Odyssee DE WRAAK VAN DE ZEE Handleiding voor jongeren bij de voorstelling van BONHEUR Theaterbedrijf Rotterdam in het seizoen 2006-2007
Inleiding Ανδρα µοι εννεπε, Μουσα, πολυτροπον, 'ος µαλα πολλα πλαγθη ... Muze, verhaal van de man van velerlei wegen, die heel lang rondzwierf...
Binnenkort speelt BONHEUR Theaterbedrijf Rotterdam de voorstelling Odyssee, De wraak van de zee in een theater bij jou in de buurt. In deze voorstelling krijg je een deel te horen van het verhaal van Odysseus, die na afloop van de Trojaanse oorlog tien jaar moest zwerven voor hij kon terugkeren naar zijn koninkrijk, het eiland Ithaka, waar zijn vrouw Penelope en zoon Telemachos op hem wachtten. De andere twee delen van dit theaterdrieluik volgen in de theaterseizoenen 2007-2008 en 2008-2009. Odyssee is gebaseerd op het beroemde boek Odysseia van Homerus. Het is niet een theatervoorstelling zoals je misschien gewend bent te zien. Het is namelijk een voorstelling waarin één acteur het verhaal aan de bezoekers vertelt. In deze lesbrief kun je daar meer over lezen. We geven je ook informatie over Homerus, over Odysseus, over de Griekse goden en over het verhaal zelf. Verder hebben we een handleiding opgenomen voor het schrijven van een recensie, een kijkwijzer voor het theater en een lijst met begrippen uit de theaterwereld. Deze kun je gebruiken een verwerkingsopdracht voor je CKV-dossier moet maken. Alle drie kun je ze ook weer gebruiken voor andere voorstellingen die je misschien in het kader van CKV nog gaat bezoeken. En ten slotte zit in deze lesbrief natuurlijk ook informatie over BONHEUR Theaterbedrijf Rotterdam. Als je van plan bent de voorstelling Odyssee te komen bekijken, raden we je aan eerst deze lesbrief te lezen. Onze ervaring is namelijk dat bezoekers meer plezier aan een voorstelling beleven als ze informatie daarover gelezen hebben en met de inhoud van de voorstelling bezig zijn geweest. In de speellijst achter in deze lesbrief kun je zien, wanneer we bij jou in de buurt zijn. Tot ziens bij de voorstelling Odyssee!
BONHEUR Theaterbedrijf Rotterdam Eendrachtsstraat 81 3012 XH Rotterdam www.bonheur.nl
[email protected] 010 – 404 67 16
1
Over Odysseus Odysseus Odysseus heet voluit Odysseus Laërtiades (Odysseus, zoon van Laërtes). Hij is koning van Ithaka, een eiland voor de West-Griekse kust, en hij is getrouwd met Penelope. Hij heeft een zoon, Telemachos. Odysseus is een van de grote helden uit de Griekse mythologie. Hij neemt deel aan de Trojaanse oorlog en is daar de bedenker van het beroemde en beruchte Paard van Troje. Omdat hij zo slim is, wordt hij ook wel de man van de duizend listen of de vindingrijke Odysseus genoemd.
De Trojaanse oorlog Om de achtergrond van Odysseus’ omzwervingen te begrijpen, moet je eigenlijk eerst iets weten over de Trojaanse oorlog die waarschijnlijk in de twaalfde eeuw voor Christus werd uitgevochten. We vatten die voorgeschiedenis hier heel kort voor je samen. De aanleiding voor de Trojaanse oorlog ligt in het huwelijksfeest van Peleus en Thetis. Voor dit huwelijksfeest zijn alle goden uitgenodigd behalve Eris, de godin van de twist. Zij is hierover heel boos en daagt de bruiloftsgasten uit te bepalen wie de mooiste godin is. Paris, de zoon van de Trojaanse koning Priamos, neemt de uitdaging aan. Hij moet kiezen uit de godinnen Hera, Athene en Aphrodite. Deze drie proberen hem om te kopen: Athene biedt hem alle macht van de wereld, Hera biedt hem een lang en voorspoedig leven en Aphrodite belooft hem de mooiste vrouw van de wereld. Hij kiest het laatste en wijst Aphrodite aan als de mooiste godin. Als beloning krijgt hij Helena, de vrouw van Menelaos, koning van Sparta. Paris neemt Helena mee naar Troje en daarmee is de basis gelegd voor de Trojaanse oorlog. Menelaos kan de schaking van Helena namelijk niet op zich laten zitten en verzamelt een aantal bondgenoten om zich heen (de Grieken). De belangrijkste daarvan is Agamemnon, broer van Menelaos en koning van Mycene. Hij wordt de legeraanvoerder. In het leger van Agamemnon bevinden zich onder andere Achilles (ja, die van de hiel) en Odysseus. De Trojaanse oorlog duurt tien jaar. Het schiet maar niet op: de ene keer lijken de Grieken te winnen, de andere keer de Trojanen. Aan het einde van de tien jaar hebben de Grieken er genoeg van. Odysseus verzint een list. De Grieken doen alsof zij het strand waarop zij hun tentenkamp hebben gebouwd, verlaten. Ze laten alleen een groot houten paard achter. De Trojanen zien het paard als een offer, halen het de stad in en vieren een groot bevrijdingsfeest. Ze weten niet dat het paard vol zit met Griekse soldaten. ’s Nachts komen de Griekse soldaten naar buiten, openen de poorten van de stad en laten de rest van de Grieken binnen, die ’s avonds stilletjes zijn teruggekeerd naar het strand. Troje wordt ingenomen en verwoest, de Grieken kunnen terugkeren naar hun eigen land. Ook Odysseus verlaat de Trojaanse kust. Maar zijn thuisreis zal nog eens tien jaar blijken te duren. Hij heeft zich namelijk tijdens de Trojaanse oorlog de woede van de god Poseidon op de hals gehaald door te zeggen dat mensen ook wel zonder goden kunnen. Het is vooral te danken aan de goedheid van de godin Athene dat alles uiteindelijk toch op zijn pootjes terechtkomt.
