PARVEST BOND EURO SHORT TERM Subfonds van de SICAV PARVEST, Beleggingsinstelling met veranderlijk kapitaal
Vereenvoudigd prospectus september 2010 Dit vereenvoudigd prospectus bevat de algemene informatie over PARVEST (de “SICAV”) en het subfonds. Voor alle aanvullende inlichtingen zijn op ieder moment en gratis de laatste versies van het volledig prospectus en van de halfjaaren jaarverslagen beschikbaar op de statutaire zetel van de SICAV of op de website www.bnpparibas-ip.com
Alle verwijzingen in dit document naar bijlagen of hoofdstukken moet worden gezien als een verwijzing naar het volledig prospectus.
BEHEER EN REFERENTIEVALUTA Vermogensbeheerder
BNP Paribas Asset Management, Paris, Frankrijk
Referentievaluta
EUR
BELEGGINGSBELEID EN RISICO’S Beleggingsdoel: Waardestijging van de activa op middellange termijn. Beleggingsbeleid: Het subfonds belegt minstens 2/3 van zijn activa in obligaties of met obligaties gelijkstelde effecten in EUR of in afgeleide financiële instrumenten op dit soort van activa. De gemiddelde resterende looptijd van de portefeuille mag niet groter zijn dan drie jaar en de resterende looptijd van elke belegging apart niet groter dan vijf jaar. Het resterende gedeelte, dus maximaal 1/3 van de activa, mag worden belegd in alle andere effecten, afgeleide financiële instrumenten, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten, en in ICBE’s of ICB’s, maar nooit voor meer dan 10% van de activa. Binnen de twee maanden voorafgaand aan de liquidatie of fusie van het subfonds kan worden afgeweken van de hierboven beschreven beleggingsbepalingen. Risicoprofiel van de subfondsen: Potentiële beleggers moeten het prospectus volledig en aandachtig lezen alvorens een beleggingsbeslissing te nemen. Er kan geen enkele garantie worden gegeven dat de subfondsen van de SICAV hun beleggingsdoel zullen realiseren en in het verleden behaalde resultaten zijn geen garantie voor resultaten in de toekomst. Wijzigingen van de voorschriften met betrekking tot het toezicht op de wisselkoersen, fiscaliteit of bronheffing of betreffende het economisch en monetair beleid kunnen eveneens een weerslag hebben op beleggingen. Wij willen beleggers er ten slotte op wijzen dat de performance van een subfonds mogelijk niet overeenstemt met de doelstelling ervan en dat zij het belegde kapitaal (na aftrek van de inschrijvingsvergoeding) mogelijk niet volledig zullen terugkrijgen. Hierna vindt u de belangrijkste risico’s die een weerslag kunnen hebben op het subfonds. Renterisico: Fluctuaties in de rentevoeten kan een invloed hebben op de waarde van een belegging. Verscheidene elementen of gebeurtenissen, zoals het monetair beleid, de discontovoet, inflatie, enz. Kunnen een weerslag hebben op de rentetarieven. Wij willen de belegger erop attenderen dat de waarde van beleggingen in schuldeffecten en schuldbewijzen daalt wanneer de rentevoeten stijgen. Kredietrisico: Dit is het risico dat kan voortvloeien uit een gedaalde rating van een uitgevende instelling van obligaties waaraan de subfondsen zijn blootgesteld waardoor de beleggingen in waarde kunnen dalen. Dit risico is gekoppeld aan het vermogen van een emittent om zijn schulden te betalen.
