1
Plan van Aanpak opgave Grondgebonden Landbouw
Projecteigenaar: Bas Nootenboom (gemeente Barendrecht)
Inhoudsopgave 1. Beschrijving van de ontwikkel- of maakopgave a. Gebiedsvisie over grondgebonden landbouw b. probleemstelling en doelstellingen 2. Werkwijze van opgave naar uitvoering a. strategische aanpak b. inhoudelijke werkwijze c. financiering d. besluitvormingsmomenten 3. Organisatie a. rolverdeling projecteigenaren, werkgroep etc. b. capaciteit (en/of proceskosten) 4. Tijdsplanning ‘van opgave naar uitvoering’ 5. Communicatie a. strategie b. middelen 6. Kwaliteitsborging
2
1. Beschrijving van de ontwikkel- of maakopgave a. Gebiedsvisie over grondgebonden landbouw De Stuurgroep Deltapoort geeft in de gebiedsvisie duidelijkheid over de gewenste ontwikkeling en de relatie met de grondgebonden landbouw in de komende jaren. De landbouw in de directe omgeving van sterk verstedelijkt gebied kan op verschillende manieren een bijdrage leveren aan de dubbele doelstelling van Deltapoort. Gerichte investeringen in de groenblauwe kwaliteiten van het gebied moeten leiden tot verbetering van de natuurlijke, landschappelijke en recreatieve kwaliteiten van het gebied en daarmee de woonkwaliteit verhogen en de regio een economische impuls geven. Ambitie van de Gebiedsvisie Deltapoort is om ruimte te houden voor grondgebonden landbouw op Oost-IJsselmonde en deze te verbinden met de doelstellingen van Deltapoort. De productieomstandigheden voor deze landbouw kunnen op een aantal plaatsen worden verbeterd. In het gehele gebied zijn bovendien diverse kansen voor verbreding. Verbrede landbouw1 wordt in de Agenda Landbouw van de provincie Zuid-Holland gezien als mogelijkheid om extra inkomsten te genereren naast de hoofdtak. Hierdoor kan de landbouw een belangrijke speler blijven in het gebied als beheerder van het landschap. In de Agenda Landbouw is tevens geconcludeerd dat Deltapoort zich leent voor verbreding van de landbouw omdat het zich kenmerkt door de nabijheid en invloed van de stad. De agrarische sector in het gebied heeft potentie voor een wisselwerking met het stedelijk netwerk. De inzet van de gebiedsvisie is daarom gericht op het ‘vergroten’ (dat wil zeggen beter benutten) van de lokale en regionale markt van de land- en tuinbouw. De verbreding van de bedrijfsvoering kan worden gericht op directe verkoop, recreatie, educatie, kinderopvang en zorg. Van belang is het vergroten van de afzetmogelijkheden voor de producten en de organisatie van de keten. De overheid is vooral voorwaardenscheppend en stimuleert en faciliteert deze ontwikkeling (in planologisch-juridische zin). Om de ruimtelijke kwaliteit te behouden en of verbeteren is het belangrijk om de spelregels hiervoor vast te leggen en de maatschappelijke winst te definiëren, zonder overigens het privaat initiatief bij voorbaat in de kiem te smoren en creativiteit op voorhand uit te sluiten. De Gebiedsvisie voorziet in de ontwikkeling van verbrede vormen van landbouw in het hele gebied, ter ondersteuning van het landschapsbeeld. Voor de ontwikkeling van het beoogde recreatief profiel kan in deelgebieden (de groene kamers) specifiek worden ingezet op kamperen bij de boer of B&B. In het centrale gebied (de tuin van Deltapoort) wordt de ontwikkeling van stadslandbouw/verbrede landbouw1 in het bijzonder gestimuleerd. Hier wordt ingezet op de ontwikkeling van een interessant woon-, werk- en recreatiemilieu met hotspots, langs onder meer de Langeweg in Zwijndrecht, mede in aansluiting op de te ontwikkelen nieuwe glastuinbouwclusters.. In de tuin van Deltapoort wordt een organische groei beoogd van een kleinschalig mozaïeklandschap met een breed aanbod van volkstuinen, nutstuinen, pluktuinen, showtuinen, boomgaarden, akkertjes, 1
De term "verbrede landbouw" is in de agrarische sector gebruikelijk om aan te duiden dat ondernemers andere
activiteiten ondernemen naast de agrarische hoofdtak. Het begrip stadslandbouw wordt m.n. door de steden gebruikt voor voedselproductie in de stad en in een ruime zone rond de stad (40-50 km) wanneer de afzet direct op de stedelijke consument is gericht. Recreatie en zorg op de boerderij worden ook gezien als onderdeel van stadslandbouw.
