Plan-MER Afbakening kleinstedelijk gebied Tielt

Plan-MER Afbakening kleinstedelijk gebied Tielt Niet technische samenvatting

Definitief

Provincie West-Vlaanderen

Grontmij Vlaanderen Gent, november 2011

Verantwoording Titel

:

Plan-MER Afbakening kleinstedelijk gebied Tielt

Subtitel

:

Niet technische samenvatting

Projectnummer

:

290167

Referentienummer

:

Revisie

:

1

Datum

:

november 2011

Auteur(s)

:

MER-deskundigen

E-mail adres

:

[email protected]

Gecontroleerd door

:

Xenia Goessens

Paraaf gecontroleerd

:

Goedgekeurd door

:

Paraaf goedgekeurd

:

Contact

:

Rik Houthaeve

Grontmij Vlaanderen N.V. Meersstraat 138A T +32 9 241 59 20 F +32 9 241 59 30 [email protected] www.grontmij.be

290167_planMER Afbakening Tielt_niet technische samenvatting, Revisie 1 2

Inhoudsopgave

1

Beschrijving plan ......................................................................... 4

2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5

Algemene informatie ................................................................... 5 Administratieve voorgeschiedenis .............................................. 5 Doelstellingen van het plan......................................................... 5 Reikwijdte en detailleringsgraad van het plan ............................ 5 Uitwerking inrichtingsconcepten ................................................. 5 Alternatieven ............................................................................... 6

3 3.1 3.2

Mobiliteit ...................................................................................... 8 Referentiesituatie ........................................................................ 8 Effectbespreking en milderende maatregelen ............................ 8

4 4.1 4.2

Geluid en trillingen .................................................................... 10 Referentiesituatie ...................................................................... 10 Effectbespreking en milderende maatregelen .......................... 10

5 5.1 5.2

Lucht ......................................................................................... 11 Referentiesituatie ...................................................................... 11 Effectbespreking en milderende maatregelen .......................... 12

6 6.1 6.2

Bodem....................................................................................... 13 Referentiesituatie ...................................................................... 13 Effectbespreking en milderende maatregelen .......................... 13

7 7.1 7.2

Grondwater ................................................................................14 Referentiesituatie.......................................................................14 Effectbespreking en milderende maatregelen ...........................14

8 8.1 8.2

Oppervlaktewater.......................................................................15 Referentiesituatie.......................................................................15 Effectbespreking en milderende maatregelen ...........................15

9 9.1 9.2

Fauna en flora............................................................................16 Referentiesituatie.......................................................................16 Effectbespreking en milderende maatregelen ...........................16

10 10.1 10.2

Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie .....................17 Referentiesituatie.......................................................................17 Effectbespreking en milderende maatregelen ...........................18

11 11.1 11.2

Mens ..........................................................................................19 Referentiesituatie.......................................................................19 Effectbespreking en milderende maatregelen ...........................20

12 12.1 12.2 12.3 12.4

Synthese ....................................................................................21 Synthese ....................................................................................21 Synthesetabel ............................................................................25 Beoordeling milderende maatregelen........................................31 Vertaling milderende maatregelen.............................................39


1

Beschrijving plan

-

In uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen dien de provincie West-Vlaanderen het kleinstedelijk gebied Tielt af te bakenen. Om het stedelijk gebied Tielt te versterken worden in de voorstudie van de afbakening van het kleinstedelijk gebied verschillende acties voorgesteld. De acties die op provinciaal niveau worden uitgewerkt, worden vertaald in volgende vier deelRUPs: -

DeelRUP 1: Gemengd regionaal bedrijventerrein Tielt Noord: Dit planelement betreft de uitbreiding van het bestaande regionale bedrijventerrrein dat ingesloten is tussen de N35 richting Deinze en de N37 richting Aalter. Er wordt een uitbreiding met ca. 45 ha vooropgesteld. De bestaande woningen worden behouden en worden geïntegreerd in het plangebied. Binnen het planelement wordt de mogelijkheid tot het inrichten van windturbines mee onderzocht.

-

DeelRUP 2: Kleinhandelszone Fonteinestraat: De kleinhandelszone is gelegen ter hoogte van het kruispunt N35 met de Egemsesteenweg. Het gebied omvat de bestaande GB en wordt ontsloten middels de Fonteinestraat. De totale oppervlakte van het gebied (inclusief de terreinen van GB) bedraagt va. 2,3 ha.

-

DeelRUP 3: Zuidelijk stadsrandbos: Het gebied is gelegen in het zuidelijk deel van Tielt, en grenst in het noorden aan de bestaande spoorlijn. Het uitgangspunt betreft het realiseren van een 15 ha groot stadsrandbos.

DeelRUP 4: Zuidoostelijk landschapspark: Het gebied is gelegen in het zuidwestelijk deel van Tielt en grenst in het noorden aan de bestaande spoorlijn. Deze site wordt ingericht als toegankelijk landschapspark met weilanden, kleine landschapselementen, zachte recreatieve routes en landschappelijk geïntegreerde openluchtrecreatie (bv. voetbalvelden), met behoud van de visuele relatie tussen de stadskern en de poelberg.

290167_ planMER Afbakening Tielt_niet technische samenvatting, Revisie 1 4

2

Algemene informatie

delijk gebied] voor het ruimtelijk beleid binnen het stedelijk gebied kunnen gekoppeld worden. De doelstelling van het plan wordt gedurende het verdere planningsproces verfijnd, geherformuleerd en herwerkt tot een voorontwerp van rup.

2.3

2.1

Administratieve voorgeschiedenis

De selectie van Tielt in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen als kleinstedelijk gebied op provinciaal niveau werd opgenomen en verder uitgewerkt binnen het Ruimtelijk Structuurplan Provincie West-Vlaanderen. De afbakening van de structuurondersteunende kleinstedelijke gebieden gebeurt door de provincie in nauw overleg met het Vlaams Gewest en de betrokken gemeenten. In het kader van deze afbakening werd door de Provincie West-Vlaanderen de opdracht uitgeschreven tot het opmaken van een voorstudie van het afbakeningsproces. Deze voorstudie bestaat enerzijds uit het trekken van een grens rond het gebied waar een stedelijk gebiedbeleid gevoerd zal worden. Anderzijds is een actieprogramma voor het te voeren stedelijk gebiedbeleid uitgewerkt.

2.2

Doelstellingen van het plan

Het afbakeningsplan voor het kleinstedelijk gebied Tielt wordt vastgelegd in het PRUP en vertaalt deze doelstellingen in een ruimtelijk aanbodbeleid [op schaalniveau van het stedelijk gebied] voor bijkomende woningen, regionale bedrijventerreinen en andere stedelijke voorzieningen. Binnen de grenslijn van het kleinstedelijk gebied worden mogelijke locaties voor deze verschillende doelstellingen onderzocht. De grenslijn vormt tevens een ruimtelijk referentiekader waaraan concrete acties [programmatische elementen, herbestemmingen en suggesties voor mogelijke acties in het ste-

Reikwijdte en detailleringsgraad van het plan

De reikwijdte van het voorgenomen plan betreft maatregelen in de ruimtelijke ordening, in casu het wijzigen van de bestemming van gebieden die bijdragen tot de doelstelling. Het is mogelijk dat voor de samenhang en de rechtszekerheid of door het werken op een kadasterplan als achtergrond bepaalde aangrenzende gebieden/percelen worden meegenomen in het plan. De reikwijdte van het planMER is ruimer dan het plangebied, het is meer bepaald het plangebied uitgebreid met het gebied tot waar de effecten van het voorgenomen plan reiken, het studiegebied dus. De detailleringsgraad van het voorgenomen PRUP bestaat uit het volgende: - Een bestemmingsvoorschrift voor regionale bedrijvigheid waarin de toegelaten werken worden vastgelegd en waarin wordt aangegeven wat met de niet benutte ruimte, na aanleg van de infrastructuur, zal gebeuren; - Een bestemmingsvoorschrift voor de aanleg van de kleinhandelszone; - Een bestemmingsvoorschrift voor de realisatie van het zuidelijk stadsbos; - Een bestemmingsvoorschrift voor de realisatie van het zuidoostelijk landschapspark.

2.4

Uitwerking inrichtingsconcepten

Parallel aan de uitwerking van het planMER werd ontwerpend onderzoek uitgevoerd in het kader van mogelijke inrichtingsscenario’s voor de verschillende plangebieden. Deze inrichtingsprincipes zijn echter mede af-


hankelijk van de dwingende bepalingen die in het MER worden opgenomen, zijnde de milderende maatregelen die noodzakelijk zijn om de significant negatieve effecten tot een minimum te reduceren. Om de voorgestelde milderende maatregelen zo concreet mogelijk te vertalen in het PRUP, werd tijdens de opmaak van het planMER een workshop georganiseerd. Tijdens deze workshop werd in nauw overleg tussen de initiatiefnemer, de MER-coördinator en de ruimtelijk planner als opsteller van het PRUP getracht om de resultaten van het planMER maximaal te laten doorwerken in de bepalingen en de inrichtingsprincipes van het PRUP.

2.5

Alternatieven Nulalternatief

Uit de voorstudie van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Tielt (zie bijlage) wordt een duidelijke behoefte aan ruimte voor bedriivigheid, kleinhandel en stedelijk groen. Het nulalternatief wordt dan ook niet weerhouden als volwaardig alternatief. Locatiealternatieven regionale bedrijvigheid Initieel werden acht locaties gedefinieerd. Deze locaties werden in een eerste fase geëvalueerd vanuit enerzijds de grensstellende elementen en anderzijds de gewenste open-ruimtestructuur. Hieruit werden vijf locaties weerhouden. De resterende vijf locaties werden vervolgens afgetoetst aan volgende criteria: Mobiliteit Aantasting open ruimte Verenigbaarheid met landbouw, natuur en wonen Potenties voor landschappelijke inpassing en uitbreiding op langere termijn De rechtstreekse ontsluiting naar het hogere wegennet en het vrijwaren van natuur en wonen werden als doorslaggevende argumenten genomen

om nog twee locaties over te houden. De gekozen locatie heeft het voordeel dat het aansluit bij het bestaande bedrijventerrein. Voor de ontwikkeling van dit plangebied dient HAG ingenomen te worden. Dit dient gecompenseerd te worden cfr. De vigerende wetgeving. Locatiealternatieven stedelijk groen Initieel werden acht locaties gedefinieerd. Deze locaties werden in een eerste fase geëvalueerd vanuit enerzijds de grensstellende elementen en anderzijds de gewenste open-ruimtestructuur. De resterende drie locaties werden vervolgens afgetoetst aan volgende criteria: - Bereikbaarheid - Gebruikswaarde - Versterken van de natuurlijke structuur - Significante oppervlakte, potenties op lange termijn - Inpassing in een recreatief netwerk - Potenties voor de landschappelijke structuur. Eén site ten zuidoosten van Tielt komt in aanmerking voor de realisatie van een toegankelijk landschapspark. Deze keuze is conform de visie op de afbakening van de open ruimte. Eén site, ter hoogte van de oude spoorweg Tielt-Meulebeke, komt in aanmerking voor de inrichting van een (speel)bos. Deze site sluit aan op bestaande en nieuwe woonprojecten, zodat het speelbos nabij de stedelijke woonwijken ligt. Voor de ontwikkeling van dit plangebied dient HAG ingenomen te worden. Dit dient gecompenseerd te worden cfr. De vigerende wetgeving. Locatiealternatieven kleinhandel De mogelijke locatie voor kleinhandel dient te grenzen aan een bestaande concentratiezone van handel en dient goed ontsluitbaar te zijn. Slechts één locatie komt hiervoor in aanmerking, nl. de ruimte palend aan de GB, rond het kruispunt N35/Egemsesteenweg.


Inrichtingsalternatieven Inrichtingsalternatieven maken geen onderwerp uit van het uiteindelijke planMER maar kunnen aan bod komen bij de eventuele latere uitwerking van het projectMER/ontheffing. In het planMER zullen echter, indien mogelijk, suggesties/milderende maatregelen met betrekking tot de inrichting van de planelementen geformuleerd worden. In samenspraak met de opsteller van het PRUP werd tijdens een bilateraal overleg getracht om de resultaten van het planMER maximaal te vertalen in de bepalingen en inrichtingsprincipes van het PRUP. Op deze manier worden de noodzakelijk geachte milderende maatregelen en aandachtspunten maximaal meegenomen in de inrichting van de deelgebieden.


