ARRANGEMENTKAART maart 2013 Sociaal-emotioneel VSO- AFDELING Standaarden VSO Leeftijd à Gevorderd Voldoende Minimum
25% 75% 90%
13
14
15
16
17
18
19
10 7 3
10 7 4
11 8 4
11 8 4
11 9 5
12 9 5
12 10 5
Arrangementen dagbesteding VSO Oriëntatiefase Leerjaar 1 (de leerling wordt Leerjaar 2, 13 jaar) 14 Jaar
Leeftijd à Verdiept Basis Intensief
% % %
5-6 3-4 1-2
6 4 2
Verdiepingsfase
Integratiefase
Leerjaar 3, 15 Jaar
Leerjaar 4, 16 jaar
Leerjaar 5, 17 jaar
Leerjaar 6, 18 jaar
Leerjaar 7, 19 Jaar
6-7 4-5 2-3
7 5 3
7-8 5-6 3-4
8 6 4
8-9 6-7 4-5
Leerjaar 8, 20 jaar 9 7 5
Arrangementen arbeid VSO Oriëntatiefase Leerjaar 1 (de leerling wordt Leerjaar 2, 13 jaar) 14 Jaar
Leeftijd à Verdiept Basis Intensief
% % %
9 7-8 5-6
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
9 8 6
Verdiepingsfase
Integratiefase
Leerjaar 3, 15 Jaar
Leerjaar 4, 16 jaar
Leerjaar 5, 17 jaar
Leerjaar 6, 18 jaar
Leerjaar 7, 19 Jaar
10 8-9 6-7
10 9 7
11 9-10 7-8
11 10 8
12 10-11 8-9
Leerjaar 8, 20 jaar 12 11 9
Leerjaar 1 en 2 arbeid oriëntatiefase Standaarden VSO Leeftijd à Gevorderd Voldoende Minimum
25% 75% 90%
13
14
15
16
17
18
19
10 7 3
10 7 4
11 8 4
11 8 4
11 9 5
12 9 5
12 10 5
LEERJAAR 1 en 2 Standaard (minimum beheersingsniveau aan het einde van dit jaar)
Streefniveau en Aanbod
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Aantal belangrijke doelen uit deze fase
Methodes en materialen Welke materialen, leerstof, middelen zet ik in?
Aanpak/methodiek (hoe) Hoe geef ik instructie en begeleiding?
Leertijd Hoeveel lestijd staat voor dit vak op het rooster?
Evaluatie Hoe, waarmee. Resultaat.
LEERJAAR 1 en 2
Verdiept arrangementBasisarrangement + extra
8
9
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 9 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Durft zichzelf te laten zien in een onbekende situatie (loopt zeker een winkel in, kijkt caissière aan) Maakt een ander aan het lachen Stelt zich voor aan een groep (onbekende) mensen 1.2 Houdt bij het kiezen rekening met de voorkeuren van een ander (cadeautje kopen, taken verdelen) Legt een onbekende zijn keuze uit (ik koop toch maar niets, omdat) 1.3 Komt voor zichzelf op wanneer hij onjuist behandeld wordt 1.4 Gaat adequaat om met gevoelens van verliefdheid, gevoelens van verlies, rouw, nervositeit en onrust. 2.1 Stelt een wedervraag om ervaringen te delen (en hoe vond jij het schoolfeest?) Vertelt wat hij die week op school heeft gedaan 2.2 Houdt rekening met de voorkeur van een ander Geeft een complimentje over een handeling of gedrag (dat heb je goed gedaan) Reageert op een complimentje Komt voor een leerling op die wordt gepest 2.3 Benoemt de oorzaak en het gevolg van eigen (agressief) gedrag Vermijdt gedragingen die bij anderen boze reacties oproepen Benoemt verschillende oorzaken en oplossingen bij ruzie
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
LEERJAAR 1 en 2
Basisarrangement
7
7-8
