1 Opening Tentoonstelling in Kaart in Gouvernement aan de Maas, 1 april 2014
Ladies and gentlemen, Science meets arts, meets policy. I think this is a good summary of the exhibition we are opening today. And the universal language of science, arts and policy may well be English. Yet, in a moment I will be switching to Dutch. Because this exhibition is essentially about mapping one’s own identity. And articulating that, is simply easier in one’s own language. That goes for me, too. Moreover, now the Dutch speakers among us will have to listen very carefully. So they can tell those of you who don’t understand Dutch, everything I’ve said... Dames en heren, Ik zei het net al in het Engels. In de tentoonstelling die wij hier vandaag openen, ontmoeten wetenschap, kunst en beleid elkaar. En dat doen ze via ‘de kaart’. Omdat een beeld – zoals een kaart of een kunstwerk – ons vaak zoveel meer laat zien, dan woorden kunnen vertellen. Een treffend voorbeeld hiervan treft u in een van de drie luiken waaruit deze tentoonstelling bestaat. En wel het luik ‘Mapping the Charlemagne Region’. De regio die onder de loep is genomen door wetenschappers van drie verschillende universiteiten uit Aken, Brussel en Wageningen. Nu vormt deze regio het groene hart – de historische binnentuin – van een van de oudste Euregio’s; de Euregio Maas Rijn; verdeeld over 3 landen en nog meer administraties. Maar vroeger, vroeger was dit dus hét leefgebied van Karel de Grote, Charlemagne. Dit was zijn thuis. Hier werd hij geboren – in Herstal – en hier ging hij dood – in Aaken. En in die tussentijd vormde dit gebied zich als een hart van Europa. Een hart dat in de loop van de jaren heel wat te verduren heeft gehad; het is gebroken geweest en het heeft zich weer geheeld. Steeds weer in nieuwe eenheden.
2 De wetenschappelijke studie brengt keurig in beeld hoe dat hart er vandaag de dag aan toe is. Waarbij ik vooral de eerste kaart bijzonder treffend vindt. Deze kaart – u kunt het direct ook zelf zien – is samengesteld uit de topografische kaarten van drie landen. Drie landen met hun eigen cartografisch handschrift, hun eigen legenda’s en hun eigen peilpunten, die in Amsterdam, Oostende of Hamburg liggen. Dames en heren, wat deze samengestelde kaart in één oogopslag laat zien, is dat het thuisland van Charlemagne – 1200 jaar na zijn dood – letterlijk op drie verschillende manieren wordt ingekleurd. Door drie verschillende besturen; die ook – figuurlijk gezien – hun beleid anders inkleuren. Terwijl – aan de andere kant - deze studie ook prachtig aantoont: hoe zeer deze regio – dit oude hart van Europa – in uiterlijke verschijningsvorm nog steeds één geheel kan vormen; hoe sterk immers het patroon is, dat beken en dalen hier voor ons hebben neergelegd; en hoezeer we dit aantrekkelijke landschap samen – over de grenzen heen – in stand kunnen houden. Dat in stand houden, lijkt mij eerlijk gezegd niet zo heel lastig. Een méér dan haalbare kaart, zou ik zelfs zeggen. En niet alleen omdat wij hier in Limburg – samen met onze partners in de euregio – altijd onze uiterste best doen om verbindingen te zien. Nee, niet alleen daarom. Laat mij u ook een beschrijving van dit gebied geven. Een beschrijving die onweerlegbaar de standvastigheid van dit landschap aantoont. Hier komt ie: Deze stad ligt nog steeds in een schitterend, fraai, breed en prachtig dal. Twee heldere, mooie rivieren, een grote en een kleine, namelijk de Maas en de Jeker, stromen daar samen. De omgeving is zeer geschikt als grasland en voor het verbouwen van koren, er zijn goede waterverbindingen en vis- en wildrijke gebieden, en op de prachtige velden groeit het allerbeste graan.
Dames en heren, wie de panelen zo dadelijk goed bestudeert, zou kunnen denken dat ik deze woorden leende van de onderzoekers van de dag van vandaag.
