Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST
VOORONTWERP – mei 2010
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST Voorontwerp – MEI 2010
ONDERZOEK TOT M.E.R. – VERZOEK TOT RAADPLEGING Plan_id: 2.13_00085_0001 Wijzigingen Gezien en voorlopig vastgesteld door de provincieraad van West-Vlaanderen in vergadering van,
De provinciegriffier, H. Ost
De gouverneur - voorzitter, P. Breyne Ruimtelijke Planning Koning-Leopold III-laan 41 8200 Sint-Andries (Brugge) T 050/ 40 35 33 F 050/ 40 33 76
[email protected] www.west-vlaanderen.be
Diensthoofd Stephaan Barbery
Projectbegeleider Stephaan Barbery
Projectcoördinator Els Demeestere
WES
Projectverantwoordelijke An Vanhulle
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 4 van 37
Inhoudsopgave 1. Inleiding
7
1.1. Inhoud van het rapport
7
1.2. Opzet van het RUP waarvoor een onderzoek tot m.e.r. wordt opgemaakt
7
1.3. Initiatiefnemer
8
2. Beschrijving en verduidelijking van het plangebied
9
2.1. Geografische situering
9
2.2. Beschrijving van het plangebied
12
2.3. Juridische context
16
2.4. Doelstellingen, reikwijdte en detailleringsgraad van het RUP
17
2.4.1. Algemeen kader van het afbakeningsproces: relatie met structuurplannen
17
2.4.2. Doel en reikwijdte van het afbakeningsplan
17
2.4.3. Toelichting bij het tot stand komen van het afbakeningsplan
18
2.4.4. Voorstel van afbakening stedelijk gebied Knokke-Heist
20
2.5. Alternatieven
22
3. Aftoetsing planMER-plicht van rechtswege
26
3.1. Plan-m.e.r.-plicht
26
3.2. Noodzaak tot passende beoordeling
26
4. Grens- of gewestgrensoverschrijdende milieueffecten
29
5. Beschrijving en beoordeling van mogelijke milieueffecten
30
5.1. Scoping van de kwetsbaarheid van het plangebied
30
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 5 van 37
5.2. Afbakeningslijn
32
5.3. Strategisch projectgebied Knokke-Heist
33
5.4. Conclusie
36
6. Besluit
37
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 6 van 37
1. Inleiding 1.1. Inhoud van het rapport Met de inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse regering van 11 april 2008 is er meer duidelijkheid geschapen omtrent de integratie van milieueffectenrapportage (m.e.r.) in het planproces van een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP). Sinds 1 juni 2008 dient er bij de opmaak van RUP’s formeel rekening gehouden te worden met het onderzoek van milieueffecten die de realisatie van de bestemmingen in dit RUP kunnen teweegbrengen. In de praktijk betekent dit dat voor elk RUP in het kader van de afbakening van stedelijke gebieden sinds 1 juni bijkomend minimaal een ‘onderzoek tot m.e.r.’ dient uitgevoerd te worden. De resultaten van het ‘onderzoek tot m.e.r.’ geven aan of de opmaak van een planMER al dan niet noodzakelijk is. Bijkomend worden de resultaten aangewend om de ruimtelijke keuzes die in het RUP Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist gemaakt worden inhoudelijk te versterken en te onderbouwen.
1.2. Opzet van het RUP waarvoor een onderzoek tot m.e.r. wordt opgemaakt Het provinciaal RUP legt de afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist vast door middel van een grenslijn. Deze afbakeningslijn heeft een beleidsmatige betekenis: binnen de grenslijn voert men een stedelijk gebiedsbeleid; buiten deze lijn voert men een buitengebiedsbeleid. De grenslijn vormt tevens een ruimtelijk referentiekader waaraan concrete acties (programmatische elementen, herbestemmingen en suggesties voor mogelijke acties in het stedelijk gebied) voor het ruimtelijk beleid voor het stedelijk gebied kunnen gekoppeld worden. Het aangeven van de afbakeningslijn is één van de finaliteiten van het afbakeningsproces. In het voorstel van afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist is een hypothese van gewenste ruimtelijke structuur uitgewerkt (zie toelichtingsnota) die de basis vormt voor de afbakening. Het afbakeningsplan van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist omvat enkel de grenslijn die rond het kleinstedelijk gebied wordt getrokken. Er zijn geen andere deelRUP’s.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 7 van 37
1.3. Initiatiefnemer De initiatiefnemer voor het plan waarop dit onderzoek tot m.e.r. betrekking heeft is: Provinciebestuur West-Vlaanderen Dienst Ruimtelijke Planning Koning Leopold-III-laan 41 8200 Sint-Andries (Brugge) Tel. 050/40 35 33 Fax. 050/ 40 33 76
[email protected]
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 8 van 37
2. Beschrijving en verduidelijking van het plangebied 2.1. Geografische situering Knokke-Heist is gelegen in het noordoosten van de provincie West-Vlaanderen en maakt deel uit van het arrondissement Brugge. De gemeente beslaat een oppervlakte van 5.696 ha en bestaat uit de vroegere deelgemeenten Ramskapelle, Westkapelle, Knokke en Heist, die elk hun eigen karakter hebben. In januari 2006 telde de gemeente 34.063 inwoners. Administratief wordt ze begrensd door: • in het oosten: de Nederlandse gemeenten Sluis-Aardenburg (de deelgemeenten St.Anna ter Muiden en Retranchement) en Oostburg (de deelgemeente Cadzand); • in het zuiden: de stad Damme (de deelgemeenten Hoeke, Oostkerke en Lapscheure); • in het westen: Het Kanaal van Schipdonk vormt de grens met de stad Brugge (de deelgemeenten Dudzele en Zeebrugge); • in het noorden: de Noordzee. Knokke-Heist maakt ook deel uit van de Belgische kust. De drie belangrijkste kernen binnen dit stedelijk netwerk van de kust zijn Oostende, KnokkeHeist en Blankenberge. De verschillende badplaatsen worden door de Koninklijke Baan en een tramlijn verbonden. De kuststrook wordt ook door vier spoorlijnen ontsloten, waarvan één lijn Knokke, Heist en Duinbergen met Brugge verbindt. Binnen West-Vlaanderen functioneren meerdere regionaalstedelijke centra (Brugge, Kortrijk, Oostende en Roeselare) naast elkaar. Brugge wordt beschouwd als de hoofdontwikkelingspool voor het noorden van de provincie. Knokke-Heist situeert zich als een kleinstedelijk gebied met een goed uitrustingsniveau. De naburige haven van Zeebrugge heeft een grote economische betekenis1. Knokke-Heist heeft als badplaats aan de oostkust een belangrijke toeristisch-recreatieve functie. Omwille van zijn eerder exclusieve imago heeft Knokke-Heist een vrij grote geografische reikwijdte (zelfs internationale bekendheid). Deze toeristisch-recreatieve functie en de exclusiviteit worden bepaald door de aanwezigheid van: • een uitgestrekt strand met een dijk over een grote afstand (circa 11 km); • een uitgebreid en exclusief winkelaanbod (met onder meer de Lippenslaan); • een kwalitatieve woon- en leefomgeving: kwalitatieve architectuur, aanwezigheid van groen, kwalitatieve inrichting van het openbaar domein, …;
1
Bron: wvi (2004): Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Knokke-Heist.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 9 van 37
• • • •
een goed uitgerust en gedifferentieerd sportaanbod: watersporten, golf, maneges, sportstranden, …; een cultureel aanbod door de aanwezigheid van het casino en het cultureel centrum de Scharpoord; het Zwin en omgeving (vogelpark en natuurgebied met recreatieve waarde); het polderlandschap met de recreatieve fietsroutes tot in Sluis en Damme.
