Over de brug
keuzebegeleiding derde klas
>>>
2014 - 2015
2 | over de brug
- 3e klas
I n h o u d d
>>>
Inhoudsopgave Inleiding
3
1.Tweede fase
4
2.Kies ik havo of vwo?
7
3.Het HAVO-programma
8
4.Het VWO-programma: atheneum 4.Het VWO-programma: gymnasium
11 14
5.Kiezen met behulp van de computer
17
6.Eens gekozen blijft gekozen?
17
7.Wie helpen je bij je keuze?
19
8.Het een en ander op een rij...
20
9.Vakkenvoorlichting Nederlands Engels Frans Duits Maatschappijleer Geschiedenis Lichamelijke opvoeding Levensbeschouwing Culturele en Kunstzinnige Vorming Latijn en Grieks en Klassieke Culturele Vorming Chinese taal en cultuur Wiskunde Economie Filosofie Aardrijkskunde Biologie Scheikunde Natuurkunde Informatica Management en Organisatie Oriëntatie op Studie en Beroep
22 22 22 23 24 25 26 28 28 29 34 35 36 39 40 41 43 44 44 46 47 48
10. Modules 50
3 | over de brug
- 3e klas
I n l e i d i n g
>>>
Aan de ouders en leerlingen van de
derde klassen Aan het einde van dit schooljaar ronden jullie de driejarige brugperiode op onze school definitief af. Je gaat ‘Over de Brug’ naar de bovenbouw, oftewel naar de Tweede Fase; dat betekent dat je een definitieve keuze gaat maken voor havo of vwo en voor één van de vier profielen die al min of meer een voorbereiding zijn op een latere vervolgopleiding en een later beroep. Met de algemeen oriënterende lessen in Keuzeweb van de eerste maanden van dit schooljaar heb je een koers uitgezet naar je eerste voorlopige keuze voor volgend jaar als je naar de bovenbouw gaat. Enkele maanden later vragen we je om je keuze definitief te maken. Je krijgt van ons dit boekje O v e r de Brug mee naar huis waarin alle informatie is opgenomen die je nodig hebt om die eerste voorlopige keuze alvast zo goed mogelijk te maken. 1
Eind december ontvangen je een advies over de voorlopige keuzes die je hebt gemaakt. Dit advies is gebaseerd op je rapport, je prestaties van de afgelopen jaren en vooral ook op je inzet en je motivatie. In de maanden daarna heb je uitgebreid de gelegenheid om met de decaan of met je klassendocent of vakdocenten je keuzes nog eens goed door te praten.Uiteraard mogen je ouders bij die gesprekken aanwezig zijn; we vragen ze dan wel daarvoor via school telefonisch of per mail contact met ons op te nemen!
De volgende data zijn van belang! >>>
Je voorlopige keuze maak je op donderdag 4 december 2014 en uiterlijk op dinsdag 31 maart 2015 moet jouw definitieve keuze ondertekend en ingeleverd zijn. Bewaar in de toekomst al het materiaal dat je krijgt en gebruikt, om je zo goed mogelijk voor te bereiden op de keuze van je vervolgopleiding! Succes met het maken van de juiste keuzes! Tilburg, november 2014
>>>
De decanen: mevr. I. Kalthoff: F. Schijvens 1
Klas b3a, b3c, b3e, b3h en b3i Klas b3b, b3d, b3f, b3g
Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend.
4 | over de brug
1
Hoofdstuk
08
- 3e klas
Tweede Fase Na de driejarige brugperiode in de onderbouw volgt nu de bovenbouw periode op havo of vwo die ook wel ‘de Tweede Fase’ wordt genoemd. Van de leerlingen in de bovenbouw wordt verwacht dat ze meer zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid t.a.v hun studieaanpak laten zien. Veel vakken werken bijv. met studiewijzers; dit zijn stofomschrijvingen,(huiswerk-) opdrachten, studietips, toets- en proefwerkschema’s voor een heel trimester. De leerlingen werken vaak in de klas al aan deze opdrachten en buiten de lessen weten ze in principe wat zij moeten bestuderen of maken.
>>> De studielast in de Tweede Fase
Het lesprogramma in de Tweede Fase voor havo en vwo heeft een vast aantal studie-uren en een lesprogramma dat globaal bestaat uit een ‘Gemeenschappelijk deel’, een ‘Profieldeel’ en een zogenaamd ‘Vrij deel’. Leerlingen die naar het havo gaan en nog twee jaar moeten studeren moeten in totaal 3200 SLU’s volgen en leerlingen die naar het vwo gaan en nog drie jaar moeten studeren hebben een lesprogramma van 4800 SLU’s. De afkorting SLU staat voor een ‘studielastuur’. In een ‘studielastuur’ zit alle tijd die een leerling moet besteden aan een bepaald vak. In die SLU’s zit al het werk dat je voor zo’n vak moet doen. Dat betekent dus : alle lessen die je voor dat vak moet volgen maar ook het huiswerk dat je daarvoor moet maken, de boeken die je ervoor moet lezen of de praktische opdracht die je misschien voor zo’n vak moet maken.
>>>
Het Profieldeel Het Profieldeel bevat een aantal vakken die vaak onderling samenhangen om een goede voorbereiding te geven als je later een studie wilt gaan volgen in een bepaalde richting aan het HBO (Hoger Beroepsonderwijs) of het WO (Wetenschappelijk Onderwijs/ de Universiteit). Er zijn vier Profielen: twee zogenaamde ‘Maatschappij’-profielen en twee zogenaamde ‘Natuur’-profielen. In het Profiel Cultuur en Maatschappij (CM) ligt het accent voornamelijk op talen en kunstvakken. Het is met name een goed profiel als je iets wilt gaan doen in de sector kunst en cultuur, communicatie, onderwijs, sociale en maatschappelijke vorming. Het profiel Economie en Maatschappij (EM) waarin de vakken economie, wiskunde en ook de talen een belangrijke rol spelen bereiden voor op studies in de economische en commerciële sector. Het profiel Natuur en Gezondheid (NG) waarin de vakken scheikunde, natuurkunde, biologie en wi (A of B) zitten bereiden voor op studies in de gezondheidszorg of in de sector chemie, milieu of agrarisch. In het profiel Natuur en Techniek (NT) ligt het accent op de vakken natuurkunde, scheikunde en wiB. Als je belangstelling en de nodige capaciteiten hebt voor bijv. een studie in de richting van techniek of ICT is dit het juiste profiel. In Hoofdstuk 3 vind je per profiel de vakken
5 | over de brug
- 3e klas
>>>
die je daarin verplicht en soms naar keuze moet of mag volgen. Het vrije deel Naast het verplicht gemeenschappelijk deel en het gekozen profiel met verplichte profielvakken, kiezen de leerlingen nog een keuzevak. De meeste leerlingen houden bovendien in de vrije ruimte een bandbreedte over binnen de voorgeschreven totale studielast (3200 voor havo en 4800 voor vwo), die op het Theresialyceum ingevuld moet worden met een keuze uit het vvvv-programma: verdiepen, verbreden, versterken en verkennen. De bandbreedte is afhankelijk van de vakken die de leerling kiest in het profiel. Het ene vak heeft namelijk meer studielasturen dan het andere. Verdieping richt zich op specialisatie binnen de profielvakken. Zo kan een leerling die kiest voor een Natuurprofiel kennismaken met onderdelen van de vakken natuur- en scheikunde of biologie die binnen het reguliere vak slechts oppervlakkig aan de orde komen. Verbreding bestaat uit leerinhoud die past bij het gekozen profiel maar daar binnen nauwelijks aan de orde komt, zoals gespreksvaardigheid in de Spaanse taalk, cryptologie of direct prototyping. Deze extra kennis wordt aangeboden in de vorm van kleinere modulen van 40 of 80 studielasturen. Versterking gebeurt met name door coaching door de mentor. Op 4havo en vwo en op 5havo worden hieraan 30 klokuren op jaarbasis besteed. Deze zogenaamde mentoruren vallen buiten de bandbreedte die overblijft. Versterken kan echter ook een ondersteuning zijn in het ontwikkelen van studievaardigheden. In de bovenbouw moeten de leerlingen zelfstandiger aan de slag, zij moeten hun eigen studie meer plannen en sommige kunnen daar wel wat hulp bij gebruiken. Ook biedt een aantal vakken een versterkingsmodule aan die vergelijkbaar is met de begeleidingslessen uit de onderbouw. Verkennen doe je o.a. bij Oriëntatie op Studie en Beroep (OSB - H9 p48). Het keuze-aanbod binnen het vvvv-programma van 4 havo, 4 vwo en 5vwo vind je in hoofdstuk 10. Let wel: of de modules ook daadwerkelijk gegeven gaan worden hangt af van een voldoende belangstelling. Als duidelijk wordt dat een module niet door zal gaan, worden jullie daarover natuurlijk geïnformeerd. Je kunt dan bij de definitieve keuze voor havo of vwo en de profielen ook je keuze van modules aanpassen.
>>>
Sprokkelen Sommige leerlingen zouden graag meer vakken willen volgen dan verplicht is. Als je zo’n extra vak wilt, kiezen moet je daarbij rekening houden met twee zaken. In de eerste plaats bepalen de docenten die jou in de derde klas lesgeven bij de laatste rapportvergadering of ze jou toestemming geven voor het volgen van dat vak of niet. Ze letten daarbij niet alleen op je rapportcijfer maar kijken ook naar je motivatie voor dat vak en naar jouw studiehouding in het algemeen. En in de tweede plaats moet
6 | over de brug
1
>>>
- 3e klas
je rekening houden met het feit dat het door jou gekozen vak misschien wel niet of slechts ten dele in jouw rooster geplaatst kan worden. In dat geval zul je niet alle lessen of soms helemaal geen lessen van dat vak kunnen volgen. Zo’n vak waar wij geen ‘inroostergarantie’ voor kunnen geven, noemen wij een ‘sprokkelvak’. Je begrijpt dat je over een grote dosis zelfstandigheid moet beschikken om zo’n vak te kunnen volgen. Als je toch overweegt om een ‘sprokkelvak’ erbij te nemen, raden wij je aan dat aan te geven op de uitdraai van je keuzeformulier. De definitieve toestemming of afwijzing voor het volgen van een ‘sprokkelvak’ krijg je dus pas na de overgangsvergadering. Als je hiervoor toestemming krijgt, ga je na de grote vakantie samen met je afdelingsleider in de bovenbouw kijken hoe het volgen van dit sprokkelvak voor jou in jouw rooster uitpakt. Als je een vak mag sprokkelen hoef je geen extra modules te volgen. Houd er wel rekening mee dat je dit ‘sprokkelvak’ gedurende minimaal één jaar moet volgen.
O v er s t a p h a v o /v wo Sommige leerlingen vinden het beter om eerst het diploma havo te halen om daarna eventueel nog vwo te doen (zie ook hoofdstuk 6). Als je serieus overweegt om de mogelijkheid van vwo open te houden moet je bij de samenstelling van het havo-pakket ook al eens naar het gemeenschappelijk en het profieldeel op vwo kijken. Aangezien op vwo twee moderne vreemde talen verplicht zijn, is het wenselijk om op havo ook al een tweede moderne vreemde taal te volgen. Bij een keuze voor het profiel Cultuur en Maatschappij op havo lijkt het verstandig om wiskunde A te kiezen vanwege de verplichting op vwo om wiskunde te doen. Vraag eventueel advies aan je decaan.
>>>
Gymnasium In Hoofdstuk 9 van dit boekje kun je lezen waarom de opleiding gymnasium zo waardevol is. Je krijgt een gymnasiumdiploma als je ten minste één klassieke taal hebt gevolgd. De keuze van Latijn of Grieks kan bij ieder profiel gemaakt worden naast de verplichte profielvakken en één profielkeuzevak. Alleen binnen het profiel Cultuur en Maatschappij kun je beide klassieke talen volgen. In het programma van de klassieke taal zit ook het onderdeel klassieke culturele vorming (tot en met 2006-07 nog een apart vak: kcv). Hierdoor wordt het bestuderen van de taal gekoppeld aan een inleiding in de klassieke cultuur die in een groot aantal opzichten aan de wieg heeft gestaan van onze moderne westerse samenleving. Als gymnasiast volg je dan zowel ckv als -binnen Latijn of Grieks-kcv.
7 | over de brug
2
Hoofdstuk
08
- 3e klas
Kies ik havo of vwo? De keuze tussen hoger algemeen vormend onderwijs (havo) en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo) heeft met verschillende zaken te maken. De keuze is o.a. afhankelijk van je intellectuele capaciteiten, je “zin om te leren”, je doorzettingsvermogen en je aanleg om theoretisch of juist praktisch bezig te zijn. Het havo (5 jaar) leidt op voor studies in het hoger beroepsonderwijs (HBO); je wordt opgeleid voor een specifiek beroep en de studie is erg op dat beroep gericht; je loopt tijdens je HBO-opleiding regelmatig stage bij bedrijven of instellingen. Het vwo (6 jaar) leidt in eerste instantie op voor universitaire studies; er wordt een kritische houding van je verwacht; bestaande kennis is in dergelijke studies niet heilig; je gaat op zoek naar nieuwe mogelijkheden. Deze studies zijn veelal theoretisch van karakter; stage lopen vindt vaak pas plaats in de laatste fase van de studie. Het is natuurlijk belangrijk dat je weet wat de opleidingseisen van HBO’s en universiteiten zijn. Op onze website www.theresialyceum.nl ‘ leerlingen ‘ decanaat ‘ doorstroomrechten vind je de zogenaamde doorstroomrechten. Van alle opleidingen is op te zoeken of je een havo- of vwo- opleiding nodig hebt en met welk(e) profiel(en) en eventueel aanvullend vak je in principe toelaatbaar bent.
>>> Als je bij ons op school naar het vwo wil, dan moeten je eindrapport cijfers gemiddeld 6.7 zijn. (zie schoolgids website onder overgangsnormen). Wanneer je gemiddelde 6.5 of 6.6 is, dan kom je in bespreking op de docentenvergadering. De volgende vakken worden daarbij niet meegerekend: hedendaagse muziek, Spaans, informatiekunde, Latijn/ Grieks, natuurwetenschappen
8 | over de brug
3
Hoofdstuk
08
>>>
- 3e klas
Het HAVO-programma T o t a le s t u d i ela s t : 3 200 S BU V o o r i e d e r e e n v e r p licht: het gemeenschappelijk deel, h et p r o f i elwer k s t u k e n he t ‘v i e r V ’- programma! H et g em een s c h a p p eli jk de e l : Nederlands Engels maatschappijleer culturele en kunstzinnige vorming lichamelijke opvoeding 1 levensbeschouwing
P r o f i elwer k s t u k
400 360 120 120 120 120
uur uur uur uur uur uur
80 uur
V i er V p r o g r a m m a : verbreden/verdiepen/versterken/verkennen
>>>
160 uur (NT) 200 uur (EM, CM, NG )
H et p r o f i el Cu lt u u r e n Maat schappi j: (CM) De verplichte profielvakken:
geschiedenis 2e moderne vreemde taal ( Fa of Du )
320 uur 400 uur
Maak een keus uit:
kunstvak beeldend / muziek 3e moderne vreemde taal ( Fa of Du)
320 uur 400 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): economie aardrijkskunde
400 uur 320 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: economie* aardrijkskunde* 3e moderne vreemde taal (Fa of Du ) kunstvak beeldend / muziek* management & organisatie wiskunde A informatica
400 320 400 320 320 320 320
uur uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
9 | over de brug
- 3e klas
>>> H et p r o f i el E c o n o m i e e n Maat schappi j: (E M) De verplichte profielvakken:
wiskunde A economie geschiedenis
320 uur 400 uur 320 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): management & organisatie 2e moderne vreemde taal ( Fa of Du )
320 uur 400 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: management & organisatie* 2e moderne vreemde taal (Fa of Du )* 3e moderne vreemde taal (Fa of Du ) aardrijkskunde informatica kunstvak beeldend / muziek
320 400 400 320 320 320
uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
>>> H et p r o f i el N a t u u r en Ge z ondhe i d: (N G) De verplichte profielvakken:
biologie scheikunde
400 uur 320 uur
Maak een keus uit:
wiskunde A wiskunde B
320 uur 360 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): aardrijkskunde natuurkunde
320 uur 400 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: aardrijkskunde* natuurkunde*
320 uur 400 uur
10 | over de brug
3
economie informatica 2e moderne vreemde taal (Fa of Du ) kunstvak beeldend/muziek
400 320 400 320
- 3e klas
uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
H et p r o f i el N a t u u r en Te chni e k (N T ) >>> De verplichte profielvakken:
wiskunde B natuurkunde scheikunde
360 uur 400 uur 320 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): informatica biologie
320 uur 400 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: informatica* biologie* economie aardrijkskunde 2e moderne vreemde taal ( Fa of Du ) kunstvak beeldend/muziek
320 400 400 320 400 320
uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
11 | over de brug
4
Hoofdstuk
08
- 3e klas
HET VWO-PROGRAMMA;
a t h en eu m : To t a le s tudi e l ast : 4800 SLU V o o r i ed er een v er p l i cht : he t ge me e nschappe l i jk de e l , he t p r o f i elwer k s t u k en h et ‘v i e r V ’-programma!