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 7 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Stelt zichzelf netjes voor in een onbekende omgeving (andere klas) Neemt beleefd afscheid van anderen door te groeten en/of een hand te geven (is niet zomaar verdwenen) 1.2 Houdt bij samen kiezen rekening met de voorkeur van een ander (traktatie, spelmaterialen) 1.3 Zegt het de ander als diegene onaardig doet 1.4 Geeft adequaat aan dat hij zich wel of niet prettig voelt (vertelt het,blijft rustig) 2.1 Legt zijn gevoel richting een ander uit (ik vind jou lief, omdat je me helpt, ik ben boos, omdat) 2.2 Zegt als een medeleerling wordt overgeslagen (hij heeft nog niets gehad) 2.3 Vertelt waarom een ander boos op hem is bij het vertonen van ongewenst gedrag Niveau 8 1.1 Legt een ander uit waarom hij ‘nee’ zegt (met oogcontact) Benoemt een goede eigenschap van zichzelf (kan goed voetballen, vrolijk) 1.2 Schat in welke keuze een bekende zal maken (Jim kiest een bal, hij houdt van voetbal) 1.3 Vertelt de reden als hij een voorstel van een medeleerling afslaat (ik heb er geen zin in, ik vind dat spel te moeilijk/ niet leuk) 1.4 Toont verschil in omgang met familie, vrienden, kennissen, collega’s en vreemden (aanspreektoon, vertrouwen) 2.1 Schat juist in of een ander een
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
LEERJAAR 1 en 2
Intensief arrangement Basisarrangement + extra aanbod
5
5-6
Niveau 5 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Maakt oogcontact als hij een ander iets vertelt 1.2 Beseft dat een keuze definitief kan zijn 1.3 Vertelt of hij een activiteit alleen of samen wil doen en met wie 2.1 Vraagt een bekende naar zijn gevoelens (waarom huil je?) 2.2 Geeft een complimentje over het uiterlijk of een werkje (mooie jas, mooie tekening) 2.3 Uit zijn boosheid zonder anderen fysiek pijn te doen Niveau 6 1.1 Stelt zichzelf voor in een bekende omgeving (ik ben Wouter Smit/ 2.1 geeft een hand, maakt oogcontact) Vertelt over iets dat hij heeft 1.2 beleefd en hoe hij zich daarbij Vertelt dat hij een andere keuze wilvoelde (ik zag een spin en was maken dan een ander (hij wil naar bang) buiten, ik niet) 2.2 1.3 Nodigt een vriendje uit om Zegt het als hij wordt overgeslagen mee te doen of als iets dat beloofd is vergeten Deelt uit zichzelf iets met een wordt ander (schuift op, deelt iets 1.4 lekkers) Verplaatst zich in de gevoelens van 2.3 een ander (toont medeleven, lacht Benoemt manieren om rustig te mee, troost) blijven als hij boos is (diep ademhalen, weglopen)
Leerjaar 3 en 4 verdiepingsfase
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
Standaarden VSO Leeftijd à Gevorderd Voldoende Minimum
25% 75% 90%
13
14
15
16
17
18
19
10 7 3
10 7 4
11 8 4
11 8 4
11 9 5
12 9 5
12 10 5
LEERJAAR 3 en 4 Standaard (minimum beheersingsniveau aan het einde van dit jaar)
Streefniveau en Aanbod
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Aantal belangrijke doelen uit deze fase
Methodes en materialen Welke materialen, leerstof, middelen zet ik in?
Aanpak/methodiek (hoe) Hoe geef ik instructie en begeleiding?
Leertijd Hoeveel lestijd staat voor dit vak op het rooster?
Evaluatie Hoe, waarmee. Resultaat.
