NOVA DWARSVERBAND NIEUWSBRIEF OPLEIDINGEN LAB, WELZIJN EN ZORG VAN ROC NOVA COLLEGE JAARGANG 5 – NUMMER 9 – JUNI 2015
Alles op de schop? Na de competentiegerichte kwalificatiedossiers staat in 2015 de invoering van herziene kwalificatiedossiers in het mbo centraal. Een kwalificatiedossier is het document waarin is vastgelegd wat een beginnend beroepsbeoefenaar aan het eind van de opleiding moet kunnen en kennen. Gaat het mbo opnieuw op de schop?
‘Nee’, zegt Diana Zoon, onderwijsinnovator van het Nova College. ‘Dat hoeft niet, maar mag wel. Binnen de sector zorg en welzijn is het werken met veranderende regelgeving inmiddels dagelijkse werkelijkheid. In ziekenhuizen zullen altijd mensen behandeld worden, de omstandigheden waaronder veranderen echter voortdurend, net als de procedures. ‘Een nieuwe knie betekende tien jaar geleden een paar weken opname; nu ben je twee dagen na de operatie weer thuis. Wij bereiden onze studenten voor op een onbekende toekomst. Wat ons te wachten staat, weet in veel gevallen ook het werkveld niet. Neem de voortgang van technologie in de zorg. Worden over tien jaar patiënten door robots uit bed getild? Het nieuwe kwalificatiedossier biedt mogelijkheden flexibeler op die veranderingen in te spelen.’
Regionale inkleuring De nieuwe opleidingen bestaan vanaf 1 september 2016 uit drie delen: een basis-, profiel- en keuzedeel. Het basisdeel is voor meerdere opleidingen gelijk. Naast het basisdeel kiezen studenten voor een specifiek uitstroomprofiel. Keuzedelen in het kwalificatiedossier zijn aanvullend en zijn bedoeld om sneller in te kunnen spelen op actuele ontwikkelingen. Keuzedelen kunnen ook regionaal worden ingekleurd, zodat een student meer kans heeft op de arbeidsmarkt. Bijvoorbeeld in de IJmond bij Tata Steel of in Friesland in de watersportindustrie. Nieuw ontwikkelen en hergebruiken ‘Voor de invulling van de beroepsgerichte basis- en profieldelen is een goed contact met het werkveld een absolute voorwaarde’,
2 Zilveren Vlam voor Salgai Eshaq 3 De dag van Yvette van Brienen 4 Rol van aangever verleden tijd 8 Sociaal werker staat in de frontlinie
stelt Diana Zoon. ‘Wij zijn ruim een jaar geleden gestart met het betrekken van het werkveld en de docenten. Het komende schooljaar staat in het teken van het uitwerken van de nieuwe kwalificatiedossiers in een werkbaar curriculum met het werkveld. Vooral het ontwikkelen en uitvoeren van de keuzedelen zijn een uitdaging. Daarnaast zullen er natuurlijk onderdelen van het curriculum hergebruikt kunnen worden. Wat goed is moet je niet
weggooien. Veranderen is geen doel op zich, maar een middel om te komen tot actueler, beter onderwijs.’ Charisma ‘Een even grote uitdaging is de aansluiting met onze studenten’, zegt Diana Zoon. ‘Hoe houd je ze ‘bij de les’? Aantrekkelijke, effectieve en inspirerende werkvormen gebruiken is een kunst op zich. De imple-
mentatie van dit nieuwe kwalificatiedossier is hét moment om ook hierbij opnieuw afwegingen te maken. Bijvoorbeeld bij de digitalisering van het onderwijs. Studenten zeggen tegen ons: ‘we willen niet de hele dag achter de computer zitten’. Docenten met charisma, docenten die studenten boeien en binden, dat is en blijft essentieel voor goed onderwijs. Dat zal hoop ik nooit veranderen.’
