Nieuwsbrief voor licentiehouders mei 2006 Inhoudsopgave Colofon....................................................................................................................................................................1 Venster naar het trainersvak. Voorwoord..................................................................................................... 2 Licentiesysteem. Kaderontwikkeling............................................................................................................... 3 Van fittestleider tot nordic walking. Aanbod bijscholingen ..................................................................... 4 Licentie Sportief wandelen en Nordic Walking. Technische rubriek...................................................... 6 Buikspieroefeningen. Uit de vakbladen .......................................................................................................... 8 Opstapcursus in Winschoten al jarenlang succes. Aan het woord......................................................... 10 600 spieren en een paar takken. Column....................................................................................................... 11 Nieuws ................................................................................................................................................................. 12 NLcoach: voor de trainer en zijn vak. NLcoach ......................................................................................... 16 Investeren in de atletiektrainers is noodzakelijk voor de kwaliteit van de atletiek. De Stelling . 18 Werken bij een atletiekvereniging. Arbeidsvoorwaarden en het trainerschap.................................. 21
Colofon De Nieuwsbrief voor Licentiehouders wordt uitgegeven door de KNAU en verschijnt 4x per jaar. Hij informeert gediplomeerde en gelicenseerde trainers over het belang van en de ontwikkelingen rondom de trainerslicentie. 'Het licentiesysteem is bedoeld als kwaliteitsimpuls voor het sporttechnisch aanbod zoals dat bij atletiekverenigingen en loopgroepen wordt aangeboden' (KNAU licentiesysteem). In voorkomende gevallen stelt de KNAU, met een zogenaamde 'Nieuwsflits' alle licentiehouders tussentijds op de hoogte van relevant nieuws. Dit is een kort bericht dat niet kan wachten op de reguliere Nieuwsbrief. Nieuwsbrief nummer 3/2006 verschijnt op 1 september. Redactie: Eindredactie: Sport Tekst en Uitleg Nederland,
[email protected], 024-3566601 Redactiemedewerkers: Dé Hogeweg, Betty Hofmeijer, Jan Heusinkveld, Ferry Kwee, Els Stolk, Clemens Vollebergh (eindredacteur) Manager kaderontwikkeling KNAU: Paul Peters Voor opmerkingen over de inhoud van de brief, bijdragen en reacties op De Stelling kunt u mailen aan het redactieadres:
[email protected]. Deze nieuwsbrief wordt gestuurd aan alle licentiehouders van de KNAU. Geef eventuele veranderingen van uw e-mailadres door aan de KNAU-ledenadministratie, p/a:
[email protected].
1
Voorwoord Venster naar het trainersvak Dit is de tweede Nieuwsbrief voor Licentiehouders van de KNAU. Uit de reacties op de eerste brief blijkt dat de Nieuwsbrief in een behoefte voorziet: lezers reageerden op De Stelling, droegen voorbeelden aan voor de rubriek Aan het woord of lieten zich in algemene zin positief uit. Een trainer met licentie is als een automobilist die een periodieke vaardigheidsproef ondergaat: hij blijft scherp: houdt zijn kennis en vaardigheden bij. Deze nieuwsbrief maakt van u niet zozeer een betere inhoudelijke trainer, maar is wel een venster naar het trainersvak. Daarom ook een nadere kennismaking met NLcoach, de landelijke organisatie voor trainers. Betty Hofmeijer geeft cijfers over de populariteit van Sportief Wandelen en Nordic Walking. Jan Heusinkveld heeft het over crunches en Dé Hogeweg schrijft haar column over belevenissen uit de bewegingspraktijk. Neem via de 'Opstapcursus' een kijkje in de keuken van Atletiekvereniging Aquilo. Een trainer blijft zich scholen: maak uw keuze uit het cursusaanbod. Daarnaast vindt u de veranderingen in het licentiesysteem. In de nieuwsrubriek zetten we u op het spoor van sport, bewegen en gezondheid: een trainer is immers meer dan uitsluitend een schemaverstrekker. Atletiek is een prachtige sport, waarin trainers het verschil maken. Overigens niets ten nadele van de inzet van bestuurders of ander kader. Trainers leveren een belangrijke bijdrage aan de prestatie en gezondheid van de leden. Daardoor zijn trainers in de uitstraling van de vereniging belangrijke intermediairs. Deze nieuwsbrief nodigt trainers uit kennis te delen, meningen te geven, en daardoor bij te dragen aan de kwaliteit van het trainersvak. Daarbij maakt het niet uit of je hoog of laag bent opgeleid, of je training geeft aan de breedte of aan de top. Alvast bedankt voor uw reactie.