2
De omzwervingen van Odysseus Na zijn vertrek uit Troje drijft de wind Odysseus naar het eiland van de Kikonen. De Kikonen waren bondgenoten van de Trojanen en Odysseus vernietigt daarom de hele burcht, inclusief de mannelijke bewoners; kostbaarheden en de Kikoonse vrouwen nemen hij en zijn mannen mee als buit. Alleen de priester Apollon Maron laat hij leven. Deze geeft hem als dank onder andere twaalf zakken zoete, donkerrode wijn met een hemelse geur. Die wijn zal Odysseus later nog goed te pas blijken te komen. De vernietiging van de burcht van de Kikonen heeft voor Odysseus en zijn mannen wél gevolgen. Ontsnapte Kikonen roepen namelijk hun buren te hulp en op het strand lijden de mannen van Odysseus alsnog zware verliezen. Een aantal van hen, waaronder Odysseus, weet te vluchten. Dankbaar dat wij het er levend afgebracht hadden, verdrietig over het treurige lot onzer vrienden, zeilden wij verder.
Na een verschrikkelijk noodweer landen de schepen vervolgens bij de Lotuseters. Twee mannen worden op verkenningstocht gestuurd. De Lotuseters ontvangen hen gastvrij en geven hun de bloemen te eten die zij zelf ook altijd eten. De lotusbloemen zijn honingzoet en verslavend. Als de mannen wel erg lang wegblijven, gaat Odysseus zelf op onderzoek uit. Wie van de honingzoet smakende vrucht der lotusbloemen proefde, taalde niet meer naar zoiets als terugkeer; wat zij begeerden was slechts bij de Lotuseters te blijven en van de lotus te eten.
Met geweld moet Odysseus de mannen naar de schepen brengen. Daar moet hij ze vastbinden in het ruim en onmiddellijk vertrekken om te voorkomen dat meer manschappen van de lotusbloemen gaan eten en niet meer naar huis willen. De tocht voert de mannen verder tot zij aankomen bij het land van de Cyclopen, de eenogigen, een volk zonder wetten, dat leeft in holen. Odysseus gaat met twaalf van zijn beste manschappen en een van de zakken wijn die hij van Apollon Maron gekregen heeft, het land verkennen. Ze gaan de grot van Polyfemos in, een enorm sterke en reusachtige cycloop die bovendien de zoon van Poseidon is. Als ze een tijdje in de grot rondgekeken hebben, komt Polyfemos met zijn kudde schapen thuis. Hij vraagt Odysseus naar zijn naam. Odysseus zegt dat hij “Niemand” heet. Polyfemos blijkt niet alleen groot en sterk, maar ook wreed. Hij zorgt ervoor dat Odysseus en zijn mannen de grot niet meer uit kunnen en bij elke maaltijd eet hij twee van hen op. Odysseus betwijfelt sterk of hij en zijn mannen ooit nog zullen ontkomen aan de gigantische cycloop. Maar zijn bijnaam “de man van de duizend listen” doet hij ook nu weer eer aan: hij geeft Polyfemos zoveel van de heerlijke wijn van Apollon Maron te drinken dat deze in een diepe slaap valt. Dan steekt Odysseus hem zijn oog uit. Op de noodkreten van Polyfemos komen de andere Cyclopen van alle kanten aanstormen. Maar als hij op hun vraag wie hem iets aandoet, antwoordt: “Niemand doodt mij met een list”, gaan ze gerustgesteld weer naar huis. Nu heeft een ventje van niets, een man die geen enkele kracht heeft, na mij met wijn te hebben bedwelmd, mijn oog uitgestoken.