>>> H et g em een s c h a p p eli jk de e l :
Nederlands Engels 2e moderne vreemde taal ( Fa of Du ) maatschappijleer culturele en kunstzinnige vorming lichamelijke opvoeding 1 algemene natuurwetenschappen (onder voorbehoud) levensbeschouwing Profielwerkstuk
480 400 480 120 160 160 120 160
uur uur uur uur uur uur uur uur
80 uur
V i er V p r o g r a m m a : verbreden/verdiepen/versterken/verkennen
280 uur ( NT ) 320 uur ( EM, CM, NG )
>>> H et p r o f i el Cu lt u u r e n Maat schappi j: (CM) De verplichte profielvakken:
geschiedenis
480 uur
maak een keus uit:
wiskunde A wiskunde C
520 uur 480 uur
Maak een keus uit:
kunstvak beeldend / muziek 3e moderne vreemde taal ( Fa of Du )
480 uur 480 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): economie 480 uur aardrijkskunde 440 uur Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: economie* 480 uur aardrijkskunde* 440 uur kunstvak beeldend / muziek* 480 uur 3e moderne vreemde taal ( Fa of Du )* 480 uur management & organisatie 440 uur informatica 440 uur filosofie 480 uur Chinese taal en cultuur 480 uur
12 | over de brug
4 >>>
- 3e klas
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
H et p r o f i el E c o n o m i e e n Maat schappi j: (E M) De verplichte profielvakken:
economie geschiedenis
480 uur 480 uur
Maak een keus uit:
wiskunde A wiskunde B
520 uur 600 uur
Profielkeuzevakken: Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande
profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): management & organisatie aardrijkskunde
440 uur 440 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: management & organisatie* aardrijkskunde* kunstvak beeldend / muziek* 3e moderne vreemde taal ( Fa of Du )* informatica filosofie Chinese taal en cultuur
440 440 480 480 440 480 480
uur uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen! >>>
H et p r o f i el N a t u u r en Ge z ondhe i d: (N G) De verplichte profielvakken:
biologie scheikunde
480 uur 440 uur
Maak een keus uit:
wiskunde A wiskunde B
520 uur 600 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): aardrijkskunde 440 uur natuurkunde 480 uur
13 | over de brug
- 3e klas
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: aardrijkskunde* 440 uur nauurkunde* 480 uur economie 480 uur informatica 440 uur wiskunde D 440 uur filosofie 480 uur Chinese taal en cultuur 480 uur kunstvak beeldend/muziek 480 uur * = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen! >>>
H et p r o f i el N a t u u r en Te chni e k (N T ) De verplichte profielvakken:
wiskunde B natuurkunde scheikunde
600 uur 480 uur 440 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): wiskunde D biologie
440 uur 480 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: wiskunde D* biologie* economie aardrijkskunde Informatica filosofie Chinese taal en cultuur kunstvak beeldend/muziek
440 480 480 440 440 480 480 480
uur uur uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
14 | over de brug
4
Hoofdstuk
08
- 3e klas
HET VWO-PROGRAMMA;
G y m n a s i u m : T o t a le st udi e l ast : 4800-5200 SLU V o o r i ed er een v er p l i cht : he t ge me e nschappe l i jk de e l , he t p r of i elwer k s t u k en h et ‘V ’-programma! H et g em een s c h a p p eli jk de e l : Nederlands Engels Klassieke taal ( La of Gr ) maatschappijleer culturele en kunstzinnige vorming lichamelijke opvoeding 1 algemene natuurwetenschappen (onder voorbehoud) levensbeschouwing
P r o f i elwer k s t u k
480 400 760 120 160 160 120 160
uur uur uur uur uur uur uur uur
80 uur
V p r o g r a m m a : verkennen
>>> H et p r o f i el Cu lt u u r e n Maat schappi j: (CM) De verplichte profielvakken:
geschiedenis
480 uur
Maak een keus uit:
wiskunde A wiskunde C
520 uur 480 uur
Maak een keus uit:
2e Klassieke taal kunstvak beeldend / muziek 2e moderne vreemde taal ( Fa of Du )
600 uur 480 uur 480 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): economie aardrijkskunde
480 uur 440 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: economie* aardrijkskunde* kunstvak beeldend / muziek* 2e/3e moderne vreemde taal ( Fa of Du )* management & organisatie
480 440 480 480 440
uur uur uur uur uur
15 | over de brug
4
informatica filosofie Chinese taal en cultuur
>>>
- 3e klas
440 uur 480 uur 480 uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
H et p r o f i el E c o n o m i e e n Maat schappi j: (E M) De verplichte profielvakken:
economie geschiedenis
480 uur 480 uur
Maak een keus uit:
wiskunde A wiskunde B
520 uur 600 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): management & organisatie aardrijkskunde
440 uur 440 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: management & organisatie* aardrijkskunde* kunstvak beeldend / muziek* 2e moderne vreemde taal ( Fa of Du )* informatica filosofie Chinese taal en cultuur
440 440 480 480 440 480 480
uur uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen! >>>
H et p r o f i el N a t u u r en Ge z ondhe i d: (N G) De verplichte profielvakken:
biologie scheikunde
480 uur 440 uur
Maak een keus uit:
wiskunde A wiskunde B
520 uur 600 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken.
16 | over de brug
4
( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): aardrijkskunde natuurkunde
- 3e klas
440 uur 480 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: aardrijkskunde* nauurkunde* economie informatica wiskunde D filosofie 2e moderne vreemde taal (Fa of Du) Chinese taal en cultuur kunstvak beeldend/muziek
440 480 480 440 440 480 480 480 480
uur uur uur uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen! >>>
H et p r o f i el N a t u u r en Te chni e k (N T ) De verplichte profielvakken:
wiskunde B natuurkunde scheikunde
600 uur 480 uur 440 uur
Profielkeuzevakken:
Kies minimaal één vak uit de twee onderstaande profielkeuzevakken. ( je mag ze ook alletwee kiezen ! ): wiskunde D biologie
440 uur 480 uur
Kies uit onderstaande profielkeuzevakken nog één extra vak, als je slechts één vak hebt gekozen uit de twee bovenstaande profielkeuzevakken: wiskunde D* biologie* economie aardrijkskunde Informatica filosofie 2e moderne vreemde taal (Fa of Du) Chinese taal en cultuur kunstvak beeldend/muziek
440 480 480 440 440 480 480 480 480
uur uur uur uur uur uur uur uur uur
* = heb je één van deze vakken ergens anders al gekozen, dan vervalt dit vak als keuze. Je kunt natuurlijk niet twee keer hetzelfde vak kiezen!
17 | over de brug
5
Hoofdstuk
08
- 3e klas
Kiezen met behulp van de computer We vragen je om na lezing van dit boekje samen met je ouder(s)/ verzorger(s) een voorlopige maar zorgvuldige keuze te maken. Hoewel je deze keuze nog kunt veranderen en bijstellen, moet dit al serieus gebeuren. De school zal je immers al in week 51 een advies geven over de haalbaarheid van de keuze en je verdere onderzoek (gesprekken met vakdocenten, klassendocent, decaan) is gebaseerd op je voorlopige keuze. Bovendien: als je al bij je voorlopige keuze voor havo kiest, zul je na de kerstvakantie voor toetsen al cijfers krijgen op havo-niveau. Twijfel je nog aan de keuze voor havo, kies dan altijd voor vwo (atheneum of gymnasium). Je eerste voorlopige keuze maak je kenbaar onder leiding van je decaan met behulp van het pakketkeuzeprogramma op de computer.
6
Eens gekozen blijft gekozen?
Hoofdstuk
1. W elk e o v er s t a p m oge l i jk he de n z i jn e r?
Na het inleveren van je definitieve keuze op dinsdag 31 maart 2015, kun je in principe geen wijzigingen meer aanbrengen in je profielkeuze en je keuzevakken.
1
Bij bevordering op het eind van het derde brugjaar naar 4 havo is ook de overstap mogelijk naar het MBO (ROC).
2
Tijdens het schooljaar overstappen, bijvoorbeeld van 4 vwo naar 4 havo of van profiel veranderen is niet mogelijk. Er kunnen zich wel bijzondere, onvoorziene omstandigheden voordoen, op grond waarvan je aan jouw afdelingsleider vraagt of in jouw geval een uitzondering gemaakt kan worden. (Neem dan wel zo spoedig mogelijk contact met hem/haar op.)
Overstapmogelijkheden van de ene studierichting naar de andere zijn er wel:
Je begrijpt natuurlijk dat een overstap tijdens het jaar zeker niet mogelijk is als je door de docenten in de derde klas gewaarschuwd bent voor het risico dat je keuze voor je inhield, of wanneer je deze keuze zelfs ontraden is.
18 | over de brug
6 1
2
- 3e klas
Met het diploma havo kun je toegelaten worden tot de vijfde klas vwo, als je vakkenkeuze op de havo goed aansluit bij het gemeenschappelijk deel en het profiel op het vwo. De toelatingscriteria zijn: Niet toelaatbaar zijn leerlingen zonder havodiploma en leerlingen die 7 jaar of langer over hun havo-opleiding hebben gedaan of 8 jaar of langer over hun VMBO-t / havo-opleiding. Voor overige kandidaten worden twee criteria gehanteerd: 1. Het advies van de docenten van 5 havo moet positief zijn. 2. Het gemiddeld eindcijfer van de schoolexamens moet 6,5 of meer zijn. a. Toelaatbaar zijn leerlingen die aan 1 en 2 voldoen. b. Afgewezen zijn leerlingen die niet aan 1 en niet aan 2 voldoen. c. Twijfel bestaat bij leerlingen die slechts aan één criterium voldoen. Zij kunnen worden toegelaten of afgewezen. De toelatingscommissie zal hierover beslissen, rekening houdend met schoolcarrière, inzet en gedrag van de betrokkenen. De procedure is verder in te zien op www.theresialyceum.nl via de schoolgids > inrichting tweede fase en via de downloads. NB 1: Betrokken leerlingen genieten vrijstelling van: maatschappijleer, ANW en CKV. Zij dienen uiteraard een profiel te kiezen dat aansluit bij het profiel van 5 havo. NB 2: Bij wisseling van afdeling 5 havo naar 5 vwo moet de kandidaat in de loop van het 5e vwo-leerjaar de leerstof van het 4e leerjaar vwo bijwerken en krijgt de kandidaat een toets voor zover er Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) aan de orde is geweest. Zijn er meerdere PTA-toetsen (per vak) afgenomen in 4 vwo dan kan de kandidaat volstaan met één toets over de hele stof van dat vak. Er moet dan een weging toegepast worden die overeenkomt met die van de gemiste werken op 4 vwo.
19 | over de brug
Wie helpen je bij je keuze ? >>>
Hoofdstuk
7
- 3e klas
1. J e o u d er s Voor een goede keuze is zelfkennis noodzakelijk en gelukkig kunnen anderen je daarbij goed helpen. Daarbij denken we allereerst aan je ouders, die je het beste zullen kennen. Met die gedachte op de achtergrond hebben we vóór de herfstvakantie je ouders uitgenodigd voor een informatieavond. En nu vragen we je dit informatieboekje ook door je ouders te laten lezen, zodat je met hen de punten die voor jou van belang zijn, kunt bespreken. 2a . D e s c h o o l In de periode september - december is er een aantal klassikale lessen over studie- en beroepskeuze geweest via DeDecaan.net met Keuzweb. Ook in de bovenbouw gebruik je de DeDecaan.net. 2b . D o c en t en en d ecane n a. Je vakdocenten en je klassendocent zullen je graag te woord staan als je met hen wilt praten over je capaciteiten voor hun vak of als je nog meer te weten wilt komen over het eindexamenprogramma van hun vak. Bovendien brengen zij 2x gedurende dit schooljaar een advies uit over je keuze. b. De decaan kan je inlichtingen verschaffen over studies en opleidingen, toelatingseisen en -wensen en je naar literatuur en adressen verwijzen als je ergens meer over wilt weten. Het kan ook zijn dat je over de profielkeuze of de keuze van studierichting wilt praten, bijvoorbeeld als je twijfelt in verband met je capaciteiten en toekomstmogelijkheden of -plannen. Maak van de gelegenheid gebruik om met de decaan over je keuze van gedachten te wisselen.
3. D e d ec a n en k a m er/O LC In de decanenkamer en in het OLC vind je veel boeken, brochures en folders over opleidingen en studiemogelijkheden na havo en vwo. Als je precies wilt weten wat er allemaal is, of je bent op zoek naar een boekje of brochure over één bepaald beroep of een bepaalde opleiding, kom dan naar de decanenkamer. Natuurlijk kun je ook via internet veel informatie inwinnen. Op de decanensite van het Theresialyceum is een aantal bruikbare links vermeld.
20 | over de brug
8
08
- 3e klas
Het een en ander op een rij...
Hoofdstuk
1. D e v o o r lo p i g e k euz e Op donderdag 4 december 2014 kies je met behulp van het computerprogramma, je afdeling, je profiel en de profiel-keuzevakken. Jouw keuzeformulier print je uit en laat je door jouw ouders ondertekenen. Het ondertekende keuzeformulier lever je zo snel mogelijk daarna in bij jouw mentor. - In week 51 worden de adviezen van de school schriftelijk aan jullie en je ouders meegedeeld. - Met het uitreiken van Over de Brug krijgen je ouders tevens een enquêteformulier uitgereikt waarop ze kunnen aangeven of ze in verband met jouw voorlopige keuze een gesprek willen met de mentor of vakdocent. - In de periode januari t/m maart volgen eventueel gesprekken met jou (en ouders) (mentor, vakdocenten en decanen) over havo/vwo- en profielkeuze. -
>>>
In de periode tussen het inleveren van de voorlopige keuze en definitieve keuze (december – maart) kun je al definitief voor havo kiezen. Iedere donderdag kun je bij de decaan een wijziging doorgeven. Kies je dan voor havo, dan gaat die keuze in vanaf het moment dat je het door thuis ondertekende keuzeformulier hebt ingeleverd bij jouw decaan. Hou er dus rekening mee, dat je op “brugklasniveau” cijfers krijgt, zolang je nog geen ondertekend definitief keuzeformulier voor havo aan je decaan hebt doorgegeven. En denk eraan: brugklascijfers kunnen niet worden omgerekend naar havo-cijfers !
Op dinsdag 24 maart 2015 geven de docenten het definitieve advies ten aanzien van jouw keuze. Van dat oordeel worden jij en je ouders daarna schriftelijk op de hoogte gesteld. - Als je inmiddels al definitief voor havo hebt gekozen, zullen de docenten hun definitief advies geven over jouw definitieve havokeuze. Als je geen wijzigingen (in vakkeuze) meer wilt aanbrengen in je definitieve havokeuze, dan hoef je verder niets meer in te leveren. - Als je toch nog wijzigingen in je profiel of vakkenkeuze wilt aanbrengen naar aanleiding van het definitieve advies, dan moet je via de decaan je wijziging doorgeven en een nieuwe uitdraai, steeds door thuis ondertekend, uiterlijk dinsdag 31 maart 2015 inleveren bij je decaan. -
21 | over de brug
8 >>>
- 3e klas
2. D e d ef i n i t i ev e k euz e Wanneer je geen wijzigingen doorgeeft ten aanzien van jouw voorlopige keuze van 4 december 2014, dan wordt deze keuze op dinsdag 31 maart 2015 automatisch omgezet in een definitieve keuze! Tot die datum - 31 maart 2015 - kun je dus iedere donderdag bij de decaan wijzigingen doorgeven. Er wordt dan een nieuw keuzeformulier uitgedraaid dat je weer thuis moet laten ondertekenen. Dit lever je daarna in bij jouw decaan en daarmee is jouw keuze definitief. In verband met de planning van het komend schooljaar moet je je vooral ook aan die datum houden.
22 | over de brug
9
08 Hoofdstuk
>>>
- 3e klas
Vakkenvoorlichting N ederla n d s Waarom onderwijs in het Nederlands? Taal is het belangrijkste communicatiesysteem waarover mensen beschikken. Voor de meesten van jullie is het Nederlands je moedertaal. Ook in je moedertaal kan het soms lastig zijn je gedachten precies onder woorden te brengen (taal “uit te zenden”) en woorden van anderen goed te begrijpen (taal te “ontvangen”). In bijna alle lessen op school speelt het Nederlands een rol; in de Nederlandse les gaat het om het leren hanteren van de taal, de TAALBEHEERSING zelf. Je ontwikkelt als taalgebruiker je LUISTERVAARDIGHEID, je SPREEKVAARDIGHEID, bijvoorbeeld in een discussie of een debat en je SCHRIJFVAARDIGHEID, bijvoorbeeld bij het schrijven van een betoog. Bovendien ontwikkel je als taalgebruiker je LEESVAARDIGHEID, voorname lijk door het analyseren van teksten. Ten slotte maak je kennis met belangrijke werken uit de Nederlandse LETTERKUNDE. Bij dit onderdeel heb je de steun nodig van de literaire theorie. Je leert een aantal vaktermen om over literatuur te kunnen praten. Kies je voor vwo, dan zul je ook kennismaken met de literatuurgeschiedenis. We verwachten van je: - dat je je openstelt voor alles wat mensen op het hart hebben: in de klas bespreken we teksten over allerlei onderwerpen: economische, politieke, godsdienstige, literaire en vele andere; - dat je je kritisch opstelt tegenover taaluitingen van jezelf en anderen; - dat je je openstelt voor alle denkbare en soms bijna ondenkbare fantasieën, gevoelens en gedachten van schrijvers; - dat je je openstelt voor alles wat er om je heen gebeurt; lees de krant, houd actualiteitenprogramma’s bij op de televisie, ga eens naar de schouwburg; - dat je iets zinnigs te zeggen hebt, bijvoorbeeld als je een tekst schrijft of als je je mondeling presenteert; - dat je je ervan bewust bent dat een goede taalbeheersing onmisbaar is tijdens je vervolgstudie, in je latere werk en eigenlijk in alle situaties waarin je taal hanteert.
>>>
E n g els Het zal voor iedereen duidelijk zijn waarom het belangrijk is om een goede kennis van de Engelse taal te hebben. Een aantal jaar geleden heeft de minister van Onderwijs het vak Engels niet voor niets benoemd tot een van de drie zogenaamde kernvakken.
23 | over de brug
9
â
- 3e klas
Engels is nog steeds de belangrijkste wereldtaal in een wereld waar internet, e-mail en social media niet meer weg te denken zijn. Engels kom je tegen in de sport, politiek, cultuur, handel en de wetenschap. In veel studies is het beheersen van de Engelse taal onontbeerlijk en tegenwoordig is Engels zelfs de voertaal bij veel opleidingen op het HBO en WO. In de onderbouw wordt de belangrijkste basis gelegd voor grammatica en deze wordt in de bovenbouw herhaald en waar nodig uitgebreid. Ook je woordenkennis blijf je uitbreiden. Anderzijds verschuift het accent bij Engels in de bovenbouw naar vaardigheden als gespreksvaardigheid, schrijfvaardigheid, luistervaardigheid en leesvaardigheid (teksten); vooral deze laatste is essentieel voor de meeste vervolgstudies. Naast de verschillende vaardigheden wordt er aandacht besteed aan literatuur. Je leest korte verhalen, gedichten en romans en op vwo komen daar toneelstukken en literatuurgeschiedenis bij. Het centraal examen Engels bestaat uit het maken van teksten en bepaalt de helft van je eindcijfer. De andere helft van je eindcijfer wordt gevormd door het gemiddelde van alle schoolexamens.