De typologie van deze badplaats varieert van het meer familiale karakter, bijvoorbeeld in Heist, tot het vrij mondaine karakter van Knokke. Knokke-Heist heeft als kleinstedelijk gebied een rol in de structurering van het toeristisch-recreatief netwerk van de Kust en het verder opvangen van toeristische ontwikkeling (verblijfsaccommodatie, activiteiten en voorzieningen). Dit betekent dat in de stad voldoende ruimtelijke kwaliteiten worden geboden voor deze voorzieningen. De toeristisch-recreatieve rol wordt mede versterkt door een goede ontsluiting zowel over de weg (N49) als met het openbaar vervoer. Als gevolg van zijn toeristisch-recreatieve rol heeft Knokke-Heist een belangrijke tewerkstellingsfunctie in de toeristische activiteiten. Knokke-Heist heeft echter geen rol in de concentratie van bedrijvigheid in deze regio. In Knokke-Heist is er wel plaats voor een aanbodbeleid voor lokale bedrijvigheid (Westkapelle). Belangrijke tewerkstellingsfuncties worden opgevangen door de nabije zeehaven van Brugge-Zeebrugge. Geraamd wordt dat van alle werknemers in het zeehavengebied Brugge-Zeebrugge bijna 17% afkomstig is uit de gemeente Knokke-Heist (WES, tewerkstellingsenquête, toestand dd. 1 januari 2003 in het kader van het Strategisch Plan voor de haven van Brugge-Zeebrugge). Op het vlak van de verzorgingsfunctie heeft Knokke-Heist een rol op te nemen ten opzichte van de kernen in het omgevende poldergebied. Deze rol van Knokke-Heist ten aanzien van het ommeland reikt tot over de landsgrens met Nederland. Knokke-Heist kan voor kleinere kernen zoals Hoeke en Oostkerke, maar ook voor kernen zoals Ramskapelle de dagelijkse en wekelijkse voorzieningen opvangen die in de dorpen verdwijnen. Voor deze kernen, voor Westkapelle en een aantal kernen in Nederland (Sluis, Cadzand, Oostburg,…) kan Knokke-Heist ook stedelijke functies aanbieden. Knokke-Heist biedt een uitgebreid en exclusief winkelaanbod. Deze winkelfunctie wordt versterkt door het feit dat de winkels ook op zondag open zijn. Zo bezorgt de toeristische attractiviteit en de goede ontsluiting naar Oost-Vlaanderen en Antwerpen aan Knokke een grote geografische reikwijdte en draagvlak voor de handelszaken. De goed uitgeruste sportinfrastructuur (eveneens uitgebreid en exclusief: watersporten, golf, maneges, sportstranden, …) en het culturele aanbod en het casino vergroten deze aantrekkelijkheid. Knokke-Heist is vanuit functioneel oogpunt een kleine stad met een zeer goed uitrustingsniveau en een hoge attractiviteit. Haar plaats in het stedelijk netwerk van de Kust en haar goede bereikbaarheid met het openbaar vervoer versterken deze rol.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 10 van 37
De Baai van Heist, het Zwin en de duinen, de Oude Hazegraspolder en de Zwinpolders kenmerken het gave landschap. De landschappelijke begrenzing door bomenrijen van de kanalen in het achterland van Heist en Knokke (Leopoldkanaal, Afleidingskanaal en Damse Vaart) kenmerken het landschapsbeeld van het zogenaamde ‘coulissenlandschap’. Aan deze kanalen zijn aantrekkelijke fiets- en wandelroutes geschakeld. Aan de oostrand van Knokke ligt het natuurlandschap van het Zwin en de relicten van de Zwingeul. Bovendien wordt de Zwinstreek gekenmerkt door een concentratie van vrij goed bewaarde forten en verdedigingswerken. Het gaat meer bepaald om de belangrijke linie van de Damse Vaart (Cantelmolinie) en de Paulusdijk tot Knokke. Ook ecologisch zijn deze linies waardevol1. Samen met de vele dijken bepalen deze landschapsstructurerende elementen in belangrijke mate de cultuurhistorische waarde van het landschap. Meer en meer zijn de toeristische en recreatieve mogelijkheden van dit poldergebied en het Zwin troeven die de belevingswaarde en de attractiviteit van de badplaats bepalen. In de polders neemt de dynamische grondgebonden landbouw een belangrijke plaats in. De polders zijn één van de belangrijkste agrarische gebieden op Vlaams niveau. In het uitgesproken vlak en gecompartimenteerd landschap is er tevens plaats voor gedifferentieerde toeristisch-recreatieve plattelandsontwikkeling.
1
Bron: WESTTOER (2004): “Forten en verdedigingswerken in het Oost- en West-Vlaamse Krekengebied. Deel 1 Studie”, blz. 25.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 11 van 37
2.2. Beschrijving van het plangebied Op stedelijk niveau zijn volgende elementen structuurbepalend in de bestaande ruimtelijke structuur en hebben een invloed op de afbakening van het kleinstedelijk gebied: • Toeristisch kerngebied (dijk en Knokke). De lineaire bebouwing aan de zeedijk en de uitgebreide appartementencluster in de omgeving van de Koningslaan, Parmentierlaan en Lippenslaan zijn de meest dichtbebouwde gebieden in Knokke-Heist. Kenmerkend is de hoge appartementsbouw met een groot aantal vakantieverblijven, gemengd met horeca en handel. • Stedelijk kerngebied. De kernbebouwing van Heist, Knokke en Westkapelle vormt samen het stedelijk kerngebied. De stedelijke kerngebieden zijn gemengde zones met woonfuncties, voorzieningen, handelsfuncties, horeca en economische activiteiten. De bebouwing heeft een vrij grote dichtheid, maar is duidelijk minder densbebouwd dan het verdichte kerngebied. • Stedelijke woonomgevingen. De stedelijke woonomgevingen aan de rand van de stad zijn vrij verscheiden. Er is een menging van woonomgevingen met verschillende dichtheden (vooral open of halfopen bebouwing) en meer exclusieve en architecturaal hoogstaande villawijken (zoals omgeving het Zoute). • Verkavelingen in ontwikkeling. In Knokke-Heist zijn verschillende verkavelingen in ontwikkeling. Het gaat in de eerste plaats om de tweede fase van het project ‘Heulebrug’ te Heist. Daarnaast zijn ook een tweetal kleinere verkavelingen in ontwikkeling (Westkapellestraat/spoorweg te Heist en woonerf station Duinbergen). • Het strand. Het strand vormt de noordelijke grens van Knokke-Heist. Door zandafzetting is ter hoogte van de oostelijke strekdam van de haven van Zeebrugge een natuurgebied ontstaan op het strand (de Baai van Heist). Ook ter hoogte van het Zwin primeert de natuurwaarde. De zone tussen de Baai van Heist en het Zwin heeft vooral een toeristische en recreatieve functie. • Stedelijke voorzieningen. Verspreid in de stadskern komen verschillende stedelijke voorzieningen voor. Het betreft enkele scholen, rusthuizen, kerkhoven en administratieve voorzieningen, het algemeen ziekenhuis OLV Ter Linden, de verbrandingsoven in de Sluisstraat, het casino, het cultureel centrum Scharpoord, de helihaven en de verschillende sportvoorzieningen (onder meer ter hoogte van het Meer van Heist, de Laguna Beach, het Zegemeer,…). Sommige van deze voorzieningen zijn door hun schaal structurerend; • Campings. Aan de rand van de morfologische agglomeratie bevinden zich verscheidene campings. Deze situeren zich langs de Heistlaan (Heist), Knokkelaan (Duinbergen) en Natiënlaan (Knokke). De voormalige camping ter hoogte van de Kalvekeetdijk is verlaten.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 12 van 37
AFBAKENING KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST
het Zwin
NOORDZEE
‘T ZOUTE
4 N3
DUINBERGEN N359
KNOKKE
HEIST
LL BE ISA
RT AA AV
CANT ELMO L
INIE
9 N4
Ramskapelle
N37 6
N
WESTKAPELLE
49
N376
N3 74
0 30 N
Haven van Zeebrugge
toeristisch kerngebied
kernwinkelgebied / kleinhandel
regionale weg
stedelijk kerngebied
bedrijventerrein
lokale weg
stedelijke woonomgeving