Polyfemos is dan wel min of meer uitgeschakeld maar Odysseus en zijn mannen zijn nog niet uit de grot. Ook nu verzint Odysseus een list: hij draagt zijn mannen op onder de buiken van Polyfemos’ schapen te gaan hangen. Als Polyfemos de volgende ochtend op de tast 3
controleert of de mannen zijn grot verlaten, voelt hij wel de vachten van schapen maar weet niet dat onder die schapen mensen hangen. Hij smeekt zijn vader, de god Poseidon met wie Odysseus toch al ruzie had, te zorgen dat Odysseus nooit in Ithaka zal aankomen. En, als dat de goden te ver zou gaan, er in ieder geval voor te zorgen dat Odysseus nog heel lang over zijn thuisreis zal doen en op Ithaka nog meer verdriet zal vinden. In eerste instantie lijkt het erop dat de smeekbede van Polyfemos niet uitkomt. Odysseus komt namelijk aan op het eiland van Aiolos, de god van de wind. Hij wordt gastvrij ontvangen en als hij weer vertrekt, krijgt hij van Aiolos als geschenk een zak met de hevigste winden. Hij mag die zak pas openmaken als hij op Ithaka is. De reis verloopt voorspoedig en ze komen al snel in de buurt van Ithaka. En dan gebeurt het. De mannen van Odysseus denken dat er goud en juwelen in de zak zitten en besluiten, als Odysseus door vermoeidheid in slaap is gevallen, de zak open te maken. Een geweldige storm breekt los en het eind van het liedje is dat de schepen weer uitkomen waar ze vandaan kwamen: bij het eiland van Aiolos. Odysseus is wanhopig. Wakker geworden dacht ik erover en zat ik in tweestrijd, of ik er, door mij van ’t schip af te storten, een eind aan zou maken, of het gelaten doorstaan en onder de levenden blijven.
Hij kiest ervoor bij de levenden te blijven. Er zit dus niets anders op dan opnieuw koers te zetten in de richting van Ithaka. Ze varen dus verder en bereiken na enkele dagen eerst het eiland van de Laistrygonen. De Laistrygonen blijken onvriendelijke reuzen en verpletteren met rotsblokken alle schepen van Odysseus die in de haven liggen. Alleen Odysseus’ eigen schip weet te ontkomen en het vaart verder naar Aia, het eiland van de tovenares Kirke, dochter van de god Helios. Ook op Aia laat Odysseus enkele mannen op ontdekkingstocht gaan. Als ze lang wegblijven, gaat hij ze zoeken en tijdens die zoektocht ontmoet hij Hermes, de boodschapper van de goden. Deze waarschuwt hem voor de gevaarlijke toverdrank van Kirke: als hij ervan drinkt, zal hij veranderen in een dier. Hermes geeft Odysseus een kruid dat hij kan gebruiken als tegengif. Bij het paleis van Kirke ontdekt Odysseus dat zijn mannen al zijn veranderd in dieren. Hij verzoekt Kirke de betovering ongedaan te maken en zijn mannen te laten gaan. Kirke weigert en geeft Odysseus ook van haar toverdrank te drinken. Als het kruid van Hermes zijn werk blijkt te doen en Odysseus niet in een dier verandert, raakt Kirke helemaal van streek. Zij smeekt Odysseus met haar naar bed te gaan. Hij stelt als voorwaarde dat zij de betovering van zijn mannen dan ongedaan maakt. Zo gebeurt het en het samenzijn bevalt Odysseus zo goed dat hij een vol jaar bij Kirke blijft. Pas als zijn mannen hem vragen of het geen tijd wordt de reis voort te zetten, besluit hij verder te gaan. Van Kirke krijgt hij de opdracht eerst naar de onderwereld te gaan, het huis van Hades en Persefone. Daar moet hij de ziel van Teiresias, de blinde ziener uit Thebe, om raad gaan vragen. Na een aantal beproevingen in de onderwereld te hebben doorstaan, krijgt Odysseus van Teiresias de voorspelling dat hij veilig op Ithaka zal aankomen als hij de koeien van Helios, de zonnegod, die grazen op het eiland Thrinakia, maar met rust laat. Thuis aangekomen zal hij bovendien de vrijers die met Penelope willen trouwen, moeten doden om een rustige oude dag te kunnen hebben. Na een ontmoeting met zijn overleden moeder en de Griekse koning Agamemnon (die bij terugkeer uit Troje is vermoord door zijn vrouw Klytaimnestra) keert Odysseus terug naar zijn schip en zet zijn reis voort. 4
Al snel komen ze aan bij het eiland van de Sirenen, halfgodinnen die schippers met hun mooie gezang verleiden en daardoor al veel schepen op de rotsen hebben laten lopen. Op advies van Kirke stopt Odysseus de oren van zijn manschappen dicht met was en bindt hij zichzelf vast aan de mast. Zo komen ze zonder schade en verdere tegenslag voorbij de Sirenen. Maar ook dat is nog niet het einde van de beproevingen. In een smalle zeestraat duikt ineens een verschrikkelijk monster op: Scylla. Het rukt zes mannen van Odysseus’ schip. Verderop moeten ze bovendien nog langs Charybdis, het monster dat zeewater opdrinkt en met veel geraas weer uitspuugt. En in de ingang vrat zij ze op, mijn kermende mannen, die nog hun armen strekten naar mij, in hun gruwelijke doodsnood. Stellig was dit het afschuwelijkste dat ik gezien heb van alles wat ik, mijn weg zoekend over zee, heb moeten ervaren.