Clemens Vollebergh eindredacteur
2
Kaderontwikkeling Licentiesysteem Paul Peters In de vorige Nieuwsbrief is het doel beschreven van het licentiesysteem voor atletiek- en looptrainers. In deze editie de problemen van de afdeling Kaderontwikkeling bij de licenties.
B- en C-niveau
Bijscholingen op B-niveau en C-niveau: trainers die een B- of C-licentie hebben zijn ontevreden over het aanbod van bijscholingen op dat niveau. Aan de ene kant terecht maar aan de andere kant is het ook lastig om bijscholingen te organiseren voor zo’n kleine groep mensen. Momenteel wordt er wel een bijscholing ontwikkeld op B-niveau. Daarnaast zijn er diverse samenwerkingsverbanden, zoals onder andere het 'Train de trainer' project van de NKS, waar bijscholingen op niveau worden gegeven. Overigens is het ook mogelijk een niet KNAU-opleiding mee te laten tellen voor de licentie, getuige het artikel 5.4. uit het licentiereglement:
5.4. Behalve bij de door de KNAU georganiseerde bijscholingen kunnen ook bij andere scholingsactiviteiten licentiepunten worden behaald. Hiertoe dient een bijscholing of scholingsactiviteit een bepaalde voorwaarden te voldoen en minimaal 6 weken vooraf door de afdeling opleidingen van de KNAU geaccordeerd te zijn. Het is raadzaam om hierover vroegtijdig contact op te nemen met deze afdeling op het bondsbureau van de KNAU.
De afdeling Kaderontwikkeling houdt zich nadrukkelijk aanbevolen voor onderwerpen op B- en Cniveau vanuit de trainer. Ideeën kunt u mailen naar
[email protected].
Docenten
Docenten en het licentiereglement: voor docenten is het lastig om bijscholingen te volgen (zij zijn vaak actief op de zaterdagen en geven natuurlijk bijscholingen). Op 16 september a.s. zal er een docentendag voor AT- en JAL-docenten worden georganiseerd waar tijdens het ochtendprogramma gediscussieerd zal worden over hoe hier mee om te gaan. Ik zal u te zijner tijd informeren over de uitkomsten van deze ochtend.
Modernisering sportopleidingen
Het Nederlandse Olympische Comité en de Nederlandse Sportfederatie (NOC*NSF) werken samen met de sportbonden aan een omvangrijk vernieuwingstraject van de sporttechnische opleidingen. In dit project is een gezamenlijke, op competentie gebaseerde kwalificatiestructuur ontwikkeld. Daarmee is een begin gemaakt met een grootscheepse verandering en modernisering van de opleidingen van de sportbonden. Dit traject is eind 2000 van start gegaan. De KNAU is, in de vorm van een projectgroep, bezig dit traject inhoud te geven. In de volgende edities van de Nieuwsbrief informeer ik u over dit project.
3
Aanbod bijscholingen Van fittestleider tot sportief wandelen Paul Peters Voor alle cursussen geldt dat u meer informatie en de laatste details aantreft op de site van de KNAU: www.atletiek.nl/opleidingen. Het is ook mogelijk een abonnement te nemen op de digitale Nieuwsbrief van de KNAU die elf keer per jaar verschijnt. In elke editie is een stukje opgenomen over opleidingen met het meest actuele aanbod. Momenteel is er een aantal bijscholingen gepland, het betreft:
Bijscholing Fittestleider •
Plaats: Zaandam Datum: 13 mei 2006
Bijscholing Hardlopen als therapie • •
Plaats: Zwolle Datum: 20 mei 2006 Plaats: Zoetermeer Datum: 3 juni 2006
Bijscholing Voeding en sport •
Plaats: Meppel Datum: 20 mei 2006
Bijscholing Sportief Wandelen en Reuma* • • •
Plaats: Nieuwegein Datum: 3 juni 2006 Plaats: Zoetermeer Datum: 10 juni 2006 Plaats: Nijmegen Datum: 1 juli 2006
Bijscholing Stretchen anno 2005 •
Plaats: Amsterdam Datum: 14 oktober 2006
Bijscholing Vaartspelen •
Plaats: Hengelo Datum: 11 november 2006
Bijscholing Sportief Wandelen en Nordic Walking
4
•
Plaats: Arnhem Datum: 2 december 2006
Landelijke bijscholingsdag Sportief Wandelen en Nordic Walking •
Plaats: Papendal (Arnhem) Datum: 17 juni 2006
Alle bijscholingen leveren 1 punt op A-niveau op. Zodra er nieuwe bijscholingen worden georganiseerd, verschijnen deze op de site van de KNAU. Daarnaast kunt u clinics volgen op de Loopsportdag die in 2006 op zaterdag 7 oktober plaatsvindt. KNAU www.knau.nl op de pagina Opleidingen.
