Nikolaas in de Jordaan 2009 nummer 1 Een tuin in de winter door v. Ignatij Brantsjanninov
1
De heilige Johannes van Shanghai en San Francisco
2
Toespraak van metropoliet Jonah Paffhausen
4
Bezoek aan het klooster van de Heilige Johannes van San Francisco door Nikolaj Naumov
7
Interview met v. Sergi (deel 2) door Annet Crouwel
10
Een spirituele weide door Johannes Moschos
16
De wijding van de kerk in Leer Tatiana Pantchenko
18
de heilige Johannes van Shanghai en San Francisco
Tropaar van de heilige Johannes, aartsbisschop van Sjanghai, toon 5 Uw zorg voor uw kudde in haar omzwervingen / was een voorafbeelding van de gebeden die u voor de gehele wereld opdraagt / zo geloven wij die uw liefde kennen, o aartsbisschop en wonderdoener Johannes / geheel door God geheiligd door de bediening van de alreine mysteriën / door welke gij ook steeds zelf gesterkt werd / snelde gij de lijdenden te hulp / gij die met vreugde genezing schenkt // Snel nu ook ons te hulp, die u met geheel ons hart eren.
Russisch-Orthodoxe Kerk Heilige Nikolaas van Myra Lijnbaansgracht 47 1015 GR Amsterdam tel: 020 - 421 18 15 e-mail:
[email protected]
€2.50 per stuk
web: www.orthodox.nl
Een tuin in de winter door v. Ignatij Brantsjaninov In het jaar 1829 bracht ik de winter door in de Plosjanskaja Poestina. Tot op vandaag staat daar, in de tuin, een eenzame houten monnikscel, die ik ooit met een medebroeder heb gedeeld. Bij rustig weer, op zonnige, heldere dagen, ging ik op een bankje op de veranda zitten en keek naar de uitgestrekte tuin. Zijn naakte bomen en struiken waren bedekt met een deken van sneeuw; om mij heen was alles stil, er heerste een doodse, maar majestueuze rust. Ik begon dit schouwspel steeds mooier te vinden: mijn peinzende blikken richtten zich er onwillekeurig op, alsof ik er een geheim in wilde ontdekken. Zo zat ik weer eens vol aandacht naar de tuin te kijken. Plotseling viel de sluier van mijn geestesoog en werd voor mij het boek van de natuur geopend. Dit boek, dat aan Adam, de eerst geschapene, gegeven was om te lezen, is het boek dat de woorden van de Geest bevat, net als de Heilige Schrift. Welke les kon ik aflezen aan de tuin? Een les over de opstanding van de doden, een krachtige les, die de opstanding als het ware aanschouwelijk maakte. Als wij er niet aan gewend waren het herleven van de natuur in de lente te zien, dan zou dat ons volkomen wonderlijk en ongeloofwaardig voorkomen. Wij verwonderen ons er niet over, omdat wij eraan gewend zijn; we zien het wonder wel, maar eigenlijk zien we niets. Ik kijk naar de naakte takken van de bomen en ze spreken tot mij met overtuiging in hun geheime taal: “Wij zullen herleven, overdekt worden met bladeren, beginnen te geuren, getooid worden met bloemen en vruchten: zullen dan verdroogde menselijke beenderen niet herleven als hun lente aanbreekt?” Zij zullen herleven, bekleed worden met vlees; in een nieuwe vorm gaan ze een nieuw leven binnen en een nieuwe wereld. Zoals bomen, die de strenge vorst niet konden verdragen en het N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
levenssap hebben verloren, bij het aanbreken van de lente worden omgehakt, om als brandhout uit de tuin te worden afgevoerd, zo zullen ook de zondaars, die hun leven – God – hebben verloren, op de laatste dag van deze wereld, bij het begin van de toekomstige eeuwige dag worden verzameld, en in het nooit uitdovende vuur worden geworpen. Als er al iemand te vinden is, die niet weet welke veranderingen uit de wisseling van de jaargetijden voortkomen, en zo iemand als een vreemdeling binnengeleid zou worden in een tuin die rustte in een grootse, doodse winterslaap, als hem op de naakte bomen gewezen zou worden en men hem vertelde over de weelderige pracht waarmee ze in de lente worden bekleed, dan zou hij in plaats van te antwoorden, u glimlachend aankijken – zo’n onwezenlijk sprookje zouden uw woorden hem lijken! Even onwaarschijnlijk lijkt zo ook de wederopstanding van de doden voor de wijzen die ronddwalen in de duisternis van de wereldse wijsheid, die niet begrepen hebben dat God almachtig is, dat wij mensen Zijn veelvormige diepe wijsheid kunnen overpeinzen, maar dat die niet te bevatten is met ons geschapen intellect. Voor God is alles mogelijk: voor hem bestaan geen wonderen. Het denkvermogen van de mens is zwak: wat we niet gewend zijn te zien, komt ons voor als een onwezenlijke zaak, een onwaarschijnlijk wonder. De dingen van God, waar we voortdurend en zelfs onverschillig naar kijken,zijn prachtig, het zijn, grote, niet te bevatten wonderen. En ieder jaar herhaalt de natuur voor de ogen van de gehele mensheid de les van de opstanding van de doden, en schildert deze als een transfigurerend, geheimvol gebeuren! vertaling: Marian Nieuwenhuis
1
Heiligenleven van de heilige Johannes van Shanghai en San Francisco Op 2 juli 1994 heeft de Russisch-Orthodoxe Kerk in het buitenland, in de schare der heiligen opgenomen de Godwelgevallige heilige van de 20ste eeuw, de wonderdoener Johannes (Maksimovitsj) van Shanghai en San Francisco. Aartsbisschop Johannes werd op 4/17 juni 1896 geboren in het zuiden van Rusland in het dorp Adamovka in het district Charkov. Bij zijn doop kreeg hij de naam Michaïl, vernoemd naar de aartsengel Michaïl, strijder van de Hemelse Machten. Al in zijn jeugd viel hij op door zijn diepe geloof, hij stond ’s nachts lang in gebed en verzamelde met grote toewijding ikonen en kerkelijke boeken. Het meest hield hij van het lezen van heiligenlevens. Michaïl hield met heel zijn hart van de heiligen, zijn geest raakte geheel van hen doortrokken en hij begon net als zij te leven. Het heilige en rechtschapen leven van het kind maakte diepe indruk op zijn Franse katholieke gouvernante, die hierdoor het orthodoxe geloof aannam. In de zware tijd van de vervolgingen bevond Michaïl zich door de Goddelijke Voorzienigheid in Belgrado, waar hij toegelaten werd tot de theologische faculteit van de universiteit. In 1926 werd hij door metropoliet Antonij (Chrapovitskij) tot monnik gewijd, waarbij hij de naam Johannes aannam, ter ere van een van zijn voorouders, de heilige Johannes (Maksimovitsj) van Tobolsk. In die tijd al gaf bisschop Nikolaj (Velimirovitsj), de Servische Guldemond, de volgende omschrijving van de jonge hiëromonnik: “Als u een levende heilige wilt zien, ga dan naar Bitol, naar vader Johannes”. V. Johannes was voortdurend in gebed, hield zich streng aan de vastenregels, vierde iedere dag de Goddelijke Liturgie en ging ter communie, en vanaf de dag dat hij tot monnik was gewijd heeft hij zich niet meer in een bed te ruste gelegd; soms trof men hem ’s ochtends dommelend aan op de grond voor een ikoon. Met ware vaderlijke liefde sprak hij vol inspiratie voor zijn kudde over de christelijke idealen en het Heilige Rusland. Zijn zachtmoedigheid en 2
ootmoedigheid deden denken aan die zoals vereeuwigd in de heiligenlevens van de grootste asceten en woestijnheiligen. Vader Johannes had een uitzonderlijk gebedsleven. Hij raakte zo verdiept in de teksten van de gebeden dat het leek alsof hij gewoon sprak met God, met de alheilige Moeder Gods, met de engelen en met de heiligen die hem voor zijn geestelijk oog verschenen. De gebeurtenissen uit het Evangelie kende hij zo, alsof die voor zijn ogen waren geschied. In 1934 werd hiëromonnik Johannes tot bisschop gewijd, waarna hij naar Shanghai vertrok. Volgens de woorden van metropoliet Antonij (Chrapovitskij) was bisschop Johannes een “spiegel van ascetische strengheid en volhardendheid in deze tijd van algehele geestelijke verslapping”. Toen de communisten aan de macht kwamen moesten de in China verblijvende Russen opnieuw vluchten; het merendeel vluchtte via de Filippijnen. In 1949 verbleven op het eiland Tubabao in vluchtelingenkampen van Internationale organisaties ongeveer 5000 Russen uit China. Het eiland ligt op het pad van de tyfonen, die ieder seizoen over dat deel van de Stille Oceaan komen. Echter in de 27 maanden dat het vluchtelingenkamp heeft bestaan, is er maar één keer de dreiging van een tyfoon geweest, en die tyfoon is van koers gewijzigd en is langs het eiland gescheerd. Toen een Rus op een keer met de bewoners van het eiland sprak over hun angst voor de tyfonen, zeiden de bewoners dat er geen reden was voor angst, omdat “jullie heilige man het kamp iedere avond aan alle vier de zijden zegent”. Toen het kamp later werd opgeheven, heeft een vreselijke tyfoon vervolgens het eiland getroffen en waren alle gebouwen van het eiland volledig verwoest. Russen in de verstrooiing levend, hebben in de persoon van Vladyka altijd een sterke voorspraak bij de Heer gehad. In zijn streven zijn kudde te N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
voeden deed de heilige Johannes het onmogelijke. Hij reisde naar Washington om gedaan te krijgen dat de berooide Russen van het eiland zouden worden opgenomen in de Verenigde Staten. Door zijn gebeden geschiedde er een wonder! In de Amerikaanse wet werd een wijziging opgenomen en het grootste deel van de ongeveer 3000 mensen mocht naar de VS komen, de rest kon naar Australië. In 1951 werd aartsbisschop Johannes benoemd tot heersend hiërarch van het West-europees exarchaat van de Russische Kerk in het buitenland. Zijn missionariswerk, stevig gefundeerd in een leven van voortdurend gebed en zuiver orthodoxe leer, wierp in Europa en later vanaf 1962 in San Francisco, veel vruchten af. Zowel onder orthodoxen als onder niet-orthodoxen kreeg Vladyka steeds meer bekendheid. Zo probeerde in Parijs een priester van een katholieke kerk de jeugd te inspireren met de woorden: “Jullie willen bewijzen, jullie zeggen dat wonderen nu niet meer bestaan en dat er geen heiligen meer zijn. Waarom zou ik jullie theoretische bewijzen geven, terwijl er op dit moment door de straten van Parijs een heilige loopt, Johannes de Blootvoetige”. De hele wereld kende Vladyka en hij stond in hoog aanzien. De treinverkeersleiding in Parijs hield eens een vertrekkende trein tegen totdat “de Russische aartsbisschop” was gearriveerd. In alle Europese ziekenhuizen had men gehoord van deze bisschop die een hele nacht kon bidden bij een stervende. Men riep hem bij het bed van een ernstig zieke, of die nu katholiek, protestant, orthodox of wat dan ook was, omdat, wanneer hij bad, God barmhartig was. In een ziekenhuis in Parijs lag eens de zieke dienares Gods Aleksandra en men vertelde de bisschop over haar. Hij gaf een briefje mee waarin hij schreef dat hij zou komen en haar de Heilige Communie zou geven. Ze lag op een gemeenschappelijke zaal met ongeveer 40 tot 50 anderen en ze voelde zich wat ongemakkelijk ten opzichte de Franse dames over het feit dat er bij haar een orthodoxe bisschop op bezoek kwam, gekleed in onwaarschijnlijk afgedragen kleren en ook nog blootsvoets. Toen hij haar de Heilige Gaven gaf, zei de Française in het bed naast haar: “Wat heeft u een geluk, dat u zo’n geestelijk vader heeft. Mijn zuster woont in Versailles en als haar N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