Direct na de rotsen met Scylla en Charybdis komt Odysseus met zijn mannen aan bij Thrinakia waar Helios zijn runderen en schapen laat grazen. Odysseus herinnert zich de wijze raad van Teiresias en spoort zijn mannen aan het eiland links te laten liggen. De mannen weigeren; het wordt avond en ze willen wel weer eens van een stevig avondmaal genieten. Odysseus geeft toe; ze besluiten ’s nachts op het eiland te overnachten en ’s morgens weer verder te varen. Een onverstandig besluit, zo blijkt. Er steekt een storm op en Odysseus en zijn mannen zijn genoodzaakt langer op het eiland te blijven. Ze moeten zelfs zo lang blijven dat het eten opraakt. Dan slaan de mannen de raad van Teiresias in de wind en slachten een aantal runderen van Helios. Die is uiteraard razend en dwingt Zeus, de oppergod, de mannen te straffen. Als de storm is gaan liggen, vertrekken Odysseus en zijn manschappen. Maar midden op zee neemt Zeus wraak. In een loeiende storm stuurt hij zijn bliksemschichten op het schip af en laat deze in het schip slaan. Odysseus kan zich redden door op enkele wrakstukken te klimmen. De overige manschappen verdrinken. Odysseus is alleen over. Hij drijft verder, komt nog een keer langs Scylla en Charybdis en spoelt uiteindelijk na tien dagen aan op het eiland van de godin Kalypso. Zij wil met hem trouwen en belooft hem onsterfelijkheid en eeuwige jeugd. Odysseus blijft er echter op aandringen dat ze hem laat vertrekken naar Penelope. Gelukkig vinden de goden het na zeven jaar wel welletjes en zij bevelen Kalypso Odysseus te laten gaan. Dat is bijna het einde van de omzwervingen van Odysseus. Maar nog niet helemaal. Want opnieuw raakt Odysseus verzeild in een storm. Zijn schip vergaat en hij spoelt aan op het eiland van de Faiaken. Daar wordt hij gastvrij ontvangen door koning Alkinoos, diens vrouw Arete en diens dochter Nausikaä. Tijdens een feestmaal vertelt Odysseus zijn avonturen en koning Alkinoos belooft hem een schip en bemanning om hem naar huis te brengen.
De thuiskomst Als Odysseus ten slotte op Ithaka aankomt, blijkt Penelope belaagd te worden door een groot aantal vrijers. Ze willen met Penelope trouwen en proberen haar tot een keuze te dwingen. Ze verzint een list: degene die de boog van Odysseus kan spannen en er een pijl mee kan schieten, wordt haar nieuwe echtgenoot. Uiteraard lukt geen van de vrijers dit. Als ook (de door de godin Athene vermomde) Odysseus vraagt of hij het een keer mag proberen, lachen de vrijers hem uit. Groot is hun verbazing als het hém wel lukt. Als de vrijers daarop proberen Odysseus te vermoorden, ontstaat een gevecht dat uiteraard door Odysseus gewonnen wordt. De voorspelling van Teiresias komt uit: Odysseus en Penelope blijven nog lang bij elkaar. 5
Over Homerus en de Odysseia Homerus Homerus was een Griekse dichter en zanger. Hij leefde in de achtste eeuw voor Christus (dat wil zeggen tussen 800 en 700 voor Christus). We weten niet veel meer van hem dan dat hij mogelijk de maker is van de Ilias (de strijd om Troje) en de Odyssee (de omzwervingen van Odysseus), waarschijnlijk de twee oudst bekende en bewaarde teksten uit de Griekse letterkunde. “Mogelijk” omdat we nog altijd niet zeker weten of de Ilias en de Odyssee door dezelfde schrijver zijn geschreven en of de verhalen niet door veel meer dichters zijn gemaakt. Over Homerus wordt vaak gezegd dat hij blind was; hij zou zichzelf in de Odyssee namelijk beschrijven in de persoon van de blinde zanger Demodocos. Demodocos is de zanger die in het paleis van Alkinoos de Trojaanse oorlog bezingt. Het zou kunnen, maar is tegelijkertijd ook weer twijfelachtig omdat Homerus zo beeldend beschrijft dat hij het zelf bijna gezien moet hebben. Ook over de geboorteplaats van Homerus bestaat onduidelijkheid. Sommigen denken dat hij geboren is in Smyrna, anderen denken dat hij afkomstig is van het eiland Chios.