>>> Frans
Waarom Frans kiezen ? De keuze voor het vak Frans in de bovenbouw kan te maken hebben met allerlei factoren zoals aanleg, interesse, de goede punten die je haalt of die leuke leraar of lerares in de onderbouw maar ook omdat je het nodig hebt voor je vervolgopleiding en beroep of gewoon omdat je het een mooie taal vindt. Het kiezen van een moderne vreemde taal kun je zien als doel (je wilt bijvoorbeeld alles weten van die taal, de mensen, de cultuur en het land; in dat geval wil je misschien docent vreemde talen worden) of als middel tot communicatie (als je bijvoorbeeld Frans nodig hebt omdat je werkt in de toeristische, hotel- of economische branche). Voor een aantal beroepen zoals communicatiedeskundige, tolk/vertaler, hotelmanager, toeristisch medewerker, reisbegeleider of journalist is het zeer gewenst om Frans als moderne vreemde taal in je pakket te hebben. De laatste jaren hoor je ook steeds vaker dat met name in de commerciële sector (in de handel tussen Frankrijk en Nederland) er een grote behoefte is aan mensen die het Frans goed beheersen. Daarbij komt dat Frankrijk voor Nederlanders nog steeds het meest ideale vakantieland is; jaarlijks zoeken miljoenen Nederlanders daar zee, zon, strand, bergen en cultuur op. Veel redenen dus om te kiezen voor Frans als moderne vreemde taal. Als je graag meer wilt weten over je keuze voor dit vak, raadpleeg dan gerust je eigen docent of je decaan; die kunnen er vast nog meer over vertellen. Het vak Frans in de bovenbouw Als je naar het vwo gaat moet je, in het gemeenschappelijk deel, een keuze maken voor Frans of Duits. Als je naar de havo gaat, maak je een keuze voor Frans of Duits in het profiel Cultuur en Maatschappij.
24 | over de brug
9
- 3e klas
Je kunt in een aantal gevallen ook Frans of Duits kiezen als profielkeuzevak. In de bovenbouw komt de nadruk steeds meer te liggen op de verschillende vaardigheden: lezen, luisteren, spreken en schrijven. In de 3e klas krijg je al zoveel mogelijk aparte cijfers voor deze onderdelen, zodat je zelf een beeld krijgt van waar je goed in bent. Naast deze vaardigheden, blijft er natuurlijk de nodige aandacht voor vocabulaire en grammatica want dat blijft de belangrijkste basis voor het aanleren van een moderne vreemde taal. Ook gaan we aandacht besteden aan het onderdeel Literatuur. Dat betekent dat je een aantal teksten in de vorm van boeken, gedichten en chansons gaat lezen/beluisteren en dat je het een en ander leert over de belangrijkste stromingen in de Franse literatuur. Voor het examen word je getoetst in het schrijven van een brief in het Frans op de computer, je krijgt een toets kijk- en luistervaardigheid en je krijgt een mondeling examen waarin je uitspraak- en spreekvaardigheid wordt beoordeeld. Deze drie onderdelen bepalen de helft van je cijfer, de andere helft wordt bepaald door de toets leesvaardigheid die je krijgt met het Centraal Schriftelijk Examen. In het algemeen geldt dat er, net als in de onderbouw, een beroep zal worden gedaan op je zelfstandigheid en je eigen verantwoordelijkheid. De sectie Frans zal zoveel mogelijk gebruik maken van moderne communicatiemiddelen.
>>>
Duits Genoeg redenen om Duits te leren: Een belangrijke taal in Europa: Wie Duits spreekt, kan met ongeveer 100 miljoen mensen communiceren in hun eigen taal, want Duits wordt gesproken in Duitsland, Oostenrijk, een groot deel van Zwitserland, Liechtenstein en Luxemburg, maar ook in delen van Noord-Italie, Oost-Belgie en Oost-Frankrijk. Samen met het Russisch is het Duits de meest gesproken moedertaal in Europa en staat ze in de top 10 van de meest gesproken talen ter wereld. Originele teksten lezen: Duits staat op internet op de tweede plaats. Zowel wat betreft het aantal netpagina’s als de gebruikte zoektaal. Wie geïnteresseerd is in literatuur, kan de Duitse taal niet negeren. Ieder jaar worden meer dan 60.000 nieuwe boeken gepubliceerd in Duitsland, wat overeenkomt met 18% van de publicatie op wereldniveau. Dit maakt dat Duitsland de derde grootste boekenuitgever ter wereld is. Handel drijven met de Duitsers: Het Duits is de belangrijkste handelstaal van bijna alle Europese en nietEuropese landen. Duits kunnen spreken verbetert de economische relaties met de derde grootste industriele natie en een van de belangrijkste exporterende landen ter wereld.
25 | over de brug
9
- 3e klas
Duits kennen is een groot voordeel in de handel, want onderhandelingen in een derde taal kunnen gemakkelijk tot misverstanden leiden met alle gevolgen van dien. Ervaar het succes: Duits leren is niet moeilijker dan Engels, Frans of Spaans leren. Dankzij moderne en communicatieve onderwijsmethodes is het mogelijk een hoog niveau te bereiken in communicatieve vaardigheden in zeer korte tijd. Toeristische voordelen: in veel landen komt het grootste deel van de toeristen uit Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Duits kennen is dus een groot voordeel voor de vele mensen die werken in de toeristische sector. Voordeel op de arbeidsmarkt: kennis van het Duits vergroot je kansen op de arbeidsmarkt. Veel Duitse ondernemingen in het buitenland, veel buitenlandse ondernemingen in Duitsland en de handelsrelaties met de Duitstalige landen proberen werknemers te werven die meertalig zijn. Het Duits bereidt je voor op Europa: de kennis van vreemde talen vergroot je horizon, zowel intellectueel als professioneel. Wie Duits leert krijgt toegang tot een belangrijk intellectueel, economisch en cultuur-historisch deel van Centraal Europa. Duits is ook de tweede taal van wetenschappelijke publicaties. Als je Duits kunt lezen, heb je toegang tot de wereld van wetenschappelijk onderzoek in alle takken van de moderne wetenschap. Dit verklaart waarom 40% van de deskundigen in de VS zijn eigen studenten aanraadt Duits te leren. In Polen en Hongarije is dat meer dan 70%. Je ziet, redenen genoeg om het vak Duits te kiezen. Daarnaast biedt het vak je op onze school nog enkele extra’s, zoals het behalen van een internationaal certificaat aan het Goethe-instituut, extra ondersteuning van je tekstbegrip en grammatica. In november start de (internationale) DeutschOlympiade, waaraan ook getalenteerde leerlingen van onze school deelnemen. En in december bezoeken we in Düsseldorf o.a. de kerstmarkt, waar je de geleerde kennis van dat jaar al meteen in de praktijk kunt omzetten! Englisch ist ein ‘Muss’, Deutsch ein ‘Plus’!
>>> Maatschappijleer
Raar maar waar, maatschappijleer maakt in de Tweede Fase geen deel uit van de twee maatschappijprofielen, maar zit wel in het gemeenschappelijk deel. Het vak maakt deel uit van een combinatie van vakken die samen het combinatiecijfer vormen. Het combinatiecijfer is het gemiddelde van maatschappijleer, levensbeschouwing, het profielwerkstuk. Het combinatiecijfer kan compenseren bij een onvoldoende voor een ander vak.
26 | over de brug
9
- 3e klas
Er is maar één programma dat in zijn geheel verplicht is. We gebruiken de methode ‘Thema’s Maatschappijleer’. Deze methode bestaat uit een lesboek en een werkboek. Het werkboek wordt om de twee jaar geactualiseerd. Toch gaan de veranderingen en de gebeurtenissen in de samenleving zo snel dat die nog niet in het boek zijn verwerkt, daaraan besteden we in de les aandacht. Te denken valt aan verkiezingen of andere maatschappelijke gebeurtenissen die belangrijk zijn. Naast de actualiteit komen de volgende onderdelen aan de orde. Vaardigheden en werkwijzen Hoe verwerk je informatie, welke benaderingswijzen kun je toepassen of een oriëntatie op studie of beroep. Dit onderdeel wordt niet apart getoetst. Het kan wel in de schoolexamens terugkomen. De rechtsstaat Bij dit onderwerp behandelen we het volgende: wat zijn de kenmerken van de rechtsstaat, het strafproces en de oorzaken van criminaliteit? Parlementaire democratie De onderwerpen die hierbij aan de orde komen zijn: politieke stromingen en partijen, het parlement en regering. Hoe komt een politiek besluit tot stand en wie spelen daarbij een rol? Hoe kun je als burger meedenken in dit proces? De verzorgingsstaat Onderwerpen die hierbij aanbod komen zijn: arbeidsverhoudingen, arbeidsverdeling en maatschappelijke ongelijkheid. Wat is de betekenis van werk, politieke visies en de opbouw en de toekomst van de verzorgingsstaat. De pluriforme samenleving Onderwerpen die hierbij aan de orde komen zijn: veranderingen in de Nederlandse samenleving, toenemende immigratie, botsende culturen en andere grondrechten en de toekomst van de pluriforme samenleving.
>>>
Geschiedenis Elke dag worden we via de media bestookt met gebeurtenissen uit binnenen buitenland. Deze gebeurtenissen hebben vaak invloed op ons leven. Het vak geschiedenis helpt je om die gebeurtenissen enigszins te begrijpen en te plaatsen. Veel van die zaken hebben immers hun wortels in het verleden. Door de toenemende globalisering en het groeiende Europese integratieproces is het ook van belang om meer te weten van het Nederlandse verleden. Om te kunnen opgaan in een groter geheel zal kennis van de Nederlandse identiteit onontbeerlijk zijn.
27 | over de brug
9
- 3e klas
Het vak geschiedenis helpt je bovendien om andere volken en culturen te begrijpen, waardoor je ook meer begrip krijgt voor andere leefwijzen en opvattingen. Dit zal je respect en tolerantie naar andere samenlevingen vergroten. Bij het vak geschiedenis verkrijg je enerzijds kennis en inzicht en anderzijds leer je je een aantal vaardigheden aan. Hiermee kun je zelfstandig en kritisch een eigen mening vormen. Met name in de Tweede Fase zal de nadruk meer liggen op het zelfstandig leren. Je leert meer verbanden leggen, hoofd- van bijzaken onderscheiden, feiten van meningen, aanleidingen van oorzaken en oorzaken van gevolgen. Je leert kritisch omgaan met allerlei bronnen. Je leert plannen, analytisch denken en reflecteren. We richten ons vooral op het verkrijgen van een overzichtskennis van de 10 tijdvakken, beginnende bij het tijdvak 1 jagers en boeren en eindigend met tijdvak 10 televisie en computer, met voor elk tijdvak een aantal kenmerkende aspecten. Zo willen we je meer historisch besef laten verkrijgen.
>>>
Het schoolexamenprogramma ziet er als volgt uit: Havo (320 Slu) Vwo (480/440 Slu) - kennis van de 10 tijdvakken en - kennis van de 10 tijdvakken en kenmerkende aspecten ervan kenmerkende aspecten ervan (49 aspecten) (49 aspecten) - geschiedenis van de rechtsstaat - geschiedenis van de rechtsstaat en de parlementaire democratie en de parlementaire democratie - een diachronisch thema, dat - een aantal diachronische thema’s gekoppeld wordt aan de kennis die gekoppeld worden aan de van de 10 tijdvakken, zoals kennis van de 10 tijdvakken, zoals 1) China als totalitaire staat 1) Latijns-Amerika en de westerse staat 2) de Verenigde Staten 3) China als totalitaire staat 4) Japan tijdens het Shogunaat 1603-1868 5) Grieken en Romeinen en het Europese mens- en wereld beeld De vwo-leerlingen verrichten tevens als praktische opdracht zelfstandig een historisch onderzoek. Het Centraal Schriftelijk Eindexamen omvat wederom kennis van de 10 tijdvakken en kenmerkende aspecten ervan (49) en een aantal historische contexten. Voor havo gelden 3 historische contexten (de Republiek der Verenigde Nederlanden, Duitsland in de 19e en 20e eeuw, de Koude Oorlog) en voor vwo gelden 4 historische contexten (de Republiek, de Verlichting, Duitsland in de 19e en 20e eeuw en de Koude Oorlog).
28 | over de brug
9 >>>
- 3e klas
Lichamelijke opvoeding Lichamelijke opvoeding komt als verplicht vak (LO-1) voor in het gemeenschappelijke gedeelte van de vier profielen. De studielast voor LO-1 in het gemeenschappelijk gedeelte bedraagt voor havo 120 en voor vwo 160 klokuren. Voor lichamelijke opvoeding geldt, als enig vak, een minimum tabel en wel van 11 lesuren voor de havo (5 jaar) en 12 lesuren voor het vwo (6 jaar). Om een eerlijke verdeling van lessen te maken voor de onderbouw en de bovenbouw samen hebben we gekozen voor een lessenverdeling van: -
3, 2, 3 (onderbouw), + 2, 1 (2de fase) voor havo 3, 2, 3 (onderbouw), + 2, 1, 1 (2de fase) voor vwo
De inhoud - Prestatie: a. beoordeling van: - spel - turnen - atletiek - bewegen op muziek - zelfverdediging - keuzeactiviteiten (fitness, klimmen, tennis, squash e.d.) b. beoordeling van: deelname in verschillende rollen (scheidsrechter, jury, coach, lesassistent) -
Presentatie: beoordeling van: samenwerking, zelfstandigheid, zelfverantwoordelijkheid.
N.B. LO 1 moet “naar behoren” (voldoende, goed) worden afgesloten. Indien LO niet voldoende wordt afgesloten, kan de leerling wel deelnemen aan het centraal schriftelijk examen (CSE) maar kan er geen diploma worden uitgereikt. Het cijfer voor LO kan niet gecompenseerd worden met andere examencijfers.
>>>
Levensbeschouwelijk vormend onderwijs In het vak levensbeschouwing staan mensen en hun opvattingen centraal. Je leert verschillen tussen gemeenschappelijke en persoonlijke levensbeschouwingen te herkennen. Je leert tijdens de lessen over verschillende levensbeschouwingen. Je zult daardoor beter in staat zijn te kiezen voor een eigen zinvol leven.
29 | over de brug
9
- 3e klas
Naast het leren over levensbeschouwingen, leer je van levensbeschouwingen. Je wordt je meer bewust van jouw eigen positie. Je merkt dan op dat niet alles vastligt en altijd hetzelfde is. Je wordt je steeds meer bewust van een levenbeschouwelijk proces waarin jij zelf staat. Omdat onze school een katholieke identiteit heeft, volgt elke leerling dit vak. Verschillende levensbeschouwingen Levensbeschouwingen kom je overal tegen. Daar waar mensen nadenken over het leven en met elkaar willen samenleven. In onze multiculturele samenleving tref je veel verschillende levensbeschouwingen aan en daarom is het van groot belang dat je hier iets over weet. Dit hoeft niet automatisch te betekenen dat je het met iedereen en over alles eens bent. Het vraagt van ons allemaal wel anderen te waarderen en verschillen te verdragen. Als docenten levensbeschouwing vinden wij het belangrijk om met elkaar hierover te praten. Programma in de Tweede Fase Het boeddhisme en oosterse religies komen zowel op havo als vwo aan bod. Daarnaast zal het humanisme op het programma staan. We bieden ook thematisch onderwijs aan: ‘Over de dood’, ‘Jeugdculturen, muziek en levensbeschouwing’, ‘Ethiek’ en ‘Lichamelijkheid’. De vele voorbeelden voor inspirerende lessen vinden we in de dagelijkse praktijk en actualiteiten van het nieuws. Alle onderwerpen komen uitvoerig aan bod in de verschillende delen van een schooljaar. Wij maken daarbij gebruik van lesmethoden en aanvullend zelf geschreven bronnenmateriaal. Toetsing Behalve dat je over de leerstof proefwerken krijgt, maak je ook werkstukken en geef je presentaties. Ook worden diverse PTA-werken gemaakt. Het gemiddelde PTA-cijfer telt mee voor je eindexamen. Dit cijfer wordt berekend in een combinatiecijfer met het vak maatschappijleer en je profielwerkstuk. Graag zien we je terug in de les levensbeschouwing!
>>>
Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV ) CKV (Culturele en Kunstzinnige Vorming) is een vak dat deel uitmaakt van het gemeenschappelijk deel: dus iedereen krijgt dit vak. CKV is een ervaringsgericht vak. Hoe ervaar jij een designobject, een gebouw, een stad, een film, een dans, een theaterstuk, een boek of muziek? De ervaring, leren kijken en luisteren naar kunst en cultuur en er een beargumenteerde mening over leren ontwikkelen, is de doelstelling van het vak CKV. Daarvoor kun je niet altijd op school blijven en dus gaan we ook vaak op pad met CKV. Dat kan een stadswandeling zijn, een excursie, of we gaan naar een voorstelling of bezoeken een film. Binnen CKV nemen zelfstandig werken, ervarend leren en een open en onbevooroordeelde mening hebben een belangrijke plaats in.
30 | over de brug
9
ââ
- 3e klas
Bij dit vak is er sprake van samenhang tussen de creatieve vakken als muziek, Nederlands en moderne vreemde talen, dans en drama, tekenen, handvaardigheid en textiele werkvormen (mode). Wat doen we zoal bij CKV? Naar aanleiding van bepaalde thema’s ga je naar een tentoonstelling, een concert, een toneelstuk, je bekijkt een film of je leest een werk uit de wereldliteratuur.Je krijgt een boekje waarin achtergrondinformatie over allerlei thema’s en de verschillende kunstvormen en opdrachten te vinden zijn. Je gaat aan de hand van thema’s een werkstuk maken. Uiteindelijk wordt dit allemaal gebundeld tot een kunstdossier, waarin je over jouw studie, jouw werk en jouw ervaringen met kunst en cultuur verslag doet en beschrijft wat je in het vak CKV allemaal geleerd hebt. In 4havo wordt dit 2-uursvak afgesloten; de vwo-leerlingen sluiten dit vak in 5vwo af. In dit kunstdossier worden alle onderdelen beoordeeld. Bij dit vak is het heel belangrijk dat je leert jouw eigen mening - gevoel - ervaring onder woorden en in beeld te brengen en vooral dat je je openstelt voor kunst en cultuur. Let op: CKV is echter geen kunstexamenvak maar een introductie in algemeen vormende kennis van kunst en cultuur. Als je latre echt iets met muziek, beeldende kunst, design, mode of architectuur wilt gaan doen moet je voor het kunstvak muziek of beeldend kiezen. Over deze vakken kun je nog meer informatie lezen. Voor diegenen die graag als hobby naast CKV nog iets meer willen doen is er een filmmodule. Daarbij leer je film te analyseren en te maken.