kinderen ziek zijn, dan stuurt ze hen naar de straat, waar Bisschop Johannes gewoonlijk langs komt en vraagt hem de kinderen te zegenen. Nadat de kinderen de zegen hebben gehad gaat het direct beter met de kinderen. Wij noemen hem een heilige man”. Ondanks zijn gebruikelijke strengheid waren kinderen zeer aan hem gehecht. Er zijn vele roerende verhalen bekend over hoe deze gezegende man op onverklaarbare wijze wist waar er een ziek kind was en, of het nu dag of nacht was, bij dat kind kwam om het te troosten en te genezen. Door de openbaringen die hij van God kreeg heeft hij velen gered van naderend onheil en soms verscheen hij bij iemand die hem op dat moment bijzonder nodig had, terwijl dat fysiek onmogelijk leek. Vladyka Johannes heeft zijn einde voorzien. De grote rechtvaardige ging op 71-jarige leeftijd op 19 juni (2 juli) 1966 naar de Heer, op de dag van de heilige Apostel Judas. Hij was op dat moment op bezoek in Seattle met de ikoon van de Moeder Gods van Koersk-Korennaja de wonderdoenende, en is voor deze Hodigitra ikoon van de Russiche Kerk in het buitenland heen gegaan. Na het overlijden van Vladyka schreef een Nederlandse orthodoxe priester met een bedroefd hart: “Nu heb ik geen geestelijk vader meer, en die zal ik ook nooit meer hebben, die mij soms midden in de nacht vanaf de andere kant van de wereld belde en zei: “Nu moet je gaan slapen. Je zult krijgen waar je voor bidt”. Na een wake van vier dagen volgde de plechtige begrafenisdienst. De bisschoppen die de dienst leidden konden hun tranen niet bedwingen, de tranen op hun wangen schitterden in het licht van de talloze kaarsen naast het graf. Het bijzondere was dat de kerk zich vulde met een soort stille vreugde. Ooggetuigen merkten op dat het leek alsof ze niet bij een begrafenis waren, maar aanwezig waren bij de vondst van de relieken van een nieuwe heilige. Al spoedig begonnen er wonderen plaats te vinden in de grafkelder van Vladyka, zoals genezingen en hulp bij andere problemen in het leven. De tijd heeft uitgewezen dat de heilige Johannes de Wonderdoener een snelle voorspraak is voor allen die in nood zijn, ziek zijn of verdriet hebben. Vertaling: Annet Crouwel 3
Toespraak van metropoliet Jonah (Paffhausen) Hieronder volgen gedeeltes uit een toespraak die bisschop Jonah (Paffhausen) op 11 november 2008 heeft gehouden bij gelegenheid van het algemeen-Amerikaanse concilie van de Orthodox Church of America. De volgende dag werd hij gekozen tot de nieuwe metropoliet van de OCA. Wij zijn geroepen om de ware vertegenwoordiging te zijn van de ene, heilige, katholieke, apostolische Kerk, verankerd in het Evangelie, door middel van ons geloof, de canons en de traditie van de Heilige Vaders die aan ons zijn overgeleverd. Wat is de leer van de Kerk? Hoe denken wij dat de Kerk zou moeten functioneren? Wie zijn wij en wat is onze opdracht? Wij zijn een hiërarchisch georganiseerde kerk, maar wat betekent dat eigenlijk? De geschiedenis heeft ons een erfenis nagelaten waarin hiërarchie dikwijls verward werd met keizerlijke aristocratie. In de eerste plaats en voor alles is er in het leiderschap van de Kerk het element dat van boven komt en van goddelijke oorsprong is. Het leiderschap binnen de Kerk daarentegen, het leiderschap van bisschoppen, is anders van aard. Stel, u bent parochiepriester en u speelt de baas over uw parochianen met het idee dat u zich alles kunt permitteren, geld kunt uitgeven zoals uzelf goeddunkt zonder rekenschap te hoeven afleggen, dan zult u het niet erg ver schoppen. In feite is de kans groot dat u eruit gegooid zult wordt omdat u in allerlei problemen verzeild zult raken. Die vorm van leiderschap behoort tot het verleden. Het werkt niet, noch op het niveau van een diocees, noch op nationaal niveau. Ons leiderschap is een leiderschap van binnenuit, waaraan een algemeen theologisch principe ten 4
grondslag ligt waarmee ieder aspect van onze theologie doortrokken is. Dit principe ligt ten grondslag aan onze verlossingsleer (de term die bisschop Jonah hier gebruikt is soteriology-KHL), aan onze leer over Christus (‘Christology’), de leer van onze Kerk (‘ecclesiology’), en dit is het principe van synergie, van samenwerking. En deze samenwerking moet vrijwillig van aard zijn. In die context betekent gehoorzaamheid niet zozeer doen wat iemand zegt die de baas over je speelt en die ervoor kan zorgen dat je moeilijkheden krijgt als je ongehoorzaam bent. Gehoorzaamheid is samenwerking op basis van liefde en respect. Wanneer liefde en respect niet langer aanwezig zijn, wanneer de hartstochten de overhand nemen, wanneer jaloezie binnensluipt, of boosheid, bitterheid, afgunst of wraak, dan houdt alles op. Ons hele gemeenschappelijke leven in deze Kerk is een leven van synergie, een leven van vrijwillige samenwerking, een leven van gehoorzaamheid aan Jezus Christus en het Evangelie. Als we niet bij elkaar zijn op basis van die gehoorzaamheid aan Jezus Christus en het Evangelie, wat doen we hier dan eigenlijk? Het Evangelie moet, voor alles de canon zijn waarmee wij onszelf de maat nemen. Indien wij dus naar de leer van onze Kerk kijken, wanneer wij kijken om te zien wat de Kerk is en wat de Kerk kan zijn, dan doen wij dit door deze goddelijke synergie binnen te treden die niets anders is dan het proces van gezamenlijke vergoddelijking (‘deification’) tot één lichaam met één geest, één hart en één ziel. Het betreft een gezamenlijke beslissing om onze eigen wil af te snijden, onze eigen zelfzucht, onze eigen ideeën, en de levende synergie te betreden die de N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
communie is. Zonder dat zou onze Eucharistie bedrog zijn en zouden wij van Christus vervreemd raken. Wij zijn geroepen tot onderlinge harmonie. Hetgeen niet betekent dat wij niet onze meningsverschillen zouden moeten onderdrukken, maar dat wij deze dienen op te lossen, zodat wij kunnen binnentreden in de ervaring van communie, samenwerking, wederzijdse gehoorzaamheid, wederzijdse onderdanigheid in liefde en wederzijds respect. Een cultuur van intimidatie is wezensvreemd aan Christus. Helaas heeft deze in het verleden in bepaalde sectoren van de Orthodoxe Kerk de boventoon gevierd en in sommige doet ze dat nog. Het is een demon die moet worden uitgebannen. Intimidatie en het propageren van angst is natuurlijk nooit juist. Dit betekent niet dat je niet een berisping zou kunnen krijgen. Welke vader berispt zijn kinderen niet uit liefde? God kastijdt hen die hij liefheeft. Maar ons leven in de Kerk mag niet door angst en intimidatie worden beheerst. Omdat macht corrumpeert moet macht worden afgezworen. Alleen in onze machteloosheid, in onze zwakte, kunnen wij een vat worden voor Jezus Christus. Natuurlijk moeten wij kunnen zeggen wat wij denken, maar wel op nuchtere wijze. Nuchterheid gaat niet alleen over verslaving aan genotmiddelen. Nuchterheid betreft ook de hartstochten – boosheid, bitterheid, haat, wraak. Iedere keer dat een van deze hartstochten bezit van ons neemt moeten wij gaan zitten en onze mond houden, omdat wij anders zouden zondigen en onze zonde alleen maar erger zou worden door de woorden die uit onze mond komen. Het is heel zó belangrijk dat wij waken over onszelf, over onze woorden en gedachten. Hebben zij gezondigd? Uiteraard. Heeft u zelf gezondigd? Uiteraard. Hoe kun je oordelen? Het is deze vorm van hypocrisie die de Heilige Apostel Paulus veroordeelde. De hypocrisie in onszelf moet genadeloos bestreden worden. En als wij dit als gemeenschap kunnen doen zal het Evangelie van Christus door ons stralen. Als wij haatgevoelens achterhouden, dan zullen zij als een kankergezwel onze ziel wegvreten en ons vernietigen. En het zal onze gemeenschap met anderen vernietigen – en is het niet zo dat wij haten wie wij het meest liefhebben? N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
Wat is de essentie van het Evangelie? Berouw en vergeving. En wat is berouw? Dat is wanneer wij tot het inzicht komen dat onze verstrooiing een doel op zich werd, waardoor wij het zicht op God zijn verloren; en wanneer wij dit eenmaal beseffen, dat wij dan terugkeren tot God. Berouw betekent bekering; het betekent een verandering van de geest. En dat is een continu proces voor iedere toegewijde Christen. Een continu proces waarin wij zowel persoonlijk als gezamenlijk op weg zijn. Wanneer wij hieraan beginnen moeten wij onze boosheid, onze bitterheid en pijn onder ogen zien, de gekwetstheid en haat die wij met ons mee dragen in reactie op mensen die ons pijn hebben gedaan. Vergeving betekent niet dat wij iets verontschuldigen of goedpraten. Waar het om gaat is dat wij zeggen: mijn reactie erop vernietigt mij en daarom moet ik hier een halt aan toe roepen. Als ik Jezus Christus, het Evangelie en de communie met God werkelijk op waarde schat, dan moet dit stoppen en moet ik verder. De vernieuwing van de Kerk betreft ons allen. Wij allen zijn leiders van de Kerk. Ons gezag is gebaseerd op de verantwoordelijkheid om het Evangelie, de boodschap van Christus over te brengen, voor 95 procent door onze daden en onze houding en voor 5 procent door onze woorden. Gezag betekent verantwoordelijkheid én verantwoording afleggen. Het is geen macht. Hiërarchie gaat enkel en alleen over verantwoordelijkheid. En helemaal niet over imperiale nonsens. De Kerk is onze verantwoordelijkheid, zowel persoonlijk als collectief, individueel en als gemeenschap. Wat ga jij ermee doen? Wat ga jij met jouw deel van die verantwoordelijkheid doen? Misschien ben je niet iemand die de leiding over een parochie heeft gekregen. Misschien denk je, “o, ik ben slechts een huisvrouw”. Maar wat een ongelooflijke verantwoordelijkheid heb je dan tegenover je kinderen, je vrienden, je buren, en je parochie – wat een ongelooflijke verantwoordelijkheid om getuige te zijn van Christus door de manier waarop je liefhebt en respect toont. Als je een priester bent, denk dan aan de verantwoordelijkheid die je hebt als geestelijk vader van je parochianen. Een van de zwaarste beproevingen gedurende mijn geestelijk ambt was het overlijden 5
van een 22-jarige. Hij had bedacht om te gaan raften op de rivier tijdens de dooi in de lente en dacht natuurlijk, zoals iedere 22-jarige, dat hij onsterfelijk was. Als zijn geestelijk vader kende ik het mysterie van spiritueel vaderschap. Na zijn dood waren er momenten waarop ik wist dat ik samen met hem voor God’s laatste oordeel stond en daar smeekte voor zijn ziel. Als priesters hebben jullie dezelfde verantwoordelijkheid – om bij het laatste oordeel voor de troon van God te staan, samen met hen die God aan jullie heeft toevertrouwd. Het is een ontzagwekkend mysterie! Bisschoppen: wees dit mysterie indachtig! Wij moeten samenkomen, in liefde en respect, en bereid zijn de boosheid en bitterheid te laten varen en liefde voor elkaar te tonen, respect voor elkaar te tonen, de ontzagwekkende verantwoordelijkheid te erkennen van hen die verantwoording voor onze zielen zullen afleggen. Wij zullen voor jullie voor God staan bij het laatste oordeel, of het je persoonlijke laatste oordeel is of dat van ons allen. Zo luidt de Schrift, en dat is de realiteit van dit grote mysterie van onze gemeenschap in Christus.