3
Niets is echter minder waar. Deze woorden zijn 800 jaar oud. 800 jaar oud en ze vloeiden uit de pen van Hendrik van Veldeke. Hendrik van Veldeke voor wie deze regio net zo zeer zíjn leefgebied was als voor Karel de Grote, 400 jaar eerder. Dezelfde Hendrik van Veldeke, die een icoon – en grondlegger - is voor zowel de Duitse, Belgische als Nederlandse literatuur… Dames en heren, natuurlijk klopt het. Natuurlijk is deze regio is niet meer dezelfde eenheid als in de tijd van Charlemagne. In de waan van vandaag, zou je zelfs kunnen stellen dat ze nu aaneenhangt van verschillende identiteiten. Eigen identiteiten waarvan men in het Europa van 2014 zo bang lijkt om ze te verliezen. En juist daarom is het zo mooi dat we hier ‘in kaart brengen’ dat een identiteit niet op zichzelf staat. Maar onderdeel uitmaakt van een overkoepelende, overlappende identiteit. Een overlappende identiteit die door de eeuwen heen zorgvuldig is opgebouwd door historie, geografie en landschap. We zijn hier niet enkel Duitser, Belg of Nederlander. We zijn óók nazaten van Karel de Grote. En waar is dat mooier om dat ‘in kaart te brengen’ dan hier, in ‘het thuis’ van de vader van Europa. Én in dit gebouw, het Gouvernement aan de Maas, waar 21 jaar geleden het Verdrag van Europa werd getekend. Waar een handtekening werd gezet onder het idee dat we zoveel meer delen, dan verschillen. Een handtekening waarmee we de verbinding wilden bezegelen.
Dames en heren, ik ben hier vandaag niet de enige gouverneur. Op dit moment is hier ook aanwezig Herman Reynders, gouverneur van Belgisch Limburg. Beiden zijn wij gouverneur van een Limburg. Overigens niet te verwarren met het Limburg, dat u treft op één van de sleutelstukken in deze expositie. Dat is een vroeg 18e eeuwse kaart van Limbourg aan de Vesder.
4
Een verloren gegaan hertogdom exact gelegen in het groene hart van deze euregio, dat slechts onze naamgever was. Omdat onze eerste – en toen nog onze gezamenlijke – koning Willem I die prachtige naam niet verloren wilde laten gaan. En nu ik toch de historie in duik: het mag een pikant detail zijn dat we deze maand te vieren – of te betreuren – hebben dat onze Limburgen 175 jaar geleden zijn gescheiden. Waren we niet gescheiden, dan hadden de kaarten hier geheid een ander beeld gegeven. Natuurlijk, beide Limburgen voelen zich nog steeds verwant. Een gezamenlijk feest van ons – het Oud Limburgs Schuttersfeest dat elk jaar weer 10 duizenden mensen op de been brengt – dat feest staat nu zelfs op de nominatie voor een plek op de Unesco-lijst voor immaterieel werelderfgoed. Niet slecht voor een feest dat pas is ontstaan ná onze scheiding…. En toch weten we, waren we samen nog één Limburg geweest onder hetzij Belgisch, hetzij Nederlands bestuur dan was dat zeker zichtbaar geworden in de leefomgeving. Bijvoorbeeld in de bouwstijl, waarbij een Nederlands bestuur een strakkere – zeg maar: een meer calvinistische - regelgeving hanteert. Maar zoals we inmiddels weten, zit de kunst om deze prachtige historische binnentuin – dit drielandenpark – in stand te houden, zit die kunst niet in het zoeken van verschillen. Maar juíst in het elkaar aanvullen. Zoals ook deze tentoonstelling het resultaat is van mensen die elkaar hebben aangevuld. Van wetenschappers uit Aken, Brussel en Wageningen die samen deze regio van Karel de Grote nauwkeurig in kaart hebben gebracht, om beleidsmakers bruikbare handvaten aan te reiken. Tot kunstenaars gevormd in het land van Charlemagne, die de kaart in hun kunst brachten. Tot een groep internationale studenten die samen onze Maas – onze levensader - in beeld brachten.
En zoals deze mensen – wetenschappers, kunstenaars en beleidsmakers – sámen deze tentoonstelling brengen. Zo wil ik ook graag sámen met mijn collega-gouverneur deze tentoonstelling voor geopend verklaren. Want ook gescheiden, zijn we sámen onderdeel blijven uitmaken van het echte thuis van de vader van Europa.
5 For those who did not understand a word of my speech, ask the person next to you about the eight-hundredyear-old words by Henry van Veldeke. He or she can show them to you here, today, in this exhibition.