>>> Kunstvak beeldend of muziek Op havo en vwo kun je in alle profielen een keuze maken voor beeldend of muziek als examenvak. Je kunt beeldend of muziek ook kiezen als sprokkel-examenvak. Daarbij geldt mogelijk wel dat de volgorde van toelating gebeurt op basis van de volgorde van aanmelding bij de docent of decaan als de klas bijna vol is.
Waarom beeldend of muziek kiezen? Je kiest voor beeldend of muziek als examenvak, wanneer je een brede interesse hebt op het gebied van kunst, design, mode, architectuur of muziek. Als je graag praktisch bezig bent met muziek of beeldend, maar ook als je graag wat meer wilt weten over de achtergronden hiervan. Bijvoorbeeld omdat je er later een vervolgopleiding in wilt gaan doen of omdat je het gewoon belangrijk vindt om creatief te leren denken, dan kies je voor beeldend of muziek als examenvak. In onze snel veranderende wereld heb je als leerling veel aan de vaardigheden die je bij beeldend en muziek leert. Belangrijke vaardigheden voor de toekomst zijn dan ook: goed kunnen observeren en analyseren, een levendig voorstellingsvermogen hebben, nieuwe oplossingen kunnen bedenken door creatief te zijn. Je ontwikkelt binnen het proces een groot doorzettingsvermogen en je leert een goed onderbouwd concept te creëren.
31 | over de brug
9
- 3e klas
Leerlingen die dat goed kunnen, zijn degenen die de nieuwe antwoorden kunnen geven die we nodig hebben in de toekomst. In de toekomst zal de creative industry van toenemend belang zijn. Creatief denken gericht op ‘innovatie’ wordt als de belangrijkste factor voor economische groei in de toekomst beschouwd, voor veel vervolgopleidingen is het heel goed als je beeldend of muziek als examenvak gevolgd hebt. Er is sprake van een groot aanbod aan vervolgopleidingen op het gebied van kunst en vormgeving, denk aan web of gamedesign, design, film en animatie, muziek, theater, fotografie, binnenhuis- architectuur, vormgeving, mode en allerlei richtingen die met vrijetijdsbesteding en entertainment te maken hebben. Om tot zo’n vervolgopleiding toegelaten te kunnen worden moet je beeldende of muzikale vaardigheden en basiskennis ontwikkelen die je bij beeldend of muziek als examenvak leert. We hebben op het Theresialyceum als Cultuurprofielschool goede contacten met vervolgopleidingen die het niveau van onze leerlingen die een kunstvak hebben gevolgd, erg goed vinden. >>> Het vak kunst algemeen in de bovenbouw Door te weten wat er speelt in kunst, cultuur en media kun je zelf ook betere producten maken. Algemeen vormende kennis over kunst, cultuur en erfgoed wordt daarom als vanzelfsprekend beschouwd voor allerlei vervolgopleidingen en beroepen. Daarom is kunst algemeen een vast onderdeel van beeldend en muziek. Volgens leerlingen die het vak volgen is het een leuk en interessant vak en soms wel wat moeilijk. Omdat we leven in een media- en beeldcultuurmaatschappij leer je bij kunst algemeen over de rol van media en beeldcultuur in onze tijd. Bij kunst algemeen, een algemeen vormend vak dat voor alle leerlingen interessant en zinvol is, leer je kennis en inzicht te ontwikkelen over theater, muziek, dans, beelden en vormgeving uit alle tijden en uit allerlei landen en je leert dus ook over de Nederlandse cultuurgeschiedenis. Daarnaast kijken we ook naar allerlei hedendaagse kwesties, zoals: waarom vinden wij popmuziek op dit moment zo leuk en mooi, dat we verslaafd lijken te zijn aan allerlei televisieprogramma’s waarin nieuwe talenten ontdekt worden op het gebied van muziek en dans? Waarom worden design i-Pod’s nu zo mooi gevonden? Bij kunst algemeen kijken we bijvoorbeeld ook naar de rol van design voor de economie en naar de werkwijze van een ontwerper of een kunstenaar in verschillende tijden. Ook allerlei filosofische kwesties komen aan de orde: wat is kunst? Wat vinden mensen mooi in verschillende tijden? Door wie of wat wordt dit nu eigenlijk bepaald? Hoe komt het dat culturen steeds andere meningen ontwikkelen? We kijken naar verschillende historische tijden telkens door andere brillen: bijvoorbeeld naar de rol van wetenschap en techniek in de kunsten en naar de contacten die verschillende culturen met elkaar hadden. Bij kunst algemeen leer je daarnaast ook hoe je onderzoek moet doen, zoals dit bij vervolgopleidingen veelal vereist is.
32 | over de brug
â
Het vak beeldend in de bovenbouw We bieden op ieder niveau mogelijkheden aan om je aanwezige talent optimaal te ontwikkelen. Het vak bestaat uit meerdere disciplines en technieken, meestal mag je kiezen uit de volgende: design, fotografie, mode, tekenen, video, computer, architectuur. Je krijgt praktische (keuze) opdrachten over een bepaald thema of onderwerp. Iedere leerling die zich volledig inzet kan daardoor echt een voldoende halen, maar wil je echt goed worden dan moet je je flink inzetten. In de bovenbouw krijg je bij beeldend opdrachten waarbij je zelf veel inbreng hebt en waarbij je dus heel zelfstandig leert werken. Je krijgt niet alleen vrije maar ook toegepaste opdrachten en het werken met nieuwe media (computer, video, fotografie) komt ook aan bod. De opdrachten vergen wel echt creatieve oplossingen en moeten professioneel uitgewerkt worden. Je leert bij beeldend ook hoe je creatief kunt denken. Dat is iets wat je heel goed kunt leren. Wat je nodig hebt voor kunst beeldend is een onderzoekende, open en kritische houding. De werkwijze bij beeldend is niet alleen gericht op het ontwikkelen van goede ideeën en producten maar vooral ook gericht op het ontwikkelen van een goed creatief proces. Je leert ook allerlei algemene vaardigheden als plannen, doorzetten, communiceren (in woord en beeld) en presenteren. Een excursie maakt elk jaar deel uit van het vak, als handelingsdeel. We hebben daarvoor een programma gemaakt dat heel goed bij alle kunstvakken aansluit en afwisselend gaan we naar de Designweek, of we gaan naar Brussel, Keulen of Amsterdam.
>>>
9
- 3e klas
Welke vervolgopleidingen kun je zoal doen met beeldend als examenvak? Architectuur (TU en HTS), bouwkunde, binnenhuisarchitectuur, beeldende kunst en vormgeving, creatieve therapie, Design Academy, mode (Amfi), fotografie, gmedesign, industrieel ontwerpen (TU), biomedisch design (TU), docentenopleiding in de kunsten, kunstgeschiedenis, museumeducatie, visuele communicatie, PABO, reclame, Interieurvormgeving, styling, toerisme, webdesign, communicatie en media, filmacademie. Ook voor verschillende culturele wetenschappen aan de universiteit is het vak een goede basis. Denk daarbij aan: media en cultuurwetenschappen, film en tv-wetenschappen, kunstgeschiedenis, theaterwetenschappen, muziekwetenschappen, culturele antropologie, kunst- en cultuurbeleid, media en communicatiestudies, kunstmanagement. Ook voor allerlei andere richtingen zoals pedagogiek en psychologie is wat je bij beeldend leert heel zinvol en nuttig. Het vak muziek in de bovenbouw We bieden op ieder niveau mogelijkheden aan om je aanwezige talent optimaal te ontwikkelen. We leveren dus ‘muziek op maat’. Het vak bestaat uit meerdere onderdelen. Iedere leerling die zich volledig inzet kan daardoor goed scoren.
33 | over de brug
- 3e klas
- Vocaal en instrumentaal musiceren. Je krijgt de kans je praktisch (verder) te bekwamen in zang en ensemblespel. Veel kan thuis voorbereid worden, eventueel met behulp van een cd-rom waar een groot deel van het musiceermateriaal uit het lesboek op staat. De muziek is daarop te zien en te horen. Diverse stijlen komen aan bod: bestaande stukken, improvisaties en eigen composities; - Ontwerpen/componeren. Iedere leerling blijkt steeds weer in staat te zijn een eigen stuk te componeren dat de moeite van het spelen en beluisteren waard is. Ook hierbij is de computer een handig hulpmiddel om een professioneel uitziende partituur van je eigen werk te maken. Bij muziek krijg je niet alleen praktische opdrachten, maar ook theorie. Deze theorie gaat over de geschiedenis van de muziek (van vroeger en van nu). Verder krijg je ook theorie die ervoor nodig is om de muziek beter te kunnen begrijpen en leer je hoe je muziek kunt analyseren. We gaan ook naar concerten, omdat echte live-muziek natuurlijk toch niet mag ontbreken bij het vak muziek. - Solfège. Aan de ontwikkeling van het muzikaal gehoor wordt de nodige aandacht besteed, want voor dit vak heb je ‘goede oren’ nodig. In de bovenbouw leer je ook veel samen te musiceren: zo werken leerlingen uit allerlei jaarlagen samen in een strijkensemble, een musicalkoor en een schoolband. >>>
Welke vervolgopleidingen kun je zoal doen met muziek als examenvak? Als je een opleiding of beroep kiest waarin muziek een belangrijke rol speelt, bijvoorbeeld een studie aan het conservatorium, de musicalopleiding, de Rock Academie, bij een opleiding aan de toneelschool, logopedie of de PABO, aan de universiteit bij de opleiding muziekwetenschappen, bij het werk als bewegingstherapeut, sportleraar of welzijnswerker. Ook kan muziek belangrijk zijn bij het werken in de creatieve therapie, de gezondheidszorg, de reclamewereld, de communicatie- en informatietechnologie, het toerisme, de kunst en cultuur. Wie kiezen er voor beeldend of muziek? Denk niet uitsluitend aan aanleg of talent: je kunt de vakken echt leren mits je in de basisvorming goed meegedaan hebt en je je echt in wilt zetten/gemotiveerd bent voor het vak! Daarnaast kun je de vakken kiezen omdat het voor je vervolgopleiding/beroep nodig of nuttig is als je het vak gehad hebt en een portfolio moet maken voor toelating. Daarbij kun je denken aan heel veel verschillende vervolgstudies en beroepen. Je kunt muziek kiezen als je in de onderbouw hebt laten zien dat je met instrument en (zang)stem voldoende vaardigheden hebt opgebouwd, in ieder geval noten kunt lezen, ervoor wilt gaan en je voor het vak in wilt zetten omdat muziek zonder meer je interesse heeft. Belangrijk is dus enthousiasme en initiatieven willen en durven nemen. Met veel en met minder talent kun je dit vak dan met positief resultaat afronden. Bij muziek heb je ook wel activiteiten die soms buiten de gewone lestijden vallen.
34 | over de brug
9
- 3e klas
Als je eraan twijfelt of je voldoende ‘bagage’ hebt, kun je oefenmateriaal bij de muziekdocenten vragen. Tot het nieuwe schooljaar begint heb je nog de kans om je niveau te verhogen. Dus, ga ervoor! Ben je geïnteresseerd, maar wil je meer informatie, dan kun je altijd bij een van de muziekdocenten in lokaal F115 of een van de docenten beeldend (lokaal DS01, E008, E106, E 206) terecht. Twijfel je nog? Kom dan ook eens langs, we kunnen je van alles vertellen en laten zien.
>>>
Latijn en Grieks en Klassieke Culturele Vorming (KCV) Op het Theresialyceum bieden wij aan leerlingen met de capaciteiten en de vereiste motivatie het gymnasium aan: om een gymnasiumdiploma te halen moeten de leerlingen ten minste één jaar beide klassieke talen gevolgd hebben en in één klassieke taal eindexamen hebben gedaan. Waarom een keuze maken voor de klassieke talen? Op de eerste plaats is het goed kennis te maken met de taal en de cultuur van de mensen die aan de wieg hebben gestaan van onze eigen cultuur. Een van de doelstellingen van het onderwijs in de klassieke talen is dat allerlei verschijnselen die in de oudheid voorkwamen, vergeleken worden met wat er nu gebeurt. Je kunt denken aan democratie, toneel, geschiedschrijving, wetenschap en vele andere zaken. Een groot deel van bijvoorbeeld de 17e eeuwse schilderingen en literatuur kun je niet goed begrijpen als je niets van de klassieke mythologie afweet. Op de tweede plaats geeft het zich verdiepen in de ingewikkelde structuur van het Latijn en Grieks een verstandelijke training. Het draagt onder meer bij tot het nauwkeurig lezen van een tekst, tot de ontwikkeling van analytisch denken en tot creativiteit. Op de derde plaats kunnen de vakken Latijn en Grieks, die voor geen enkele vervolgstudie verplicht zijn, een uitstekende aanvulling vormen bij praktisch elke universitaire studie, talen, rechten, geneeskunde, biologie etc. Bovendien kunnen ze hun bijdrage leveren aan een brede algemene ontwikkeling. Bij het onderwijs in de klassieke talen wordt in het vierde leerjaar nog aan taalverwerving gedaan. In het vijfde en zesde leerjaar bestuderen we originele teksten van klassieke auteurs, waarbij ook teksten in vertaling aan bod komen: de genres epos en geschiedschrijving krijgen daarbij grote aandacht o.a.Homeros en Herodotos bij Grieks en o.a. Ovidius en Caesar bij Latijn. De leerling wordt geacht per lesuur één half uur extra te studeren. In het vijfde en zesde leerjaar wordt de gelezen stof getoetst in totaal drie PTA’s. Deze PTA’s vormen samen het schoolexamencijfer, dat de helft van het eindexamencijfer bepaalt; de andere helft wordt bepaald door het Centraal Schriftelijk Eindexamen, dat ieder jaar een andere schrijver als onderwerp heeft.
35 | over de brug
9
- 3e klas
Homeros, Herodotos, Euripides of Plato voor Grieks. Ovidius, Vergilius, Livius, Seneca, Cicero of Plinius voor Latijn. Leerlingen die Latijn of Grieks volgen, brengen in het vierde leerjaar een bezoek aan het Allard Pierson Museum in Amsterdam en in het vijfde leerjaar aan het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Een enkele keer wordt ook een theatervoorstelling bezocht. Ben je geïnteresseerd of twijfel je nog, dan ben je altijd van harte welkom bij een van de docenten klassieke talen in lokaal A104 of C102.
>>> Chinese taal en cultuur
Het Theresialyceum is een van de tien Nederlandse scholen die de Chinese taal en cultuur als eindexamenvak aanbieden. Eerst was dat in een pilotproject, vanaf november 2013 is dat als officieel examenvak. Je kunt het vak alleen kiezen als je vwo gaat doen; het is een keuze-examenvak in alle profielen. Chinees is een van de drie meest gesproken wereldtalen. China is een economische wereldmacht geworden en het Chinees is een moderne vreemde taal met veel mogelijkheden in de toekomst. De Chinese economie is de afgelopen jaren fors gegroeid en dat is ook merkbaar in Europa. China is de grootste handelspartner van Nederland. Je hebt dan ook een goede reden om Chinees te gaan leren. Bedrijven en organisaties die internationaal opereren, hebben graag mensen in dienst die bekend zijn met de Chinese taal en cultuur. Dit zijn praktische redenen om voor dit vak te kiezen. Je hebt meer mogelijkheden in de wereld van morgen. Steeds meer politici en zakenmensen benadrukken de noodzaak van het vak Chinese taal en cultuur in het voortgezet onderwijs. Begrip van en kennis over de taal en cultuur van je gesprekspartner is immers van onschatbare waarde als het aankomt op het maken van contact, het uitwisselen van ideeën en het doen van zaken. Met name voor bedrijven die in plaats van producten, diensten leveren is het uitermate belangrijk om kennis te hebben van de cultuur. Het Chinees is écht een vreemde taal voor ons. Engels, Spaans, Frans en Duits zijn alfabet talen en hebben een verwantschap met het Nederlands. De Chinese taal is compleet anders. Zowel voor het spreken als schrijven zijn er geen overeenkomsten met het Nederlands. Je leert deze taal helemaal van de grond af aan, zoals je als kind je eigen moedertaal (Nederlands) bent gaan leren. Dit betekent, dat je er extra vaardigheden bij gaat krijgen, die je in geen enkel ander vak tegen komt. Voor Chinees hoef je niet een speciale ‘talenknobbel’ te hebben. Je hoeft niet per se goed te zijn in talen om voor dit vak te kiezen.
36 | over de brug
9
- 3e klas
De Chinese cultuur is heel interessant en niet los te zien van de taal. Ook daar kunnen we veel van leren. Het is een belangrijk onderdeel van dit vak. Je kunt van het vak Chinese taal en cultuur niet alleen heel veel leren en bijzondere vaardigheden erbij krijgen; door toenemende internationale contacten in de wereld (mondialisering), leer je er een taal bij die steeds belangrijker wordt.
>>> Wiskunde
In alle profielen is wiskunde een verplicht vak, behalve in het profiel C&M op het havo. Er worden in de bovenbouw havo twee wiskundevakken aangeboden: wiskunde A en B. In de bovenbouw vwo vier wiskundevakken : wiskunde A, B, C en D. Je moet er van uitgaan dat wiskunde B een stuk moeilijker is dan wiskunde A en dat de wiskunde op vwo heel wat moeilijker is dan die op havo. Bovendien is wiskunde A en C veel taliger dan wiskunde B. Wiskunde C is op enkele onderdelen na hetzelfde als wiskunde A. De studielast van wiskunde C is ongeveer 75 % van die van wiskunde A. Bij wiskunde A en C moet je vaak eerst een stuk tekst lezen, waarna je met de gegevens moet gaan rekenen. Je komt er problemen tegen die uit de wereld om je heen komen. Soms zijn dat artikelen uit een krant of tijdschrift. Je moet dan zorgvuldig en kritisch kunnen lezen. Je zult bijvoorbeeld resultaten moeten kunnen verwerken in grafieken. Bij wiskunde A en C komen onder andere de volgende onderwerpen aan bod: statistiek, allerlei formules en grafieken, groei en veranderingen. Op vwo ook nog kansrekening en kansverdelingen. Wiskunde B is veel abstracter, je moet vaak wat theorie onder de knie krijgen die je daarna moet verwerken door er sommen over te maken. Soms is het niet duidelijk wat deze sommen te maken hebben met de werkelijkheid. Dat betekent niet dat wiskunde B daarom een saai vak is, veel leerlingen vinden het juist leuk om op deze manier bezig te zijn. Bij wiskunde B komen onder andere de volgende onderwerpen aan bod: functies en grafieken, differentiaalrekening, exponenten en logaritmen, goniometrie, integraalrekening (vwo), en meetkunde met vectoren(vwo). Wiskunde in de bovenbouw Hieronder staat een overzicht van wat je in elk profiel mag/moet kiezen:
• havo CM In dit profiel is wiskunde niet verplicht. Je mag wiskunde A kiezen als profielkeuzevak. Aantal lesuren per week wiskunde: A: 3 per week
37 | over de brug
9
- 3e klas
• havo EM In dit profiel is wiskunde A een verplicht profielvak. Aantal uren per week wiskunde: A: 3 per week • havo NG In dit profiel is wiskunde een verplicht profielvak. Je mag kiezen tussen A en B Aantal uren per week wiskunde: A: 3 per week B: 3 per week • havo NT In dit profiel is wiskunde een verplicht profielvak. Je moet wiskunde B volgen. Aantal uren per week wiskunde: B: 3 per week
>>>
• vwo CM In dit profiel is wiskunde een verplicht profielvak. Je mag kiezen tussen A en C Aantal uren per week wiskunde: C: 2 à 3 per week A: 3 per week • vwo EM In dit profiel is wiskunde een verplicht profielvak. Je mag kiezen tussen A en B. Aantal uren per week wiskunde: A: 3 per week B: 3 à 4 per week Als je na de middelbare school een studie economie op een universiteit wilt gaan volgen is het verstandig om wiskunde B in plaats van wiskunde A te kiezen • vwo NG In dit profiel is wiskunde een verplicht profielvak. Je mag kiezen tussen A en B. Aantal uren per week wiskunde: A: 3 per week B: 3 à 4 per week Als je wiskunde B hebt gekozen mag je ook nog wiskunde D als profielkeuzevak kiezen. Zie hiervoor vwo NT.