3 enzovoorts met hier en daar een camping of beeldentuin. Door groen en rood gelijk op te laten gaan, wordt dit alles ingebed in een groen raamwerk. Zo ontstaat een interessant coulisselandschap dat het ‘groene jasje’ vormt voor deze ontwikkelingen. b. probleemstelling en doelstellingen Hoofdopgave In september 2011 heeft DLG bijeenkomsten georganiseerd met agrarisch ondernemers over hun ambities voor de grondgebonden landbouw in Oost-IJsselmonde. Uit de gesprekken met deze agrariërs is prominent naar voren gekomen dat een rendabele bedrijfsvoering de sleutel is voor duurzaam beheer van het agrarische cultuurlandschap. Zonder rendabele bedrijven zal ongewenste verrommeling optreden. Daarom wordt er door de Stuurgroep Deltapoort een tweetal middelen onderzocht om de positie van de grondgebonden landbouw te versterken: het verbeteren van de verkaveling voor de bestaande bedrijven en het vergroten van de verbredingskansen en vermarkting van de producten van de grondgebonden landbouw. 1. Verkaveling van de bestaande bedrijven Door de ruimtelijke ontwikkelingen van afgelopen jaren hebben veel bedrijven hun grond en gebouwen verspreid liggen in het gebied Oost-IJsselmonde. Deze situatie is nadelig voor de economische basis van de zittende agrarische bedrijven die veelal functioneren op basis van pachtovereenkomsten. Concentratie van gronden en bedrijfsgebouwen op één (huis-)kavel zou wenselijk zijn. Vrijwillige kavelruil kan helpen bij het weer terugbrengen van losse percelen bij de agrarische sector. Wellicht is een grondbeheerbank een nuttig instrument als intermediair tussen grondeigenaren en agrarische ondernemers die graag extra grond willen pachten of op andere plekken. Dit thema speelt vooral in de deelgebieden 1 en 3. Deelgebied 3 kent een slechte landbouwkundige verkaveling. Voor de voortzetting van het landbouwkundig gebruik is onderzoek naar kosten en baten van een verbetering van de verkaveling en helderheid over de planologische bestemming noodzakelijk.
4 1a. Communicatie over actueel ruimtelijk beleid Stedelijke en infrastructurele ontwikkelingen in Oost-IJsselmonde (maar ook de Landinrichting IJsselmonde) hebben in het verleden veel ruimte gevraagd. Ook zijn er op enkele locaties onterechte verwachtingen gewekt voor functieveranderingen naar woningbouw, bedrijventerrein of recreatiegebied. Dit heeft geleid tot grootschalig verlies van landbouwgronden en grondspeculatie.. Om grondspeculatie te voorkomen is het van groot belang dat provincie en gemeenten de beoogde agrarische hoofdbestemming in het buitengebied onverkort communiceren. Het moet duidelijk worden dat er door de overheid geen grootschalige aankoop van grond voor nieuwe woningbouw, bedrijventerreinen of recreatiegebieden meer zal plaatsvinden. En dat lopende projecten worden afgemaakt, maar er geen nieuwe plannen meer gemaakt worden voor grootschalige ontwikkelingen. Een eerste vereiste daarbij is een duidelijk en eenduidig R.O.-beleid zowel op visieniveau als op bestemmingsplanniveau, daarnaast is goede handhaving van bestemmingen, en regels, in het buitengebied cruciaal is om verdere (illegale) uitbreiding van niet-agrarische bedrijven tegen te gaan. Hier is vooral ook gecoördineerde bovenlokale handhaving van belang, zodat elke gemeente even streng is. Hiervoor is politiek-bestuurlijk draagvlak nodig. 1b. Planologische zekerheid In Deltapoort, vooral in deelgebied 1, zitten enkele grotere landbouwbedrijven. Een belangrijk kritiekpunt van de agrarische ondernemers is, dat de bestemmingsplannen verouderd zijn en te weinig mogelijkheden bieden voor de agrariërs om te investeren in de toekomst. Met het oog op het vitaal houden van de grondgebonden landbouw hier zal mogelijk de bedrijfsbebouwing op het agrarisch erf ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering moeten worden verruimd, maar de ruimte hiervoor is beperkt. Cruciaal is daarom dat gemeenten maatwerk toe passen in hun nieuwe bestemmingsplannen Buitengebied voor duurzame ontwikkeling van grondgebonden bedrijven die een bijdrage leveren aan de kwaliteit en beleving van het landschap. Door extra aandacht te besteden aan landschappelijke inpassing en zo mogelijk een aan het gebied aangepaste (architectonische) vormgeving kunnen bedrijfsontwikkelingen juist bijdragen aan ruimtelijke kwaliteit en belevingswaarde van het gebied. Ook bij de inpassing van extra bebouwing (schuren) is het van belang om de ruimtelijke ordening (het kaartbeeld) te combineren met een landschappelijk ontwerp (driedimensionaal, beeldkwaliteit). Dit