*Samenwerking tussen KNAU en het Reumafonds
De KNAU gaat de komende twee jaar samen met het Reumafonds reumapatiënten verleiden meer te bewegen. 1 maart j.l. is op Papendal een samenwerkingsbijeenkomst getekend waarin de KNAU en het Reumafonds samen campagne voeren om reumapatiënten meer te laten bewegen. Tegelijkertijd wordt ook een samenwerkingsovereenkomst getekend tussen het Reumafonds en het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF). Reumapatiënten hebben regelmatig veel pijn en vroeger werd vaak rust voorgeschreven aan mensen met reuma. Uit recent onderzoek blijkt dat het juist belangrijk is vooral in beweging te blijven. Bewegen zorgt ervoor dat gewrichten soepel blijven en houdt spieren en botten sterk. Hierdoor worden de gewrichten minder stijf en kan iemand met reuma zich gemakkelijker bewegen.
Wandelen
Vooral wandelen is een heel geschikte activiteit voor mensen met een reumatische aandoening. Reumapatiënten hebben vrijwel altijd begeleiding nodig, omdat zij snel pijn voelen en begeleid moet worden om door te kunnen gaan. De KNAU gaat trainers sportief wandelen bijscholen zodat reumapatiënten onder deskundige begeleiding meer kunnen gaan wandelen. De KNGF heeft voor reumapatiënten een beweegprogramma ontwikkeld waar patiënten veel baat bij hebben. Als reumapatiënten, begeleid door fysiotherapeuten, in maximaal drie maanden hebben geleerd hoe te bewegen kunnen ze participeren in groepen van de KNAU die sportief wandelen. In 2006 en 2007 worden honderden fysiotherapeuten en trainers sportief wandelen opgeleid. Het Reumafonds en de Reumapatiënten bond gaan campagne voeren om reumapatiënten te wijzen op de voordelen van wandelen en het aanbod van de fysiotherapeuten en de trainers sportief wandelen.
Sportief wandelen
De KNAU heeft op dit moment ruim 800 geschoolde trainers Sportief Wandelen waarvan ongeveer 5% de bijscholing ‘sportief wandelen met reuma’ heeft gevolgd. Om dit project te laten slagen, heeft de KNAU 400 trainers nodig die de reumapatiënten kunnen begeleiden. Dit betekent dat er nog veel trainers bijgeschoold moeten worden en dat er, daarmee samenhangend, bijscholingen georganiseerd moeten worden zodat geïnteresseerde trainers deze ook kunnen volgen. De bijscholing wordt gratis aangeboden waarmee het Reumafonds en de KNAU de deelname aan de bijscholing willen stimuleren. Als 'tegenprestatie' wordt van de betreffende trainers dan wel gevraagd dat zij, op verzoek, op eigen kracht of bij een atletiekvereniging, bereid zijn met groepen reumapatiënten sportief te wandelen. Om trainers daarbij te helpen zal een instructiepakket worden ontwikkeld. Voor meer informatie over dit project kunt u contact opnemen met Manon Crijns,
[email protected], 026-4834800.
5
Technische rubriek Nordic Walking is booming!
Licentie Sportief wandelen en Nordic Walking Betty Hofmeijer Nordic Walking is hot! De KNAU cijfers laten een gestage groei zien van het aantal cursisten dat deelneemt aan de applicatiemodule die opleidt tot Nordic Walking trainer. De Nederlandse samenleving is niet fit genoeg. De laatste jaren bereiken ons via de media voortdurend berichten over onze, ongezonde, levensstijl die vooral opvalt door een tekort aan bewegen. Diverse landelijke reclamecampagnes moeten ons helpen het lichaam weer actief te gaan gebruiken. Met enig succes zo blijkt uit voorlopige cijfers. De KNAU geeft indirect een belangrijke bewegingsimpuls aan een groot aantal inactieve landgenoten, dat vraagt om een laagdrempelig aanbod. Zij heeft de applicatie opleiding tot Nordic Walking trainer in haar opleidingsprogramma opgenomen.
