Onderzoek- en aanbevelingsrapport: Bewegen voor Ouderen in Osdorp Midden
Opdracht Nemers: Susanne Bakker Ian Schuijt Roel van der Staak Ralph Zandvliet
Opdracht Gever: Academie van de Stad, Emran Riffi Amsterdam, Stadsdeel Nieuw-West, Martine Koehein
Coach: Onder begeleiding van Hogeschool van Amsterdam, Albertina Poelgeest
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Voorwoord In het kader van de beroepsopdracht zijn vier studenten fysiotherapie in opdracht van het Stadsdeel Nieuw-West Amsterdam en in samenwerking met de Academie van de stad en de Hogeschool van Amsterdam, een bewegingsonderzoek gestart onder de oudere bewoners van het Amsterdamse Stadsdeel Nieuw-West: wijk Osdorp Midden. Hierbij wordt in kaart gebracht welk best aansluitend concept de studenten de oudere bewoners van Osdorp Midden kan bieden op het gebied van bewegen. In het verdere document noemen de studenten zich de werkgroep. De werkgroep wil door middel van dit onderzoek een specifiek beeld naar het stadsdeel kunnen schetsen en daarbij aanbevelingen te doen die kunnen resulteren in een verbetering van het aantal bewegende ouderen in de wijk.
2
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Inhoudsopgave Voorwoord .............................................................................................................................................................. 2 Inhoudsopgave ........................................................................................................................................................ 3 Inleiding................................................................................................................................................................... 4 1. Verantwoording ............................................................................................................................................... 5 2. Proces ................................................................................................................................................................ 6 3. Wijkdeel Osdorp Midden .................................................................................................................................. 7 3.1 Osdorp Midden ............................................................................................................................................. 7 4. Aanbod Osdorp ................................................................................................................................................. 8 4.2. Zorgaanbod .................................................................................................................................................. 9 4.2.1 Huisartsen en Fysiotherapeuten ........................................................................................................... 9 4.2.2 Beperkingen in het zorgaanbod ............................................................................................................ 9 4.3 Aanbod Zorgvoorzieningen ......................................................................................................................... 10 5. Het onderzoeksproces ..................................................................................................................................... 11 5.1 Literatuurstudie .......................................................................................................................................... 11 5.2 Huidige beweegprogramma’s onder de loep genomen ............................................................................. 11 5.2.1 GALM ................................................................................................................................................... 11 5.2.2 Big!Move ............................................................................................................................................. 12 6. Verdieping in Big!Move (Beweeg je beter) ..................................................................................................... 13 ,,,
6.1.Criteria Big!Move (Beweeg je beter) ........................................................................................................ 13 6.1.2 Inclusiecriteria ..................................................................................................................................... 13 6.1.3 Exclusie criteria .................................................................................................................................... 13 6.2 Succesfactoren ............................................................................................................................................ 13 6.3 Faalfactoren ................................................................................................................................................ 14 6.4 Conclusie ..................................................................................................................................................... 14 7. Knelpunten en Aanbevelingen ........................................................................................................................ 15 8. Doelstellingen Sport en beweegplan............................................................................................................... 16 9. Conclusie onderzoek Osdorp........................................................................................................................... 17 10.Discussie ........................................................................................................................................................... 18 11.Slotwoord ......................................................................................................................................................... 19 12. Dankwoord ...................................................................................................................................................... 20 Bijlage 1: Sport en Bewegen in Nederland ............................................................................................................ 21 Bijlage 2: De wijk ................................................................................................................................................... 23 Bijlage 3: Determinanten van beweegactiviteiten ................................................................................................ 25 Bijlage 4: Sport en beweegplan 2010-2012 .......................................................................................................... 26 Bijlage 5: adres en telefoonnummers van huisartsen en fysiotherapeuten ......................................................... 27 Bronnen................................................................................................................................................................. 28
3
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Inleiding Sport en bewegen speelt een belangrijke rol voor gemeente Amsterdam Stadsdeel Nieuw-West. Zo heeft het stadsdeel een sport en beweegplan opgesteld. In dit plan worden doelstellingen besproken om sport en bewegen te bevorderen. Het doel dat door de gemeente wordt gehanteerd: “In 2012 is het aantal volwassen Amsterdammers met een actieve levensstijl toegenomen, doordat de duurzame sportparticipatie is gegroeid, de bewegingsarmoede is verminderd en maatschappelijke 1 participatie door sport is gestegen.” De werkgroep heeft een hoofdvraag opgesteld, waar uiteindelijk subvragen uit gekomen zijn om een duidelijke aanbeveling te kunnen schrijven. Deze hoofdvraag luidt als volgt: Welk best aansluitend advies kan de werkgroep de oudere bewoners in het wijkdeel Osdorp Midden van stadsdeel Nieuw-West Amsterdam bieden op het gebied van bewegen? Het antwoord op deze vraag wordt aan de hand van verschillende subvragen beantwoord. Hierbij zal de werkgroep zich vooral gaan richten op de wensen en behoeften die er heersen onder de deelnemers van de huidige beweegactiviteiten en, zal worden getracht om de niet actieve bewoner te bereiken. Hiernaast zullen zij onderzoek doen of er al (para)medici in de wijk actief zijn om beweging te stimuleren. De subvragen zijn als volgt: 1. 2. 3. 4.
Wat is de beste evidentie op het gebied van bewegen en ouderen? Wat zijn er al voor ideeën op het gebied van bewegen en ouderen? Wat heeft het wijkdeel in Osdorp de werkgroep en de bewoners op dit moment al te bieden? Wat doen huidige (para)medici op dit moment in Osdorp qua onderzoek en bewegen en waartoe zijn ze verder nog bereid om aan mee te werken? 5. Hoeverre hebben ouderen interesse in bepaalde vormen van bewegen? 6. Hoe kunnen we niet actieve (allochtone) ouderen bereiken en activeren? 7. Welke aanbevelingen kan de werkgroep het stadsdeel bieden? In het volgende hoofdstuk verantwoording kunt u terug vinden hoe deze subvragen zijn verwerkt.
4
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
1. Verantwoording In de verantwoording wordt uitleg gegeven over de opbouw van dit document. Per hoofdstuk zullen een of meerdere subvragen worden besproken. Hoofdstuk 2: Procesbeschrijving Om een indruk te geven welke inspaning de werkgroep heeft geleverd, is er een proces beschrijving geschreven. Hoofdstuk 3: Wijkdeel Osdorp Midden Dit hoofdstuk is opgebouwd uit twee paragraven. In paragraaf een wordt aandacht gegeven aan de introductie van de wijk.Tijdens het project was het van belang dat de werkgroep inzicht kreeg in de volgende punten; het wijkdeel, de mening van de bewoners en het aanbod van faciliteiten binnen de wijk. Uit onderzoek door de werkgroep in Osdorp Midden, bleek dat er genoeg aanbod aanwezig is maar dat de meeste bewoners in Osdorp Midden niet bewust zijn van dit aanbod. De subvraag die werd opgesteld luidde als volgt; Wat heeft het wijkdeel in Osdorp de werkgroep en de bewoners op dit moment al te bieden op het gebied van sport en bewegen? In de tweede paragraaf gaan we in op de bewoners van de wijk. Om de mening van de bewoners te meten zijn er focusgesprekken gehouden, hieruit is vooral naar voren gekomen dat de informatieverspreiding verkeerd gaat en dat het financiële aspect een groot probleem is. Door deze knelpunten zijn de interesses bij bepaalde groepen bewoners laag. De subvraag die hiervoor was opgesteld luidde; Hoeverre hebben ouderen interesse in bepaalde vormen van bewegen? Hoofdstuk 4: Aanbod in Osdorp Midden Dit hoofdstuk gaat over het aanbod binnen Osdorp Midden. Welke sociale faciliteiten zijn aanwezig en hoe kunnen die gebruikt worden. De subvraag die hiervoor was opgesteld luidde; Wat doen huidige (para)medici op dit moment in Osdorp qua sport en bewegen en waartoe zijn ze verder nog bereid om aan mee te werken? Hoofdstuk 5 en 6: Literatuur onderzoek en Big!Move In dit hoofdstuk is het literatuur onderzoek en achtergrond informatie over Big!Move uitgewerkt. Hieronder zijn het concept Big!move en GALM verwerkt als best evidentie. De subvraag die hiervoor was opgesteld luidde; Wat is de beste evidentie op het gebied van bewegen en ouderen? Hoofdstuk 7: Knelpunten en Aanbevelingen In dit hoofdstuk zijn de knelpunten te lezen welke verantwoordelijk zijn voor de inactiviteit van de ouderen in Osdorp Midden. Aan deze knelpunten zullen vervolgens aanbevelingen worden gekoppeld. Door middel van de gesprekken met de bewoners en de (para)medici in combinatie met de onderzoeken die al gedaan zijn in Osdorp Midden, is er een uiteindelijke conclusie geschreven. Deze conclusie is gaan samenhangen tussen de knelpunten en aanbevelingen, de werkgroep heeft hierbij gekeken naar de belangen van de bewoner en de belangen van het Stadsdeel Nieuw-West De subvragen die hiervoor waren opgesteld luidde; Welke knelpunten zijn er zoal bekend in Osdorp Midden? En welke aanbevelingen kan de werkgroep het stadsdeel bieden
