NUMMERING VAN DE APPARTEMENTEN De structuur van de hier voorgestelde code moet in alle gevallen worden gebruikt om een appartement in te voeren in de certificatiesoftware voor individuele wooneenheden.
NUMMERING VAN DE APPARTEMENTEN ........................................................................................ 1 1. 2. 2.1 2.2 2.3 2.4 3. 3.1 3.2 3.3 3.4 4. 4.1 4.2 4.3
STRUCTUUR VAN DE CODE ................................................................................................................ 2 NUMMERING VAN DE NIVEAUS.......................................................................................................... 2 HET BEGINNIVEAU ....................................................................................................................... 2 DE NUMMERINGSMETHODE .......................................................................................................... 2 VERWERKING VAN DE HALVE NIVEAUS ........................................................................................ 2 VERWERKING VAN DE VERDIEPINGEN ZONDER INDIVIDUELE WOONGELEGENHEID ...................... 2 NUMMERING VAN DE APPARTEMENTEN ............................................................................................ 3 VERPLAATSINGSREGEL ................................................................................................................ 3 DEFINITIE VAN HET “BEGINPUNT” ................................................................................................ 3 NUMMERINGSMETHODE ............................................................................................................... 3 NUMMERING VAN DE VLEUGELS VAN HET GEBOUW ..................................................................... 4 VOORBEELDEN ................................................................................................................................. 4 BEGINNIVEAU .............................................................................................................................. 4 BEGINPUNT OP DE GELIJKVLOERSE VERDIEPING ........................................................................... 5 BEGINPUNT OP DE NIVEAUS DIE WORDEN BEDIEND DOOR EEN TRAP DIE UITKOMT IN EEN SAS MET TWEE DEUREN............................................................................................................................................. 5 4.4 NUMMERING VAN DE VLEUGELS VAN EEN GEBOUW ..................................................................... 6 4.5 MEERDERE VERTICALE TOEGANGEN ............................................................................................ 7 4.6 MEERDERE TOEGANGEN TOT EEN DUPLEX ................................................................................... 8
NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 1 van 9
1.
STRUCTUUR VAN DE CODE
NSnn/AZxx N en A zijn twee vaste letters: N voor het niveau en A voor het appartement. S is het teken "+" of het teken "-" nn is een getal van twee cijfers dat wordt bepaald volgens de nummering van de niveaus. Z is een cijfer dat de vleugel aanduidt waarin het appartement gelegen is (0 indien er maar één vleugel is) xx is een getal van twee cijfers dat wordt bepaald volgens de nummering van de appartementen.
2. 2.1
NUMMERING VAN DE NIVEAUS Het beginniveau
Het beginniveau is in principe de gelijkvloerse verdieping met de hoofdinkomhal. begincode:
N+00
In het geval het niveau van de hal lager is dan het niveau van het eerste bewoonde niveau waarvan de hoogte lager is dan de helft van een verdieping, is het referentieniveau dat van het eerste bewoonde niveau boven het niveau van de hal.
2.2
De nummeringsmethode
• loopt op met één eenheid per hogere verdieping: + 01, + 02,… • neemt af met één eenheid per lagere verdieping: - 01, -02,…
2.3
Verwerking van de halve niveaus
Indien er halve niveaus zijn, wordt het eerste cijfer van de nummering vervangen door de letter E. Voor de nummering van de halve niveaus wordt overigens dezelfde regel gevolgd als voor de nummering van de niveaus. code van de halve niveaus:
2.4
N+En of N-En
Verwerking van de verdiepingen zonder individuele woongelegenheid
Indien een verdieping van een gebouw geen appartementen omvat (technische verdieping, kantoorverdieping, …), wordt deze verdieping toch meegeteld in de nummering.
Bijvoorbeeld: Indien de 7de verdieping van een gebouw van 10 verdiepingen is ingenomen door een advocatenkantoor, begint de nummering van de appartementen op de 6de verdieping met N+06/A01 en die op de 8ste verdieping met N+08/A01. NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 2 van 9
3.
NUMMERING VAN DE APPARTEMENTEN 3.1
Verplaatsingsregel
Definitie Met de rug naar het beginpunt gekeerd, verplaatst de certificateur zich langs de muur aan de linkerkant, waarbij men zijn hand op de muur, de leuning of alle andere eigendomsgrens houdt. De aanwezigheid van een deur in de ruimte vormt geen onderbreking van de verplaatsing
3.2
Definitie van het “beginpunt”
Op de gelijkvloerse verdieping is het beginpunt de hoofdtoegangsdeur van het gebouw.
Definities Overloopdeur
= deur van het appartement overloop/sas/gemeenschappelijke hal.
die
uitgeeft
op
de
Overlooptrede = trede in het verlengde van de overloop.
Voor de andere verdiepingen hangt het beginpunt af van de bestaande middelen voor verticale circulatie. Om dit beginpunt te bepalen, moeten de volgende 3 regels worden toegepast :
Regel 1: de trap heeft voorrang op de lift. Regel 2: Ingeval van meerdere trappen, is het beginpunt vastgesteld als de overlooptrede van de trap (of de deur van de sas ervan), die op de gelijkvloerse verdieping de eerste trap is die men tegenkomt wanneer men de hiervoor uitgelegde verplaatsingsregel toepast. Regel 3: in het geval er meerdere deuren zijn in een sas, is het beginpunt de eerste deur die men tegenkomt wanneer men de hiervoor uitgelegde verplaatsingsregel toepast.