kan bereikt worden door een beeldkwaliteitplan te koppelen aan het bestemmingsplan Buitengebied. De vier gemeentes streven naar het opstellen van een gezamenlijk beeldkwaliteitplan en naar onderlinge afstemming en eenduidigheid in de bestemmingsplanregels zodat voor iedereen dezelfde voorwaarden geldt. Dit vergt wel een gedeelde visie op de rol van de landbouw als gebruiker van het open landschap en het recreatief aantrekkelijk maken van het gebied en maatwerk op bedrijfsniveau. In Barendrecht, Zwijndrecht en Hendrik-Ido-Ambacht ligt op dit moment al een nieuw (voor)ontwerp bestemmingsplan buitengebied ter inzage, bij deze gemeentes vindt de afstemming bij een volgende herziening plaats. De tussentijd wordt benut om afspraken te maken over bovenstaande en collectieve voorwaarden omtrent het vrijstellingsbeleid (voor een aanvraag die afwijkt van het bestemmingsplan). In Ridderkerk kunnen afspraken mogelijk al bij de binnenkort startende herziening verwerkt worden.
5
2. Verbredings- en vermarktingskansen voor de grondgebonden landbouw Een andere manier voor een agrariër om zijn bedrijfsvoering rendabeler te krijgen is om de bedrijfsvoering te verbreden. In de Tuin van Deltapoort (deelgebied 2) ligt het accent op landbouw, waarbij een combinatie van glastuinbouw en vollegrondsteelt (de Barendrechtse teelt) ook ruimte krijgt. Centraal in de Tuin ligt een gemengd, kleinschalig en afwisselend gebied. De hoofdfunctie is hier agrarisch, met kansen voor verrijking en verbreding (met extra inkomstenbronnen vanuit bijvoorbeeld de recreatie of de zorg). De bedoeling is dat dit middengebied een concentratiegebied wordt waar stedelingen direct bij de boer groente en fruit kunnen kopen en van andere diensten kunnen genieten. De ambitie van Deltapoort is om samen met agrariërs een verkenning uit te voeren hoe verbredingsmogelijkheden beter benut kunnen worden voor de aanwezige grondgebonden agrarische bedrijven en vermarktingskansen voor hun producten. Onder andere op basis van een inventarisatie van ervaringen van zittende agrariërs. Voor het recreatief interessanter maken van het agrarisch gebied zou er meer ruimte moeten worden geboden voor (recreatieve) nevenactiviteiten die aansluiten bij de doelen van Deltapoort. Denk hierbij aan winkel aan huis, theeschenkerij of andere horeca, die de recreatieve belevingswaarde van het gebied kunnen vergroten en de economische basis van de agrarische bedrijven kunnen versterken. Belangrijk is wel dat de agrarische hoofdfunctie blijft en niet op termijn naar de achtergrond verdwijnt. Deze vormen van recreatie kunnen het contact tussen recreërende stedelingen en agrariërs bevorderen waardoor het draagvlak voor de landbouw kan verbeteren en landbouw en recreatie elkaar minder tot last zijn. Dit geldt in het bijzonder voor bedrijven langs recreatieve routes en nabij recreatieve knooppunten. Een interessante ontwikkeling hierin is het plan voor het “natuurgoed Ziedewij” in Barendrecht. Ook speelt voorlichting een rol. Door middel van informatiepanelen kunnen passerende recreanten meer leren over de gewassen die geteeld worden op aanpalende percelen. Op recreatieve knooppunten en toegangswegen kan op deze manier ook informatie aangeboden worden over de landbouw, de soorten gewassen en de relatie met het dagelijkse voedingsbehoeften. Diverse ondernemers vinden het leuk om zo nu en dan schoolklassen te ontvangen en uitleg te geven over het bedrijf. Er worden reeds rondleidingen georganiseerd, o.a. via het kleine Duiker project in Barendrecht en het Weetpunt in Zwijndrecht. Intensiveren van deze activiteit kan niet altijd zonder financiële vergoeding, maar niet persé van de overheid. Interessante voorbeelden hierbij zijn initiatieven als ‘natuur als leerschool’ en ‘platform boerderijeducatie’. Stadslandbouw is een vorm van verbreding De meeste agrariërs leveren hun producten nu aan het Handelscentrum of andere vaste afnemers (de tussenhandel). Uit gesprekken met de agrarische ondernemers is gebleken dat één biologisch ondernemer het grootste deel van zijn producten rechtstreeks aan consumenten en winkels in de stad verkoopt. En een perenteler levert zijn product rechtstreeks aan Albert Heijn filialen. De vraag is of het zelf direct vermarkten aan lokale winkels in omliggende steden (verkorten van de keten) of huisverkoop voor meer ondernemers een hogere prijs voor de primaire producent op zou kunnen leveren. Volgens de telers in Oost-IJsselmonde is de markt voor de lokale producten en het gevraagde assortiment beperkt.