5
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
2. Proces
Op 23 augustus 2010 is de werkgroep gestart met het project. Naar aanleiding van een gesprek met Martine Koehein en Emran Riffi is een Plan van Aanpak geformuleerd, waarin belangen, afspraken en contactgegevens zijn opgenomen. Na het bereiken van een akkoord is een overeenkomst ondertekend en is de werkgroep gestart met het onderzoek. Het onderzoek bestond uit een literatuur studie en focusgesprekken. Allereerst is de werkgroep gestart met het zoeken naar geschikte evidente literatuur, wat heeft geleid tot een aantal interessante uitkomsten waaronder concepten die sport in de wijk zouden kunnen bevorderen. Enkele van deze concepten zijn Meer bewegen voor Ouder, Beweeg je beter, en andere. Via Martine Koehein is de werkgroep in contact gekomen met Bianca Terpstra. Zij heeft zich bezig gehouden met het implementatieplan. Tijdens dit onderzoek is veel informatie bekend geworden over de wijk en de bewoners. Er is met haar een gesprek gevoerd om informatie te krijgen over de werkwijze die het best gehanteerd kan worden. Ook is het implementatieplan gebruikt om informatie op te doen over de wijk. Op 8 november 2010 was de officiële kick-Off van het project en is de werkgroep begonnen met het uitwerken, dan wel analyseren van de gevonden literatuur. Waarna op 11 november de eerste tussenevaluatie heeft plaats gevonden. Tijdens de evaluatie zijn de gevonden informatie, struikelblokken en veranderingen besproken. Na de tussenevaluatie is de werkgroep het sport en beweegplan 2009 tegen gekomen. In dit plan werd antwoord gegeven op de hoofdvraag die was gesteld. Om deze reden vond er spoedoverleg plaats, waarna een nieuwe hoofdvraag geformuleerd werd. en deze luidt: Welk best aansluitend concept kan de werkgroep de oudere bewoners in het wijkdeel Osdorp Midden van Wijkdeel Osdorp (Nieuw- West) Amsterdam bieden op het gebied van bewegen? In de periode van 4 december zijn er een drietal focusgesprekken geweest. Tijdens deze gesprekken zijn een aantal punten duidelijk geworden, die een goede bijdrage hebben geleverd voor het schrijven van dit plan. Na het verzamelen van de informatie die was ingewonnen heeft de werkgroep op 13 december 2010 de eerste concept versie ingeleverd bij de opdrachtgever. Naast de gesprekken die eerder gevoerd waren heeft de werkgroep ook een gesprek gehad met Dhr. KW. Fenema van Fysiotherapie praktijk Osdorp. Tijdens dit gesprek is de werkgroep veel te weten gekomen. Waarna op 7 januari 2011 het tweede concept naar de opdrachtgever is opgestuurd. Op vrijdag 14 januari 2011 is het definitieve onderzoek/aanbevelingsdocument naar de betrokkenen verstuurd. En zal op 20 januari 2011 de presentatie plaats vinden op het stadsdeel. Een week later zal deze op de opleiding worden verzorgd. Na de laatste presentatie zal een evaluatie plaatsvinden.
6
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
3. Wijkdeel Osdorp Midden 3.1 Osdorp Midden Samen met Stadsdeel Nieuw-West is besloten om in Osdorp Midden het onderzoek te starten, naar behoefte op het gebied van sport en bewegen. Dit wijkdeel is gekozen omdat in tijdsbestek van 10 weken het niet reëel was om heel Osdorp te onderzoeken.
Gegevens Osdorp Midden: 10.588 inwoners 16% is tussen de 45 en 64 jaar
16% is 65 jaar of ouder Ook heeft minister Vogelaar 5 wijken in Amsterdam 65% is van niet westerse afkomst geselecteerd, waarin zij de komende 8-10 jaar extra wil investeren om de transformatie van aandachtswijk naar 87% voelt zich gezond krachtwijk te ondersteunen, één daarvan is Osdorp Midden. 18% is sterk sociaal geïsoleerd Door het onderzoek van de werkgroep biedt dit misschien aanvulling op de doelstellingen van de minister. Om inzicht te 42% doet niet aan sport krijgen hoe Osdorp in elkaar steekt, heeft de werkgroep de Er is weinig sociale cohesie analyse van de aandachtswijk bekeken en is hiervan een samenvatting gemaakt die in bijlage 2 is terug te vinden. Hier wordt een kort overzicht gegeven over de wijk zodat u een beeld krijgt van de wijk. Er zijn twee relatief grote parken waar bewoners de ruimte hebben om vrij te bewegen. In deze parken, Botterskerkpark en stadspark Osdorp zijn nu plannen gemaakt om meer recreatie aan te bieden zoals een jeu de boule baan.
3.2 Bewoners over Osdorp Midden De werkgroep heeft een drietal gesprekken gevoerd met verschillende groepen ouderen. Dit waren: mannencentrum Daadkracht, vrouwencentrum Vrouw en Vaart en het buurthuis de Aker. De werkgroep heeft in totaal dertig 55-plussers geïnterviewd met een gemiddelde leeftijd van zeventig jaar. Door middel van discussies heeft de werkgroep de behoefte van de oudere bewoner van Osdorp Midden en omstreken in kaart gebracht. Uit de gesprekken die gevoerd zijn blijkt dat de gemiddelde geïnterviewde bewoner vrij regelmatig sport. 87% van de ondervraagde sport minstens 1 x per week. De overige 13% gaf verschillende redenen aan om niet te sporten. Dit zijn onder anderen; Fysieke beperking(3%), niet voldoende geld(6%) en geen zin(4%). De geïnterviewde voldeden daartegen wel allemaal aan de Nederlandse norm bewegen. De ouderen die we gesproken hebben zijn niet representatief voor alle bewoners van Osdorp Midden omdat de geïnterviewden al meedoen met andere activiteiten. De werkgroep raadt aan om via huisartsen in contact te komen met ouderen die representatief zijn voor de gehele bevolking. Het blijkt dat de allochtone gemeenschap in Osdorp vaker naar de huisarts gaan voor gezondheidsproblemen dan de autochtone gemeenschap. In het geval van overgewicht en inactiviteit 2 kan de huisarts doorverwijzen naar bewegingspecialisten zoals Beweeg je beter. Uit de gesprekken bleek dat het sociale aspect de belangrijkste factor was om te blijven bewegen, door de kruisbestuiving van motivatie en het belang van bewegen. Zwemmen kreeg binnen de gesprekken de hoogste voorkeur als activiteit, er waren daartegen wel vraagtekens over het financiële aspect en het vervoer naar het zwembad. Verder kregen activiteiten zoals lopen, dansen en sportschool gerichte activiteiten eveneens de voorkeur. De bewoners gaven aan de sportactiviteiten het liefst in groepsverband te zien. Bij de sportschool werd tevens getwijfeld over de financiële aspecten en vervoer. Verdere informatie over de wijk is terug te vinden in bijlage 2.
7
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
4. Aanbod Osdorp 4.1 Aanbod Osdorp in relatie tot bewegen Er is gebleken dat er veel initiatieven zijn om het bewegen en sporten te stimuleren in Osdorp. Uit de focusgesprekken die werden gehouden in Osdorp bleek dat de mensen wel bewust zijn van het feit dat er genoeg wordt georganiseerd, maar dat het niet duidelijk is hoe of wat. Daarom is er vanuit de 9 werkgroep besloten om te kijken wat het aanbod is in Osdorp op dit moment. Activiteit: Be InterACTive
Beweeg je beter
Meer Bewegen Voor Ouderen
Sporten op maat
De vereniging ANBO
Impuls
Informatie activiteit: Een sportprogramma voor meisjes en vrouwen die met sociaaleconomische achterstanden kampen. Het programma wordt gebruikt om de vrouwen onafhankelijker en zelfbewuster te laten worden, hen weerbaarder te maken, hun mentale en fysieke gezondheid en maatschappelijke mogelijkheden te verbeteren. Een beweegprogramma waaraan mensen uitsluitend mee kunnen doen na verwijzing door een huisarts. Het programma is bedoeld voor mensen met vage klachten die regelmatig de huisarts bezoeken (zogenaamde draaideurpatiënten). Beweeg je beterheeft als doel om deze mensen duurzaam te laten sporten, waardoor de klachten zullen verminderen. Uiteindelijk is het de bedoeling dat men structureel blijft sporten bij een sportgelegenheid in de buurt.3 Meer bewegen voor ouderen, een programma waarin ouderen gestimuleerd worden om samen te sporten of bewegen. 4 Het project sport en bewegen is bedoeld voor mensen die om verschillende redenen (nog) niet kunnen aansluiten bij een sportvereniging. De ANBO wil aansluiten bij de uiteenlopende interesses van senioren. Van een wekelijkse ontmoeting, georganiseerde reizen, informatiebijeenkomsten en wandeltochten tot leeskringen en activiteiten voor homoseksuele senioren. Ook cursussen, computer- en internetcursussen bijvoorbeeld, zijn erg in trek. Belangenbehartiging en interessant vrijwilligerswerk, liefst voor een afgebakende periode, staan ook volop in de belangstelling.5 Hier worden verschillende activiteiten voor ouderen opgezet, dit is heel divers van gymclubjes tot kookcursus, computercursus etc.6
Vrouw en vaart
Is een centrum voor vrouwen, er worden activiteiten aangeboden in leeftijdscategorieën. 7
Daadkracht
Is een centrum voor mannen, er worden verschillende activiteiten aangeboden.18
Dienstencentrum Maarten Luther
Het Dienstencentrum is een bruisende plek midden in Osdorp met een breed scala aan zorgvoorzieningen, activiteiten en ontspanningsmogelijkheden. Er is een uitgebreid aanbod aan gezellige activiteiten, zeven dagen per week.8 Bij het NIVON worden activiteiten aangeboden zoals; klaverjassen,bloemschikken, sjoelen etc.