maar een weg. Dat is kiezen voor de liefde. Een andere weg is er niet. Er zijn geen organisatiemethodes, geen ondernemerstrucjes of een bedrijfsideologie die we te hulp zouden kunnen roepen. Als wij Christenen zijn hebben we de keuze: kiezen wij ervoor om binnen te treden in de liefde van Christus voor elkaar, met de bestuurders, de priesters, en ook met hen die ons hebben verraden, zij die ons bitter in de steek hebben gelaten, en inclusief zij die wij zelf veroordelen en bekritiseren? Wij moeten de liefde kiezen, wij moeten ervoor kiezen te vergeven. Dat is de enige weg, als wij Christenen zijn. Het gaat hierbij niet om religie. Het gaat om onze zielen. Het gaat om onze redding. Het gaat om ons leven, ons leven als een lichaam verenigd door de Heilige Geest in Jezus Christus, die zijn eigen relatie met de Vader met ons deelt. Wanneer wij dat kiezen zal al het andere vanzelf duidelijk worden. Eerder gepubliceerd in: In Communion, Herfst 2008; vertaling: Kathi Hansen Love
Hoe kunnen wij het vertrouwen herstellen? Er is 6
N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
Mijn bezoek aan het klooster van de Heilige Johannes van San Francisco in Californië door Nikolaj Naumov In november van het vorig jaar bracht ik een bezoek aan het klooster van de Heilige Johannes van Shanghai en San Francisco de Wonderdoener in Californie. Ik was daar op uitnodiging van vader Meletios, die al in de lente door de broeders van het klooster tot hun nieuwe abt was gekozen. Dit in verband met het feit dat vader Jonah (Paffhausen), de oprichter en geestelijk vader van het klooster, op het concilie in Dallas naar alle waarschijnlijkheid tot bisschop zou worden gekozen.
De afstanden in Amerika zijn gigantisch; van San Francisco tot het klooster ben je per auto zo’n vier uur onderweg. Vader Nektarios, een van de broeders, liet mij de stad zien, die misschien wel tot de meest orthodoxe van Amerika mag worden gerekend. Boven het gebruikelijke geraas van de stad torenen de vergulde koepels van de Kathedraal van de Vreugde Aller Bedroefden uit, die aan Geary Boulevard staat. Wat een warmte straalt deze kerk uit, hij is met prachtige fresco’s versierd en de Heilige Johannes wordt er vereerd. De andere In de relatief korte tijd die kathedraal, die van de Heilige vader Meletios op het Drievuldigheid, stamt reeds moment van mijn bezoek pas uit 1857 en was een geschenk v. Meletios W ebber, abt in Californie was, hadden er van de Russische tsaar aan de al meerdere belangrijke gebeurtenissen stad San Francisco. Er komen vaak gasten uit die plaatsgevonden. De belangrijkste was stad naar het klooster en voor de pelgrims is er ongetwijfeld de verkiezing van bisschop Jonah tot een apart, ruim gastenverblijf, in de buurt van het metropoliet van heel Noord-Amerika en Canada. hoofdgebouw. In november waren leerlingen van In de praktijk betekent dit dat hij nu feitelijk aan de Academie van de Heilige Johannes van het hoofd staat van de hele Orthodoxe Kerk in Shanghai op bezoek, samen met de rector van de Noord-Amerika. Zodra ik in San Francisco kathedraal, vader Sergij Kotar. aankwam hoorde ik dit van de bewoners van het klooster, en voor hen had deze gebeurtenis een Op dit moment wonen 18 mannen van verschilbijzonder vreugdevolle betekenis. lende leeftijd in het klooster, waaronder ook enkele novicen, en nog eens zes die zich voorHet klooster is in 1996 gesticht met de zegen van bereiden op het noviciaat (de zogenaamde postubisschop Pankratios, abt van Valaam. De lantenvred.). De jongste bewoner is 19 jaar oud, priestermonnik Jonah stichtte toen een kleine de oudste 72. Het merendeel heeft de Amerigemeenschap in het Zuiden van Californie, in het kaanse nationaliteit, hoewel het ook weer geen plaatsje Point Reyes. In de loop van de tijd, typische Amerikanen zijn, sommigen zijn al naarmate de gemeenschap groeide, ontstond de orthodox in de tweede generatie. Er wonen ook behoefte op zoek te gaan naar een nieuwe plek. In twee oude Russische monniken in het klooster, 2006 verhuisde de gemeenschap naar het onder hen vader Timofej uit Japan. De monniken natuurreservaat Lassen Volcanic National Park, maken geurkaarsen van bijenwas. Bijna alle naar een vallei aan de voet van de vulkanische kloosterlingen vervullen deze gehoorzaamheidberg Lassen, in de buurt van het plaatsje Manton. staak in toerbeurten. [Na deze monnikwijding, waarbij hij de geloftes van armoede, kuisheid, N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
7
gehoorzaamheid en standvastigheid aflegt, wordt de novice die tot dan toe 'broeder' was, voortaan ‘vader’ genoemd. (red.)] Daarnaast worden hier boeken vertaald, voornamelijk uit het Grieks en uit het Russisch. De boeken worden in de kloosterwinkel verkocht maar ook via internet. Tweederde van de monniken heeft gestudeerd, er zijn een aantal doctorandussen en zelfs doctors in de wetenschap bij. De bibliotheek van het klooster telt zo’n 20.000 titels, aan studie wordt veel waarde gehecht.
bos. Vader Meletios spreekt met grote liefde over zijn familie, en over alle plannen voor de toekomst. Zo is er het aanstaande bezoek van bisschop Jonah in december, er staan een aantal reizen op het programma, en maatschappelijke dienstverlening. Een van de meer concrete projecten is de bouw van een grote, ruime kerk en nieuwe monnikscellen.
De kloosterlingen houden ook vier geiten, en ook kippen en eenden, en zij maken hun eigen honing. Er zijn plannen om dit stukje bedrijf van het klooster uit te breiden zodat het klooster helemaal zelfvoorzienend wordt. De abt is van plan de bijenhouderij verder te ontwikkelen, mogelijk zal daarvoor de aankoop van een nieuw stuk grond nodig zijn. In Manton heeft het klooster ook een kleine moestuin, in de eetzaal staan altijd groenten uit eigen tuin op tafel. De maaltijden worden gezamenlijk gebruikt, onder begeleiding van de onveranderlijke lezing. Het lezen is ook een gehoorzaamheidstaak die allen om de beurt een week lang vervullen.
Maar de bouwplannen zijn lang niet het belangrijkste. Het belangrijkste zijn zowel het individuele als het gemeenschappelijke gebed, die de basis vormen van het leven van de gemeenschap, het streven naar geestelijke transformatie. Op weg naar Manton kom je zelden iemand tegen, terwijl de reiziger die uit de wereld komt hier door de stilte van de natuur welkom geheten wordt. Je hoort er geen geraas van auto’s of vliegtuigen, en ook geen gepraat. Majestueuze pijnbomen en sparren omringen het klooster net als een Russisch sprookjesbos, in dit verre en voor het overige totaal onRussische Amerika. De ruimte die vanaf de toppen zichtbaar is, en de transparante, zondoordrenkte lucht, vol van de geur van naaldbomen en boomschors, vullen het hart met een onbeschrijfelijke vreugde.