Ontwikkelingen
De KNAU startte in 2005 met de opleiding applicatiemodule trainer Nordic Walking. De belangstelling voor deelname aan de opleiding groeit sterk. Vorig jaar namen 120 cursisten deel. De start in 2006 is veelbelovend en maakt de verwachting van een flinke stijging meer dan reëel. Geschat wordt dat dit jaar meer dan 300 trainers opgeleid zullen worden. In het opleidingsprogramma van de KNAU is Nordic Walking een zgn. applicatie module. Coördinator Sportief Wandelen en Nordic Walking van de KNAU, Ans van Maanen, is van begin af aan belast geweest met het ontwikkelen van het product Nordic Walking. In gesprek met haar maakt zij duidelijk dat voor deelname aan de applicatiemodule Nordic Walking een vooropleiding is vereist, bijvoorbeeld door een al gevolgde trainersopleiding. 'Vanuit de KNAU, zo licht Ans nader toe, worden trainers toegelaten die de cursus trainer Loopgroepen en trainer Sportief Wandelen met goed gevolg hebben afgerond. Andere deelnemers moeten een dispensatieverzoek indienen. Ook Sportief Wandelen staat enorm in de belangstelling meldt Ans enthousiast. De opleiding Sportief Wandelen kan een goede vooropleiding zijn voor de Nordic Walking trainer. Hierover is meer te lezen op de website www.sportiefwandelen.nl'.
De applicatiemodule
Centraal in de 4 dagdelen durende applicatiemodule Nordic Walking staan de techniek, de methodiek en het materiaal. Meest typerend voor dat laatste zijn natuurlijk de stokken of zogenaamde poles, steun en toeverlaat van iedere beoefenaar van Nordic Walking. De techniek in de module komt aan bod met behulp van een DVD. Stap voor stap wordt de techniek beschreven van het lopen en via duidelijke instructies en oefeningen leggen instructeurs de beginselen uit waarmee je vervolgens zelf aan de slag kunt. Voor meer informatie over de DVD en applicatiemodule Nordic Walking is Ans van Maanen via het e-mailadres
[email protected] te benaderen.
Enquête Nordic Walking
Om in te kunnen spelen op de ontwikkelingen binnen het Nordic Walking, maar ook het Sportief Wandelen, houdt de KNAU onder deze trainers jaarlijks een enquête. De KNAU kent voor beide wandeldisciplines momenteel 800 geregistreerde trainers. Ans van Maanen vertelt dat de in-
6
structeurs van de Stichting Nordic Walking Nederland zich ook kunnen laten registreren bij de KNAU. De enquête heeft dit jaar uitbreiding gekregen. Voor het eerst zijn ook atletiekverenigingen met een vragenlijst benaderd. Hieruit moet naar voren komen welke atletiekverenigingen actief zijn met een Nordic Walking en/of Sportief Wandelen aanbod. Als een vereniging nog geen aanbod heeft kan zij hiervoor een beroep doen op de KNAU. Er kan een professionele Nordic Walking trainer ingezet worden om zodoende een cursus Nordic Walking te kunnen organiseren en/of om mee te helpen met de start van een groep daarvoor. Ook is er een aanbod aan de vereniging met PR materiaal en wandelpoles.
Partners
Zoals naar voren komt is er voor wat betreft de applicatiemodule trainer Nordic Walking sprake van samenwerking. Ook op ander terrein werkt de KNAU samen met een aantal organisaties. Hieronder een overzicht: a. met de KNGU, het Reumafonds, de Nederlandse Hartstichting, het Astma Fonds, Hart in Beweging (HIB), Nebas/NSG en de KNBLO als partners van Sportief Wandelen (www.sportiefwandelen.nl). Sportief Wandelen is sinds januari 2005 onderdeel van het KNAU-project 'Beter in Beweging' en stimuleert mensen meer te bewegen. Met het diploma Trainer Sportief Wandelen kan vervolgens de applicatie Nordic Walking worden gevolgd. b. met de Nederlandse Skivereniging. Samen met de KNAU is de applicatiemodule Nordic Walking ontwikkeld en is er samenwerking wat betreft docenten en PR materialen richting atletiekverenigingen en skiverenigingen (www.atletiek.nl). c. met Nordicwalkingnet.nl. Een organisatie die, samen met de partners de Stichting Nordic Walking Nederland, de KNGU, NskiV, de KNBLO, Vereniging Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer zorgt voor mooie Nordic Walking routes in Nederland. (www.nordicwalking.nl).