38 | over de brug
9
- 3e klas
• vwo NT In dit profiel is wiskunde een verplicht profielvak. Je moet wiskunde B volgen. Aantal uren per week wiskunde: B: 3 à 4 per week In dit profiel moet je minstens één van de twee vakken biologie of wiskunde D kiezen als profielkeuzevak. Je mag dus ook zowel wiskunde B als wiskunde D kiezen. Aantal uren per week wiskunde: D: 2 à 3 per week
>>>
In 4vwo zitten de leerlingen die voor wiskunde C of wiskunde A hebben gekozen samen in een groep/cluster. Pas in 5vwo worden de twee vakken wiskunde A en C gesplitst in twee aparte groepen. Wiskunde D is een vak waarin naast onderwerpen uit wiskunde A en verdieping van wiskunde B, ook extra wiskundeonderwerpen aan bod komen. Als je na de middelbare school een technische studie of bijvoorbeeld economie wilt gaan studeren, is het verstandig om dit vak te kiezen. Je bent dan veel beter voorbereid op het vervolgonderwijs. Onderdelen die bij wiskunde D aan bod komen zijn onder andere kansrekening, toepassingen van de wiskunde, ruimtemeetkunde, dynamische modellen, normale verdeling, complexe getallen, het complexe vlak, bewijzen, matrices en nog enkele keuzeonderwerpen zoals besliskunde (colleges op de Universiteit van Tilburg). Wat je verder nog moet weten: Iedere leerling in klas 4vwo en 4havo met wiskunde in het profiel moet beschikken over een grafische rekenmachine (GR). Het gebruik van een grafische rekenmachine wordt door het ministerie voorgeschreven. Dit rekenapparaat is een kruising tussen een gewoon rekenapparaat en een computer. Je zult het veel gebruiken, bijvoorbeeld om grafieken te tekenen en om statistische gegevens te verwerken. Koop dit apparaat nu nog niet, je kunt het aan het begin van volgend schooljaar via school met enige korting aanschaffen. Bij alle soorten wiskunde zal de GR veel gebruikt gaan worden. Op 4havo en 5vwo worden ook nog, een half jaar lang, modules versterken voor het vak wiskunde aangeboden. Op 4havo is dit een module voor het vak wiskunde B.
39 | over de brug
9
- 3e klas
Op 5vwo zijn dit modules voor de vakken wiskunde A en B Deze modules zijn geen huiswerkbegeleiding maar een extra ondersteuning van algebraïsche vaardigheden die je als een investering voor de langere termijn moet zien. De decaan weet je te vertellen welke soort wiskunde je nodig hebt voor je vervolgstudie op universiteit, hoger of middelbaar beroepsonderwijs. Wiskunde A, B en C worden afgesloten met een centraal landelijk eindexamen in 5havo of 6vwo. In het eindexamenjaar krijg je daarnaast een aantal schoolexamens. Deze schoolexamens, en het landelijke eindexamen bepalen samen je cijfer op je diploma. Wiskunde D (vwo) kent geen landelijk eindexamen, maar wordt afgesloten door een aantal schoolexamens. Succes met je keuze!
Economie Wat is economie? Je hoeft geen krant open te slaan of een lading aan economisch nieuws komt je tegemoet. Veel kranten hebben zelfs nog een aparte bijlage voor de economische gebeurtenissen die plaatsvinden in de wereld. Dat is ook niet zo vreemd omdat die de mensen vaak letterlijk in hun portemonnee raken. Het vak economie geeft je een basis om deze zaken te kunnen begrijpen en er over mee te kunnen praten en is daarom een welkome aanvulling bij je eigen algemene ontwikkeling. In de lessen laten we bijvoorbeeld zien dat de kredietcrisis heus niet alleen te wijten is aan de bankiers en dat het verdwijnen van banen naar het buitenland misschien minder erg is dan op het eerste gezicht lijkt. Verder leer je dat de Nederlandse economie steeds meer afhankelijk wordt van de landen om ons heen. Ook de rol van de overheid, de euro, de relatie met het milieu, vergrijzing en kinderarbeid komen aan bod …..en nog veel meer. Je zult leren om er met een economische bril naar te kijken. >>> Economie tijdens en na Theresia Je gaat binnenkort je profiel kiezen voor de bovenbouw en krijgt daarom in de derde klas economie als nieuw vak.
Bij het profiel economie & maatschappij (EM) is economie een verplicht vak. Maar ook als je kiest voor de natuurprofielen (NG en NT), is het vak economie een waardevolle aanvulling. Je houdt namelijk het zicht op een groot deel van wat er zich in de maatschappij afspeelt én het blijkt dat ook leerlingen uit deze profielen toch vaak een studie kiezen waarbij hun economische kennis goed van pas komt.
40 | over de brug
9
- 3e klas
Degenen die in het profiel cultuur en maatschappij (CM) verdergaan zijn uiteraard vrij om ook economie te kiezen, maar je moet wel over voldoende rekenvaardigheden beschikken omdat rekenen best belangrijk is bij economie. Het vak economie is natuurlijk ook een prima voorbereiding op een economische opleiding aan een hogeschool of universiteit. Ook bij veel andere opleidingen zijn kennis van wiskunde en economie zeer welkom. De mens nog meer centraal In de komende jaren gaat de inhoud van het vak economie opnieuw veranderen.Het doen en laten van de mens en de gevolgen ervan komen nog meer centraal te staan. Kan de economie maar blijven groeien zonder dat de aarde onherstelbaar wordt beschadigd? De economische keuzes die de overheid, de bedrijven en de consumenten maken worden door ons bestudeerd: waar kies je voor en waarom? En wat kun je dan verwachten? Economie = kiezen De keuze voor het vak economie in de bovenbouw is ook eigenlijk een economische keuze: je moet er tijd én energie in steken, maar dan krijg je er ook iets moois voor terug waar je later nog heel veel profijt van zult hebben. Veel succes met het maken van je keuze.
Filosofie Het vak filosofie kun je bij ons op school in álle profielen kiezen, omdat het je dingen leert die voor elk profiel belangrijk zijn. Meer dan bij elk ander vak, leer je bij filosofie kritisch nadenken, problemen vanuit veel verschillende invalshoeken benaderen, consistent argumenteren en hoofdvan bijzaken onderscheiden. Of anders gezegd: bij alle schoolvakken moet je nadenken, maar bij filosofie leer je denken óver denken. Filosofische vragen In tegenstelling tot wat sommigen zeggen, zijn de vragen die een filosoof stelt geen ‘vage’ vragen, maar juist heel alledaags! >>>
Denk bijvoorbeeld aan: • Ziet iedereen dezelfde kleuren? • Waarom is een leugen slecht? • Is er een verschil tussen mens en robot? • Waarom moet je naar school? • Wanneer is iets een feit? • Waarom heet een tafel ‘tafel’(en niet: ydagm)? Misschien vind je dit geen hele gewone vragen, maar ze gaan wel over hele gewone dingen, toch? Dit zijn vragen die voortkomen uit verwondering. Maar bij veel mensen is deze verwondering overgegaan; zij slikken alles voor zoete koek. De filosoof niet. “Is dat wel ècht zo?”, vraagt hij bij alles wat hij ziet. Dit maakt hem tot een lastig type, een lastige leerling ook!
41 | over de brug
9
- 3e klas
Het vak filosofie in de bovenbouw In de vierde klas beginnen we met het ontdekken van alle verschillende onderdelen en vragen binnen de filosofie. Denk aan ethiek, antropologie, logica en sociale filosofie. In 5 en 6 vwo gaan we uitgebreider op deze onderwerpen in. Hoe goed je je ‘denklenigheid’ hebt ontwikkeld, wordt getoetst in proefwerken, maar ook door middel van werkstukken (je moet bijv. een tijdschrift maken), presentaties, essays en discussies. Tijdens De Maand van de Filosofie (april) is er een interessante excursie en we ontvangen af en toe gastsprekers die een les filosofie komen geven. Het is vooral belangrijk dat je openstaat voor de gedachten van een ander. ‘Hakken in het zand’ zijn niet de beste voorwaarden voor een goede filosoof! Waarom filosofie kiezen? Je kunt filosofie kiezen vanwege de inhoud. Je gaat namelijk kennismaken met allerlei filosofen en hun verrassende gedachtegoed. Maar je kunt ook voor de vaardigheden gaan; de ‘denk-lenigheid’ die je bij filosofie leert helpt je ontzettend bij de aansluiting op het HBO en de universiteit. Dit horen wij ook telkens terug van oud-leerlingen die filosofie hebben gevolgd. Goed kunnen nadenken en argumenteren helpt je trouwens ook bij je andere schoolvakken! Bovendien selecteren veel opleidingen tegenwoordig ‘aan de poort’. Dat betekent dat je moet aantonen waarom jíj geschikt ben voor de opleiding van je keuze. Als je kunt laten zien dat je filosofie gevolgd hebt, toon je daarmee aan dat je een goed ontwikkeld denkvermogen hebt en dat je breed geïnteresseerd bent. Hiermee heb je al snel een streepje voor! Je zult ook verbaasd zijn over hoeveel uren filosofie je aangeboden krijgt in een vervolgopleiding. Of je nu economie, rechten of geneeskunde gaat studeren: overal krijg je – verplicht – colleges filosofie. Tot slot nog een filosofisch probleempje (om je aan het denken te zetten): De mannelijke barbier van Sevilla krijgt de opdracht om uitsluitend en alleen die mannen te scheren, die zichzelf niet scheren. Als hij dat doet, zal hij dik betaald worden; als hij zich er niet aan houdt, zal hij streng gestraft worden! Hij stemt meteen toe: hij ziet zich al heel veel geld verdienen, maar midden in de nacht vlucht hij bang uit de stad weg…. Snap jij waarom?
>>> Aardrijkskunde
Het belang van het vak aardrijkskunde is het beste aan te geven door dagelijks de wereld om je heen te volgen. Wellicht zit je met talloze vragen over hoe de wereld in elkaar zit, wie er wonen, hoe verschillende landen onderling aan elkaar verbonden zijn in wereldwijde handelsnetwerken en politieke machtsblokken. Onze wereld verandert snel en voortdurend.
42 | over de brug
9
- 3e klas
Milieuproblemen zoals de te verwachten klimaatverandering, veranderende staten, oorlogen die voor vluchtelingen zorgen en dichter bij huis, de problemen waarmee ons eigen land worstelt, zoals het steeds maar toenemende fileprobleem en het afnemen van de natuur. Met dit soort problemen word je dagelijks geconfronteerd. Het is goed te weten dat er op school een vak is dat hier volop aandacht aan geeft. Een vak dat je een goede kijk op de wereld geeft, een vak dat je helpt goed over de wereld en haar bewoners te kunnen oordelen en een gefundeerde mening over allerlei maatschappelijke en ruimtelijke processen te kunnen geven. Inzicht is een belangrijk onderdeel van het leerproces. Ook vaardigheden als verklaren, relaties leggen en weten dat dingen verband met elkaar houden. In de tweede fase is aardrijkskunde nog meer dan voorheen een vak waarin je allerlei vaardigheden kunt trainen die later in je vervolgstudies belangrijk zijn. Leren werken met grafieken, tabellen en natuurlijk niet te vergeten kaarten. Een onderzoek doen in de eigen omgeving en dat presenteren in de vorm van een werkstuk op de computer, behoort tot de eisen die aan jou gesteld worden. De totale stof draait om de thema’s aarde en wereld. Bij het thema aarde wordt onze planeet bekeken vanuit fysisch geografisch standpunt. Onderwerpen als endogene krachten, klimaten en klimaatveranderingen en de invloed van de mens daarop komen aan de orde. De mondiale milieuproblemen worden uitgebreid besproken. Bij het thema wereld gaat het vooral om het thema globalisering. Verschillende gebieden werken steeds meer samen. Onze wereld wordt niet letterlijk kleiner, maar wel figuurlijk. Bij de bespreking van die ‘wereld’ wordt globalisering verklaard vanuit economische, politieke, vervoerstechnische en culturele invalshoeken. Het vak staat dus niet alleen, maar heeft raakvlakken met zowel de andere maatschappijvakken, als met de exacte vakken. Na de bespreking van wereld en aarde wordt het tijd om in te zoomen op een deelgebied. Op vwo is dat Zuidoost Azië, voor havo zoomen we nog verder in op het ontwikkelingsland Indonesië. Met onze kennis over aarde en wereld, maken we een zo compleet mogelijk geografisch beeld van die gebieden en proberen we de samenhangen ook te verklaren. Jammer genoeg is aardrijkskunde voor geen enkele vervolgopleiding verplicht gesteld maar het vak kan een groot nut bewijzen als voorbereiding op bijvoorbeeld een studie aardrijkskunde op HBO of universiteit, een milieuopleiding, een vervolgopleiding in het kader van ruimtelijke ordening, toerisme. Bovendien is het vak een algemeen vormend vak dat je helpt de wereld om je heen beter te begrijpen. Aardrijkskunde is in drie profielen (NG, EM en CM) een profielkeuzevak. Bovendien kan het als vrije deelvak door iedereen gekozen worden. Met bovenstaand verhaal hopen wij aangetoond te hebben dat ons vak een wezenlijke bijdrage kan vormen voor veel vervolgopleidingen. Door aard rijkskunde verandert de kijk op de wereld, jouw wereld!
43 | over de brug
9 >>>
- 3e klas
Biologie De mens, samen met andere levende wezens, staat centraal bij het vak biologie.Veel tijd en aandacht gaat uit naar de bouw en het functioneren van het menselijk lichaam op verschillende niveaus. Daarnaast is er veel aandacht voor de natuur en het milieu. Door de manier van leven verandert de mens zijn omgeving. Milieuveranderingen hebben invloed op het leven van alle organismen, inclusief de mens. We moeten dus zorgvuldig met de natuur omgaan. Kennis over de relaties tussen organismen en milieu helpen hierbij. De milieuveranderingen hebben in de loop van miljoenen jaren ook invloed gehad op het ontstaan en verdwijnen van allerlei soorten. Met name de evolutie van onze soort, de Homo sapiens sapiens, wordt besproken. Qua onderwerpen is er geen verschil tussen biologie op havo en biologie op vwo. Op vwo worden de onderwerpen uitgebreider behandeld en wordt er meer inzicht gevraagd van de leerling. Tijdens de lessen is er uitleg door de docent. Daarnaast wordt er veel aandacht besteed aan het zelfstandig bestuderen van de lesstof. Naast het lesboek wordt hierbij gebruik gemaakt van (computer)opdrachten. Ook zijn er ook practicumlessen ter ondersteuning. Waarom zou je biologie kiezen in de bovenbouw? Misschien heb je biologie altijd al een interessant vak gevonden. Daarnaast is biologie een vak van deze tijd. Actuele items zijn bv. DNA, broeikas-effect, kanker, AIDS, afname van biodiversiteit, duurzaamheid en het dikker worden van de mensen. Deze onderwerpen komen allemaal aan bod bij biologie. Je kunt pas over deze zaken meepraten als je weet wat het allemaal inhoudt. Het volgen van dit vak draagt dus bij aan je algemene ontwikkeling. Biologie kan ook nodig zijn voor je vervolgopleiding. Waarschijnlijk weet je nog niet precies wat je gaat doen na het behalen van je diploma. Als je een studie wilt gaan volgen die te maken heeft met de gezondheid van de mens dan is het aan te raden, en voor een aantal opleidingen verplicht, om biologie in je pakket te hebben. Hierbij moet je denken aan geneeskunde, of paramedische beroepen zoals fysiotherapie en logopedie. De laatste jaren zijn er nieuwe, interessante studies bijgekomen zoals bewegingswetenschappen, biomedische wetenschappen en moleculaire levenswetenschappen. Ook voor forensische studies (gericht op het vinden van de oorzaak of dader van een misdrijf) is een biologische basis belangrijk. Daarnaast is kennis van het vak gewenst voor een vervolgstudie op het gebied van natuur en milieu. Denk hierbij aan beheer van natuurgebieden, onderzoek naar het teruglopen van de soortenrijkdom en de verandering van het klimaat. De universiteit van Wageningen heeft op dit vlak een gevarieerd aanbod.
44 | over de brug
9
- 3e klas
Scheikunde
>>> Waarom scheikunde kiezen? In de derde klas maak je voor het eerst kennis met scheikunde. De grootste interesse bij scheikunde gaat uit naar het begrijpen van de materie om ons heen. Het wordt dan mogelijk die materie te veranderen in voor de mens nuttige stoffen. Bedenk maar eens dat scheikunde de enige wetenschap is die echt een nieuw materiaal kan maken. Of een nieuw medicijn. Maar scheikunde helpt ook om oplossingen te vinden voor milieuproblemen, voedsel gezond en eetbaar te houden en je kleding op te fleuren (verf) en zo te houden (wasmiddelen).