De eensgezindheid en saamhorigheid die in de gemeenschap heersen creëren een sfeer van ware broederschap in Christus, van een familie. Net als in ieder gezin zijn er ouderen en jongeren. Er zijn zelfs huisdieren: drie katten en twee honden. Het leven is er niet altijd even makkelijk, maar alle gezichten stralen van vreugde en innerlijke rust. ’s Avonds zitten de broeders vaak bij elkaar en drinken thee of ze gaan samen wandelen in het
Omdat de kloosterlingen pas twee jaar geleden naar dit natuurreservaat zijn verhuisd, moet er nog veel gedaan worden. De kerk is voorlopig in een van de kamers in het woongedeelte ingericht, maar dat heeft wel een groot voordeel: de gemeenschap is verzameld rond het belangrijkste, de kerk, die immers het hart van de gemeenschap vormt. De mensen die hier wonen kennen en waarderen de stilte. De leefregel van het klooster
8
N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
is gebaseerd op de traditie van Valaam, maar er zijn ook invloeden van de berg Athos. Het leven is hier geordend volgens de principes van het Cenobium, een klooster met een gemeenschappelijke leefregel. Dit betekent dat allen op gelijke wijze deelnemen aan de regels van de kloostergemeenschap, van de abt tot de novice. Het klooster wordt geleid door de abt en een raad van oudste monniken, die allen lid moeten zijn van de kloostergemeenschap. Zij bespreken alles wat het leven van de gemeenschap aangaat, geestelijke zowel als materiële zaken. De uiteindelijke beslissing wordt door de abt genomen. Wil iemand toetreden tot de kloostergemeenschap dan zijn daarvoor zowel een beslissing van de raad als de zegen van de abt nodig. Een postulant moet ten minste een jaar in het klooster hebben doorgebracht alvorens hij in het zwart kan worden ingekleed, d.w.z. als novice het kloosterhabijt (rason) kan dragen. Pas na 3 jaar kan een novice die de rason draagt (rassofoor) de tonsuur als monnik (kleine schima) ontvangen. [Na deze monnikwijding, waarbij hij de geloftes van armoede, kuisheid, gehoorzaamheid en stabiliteit aflegt, wordt de novice die tot dan toe ‘broeder’ was, voortaan ‘vader’ genoemd (red.)] In beide gevallen is niet alleen de zegen van de abt vereist maar ook die van de bisschop.
alsmede de inachtneming van de dagelijkse cyclus van diensten. De monniken staan om vier uur ’s morgens op, de gebedsregel en het middernachtsofficie bidden zij zelf in hun cel. Om half zes worden de kloosterlingen door een gong opgeroepen voor de ochtenddienst, die bestaat uit 20 minuten Jezusgebed, de Metten en de Uren. Drie keer per week wordt de Goddelijke Liturgie gevierd. Na het ontbijt wijdt een ieder zich aan zijn gehoorzaamheidstaak. Om één uur is de gemeenschappelijke warme maaltijd, om vijf uur het Negende Uur gevolgd door de Vespers. Op vastendagen is er daarna een eenvoudige avondmaaltijd, waarna de Avonddienst met het lezen van de kanon en het Akathistos-gebed volgt. Na negen uur ’s avonds is het bijzonder stil in het klooster. Dan is het tijd voor gebed in de monnikscel. De vigilie van een feest wordt door de broeders in de nachtelijke uren gevierd. De nachten zijn hier onwaarschijnlijk donker, de sterren groot en helder. Iedere avond vindt in de kerk de rite van de vergeving plaats, en de dag wordt afgesloten met de zegen van de abt. Zie voor meer informatie over het klooster de website: www.monasteryofstjohn.org Vertaling: Kathi Hansen Love (met dank aan v.diaken Hildo Bos)
Centraal in het leven van de gemeenschap staat het regelmatig ontvangen van de Heilige Gaven van Christus, de dagelijkse biecht bij de abt, die de geestelijk vader van de gemeenschap is, N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
9
Interview met v. Sergi (deel 2) door Annet Crouwel A.C.: In het vorige deel (Nikolaas in de Jordaan 2007, nr. 3) van uw interview zijn wij gestopt bij het moment dat u werd aangenomen op de Akademie in St. Petersburg. Kunt u vertellen hoe het na de Akademie verder ging met u?
gewone student van de Akademie. Ik heb mijn proefschrift met succes verdedigd en als gevolg daarvan kreeg ik een aanstelling aan de Akademie om als post-doc verder onderzoek te doen en tegelijkertijd ook te doceren.
V.S.: Het afstuderen zelf ging wat ongebruikelijk, daarom wil ik daar even bij stil blijven staan. De jaren op de Akademie waren erg interessant, maar misschien moet ik daar nu niet over vertellen. Toen ik zou afstuderen aan de Akademie besloot ik niet af te studeren op een gewone eindscriptie, maar direct een kandidaats-proefschrift te schrijven. De laatste anderhalf jaar van mijn studie had ik met dat doel voor ogen hard gewerkt aan een onderzoek met als titel “De geschiedenis van de antieke theologische scholen”, dat ging over het verschil tussen bepaalde scholen, het verschil in uitleg van de Heilige Schrift. Ik begon, in het kader van deze dissertatie ook boeken over geschiedenis en de hermeneutiek te zoeken. Het bestuderen van de hermeneutiek was min of meer verboden, daar sprak men niet over, en dit vak werd op de opleidingen niet gedoceerd. Het is een ontzettend interessant thema en toen ik materiaal begon te zoeken, ging ik steeds vaker met Aliona praten, omdat ieder Westers mens toen een bron van informatie was.
A.C.: Heeft u matoesjka Aliona in St. Petersburg leren kennen?
Wat later bleek dat Aliona, toen ze in de vakantie naar huis ging, boeken over hermeneutiek begon te zoeken en ook haar vader, v. Alexis, daarnaar heeft gevraagd. Ze sprak ook met Stefan Royé, die toen theologie studeerde. Op die manier ontving ik, via v. Alexis en Stefan Royé, boeken over hermeneutiek, die ik nodig had voor mijn dissertatie. Mijn afstuderen is dus wat ongebruikelijk verlopen, zelfs geheel ongebruikelijk voor een 10
V.S.: We hebben elkaar daar op de Akademie leren kennen. We studeerden praktisch op hetzelfde moment af. Ik had 6 jaar gestudeerd, hoewel er eigenlijk 8 jaar voor staat, en Aliona 3 jaar. Onze kennismaking is, zoals bekend, uitgemond in een huwelijk. Eerst is in Leningrad (St. Petersburg) het burgerlijk huwelijk gesloten, dat was op 3 juni 1986. Iets daarna heeft de huwelijkskroning plaatsgevonden in Moskou, waar we jou ook hebben leren kennen. A.C.: In welk jaar bent u afgestudeerd aan de Akademie? Was dat ook in 1986? V.S.: Ja, dat was in datzelfde jaar. Het afstuderen en de diploma-uitreiking. De verdediging van de dissertatie was iets later, in de herfst. Ze hadden mij nog enige maanden respijt gegeven om mijn materiaal te ordenen. En aangezien ik een aanstelling bij de Akademie had gekregen als docent, hoefde ik mij niet te haasten, ik had een heel jaar. Maar toen kwam er een andere rector. Aan het einde van onze studie werd er een nieuwe rector benoemd in de plaats vantoen nog metropoliet Kirill. [Inmiddels patriarch van Moskou en geheel Rusland Kirill.] Metropoliet Kirill, moet ik zeggen, was een erg goede rector. Hij was jong en talentvol en hij heeft zeer veel gedaan voor de Akademie. Er werd echter een rector gekozen die de autoriteiten meer welgevallig was. Dit heeft er toe geleid dat mijn docenten-aanstelling spoedig N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
werd beëindigd. A.C.: Hoe lang heeft u daar lesgegeven? V.S.:Een jaar. Nu klinkt dat misschien raar, maar mijn aanstelling werd beëindigd omdat trouwen met een buitenlandse vrouw als niet-gezagsgetrouw werd aangemerkt. In de tijd van Stalin werd dat zelfs beschouwd als verraad aan het vaderland. In de tijd waar wij het over hebben beschouwde men dit weliswaar niet meer als verraad, maar desalniettemin werd je met de nek aan gekeken. Het gevolg was dat ik mijn werk aan de Akademie kwijt raakte. A.C.: Was een huwelijk met een buitenlander in die tijd gevaarlijker voor iemand die was afgestudeerd aan de Akademie dan voor iemand anders? V.S.: Zonder twijfel. De geestelijkheid en ieder ander die iets te maken had met de kerk, stond onder veel strenger toezicht. Mijn huwelijk met een buitenlandse vrouw werd direct bekend in bepaalde kringen, maar dat is mij pas later duidelijk geworden.
geweest, die we tot op heden kennen uit de boeken. Eén van zijn zoons dient nu in Londen. Nu weten we niet meer hoe die situatie was, maar het was werkelijk een tragedie.
A.C.: U moest de Akademie dus verlaten? V.S.: Formeel behield ik mijn werk bij de Akademie, maar de rector zei tegen mij dat hij geen lesuren voor mij had. Dat betekende dat ik geen les kon geven en dus niet betaald kreeg. De deur van de Akademie ging niet dicht voor mij, ik kon iedere dag komen, maar wat ik daar moest doen was niet duidelijk. Aliona had toen al werk gevonden in een voorstad van Leningrad, in het dorp Antropsjino. Zij werkte daar als dirigent en vond dat erg fijn omdat ze veel praktijkervaring kon opdoen met elke dag diensten. Die praktijkervaring is geweldig geweest en heeft haar later veel geholpen en ook nu nog. Ik moest op de een of andere manier een uitweg vinden uit mijn situatie. Ik wist echter één ding zeker, dat ik geen priester kon zijn.
Ik herinner mij een bijeenkomst van onze illegale studievereniging op de datsja van een van de jongens zaten. Dat was handig, want de datsja was in ieder geval buiten de stad. Plotseling komt de moeder van die jongen binnen en zegt dat we snel naar de televisie moeten komen kijken, omdat v. Dmitrij Dudko op de televisie een boetedoening uitsprak. Het was vreselijk om te zien hoe iemand met lege ogen een tekst uitspreekt die hem is opgedrongen. A.C.: Wat hield die boetedoening in? V.S.: Hij zei berouw te hebben dat hij in zijn preken bepaalde anti-sovjet leuzen had gebruikt. Dat wil zeggen dat hij met zijn preken de wet had overtreden die anti-sovjet propaganda verbiedt. Dat staat volgens mij, het zwaarste feit uit het wetboek van strafrecht.