NIVON
Sportboekje
Hier staan alle sportverenigingen in en rond Osdorp beschreven.
Contactgegevens: Be InterACTive Don Boscostraat 1 1068 HA Amsterdam Tel: (020) 619 4588
Beweeg je beter Postbus 206 1000 AE Amsterdam Tel: 020 - 3445 377
Meer Bewegen voor Ouderen Van Oldenbarneveldtstraat 48 c/d, 1052 KC Amsterdam Tel: (020) 886 10 70 Contactgegevens niet bekend
ANBO-gewest Amsterdam Plantage Middenlaan 14 1018 DD Amsterdam Tel: (020) 624 40 67
Impuls (hoofdkantoor) Van de Sande Bakhuijzenstraat 2 1061 AG amsterdam Postbus 9139 Tel: 020 515 88 88 Vrouw en vaart. President Allendelaan 733 1068 VN Amsterdam 020 4100452 Mannencentrum Meer en Vaart 290, 1068 LE Amsterdam Mohamed Mahamoud, Tel: 06 538 994 54 Amsta, Dienstencentrum Maarten Luther Oeverpad 300 1068 PJ Amsterdam Tel: (020) 619 65 65 De vuurdoorn Ouwerdingenpad 3 1069 AJ Amsterdam Sportloket Herman Bonpad 1 1067 SN Amsterdam Tel: 020-4480867
8
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
4.2. Zorgaanbod 4.2.1 Huisartsen en Fysiotherapeuten In Osdorp Midden en in de aangrenzende wijken zijn er 11 huisartsen aanwezig en 11 fysiotherapie praktijken. Voor meer informatie over dit aanbod zie bijlage 4. Om indruk te krijgen welke rol zij spelen bij het bevorderen van bewegen en sport, heeft de werkgroep contact opgenomen met de (para)medici. De huisartsen en fysiotherapeuten zijn actief op het gebied van sport en bewegen. Zo hebben zij “Beweeg je beter‟ in het leven geroepen en diverse andere beweegprogramma‟s vanuit hun eigen instelling. 4.2.2 Beperkingen in het zorgaanbod Uit gesprek met dhr. K.W. Venema (fysiotherapeut) blijkt, dat veel van deze progamma‟s niet werken doordat de bewoners er pas mee in aanraking komen na een verwijzing van de huisarts of fysiotherapeut. Hierdoor zal een onwetende bewoner niet snel contact op nemen als men geen klachten of een reden ziet om hiernaar toe te gaan. Het concept Beweeg je beter blijkt voor een groot deel van onze doelgroep niet haalbaar te zijn in Osdorp. De grootste factor die werd aangegeven waren de eigen kosten die de bewoner zelf moet opbrengen. De mensen bleken hierdoor niet gemotiveerd om mee te werken aan het programma. Er wonen volgens zeggen in Osdorp mensen die betalingsachterstanden hebben en daarbij niet de kosten van dit programma willen dragen. Het concept kost €55,-. Ook zagen de (para) medici zelf geen financiële vooruitgang en hebben daardoor besloten om eigen beweegprogramma‟s op te zetten. Door middel van een bewoner een indicatie te geven voor fysiotherapie, worden de kosten vergoed door de verzekeraar en hoeft de bewoner geen eigen bijdrage te leveren. Ook worden er progamma‟s op vrijwilligerbasis gegeven. Voorbeelden zijn hardlopen in het park en bewegingstuin activiteiten in Sloterplas. Volgens dhr. K.W. Venema, kan het stadsdeel geen deel uitmaken bij het bevorderen van beweeg gedrag. Mensen veranderen niet zomaar en mensen die willen bewegen zullen dit al doen en degene die niet bewegen zien hier gaan aanleiding voor.
9
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
4.3 Aanbod Zorgvoorzieningen Hier staan alle zorgvoorzieningen die er mogelijk zijn in Osdorp- midden.10 Hiermee wil de werkgroep laten zien wat in de omgeving van Osdorp Midden aan zorgvoorzieningen aanbiedt. Hierdoor kunnen ouderen zien waar zij eventueel naar toe kunnen. Naam: Oklahoma
Soort voorziening: Woon-zorgcomplex
Doelgroep: Senioren
Eigenaar/ ondersteuner: Stadgenoot en OsiraGROEP
Johannes de Deo
Ontmoetingscentrum/ zorgsteunpunt/ restaurant
Voor bewoners uit de buurt
OsiraGROEP
Buurthuis Osdorp
Buurthuis
Inwoners van Osdorp, m.n. uit de omgeving
Impuls
Leo Polakhuis
Woonzorgcentrum: Zorghotel, groepswoningen, wibowoningen, ontmoetingscentrum, zorgsteunpunt en thuiszorg (radius 400 meter).
Senioren en mensen die zorg nodig hebben.
OsiraGROEP
Vrankendijke
Dagbesteding
De Dienstenwinkel
Dagbesteding
Vrijwilligers met een beperking, m.n. uit de buurt
Hvo Querido, OsiraGROEP, Cordaan
AGO Dierenweide Osdorp
Dagbesteding
Volwassenen met een verstandelijke beperking
Cordaan
Emmikhovenflat
Comfortabel wonen
Senioren
OsiraGROEP en Stadgenoot
De Elzen
Dagcentrum
(Jong)volwassenen en ouderen met een verstandelijke beperking
Cordaan
Onder de Pannen
Comfortabel wonen
De Serre
Multifunctioneel Centrum
Bewoners van Osdorp
Stadsdeel/ Stichting Welzijn Zuideramstel
Ouder en kind centrum
Informatie en ondersteuning voor ouders bij opvoeden en opgroeien
Inwoners van Osdorp
Diverse partners waaronder de GGD
De Drie Wachters: Wonen met zorg Gezondheidscentrum Osdorp (SAG)
Stadgenoot/ OsiraGROEP
Groepswoningen/ 24 uurs zorg Gezondheidscentrum
Apotheek
OsiraGROEP/Stadgenoot Patiënten/cliënten uit Osdorp
Stichting Amsterdamse Gezondheidscentra
Inwoners van Osdorp Midden
Huisartsenpraktijk
Duo praktijk
Inwoners van Osdorp Midden
Huisartsen
Sezo
Maatschappelijke dienstverlening Osdorp
Inwoners van Osdorp
Stichting eerstelijns zorg Osdorp
Dagcentrum
Dagcentrum
Verstandelijke gehandicapten
Cordaan
10
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
5. Het onderzoeksproces In dit hoofdstuk, geeft de werkgroep een overzicht van de onderzoeken die er zijn gevoerd. De eerste paragraaf staat in het teken van de literatuurstudie.