De Odysseia De Odysseia is een episch gedicht, een verhalend heldendicht. Epische gedichten zijn opgebouwd uit versregels. Die regels hebben bij Homerus allemaal een zelfde ritme: ze zijn geschreven in dactylische hexameters, regels van zes versvoeten in dactylus ( - ∪ ∪; lang,kort,kort) en spondee ( - -; lang,lang). Homerus maakt in de Odysseia veel gebruik van zogenaamde versierende bijvoeglijke naamwoorden (epitheta ornantia). Die bijvoeglijke naamwoorden worden meestal bij één bepaalde persoon gebruikt om een bepaalde bijzonderheid van hem of haar aan te geven. Zo spreekt Homerus vaak over de man van de duizend listen als hij het over Odysseus heeft, over de roosvingerige dageraad, de uilogige Athene en over mannen met goede scheenplaten als hij het heeft over de dappere strijders uit Odysseus’ manschappen. De Odysseia bestaat uit 24 boeken (“zangen”). De boeken hebben elk een letter gekregen, te beginnen met α en met de ω als laatste. Je kunt deze 24 boeken in drie hoofdgroepen verdelen: 1. de zoektocht van Telemachos (boek α tot en met δ) 2. Odysseus bij de Faiaken (boek ε tot en met µ) 3. Odysseus weer thuis (boek ν tot en met ω) In de eerste vier boeken besluiten de goden dat Odysseus naar Ithaka mag terugkeren. Bovendien wordt daarin beschreven hoe Telemachos op aanraden van de godin Athene op zoek gaat naar zijn vader. In de boeken ε tot en met µ vertrekt Odysseus bij de godin Kalypso, komt hij aan bij de Faiaken en vertelt hij het verhaal van zijn omzwervingen. Je zou dit een flashback kunnen noemen, maar door de lengte ervan is dit deel van de Odysseia evengoed te zien als een raamvertelling, een verhaal binnen een verhaal. In de boeken ν tot en met ω ten slotte beleven we mee hoe Odysseus aankomt op Ithaka, wat hij aantreft in het paleis, hoe hij wraak neemt op de vrijers en hoe de familie uiteindelijk weer herenigd wordt.
6
Goed beschouwd beschrijft de Odysseia alleen de laatste 41 dagen van de tien jaar durende omzwervingen van Odysseus. We maken die omzwervingen namelijk niet echt mee. Ze worden ons verteld door een verteller en door Odysseus als hij aanzit aan het feestmaal van koning Alkinoos van de Faiaken in de boeken vijf tot en met twaalf. Je zou kunnen zeggen dat dit deel van de Odysseia een raamvertelling is. In deze eerste aflevering van Odyssee, De wraak van de Zee bij BONHEUR krijg je het verhaal van die 41 dagen te horen.
Goden en helden De Grieken geloofden in meer dan één god. Zij waren polytheïstisch. De belangrijkste van die goden was Zeus, de oppergod. Zeus verwekt bij andere godinnen, maar ook bij gewone mensen vele kinderen. In het verhaal van Odysseus komen we onder andere Athene tegen die Odysseus in bescherming neemt, en Hermes, de boodschapper van Zeus. Poseidon is een broer van Zeus en is degene die Odysseus’ terugkeer naar Ithaka met alle macht probeert te verhinderen. De goden wonen op de berg Olympus. Zij beschikten over goddelijke krachten, maar konden ook menselijke vormen aannemen. Zij gedroegen zich bovendien ook als mensen. Op de Olympus werden vaak machtsspelletjes gespeeld en ruzies tussen goden kwamen nogal eens voor. Die ruzies werden dan vervolgens meer dan eens uitgevochten over de ruggen van de gewone stervelingen, zoals blijkt uit de aanleiding voor de Trojaanse oorlog. Niet alleen ruziemaken konden de Olympische goden, ze lieten zich ook vaak door hun hartstochten leiden, zoals wellust, haat en jaloezie. Merkwaardigerwijs zijn zij ook vaak jaloers op het geluk van mensen. Die doen dan ook alles wat zij kunnen om de goden gunstig te blijven stemmen.
Nederlandse vertalingen en bewerkingen Wie het verhaal van Odysseus’ omzwervingen nog een keer helemaal wil lezen, kan terecht bij de volgende twee prachtige vertalingen. Homeros, Odyssee, de terugkeer van Odysseus. Ingeleid en vertaald in Nederlandse hexameters door H.J. de Roy van Zuydewijn. Amsterdam: De Arbeiderspers, 1992. (Deze vertaling is in 2002 bekroond met de Martinus Nijhoff-prijs voor de beste vertaling van een literair werk.) Imme Dros, Homeros Odysseia, de reizen van Odysseus. Amsterdam: Querido, 1991. Imme Dros heeft bovendien een heel mooie navertelling geschreven van de Odysseia: Odysseus : een man van verhalen. Het boek werd in 1995 bekroond met een Zilveren Griffel en is uitgegeven door uitgeverij Querido.