LEERJAAR 3 en 4
Verdiept arrangementBasisarrangement + extra
9
10
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 10 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Vertelt in een gesprek met leerkracht of baas aan welke werkzaamheden hij graag wil doen Vertelt in het gesprek met een (nieuwe) baas wat hij goed kan en wat hij moeilijk vindt Kleedt en verzorgt zich extra netjes bij een eerste stagegesprek 1.2 Legt zijn keuze uit aan een groep Noemt positieve en negatieve punten bij het maken van een moeilijke keuze (stageplaats kiezen) 1.3 Zegt dat hij het eens/ niet eens is met de mening van een ander in groepsverband zonder motivatie Komt voor zichzelf op in een relatie of verkering 1.4 Vertrouwt de juiste mensen: luistert naar degenen die anderen als betrouwbaar aanwijzen Vertelt waarom hij eerlijk moet zijn Is eerlijk in situaties waarin dit moet Gaat adequaat om met gevoelens van eenzaamheid (praat erover, zoekt gezelschap) Gaat adequaat om met gevoelens van haat (erkent haatgevoelens en reageert agressie op andere manier af) 2.1 Maakt onderscheid tussen wat hij aan bekenden en onbekenden vertelt Vertelt gedetailleerd over ervaringen die hij op zijn stage opdoet (bij mij gebruiken we een bladblazer) 2.2 Helpt uit zichzelf iemand die iets minder leuks moet doen Biedt zijn excuses aan als hij een geheim heeft verklapt 2.3 Toont begrip voor de gevoelens van een ander bij ruzie Vertelt bij navraag welk aandeel hij heeft gehad bij onenigheid Sluit een compromis
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
LEERJAAR 3 en 4
Basisarrangement
8
8-9
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 8 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Benoemt een goede eigenschap van zichzelf (kan goed voetballen, vrolijk) 1.3 Vertelt de reden als hij een voorstel van een medeleerling afslaat (ik heb er geen zin in, ik vind dat spel te moeilijk/ niet leuk) Benoemt dat hij iets per ongeluk heeft gedaan 1.4 Toont verschil in omgang met familie, vrienden, kennissen, collega’s en vreemden (aanspreektoon, vertrouwen) 2.1 Schat juist in of een ander een situatie grappig vindt of niet 2.2 Vraagt een bekende naar zijn wensen (wat wil jij doen?) Betrekt een leerling die alleen is 2.3 Corrigeert zijn gedrag als hij weet dat hij ongewenst gedrag vertoont (houdt op met mopperen)
Niveau 9 1.1 Stelt zich voor aan een groep (onbekende) mensen 1.2 Houdt bij het kiezen rekening met de voorkeuren van een ander (cadeautje kopen, taken verdelen) Legt een onbekende zijn keuze uit (ik koop toch maar niets, omdat) 1.3 Geeft een motivatie voor zijn mening in een één op één gesprek (ik vind kamperen leuk omdat het buiten is) 1.4 Gaat adequaat om met gevoelens van verliefdheid, gevoelens van verlies, rouw, nervositeit en onrust. 2.1 Vertelt wat hij die week op school heeft gedaan 2.2 Reageert op een complimentje Komt voor een leerling op die wordt
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
LEERJAAR 3 en 4
Intensief arrangement Basisarrangement + extra aanbod
6
6-7
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 6 Vreedzame school Coaching door een volwassene 1.1 Beste Burgers naar zelfredzaamheid in alle leef Doet een voorstel aan een millieus. Positieve bekrachtiging medeleerling voor een gezamenlijke Concrete, procesgerichte feedback activiteit (gericht op inzicht en op weg naar Durft zichzelf te laten zien in een zelfstandigheid) aanspreken op bekende situatie (komt zeker de klas verantwoordelijkheden inlopen, kijkt niet weg) Mentor als centraal aanspreekpunt. Stelt zichzelf voor in een bekende Visuele ondersteuning omgeving (ik ben Wouter Smit/ geeft (bijvoorbeeld stappenplan) een hand, maakt oogcontact) verlengde instructie (helpen bij de 1.2 juiste oplossingsstrategie, extra Vertelt dat hij een andere keuze wil ophalen van voorkennis, uitvragen maken dan een ander (hij wil naar van zojuist gegeven