Omgaan met kanker
Moeheid
Vermoeidheid is een veelvoorkomende bijwerking van kanker of de behandeling ervan. Ruim 60% van alle mensen zegt last van vermoeidheid te hebben, zelfs dagelijks. De vermoeidheid kan u van het ene moment op het andere overkomen terwijl u voor uw gevoel niets bijzonders heeft gedaan. Het is vaak onduidelijk of de vermoeidheid door de ziekte of door de behandeling komt. Na de operatie kunt u zich ook nog geruime tijd vermoeid voelen. Dit komt niet door de narcose maar door een combinatie van lichamelijke en/of psychische oorzaken. Uw conditie gaat door de operatie en de noodzakelijke bedrust ook achteruit en het herstel na een buismaagoperatie vraagt veel energie van uw lichaam. Een verminderde voedingstoestand draagt ook bij aan mindere conditie. Na een operatie ontstaat er een verhoogde behoefte aan lichaamseiwitten en vetten, zodat het lichaam zich kan herstellen. Waarschijnlijk kunt u in de eerste periode niet voldoende bij eten om aan deze energiebehoefte, waardoor u meer moe blijft. Dit wordt vanzelf in de loop van de tijd beter. Doordat in de thuissituatie vaak andere activiteiten van u worden verwacht dan in het ziekenhuis, kunt u zich de eerste tijd thuis ook vermoeider voelen. Tot slot kunnen spanningen tot vermoeidheid leiden. Het verwerken van de ziekte en de gevoelens die u daarbij ervaart kunnen ervoor zorgen dat u mogelijk slechter slaapt. Probeer bij uzelf na te gaan waar u het meest tegen aanloopt. Is het nodig om op korte termijn weer alles te kunnen wat u vroeger kon? Het helpt als u kijkt naar wat u wel kunt in plaats van naar wat u allemaal niet (meer) kunt. Soms hebben anderen de neiging om voor u te gaan denken. Probeer duidelijk te zijn en zeg tegen de mensen om u heen dat u hun goedbedoelde adviezen niet op prijs stelt maar geef ook aan wat ze wél voor u kunnen betekenen. Neem rust als u voelt dat u dat nodig heeft maar wees actief voor zover u dat kunt als u niet moe bent. PIM302 / Omgaan met kanker / 09-10-2014
Eventuele tips zijn: • Probeer structuur in de dag te brengen door op vaste tijden op te staan, een dagindeling te maken en u hieraan te houden; • Gaat u iets ondernemen dat extra energie kost, neem dan van tevoren voldoende rust en pas ook de rest van de dagindeling hierop aan door uw inspanningen over de dag te verspreiden; • Stel prioriteiten en probeer alleen die dingen te doen die voor u belangrijk zijn; • Stel realistische doelen; • Stel uw grenzen, vermijd tijdsdruk en neem af en toe een korte pauze tussen de activiteiten; • Accepteer hulp van anderen; • Durf nee te zeggen. In de folder ‘vermoeidheid bij kanker’ en ‘help ik ben zo moe’ vindt u nog meer tips voor het omgaan met moeheid. Verwerking
Als u te horen krijgt dat u slokdarmkanker heeft, krijgen u en uw naasten veel te verwerken. Naast het hebben van kanker kunt u opeens tegen allerlei problemen aanlopen. Ineens komt uw werk stil te liggen of moet dit worden overgenomen door anderen. Dit kan leiden tot de nodige emoties, frustraties en/of schuldgevoelens. Steun van naasten uit uw omgeving kan daarbij heel belangrijk zijn maar niet altijd is die steun aanwezig en niet iedereen uit zich even gemakkelijk. U bent misschien helemaal niet zo’n prater. Dan kan het extra moeilijk zijn om een ingrijpende ziekte ter sprake te brengen. Eén opmerking kan al veel betekenen. Het hoeft echt niet altijd een lang, diepgaand gesprek te zijn. Het kan zijn dat u wel wilt praten maar dat anderen dat moeilijk vinden. Ze zijn misschien bang dat u oplossingen van hen verwacht of dat ze niet de juiste woorden kunnen vinden om u troost of goede raad te geven. U kunt hen een handje helpen door te zeggen dat het voor u al voldoende is dat de ander er gewoon is en luistert. Er kunnen ook tijden zijn waarin uw hoofd helemaal niet naar praten staat. U heeft dan misschien vooral