groengebied
spoorlijn
verkavelingen in ontwikkeling
het Zwin
station
(grootschalige) stedelijke voorziening
recreatief element
Isabellavaart
camping
relicten van verdedingselementen
dijklichaam
Bestaande ruimtelijke structuur Juni 2006
Þ
0
500
1000m
N
• Kernwinkelgebied. Het kernwinkelgebied bestaat uit de zeedijk en de omgeving van de Kursaalstraat/Knokkestraat (Heist), de Zeegrasstraat (Duinbergen), de Lippenslaan (Knokke) en de Dorpsstraat (Westkapelle). Het kernwinkelgebied is drager van een concentratie van handels- en horecafuncties. • Kleinhandelsconcentratie Natiënlaan. Langs de Natiënlaan bevindt zich een concentratie aan grootschalige kleinhandelszaken die zich hier gevestigd hebben omwille van de goede bereikbaarheid en de zichtlocaties. • Bedrijventerrein ‘t Walletje. ’t Walletje is het enige bedrijventerrein in Knokke-Heist en is gelegen ten noordwesten van Westkapelle. Het is een gemengd lokaal bedrijventerrein met hoofdzakelijk KMO’s en wordt ontsloten via de Natiënlaan. De meeste bedrijfsgebouwen hebben een typische ‘witte doos’-typologie. Het betreft hoofdzakelijk bouw- (schrijnwerkerij, metaalconstructies, dakwerken, …) en voedingsgerelateerde bedrijven. • Groengebieden. Knokke-Heist is rijk aan groengebieden in de stad. De belangrijkste groengebieden zijn van west naar oost het Directeur Generaal Willemspark (tussen Heist en Duinbergen), het J. Stübbenpark, Park 58, het Zegemeer en oevers en de omgeving van het C.C. Scharpoord (Duinbergen), het IJzerpark, het Heymansplein en de golf (Knokke) en het Koningsbos (tussen de golf en de Oosthoek). De meeste van deze gebieden hebben naast hun recreatieve waarde, ook een natuurwaarde (vooral de golf, het Koningsbos, het Directeur Generaal Willemspark en het Park 58). • Het Zwin en omgeving. Het Zwin is een vroegere zeearm die door inpoldering en verzanding praktisch helemaal verdwenen is. Het slikke- en schorregebied van het huidige Zwin is daar een restant van. De open ruimte langs de Nederlandse grens wordt gekenmerkt door een duidelijke en gave overgang van strand, duinen naar slikken- en schorrengebied, polders, belangrijke biotopen met grote floristische en faunistische waarden. Het natuurgebied heeft ook een zacht-recreatieve functie. • Recreatieve elementen. Knokke-Heist heeft door zijn toeristische functie een goed uitgebouwde recreatieve (sport)infrastructuur. Het gaat onder meer om watersporten (Laguna Beach), tennis, de sportstadia (Pannestraat en Verheyestraat), de golf, minigolf, manege, voetbalvelden, het openluchtzwembad De Raan nabij het Willemspark, … Sommige van deze recreatieve voorzieningen zijn door hun schaal structurerend. • Regionale wegen. De deelgemeenten Knokke, Duinbergen en Heist zijn geënt op de N34 (Elizabethlaan) die een intergemeentelijke verbindingsfunctie heeft met een doorlopende toegangsfunctie. De weg verbindt de gemeente met Zeebrugge en de overige badplaatsen. In Heist fungeert de N34 ook als drager van de tramlijn. Deze volgt verder oostwaarts het traject van de N359 (Knokkestraat), die ten zuiden van de N34 fungeert als verbindingsweg tussen de ‘oudere’ dorpskernen van de deelgemeenten Heist, Duinbergen en Knokke. Andere belangrijke verbindingswegen zijn de N300 (verbindt Ramskapelle met Heist), de N376 (verbinding met Dudzele, Brugge en Sluis) en de N374 (verbinding met Damme en Brugge). • Stations Heist, Duinbergen en Knokke. Knokke-Heist heeft drie stations. Ze liggen zuidelijk, als het ware op de scheidingslijn tussen het bebouwde en ‘open’ gebied van Knokke en dit op een onderlinge afstand van ongeveer 1.800 meter. De treinverbinding heeft een behoorlijke frequentie. De spoorlijn betekent ter hoogte van Heist zowel een visuele als fysische barrière (spoorlijn op niveau +1), ter hoogte van Knokke vooral een fysische barrière (spoorlijn gelijkvloers). • Isabellavaart en Zwinnevaart. De Isabellavaart is het belangrijkste afwateringskanaal binnen de gemeente. Daarnaast vormt de vaart een groene corridor in de bebouwingsenclave gelegen tussen de Natiënlaan en de Kragendijk. Samen met de Zwinnevaart vormt de Isabellavaart een sterk landschappsstructurerende component.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 14 van 37
• Dijklichamen, forten en relicten van verdedigingslinies. In het poldergebied langs de Nederlandse grens domineert een landschappelijk en ecologisch waardevolle open ruimte, gekenmerkt door vele cultuurhistorische dijken en relicten van 17de eeuwse verdedigingslinies. Het dijkenpatroon bestaat onder meer uit de Burkeldijk, de Vrede, Hazegraspolderdijk, de Schapersdijk, de Hazegrasstraat, de Dikke Dijk en de Graaf Jansdijk. Vermeldenswaard zijn onder meer ook het Fort Sint-Frederik, het Sint-Donaasfort, het Fort Isabella, het Fort Sint-Theresia, het Fort Sint-Anna, het Fort Sint-Paulus, de Paulusvaart en de Cantelmolinie. Delen van deze forten en verdedigingslinies zijn nog enigszins merkbaar in het landschap (reliëfverschillen, wateringen,…). Enkele van deze sites hebben ook een archeologische waarde.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 15 van 37
2.3. Juridische context Gewestplan De planologische context in het studiegebied wordt gevormd door het gewestplan Brugge-Oostkust. Binnen de afbakeningslijn komen hoofdzakelijk woonbestemmingen voor. Daarnaast zijn delen bestemd als zone voor openbaar nut, natuur- of parkzone, ontginningsgebied, agrarisch gebied, recreatiegebied en zone voor ambachtelijke bedrijven en kmo’s. Bestemmingsplannen Geldende bpa’s of gemeentelijke Ruimtelijke Uitvoeringsplannen grenzend aan of door de afbakeningslijn: • BPA Zeedijk-West • BPA De Vuurtoren • BPA Te Lande • BPA Wijk Kalfstraat • BPA Zoutelaan • BPA Bronlaan • BPA Zeedijk-Het Zoute • RUP Dorpskern Heist • RUP Wijk Berkenlaan • Provinciaal RUP Ziekenhuiscampus
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 16 van 37
2.4. Doelstellingen, reikwijdte en detailleringsgraad van het RUP
2.4.1. Algemeen kader van het afbakeningsproces: relatie met structuurplannen De selectie van Knokke-Heist als stedelijk gebied wordt bindend in het RSV vastgelegd. Delen van de gemeente worden hierbij geselecteerd als structuurondersteunend kleinstedelijk gebied op provinciaal niveau. Knokke-Heist maakt tevens deel uit van het stedelijk netwerk op Vlaams niveau ‘De Kust’. De selectie vormt de basis voor de ontwikkelingsvisie in het ruimtelijk structuurplan van de provincie West – Vlaanderen (PRS-WV). De uitwerking van deze visie en de afbakening van het kleinstedelijk gebied gebeurt in een provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan, in nauw overleg met het Vlaams Gewest en de betrokken gemeente. Het afbakeningsplan voor het kleinstedelijk gebied Knokke-Heist wordt opgemaakt als een provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan volgens de vigerende wetgeving. De opmaak van dit ontwerp van afbakeningsplan geeft uitvoering aan de bindende bepaling 2 van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV). Deze bindende bepaling, in verband met de stedelijke gebieden, stelt: ‘De structuurondersteunende kleinstedelijke gebieden en de kleinstedelijke gebieden op provinciaal niveau worden in provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen afgebakend of op voorstel en op vraag van de betrokken provincies en in samenspraak met de betrokken bestuursniveaus door het Vlaams Gewest in gewestplannen afgebakend’ (RSV, p. 582).