ZILVEREN VLAM Salgai Eshaq (23), vorig jaar afgestudeerd als klinisch chemisch analist bij Lab op de Laurens Baecklaan in Beverwijk, ontving begin april op de vakbeurs Techniek en Diagnostiek in Nijkerk de Zilveren Vlam 2015. Dat is een prijs die de Nederlandse Vereniging van bioMedisch Laboratoriummedewerkers jaarlijks uitreikt aan de beste afgestudeerde mbo-analist. Salgai was tien jaar toen ze vanuit Afghanistan naar Nederland verhuisde. In korte tijd leerde ze de Nederlandse taal en stroomde op van het praktijkonderwijs naar vmbo-t. Op het vmbo blonk ze uit in vakken als wiskunde, biologie en scheikunde. ‘Tijdens mijn middelbare schooltijd ontstond de interesse in het menselijk lichaam. Door een microscoop kijken bij biologie, ik vond het geweldig. Bovendien was ik goed in de exacte vakken. Ik kon na het vmbo naar de havo, maar daar voelde ik mij te oud voor. Vandaar mijn keus voor Lab. Daar kon ik mijn talent voor exacte vakken en mijn interesse in het menselijk lichaam mooi combineren. Naar het hbo Het Algemeen Klinisch Laboratorium van het Anthonie van Leeuwenhoek, waar Salgai stage liep, deed de aanbeveling voor de Zilveren Vlam. ‘Salgai heeft een bijzondere indruk achtergelaten. Zij bleek een hele goede stagiair, die kritisch is en blijft op eigen werk, maar ook op wat er om haar heen gebeurt. Zij heeft alle eigenschappen in zich voor een zeer goede klinisch chemisch analist: interesse, motivatie, zelfstandigheid en een goed ontwikkeld analytisch vermogen’. Aldus een passage uit de aanbeveling. Inmiddels heeft ze er een jaarcontract. ‘Ik heb het hier geweldig naar mijn zin. Ik ga echter begin volgend jaar trouwen. Mijn man woont in Maastricht. Daar ga ik de hogere laboratoriumopleiding volgen. Ik ben nog niet klaar met studeren.’
2 DWARSVERBAND – JUNI 2015
Nova College en Zorgbalans, een ouderenzorgorganisatie in Zuid-Kennemerland, startten in september 2014 de opleiding Verzorgende in de Praktijk, mbo niveau 3. Studenten in deze praktijkroute lopen niet alleen stage bij Zorgbalans, ze volgen ook alle lessen op locatie. Yvette van Brienen is één van deze studenten. Het is woensdag, de eerste van haar twee achtereenvolgende stagedagen in Verpleeghuis Velserduin IJmuiden.
‘Ik ben meer van het doen’ 05.30 uur Ik sta vroeg op. Ik woon in Heemskerk en wil rond kwart voor zeven op mijn werk zijn. Gelukkig kan ik met een medestudent meerijden. Ik heb na mijn vmbo-diploma eerst de opleiding Verpleegkundige niveau 4 gevolgd. Ik vond het erg moeilijk en ik zat vijf dagen in de week op school. Dat was niets voor mij, ik ben meer van het doen. Mijn moeder las in de krant een verhaal over deze praktijkroute. Dat is echt iets voor jou zei ze. En ze heeft gelijk gehad. 07.15 uur Tijd voor de overdracht. Met de nachtdienst worden de acht cliënten van onze afdeling besproken. Als er bijzonderheden zijn, worden die gemeld. Na de overdracht beginnen we met het uit bed helpen en wassen van de bewoners. Als bewoners langer op bed willen blijven liggen respecteren we dat, maar we willen wel dat iedereen ontbijt. 08.30 uur Het ontbijt. Sommige bewoners kunnen hun eigen boterham klaarmaken en opeten, anderen helpen we. Wie later uit bed komt, eet later. We nemen voor het ontbijt ruim de tijd. 10.30 uur Opruimen en koffie drinken. Enkele bewoners worden opgehaald om deel te nemen aan de activiteiten. Die worden georganiseerd door vrijwilligers. Bewoners die op de afdeling blijven, kijken naar de