A.C.: Waarom? V.S.: Omdat de controle op priesters in die tijd heel groot was. Dat is nu moeilijk voor te stellen, maar enkele jaren daarvoor was er de zogenaamde “Openbare boetedoening” van v. Dmitrij (Dudko) N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
V. Dmitrij was een van de meest geliefde priesters van Moskou, er kwamen altijd heel veel mensen naar hem toe. Hij was namelijk de eerste die in zijn preken niet alleen over een thema uit het Evangelie sprak of over het feest van die dag, 11
kennis met een Engelsman. Ik stond in de kerk te bidden toen hij op mij afkwam en in gebroken Russisch vroeg of ik een bijbel wilde hebben. Ik antwoordde dat ik natuurlijk een bijbel wilde. We verlieten met een kleine tussenpoos na elkaar de kerk; eerst ging ik en 5-10 minuten later kwam hij. Toen we ver genoeg verwijderd waren van de kerk konden we praten en hij vertelde dat hij niet alleen een bijbel had, maar ook Kankerpaviljoen van Alexander Solzjenitsyn en nog andere boeken. Natuurlijk spraken we nog verder en het bleek dat hij theoloog was, een erg interessante man Gerald Brayaan wie ik veel te danken heb. Hij is trouwens nu redacteur van de serie “De uitleg van de Heilige Schrift door de Heilige Vaders”, terwijl hij anglicaan is en niet orthodox. Hij is zeer getalenteerd en hij heeft dogmatiek gedoceerd aan het Oak Hill College in Londen. maar antwoord trachtte te geven op vragen. Je kon hem een briefje schrijven met een vraag en de volgende zondag preekte hij daar dan over. Hij kreeg veel briefjes en daar koos hij dan een thema uit. Hierdoor ontstond er een echte parochie, want voor het eerst sprak een priester in levende taal, die ook nog antwoord gaf op wezenlijke geloofsvragen, zonder gewoon maar het leven van een heilige na te vertellen. A.C.: U vreesde dus ook onderworpen te worden aan een dergelijke controle en druk, waaraan priesters in die tijd onderworpen waren? V.S.: Ik was diezelfde onderdrukking ook al tegengekomen in mijn tijd en ik wist dat ik dat niet zou kunnen verdragen. Want wat hebben ze met Dudko gedaan? Ze zeiden tegen hem: “We laten je gaan, maar morgen wordt je dochter overreden door een vrachtwagen. Dus kies maar, je bent dan in leven, maar de leden van je gezin zullen stuk voor stuk een ongeluk krijgen”. Ik wist dat ik dat niet aan zou kunnen. Mijn gezin opofferen zou boven mijn macht liggen. Daarom wilde ik er niet eens aan denken om priester te worden. De beslissing om priester te worden kwam veel later, pas in Engeland. A.C.: Waarom heeft u besloten naar Engeland te gaan? V.S.: Dat kwam eigenlijk door diezelfde behoefte aan boeken. Ik maakte op een bepaald moment 12
Langzaam werden we vrienden en hij kwam nog een of twee keer. Hij heeft via mij andere leden van onze studievereniging leren kennen en daar zijn hechte contacten uit ontstaan. Ongeveer anderhalf jaar later stelde hij voor mij en Aliona uit te nodigen om een jaar bij dat College te komen werken. Uiteindelijk werden we daadwerkelijk uitgenodigd. Vervolgens was het natuurlijk ontzettend moeilijk om een visum te krijgen.Toen ik de uitnodiging van dat College had ontvangen ging ik daarmee naar onze rector en nog iemand van de kerkelijke administratie. Toen ze de uitnodiging zagen, zeiden ze tegen mij: “Als dit een uitnodiging aan de kerk is dan zullen wij bepalen wie we sturen. Dan zullen we een toegewijd persoon kiezen en niet iemand die met een buitenlandse trouwt. Maar als het een persoonlijke uitnodiging voor u is, dan moet u uw paspoort nu inleveren en het sovjet-burgerschap opgeven, u kunt dan gaan waarheen u wilt”. Maar dat was niet wat ik wilde. Uiteindelijk hebben wij door tussenkomst van metropoliet Filaret van Minsk en Witrusland kunnen vertrekken. Met mijn sovjetpaspoort. Dat was in 1989. Zo kwam ik in Londen terecht. Daar hield ik mij met wetenschappelijk onderzoek bezig. Onderzoek op hetzelfde terrein, de hermeneutiek; maar ik hield me ook bezig met biblistiek (bijbelwetenschap), de uitleg van de Heilige Schrift. Ze hebben daar heel veel mateN IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
riaal over hermeneutiek en ik was gewoon gelukkig. Ik kon dag en nacht lezen. Het College had werkelijk een uitstekende bibliotheek. Het was de eerste keer dat ik in een echte bibliotheek was, met recente uitgaven en actuele tijdschriften over biblistiek. In de Sovjet Unie bestond zoiets niet. A.C.: Had u het gevoel dat u daar voor langere tijd zou blijven? V.S.: Nee, zo dacht ik absoluut niet. Ik dacht dat dit voor een jaar, hooguit twee jaar zou zijn. Ik dacht toen aan een academische carrière. Boeken lezen, onderzoek doen naar de geschiedenis van de antieke kerk, dat was waar ik mij mee bezig wilde houden en waarin ik mijn talent voelde. Noch een priesterwijding, noch een permanent verblijf in Engeland was op dat moment aan de orde. Het was een tijdelijke, gouden mogelijkheid om bezig te zijn met onderzoek, de biblistiek van de andere kant te bestuderen, vanuit het westerse perspectief. Hoeveel hier al gedaan was, welke vragen hier gesteld werden. Bij ons werden zelfs andere vragen gesteld, dan die in het Westen werden gesteld. A.C.: Kunt u daar een voor ons begrijpelijk voorbeeld van geven? V.S.: Eén van de belangrijkste doelen van de westerse biblistiek is om de oorspronkelijke tekst te reconstrueren. Het uitgangspunt daarbij is dat de tekst in het proces van de geschiedenis is verminkt. Er bestaat zelfs een boek met de titel: “The orthodox corruption of the Bible”. De opdracht is dus om de ware tekst, de werkelijke woorden van Jezus te vinden. Vanuit ons gezichtspunt betekent een tekst begrijpen echter: de tekst in jezelf opnemen, de tekst in je leven opnemen. Dat wil zeggen: de tekst begrijpen betekent begrijpen hoe die tekst werkt. Daarom kunnen wij één en dezelfde tekst jarenlang steeds op dezelfde dag weer lezen, en iedere keer ontdekken we daar voor onszelf iets nieuws in. Hier in het Westen kan een priester of N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
dominee zelf een tekst kiezen. Als hij bijvoorbeeld zin heeft om over hoofdstuk 4 van het Evangelie van Lucas te preken, dan pakt hij die tekst en preekt daarover. Sowieso wordt de tekst benaderd als een rechte lijn: dat wil zeggen, de waarheid van een bepaald stuk tekst moet worden ontdekt, wat heeft Jezus daar over gezegd. De tekst moet dus, met andere woorden, worden ontdaan van allerlei lagen, van alles wat er aan is blijven kleven en de diepste kern van de waarheid daaronder moet gevonden worden. Bij ons is er eerder sprake van een spiraal, je moet steeds terug naar die ene en dezelfde tekst, tot het moment waarop de tekst je geheel eigen is geworden en binnen in je gaat leven. Zoals starets Silouan het zei: “We moeten zo leven dat indien door een tragische omstandigheid alle Bijbels vernietigd zouden zijn, verbrand zouden zijn, wij de Bijbel opnieuw zouden kunnen uitschrijven. Niet omdat we de tekst zomaar uit ons hoofd kennen, maar omdat de Bijbel in ons hart leeft”. Maar dan komen we eigenlijk al uit bij het thema vladyka Anthony. A.C.: Zullen we dan overgaan op dat thema? V. S.: Ja. Misschien was het helemaal niet zo’n toeval dat ik daar vlakbij vladyka Anthony kwam te wonen. Niet letterlijk vlakbij natuurlijk. A.C.: Wist u toen al van zijn bestaan?
13
V.S.: Ja, natuurlijk. Ik had al lang geleden kennis met hem gemaakt, dat wil zeggen niet met hem, maar met zijn boeken. Die boeken hebben mij ook naar de kerk geleid. Ik herinner mij tot op heden wat een diepe indruk een bepaalde preek van hem op mij heeft gemaakt. Ik las die preek, denk ik, in 1974 toen ik uit het leger kwam. Dat was een stap richting de kerk, een stap richting de Geestelijke Akademie, zijn boeken hebben daar aan bijgedragen. Veel later, toen ik al student was aan de Akademie, kwam hij op bezoek op de Akademie en hield een preek. Toen was er de mogelijkheid kennis met hem te maken. Ik was toen natuurlijk gewoon een van de studenten en hij zal mijn gezicht toen zeker niet hebben onthouden, maar ik kende zijn gezicht al wel en ben het niet vergeten. In 1988 vond toen het concilie plaats in verband met het 1000-jarige jubileum van de doop van Rusland. V. Alexis Voogd kwam daarvoor naar Rusland en vladyka Anthony was er ook en toen hebben we met z’n drieën wat gepraat. Toen heb ik dus persoonlijk kennis met hem gemaakt. Dus toen ik naar Londen kwam wist vladyka al het een en ander over mij en ik wist uiteraard van zijn bestaan. De gedachte dat ik een heel jaar bij hem kon dienen was ontzettend fijn, dat was een doel. A.C.: Maar als u met hem wilde dienen, betekent dat dan dat er iets in uw hart was veranderd? V.S.: We hebben iets overgeslagen. Ik was toen al diaken. Toen ik na mijn niet-voorspoedige carrière bij de Akademie een aantal maanden werkeloos rondliep, kwam diezelfde man van de kerkelijke administratie naar mij toe en zei: “Je bent waarschijnlijk ook bang om diaken te zijn, omdat je alleen maar aan een academische carrière denkt?” Ik zei dat dat niet zo was en dat het diakenschap daar best mee te combineren was. Een diaken werd niet aan dezelfde strenge controle onderworpen als een priester, een diaken neemt ook geen biecht af. Bovendien heeft een diaken niet het recht om te preken. Dat was dus minder gevaarlijk. Ik ben in St. Petersburg tot diaken gewijd door de inmiddels overleden patriarch Alexis. Hij was toen metropoliet van St. Petersburg.