3.3
Nummeringsmethode
Op elk niveau : • •
Gaat men op het beginpunt staan (dat hierboven is gedefinieerd); Verplaatst zich men volgens de verplaatsingsregel ;
•
De eerste overloopdeur van een appartement krijgt nummer 01;
•
Dit nummer wordt telkens geïncrementeerd met één eenheid bij elke nieuwe overloopdeur die men tegenkomt wanneer men de verplaatsingsregel toepast. Merk op dat een overloopdeur is dikwijls uitgerust met een bel.
De nummering van de niveaus houdt geen rekening met een inkomsas. NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 3 van 9
Nota : Voor de gemakkelijkheid van de aan de akte ontvangende partijen en ter zuiver informatief doel, wordt de herkenningscode van de wooneenheid die zit op de authentieke akte van het appartementsgebouw met gemeenschappelijke eigendom in de “gecertificeerde deel van het gebouw” hokje overgenomen.
3.4
Nummering van de vleugels van het gebouw
Indien er, vanuit een gemeenschappelijke hal, liften of trappen zijn die verschillende vleugels van het gebouw aandoen zonder onderlinge verbinding behalve op het beginpunt, begint de nummering van de appartementen met een cijfer dat de vleugel aanduidt waartoe het behoort. De nummering van de vleugels begint bij 1 en wordt geïncrementeerd met één eenheid tot maximum 9. De volgorde van de vleugels is overeenstemmend met regels 1 tot en met 3 van de beginpunt.
4.
VOORBEELDEN
4.1
Beginniveau
+02
+01
+00 STRAAT
- 01
+00
Het eerste bewoonde niveau is het niveau dat men bereikt wanneer men het eerste trapdeel heeft beklommen. Deze verdieping wordt gewoonlijk "bel-etage" genoemd
NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 4 van 9
4.2
Beginpunt op de gelijkvloerse verdieping
a. geval van een hoofdhal
N+00/A002
N+00/A003
N+00/A001
De hoofdhal bedient vier appartementen die genummerd zijn in de richting van de wijzers van een klok.
N+00/A004
b. geval van een hoofdhal gevold door een lifthal
N+00/A002
N+00/A003
N+00/A001
Appartementen zijn genummerd zonder rekening houden met de aanwezigheid van een inkomsas.
N+00/A004
gelijkvloers
4.3 Beginpunt op de niveaus die worden bediend door twee trappen .
N+00/A001
N+00/A002
N+00/A004
N+00/A003
verdieping
NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 5 van 9
4.4 Beginpunt op de niveaus die worden bediend door een trap die uitkomt in een sas met twee deuren.
--/A001 --/A005 SAS --/A002 verdieping
--/A004
4.5
Regel 1: er is een trap en een lift de trap wordt gedefinieerd als beginpunt voor het niveau. Regel 2: de eerste deur die men tegenkomt wanneer men de verplaatsingsregel toepast, is de deur links van de lift: deze deur vormt het beginpunt voor de nummering van de appartementen die worden bediend door deze trap op het beschouwde niveau.
--/A003
Nummering van de vleugels van een gebouw
N+01/A101
N+01/A202
N+01/A201
N+01/A102
1ste VERDIEPING
N+00/A002
N+00/A003
1 N+00/A001
De eerste vleugel wordt bediend door de eerste trap die geïdentificeerd is in toepassing van de verplaatsingsregel.
2 N+00/A004
GELIJKVLOERS
NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 6 van 9
4.6 Meerdere verticale toegangen
a) Gelijkvloers Toegang door de eerste ontmoete trap, (conform verplaatsingsregel) vleugel 1
Appartement op nr44
gemeenschappelijke toegang geen vleugel
N+00/A001
Tweede trap
Kribbe
vleugel 2
Winkel
nr 46
nr 44
nr 42
Gelijkvloers
b) 1ste verdieping Appartement op nr 44 N+01/A101
appartement waarop aan de tussenverdieping de trap uitkomt vleugel 2
N+E1/A201
Appartement op nr 40 N+01/A201
1ste verdieping
NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 7 van 9
4.7
Meerdere toegangen tot een duplex
Het geval van een duplex met ingangen op verschillende verdiepingen wordt geregeld aan de hand van de twee volgende bijkomende regels : Regel 1: Bij voorkeur worden de hele niveaus gebruikt voor de vaststelling van het niveau. Het appartement met een deur op +E1 en een deur op +01 krijgt dus verdiepingnummer +01 voor de nummering van het EPB-certificaat.
Studio
Duplex
N+01/A001
N+01/A002
niveau van de duplex volgens aanvullende regel 1 Niv +E1
Plan nummering van de appartementen volgens de verplaatsingsregel
Regel 2: Zonder af te wijken van regel 1 wordt, wanneer de twee deuren gelegen zijn op twee niveaus die worden gescheiden door een verdiepingshoogte, bij voorkeur het laagste niveau genomen om het appartement te nummeren. Indien het appartement een deur heeft op +00 en een deur op +01 wordt verdieping +00 toegekend voor het EPB-certificaat.
+02 niveau van de duplex volgens bijkomende regel nr 2
Duplex
+01
N+00/A002
+00 STRAAT
E doorsnede
NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 8 van 9
4.8
Meerdere toegangen tot een appartement op één niveau
Het geval van een appartement met twee ingangen op hetzelfde verdieping wordt geregeld aan de hand van de volgende bijkomende regel : De certificateur van de wooneenheid geeft op het certificaat het nummer van het appartement op, overeenstemmend met de eerste ontmoete overloopdeur, (conform de verplaatsingsregel).
Aldus beschikt appartement 2 over code N+01/A002 ook al er bestaan twee toegangsdeuren.
APPARTEMENT 2 N+01/A002
(N+01/A003)
Plan
APPARTEMENT 1
N+01/A001
NL nummering van appartementen_20110114.docNummering van appartementen_20110114.doc
Blz 9 van 9