De dag van: televisie, praten wat met elkaar of bladeren door een tijdschrift. Wij bereiden ondertussen de lunch voor. En we staan klaar om bewoners die bijvoorbeeld naar de wc willen, te assisteren. 12.00 uur Rond deze tijd starten we met de lunch. Die verloopt net als aan het ontbijt. Een deel van de bewoners eet zelfstandig, een ander deel helpen we. Dat is leuk om te doen. Je kunt dan wat individuele aandacht geven. Je voelt en ziet aan hun reactie dat bewoners het op prijs stellen als je ze helpt en met ze praat. 12.45 uur De lunch zit erop. De meeste bewoners doen na de lunch een dutje. Tegen drie
uur helpen we ze weer uit bed. Ik heb nu ook tijd om te werken aan mijn praktijk opdrachten. Dat is het mooie van deze praktijkroute, theorie en praktijk sluiten uitstekend op elkaar aan. Naast deze twee stagedagen heb ik drie dagen les in Zuiderhout. Dat is het revalidatiecentrum van Zorgbalans. 15.45 uur Tijd om bijzonderheden door te geven aan de avonddienst. En dan terug naar huis. Ik ben echt moe na zo een dag. De puf om te kickboksen, mijn voornaamste hobby, ontbreekt regelmatig. Ik vind de praktijkroute best intensief, maar het is prachtig om te doen. Ik ben hier echt op mijn plek.
3
De rol van aangever is verleden tijd
De tandartsassistent die op commando de benodigde instrumenten aan de tandarts geeft zodat hij zijn werk kan doen, die rol als pure aangever is inmiddels verleden tijd. De tandartsassistent is het gezicht van menig tandartspraktijk geworden. Hij houdt zich bezig met organisatorische zaken én voert onder toezicht van de tandarts handelingen uit. Die overgang vraagt vanzelfsprekend om een andere inhoud van de opleiding Tandartsassistent. Docent Petra IJzelenberg: ‘Steeds meer tandartspraktijken vragen om goed opgeleide assistenten. Ze beseffen hoe waardevol ze zijn omdat ze zo veel verschillende handelingen kunnen uitvoeren. Dit geldt vooral in grote groepspraktijken met meerdere kamers, wanneer tandartsen bepaalde taken kunnen delegeren aan de assistent. De tandarts blijft overigens altijd verantwoordelijk.’ Preventieassistent De grotere zelfstandigheid van de tandartsassistent en de gunstige arbeidsmarkt, zijn de belangrijkste redenen waarom de opleiding Tandartsassistent zich in een grote belangstelling van studenten mag verheugen. Petra IJzelenberg maakte de tijd mee dat er slechts drie eerstejaars studenten waren. Nu is dat aantal tot ruim vijftig gestegen, inclusief een aantal jongens en worden er het komende
4 DWARSVERBAND – JUNI 2015
schooljaar twee groepen geformeerd. Veel studenten volgen na diplomeren nog een extra opleiding voor Preventieassistent, een groot deel stroomt door naar hbo Mondzorgkunde. Nieuwe technieken De opleiding zelf is gemoderniseerd met nieuwe materialen en apparaten om beter in te spelen op de vele nieuwe technieken in de tandartsprak tijken. Petra IJzelenberg: ‘We hebben veel tijd en energie gestoken in die modernisering. Net als in de examinering van onze studenten. Studenten verrichten tijdens het examen allerlei taken. Alles wordt gefilmd en erkende assessoren, examinatoren nieuwe stijl, beoordelen. Deze assessoren zijn soms oud-studenten uit het werkveld. Het is voor ons een manier om de relaties met de buitenwereld te onderhouden. Meer relaties met je werkveld betekent betere kwaliteit.’
NIEUWS
Inspectie positief Een belangrijk deel van de opleiding vindt plaats buiten school, op het stageadres. Petra: ‘We hebben ook in de begeleiding van dit gedeelte van de opleiding geïnvesteerd Voor elke stageperiode is er een boekje met opdrachten. De praktijk controleert alle gemaakte opdrachten. We zijn inmiddels zo ver dat praktijken ons bellen of we een stagiair voor ze hebben. Dat hebben we met elkaar toch maar mooi bereikt.’
De inspanningen blijken niet voor niets. De Inspectie van het Onderwijsdie de opleiding Tandartsassistent begin dit jaar bezocht was positief in haar conclusies, ook omdat de uitval onder de studenten gering is.
‘Alles valt op zijn plek’ Sara Ahmedie (22) is tweedejaars student. Omdat ze door omstandigheden het tweede jaar moest overdoen, kan ze een goed oordeel vellen over de vernieuwde opleiding. ‘Tijdens mijn eerste jaar constateerde ik een groot gat tussen de praktijk en de theorie op school. Daar is geen sprake meer van. Het praktijklokaal is gemoderniseerd, er zijn nieuwe apparaten en de tandarts van wie we les van krijgen is enthousiast en volgt de ontwikkelingen op de voet. Als je vragen in de praktijk niet durft te stellen, kun je dat op school doen. De Wet Inspectie Preventie, de WIP, is een ander voorbeeld. De richtlijnen in deze wet veranderen jaarlijks. Daar wordt nu door school goed op ingespeeld. Omdat de opdrachten op mijn stageadres worden nagekeken, snappen ze beter wat wij op school doen. Alles valt nu op zijn plek.’
NIEUWE SCHOLING HERREGISTRATIE BIG Verpleegkundigen hebben te maken met de herregistratie BIG. Herregistratie in het BIGregister is verplicht en van belang om te kunnen blijven werken als verpleegkundige. De scholing die je daarvoor nodig hebt, is veranderd en kun je volgen bij Nova College Bedrijfsscholing. Ga voor informatie over de nieuwe scholing herregistratie BIG naar novacollege.nl/big.
DWARSVERBAND GAAT DIGITAAL, MELD JE AAN! Het unitblad Dwarsverband verschijnt 2x per jaar, in januari en in juni. Om tussentijds nieuws te kunnen uitwisselen met onze stagebedrijven is er nu ook een digitale Dwarsverband. Wil je Dwarsverband ook digitaal ontvangen? Meld je dan aan en blijf op de hoogte van de ontwikkelingen in de opleidingen en het leren in de praktijk. Mail je naam, functie en bedrijfsnaam aan Yvonne Tiemens via
[email protected].
5
U VRAAGT EN WIJ DRAAIEN Werkveld blij met keuzedelen ‘Het werk in de kinderopvang is enorm veranderd’. Dat stelt Margot Smit, praktijkopleider bij Welschap Kinderopvang, een organisatie met vier kinderdagverblijven en elf locaties voor buitenschoolse opvang in Heemskerk en Beverwijk. Margot Smit maakt namens Welschap Kinderopvang deel uit van het convenant tussen Nova College en collega-kinderopvangorganisaties in Kennemerland om tot een juiste afstemming van werkveld en onderwijsaanbod te komen.
Het mbo gaat vanaf het schooljaar 2016 – 2017 werken met nieuwe kwalificatiedossiers. Keuzedelen zijn aanvullend aan dat dossier. Samen vormen ze de basis voor het onderwijs en de examinering. De toegevoegde waarde van een keuzedeel op de arbeidsmarkt is dat het regionale bedrijfsleven direct invloed kan uitoefenen op het onderwijs. Brancheorganisaties en bedrijven kunnen voorstellen doen om keuzedelen te ontwikkelen. Margot Smit is blij met deze ontwikkeling. ‘In vergelijking met vijftien jaar geleden moeten studenten veel meer leren. Toen bestond er bijvoorbeeld niet of nauwelijks buitenschoolse opvang. Vanuit het werkveld is er bij het onderwijs op aangedrongen daar meer aandacht aan te besteden. Door deel uit te maken van het convenant is er een prettige samen-
werking ontstaan. Een voorbeeld is de vooren vroegschoolse educatie. Die is erop gericht ontwikkelingsachterstanden bij kinderen in de leeftijd van 2 tot 6 jaar te voorkomen of te verkleinen door educatieve programma’s. Het betekent dat alle pedagogische medewerkers in de kinderopvang of peuterspeelzalen moeten voldoen aan taalniveau 3F. Het is mooi dat de keuzedelen daarop kunnen worden afgestemd. Het is een wettelijke verplichting die door ons strikt wordt nageleefd.’ De regionale inkleuring van de keuzedelen is volgens Margot Smit een ander pluspunt. ‘Ik weet dat in het oosten van het land Duits een keuzedeel wordt. Niet alles is overal hetzelfde dus. Dat vind ik een goede ontwikkeling die veel mogelijkheden biedt.’
Allerlei variaties zijn mogelijk Danielle van Pelt is opleidingsmanager Nova College Welzijn en lid van de Commissie Welzijn van de MBO Raad. Als opleidingsmanager is ze verantwoordelijk voor de invulling van de keuzedelen: ‘Ik vind het belangrijk om daar het werkveld zoveel mogelijk in te betrekken.’ ‘De trein rijdt. Dat geeft Margot Smit ook al aan. Via het convenant zitten we regelmatig met collega’s uit het werkveld om tafel. Begin dit jaar organiseerden we een studiedag. Daarbij is met vertegenwoordigers uit het werkveld gesproken over de invulling van de keuzedelen. Je kunt als opleiding grote en kleine keuzedelen aanbieden. Allerlei variaties zijn mogelijk. Het werkveld is zeer gecharmeerd van de keuzedelen omdat ze flexibel zijn. De regionale invulling zoals Margot die schetst, zorgt voor een geheel nieuwe dynamiek.’ ‘We zitten nu in de fase van de afstemming. Hoe vul je keuzedelen in met een juist evenwicht tussen vaardigheden, theorie en stage? Bij het ene keuzedeel is theorie belangrijker, bij een ander keuzedeel ligt de nadruk op praktijk of stage. Hoe moet de nieuwe medewerker eruit zien.’
6 DWARSVERBAND – JUNI 2015
Column
‘Keuzedelen, de grote kans voor het beroepsonderwijs’ De MBO Raad heeft vanaf het begin meegedacht in het traject herziening kwalificatiestructuur. Tot 2010 werden de kwalificatiedossiers ontwikkeld door de kenniscentra. Dat resulteerde in duizend beroepscompetentieprofielen en meer dan zeshonderd opleidingen. Bedrijfsleven en onderwijs besloten daarop tot meer actieve afstemming via de stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Kenmerkend voor de herziening van de kwalificatiestructuur is dat in het systeem zowel duurzaamheid als flexibiliteit zijn ingebakken. Het zou mij niet verbazen als onze opleidingen op termijn voor de helft uit keuzedelen bestaan. Met die keuzedelen kunnen we razendsnel inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Veel sneller dan wanneer we nieuwe opleidingen moeten maken. Werken met keuzedelen vraagt een andere, meer ondernemende houding. We worden uitgedaagd om continu verandering aan te kunnen. De wereld verandert, we moeten mee veranderen. We praten over keuzedelen, maar hier hebben we zelf geen keus het is de toekomst. Je kunt me echt wakker maken voor wilde ideeën over de toekomst. Stel, je bedenkt iets waardoor de 3D-printer een waardevolle rol kan spelen bij restauratieprojecten. Dan kun je vandaag al een keuzedeel maken en morgen gaan printen. Dat vind ik het mooie: we kunnen via de keuzedelen meteen inspelen op nieuwe technologie en de vraag van regio en bedrijfsleven. Of neem Tesla, de fabrikant van die elektrische auto’s. Als die morgen bekend maakt in jouw omgeving een vestiging te willen openen, dan zit je als roc toch ’s middags al bij elkaar? Dát is die kans die we nu hebben. Er zijn nu al honderden keuzedelen en dat worden er ongetwijfeld veel meer. Mits de scholen echt gaan luisteren naar de vraag van bedrijfsleven en regio en innovaties meteen willen opnemen. Maar het moet inderdaad wel allemaal worden georganiseerd. Als school heb je de keuze in wat je gaat aanbieden, doe dat bewust. En een keus uit veel is toch prettiger dan al aan de voorkant te worden beperkt? Rini Romme, beleidsadviseur bij de MBO Raad en projectleider van het Servicepunt Invoering Herziening Kwalificatiestructuur (IHKS).