Betty Hofmeijer is trainer coach sprint/horden onder meer bij Atletiekschool Aventus en KNAU RTTC Horden Apeldoorn
7
Uit de vakbladen Ach ja, die crunches
Buikspieroefeningen Jan Heusinkveld Vroeger, en dan praat ik over de 60-er en 70-er jaren van de vorige eeuw, was het heel simpel. In de sportwereld kende men eigenlijk maar één buikspieroefening. De uitgangshouding daarbij was als volgt: je lag met de rug op de grond, de knieën helemaal gestrekt, met je voeten onder een zwaar gewicht, of die voeten werden vastgehouden door een medeatleet. De handen werden gevouwen achter het hoofd. En dan maar: zovaak mogelijk de romp van de grond, niet een beetje van de grond, neen, helemaal, zodat je hoofd dan wel de ellebogen de (nog steeds) gestrekte knieën raakten. Vanuit met name de fysiotherapie werden bedenkingen geuit. Als je die oefening zo deed, moest het met je rug wel verkeerd gaan, zeker als je rug toch al een zwak punt was. Bovendien: je trainde dan niet of niet zozeer de buikspieren, maar veel meer de iliopsoasgroep, dat is een spiergroep, die je als ‘knieheffers’ of als ‘heupbuigers’ kunt aanduiden. En die iliopsoasgroep, tja die was van nature al zo sterk, die kon door die oefening alleen nog maar sterker, en dus in feite té sterk, worden.
Zonder risico
Zodoende ontstonden de crunches. De uitgangshouding daarbij is: je ligt met je rug op de grond, maar nu niet met de knieën helemaal gestrekt, nee, de knieën zijn gebogen. Dat kun je bijvoorbeeld doen door je voeten ‘plat’ op de grond te zetten. Het kan nog ‘beter’. Je zet dan je voeten niet op de grond, nee, je rolt je als het ware helemaal op, zodat de knieën zo ongeveer boven de buik zitten. En in beide gevallen: de armen voor je op de borst. En dan de schouders heel vaak een klein beetje van de grond. Dan heb je de ideale oefening, die de buikspieren traint, zonder de iliopsoasgroep te belasten en ook zonder risico op rugproblemen.
Varianten
Inmiddels zijn we heel wat jaren verder en wijzer. Wij weten inmiddels dat het met de buikspieren en de iliopsoasgroep toch wel wat gecompliceerder ligt. Er zijn dan ook veel meer buikspieroefenvarianten ontwikkeld. En wij weten ook, dat het met de risico’s op rugproblemen nog wel meevalt. Er zijn inmiddels zelfs oefeningen voor met name volleyballers, waarbij men met als uitgangspunt een zo ‘hol’ mogelijke rug de buikspieren gaat aanspannen. Hierdoor imiteer je veel meer de romphouding die de volleyballer bij de smash heeft.
Effectief?
Maar dan nog: de crunches blijven een favoriete buikspieroefening, zijn deze ook effectief? Dat is onderzocht Georg Wydra, getuige de publicatie in Leistungssport no. 1/2003 blz. 23/29 (Georg Wydra: Beanspruchung der Bauch- und Hüftbeugemuskulatur durch verschiedene Rumpfübungen). Van een aantal oefeningen ter versterking van buik- en heupbuigspieren werd de effecten onderzocht. Hij deed dat door direct na de desbetreffende oefening na te gaan of de maximale kracht was afgenomen (dat zou je mogen veronderstellen, immers, als een oefening effectief is, is het prestatievermogen direct na de oefening minder). En als je de oefeningen 8
bijvoorbeeld doet in de vorm van drie keer 30 seconden zoveel mogelijk herhalingen met 1 minuut seriepauze, dan zal het aantal keren dat je dat in 30 seconden doet, in elke volgende serie moeten afnemen. En als derde controlemiddel fungeerde de Borgschaalindex: een subjectieve mening over de zwaarte van de oefening. Het gaat dus om drie heel verschillende controlemiddelen. Bij alle drie bleek dat de crunches eigenlijk niets doen: de maximale kracht direct na de oefening was niet lager, het aantal keren dat je de oefening in 30 seconden kunt doen daalde niet, en op de Borgschaal werd de oefening als weinig belastend ervaren. Alleen als je de crunches met extra gewicht, bijvoorbeeld met handhalters deed, was er enig resultaat merkbaar. Tot slot nog een citaat (voor wat het waard is) van de als zeer deskundig te boek staande wetenschapper Schmidtbleicher: 'krachttrainingsvormen, die de coördinatieve eisen van de wedstrijdbeweging missen, leiden niet tot een effectieve prestatieverbetering'. Jan Heusinkveld Jan Heusinkveld (1938), werd loopverslaafd na het zien van de eerste sub-4 minute-mile op 6 mei 1954. Hij volgde zowel de A-B als C-cursus en specialisaties sprint horden en middenlange afstand. Jan is bijna vanaf de aftrap betrokken geweest bij het opzetten van de TLG-cursus. Hij was trainer voor afstanden vanaf 400m t/m de marathon in Enschede, Harderwijk, Amersfoort, Utrecht, Soest en nu weer in Enschede bij de studentenatletiekvereniging Kronos.