5.1 Literatuurstudie Het doel wat de werkgroep met deze literatuurstudie voor ogen heeft, is vooral een passend antwoord te geven op de volgende deelvraag: Wat is de beste evidentie op het gebied van bewegen en ouderen? Door middel van deze deelvraag wil de werkgroep een beeld kunnen schetsen over het bewegingsgedrag onder ouderen op landelijk gebied en of er bestaande strategieën zijn ontwikkeld om ouderen gemotiveerd krijgen om in beweging te komen. Daarbij was het voor de werkgroep ook van belang of er onderzoek is gedaan naar een passend bewegingsvorm onder ouderen. Maartje van Stralen heeft in maart 2010 een promotiestudie afgerond waaruit blijkt dat ouderen te weinig bewegen. Deze studie was met name gericht op het aspect dat voldoende beweging de kans op bijvoorbeeld hart- en vaatziekten, kanker en diabetes verkleint. Haar conclusie was voor de werkgroep meer van belang. Uit haar conclusie bleek dat veel ouderen niet weten dat ze te weinig bewegen om de risico‟s te verkleinen en zij uit een positief oogpunt gestimuleerd moeten worden. Daarbij is het voor de ouderen niet alleen van belang te weten hoe ze moeten bewegen, maar ook 11 voornamelijk waar er gelegenheid is. Uit een onderzoek van Goed en Wel, een sociaal netwerk voor 55plussers, kwamen andere berichten naar voren. Zij hebben in 2010 een intern onderzoek gehouden onder 1110 leden. Hier bleek juist dat een groot gedeelte wel een sport beoefende (zie tabel hieronder). De kleuring en de waarde van dit onderzoek blijft natuurlijk in het midden. De mensen die zich aansluiten bij een sociaal netwerk zijn vanuit zich zelf al heel actief en zoeken allerlei hobby‟s en sociale afleiding. De ondervraagden die 12 niet sporten zullen waarschijnlijk ouderen zijn die zich beperkt voelen om te sporten. Het aantal % van de totaal ondervraagden die meerdere keren per week sport: Het aantal % van de totaal ondervraagden die dagelijks sport: Het aantal % van de totaal ondervraagden die bewegingsklachten hebben: Het aantal % van de totaal ondervraagden die hierdoor in zijn activiteiten beperkt worden:
32% 12% 75% 60%
Tabel: Uitkomsten onderzoek Goed en Wel (april 2010) onder 1110 van haar leden.
In een rapport van de Gezondheidsraad aan de Tweede Kamer in 2005 kwam vooral naar voren dat ouderen bewust moeten worden van hun inactiviteit. Wanneer ouderen daadwerkelijk het nut inzien van bewegen, maakt dat ze sneller gemotiveerd en kan er op een leuke wijze ingespeeld worden op hun behoeftes. Soms stimuleert het ouderen een echte sport te doen, al zijn anderen blij met een simpel spel. Een dergelijk recent onderzoek welke sport of activiteit als beste therapie gebruikt kan worden, is bij de werkgroep nog niet bekend. Voor de werkgroep is het wel van belang in de wijk zelf 13 onderzoek te doen, wat de bewegingsbehoefte is onder de oudere bewoner.
5.2 Huidige beweegprogramma’s onder de loep genomen 5.2.1 GALM Dat de drempel voor ouderen om te bewegen hoger ligt als voor de jongeren is al jaren bekend. Begin jaren ‟90 is het Groninger Actief Leven Model (GALM) ontwikkeld. Een initiatief om de lichamelijke activiteit bij senioren van 55 tot 65 jaar te stimuleren met als doel het verbeteren van fitheid en gezondheid. GALM gaat uit van het gedragsveranderingprincipe en bestaat uit een aantal fasen die doorlopen moet worden. Dit zorgt ervoor dat het traject zo‟n anderhalf jaar in beslag neemt. GALM begint met een benaderingsfase volgens een van de benaderingsstrategieën. Daarna proberen zij een vertrouwde omgeving te creëren en ouderen op een leuke wijze kennis laten maken met diverse bewegingsmogelijkheden. Nadat deze ouderen enthousiast zijn gemaakt gaat GALM over tot het zelfbewust maken van de ouderen dat sport en beweging bijdraagt aan een gezonder leven.
11
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
GALM heeft vanaf de start van hun programma een onderzoek gehouden naar de effecten van hun beweegprogramma. Het onderzoek is uitgevoerd in drie gemeenten en totaal hebben 381 mensen van de 8504 aan dit onderzoek meegedaan. De testresultaten vanaf de baseline gaven volgens hun onderzoek aan dat dit beweegprogramma succesvol is geweest. Daarbij voldoet de intensiteit van het beweegprogramma volgens de analyse aan de richtlijnen van de American College of Sports Medicin ter verbetering van de fitheid. Echter bleek wel uit de evaluatie dat er na 6 maanden geen significante verschillen zijn tussen de experimentele groep en de controle groep. Dit is te verklaren omdat in beide onderzoeksgroepen een stijgende lijn te zien was in de mate van fitheid. Opvallend is wel dat de controlegroep een vergelijkbare toename in energieverbruik laat zien door zich “voor te bereiden” op deelname aan het GALM bewegingsprogramma. Een belangrijk feit is wel dat er naar voren kwam dat GALM vooral de minst actieve senioren bereikt. Een verklaring dat GALM de minst actieve senior bereikt ligt grotendeels aan hun benaderingsstrategie. Naast het feit dat GALM uitgaat van het principe dat een actief deelnemer een inactief persoon uitnodigt, probeert GALM ook via het bevolkingsregister de zelfstandige senior te benaderen. Dit gebeurt via een vragenlijst en een aanmeldingsformulier die eventueel later aan huis wordt opgehaald. Toch blijkt wel dat als er rond de 1000 ouderen worden uitgenodigd, er daadwerkelijk maar 100 overblijven die mee willen doen. 14
5.2.2 Big!Move In 2003 startte een fysiotherapeut en een huisarts in Amsterdam Zuidoost ook een beweegprogramma, genaamd Big!Move. Het Big!Move concept berust op een aantal pijlers met in achtneming van de definitie van de World Health Organisation. De „Big‟ staat voor Beweging in gedrag, de „Move‟ doelt op een omslag. Big!Move is gericht op gedragsverandering en wil een brug slaan vanuit de eerstelijnszorg naar het maatschappelijk functioneren van individuen. Het verschil met GALM is dat Big!Move een aantaal voorwaarden hanteert om aan dit beweegprogramma deel te nemen. Deelname aan dit beweegprogramma geschied op verwijzing van een huisarts of fysiotherapeut in de wijk, waardoor de meeste deelnemers op basis van lichamelijke klachten “moeten” bewegen. Ook Big!move heeft ten aanzien van hun concept een aantal onderzoeken en evaluaties verricht naar de evidentie. Big!Move begon met een pilot project van een jaar ter ontwikkeling van een goed en solide concept. Na de resultaten van de eerste honderd deelnemers kwamen er een aantal positieve resultaten naar voren. Big! Move was geschikt voor een grote groep deelnemers en al na een jaar participeerden er meer deelnemers dan bij het aanvang van het concept. Tevens was er een afname van huisartsenconsult met 20%. Volgens de laatste evaluatie uit 2009 werden 1039 deelnemers op vijf locaties waar Big!Move gegeven wordt geanalyseerd over een periode van 2 jaar. Tevens werden bij dit onderzoek ook de ervaringen van de professionals, waaronder 10 huisartsen, 10 projectleiders en begeleiders meegenomen. De belangrijkste resultaten staan hieronder in een tabel beschreven. Van de 1039 deelnemers: startte 77% daadwerkelijk rondde 61% fase 1 af doorliep 41% het totale programma is 45% na het volgen van het programma blijvend in beweging Tabel: Uitkomsten evaluatie Big!move (2009) onder 1039 deelnemers en 30 professionals.
Voor het onderzoek in de wijk leek het de werkgroep interessant in contact te komen met Big!Move. De werkgroep wou meer te weten komen over de visie en aanpak van Big!move naar de bereikbaarheid van de niet actieve (oudere) bewoner. Het doel voor de werkgroep was om inspiratie op te doen en eventueel een soort gelijk programma in de wijk Osdorp te implementeren. Big!Move was niet gevestigd in de wijk Osdorp, maar wel in het stadsdeel Amsterdam West. Echter bleek Beweeg je Beter, een beweegprogramma dat wel actief is in de wijk, op dezelfde manier te werken als Big!Move. In het volgende hoofdstuk wordt dieper in gegaan op dit programma voor de wijk Osdorp.
12
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
6. Verdieping in Big!Move (Beweeg je beter) Nadat de werkgroep de beste evidentie heeft onderzocht, bleek dat Big!Move het beste aansloot op het vraag en aanbod van Osdorp Midden. Hierna is de werkgroep zich gaan verdiepen aan welke factoren een rol spelen voor dit concept en hoe Beweeg je beter functioneert in de wijk Osdorp. Om te beslissen of Big!Move geschikt is voor het stadsdeel zijn er, aan de hand van een gesprek met mvr. M. Peltenburg en het literatuuronderzoek, succes en faalfactoren opgesteld.
6.1.Criteria Big!Move (Beweeg je beter)15,16,17, Om een beter inzicht te krijgen in het Big!Move( Beweeg je beter) concept, is de werkgroep uit gaan zoeken aan welke criteria er voldaan moet worden om in aanmerking te komen als bewoner. Deze informatie is van belang om een juiste aanbeveling te kunnen schrijven over het concept Beweeg je beter. 6.1.2 Inclusiecriteria Medische indicatie: Suikerziekte, hart- en vaatziekten, gewrichtsklachten, overgewicht, spanningsklachten, artrose, reuma of andere chronische ziekte met noodzaak tot leefstijlverandering. 6.1.3 Exclusie criteria Risicofactoren voor bewegen: recent cardiovasculair trauma, hoog valrisico. Niet in staat deel te nemen aan een groepsproces: verslaving, psychiatrie, geen basisvoorwaarden als een woonplek, eten, veiligheid, fysieke mogelijkheden, basisomgangsvormen. Onvoldoende financiële mogelijkheden.
