PROVINCIE ANTWERPEN
DEPARTEMENT RUIMTELIJKE ORDENING EN MOBILITEIT
OVERHEIDSOPDRACHT VOOR DIENSTEN Algemene offerteaanvraag voor aanneming van diensten DOSSIER NR. ROPR/08-106
Opmaak voorstudie in het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg.
OPENING OFFERTES OP maandag 10 november 2008 om 14:00h.
contactpersoon : Lutgarde Janssens (tel. 03/240 67 64)
Dossiernummer (te vermelden in alle briefwisseling): ROPR/08-106 Aanbestedende overheid en autoriteit voor toezicht en leiding over de opdracht: Provincie Antwerpen Departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen Leidend ambtenaar: Lux Wim Contactpersoon: Lutgarde Janssens Tel 03/240 67 64 Fax 03/240 66 79 e-mail:
[email protected] Inzage documenten: Op bovenstaand adres Alle werkdagen, op afspraak. Wijze van gunnen: Algemene offerteaanvraag voor aanneming van diensten Wijze van prijsbepaling: Opdracht voor een globale prijs Geldigheidsduur van de inschrijvingen: 120 kalenderdagen
2
INHOUDSOPGAVE 1.
Algemene bepalingen....................................................................................................................................... 4 1.1 Opdrachtgevend bestuur........................................................................................................................ 4 1.2 Voorwerp en classificatie van de opdracht.......................................................................................... 4 1.3 Gunningswijze en indiening van de offertes....................................................................................... 4 1.4 Toepasselijke regelgeving....................................................................................................................... 5 1.5 Overige algemene toepasselijke bepalingen........................................................................................ 5 2. Administratieve voorschriften ........................................................................................................................ 6 2.1 Voorschriften in toepassing van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken................................................................................................................................................... 6 2.1.1 Kwalitatieve selectie (art. 69, 70 en 71)............................................................................................. 6 2.1.2 Onverenigbaarheid (art. 78)............................................................................................................... 6 2.1.3 Prijsbepaling en prijsonderzoek (art. 86 en 87) ............................................................................... 6 2.1.4 Vorm en inhoud van de offerte (art. 89 en 90) ................................................................................ 7 2.1.5 Inventaris (art. 97) ............................................................................................................................... 7 2.1.6 Prijsopgave........................................................................................................................................... 7 2.1.7 Taalgebruik (art. 112).......................................................................................................................... 7 2.1.8 Gunningscriteria (art. 115) ................................................................................................................. 7 2.1.9 Gestanddoeningstermijn voor de inschrijver (art. 116) ................................................................. 8 2.2 Voorschriften in toepassing van het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en zijn bijlage, zijnde de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken..... 9 2.2.1 Omschrijving van de leiding en het toezicht op de uitvoering van de overheidsopdracht (art. 1 AAV)........................................................................................................................................................ 9 2.2.2 Bedrag van borgtocht (art. 5, §1 AAV)............................................................................................. 9 2.2.3 Prijsherziening (art. 13, §2 AAV) ...................................................................................................... 9 2.2.4 Intellectuele rechten (art. 14 AAV) ................................................................................................... 9 2.2.5 Betalingen (art. 15 AAV) .................................................................................................................. 10 2.2.6 Rechtsvorderingen (art. 18 AAV).................................................................................................... 10 2.2.7 Elementen die in de prijzen zijn inbegrepen (art. 67 AAV) ........................................................ 10 2.2.8 Uitvoeringstermijn (art. 69, §3 en 4 AAV) .................................................................................... 10 2.2.9 Oplevering (art. 74, §2 AAV) ........................................................................................................... 11 2.2.10 Onderaanneming (art. 10 AAV).................................................................................................. 11 3. Beschrijving van de opdracht ........................................................................................................................ 12 3.1 kader van de opdracht.......................................................................................................................... 12 3.2 Situering van de opdracht.................................................................................................................... 12 3.3 Inhoud van de opdracht ....................................................................................................................... 12 3.4. Samenwerking en communicatie............................................................................................................... 13 3.5.praktische afspraken..................................................................................................................................... 14
3
1.ALGEMENE BEPALINGEN Als in dit bestek gesproken wordt over gunnings- of aanbestedingsdocumenten, dan wordt daarmee bedoeld het bestek en alle bijhorende documenten die gediend hebben als basis voor de offerte. 1.1 OPDRACHTGEVEND BESTUUR Deze opdracht wordt uitgeschreven door de provincie Antwerpen, vertegenwoordigd door de deputatie. De administratieve entiteit die met de opvolging van deze opdracht is belast is: Provincie Antwerpen Departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen Alle briefwisseling m.b.t. deze opdracht moet naar die entiteit worden gestuurd. Aanspreekpunt is Lutgarde Janssens, tel. 03/240 67 64, e-mail
[email protected].