9
Aan het woord 'Variatie in de trainingen'
Opstapcursus in Winschoten al jarenlang succes Clemens Vollebergh
Voor het elfde achtereenvolgende jaar organiseert AV Aquilo een opstapcursus voor de beginnende hardloper. Als de deelnemers zich twee keer per week (op dinsdag en op zaterdag) aansluiten bij de opstappers, belooft Aquilo dat ze na tien weken vijftien minuten achter elkaar kunnen hardlopen 'zonder te hoeven wandelen'. De eerste bijeenkomst op zaterdag 8 april, zit er net op als ik Kees Plugge bel. De presentator/cursusleider van de opstapcursus, gloeit nog na van een enerverende start: 'we hadden 90 deelnemers, een mooi aantal dat we hebben opgedeeld in drie groepen. Elke groep onder begeleiding van 1 trainer en 1 assistent-trainer. Ik schat dat er 60 vrouwen waren en 30 mannen. Vandaag heb ik de mensen vertelt wat ze ongeveer kunnen verwachten. Bovendien heeft iedereen een intakeformulier ingevuld met hun medische en sportieve achtergrond. Dat formulier hebben we zelf opgesteld en in de loop der jaren steeds verder verfijnd. We gaan zorgvuldig met die gegevens om en dat vertellen we de mensen ook: slechts de aan ons verbonden fysiotherapeut en een trainer krijgen inzage en als zij naar aanleiding van de antwoorden vragen hebben wordt de betreffende persoon gebeld.' Van de deelnemers geeft naar schatting 90% aan mee te doen vanwege gezondheidsredenen en voor een betere conditie. Daarna worden argumenten genoemd als afvallen en prestatieverbetering.
De vereniging
AV Aquilo te Winschoten telt 450 leden, 350 daarvan zijn wegatleten/recreanten. Met name het aantal vrouwen neemt de laatste jaren toe: de verhouding mannen-vrouwen is bijna fifty-fifty. Er zijn 8 trainers en 8 assistent-trainers actief. De opstapcursus bestaat uit 20 trainingen in 10 weken. Elke zaterdag wordt de training van 45 minuten voorafgegaan door een presentatie van 45 minuten. Daarin komen allerlei onderwerpen aan bod als voeding, kleding, schoeisel enz. Ook de trainingen kennen elke keer een ander thema. Deelnemers betalen voor de cursus 35 euro en voor een test die afgenomen wordt door een fysiotherapeut vooraf en achteraf betalen ze nog 5 euro extra. Tijdens de trainingsweken kan ook gebruik worden gemaakt van het blessurespreekuur. Het sterke punt van de opstapcursus vindt Plugge de variatie: 'dankzij de veelzijdige mogelijkheden in het park is geen enkele training hetzelfde. Dat waarderen de deelnemers.'
Kwaliteit
In het jaarverslag van 2005 is te lezen dat Aquilo gegroeid is in kwalitatieve zin: 'een aantal leden heeft de trainerscursus gevolgd en met een diploma afgesloten. Er is een bataljon hulptrainers klaargestoomd. Binnen de trainersgroep is aan het begin van het jaar het item Gezond en Veilig lopen opgepakt. Dit is verder uitgewerkt door twee leden en in een handig boekje opgeslagen.' Landelijke waardering voor de concrete invulling van gezond en veilig lopen kwam er tijdens de Loopsportdag in oktober. Toen mocht de vereniging de 'Gezond en Veilig Lopen Prijs' in ontvangst nemen. In mei werd begonnen met de groep Sportief Wandelen, inmiddels ondersteund met gediplomeerde trainers. Nordic Walking is iets wat misschien komen 10
gaat. In het najaar is er een oefenbaan van 400 meter lengte aangelegd compleet met verlichting en omringd door een hekwerk.'