7
Sociaal werker staat in de frontlinie Op 1 september start op de Nova vestigingen in Hoofddorp en Haarlem de nieuwe opleiding Sociaal Werk. De opleiding sluit aan op de actualiteit van de ontwikkelingen, de verschuiving van zorg naar welzijn. Dat maakt dat de sociaal werker van veel markten thuis moet zijn. Opleidingscoördinatoren Angelique van Balen en Eric Spitz, samen verantwoordelijk voor de inhoud van de opleiding Sociaal Werk, vatten het kort en bondig samen: ‘De sociaal werker van de toekomst signaleert problemen in de wijk en gaat daar wat mee doen. Hij moet vrijwilligers werven en aansturen, de sociaal werker wordt een echte generalist.’ Mix van mensen Gitta van der Linden van welzijnsorganisatie Haarlem Effect is blij met de nieuwe opleiding. ‘Sociale en zorgprofessionals werken tegenwoordig nauw met elkaar samen, ze versterken elkaar. Het maakt dat van een sociaal werker andere competenties worden gevraagd. De nadruk ligt op de zelfredzaamheid van mensen in de wijk en het versterken van netwerken. We richten ons in buurtteams sterk op de mix van mensen die iets voor elkaar kunnen betekenen en mensen
die een steuntje in de rug nodig hebben. Die verbinding moet de sociaal werker tot stand zien te brengen. Hij staat in de frontlinie, moet zichtbaar zijn in de wijk. Bovendien werken we niet langer aanbodmaar vraaggericht. Samenwerken in plaats van ondersteunen, met als onderliggende vraag: wat kunnen mensen zelf?’ Oplossen van problemen De sociaal werker ondersteunt dus mensen bij het oplossen van en omgaan met problemen in hun dagelijks leven en werk. Het kan van korte of langere duur zijn, net zoals de problemen vaak divers van aard zijn. Door de cliënt inzicht te geven in zijn problemen en hem nieuwe vaardigheden aan te leren, kan hij op eigen kracht problemen hanteren en oplossen. Eric Spitz: ‘De problematiek van mensen moet niet langer individueel worden gezien, maar in wijk- dan wel
Fotografie: Alexandra Hunts, Hugo Schuitemaker Dwarsverband is een uitgave van ROC Nova College en kun je downloaden op novacollege.nl/dwarsverband Reacties:
[email protected] ROC Nova College unitbureau Lab, Welzijn en Zorg, Paxlaan 26, Postbus 2110, 2002 CC Haarlem T: (023) 530 32 00 E:
[email protected]
8 DWARSVERBAND – JUNI 2015
groepsverband. De sociaal werker maakt mensen in de wijk sterker, versterkt hun netwerken. Dat kan fysiek maar ook digitaal. Een groepsgesprek via de tablet bijvoorbeeld. Alle deelnemers zitten thuis maar hebben toch contact met elkaar.’ Stageplekken ‘De keuzedelen van de opleidingen Sociaal Werk sluiten aan op de behoeftes van het werkveld’, vertelt Angelique van Balen. ‘We hebben regelmatig contact met vertegenwoordigers van het werkveld. Keuzedelen als wijkgericht werken, diversiteit en jongerenwerker zijn daarop afgestemd. Sociaal Werk is een brede maatschappelijke opleiding met twee profielen: Sociaal maatschappelijke dienstverlener en Sociaal cultureel werker. Dat biedt veel mogelijkheden voor het invullen van stageplekken.’ De nieuwe opleiding mag zich verheugen in een grote belangstelling. Dat blijkt onder meer uit het aantal aanmeldingen. In vergelijking met vorig jaar was er half april al sprake van een verdubbeling.