6.2 Succesfactoren18 Kritieke succesfactoren zijn factoren die van beslissend belang zijn voor het al dan niet behalen van succes. De werkgroep heeft door middel van alle bronnen die beschikbaar waren succesfactoren opgesteld. Kennismaking met bewegen Verandering gedrag Plezier hebben Inspiratie voor bewegen Versterken van gezondheid Herverdeling van macht en controle over individuele en collectieven gezondheidsissues Vermindering van de negatieve impact van een breed scala aan gezondheidsdeterminanten geassocieerd met sociale, politieke en economische omgeving Een verschuiving plaats laten vinden van het gebruik van de mogelijkheden binnen de medische zorg; meer preventie in plaats van behandeling. Aandacht schenken aan gezondheidsdomeinen die buiten het bereik van het fysiekvallen, zoals; mentale, sociale en mogelijk spirituele domeinen De 'International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF) als taal en registratiemiddel. De ICF geeft een totaalplaatje van iemands leven. Hoe gaat diegene om met zijn klachten, waar participeert hij op het moment? Dit inzicht is nodig voor gedragsverandering. Gedragsverandering vindt plaats in het dagelijks leven, niet in de behandelkamer. Het projectteam bestaat uit minimaal 3 disciplines, waarmee draagkracht in de wijk wordt gecreëerd. Naast het groepsprogramma wordt er ingezet op systeem verandering. Nieuwe samenwerkingsverbanden en inzetten op beleidsveranderingen zorgen voor inbedding en continuïteit. De partners in de wijk reageren positief op het initiatief uit de eerste lijn. Elke drie maanden is er een evaluatie Wanneer de fysiotherapeut de Cursus Big!Move doet is dit gunstig voor de fysiotherapeut. Iedere fysiotherapeut behoort namelijk iedere 5 jaar 150 accreditatie punten te behalen. Voor de cursus Big!move krijgt de fysiotherapeut 15 punten.
13
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
6.3 Faalfactoren Uitvoering van de methode wordt gefinancierd door de verzekeraar, gemeente en deelnemer. Het kost tijd om structurele financiering te verkrijgen bij de gemeente en, door inbedding in beleid. Daarnaast wordt Big!Move vergoed uit het aanvullende pakket van de zorgverzekeraar, daarom vallen deelnemers zonder aanvullende verzekering buiten de boot. Implementatie van Big!Move en de Gezond Gedrag /Ziekte Zorg visie kost tijd, er is minimaal een jaar nodig om een goed lopende locatie op te zetten. Eigenbijdrage van € 55, - is voor veel bewoners te veel geld Het progamma is maar voor een korte duur van 6 maanden, daarna moet een bewoner zelf aan de gang. Voor (para) medici is het financieel niet aantrekkelijk om dit concept te realiseren.
6.4 Conclusie Na een aantal gesprekken in de wijk Osdorp schijnt er klaarblijkelijk een discrepantie te zijn onstaan over het concept Beweeg je beter. Voor met name de minst-bedeelde buurtbewoner ligt het struikelpunt bij de eigen bijdrage. Gezien het feit dat de meeste bewoners aan Beweeg je beter meedoen vanwege een (medische) indicatie, zijn therapeuten eerder geneigd om deze mensen in hun eigen beweegprogramma te plaatsen. Hierdoor hoeft de cliënt geen eigen bijdrage te betalen en kan de fysiotherapeut deze sessies vaak wel declareren bij de zorgverzekeraar. In het hoofdstuk knelpunten en aanbevelingen, alsmede het hoofdstuk doelstellingen wordt hierop verder ingegaan.
14
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
7. Knelpunten en Aanbevelingen In het document zijn de knelpunten verwerkt die tijdens het onderzoek naar voren zijn gekomen. Dit door middel van focusgesprekken en contacten met medici. Er is voor gekozen om alle knelpunten en aanbevelingen op een rijtje te zetten en daarbij gelijk de aanbevelingen te verwerken op volgorde van belang om het overzichtelijker te maken. Knelpunten: 1. Beweeg je beter
Waarom is dit een Knelpunt? Op financieel gebied blijft dit voor een aantal een struikelpunt te zijn. Door diverse bezuinigingen en inkortingen heeft tevens een aantal inwoners geen vertrouwen in het stadsdeel.
Aanbevelingen: We adviseren om het contact met deze groep te verbeteren en eventueel subsidies te verstrekken voor Beweeg je beter deelnemers waarbij het financiële aspect een rol speelt.
2.
Informatie
De bewoners hebben aangegeven dat de informatie verspreiding minimaal is. In de kranten wordt vooral de nadruk op jongeren gelegd en voor ouderen staat er weinig in. De onderzoeksgroep bevestigt dit ook.
We adviseren om een duidelijkere manier te verzinnen om sport- en activiteit mogelijkheden onder de aandacht te brengen van de oudere bewoners. We raden aan om een helder overzicht te maken en die te verspreiden op openbare gelegenheden zoals aangegeven in hoofdstuk 5.
3.
Financiën
Osdorp Midden is een laag sociaal economisch gebied. Kosten die worden gevraagd voor activiteiten zijn voor veel bewoners te hoog.
4.
Motivatie
5.
Sociale cohesie
De bewoners hebben het te druk met eigen werkzaamheden zijn niet gemotiveerd om daarna een bewegingsactiviteit te ondernemen. De bewoners zien het belang van bewegen niet in. Ze weten niet dat bewegen gezond is. Er is weinig binding tussen bewoners, ze kennen elkaar nauwelijks
We raden aan om door middel van sociale programma‟s ouderen aan het bewegen te krijgen. Dit kan door middel van ALO studenten die bij hun studie een groep ouderen onder hun hoede krijgen, en hiervoor studiepunten ontvangen. We raden aan om informatie te verschaffen aan ouderen via de huisarts over het belang van bewegen. Dit is mogelijk met folders gelegen bij de huisartsenpraktijk
6.
Angst voor aanmelding
7.
Gescheiden groepen
Bewoners durven eigenlijk niet uit zich zelf of zich alleen op te geven voor een activiteit. Wanneer een bekende zich opgeeft voor activiteiten, is de drempel lager om zich ook op te geven. Vooral de allochtone mannelijke bewoner van Osdorp geeft aan dat zij liever activiteiten doen met gelijke sekse.
We raden aan om de binding tussen bewoners te verbeteren door gezamenlijke activiteiten op openbare plekken te organiseren zoals burendag,gezamenlijke barbecue etc. We adviseren om sociale stages te gebruiken, waarbij een student gekoppeld wordt aan een oudere. Dit maakt het laagdrempelige om mee te doen met bewegingsprogramma‟s. We raden aan om voor de allochtone groep activiteiten aan te bieden met de gelijke sekse.
15
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
8. Doelstellingen Sport en beweegplan Stadsdeel Nieuw-West heeft naar aanleiding van het sport en beweegplan doelstellingen geformuleerd. De werkgroep is gevraagd om deze doelstellingen te koppelen aan ons onderzoek:
Doelstelling 16: Wijkdeel Osdorp 2010 Het continueren van de 2 groepen Beweeg je beter. Aanbeveling: Naar aanleiding van gesprekken is de werkgroep tot de conclusie gekomen dat diverse (para)medici weinig nut zien in het Beweeg je beter concept. Er zijn zelfs fysiotherapeuten die vrijwillig mensen meenemen of in hun eigen beweeggroepje plaatsen. Om deze doelstelling in 2012 te kunnen bewerkstellen, zal de gemeente met de (para) medici om tafel moeten gaan zitten om over het concept te praten en eventuele knelpunten bespreekbaar te maken.
Doelstelling 19: Wijkdeel Osdorp 2010 Uitbreiden van Meer bewegen voor ouderen (MBVO) met 4 groepen van 15 personen. Aanbeveling: Uit contact met MBVO blijkt dat dit concept goed loopt in Osdorp Midden. Om meer groepen te krijgen zal er meer contact gezocht moeten worden met ouderen die hiervoor in aanmerking komen.