6
Een aantal ondernemers staat open om nader onderzoek te doen naar het benutten van de lokale afzetmogelijkheden. Deltapoort kan een rol vervullen in het interesseren van andere partners waaronder de overheid. Deltapoort wil ook onderzoeken of het goed functionerende Handelscentrum een rol kan spelen en partijen met elkaar kan verbinden. 2a Verruiming van bestemmingsplan Herziening en actualisatie van de bestemmingsplannen Buitengebied in Oost-IJsselmonde moet aangegrepen worden om meer ontwikkelingsgerichte plannen op te stellen waarin ruimte geboden wordt voor de ontwikkeling van nevenactiviteiten die de recreatieve waarde van het gebied vergroten. Cruciaal is dat maatwerk wordt geboden voor duurzame ontwikkeling van grondgebonden bedrijven.
2. Werkwijze van opgave naar uitvoering a. strategische aanpak De uitwerking van de ontwikkelopgave slaat in eerste instantie neer in 3 deelopgaven die vanuit Deltapoort in 2012 worden opgepakt. De volgende onderdelen worden voorgesteld: 1. Onderzoek naar wenselijkheid en mogelijkheden structuurverbetering 2. Stimulering verbreding en vermarkting 3. Samenwerken bij actualisatie bestemmingplannen Met publieke middelen kan onderzoek naar de maatschappelijke kosten en baten (MKBA) van structuurverbetering worden gefinancierd. Interessant daarbij is ook de gevolgen van de planologische duidelijkheid te betrekken. Voor het onderzoek is de medewerking en inzet van de private partijen cruciaal. De publieke rol is faciliteren en randvoorwaarden scheppen vanuit haar publieke taak. Initiatieven moeten echter bij de private partners vandaan komen. Vervolgstappen worden wel ondersteund en gefaciliteerd. Bij de vermarkting en verbreding wordt onderzocht wat de overheid kan betekenen voor ondernemers die zich richten op verwezenlijking van de doelen van Deltapoort. Deze opgave is afhankelijk van publieke faciliterende inzet en, een actieve private rol voor ondernemers. Bij deze opgave is de publieke inzet gericht op het faciliteren door middels van RO regelgeving en het vergroten van bekendheid met het onderwerp stadslandbouw. Daarnaast is de verbinding tussen initiatieven van private partijen/ondernemers met activiteiten van recreatieschap een rol van de overheid. Kennisontwikkeling en het ontplooien van nieuwe activiteiten is afhankelijk van initiatieven uit de sector. Het programmabureau kan daarin faciliteren door het organiseren van bijvoorbeeld een conferentie waar particuliere ondernemers van vraag en aanbod kant elkaar kunnen treffen. Actualisatie van bestemmingsplannen is een publieke verantwoordelijkheid. Inventarisatie van de locaties, intergemeentelijke afstemming en de uiteindelijke aanpassing vraagt een actieve inzet van de gemeentes.