Om dat allemaal te kunnen, is het belangrijk te weten hoe de bouw van al die stoffen in elkaar zit en hoe je daar iets aan kunt veranderen. Je kunt met scheikunde natuurlijk een scheikundige opleiding gaan volgen, maar in vele andere beroepen krijg je ook te maken met scheikunde. Denk maar aan een huisarts of verpleegkundige, bioloog, forensisch onderzoeker of natuurkundige. Dus wanneer je geïnteresseerd bent in wetenschap, gezondheid en/of techniek dan zul je in je latere studie en beroep zeker profijt hebben van je scheikundelessen. Het vak scheikunde in de bovenbouw Het vak scheikunde is een verplicht vak in de profielen NG en NT, zowel op havo als op vwo. In de derde klas maak je al kennis met scheikunde, maar je zult merken dat het vak in de bovenbouw wel verandert. In de derde leer je vaak DAT stoffen op een bepaalde manier met elkaar reageren, in de bovenbouw ga je uitzoeken WAAROM ze dat doen. Daarnaast ga je meer rekenen aan reacties en aan experimenten. Kijk maar eens naar hoofdstuk 3 in je boek, dat lijkt al wel een beetje op scheikunde in de bovenbouw. Voor het eindexamen krijg je zowel schriftelijke toetsen als ook een praktische toets. In die laatste toets voer je geheel zelfstandig een onderzoek uit. Uiteraard zullen we in de lessen regelmatig oefenen voor de toets. Als je één van de twee exacte profielen wilt kiezen, hangt het een beetje van je interesses en toekomstplannen af welke van de twee het best bij je past.Denk daar eens over na, en praat erover met je docent en je decaan. Succes met je keuze ! >>>
Natuurkunde In de wereld om je heen zie je veel dingen die de natuurkunde heeft opgeleverd. Je maakt er elke dag gebruik van. Of het nu gaat om je mobieltje, de iPad, de computer, een tv, zonnecellen, windmolens, elektriciteitscentrales, elektromotoren in fabrieken, in moderne auto’s of in je elektrische fiets enzovoort, dit alles is voortgekomen uit de natuurkunde.
45 | over de brug
9
â
- 3e klas
De natuurkunde is nog lang niet af. De meeste dingen weten we nog steeds niet, zowel op grote schaal als op kleine schaal. Waarom wordt het heelal steeds groter? Wat is donkere energie precies? Hoe werkt de zwaartekracht precies en kun je die opheffen? Hoe maak je supersnelle kwantumcomputers? Hoe kun je nog meer informatie kwijt in elektronische geheugenchips? Misschien lever jij ooit een bijdrage aan de antwoorden op dit soort vragen. In de Basisvorming krijg iedereen in klas 2 en klas 3 het vak natuurkunde. Je maakt dan kennis met allerlei onderwerpen, zoals elektriciteit en krachten. In de bovenbouw ga je, als je natuurkunde kiest, dieper in op de onderwerpen uit de Basisvorming. Om het vak natuurkunde goed te kunnen uitoefenen moet er eerst een goede basis worden gelegd. Dus je krijgt in de Basisvorming al te maken met natuurkundige denkwijzen, die honderden jaren geleden al zijn bedacht, maar ook met denkwijzen uit de moderne natuurkunde. In de loop van de jaren kun je te maken krijgen met onderwerpen als: • golven en trillingen (je begrijpt dan de werking van muziekinstrumenten); • zonnestelsel, heelal en natuurkunde van de sterren (astrofysica); • mechanica: alles wat met bewegingen en materialen te maken heeft; • relativiteitstheorie en kwantummechanica (de modernste natuurkunde!); • atoomfysica (je leert dan bijvoorbeeld hoe atomen licht kunnen geven); • biofysica (de natuurkunde van oog en oor); • fysische informatica (het zelf begrijpen, ontwerpen en bouwen van automatische systemen en werken met de computer als meet- en als simulatie-instrument); • practica: je gaat dan zelf allerlei proeven (leren) doen; • meer aandacht voor vaardigheden zoals: omgaan met apparatuur, aanpakken van een praktisch onderzoek en omgaan met computertoepassingen, bijvoorbeeld het meten aan videobeelden. Aan welke eisen moet je voldoen om het vak natuurkunde in het examen jaar uiteindelijk met succes af te sluiten? • Je moet in de onderbouw redelijk tot goede cijfers hebben behaald voor dit vak. • Je moet ten minste enige interesse hebben in dit vak. • Je moet voor dit vak regelmatig en intensief willen studeren. • Je moet een ‘bijter’ zijn: wanneer je de oplossing van een probleem niet direct ziet, dan moet je niet altijd meteen de moed opgeven, maar doorzetten. Opmerking: denk niet: “Ik kan dit niet, want ik heb geen inzicht”. Bedenk dat ook inzicht is aan te leren. Dat geldt natuurlijk zowel voor jongens als voor meisjes!
46 | over de brug
9
- 3e klas
Waarom zou je natuurkunde kiezen? Overwegingen bij je keuze zijn: • Vind je het een leuk vak? • Denk je het vak later nodig te hebben? Dat is zeker het geval bij technische opleidingen. Maar ook als je bv. medicijnen wilt gaan doen wil men graag dat je natuurkunde hebt gedaan. Want ook bij opleidingen waarbij natuurkunde minder direct een rol speelt heb je vaak veel voordeel van de kennis en methoden opgedaan in de natuurkundeles. • Wil je bij je latere studiekeuze veel mogelijkheden openhouden? Met o.a. natuurkunde in je pakket is dat het geval. Informatie hierover kun je krijgen bij je vakdocent en bij je decaan. Het belangrijkste bij natuurkunde is dat je naast het vak zelf een manier van denken leert, die overal van pas kan komen en waar je later veel aan kunt hebben. Jonge natuurkundigen en mensen die soortgelijke vakken studeerden zijn vaak de latere topmensen van bedrijven. Veel bekwame politici zijn van oorsprong natuurkundige (denk bv. aan Angela Merkel, de bondskanselier van Duitsland, zij is natuurkundige)
>>>
Voor het schoolexamen krijg je bij natuurkunde drie schriftelijke toetsen en een praktische toets.Het gemiddelde cijfer hiervan levert, samen met het cijfer voor je centraal schriftelijk examen, je eindcijfer op voor het vak natuurkunde. De laatste jaren is het gemiddelde van het VWO eindcijfer telkens een 6,9 geweest; bij de HAVO lag dat iets lager. Het is dus te doen!! Tot slot: indien je meer inhoudelijke informatie wilt over het vak natuurkunde in de Tweede Fase: vraag je natuurkundeleraar! Succes met je keuze!
Informatica Informatica is een breed en veelzijdig vakgebied. Het is niet meer weg te denken uit onze samenleving en de (onzichtbare) rol van ICT wordt steeds groter. Niet alleen in bedrijven, maar ook in gezondheidszorg of onderwijs. Daarom komt het complete veld waar informatici zich mee bezighouden aan bod. Denk niet dat informatica een vak is voor alleen jongens. Het zit hem niet in de genen. In Nederland kiezen jongens meer voor technische beroepen, maar in andere landen is dat anders. In de Zuid-Europese landen bijvoorbeeld kiezen veel meer meisjes informatica en in Maleisië is ICT een echt vrouwenberoep.
47 | over de brug
9
>>>
- 3e klas
Waarom het vak kiezen? Je leert de vaardigheid om te werken met geautomatiseerde informatiesystemen en je kunt tot op zekere hoogte analyseren welke automatiseringsbehoefte er leeft en wat geautomatiseerde systemen kunnen doen. Niemand verwacht dat iedereen die informatica gestudeerd heeft heel de dag automatiseringsproblemen op gaat zitten lossen. Maar als je kennis hebt genomen van informatica zul je in je latere beroep makkelijker ICTproblemen of problemen op een ICT-manier oplossen omdat je over bepaalde vaardigheden beschikt die je bij informatica hebt geleerd. Informatica heb je bij vrijwel elk beroep nodig, maar specifiek bij de beroepen als systeemprogrammeur en informatieanalist. Daarnaast heb je veel aan informatica als je bijvoorbeeld naar de Gameopleiding wilt in Breda. Op dit moment is er heel veel vraag naar ICT-beroepen en die vraag zal voorlopig niet afnemen. Over welke eigenschappen/capaciteiten moet je beschikken? • In het informaticaprogramma zit geen wiskunde. In het boek kom je nog wel wiskundige zaken tegen, maar alles wordt uitgelegd zonder wiskunde, omdat de informaticadocenten van mening zijn alfa- en gammaleerlingen informatica moeten kunnen volgen in het voortgezet onderwijs. Het vak is immers nuttig voor elke vervolgstudie of beroepsgroep. Wil je echter doorstuderen in informatica dan adviseren we je wiskunde B en wiskunde D op je nemen bij je profiel(keuze)vakken. • Verder moet je over een goede inzet beschikken en niet te snel opgeven als het oplossen van problemen niet vlot wil lukken. • Bij automatiseringsvraagstukken moet je in groepen samen kunnen werken. In de praktijk is het niet anders, geen enkele informaticus kan het probleem alleen oplossen. • Verschillen in de programma’s van havo en vwo zijn maar klein. Op vwo gaan we er bij een aantal onderwerpen dieper op in, er is meer samenhang met andere vakken of er is een hogere moeilijkheidsgraad van het probleem aan de orde.
Management en Organisatie (M&O) Het vak Management & Organisatie (M&O) kun je kiezen in de profielen CM en EM. Er zijn echter ook geinteresseerde leerlingen uit de N-profielen die het vak graag willen kiezen, omdat het vak ook voor hun vervolgstudies vaak een belangrijke aanvulling is. Voor de leerlingen uit de N-profielen is het mogelijk om het vak te sprokkelen. Zij krijgen echter geen inroostergarantie. M&O is bedrijfseconomie Bij organisaties kun je onder andere denken aan verenigingen, stichtingen, maar vooral aan ondernemingen. Ondernemingen hebben namelijk de bedoeling om winst te maken, zij hebben ook veel meer last van concurrentie dan bijvoorbeeld scholen en ziekenhuizen en moeten daarom op economisch gebied heel scherp zijn om te kunnen overleven.
48 | over de brug
9
- 3e klas
Het vreemde aan het vak M&O is de naam. Het is wel zo eerlijk om je nu al te vertellen dat er maar heel weinig management en organisatie terug komt in het vak M&O.M&O zou je dan ook beter bedrijfseconomie kunnen noemen omdat er met dat vak veel overeenkomsten zijn. Inhoud M&O Tijdens de lessen M&O leer je hoe je een balans moet opzetten (wat zijn de bezittingen van mijn bedrijf en hoe ben ik aan het benodigde geld gekomen), je leert wat een winst- en verliesrekening zijn (heb ik aan het einde van de maand ook nog winst gemaakt), wat een een liquiditeitsbegroting is (heb ik steeds voldoende geld om de rekeningen te kunnen betalen) en verder ga je leren hoe je de kostprijs van een product kunt berekenen. Ook is er aandacht voor reclame en andere verkoopbevorderende zaken. Verder komen aandelen en obligaties aan bod. Tot slot krijg je te maken met het keuzeprobleem met betrekking tot investeringen; welke machine kan ik het beste aanschaffen? Zoals je ziet zijn er erg veel onderwerpen die aan bod komen. Het zijn echter wel onderwerpen die je ook in de echte bedrijven steeds terugziet. M&O is geen gemakkelijk vak, M&O is een doe-vak, je gaat het pas goed beheersen als je veel opdrachten maakt en daar zijn we ook het grootste deel van de tijd mee bezig.
>>>
Vervolgonderwijs Vast staat dat M&O je een duidelijke voorsprong geeft als je verder gaat studeren in een economische richting op een hogeschool of universiteit. Helemaal ideaal is het als je start met een diploma met daarop de vakken economie, M&O en wiskunde.
Oriëntatie op Studie en Beroep (OSB) In de derde klas zetten jullie met behulp van de “Koerswijzer” een voorlopig toekomst-traject uit met de keuze van je studierichting (havo/vwo) en je profiel. Met deze loopbaanoriëntatie gaan we verder in de bovenbouw. Het onderdeel Oriëntatie op Studie en Beroep (OSB) is opgenomen in het Vrije Deel onder het ‘vier v’-programma (bij het onderdeel ‘verkennen’). Het is de bedoeling dat je je in deze uren bezig gaat houden met je verdere oriëntatie op studie/beroep en loopbaan. Via allerlei activiteiten zoals meeloopdagen hbo/wo, de Tilburgse Beroepenavond, het bijwonen van Open Dagen, informatieavonden op school, ga je je verder oriënteren op vervolgopleidingen en het beroepenveld. In de bovenbouw gaan we ons vanaf klas 4 t/m de eindexamenklas verder oriënteren op studie en beroep via de digitale methode ‘Keuzeweb’. Je mentor zal je hierbij begeleiden. Deze keuzebegeleidingsmethode draait onder ‘Dedecaan.net’, een internetlink van onze Theresialyceumwebsite die heel veel verdere oriëntatiemogelijkheden biedt. Je vindt hem als volgt: Theresialyceumwebsite > leerlingen > decanaat >De Decaan.net Zo kun je via deze site bijvoorbeeld ook allerlei tests doen. Kijk maar eens
49 | over de brug
9
- 3e klas
naar de studiekeuze 123.nl-link via de link ‘meer links’ onderaan in de rechterkolom van de decanaatspagina. Als je wilt weten welke profiel- en vakken-eisen er aan een bepaalde opleiding worden gesteld kun je daarvoor kijken naar de link ‘doorstroomrechten’. Bovendien hebben de decanen - bij ons op school zijn dat mevr. I. Kalthoff en de Hr. F. Schijvens - over allerlei opleidingen nadere informatie. Loop gerust eens bij ze binnen als je vragen hebt op studiegebied. Realiseer je dat een goede oriëntatie op je verdere studie- en beroepsmogelijkheden in de Tweede Fase er straks hopelijk voor zorgt dat je ‘beslagen ten ijs’ komt en daardoor goed voorbereid en gemotiveerd aan je vervolgstudie kunt beginnen. In een tijd waarin prestatiebeurs en studie-tempo de norm zijn, is het van belang dat je de juiste keuzes maakt. Succes daarbij!
50 | over de brug
Hoofdstuk
10
- 3e klas
MO D U L E S O n d e r s t a a n d e e n o verzicht van het huidige module-aanbod. D ez e m o d u les wo r d e n i n de nav ol ge nde pagi na’s afz onde rl i jk u i t g eb r ei d t o eg eli cht . Module
4h 4v 5v Toelichting
1
Debat
x
x
2
Delf Junior
x
x
3
Genealogie
x
x
Stamboomonderzoek o.a. met bezoek regionaal archief
4
Film
x
x
Filmanalyse en film maken
5
Bewegen en gezondheid
x
x
Combinatie van theorie en praktijk
6/ 13
Versterking wiskunde B
x
x
Versterking
7/ 11
Versterking tekstverklaren Engels
x
x
Versterking
8
Direct prototyping
x
9
Filosofie
x
10
Cambridge English
x
12
Versterking wiskunde A
x
Versterking
14
Natuurkunde leren leren
x
Versterking
15
Juridische dilemma’s
x
x
Oriëntatie op juridische opleiding
16
Evolutiepatronen
x
x
Impact evolutie op diversiteit
17
Grensverleggende wetenschap
18
Elementair boekhouden
x
x
Voorbereiding op landelijk erkend examen
19
Schrijven is schrappen
x
x
Plezier in het schrijven van teksten staat centraal
20
Het betere interview
x
x
Interviewtechniek theorie naar praktijk
21
Sociale psychologie
x
x
Niets menselijks is ons vreemd
22
Tekstbegrip Duits
x
x
Versterking
23
Ondersteuning grammatica Duits
x
x
Versterking
24
Dele Spaans
x
x
x
Voorbereiding op Europees certificaat ERK
25
Goethe Duits
x
x
x
Voorbereiding op Europees certificaat ERK
26
Dutch Design Cultuur
x
x
Kijken naar en discussiëren over vormgeving
27
Cryptologie
x
x
Over maken en breken van geheimschrift en gecodeerde berichten
28
Regeneratieve geneeskunde
29
Bridge
x
x
Inleiding in het bridgespel
30
Technisch duiken
x
x
Technisch duiken op de Noorzee
31
Matthäus Passion
x
x
Van een praktische kant bekeken
Onder leiding debatteren x
x
Voorbereiding op Europees certificaat ERK
3D-printer techniek, informatica en design Kennismaking filosofie voor havo
x
Voorbereiding op Cambridge certificaat
x
x
Prikkelen onderzoekende geest
Maak jezelf beter!
51 | over de brug
10
- 3e klas
1. Debat (4havo – 4vwo) Aantal slu’s: 80 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende het hele jaar Doelgroep: 4havo en 4vwo. Het profiel dat je hebt gekozen is niet van belang. Deze module is bedoeld voor leerlingen die graag discussiëren en debatteren. Jebent in het voordeel als je de actualiteiten bijhoudt. Korte omschrijving van de module: De naam van deze module geeft al veel prijs over de inhoud. In deze module leer je uiteraard debatteren. Je maakt kennis met verschillende debatvormen. Ook ga je aan de slag met andere vormen van spreken in het openbaar. In deze module leer je echter meer dan met één of meer personen de verbale degens te kruisen. Zo zeggen leerlingen over deze module: “Wat je in deze module leert, kun je ook gebruiken bij andere vakken; De lessen zijn goed voor je algemene ontwikkeling; Je leert veel spelenderwijs; Je leert improviseren; Je leert vrij(er) praten voor een grote groep; Je oefent je in presentatievaardigheden en communicatieve vaardigheden; Je doet niet alleen kennis en ervaring op voor school, maar ook voor je leven buiten school; je leert je beter uit te drukken en je leert snel te denken, wat later in je beroep ook belangrijk is.” Je moet de module uit interesse kiezen en je moet de oefeningen niet onderschatten. Debatteren is namelijk geen synoniem van “een vlotte babbel hebben”. De lessen vergen (soms) veel voorbereiding! Korte inhoud van de module: Wat bepaalt het succes van een spreker? Deze module leert je welke aspecten een rol spelen bij het spreken in het openbaar. De eerste lessen krijg je uitleg over de belangrijkste debatvorm. Daarna moet je vooral zelf aan de slag, want al doende leert men!