1.2 VOORWERP EN CLASSIFICATIE VAN DE OPDRACHT Het voorwerp van deze opdracht bestaat erin om een voorstel van afbakening op te maken voor de afbakening van het kleinstedelijke gebied Heist-op-den-Berg; • Een geactualiseerd ruimtelijk onderzoek in het kader van de doelstellingen van het beleid voor een kleinstedelijk gebied. • Een geactualiseerde taakstelling naar wonen en bedrijventerreinen voor het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg. • Een alternatieven-onderzoek voor de gewenste locaties voor wonen, bedrijventerreinen en eventuele andere bovenlokale acties (kleinhandel, randstedelijk groen,…) die zowel ruimtelijk als op gebied van milieu-effecten is onderbouwd. De milieu-effecten dienen op het niveau van screening te worden onderzocht zoals bepaald in toepassing van de plan-MER-regeling die is opgenomen in Titel IV van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen milieubeleid, zoals gewijzigd bij decreet van 27 april 2007 en in het Besluit van de Vlaamse regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's (zie ook punt 3.4.) Eventuele wetswijzigingen terzake of nieuwe uitvoeringsbesluiten van de plan-MERregelgeving dienen door de opdrachthouder te worden opgevolgd. • Een gedetailleerd actieprogramma waarin de acties en engagementen van de verschillende bestuursniveau’s zijn opgenomen ter uitvoering van het kleinstedelijk gebiedbeleid. Een verdere omschrijving is weergegeven in hoofdstuk 3.3. van dit bestek. De opdracht is een opdracht voor aanneming van diensten in de zin van artikel 5 van de Wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten. 1.3 GUNNINGSWIJZE EN INDIENING VAN DE OFFERTES De gunning van deze opdracht geschiedt bij wijze van algemene offerteaanvraag.
4
De opening van de offertes gebeurt in openbare zitting op maandag 10 november 2008 stipt om 14.00 uur. De plaats van de opening is lokaal 6.22 op de zesde verdieping van het torengebouw van het provinciehuis. Provincie Antwerpen Departement ruimtelijke ordening en mobiliteit Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen De offerte wordt bij ter post aangetekend schrijven ingezonden of afgegeven op de plaats zoals vastgesteld in dit bestek. De offerte wordt geschoven in een definitief gesloten omslag waarop zijn vermeld: de datum van de zitting waarop de offertes worden geopend, de verwijzing naar het bestek “Opmaken voorstudie in het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg.” alsook het hierboven vermelde adres van het opdrachtgevende bestuur. Bij inzending over de post wordt die gesloten omslag geschoven in een tweede gesloten omslag met opgave van het adres dat in het bestek is aangegeven en met de vermelding "offerte". Iedere offerte moet bij de voorzitter van de zitting voor de opening van de offertes toekomen alvorens hij de zitting opent. De inschrijver is verantwoordelijk voor het tijdig bezorgen van de offerte. 1.4 TOEPASSELIJKE REGELGEVING De opdracht is onderworpen aan de algemene reglementering betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten. Elke inschrijver wordt geacht de bepalingen van volgende wettelijke en reglementaire teksten te kennen en te aanvaarden: • • •
Wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken; Koninklijk Besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en zijn bijlage, zijnde de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken.
1.5 OVERIGE ALGEMENE TOEPASSELIJKE BEPALINGEN De opdrachtgever kan bijkomende inlichtingen vragen aan één of meerdere inschrijvers, alvorens de offertes goed te keuren en kan aan de inschrijvers vragen alle inlichtingen te verstrekken om de aangeboden prijzen te controleren. De inschrijver duidt bij zijn offerte een persoon aan met naam, adres en telefoonnummer, die gemachtigd is de inschrijver te vertegenwoordigen en die binnen twee dagen gevolg kan geven aan een oproep voor het verstrekken van eventueel vereiste verduidelijkingen.
5
2. ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN 2.1 VOORSCHRIFTEN IN TOEPASSING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 8 JANUARI 1996 BETREFFENDE DE OVERHEIDSOPDRACHTEN VOOR AANNEMING VAN WERKEN, LEVERINGEN EN DIENSTEN EN DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN 2.1.1 KWALITATIEVE SELECTIE (ART. 69, 70 EN 71) De dienstverlener kan uitgesloten worden van de deelneming aan de opdracht indien hij zich in ernstige mate heeft schuldig gemaakt aan het afleggen van valse verklaringen bij het verstrekken van inlichtingen die voor de selectie gevraagd worden. De inschrijver toont aan dat hij zich niet in een toestand van uitsluiting bevindt, door een origineel RSZ-attest dat betrekking heeft op het voorlaatste afgelopen kwartaal ten opzichte van de uiterste dag van indiening van de offertes. Zijn financiële en economische draagkracht toont hij aan door één of meer van de volgende referenties: • door passende bankverklaringen of het bewijs van een verzekering tegen beroepsrisico’s; • door een verklaring betreffende de totale omzet en de omzet betreffende de diensten waarover de opdracht gaat, over de laatste drie boekjaren. Als de inschrijver om gegronde redenen niet in staat is de gevraagde referenties voor te leggen, kan hij zijn economische en financiële draagkracht aantonen met andere documenten. Zijn technische bekwaamheid toont hij aan door het voorleggen van: • de studie- en beroepskwalificaties van de dienstverlener - en in het bijzonder van diegenen die voor de uitvoering van de opdracht zullen ingezet worden - met betrekking tot het opmaken van de studies in het kader van voorliggende opdracht; • motivering waarom de inschrijver zich bekwaam of deskundig acht voor het opmaken van de studie aan de hand van referenties, opgedane ervaringen, gevolgde studies of voorgestelde samenwerking, mogelijk gestaafd met voorbeelden van eigen of andere gelijkaardige projecten die door hem als kwaliteitsvol worden beschouwd; • bijzondere aandacht gaat hierbij naar de reeds opgedane ervaring voor het opmaken van screenings inzake planMER ; minimum 2 referenties dienen te worden opgegeven. • multidisciplinaire samenstelling van het team; • beschikbaarheid en inzetbaarheid van personen die ingezet zullen worden en de vervangbaarheid van projectleider en medewerkers door andere personen met ten minste dezelfde capaciteiten.