instructie, buiten, ik niet) directe instructie, preteaching, 2.1 reteaching) Vertelt van welke specifieke situaties Feedback op uitvoering van hij boos, verdrietig of bang wordt opdrachten (bang voor een hond, verdrietig omdat papa niet thuis is) Vertelt over iets dat hij heeft beleefd en hoe hij zich daarbij voelde (ik zag een spin en was bang) 2.2 Niveau 7 Kent meerdere manieren om iemand 1.1 te troosten (stil maar, arm omslaan, Neemt beleefd afscheid van zakdoek halen) anderen door te groeten en/of Nodigt een vriendje uit om mee te een hand te geven (is niet doen zomaar verdwenen) Deelt uit zichzelf iets met een ander geven (ik vind voetbal stom) (schuift op, deelt iets lekkers) Zegt het de ander als diegene 2.3 onaardig doet Benoemt manieren om rustig te 1.3 blijven als hij boos is (diep Komt voor zijn mening uit in ademhalen, weglopen) een één op één gesprek Biedt zijn excuses aan (met zonder een reden te oogcontact) en past zijn gedrag 1.4 daarna aan Geeft adequaat aan dat hij zich wel of niet prettig voelt (vertelt het,blijft rustig) 2.2 Zegt als een medeleerling wordt overgeslagen (hij heeft nog niets gehad)
CITO ZML kaart
Leerjaar 5 en 6 integratiefase Standaarden VSO Leeftijd à Gevorderd Voldoende Minimum
25% 75% 90%
13
14
15
16
17
18
19
10 7 3
10 7 4
11 8 4
11 8 4
11 9 5
12 9 5
12 10 5
LEERJAAR 5 en 6 Standaard (minimum beheersingsniveau aan het einde van dit jaar)
Streefniveau en Aanbod
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Aantal belangrijke doelen uit deze fase
Methodes en materialen Welke materialen, leerstof, middelen zet ik in?
Aanpak/methodiek (hoe) Hoe geef ik instructie en begeleiding?
Leertijd Hoeveel lestijd staat voor dit vak op het rooster?
Evaluatie Hoe, waarmee. Resultaat.
LEERJAAR 5 en 6
Verdiept arrangementBasisarrangement + extra
10
11
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 11 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Stelt zichzelf op zijn stageplaats netjes voor aan collega’s op de werkvloer Geeft aan zijn collega’s aan welke werkzaamheden hij graag wil doen 1.2 Legt een ander uit waarom hij op een keuze wil terugkomen 1.3 Maakt op zijn stageplaats zijn eigen mening duidelijk en geeft een motivatie voor zijn mening Herkent of een ander iets expres of per ongeluk heeft gedaan Vertelt rustig dat hij onterecht wordt beschuldigd 1.4 Praat met een vertrouwd iemand over zijn seksuele gevoelens Gaat adequaat om met gevoelens van schaamte 2.1 Deelt met een ander ervaringen met een moeilijke situatie (ik weet niet wat ik moet doen als) Helpt een ander om te vertellen wat er is gebeurd (stelt vragen) Praat met medecollega’s over zijn sociale leven 2.3 Vermijdt tijdig situaties die frustratie bij hem oproepen Schat juist in wanneer hij zich beter niet met een ruzie van anderen kan bemoeien
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
LEERJAAR 5 en 6
Basisarrangement
9
9-10
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 9 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Durft zichzelf te laten zien in een onbekende situatie (loopt zeker een winkel in, kijkt caissière aan) Stelt zich voor aan een groep (onbekende) mensen 1.3 Komt voor zichzelf op wanneer hij onjuist behandeld wordt 2.2 Geeft een complimentje over een handeling of gedrag (dat heb je goed gedaan) Reageert op een complimentje Komt voor een leerling op die wordt gepest 2.3 Benoemt de oorzaak en het gevolg van eigen (agressief) gedrag Niveau 10 1.1 Vertelt in een gesprek met leerkracht of baas aan welke werkzaamheden hij graag wil doen 1.2 Legt zijn keuze uit aan een groep Noemt positieve en negatieve punten bij het maken van een moeilijke keuze (stageplaats kiezen) 1.3 Zegt dat hij het eens/ niet eens is met de mening van een ander in groepsverband zonder motivatie Komt voor zichzelf op in een relatie of verkering 1.4 Vertrouwt de juiste mensen: luistert naar degenen die anderen als betrouwbaar aanwijzen Is eerlijk in situaties waarin dit moet Gaat adequaat om met gevoelens van haat (erkent haatgevoelens en reageert agressie op andere manier af) 2.1 Maakt onderscheid tussen wat hij aan bekenden en onbekenden vertelt Vertelt gedetailleerd over ervaringen die hij op zijn stage opdoet (bij mij gebruiken we een bladblazer) 2.3 Vertelt bij navraag welk aandeel hij heeft gehad bij onenigheid