7
Over de voorstelling ODYSSEE DE WRAAK VAN DE ZEE Wie naar een theatervoorstelling gaat, krijgt meestal een decor te zien dat de plaats aanduidt waar de handelingen zich afspelen en acteurs die met elkaar spreken en de handelingen uitbeelden. Dat is bij Odyssee maar ten dele het geval. Odyssee is verteltheater: er is één acteur (Paul Kooij) die het verhaal van Odysseus aan het publiek vertelt. Het gaat dus om een monoloog en er zijn geen handelingen. Wat we zien is een verteller die ons in een prachtig decor door middel van zijn verhalen meeneemt naar het land van de Faiaken, het land waar Odysseus aanspoelt na zijn vertrek bij Kalypso en waar hij van zijn belevenissen verslag doet tijdens een feestmaal dat de koning van de Faiaken, Alkinoos, hem aanbiedt. Er is maar één ander personage op het toneel aanwezig: een muzikant die het verhaal omlijst op zijn elektrische gitaar. Vertellen is een kunstvorm die wij in Nederland niet echt meer kennen. Ouders vertellen hun kinderen nog wel verhaaltjes en docenten op de basisschool doen dat ook nog wel, maar volwassenen die aan andere volwassenen verhalen vertellen? Neen. In vroeger tijden was dat anders. Veel mensen konden niet lezen, kranten en televisie bestonden nog niet en men moest het voor tijdverdrijf en nieuws dan ook hebben van rondreizende vertellers. Dat was zelfs in de middeleeuwen nog zo. Ook de Odysseia is misschien ontstaan als een verhaal dat door beroepsvertellers, zoals de hiervoor al genoemde blinde zanger Demodocos, werd verteld of bezongen, voordat het in de achtste eeuw voor Christus door Homerus werd opgeschreven. We zullen het nooit zeker weten. Wat we wel weten is dat zowel de Ilias als de Odysseia in de loop van de eeuwen vele malen is vertaald. Hele mooie vertalingen zijn ervan gemaakt en één van die vertalingen, van H.J. de Roy van Zuydewijn, is de basis geworden van de eerste voorstelling die BONHEUR Theaterbedrijf nu van de Odysseia gemaakt heeft. Sommige stukjes van de vertaling zijn weggelaten, op andere plaatsen zijn verbindingen gemaakt om overgangen duidelijker te maken, maar voor het overige is de vertaling zo nauwkeurig mogelijk gevolgd. Het is een verhaal van negentig minuten geworden, verteld door Paul Kooij.
8
Wat Paul Kooij laat zien en vooral horen, is een enorme prestatie. Meer dan 1500 versregels heeft hij in de afgelopen maanden uit zijn hoofd geleerd. En het vertellen ervan kost hem ruim negentig minuten. Maar wij denken dat het de moeite waard is om naar te luisteren en je te laten meevoeren in die wonderlijke wereld van goden, helden, koningen en andere mythologische figuren.
Over BONHEUR Theaterbedrijf Rotterdam Wat is BONHEUR? BONHEUR Theaterbedrijf Rotterdam is één van de Rotterdamse theatergezelschappen. BONHEUR bestaat al behoorlijk lang. Het werd in 1984 in Arnhem opgericht door enkele pas afgestudeerde theatermakers van de Arnhemse Toneelschool. In 1988 verhuisde BONHEUR naar Rotterdam. In het eigen theater werden vanaf dat moment voorstellingen gemaakt waarin licht, geluid, video en vooral de ruimte zelf een belangrijke rol spelen. Voorstellingen dus die een mengvorm zijn van theater, poëzie, literatuur, beeldende kunst, muziek en soms zelfs kookkunst. De meeste voorstellingen speelt BONHEUR in het eigen theater aan de Eendrachtsstraat in Rotterdam. Maar soms speelt het gezelschap ook in andere theaters in Nederland. En op uitnodiging zelfs in het buitenland.
De voorstellingen van BONHEUR BONHEUR maakt meestal theater dat gebaseerd is op een boek. De verhalen worden dan herschreven tot een toneelstuk. De eerste voorstelling van BONHEUR was een bewerking van een verhaal van Anna Blaman: Hotel Bonheur. Hier komt ook de naam van het gezelschap vandaan. Daarna heeft BONHEUR veel boeken van andere bekende en onbekende schrijvers bewerkt. Soms is niet een boek, maar een idee de basis voor een voorstelling. Dan wordt vanuit dat idee geïmproviseerd en ontstaat de voorstelling als vanzelf door dingen te doen. Maar het kan ook zijn dat aan een of meer schrijvers of dichters gevraagd wordt een tekst te schrijven bij een idee. Dat laatste was bij de voorstelling Struisvogels op de Coolsingel het geval. Die voorstelling werd in mei 2005 gespeeld toen Rotterdam herdacht dat de stad op 14 mei 1940 gebombardeerd werd. Bij BONHEUR zul je dus geen toneelklassiekers zien, maar originele voorstellingen die door geen ander toneelgezelschap gespeeld worden. Geen Shakespeare, Brecht of Molière. Maar wel bijvoorbeeld A Solitary Blue naar het boek Niemand anders dan ik van Cynthia Voigt, Laten wij aanbidden van Ann-Marie MacDonald, Alles is verlicht van Jonathan Safran Foer en De zelfmoord van de meisjes van Jeffrey Eugenides.
De makers van de voorstelling BONHEUR is een professioneel theatergezelschap. Dat wil zeggen dat alle mensen die er werken “theater maken” als beroep hebben. De makers van Odyssee zijn dus ook allemaal vakmensen. Zij hebben een opleiding gevolgd, waar zij hun vak hebben geleerd.