2.4.2. Doel en reikwijdte van het afbakeningsplan Doel is om nieuwe ontwikkelingen op het gebied van wonen, voorzieningen en economische activiteiten zoveel mogelijk te bundelen in stedelijke gebieden. De afbakening van het kleinstedelijk gebied Knokke-Heist heeft tot doel aan te duiden in welke gebieden van Knokke-Heist een beleid van groei, concentratie en verdichting van toepassing is. Door aflijning van het stedelijk gebied met een grenslijn worden de ruimtelijke opties van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen geografisch toewijsbaar. De afbakeningslijn heeft dus een beleidsmatige betekenis: binnen de grenslijn voert men een stedelijk gebiedsbeleid; buiten deze lijn voert men een buitengebiedsbeleid. Dit beleid wordt hard gemaakt via de opmaak van het RUP Afbakeningslijn.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 17 van 37
Het afbakeningsproces is méér dan het afbakenen van een gebied of het trekken van een lijn. Het vormt ook de basis voor acties van provinciaal niveau die in het stedelijk gebied kunnen worden opgenomen. Voorbeelden zijn de realisatie van renovatieprogramma’s, bijkomende woningbouwprojecten, aanleg van een bedrijventerrein, enz. Het gaat hierbij niet enkel om de thema’s wonen en werken, ook randstedelijke groengebieden, gemeenschaps- en nutsvoorzieningen, recreatie enz. komen aan bod. De ruimtelijke vertaling van de toekomstige bovenlokale ontwikkelingen van het stedelijk gebied worden uitgewerkt in een hypothese van de gewenste ruimtelijke structuur van het kleinstedelijk gebied (zie toelichtingsnota). Naast de grenslijn die rond het kleinstedelijk gebied wordt getrokken (RUP Afbakeningslijn) omvat het afbakeningsplan van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist geen andere deelRUP’s die tot doel hebben uitvoering te geven aan provinciale acties volgend uit de hypothese van gewenste ruimtelijke structuur. Het afbakeningsplan van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist omvat dus enkel de grenslijn die rond het kleinstedelijk gebied wordt getrokken.
2.4.3. Toelichting bij het tot stand komen van het afbakeningsplan De taakstelling voor de stedelijke functies wordt ruimtelijk vertaald door een afweging te maken van locaties die geschikt zijn voor de invulling van dit programma. Daarbij werd van bij het begin rekening gehouden met een aantal grensstellende elementen vanuit de open ruimte (landbouw, natuur en landschap). De taakstelling voor Knokke-Heist betreft: • wonen: geen behoefte; • bedrijvigheid: oplossing voor lokale bedrijvigheid voorzien in ‘t Walletje; • kleinhandel: geen nieuwe initiatieven nodig; • de behoefte aan een stedelijk recreatief en toeristisch programma op niveau van de badplaats: onder meer een stadsrandbos inclusief speelbos, allweather recreatieve infrastructuur, een tweede golfterrein, verblijfsaccommodatie (vb. hotel), …; • het ontwikkelen van de N49 als belangrijkste stedelijke ontsluitingsweg en het integreren van de doortrekking van de kusttram naar Westkapelle. Deze afweging resulteerde in twee strategische projecten, namelijk het strategisch project Knokke-Heist en de herinrichting van de Natiënlaan N49.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 18 van 37
2.4.3.1. Strategisch projectgebied Knokke-Heist Voor dit Strategisch Projectgebied werd onlangs een planningsinitiatief genomen door het Vlaams Gewest. In navolging van het golfmemorandum II (goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 26 juli 2006), waarin voor Knokke-Heist een bijkomend golfterrein type III wordt opgenomen en op basis van de resultaten van het voorafgaandelijk onderzoek1, waarbij naast een golfterrein met golfschool ook een stadsbos met speelbos en een golfhotel worden meegenomen, besliste de Vlaamse regering tot een principieel akkoord voor de opmaak van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP). Binnen dit GRUP worden de vereiste bestemmingen juridisch verankerd. De beslissing om een GRUP op te maken vloeit eveneens voort uit het afbakeningsproces van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist waar - in navolging van het provinciaal ruimtelijke structuurplan (PRS) - een strategisch projectgebied is aangeduid om de toeristisch-recreatieve structuur te versterken. Het GRUP, gelegen tussen de Natiënlaan, de Kalvekeetdijk en de spoorweg, omvat een 3x9-holes golfterrein en een golfschool met bijhorende gebouwen (clubhuis, loodsen) en een golfhotel. Ook een stadsbos inclusief speelbos, wordt opgenomen. Tenslotte wordt ook een voormalig restaurant mee opgenomen en wordt zo de zonevreemdheid ervan opgeheven. Het GRUP duidt voornamelijk grote gehelen aan die een flexibele invulling mogelijk maken. De impact op het milieu wordt nagegaan door de opmaak van een milieueffectenrapport op planniveau, kortweg Plan-MER. Dit Plan-MER is momenteel (mei 2010) in opmaak, een nota voor publieke consultatie dateert van januari 2010. Dit Plan-MER wordt opgesteld in functie van het nog op te maken GRUP. In het Plan-MER wordt een volledige evaluatie van de milieu-impact van het strategisch projectgebied opgenomen, zodat we in dit onderzoek tot m.e.r. kunnen volstaan met een verwijzing naar dit Plan-MER.
2.4.3.2. Herinrichting van de Natiënlaan (N49) als stedelijke ontsluitingsweg De Natiënlaan ontsluit het stedelijk gebied op Vlaams niveau naar het hogere wegennet. Aanvullend heeft deze weg ook een lokale verbindende functie en een toegangverlenende functie. De toegangverlenende functie zal in de toekomst nog verder toenemen aangezien de Natiënlaan als ruimtelijke drager functioneert voor heel wat huidige en geplande activiteiten. Daarom werd in de toelichtingsnota een hercategorisering van primaire weg II naar secundaire weg II voorgesteld. In het voorstel van tweede herziening van het RSV, momenteel in openbaar onderzoek, wordt gesteld dat “…een volledige downgrading naar secundair niveau strijdig lijkt met de principes van de wegencategorisering en de visie voor de ontsluiting van het kustgebied door een kamstructuur. Een beperking van de selectie tot de grens met het kleinstedelijk gebied kan wel verdedigd worden, omdat het principe van ontsluiting van kleinstedelijke gebieden door primaire weg II hierdoor niet wordt geschaad.” Het departement MOW, afdeling Beleid, Mobiliteit en verkeersveiligheid West-Vlaanderen heeft op het plenaire overleg2 eveneens aangegeven dat men akkoord kan gaan met een hercategorisering van de Natiënlaan van primaire weg II tot secundaire weg II; echter niet vanaf de AX, maar vanaf de Dudzelestraat tot aan het Lippensplein.
1 2
Checklist afwegingscriteria: nieuwe multifunctionele zones voor niet lawaaierige buitensporten, 2de golfinfrastructuur Knokke-Heist Plenaire vergadering PRUP Afbakening kleinstedelijk gebied Knokke-Heist te Knokke-Heist, 10 november 2009.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 19 van 37
In het kader van deze nieuwe ontwikkelingen in de omgeving van de Natiënlaan, is een herinrichting van de N49 aangewezen. Er werd door de gemeente Knokke-Heist, in samenwerking met AWV en de Provincie, een streefbeeld (2009) en beeldkwaliteitplan (2008) opgemaakt die de visie op het toekomstig functioneren van de weg weergeeft. In dit streefbeeld wordt de verkeerskundige en ruimtelijke situatie van de Natiënlaan op een ruimer schaalniveau afgestemd op de verschillende functies van de weg. Het streefbeeld en beeldkwaliteitplan reiken gefundeerde verkeerskundige en ruimtelijke oplossingen aan voor wat betreft de keuze van het aantal, type en locatie van kruispunten, de gewenste snelheidsregimes, het gewenste profiel van de weg, de beeldkwaliteit en ruimtelijke inrichting van de weg, …
2.4.4. Voorstel van afbakening stedelijk gebied Knokke-Heist Onderstaande figuur toont het voorstel van afbakening waarop het grafisch plan van het ‘RUP afbakeningslijn’ is gebaseerd. Er zijn geen andere deelRUP’s.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 20 van 37
Legende :
gemeentegrens
grenslijn structuurondersteunend kleinstedelijk gebied
1
2
4
13
3
10
5
12 11
7
P:\228344\G\GIS\RUP\228344_kaart A_02.mxd
9
6
8
ONTWERP PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN AFBAKENING STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST Kaart A : Situering deelgebieden Bron Basiskaart Topografische kaart NGI ZW gescande versie OC GIS-Vlaanderen 0 125 250
500
750
1.000m
Datum mei 2010
2.5. Alternatieven Het nulalternatief Wanneer het voorgenomen plan niet doorgaat, krijgt de bindende bepaling 2 van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen geen uitvoering en wordt het kleinstedelijk gebied Knokke-Heist niet afgebakend in een ruimtelijk uitvoeringsplan. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen een stedelijk gebied en het buitengebied. De ruimtelijke opties van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen worden niet geografisch toewijsbaar. M.a.w. het blijft onduidelijk in welke delen men een stedelijk gebiedsbeleid moet/kan voeren (beleid van groei, concentratie en verdichting) en waar men een buitengebiedsbeleid kan/moet voeren. Grensalternatieven Het voorstel van afbakening is gebaseerd op een afweging omtrent het al dan niet meenemen van elementen binnen het stedelijk gebied. Deze afweging wordt hierna weergegeven.
