagt het project van andere medewerkers binnen de organisatie in de totale projectperiode de volgende uren aan inzet: Overige beleidsmedewerkers: per medewerker Secretariële ondersteuning Financiële ondersteuning
28 uur 28 uur 28 uur
9. Tot slot Het opstellen van het beleidsplan Wmo 2007-2011 was een succesvol en creatief traject waar inwoners en organisaties nog steeds positief over praten. We streven ernaar ook in voorliggend project een enthousiast en creatief proces los te maken.
7