>>>
2. Delf Junior (4havo – 4vwo – 5vwo) Aantal slu’s: 80 Aantal periodes:1 lesuur gedurende het hele jaar Doelgroep: 4vwo/4havo/5vwo. Het profiel dat je hebt gekozen is niet van belang. Deze module is bedoeld voor leerlingen die Frans in het pakket hebben en het leuk vinden een internationaal erkend diploma te halen. De module is zowel bedoeld voor zeer taalvaardige leerlingen als de leerlingen die graag een steuntje in de rug hebben en deze module kunnen gebruiken als versterkingsles. Korte omschrijving van de module: Delf is een afkorting voor Diplôme d’Etudes en Langue Française. Het Delf scolaire is een internationaal erkend diploma dat is gebaseerd op het ERK, het Europees Referentiekader voor de talen. Dit ERK geeft precieze aanwij-
52 | over de brug
10
- 3e klas
zingen over de te bereiken niveaus, onderwerpen en tekstsoorten. De toevoeging ‘junior’ geeft aan dat de examens gericht zijn op jongeren, en dat de onderwerpen die aan bod komen te maken hebben met hun belevingswereld.Het grote verschil met onze eigen examens: het is helemaal in het Frans, en er mag geen woordenboek worden gebruikt. Daarom zullen we ook tijdens de lessen alleen maar in het Frans communiceren. We gebruiken hiervoor speciaal ontwikkeld materiaal. Korte inhoud van de module: In deze module worden de vier vaardigheden geoefend: gespreksvaardigheid (production orale), schrijfvaardigheid (production écrite), luistervaardigheid (compréhension orale) en in iets mindere mate leesvaardigheid (compréhension écrite).
>>>
3. Genealogie/stamboomonderzoek (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half schooljaar Doelgroep: 4vwo en 4havo Korte omschrijving van de module: Genealogie is een onderdeel van de geschiedenis dat zich bezighoudt met voorouderonderzoek dan wel afstamming van de familienaam. Tijdens deze module ga je onderzoeken waar je naam vandaan komt en wie je voorouders zijn. Waar woonden ze? Wat voor werk deden ze? Je krijgt uitleg over verschillende archieven en welke historische bronnen hier bewaard worden. Korte inhoud van de module: De module begint met een inleidende les over stamboomonderzoek. Ook brengen we een bezoek aan het Regionaal Archief Tilburg. Een medewerker van dat archief komt ook een gastles op school geven. We zullen veel op de computer werken, want veel gegevens zijn tegenwoordig digitaal op te zoeken.
>>>
4. Filmanalyse/film maken (4havo – 4vwo) Aantal slu’s:80 Aantal periodes:1 lesuur gedurende het hele jaar Doelgroep: 4havo en 4vwo Korte omschrijving van de module: In deze module leer je over allerlei aspecten van film. Daarbij ontwikkel je verdiepende expertise in zowel de analyse als de productie van een film. In de lessen leer je goed analyseren, leer je over alle facetten van film en alle fasen van het productieproces van een film.
53 | over de brug
10
- 3e klas
Korte inhoud van de module: Aan de hand van uitleg en vooral het heel veel gedetailleerd kijken naar film en via oefeningen leer je het film-/theatervocabulaire: wat is de 180 graden regel? Hoe maken filmregisseurs met de filmische laag hun eigen stijl? Wat doen filmmuziekcomponisten om de hoofdrollen te accentueren? Nadat we de eerste basis van de filmgeschiedenis en filmanalyse in de lessen besproken hebben, gaan we met de groep een filmproductie opzetten. Iedere leerling kan daarbij werken vanuit zijn of haar eigen interesse en expertise. Samen bouwen we stap voor stap een eigen filmproductie op. Zo is er per groep een regisseur, maar zijn er ook cameramensen, editors, kostuumontwerpers, acteurs, grimeurs enzovoort.
>>>
5. Bewegen en gezondheid (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 80 Aantal periodes: Blokuur(2 lesuren) gedurende een half jaar (2e schoolperiode) Doelgroep: 4havo en 4vwo met biologie en bereidheid tot actieve deelname aan de module! Korte omschrijving van de module: De module Bewegen en Gezondheid is een combinatie van theorie en praktijk. Via een reeks stappen ontwerpen leerlingen een eigen trainingsprogramma en voeren dat ook uit. Het ontwerpen en uitvoeren van een eigen trainingsprogramma komt tot stand via een aantal lessen conditieverbetering, afgewisseld met fitheidstesten en theorie. Korte inhoud van de module: Het verbeteren van duurconditie (werken met hartslagmeter), het testen van de eigen fitheid (conditietest en inspanningstest), kennis van bewegen, gezondheid en training (trainingsprincipes). Het ontwerpen, uitvoeren en evalueren van een persoonlijk trainingsprogramma.
>>>
6. Versterking wiskunde B (4havo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4vmbo-instroomleerlingen met wiskunde B Korte inhoud van de module: De ene helft van elke les wordt besteed aan vaardigheden en de andere helft aan de stof van wiskunde B.
54 | over de brug
10
- 3e klas
7. Versterking tekstverklaren Engels (4havo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4vmbo-instroomleerlingen, leerlingen die zwakker zijn in leesvaardigheid. Korte omschrijving van de module: Het verbeteren van leesvaardigheid. Korte inhoud van de module: Verschillende manieren van aanpak trainen ter verbetering van het maken van (meerkeuze)teksten.
>>>
8. Direct prototyping (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes:1 lesuur per week gedurende een half jaar Doelgroep: 4havo en 4vwo. Het profiel dat je hebt gekozen is niet van belang. Belangrijk is dat je een creatieve opleiding wilt gaan volgen die een relatie heeft met techniek bijvoorbeeld de design academie, de academie van bouwkunst, bouwkunde of (interieur)architectuur. Korte omschrijving van de module: Je gaat je bezighouden met het softwarepakket Rhinoceros. Rhinoceros is een 3D-tekenpakket. Hiermee kun je verschillende kanten op. Je leert eerst om te gaan met de verschillende onderdelen van dit pakket. Rhino wordt voooral gebruikt door ontwerpers (ook in de bouwkunde maar daar wordt veel gebruik gemaakt van het programma Grasshopper) en beeldhouwers. De volgende onderwerpen worden behandeld: Navigatie in de 3D wereld, tekenen in 2D, bewerken in 2D, surfaces, solids en polysurfaces, bewerken in 3D. Korte inhoud van de module: Je gaat aan de slag met het 3D-tekenpakket. Enige voorkennis van technisch tekenen is gewenst maar niet noodzakelijk. Eerst ga je bekijken wat direct prototyping is, hoe je dit kunt doen. Verder ga je bekijken waar direct prototyping al gebruikt wordt. Daarna gaan je zelf aan de slag. Je begint zeer eenvoudig en al snel kun je ingewikkelde 3D-objecten ontwerpen. We gaan na 10 lessen werken met de 3D-freesmachine en met de 3D-printer. De bedoeling is dat iedereen met tenminste twee werkstukken naar huis gaat. Een keer gegraveerd met de cnc-machine en een keer uitgeprint met de 3Dprinter.
55 | over de brug
10
- 3e klas
9. Filosofie (4havo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes:1 lesuur per week gedurende een half jaar Doelgroep: 4havo. Voor deze module heb je geen specifieke voorkennis nodig. Wel is het belangrijk dat je bereid bent naar anderen te luisteren, vragen te stellen, mee te denken en misschien nog wel belangrijker: tegen te denken! Korte omschrijving van de module: In deze module maak je kennis met het oudste schoolvak dat er bestaat: de filosofie. We bespreken een aantal beroemde filosofische problemen en bekijken ook welke oplossingen hiervoor te vinden zijn. Je leert logisch nadenken, onderwerpen van verschillende kanten te bekijken, een mening / standpunt te onderbouwen. Kortom: denklenigheid. Korte inhoud van de module: We zullen met name inzoomen op de volgende vragen: Wat is de mens? (antropologie) Wat is goed? (ethiek) Wat is een rechtvaardige samenleving? (sociale filosofie)
>>>
10. Cambridge English (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 80 Aantal periodes:1 lesuur gedurende driekwart jaar Doelgroep: 4havo en 4vwo Korte omschrijving van de module: Deze module is bedoeld voor leerlingen die graag iets extra willen doen en zich daarmee kunnen onderscheiden van de andere vwo leerlingen. Met name voor leerlingen die internationaal gericht zijn, kan het Cambridge Certificate van grote waarde zijn omdat het een internationaal erkend diploma is. Een voorwaarde is dat je over een goed niveau van het Engels beschikt. Vanwege het beperkt aantal plaatsen wordt een selecterende toets afgenomen. Korte inhoud van de module: In deze module worden de vier vaardigheden geoefend: gespreksvaardigheid, schrijfvaardigheid, luistervaardigheid en leesvaardigheid. Bovendien wordt er aandacht geschonken aan kennis over land en cultuur. Afronding: Examen in december 2015 Deze module kan worden voortgezet op 5vwo
56 | over de brug
10
- 3e klas
11. Versterking tekstverklaren Engels (5vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 5vwo, leerlingen die zwakker zijn in leesvaardigheid. Korte omschrijving van de module: Het verbeteren van leesvaardigheid. Korte inhoud van de module: Verschillende manieren van aanpak trainen ter verbetering van het maken van (meerkeuze)teksten. Afronding:Het zelfstanding maken van een meerkeuzetoets leesvaardigheid.
>>>
12. Versterking wiskunde A (5vwo) Aantal slu’s:40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 5vwo, leerlingen met wiskunde A Korte inhoud van de module: De ene helft van elke les wordt besteed aan vaardigheden en de andere helft aan de stof van wiskunde A.
>>>
13. Versterking wiskunde B (5vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 5vwo, leerlingen met wiskunde B Korte inhoud van de module De ene helft van elke les wordt besteed aan vaardigheden en de andere helft aan de stof van wiskunde B.
>>>
14. Natuurkunde leren leren (5vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes:1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 5vwo Korte omschrijving van de module: De leerlingen leren welke verschillende leervaardigheden zijn kunnen inzetten om het vak Natuurkunde (en aanverwante vakken) op een goede manier eigen te maken.
57 | over de brug
10
- 3e klas
Korte inhoud van de module: Hoe theorie leren, leren waar het echt om gaat (onderscheid maken hoofdzaken en bijzaken), structuur van opgaven leren zien, hoe leren van reeds gemaakte opgaven, hoe parate kennis inzetten; wat moet die kennis dan zijn; grote gehelen leren zien.
>>>
15. Juridische dilemma’s (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4havo, 4vwo Korte omschrijving van de module: In het recht is het zelden zwart-wit, dat maakt het vakgebied juist zo leuk. • Een mobieltje van €400 in een café kopen voor €25 is natuurlijk verdacht. Maar geldt dat ook als hetzelfde mobieltje voor €100 via Marktplaats wordt gekocht? Maakt het juridisch wat uit of de originele verpakking en gebruiksaanwijzing ontbreken? Of als de verkoper een jongetje van tien jaar blijkt te zijn? • Moet je als je aangenomen bent als kassière bij Albert Heijn ook de wc’s schoonmaken? • Maakt het juridisch uit of je een film downloadt of streaming bekijkt? • Mag je slecht passende kleding naar een webshop terugsturen als in de voorwaarden staat dat uitgepakte goederen niet retour mogen? Doel: De module is een kennismaking met het recht. Het kan een oriëntatie zijn op een juridische studie (HBO of Universitair) maar de veel onderwerpen zal iedereen sowieso mee te maken krijgen (koop- of huurovereenkomsten, arbeidscontract etc). Je wordt getraind in weloverwogen beslissen en beargumenteren. Werkvorm van de module: In iedere les zal een juridische actualiteit behandeld worden of wordt een kwestie getoond (bijvoorbeeld van de Rijdende Rechter). Na een korte inleiding in een juridisch vraagstuk zullen we in kleine groepjes gaan voorbereiden op verschillende rollen (eiser/gedaagde/rechter). Relevante wetteksten en arresten zullen ter voorbereiding worden uitgereikt. Ieder onderwerp wordt afgesloten met een zitting waarin alle argumenten worden uitgewisseld en jij als rechter tot een oordeel komt. Er zullen gastsprekers van de universiteit en uit de juridische praktijk gevraagd worden om een paar lessen hun verhaal te vertellen (bijvoorbeeld over Sportrecht). Tevens zullen we de voorwaarden en spelregels van webshops en Marktplaats tegen het licht houden. Er is volop ruimte om eigen interesses van de leerlingen te behandelen Afronding: Iedereen zal een aantal keren een actieve rol moeten laten zien in de zittingen.
58 | over de brug
10
- 3e klas
16. Evolutiepatronen (4havo - 4vwo)
>>>
Aantal slu’s: 20 Aantal periodes: 1 lesuur geduren een kwart jaar Doelgroep: 4 havo - 4 vwo Korte omschrijving van de module: De evolutietheorie is de beste verklaring voor de diversiteit van het leven op aarde. Deze beschrijft het proces waarbij eigenschappen binnen een populatie veranderen. Darwin (1809-1882) wordt beschouwd als de belangrijkste grondlegger van de evolutietheorie. Naast het tot stand komen van het werk tot aan het publiceren ervan, staat de impact die de evolutie nu heeft centraal. Hierbij moet je denken aan het onstaan van resistente bacteriën of het verschijnsel inteelt. Verder komen de diversiteit van het leven en de geschiedenis van het leven op aarde aan bod. Natuurlijk is de wetenschap steeds in ontwikkeling en dat is ook van invloed op de evolutie theorie. Ten slotte is er geen begrip op aarde zo beladen als evolutie. Sinds de publicatie van Darwin’s werk is er een constante discussie gevoerd op allerlei maatschappelijke vlakken.
>>>
17. Grensverleggende wetenschap: kijken voorbij de horizon (5vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal pertiodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 5 vwo Korte omschrijving van de module: Deze module bevat onderwerpen die niet tot de bekende wetenschapsgebieden behoren, maar daar (nog) buiten liggen. Er komen onderzoekers aan bod die vaak ondergewaardeerd of tegengewerkt worden, maar vaak een grote invloed hebben op bepaalde ontwikkelingen. Zo zijn er natuurkundigen die al lang roepen dat de relativiteitstheorie niet klopt en historici die aandacht vragen voor onverklaarde verschijnselen die door de andere historici verzwegen worden. Of journalisten, die zonder te kijken naar hun baan, onafhankelijk de waarheid zoeken. Je wordt gestimuleerd om verder te kijken dan dat wat je in de gewone vakken leert. Je onderzoekende geest wordt geprikkeld.
>>>
18. Elementair boekhouden (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 80 (verdeeld in 40 contacturen en 40 uren zelfstudie) Aantal periodes: de lessen vinden plaats in de tweede helft van het vierde leerjaar en in de eerste helft van het vijfde leerlaar vanwege het afsluitende examen in maart Doelgroep: 4havo, 4vwo. Je hoeft niet per se management en organisatie of zelfs economie in je vakkenpakket te hebben, maar je hebt wel belangstelling voor het vak boekhouden.
59 | over de brug
10
- 3e klas
Waarom deze module? Veruit de meeste opleidingen economie op HBO en universitair niveau beginnen met een boekhoudopleiding. Voorkennis van boekhouden verhoogt aanzienlijk je kansen om het eerste jaar te halen. Daarnaast is een module als deze heel geschikt voor degenen die in het bestuur zitten of willen gaan zitten van bijvoorbeeld een sportvereniging of een grote hobbyclub. Korte omschrijving van de module: Het doel van het leervak elementair boekhouden is het bijbrengen van de basisbeginselen met betrekking tot het vak boekhouden. Te denken valt daarbij aan: - De inventaris - De Balans - Enkelvoudige journaalposten - Kolommenbalans - Dagboeken De verwerking van financiële feiten: - Aan- en verkoop van activa - Inkoopfacturen - Verkoopfacturen - Omzetbelasting - Etcetera De module elementair boekhouden dient als ondersteunend voor het vak management en organisatie te worden gezien. In feite worden de economische begrippen uit het vak management en organisatie boekhoudkundig onderbouwd. Het is echter ook mogelijk, te denken valt daarbij aan 5 vwo, om deze module zonder management en organisatie te volgen. De mogelijkheid bestaat om de module elementair boekhouden af te sluiten met een officieel examen van de Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens. Dit examen zal in principe half maart worden afgenomen. De kosten verbonden aan deelname van dit examen bedragen plm € 80,00. Die kosten moet je wel zelf betalen. Je bent dan in bezit van een diploma op grond waarvan onder andere Nyenrode Business Universiteit het vrijstelling geeft voor het eerste deel van haar boekhoudprogramma! Mocht je meer informatie willen hebben, vraag het aan je leraar economie! Deze module wordt dus voortgezet in het vijfde leerljaar!
>>>
19. Schrijven is schrappen (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4havo, 4vwo Deze module is bedoeld voor leerlingen die graag hun schrijfvaardigheid willen verbeteren en die het leuk vinden om teksten te schrijven.
60 | over de brug
10
- 3e klas
Korte omschrijving: In deze module staat het plezier in het schrijven van teksten centraal. Je leert in deze module kernachtiger schrijven. Om met Bomans te spreken: ‘Schrijven is schrappen; schrijven is wat er overblijft’. Korte inhoud: Tijdens de lessen werk je in groepjes aan deelopdrachten waarin je de diverse facetten van het schrijven van een tekst gaat onderzoeken. Verschillende tekstsoorten komen aan bod: een column, een nieuwsbericht, een recensie, een webtekst. Daarnaast schrijven we minder ernstige teksten als: het betere roddelverhaal, de geloofwaardige 1-aprilgrap en de betere liedtekst. In de lessen krijg je gerichte feedback op je schrijfproducten van docent en medeleerlingen. Jouw teksten ga je op basis van deze feedback herschrijven. Natuurlijk gaan we ook proberen je verhalen gepubliceerd te krijgen: in een krant, de Tresor, op een eigen weblog, of een ander medium. Aantal leerlingen: maximaal 15 Afronding: Je werkt in de les aan deelopdrachten en je schrijft enkele teksten.