Instructie
In de week voorafgaand aan de eerste bijeenkomst worden de trainers in twee bijeenkomsten geïnstrueerd. Plugge: 'er is een draaiboek met alle informatie over de thema's van de presentaties en de inhoud van de trainingen. Het belangrijkste vinden we de communicatie en interactie met de cursisten. Deelnemers moeten voldoende aandacht krijgen en zich serieus genomen voelen. Van deelnemers die afhaken willen we graag de reden horen. Met de trainers wordt na afloop geëvalueerd en aan de hand daarvan wordt het draaiboek aangepast.
Vergoeding
De vergoeding van de trainers is zo laag dat Plugge dat bedrag liever niet ziet afgedrukt. Naast gebrek aan financiën brengt hij nog een ander argument naar voren om trainers nauwelijks te betalen: 'Als we meer gaan betalen krijgen we misschien te maken met een categorie trainer die calculerend zegt: 'het uur zit erop ik ga naar huis'. De huidige groep trainers is zeer gemotiveerd, een hogere vergoeding maakt ze niet enthousiaster of beter', aldus de mening van Plugge. Meer informatie: www.avaquilo.nl
11
Column 600 spieren en een paar takken Dé Hogeweg Nederland is niet fit. Nederlanders moeten meer bewegen, zegt de overheid. Dat is niet tegen dovemansoren gezegd, zo bleek toen Paaszaterdag en Nationale Loopdag samenvielen. Menig onfitte landgenoot liet het record Boodschappen Doen links liggen en trok voor een gratis kennismakingsclinic de paden op, de lanen in. Nieuwe trainers waren in toptempo klaargestoomd om alle looplust te stroomlijnen. Zo kreeg de overheid er een voorproefje van hoe Nederland in beweging eruit ziet. Om de overvolle zaterdagpaden van de Randstad te ontlopen, reisde ik naar locatie Bunnik. Mijn geboortedorp. Als verstokt 10 kilometerloper koos ik - grensverleggend - voor het ‘hot & booming' Nordic Walking. In Bunnik heet dat Noord-Europees Wandelen. In dat dorpje onder de rook van Utreg zijn ze niet gediend van al dat engels. Wândelen met zo’n allemachtig prachtige Tineke Schouten ‘â’ klinkt ook meteen al heel sportief! Zeg het maar eens hardop. Rhijnauwen lag er bewolkt, maar droog en uitnodigend bij. Trainer Jan stond open voor al onze vragen. Wandelman Henk uit Odijk (Ooi-ik) beet in kilometer 1 het spits af: ‘Waarom moet het met van die dure stokken? Ik vind wandelen juist zo fijn omdat het niks kost.’ Met het standaard trainersantwoord nam Henk geen genoegen. ‘Kan dat dan niet met een paar afgewaaide takken? Volgens mij is het pure handel voor die stokfabrikanten.’ Jan legde uit dat de leren bandjes om de pols ook een functie hebben: zo bewegen we 600 spieren! Het Bunnikse was ingrijpend veranderd sinds ik de streek had verlaten. Wij, Noordeuropese Wandelaars, tikten kittig met onze stokken op het asfalt. Van vogelgeluiden was geen sprake meer. Het enig hoorbare gekwetter steeg op uit groepjes wandelaars van gevarieerd pluimage, hardlopers en fietsers. Samen vormden we een lange, maar gelukkig nog bewegende file. Wandelvrouw Alie riep: 'Jaantsjie, Nederland mot meer bewege. Waor dan? Waor kenne we tereg âs âlle Nederlanders spoortief gaon wândele? Het is hier nu âl zo vol met âl die tâkkezooi!’ Alsof het onderwerp uitgebreid in de trainerscursus behandeld was, had Jan prompt een plan: 'recreatieve sportspreiding of de overheid voert autoloze sportweekenden in.' Dé Hogeweg is liefhebber van hardlopen, honkbal, wielrennen en schaatsen. Naast columns schrijft zij korte verhalen. In 2001 verscheen haar verhalenbundel Strandstoelendans.