14
Na veertig dagen van onafgebroken dienen in de Nikolskij Kathedraal – daar zullen we het nu niet over hebben, wat dat is, veertig dagen onafgebroken dienen – werd ik als diaken naar het dorp Vyritsa gestuurd. Tegenwoordig is Vyritsa en bekende plek, omdat men Serafim van Vyritsa kent. Toen was dat nog een onbekende naam, alleen plaatselijk kende men hem. Dat was een geweldige kerk en een fantastische plek, want het was buiten de 101-km zone. De intelligentsia die niet het recht had om in de grote steden te wonen werd naar deze zone gestuurd. Het was dan ook een bijzondere parochie met interessante mensen en hoe vreemd het ook moge zijn, juist daar ben ik begonnen met preken. Onze priester, zo begreep ik later, was namelijk zwaar getraumatiseerd en kon niet preken. Dat wil zeggen, één keer per jaar las hij van een papiertje steeds dezelfde preek voor. Dat had een serieuze reden. Het geval wil dat zijn kerk onder het Chroesjtsjovregime werd gesloten en hij heeft verteld hoe dat was verlopen. En ik begrijp dat hij daadwerkelijk zijn stem is kwijtgeraakt en niet meer in staat was om iets te zeggen. Die sluiting vond in de winter plaats. Eerst kwam er een bevel om de kerk vrijwillig te sluiten. Vanuit de kerk moest worden afgekondigd dat niemand meer mocht komen en dat “wij verzoeken om ons te sluiten”. De parochie – dat waren voornamelijk vrouwen – probeerde desondanks in opstand te komen. Toen er vervolgens een groep militsia kwam om de deuren te sluiten, gingen de vrouwen midden in de winter op de grond liggen, in de sneeuw en sloten ze met hun lichamen de doorgang naar de kerk af. De mensen bleven daar slapen, maakten kampvuren en bleven steeds in de buurt van de kerk. Zo ging dat een eerste keer, een tweede keer, maar de derde keer kwam de militsia met honden. Op de vrouwen werden honden losgelaten, herdershonden, die hen aanvielen. De militsia rukte de sloten van de deur en voor de ogen van iedereen werden de ikonen vernield en in de kampvuren gegooid. Ik denk dat ik, als er zoiets met je kerk gebeurt, misschien ook niet meer in staat zou zijn om te preken. Die priester was werkelijk een goed en uiterst vriendelijk mens. A.C.: En hij gaf u toestemming om te preken?
N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
V.S.: Ja, op de een of andere manier werd dat afgesproken. Ik weet niet meer precies hoe dat is gegaan. Maar hij zei: “Probeer jij dat maar”. Ik probeerde het een keer en het beviel hem en toen begon ik daar te preken. Hij heette v. Vladimir Sidorov. Hij is vlak bij de kerk daar begraven, samen met matoesjka. Tot op heden gedenk ik hen tijdens iedere liturgie. Hij heeft mij de schoonheid van de Dienst geleerd, dat alles mooi moet zijn, dat alles volgens de regels moeten gebeuren. Hij was een veeleisende man en ik was een onervaren diaken en hij heeft mij veel kunnen geven. Toen ik vertrok huilde hij en zei dat als ik zou blijven, hij de parochie aan mij zou nalaten en dat ik dan zonder armoede zou leven omdat de parochianen mij kenden. Maar mij was een ander lot beschoren. A.C.: Dus toen u in Londen kwam had u als diaken al preken gehouden? V.S.: Ja. In Vyritsa had ik als diaken gepreekt. In Londen diende ik met vladyka Anthony en dat was ook een goede school, maar wel een heel andere school. Het ging niet om de mooie bewegingen van de diaken – Vladyka had eigenlijk weinig aandacht voor beweging – maar het ging om het innerlijk, wat er op dat moment gebeurt. Wat betekent het om “voor iets of iemand te staan”. Voor wat of voor wie sta je? Voor Wie je staat, dat heb ik bij vladyka Anthony geleerd. A.C.: Begreep Vladyka dat u de weg van het priesterschap niet op wilde? Hoe bent u tot de beslissing gekomen om de academische weg te verlaten en een andere weg te kiezen? Gebeurde dat in Londen? V.S.: Ja dat gebeurde in Londen. Ik kan niet zeggen dat er een bepaalde dag of een bepaald moment is geweest dat ik de beslissing echt als zodanig heb genomen. Dat ontstond op een natuurlijke manier. Op een gegeven moment zei Vladyka: “Laten we elkaar wat vaker spreken en dan gaan we het over het priesterschap hebben. Ik zal je vertellen hoe ik tegen het priesterschap aankijk, hoe ik het begrijp”. Ik ging toen, naast de diensten in het weekend, elke week naar hem toe. N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
En we praatten, of liever gezegd, hij praatte voornamelijk. Ik luisterde en stelde vragen. Het was natuurlijk beangstigend omdat het priesterschap, zoals ik mij dat terecht voorstelde, iets onmogelijks is. Onmogelijk, omdat je uiteindelijk het offer opdraagt. Je voltrekt niet het mysterie, maar je staat bij het mysterie, je dient dat mysterie. Of dat nu het mysterie van de communie is, het mysterie van de eucharistie of het mysterie van de biecht. Het mysterie van de biecht was voor mij het meest angstaanjagend. Bekentenissen van vreemde mensen aanhoren en daar op de een of andere manier op reageren, als je al moet reageren; ik kon mij dat in het geheel niet voorstellen. Natuurlijk heeft deze voorbereiding op het priesterschap een beslissende rol gespeeld. Niet omdat ik zekerder was geworden, maar meer omdat ik toen wist wat ik met mijn onzekerheid moest doen, wat ik moest doen in het geval ik iets niet weet, op wie ik kan steunen op het moment dat je niet weet wat je moet doen of wat je moet antwoorden. Hoe je ervoor zorgt dat je niet voortdurend tussen een mens en God in gaat staan, maar terzijde gaat staan, hem doorlaat, hem helpt een stap naar God toe te maken, dat is wat Vladyka mij leerde.
15
Een spirituele weide door Johannes Moschos In het begin van de 7de eeuw na Christus heeft een monnik, genaamd Johannes Moschos, (ook wel Johannes Eviratus genoemd, levend van ca. 550 tot 619) een verzameling van vertellingen/uitspraken van en over monniken bijeengebracht in een bundel genaamd "Pratum Spirituale" (Spirituele weide/veld). Deze verhalen en uitspraken heeft hij voorneamelijk verzameld op zijn reis die hij in 578 vanuit Bethlehem begon, samen met zijn geestelijk kind Sofronius de Sofist, om uiteindelijk op de berg Athos te eindigen. Het doel van de reis was om de wijsheid van de woestijnvaders, de sagen en mythen van het Byzantijnse Oosten te verzamelen voordat hun breekbare wereld, die al in verval raakte, geheel zou instorten. Het betreft een verzameling van allerlei verhalen, uitspraken, mythen van zeer verschillend niveau, inhoud H. Sofronij van Jeruzalem en boodschap. De verzameling begint met een korte inleiding van Johannes Moschos zelf, in de vorm van een opdracht/brief aan zijn leerling en geestelijk kind Sofronius. Na deze inleiding zijn drie verhalen/uitspraken uitgekozen als illustratie. De totale bundel bestaat uit 243 vertellingen. Er bestaat een redelijk recente Engelse geannoteerde vertaling (John Moschos, The Spiritual Meadow, Cistercian Publications, Kalamazoo, Michigan)en een wat oudere Franse vertaling (Jean Moschus, Le pré spirituel; ed. J.-P. Migne, Paris 1942) voor de lezers die meer willen lezen. Er bestaat geen Nederlandse vertaling. – Redactie De velden zijn dit voorjaar, naar mijn mening, een uitzonderlijke lust voor het oog. Zij tonen de toeschouwer een rijke diversiteit aan bloemen die hem treffen door de charme, want die diversiteit streelt de ogen en vult de neusgaten met parfum. Een deel van het veld bloost door rozen; op een andere plek staan vooral lelies, die de aandacht naar zich toetrekken, weg van de rozen. Op een ander deel vlamt de kleur van viooltjes op, gelijk het keizerlijk purper. Kortom, de verscheidenheid en variëteit van de ontelbare hoeveelheid bloemen brengen zowel de neus als de ogen in verrukking. Zie het huidige werk op diezelfde manier, Sofronius, mijn geheiligd en trouw kind. Want in dit werk zul je de deugden ontdekken van heilige mannen, die zich in onze tijd hebben onderscheiden; mannen die, zoals de Psalmist het zegt, zijn “geplant aan waterstromen”(Ps. 1:3). Ze werden allen gelijkelijk door God geliefd (door de genade van Christus), toch was er een grote 16
verscheidenheid aan deugden, waardoor ieder van hen zijn schoonheid en charme heeft gekregen. Ik heb hieruit de mooiste bloemen geplukt van het ongemaaide veld en die verwerkt in een hoofdkrans die ik nu aan jou aanbied, mijn allertrouwste kind; en via jou aan de wereld. Ik heb dit werk “een veld” genoemd, als verwijzing naar het genoegen, de geurigheid en de weldaad die het zal verschaffen aan hen die dit werk tegenkomen. Want het deugdzame leven en de gebruikelijke vroomheid bestaan immers niet alleen in het bestuderen van de theologie; niet alleen in het denken op een hoog niveau over de dingen zoals ze hier en nu bestaan. Ook het beschrijven van de manier van leven van anderen hoort daar een onderdeel van uit te maken. Ik heb er dus naar gestreefd, mijn liefde, mijn kind, om deze compositie te vervolmaken om jou te informeren. Wedijverend met de meest drukke bij, heb ik de geestelijk heilzame daden van de vaders N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