3

3.1

Mobiliteit

Referentiesituatie

Het huidige bedrijventerrein ontsluit zowel op de N37 als op de N35 via de Galgenveldstraat. Het kruispunt met de N37 is momenteel voorranggeregeld. Op de N37 is een afslagstrook voorzien voor het verkeer komende van Ruiselede. Het kruispunt met de N35 is lichtengeregeld. Op de N35 zijn afslagstroken voorzien in beide richtingen. Ook vanuit de Galgenveldstraat zijn afslagstroken voorzien. Er zijn diverse verbindingen met het BFF en er is een minimumaanbod aan openbaar vervoer aanwezig, zij het niet optimaal van frequentie. Momenteel zijn er geen doorstromingsproblemen op de N37 en de N35. De ongevallenconcentraties liggen ter hoogte van de kruispunten van de Galgenveldstraat met de N37 en de N35, alsook op het kruispunt van de Galgenveldstraat met de Kanegemstraat en op de Galgenveldstraat zelf. Planelement 2 is bereikbaar via de Fonteinestraat die parallel loopt aan de Ringlaan en aansluit op de Egemsesteenweg. Het kruispunt is voorranggeregeld. Op de Egemsesteenweg zijn geen afslagstroken voorzien. De aantakking ligt zeer kort na het kruispunt van de Egemsesteenweg met de Ringlaan (lichtengeregeld). Er zijn diverse verbindingen met het BFF en er is een minimumaanbod aan openbaar vervoer aanwezig, zij het niet optimaal van frequentie. Momenteel zijn er geen doorstromingsproblemen op de N37-Ringlaan en op de Egemsesteenweg –Deken Darraslaan.

Planelement 3 wordt doorkruist door de Abeelstraat van noord naar zuid. Ongeveer halverwege maakt de Marialoopkouterstraat een verbinding tussen de Abeelstraat en de Marialoopsesteenweg. Richting station takt de Dertig Zilverlingenstraat nog aan op de Bedevaartstraat. De oude spoorwegbedding en de Bedevaartstraat-Marialoopsesteenweg zijn onderdeel van het BFF. De Meulebeeksesteenweg (gemarkeerde aanliggende) en de Seyntexlaan zijn lokale fietsroutes. Er liggen geen recreatieve routes van het fietsknooppuntennetwerk in of in de omgeving. In planelement 4 zijn enkel landbouwwegen aanwezig. In het noordoosten ligt de Dentergemstraat. De Gruuthusestraat-Wakkense-steenweg (gemarkeerde aanliggende fietspaden) is onderdeel van het BFF. De zuidoostelijke ringweg is een lokale fietsroute. De Dentergemstraat is onderdeel van het recreatieve fietsknooppuntennetwerk.

3.2

Effectbespreking en milderende maatregelen

Wat betreft de effecten op de verkeersintensiteiten en verkeersdoorstroming zijn deze enkel van belang bij planelement 1 en 2. Bij een ontwikkeling van 45 ha regionale bedrijvigheid zal de bijkomende verkeersgeneratie tijdens de avondspits geen doorstromingsproblemen geven op de N37 en de N35. Er is geen zicht op de intensiteiten van de Kanegemstraat ter hoogte van het bestaande bedrijventerrein (enkel ter hoogte van de Zegersstraat, dit is op het einde van het bestaande bedrijventerrein en ter hoogte van het nieuw te ontwikkelen bedrijventerrein) en de Galgenveldstraat alsook niet van de kruispunten met de Galgenveldstraat met de N35 en de N37. Het effect op de doorstroming kon hier niet berekend worden. Ter hoogte van de Zegersstraat kan wel gesteld worden dat de Kanegemstraat de bijkomende verkeersgeneratie als gevolg van het nieuwe bedrijventerrein op een vlotte manier zal kunnen afwikkelen. Er worden hier geen problemen met de doorstroming verwacht.


De ontwikkeling van planelement 2 impliceert een toename van verkeer tijdens de avondspits met ongeveer 77 pae/u in worst case. Er worden hierdoor geen doorstromingsproblemen verwacht op de Egemsesteenweg en de N327 - Deken Darraslaan, noch op de Ringlaan. Aldus zijn er geen significant negatieve effecten te verwachten op de doorstroming ten gevolge van de ontwikkeling van planelementen 1 en 2. Het ontwikkelen van bijkomende ruimte voor bedrijvigheid zal een verhoging van het risico ter hoogte van de bestaande potentiële conflictpunten, kruispunt Kanegemstraat-Galgenveldstraat, Galgenveldstraat –N37 en Galgenveldstraat – N35, tot gevolg hebben. Er worden geen bijkomende conflictpunten gegenereerd. Een continue monitoring van de verkeersstromen en ongevallen op deze kruispunten en wegen is aangewezen zodat eventueel een aangepaste inrichting van deze conflictpunten en wegen kan voorgesteld worden, met extra aandacht voor de fietsers. Het ontwikkelen van bijkomende ruimte voor kleinhandel en kantoren zal een verhoging van het risico ter hoogte van de bestaande potentiële conflictpunten, kruispunt Fonteinestraat-Egemsesteenweg en Egemsesteenweg–N37 (met heel wat fietsers) tot gevolg hebben. Er worden geen bijkomende conflictpunten gegenereerd. Het effect wordt als matig negatief () beoordeeld. Het kruispunt Egemsesteenweg –N37 zal aangepast worden in het kader van de herinrichting van de Ringlaan. Het effect op de verkeersveiligheid bij het ontwikkelen van planelementen 3 en 4 wordt als verwaarloosbaar (0) beoordeeld. Wat betreft de verkeersleefbaarheid is vooral het gegenereerde (zwaar) verkeer tgv. de ontwikkeling van bijkomende regionale bedrijvigheid van belang. Rekening houdend met de beperkte aanwezigheid van woningen in het gebied en langsheen de N37 en N35 wordt de impact op de verkeersleefbaarheid als matig negatief (-) beoordeeld. Er worden geen effecten inzake bereikbaarheid verwacht.


4

4.1

Geluid en trillingen

Referentiesituatie

De belangrijkste geluidsbronnen die het omgevingsgeluid in de huidige situatie in het studiegebied bepalen zijn de aanwezige industriegebieden verspreid over het grondgebied van Tielt (industriezone Noord, Industriezone Huffesel en industriezone Zuid), het wegverkeer op de N37, Ringlaan, N35, Egemsesteenweg, Zuiderring en ander plaatselijk verkeer op iets minder drukke wegen (vooral Kanegemstraat). Voor de woningen langsheen de Ringlaan, N35 en de N37 werden zeer hoge geluidsniveaus vastgesteld die de huidige normering overschrijden. Ook een spoorlijn doorheen het grondgebied is meebepalend voor het omgevingsgeluid. 4.2


Doordat het volledige gebied herbestemd wordt als industriegebied, zal de grenswaarde conform de VLAREM-wetgeving toenemen. Dit impliceert een verhoging van de grenswaarde die momenteel van toepassing is voor de woningen in het gebied. Daarom is het aangewezen om de bestaande grenswaarde voor een nieuwe inrichting voor de dag, avond – en nachtperiode te behouden, maar ook hierdoor kan het omgevingsgeluid nog tussen de 3 à 6 dB(A) stijgen. Dit betekent dat er, rekening houdend met de aanwezigheid van woningen in de onmiddellijke omgeving van het plangebied, ofwel voor geluidsarme activiteiten zal moeten kiezen ofwel het bedrijf op zich zware investeringen zal moeten doen opdat aan de voorgestelde grenswaarde voldaan blijft. Het is aangewezen zeker rekening te houden met de indicatieve afstanden tot de diverse activiteiten:

-

Puinbrekerijen (beton, mengpuin,..) 300 à 700 m

-

Laad, los, en overslagbedrijven t.b.v.binnenvaart – ertsen, mineralen,.. 300 à 700 m

-

Autoparkeerterreinen 30 m

-

RWZI’s 100 à 300 m

-

Afvalverwerkingsbedrijven 100 à 300 m

-

Composteerbedrijven 100 m

Zuivelproducten fabrieken 300 à 500 m Meelfabrieken 200 à 300 m Koffiebranderijen 200 m Bierbrouwerijen 100 m Houtzagerijen 100 m Betoncentrales 100 à 300 m Elektriciteitsbedrijven – gasgestookt 500 m WKK (kleine installaties) 100 m Windturbines 200 à 300 m Groothandel allerlei 30 tot 100 m Kolenterminal 500 m Detailhandel 10 à 50 m Laad, los, en overslagbedrijven t.b.v.binnenvaart – containers: 300 m

Breekinstallaties worden toegelaten op het bedrijventerrein mits zij ingeplant kunnen worden op een minimale afstand van 500m tov woningen. Nieuwe inrichtingen dienen een voorafgaande geluidstudie te laten opmaken en tijdens de exploitatie van de inrichting is een monitoring van het geluidsklimaat noodzakelijk om na te gaan welke milderende maatregelen er genomen moeten worden om de geluidshinder voor de omwonenden tot een minimum te beperken. Voor planelement 2 zijn geen effecten op het geluidsklimaat te verwachten gezien de aard van de activiteiten en het feit dat het huidige geluidsklimaat momenteel reeds sterk gedomineerd wordt door het wegverkeer op de Ringlaan. Voor planelementen 3 (stadsrandbos) en 4 (landschapspark) zijn gezien de aard van de inrichting geen effecten op het geluidsklimaat te verwachten.


5

Lucht

We kunnen dan ook besluiten dat de algemene luchtkwaliteit ter hoogte van Tielt voor alle geselecteerde luchtverontreinigende stoffen in de huidige situatie gerespecteerd worden. Plaatselijk kan de luchtverontreiniging als gevolg van specifieke bronnen verhoogd zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval in de directe omgeving van drukke wegen. De verkeersvoertuigen verbruiken immers fossiele brandstoffen en veroorzaken luchtverontreiniging van vooral stikstofoxiden en fijn stof. Uit berekeningen blijkt dat in de huidige situatie de jaargrenswaarden langs een aantal wegen overschreden worden (zie onderstaande tabel).

5.1

Referentiesituatie Tabel 5-1: Huidige situatie. Overzicht van de immissieconcentraties langs de geselec-

De VMM baat in Vlaanderen een meetnet van luchtverontreinigende stoffen uit. Met behulp van deze meetgegevens berekende de VMM de luchtkwaliteit over gans Vlaanderen.

teerde wegen. wegvak

NO2

PM10

jaarge-

jaarge-

PM2,5 ntl overschrij- jaarge-

middelde middelde dingen dag-

In de huidige situatie bedraagt de jaargemiddelde concentratie voor stikstofdioxide (NO2) ca. 20 µg/m3. Deze waarde is lager dan de wettelijke waarde van 40 µg/m3, zodat de kwaliteitsdoelstelling voor NO2 gerespecteerd wordt. Voor fijn stof (PM10) worden in de omgeving Tielt jaargemiddelde concentraties berekend van 30 tot 35 µg/m3. De wettelijke waarde bedraagt 40 µg/m3, zodat deze luchtkwaliteitsdoelstelling gerespecteerd wordt. Naast de jaargemiddelde concentratie bestaat ook een luchtkwaliteitsdoelstelling voor de daggemiddelde concentratie. Op jaarbasis mag de daggemiddelde concentratie van 50 µg/m3 slechts 35 keren overschreden worden. Op basis van berekeningen van de VMM wordt de daggemiddelde concentratie te Tielt 30,1 à 35 keren overschreden. De daggrenswaarde voor fijn stof wordt bijgevolg nipt gerespecteerd. De concentratie van zeer fijn stof bedraagt te Tielt ca. 21 µg/m3. De grenswaarde van 25 µg/m3 wordt bijgevolg gerespecteerd.

3

3

middelde

omschrijving

(µg/m )

(µg/m )

grenswaarde

(µg/m3)

1. N37 Tieltstraat (kmpt 14,3)

40,5

34,4

50

23,7

3. N37 Ringlaan tss Ruiseleedsestnweg en Wingensestnwg

44,7

35,4

55

24,6

5. N37 Ringlaan (kmpt 12,8)

43,1

35,0

53

24,4

7. N37 Ruiseleedsesteenweg

16,7

31,0

34

21,3

9. N37 Ringlaan thv Ruiseleedsesteenweg

16,7

31,0

34

21,3


16,7

31,0

34

21,3

13. St-Jansstraat

16,7

31,0

34

21,3

15. N37 Ringlaan thv Egemsesteenweg

16,7

31,0

34

21,3

17. Egemsesteeenweg

27,8

32,8

42

22,6

19. N37 Pittemsesteenweg

16,7

31,0

34

21,3

21. N327 Deken Daraslaan

52,3

36,5

62

25,5

23. N37 Ruiseleedsesteenweg

32,6

31,9

37

22,2

24. N35 Deinsesteenweg

28,2

31,2

34

21,7

25. Kanegemstraat

21,8

30,2

30

21,0

26. Marialoopsesteenweg

16,7

31,0

34

21,3


5.2


Van de vier voorziene planelementen zijn alleen de twee volgende van belang voor luchtverontreiniging: Planelement 1: 45 ha regionale bedrijvigheid; Planelement 2: kleinhandel. Beide planelementen genereren verkeer en hebben bijgevolg een invloed op de luchtkwaliteit langs de wegen. De concentraties langs de wegen zullen als gevolg van het plan voor NO2 toenemen langs volgende straten: N37 Tieltlaan, N37 Ringlaan, N37 Ruiseleedsesteenweg, N35 Deinzesteenweg en de Kanegemstraat. Langs de overige wegen zal de bijdrage van het plan verwaarloosbaar zijn. Voor fijn stof geldt voor het aantal overschrijdingen van de daggrenswaarde vrijwel hetzelfde. Het aantal overschrijdingen zal als gevolg van de bijkomende verkeersintensiteit toenemen langs volgende wegvakken: N37 Tieltlaan, N37 Ringlaan, Egemsesteenweg, N37 Ruiseleedsesteenweg, N35 Deinzesteenweg en de Kanegemstraat. Langs de overige wegen zal de bijdrage van het plan verwaarloosbaar zijn. De realisatie van planelement 1 (bedrijventerrein) zal naast verkeersemissies ook bedrijfsemissies tot gevolg hebben. Vooral de emissies van stikstofoxiden zijn mogelijk belangrijk, de emissies van fijn stof zullen minder uitgesproken zijn, tenminste als zich geen bedrijven met grote stofemissies op het bedrijventerrein zullen vestigen. De kern van Tielt bevindt zich bij de overheersende windrichting (ZW-wind) windopwaarts het bedrijventerrein. De invloed op de jaargemiddelde concentratie zal in de richting van de stadskern daardoor beperkt blijven. In noordoostelijke richting zal de bijdrage van het bedrijventerrein aan de luchtkwaliteit eveneens beperkt zijn. De luchtkwaliteitsdoelstellingen blijven alleszins gerespecteerd. Alleen bij slechte weersomstandigheden (slechte verdunning) kan de invloed tot op ca. 1 km van het bedrijventerrein merkbaar zijn.

