NOTITIE Van E-mailadres Datum
: Yvonne Roelands :
[email protected] : Maart 2013
Betreft
: Beleid instellingsvreemde ZZP’s
Het kan voorkomen dat een cliënt bij een instelling wordt aangemeld met een andere ZZP-indicatie dan waar een instelling voor toegelaten is. Het ZZP is dan voor de aanbieder instellingsvreemd. In deze notitie wordt toegelicht hoe het zorgkantoor hier met ingang van 2013 mee omgaat. ZZP Het CIZ stelt de indicatie voor de cliënt. Bij de keuze voor een ZZP, maakt het CIZ ook de keuze voor een dominante grondslag. Een instellingsvreemd ZZP verwijst naar een cliënt die is geïndiceerd voor een ZZP met een grondslag die niet overeenkomt met de formele toelating van de instelling waar de cliënt wil verblijven. In een aantal specifieke gevallen heeft een instelling geen formele toelating voor bepaalde zorg, maar heeft de zorgaanbieder een dusdanig gespecialiseerde unit dat het zorgkantoor, voor ten hoogste de omvang van die unit, deze zorg voor de aanbieder als niet instellingsvreemd beschouwt. Keuzevrijheid cliënt Een belangrijk uitgangspunt van het zorgkantoor is de keuzevrijheid van de cliënt. De cliënt zal, indien mogelijk, worden toegewezen aan de instelling waarvoor deze een voorkeur heeft. Bij de instelling ligt de plicht, conform de afspraken die in de overeenkomst tussen het zorgkantoor en de instelling zijn vastgelegd, binnen 2 werkdagen na de toewijzing in contact met de cliënt te treden om de mogelijkheden van zorglevering te bespreken. Beleid Uitgangspunt is dat een zorginstelling moet zijn toegerust om zorg te kunnen leveren aan bepaalde doelgroepen. Dit betekent dat de instelling bijvoorbeeld moet beschikken over woonruimte met voldoende benodigde voorzieningen en personeel dat deskundig en vaardig is. De door zorgkantoren opgestelde productspecificaties 1
ZZP (zie download ‘Zorginkoopgids AWBZ 2013’ op website zorgkantoor) dienen, naast bestaande wet- en regelgeving, als kader voor de beoordeling of een aanbieder de gewenste kwaliteit kan leveren. Hieronder worden de stappen toegelicht van de werkwijze rondom instellingsvreemde ZZP’s. Toetsing Het standpunt van het zorgkantoor is dat de zorgaanbieder recht heeft op financiering die aansluit op de daadwerkelijk geleverde zorg. Bij elke aanvraag voor toewijzing van een instellingsvreemd ZZP toetst het zorgkantoor inhoudelijk of de instelling kan voldoen aan de ZZP-productspecificaties en of de zorg op een verantwoorde wijze kan worden geleverd. De uitkomst van de toetsing wordt door de relatiebeheerder gecommuniceerd naar de zorgaanbieder. De toetsing en eventuele toewijzing van het instellingsvreemde ZZP bestaat uit een aantal stappen: -
Als de aanbieder een instellingsvreemd ZZP krijgt toegewezen dan dient hij dit te melden bij de relatiebeheerder van het zorgkantoor, nog voordat de cliënt in zorg is genomen1.
-
Naar aanleiding van de melding start het zorgkantoor de toetsing. De aanbieder wordt gevraagd een voorstel aan te leveren met zo nodig aanvullende documentatie, waarin wordt beschreven hoe hij de zorg behorende bij het ZZP kan leveren.
-
Dit voorstel wordt beoordeeld door de relatiebeheerder ondersteund door de medisch adviseur of adviserend verpleegkundige. Eventueel kan het zorgkantoor aanvullend kiezen voor een bezoek aan de instelling.
-
Als uit de toetsing blijkt dat de aanbieder het instellingsvreemde ZZP kan leveren volgens de ZZP-productspecificaties, dan geeft het zorgkantoor toestemming om het instellingsvreemde ZZP te declareren.
-
Mocht de conclusie zijn dat de aanbieder het instellingsvreemde ZZP nog niet kan leveren, maar hiertoe wel stappen kan ondernemen, dan krijgt de aanbieder de mogelijkheid om binnen twee weken aan de randvoorwaarden te voldoen of een nieuw voorstel in te dienen. Naar aanleiding hiervan kan het instellingsvreemde ZZP alsnog worden toegekend.