2.1.2 ONVERENIGBAARHEID (ART. 78) Door in te schrijven op deze opdracht, verklaart de inschrijver zich niet in een toestand van onverenigbaarheid te bevinden, zoals bedoeld in artikel 78. 2.1.3 PRIJSBEPALING EN PRIJSONDERZOEK (ART. 86 EN 87) Deze opdracht is een opdracht voor een globale prijs, dat wil zeggen een forfaitaire prijs voor het geheel van de prestaties. Het opdrachtgevend bestuur kan vóór de gunning van de opdracht alle inlichtingen vragen om de aangeboden prijzen te controleren. De inschrijver kan desgewenst preciseren welke diensten extra of niet in de prijs zijn inbegrepen.
6
2.1.4 VORM EN INHOUD VAN DE OFFERTE (ART. 89 EN 90) De aandacht van de inschrijver wordt erop gevestigd dat hij zijn offerte moet invullen op het bij het bestek behorende offerteformulier. Elke offerte (offerteformulier, inventaris en bijkomende stukken) moet in één exemplaar ingediend worden. Op elke offerte die op een ander document is opgemaakt, moet de inschrijver bovenaan ieder document de volgende verklaring vermelden: "Ik, ondergetekende ..., verklaar te hebben nagezien dat de hierna vermelde gegevens volstrekt overeenstemmen met de vermeldingen van het bij het bestek behorende formulier met inventaris en neem daarvoor de volledige verantwoordelijkheid op." Alle bescheiden en nota’s die bij de offerte worden gevoegd, moeten worden gedagtekend en ondertekend onder de vermelding: "Opgemaakt door ondergetekende om gevoegd te worden bij zijn offerte van heden". In geval van ondertekening in naam van een rechtspersoon, wordt een bewijs toegevoegd waaruit blijkt dat de persoon bevoegd is zich te verbinden voor de rechtspersoon voor wie hij tekent. Elke wijziging, toevoeging of schrapping aan de essentiële voorwaarden van de offerte (prijzen, termijnen, technische voorwaarden) moet gehandtekend worden (en niet geparafeerd) door de persoon die de offerte ondertekend heeft.
2.1.5 INVENTARIS (ART. 97) De inventaris dient ingevuld te worden volgens het model dat in bijlage is toegevoegd. 2.1.6 PRIJSOPGAVE Alle prijzen worden in EURO weergegeven. Indien zulks voor de nauwkeurigheid van de geboden prijzen in euro vereist is, mag de inschrijver die prijzen tot vier cijfers na de komma preciseren. De belasting over de toegevoegde waarde wordt in een afzonderlijke post van de inventaris vermeld om bij de prijs van de offerte te worden gevoegd. 2.1.7 TAALGEBRUIK (ART. 112) De inschrijver gebruikt uitsluitend het Nederlands in zijn mondelinge en schriftelijke relatie met het opdrachtgevend bestuur. Van documenten die enkel in een andere taal beschikbaar zijn, kan het bestuur een, desgevallend beëdigde, vertaling eisen. 2.1.8 GUNNINGSCRITERIA (ART. 115) Het opdrachtgevend bestuur zal de regelmatige offertes vergelijken en deze kiezen die het best voldoet aan de hieronder vermelde gunningscriteria. Bij de toewijzing van de opdracht zal het bestuur rekening houden met de kwaliteit van de aangeboden diensten en met de prijs van de offerte. Het gunningscriterium kwaliteit wordt beoordeeld op 100 punten, onderverdeeld in volgende subcriteria: − de kwaliteit van het inhoudelijke deel in functie van het voorwerp van de voorliggende opdracht alsmede de mogelijke aandachtspunten hierover waarop de inschrijver wijst (60 punten);
7
− de kwaliteit van het voorstel over de praktische aanpak en de timing alsmede de mogelijke aandachtspunten hierover waarop de inschrijver wijst (40 punten). Een offerte wordt afgewezen indien het aantal punten voor één van de subcriteria lager ligt dan 60% van het maximaal aantal punten voor dat subcriterium. De rangschikking van de offertes geschiedt volgens de volgende formule: Qx = Pm x Kx/Px Waarbij :
Qx: aantal punten van inschrijver x, Kx: totaal aantal punten voor het gunningscriterium kwaliteit inschrijver x, Px: prijs van de offerte van inschrijver x, Pm : het gemiddelde van de prijzen van de regelmatige inschrijvingen.
van
De offerte wordt gegund aan de inschrijver met de hoogste waarde voor Qx. Teneinde de inschrijvers te kunnen beoordelen op basis van de hiervoor vermelde criteria dient de offerte een beknopte nota omtrent enerzijds het inhoudelijk deel en anderzijds een werkplan van het planningsproces en het overleg te bevatten. Bovendien moet er aandacht gaan naar de afstemming tussen beiden. Het voorstel moet op een kwalitatieve wijze beschreven worden teneinde de verschillende offertes op een correcte wijze naar waarde te kunnen schatten. Inschrijvingen voor een gedeelte van de opdracht worden niet toegestaan.