Voor planelement 2 zijn vooral de verkeersemissies belangrijk. In de winterperiode is er ook een bijdrage ten gevolge gebouwenverwarming. Deze bijdrage zal echter zeer beperkt tot verwaarloosbaar zijn. Als gevolg van verbeterde technologieën en strengere wetgeving wordt algemeen verwacht dat de luchtkwaliteit in de komende jaren sterk zal verbeteren. In 2020 zal de luchtkwaliteit te Tielt beter zijn dan in 2011 zelfs bij realisatie van het plan. Nochtans zullen ook in 2020 de luchtkwaliteitsdoelstellingen langs een aantal wegen niet gerespecteerd worden. Bij voorkeur wordt langs deze wegen een bufferzone aangelegd waarbinnen de woonfunctie niet langer wordt voorzien. Waar mogelijk worden deze bufferzone beplant, zodat een fractie van de luchtverontreiniging wordt afgevangen. De breedte van deze bufferzones zijn opgenomen in onderstaande tabel: Tabel 5-2: Breedte van de zones langs de wegen waarlangs de kwaliteitsdoelstellingen in 2020 waarschijnlijk niet zullen gerespecteerd worden breedte bufferzone vanaf de as van de

wegvak

weg (meter)

1. N37 Tieltstraat (kmpt 14,3)

25

3. N37 Ringlaan tss Ruiseleedsestnweg en Wingensestnwg

30

5. N37 Ringlaan (kmpt 12,8)

30


20


10

13. St-Jansstraat

10

15. N37 Ringlaan thv Egemsesteenweg

30

17. Egemsesteeenweg

15

19. N37 Pittemsesteenweg

30

21. N327 Deken Daraslaan

30


6

Bodem

6.2


De belangrijkste effectgroep op planniveau bij de discipline bodem is de effectgroep bodemzetting. Bodemzetting treedt op ten gevolge van een langdurige belasting of ontwatering (bemaling) van slappe (samendrukbare) bodemlagen (klei en veen). Aangezien er aan de rand van de invloedssfeer van bemaling van planelement 1 zettinggevoelige bodems voorkomen wordt dit als matig negatief beoordeeld. De bodemzetting ten gevolge van langdurige belasting wordt ondervangen in het technische ontwerp. 6.1

Referentiesituatie

Het studiegebeid wordt gekenmerkt doordat de kern van Tielt gelegen is op een ‘plateau’. Het studiegebied situeert zich in de zandleemstreek. Het lager gelegen valleigebied wordt gekenmerkt door een hoger bodemvochtgehalte. Bovendien zijn de valleigebieden meer uitgesneden en worden ze gekenmerkt door alluviale kleiafzettingen.

Maatregelen, zoals retourbemaling en alternatieve uitvoeringstechnieken kunnen de invloedssfeer van bemaling en zo ook het effect van bodemzetting inperken.

Figuur 6-1: Bodemkaart


7

Grondwater 7.2

7.1

Referentiesituatie


Het belangrijkste effect dat kan optreden is verspreiding van de aanwezige grondwaterverontreiniging ten gevolge van bemaling. Het is dan ook belangrijk om, indien bemaling noodzakelijk is, de invloedsstraal van deze bemaling maximaal te beperken door specifieke bemalingsmethoden toe te passen. (bv. retourbemaling, gesloten bouwput,…). Specifiek ter hoogte van planelement 1 dient aandacht besteed te worden aan het maximaliseren van infiltratie om de impact op de grondwaterkwantiteit ten gevolge van de toegenomen verharde oppervlakte te minimaliseren.

De bovenste watervoerende laag wordt gevormd door het Quartaire Aquifersysteem. Volgens de grondwaterkwetsbaarheidskaart wordt een gedeelte van planelement 1 en planelement 2 als weinig kwetsbaar gekarakteriseerd. De grondwaterkwetsbaarheid voor planelementen 3 en 4 wordt als matig kwetsbaar omschreven. Plaatselijk komen bodem- en grondwaterverontreinigingen voor. Concrete gegevens over de grondwaterstanden zijn nagenoeg niet beschikbaar.

Figuur 7-1: Grondwaterkwetsbaarheidskaart


8

Oppervlaktewater

8.1

Referentiesituatie

Het noordelijk deel van Tielt is gelegen in het bekken van de Gentse Kanalen. Het zuidelijk deel van Tielt behoort tot het Leiebekken. De waterlopen in het studiegebied zijn hoofdzakelijk hemelwatergevoede waterlopen. Hun debiet wordt dus in hoofdzaak gestuurd door de hoeveelheid neerslag. Gezien de hogere ligging van de stedelijke kern van Tielt, zijn overstromingen er weinig voorkomend. De lager gelegen delen, zoals de valleigebieden, zijn op plaatsen met onvoldoende bergingscapaciteit wel overstromingsgevoelig. Planelement 1 wordt doorsneden door enkele waterloe pen van 3 categorie die het gebied afwateren naar de Poekebeek. Ook planelement 2 (kleinhandelszone) watert af naar de Poekebeek. Planelement 3 (stadsrandbos) wordt doorkruist door de Marialoopbeek en de Speibeek ontspringt ter hoogte van planelement 4 (landschapspark)

Figuur 8-1: Hydrografische situering studiegebied (VHA)

8.2


De belangrijkste effecten op het oppervlaktewatersysteem worden verwacht voor planelementen 1 en 2. Door de toename aan verharde oppervlakte zal hemelwater versneld afstromen. Het is essentieel om voldoende ruim gedimensioneerde buffervoorzieningen te realiseren die het afstromende hemelwater kunnen opvangen, waarna het achtereenvolgens infiltreert in de ondergrond of vertraagd wordt afgevoerd naar het oppervlaktewater. Voor planelement 1 is het aan te bevelen dat het een open buffervoorziening betreft, die volgens de principes van natuurtechnische waterbouw wordt aangelegd.


9

Fauna en flora

9.1

Referentiesituatie

In het studiegebied komen in hoofdzaak minder biologische ecotopen voor. Lokaal komen een aantal (zeer) waardevolle elementen voor. Daarnaast worden deze ecotopen gebruikt als habitat door een aantal meer algemeen voorkomende fauna.

Figuur 9-1: Biologische waarderingskaart (versie 2 – INBO)

9.2


Gezien de eerder beperkte biologische waarde van en de beperkte fauna aanwezig in het studiegebied, is de impact van het voorliggend project op de fauna en flora eveneens beperkt. Er worden enkele algemene aanbevelingen gedaan naar de inrichting van de bedrijvigheid (zuinig ruimtegebruik, natuurtechnische inrichting restruimtes en buffersysteem, kwalitatieve groenbuffers, beperken van verlichting aan de oostzijde, …) en de groengebieden (aanplant met inheems, standplaatsgeschikt en bij voorkeur autochtoon genetisch materiaal).


10

Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie

10.1

Referentiesituatie

Het kleinstedelijk gebied Tielt is gelegen binnen het traditioneel landschap ‘Plateau van Tielt’. In de onmiddellijke omgeving komen een drietal relictzones voor, nl. - Omgeving van Mevrouwmolen en Artemeersmolen Kanegem’ (R30067) op 650 m ten oosten van planelement 1, - ‘Meerlandshoek, Willekomkouter, Rijkegemkouter, Pittembergkouter’ (R30066) op 425 m ten noordwesten van planelement 2, - ‘Omgeving Poelbergmolen’ (R30068) ter hoogte van planelement 4. De ‘Poelbergmolen’ (A30033), op 485 m ten zuidoosten van planelement 4, is bovendien afgebakend als ankerplaats. De Centraal Archeologische Inventaris maakt melding van archeologische vindplaatsen in en in de onmiddellijke omgeving van de planelementen. Het betreft vnl. bewoning uit de late Middeleeuwen. Het gekende archeologische erfgoed is echter een beperkte fractie van het gehele archeologische erfgoed. De hoeveelheid ongekend erfgoed is vele malen groter.

Figuur 9-1: Uittreksel landschapsatlas

Planelement 1 valt niet binnen een ankerplaats of relictzone en bevat geen beschermd erfgoed. De zone is op heden in gebruik als akker- en weiland. Het betreft een open landschap met slechts weinig KLE’s (bomenrijen en poelen). Delen van de noordelijke rand en de oostelijke rand van het planelement worden begrensd door zijlopen van resp. de Poekebeek en de Speibeek. Het betreft hier rechtgetrokken waterlopen die de aangrenzende baan- of perceelsranden volgen. Het planelement 2 valt niet binnen een ankerplaats of relictzone en bevat geen beschermd of bouwkundig erfgoed. Het gebied is op heden reeds deels in gebruik door de bestaande GB met parkeerzone. Het overige deel van het planelement wordt ingenomen door een weiland met houtkant. Het planelement 3 valt niet binnen een ankerplaats of relictzone en bevat geen beschermd erfgoed. Het planelement is op heden in hoofdzaak in gebruik als akker- en weiland. De noordelijke randen zijn grotendeels bebouwd. De westelijke randzone wordt ingenomen door de vallei van de


Marialoopbeek (incl. beekbegeleidende vegetatie) en de groenelementen aan de spoorwegzate.

toegelaten worden en is het belangrijk deze windturbines niet bovenop de kamlijn in te planten.

Het planelement valt niet binnen een ankerplaats en bevat geen beschermd erfgoed. Het planelement is wel gelegen binnen de relictzone ‘Omgeving Poelbergmolen’ (R30068). Het planelement is in hoofdzaak in gebruik als weiland en in mindere mate ook akkerland. De westelijke rand is ingenomen door bebouwing. De Speibeek ontspringt ter hoogte van dit planelement. Het planelement betreft een open landschap met een beperkt aantal KLE’s (bomenrijen en poelen).

Gezien het ingesloten karakter van de kleinhandelszone en de afscherming door bestaande infrastructuur (wegenis en bebouwing) worden de effecten op de perceptieve kenmerken en op de erfgoedwaarde beoordeeld als verwaarloosbaar.

10.2


De uitbreiding van het bedrijventerrein gaat gepaard met inname van het open landbouwlandschap, hoger gelegen op het plateau van Tielt. Het planelement sluit echter aan bij bestaande bedrijvigheid en wordt ingesloten door grote lijninfrastructuren (n35, N37. De contextwaarde van enkele elementen van de inventaris bouwkundig erfgoed in en nabij het plangebied wordt mogelijks aangetast door de ontwikkeling van dit gebied. Vanuit de nabijgelegen relictzone Omgeving van Mevrouwmolen en Artemeersmolen Kanegem’ zal de ontwikkeling duidelijk waarneembaar zijn. Met de ontwikkeling van de bedrijvigheid wordt een deel van het open cultuurlandschap aan de rand van het stedelijk gebied ingenomen en wordt het open landbouwlandschap verder aangetast. Een visuele winterharde buffer aan de oostgrens van het terrein is dan ook noodzakelijk. Het planelement sluit echter aan op de bestaande bedrijvigheid en is deels ingesloten tussen de primaire weg type II ‘N37/ Ruiseleedsesteenweg’, de secundaire weg type I ‘N35/ Deinsesteenweg’ en de lokale ontsluitingsweg type II ‘Kanegemstraat’. De discipline landschap benadrukt het belang van de bestaande structuren in het gebied en adviseert om de Caloenstraat en de Boekboomstraat als oostelijke grens aan te duiden. Wat betreft de kavelindeling wordt, rekening houdend met de oost-west georiënteerde kamlijn, de voorkeur gegeven aan noord-zuid georiënteerde kavels. Wat betreft de windturbines kunnen vanuit de discipline landschap geen solitaire windturbines

Bij de inrichting van het stadsbos worden de bestaande landschapskenmerken versterkt. Bij de ontwikkeling van het stadsrandbos en het landschapspark worden de bestaande landschappelijke structuren verder ontwikkeld en versterkt. De inrichting van beide gebieden omvat een opwaardering van de erfgoedwaarde. Het is noodzakelijk om voorafgaand aan de ontwikkeling van de planelementen archeologisch onderzoek uit te voeren.