• Inhoudelijke uitgangspunten De afbakeningslijn geeft aan binnen welk gebied een stedelijk gebiedbeleid zal gevoerd worden. Dit is een beleid van concentratie van stedelijke activiteiten (wonen, werken, voorzieningen, recreatie, kleinhandel,…). Bestaande en toekomstige stedelijke functies worden bijgevolg opgenomen binnen het voorstel van afbakening. De hypothese van gewenste ruimtelijke structuur voor het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist vormt hiervoor de basis. Het voorstel van afbakening gaat uit van volgende principes:
• bestaande elementen met een stedelijke rol worden opgenomen binnen het voorstel van afbakening; • gewenste elementen met een stedelijke rol worden opgenomen binnen het voorstel van afbakening; • het voorstel van afbakening volgt zoveel mogelijk de bestaande grenzen van het gewestplan of infrastructuren. Ten aanzien van woonlinten wordt voor de begrenzing van het stedelijk gebied gezocht naar een ruimtelijke cesuur in het lint: een beekvallei, de overgang van aaneengesloten (meer stedelijke) bebouwing naar open bebouwing, … of de overgang van woongebied naar woongebied met landelijk karakter. Ook infrastructuren (wegen, spoorlijnen) kunnen aangewend worden als een duidelijke begrenzing van het stedelijk gebied. Gebieden bezwaard door het Duinendecreet worden uit het stedelijk gebied gehouden. De perceelsgrenzen worden hierbij gevolgd. Dit betekent dat als een perceel voor het grootste deel (inclusief bebouwing) bezwaard is door het Duinendecreet, het volledige perceel uit het stedelijk gebied wordt gehaald. Als enkel een gedeelte van de tuin bezwaard is door het Duinendecreet, wordt het volledige perceel opgenomen binnen het stedelijk gebied.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 22 van 37
• Technische uitgangspunten De lijn zoals aangegeven in het voorstel van afbakening (op kleine schaal) wordt beperkt bijgesteld in functie van de juridische vertaling tot op perceelsniveau (op grote schaal). Hierbij wordt maximaal uitgegaan van volgende interpretaties: • de lijn wordt zo bepaald dat over een perceel een eenduidige uitspraak kan worden gedaan (in het stedelijk gebied of erbuiten); • bij het doorsnijden van nagenoeg continue bebouwing langs een uitloper van de stedelijke ontwikkeling langs een verbindingsweg wordt gezocht naar logische grenzen; • indien slechts één zijde van de weg wordt meegenomen, wordt de weg ook binnen de lijn opgenomen als deze een betekenis heeft voor het stedelijk gebied (bijvoorbeeld ontsluiting stedelijke woonomgeving).
• Gedetailleerde beschrijving van de grenslijn Onderstaande tabel geeft een overzicht per segment van de elementen waarop het voorstel van afbakening is gebaseerd. De segmenten zijn tevens weergegeven op kaart. Voor een aantal segmenten zijn aandachtspunten voor een vertaling tot op perceelsniveau gegeven.
1
2/3/4
Element van de bestaande of gewenste ruimtelijke structuur
Begrenzing volgens de plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen
Het strand ter hoogte van de bebouwingslijn langsheen de dijk van Heist tot in Knokke vormt de noordelijke grens van het stedelijk gebied. Het strand wordt meegenomen in het stedelijk gebied gezien dit een essentieel onderdeel uitmaakt van het stedelijke toerisme. De grens van het PRUP Strand en Dijk wordt gevormd, aangezien deze grens overeenkomt met de meest intensief benutte strandzone (meer ecologische delen uit de afbakening). In het westen wordt dit begrensd door het natuurreservaat van de Baai van Heist. In het oosten door het natuurreservaat van het Zwin/Zwinbosjes (grens van het PRUP Strand en Dijk en Habitatrichtlijngebied). Het stedelijk gebied eindigt in het oosten op de grens van het bebouwde gebied van het Zoute, inclusief het golfterrein. Aangezien het golfterrein een grote natuur- en landschappelijke waarde bezit, wordt geen bijkomende dynamiek toegelaten op het golfterrein (cfr. bestaand bpa). De grensstellende elementen zijn de Zwinbosjes, de Groenpleinduinen, het Koningsbos-Blinckaertbos en de Hazegrasduinen.
Grens PRUP Strand en Dijk
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
De grens wordt gevormd door het woongebied en het parkgebied op het gewestplan. Recreatiegebied: grens volgens Habitatrichtlijngebied en bpa Finis Terrae (volgt afbakening beschermd duinengebied). Vervolgens grens tussen reservaat/natuurgebied/ agrarisch waardevol gebied en woongebied volgens gewestplan. School en gebouwen politie (Rijkswachtlaan – Oosthoek) worden opgenomen binnen het stedelijk gebied. Percelen grotendeels bezwaard door het Duinendecreet worden niet opgenomen binnen het stedelijk gebied. Koningsbos: (gedeeltelijk woongebied): grens volgens VEN, Habitatrichtlijngebied en beschermd duinengebied. Blinckaertbos: grens golfterrein-bos.. Woonlint Graaf Jansdijk: het woonlint binnen woongebied en de drie aangrenzende bebouwde percelen buiten woongebied worden opgenomen (ruimtelijk geheel). Beschermd duinengebied wordt buiten het stedelijk gebied gehouden
Mei 2010
Pagina 23 van 37
5
8/9
De Tolpaertpolder vormt als onderdeel van een aaneengesloten open-ruimtegebied (landbouwgebied met landschappelijke en natuurwaarde) het grensstellende element voor het stedelijk gebied ten zuiden van de kern van Knokke en ten oosten van het bebouwde gebied ter hoogte van de Natiënlaan. Het bedrijventerrein ’t Walletje (incl. derde fase) en de begraafplaats behoren tot het stedelijk gebied (lokaal bedrijventerrein).
10
Het strategisch projectgebied Knokke-Heist behoort tot het stedelijk gebied: zone voor het stedelijk ziekenhuis, project Duinenwater. In dit gebied worden het benodigde ruimtelijke programma voor het golfterrein, stadsrandbos (inclusief speelbos) en overige recreatief-toeristische voorzieningen ingepast. De herbevestigde agrarische gebieden worden buiten het stedelijk gebied gehouden.
11
Het project Heulebrug en het complex Laguna Beach behoren tot het stedelijk gebied.
12
De kern van Heist behoort tot het stedelijk gebied.
De grens van het woongebied en woonuitbreidingsgebied tot grens met woongebied van Westkapelle (Kalvekeetdijk). De zoekzone voor een nieuwe school in zone begrensd door Jan Devischstraat-Kragendijk wordt opgenomen binnen het stedelijk gebied. Woonlint: enkel woonlint binnen woongebied wordt opgenomen. Kalvekeetdijk als grens ten oosten van begraafplaats, begraafplaats in stedelijk gebied (grens gewestplan: zone voor gemeenschaps- en openbare nutsvoorzieningen), bedrijde venterrein ‘t Walletje + uitbreiding 3 fase in stedelijk gebied Grens volgt de herbevestigde agrarische gebieden en de grens van het in opmaak zijnde Gewestelijk RUP voor het projectgebied. Ter hoogte van het stedelijk ziekenhuis volgt de grens de afbakening van het PRUP Ziekenhuiscampus en het voorstel van gewestelijk e RUP ‘gebieden voor toeristisch-recreatieve infrastructuur-2 golfinfrastructuur KnokkeHeist’. Een golf type 3 is een hoogdynamische functie (cfr. RSV) en wordt dan ook binnen het stedelijk gebied gehouden. Zuidelijke grens van het woongebied, gebied voor gemeenschaps- en openbare nutsvoorzieningen (begraafplaats) en grens project Heulebrug. De westelijke grens van het woongebied (volgens bpa De Vuurtoren en overeenkomstig afbakening beschermde duinengebieden) en gebied voor verblijfsrecreatie. Het natuurgebied en bufferzone (overgang naar het zeehavengebied – deels beschermd duinengebied) liggen buiten het stedelijk gebied.