7
b. inhoudelijke werkwijze ad 1 Structuurverbetering: De eerste deelopgave bestaat uit een verkenning van de mogelijkheden om de verkavelingssituatie te verbeteren. Een eerste stap is inventarisatie van de mate van versnippering van de grond over de verschillende bedrijven en de verdeling tussen pacht en eigendom. In een tweede stap zou verkend moeten worden welke kosten en baten er samenhangen met vrijwillige kavelruil in de delen van OostIJsselmonde waar grondgebonden landbouw op lange termijn gehandhaafd blijft. Daarbij hoort een indicatie van de mate waarin grondeigenaren zouden willen meewerken aan vrijwillige kavelruil (nav. keukentafelgesprekken). Ook wordt de haalbaarheid verkend van aanvullende mogelijkheden om de landbouwkundige structuur te verbeteren zoals de inzet van DLG-gronden. Stappenplan: - DLG inventariseert de mate van versnippering van de grond over de verschillende bedrijven en de verdeling tussen pacht en eigendom. - Daarna worden gesprekken gevoerd met agrariërs omtrent vrijwillige kavelruil. Hierbij ook mogelijk publiek eigendom betrekken. - De uitkomsten laten analyseren met betrekking tot kansrijkheid/mogelijkheden.2 - DLG geeft een advies op basis van de verkenning welke kosten en baten er samenhangen met vrijwillige kavelruil in de delen van Oost-IJsselmonde waar grondgebonden landbouw op lange termijn de grootste “groenbeheerder” blijft. - In de gesprekken wordt tevens de behoefte aan / het vertrouwen in bijvoorbeeld een kavelcoach onderzocht die een database beheert en helpt om de kavels daadwerkelijk geruild te krijgen. En welke partij deze dan het beste kan leveren. Product: Advies aan de stuurgroep over wenselijkheid structuurverbetering en mogelijkheden voor financiering. Aangevuld met een advies over de vervolgstappen. Rol: De overheid houdt een faciliterende rol. ad 2 Verbreding en vermarkting In de 2e deelopgave staat het stimuleren van stadslandbouw en verbreding, vooral in het deelgebied De Tuin, centraal. Stappenplan: - In de gesprekken die gevoerd gaan worden over vrijwillige kavelruil gelijktijdig de wensen naar verbreding van het agrarisch bedrijf en de interesse naar stadslandbouw peilen. - Gesprek met distributiebedrijven (oa Greenery en Bakker Barendrecht) organiseren over hun visie op hoe je lokale producten in lokale winkels krijgt en welke rol distributie bedrijven daarbij kunnen spelen. - Stadslandbouw: Een aantal ondernemers staat er open voor om met steun vanuit de overheid nader onderzoek te doen naar het benutten van de lokale afzetmogelijkheden en de financiële voordelen hiervan. Organiseren van een ontmoetingsbijeenkomst om agrariërs te verbinden met geïnteresseerde afnemers en investeerders zoals Rabobank, Greenery, Unilever (PM), 2
DLG heeft onlangs in Noord Nederland ervaring opgedaan met een verkavelingsvorm die van begin tot eind
binnen 1½ jaar uitgevoerd kan worden (“Turboverkaveling”). Het is de moeite waard om te onderzoeken of deze aanpak ook in Deltapoort perspectief biedt.
8 Landmarkt etc. Organiseren samen met stakeholders zoals LTO, Weetpunt in Zwijndrecht, landbouwmuseum in Barendrecht en private partijen. - Uit ontmoetingsbijeenkomst een pilot laten voortvloeien voor enkele agrariërs en supermarkten. Hierbij de twee ondernemers (en winkels) betrekken die zich nu al bezig houden met stadslandbouw in Deltapoort. Hun inzetten om die andere geïnteresseerden te begeleiden om ook op een dergelijke manier te gaan werken. Dus geen theorie, maar door middel van lokale praktijkvoorbeelden de mogelijkheden in beeld brengen en zo de ondernemers elkaar laten helpen. - Ook de verbredingsmogelijkheden voor de aanwezige grondgebonden agrarische bedrijven verder verkennen. Welke bewegingen zijn er in de streek? Mogelijk uitmondend in een voorbeeldenboek. - Organiseren van inspiratiedagen, bijeenkomsten “gluren bij de buren””, excursies naar lokale inspirerende praktijkvoorbeelden. - Communicatie en informatie: Op recreatieve knooppunten/poorten en toegangswegen een koppeling maken met de informatievoorziening van het routenetwerk. Informatie aanbieden over de landbouw, de soorten gewassen en de relatie met het dagelijkse voedingsbehoeften adressen met huisverkoop. Dit is sterk gekoppeld aan de acties die voortvloeien