11

11.1

Mens

Referentiesituatie

Planelement 1 vormt een aaneensloten landbouwgebied dat in directe relatie staat tot het bestaande bedrijventerrein in het westen en tot een groter samenhangend landbouwgebied in het oosten. Ten noorden en ten zuiden wordt het begrensd door bovenlokale wegen, de N37 en de N35. Op heden is het in gebruik als akker- en weiland. De percelen in het gebied behoren tot de gemiddeld tot betere percelen in de streek, kregen een lage waardering op de landbouwtyperingskaart en zijn herbevestigd als agrarisch gebied. Er liggen ook een aantal landbouwbedrijfszetels in het gebied. Langs de N35/ Deinsesteenweg, de Kanegemstraat en de N37/ Ruiseleedsesteenweg komen een aantal woongroepen voor, slechts enkele woningen liggen verspreid in het gebied. De ruimtelijke kwaliteit in het gebied wordt op vandaag al nadelig beïnvloed door de visuele en auditieve aanwezigheid van de N37 en de N35 en het bestaande bedrijventerrein. Planelement 2 is op heden reeds deels in gebruik door de bestaande GB met parkeerzone. Het overige deel van het planelement wordt ingenomen door een grasland. Het planelement zit volledig ingesloten binnen de woonstraten van de Egemsesteenweg en de Poekebeekbron, de Fonteinestraat en N35/N37/N327/Ringlaan. Langs de Egemsesteenweg zijn een viertal woningen gelegen, met hun tuinen grenzend aan het planelement, langs de Poekebeekstraat liggen 10 woningen met hun tuinen grenzend aan het planelement. Voor de woningen gelegen langs de Egemsesteen-

weg en de Poekebeekstraat is de huidige ruimtelijke kwaliteit gering als gevolg van het omgevingsgeluid veroorzaakt door de N37 en de Egemsesteenweg. De tuinen van de woningen langs de Egemsesteenweg hebben wel zicht op een open grasland. Planelement 3 is op heden in hoofdzaak in gebruik als akker- en weiland. Het betreft percelen met een lage waardering volgens landbouwtyperingskaart en het gebied is niet herbevestigd als agrarisch gebied. De noordelijke randen zijn grotendeels bebouwd. Het planelement omvat de woonlinten aan de Huffeselestraat, de Dertig Zilverlingenstraat en de Blekerijstraat, de sociale woonwijk aan de Marialoopsesteenweg en een bundel van zonevreemde woningen aan de Abeelstraat. Daarnaast komen er verspreid in het gebied nog een aantal landbouwbedrijfsgebouwen voor. In het zuiden staat deze open ruimte nog in duidelijke relatie met het groter samenhangend landbouwgebied. Het planelement wordt begrensd door de oude spoorwegzate, de Bedevaartstraat, de Marialoopsesteenweg, de Marialoopkouterstraat, de Abeelstraat en de Sint-Amandstraat. De ruimtelijke kwaliteit van het gebied valt als vrij hoog te typeren. Het omgevingsgeluidsniveau is er gunstig. Het planelement 4 is in hoofdzaak in gebruik als weiland en in mindere mate ook akkerland. Het betreft percelen met een hoge waardering volgens landbouwtyperingskaart en het gebied is niet herbevestigd als agrarisch gebied. De westelijke rand is ingenomen door bebouwing en omvat woningen, een instelling voor mensen met beperkingen, een basisschool en een zonevreemd bedrijf aan de Gruuthusestraat. Binnen het planelement komt tevens de hoeve “Ten Driessche” aan de Dentergemstraat voor. Het gebied is recent van het aansluitende open landbouwgebied werd afgesneden door de aanleg van de zuidoostelijke tangent. Er sluiten meerder recreatieve routes aan op de site. Het gaat om een zeer open gebied met een relatief hoge ruimtelijke kwaliteit. Het omgevingsgeluidsniveau is er echter nog gunstig.


11.2


De belangrijkste impact wordt verwacht ten gevolge van planelement 1. De realisatie van 45 ha bijkomende bedrijvigheid betekent een aanzienlijk verlies aan landbouwgronden, gelegen binnen het herbevestigd agrarisch gebied. De meeste gronden hebben wel een matige tot lagere landbouwgevoeligheidscore. Slechts 16% heeft een hoge score. Het voorzien van flankerende maatregelen voor de getroffen landbouwers (grondenruil, billijke vergoeding, compensatie, …) is noodzakelijk.

De grootste positieve impact op de ruimtelijke structuur en samenhang zijn te verwachten bij planelement 1, 3 en 4 en betekenen een belangrijke bijdrage aan de verdere uitbouw van de economische en recreatieve structuur van het stedelijke gebied Tielt. Er zijn geen significante effecten te verwachten aangaand het aantal gehinderden, op de gezondheids- en veiligheidsrisico’s.

Ook wat betreft de impact op de ruimtelijke kwaliteit en hinderaspecten is bij planelement 1 de grootste impact te verwachten. Het open agrarische landschap verdwijnt en maakt plaats voor bedrijvigheid die extra verkeer genereert en mogelijks zorgt voor visuele hinder, geur- en geluidshinder. Aandacht voor een duurzame en kwalitatieve ontwikkeling van het bedrijventerrein is noodzakelijk, waarbij aandacht gaat naar de randen van het terrein: visuele afscherming en inkleding van het terrein ten aanzien van de woongroepen en de open ruimte is wenselijk. Een winterharde buffer is hiervoor noodzakelijk. Voor de verspreide woningen is het garanderen van een duurzame woonkwaliteit moeilijk. Hier lijkt onteigening aangewezen. Het inrichten van het stadsrandbos en landschapspark kan een belangrijke meerwaarde betekenen betreffende de ruimtelijke kwaliteit voor de bewoners en de gebruikers van deze gebieden (belevingswaarde, gebruikerswaarde, …). Bijkomend bos en perceelsrandbegroeiingen worden als positieve beelddragers beschouwd. Ze dragen bij tot de mate van afwisseling binnen een landschap en zorgen voor variatie en contrasten. Door bijkomende bebossing verdwijnt de openheid maar wordt de nabijheid van groen verhoogd. Doordat de oppervlakte aan effectieve bebossing eerder beperkt is en de realisaties zich eerder op houtkanten en perceelsrandbegroeiiingen richten, is de impact op de versnippering en verstoring (wildschade, schaduwwerking) voor de grondgebonden landbouw eerder beperkt. Nauw overleg bij de effectieve uitwerking van de plannen en de realisatie kan de impact voor de landbouw tot een minimum beperken.


12

Synthese -

12.1

Het uitgangspunt betreft het realiseren van een 15 ha groot stadsrandbos waarvan 5 ha speelbos. DeelRUP 4: Zuidoostelijk landschapspark: Het gebied is gelegen in het zuidwestelijk deel van Tielt en grenst in het noorden aan de bestaande spoorlijn. Deze site wordt ingericht als toegankelijk landschapspark met weilanden, kleine landschapselementen, zachte recreatieve routes en landschappelijk geïntegreerde openluchtrecreatie (bv. voetbalvelden), met behoud van de visuele relatie tussen de stadskern en de poelberg

Synthese

In uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen dient de provincie West-Vlaanderen het kleinstedelijk gebied Tielt af te bakenen. Om het stedelijk gebied Tielt te versterken worden in de voorstudie van de afbakening van het kleinstedelijk gebied verschillende acties voorgesteld. De acties die op provinciaal niveau worden uitgewerkt, worden vertaald in vier deelRUPs: -

DeelRUP 1: Gemengd Regionaal bedrijventerrein Tielt Noord: Dit planelement betreft de uitbreiding van het bestaande regionale bedrijventerrrein dat ingesloten is tussen de N35 richting Deinze en de N37 richting Aalter. Er wordt een uitbreiding met ca. 45 ha vooropgesteld.. Binnen het planelement wordt de mogelijkheid tot het inrichten van windturbines mee onderzocht.

-

DeelRUP 2: Kleinhandelszone Fonteinestraat: De kleinhandelszone is gelegen ter hoogte van het kruispunt N35 met de Egemsesteenweg. Het gebied omvat de bestaande GB en wordt ontsloten middels de Fonteinestraat. De totale oppervlakte van het gebied (inclusief de terreinen van GB) bedraagt va. 2,3 ha.

-

Figuur 12-1: Situering van de plangebieden

DeelRUP 3: zuidelijk stadsrandbos: Het gebied is gelegen in het zuidelijk deel van Tielt, en grenst in het noorden aan de bestaande spoorlijn.


DeelRUP Gemengd regionaal bedrijventerrein Tielt Noord Ruimte-inname en wijziging ruimtelijke samenhang De realisatie van 45 ha bijkomende bedrijvigheid betekent een aanzienlijk verlies aan landbouwgronden, gelegen binnen het herbevestigd agrarisch gebied. De meeste gronden hebben een matige tot lagere landbouwgevoeligheidscore. Slechts 16% heeft een hoge score. Het is noodzakelijk de nieuwe infrastructuur maximaal te laten aansluiten bij de bestaande infrastructuur zodat restruimte en gefragmenteerde landbouwpercelen maximaal vermeden worden. De inname van het HAG dient gecompenseerd te worden en een flankerend beleid voor de getroffen landbouwers is noodzakelijk (grondenruil, billijke vergoeding, compensatie, …). De vlotte bereikbaarheid van de landbouwpercelen die niet ingenomen worden, moet gegarandeerd worden. Verspreid doorheen het plangebied zijn woningen aanwezig. Plaatselijk worden woonclusters aangetroffen. Door de geplande ontwikkeling van het gebied komt de leefbaarheid van de woningen in het gedrang. Vanuit het milieuonderzoek wordt de voorkeur gegeven aan het onteigenen van de verspreide woningen, waarbij een correcte vergoeding van de eigenaars en begeleiding bij de zoektocht naar een nieuwe woning binnen het kleinstedelijk gebied Tielt wordt voorzien. Dit impliceert daarenboven dat het bedrijventerrein volgens de principes van zuinig ruimtebruik kan worden ingericht, waarbij restruimte maximaal kan worden vermeden. Wat de woonclusters betreft is het aangewezen deze niet te integreren in het gebied. Het open agrarische landschap verdwijnt en maakt plaats voor bedrijvigheid. Aandacht voor een duurzame en kwalitatieve ontwikkeling van het bedrijventerrein is noodzakelijk waarbij KLE en biologisch waardevolle elementen in het gebied maximaal behouden en geïntegreerd worden in het gebied. Bestaande structuren in het gebied dienen maximaal gerespecteerd te worden. Rekening houdend met de aanwezige kamlijn worden de percelen bij voorkeur noord-zuid georiënteerd. Vanuit de milieubeoordeling lijkt het aangewezen om de oostelijke grens van het gebied gelijk te

laten lopen met de bestaande Caloenstraat en de Broekboomstraat. Rekening houdend met het open landschap en de aanwezige wooncluster in het oosten van het gebied dient een visuele buffer aan de oostzijde van het terrein gerealiseerd te worden. Deze visuele buffer dient als een massieve winterharde buffer aangelegd te worden, waarbij de hoogte afgestemd wordt op de te verwachten bouwhoogte van de bedrijven. Om uniformiteit op het volledige bedrijventerrein te bekomen, is een afstemming van de nieuwe bouwhoogte met de bouwhoogte van de reeds bestaande bedrijven aangewezen. Verstoring tgv bedrijvigheid Om de hinder voor de omgeving tot een minimum te reduceren dienen de nodige maatregelen genomen te worden om de leefbaarheid van de woningen en de woongroepen te garanderen. Zo dient bij de inrichting van het bedrijventerrein maximaal rekening gehouden te worden met de principes van milieuzonering. Bedrijven die het meeste hinder kunnen veroorzaken (geluidshinder, geurhinder, luchtkwaliteit,…) dienen zo ver mogelijk van woningen ingeplant te worden op het bedrijventerrein. Indicatieve afstandsregels worden hieronder weergegeven - Puinbrekerijen (beton, mengpuin,..) 300 à 700 m - Zuivelproducten fabrieken 300 à 500 m - Meelfabrieken 200 à 300 m - Koffiebranderijen 200 m - Bierbrouwerijen 100 m - Houtzagerijen 100 m - Betoncentrales 100 à 300 m - Elektriciteitsbedrijven – gasgestookt 500 m - WKK (kleine installaties) 100 m - Windturbines 200 à 300 m - Groothandel allerlei 30 tot 100 m - Kolenterminal 500 m - Detailhandel 10 à 50 m - Laad, los, en overslagbedrijven t.b.v.binnenvaart – containers: 300 m -