9
In de periode dat de voorstelling gemaakt wordt, zijn de mensen die eraan meewerken vijf dagen per week overdag in het theater of de repetitieruimte. En buiten die tijden wordt vaak thuis ook nog gewerkt: teksten leren, verder nadenken over regie en toneelbeeld enz. Een voorstelling wordt in ongeveer twee maanden gemaakt. Uiteraard zijn dan alle teksten al geschreven en heeft de regisseur al goed nagedacht over de vraag, hoe de voorstelling er volgens hem uit zou moeten gaan zien. In de laatste twee weken voor de première wordt vaak ook ’s avonds en in de weekenden gewerkt om de laatste puntjes op de i te zetten. De voorstellingen van BONHEUR worden na de première in ieder geval nog een aantal keren in het eigen theater aan de Eendrachtsstraat gespeeld (meestal ongeveer een maand). En in sommige gevallen reist de voorstelling daarna nog langs andere theaters in Nederland. Dat betekent dat de makers van een voorstelling daarmee in totaal meestal zo’n vijf maanden intensief bezig zijn. Aan Odyssee, De wraak van de zee werken de volgende mensen direct op of rond het toneel mee: Bewerking: Peter Sonneveld en Lex Bohlmeijer Regie: Peter Sonneveld Spel: Paul R. Kooij Muziek: Wiek Hijmans/Olaf Tarenskeen Compositie: Wiek Hijmans Decor: Floor Oskam Kostuums: Roelie Westendorp Lichtontwerp: Paul van Laak Daarnaast zijn er uiteraard nog medewerkers achter de schermen die zich bezighouden met dingen als contracten, financiën, publiciteit en educatie.
10
Bijlage
Kijkwijzer bij de voorstelling
Naam:…………………………………………………………………………………………………… Activiteit:……………………………………………………………………………………………......
Voorbereiding Titel theatervoorstelling: …………………………………………………………………………………………………………... Naam theatergezelschap/theatermaker: …………………………………………………………………………………………………………… Naam regisseur: …………………………………………………………………………………………………………… . Datum/plaats bezoek: ……………………………………………………………………………………………………………
Waar gaat de theatervoorstelling over? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat verwacht je van de voorstelling? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
A Eerste indruk Omschrijf in 5 trefwoorden wat je vond van de voorstelling, wat viel je op? (bijvoorbeeld iets in het verhaal, de sfeer, mooie kostuums) …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat riep de voorstelling bij je op, welke ideeën, gevoelens en associaties kreeg je? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… 11
Wat vond je het mooiste of boeiendste aan de voorstelling? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
En wat boeide je het minst? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
B Analyse Wat voor verhaal wordt er verteld/ gespeeld/ getoond? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Waar is voorstelling op gebaseerd: een toneelstuk, een boek, zelf bedacht? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat is het thema? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wie zijn de belangrijkste personages? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat is de sfeer? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat valt je op aan de acteurs en hun spel?
12
…………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat valt je op aan de vormgeving (locatie, decor, kostuums)? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Welke rol spelen licht, muziek en/of geluid in de voorstelling? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat valt je op aan de stijl? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Wat heeft het gezelschap / de regisseur met deze voorstelling willen vertellen? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Passen de stijl of de vormgeving goed bij het verhaal? Betrek tenminste 2 aspecten van de voorstelling bij je antwoord. Ja / nee, want …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
C Conclusie Vertel kort jouw indruk van de theatervoorstelling. Wat heb je gezien en ervaren?
13
…………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Komt jouw indruk en ervaring overeen met de informatie en verwachting die je vooraf over de voorstelling had? Geef 2 punten aan waarop beide duidelijk overeenkomen of juist afwijken: 1………………………………………………………………………………………………………… 2 …………………………………………………………………………………………………………
Vind je dat de theatermaker zijn idee of bedoeling duidelijk heeft kunnen maken? 0 ja: Noem twee theatrale middelen (zie checklist) of aspecten van de voorstelling waarin die bedoeling heel duidelijk tot uitdrukking kwam. 0 nee: Noem twee theatrale middelen (zie checklist) of aspecten van de voorstelling die je niet vond passen bij de bedoeling van de regisseur. 1 ………………………………………………………………………………………………………… 2 …………………………………………………………………………………………………………
Wat vond je van de voorstelling in zijn totaliteit? Gebruik bij het beantwoorden van deze vraag een aantal van de aspecten die je hierboven genoemd hebt. …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
14
BIJLAGE Handleiding bij het schrijven van een recensie Toneelrecensies (maar ook andere recensies) zijn over het algemeen volgens een vaste structuur opgebouwd. Dat betekent dat bepaalde onderdelen en onderwerpen er eigenlijk altijd in voorkomen. Met die wetenschap kun je je voordeel doen bij het schrijven van je eigen recensie. Loop de volgende aandachtspunten langs, maak een goed lopende beschouwing van de gevonden informatie en je hebt in principe alles wat je nodig hebt voor een goede recensie. 1. algemene gegevens Geef hier de titel van de voorstelling, de naam van het gezelschap en de regisseur, de namen van de hoofdrolspelers en waar en wanneer je de voorstelling hebt gezien. 2. inhoud Maak een korte samenvatting van het stuk. 3. de ruimte en het toneelbeeld - Heb je de voorstelling op een bijzondere locatie gezien of in een theater? - Beschrijf het toneelbeeld: decor, licht, video, rekwisieten en kostuums. Hebben ze ook een symbolische betekenis? In hoeverre is het toneelbeeld mede bepalend voor de thematiek van de voorstelling? 4. muziek en geluid Wordt er gebruik gemaakt van muziek en geluid? Ondersteunen ze de handeling in het stuk? Dienen muziek en geluid alleen als overgang naar een volgende scène of spelen ze een belangrijke rol? - Maakt de muziek of het geluid het verhaal duidelijker? 5. personages - Wie zijn de personages in het stuk? - Leer je ze goed kennen? Wat weet je bijvoorbeeld juist wel of juist niet van ze? Hoe is de onderlinge relatie? Is dat belangrijk in dit stuk? Maken de personages een karakterontwikkeling door? - Is er een personage met wie je het meest hebt meegeleefd of in wie je je het meest herkende? Hoe komt dat? 6. thematiek: waar gaat de voorstelling over? - Wat zijn voor jou de belangrijkste thema’s van het stuk? - In welke dingen die je hebt gezien/gehoord wordt dat thema uitgewerkt/vormgegeven? - Heeft het thema ook betekenis voor jou of staat het ver van je af? 7. werking - Wat vind je boeiend aan de voorstelling? - Welke middelen heeft de regisseur volgens jou daarvoor gebruikt en welke daarvan waren volgens jou het meest effectief? - Wat vond je niet boeiend en hoe komt dat? 8. mening 15
Wat vind jij van de voorstelling? Benoem het moment dat je het meest is bijgebleven en beargumenteer je mening.