uit het thema routenetwerk zoals de ontwikkeling van poorten. Rol: Het programmabureau Deltapoort peilt in de gesprekken over vrijwillige kavelruil de initiatieven voor verbreding en peilt de interesse bij distributiebedrijven. Om daarna een bijeenkomst te organiseren waar stakeholders elkaar kunnen ontmoeten. Wanneer dit succesvol is kan het programmabureau, samen met private ondernemers, jaarlijks een of meer inspiratiedagen organiseren op het vlak van verbreding van de landbouw. Organiseren miniconferentie voor de telersector, handelssector, distributiebedrijven, supermarktsector en bestuurders over de kansen. ad 3 Actualisatie bestemmingsplannen Stappenplan: - Inventarisatie locaties met bestemming die kan worden omgezet naar verbreed agrarisch gebruik en een eensluidende aanpak ontwikkelen. - Afstemming organiseren over bestemmingsplanregels. De deelwerkgroep Bestemmingsplan neemt de ontwerp-bestemmingsplannen buitengebied van Zwijndrecht en Hendrik-IdoAmbacht (liggen nu ter inzage) als uitgangspunt en bepaalt daarmee of deze voldoende ruimte bieden aan benodigde bedrijfsontwikkelingen en verbredingsopties. En toch geen ongewenste activiteiten toestaan. Hierbij benut ze ervaringen van Midden –Delfland (Hiske Ridder) en kennis die er bij VNG aanwezig is (zie Handreiking multifunctionele landbouw en ruimtelijke ordening, najaar 2011) - De vier gemeentes onderzoeken gezamenlijk de mogelijkheden en meerwaarde van een gemeente overkoepelend beeldkwaliteitplan buitengebied. - Samenwerking en politiek draagvlak organiseren met betrekking tot handhaving Rol: De verantwoordelijkheid en initiatief bij deze deelopgave ligt bij de vier gemeentes. Het programmabureau Deltapoort faciliteert de gesprekken.
9
c. financiering Er zijn verschillende mogelijkheden voor financiering van de onderzoeken en uitvoering van concrete maatregelen. Vanuit het programma Deltapoort wordt het onderzoek naar vrijwillige kavelruil gefaciliteerd. De kosten voor deze procesrol worden gefinancierd vanuit het programma Deltapoort. In de offerte van DLG van 2011 is nog ruimte om het achtergrondonderzoek en de kosten-baten analyse uit te voeren, maar wellicht is nog een vervolgopdracht aan DLG nodig. Ook past dit onderzoek binnen de doelen van de Groenagenda van de provincie, waardoor er mogelijk vanuit die bron aanvullende financiering kan worden verkregen. Het contact met de agrariërs en het vervolgonderzoek wordt gedaan door de trekker en de werkgroep. De mogelijke uitvoering en eventuele particuliere financiële consequenties van de kavelruil zijn geen onderdeel van het programma Deltapoort. Uitgangspunt is private financiering en eventuele separate besluitvorming. Het programma Deltapoort ondersteunt bij het aanvragen van inzet voor dekking vanuit andere overheden als rijk en Europa. Voor de uitvoering van dit onderdeel zijn er wellicht mogelijkheden via het Europese POP2-programma. Mogelijk kunnen gronden die vrijkomen bij de sanering van kassen en eigendommen van lokale overheden en BBL gronden ook worden betrokken in de kavelruil. Mocht uit het onderzoek blijken dat er behoefte is aan de inzet van een kavelcoach, dat is het zinvol om te proberen deze te laten sponsoren door Rabobank. De activiteiten om verbrede landbouw (inclusief stadslandbouw) te stimuleren worden ondersteund vanuit het programma Deltapoort, mogelijk aangevuld door private partijen als Greenery en Rabobank. De verkenning naar verbredingsmogelijkheden kan in aanmerking komen voor een bijdrage vanuit de Groenagenda, evenals de pilot voor stadslandbouw. De financiële consequenties komen ten laste van het programma Deltapoort. De investeringen die door bedrijven gedaan moeten worden om de verbreding daadwerkelijk vorm te geven, komen voor eigen rekening van de initiatiefnemer. Er wordt geen subsidiepot opgericht om nevenactiviteiten te stimuleren. d. besluitvormingsmomenten Wat
Wanneer
1e Conclusies onderzoek kavelruil
SG: september 2012
Besluitvorming over miniconferentie met oa bestuurders
SG: september 2012
Samenwerking omtrent bestemmingsplannen
SG: september 2012 Raden: 2e kwartaal 2012
Programma verbreding/vermarkting voorleggen
SG: januari 2013
Besluitvorming start Pilot
SG: januari 2013 Raden: 1e kwartaal 2013
10 3.