1
PARVEST BOND EURO SHORT TERM Vereenvoudigd prospectus - SEPTEMBER 2010
Wanneer de notering van een uitgifte of een emlttent daalt, kan dit aanleiding geven tot een waardedaling van de betreffende schuldeffecten waarin het subfonds heeft belegd. Sommige strategieën kunnen gebaseerd zijn op obligaties uitgegeven door emittenten met hoog kredietrisico (hoogrentende effecten). Subfondsen die in hoogrentende obligaties beleggen hebben een hoger dan gemiddeld risico vanwege de grotere fluctuatie van hun valuta of van de kwaliteit van de uitgevende instelling. Tegenpartijrisico: Dit risico is verbonden aan de kwaliteit van de tegenpartij waarmee de beheersmaatschappij handelt, met name wat betreft de betaling/levering van financiële instrumenten of het sluiten van contracten op financiële termijninstrumenten. Dit risico is gekoppeld aan het vermogen van de tegenpartij om haar verbintenissen na te leven (bv. betaling, levering, terugbetaling). Risico’s verbonden aan afgeleide producten: Om het rendement van de portefeuille in te dekken (gebruik van afgeleide instrumenten om dekkingsredenen (hedging)) en/of te optimaliseren (gebruik van afgeleide instrumenten om beleggingsredenen (trading)) mag het subfonds onder de voorwaarden beschreven in de bijlagen I en II van het prospectus gebruik maken van technieken en afgeleide instrumenten (met name warrants op effecten, swapcontracten op effecten, rente, valuta's, inflatie, volatiliteit en andere afgeleide financiële instrumenten, contracts for difference (CFD), credit default swaps (CDS), EMTN’s, termijncontracten, opties op effecten, rente of termijncontracten, enz.). Wij willen de beleggers erop attenderen dat het gebruik van afgeleide instrumenten om beleggingsredenen (trading) voor een hefboomeffect kan zorgen. Hierdoor wordt het rendement van de subfondsen volatieler. Aan inflatie gekoppeld risico: Het is mogelijk dat het rendement van de investeringen op korte termijn niet aan hetzelfde ritme evolueert als de inflatie, waardoor de koopkracht van de beleggers wordt verminderd. Fiscale risico’s: De toepassing van de fiscale wetten van de verschillende landen kunnen een invloed hebben op de waarde van een belegging, zoals bronheffingen, regeringswisselingen of het economisch of monetair beleid van de betrokken landen. Dientengevolge kan geen garantie worden gegeven dat de financiële doelstellingen effectief zullen worden bereikt. Profiel van de beleggers: De aandelen van de subfondsen van de SICAV worden aangeboden zowel aan particuliere als institutionele klanten. Zodra hun beleggingen een bepaalde drempel overschrijden beschikken deze laatsten over een specifieke aandelencategorie.
ACTIEVE AANDELENCATEGORIEËN Aandelencategorie
Kapitalisatieklasse
Uitkeringsklasse
Aangeboden aan
Classic
Ja
Ja
Natuurlijke en rechtspersonen
I
Ja
Neen
Institutionele klanten en ICB’s
Privilege
Ja
Neen
Natuurlijke en rechtspersonen
N
Ja
Neen
Natuurlijke en rechtspersonen
X (*)
Ja
Neen
Beheerders, institutionele klanten en ICB’s
De voormelde begrippen worden als volgt gedefinieerd: • “Institutionele klanten”: verwijst naar speciaal door de SICAV erkende rechtspersonen die inschrijven op aandelen i) voor eigen rekening of ii) voor rekening van natuurlijke personen in het kader van een collectief spaarplan of een vergelijkbaar stelsel. • “Beheerders”: verwijst naar beheerders, maatschappijen die er een filiaal van zijn, evenals portefeuillebeheerders die bij volmacht inschrijven uitsluitend in het kader van het beheer van een geïndividualiseerde portefeuille voor hun institutionele klanten. Deze entiteiten en hun institutionele klanten moeten speciaal door de SICAV erkend zijn. • “ICB’s”: speciaal door de SICAV erkende ICB’s. (*) Wie inschrijft op aandelen van de categorie X moet speciaal door de SICAV erkend zijn.