2.1.9 GESTANDDOENINGSTERMIJN VOOR DE INSCHRIJVER (ART. 116) De inschrijvers blijven gebonden door hun offerte gedurende een termijn van honderdtwintig kalenderdagen, ingaande de dag na de opening van de offertes.
8
2.2 VOORSCHRIFTEN IN TOEPASSING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 26 SEPTEMBER 1996 TOT BEPALING VAN DE ALGEMENE UITVOERINGSREGELS VAN DE OVERHEIDSOPDRACHTEN EN VAN DE CONCESSIES
VOOR
OPENBARE
WERKEN,
EN
ZIJN
BIJLAGE,
ZIJNDE
DE
ALGEMENE
AANNEMINGSVOORWAARDEN VOOR DE OVERHEIDSOPDRACHTEN VOOR AANNEMING VAN WERKEN, LEVERINGEN EN DIENSTEN EN VOOR DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN. 2.2.1OMSCHRIJVING VAN DE LEIDING EN HET TOEZICHT OP DE UITVOERING VAN DE OVERHEIDSOPDRACHT (ART. 1 AAV) Het mandaat van de leidende ambtenaar bestaat uit: • de technische en administratieve opvolging van de diensten tot en met de oplevering; • het nazicht van de facturen; • het opstellen van de processen-verbaal; • de oplevering; • het instaan voor het bestendig toezicht op de prestaties (omvat het geven van onderrichtingen, telkens wanneer het bestek of de gunningsdocumenten onvolledig of onduidelijk zijn). De dienstverlener aanvaardt alle controles die daarvoor nodig zijn en legt, telkens hij daarom gevraagd wordt, een tussentijds verslag voor met een stand van zaken.
2.2.2 BEDRAG VAN BORGTOCHT (ART. 5, §1 AAV) Ingevolge art. 5, §1 van het Koninklijk Besluit van 26/09/1996 zal eventueel een borgtocht moeten gesteld worden. De borgtocht bedraagt 5% van het oorspronkelijke bedrag (excl. BTW) van de opdracht. De opdrachtnemer levert, binnen de 30 kalenderdagen volgend op de dag van de gunning van de opdracht, het bewijs dat hij of een derde de borgtocht heeft gesteld op één van de wijzen vermeld in artikel 4, §3 van het Koninklijk Besluit van 26/09/96. Op het bewijs van borgtocht wordt de vermelding ROPR/07-54 aangebracht. 2.2.3 PRIJSHERZIENING (ART. 13, §2 AAV) Er is geen prijsherzieningsclausule voorzien. 2.2.4 INTELLECTUELE RECHTEN (ART. 14 AAV) De opdrachthouder moet op zijn kosten de beschikking over alle documenten die de goede uitvoering van de opdracht vereisen, verkrijgen. De resultaten en producten van deze opdracht worden eigendom van de aanbestedende overheid. Het provinciebestuur verwerft een onbeperkt en onvoorwaardelijk, exclusief eigendomsrecht van onbeperkte duur voor de producten die resulteren uit deze opdracht. Dit betekent dat alleen zij: • • •
er vrij kan over beschikken om o.a. onbeperkt te reproduceren; de documenten kan gebruiken voor o.a. publicaties en studiedagen; eveneens het adaptatierecht verwerft teneinde de studie achteraf te verfijnen en/of te bewerken.
De resultaten van de opdracht kunnen ook aangewend worden voor de behoeften van alle betrokken instanties, mits uitdrukkelijke voorafgaande toestemming van het provinciebestuur. De dienstverlener verbindt zich ertoe alle maatregelen te treffen vereist om het confidentieel karakter van de gegevens en onderzoeksresultaten aangaande de uitvoering van deze overeenkomst te doen eerbiedigen door zijn personeel dat met de uitvoering van de opdracht belast wordt en door
9
elke andere persoon die er toegang toe heeft. Deze verbintenis geldt tijdens de uitvoering van de opdracht en erna. Buiten de uitvoering van deze opdracht, kan de dienstverlener niet beschikken over en gebruik maken van de verkregen resultaten van deze opdracht, tenzij na voorafgaande en schriftelijke toestemming van het provinciebestuur. 2.2.5 BETALINGEN (ART. 15 AAV) De betaling gebeurt in twee schijven: • •
40% na de kennisgeving van het voorbereidend onderzoek aan de deputatie (fase 1 en 2) . 60% na de goedkeuring van het eindrapport door de deputatie (fase 3 en 4).