Organisatie
a. Rolverdeling projecteigenaren, werkgroep, etc. Namens de stuurgroep Deltapoort is de heer Nootenboom, wethouder bij de gemeente Barendrecht, de bestuurlijk trekker van het thema grondgebonden landbouw. De ambtelijk trekker is tot augustus/september Lidewij Schellevis van het programmabureau Deltapoort, ingehuurd van de stadsregio Rotterdam (haar opvolger is nog niet bekend). Deze worden ondersteund door een projectsecretaris. De werkgroep grondgebonden landbouw bestaat verder uit: - Arie Verhoeven (Barendrecht) - Rens van den Berg (Hendrik-Ido-Ambacht) - Nanneke Hendriks (Zwijndrecht) - Mattijn Rienks (Ridderkerk) - Annet ten Cate (Programmabureau Deltapoort) Deze werkgroep is cruciaal voor het ontwikkelen van voorstellen en adviezen aan de stuurgroep, de toetsing van de bevindingen binnen de betreffende gemeentes en het creëren van draagvlak voor de uitkomsten van dit traject. Voor de uitvoering van de verschillende deelopgaven zijn verschillende personen verantwoordelijk: * Deelwerkgroep bestemmingsplan bestaat uit bestemmingsplanspecialisten en adviseurs RO van de vier gemeentes * DLG doet het achtergrondonderzoek naar mogelijkheden en kansen voor kavelruil. * De gesprekken met agrariërs worden gevoerd door de ambtelijk trekker * Ontmoetingsbijeenkomst wordt georganiseerd door programmabureau Deltapoort in samenwerking met de gemeentes * Pilot voor stadslandbouw met enkele agrariërs en supermarkten wordt uitgevoerd door de gemeentes waar de agrariërs en supermarkten liggen, in samenwerking met gemeente Rotterdam en programmabureau DP. Hieraan koppelen het onderzoek naar visie distributiebedrijven op hoe je lokale producten in de steden krijgt. * Miniconferentie georganiseerd door programma Deltapoort in samenwerking met alle gemeentes, gemeente Albrandswaard en gemeente Rotterdam * Verkenning naar verbredingsmogelijkheden door werkgroep en toetsen bij gemeenten op het gebied van behoeftes. b. capaciteit (en/of proceskosten) Trekker: 250 uren Werkgroep: 50 uren per lid (voor eigen rekening van partijen) Projectsecretaris: 100 uren (deze is nog niet geregeld) Communicatieadviseur 50 uren (deze is nog niet geregeld)
11 4. Tijdsplanning ‘van opgave naar uitvoering’ Vervolgbijeenkomst voor agrariërs over stand van zaken en plan van aanpak
Juni/juli 2012
projecttrekker, Ten Cate
Gesprek distributiebedrijven ea. over stadslandbouw en verbreding (samen met bestuurlijk trekker)
Zomer 2012
projecttrekker, Nootenboom
Bureauonderzoek huidige verkavelingssituatie en Kosten–Batenanalyse door DLG
Juni – sept. '12 DLG
Keukentafelgesprekken met agrariërs door trekker
Juni-okt '12
projecttrekker, Ten Cate
bestemmingsplannen
Juni-sept '12
4 gemeentes
Analyse kansrijkheid kavelruil
Dec '12 DLG
projecttrekker
Ontmoetingsbijeenkomst stadslandbouw
Oktober 2012
projecttrekker
Opstellen plan van aanpak kavelruil
1e kwartaal '13 DLG, projecttrekker
Voorbereiden Pilot stadslandbouw
4e kwartaal '12 Betreffende gemeente,
Inventarisatie mogelijkheden van samenwerking in
projecttrekker Uitwerking eensluidende aanpak in bestemmingsplannen
4e kwartaal '12 4 gemeentes
Miniconferentie over verbreding
1e kwartaal '13 Projecttrekker, Nootenboom
Pilot stadslandbouw
1e + 2e kw '13
Betreffende gemeente, projecttrekker
Onderzoek naar mogelijkheden verbreding
1e + 2e kw '13
projecttrekker
Excursies / netwerkbijeenkomsten over verbreding
1e + 2e kw '13
Projecttrekker, Nootenboom wethouder van elke gemeente
2013, aansluit bij planning
Projecttrekker, Seip (routenetwerk)
Informatievoorziening over landbouw langs recreatieve route
poorten Routenetwerk Opstellen gezamenlijk beeldkwaliteitsplan buitengebied
2013
4 gemeentes