PERFORMANCE Voor subfondsen die minimaal een jaar in werking zijn gesteld worden de performances per kalenderjaar berekend. Deze performances gelden na aftrek van kosten. Eventuele provisies en kosten als gevolg van de uitgifte of terugkoop van de aandelen worden evenwel niet in aanmerking genomen. De beleggingen van de SICAV zijn onderhevig aan de marktschommelingen en het is bijgevolg mogelijk dat de beleggers een lager bedrag terugkrijgen dan zij hebben belegd. De prestaties uit het verleden zijn geen garantie voor de resultaten in de toekomst.
2
PARVEST BOND EURO SHORT TERM Vereenvoudigd prospectus - SEPTEMBER 2010
Performance per 31/12 (na aftrek van kosten) Categorie
2006
2007
2008
2009
Classic
0,98%
2,81%
5,77%
4,97%
I
1,42%
3,25%
6,22%
5,43%
Privilege
1,09%
2,93%
5,97%
5,19%
N
0,49%
2,30%
5,24%
4,46%
X
1,72%
3,55%
6,31%
5,64%
De performance van kapitalisatieklassen worden medegedeeld wanneer deze klassen bestaan; standaard wordt de performance voor uitkeringsaandelen gegeven.
MINIMALE BELEGGINGEN Aandelencategorie
Minimaal bedrag voor de initiële inschrijving en bezit
Minimaal bedrag van de volgende inschrijving
Classic
Geen
Geen
I
EUR 3 miljoen per subfonds of EUR 10 miljoen over de Geen (onder voorbehoud dat de minimale drempel van totale SICAV bezit wordt gerespecteerd) Op inschrijvingen door een ICB is geen minimum voor inschrijving/bezit van toepassing.
Privilege
EUR 1 miljoen per subfonds
Geen (onder voorbehoud dat de minimale drempel van bezit wordt gerespecteerd)
N
Geen
Geen
X
Geen
Geen
RECHTEN EN PROVISIES Inschrijvings-, terugkoop- en omzettingskosten/provisie: Deze kosten/provisies dienen door de beleggers te worden betaald bij de voormelde transacties. De omzettingsprovisie dient, in voorkomend geval, te worden betaald bovenop de eventuele toetredingsen/of uittredingskosten. Rechten ten gunste van het fonds
Classic
I
Privilege
N
X
Toetredingskosten
Geen
Geen
Geen
Geen
Geen
Maximale uittredingskosten voor terugkopen/omzettingen van meer dan 10% van de activa van het betrokken subfonds op een gegeven Waarderingsdag
1%
1%
1%
1%
1%
Maximale uittredingskosten voor de overige transacties Geen
Geen
Geen
Geen
Geen
Provisies ten gunste van de distributeur
Classic
I
Privilege
N
X
Maximale inschrijvingsprovisie
5%
5%
5%
Geen
5%
Maximale uittredingsprovisie
Geen
Geen
Geen
5%
Geen
Maximale omzettingsprovisie tussen subfondsen of i) 2% of ii) het verschil tussen de maximale toetredingsprovisie en het tarief van de initiële tussen de verschillende toegelaten categorieën van het inschrijving subfonds
Jaarlijkse kosten en provisies (Total Expense Ratio of TER): Deze kosten en provisies worden toegeschreven aan het gemiddelde van de netto activa over een gegeven boekjaar en worden uitgedrukt als een percentage.
3
PARVEST BOND EURO SHORT TERM Vereenvoudigd prospectus - SEPTEMBER 2010
Aandelencategorie
Maximale beheersprovisie1
Performancevergoeding
Maximale distributievergoeding2
Overige maximale kosten3
TER over het boekjaar 2009-2010
Classic
0,50%
Neen
Neen
0,25%
0,87%
I
0,25%
Neen
Neen
0,12%
0,44%
Privilege
0,30%
Neen
Neen
0,25%
0,68%
N
0,50%
Neen
0,50%
0,25%
1,39%
X
0%
Neen
Neen
0,12%
0,20%
1
Berekend op het gemiddelde van de helft van de netto activa van elke aandelencategorie gedurende de afgelopen maand. De vergoeding van de beheerders en gedelegeerd beheerders is in deze provisie begrepen.