1
Indien blijkt dat een aanbieder geen melding heeft gedaan, dan wordt er achteraf alsnog een toetsing
uitgevoerd. De aanbieder loopt dan het risico dat het ZZP (met terugwerkende kracht) niet gefinancierd wordt.
2
-
Als uit de toetsing blijkt dat het instellingsvreemde ZZP niet volgens de ZZPproductspecificaties geleverd kan worden – bijvoorbeeld omdat de instelling niet beschikt over de juiste expertise en/of voorzieningen - dan beoordeelt het zorgkantoor
op basis van de beschikbare informatie, of zorglevering van een
instellingseigen ZZP in deze situatie verantwoord is en voldoende passend bij de zorgvraag van de cliënt. -
Indien dit het geval is wordt het instellingsvreemde ZZP omgezet naar een instellingseigen ZZP op basis van de landelijke vertaaltabel.
-
Als de zorgaanbieder het instellingsvreemde ZZP niet kan leveren volgens de ZZP-productspecificaties en levering van een instellingseigen ZZP wordt niet verantwoord geacht, dan dient de cliënt toegewezen te worden aan een andere aanbieder. Het is de taak van de zorgaanbieder om de cliënt hierover te informeren en samen met de cliënt op zoek te gaan naar een alternatieve zorgaanbieder. De hulp van het zorgkantoor kan hierbij ingeroepen worden.
-
Tweejaarlijks zullen de instellingsvreemde ZZP’s waarvoor toestemming is verleend en de instellingsvreemde ZZP’s die zijn omgezet met de landelijke vertaaltabel opnieuw getoetst worden om te toetsen of de geleverde zorg nog passend is.
Overzicht instellingsvreemd In
onderstaande
tabel
wordt
weergegeven
wanneer
er
sprake
is
van
een
instellingsvreemd ZZP en wanneer niet. Daarbij is vermeld of het ZZP is toegestaan, of er een toetsing plaats zal vinden of dat het ZZP niet is toegestaan, maar er een toetsing plaats zal vinden of er verantwoorde zorg geleverd wordt.
3
V&V sector VV1t/m 8 VV9
VV10
LG VG VG7
Toegestaan Toegestaan voor aanbieders met een revalidatie/ reactiveringsafdeling. Anders, niet toegestaan Toegestaan voor aanbieders met een PTZ-afdeling. Anders, niet toegestaan Toegestaan Toetsing Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
LVG
Niet van toepassing
GGZ B
Toetsing (alleen bij aanbieders toegelaten voor BH) Toetsing Toetsing
GGZ C ZG
GZ sector VG Toetsing Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
GGZ sector LG Toetsing Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Toetsing Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Toegestaan Toegestaan Toegestaan voor aanbieders die een SGLVG- toelating hebben. Anders, niet toegestaan en toetsen voor omzetting Niet toegestaan aan reguliere GZaanbieder, maar uitsluitend aan aanbieders met LVG toelating (OC). Anders, toetsen voor omzetting Toetsing (alleen bij aanbieders toegelaten voor BH) Toetsing Toetsing
Toegestaan Toegestaan Toegestaan voor aanbieders die een SGLVG- toelating hebben. Anders, niet toegestaan en toetsen voor omzetting. Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Toetsing Toetsing Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Toetsing (alleen bij aanbieders toegelaten voor BH) Toetsing Toetsing
Toegestaan (alleen bij aanbieders toegelaten voor BH) Toegestaan Toetsing
Niet toegestaan, toetsen voor omzetting
Vervolgprocedure -
Als het zorgkantoor heeft besloten dat het instellingsvreemde ZZP geleverd mag worden dan ontvangt de zorgaanbieder hierover schriftelijk bericht (per mail) van de zorginkoper. De zorgaanbieder heeft in dat geval toestemming om het instellingsvreemde ZZP te declareren.
-
Indien het instellingsvreemde ZZP omgezet dient te worden met behulp van de vertaaltabel dan moet de zorgaanbieder een aanvraag aangepaste zorg (AAT) 4
indienen
via
AZR.
Na
goedkeuring
hiervan
door
de
zorginkoper
is
de
zorgaanbieder in staat het instellingseigen ZZP te declareren. -
Als echter is gebleken dat de cliënt niet in zorg mag worden genomen dan dient de zorgaanbieder voor een passend alternatief te zorgen. Indien hierbij bemiddeling nodig is kan de zorgaanbieder de contactpersoon bij de afdeling zorgtoewijzing van het zorgkantoor raadplegen.
5