Doelstelling 21: Wijkdeel Osdorp 2010 Het voortzetten van het sportaanbod van Sport Osdorp in samenwerking met de sportverenigingen in Osdorp Aanbeveling: In Osdorp bestaan er onder de diverse sportverenigingen een groot aanbod van sportprogramma‟s voor ouderen. Dit zal zeker de komende jaren voortgezet moeten worden. Natuurlijk zal niet de gehele doelgroep op dit aanbod ingaan. Dit vooral vanwege de financiële drempel en omdat er een groot gedeelte niet op de juiste wijze bereikt kan worden. Een manier om deze mensen wel te bereiken zou kunnen bestaan uit (school) projecten onder jongeren te starten. Het is de bedoeling dat zij hun sport of gratis (buiten)activiteit onder de aandacht brengen bij een niet sportende ouder uit hun omgeving. Dit kan bijvoorbeeld een buurvrouw of familielid zijn. Ook kan dit gecombineerd worden met een project op school, zodat een student het bewegen of sporten promoot. Deze studenten kunnen door het vrijwillig geven van groepslessen activiteitenpunten krijgen. Al deze doelstellingen gaan over het vergroten van het aantal ouderen, dat zich aanmeldt voor een beweegprogramma. Door de informatieverspreiding beter te laten verlopen en de (para) medici in te lichten over het bestaan van het aanbod zullen meer mensen zich aanmelden. Waardoor het continueren en uitbreiden positief zal uitvallen. Alle aanbevelingen die gedaan zijn zullen een positieve rol spelen in het behalen van deze doelstellingen.
16
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
9. Conclusie onderzoek Osdorp De hoofdvraag die de werkgroep aan het begin van het project heeft gesteld luidde als volgt: Welk best aansluitend advies kan de werkgroep de oudere bewoners in het wijkdeel Osdorp Midden van Wijkdeel Osdorp (Nieuw-West) Amsterdam bieden op het gebied van bewegen? In verloop van het project zijn we erachter gekomen dat de hoofdvraag die aan het begin van het project hebben opgesteld niet meer relevant is voor de werkgroep. Samen met Martine Koehein en Emran Riffi is er besloten om ons te richten op aanbevelingen die we het stadsdeel kunnen aanbieden op het gebied van sport en bewegen. Door op onderzoek uit te gaan in Osdorp Midden is de werkgroep er achter gekomen, dat er op dit moment veel actie ondernomen wordt om de bewoners te activeren tot bewegen en hun sociale cohesie te verhogen. Het aanbod van activiteiten op het gebied van sport en bewegen ligt hoog in Osdorp, de ouderen zijn ook bewust van het feit dat de mogelijkheden aanwezig zijn. Er zijn alleen een aantal knelpunten die naar voren zijn gekomen. Hieronder zijn de knelpunten in hoofdstuk 7 nader omschreven knelpunten opgesomd. Informatie Financiën Motivatie Belang van bewegen Gescheiden groepen Sociale cohesie Angst voor aan melding Om aan de eisen van de opdrachtgever te voldoen zijn er door de werkgroep aanbevelingen geschreven. Deze zijn verwerkt in hoofdstuk 7. Om een beeld te krijgen over het concept heeft de werkgroep contact opgenomen met mw. Peltenburg van Big!Move en dhr. K.W Venema over het concept Beweeg je beter. Uit deze gesprekken is gebleken dat het concept Beweeg je beter in Osdorp Midden heeft plaats gevonden, alleen is gebleken dat het concept niet heeft gewerkt door factoren verschillende factoren. Deze factoren zijn terug te lezen in hoofdstuk 4 en hoofdstuk 6. De werkgroep is van mening dat zij antwoord hebben kunnen geven op de vraag van het stadsdeel, er wordt geadviseerd om verder onderzoek te doen naar de volgende punten; Mogelijkheden voor subsidies Aanpak belangen ouderen Buurtonderzoek, sociale cohesie Onderzoek binnen de (para)medici naar hun belangen.
17
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
10.Discussie Binnen het onderzoek zijn er een aantal problemen ontstaan die er toe hebben geleid dat het onderzoek niet perfect verliep: De opdracht die in eerste instantie werd opgedragen door Stadsdeel Nieuw-West, betreft een bewegingstuin opzetten, is vanwege begrotingen geannuleerd. In verloop van het project, bleek dat er al meer gegevens bekend waren dan van tevoren gedacht. Dit heeft geleid tot een verandering van de opdracht van: behoefte uitzoeken van de bewoner, naar een relatie zoeken tussen Big!move en het sport beweeg plan. We hebben de niet actieve oudere bewoner niet kunnen bereiken. Het bleek een probleem te zijn om met deze doelgroep in contact te komen door het tijdsbestek van de opdracht( 10 weken). We hebben brieven verstuurd naar de (para)medici binnen de wijk om te peilen of deze groep interesse had om ons onderzoeksgegevens te verschaffen. We hebben hier vrijwel geen respons op gehad. Dit heeft er voor gezorgd dat we gegevens zoals huisartsen bezoek niet hebben kunnen peilen. We hebben totaal 30 mensen geïnterviewd waarvan 29 actief waren. Het is dus mogelijk dat er discrepantie is ontstaan tussen de groep die we wilde onderzoeken en de daadwerkelijke onderzoeksgroep. De ondervraagde die de werkgroep heeft verwerkt zijn ouder dan 55+. Gemiddeld lag de leeftijd op 70 jaar. De doelgroep is niet voldoende afgebakend, hierdoor was de spreiding van de leeftijd groot en is het niet mogelijk geweest om alle leeftijden aan te spreken.
18
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
11.Slotwoord Dit slotwoord willen wij als werkgroep graag benutten om iedereen te bedanken die op één of andere manier heeft geholpen bij de uitvoering van onze beroepsopdracht en het schrijven van dit aanbevelingsrapport en/of heeft bijgedragen aan de plezierige omstandigheden waarin wij de afgelopen achttien weken aan dit project hebben gewerkt. In de eerste plaats willen wij de opdrachtgevers; Martine Koehein coördinatrice van het Amsterdamse Stadsdeel Nieuw-West, evenals Emran Riffi projectbegeleider van de Academie van de Stad bedanken voor het exploiteren van de opdracht en de plezierige samenwerking. Daarnaast willen wij Albertina Poelgeest, onze coach van de opleiding fysiotherapie aan de Hogeschool van Amsterdam bedanken. Met haar hebben wij van het begin tot het einde van dit project overlegd in een zeer plezierige sfeer. Haar advies, steun, vertrouwen, positieve feedback, tijd en hulp hebben een bijdrage geleverd aan het resultaat van dit product. Voor ons zelf was dit een nuttig en leerzaam project. Tijdens dit project zijn we een aantal struikelblokken tegengekomen, wat in het begin zeer onwennig voor ons was. Toch hebben we dit met elkaar goed weten op te pakken en hier een leermoment van gemaakt. Hierdoor wisten we elke keer weer een oplossing te vinden om verder te komen en dit resultaat neer te zetten. Voor ons was het ook interessant een externe opdrachtgever te hebben. Hierdoor werd er dynamiek aan dit project toegevoegd en kregen wij te maken met andere inzichten uit het perspectief van het bedrijfsleven in plaats van de opleiding. Door in contact te komen met diverse instanties en mensen die bereid waren hun expertise, ideeën en meningen te geven was dit een mogelijkheid ons verder te verdiepen in ons beroepsveld. Dit heeft ons een goed beeld gegeven over een aantal maatschappelijke aspecten waar bijvoorbeeld een stadsdeel zoals Nieuw-West tegen aan loopt.
19
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
12. Dankwoord De werkgroep wil alle onderstaande betrokken bedanken voor hun inzet tijdens ons project:
Martine Koehein Emran Riffi Albertina Poelgeest Bianca Terpstra Hogeschool van Amsterdam Joke Kop Joke Kat Meer bewegen voor ouderen Fysiotherapiepraktijk Osdorp Vrouw en vaart Daadkracht Buurthuis de Akker Mw. Peltenburg Big!Move En alle bewoners die ons te woord hebben gestaan
20
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Bijlage 1: Sport en Bewegen in Nederland Landelijk beleid In de beleidsnota „Tijd voor Sport‟ (2006-2010) en het onderliggende „Nationaal Actieplan Sport en Bewegen‟ van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) is het terugbrengen van beweegarmoede een belangrijk aandachtsgebied. Een van de belangrijkste voornemens is het bevorderen van een actieve leefstijl bij mensen met een lage sociaal-economische positie. Het kabinet wil dat meer mensen voldoen aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (65 procent in 2010). Het percentage volwassenen dat nu helemaal niet aan de norm voldoet, moet in 2010 zijn teruggebracht van acht procent naar zeven procent van de Nederlandse volwassen bevolking. De mensen die niet bewegen, worden gestimuleerd om een eerste stap te zetten in de richting van een actievere leefstijl. De preventienota „Kiezen voor gezond leven‟ (2006) is gericht op langer gezond leven en het verhogen van kwaliteit van leven bij ziekte. Speerpunten in het beleid zijn onder andere roken, overgewicht en diabetes type 2. Bewegen kan een bijdrage leveren aan de preventie, genezing en het 1 voorkomen van terugval in oude leefgewoonten.