16
BIJLAGE Begrippen uit de theaterwereld (bron: o.a. www.theaterland.nl en 'Tien jaar Rotterdamse Schouwburg, een Italiaantje' Peter Snel) •
acteur/actrice: toneelspeler(m/v), heeft vaak op de toneelschool gezeten (hboopleiding), vindt een première meestal vreselijk. ‘Aan sommigen merk je helemaal niets, maar menig acteur zou dan wensen dat hij een ander beroep had.’ • applaus: geeft het publiek meestal na een voorstelling door de handen ritmisch op elkaar te laten vallen of te slaan. 'Een mooi applaus is als er bravo wordt geroepen of als je zes keer wordt teruggeroepen.' • artistiek leider: degene die het artistieke beleid van een gezelschap bepaalt (meestal ook regisseur). • bewerking: een script dat ontstaan is door een boek of een andere tekst om te zetten tot een toneeltekst. • climax: hoogtepunt van een verhaal of toneelstuk. • decor: alles wat op het toneel staat, ruimte waarin de acteurs spelen. Decor heeft als functie het bepalen van de plaats en de tijd waarin het stuk zich afspeelt, maar kan bijvoorbeeld ook sfeerbepalend werken of een symbolische functie hebben. • dramaturg: praatpaal van de regisseur. Heeft vaak dramaturgie/theaterwetenschap gestudeerd. Kijkt of dat wat op het toneel wordt gemaakt door regisseur en acteurs lijkt op wat de regisseur met met de voorstelling wil overdragen. • ensceneren: voor toneel of film inrichten. • Italiaantje: als acteurs de tekst snel doornemen of oefenen, zonder kostuums of decor, noemen ze dat een Italiaantje. Kan op elke locatie worden uitgevoerd, bijvoorbeeld in de taxi of tijdens het eten. • lichtplan: wat een lichtontwerper maakt bij een voorstelling, opdat de gewenste spots aangaan op het gewenste moment. • lijsttoneel: het toneel van veel grotere schouwburgen. Genoemd naar een vaak gebeeldhouwde barok gevormde schilderijenlijst in het groot, rond de toneelopening. Theatervoorstellingen worden door sommigen lijsttoneelvoorstellingen genoemd als men die suffig en saai, niet progressief, vindt. • mime: niet hetzelfde als pantomime! Strikt genomen is mime theater zonder tekst. In de praktijk wordt onder mime meestal een theatervorm verstaan waarbij niet de gesproken tekst, maar de bewegingen van de acteurs het uitgangpunt vormen. • plot: verwikkeling in een verhaal. • première: eerste (officiële) voorstelling, waarbij recensenten worden uitgenodigd. Vaak zijn er voorafgaand aan de première nog een aantal 'try-outs' om de voorstelling met publiek erbij 'uit te proberen'. Naar aanleiding van de try-out kan er nog veel veranderen aan de voorstelling. • regisseur: geeft theater vorm en inhoud, bijvoorbeeld door een toneeltekst door acteurs en actrices te laten spelen volgens zijn idee. • rekwisieten: voorwerpen die een acteur in zijn spel gebruikt, bijvoorbeeld een boek, een telefoon etc. • scène: gedeelte binnen een voorstelling waarvan de handelingen een samenhangend geheel vormen. • script: de tekst van het toneelstuk met eventuele regie-aanwijzingen. • theater: de kunstvorm waaronder toneel valt (ook dans of cabaret); de zaal waar een toneel is en waar je kunt genieten van bijv. toneel of cabaret. • toneelbeeld: Alles wat je kunt zien in een theatervoorstelling, behalve de acteurs. Je kunt het toneelbeeld onderverdelen in het décor en rekwisieten, kostuums, grime en belichting. De vormgeving creëert een eigen wereld op het toneel en is in de loop der jaren steeds belangrijker geworden. • vlakke-vloer-theater: theater waar de scheiding tussen publiek en spelers minder groot is dan bij het lijsttoneel, omdat de publiekstribune op de speelvloer staat. • verteller: degene die het verhaal aan het publiek presenteert.
17