Laad, los, en overslagbedrijven t.b.v.binnenvaart – ertsen, mineralen,.. 300 à 700 m

-

Autoparkeerterreinen 30 m


-

RWZI’s 100 à 300 m

-

Afvalverwerkingsbedrijven 100 à 300 m

-

Composteerbedrijven 100 m

Breekinstallaties kunnen enkel toegelaten worden op een minimale afstand van 500m tov woningen. De omzetting naar industriegebied impliceert dat de VLAREMgrenswaarde voor industriegebied van toepassing wordt, dit wil zeggen dat de huidige norm met 6 dB(A) verhoogt. Er worden hierdoor zeer sterk negatieve leefbaarheidseffecten voor de aangrenzende wooncluster verwacht. Het is dan ook noodzakelijk de huidige VLAREM-grensnorm te behouden, deze op te leggen in de milieuvergunningen van de bedrijven en om per bedrijf een voorafgaande geluidsstudie en sterk reducerende maatregelen op te leggen. Tijdens de exploitatie van de bedrijven is op regelmatige basis een correcte monitoring van het geluidsklimaat noodzakelijk. Ook inzake luchtkwaliteit zijn bijkomende maatregelen noodzakelijk rekening houdend met aangrenzende wooncluster: sterk vervuilende industrie kan niet toegelaten worden op het bedrijventerrein. Voorafgaand aan de bouw van de inrichting is een schoorsteenhoogteberekening noodzakelijk. De invloedsstraal bij bemaling dient gereduceerd te worden. In het studiegebied komen een aantal zettinggevoelige gronden voor en dit zowel in de bovenste deklaag (thv. de valleigebieden) als in de diepere ondergrond. Bovendien komen er dan een aantal gekende verontreinigingen binnen de invloedssfeer van bemaling voor waardoor de verspreiding van grondwaterverontreiniging tgv bemaling een realistisch scenario wordt. Het is dan ook noodzakelijk deze invloedssfeer te minimaliseren door aangepaste bemalingsmethoden te hanteren (zoals retourbemaling of gesloten bouwput). Het beperken van de invloedsstraal is tevens belangrijk om potentieel archeologisch erfgoed niet te beschadigen. Om dit bijkomend uit te sluiten is voorafgaand aan de concrete inrichting van het gebied, is een archeologisch vooronderzoek noodzakelijk.

Bijkomende verharding verhindert infiltratie en resulteert in versnelde afstroming van hemelwaterDe gevolgen op het watersysteem dienen ondervangen worden door een open en voldoende gedimensioneerd infiltratie/ bufferbekken te realiseren. Verstoring tgv verkeersgeneratie Bij een ontwikkeling van 45 ha regionale bedrijvigheid zal de bijkomende verkeersgeneratie tijdens de avondspits ongeveer 331 tot 338 pae per uur bedragen. Rekening houdend met de capaciteit van het omliggende wegennet worden er geen doorstromingsproblemen verwacht. Enkel ter hoogte van de Kanegemstraat kan dit niet met zekerheid gesteld worden, aangezien er geen actuele verkeersgegevens beschikbaar zijn. Verwacht wordt echter dat de Kanegemstraat voldoende capaciteit heeft om de totale verkeersgeneratie op het bedrijventerrein te verwerken. Het is belangrijk geen bijkomende aansluitingspunten op de N37 en de N35 te voorzien, om de doorstroming op deze wegen niet te reduceren. De huidige verkeersintensiteiten bepalen momenteel grotendeels het omgevingsgeluid. Voor woningen langs de Ringlaan, N35 en N7 werden geluidsniveau (Lden) tot 70 dB(A) opgemeten. De verkeerstoename zal het huidige geluidsklimaat negatief beïnvloeden. Belangrijke milderende maatregelen hiervoor zijn het vermijden van vrachtverkeer doorheen de woonstraten en het herinrichten van de Ringlaan en het kruispunt GalgenveldN37. Door de verkeerstoename zullen de concentraties aan NO2 en fijn stof toenemen. Verwacht wordt dat de concentraties aan NO2 en aan fijn stof langs de Tieltlaan, de Ringlaan, de Ruiseleedsesteenweg, de Deinzesteenweg en de Kanegemstraat de huidige luchtkwaliteit sterk negatief zullen beïnvloeden. Daarom wordt voorgesteld om waar mogelijk een bufferstrook langsheen de wegen aan te leggen. De breedte van de voorgestelde bufferzone wordt weergeven in onderstaande tabel:


wegvak N37 Tieltstraat (kmpt 14,3)

breedte bufferzone vanaf de as van de weg (meter) 25

N37 Ringlaan tss Ruiseleedsestnweg en Wingensestnwg 30 N37 Ringlaan (kmpt 12,8)

30

N37 Ringlaan thv Ruiseleedsesteenweg

20

N35 Ringlaan thv Ruiseleedsesteenweg

10

St-Jansstraat

10

N37 Ringlaan thv Egemsesteenweg

30

Egemsesteeenweg

15

N37 Pittemsesteenweg

30

N327 Deken Daraslaan

30

Het ontwikkelen van bijkomende ruimte voor bedrijvigheid zal een verhoging van het risico ter hoogte van de bestaande potentiële conflictpunten, kruispunt Kanegemstraat-Galgenveldstraat, Galgenveldstraat–N37 en Galgenveldstraat–N35, tot gevolg hebben. Er worden geen bijkomende conflictpunten gegenereerd. Een continue monitoring van de verkeersstromen en ongevallen op de kruispunten KanegemstraatGalgenveldstraat, Galgenveldstraat–N37 en Galgenveldstraat–N35 is aangewezen zodat eventueel een aangepaste inrichting van deze conflictpunten kan voorgesteld worden.

Figuur 12-2: Potentiële locatie windturbines

De toekomstige bestemming van het gebied, nl; regionale bedrijvigheid , maakt de inplanting van windturbines mogelijk. Een eerste aftoetsing inzake mogelijke locaties voor windturbines wordt gebaseerd op de minimaal te respecteren afstand van 250m tov de woningen. De zones die binnen het planelement vallen en die niet binnen deze contouren gelegen zijn, komen in aanmerking voor de inrichting van windturbines. Er wordt hierbij uitgegaan dat de solitaire woningen in het plangebied niet behouden kunnen worden omdat de leefbaarheid niet gegarandeerd kan worden. Vanuit de discipline landschap wordt aanbevolen de windturbines niet in te planten op de kamlijn van het plateau.


DeelRUP Kleinhandelszone Fonteinestraat Ruimte-inname en wijziging ruimtelijke samenhang Inzake ruimte-inname worden geen significante effecten verwacht. Als aanbeveling voor de ruimtelijke samenhang is het beperken van de bouwhoogte gewenst. Dit kan gerealiseerd worden door ten opzicht van de achtertuingrens een afstand te bewaren die minimaal gelijk is aan de bouwhoogte. Rekening houdend met de woningen aan de Edegemseweg is een visuele buffer van de nieuwe ontwikkelingen noodzakelijk. Verstoring De ontwikkeling van dit planelement genereert ca. 77 pae/u in de avondspits. Verwacht wordt dat deze verkeersgeneratie verwaarloosbare tot beperkt negatieve effecten op de verkeersveiligheid, -leefbaarheid en – bereikbaarheid resulteert. Voorafgaand aan de inrichting van dit gebied is het aangewezen een mobiliteitstoets uit te voeren. Het ontwikkelen van bijkomende ruimte voor kleinhandel en kantoren zal een verhoging van het risico ter hoogte van de bestaande potentiële conflictpunten, kruispunt Fonteinestraat-Egemsesteenweg en Egemsesteenweg–N37 (met heel wat fietsers) tot gevolg hebben. Er worden geen bijkomende conflictpunten gegenereerd. De herinrichting van het kruispunt Egemsesteenweg –N37, in het kader van de herinrichting van de Ringlaan, kan hiervoor een oplossing bieden. Het omgevingsgeluid wordt momenteel gedomineerd door het wegverkeer op de Ringlaan. Rekening houdend met de beperkte verkeersgeneratie worden er geen geluidseffecten verwacht. Toename van verkeer zal ook de luchtkwaliteit negatief beïnvloeden en dit voor de parameters NO2 en MP10. Zoals reeds aangehaald bij planelement 1 is het wenselijk om langsheen de belangrijkste wegen, waar mogelijk een bufferzone te voorzien. Langs de overige wegen zal de bijdrage van het plan verwaarloosbaar zijn. In de winterperiode is er ook een bijdrage ten gevolge gebouwenverwarming. Deze bijdrage zal echter zeer beperkt tot verwaarloosbaar zijn.

Verstoring van het grondwatersysteem kan optreden indien bemalingnoodzakelijk is. Door het voorkomen van zettingsgevoelige bodems en een aantal verontreinigingen dient de invloedssfeer van bemaling gereduceerd te worden door gebruik te maken van speciale bemalingsmethoden (bv. retourbemaling, gesloten bouwput,…). Voor de opvang van afstromend hemelwater is het noodzakelijk om voldoende ruim gedimensioneerde buffervoorzieningen te realiseren. DeelRUP Zuidelijk stadsrandbos en DeelRUP Zuidoostelijk landschapspark De effecten, maatregelen en aanbevelingen voor planelement 3 en planelement 4 zijn gelijkaardig. Er worden ten gevolge van de inrichting van beide gebieden geen significant negatieve effecten verwacht. Positieve effecten treden op door de ecotoopcreatie en het versterken/uitbouwen van bestaande en nieuwe landschappelijke structuren. De belevingswaarde van beide gebieden neemt toe. Dit kan geoptimaliseerd worden door beide gebieden te integreren in het recreatief fietsroutenetwerk. Veilige kwalitatieve fietsroutes, -voorzieningen en –oversteekplaatsen zijn hiervoor wenselijk. Voor de inrichting van beide gebieden wordt landbouwgebied ingenomen. Het is noodzakelijk dat de bereikbaarheid van de resterende en achterliggende landbouwpercelen gegarandeerd wordt.

12.2

Synthesetabel

In onderstaande tabel worden voor elke relevante discipline en de relevante effectgroepen de effectbeoordeling per planelement opgelijst. Tevens wordt de effectbeoordeling na uitvoering van de voorgestelde milderende maatregelen opgenomen.


Stadsrandbos

Landschapspark

Kleinhandel

Milderende maatregel/aandachtspunten

Tielt-noord

Landschapspark

Stadsrandbos

Kleinhandel

Effect

Tielt-Noord

Tabel 12-1: Synthesetabel

0

0

Mobiliteit Wijziging verkeersdoorstroming

Fietsverkeer en openbaar vervoer stimuleren door uitbouwen

-

N37

-

kwalitatieve fietsroutes, flankerende maatregelen (fietsvergoe-

-

-

N35

-

ding, veilige fietsverbindingen, promotie openbaar vervoer, …)

-

-

Egemsesteenweg

-

-

-

N327-Deken Darraslaan

0

0

-

Ringlaan

Wijziging verkeersveiligheid

0 -

0

-

0

0

-

conflictpunten tussen vrachtverkeer en zwakke wegge-

-

verkeerstellingen thv Egemsesteenweg en N327 en

0/-

bruikers vermijden 0/-

kruispunttelling teneinde een veilig kruispunt te kunnen ontwerpen/inrichten. Wijziging verkeersleefbaarheid

-

0

0

0

Wijziging bereikbaarheid

0

0

0

0

Garanderen bereikbaarheid (achterliggende) landbouwperce-

0

0

len Geluid Wijziging geluidsimmissies tgv realisatie plangebieden - opleggen nieuwe grenswaarden - behoud bestaande grenswaarden - windturbines

/

/

/

Enkel geluidsarme activiteiten mogelijk, sterke geluidsreduce-

---

rende maatregelen per bedrijf, respecteren van de nodige

-/--

--

afstand (tabel 11-8) tot de woningen (milieuzonering), vooraf-

-

gaande geluidsstudie en achter monitoring geluidsniveaus

-

-

Wijziging geluidsimmisies tgv verkeerstoename

/

/

/

Herinrichting Ringlaan (ontwikkelingsscenario) en herinrichting

- Ringlaan/N35/N37

--

kruispunt Galgenveld-N37, geen vrachtverkeer in de woon-

-

- Kanegemstraat

-

straten.