Grotestedenbeleid (2005-2009) De 31 grootste gemeentes in Nederland werken aan een aanpak van overgewicht bij nul- tot negentienjarigen via het programma „Gezond en wel in de stad‟. Het inlopen van 1 gezondheidsachterstanden is een van de zeven doelstellingen op het sociale vlak.
Provinciaal beleid De regionale GGD‟en verzamelen gegevens over de volksgezondheid in gemeentes en in regio‟s, en maken die openbaar in de gezondheidsatlas. De atlas biedt ondersteuning aan professionals op het gebied van openbare gezondheidszorg bij de ontwikkeling en uitvoering van lokaal en regionaal 1 gezondheidsbeleid. Provinciale welzijnsorganisaties zijn de kennis- en informatiecentra voor iedereen die op sociaal terrein actief is. Ze onderzoeken maatschappelijke vraagstukken en signaleren nieuwe 1 ontwikkelingen. Provinciale sportraden zetten steeds vaker sport en bewegen in ter bevordering van de gezondheid.
Lokaal beleid De gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de volksgezondheid is geregeld in de WCPV (Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid). In deze wet is vastgelegd dat vanaf 1 juli 2003 elke gemeente verplicht is haar ambities om een gezonde fysieke en sociale omgeving voor burgers te creëren en een gezonde leefstijl te stimuleren, vast te leggen in een gemeentelijke nota gezondheidsbeleid. Op de website van GGD Nederland staan alle gezondheidsnota‟s van gemeentes, 1 voor zover ze in digitale vorm zijn verschenen. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Op 1 januari 2007 is de Wmo in werking getreden. Deze wet verplicht gemeentes hun burgers de mogelijkheid te bieden om aan de samenleving deel te nemen. Eén van de mogelijkheden om te participeren is deelnemen aan sporten beweegactiviteiten. „Sport en bewegen‟ sluit daarnaast aan bij de Wmo als middel om maatschappelijke doelen te bereiken. In de brochure „Kansen voor sport en 1 bewegen in de Wmo‟ (NISB 2006) staat een aantal voorbeelden beschreven (zie www.nisb.nl).
21
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Impulsregeling BOS (Buurt Onderwijs en Sport) In 2004 is de Impulsregeling BOS opgesteld door het ministerie van VWS. De BOS-impuls helpt gemeentes bij de bestrijding van beweegachterstanden bij de jeugd (van vier tot negentien jaar) in buurten en wijken. Sportactiviteiten maken deel uit van de BOS-impuls, naast gezondheidsonderwijs en buurtactiviteiten. Buurtwerk, onderwijs en sport werken samen onder regie van de gemeente bij het initiëren van een BOS-initiatief op wijkniveau. Binnen deze regeling is veel ruimte om met bewegen te 1 werken. CiB sluit hier goed op aan. Intern beleid van betrokken organisaties Elke organisatie heeft een beleidsplan dat richting geeft aan het dagelijkse werk van professionals. In het beleidsplan staan onder meer de aandachtsgebieden waarop een organisatie zich in een bepaalde periode richt en de prioriteiten die daarin gesteld zijn. Ook beschrijft het de resultaten die de organisatie in een bepaald tijdsbestek wil behalen en welke inspanningen daarvoor moeten worden verricht. Als een organisatie voor CiB kiest, moet dat in het beleid passen en moet er geld en tijd beschikbaar worden gemaakt. Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB) Het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen brengt teweinig actieve meer en structureel in beweging. Het NASB stelt geld ter beschikking voor gemeenten, biedt advies, deskundigheidsbevordering en levert inzicht in effectieve interventies. Hiermee kunnen gemeenten met lokale partners makkelijk en 1 snel aan de slag.
22
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Bijlage 2: De wijk De wijk is ingericht zodat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen. Ook mensen met een fysieke, verstandelijke of psychische beperking. Zo zijn er aangepaste woningen beschikbaar, eerstelijnszorg, ondersteuning bij het dagelijks functioneren, 24 uurszorg/zorg op afroep, goede welzijnsdiensten en ontmoetingsmogelijkheden in de wijk. De winkels, toegankelijke openbare ruimte en openbaar vervoer zijn geschikt voor de doelgroep van de wijk. Rond deze voorzieningen zijn 1 zorgwoningen gelegen. Ook is in de directe omgeving een zorgsteunpunt ondergebracht. Omdat de woonwijk is gericht op mensen met een verhoogde zorgvraag is het belangrijk dat de woonomgeving toegankelijk en bereikbaar is. Ook de veiligheid in de wijk is van belang, dit geldt zowel voor het verkeer als sociale veiligheid. Bewoners kennen elkaar niet en hebben weinig binding met elkaar en met de buurt. Het leidt ertoe dat mensen weinig aandacht hebben voor hun woonomgeving en hun medebewoners. De buurt vervuilt, bewoners durven elkaar niet aan te spreken op elkaars gedrag en ze kunnen niet op elkaar terugvallen. Betrokken zijn bij elkaar en bij de buurt heeft ook te maken met de aanwezigheid van plekken in de buurt waar bewoners terecht kunnen voor activiteiten of waar ze elkaar kunnen ontmoeten. In Osdorp Midden liggen twee grote parken. Het Stadspark, is een aantal jaren geleden opgeknapt. Het Botteskerkpark, staat nog een grote opknapbeurt te wachten. Inwoners van Osdorp geven aan een goede gezondheid te hebben. 87% van de mensen voelt zich zo, ten opzichte van 82% gemiddeld. Jammer genoeg voelt 18% van de mensen in Osdorp zich sterk sociaal geïsoleerd. Dit heeft deels te maken met het feit dat de sociale cohesie in Osdorp Midden ondergemiddeld is. Dat betekend dus dat de solidariteit in de gemeenschap laag is. In Osdorp wordt minder vaak gesport als gemiddeld, (42% ten opzichte van gemiddeld 51%). De mensen in Osdorp xii voldoen wel aan de norm gezond bewegen( 30 min per dag matig intensief). De etniciteit in Osdorp Midden bestaat voornamelijk uit allochtonen(zie fig1). 16% van de mensen binnen Osdorp is 65 jaar of ouders, tevens is 16% tussen de 45 en 64 jaar. Dit betekend dus dat de vergrijzing en behoefte aan zorg de komende jaren in Osdorp zal toenemen van 7650 ouderen naar 9000. Een stijging van 13.3%. In de groep 55-75 jaar was in 2007 het aantal autochtonen veel hoger 1 als het aantal allochtonen(zie fig2) Fig1: Concentratie gebieden van allochtonen.