behoefte om alleen te zijn of in stilte bij elkaar te zijn. Dan is alleen de aanwezigheid van iemand al voldoende. Als praten niet lukt maar u heeft wel de behoefte om zich te uiten of om de dingen op een rijtje te zetten, probeer dan eens te schrijven. Op papier lijken emoties soms wat verder weg te staan en daardoor beter hanteerbaar. Ook andere bezigheden kunnen helpen als het met woorden niet lukt zoals tekenen, schilderen, gedichten maken of naar muziek luisteren. Lotgenotencontact
In de periode van onderzoek en behandeling bieden de specialist en andere hulpverleners in en rond het ziekenhuis u doorgaans alle steun. Maar vaak blijven er nog veel vragen over waarvan u misschien niet weet bij wie u daarmee terecht kunt. Er zijn ook vragen waarop de arts geen antwoord weet. Vragen als ‘Hoe voelt dat dan?’ De arts is wel deskundig op medisch gebied maar is geen ‘ervaringsdeskundige’ zoals de patiënt zelf tegenwoordig wordt genoemd. Een gesprek met een lotgenoot kan daarom een belangrijke aanvulling zijn op hetgeen de specialist verteld heeft. Deze gesprekken met lotgenoten kunnen u een duwtje in de goede richting geven. Vormen van lotgenotencontact
Er bestaan verschillende mogelijkheden om met lotgenoten in contact te komen. In de meeste gevallen gaat het hierbij om stichtingen waar u telefonisch terecht kunt met vragen of voor een luisterend oor. Daarnaast hebben de meeste stichtingen een eigen internetsite waarop u informatie kunt vinden of op een eenvoudige manier in contact kunt komen met lotgenoten. ‘Stichting SPKS’ is specifiek voor mensen met een vorm van kanker in het spijsverteringskanaal zoals slokdarmkanker. Verder bestaan er inloophuizen waar u persoonlijk in contact kunt komen met lotgenoten of mensen die in de eigen omgeving geconfronteerd zijn met kanker. U vindt er verschillende vormen van ondersteuning en hulp.
Ervaart u problemen in het omgaan met kanker of wilt u extra informatie, bespreekt u dit dan gerust met de verpleegkundig specialist of de chirurg. Dit kan tijdens de controle afspraken maar u kunt ook een extra afspraak maken voor een gesprek. Als u behoefte heeft aan hulp van buitenaf of begeleiding bij het omgaan met de gevolgen van kanker, kunt u door de verpleegkundig specialist of de chirurg worden doorverwezen naar een specifieke hulpverlener. In het Catharina Ziekenhuis zijn dat: Medisch Maatschappelijk werk
U kunt bij de medisch maatschappelijk werker terecht met vragen en problemen die de diagnose (vaststelling) kanker met zich meebrengt. Dit kunnen vragen zijn zoals hoe vertel ik het mijn kinderen, of over het reorganiseren van rollen en taken binnen het gezin. Ook voor praktische problemen zoals werk, financiën, verzekeringen en aanvragen van voorzieningen in huis en huisvesting kunt u een beroep doen op maatschappelijk werk. Als er sprake is van emotionele- en/ of relationele problemen, kunt u ook contact met maatschappelijk werk opnemen. Zij richten zich op het stabiliseren en waar nodig verhogen van de draagkracht, controle en zelfstandigheid. Medische psychologie
In het Catharina Ziekenhuis werkt een groep klinisch psychologen die een kortdurende behandeling biedt aan patiënten met kanker, individueel of samen met uw partner. U kunt terecht wanneer u het gevoel heeft dat u vast loopt in de verwerking van kanker. Geestelijke verzorging & Ethiek: trauma en tragiek
Iedereen is anders, maar voor iedere mens geldt: je wilt gezien en gekend zijn. Waar het om gaat is dat je aandacht krijgt in de strijd die je levert. Aandacht die je terug brengt bij de mens die je bent. Die je troost maar ook uitdaagt. Die je helpt goed na te denken en de juiste keuzes te maken.
Deze aandacht geven de geestelijk verzorgers door ondersteunende gesprekken, meditatie of rituelen. Herstel en Balans
Een revalidatieprogramma voor (ex)kankerpatiënten, dat bestaat uit een combinatie van lichaamstraining en psychosociale begeleiding. Het programma duurt 12 weken. U kunt zich hiervoor aanmelden via uw behandelend arts. De meeste zorgverzekeraars vergoeden het grootste deel van dit programma. In Eindhoven wordt dit programma aangeboden door revalidatiecentrum Blixembosch. www.herstelenbalans.nl Telefoon 040 264 2923 (revalidatiecentrum Blixembosch)