12
Algemeen nieuws Nieuws DVD Nordic Walking: Sportief en Soepel
Nordic Walking is dé trend voor de buitensporter. Nordic Walking is een intensieve manier om je lichaam te trainen tijdens het lopen. Dit ‘lopen met stokken’ verbetert je conditie en het uithoudingsvermogen. Leer de juiste techniek en gebruik 600 spieren tijdens deze openluchtervaring. Op deze DVD leer je stap voor stap de techniek van het lopen. Aan de hand van duidelijke instructies en oefeningen leggen instructeurs de beginselen uit. Daarmee kun je zelf aan de slag. Al snel voel je resultaat. Je lichaam wordt soepel, je bloedcirculatie verbetert en je voelt je fitter. Inhoud: uitleg Nordic Fitness; Nordic Walking in 7 stappen; veel voorkomende fouten; warming-up en rekoefeningen; kleding en voeding; effecten op het lichaam. Deze DVD is gemaakt in samenwerking met: de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie, de Nederlandse Hartstichting en het Reumafonds. Speelduur : 60 minuten, Prijs KNAU-leden: € 16,95, niet-leden: € 19,95.
Werken in de sport
Snel een trainer nodig? Voor tijdelijk of vast? Denk eens aan de mogelijkheid om Trainerspool.nl in te schakelen. Trainerspool.nl is een dienstverlening ontwikkeld door NOC*NSF, Sportservice Noord Brabant en Sportworks. Tegen een aantrekkelijk en gereduceerd tarief kan de vereniging het wettelijk werkgeverschap uit handen kan geven. Voor de trainer betekent dit dat hij/zij geheel voldoet aan alle wetten en plichten en onder goede voorwaarden zijn vak kan uitoefenen. Daarnaast kan trainerspool.nl meer betekenen voor trainers en verenigingen. Voor meer informatie: www.trainerspool.nl.
Rens Blom Foundation
Op 6 maart jl. presenteerde Rens Blom zijn eigen Rens Blom Foundation, een organisatie die de toekomst van het polsstokhoogspringen moet waarborgen. 'Omdat één wereldkampioen atletiek leuk is, maar tien nog veel leuker.'
Friant fulltime bondscoach
De Belg Georges Friant gaat in de Nederlandse atletiekwereld als fulltime bondscoach polsstokhoogspringen aan de slag. De trainer, die wereldkampioen Rens Blom in zijn jonge jaren begeleidde, wordt vanuit de topsportschool in het Belgische Hasselt in Sittard gedetacheerd. Friant gaat aan de slag met zeven topsporters en vijftig talenten. (Bron: de Volkskrant)
NL Coach
Van coaches, voor coaches, door coaches. Het eerste exemplaar van NLCoach werd op 1 maart gepresenteerd tijdens 'De dag van de coach' in Doorwerth. NLCoach is een blad voor coaches 'om kennis te nemen van alles wat met coachen en trainer zijn te maken heeft: voor iedere coach op ieder niveau'. NLCoach, zoals u elders in deze nieuwsbrief kunt lezen, is het kennis- en ondersteuningsplatform van de Nederlandse coaches. Het blad verschijnt zes keer per jaar en is onderdeel van het NLcoach lidmaatschap. Daarnaast behoren individuele abonnementen en losse verkoop via de boekhandel tot de mogelijkheden. Elk nummer krijgt een hoofdthema mee. Voor het eerste nummer is dat 'de principes van het coachen', nummer 2 gaat over 'teambuilding'.
13
NLcoach wordt uitgegeven door Tirion, de grootste uitgever van populaire en onderwijskundige sportboeken. (Bronnen: persbericht NLCoach, website www.nlcoach.nl, maart 2006)
TopCoach5-opleiding van start
Medio 2006 start de Topcoach5-opleiding. Ambitieuze coaches ontwikkelen via deze opleiding de vereiste competenties voor het coachvak op internationaal niveau. Het programma van de opleiding kent zeven leerlijnen en duurt ruim een jaar. Studenten leggen een individueel leertraject af begeleid door een leercoach. Geïnteresseerden in de opleiding moeten in het bezit zijn van een bondserkende kwalificatie op niveau 4 en beschikken over een geschikte stageplek. De opleiding is een samenwerking tussen de ALO Amsterdam, de Hanzehogeschool Groningen en NOC*NSF. Meer informatie: www.topcoach5.nl. (Bron: het Lopend Vuur, de krant van de Nederlandse Topsport, maart 2006, nummer 2, 7)
Fonds voor toptrainers
Vanaf volgend jaar kunnen toptrainers een beroep doen op een fonds van NOC*NSF en het ministerie van VWS. Door de financiële steun kunnen deeltijdtrainers hun taak fulltime gaan uitvoeren. De regeling vloeit voort uit de sportnota 'Tijd voor sport '. Een van de doelstellingen in die nota is om Nederland tot de tien beste sportlanden ter wereld te laten behoren. