Aandrijfcomponenten \ Motion Control \ Systemen \ Service & Reparatie
MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B Uitgave 08/2004 11267380 / NL
FA361771
Handboek
SEW-EURODRIVE – Driving the world
1 Belangrijke aanwijzingen....................................................................................... 4 2 Systeembeschrijving ............................................................................................. 5 2.1 Toepassingsgebieden .................................................................................... 5 2.2 Te gebruiken absolute encoders.................................................................... 5 2.3 DIP11B und Verarbeitung in IPOSplus® ......................................................... 6 2.4 Encodermeting ............................................................................................... 7 2.5 Encoderbewaking .......................................................................................... 7 2.6 Besturingsfuncties.......................................................................................... 8 3 Montage- en installatie-instructies ....................................................................... 9 3.1 Instructies bij gecombineerd gebruik van DIP11B en DIO11B....................... 9 3.2 Montage van de optiekaart DIP11B ............................................................. 10 3.3 Aansluiting en beschrijving van de klemmen van optie DIP11B .................. 12 3.4 Aansluiting absolute encoder ....................................................................... 13 4 Configuratie .......................................................................................................... 14 4.1 Encoderselectie ........................................................................................... 14 4.2 Parameterinstelling ...................................................................................... 16 4.3 Configuratie van de externe 24V-voeding.................................................... 16 4.4 Parameters van de encoder instellen........................................................... 16 5 Inbedrijfstelling..................................................................................................... 18 5.1 Algemene aanwijzingen voor inbedrijfstelling .............................................. 18 5.2 Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS® .................................................... 19 5.3 Handmatige inbedrijfstelling ......................................................................... 38 6 Regelaarfuncties .................................................................................................. 41 6.1 Encoderevaluatie ......................................................................................... 41 6.2 Relevantie functies voor de absolute encoder ............................................. 41 6.3 Uitlezing data ............................................................................................... 42 6.4 Diagnosemogelijkheid in het Shell-programma............................................ 43 7 IPOSplus®-parameters .......................................................................................... 44 7.1 Parameterbeschrijving ................................................................................ 44 8 Applicatievoorbeeld ............................................................................................ 46 8.1 Magazijnbesturing met buspositionering 6PD.............................................. 46 8.2 Functiebeschrijving ...................................................................................... 47 9 Foutmeldingen...................................................................................................... 49 9.1 MOVIDRIVE® MDX61B met optie DIP11B .................................................. 49 10 Technische gegevens .......................................................................................... 50 10.1 Elektronische gegevens optie DIP11B......................................................... 50 11 Index ...................................................................................................................... 51
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
3
Belangrijke aanwijzingen
1 1
Belangrijke aanwijzingen
Documentatie
Handboek
•
Dit handboek dient niet ter vervanging van de uitvoerige technische handleiding!
•
De installatie en inbedrijfstelling mogen alleen worden uitgevoerd door elektrotechnisch geschoold personeel met inachtneming van de geldende veiligheidsvoorschriften en de technische handleiding MOVIDRIVE® MDX60B/61B!
•
Lees dit handboek zorgvuldig door voordat u met de installatie en inbedrijfstelling van de MOVIDRIVE®-applicatieregelaar met optiekaart DIP11B begint.
•
Behalve dit gebruikershandboek voor de optiekaart DIP11B dient u de volgende uitgebreide documentatie van SEW-EURODRIVE te bestellen: • •
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Systeemhandboek MOVIDRIVE® MDX60B/61B Handboek Positioneren en volgordebesturing IPOSplus®
•
Verwijzingen zijn in dit handboek met "->" aangeduid. Zo betekent bijvoorbeeld (-> hfdst. X.X) dat u in hoofdstuk X.X van dit handboek aanvullende informatie vindt.
•
De inachtneming van de documentatie is een voorwaarde voor een storingvrij bedrijf en de honorering van eventuele garantieaanspraken.
Neem de onderstaande veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen altijd in acht!
Dreigend gevaar door stroom. Mogelijke gevolgen: dood of zeer zware verwondingen.
Dreigend gevaar. Mogelijke gevolgen: dood of zeer zware verwondingen.
Gevaarlijke situatie. Mogelijke gevolgen: lichte verwondingen.
Schadelijke situatie. Mogelijke gevolgen: beschadiging van het apparaat en van de omgeving.
Gebruikerstips en nuttige informatie.
4
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Systeembeschrijving Toepassingsgebieden
2
Systeembeschrijving
2.1
Toepassingsgebieden
2
Met de absolute-encoderkaart DIP11B wordt het MOVIDRIVE®-systeem uitgebreid met een SSI-verbinding voor absolute encoders. Hiermee worden bij IPOSplus®-positioneringen de volgende mogelijkheden gerealiseerd:
2.2
•
Geen referentiebeweging vereist bij het starten van de installatie of bij netuitval.
•
Positionering naar keuze direct met de absolute encoder of met de incrementele encoder/resolver van de motor.
•
Positieschakelaars kunnen op het bewegingstraject ook zonder encoderterugkoppeling worden vervangen.
•
Vrije bewerking van de absolute positie in IPOSplus®-programma.
•
Er kunnen zowel synchrone als asynchrone motoren in alle MOVIDRIVE®bedrijfsmodi (P700/701) worden gebruikt.
•
De absolute encoder kan zowel op de motor als bij het traject (bijvoorbeeld het stapelmagazijn) worden gemonteerd.
•
Eenvoudige encoderaanpassing via de wizard voor inbedrijfstelling.
•
Eindloospositionering in combinatie met geactiveerde Modulofunctie. Raadpleeg de instructies in het handboek "IPOSplus®" en het systeemhandboek MOVIDRIVE® MDX60B/61B (→ hoofdstuk "Parameterbeschrijvingen").
Te gebruiken absolute encoders Op de optiekaart DIP11B mogen alleen de in de volgende tabel vermelde encoders worden aangesloten. Fabrikant
Encoderbenaming
Bestelaanduiding
Opmerkingen
Heidenhain
ROQ 424 (AY1Y)
312 219-67
Encoder
T&R CE58
Cx58xxxSSI
Encoder
T&R CE65
Cx65xxxSSI
Encoder
T&R CE100MSSI
Cx100xxxMSSI
Encoder
T&R
Leuze
Sick / Stegmann
Stahl
T&R ZE65
Zx65xxxSSI
Encoder
T&R LA66K
–
Lineaire trajectsensor
T&R LE100 SSI
LE100SSI
Laser-afstandsmeter
T&R LE200
2200-00002
Laser-afstandsmeter
Leuze BPS37
BPS37xx MA4.7
Barcodemeetsysteem
Leuze OMS1
Laser-encoder
Leuze OMSE2
OMS2xx PB
Laser-encoder
Sick ATM60
ATM60 AxA12*12
Encoder
Sick DME 3000
DME 3000-x11
Laser-afstandsmeter
Sick DME 5000
DME 5000-x11
Laser-afstandsmeter
Stegmann AG100 MSSI
–
Encoder
Stegmann AG626
ATM60 AxA12*12
Encoder
Stahl WCS2
WCS2-LS311
Lineaire trajectsensor
Stahl WCS3
WCS3 LS311
Lineaire trajectsensor
VISOLUX
EDM
–
Laser-afstandsmeter
IVO
IVO GM401
GM401.x20 xxxx
Encoder
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
5
Systeembeschrijving DIP11B und Verarbeitung in IPOSplus®
2 2.3
DIP11B und Verarbeitung in IPOSplus®
Directe positieregeling met absolute encoder (situatie 1)
Absolute encoder vmax
DIP
amax -
GO Wait...
Profielgenerator
+
Positieregelaar
+
n-regelaar
nact
IPOSplus® programma
M 53645ANL
plus®
•
Directe positieregeling in IPOS is mogelijk met de absolute encoder die is aangesloten op de optiekaart DIP11B.
•
Op de motor is in ieder geval een incrementele encoder/resolver (X15) nodig voor de toerentalterugkoppeling.
•
De slip tussen de incrementele encoder/resolver van de motor en de absolute encoder wordt automatisch gecompenseerd.
•
In IPOSplus® worden positioneringsopdrachten zoals "GOA..." uitgevoerd met de source actual position als uitgangspunt (hier: op DIP11B aangesloten absolute encoders).
•
De haalbare regeldynamiek is afhankelijk van de eigenschappen en de mechanische montage van de absolute encoder en de trajectresolutie.
Positieregeling met incrementele encoder op motor, verwerking van de absolute-encoderpositie in IPOSplus® -programma (situatie 2)
Absolute encoder Systeemvariabele
GO Wait... JMP H... plus®
IPOS programma
vmax
DIP
amax
Profielgenerator
Positieregelaar
nregelaar
nact
Posact
53646ANL
6
plus®
wordt uitgevoerd met de motorencoder die is aan-
•
Een positieregeling in IPOS gesloten op de motor.
•
Op de motor is in ieder geval een incrementele encoder/resolver nodig voor de toerentalterugkoppeling.
•
De hoge regeldynamiek van de regelaar kan direct voor de positionering worden gebruikt.
•
De positiegegevens van de absolute encoder worden automatisch weergegeven in een IPOSplus®-variabele en kunnen programmagestuurd worden verwerkt.
•
Door gebruik te maken van de DIP11B wordt de referentiebeweging overbodig.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Systeembeschrijving Encodermeting
Verwerking van de positie van de absolute encoder in het IPOSplus®programma (situatie 3)
2
Absolute encoder Systeemvariabele
DIP
nsetp plus®
IPOS programma
M
53647ANL
2.4
2.5
•
De positiegegevens van de absolute encoder worden automatisch weergegeven in een IPOSplus®-variabele en kunnen programmagestuurd worden verwerkt.
•
De DIP11B kan met name worden gebruikt ter vervanging van applicaties waarbij positionering gewoonlijk plaatsvindt via verschillende naderingsschakelaars met hoge of lage snelheid.
•
Op de motor is geen incrementele encoder/resolver voor de toerentalterugkoppeling nodig; er kan een standaard asynchrone motor worden gebruikt.
Encodermeting •
Het bewegingstraject van de installatie kan worden veranderd via parameters in het meetbereik van de encoder. Daardoor kan de encoder in de gewenste positie worden gemonteerd en vervolgens zo worden afgesteld dat er geen positiesprong in het bewegingstraject plaatsvindt.
•
De telrichting kan worden ingesteld via parameters.
•
Indien een encoder wordt vervangen, kan de installatie via MOVITOOLS® opnieuw in gebruik worden genomen. Afzonderlijke parameters kunnen ook worden veranderd met het programmeerapparaat DBG60B.
•
Het apparaat beschikt over een automatische instelfunctie voor parameters in geval van encodervervanging.
Encoderbewaking De optiekaart DIP11B beschikt over de volgende bewakings- en correctiemechanismen; deze zijn nodig omdat de SSI-interface geen afzonderlijke protocolbeveiliging heeft. •
Indien ondersteund door encoder: evaluatie bij stroomuitval of errorbits (bit 25).
•
Plausibiliteitscontrole van de actuele positie die door de encoder wordt gemeld.
•
Compensatie van "dode" tijden op basis van leescycli van de encoder (refresh time).
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
7
Systeembeschrijving Besturingsfuncties
2 2.6
Besturingsfuncties •
Touch-probe-functie Door middel van touch-probe kan de actuele positie van de absolute encoder via een binaire ingang met een uiterst kleine vertraging worden geregistreerd. Hierdoor kunnen posities bijvoorbeeld via signalen van naderingsschakelaars zeer precies worden geregistreerd en in het programma worden verwerkt.
•
Override In geval van directe positieregeling van de aangesloten absolute encoder reageert de geactiveerde override ook direct op de geprogrammeerde trajectparameters.
•
Modulofunctie Continu draaiende toepassingen, zoals transportbanden of draaitafels, kunnen in moduloformaat worden weergegeven (360° Ⳏ 216 bit). Er treedt geen positieverlies op (zelfs bij reductoroverbrengingsverhoudingen met een groot aantal cijfers achter de komma). De bewakingsfunctie van het werkgebied van de encoder is buiten werking gesteld. Dit betekent dat continue positionering zonder positieverlies mogelijk is.
8
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Montage- en installatie-instructies Instructies bij gecombineerd gebruik van DIP11B en DIO11B
3
Montage- en installatie-instructies
3.1
Instructies bij gecombineerd gebruik van DIP11B en DIO11B
3
De optiekaart DIP11B moet op de uitbreidingsinsteekplaats worden geplaatst. Alle voor de DIP11B relevante parameters kunnen worden ingesteld met het programmeerapparaat DBG60B. Let op klemmentoewijzing
Toewijzing ingangsklemmen
Op de MOVIDRIVE® MDX61B kunnen acht binaire ingangs- en acht binaire uitgangsklemmen op één optiekaart worden toegewezen. Als de optie DIP11B in combinatie met de optiekaart DIO11B of een veldbusoptie wordt gebruikt, moet u de indeling van de inen uitgangsklemmen in de volgende tabel aanhouden.
Functie
Optie DIO11B Variabele
Klemmen aflezen met
Bit
DIP11B
Toewijzing uitgangsklemmen
DIP11B met DIO11B
6 ... 13
14 ... 21
8 ... 15
16 ... 23
DIP11B met of zonder veldbuskaart
–
6 ... 13
–
8 ... 15
DI10 ... DI17
DIP11B met DIO11B
ja
–
ja
–
DIP11B met of zonder veldbuskaart
–
ja
–
ja
Functie
Optie DIO11B
DIP11B
Variabele Klemmen instellen met
Bit
H480
DIP11B met DIO11B
0 ... 7
8 ... 15
DIP11B met of zonder veldbuskaart
–
0 ... 7
Uitgangsklem Parameter 63.. actief bij
DIP11B H520
Ingangsklem Parameter 61.. actief bij
DIO11B
H483
DO10 ... DO17
DIP11B met DIO11B
ja
–
DIP11B met of zonder veldbuskaart
–
ja
Het is altijd mogelijk klemmen in te stellen en af te lezen met variabelen, ongeacht eventuele opties die in combinatie met de DIP11B worden gebruikt. Indien de DIP11B wordt gebruikt in combinatie met een veldbuskaart, dan zijn de virtuele veldbusklemmen alleen in IPOSplus® beschikbaar door de procesuitgangsdata te lezen (GETSYS Hxxx PO-DATA).
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
9
Montage- en installatie-instructies Montage van de optiekaart DIP11B
3 3.2
Montage van de optiekaart DIP11B
Voordat u begint
•
De optiekaart DIP11B kan alleen worden geïnstalleerd in MOVIDRIVE® MDX61B bouwgrootte 1 tot 6.
•
Combinatie van de optie DIP11B met overige opties is niet mogelijk!
De optiekaart DIP11B moet op de uitbreidingsinsteekplaats worden geplaatst. Lees de volgende instructies aandachtig door vóórdat u de optiekaart inbouwt of demonteert:
10
•
Maak de regelaar spanningsloos. Schakel de 24 VDC en de netspanning uit.
•
Ontlaad u door passende maatregelen (anti-statische band, geleidend schoeisel, enz.) vóór u de optiekaart aanraakt.
•
Verwijder het programmeerapparaat en de frontafdekkap vóórdat u de optiekaart inbouwt.
•
Plaats de frontafdekkap en het programmeerapparaat na inbouw van de optiekaart weer terug.
•
Bewaar de optiekaart in de originele verpakking en pak deze pas vlak voordat u met inbouwen begint uit.
•
Pak de optiekaart alleen vast aan de rand. Raak geen onderdelen aan.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Montage- en installatie-instructies Montage van de optiekaart DIP11B
3
Inbouw en demontage van een optiekaart
2.
1.
3.
4.
Afbeelding 1: inbouw van een optiekaart in MOVIDRIVE® MDX61B bouwgrootte 1 – 6
53001AXX
1. Draai de beide bevestigingsboutjes van de kaartdrager los. Trek de kaartdrager gelijkmatig (niet kantelen!) uit de insteekplaats. 2. Draai de bevestigingsboutjes van het zwarte afdekplaatje op de kaartdrager los. Verwijder het zwarte afdekplaatje. 3. Plaats de optiekaart op de kaartdrager door de bevestigingsboutjes goed passend in de daarvoor bestemde boringen te schroeven. 4. Plaats de kaartdrager met de gemonteerde optiekaart weer in de insteekplaats; oefen lichte druk uit zodat de drager goed vastklikt. Schroef de kaartdrager weer vast met de beide bevestigingsboutjes. 5. Ga bij het demonteren van de optiekaart in omgekeerde volgorde te werk.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
11
Montage- en installatie-instructies Aansluiting en beschrijving van de klemmen van optie DIP11B
3 3.3
Aansluiting en beschrijving van de klemmen van optie DIP11B
Artikelnummer
Optie absolute-encoderkaart type DIP11B: 824 969 5 De optie DIP11B is alleen in combinatie met MOVIDRIVE® MDX61B bouwgrootte 1 tot 6 mogelijk. De optie DIP11B moet op de uitbreidingsinsteekplaats worden geplaatst.
Vooraanzicht DIP11B
DIP11B
Beschrijving
Klem
Functie
X60: aansluiting binaire ingangen
X60:1 ... 8
Aansluiting binaire ingangen DI10.. DI17 potentiaalvrij via optocoupler (Ri=3 k, IE=10 mA, scantijd 1 ms, plc-compatibel) signaalniveau (volgens EN 61131-2): "1" = +13 V ... +30 V "0" = –3 V ... +5 V
X60:9 X60:10
Referentie DCOM voor binaire ingangen Referentiepotentiaal DGND voor binaire signalen en 24VIN (X61:9): • zonder doorverbinding X60:9 – X60:10 (DCOM-DGND) → potentiaalvrije binaire ingangen • met doorverbinding X60:9–X60:10 (DCOM-DGND) → potentiaalgebonden binaire ingangen
X61:1 ... 8
Aansluiting binaire uitgangen DO10.. DO17 (reactietijd 1 ms, plc-compatibel) Signaalniveau (geen externe spanning aansluiten!): "1" = 24 V "0" = 0 V
X61:9
24 VIN ingang voedingsspanning: Verplicht voor binaire uitgangen en encoders (referentiepotentiaal DGND)
X62:1 X62:3 X62:5 X62:6 X62:8 X62:9
data + klokfrequentie + DGND data – klokfrequentie – 24V-uitgang
X60
1
10
X61
1
X61: aansluiting binaire uitgangen 9
X62
X62: aansluiting absolute encoder
9
6
5
1
53680AXX
Spanningsingang 24VIN
De spanningsingang 24VIN (X61:9) dient als voedingsspanning +24 V voor de binaire uitgangen DO10 ... DO17 en de absolute encoder. Referentiepotentiaal is DGND (X60:10). Als de voedingsspanning +24 V niet is aangesloten, leveren de binaire uitgangen geen signaal en ontvangt de absolute encoder geen spanning. De voedingsspanning +24 V mag ook van de aansluiting X10:8 van het basisapparaat afkomstig zijn als de totale belasting van 400 mA niet wordt overschreden (stroombegrenzing in X10:8). DIP11B 0V 24V
X60
X61
10
DGND
9
24VIN 53669AXX
12
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Montage- en installatie-instructies Aansluiting absolute encoder
3.4
3
Aansluiting absolute encoder
Algemene installatievoorschriften
•
Max. kabellengte optie DIP11B (regelaar) – absolute encoder: 100 m (330 ft) bij een kabelcapaciteit van 120 nF/km (193 nF/mile).
•
Aderdoorsnede: 0,20 ... 0,5 mm (AWG24 ... 20)
•
Gebruik een afgeschermde kabel met paarsgewijs getwiste aders en aard de afscherming aan beide zijden: – bij de encoder in de wartel of in de steker van de encoder; – bij de regelaar in de behuizing van de Sub-D-connector of; – bij de metalen klemmen/trekontlasting aan de onderkant van de regelaar.
•
Leg de encoderkabel ruimtelijk gescheiden van de vermogenskabels.
Aansluitschema DIP11B max. 100 m (330 ft) data + 1 data 6 klokfrequentie + 3 klokfrequentie - 8 GND 5 24 V out 9
9
6
5
1
06675ANL
Afbeelding 2: aansluiting absolute encoder op optiekaart DIP11B bij interne 24VDC-voeding
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
13
Configuratie Encoderselectie
4 4
Configuratie
4.1
Encoderselectie Houd bij het selecteren van de absolute encoder rekening met de volgende punten om een optimaal bewegingsgedrag en een goede dynamiek te bereiken: •
De trajectmeting moet slipvrij worden uitgevoerd. De encoders moeten vormgesloten via tandriemen worden aangedreven. Gebruik geen frictiewielverbindingen.
•
De trajectmeting moet stijf worden uitgevoerd. Vermijd elasticiteit en speling.
•
De resolutie van de trajectmeting moet zo hoog mogelijk zijn. Hoe meer incrementen de encoder per trajecteenheid telt, – hoe exacter de doelpositie kan worden benaderd; – hoe stijver het regelsysteem kan worden ingesteld.
•
De "refresh time" (de tijd waarin de absolute encoder een nieuwe actuele positie kan bepalen) moet kleiner dan 1 ms zijn. Deze waarde is in hoge mate bepalend voor het dynamische gedrag van de aandrijving.
•
Van de actuele positie die door de absolute encoder wordt aangegeven, mag geen gemiddelde worden genomen en ook mag de actuele positie niet worden gefilterd. Dit zou de dynamische eigenschappen van de aandrijving sterk reduceren.
De encoders die geschikt zijn voor gebruik met de optie DIP11B worden onderverdeeld in de volgende drie categorieën:
Multiturnencoders
•
Multiturn-encoders, bijvoorbeeld T&R CE58, CE 65, Sick ATM60
•
Laser-afstandsmeters, bijvoorbeeld T&R LE200, Sick DME5000
•
Lineaire trajectmeetsystemen, bijvoorbeeld Leuze BPS37, Stahl WCS2, Stahl WCS3
•
Bij de ideale toepassing voor multiturn-encoders vindt de krachtsoverbrenging van de motoras op de last vormgesloten plaats. In dat geval kan de absolute encoder op de motoras van de aandrijving worden gemonteerd. Hierdoor zijn de montagekosten laag en is de trajectresolutie door de reductoroverbrengingsverhouding over het algemeen zeer hoog.
•
Voorbeeld
Als de trajectmeting plaatsvindt via een extern gemonteerde encoder (trajectencoder), dan is het belangrijk dat de overbrengingsverhouding tussen encoder en tandriem voldoende is. De verhouding van de trajectresolutie tussen motorencoder en trajectencoder mag niet hoger zijn dan factor 8.
Rijaandrijving met de volgende gegevens: •
Motorreductor:
R97DV160L4BMIG11, i = 25,03
•
Diameter aandrijfwiel:
150 mm
•
Diameter encoderwiel:
65 mm
•
Encoder T&R CE65MSSI met: 4096 x 4096 incrementen
Berekening van de trajectresolutie bij montage van de encoder op de motoras: → i x 4096 / (π x 150 mm) = 217 inc/mm
14
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Configuratie Encoderselectie
4
Berekening van de trajectresolutie bij montage van de encoder op het traject: → 4096 / (π x 65 mm) = 20 inc/mm Uitkomst: de verhouding tussen de trajectresolutie motor/traject is 10,9 (groter dan 8). De diameter van het encoderwiel moet worden gereduceerd. Laserafstandsmeters
De afstandsmeting van het lasersysteem is gebaseerd op een runtime-meting van gepulste infraroodstralen. Bij deze procedure moeten voor een nauwkeurige meting van de positiewaarde verschillende meetwaarden in de encoder worden verwerkt. Hierdoor is bij deze systemen sprake van een reactietijd van de positiemeting van maximaal 50 ms. Deze reactietijd heeft een negatieve invloed op de dynamische eigenschappen en positioneernauwkeurigheid van de aandrijving. Let op de volgende punten bij het gebruik en de configuratie van laser-afstandsmeters: •
Zorg dat het meetsysteem wordt gemonteerd op een trillingsvrije constructie, bijvoorbeeld bij rijwerkaandrijvingen voor magazijnbesturingen. Monteer het meetsysteem in dat geval aan de onderzijde omdat de schommelbewegingen van de toren anders een negatief effect hebben.
•
De maximale acceleratie van de aandrijving mag niet meer dan 0,8 ms–2 bedragen.
•
De encodereigenschappen zorgen in het algemeen voor een positioneringsnauwkeurigheid van minimaal ±1 ... 3 mm.
•
Als gevolg van de hoge reactietijd – moet de speed feed forward (P915) in sommige omstandigheden sterk worden gereduceerd; – kan de versterking van de positieregelaar (P910) slechts met kleine waarden (0,1 ... 0,4) worden ingesteld. Hierdoor is het niet mogelijk een hoge dynamiek te bereiken.
•
Maatopname met behulp van metalen liniaal
Er ontstaat een snelheidsafhankelijke volgfout die de bewaking van de aandrijving bemoeilijkt (vertraagde uitschakeling in geval van storing).
De werkwijze van dit systeem komt overeen met die van de multiturn-encoder. Doordat niet met gemiddelden wordt gewerkt, kent dit systeem geen reactietijd bij de positiemeting. Een lineair trajectmeetsysteem kent de volgende voordelen: •
Geen reductie van de dynamische eigenschappen.
•
Speed feed forward (P915) van 100%, hetgeen betekent dat er geen snelheidsafhankelijke volgfouten optreden.
•
De bewakingsfuncties zijn volledig actief; een klein volgfoutvenster is mogelijk.
Nadelen van een lineair trajectmeetsysteem: •
Trajectresolutie van 0,8 mm. De vereiste positioneringsnauwkeurigheid mag niet kleiner zijn dan ±2 mm.
•
Tamelijk gecompliceerde mechanische installatie door het plaatsen van de metalen liniaal.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
15
Configuratie Parameterinstelling
4 4.2
Parameterinstelling Aanwijzing voor configuratie van het absolute trajectmeetsysteem: Het meetbereik van het meetsysteem dat u kiest, moet groter zijn dan het af te leggen traject. Dat houdt in dat het registratiebereik [2] groter moet zijn dan het vereiste werkbereik [1] (→ volgende afbeelding).
Encoderinstelling [1] 2-31 -1
0
x [inc.]
-(2-31 -1) [2] 54490ANL
4.3
Configuratie van de externe 24V-voeding De optie DIP11B moet van een 24 VDC-spanning worden voorzien via klem X61:9 (24VIN). De voedingsspanning +24 VDC mag ook van de aansluiting X10:8 (VO24) van het basisapparaat afkomstig zijn, als de belasting van 400 mA niet wordt overschreden. Als deze waarde wordt overschreden, bijvoorbeeld door inbouw van extra opties, dan moet voor de spanningsvoorziening van de optie DIP11B een externe voedingsbron worden gebruikt.
4.4
Parameters van de encoder instellen Houd bij het ontwerp en het instellen van de parameters van de hierna vermelde encoders de volgende aanwijzingen in acht. •
HEIDENHAIN ROQ 424 (AV1Y) SSI-versie met 10 ... 30 V wordt ondersteund. In de typeomschrijving zijn alle overige voorwaarden gespecificeerd.
•
T&R CE 58, CE 65, CE 100 MSSI, LE 100 SSI, LE 200, LA 66K-SSI, ZE 65 – Er moeten 24 databits worden ingesteld en de signaalbits moeten op logisch 0 worden geprogrammeerd. De 25e bit kan een 0 of een fout- of powerfailbit bevatten. Er worden geen andere uitzonderingsbits geëvalueerd na de positie. De 25-bits versie wordt niet ondersteund. – De uitvoercode moet zijn geprogrammeerd op "Gray". – De uitvoermodus moet "Direct" zijn. – De interface moet zijn ingesteld op "SSI".
16
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Configuratie Parameters van de encoder instellen
•
4
STEGMANN AG100 MSSI, AG626, ATM60 Alleen de 24-bits versie wordt ondersteund.
•
SICK DME-5000-111 – De interface moet zijn ingesteld op "SSI". – Er moeten 24 databits worden ingesteld. De 25e bit bevat een foutbit. – De resolutie moet zijn ingesteld op 0,1 mm.
•
STAHL WCS2-LS311, WCS3 In de typeomschrijving zijn alle vereiste voorwaarden gespecificeerd. De kabel naar de encoder mag niet langer zijn dan 10 m.
•
VISOLUX EDM 30/120/140 - 2347/2440 Alle modi worden ondersteund. Advies: modus 0 (DIP-switch 3 en 4 op ON) of modus 3 (DIP-switch 3 en 4 op OFF) en meting op tripelreflector (DIP-switch 2 op OFF).
•
LEUZE OMS1, OMSE2 – Er moeten 24 databits worden ingesteld. De 25e bit bevat een foutbit. – De resolutie moet zijn ingesteld op 0,1 mm.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
17
I
5
Inbedrijfstelling Algemene aanwijzingen voor inbedrijfstelling
0
5
Inbedrijfstelling
5.1
Algemene aanwijzingen voor inbedrijfstelling De aandrijving moet in bedrijf worden gesteld in combinatie met de MOVIDRIVE® MDX61B-applicatieregelaar zoals beschreven in het systeemhandboek MOVIDRIVE® MDX60B/61B. De aandrijving moet via een geschikte besturing (setpoint source en control signal source) in beweging kunnen worden gezet. Controleer of: •
de installatie van de optie DIP11B
•
de bekabeling
•
de toewijzing van de klemmen en
•
de veiligheidsuitschakelingen
correct en in overeenstemming met de toepassing zijn uitgevoerd. Het is niet nodig de fabrieksinstellingen te activeren. Als u een fabrieksinstelling oproept, worden de fabrieksinstellingen van de parameters van de MOVIDRIVE® MDX61B hersteld. Hieronder vallen tevens de toewijzingen van de klemmen. Deze moeten indien nodig worden veranderd in de gewenste instellingen.
18
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0
5.2
Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS® Voor de inbedrijfstelling met pc hebt u de software MOVITOOLS® versie 4.20 of hoger nodig.
Algemeen
•
De klem X13:1 (DIØØ "/regelaarblokkering") moet een "0"-signaal krijgen!
•
Start het programma MOVITOOLS®.
•
Selecteer in de groep "Language" de gewenste taal.
•
Selecteer in het selectieveld "PC-interface" de pc-poort (bijv. COM 1) waarop de regelaar is aangesloten.
•
Selecteer in de groep "Device type" de optie "Movidrive B".
•
Selecteer in de groep "Baudrate" de optie "57.6 kBaud" (standaardinstelling).
•
Klik op [Update]. De aangesloten regelaar wordt weergegeven.
Afbeelding 3: startvenster MOVITOOLS®
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
10708AEN
19
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Inbedrijfstelling starten
•
Klik in de groep "Execute Program" onder "Parameters/Diagnosis" op de knop [Shell]. Het Shell-programma wordt gestart.
•
Selecteer in het Shell-programma de menuoptie [Startup] / [DIP Startup]. MOVITOOLS® opent het menu "Start up for absolute encoder interface DIP". Volg de aanwijzingen van de inbedrijfstellings-wizard. Raadpleeg bij vragen over de inbedrijfstelling de online-hulp van MOVITOOLS®.
Afbeelding 4: DIP Startup openen
20
10709AEN
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 Nieuwe inbedrijfstelling van de DIP11B
Afbeelding 5: gewenste inbedrijfstelling instellen
10710AEN
•
Selecteer of u de DIP11B volledig nieuw in bedrijf wilt stellen (bijvoorbeeld bij een nieuwe installatie) of opnieuw in bedrijf wilt stellen (bijvoorbeeld na vervanging van de absolute encoder).
•
In de volgende gedeelten wordt eerst een volledig nieuwe inbedrijfstelling van de DIP11B beschreven.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
21
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Modulatiefrequentie instellen
Afbeelding 6: modulatiefrequentie instellen
22
10711AEN
•
Geef hier de modulatiefrequentie op waarmee de DIP11B de absolute gegevens van de absolute encoder afleest. De waarde 100% is gelijk aan de nominale frequentie. De nominale frequentie heeft betrekking op de specificaties van de encoderfabrikant bij een kabellengte van 100 m (→ hfdst. "Aansluiting encoder").
•
De modulatiefrequentie kan worden verhoogd als de kabellengte < 100 m. Hoe sneller de positiewaarden kunnen worden afgelezen, hoe beter de regeltechnische eigenschappen. De waarde van de modulatiefrequentie mag niet kleiner zijn dan de minimale modulatiefrequentie van de encoder.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 Absolute encoder selecteren
Afbeelding 7: absolute encoder selecteren
•
10712AEN
Selecteer de aangesloten absolute encoder uit de lijst met mogelijke encoders.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
23
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Optie Incrementen selecteren
Afbeelding 8: optie Incrementen selecteren
•
24
10713AEN
Selecteer de optie "I would like to use increments".
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 Werkbereik van de encoder instellen
Afbeelding 9: werkbereik van de encoder instellen
•
10773AEN
U moet de aandrijving van de motor enkele malen roteren om het werkbereik van de encoder te kunnen instellen. Klik op de knop [Manual operation].
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
25
I
5
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Handbedrijf
Afbeelding 10: referentiebeweging handmatig instellen
26
10715AEN
•
Stel de gewenste snelheid in met de knoppen [F7=Variable speed], [F8=Slow speed] of [F9=Rapid speed].
•
Selecteer de draairichting met de knoppen [F2=CCW] (voor linksom draaien) en [F3=CW] (voor rechtsom draaien).
•
Klik achtereenvolgens op de knoppen [F11=START] en [F=Reference travel] en zet de aandrijving enkele motorrotaties in beweging.
•
Klik op de knop [F5=Stop] om de referentiebeweging te stoppen. Klik op [ESC=Close]. Het setpoint van de encoder wordt geactiveerd. Bevestig het volgende bericht met [OK].
•
Het venster "Operation range of the encoder" wordt opnieuw geopend. Klik op [Volgende] om verder te gaan.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 IPOSplus®-parameters invoeren
Afbeelding 11: IPOSplus®-parameters invoeren
10759AEN
•
Voer alle parameters (P910 enz.) in die relevant zijn voor de IPOSplus®-programmering. Deze parameters worden alleen in de bedrijfsmodus "...&IPOS" geactiveerd.
•
Klik op [Volgende] om verder te gaan.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
27
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Parameters instellen voor referentiebeweging
Afbeelding 12: parameters instellen voor de referentiebeweging
•
28
10760AEN
Voor een nauwkeurige toewijzing van de waarden van de absolute encoder aan een mechanisch referentiepunt is een referentiebeweging nodig. Voer de vereiste parameters (P900 enz.) in. Klik vervolgens op [Volgende] om de referentiebeweging te starten.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 Referentiebeweging starten
Afbeelding 13: referentiebeweging starten
•
10761AEN
Klik op de knop [Manual operation] om de referentiebeweging te starten.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
29
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Referentiebeweging handmatig uitvoeren
Afbeelding 14: referentiebeweging handmatig uitvoeren
30
10762AEN
•
Schakel de as in met de knop [F6=Controller inhibit].
•
Selecteer de draairichting met de knoppen [F2=CCW] (voor linksom draaien) en [F3=CW] (voor rechtsom draaien).
•
Klik achtereenvolgens op de knoppen [F11=START] en [F=Reference travel] en zet de aandrijving enkele motorrotaties in beweging.
•
Klik op de knop [F5=Stop] om de referentiebeweging te stoppen. Klik op [ESC=Close]. Bevestig het volgende bericht met [OK].
•
Het venster "Identify current absolute position" wordt geopend.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 Actuele absolute positie vaststellen
Afbeelding 15: referentie-offset als incrementele waarde invoeren
•
10763AEN
Voer in het veld "Reference offset" de numerieke waarde in incrementen in waaraan de actuele positie moet voldoen. Klik op [Volgende] om door te gaan.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
31
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 DIP-parameters opslaan
Afbeelding 16: DIP-parameters opslaan
•
32
10764AEN
Klik op [Voltooien] om de gegevens te verzenden naar de regelaar. Hiermee is de inbedrijfstelling voltooid.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 De DIP11B opnieuw in bedrijf stellen
Afbeelding 17: de DIP11B opnieuw in bedrijf stellen
10765AEN
•
Selecteer de optie "Encoder adjustment with existing DIP Startup" (bijvoorbeeld na vervanging van de encoder).
•
In de volgende gedeelten wordt beschreven hoe u de DIP11B opnieuw in bedrijf stelt.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
33
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Encoderaanpassing
Afbeelding 18: encoderaanpassing
•
10766AEN
Selecteer afhankelijk van de toepassing een van de volgende keuzemogelijkheden: – De absolute encoder is vervangen. De positie-offset is zo ingesteld dat het IPOSplus®-programma ongewijzigd verder kan worden gebruikt. – De referentienok is gewijzigd.
•
34
Klik op [Volgende] om verder te gaan.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 Referentiebeweging starten
Afbeelding 19: referentiebeweging uitvoeren
•
10767AEN
Klik op de knop [Manual operation] om een referentiebeweging te starten.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
35
5
I
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
0 Referentiebeweging handmatig uitvoeren
Afbeelding 20: referentiebeweging handmatig uitvoeren
36
10768AEN
•
Schakel de as in met de knop [F6=Controller inhibit].
•
Selecteer de draairichting met de knoppen [F2=CCW] (voor linksom draaien) en [F3=CW] (voor rechtsom draaien).
•
Klik achtereenvolgens op de knoppen [F11=START] en [F=Reference travel] en zet de aandrijving enkele motorrotaties in beweging.
•
Klik op de knop [F5=Stop] om de referentiebeweging te stoppen. Klik op [ESC=Close]. Bevestig het volgende bericht met [OK].
•
Het venster [Save DIP parameters] wordt geopend.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling met pc en MOVITOOLS®
I
5
0 DIP-parameters opslaan
Afbeelding 21: DIP-parameters opslaan
•
10764AEN
Klik op [Voltooien] om de gegevens te verzenden naar de regelaar en de inbedrijfstelling te voltooien.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
37
I
5
Inbedrijfstelling Handmatige inbedrijfstelling
0
5.3
Handmatige inbedrijfstelling Eventueel kunt u de optie DIP11B op de volgende wijze stapsgewijs in bedrijf stellen. Indien tijdens de inbedrijfstelling het bericht F92 DIP operation range verschijnt, sluit u het foutbericht met een reset en gaat u verder met de inbedrijfstelling. Als de inbedrijfstelling met succes is voltooid, mag dit bericht niet meer verschijnen.
P950 encodertype selecteren
Selecteer de absolute encoder die is aangesloten op de optie DIP11B (X62). Op het moment zijn de volgende encoders toegestaan: •
NO ENCODER
•
VISOLUX EDM
•
T&R CE65, CE58, CE100 MSSI
•
T&R LE100
•
T&R LA66K
•
AV1Y / ROQ424
•
STEGMANN AG100 MSSI
•
SICK DME-3000-111
•
STAHL
•
WCS2-LS311
•
STEGMANN AG626 / SICK ATM60
•
IVO GM401
•
STAHL WCS3
•
LEUZE OMS1
•
T&R ZE 65M
•
LEUZE BPS37
•
SICK DME 5000-111
Andere encoders moeten eerst worden getest op geschiktheid en door SEWEURODRIVE worden vrijgegeven.
38
P35x Rotatierichting motor instellen
Beweeg de aandrijving met lage snelheid in positieve richting. Als de telling van de actuele positie P003 omhoog gaat, hoeft de parameter P350 Change direction of rotation niet te worden gewijzigd (→ de actuele positie kan worden weergegeven met SHELL of met het programmeerapparaat DBG60B). Als de telling van de actuele positie omlaag gaat, moet u P350 wijzigen.
P951 Telrichting van de SSI-absolute encoder instellen
Beweeg de aandrijving met lage snelheid in positieve richting. Als de telling van de absolute-encoderpositie omhoog gaat (H509 ACTPOS.ABS), hoeft P951 Counting direction niet te worden gewijzigd. Als de telling van de absolute-encoderpositie omlaag gaat, moet u P951 wijzigen.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Inbedrijfstelling Handmatige inbedrijfstelling
I
5
0 P955 Encoderscaling instellen
Stel P955 in op "1" als er geen motorencoder beschikbaar is (geen toerentalregeling). De positiegegevens van de absolute encoder worden met deze waarde vermenigvuldigd. De parameter wordt zodanig ingesteld dat de verhouding van de trajectgegevens tussen de motorencoder en de absolute encoder zo dicht mogelijk in de buurt van "1" ligt. Ga als volgt te werk: •
Stel P955 in op de waarde "1".
•
Noteer de waarde van de variabelen H509 ACTPOS.ABS en H511 ACTPOS.MOT.
•
Beweeg de aandrijving ca. één motorrotatie.
•
Bereken het verschil tussen de genoteerde en de nieuwe waarden van de variabelen: – H509 oud – H509 nieuw = H509 verschil – H511 oud – H511 nieuw = H511 verschil
•
Bereken het quotiënt Q uit H509 verschil en H511 verschil: Q = H509 verschil / H511 verschil
•
P954 Zero offset instellen
Stel P955 Encoder scaling in op de waarde die het berekende quotiënt Q het dichtst benadert (dit is bij voorkeur de kleinste waarde).
Met de optie Zero offset kunt u een gewenste waarde toewijzen aan een specifieke positie. Het waardebereik kan positieve en negatieve positiewaarden aannemen. De maximaal toegestane grootte mag niet worden overschreden. De begrenzing wordt bepaald door het waardebereik van de teller (±231) en het waardebereik van de absolute encoder. Beweeg de aandrijving naar een bekende positie. Lees de waarde van de variabele H509 ACT.POS.ABS af en voer de volgende waarde in bij parameter P954 Zero offset: P954 = variabele H509 - gewenste waarde. De gewenste waarde is de displaywaarde van de actuele positie.
P942 / P943 Encoderfactor teller/noemer instellen
Als wordt gepositioneerd op een externe encoder (X14) of een absolute encoder (DIP), dan worden deze beide parameters gebruikt om de resolutie van de motorencoder (X15) aan te passen. Ga als volgt te werk: •
Noteer de waarde van de variabelen H509 ACTPOS.ABS en H511 ACTPOS.MOT.
•
Beweeg de aandrijving ca. 30 000 incrementen (H511).
•
Bereken het verschil tussen de genoteerde en de nieuwe waarden van de variabelen: – H509 oud – H509 nieuw = H509 verschil – H511 oud – H511 nieuw = H511 verschil
•
De verschillen mogen niet groter zijn dan 32 767 (215 -1). Deel in geval van grotere waarden beide verschillen door hetzelfde getal, zodat u overeenkomstig kleinere waarden krijgt of herhaal de procedure met een korter bewegingstraject.
•
Voer de uitkomst van H511 verschil in bij P942 Encoder factor numerator en de uitkomst van H509 verschil bij P943 Encoder factor denominator.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
39
5
I
Inbedrijfstelling Handmatige inbedrijfstelling
0 Als er geen motorencoder beschikbaar is (geen toerentalregeling door MOVIDRIVE®), raden wij u aan ten minste een schatting te maken van de verhouding tussen encoderresolutie en motorrotatie. Gebruik een waarde van 4096 incrementen per motorrotatie voor de motorencoder. Bepaal de waarde van de noemer van de encoderfactor bij P943 Encoder factor denominator zoals hierboven beschreven. Stel voor de teller van de encoderfactor bij P942 Encoder factor numerator de waarde "4096 x aantal uitgevoerde motorrotaties" in. De nauwkeurigheid van de encoderfactoren is in dit geval (geen toerentalregeling) van minder belang. De waarden worden alleen gebruikt om de absolute waarden in de DP11B te controleren, hetgeen op ondergeschikt niveau plaatsvindt. P941 Source actual position instellen
Deze parameter bepaalt welke positie-encoder wordt gebruikt voor de positieregeling wanneer een "... & IPOS"-bedrijfsmodus is ingesteld in P700 Operating mode. Het IPOSplus®-programma bevat positioneeropdrachten voor de besturing van de motor die op de MOVIDRIVE® MDX61B is aangesloten. Indien de motor met behulp van de absolute encoder moet worden gepositioneerd, stelt u P941 Source actual position in op "Absolute encoder DIP". De versterkingsfactor voor de positieregeling in IPOSplus®, P910 Gain X controller, is tijdens de inbedrijfstelling van het toerentalregelcircuit vooraf ingesteld. Voor deze voorinstelling is positieregeling op de motorencoder vereist. Voor het verschil in de encoderresolutie of de tijdeigenschappen van de absolute encoder (bijvoorbeeld de laser-afstandsmeter) is mogelijk een kleinere instelwaarde vereist.
40
•
Stel de helft van de waarde van de berekende voorinstelling in.
•
Start een IPOSplus®-programma met een positionering tussen twee geldige punten met gematigde snelheid.
•
Verklein of vergroot de waarde bij P910 Gain X controller stapsgewijs tot de beste bewegings- en positioneerverhouding is bereikt.
•
De door de absolute encoder geleverde positiewaarde is beschikbaar in de variabele H509 ACTPOS.ABS. De positiewaarde kan met de interne IPOSplus®-regeling ook zonder rechtstreekse positionering worden verwerkt.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Regelaarfuncties Encoderevaluatie
I
6
0
6
Regelaarfuncties
6.1
Encoderevaluatie Alle aangesloten encoders worden altijd geëvalueerd afhankelijk van de bedrijfsmodus (P700). Voor bedrijfsmodi met positionering (VFC-n-Reg. & IPOS, CFC & IPOS, SERVO & IPOS) is altijd een motorencoder vereist op X15. De actuele posities kunnen met de touch-probe-functie worden geëvalueerd. Encodertype
Absolute encoder op DIP11B P941: absolute encoder (DIP)
Encodersimulatie van de incrementele encoder P941: externe encoder (X14)
Incrementele encoder/resolver P941: motorencoder (X15)
Aansluiting
X62 op DIP11B
X14 op optie DEH/DER11B
X15 op optie DEH/DER11B
Actuele waarde in variabele
H509 ACTPOS.ABS
H510 ACTPOS.EXT
H511 ACTPOS.MOT
Resolutie
Absolute positie na conversie met: • Zero offset (P954) • Position offset (P953) • Counting direction (P951)
Daadwerkelijk aantal pulsen van de encoder (met 4-voudige evaluatie)
Altijd 4096 inc./motorrotatie, onafhankelijk van de daadwerkelijke encoderresolutie
Flank op DI02
H503 TP.POS1ABS
H506 TP.POS1EXT
H507 TP.POS1 MOT
Flank op DI03
H502 TP.POS2ABS
H504 TP.POS2EXT
H505 TP.POS2MOT
Max. vertragingstijd
1 ms
Touchprobe
6.2
100 µs
Relevantie functies voor de absolute encoder De volgende bewakingsfuncties zijn onafhankelijk van het gebruik van de DIP11B. Voor optimaal gebruik is kennis van de functionaliteit belangrijk.
Toerentalbewaking
De toerentalbewaking controleert de instelvariabele van de N-regelaar en het actuele toerentalbereik in het M-regelbedrijf. Omdat voor het toerentalsignaal altijd de motorencoder wordt gebruikt, wordt de "DIP11B-encoder" niet of alleen indirect via de toerentalbewaking P50_ "gecontroleerd".
Volgfoutbewaking
De actieve volgfoutbewaking controleert het verschil tussen de ingestelde gewenste positie en de actuele positie. De maximaal toegestane hoeveelheid wordt ingesteld met P923 (volgfoutvenster). De volgfoutbewaking is alleen actief als de aandrijving zich in positioneerbedrijf bevindt. De resolutie is altijd "encoderincrementen" (uitzondering: indien P941 = motorencoder (X15), dan onafhankelijk van het aantal encoderpulsen 4096 incr./motorrotatie).
Melding As in positie
Deze functie werkt met de resolutie encoderincrementen van de via P941 ingestelde encoder (uitzondering: indien P942 = motorencoder (X15), dan onafhankelijk van het aantal encoderpulsen 4096 incr./motorrotatie). Als er geen positioneerbedrijf is ingesteld via P700 of de aandrijving de referentiebeweging uitvoert, wordt altijd de melding "Axis in position = 0" weergegeven.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
41
I
6
Regelaarfuncties Uitlezing data
0 Referentiebeweging De referentiebeweging en de bijbehorende parameters P900 ... P903 en de referentiebewegingsopdrachten hebben betrekking op de motorpositie (X15) en daarmee op de motorencoder. Het bericht "Axis referenced" heeft betrekking op een uitgevoerde referentieopdracht van de motor. De variabele H510 ACTPOS.EXT (X14) kan bijvoorbeeld met IPOSplus® worden ingesteld. De DIP11B-positie op variabele H509 ACTPOS.ABS is de verwerkte positiewaarde. Deze wordt bepaald op basis van de absolute waarde afkomstig van de encoder, waarbij rekening wordt gehouden met de DIP11B-parameter P952 Counting direction en P954 Zero offset. Modulofunctie
De modulofunctie wordt geactiveerd via de Shell-parameter (P960ff) (→ Systeemhandboek MOVIDRIVE® MDX60B/61B). Vervolgens kunt u het positioneerproces rechtstreeks met de resolutie 360° = 216 bit weergeven. De actuele positie wordt weergegeven in de variabele H455 ModActPos. Positioneerprocessen worden geactiveerd als de doelpositie (variabele H454 ModTagPos) wordt beschreven in geactiveerde toestand. Meer informatie vindt u in het handboek MOVIDRIVE® Positioneer- en volgordebesturing IPOSplus®.
Relevante systeemvariabelen voor de absolute encoder
Software-eindschakelaars
6.3
Systeemvariabele
Betekenis
H503 TP.POS1ABS
Touch-probe-positie DIP11B-encoder
H502 TP.POS2ABS
Touch-probe-positie DIP11B-encoder
H509 ACTPOS.ABS
Absolute positie na berekening met zero offset, positie-offset, telrichting, encoderscaling
De software-eindschakelaarfunctie controleert of de actuele doelpositie (H492 TARGETPOSITION) zich in het geldige bereik bevindt. De functie is actief wanneer de aandrijving naar het referentiepunt is bewogen of de parameter P941 = absolute encoder (DIP) is ingesteld en de aandrijving zich in positioneerbedrijf bevindt. Als u positioneert op "externe encoder" en de eindschakelaars nodig hebt, moet u een referentiebeweging uitvoeren.
Uitlezing data De positiegegevens van de motorencoder worden door de bedieningssoftware SHELL en het programmeerapparaat DBG60B weergegeven in de parametergroep P00_ Display values / Process values. Dit geldt eveneens voor de veldbusgegevens van de PI-data "Actual position LOW and HIGH". De systeemvariabele H509 ACTPOS.ABS bevat de verwerkte positiewaarde van de absolute encoder. U kunt deze waarde bekijken met SHELL en DBG60B. Verzending via de veldbus vindt plaats door de PI-dataverzending P873/4/5 in te stellen op "IPOS PI DATA" en de PI-data te omschrijven met de opdracht SetSys in het IPOSplus®-programma. U kunt het omschrijven van PI-data met de opdracht SetSys ook gebruiken wanneer een actuele positie (ongeacht de encoder) in een andere verhouding moet worden verzonden.
42
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Regelaarfuncties Diagnosemogelijkheid in het Shell-programma
I
6
0
6.4
Diagnosemogelijkheid in het Shell-programma Het is mogelijk de actuele programmastatus (bijvoorbeeld de actuele positie van de absolute encoder) weer te geven. Ga als volgt te werk: Selecteer in het Shell-programma de menuoptie [Display] / [IPOS information].
10769AEN
Het venster [IPOS Status] wordt geopend. Dit venster bevat gegevens van de actuele programmastatus (→ volgende afbeelding).
10770AEN
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
43
P6..
7
P60.
IPOSplus®-parameters Parameterbeschrijving
P600
7
IPOSplus®-parameters
7.1
Parameterbeschrijving Hierna volgt de beschrijving van de IPOSplus®-parameters. De fabrieksinstelling wordt onderstreept weergegeven.
P941 Source actual position
Instelmogelijkheid: Motor encoder (X15) / Ext. encoder (X14) / Absolute encoder (DIP)
P942 / P943 Encoder factor numerator/denominator
Instelmogelijkheid: 1 ... 32767
Met deze parameter definieert u op welke encoder IPOSplus® een positioneerbeweging uitvoert.
Als wordt gepositioneerd op een externe encoder (X14) of een absolute encoder (DIP), worden deze beide parameters gebruikt om de resolutie voor de motorencoder (X15) aan te passen. Ga als volgt te werk: •
Noteer de waarde van de variabelen H509 DIP position en H511 Current motor position.
•
Beweeg de aandrijving ca. 30 000 incrementen (H511).
•
Bereken het verschil tussen de genoteerde en de nieuwe waarden van de variabelen: – H509 oud – H509 nieuw = H509 verschil – H511 oud – H511 nieuw = H511 verschil
P950 Encoder type
44
•
De verschillen mogen niet groter zijn dan 32 767 (215 –1). Deel in geval van grotere waarden beide verschillen door hetzelfde getal, zodat u overeenkomstig kleinere waarden krijgt of herhaal de procedure met een korter bewegingstraject.
•
Voer de uitkomst van H511 verschil in bij P942 Encoder factor numerator en de uitkomst van H509 verschil bij P943 Encoder factor denominator.
Hier selecteert u de absolute encoder die is aangesloten op de optie DIP11B (X62). Op het moment zijn de volgende encoders toegestaan: •
NO ENCODER
•
VISOLUX EDM
•
T&R CE65, CE58, CE100 MSSI
•
T&R LE100
•
T&R LA66K
•
AV1Y / ROQ424
•
STEGMANN AG100 MSSI
•
SICK DME-3000-111
•
STAHLWCS2-LS311
•
STEGMANN AG626 / SICK ATM60
•
IVO GM401
•
STAHL WCS3
•
LEUZE OMS1
•
T&R ZE 65M
•
LEUZE BPS37
•
SICK DME 5000-111
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
IPOSplus®-parameters Parameterbeschrijving
P6.. P60.
7
P600
P951 Counting direction
Instelmogelijkheid: NORMAL/INVERTED
P952 Cycle frequency
Instelmogelijkheid: 1 ... 200%
P954 Zero offset
Hiermee definieert u de telrichting van de absolute encoder. De instelling moet zodanig zijn dat de telrichtingen van motor-encoder (X15) en absolute encoder (X62) met elkaar overeenstemmen.
Hiermee definieert u de modulatiefrequentie waarmee de absolute gegevens van de encoder worden verzonden naar de regelaar. Modulatiefrequentie = 100% is de normale frequentie van de encoder bij een kabellengte van 100 m. Instelmogelijkheid: –(231 –1) ... 0 ... 231 –1 Met de optie Zero offset kunt u een gewenste waarde toewijzen aan een specifieke positie. Het waardebereik kan positieve en negatieve positiewaarden aannemen. De maximaal toegestane grootte mag niet worden overschreden. De begrenzing wordt bepaald door het waardebereik van de teller (± 231) en het waardebereik van de absolute encoder. Beweeg de aandrijving naar een bekende positie. Lees de waarde van de variabele H509 ACT.POS.ABS af en voer de volgende waarde in bij P954 Zero offset: P954 = variable H509 – gewenste waarde. De gewenste waarde is de displaywaarde van de actuele positie.
P955 Encoder scaling
Instelmogelijkheid: x1 / x2 / x4 / x8 / x16 / x32 / x64 Met deze parameter past u de waarde van de resolutie van het traject van de motorencoder en absolute encoder aan. De parameter wordt zodanig ingesteld dat de verhouding van de trajectgegevens tussen de motorencoder en de externe encoder zo dicht mogelijk in de buurt van "1" ligt. Stel de parameter in op "x1". Noteer de waarde van de variabelen H510 en H511. Beweeg de aandrijving ca. 1000 incrementen (H511). Bereken het verschil tussen de genoteerde en de huidige waarden en bereken het quotiënt. Stel P944 Encoder scaling ext. encoder in op de waarde die het berekende quotiënt Q het dichtst benadert (dit is bij voorkeur de kleinste waarde). Let op: de encoderscaling heeft direct effect op de parameter P900 Reference offset, P942 Encoder factor numerator en P943 Encoder factor denominator en op de parametergroep P92x IPOS monitoring. Alle posities van het IPOSplus®-programma moeten bij gebruik van de externe encoder worden aangepast. Bij elke wijziging van de encoderscaling moet de instelling van alle gebruikte parameters worden aangepast.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
45
Applicatievoorbeeld Magazijnbesturing met buspositionering 6PD
8 8
Applicatievoorbeeld
8.1
Magazijnbesturing met buspositionering 6PD De applicatiemodule "Buspositionering 6PD" is vooral geschikt voor toepassingen waarbij een willekeurig aantal posities met verschillende snelheden en acceleratietijden moeten worden bereikt. Bij positionering met een externe encoder, noodzakelijk bij een krachtsluitende verbinding tussen motoras en last, kunt u naar keuze een incrementele encoder of een absolute encoder toepassen. Voor de volgende branches en toepassingen is de applicatiemodule "Buspositionering 6PD" bijzonder geschikt: •
Transporttechniek – Rijwerken – Hijswerken – Railvoertuigen
•
Logistiek – Magazijnbesturingen – Traversewagens
De "Buspositionering 6PD" kenmerkt zich door de volgende voordelen:
46
•
Gebruikersvriendelijke bedieningsomgeving.
•
Alleen de voor de "Buspositionering 6PD" vereiste parameters (overbrengingsverhoudingen, snelheden, diameter) moeten worden ingevoerd.
•
Gebruikersvriendelijke applicatie helpt u bij het instellen van parameters, zodat geen complexe programmering nodig is.
•
Monitorbedrijf biedt optimale diagnose.
•
De gebruiker hoeft geen programmeerervaring te hebben.
•
Grote trajecten mogelijk (218 × wegeenheid).
•
Als externe encoder kan naar keuze een incrementele of absolute encoder worden gebruikt.
•
Geen tijdrovende inwerkperiode.
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Applicatievoorbeeld Functiebeschrijving
8.2
8
Functiebeschrijving
Functiekenmerken
De applicatie "Buspositionering 6PD" beschikt over de volgende functiekenmerken: •
Er kan een willekeurig aantal doelposities via de veldbus worden ingevoerd.
•
Grote trajecten mogelijk. Het maximaal mogelijke traject is afhankelijk van de ingestelde wegeenheid, bijvoorbeeld:
Wegeenheid
Bedrijfssoorten
Maximaal mogelijk traject
1/10 mm
26.2144 m
mm
262.144 m
•
Voor het positioneertraject moeten snelheid en acceleratietijden via de bus worden ingesteld.
•
Er kunnen software-eindschakelaars worden gedefinieerd en verwerkt.
•
Als externe encoders kunnen naar keuze incrementele en absolute encoders worden verwerkt.
•
Eenvoudige koppeling aan de overkoepelende besturing (plc).
De functies worden met drie bedrijfsmodi uitgevoerd: •
Tipbedrijf – Via bit 9 of 10 in het besturingswoord 2 (PO1) wordt de aandrijving naar rechts of naar links bewogen. – De snelheid en de acceleratietijden zijn variabel en worden via de veldbus ingevoerd.
•
Referentiebedrijf – Met bit 8 in het besturingswoord 2 (PO1) wordt een referentiebeweging gestart. Met de referentiebeweging wordt het referentiepunt (nulpositie van de machine) voor de absolute positioneerbewegingen vastgelegd. – Ook als een absolute encoder wordt toegepast als externe encoder kan een referentiebeweging worden uitgevoerd.
•
Automatisch bedrijf – De positionering wordt in het automatische bedrijf gestart met bit 8 in het besturingswoord 2 (PO1). – Invoer van de doelpositie via de procesuitgangsdatawoorden PO2 en PO3. – Cyclische terugmelding van de actuele positie in gebruikerseenheden via de procesingangsdatawoorden PI2 en PI3. – Invoer van de gewenste snelheid via het procesuitgangsdatawoord PO4. – Cyclische terugmelding van de actuele snelheid via het procesingangsdatawoord PI4. – Invoer van de acceleratie- en deceleratietijden via de procesuitgangsdatawoorden PO5 en PO6. – Cyclische terugmelding van de Wattstroom en de regelaarbelasting via de procesingangsdatawoorden PI5 en PI6. – Bevestiging van de bereikte doelpositie via de virtuele binaire uitgang "Target position reached".
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
47
8
Applicatievoorbeeld Functiebeschrijving
PO PO1
PO2
PO3
P O4
PO5
P O6
PI1
PI2
PI3
PI4
PI5
PI6
PI 54293AEN
Afbeelding 22: data-uitwisseling met procesdata
PO
48
= procesuitgangsdata
PI
= procesingangsdata
PO1 = stuurwoord 2
PI1
= statuswoord
PO2 = doelpositie High
PI2
= actuele positie High
PO3 = doelpositie Low
PI3
= actuele positie Low
PO4 = gewenste snelheid
PI4
= actuele snelheid
PO5 = acceleratietijd
PI5
= Wattstroom
PO6 = deceleratietijd
PI6
= regelaarbelasting
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Foutmeldingen MOVIDRIVE® MDX61B met optie DIP11B
9
Foutmeldingen
9.1
MOVIDRIVE® MDX61B met optie DIP11B
9
In de kolom "Reactie" is de fabrieksinstelling van de foutrespons vermeld. Foutcode
36
Aanduiding
Optie ontbreekt
Reactie
Mogelijke oorzaak
Oplossing
• •
• • • • •
Directe uitschakeling •
40
Boot-synchro- Directe uitnisatie schakeling
41
Watchdog optie
95
99
juiste optiekaart aanbrengen juiste setpoint source instellen (P100) juiste control signal source instellen (P101) juiste bedrijfsmodus (P700 resp. P701) instellen juiste encodertype instellen
Fout bij boot-synchronisatie tussen regelaar en optie.
Bij herhaald optreden optiekaart vervangen.
•
•
Directe uitschakeling •
93
type optiekaart niet toegestaan keuze setpoint-bron, stuurbron of bedrijfsmodus voor deze optiekaart niet toegestaan verkeerd encodertype voor DIP11B ingesteld
fout bij communicatie tussen de software van het systeem en die van de optie. IPOSplus®-watchdog
•
de serviceafdeling van Vector Aandrijftechniek raadplegen. IPOSplus®-programma controleren
DIP-encoderNoodstop fout
De encoder meldt een fout, bijv. Powerfail. • verbindingskabel encoder-DIP11B voldoet niet aan de eisen (paarsgewijs getwist, afgeschermd) • modulatiefrequentie te hoog voor kabellengte • toelaatbare max. snelheid/versnelling van encoder overschreden • encoder defect
• • • • •
aansluiting absolute encoder controleren verbindingskabel controleren juiste modulatiefrequentie instellen max. bewegingssnelheid resp. integratortijd reduceren absolute encoder vervangen
DIP-plausibiliNoodstop teitsfout
Er kan geen plausibele positie worden vastgesteld • verkeerd encodertype ingesteld • IPOSplus®-parameters verkeerd ingesteld • teller-/noemerfactor verkeerd ingesteld • nulinstelling doorgevoerd • encoder defect
• • • • • •
juiste encodertype instellen IPOSplus®-parameters controleren. bewegingssnelheid controleren teller-/noemerfactor corrigeren na nulinstelling reset absolute encoder vervangen
Fout IPOSintegratorberekening
Alleen in bedrijfsmodus IPOSplus®: Het IPOSplus®-programma wijzigen, zodat integratorbij een sinusvormige of kwadratische posi- tijden en transportsnelheden alleen worden gewijzigd tioneringshelling van de integrator wordt als de regelaar is geblokkeerd. geprobeerd integratortijden en transportsnelheden te wijzigen terwijl de regelaar is geactiveerd.
Directe uitschakeling
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
49
kVA
10
i
n
f
Technische gegevens Elektronische gegevens optie DIP11B
P Hz
10
Technische gegevens
10.1
Elektronische gegevens optie DIP11B
Beschrijving
Functie
Aansluiting binaire ingangen X60:1 ... 8
DI10 ... DI17 potentiaalvrij via optocouplers, scantijd 1 ms, plc-compatibel (EN61131)
Inwendige weerstand Signaalniveau (EN 61131) Functie X60:1 ... 8 Aansluiting binaire uitgangen X61:1 ... 8 Signaalniveau (EN 61131) Functie X61:1 ... 8
50
Ri≈ 3 k, IE≈ 10 mA +13 V ... +30 V = "1" –3 V ... +5 V = "0" DI10 ... DI17: keuzemogelijkheid → parametermenu P61_ DO10 ... DO17, plc-compatibel (EN 61131), reactietijd 1 ms +24 V = "1" 0 V = "0" Let op: geen externe spanning aansluiten! DO10 ... DO17: keuzemogelijkheid → parametermenu P63_
Aansluiting encoder
X62:
SSI-encoderingang
0V-klemmen
X60:9 X60:10
DCOM: Referentiepotentiaal voor binaire ingangen (DI10 ... DI17) DGND: Referentiepotentiaal voor binaire signalen en 24 VIN • zonder doorverbinding X60:9 – X60:10 (DCOM-DGND) potentiaalvrije binaire ingangen • met doorverbinding X60:9–X60:10 (DCOM-DGND) potentiaalgebonden binaire ingangen
Spanningsingang
X61:9
24VIN: voedingsspanning +24 V voor binaire uitgangen DO10 ... DO17 en encoder (verplicht)
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
Index
11
11
Index
A Aansluiting absolute encoder aansluitschema ............................................13
S Spanningsingang 24VIN .................................... 12 Systeembeschrijving ............................................ 5
B Besturingsfuncties .................................................8
T Te gebruiken absolute encoders .......................... 5 Technische gegevens DIP11B ........................... 50 Toepassingsgebieden van DIP11B ...................... 5
C Configuratie .........................................................14 encoderselectie ............................................14 externe 24V-voeding aansluiten ...................16 parameters van de encoder instellen ...........16 D Diagnosemogelijkheid .........................................43 DIP11B en verwerking in IPOSplus® .....................6
V Veiligheidsaanwijzingen ....................................... 4 W Waarschuwingen ................................................. 4 Z Zero offset .......................................................... 45
E Encoder factor numerator/denominator ..............44 Encoderbewaking .................................................7 Encodermeting ......................................................7 Encoderselectie ..................................................14 laser-afstandsmeters ....................................15 multiturn-encoders ........................................14 F Foutmeldingen ....................................................49 I Inbedrijfstelling algemene aanwijzingen ................................18 DIP11B opnieuw in bedrijf stellen .................33 handmatige inbedrijfstelling ..........................38 met pc en MOVITOOLS® .............................19 nieuwe inbedrijfstelling DIP11B ....................21 Installatie ........................................................ 9, 41 aansluiting absolute encoder ........................13 beschrijving van de klemmen van de DIP11B .........................................................12 combinatie DIP11B met DIO11B ....................9 montage van de DIP11B ..............................10 IPOSplus®-parameters .........................................44 P941 Source actual position .........................44 parameterbeschrijving ..................................44 M Montage ......................................................... 9, 41 P P954 Zero offset .................................................45 Parameters van de encoder instellen .................16 R Regelaarfuncties .................................................41 encoderevaluatie ..........................................41
Handboek – MOVIDRIVE® MDX61B absolute-encoderkaart DIP11B
51
Aandrijfcomponenten \ Motion Control \ Systemen \ Service & Reparatie
Hoe we de wereld in beweging houden
Met mensen die snel en goed denken en samen met u werken aan de toekomst.
Met een service die wereldwijd onder handbereik is.
Met aandrijvingen en besturingen die uw productiviteit vergroten.
Met compromisloze kwaliteit die een storingvrij bedrijf garandeert.
Met veel knowhow van de belangrijkste branches van deze tijd.
SEW-EURODRIVE Driving the world
Met een wereldwijde aanwezigheid voor snelle en overtuigende oplossingen. Overal.
Met innovatieve ideeën die morgen al de oplossing voor overmorgen in zich hebben.
Met internet dat u 24 uur per dag toegang biedt tot informatie, waaronder software-updates.
SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG P.O.Box 3023 · D-76642 Bruchsal/Germany Phone +49 7251 75-0 · Fax +49 7251 75-1970
[email protected]
!www.sew-eurodrive.com