>>>
20. Het betere interview (4havo - 4vwo) Aantal slu’s 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4 havo en 4 vwo. Deze module is bedoeld voor leerlingen die zich willen verdiepen in de techniek van het betere interview én die het leuk vinden om iemand het hemd van het lijf te vragen, voor nieuwsgierige leerlingen dus. Korte omschrijving: Je gaat de fijne kneepjes van het interviewen onderzoeken. De ervaring die je in deze module opdoet, kun je mogelijk goed gebruiken bij het verzamelen van informatie voor je profielwerkstuk. Daarnaast is mensen interviewen ook gewoon leuk om te doen. Korte inhoud: In deze lessen gaan we aan de slag met interviewtechnieken. We bekijken eerst hoe bekende tv-interviewers als Mathijs van Nieuwkerk, Twan Huys, Ischa Meijer, Adriaan van Dis en enkele anderen hun interviews aanpakten. Daarna gaan we ons verdiepen in: hoe je een interview voorbereidt, welke soorten vragen er zijn en hoe je op een uitnodigende manier kunt doorvragen. Je oefent in groepjes enkele interviews. We bespreken mogelijkheden om je interview vast te leggen. Ook daarin gaan we uitgebreid oefenen. Je sluit de module af met een interview dat je gaat houden met iemand die je zelf uitkiest. Voor het maken van je interviewverslag kies je zelf een medium (uitgeschreven tekst, een videoverslag, een radioverslag). Aantal leerlingen: maximaal 15 Afronding: het houden van een interview met zelfgekozen persoon. Dat interview leg je schriftelijk (in de vorm van een artikel) of mondeling (in de vorm van een videoverslag) vast. Je wordt beoordeeld op je inzet in de lessen én op het eindproduct dat je inlevert.
61 | over de brug
10
- 3e klas
21. Sociale psychologie: Niets menselijks is ons vreemd (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4 havo, 4vwo Korte omschrijving module: Waarom worden mensen kampbeul? Waarom vinden we het zo belangrijk wat anderen van ons vinden? Durven we echt voor onze eigen mening uit te komen? In deze module wordt aandacht besteed aan deze en anderen vragen die te maken hebben met sociale psychologie en gedragspsychologie. Baanbrekende onderzoeken naar het menselijk gedrag zullen worden besproken. Wat leert dit ons en wat zegt dit over ons? Tijdens de module zullen onderzoekers uit het werkveld komen vertellen over hun onderzoek. Hoe doen zij onderzoek en welke ontdekkingen hebben zij gedaan over ons sociale gedrag?
>>>
22. Tekstbegrip Duits (4 havo - 4 vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal lesuren: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep:4havo en 4vwo leerlingen met een zwak tekstbegrip Duits Korte omschrijving van de module: De vaardigheid om de inhoud van een tekst goed te kunnen begrijpen, beïnvloedt niet alleen het (eindexamen)cijfer voor het vak Duits, maar de hele school-en maatschappelijke carrière. Bij deze module staat het plezier (her)vinden in lezen van Duitse teksten voorop en daardoor zullen de resultaten verbeteren. Korte inhoud van de module: Samen (hardop) denkend teksten benaderen met behulp van leesstrategieën een structurele verrijking van de woordenschat. Op deze manier vragen en antwoorden over de teksten doelgericht leren opsporen in de teksten. Door directe feedback wordt het leesplezier gestimuleerd. Plezier in het analyseren van de teksten leidt tot een andere tekstbenadering van Duitse teksten en uiteindelijk tot goede resultaten voor tekstbegrip.
>>>
23. Ondersteuning grammatica Duits (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal lesuren: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4havo en 4vwo instroomleerlingen met een grammaticaachterstand Korte omschrijving van de module: De basisgrammatica is o.a. noodzakelijk voor het schrijven van een correcte Duitse brief. In deze module wordt de basisgrammatica op structurele wijze aangeboden, uitgelegd en geoefend.
62 | over de brug
10
- 3e klas
Korte inhoud van de module: De grammatica wordt in eenvoudige (basis)overzichten aangeboden en uitgelegd. In bijbehorende oefeningen wordt de grammatica toegepast. Proeftoetsen geven het niveau van de grammaticabeheersing aan. Vrije schrijfopdrachten moeten uiteindelijk leiden tot een goed eindresultaat.
>>>
24. Dele Spaans ERK niveau A2 (4havo - 4vwo - 5vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: Leerlingen die in de onderbouw Spaans hebben gevolgd en dit vak met een voldoende hebben afgesloten. Kort omschrijving van de module: Je kiest voor de module Spaans Dele (Diploma Es-pañol de Lengua Extranjera) Europees Referentie Kader Niveau A2. Dit is een internationaal erkent diploma, vergelijkbaar met Cambridge, Delf Scolaire en Goethe Spaans maakt deel uit van je wereld, maar je bent je er niet altijd bewust van, denk aan muziek, reizen, studies, stage. Je kunt voordeel van de Spaanse taal hebben hebben bij een vervolgstudie, bijvoorbeeld bij de opleiding bedrijf en communicatie, economie en handel, toerisme en recreatie, de hotelschool of misschien wil je tolk-vertaler worden of simultaanvertaler bij de Europese Unie. Spaans is de tweede taal in de Verenigde Naties, bij Internationale Verenigingen, enz. Wil je meer informatie of heb je vragen over deze module? Kom dan gerust even langs bij mw. Suárez en mw. Leyds.
>>>
25. Goethe – Zertifikat B1/B2 (4havo, 4vwo en 5vwo) “Englisch ist ein Muss, Deutsch ein Plus.” Met een internationaal erkend diploma Duits investeer je in jouw toekomst. Aantal slu’s: 80 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende het hele jaar Doelgroep: 4havo, 4vwo en 5 vwo Het profiel dat je hebt gekozen is niet van belang. Deze module is bedoeld voor leerlingen die Duits in het pakket hebben en het leuk vinden een internationaal erkend diploma te halen. De module is zowel bedoeld voor zeer taalvaardige leerlingen als de leerlingen die graag een steuntje in de rug hebben en deze module kunnen gebruiken als versterkingsles. Korte omschrijving van de module: Het Goethe – Zertifikat is een internationaal erkend diploma dat is gebaseerd op het ERK, het Europees Referentiekader voor de talen. Dit ERK geeft precieze aanwijzingen over de te bereiken niveaus, onderwerpen en tekstsoorten
63 | over de brug
10
- 3e klas
Het grote verschil met onze eigen examens: deze zijn helemaal in het Duits en er mag geen woordenboek worden gebruikt. Daarom zullen we ook tijdens de lessen alleen maar in het Duits communiceren. We gebruiken hiervoor speciaal ontwikkeld materiaal. Korte inhoud van de module: In deze module worden de vier vaardigheden geoefend: gespreksvaardigheid (Sprechfertigkeit), schrijfvaardigheid (Schreibfertigkeit), luistervaardigheid (Hörfertigkeit) en leesvaardigheid (Lesefertigkeit). Afronding: De afronding vindt plaats in juni. Dan worden er op verschillende plaatsen in Nederland examens afgenomen door speciaal daarvoor opgeleide docenten. Deze examens worden georganiseerd door het Goethe Institut. Leerlingen die gemiddeld over de vier toetsen een score van 50% of meer halen, krijgen een diploma. Voorafgaand aan de examens zal de docent bepalen op welk niveau het best examen gedaan kan worden.
>>>
26. Dutch Design Cultuur (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4havo, 4vwo; voor leerlingen met interesse in toegepaste vormgeving en die van vormgevers willen leren hoe je flexibel en oplossingsgericht kunt denken. Korte omschrijving van de module: Design ofwel toegepaste vormgeving is een belangrijk onderdeel van de creatieve industrie in Nederland. Internationaal is het Dutch Design een begrip geworden. Vindingrijkheid past in de Nederlandse cultuur. Door de eeuwen heen zijn Nederlanders altijd op zoek geweest naar nieuwe en originele oplossingen in de vormgeving van allerlei producten. Bij toegepaste vormgeving kun je denken aan fotografische en grafische vormgeving (van reclamefotografie tot informatievormgeving, bijv. op Schiphol), producten (van smart-phone tot auto), interieurs (van binnenhuisarchitectuur tot winkelconcepten, bijv. van de Hema), gebouwen, audiovisuele en computervormgeving (gamedesign; videoclips), merken (branddesign) en mode. Bij het kunstvak beeldend als examenvak in de bovenbouw, leer je over creatieve ontwerpprocessen in de beeldende kunst en vormgeving door zelf dingen te maken. Als aanvulling op het kunstvak in de bovenbouw, dus beslist niet ter vervanging, gaan we in deze module goed leren kijken naar design en op basis daarvan analyseren wat de ontwerpers hebben bedacht als vormgevingsoplossing voor een probleem of opdracht. Op die manier leren we van de ideeën en oplossingen die door belangrijke Nederlandse vormgevers zijn bedacht en denken we na over de rol van vormgeving in de huidige maatschappij en de toekomst.
64 | over de brug
10
- 3e klas
We kijken naar het werk van belangrijke vormgevers ofwel ‘Dutch Designers’. Onderdeel van deze module is ook een bezoek aan de Dutch Design Week in Eindhoven. Verdrer voeren we gesprekken met vormgevers. Daarnast vormt de analyse van opdrachten gericht op design een belangrijk onderdeel: de rol van de opdrachtgever, de markt van vraag en aanbod en ook het creëren van nieuwe vraag door nieuwe concepten en producten (design-thinking), innovaties in materiaal en techniek, de rol van vormgeving in de maatschappij. Bovendien besteden we aandaacht aan het presenteren van de producten op een duidelijke manier voor anderen in de school. Daar waar mogelijk zullen we ook vormgevingsopdrachten in de school betrekken bij deze module en mag je als leerling advies geven over presentaties e.d. vanwege de kennis die je in deze module opgedaan hebt. De module kan als losse module gekozen worden, maar is bovendien erg interessant als aanvulling op het kunstvak en ckv. Het is dus geen vervanging van het kunstvak als examenvak, omdat we vooral gaan kijken en discussiëren over vormgeving maar zelf niet actief creatieve processen leren ontwikkelen. Indien je voor een vervolgopleiding gericht op vormgeving zou willen kiezen, is het raadzaam om het kunstvak beeldend te kiezen omdat je daarbij goed leert te ontwerpen en je zo een portfolio kunt ontwikkelen van je eigen werk dat je nodig hebt voor een eventuele aanmelding. 27. Cryptologie (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half jaar Doelgroep: 4havo en 4vwo met interesse in wiskunde en bereidheid tot actieve deelname. Korte omschrijving van de module: Cryptologie is de wetenschap die zich bezighoudt met het maken en breken van geheimschrift. Dat kan belangrijk zijn wanneer je een geheime boodschap aan je geliefde wilt sturen, een nieuw aanvalsplan aan je leger wilt doorgeven of met iDeal op internet wilt betalen. In deze module komen verschillende manieren aan bod die in de loop der tijden gebruikt zijn om berichten geheim te maken. Verder wordt aandacht besteed aan het ontcijferen van gecodeerde berichten zonder dat je de manier van coderen kent. Welke mogelijkheden heb je om een code te breken? Welke codes zijn makkelijk of juist moeilijk te breken? Om de hedendaagse manier van versleuteling van informatie beter te doorzien is het noodzakelijk je wiskundekennis uit te breiden met wat getaltheorie, zoals modulo rekenen en priemfactorisatie.
65 | over de brug
10
- 3e klas
28. Maak jezelf beter! Regeneratieve geneeskunde (5vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende 2de helft van het schooljaar Doelgroep: 5vwo leerlingen met biologie in het pakket Korte omschrijving van de module: Regeneratieve geneeskunde helpt het lichaam zichzelf te herstellen. Als er in ons lichaam iets kapot gaat, hebben we een probleem. Sommige onderdelen zijn te vervangen, maar zo goed als het origineel wordt het nooit meer. Bij de salamander is dat wel anders. Daar groeit een geamputeerd stukje staart of een afgebeten pootje zo weer aan. Dat willen wij ook! Het is de grote drijfveer van de regeneratieve geneeskunde: schade herstellen door de kracht van het lichaam te gebruiken, zodat het -letterlijk- weer zo goed als nieuw is. Regeneratieve geneeskunde is het herstel van beschadigde weefsels en organen met behulp van levende cellen. Dat kan via een injectie van stamcellen of met het implanteren van in het lab ‘gekweekt’ weefsel. We gaan aan de hand van het interactieve iBook ‘Zo goed als nieuw’ kijken hoever we al zijn met het herstel van weefsel, hart, bot, kraakbeen en vaten. Denk aan hartkleppen uit de bioreactor, bot uit de bioprinter en kweekaders. 29. Bridge (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 20 Aantal periodes: 2 periodes Doelgroep: leerlingen 4havo en 4vwo Korte omschrijving van de module: Bridge staat bekend als de koning onder het kaartspelen. Samen met schaken en dammen behoort het spel tot de zogenaamde ‘denksporten’. Een eervolle benaming natuurlijk maar daarmee heeft het wel het etiket ‘moeilijk’ opgeplakt gekregen. Dit is slechts ten dele waar. Bridge is een spannend en boeiend kaartspel waaraan je veel plezier kunt beleven. Bij bridge speel je samen met je partner die tegenover je zit tegen twee tegenstanders. Je ontmoet verschillende tegenstanders. Samen met je partner moet je goede afspraken maken om een goede ‘bridge’ te slaan. Op elk spel probeer je met je partner meer slagen te maken dan de tegenstanders. Dit doe je door te anticiperen op de ontwikkelingen tijdens het spel. Dit klinkt moeilijker dan het in werkelijkheid is. Want iedereen kan bridge leren. Elk spel duurt ongeveer tien minuten.
66 | over de brug
10
- 3e klas
Omdat je steeds tegen andere paren speelt, is bridge een sociale sport. Je ontmoet veel verschillende mensen en je kunt het overal en tegen iedereen spelen. De spelregels zijn wereldwijd hetzelfde. We gaan bridge leren ‘met de kaarten in de hand’. Leren is doen. We leren je de eerste beginselen van het bridge in de module. Als het je bevalt kun je verder spelen bij een club. Ook studentenverenigingen hebben bridgeafdelingen. 30. Technisch Duiken op de Noordzee (4havo - 4vwo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half schooljaar Doelgroep: TOM-leerlingen. Het is een voordeel als je het vak natuurkunde hebt. Zo niet, dan hoeft dat geen drempel te zijn, maar heb je soms net even iets meer uitleg nodg. Omschrijving van de module: Misschien wist je het nog niet, maar meneer Joosten is een zeer gedreven wrakduiker. Hij werkte zes jaar als Nederlandse Onderwatersport Bond Instructeur bij de K.U.B. Hij duikt veel op de Noordzee naar oude scheepswrakken en kan er eindeloos over vertellen. Hij weet ook veel van de techniek die er bij komt kijken om veilig naar dit soort wrakken te gaan. Het technisch duiken kun je uiteenrafelen in drie disciplines: biologie, natuurkunde en psychologie. Biologie: Wat komt er bij kijken als je een menselijk lichaam onder een druk zet van 6 Bar (toxicologie). Het draagt bij aan de bewustwording over het onderwaterbiotoop ‘Noordzee’; denk aan de gevolgen van overbevissing bijvoorbeeld. Natuurkunde: Welke gassen kun je of moet je gebruiken om te duiken op dieptes tussen de 40 en 120 meter. Met welke natuurkundige wetmatigheden moeten we rekening houden. Wat verstaan we natuurkundig gezien onder decompressie. Psychologie: Welke verschijnselen treden er op als mensen onder druk komen te staan; zowel letterlijk als figuurlijk. Stress en prestatie tijdens het duiken.
67 | over de brug
10
- 3e klas
Korte inhoud van de module: 1. Geschiedenis van het Duiken: De Aqualong van Coustau 2. Ademen van gas onder druk, gasuitwisseling 3. Narcose 4. Complicaties van zuurstof, stikstof en helium 5. Nitrox , Tri-mix en andere mengselgassen 6. Decompressieziekte: The mysterious malady 7. Decompressieziekten verder belicht 8. Duikongevallen en preventie 9. Wrakken uit W.O. I voor de Nederlandse kust. Live Bait Squadron 10. Duik de Noordzee schoon Er is een facultatieve slotles. Dit is een introductiecursus duiken in zwembad de Drieburght i.s.m. duikshop De Aalscholvers. Dit is een buitenschoolse activiteit en de kosten hiervoor bedragen € 25,00. De activiteit kan doorgaan als er minimaal 10 personen deelnemen. 31. Matthäus Passion van een praktische kant bekeken (4havo en v4wo) Aantal slu’s: 40 Aantal periodes: 1 lesuur gedurende een half schooljaar Doelgroep: leerlingen 4havo en 4 vwo In dienst van de Nederlandse Bachvereniging (www.bachvereniging.nl) heeft meneer Joosten 15 jaar lang in totaal 106 concerten in veel landen van Europa, de Matthäus Passion uitgevoerd. Daarnaast heeft hij een cd opgenomen met Ton Koopman en enkele jaren later nog een cd met Jos Van Veldhoven. Hij heeft gezongen met vermaarde Bach-interpreten zoals: Philippe Herrewege, Ton Koopman, Gustav Leonard, Frans Brüggen en Paul McCreesh. Hij heeft hen van dichtbij meegemaakt en veel geleerd van hun interpretaties van het verhaal en de muziek. Korte inhoud van de module: Aan de hand van muziekvoorbeelden en Duitse vertaling wordt verteld wat belangrijk is om te horen in het stuk en wat verrassend is. Zaken die in de lessen aan de orde komen: • Ontstaansgeschiedenis, aan de hand van de Köthener Trauer Musik. • Tekstuitbeelding in de Matthäus Passion en retorica: hoe wordt de Duitse tekst omgezet in muziek en op wat voor manier benadrukt de muziek deze tekst. • Uitvoeringspraktijk met originele muziekinstrumenten. • Belang van de Matthäus Passion voor Bach en een stukje getallenleer. • Uitgebreide analyse van de belangrijkste recitatieven en aria’s. • Vergelijking Matthäus Passion en Johannes Passion. De slotles het bijwonen van een repetitie van de Matthäus Passion van de Bachvereniging in Tilburg voor het concert. Dit is een buitenschoolse activiteit. Er zijn geen kosten aan verbonden.
68 | over de brug
B 10
- 3e klas
BIJLAGE V erv olg t ra j ec t O S B (O riënt at ie op St u d ie en B eroep) I n d e d er d e k la s m a ke n w e i n de l oop v an he t jaar e e n k e us v o o r h a v o o f v w o e n een profiel. Deze keuzes zetten het spoor u i t n a a r e e n t o e k o mstige vervolgopleiding. Omdat het steeds b e l a n g r i j k e r w o r d t dat je straks een goede studiekeus maakt g a a n w e i n d e b o v e nbouw verder met allerlei activiteiten op h et g eb i ed v a n O S B. O p de l aat st e pagi na z i e je i n é é n oogop s l a g p e r j a a r l a a g w elke activiteiten er worden georganiseerd i n d e b o v e n b o u w o m je te helpen bij het maken van een goede s t u d i ek eu z e. S u c c es daarme e !