23
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011 ste
De zorgbehoefte neemt gemiddeld toe vanaf het 75 levensjaar. Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat bij ouderen van niet Nederlandse afkomst deze fase tien jaar eerder begint. De SAG(stichting amsterdamse gezondheidscentra) is in overleg met AGIS, om een onderzoek op te zetten naar de huidige en toekomstige zorgbehoefte in Osdorp. Prognose ouderen Osdorp 10000 9000 8000 7000 6000 55 - 75
5000
75+
4000 3000 2000 1000 0 2007
2010
2015
2020
Figuur 1
Osdorpse ouderen naar etniciteit in 2007 en in 2020 10000 9000 8000 7000 6000
2007 55 - 75 2020 55 - 75
5000
2007 75+ 2020 75+
4000 3000 2000 1000 0 Autochtonen Marokkanen
Turken
Surinaamse Overige niet- Westerse Antillianen westerse allochtonen allochtonen
Totaal
Figuur 2
24
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Bijlage 3: Determinanten van beweegactiviteiten Om de oudere bewoner beter te motiveren om te gaan bewegen, is er onderzocht welke factoren van invloed kunnen zijn op deelname aan beweegactiviteiten. Sociodemografische factoren
-
Persoonsfactoren
-
Gedragsfactoren
Sociale en culturele factoren
Fysieke omgevingsfactoren
Karakteristieken van de beweegactiviteit
-
leeftijd - burgerlijke status opleiding - etniciteit beroep - het hebben van kinderen geslacht - aantal jaren in Nederland sociale-economische status - stad/ platteland (SES) attitude/houding t.a.v. zichzelf (zelfbeeld, eigen kwaliteiten, zelfvertrouwen enz.) attitude/houding t.a.v. de samenleving attitude/houding t.a.v. eigen situatie en de factoren die daarop van invloed zijn psychologische barrières om te bewegen (bijv. hoogtevrees) psychologische controle over training (vaardigheden om bijv. kennis toe te passen, te kunnen analyseren, organiseren enz) plezier aan bewegen verwacht positieve effecten intentie om te (gaan) bewegen kennis over gezondheid en bewegen tijdgebrek subjectieve gezondheid of fitheid (ik voel me....) negatief zelfbeeld psychologische gezondheid eigen effectiviteit (ik voel me in staat tot ......) eigen motivatie eigen schema voor bewegen (tijd) fysieke beperking (handicap) verstandelijke beperking (chronische) ziekte genetische factoren (aanleg) stress (historie van) beweeggedrag voedingsgedrag veranderingen in beweeggedrag actieve coping met barrières roken dieet invloed van arts/medisch professional sociale isolatie sociale steun van vrienden/leeftijdgenoten sociale steun familie invloed van religie bereikbaarheid en toegankelijkheid van faciliteit invloed van seizoen afstand feitelijk en ervaren gevoel van veiligheid kosten aangename omgeving (verkeer, groenvoorziening enz) uitrusting om thuis te bewegen mogelijkheden om te bewegen (sportcentra, pleinen, fiets- en wandelpaden enz) duur en de intensiteit ervaren moeite materiaal en accommodatie leiding (m/v, jong-oud, deskundigheid, afkomst) kledingseisen beslotenheid/openheid sociaal aspect van sport- en beweegactiviteiten
25
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Bijlage 4: Sport en beweegplan 2010-2012 Centrale doelstelling van Wijkdeel Osdorp is; In 2012 is het aantal volwassen Amsterdammers met een actieve levensstijl toegenomen, doordat de duurzame sportparticipatie is gegroeid, de bewegingsarmoede is verminderd en maatschappelijke participatie door sport is gestegen. De centrale doelstelling vormt de opmaat voor het sport- én beweegplan dat bestaat uit vier beleidsvelden: sport: meer volwassenen die vaker duurzaam sporten, met extra aandacht voor groepen die wel willen sporten, maar voor wie een specifieke sportvraag ligt om deel te kunnen nemen aan het reguliere aanbod (bijv. ouderen of mensen met een beperking); gezondheid: door middel van het bieden van een passend sport- en beweeg aanbod tegengaan van het groeiende probleem van chronische aandoeningen en overgewicht; welzijn: sport effectief inzetten op o.a. sociale cohesie en maatschappelijke activering; openbare ruimte: sportievere openbare ruimte nodigt uit tot (meer) bewegen
Concreet wil Amsterdam in 2012 het volgende bereikt hebben ten aanzien van volwassenen en sport: In 2012 sport 65% van de Amsterdammers minimaal één keer per week. Gezondheidsproblemen zijn een grote barrière om deel te nemen aan het maatschappelijke leven. Omgekeerd is een gebrek aan maatschappelijke participatie een belangrijke oorzaak van gezondheidsproblemen. Om dit te doorbreken is er meer aandacht nodig voor het stimuleren van een actieve levensstijl. Ten aanzien van gezondheid is dan ook de volgende doelstelling geformuleerd: In 2012 kent ieder stadsdeel in Amsterdam een aanbod op basis van “Bewegen op recept” voor specifieke doelgroepen zoals mensen met een beperking en/of een chronische aandoening en mensen met overgewicht en/of een ervaren slechte gezondheid. Concreet wil het Wijkdeel Osdorp in 2012 het volgende bereikt hebben ten aanzien van volwassenen en Welzijn: In 2012 kent ieder stadsdeel in Amsterdam een sport- en beweeg aanbod voor specifieke doelgroepen zoals ouderen en groepen met achterblijvende maatschappelijke participatie (in het bijzonder Turkse, Marokkaanse en Hindoestaanse vrouwen)
26
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Bijlage 5: adres en telefoonnummers van huisartsen en fysiotherapeuten naam
adres
poscode plaats
telefoon
Mw. E Mok
Osdorper Ban 92
1068 MK Amsterdam 020 61 91 819
Bontenbal G C & Nof R Y
Pieter Calandlaan 86
1068 NP Amsterdam 020 61 92 111
Reinds Huisartspraktijk
Meer en Vaart 58
1068 ZZ
J. H. Thiel em B.C. Van Maanen Thiel
Ekingenstraat 23
1069 DA Amsterdam 020 61 91 815
Mw. C. Scheeres
Notweg 30/A
1068 LL
Amsterdam 020 61 91 811
J. Boogaard
Notweg 30/A
1068 LL
Amsterdam 020 61 91 811
H. Hirschfeld
Pieter Calandlaan 260
1060 TS
Amsterdam 020 61 91 146
H.J. Meijman
Pieter Calandlaan 260
1060 TS
Amsterdam 020 61 91 146
J.C. van Keimpema
Osdorper Ban 92
1068 MK Amsterdam 020 61 91 819
S.M. Oei
Pieter Calandlaan 112
1068 NP Amsterdam 020 61 94 100
V.I. Umans-Mohan
S.F. van Oss-straat 52
1068 JL
Fysiotherapie tussenmeer
Tussen Meer 90
1069 DS Amsterdam 020 61 93 667
Reat
Martini van Geffenstraat 48
1068 GL Amsterdam 020 61 94 588
Fysiotherapeut sportcentrum caland
Eliza van Calcarstraat 2
1068 RR Amsterdam 020 66 77 346
Hendriks De Koning Aalberts Broekhuizen Korper Fysiotherapeuten
J. De Koostraat 34
1068 KR Amsterdam 020 61 90 265
Pieter Calandlaan 260
1060 TS
Amsterdam 020 41 01 322
George Coenraad
Meer en Vaart 84
1068 ZZ
Amsterdam 020 77 92 222
Gezondheidscentrum de Vaart
A. Reitsmakade 34
1060 SZ
Amsterdam 020 66 76 655
Osdorp Groepspraktijk Fysiotherapie
Reimerswaalstraat 5
1069 AE Amsterdam 020 61 90 633
Osira Groepspraktijk Leo Polak
Saaftingestraat 8
1069 BW Amsterdam 020 44 97 474
Osira Groepspraktijk Zoelenkerkstraat
Nierkerkstraat 6
1069 JC
Schuitemaker Fysio- en manuele Therapie
Pieter Calandlaan 94/96
1068 NP Amsterdam 020 61 04 100
huisarts
Amsterdam 020 66 71 151
Amsterdam 020 61 92 525
Fysiotherapie
Amsterdam 020 61 06 491
27
Onderzoeks- en aanbevelingsrapport
Januari 2011
Bronnen 1
Gemeente Amsterdam, Sport en beweegplan 2009 – 2012,, Osdorp 2010, .Wendel Vos. Rijksinstituut volksgezondheid en Milleu. Wat is lichamelijke activiteit. September 2008 3 http://www.beweegjebeter-amsterdam.nl/ (geraadpleegd op 1 november 2010) 4 http://www.mbvo-amsterdam.nl/ (geraadpleegd op 20 september 2010) 5 http://www.anbo.nl/amsterdam/topmenuitems.asp?TopMenuID=118&SiteID=22&SiteType=g&Next=2 (geraadpleegd op 15 december 2010. 6 http://www.impuls.nl/in_de_buurt/cursussen/programma/virtuele_map/Osdorp (geraadpleegd op 15 december 2010) 7 http://www.vrouwenvaart.nl (geraadpleegd op 15 december 2010. 8 http://www.siraad.nl/commun.asp?mode=cat&crit=&cat=6&subcat=6&id_org=23 (geraadpleegd op 15 december 10). 9 Sporten in Osdorp. gemeente Asmterdam stadseel Osdorp. januari 2008 10 Stadsdeel Osdorp. Implementatieplan Woonservicewijk Stadsdeel Osdorp; Osdorp Midden. 2009 11 Promotie-studie, Maartje van Stralen. 2010. URL: http://www.ou.nl/eCache/DEF/9/613.html (geraadpleegd op 06-10-2010) 12 Goed en Wel, sociaal netwerk voor actieve, ondernemende 55-plussers. Artikel ouderen en bewegen. URL: http://www.goedenwel.nl/redactieartikel/senioren-zijn-sportief-ondanksbewegingsklachten (06-10-2010) 13 Gezondheidsraad. Vergrijzen met ambitie. Den Haag: Gezondheidsraad, 2005; publicatie nr 2005/06. ISBN 90-5549-555-7. URL: http://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/
[email protected] (geraadpleegd op 06-10-2010) 14 Aalders, M. Overgoor, L. Wieringen, J. van; Big!move: Beweging in Gezondheid. Artikel uit TSG jaargang 87, nummer 3 (2009) p. 82-84. Ook beschikbaar op: http://www2.bsl.nl/corp/common/framecreator.asp?ak=welkom&ap=vakb&altp=http://vb23.bsl.nl/fronte nd/default.asp?product_id=1388-7491 (geraadpleegd op 22-10-2010) 15 Big!moveBig!move In: Loketgezondleven.nl Bilthoven: RIVM, http://www.loketgezondleven.nl Loketgezondleven.nl\ Interventies\ Interventies\ Alle interventies die met de letter B beginnen, 14 november 2010 16 B.Eigenhuis, M, Peltenburg; Hand-out; Big!Move; van ZZ naar GG. BIG!MOVE. December 2010 17 S. van Dijk, werkblad beschrijving interventie; Big!move. 18 http://taaladvies.net/taal/advies/vraag/477/. (Geraadpleegd op: 10 december 2010) 2
28