verzameld en in een rijke en nauwkerige verzameling bijeengebracht. 2 De monnik die leeuwen voedde in zijn eigen grot Er was daar nog een andere monnik, die Sapsas heette. Hij was zo rechtschapen dat hij leeuwen verwelkomde in zijn grot en hen op zijn schoot te eten gaf, zo vol van Goddelijke genade was deze man. 3 Het leven van Conon, priester van de gemeenschap van Penthoucla In het klooster van onze heilige vader Sabas ontmoetten we Athanasios. Deze oudere vertelde ons het volgende verhaal: Ik was eens in de gemeenschap van Penthoucla, en daar was een priester die doopte. Hij was een Ciciliaan en zijn naam was Conon. Hij was aangewezen om te dopen, omdat hij een goede oudere was. Hij gaf een ieder die daar om vroeg de zalving en de doop. Iedere keer echter werd hij in grote verlegenheid gebracht als hij het oliesel moest geven aan een vrouw. Het was daarom dat hij zich uit de gemeenschap wilde terugtrekken. Maar iedere keer als hij er aan dacht om zich terug te trekken, kwam de heilige Johannes de Doper bij hem staan, die zei: “Houd vol en ik zal je worsteling verlichten”. Op een dag kwam er een Perzische dame die gedoopt wilde worden en ze was zo mooi dat de priester zichzelf er niet toe kon brengen om haar de heilig zalving te geven. Toen de dame al twee dagen wachtte kreeg Aartsbisschop Peter er hoogte van en hij was erg boos op de priester. Hij wilde eigenlijk een vrouwelijke diaken benoemen voor de taak maar dat deed hij niet omdat dat tegen de gebruiken zou zijn. Conon de priester, nam zijn schapenleren mantel en vertrok zeggend: “Ik kan hier niet langer blijven”. Maar toen hij de heuvels in ging, kwam de heilige Johannes hem tegemoet die hem op vriendelijke toon zei: “Ga terug naar het klooster en ik zal je worsteling verlichten”. Abba Conon antwoordde boos: “Geloof me, ik ga niet terug. Je hebt mij dat al meerdere malen beloofd, maar je hebt er niets aan gedaan”. Toen liet de heilige Johannes hem zitten in de heuvels, ontdeed hem van zijn kleren en maakte driemaal het teken N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
van het kruis beneden zijn navel. “Geloof mij, Conon de priester”, zei hij, “Ik wilde dat je een soort beloning zou ervaren door je worsteling. Maar nu je dat niet wilt, heb ik er zorg voor gedragen dat er geen worsteling meer zal zijn, maar je zult er geen beloning voor krijgen”. Conon de priester ging terug naar de gemeenschap om zijn taak van het dopen voort te zetten en de volgende dag doopte hij de Perzische dame en gaf haar de zalving zonder zich ervan bewust te zijn dat zij van het vrouwelijk geslacht was. Twaalf jaar lang heeft hij gedoopt en gezalfd zonder enige fysieke onrust en zonder zich bewust te zijn van de vrouwlijkheid van vrouwen. Zo is zijn leven tot een einde gekomen. 74 Een waar woord van diezelfde Abba Paladios, aangaande ketterij Als woord van vermaning sprak de monnik tot ons: “Geloof mij, kinderen, ketterijen en schisma’s hebben niets voor de heilige kerk gedaan behalve het feit dat we hierdoor God en elkaar veel minder liefhebben dan daarvoor”. 212 Over twee monniken die wonderbaarlijk geduld hadden met rovers Een van de monniken vertelde: Een monnik van grote deugdzaamheid bezocht ons en we lazen de vertellingen van de heilige vaders in het boek “Paradijs”, omdat deze monnik er een groot liefhebber van was om deze vertellingen te bestuderen. Hij ademde ze als het ware in, en uit dat ‘zaad’ kwam voor hem alle deugdzaamheid voort. We kwamen bij de vertelling over de rovers die bij een monnik kwamen en zeiden: “We nemen alles uit je cel mee”. Toen deze monnik zei: “Neem alles wat jullie willen, mijn kinderen”, namen ze alles mee en verdwenen. Maar ze hadden de beurs niet gezien die in de cel verborgen lag. Het verhaal wil dat de monnik de beurs pakte en achter de rovers aan rende en tegen hen zei: “Kinderen, neem dit ook, jullie hebben het niet gezien in de cel”. Ze waren zo verbaasd over deze vrijgevendheid dat ze de monnik alles teruggaven wat ze uit zijn cel hadden meegenomen. En zij hadden berouw en zeiden tot elkaar: “Dit is waarlijk een man van God”. 17
Toen we deze tekst hadden gelezen zei de monnik tegen mij: “Vader, weet u, deze vertelling is voor mij van groot nut geweest”. Ik vroeg hem: “Hoezo, vader?” En hij zei: “Ik las deze vertelling in een tijd toen ik in de Jordaan-streek verbleef en ik was vol bewondering voor die monnik uit de vertelling. Ik zei: “Heer laat mij hem in zijn voetspoor volgen, Gij die mij waardig heeft geacht om deze manier van leven te mogen omarmen”. Toen deze wens nog sterk in mij aanwezig was kwam ik twee dagen later twee rovers tegen.Toen ze op mijn deur klopten wist ik dat het rovers waren Ik zei tot mijzelf: “Dank aan God; nu doet zich de gelegenheid voor om mijn wens in vervulling te laten gaan”. Ik deed de deur open en verwelkomde hen vrolijk. Ik ontstak een lamp, begon hen alles te laten zien wat er aanwezig was en zei: “Maak je geen zorgen; moge de Heer mijn getuige zijn, ik geloof dat niets verborgen zal blijven voor jullie”. Ze zeiden: “Heb je ook goud?” “Ja”, antwoordde ik: “Ik heb drie goudstukken”. Ik deed de kast voor ze open; ze namen het goud en vertrokken in vrede”.
Church of the Nativity, Bethleham
Ik vroeg hem met een glimlach of de rovers, net als in de vertelling, terug waren gekomen en de spullen hadden teruggegeven. Zonder aarzeling antwoordde hij: “Nee, God verhoede dat! Ik wilde ook niet dat ze terug zouden komen”. Vertaling: Annet Crouwel
De wijding van de kerk van de h. Hilarion van Verejsk in Leer door Tatiana Pantchenko Op 28 december 2008 vond de kleine wijding plaats van de kerk van de h. Hilarion van Verejsk in de Duitse stad Leer. Dit is de eerste kerk die gewijd is aan de heilige aartsbisschop-martelaar, een naaste assistent van patriarch Tichon. Hiëromonnik Serafim (Standhardt), die al zo’n drie jaar het dienen in onze parochie in Amsterdam combineert met diensten in Leer, is rector van deze kerk geworden. De geschiedenis van het ontstaan van deze nieuwe parochie gaat terug naar het jaar 1996, toen de familie Heinze in Leer kwam wonen. Zij zijn Russische Duitsers, die vanuit Kazachstan naar Duitsland zijn gekomen. Toen ze in Leer kwamen wonen viel hen direct op hoeveel kerken daar waren. 18
In dit stadje met 35.000 inwoners waren 22 parochies, de meeste Luthers, maar enkele orthodoxe parochie. Sofia Heinze komt uit een priesterfamilie, haar grootvader en overgrootvader waren priester en haar achteroom was bisschop Hilarion van Verejsk, die in 2000 als martelaar heilig is verklaard. Nadat haar priester-grootvader was gefusilleerd, werd haar vader vanuit Moskou naar Kazachstan gedeporteerd. Sofia werd daar geboren en groeide op in een gebied waar geen kerken waren. Maar in haar hart behield zij het geloof, en – zo vertelt Sofia – zij heeft zich altijd beschermd gevoeld. Jarenlang dacht ze dat iedereen leefde en voelde zoals zij, maar pas later begreep zij, dat haar priester-voorouders voor hun familie bidden.
N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
De eerste jaren in Duitsland ging het hele gezin naar de Lutherse kerk, maar toch miste er iets, het leek wat droog en koud allemaal. Ze gingen toen af en toe naar de orthodoxe kerk in Bremen. Ze herinnert zich dat ze de eerste ziekenzalving van hun leven meemaakten, met veel mensen, een lange dienst, voeten die pijn doen, maar de ziel die zingt. Maar Bremen is toch iedere keer een eind weg. Toen begonnen ze te denken over een parochie in Leer. Dochter Tatiana plaatste een advertentie in het Russisch en het Duits in plaatselijke kranten, met een oproep aan mensen die een orthodoxe dienst in de stad zouden willen bijwonen. Vader Sergej Baburin (die nu rector is in Hamburg) had toegezegd dat hij wel af en toe wilde komen dienen, maar dat hij zich niet bezig wilde houden met de huisvesting. Dat is echter niet doorgegaan. Er was al een lange lijst met mensen die graag naar een dienst wilden komen en iedereen wachtte op de eerste dienst, toen v. Sergej zei: "Jullie moeten eerst zelf huisvesting zoeken en dan kom ik voor een dienst". Tatiana besloot toen om aan de Lutherse kerk om hulp te vragen, dezelfde kerk waar ze vroeger heen gingen. Ze was bang dat die niet zouden willen ingaan op haar verzoek, omdat ze daar immers weg waren gegaan. ’s Nachts had ze een droom: "Ga er heen en wees niet bang, een engel zal bij je zijn, die zal je helpen". En inderdaad ging alles wonderbaarlijk voorspoedig en makkelijk. Ze had haar verzoek nog niet eens geheel uitgesproken of de vrouwelijke pastor antwoordde al: "Geen probleem". Tatiana dacht nog dat er iets niet klopte of dat ze iets niet goed had begrepen en is nog een keer terug gegaan met hetzelfde verzoek, waarop de pastor zei: "Ik heb u toch gezegd dat het geen probleem is". Zo werd dus de eerste orthodoxe dienst in Leer gevierd in het centrum van de stad in een oude kerk uit de 16e eeuw. Dat was op 14 januari 2006, Nieuwjaar volgens de oude kalender. Er waren 65 mensen. V. Sergej Baburin kwam niet alleen; hij had een oude kennis van de Geestelijke Akademie meegenomen, v.Serafim (toen nog v. Sergi Standhardt).