-

Lucht Verkeer: NO2 -

N37 Tieltstraat (kmpt 14,3)

---

Ontwikkelingsscenario

-

-

N37 Ringlaan tss Ruiseleedsesteenweg en Wingensesteenweg

---

Bufferzone 30m

-

-

N37 Ringlaan (kmpt 12,8)

---


-

-

N37 Ruiseleedsesteenweg

--


0

-

N35 Deinsesteenweg

-


0

-

Kanegemstraat

---


0


Landschapspark

Stadsrandbos

Kleinhandel


Tielt-noord

Landschapspark

Stadsrandbos

Kleinhandel

Effect

Tielt-Noord

Synthese

Verkeer: PM10 -

N37 Tieltstraat (kmpt 14,3)

---

Bufferzone 25m

-

-

N37 Ringlaan tss Ruiseleedsestnweg en Wingense-stnwg

---

Bufferzone 30m

-

-

N37 Ringlaan (kmpt 12,8)

---

Bufferzone 30m

-

-

Egemsesteenweg

-

Bufferzone 15m

-

-

N37 Ruiseleedsesteenweg

-


-

-

N35 Deinsesteenweg

-


-

-

Kanegemstraat

--


-

NO2

-

-

0

0

Tilelt-Noord: geen sterk verontreinigende industrie / schoorsteenhoogteberekening

PM10

0

0

-

0

0

-

0

Bodem Bodemzetting

-

minimaliseren van de invloedssfeer van bemaling (cfr.

0

0

discipline grondwater) -

opname van zettinggevoelige lagen in de ondergrond in het technisch ontwerp

Bodemzetting t.g.v. windturbines

-

Voorafgaand stabiliteitsonderzoek

0

Grondwater Vernatting/verdroging

--

0/-

- invloedssfeer bemaling beperken

0/-

0

0

0

0

0

- maximaliseren infiltratie Wijziging grondwaterkwaliteit tgv bemaling

--

-/--

- invloedssfeer bemaling beperken zodat de verontreiniging niet kan verspreiden t.g.v. bemaling

Oppervlaktewater Wijziging waterkwantiteit -

Verdroging waterlopen tgv bemaling

-

0

- beperken van de invloedssfeer van bemaling (cfr. discipline grondwater), open buffersysteem, bij voorkeur gemeenschap-

-

Wijziging doorstromingscapaciteit, rekening houdend met kort trajact,

0

0

pelijk buffering

overwelving ipv inbuizing, voldoende ruime dwarssecties,…


0

0

-

-

0/-

0/-

0

0

Landschapspark

0

Stadsrandbos

0

Wijziging waterkwaliteit -

t.g.v. afstromend hemelwater sanitair

bedrijfsafvalwater

0

0

0

0

0/+

0/+

0/+

0/+

0

0

++

+

0

0

/

/

0

0

/

/

0

0

/

/

- KWS-afscheider en sedimentvang voor nieuwe wegenis en

t.g.v. afvalwater

Landschapspark

Wijziging komberging

Stadsrandbos

-


Kleinhandel

Wijziging afvoer door toename verharding mits voldoende buffering

Tielt-noord

-

Kleinhandel

Effect

Tielt-Noord

Synthese

parkeerterreinen

-

t;g.v. lozing verontreinigd bemalingswater

--

0

-

t.g.v. calamiteiten

0

0

- nieuwe riolering maximaal aansluiten op bestaande collectoren

- beperken invloedssfeer bemaling - calamiteiten beperken door good practice Wijziging structuurkwaliteit

0

0

0

0

0/-

0

+

+

- natuurtechnische inrichting watersystemen, variatie dwarsprofielen, overwelving ipv inbuizing

Fauna en flora Ecotoop- en habitatwijziging Versnippering en barrièrewerking

- ecologische inrichting van het buffersysteem en groenbuffers - nieuwe infrastructuur maximaal aansluiten op bestaande

0/-

0

/

/

infrastructuur - beperken van de restruimtes

Verstoring

- voorzien van kwalitatieve groenbuffer -

0

/

/

- beperkte verlichting en gebruik van neerwaarts gerichte, gebundelde verlichting

Verdroging/vernatting

-

0

/

/

- beperken van de invloedssfeer van bemaling (cfr. discipline grondwater)


+/+

Landschapspark

+

Stadsrandbos

Landschapspark

0/-

Kleinhandel

Stadsrandbos

-/--


Tielt-noord

Kleinhandel

Effect

Tielt-Noord

Synthese

0

+

+/+

Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie Structuur- en relatiewijzigingen

+

- wintergroene visuele buffer voorzien aan oostzijde van het

0/-

bedrijventerrein Tielt Noord

+

Rekening houden met aanwezige steilrand bij kavelindeling - behoud landschappelijke elementen (bvb behoud houtkant in planelement 2) - landschappelijke integratie van de beekvallei en de verlaten spoorwegbedding in het stadsrandbos/speelbos en het landschapspark, met goed landschappelijk-ecologisch beheer en onderhoud Wijzigingen erfgoedwaarde

-

0

-

0

- archeologisch erfgoed Wijzigingen perceptieve kenmerken

+

+

+

+

--

Archeologisch vooronderzoek Planelement 1

0/0/-

0

+

+

- Bouwhoogte gebouwen beperken - Wintergroene visuele buffers voorzien om bedrijvigheid, kantoren en handel af te schermen van woningen en open ruimte - Windturbines: zelfde types, geen solitaire opstelling, niet bovenop de kamlijn Planelement 2: - Bouwhoogte kantoren beperken - Wintergroene visuele buffer voorzien aan de zijde van de woningen (Egemsesteenweg) Planelement 4: behoud visuele relatie stad – Poelberg Mens

- Aandacht

Wijzigingen ruimtegebruiksfuncties

voor een efficiënt en zuinig ruimtegebruik zodat

restpercelen voor de landbouw vermeden worden; - landbouw

---

0

-

-

- wonen

-/- -

0

0

0

- Compensatie gebied;

voor het ingenomen herbevestigd agrarisch -


- bedrijvigheid - kleinhandel

+

- recreatie

+

+

Landschapspark

Stadsrandbos

Kleinhandel


- Grondenruil; - Indien mogelijk

+

Tielt-noord

Landschapspark

Stadsrandbos

Kleinhandel

Effect

Tielt-Noord

Synthese

een gefaseerde ontwikkeling waarbij eerst

+

het gebied ten noorden van de Kanegemstraat wordt ingezet.

- Billijke vergoeding voor gronden en bedrijfszetels in overleg met de getroffen landbouwers, begeleiding bij het zoeken naar een nieuw bedrijf.

- Het

vrijwaren van de woongroepen en deze niet in het be-

drijventerrein integreren. - Duurzame en kwalitatieve inrichting van het bedrijventerrein

Wijzigingen ruimtelijke kwaliteit - wonen - bewoners

-/- -

0/-

+/+

+/+

+

+

-

-

(verzorgde vormgeving, openbaar domein, architectuur, …) - Kwaliteitsvol onderhoud van het domein. - Realisatie van een afdoende visuele buffering naar de

- landbouw

0/-

woongroepen langs de N37, N35 en Kanegemstraat en naar het oostelijk gelegen landbouwgebied (bij voorkeur een groenbuffer). - Om een duurzame woonkwaliteit te kunnen garanderen aan de bewoners en een zuinig en efficiënt ruimtegebruik na te streven, is het onteigenen van de woningen mits een billijke vergoeding aangewezen, hen te begeleiden naar het zoeken van een nieuwe woning en idealiter hen een gelijkwaardige woning binnen het kleinstedelijk gebied ter beschikking te stellen. - Het vrijwaren van de woongroepen en deze niet in het bedrijventerrein integreren - Mogelijkheid tot zichtlocaties langs N37 en N35. - Hinder (visueel, slagschaduw, auditief) ten aanzien van de resterende woningen vermijden door een doordachte en


Landschapspark

Stadsrandbos

Kleinhandel


Tielt-noord

Landschapspark

Stadsrandbos

Kleinhandel

Effect

Tielt-Noord

Synthese

nauwkeurig bestudeerde inplantingslocatie van de windturbines. - Bij de inplanting van de windturbines ook rekening houden met de ligging van landbouwbedrijfszetels. - Beperken van de hoogte van de nieuwe handel- en kantoorfuncties waarbij ten aanzien van de achtertuingrens minstens een afstand gerespecteerd wordt die gelijk is aan de bouwhoogte. - Aandacht voor een verzorgde vormgeving en materiaalgebruik van de nieuwe handelsruimte - Vrijwaren van de visuele relatie tussen stadskern en de Poelberg. - Visuele buffering van de oostelijke tangent kan een meerwaarde bieden voor planelementen 4. Wijziging hinder en gezondheidsrisico’s

0

0

0/+

0/+

- Bedrijven die een mogelijk veiligheidsrisico inhouden dienen eveneens zo ver mogelijk van kwetsbare locaties verwijderd te zijn. Voor dergelijke bedrijven wordt best een ruimtelijk veiligheidsrapport opgemaakt (RVR) die de risico’s en afstandsnormen per specifiek geval gaat bepalen. - Technologische verbetering aan voertuigen, verstrengde toekomstige wetgeving aangaande luchtkwaliteit. - Grondenruil

Wijzigen ruimtelijke structuur en samenhang - landbouw

--

0

- bedrijvigheid

++

+

- recreatie-

-

-

- Nauw overleg met de betrokken landbouwers bij de effectieve inrichting van deze planelementen.

++

++

++


Synthese

12.3

Beoordeling milderende maatregelen

Om een volledig overzicht te krijgen van alle effecten die ontstaan bij de ontwikkeling van het plan, dienen ook de effecten ten gevolge van de uitvoering van de voorstelde milderende maatregelen in kaart gebracht te worden. In onderstaande tabel worden de alle voorgestelde maatregelen per discipline beoordeeld op hun effecten.


Dwingende milderende maatregelen

Mobiliteit


Lucht

Bodem

Grondwater

Oppervlaktewater

Fauna en flora

Landschap

Mens

nvt

nvt

nvt

Beperkte profiel- en

nvt

nvt

Mogelijke inname van

Vermijden vernietiging

nvt

ecotopen. (0/-)

archeologisch erfgoed

Algemeen Archeologisch vooronderzoek

structuurwijziging door de graafwerken (0/-)

(0/-)

Planelement 1: uitbreiding regionaal bedrijventerrein Bereikbaarheid landbouwpercelen

Bereikbaarheid

garanderen

behouden (0)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Behoud bestaande structuren en samenhang. Beperken hinder (0)

Respecteren opgelegde

nvt

afstandsregels tot woningen, behoud

Beperkte toename

nvt

nvt

nvt

nvt

Beperkte verstoring (0/-)

nvt

geluidsemissies (-)

Beperkte geluidshinder (0/-)

huidige geluidsnormering, sterke geluidsreducerende technische maatregelen (bv. omkasten, afschermen,…), opleggen voorafgaandelijke geluidsstudie voor nieuwe inrichtingen en monitoring tijdens exploitatie inrichting. Geen sterk verontreinigende industrie

nvt

nvt

toelaten +

nvt

nvt

nvt

Beperkte verstoring (0/-)

nvt

luchtkwaliteit thv

schoorsteenhoogteberekening Open en voldoende ruim

beperken wijziging

Effecten op gezondheid (0)

gevoelige receptoren (-) nvt

nvt

nvt

Effecten op

Infiltratie gaat verlaging

Afstromend hemelwater

Ecotoopcreatie bij

Effecten op perceptieve

Effecten op

gedimensioneerde

bodemstructuur en –

grondwatertafel door

wordt opgevangen en

natuurtechnische

kenmerken

oppervlaktewaterkwantiteit

buffervoorzieningen

profiel verwaarloosbaar

toename verharding

krijgt de mogelijkheid te

inrichting van het

verwaarloosbaar (0)

door afstromend

(0)

tegen (0/-)

infiltreren (0)

buffersysteem (0/+)

nvt

nvt

Gemeenschappelijk

Effecten inzake

Beperkte wijziging in

Minimaliseren wijziging

hemelwater verwaarloosbaar(0)

Zuinig ruimtegebruik door nieuwe

Ontsluiting en

infrastructuur maximaal te laten

bereikbaarheid via het

gebruik van het

versnippering en

perceptieve kenmerken

ruimtegebruik (landbouw),

aansluiten op de bestaande

bestaande wegennet.

buffersysteem op het

barrièrewerking

en beperkte structuur en

vermijden restruimtes voor

infrastructuur en het beperken van

(0/+)

bedrijventerrrein is

verwaarloosbaar (0)

relatiewijzigingen (0/-)

landbouw (-)

nvt

nvt

nvt

nvt

restruimtes Compensatie inname herbevestigd

mogelijk (0) nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

agrarisch gebied

Bestaanszekerheden van landbouwbedrijven garanderen (-)

Afdoende visuele buffering naar de

nvt

nvt

nvt

Effecten op

Infiltratie blijft mogelijk.

woongroepen langs N37, N35,


Kanegemstraat en naar het oostelijk gelegen landbouwgebied

nvt

Ecotoopcreatie (+)

Wintergroene, visueel

Effecten op ruimtelijke

Effecten op

kwalitatieve buffer zorgt

kwaliteit en hinder worden


grondwaterkwantiteit

voor landschappelijke

beperkt (0/-), betere

(0)

verwaarloosbaar (0)

integratie (0)

ruimtelijke integratie van

nvt

nvt

Landschappelijke


integratie (+)


nvt

Correct flankerend beleid

de bedrijvigheid Bij behoud verspreide woningen

nvt

sterke buffering inzake geluid en zicht

Beperkte wijziging

nvt

nvt

Ecotoopcreatie (+)

geluidsklimaat t.h.v. de specifieke woningen (-)

Bij onteigenen verspreide woningen

nvt

Bij onteigenen woningen

een correcte vergoeding en

kan de geluidsnormering

begeleiding bij de zoektocht naar een

voor industrieterreinen

nieuwe woning voorzien

geldig zijn. (0)

Woonclusters maximaal vrijwaren en

nvt

beperkt (-) nvt

Beperkte wijziging

geluidsklimaa t.h.v.

luchtkwaliteit t.h.v.

specifieke woningen (0/-)


Beperkte wijziging

Beperkte wijziging

een veiligheidsrisico (ruimtelijk

geluidsklimaa t.h.v.

luchtkwaliteit t.h.v.

veiligheidsrapport)



Afstandsregels voor bedrijven met

nvt

nvt

nvt

nvt

(-)

Beperkte wijziging

niet in het bedrijventerrein integreren

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Minimaliseren negatieve effecten op ruimtelijke kwaliteit (0/-)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten op veiligheid verwaarloosbaar (0)

290167_planMER Afbakening Tielt_Eindrapport_definitief, revisie0 33

Dwingende milderende maatregelen

Mobiliteit


Lucht

Bodem

Grondwater

Oppervlaktewater

Fauna en flora

Landschap

Mens

nvt

nvt

nvt

Effecten op

Infiltratie gaat verlaging

Afstromend hemelwater

nvt

nvt

Effecten op


grondwatertafel door

wordt opgevangen en

oppervlaktewaterkwantiteit


toename verharding

krijgt de mogelijkheid te

door afstromend

(0)

tegen (0/-)

infiltreren (0)

hemelwater

Planelement 2: kleinhandelszone Voldoende ruim gedimensioneerde buffervoorzieningen

verwaarloosbaar(0) Planelement 3: landschapspark Bereikbaarheid landbouwpercelen

Bereikbaarheid

garanderen

behouden (0)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt


Planelement 4: stadsrandbos Bereikbaarheid landbouwpercelen

Bereikbaarheid

garanderen

behouden (0)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt


Windturbines Afstandsregel respecteren:

Effecten op

Kans op geluidshinder

-

tov woningen: 250 m

verkeersveiligheid

beperkt (-)

-

tov ondergrondse leidingen

verwaarloosbaar (0)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt


respecteren: lengte rotoras + lengte wiek -

tov bovengrondse installaties

-

tov van wegen: de lengte van

respecteren: 350 m de wiek Leidingen Respecteren randvoorwaarden fluxysleidingen

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt


290167 _planMER Afbakening Tielt_eindrapport_definitief, revisie 0 34

Aanbevelingen en aandachtspunten

Mobiliteit


lucht

Bodem

Grondwater

Oppervlaktewater

Fauna en flora

Landschap

Mens

Nvt

Effect op geluidsklimaat

Effect op luchtkwaliteit

nvt

nvt

nvt

Ecotoopcreatie (0/+)

Landschappelijke

Effecten op gezondheid

thv receptoren tgv

t.h.v. receptoren (0/-)

buffering van de wegen

(0)

Algemeen Breedte van aangewezen bufferzones langsheen wegen

verkeer (0/+)

(0/+)

Doorstroming wegenis optimaliseren

Verbeteren

Effecten op

Effecten op luchtkwaliteit

door streven naar constante lage

doorstroming,

geluidsklimaat (0/+)

(0/+)

snelheid, maatregelen die

verbeterren

snelheidswisselingen beperken, …

verkeersveiligheid 0/+)

Bevordering openbaar vervoer en

Effecten op

Effecten op

Effecten op luchtkwaliteit

fietsverkeer

verkeersintensiteiten en

geluidsklimaat (0/+)

(0/+)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten leefbaarheid en gezondheid (0/+)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten leefbaarheid en gezondheid (0/+)

capaciteit van het wegennet (0/+) Structuurkwaliteit optimaliseren door

nvt

nvt

nvt

variërende dwarsprofielen en

Verbeteren

Ecotoopcreatie (0/+)

nvt

Nvt

Behoud ruimte voor

Behoud

nvt

Nvt

waterloop (0)

migratiemogelijkheden nvt

Effecten op gezondheid

structuurkwaliteit (0/+)

natuurvriendelijke (her)inrichting waterlopen Overwelving waterloop ipv inbuizing

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

(O) Voorkomen van calamiteiten door

nvt

nvt

nvt

good practice Kwaliteitsvolle inrichting van kruispunt

nvt

nvt

nvt

Effecten bodemkwaliteit

Effecten

Effecten

Effecten t.g.v.

verwaarloosbaar (0)

grondwaterkwaliteit

oppervlaktewaterkwaliteit

verontreiniging

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

nvt

nvt

verwaarloosbaar (0)

Behoud en verbeteren

Behoud en verbeteren

weg-waterloop met voldoende ruime

ruimte voor waterloop

migratiemogelijkheden

nvt

Nvt

dwarssecties en

(0/+)

(0/+)

nvt

Minimale inname

Effecten op de

Effecten op ruimte-

bestaande ecotopen (0/-)


gebruikfuncties (0/-)

migratiemogelijkheden voor fauna Zuinig ruimtegebruik

nvt

nvt

nvt

Effecten op bodemprofiel

nvt

en –structuur verwaarloosbaar (0)

en ruimtelijke kwaliteit (0/-)

Opslag materiaal op: -

nvt

nvt

nvt

Effecten op

Percelen die sowieso worden

bodemstructuur

ingenomen voor de ontwikkeling

verwaarloosbaar (0)

nvt

nvt

Ecotoopinname (0)


Effecten op

kenmerken (0)

ruimtegebruikfuncties (0)


Nvt

van de planelementen -

percelen met biologisch minder waardevolle ecotopen en habitat

Aanplantingen met inheems,

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Ecotoopcreatie (+)

standplaatsgeschikt en autochtoon

kenmerken (0/+)

genetisch materiaal Beperken van verlichting in tijd en

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Beperken verstoring (0/-)

plaats Beperken lichtverstrooiing door

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt


aangepaste armaturen Vermijden gebruik van wit licht


Hinder (0/-)

kenmerken (0/-) Effecten op perceptieve

Hinder (0/-)

kenmerken (0/-) nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt



Hinder (0/-)

kenmerken (0/-) Planelement 1: uitbreiding regionaal bedrijventerrein Ontsluiting: conflict tussen vracht-

Effecten

Effecten geluidsklimaat

Effecten luchtkwaliteit

verkeer en zwakke weggebruikers

verkeersveiligheid (+)

(0/+)

(0/+)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten op leefbaarheid en veiligheid (0/+)

vermijden door: -

Veilige inrichting van de kruispunten met de N35 en de N37

-

Betere fietsvoorzieningen langsheen de N35



Mobiliteit


lucht

Bodem

Grondwater

Oppervlaktewater

Fauna en flora

Landschap

Mens

Ontsluiting: bijkomende

Effecten doorstroming

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

aantakkingspunten op het hogere

(0) nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten op leefbaarheid

wegennet vermijden Goede bewegwijzering van en naar

Effecten doorstroming

het bedrijventerrein en opstellen van

(0)

een intern routeplan Veilige kwalitatieve fietsroutes,

Effecten capaciteit



fietsvoorzieningen en

wegennet (0/+), effecten

(0/+)

(0/+)

fietsoversteekplaatsen; Stimuleren

verkeersveiligheid (0/+) nvt

nvt

en veiligheid (0/+)

fietsverkeer en openbaar vervoer Bereikbaarheid van de

Bereikbaarheid

landbouwpercelen garanderen

behouden (0)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt


Herinrichting kruispunt Galgenveld x

Effecten



N37 met aandacht voor reductie


(0/+)

(0/+)

Geen vrachtverkeer in de woonstraten

Effecten



toelaten


(0/+)

(0/+)

Geluidarme wegbedekking en goed

nvt



(0/+)

(0/+)


nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten op leefbaarheid en veiligheid (0/+)

geluidshinder voor woningen langsheen de N37

onderhoud van de wegen Luidruchtige installaties omkasten,

nvt

geluidsarm ontwerpen en/of

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten op leefbaarheid en veiligheid (0/+) Effecten op leefbaarheid (0)

(0/+)

Effecten op leefbaarheid (0), hinder (0)

afschermen de invloedssfeer van bemaling

nvt

nvt

nvt

nvt

beperken (retourbemaling, werking in

Effecten

Effecten verdroging (0)


nvt

nvt

nvt

nvt

grondwaterverlaging (0/-)

natte kuip, werken in gesloten bouwput) De open buffer op ecologische wijze

Ecotoopcreatie bij


aanleggen, inrichten en beheren, bij

natuurtechnische

kenmerken

voorkeur gemeenschappelijke

inrichting van het

verwaarloosbaar (0)

buffering

buffersysteem (0/+)

Maximaal aansluiten nieuwe riolering

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

op bestaande collectoren

nvt

nvt

Geen bijkomende

Geen bijkomende

Geen bijkomende

Geen bijkomende ruimte-

bodemverstoring door

verstoring van het

verstoring van het

inname (0)

aanleg nieuwe

watersysteem (0)

watersysteem (0)

Minimaliseren

Minimaliseren

Minimaliseren

Minimaliseren indirecte

bodemverontreiniging (0)

verontreiniging

verontreiniging

effecten tgv

watersysteem (0)

watersysteem (0)

verontreiniging (0)

nvt

nvt

nvt

nvt

Geen bijkomende ruimteinname (0)

collectoren (0) KWS-afscheider en sedimentvang

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Ecotoopcreatie bij


nvt

de KLE en biologisch waardevolle

natuurtechnische

kenmerken

elementen in het gebied

inrichting van het

verwaarloosbaar (0)

buffersysteem (0/+)

Behoud landschappelijke

t.h.v. wegnis en parkeerterreinen Maximaal behouden en integreren van

nvt

nvt

nvt

structuur (+) Zuinig ruimtegebruik: restpercelen

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

voor landbouw vermijden

Effecten inzake

Beperkte wijziging in

Minimaliseren wijziging

versnippering en


ruimtegebruik

barrièrewerking

en beperkte structuur en

(landbouw), vermijden

verwaarloosbaar (0)

relatiewijzigingen (0/-)

restruimtes voor

nvt

nvt

landbouw (-) Voorkeur voor gefaseerde ontwikkeling: start ten noorden van de

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Minimaliseren wijziging ruimtegebruik (0)

Kanegemstraat



Mobiliteit


lucht

Bodem

Grondwater

Oppervlaktewater

Fauna en flora

Landschap

Mens

Billijke vergoeding voor getroffen

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Correct flankerend beleid

Duurzame en kwalitatieve inrichting

Effecten

Effecten

Effecten

Effecten

Effecten

Effecten

Effecten

Effecten

Effecten

van het bedrijventerrein en

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

verwaarloosbaar (0)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten perceptieve

Wijziging

kenmerken (0/-)

belevingswaarde (0/-)


Nvt

landbouwers

(-)

kwaliteitsvol onderhoud van het bedrijventerrein Windturbines niet op de kamlijn plaatsen Zichtlocaties langsheen de N35 en de

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

N37

kenmerken (0/+)

Planelement 2: kleinhandelszone Uitvoeren van een mobiliteitstoets met:

De resultaten moeten

-

tellingen op de

toelaten de

Egemsesteenweg, de N327

verkeersveiligheid in

Darraslaan en kruis-

kaart te brengen zodat

punttellingen Egemsesteenweg x

de nodige maatregelen

Fonteinestraat en

eraan gekoppeld kunnen

Egemsesteenweg x N37

worden. Effect veiligheid

inschatting parkeerbeleid

(0/-)

-

de invloedssfeer van bemaling

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten



nvt

nvt

nvt

nvt

beperken (retourbemaling, werking in

grondwaterverlaging (0/-)

natte kuip, werken in gesloten bouwput) Bouwhoogte inrichting beperken: tov

Effecten

Effecten ruimtelijke

de achtertuingrens minstens een

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

landschappelijke

kwaliteit (0/-)

afstand vrijwaren die gelijk is aan de

integratie (0)

bouwhoogte Aandacht voor verzorgde vormgeving

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

en materiaalgebruik

Effecten

Effecten ruimtelijke

landschappelijke

kwaliteit (0)

integratie (0) Planelement 3: landschapspark Optimaliseren fietsvoorzieningen:

Effecten capaciteit



veilige kwalitatieve fietsroutes, -


(0/+)

(0/+)

voorzieningen en –oversteekplaatsen,

verkeersveiligheid (0/+)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten op leefbaarheid en veiligheid (0/+) Effecten

gebied integreren in recreatief

belevingswaarde (+)

fietsroutenetwerk Voorzien in beperkt aantal toegangen

Effecten op

met beperkte parkeerplaatsen

bereikbaarheid (0/+)

Nauw overleg met de betrokken

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten

landbouwers bij inrichting

ruimtegebruikfuncties (0/)

Planelement 4: stadsrandbos Optimaliseren fietsvoorzieningen:

Effecten capaciteit



veilige kwalitatieve fietsroutes, -


(0/+)

(0/+)

voorzieningen en –oversteekplaatsen,

verkeersveiligheid (0/+)

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

Effecten op leefbaarheid en veiligheid (0/+) Effecten

gebied integreren in recreatief

belevingswaarde (+)

fietsroutenetwerk Voorzien in beperkt aantal toegangen

Effecten op

met beperkte parkeerplaatsen

bereikbaarheid (0/+)

Vrijwaren visuele relatie tussen

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt


Effecten

stadskern en Poelberg Nauw overleg met de betrokken landbouwers bij inrichting

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

kenmerken (0)

belevingswaarde (0)

nvt

Effecten ruimtegebruikfuncties (0/-)



Mobiliteit


lucht

Bodem

Grondwater

Oppervlaktewater

Fauna en flora

Landschap

Mens

nvt

nvt

nvt

Effecten bodemzetting

nvt

nvt

nvt

nvt

Nvt

nvt

nvt

nvt


Hinder (0)

windturbines Voorafgaand stabiliteitsonderzoek

(0) Bijkomend onderzoek inzake locatie

nvt

nvt

nvt

nvt

windturbines Inrichtingsprincipes:

kenmerken (0) Effecten op perceptieve


-

identieke vormgeving

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

kenmerken


-

verhouding

verwaarloosbaar (0)

beperkt (0/-)

nvt

Hinder (0)

masthoogte/rotordiameter veelal meer bepalend dan de hoogte en de turbine -

sterke voorkeur naar gelijke hoogte en gelijk type van turbines per groep van windturbines

-

visueel samenhangend beeld,

-

niet bovenop de kamlijn

geen solitaire opstelling inplanten Bij inplanting windturbines rekening

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

nvt

houden met de landbouwbedrijfszetels


Synthese

12.4

Vertaling milderende maatregelen

De voorgestelde milderende maatregelen krijgen een specifieke plaats in het verdere proces van de ontwikkeling van de planelementen. In onderstaande tabel wordt duidelijk aangegeven waar de milderende maatregelen vertaald worden. Er wordt hierbij een onderscheid gemaakt tussen de dwingende maatregelen en de aanbevelingen. Vertaling in Discipline

Dwingende milderende maatregelen en randvoorwaarden

Ruimtelijk

Inrichtingsplan

uitvoeringsplan

Vergunning

Technisch

Andere maat-

SV/MV

ontwerp

regelen

Algemeen Landschap

Archeologisch vooronderzoek

SV

Planelement 1: uitbreiding regionaal bedrijventerrein Mobiliteit

Bereikbaarheid landbouwpercelen garanderen

X

X

Geluid

Respecteren opgelegde afstandsregels

X

X

MV

Opleggen voorafgaandelijke geluidsstudie voor nieuwe inrichtingen

MV

Monitoring tijdens exploitatie inrichting Eventuele breekinstallaties op minstens 500m tov woningen inplanten Grondwater

SV

Behoud huidige geluidsnormering

X

MV X

X

De invloedssfeer van bemaling beperken (retourbemaling, werking in natte kuip, wer-

MV SV

X

MV

X

SV/MV

X

ken in gesloten bouwput) en maximaliseren infiltratie Lucht

Geen sterk verontreinigende industrie toelaten + schoorsteenhoogteberekening

Oppervlakte-

Open en voldoende ruim gedimensioneerde buffervoorzieningen, bij voorkeur ge-

water

meenschappelijke buffering

Fauna en

Zuinig ruimtegebruik door nieuwe infrastructuur maximaal te laten aansluiten op de

flora

bestaande infrastructuur en het beperken van restruimtes

Mens

Compensatie inname herbevestigd agrarisch gebied

X

Afdoende visuele wintergroene buffering naar de woongroepen langs N37, N35, Ka-

X

X

SV

X

X

X

SV

X

X

X

X

X

X SV

X

negemstraat en naar het oostelijk gelegen landbouwgebied Bij behoud verspreide woningen sterke buffering inzake geluid en zicht Bij onteigenen verspreide woningen een correcte vergoeding en begeleiding bij de

X

zoektocht naar een nieuwe woning voorzien Afstandsregels voor bedrijven met een veiligheidsrisico (ruimtelijk veiligheidsrapport)

X

X

SV/MV

X

SV

X

SV/MV

X

Planelement 2: kleinhandelszone Grondwater

De invloedssfeer van bemaling beperken (retourbemaling, werking in natte kuip, werken in gesloten bouwput)

Oppervlakte-

Voldoende ruim gedimensioneerde buffervoorzieningen

X

X

water


Synthese

Vertaling in Discipline

Dwingende milderende maatregelen en randvoorwaarden

Ruimtelijk

Inrichtingsplan

Vergunning

Technisch

Andere maat-

SV/MV

ontwerp

regelen

SV

X

Vergunning

Technisch

Andere maat-

ontwerp

regelen

uitvoeringsplan Planelement 3: landschapspark Mobiliteit


X

X

X

X

Planelement 4: stadsrandbos Mobiliteit


Windturbines Mens

Mobiliteit

Afstandsregel tov woningen respecteren: 250 m

X

X

Afstandsregel tov ondergrondse leidingen respecteren: lengte rotoras + lengte wiek

X

X

Afstandsregel tov bovengrondse installaties respecteren: 350 m

X

X

Afstandsregel tov van wegen: de lengte van de wiek

X

X

Leidingen Respecteren van de randvoorwaarden door fluxys opgelegd



Ruimtelijk

Inrichtingsplan

uitvoeringsplan Algemeen Lucht

Breedte van aangewezen bufferzones langsheen wegen: N37 Tieltstraat (kmpt 14,3): 25 m N37 Ringlaan tss Ruiseleedsestnweg en Wingensestnwg: 30 m N37 Ringlaan (kmpt 12,8): 30 m N37 Ruiseleedsesteenweg: 15 m N37 Ringlaan thv Ruiseleedsesteenweg: 20 m N35 Ringlaan thv Ruiseleedsesteenweg: 10 m St-Jansstraat: 10 m N37 Ringlaan thv Egemsesteenweg: 30 m Egemsesteeenweg: 15 m N37 Pittemsesteenweg: 30 m N327 Deken Daraslaan: 30 m N37 Ruiseleedsesteenweg: 10 m N35 Deinsesteenweg: 10 m Kanegemstraat: 10 m Marialoopsesteenweg: 10 m Doorstroming wegenis optimaliseren door streven naar constante lage snelheid, maat-

X

X

SV

X

X

regelen die snelheidswisselingen beperken, … Bevordering openbaar vervoer en fietsverkeer

X


Synthese



Ruimtelijk

Inrichtingsplan

Vergunning

uitvoeringsplan Oppervlakte-

Structuurkwaliteit optimaliseren door variërende dwarsprofielen en natuurvriendelijke

water

(her)inrichting waterlopen Overwelving waterloop ipv inbuizing

Technisch

Andere maat-

ontwerp

regelen

X

SV

X

X

SV

X

Voorkomen van calamiteiten door good practice

X

Kwaliteitsvolle inrichting van kruispunt weg-waterloop met voldoende ruime dwarssec-

X

SV

X

SV

X

ties en migratiemogelijkheden voor fauna Fauna en

Zuinig ruimtegebruik

flora

Opslag materiaal op: -

X

X

X

Percelen die sowieso worden ingenomen voor de ontwikkeling van de planelementen

-

percelen met biologisch minder waardevolle ecotopen en habitat

Aanplantingen met inheems, standplaatsgeschikt en autochtoon genetisch materiaal

X

SV

X

Beperken van verlichting in tijd en plaats

X

SV

X

Beperken lichtverstrooiing door aangepaste armaturen

X

Vermijden gebruik van wit licht

X

Planelement 1: uitbreiding regionaal bedrijventerrein Mobiliteit

Ontsluiting: conflict tussen vrachtverkeer en zwakke weggebruikers vermijden door: -

Veilige inrichting van de kruispunten met de N35 en de N37

-

Betere fietsvoorzieningen langsheen de N35

Ontsluiting: bijkomende aantakkingspunten op het hogere wegennet vermijden

X

X

X

X

X

Goede bewegwijzering van en naar het bedrijventerrein

X

Opstellen van een intern routeplan

X

Veilige kwalitatieve fietsroutes, fietsvoorzieningen en fietsoversteekplaatsen

X

X

X

X

SV

X

Stimuleren fietsverkeer en openbaar vervoer Bereikbaarheid van de landbouwpercelen garanderen Geluid

X

Goede interne bewegwijzering

X

Herinrichting kruispunt Galgenveld x N37 met aandacht voor reductie geluidshinder

SV

X

voor woningen langsheen de N37 Geen vrachtverkeer in de woonstraten toelaten

X

X

X

Geluidarme wegbedekking en goed onderhoud van de wegen Luidruchtige installaties omkasten, geluidsarm ontwerpen en/of afschermen

X MV

X

X

Oppervlakte-

Aansluiten riolering op bestaande collectoren

X

water

KWS-afscheider en sedimentvang t;h.v. wegenis en parkeerterreinen

X


Synthese



Ruimtelijk

Inrichtingsplan

Vergunning

uitvoeringsplan Fauna en

De open buffer op ecologische wijze aanleggen, inrichten en beheren

X

flora

Maximaal behouden en integreren van de KLE en biologisch waardevolle elementen in

X

Landschap

Wintergroene visuele buffer ten aanzien van het open landschap in het oosten

SV

Technisch

Andere maat-

ontwerp

regelen

X

X

X

het gebied X

Rekening houden met aanwezige steilrand bij kavelindeling

Mens

X X

Herhaling laanbeplanting zoals langs bestaand fietspad

X

X

Streekeigen beplanting

X

X

Zuinig ruimtegebruik: restpercelen voor landbouw vermijden

X

X

Voorkeur voor gefaseerde ontwikkeling: start ten noorden van de Kanegemstraat

SV SV

Billijke vergoeding voor getroffen landbouwers Duurzame en kwalitatieve inrichting van het bedrijventerrein

X X

X

X

X

Kwaliteitsvol onderhoud van het bedrijventerrein Zichtlocaties langsheen de N35 en de N37

X X

X

X

X

Planelement 2: kleinhandelszone Mobiliteit

Uitvoeren van een mobiliteitstoets met: -

tellingen op de Egemsesteenweg, de N327 Darraslaan en kruis-punttellingen

-

inschatting parkeerbeleid

X

Egemsesteenweg x Fonteinestraat en Egemsesteenweg x N37 Landschap

Wintergroene visuele buffer ten aanzien van de woningen in de Egemsesteenweg met

X

X

streekeigen beplanting Mens

Bouwhoogte inrichting beperken: tov de achtertuingrens minstens een afstand vrijwaren

X

SV

X

die gelijk is aan de bouwhoogte Aandacht voor verzorgde vormgeving en materiaalgebruik

X

X

Planelement 3: landschapspark Mobiliteit

Optimaliseren fietsvoorzieningen: veilige kwalitatieve fietsroutes, -voorzieningen en -

X

X

X

oversteekplaatsen

Mens

Plangebied integreren in recreatief fietsroutenetwerk

X

X

Voorzien in beperkt aantal toegangen met beperkte parkeerplaatsen

X

X

Vrijwaren visuele relatie tussen stadskern en Poelberg Nauw overleg met de betrokken landbouwers bij inrichting

X

X X


Synthese



Ruimtelijk

Inrichtingsplan

uitvoeringsplan

Vergunning

Technisch

Andere maat-

ontwerp

regelen

Planelement 4 stadsrandbos Mobiliteit

Optimaliseren fietsvoorzieningen: veilige kwalitatieve fietsroutes, -voorzieningen en -

X

X

Plangebied integreren in recreatief fietsroutenetwerk

X

X

Voorzien in beperkt aantal toegangen met beperkte parkeerplaatsen

X

X

Erfgoedwaarde van het aanwezige bouwkundig erfgoed behouden en indien mogelijk

X

X

X

X

X

oversteekplaatsen

Landschap

versterken Landschappelijke integratie beekvallei en oude spoorwegbedding, met goed landschappelijk-ecologisch beheer en onderhoud Mens

Behoud visuele relatie stad-Poelberg

X

Visuele buffer van de oostelijke tangent

X

Nauw overleg met de betrokken landbouwers bij inrichting

X

Windturbines Bodem

Voorafgaand stabiliteitsonderzoek

Landschap

Inrichtingsprincipes: -

X X

identieke vormgeving verhouding masthoogte/rotordiameter veelal meer bepalend dan de hoogte en de turbine

-

sterke voorkeur naar gelijke hoogte en gelijk type van turbines per groep van windturbines

Mens

-

visueel samenhangend beeld, geen solitaire opstelling

-

Niet bovenop de kamlijn inplanten

Bijkomend onderzoek inzake locatie windturbines

X

Bij inplanting windturbines rekening houden met de landbouwbedrijfszetels

X

X


Plan-MER Afbakening kleinstedelijk gebied Tielt

Recommend Documents