Er wordt dus vertrokken van een aantal principes. Deze principes zijn helder en logisch gekozen op basis van de betekenis van elementen voor het stedelijk gebied. Op basis van deze principes zijn er geen alternatieven op de grenslijn. Het voorstel van afbakening gaat uit van volgende principes: • bestaande elementen met een stedelijke rol worden opgenomen binnen het voorstel van afbakening; • gewenste elementen met een stedelijke rol worden opgenomen binnen het voorstel van afbakening; • open-ruimtegebieden aan de rand van de stadskern, met als hoofdfunctie landbouw en met een hoge waardering voor de landbouw hebben geen betekenis voor het stedelijk gebied en worden tot het buitengebied gerekend; • elementen met een belangrijke natuurlijke en/of landschappelijke functie worden geëvalueerd naar hun betekenis voor het stedelijk gebied. Wanneer deze elementen een duidelijke recreatieve betekenis hebben ten aanzien van het stedelijk gebied (bijvoorbeeld golf), worden ze opgenomen binnen de afbakening van het stedelijk gebied. Wanneer aan de elementen geen stedelijke rol en ontwikkeling worden toegekend (bijvoorbeeld laagdynamische recreatieve betekenis van Zwin of Baai van Heist) worden ze opgenomen in het buitengebied. Het voorstel van afbakening volgt zoveel mogelijk de bestaande grenzen van het gewestplan of infrastructuren. Ten aanzien van woonlinten wordt voor de begrenzing van het stedelijk gebied gezocht naar een ruimtelijke cesuur in het lint: een beekvallei, de overgang van aaneengesloten (meer stedelijke) bebouwing naar open bebouwing, … of de overgang van woongebied naar woongebied met landelijk karakter. Ook infrastructuren (wegen, spoorlijnen) kunnen aangewend worden als een duidelijke begrenzing van het stedelijk gebied. Gebieden bezwaard door het Duinendecreet worden uit het stedelijk gebied gehouden. De perceelsgrenzen worden hierbij gevolgd. Dit betekent dat als een perceel voor het grootste deel (inclusief bebouwing) bezwaard is door het Duinendecreet, het volledige perceel uit het stedelijk gebied wordt gehaald. Als enkel een gedeelte van de tuin bezwaard is door het Duinendecreet, wordt het volledige perceel opgenomen binnen het stedelijk gebied.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 24 van 37
De stadskern wordt op sommige plaatsen omgeven door sterk grensstellende open-ruimtegebieden. Zo zijn de natuurlijk en landschappelijk zeer waardevolle gebieden in het noordoosten (Zwin, Hazegraspolder, Koningsbos) sterk grensstellend. Ook in het noordwesten is de grote natuurwaarde van de Kleiputten van Heist en de Baai van Heist sterk grensstellend. Meer zuidelijk is het open-ruimtegebied vooral van belang voor de landbouw. Op enkele plaatsen is die landbouwwaarde sterk grensstellend (Tolpaertpolder, omgeving woonuitbreidingsgebied Westkapelle-Sluisstraat, omgeving Palingpot, polders ten westen van Westkapelle en polders ten zuiden van Heist).
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 25 van 37
3. Aftoetsing planMER-plicht van rechtswege 3.1. Plan-m.e.r.-plicht De plan-m.e.r.-plicht wordt afgetoetst op basis van het besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de categorieën onderworpen aan milieueffectenrapportage, meerbepaald bijlagen 1 en 2 van het uitvoeringsbesluit van 10 december 2004 (B.S. 17/02/2005). De activiteiten die binnen het planologisch kader van het RUP zullen gerealiseerd worden vallen hier niet onder. Uit nazicht van bijlage 2 – blijkt dat er geen categorieën voor het plan van toepassing zijn.
3.2. Noodzaak tot passende beoordeling Situering speciale beschermingszones (SBZ)
Binnen de afbakeningslijn van het kleinstedelijk gebied Knokke-Heist zijn een aantal deelgebieden van het SBZ-H ‘Duingebieden inclusief Ijzermonding en Zwin’ gelegen. Het gaat met name over het Park 58 (BE2500001-26) en het golfterrein van Knokke (maakt deel uit van BE250001-25). Verder grenst de afbakeningslijn aan de westzijde onmiddellijk aan de Baai van Heist (BE2500001-23), de Kleiputten van Heist (BE2500001-24) en aan de oostzijde aan de het Koningsbos en de Zwinduinen en -polders (BE2500001-25). Binnen de afbakeningslijn is geen SBZ-V gelegen, maar er zijn wel een aantal deelgebieden die grenzen aan de afbakeningslijn. Meer bepaald gaat het over de Baai van Heist, die deel uitmaakt van het integraal SBZ-V ‘Kustbroedvogels te Zeebrugge-Heist’ en de SBZ-V ‘Het Zwin’. Tenslotte is ook de SBZ-V ‘Poldercomplex’ gesitueerd ten zuiden van de afbakeningslijn op een afstand van ongeveer 600 m. Er is geen SBZ of overig beschermd gebied gelegen in het strategisch projectgebied Knokke-Heist. Ten noorden van het strategisch projectgebied, op een afstand van ongeveer 200 m is het Park 58 gelegen. Dit gebied is beschermd als deelgebied 26 van het SBZ-H ‘Duingebieden inclusief Ijzermonding en Zwin’ en wordt door Natuurpunt vzw beheerd. Dit SBZ-H wordt echter van het strategisch projectgebied gescheiden door de spoorweg, de N359 Knokkestraat en bestaande bewoning. Er is geen relatie tussen het herinrichtingsproject Natiënlaan/N49 met SBZ of overige beschermde gebieden en wordt hier niet verder op ingegaan.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 26 van 37
Aard van het plan Aangezien het goedkeuren van het RUP voor de afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist in principe een kans inhoudt op een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken op grond waarvan de vermelde Speciale Beschermingszones zijn aangeduid, dient conform de bepalingen uit het plan-MERdecreet van 27 april 2007, een voortoets van passende beoordeling te worden uitgevoerd. In de voortoets wordt de nodige informatie aangereikt om te bepalen of voor het plan, gelet op de mogelijke betekenisvolle effecten op speciale beschermingszones, een passende beoordeling vereist is. Deze voortoets omvat volgende onderdelen: • Beschrijving van het studiegebied, de speciale beschermingszones en het RUP voor de afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist; • Beschrijving van de bestaande toestand; • Vooronderzoek; • Conclusie. In de voortoets wordt besloten dat de afbakeningslijn van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist voor de vijf onderdelen van het onderzoek naar de vereiste opmaak van een passende beoordeling geen negatieve effecten geeft. Analoog kan besloten worden dat de resultaten van het onderzoek voor het strategisch projectgebied Knokke-Heist niet negatief is, mits evenwel een aantal randvoorwaarden. Deze randvoorwaarden zijn: - voor het tweede golfterrein: verdroging door toepassing van bemaling en verontreiniging door de inzet van hulpstoffen, bestrijdingsmiddelen en meststoffen dient vermeden te worden. Een grondige studie is hierbij nodig. Tevens moeten hierbij mogelijke mitigerende maatregelen zoals herinfiltratie onderzocht worden. Tenslotte vormt dit een aandachtspunt in het kader van eco-golf en het milieubeheerplan. Mits bovenstaande kan volgende besloten worden: 1. Het plan heeft geen impact op de habitats (natuurlijke habitats en habitats van een soort) qua oppervlakte, ruimtelijke spreiding, structuur en kwaliteit. 2. Het plan heeft geen impact op het evenwicht tussen de verspreiding en densiteit van de soorten en de populaties in zijn geheel. 3. Het plan heeft geen potentiële impact op de vitale factoren hoe de SBZ functioneert als ecosysteem. 4. Het plan heeft geen impact op de abiotische relaties die de structuur en functie van de SBZ bepalen op voorwaarde dat bij nieuwe ontwikkelingen voldoende maatregelen genomen worden om een impact op het grondwaterregime van de nabije SBZ en habitattypes te vermijden. 5. Het plan heeft geen impact op het bereiken van een gunstige staat van instandhouding voor de betreffende SBZ op voorwaarde dat bij nieuwe ontwikkelingen voldoende maatregelen genomen worden om een impact op het grondwaterregime van de nabije SBZ en habitattypes te vermijden.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 27 van 37
Op basis van de kenmerken van het plan en de kenmerken van de effecten1 en van de gebieden die kunnen beïnvloed worden kan er dus besloten worden dat er geen impact is. Daar er geen impact verwacht wordt op SBZ is de opmaak van een passende beoordeling niet relevant.
Conclusie De opmaak van een plan-MER van rechtswege wordt niet noodzakelijk geacht gezien het plan geen kader vormt voor een project van bijlage 1 of 2 van het uitvoeringsbesluit en gezien de opmaak van een passende beoordeling niet nodig is.
1
Criteria, vermeld in bijlage I van het DABM, waaraan een plan getoetst moet worden
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 28 van 37
4. Grens- of gewestgrensoverschrijdende milieueffecten De afbakeningslijn impliceert geen bestemmingswijziging, dus blijft in principe de huidige situatie behouden. Rekening houdend met de gekende en vooropgestelde programma-elementen binnen de afbakeningslijn zijn er geen grensoverschrijdende milieueffecten te verwachten. Bij toekomstige bestemmingswijzigingen (RUP) of projecten geldt de verplichting tot de opmaak van een m.e.r.-screening voor deze concrete elementen en dienen de mogelijke grens- of gewestgrensoverschrijdende effecten nader bekeken te worden.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 29 van 37
5. Beschrijving en beoordeling van mogelijke milieueffecten 5.1. Scoping van de kwetsbaarheid van het plangebied De kwetsbaarheid van het gebied wordt hierbij in kaart gebracht aan de hand van de voorkomende bijzondere beschermde gebieden, bijzonder kwetsbare gebieden en het verkeersgenererend karakter van het gebied. De bijzonder beschermde gebieden zijn:
• De speciale beschermingszones overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu; • Een gebied aangeduid overeenkomstig de Conventie van Ramsar inzake watergebieden van internationale betekenis; • Een beschermd duingebied of voor het duingebied belangrijk landbouwgebied zoals aangegeven ter uitvoering van het decreet van 14 juli 1993 houdende maatregelen tot bescherming van de kustduinen;
• Natuurgebieden, natuurgebieden met wetenschappelijke waarde en de ermee vergelijkbare gebieden, aangewezen op plannen van aanleg en ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening;
• Bosgebieden, valleigebieden, brongebieden, overstromingsgebieden, agrarische gebieden met ecologisch belang of ecologische waarde en ermee vergelijkbare gebieden, aangewezen op plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening; • Een beschermd landschap, stads- of dorpsgezicht, monument of archeologische zone; • De waterwingebieden en bijhorende beschermingszones type I en II vastgesteld ter uitvoering van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer; • Het Vlaams Ecologisch Netwerk overeenkomstig het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (zie kaart 10); Bijzonder kwetsbare gebieden zijn: Gebieden met slechte drainage (drainageklasse f, g of i) Gevoelige bodems (veengronden, kleigronden) Recent overstroomde gebieden Gevoelige gebieden volgens de watertoetskaarten Waardevolle en zeer waardevolle gebieden op de biologische waarderingskaart Stiltegebieden Erfgoedlandschappen volgens BPA of RUP Gebieden aangeduid op de landschapsatlas
• • • • • • • •
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 30 van 37
• Bouwkundig erfgoed • Archeologische site • Landbouwgronden met hoge of zeer hoge waardering volgens de landbouwtyperingskaart Daarnaast zijn landbouwgronden gelegen in HAG (herbevestigd agrarisch gebied) te beschouwen als belangrijke aandachtszones. Tabel: overzicht van de bijzonder beschermde en kwetsbare gebieden binnen het plangebied
Voor de afbakeningslijn worden enkel de gebiedsdekkende elementen gescreend gezien de omvang en de aard van het plan. Afbakeningslijn Bodem en water Waterwingebied type I of II
De golf
Bodemkaart
Duingronden Schorgronden Overdekte kreekgronden
Drainagekaart
Geen (zeer) natte gebieden
Overstromingsgevoelige gebieden (ROG of volgens watertoetskaart)
Gebiedje ten zuiden van Isabellavaart
Fauna/flora Natura 2000
Zie voortoets
Ramsar-gebied
Geen
Beschermd duingebied
Aantal kleinere gebiedjes in de omgeving van de golf.
VEN
Geen
Natuurgebied, natuurgebied met wetenschappelijke waarde of ermee vergelijkbare gebieden
Williamspark
Bosgebieden, valleigebieden, brongebieden, ….
Geen
(Zeer) waardevolle gebieden volgens de BWK
Strand tussen Knokke en Heist en het Williamspark
Park 58 Albertstrand
Golfterrein Knokke-Heist Stiltegebieden
Geen
Landschap, onroerend erfgoed en archeologie Beschermde monumenten, landschappen en dorpsgezichten
Dorpsgezicht: omgeving herenhuis Heist Kalfmolen en omgeving Knokke
Archeologische site
Meerdere
Landschapsatlas
Relictzones:
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 31 van 37
R30011 Zwinpolders tussen Damme en Knokke R30010 Golfterrein Knokke-Heist R30001 Duinen Oostkust Geen ankerplaatsen Mens – socio organisatorische aspecten HAG
Geen
Mobiliteit (verkeersgenererend karakter)
-
5.2. Afbakeningslijn Bij de afbakening van het kleinstedelijk gebied Knokke-Heist werd van bij het begin rekening gehouden met een aantal grensstellende elementen vanuit de open ruimte (landbouw, natuur en landschap). • open-ruimtegebieden aan de rand van de stadskern, met als hoofdfunctie landbouw en met een hoge waardering voor de landbouw hebben geen betekenis voor het stedelijk gebied en worden tot het buitengebied gerekend; • elementen met een belangrijke natuurlijke en/of landschappelijke functie worden geëvalueerd naar hun betekenis voor het stedelijk gebied. Wanneer deze elementen een duidelijke recreatieve betekenis hebben ten aanzien van het stedelijk gebied (bijvoorbeeld golf), zijn ze opgenomen binnen de afbakening van het stedelijk gebied. Wanneer aan de elementen geen stedelijke rol en ontwikkeling worden toegekend (bijvoorbeeld laagdynamische recreatieve betekenis van Zwin of Baai van Heist) worden ze opgenomen in het buitengebied. Dit betekent dat bijzonder beschermde gebieden (Natura 2000-gebieden, beschermd duingebied, VEN-gebieden, natuurgebieden, beschermde landschappen, …) en bijzonder kwetsbare gebieden (overstromingsgebieden, ankerplaatsen, …) grotendeels buiten de afbakeningslijn zijn gelegen, op enkele grenscorrecties na. Uitzondering vormt hier Park 58, Albertstrand, omgeving Dir.-Gen. Willemspark en het bestaande golfterrein die binnen de afbakeningslijn zijn gelegen. Het is duidelijk de optie om de natuurwaarden van deze gebieden te behouden en deze gebieden te vrijwaren van bijkomende dynamiek. Gezien de afbakeningslijn geen bestemmingswijziging impliceert, blijft voor alle gebieden in principe de huidige situatie behouden. Door de aard van het plan zijn er dan ook geen directe effecten op bijzonder beschermde of kwetsbare gebieden te verwachten en zijn ook de potentiële indirecte effecten op de verschillende milieudisciplines beperkt tot onbestaande. Er kan besloten worden dat er geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn ten opzichte van de bestaande situatie. Een verdere disciplinegewijze uitwerking heeft bijgevolg geen toegevoegde waarde. Bij toekomstige bestemmingswijzigingen of projecten geldt de verplichting tot de opmaak van een m.e.r.-screening voor deze concretere elementen.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 32 van 37
5.3. Strategisch projectgebied Knokke-Heist Voor het strategisch projectgebied wordt in het kader van deze afbakening geen ruimtelijk uitvoeringsplan opgemaakt. De Vlaamse regering besliste in 2009 tot een principieel akkoord voor de opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) voor dit gebied. Binnen dit GRUP worden de vereiste bestemmingen juridisch verankerd. De impact op het milieu wordt nagegaan door de opmaak van een milieueffectenrapport op planniveau, kortweg Plan-MER. Dit Plan-MER is momenteel (april 2010) in opmaak, een nota voor publieke consultatie dateert van januari 2010. Dit Plan-MER wordt opgesteld in functie van het nog op te maken GRUP. In het Plan-MER wordt een volledige evaluatie van de milieu-impact van het strategisch projectgebied opgenomen, zodat we in dit onderzoek tot m.e.r. verwijzen naar dit Plan-MER. Op basis van de gekende en voorgestelde programma-elementen wordt binnen dit onderzoek tot m.e.r. een schema voor dit gebied opgesteld, op basis van de kwetsbaarheid van de locatie, waarin mogelijke aandachtpunten worden geduid waarmee rekening moet gehouden worden om zodoende aanzienlijke milieueffecten te vermijden. Bij de concrete uitwerking op Vlaams niveau dienen deze aandachtspunten verder afgetoetst en uitgewerkt te worden (lopend plan-MER).
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 33 van 37
Disciplines
Bodem en Water
Bodem en water
Fauna en flora
Landschap, onroerend erfgoed en archeologie
Landschap, onroerend erfgoed en archeologie
Mens socioorganisatorische aspecten
Aandachts punten
Beschermingszone grondwaterwinning
Overstromingsgevoeligheid
Waardevolle biologische elementen
Archeologie
Relictzone
Mobiliteit
Algemeen
Naleven Vlarem
Hergebruik, infiltratie en waterbuffering maximaliseren
Vrijwaren en versterken van waardevolle elementen van de waterplassen, rietvelden, ruigten en graslanden nabij de voormalige steenbakkerij Dujardin bij de verdere ontwikkeling van het gebied als een geconcentreerde ecologische infrastructuur in het toeristisch-recreatief landschap.
Aandacht voor archeologische prospectie met ingreep in de bodem. Dit detectieonderzoek wordt verricht aan de hand van boringen en proefsleuven, die op statistisch relevante wijze verkend worden. Zo kan worden uitgemaakt of er waardevolle archeologische sporen aanwezig zijn.
Landschappelijke inpassing optimaliseren. Dit betekent bijvoorbeeld dat bij de verdere ontwikkeling en inrichting van het strategisch projectgebied moet vertrokken worden van de aanwezige landschapsstructuren kenmerkend voor deze relictzone. De ze landschapskenmerken worden maximaal behouden. De openheid, de radiale structuur van de bestaande langwerpige percelen en grachten, de waterlopen en de hoeves dienen maximaal behouden te blijven.
Ontsluiting van nieuwe mobiliteitsgenererende functies dient via de Natienlaan (onrechtstreeks of rechtstreeks, zoveel mogelijk gebundeld) te gebeuren. De weg zal hierop afgestemd worden (streefbeeld). Er wordt ook zoveel mogelijk gestreefd naar gemeenschappelijk parkeren. Daarnaast voorziet De Lijn in haar Neptunusplan een verbetering van het openbaar vervoer in deze zone.
Respecteren van de overstromingsgebieden, watertoets.
De Put van De Cloedt, Laguna Beach en de putten van Dujardin zijn cfr. Vogelatlas voor eenden pleistergebieden van regionaal belang. Het strategisch projectgebied is ook van belang voor de voedseltrek van eenden (101-500/dag) en ganzen (1001-2000/dag), en voor de seizoenstrek van ganzen in de winter (>20.000/ jaar). Stadsrandbos
Tweede golf
Vermijden van vervuiling door bestrijdingsmiddelen en meststoffen, uitbouw als eco-golf met
Indien blijkt dat een archeologische opgraving noodzakelijk is, moet daar in overleg moet de bevoegde overheidsdiensten voldoende tijd en middelen voor worden vrijgemaakt.
Voorts vormen de effecten op de landbouw een belangrijk aandachtspunt.
De inplanting en inrichting van het stadsbos houdt rekening met de aanwezige overstromingsgebieden, deze dienen gevrijwaard te blijven, kunnen eventueel geïntegreerd worden en/of uitgebreid.
De inplanting en inrichting van het stadsbos houdt rekening met de aanwezige waardevolle elementen, deze dienen gevrijwaard te blijven, kunnen eventueel geïntegreerd worden en waar mogelijk versterkt.
Bebossing dient zich in te passen binnen de na te streven landschappelijke inpassing en beeldwaarde en de gewenste ruimtelijke samenhang en onderlinge versterking van de programmaelementen. Het stadsrandbos (inclusief speelbos) kan hiervoor een aanzet vormen.
Aandacht voor bereikbaarheid van stadsrandbos voor fietsers en wandelaars.
Aandacht voor opvang en hergebruik van regenwater.
De inplanting en inrichting van het golfterrein houdt rekening met de aanwezige waardevolle elementen, deze dienen gevrij-
Aandacht moet uitgaan naar het maximale behoud van de landschapskenmerken van de relictzone. Het is dan ook niet aange-
Ontsluiting via Natiënlaan die daar voor uitgerust wordt (opmaak streef-
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 34 van 37
strenge beperkingen wat betreft inzet van hulpstoffen waardoor risico op vervuiling van omgevende gebieden sterk beperkt kan worden. Aandachtspunt mee te nemen bij ontwerp en inrichting van het golfterrein zodat beheer hier makkelijker kan op afgestemd worden.
Overige stedelijke
functies (hotel)
Infiltratie maximaliseren door het beperken van verhardingen, gebruik van waterdoorlatende materialen.
wezen een groen scherm rond de geplande golf te voorzien, eerder dient de golf zo goed mogelijk een landschappelijk geheel te vormen met het polderlandschap. Zo is het denkbaar dat de grens tussen landbouwgrond en golfterrein eveneens de onregelmatige perceelsstructuur volgt.
waard te blijven door deze te integreren en worden en waar mogelijk versterkt.
Respecteren, behouden en integreren van bufferzones/ overstromingszones binnen het inrichtingsconcept. Aandacht voor het aspect water binnen het ontwerp en inrichting.
De inplanting en inrichting van de stedelijke functies houdt rekening met de aanwezige overstromingsgebieden, deze dienen gevrijwaard te blijven.
beeld).
De bebouwing concentreren tegen de Natiënlaan. Bij de ontwikkeling van het strategisch projectgebied (incl. stadsrandbos) is het gewenst de waardevolle graslanden te ontzien. Binnen het strategisch projectgebied dient de bestemming en inrichting van de voormalige kleiputten van Dujardin en de omliggende rietvelden, ruigten en graslanden als biologisch waardevolle ecologische infrastructuur maximaal behouden en versterkt te worden.
De inplanting en inrichting van de stedelijke functies houdt rekening met de aanwezige waardevolle elementen, deze dienen gevrijwaard te blijven, kunnen eventueel geïntegreerd worden en waar mogelijk versterkt.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Een inplanting waarbij het bebouwd programma aansluit bij het morfologisch stedelijk geheel en een goede landschappelijke overgang naar het buitengebied kan gemaakt worden laat een betere landschappelijke inpassing toe.
Mei 2010
Ontsluiting via Natiënlaan die daar voor uitgerust wordt (opmaak streefbeeld)
Pagina 35 van 37
5.4. Conclusie Op basis van voorgaande bespreking kan gesteld worden dat door het RUP afbakeningslijn, gezien de aard van dit plan, geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn ten opzichte van de bestaande situatie. Een verdere disciplinegewijze uitwerking heeft bijgevolg geen toegevoegde waarde. Wel komen uit deze screening een aantal aandachtspunten naar voor voor het strategisch projectgebied Knokke-Heist die bij de verdere uitwerking van dit gebied dienen meegenomen te worden om eventuele milieueffecten te vermijden. We verwijzen hiervoor naar het in opmaak zijnde plan-MER voor het GRUP ‘Tweede golf en stadsrandbos Knokke-Heist’.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 36 van 37
6. Besluit Gezien het ‘RUP Afbakeningslijn’: • geen kader vormt voor bijlage I of bijlage II projecten (overeenkomstig art. 4.2.3 § 2.1 van het DBAM); • geen kader vormt voor de noodzaak van een passende beoordeling (overeenkomstig art. 4.2.1 – 2de lid van het DBAM); • geen bestemmingswijzigingen impliceert; • geen aanzienlijke milieueffecten teweeg brengt; • kan geoordeeld worden dat de opmaak van een plan-MER redelijkerwijze dan ook geen bijkomende informatie zal opleveren. Het screeningsdossier en de resultaten van de screening worden opgenomen in het verder besluitvormingsproces over het ‘RUP Afbakeningslijn’.
Afbakening van het structuurondersteunend kleinstedelijk gebied Knokke-Heist
Mei 2010
Pagina 37 van 37