N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
Het is niet bekend waaromde – parochianen geloven dat het geen toeval is – maar de Voorzienigheid van Godmaar v. Sergej Baburin vroeg v. Serafim om de dienst te leiden, zelf ging hij in het koor staan. Op de tweede dienst kon v. Sergej Baburin niet komen en diende v. Serafim opnieuw. Zo is het verder gegaan. De diensten waren niet heel regelmatig, gemiddeld eenmaal per maand op zaterdag. Iedere keer moest iedereen weer bericht krijgen wanneer de volgende dienst was, maar er is niet één keer geweest dat er minder dan 20 mensen waren en gewoonlijk waren er wel 30 of 40. Sofia Heinze werd starosta van de nieuwe parochie. De nieuwe parochie werd genoemd naar de h. Hilarion van Verejsk. Ongeveer een jaar werden de diensten in de kerk van de Lutheranen gehouden tot het moment dat er een keer, op een donderdagavond voordat er die zaterdag dienst zou zijn, gebeld werd dat de kerk die zaterdag niet beschikbaar was voor de dienst omdat er een koorrepetitie was gepland. Tatiana heeft toen alle kerken van de stad afgebeld om een plek te vinden voor de dienst. De een zei meteen nee, de ander zei dat er geen beslissing genomen kon worden op zo’n korte termijn. Om 11 uur ’s avonds belde de pastoor van de katholieke Mariakerk en zei dat de dienst daar gehouden kon worden. De ontvangst was daar meteen vanaf het begin erg hartelijk. Naar de katholieke diensten kwamen maar weinig mensen en de pastoor was verbaasd dat de orthodoxen met zo veel enthousiasme bij elkaar kwamen en voor iedere dienst al de benodigde spullen meenamen, de ikonen neerzetten en een soort ikonostase opzetten. Hij stelde voor om gemeenschappelijk diensten met orthodoxen en katholieken te organiseren. Maar toen hij begreep dat het samen dienen volgens de orthodoxe kanon niet mogelijk is, werd het duidelijk dat de parochie daar niet lang zou kunnen blijven. En inderdaad moest de parochie na 8 maanden weer terugkeren naar de Lutherse kerk, eerst zonder betaling, later moest er huur worden betaald, en toen ontstond het idee om een eigen gebouw te kopen. Men kwam tot de conclusie dat 19
vroeger de douche en kleedkamers waren. De verwarming moest vervangen worden, het plafond werd verhoogd in de vorm van een zadeldak, een traditionele fries, Noord-Duitse vorm voor kerken. Er werd een goede dak-isolatie aangebracht; voorheen kon je door de spleten de sterren zien.
je beter een hypotheek kunt aflossen dan huur betalen. Bovendien begon de parochie zo te groeien dat het tijd werd om niet meer af en toe een dienst te hebben maar op regelmatige basis, en niet meer op zaterdag, maar zoals het hoort, op zondag. Een paar maanden werd er gezocht naar een geschikt pand. In december 2007 werd een balletschool gevonden die te koop stond. Iedereen was zeer opgetogen, omdat er een grote zaal was die verbouwd kon worden tot kerk. De starosta, Sofia Heinze, was bouwopzichter van beroep; zij kon de toestand van het gebouw goed inschatten, het fundament, het dak, de leidingen. De verkoper stelde als voorwaarde dat de balletlessen voor kinderen nog drie jaar door zouden kunnen gaan in het gebouw. Hij liet de prijs zakken van 75.000 naar 45.000 euro en was bereid huur te betalen. Na wat twijfel (ballet in een kerk!?) is, met zegen van de aartsbisschop Feofan (Galinskij) van Berlijn en Duitsland, een positief besluit genomen. In januari 2008 werd het koopcontract ondertekend. De eerste dienst in de nieuwe kerk vond plaats terwijl de spiegels en de balletbarre nog intact waren. Er moest een grote verbouwing gedaan worden. Er werd een refter gemaakt op de plaats waar 20
Voor dat werk was natuurlijk nog een aanzienlijke som geld nodig. De starosta nam daartoe op haar eigen naam een krediet van 60.000 euro. De kerk werd gebouwd en opgeknapt met eigen handen. Andrei Heinze heeft het grootste deel van het werk gedaan. Hij is bouwvakker van beroep; ’s ochtends ging hij naar zijn werk, en van 15.00 uur tot 20.00 uur en soms tot 22.00 uur werkte hij een jaar lang dag in dag uit aan de kerk. Hij bracht er zelfs zijn vakantie door. Andrei werd geholpen door Peter Kahnt, Roman Weis en Anton Powechenko en vele anderen. Duitse bouwbedrijven uit Leer ondersteunden de bouw door bouwmateriaal voor minimumprijzen te verkopen. In de zomer van 2007 ging Sofia met haar man naar de Oekraïne om daar alle kerkelijke benodigdheden te kopen. Ze gingen naar het klooster van de H. Nikolaas in Mukatsjev en wilden daar met een priester praten en hem vragen te bidden voor de parochie. Bij de kaarsentafel vroegen ze aan een moniale tot wie zij zich het beste konden wenden. Die antwoordde: “Ga naar archimandriet Fjodor”. Daarop zei Sofia: “Wij zijn maar eenvoudige mensen, waarom zouden we de archimandriet hiermee storen, we hebben genoeg aan een gewone priester”. Drie keer gingen ze terug naar de moniale, maar die wilde niet meer met hen praten en herhaalde steeds: “Ik heb toch gezegd dat u naar archimandriet Fjodor moet gaan”.
N IKO LAASIN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTENTIJG 2009
Dus gingen Sofia en Andrei naar archimandriet Fjodor (Mamasuev) en vertelden hem dat ze een parochie aan het oprichten waren, welke problemen dat gaf, dat ze geen eigen gebouw hadden, dat de priester uit een ander bisdom kwam, maar dat de bisschop hem niet wilde laten gaan, “maar wij zeiden ze hebben geen ander nodig, vanaf de eerste dag hebben we alles samen gedaan”. Ze vroegen zijn hulp door zijn gebed en terwijl ze vertelden zorgden ze ervoor dat ze een paar keer herhaalden dat de parochie gewijd was aan de h. Hilarion van Verejsk, zodat archimandriet Fjodor niet zou vergeten voor wie hij moest bidden. Plotseling vroeg archimandriet Fjodor: “Waarom is de parochie eigenlijk gewijd aan de h. Hilarion van Verejsk?” Sofia voelde zich ongemakkelijk omdat ze niet wilde vertellen dat zij familie was van vladyka. Ze was bang dat de archimandriet zou denken dat ze uit trots zo hun best deden, terwijl zij het niet deden om zichzelf te verheffen, maar uit dankbaarheid aan haar voorouders die voor hen baden. Sofia zweeg, maar Andrei vertelde dat vladyka Hilarion een achteroom van Sofia was. De ogen van de archimandriet begonnen te schitteren en hij vertelde dat hij na zijn wijding naar zijn geestelijk vader was gegaan (Sofia is die naam vergeten) en dat deze hem zegende met een ikoontje van Hilarion van Verejsk, dus dat hij de naam van die heilige nooit zou vergeten. “Ik draag zijn ikoon altijd bij mij”, zei v. Fjodor en hij deed zijn portefeuille open en liet hen een klein afgesleten papieren ikoontje zien. Sofia en Andrei voelden de eerste tekenen van hulp al op de terugweg. Ze hadden de achterbak van hun auto helemaal volgeladen met onder andere een zevenarmige kandelaar, een ciborie, een altaarEvangelie, kaarsen en ikonen. Ze waren bang dat niet alles de grens over zou mogen, maar de douanebeambte zei alleen maar: “Rij maar door, ik ben ook orthodox”. Toen ze een jaar later terugkwamen bleek dat archimandriet Fjodor bisschop van Mukatsjevsk en Uzhgorod was geworden. In de dagelijkse stroom van bezoekers en verzoekers was hij zijn beschermelingen uit Leer niet vergeten; hij herkende hen direct en zei dat hij voor hen bleef bidden. N IKO LAAS IN
D E J O RD AAN
/ G RO TE V ASTEN TIJD 2009
Velen hielpen om de kerk mooi te maken. Het grootste deel van het kerkelijke vaatwerk hebben v. Serafim en het gezin Heinze van hun eigen geld gekocht. Een aantal ikonen werden geschonken door het protestante kunstenaars-echtpaar Rolf en Erika Bannek. Zij schilderen al 20 jaar ikonen. Toen zij niet lang daarvoor vanuit Berlijn naar Leer waren verhuisd, wilden ze het stadsziekenhuis een ikoon van de Moeder Gods schenken, maar hun aanbod werd daar lauwtjes ontvangen. Nu siert die ikoon de ikonostase met daarnaast een speciaal voor de parochie geschilderde ikoon van Christus, een diakendeur met de wijze rover, ikonen van Nikolaas de Wonderdoener en van de h. Paraskjeva. De feestikonen-rij is als geschenk aan de parochie geschilderd door de peetmoeder van v. Serafim, Elizabeth Tangel. De prachtige gewaden en kleden voor het altaar en de analoi’s en twee kerkvaandels met de h. Bonifatius en Servatius zijn gemaakt door Connie van der Werf. Hoeveel werk en liefde is er in het oprichten van deze nieuwe parochie gestoken! En toen was eindelijk het moment daar van de kleine kerkwijding. (Een kleine kerkwijding betekent dat alleen de muren worden gewijd. Bij een grote wijding wordt het altaar gewijd, waarbij in de fundering van het altaar relieken worden gelegd.) Vladyka Feofan, de deken v. Georgij en protodiakon Vitali waren gekomen voor de wijding. Helaas kreeg vladyka Feofan in de nacht voor de wijding last van zijn hart en moest hij worden opgenomen in het plaatselijke ziekenhuis. Uiteindelijk heeft de deken van het bisdom van Berlijn en Duitsland, v. Georgij, de wijding voltrokken. Bij de wijding was een grote groep parochianen van de parochie uit Amsterdam aanwezig, samen met v. Anton . Het feest werd afgesloten met een gemeenschappelijke maaltijd. Vertaling: Annet Crouwel
21
Rector Aartspriester: vader Sergei Ovsiannikov Kloveniersburgwal 53 hs 1011 JX Amsterdam tel: 020: 695 8678 e-mail:
[email protected]
Diaken: vader diaken Michael Bakker Soetendaal 3 1081 BL Amsterdam tel: 020: 840 1874 e-mail:
[email protected]
Aartspriester: vader Anton du Pau Schoolkade 20 1566 KV Assendelft tel: 075: 621 0260
Secretariaat: Nancy Forest-Flier Kanisstraat 5 1811 GJ Alkmaar tel: 072: 515 4180 e-mail:
[email protected]
Priester: vader Serafim Standhardt J.W . Frisostraat 45 9717 EM Groningen tel: 050: 312 7178 e-mail:
[email protected] Diaken: vader diaken John Sewter Vrouwenstraat 11 1811 GA Alkmaar tel: 072: 515 7123 e-mail:
[email protected] Diaken: vader diaken Hildo Bos Van Reigersbergenstraat 91/1 1052 SX Amsterdam tel: 020: 486 8980 e-mail:
[email protected]
Penningmeester: Victor Lagodin Giro 4163683, Amsterdam (t.n.v. Orthodoxe Parochie H. Nikolaas) e-mail:
[email protected]
Redactie Nederlandse nieuw sbrief Nikolaas in de Jordaan: Annet Crouwel e-mail:
[email protected] Kathi Hansen-Löve e-mail:
[email protected]
Russisch-Orthodoxe Kerk H. Nikolaas van Myra Lijnbaansgracht 47-48, 1015 GR Amsterdam
tel. 020-4211815 e-mail :
[email protected] web: www.orthodox.nl