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
LEERJAAR 5 en 6
Intensief arrangement Basisarrangement + extra aanbod
7
7-8
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 7 Vreedzame school Coaching door een volwassene 1.1 Beste Burgers naar zelfredzaamheid in alle leef Stelt zichzelf netjes voor in een millieus. Positieve bekrachtiging onbekende omgeving (andere klas) Concrete, procesgerichte feedback Neemt beleefd afscheid van anderen (gericht op inzicht en op weg naar door te groeten en/of een hand te zelfstandigheid) aanspreken op geven (is niet zomaar verdwenen) verantwoordelijkheden 1.2 Mentor als centraal aanspreekpunt. Houdt bij samen kiezen rekening Visuele ondersteuning met de voorkeur van een ander (bijvoorbeeld stappenplan) (traktatie, spelmaterialen) verlengde instructie (helpen bij de 1.3 juiste oplossingsstrategie, extra Komt voor zijn mening uit in een ophalen van voorkennis, uitvragen één op één gesprek zonder een van zojuist gegeven instructie, reden te geven (ik vind voetbal Niveau 8 directe instructie, preteaching, stom) 1.4 reteaching) 1.4 Toont verschil in omgang met Feedback op uitvoering van Vertelt wat liegen en eerlijk zijn is familie, vrienden, kennissen, opdrachten 2.1 collega’s en vreemden Deelt een soortgelijke ervaring met (aanspreektoon, vertrouwen) anderen (ik ben daar ook wel eens 2.1 geweest) Schat juist in of een ander een 2.3 situatie grappig vindt of niet Vertoont spijt en maakt het goed Vraagt een ander naar een met een ander (buiten)schoolse ervaring (hoe Vertelt na een ruzie waarom hij iets was het in de dierentuin?) heeft gedaan 2.2 Komt voor een ander op (hij Niveau 8 heeft het niet gedaan, hij heeft 1.1 gelijk) Legt een ander uit waarom hij ‘nee’ Trekt zich terug (accepteert) zegt (met oogcontact) als een ander met rust gelaten Benoemt een goede eigenschap van wil worden of geen hulp wil zichzelf (kan goed voetballen, Vraagt een bekende naar zijn vrolijk) wensen (wat wil jij doen?) Benoemt een goede eigenschap van 2.3 een ander Corrigeert zijn gedrag als hij 1.2 weet dat hij ongewenst gedrag Legt een bekende zijn keuze uit (ik vertoont (houdt op met ga liever niet, omdat) mopperen) 1.3 Benoemt dat hij iets per ongeluk heeft gedaan
CITO ZML kaart
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Leerjaar 7 en 8 integratiefase - uitstroom Standaarden VSO Leeftijd à Gevorderd Voldoende Minimum
25% 75% 90%
13
14
15
16
17
18
19
10 7 3
10 7 4
11 8 4
11 8 4
11 9 5
12 9 5
12 10 5
LEERJAAR 7 en 8 Standaard (minimum beheersingsniveau aan het einde van dit jaar)
Verdiept arrangementBasisarrangement + extra
11
Streefniveau en Aanbod
12
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Aantal belangrijke doelen uit deze fase
Methodes en materialen Welke materialen, leerstof, middelen zet ik in?
Niveau 12 Vreedzame school 1.3 Beste Burgers Spreekt een ander er op aan als deze zich niet aan de afspraak houdt zonder ruzie te maken Komt op voor zijn mening terwijl de meerderheid een andere mening heeft 1.4 Toont respect voor de gevoelens van een ander Gaat adequaat om met gevoelens van schuld en spijt (probeert recht te zetten, accepteert situatie waaraan niets te veranderen is) 2.1 Vraagt gericht naar hoe een ander zou handelen in een meegemaakte situatie (wat zou jij doen?)
Aanpak/methodiek (hoe) Hoe geef ik instructie en begeleiding?
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
Leertijd Hoeveel lestijd staat voor dit vak op het rooster?
Evaluatie Hoe, waarmee. Resultaat.