De betaling gebeurt tegen voorlegging van een gedateerde en ondertekende schuldvordering in drievoud en mits het voorleggen van de nodige verantwoordingsstukken. De betalingsbescheiden (ereloonnota) dienen opgesteld te worden op naam van het Provinciebestuur Antwerpen met vermelding van het vastleggingsnummer. Ze worden ingediend bij: Provinciebestuur Antwerpen Departement ruimtelijke ordening en mobiliteit Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen Op de ereloonnota vermeldt de opdrachtnemer de formule ‘deugdelijk en onvergolden verklaard voor de som van …’, waarna het bedrag voluit in letters geschreven wordt. Onderbreking door de aanbestedende overheid (art. 15, §5) De opdrachthouder heeft geen recht op schadevergoeding of termijnverlenging voor onderbrekingen bevolen door het bestuur als gevolg van een slechte uitvoering. In dit geval stelt de opdrachthouder zich onmiddellijk in verbinding met de leidende ambtenaar om zijn voorstellen over te maken. 2.2.6 RECHTSVORDERINGEN (ART. 18 AAV) In geval van betwisting tussen beide partijen is enkel de Rechtbank van Eerste Aanleg te Antwerpen bevoegd een uitspraak te doen. De opdrachtgever is in geen geval aansprakelijk voor de schade aan personen of goederen die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van de activiteiten die nodig zijn voor de uitvoering van deze opdracht. De dienstverlener vrijwaart de opdrachtgever tegen elke vordering tot schadevergoeding door derden in dit verband. 2.2.7 ELEMENTEN DIE IN DE PRIJZEN ZIJN INBEGREPEN (ART. 67 AAV) De globale prijs die de inschrijver opgeeft, bevat alle kostprijselementen, behalve BTW. inventaris worden de prijzen inclusief en exclusief BTW vermeld.
In de
2.2.8 UITVOERINGSTERMIJN (ART. 69, §3 EN 4 AAV) De uitvoeringstermijn vangt aan op de gunningsbeslissing aan de dienstverlener.
eerste
kalenderdag
na
de
betekening
van
de
De uitvoeringstermijn bedraagt 12 maanden.
10
2.2.9 OPLEVERING (ART. 74, §2 AAV) De oplevering gebeurt door de definitieve versie van de studies in te dienen bij de Dienst Ruimtelijke Planning. De levering geschiedt zowel onder analoge als onder digitale vorm. De digitale versie wordt geleverd op CD-ROM (inclusief kaartmateriaal), de teksten in het documentformaat van MS Word (.doc) en eventuele tabellen in MS Excel (.xls). Grafische bestanden (schetsen, kaarten, …) worden geleverd in een universeel leesbaar bestandsformaat. Het document wordt tevens (eventueel vereenvoudigd) afgeleverd in een vorm die geschikt is om op de website van de provincie te plaatsen (pdf). Het kaartmateriaal wordt geleverd in shp-formaat.
2.2.10 ONDERAANNEMING (ART. 10 AAV) Het is verboden de gegunde opdracht of een deel ervan in feite of in rechte over te dragen of in onderaanneming te geven, tenzij hiervoor een schriftelijke en voorafgaande toestemming werd bekomen van de opdrachtgever. Het provinciebestuur zal in geen geval de uitgaven die voortvloeien uit een niet toegestane overdracht of onderaanneming, aanvaarden of terugbetalen.
11
3. BESCHRIJVING VAN DE OPDRACHT 3.1 KADER VAN DE OPDRACHT De opdracht bestaat uit het opmaken van een voorstudie voor de afbakening van het kleinstedelijk gebied Heist-op-den-Berg. De doelstellingen en de ontwikkelingsperspectieven voor de stedelijke gebieden in het RSV en het RSPA vormen de basis voor het voorstel van afbakening. De finaliteit van deze voorstudie is een voorstel van een grenslijn voor het kleinstedelijk gebied en een minstens even belangrijk actieprogramma met concrete voorstellen voor de uitvoering van de ruimtelijke aspecten van het stedelijk beleid. Aan de hand van deze elementen van Vlaams en provinciaal niveau zal mede bepaald worden waar de ontwikkeling in het stedelijk gebied best wordt opgevangen, op welke wijze de ruimte wordt gestructureerd en samenhang wordt gecreëerd. Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Heist-op-den-Berg is goedgekeurd op 19 januari 2001 en kan als uitgangspunt gehanteerd worden maar dient te worden geactualiseerd en aangepast aan nieuwe inzichten.
3.2 SITUERING VAN DE OPDRACHT De provincie heeft het afbakeningsproces van de kleinstedelijke gebieden Lier en Hoogstraten afgerond. De afbakening van de kleinstedelijke gebieden Geel en Mol zijn lopende. De afbakening van de kleinstedelijke gebieden heeft tot doel aan te duiden in welke gebieden een beleid van groei, concentratie en verdichting van toepassing is. In de stedelijke gebieden dient immers een bijkomende ruimtebehoefte voor woningbouw, economische activiteiten en andere kleinstedelijke activiteiten te worden opgevangen. Volgens bindende bepaling nr. 42 van het RSPA bakent de provincie in uitvoeringsplannen de kleinstedelijke gebieden af. Het opmaken van de uitvoeringsplannen zelf maakt geen deel uit van deze opdracht.