2
Deze vergoeding voor de distributeurs wordt dagelijks berekend op basis van de dagelijkse IW.
3
Omvatten alle kosten voor bewaring van de activa (vergoeding van de depothoudende bank), dagelijks administratief beheer (berekening van de IW, bijhouden van het register, domicilie, enz.), met uitzondering van het makelaarsloon, de vergoeding voor transacties die geen betrekking hebben op het deposito, de bankrente en –onkosten, buitengewone onkosten en de in Luxemburg geldende taxe d’abonnement en alle overige belastingen die de SICAV kunnen worden aangerekend.
TRANSACTIEBELEID Intrinsieke waarde: Aan iedere weekdag die een bankwerkdag is in Luxemburg (de “Waarderingsdag”) beantwoordt een intrinsieke waarde die op die Waarderingsdag is gedateerd, maar die berekend en meegedeeld wordt op de bankwerkdag volgend op die Waarderingsdag (hierna de ”Berekeningsdag van de IW”).
Centralisering van de orders1 15 uur op de Waarderingsdag
1
De inschrijvings-, terugkoop- en omzettingsorders worden verwerkt volgens de hierna bepaalde regels tegen een onbekende intrinsieke waarde; deze verwerking gebeurt alleen op bankwerkdagen in Luxemburg en de vermelde tijd is de Luxemburgse tijd. Valuta waarin IW wordt genoteerd en inschrijvingen/terug-kopen worden betaald
Datum van de IW voor de uitvoering van de orders
Dag waarop de IW wordt berekend en meegedeeld Betalingsdatum
Waarderingsdag (W)
EUR en USD De dag volgend op de Maximaal vier Waarderingsdag (W+1) bankwerkdagen volgend op de Waarderingsdag (W+4)
De omzettingsorders (naar en van subfondsen waarvoor de orders op de dag voorafgaand aan de Waarderingsdag om 15 uur gecentraliseerd worden) moeten op de dag voorafgaand aan de Waarderingsdag voor 15 uur op de Maatschappij zijn ontvangen.
Er kan op de aandelen van het subfonds worden ingeschreven en die aandelen kunnen worden teruggekocht tegen de intrinsieke waarde van de toepasselijke Waarderingsdag. De intrinsieke waarde die van toepassing is op de inschrijvingen kan worden verhoogd met eventuele toetredingskosten en/of een eventuele inschrijvings- of uitkeringsprovisie. De intrinsieke waarde die van toepassing is voor terugkopen kan worden verminderd met een terugkoopprovisie ten gunste van de Distributeur en/of een uittredingsprovisie ten gunste van de SICAV. De aandelencategorieën en –klassen waarop kan worden ingeschreven via een individueel spaarplan zijn in voorkomend geval vastgesteld in het prospectus en/of de bijlagen bij het prospectus en/of de inschrijvingsformulieren die worden gebruikt in de landen waar de aandelen mogen worden verkocht. De kosten en provisies die in het kader van een individueel spaarplan worden geheven, mogen voor maximaal een derde worden toegerekend aan het bedrag dat tijdens het eerste jaar van dit individueel spaarplan wordt gestort.
Wij raden de beleggers aan inlichtingen in te winnen over de vergoedingen en kosten die zij bij inschrijving of terugkoop via een betaalkantoor in het rechtsgebied waarin de aandelen worden verkocht, aan dat betaalkantoor moeten betalen. Alle intrinsieke waarden zijn beschikbaar op de statutaire zetel van de SICAV en bij de Beheersmaatschappij, in de banken die instaan voor de financiële dienstverlening en op de website www.bnpparibas-ip.com. Omzetting van aandelen in aandelen van verschillende subfondsen: De voorwaarden met betrekking tot inschrijvingen en terugkoop gelden ook voor de omzettingen van aandelen. Een omzetting wordt beschouwd als een gelijktijdige terugkoop van en inschrijving op aandelen. Bijgevolg kan een dergelijke transactie alleen worden uitgevoerd op de eerste gemeenschappelijke Waarderingsdag van de bij deze omzetting betrokken subfondsen. Aandelen kunnen slechts worden omgezet indien de beperkingen die van toepassing zijn op de nieuwe categorie/klasse waarop wordt ingeschreven (minimale belegging, toegelaten beleggers, enz.), worden nageleefd.