12 5. Communicatie a. strategie Vanuit het programma Deltapoort is het van belang de samenhang en de integraliteit van het programma als totaal te waarborgen. Om het programma als geheel te positioneren, de binding met betrokkenen te vergroten en het gebied zichtbaar te maken door het laten zien van concrete projecten wordt de strategie informeren, dialogiseren en formeren (aangaan van samenwerkingen) gevolgd. Het programmabureau is verantwoordelijk voor een heldere eenduidige boodschap op programmaniveau en faciliteert de afstemming met partners over de communicatie (bevorderen van de samenwerking).. Binnen de ontwikkelopgaves en projecten is het overall doel om betrokkenen te informeren over de opgave en waar mogelijk betrekken bij de invulling van de opgave De communicatie inzet vanuit ontwikkelopgaven sluit aan bij de communicatie inzet op programmaniveau. Communicatie aanpak grondgebonden landbouw Om een realistisch beeld van de potenties van de grondgebonden landbouw in dit gebied te krijgen, is het belangrijk om vertrouwen op te bouwen met de agrariërs. Hiervoor zijn keukentafelgesprekken een goed middel. Binnen de ontwikkelopgave Grondgebonden Landbouw draagt communicatie inzet bij aan het verwezenlijken van de doelstellingen. Voor met name de doelstellingen verbreding grondgebonden landbouw zal kennis overgebracht moeten worden over de begrippen verbreding en stadslandbouw. Voorlichting en educatie kunnen zorgen voor verbetering van het draagvlak. Ook kan het ervoor zorgen dat landbouw en recreatie elkaar minder tot last zijn. Mijlpalen waar binnen de opgave grondgebonden landbouw communicatief aandacht aan besteed kan worden zijn: - definitief plan van aanpak - uitkomsten verschillende onderzoeken - ontmoetingsbijeenkomst stadslandbouw - start en eindresultaat Pilot - miniconferentie - inspiratiedagen b. middelen Ten behoeve van de doelstelling verbreding/vermarkting grondgebonden landbouw zal een separaat communicatietraject uitgelijnd worden. Communicatie inzet daaruit voortvloeiend kan zijn: symposium, inspiratiedagen, excursies, pilot stadslandbouw (zichtbaar maken), aansluiting en samenwerking met de LTO bij mini conferenties/inspiratiedagen. Ook kunnen door middel van bijvoorbeeld informatiepanelen passerende recreanten meer leren over de gewassen die geteeld worden op aanpalende percelen. Op recreatieve knooppunten en toegangswegen kan op deze manier ook informatie aangeboden worden over de landbouw, de soorten gewassen en de relatie met het dagelijkse voedingsbehoeften. Hiernaast kan aansluiting worden gezocht bij initiatieven van derden, zoals een promotiestandje bij Greensparade, 28/29 september in Barendrecht en communiceren via het prikbord bij het Weetpunt. Directe communicatie in de vorm van persoonlijke gesprekken met grondeigenaren en pachtende agrariërs zijn heel belangrijk. Er zal veel energie in gestoken moeten worden om een goede vertrouwensband op te bouwen, wat noodzakelijk is voor het halen van de doelen.
13 Communicatie richting grondeigenaren en pachters over plannen die niet door gaan moet vanuit de gemeentes gedaan worden. Voor wat betreft het positioneren van de opgave in relatie tot het programma Deltapoort kan de werkgroep gebruik maken van communicatiemiddelen en -momenten die vanuit het programmabureau Deltapoort worden ingezet: - Communicatiekalender Deltapoort Inzicht in communicatie/interactiemomenten Deltapoort en ontwikkelopgaven. Maandelijkse update vanuit programmabureau. - E-bericht Informeren intern (inclusief betrokken werkgroeppartners) betrokkenen van programma Deltapoort over ontwikkelingen, terugkoppelingen, resultaten studies ed. - Website zuidvleugel/deltapoort.nl Informeren inwoners Zuid-Holland over opgave Grondgebonden Landbouw Deltapoort. Op korte termijn zal een subpagina Grondgebonden Landbouw ontwikkeld worden. - Netwerkbijeenkomst Vanuit het programmabureau Deltapoort wordt 2x per jaar een netwerkbijeenkomst Deltapoort georganiseerd. Doel is kennismaken met elkaar en elkaar informeren over ontwikkelingen binnen Deltapoort
6. Kwaliteitsborging Er worden door het programmabureau afstemmingsmomenten georganiseerd tussen de trekkers van de verschillende thema’s. Tevens kan er bij raakvlakken tussen twee thema’s bilateraal overleg plaatsvinden tussen de trekkers. Afstemming met de bestuurlijk trekker is in overleg. Ook is het handig om als trekkers elkaar te betrekken bij bestuurlijke momenten en communicatieuitingen om te zien of er samenwerking mogelijk is.