ruimtelijke ruimtelijke
3.3INHOUD VAN DE OPDRACHT
De dienstverlener werkt in zijn offerte een stappenplan uit met daaraan gekoppeld een duidelijke timing en weergave van de overlegmomenten. Minimum volgende delen moeten in het stappenplan zijn opgenomen:
Fase 1: Procesnota In een • • • •
procesnota worden minstens volgende elementen aangegeven: Concreet verloop en timing Overlegmomenten Finaliteit van het afbakeningsproces Verwachtingen ten aanzien van de rol en taken van de verschillende actoren in het proces
12
Fase 2: Voorbereidend onderzoek Tijdens het voorbereidend onderzoek worden minstens volgende elementen onderzocht: • Planningscontext • Geactualiseerde bestaande ruimtelijke structuur en potenties • Grenzen vanuit natuurlijke, agrarische en landschappelijke structuur • Actualisering taakstellingen voor bijkomende woningbouw en bedrijventerreinen • Aangeven andere bovenlokale acties (kleinhandel, randstedelijk groen,….) • Uitwerken bestaande toestand en knelpunten van het gebied Averechten als voorbereiding op een PRUP. • Aangeven mogelijke locaties voor invullingen van kleinstedelijk gebied beleid op basis van gevoerd onderzoek.
Fase 3: Ontwerp van afbakening In deze fase worden minstens volgende elementen verder uitgewerkt: • Hypothese gewenste ruimtelijke structuur • Een alternatieven-onderzoek voor de gewenste locaties voor wonen, bedrijventerreinen en eventuele andere bovenlokale acties (kleinhandel, randstedelijk groen,…) die zowel ruimtelijk als op gebied van milieu-effecten zijn onderbouwd. • Voor de gekozen locaties dienen inrichtingsschetsen te worden gemaakt. Deze inrichtingsschetsen geven een mogelijke inrichting van de betreffende gebieden weer en dienen onder anderen om bijvoorbeeld de woningdichtheid te onderbouwen of de ontsluiting van een bedrijventerrein. Deze inrichtingsschetsen dienen te gebeuren in samenhang met de ruimere omgeving. • Voorstel van gewenste ruimtelijke structuur en eventuele bestemmingswijzigingen voor het gebied Averechten. • Voorstel van grenslijn • Voorstel van acties en engagementen van de verschillende partners
Fase 4: Eindvoorstel van afbakening Voor de opdracht over de afbakening van het kleinstedelijk gebied bestaat het eindproduct uit: • grafisch gedeelte met de grenslijn of grensgebieden en schematische aanduiding van de acties • Eindafweging van het alternatieven-onderzoek op basis van ruimtelijke en milieu argumenten • Eindvoorstel visie Averechten. • tekstgedeelte met toelichting en motivering van de elementen van afbakening • acties van Vlaams, provinciaal en gemeentelijk niveau en afspraken tussen de verschillende besturen over de engagementen en de te volgen werkwijze en timing.
3.4. SAMENWERKING EN COMMUNICATIE
Bij de officiële toewijzing van de opdracht door de deputatie, brengt het departement ruimtelijke ordening en mobiliteit (DROM) de opdrachthouder hiervan onmiddellijk op de hoogte. Binnen de 14 dagen maken dienstverlener en opdrachtgever afspraken inzake de procesopvolging, de inhoudelijke werking en de timing. Het is sterk aangewezen dat met de verschillende relevante actoren overleg wordt gepleegd. Op deze wijze kan getoetst worden in hoeverre een consensus bestaat, het document inhoudelijk al dan niet gedragen wordt en de voorstellen haalbaar zijn. Hiertoe wordt een stuurgroep samengesteld of kan bilateraal overleg gevoerd worden.
13
Volgende projectstructuur wordt gehanteerd: Het dagelijks bestuur bestaat uit de dienstverlener en de opdrachtgever. Het dagelijks bestuur staat in voor een permanente opvolging en bijsturing van het planvormingsproces, alsook voor een voorbereiding van overleg en besluitvorming in de ambtelijke werkgroep en de stuurgroep. In functie van de voortgang van het proces komt het dagelijks bestuur samen zo dikwijls als nodig. Het dagelijks bestuur kan in onderling overleg plaats hebben in de vorm van een vergadering, e- mail of telefoon. Deze vergaderingen worden dus niet apart verrekend, maar maken deel uit van de totaalprijs; meerprijzen hiervoor zijn uitgesloten. De opdrachthouder maakt verslag op van deze vergaderingen. De ambtelijke werkgroep bestaat uit de dienstverlener, de opdrachtgever, vertegenwoordigers van RWO en vertegenwoordigers van de gemeente. De ambtelijke werkgroep is belast met de inhoudelijke planvorming van het voorstel van afbakening en formuleert bevindingen, visies en concepten. Om specifieke aspecten van de afbakening te bespreken, kan de ambtelijke werkgroep indien zij dit beslist - ad hoc uitgebreid worden met externen (zoals sectorale vertegenwoordigers). De stuurgroep bestaat uit de leden van de ambtelijke werkgroep, vertegenwoordigers van de drie bestuursniveaus en sectorale vertegenwoordigers. De stuurgroep is een klankbordgroep waar voorstellen van de ambtelijke werkgroep worden getoetst op hun haalbaarheid, kwaliteit, … Het op elkaar afstemmen van de verschillende sectorale 'vragen' in het betreffende stedelijk gebied vormt hierbij een belangrijk aspect. Om gericht te kunnen werken is het soms praktisch om bilateraal overleg te voeren over specifieke thema’s of met specifieke actoren. Wanneer en met wie er bilateraal zal overlegd worden zal blijken uit en vastgelegd worden tijdens het verloop van de opdracht. De taak van de opdrachthouder bestaat uit het leveren van de nodige documenten aan alle leden van de stuurgroep of aan de bilaterale overlegpartner om het inhoudelijke overleg te voeden, te structureren en op te volgen. Dit overleg gebeurt op basis van werkdocumenten, discussienota's, schema's, tekeningen, … aangeleverd door de dienstverlener. De opdrachthouder staat in voor het opmaken van verslagen van alle vergaderingen. Aan elke vergadering met de ambtelijke werkgroep en de stuurgroep moeten duidelijke finaliteiten worden gesteld, en deze moeten voldoende weergegeven zijn in de voorliggende documenten, en de verslagen van de vergaderingen. Alle nota’s dienen een concreet karakter te hebben, wat betekent dat de reeds genomen beslissingen, en nog te nemen beslissingen duidelijk en bondig worden aangegeven, en voldoende gemotiveerd.
3.5.PRAKTISCHE AFSPRAKEN In de offerte moet de inschrijver duidelijk aangeven hoeveel vergaderingen en overlegmomenten (gespecifieerd per soort) er zijn inbegrepen in de totaalprijs. De inschrijver geeft aan wat de prijs is per vergadering. Deze prijs dient dezelfde te zijn voor vergaderingen die begrepen zijn in het basispakket van de offerte, als voor bijkomende vergaderingen. De meerprijs voor eventuele bijkomende prestaties zoals een bilateraal overleg of een stuurgroepvergadering dient door de opdrachthouder mee gegeven te worden bij het indienen van de offerte (zie bijlage 2).
14
De opdrachthouder staat in voor de verslagen van alle vergaderingen. verslagen is inbegrepen in de totaalprijs. Meerprijzen zijn uitgesloten.
Het opmaken van deze
In de offerte neemt de inschrijver een basispakket van 4 ambtelijke werkgroepen en 2 stuurgroepvergaderingen op in de totaalprijs. Na elke vergadering wordt door de opdrachthouder een voortgangsverslag opgemaakt. De opdrachthouder zorgt ervoor dat minstens 5 werkdagen voor de vergadering de nodige stukken bij de leden ter plaatse zijn. Elk bijkomend overleg moet vooraf als dusdanig erkend worden door de opdrachtgever en een duidelijke finaliteit kennen waarbij de resultaten worden neergeschreven in een verslag. Voor elk bijkomend overleg wordt duidelijk de meerprijs vermeld. In de prijs voor elke vergadering dient te worden verrekend: het aantal werkuren van alle medewerkers, de kosten voor de te reproduceren documenten voor alle aanwezigen en de secretariaatskosten. In de offerte neemt de inschrijver een basispakket van 2 bilaterale overlegmomenten op in de totaalprijs. Elk bilateraal overleg moet vooraf als dusdanig erkend worden door de dienst ruimtelijke planning en een duidelijke finaliteit kennen waarbij de resultaten worden neergeschreven in een verslag. Voor elk bijkomend bilateraal overleg wordt duidelijk de meerprijs vermeld. In de prijs voor elke bilateraal overleg dient te worden verrekend: het aantal werkuren van alle medewerkers, de kosten voor de te reproduceren documenten voor de aanwezigen en de secretariaatskosten. De studies worden geïntegreerd in 1 document en in 2 exemplaren ingediend bij de dienst ruimtelijke planning, waarvan 1 losbladig exemplaar en een versie van de teksten en kaarten op CDROM. De digitale versie wordt geleverd op CD-ROM (inclusief kaartmateriaal), de teksten in het documentformaat van MS Word (.doc) en eventuele tabellen in MS Excel (.xls). Kaartmateriaal dat niet beschikbaar is in digitaal formaat dient in originele vorm afgeleverd te worden. Bijkomende stukken kunnen op eenvoudige vraag van de opdrachtgever aan kostprijs geleverd worden. Na de oplevering zal de leidend ambtenaar een schriftelijk bericht van goedkeuring van de uitvoering van de opdracht opsturen. Naar aanleiding daarvan zal op vraag van de opdrachthouder de borgtocht vrijgegeven worden en kan de finale ereloonnota worden overgemaakt. Bij het uitschrijven van de teksten wordt steeds gestreefd naar bondigheid. Overtollige informatie en niet-noodzakelijke herhalingen worden uit het document geweerd. Bij alle documenten streeft de opdrachthouder telkens naar een zuinig papiergebruik. Voor het kaartmateriaal wordt bij voorkeur gewerkt met kaarten op A4–formaat, die zwart-wit reproduceerbaar zijn.
15
BIJLAGE 1: OFFERTEFORMULIER dossier nr. ROPR/08-106 Opmaak voorstudie in het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Heist-opden-Berg De ondergetekende (naam en voornamen): ............................................................................................................................……………….. ............................................................................................................................……………….. Hoedanigheid of beroep: .......................................................................................…………….. Nationaliteit: ........................................................................................................………………. Woonplaats (land, gemeente, straat, nummer): ............................................................................................................................……………….. ............................................................................................................................……………….. OFWEL (1): De vennootschap: (handelsnaam of benaming, rechtsvorm, nationaliteit, zetel) ............................................................................................................................……………….. vertegenwoordigd door de ondergetekende(n): .................................................................................................................................................... ......................................................................................................………………………………... OFWEL (1): De ondergetekende (voor elk van hen dezelfde gegevens als hierboven): ............................................................................................................................……………….. die zich tijdelijk hebben verenigd voor deze aanneming. verbindt of verbinden zich op zijn/haar of op hun roerende en onroerende goederen tot de uitvoering, overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van het bestek, van de in dit bestek beschreven opdracht met betrekking tot de aanneming. tegen de som van: (in cijfers, exclusief BTW):.................................EUR (in letters, exclusief BTW):............................................................................……………………. ..................................................................................................................………………….EUR (1) doorhalen wat niet van toepassing is
16
A. Inlichtingen betreffende de inschrijver: Inschrijving bij de RSZ: nr(s) .............................................................................…………….. BTW (alleen in België): nr(s) ..............................................................................……………. B. De betalingen zullen geldig worden uitgevoerd door: Overschrijving op rekening nr.: ..........................................................................……………. van de volgende financiële instelling: ..................................................................…………… geopend op naam van (2): .................................................................................……………. C. (voor de Belgische aannemers) Bij deze offerte voeg ik of voegen wij een attest van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid waarin de stand van mijn of onze rekening bij deze instelling wordt opgegeven, overeenkomstig artikel 90 § 3 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999. (1) (3) ofwel (voor de buitenlandse aannemers) Bij deze offerte voeg ik of voegen wij de in artikel 43 bis §2 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999) (voor leveringen) (O)/
69 bis §2 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996, gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999 (voor diensten) (O), bedoelde attesten voor buitenlandse inschrijvers (1). Bovendien mag de administratie alle nodige inlichtingen van financiële en morele aard omtrent de ondergetekende(n) (of omtrent de hier inschrijvende vennootschap) inwinnen bij andere instellingen. D. Bij deze offerte zijn eveneens gevoegd: − de bescheiden, gedateerd en ondertekend, die luidens het bestek van de onderhavige aanneming moeten worden voorgelegd; (1) − de documenten waaruit de bevoegdheid blijkt van de perso(o)n(en) die de offerte onderteken(t)(en) (1)
Gedaan te .................................., de ......................
De inschrijver(s)
(handtekening(en))
(1) doorhalen wat niet van toepassing is (2) juiste benaming van de rekening financiële instellingen (3) bedraagt de schuld aan bijdragen meer dan 100.000 fr., dan wordt de inschrijver verzocht bij zijn offerte alle inlichtingen te voegen betreffende de eventuele schuldvorderingen zoals bedoeld in artikel 43 bis §1 (voor leveringen) / 69 bis §1 (voor diensten) van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 gewijzigd bij koninklijk besluit van 25 maart 1999. (O) doorhalen wat niet van toepassing is
17
BIJLAGE 2: INVENTARIS dossier nr. ROPR/08-106 Opmaak voorstudie in het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Heist-opden-Berg
prestatie
aantal uren
eenheidsprijzen EUR
totalen EUR
BTW EUR
Eerste fase
..................
.........................
..............…………..
.................…….
Tweede fase.
..................
.........................
..............…………..
................……..
.........................
..............…………..
................……..
..................
.Derde fase..
..................
.........................
..............…………..
...............……...
.......................…………..
..................
.........................
..............…………..
.................…….
Vierde fase
..................
.........................
..............…………..
.................…….
.......................………….. .
.................
.........................
..............…………..
................……..
......................……………
..................
.........................
..............…………..
...............……...
..............…………..
............…….
TOTAAL:
Totaal in letterschrift: ..............................…………………………………………………… …………………..................…………………………………... EUR ..............................…………………………………………………… …………………..................…………………………..…BTW EUR
18
Specifiëring van eventuele meerprijzen:
Bijkomend bilateraal overleg ......................…………… ..................
.........................
..............…………..
...............……...
......................…………… ..................
.........................
..............…………..
...............……...
......................…………… ..................
.........................
..............…………..
...............……...
......................…………… ..................
.........................
..............…………..
...............……...
......................…………… ..................
.........................
..............…………..
...............……...
......................…………… ..................
.........................
..............…………..
...............……...
Bijkomend ambtelijke werkgroep
Bijkomende stuurgroepvergadering
Gezien, onderzocht en aangevuld met de eenheidsprijzen in cijferschrift, de totalen in cijferschrift en het algemeen totaal in cijfer- en letterschrift, die hebben gediend tot het vaststellen van het bedrag van mijn offerte, onder dagtekening van heden, om bij deze te worden gevoegd. Gegeven te ..................……….., de ...……..........
De inschrijver(s)
19