4
PARVEST BOND EURO SHORT TERM Vereenvoudigd prospectus - SEPTEMBER 2010
BELASTINGSTELSEL Volgens de momenteel geldende wetgeving en reglementering is de SICAV onderworpen aan de taxe d’abonnement. Op de publicatiedatum van het huidige prospectus bedraagt het jaarlijks tarief 0,05%, behalve voor de subfondsen PARVEST Short Term CHF, PARVEST Short Term USD, PARVEST Short Term Euro en PARVEST Short Term GBP, de categorie X en de aandelencategorieën die uitsluitend zijn voorbehouden voor Institutionele beleggers en ICB’s (zoals vermeld in hoofdstuk IV.1.A.), waarvoor het jaarlijks tarief 0,01% bedraagt. De driemaandelijks betaalbare belasting wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van de SICAV aan het eind van het desbetreffende kwartaal.
Sinds 1 juli 2005 is overeenkomstig de Luxemburgse wet van 21 juni 2005, die een omzetting naar Luxemburgs recht is van de Richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 met betrekking tot de fiscaliteit op inkomsten uit spaargeld onder de vorm van een uitkering van renten, wordt een bronheffing toegepast op de inkomsten uit spaargeld die onder de vorm van renten worden uitgekeerd door een betaalkantoor in Luxemburg aan de effectieve begunstigden, die natuurlijke personen en fiscale ingezetenen zijn van een andere Lidstaat van de Europese Unie. In Luxemburg zijn dergelijke inkomsten onderworpen aan een bronheffing tegen een tarief van 15% tot 30 juni 2008, 20% tot 30 juni 2011 en 35% vanaf 1 juli 2011.
De door de SICAV ontvangen inkomsten kunnen onderworpen zijn aan een heffing in het land van oorsprong en worden door de SICAV ontvangen na inhouding van deze heffing, die niet kan worden geboekt noch worden teruggevorderd.
De inschrijvers moeten zelf de nodige aangiften doen waartoe zij eventueel verplicht zijn in het land waar zij fiscaal woonachtig zijn.
ALGEMENE INLICHTINGEN Wettelijk statuut Subfonds van PARVEST. PARVEST is een beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal met meerdere subfondsen naar Luxemburgs recht en opgericht op initiatief van de groep BNP Paribas. De SICAV is erkend overeenkomstig de Luxemburgse wet van 20 december 2002 met betrekking tot de instellingen voor collectieve belegging. De SICAV werd op 27 maart 1990 in Luxemburg opgericht voor onbepaalde duur. Boekjaar Het boekjaar begint op 1 maart en eindigt op de laatste dag van februari van ieder jaar. Statutaire zetel 33, rue de Gasperich, L-5826 Howald-Hesperange, Groothertogdom Luxemburg Promotor: BNP Paribas S.A., 16, boulevard des Italiens, F-75009 Parijs, Frankrijk Beheersmaatschappij BNP Paribas Investment Partners Luxembourg, 33, rue de Gasperich, L-5826 Howald-Hesperange Groothertogdom Luxemburg
Vermogensbeheerder BNP Paribas Asset Management, 1, boulevard Haussmann, F-75009 Parijs, Frankrijk Depothoudende bank BNP Paribas Securities Services, Luxemburgs filiaal 33, rue de Gasperich, L-5826 Howald-Hesperange Groothertogdom Luxemburg Bedrijfsrevisor PricewaterhouseCoopers, 400, route d’Esch, L-1014 Luxemburg, Groothertogdom Luxemburg Toezichthoudende autoriteit Commission de Surveillance du Secteur Financier, 110, route d’Arlon, L-2991 Luxemburg, Groothertogdom Luxemburg www.cssf.lu
5