LEERJAAR 7 en 8
Basisarrangement
10
10-11
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
Niveau 10 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Vertelt in een gesprek met leerkracht of baas aan welke werkzaamheden hij graag wil doen Vertelt in het gesprek met een (nieuwe) baas wat hij goed kan en wat hij moeilijk vindt Kleedt en verzorgt zich extra netjes bij een eerste stagegesprek 1.2 Legt zijn keuze uit aan een groep Noemt positieve en negatieve punten bij het maken van een moeilijke keuze (stageplaats kiezen) 1.4 Vertrouwt de juiste mensen: luistert naar degenen die anderen als betrouwbaar aanwijzen 2.1 Maakt onderscheid tussen wat hij aan bekenden en onbekenden vertelt 2.2 Helpt uit zichzelf iemand die iets minder leuks moet doen Biedt zijn excuses aan als hij een geheim heeft verklapt 2.3 Vertelt bij navraag welk aandeel hij heeft gehad bij onenigheid Benoemt vormen van hulp bij ruzie tussen anderen (voorstel doen, zeggen wie gelijk heeft, een derde erbij halen Niveau 11 1.1 Stelt zichzelf op zijn stageplaats netjes voor aan collega’s op de werkvloer Geeft aan zijn collega’s aan welke werkzaamheden hij graag wil doen 1.3 Herkent of een ander iets expres of per ongeluk heeft gedaan Vertelt rustig dat hij onterecht wordt beschuldigd 1.4 Praat met een vertrouwd iemand over zijn seksuele gevoelens 2.1 Helpt een ander om te vertellen wat er is gebeurd (stelt vragen) Praat met medecollega’s over zijn sociale leven 2.3
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
LEERJAAR 7 en 8
Intensief arrangement Basisarrangement + extra aanbod
8
8-9
Niveau 8 Vreedzame school 1.1 Beste Burgers Benoemt een goede eigenschap van zichzelf (kan goed voetballen, vrolijk) 1.2 Legt een bekende zijn keuze uit (ik ga liever niet, omdat) 1.3 Benoemt dat hij iets per ongeluk heeft gedaan 1.4 Toont verschil in omgang met familie, vrienden, kennissen, collega’s en vreemden (aanspreektoon, vertrouwen) 2.3 Verzint een oplossing bij ruzie Corrigeert zijn gedrag als hij weet dat hij ongewenst gedrag vertoont (houdt op met mopperen) Niveau 9 1.1 Oppert een idee aan onbekenden (leerlingen uit andere klas) Stelt zich voor aan een groep (onbekende) mensen 1.2 Houdt bij het kiezen rekening met de voorkeuren van een ander (cadeautje kopen, taken verdelen) 1.3 Komt voor zichzelf op wanneer hij onjuist behandeld wordt Geeft een motivatie voor zijn mening in een één op één gesprek (ik vind kamperen leuk omdat het buiten is) 1.4 Gaat adequaat om met gevoelens van verliefdheid, gevoelens van verlies, rouw, nervositeit en onrust.
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel
2.2 Houdt rekening met de voorkeur van een ander Geeft een complimentje over een handeling of gedrag (dat heb je goed gedaan) Reageert op een complimentje Komt voor een leerling op die wordt gepest 2.3 Benoemt de oorzaak en het gevolg van eigen (agressief) gedrag Vermijdt gedragingen die bij anderen boze reacties oproepen Benoemt verschillende oorzaken en oplossingen bij ruzie
Coaching door een volwassene naar zelfredzaamheid in alle leef millieus. Positieve bekrachtiging Concrete, procesgerichte feedback (gericht op inzicht en op weg naar zelfstandigheid) aanspreken op verantwoordelijkheden Mentor als centraal aanspreekpunt. Visuele ondersteuning (bijvoorbeeld stappenplan) verlengde instructie (helpen bij de juiste oplossingsstrategie, extra ophalen van voorkennis, uitvragen van zojuist gegeven instructie, directe instructie, preteaching, reteaching) Feedback op uitvoering van opdrachten
CITO ZML kaart
Arrangementskaart VSO, Arbeid, sociaal-emotioneel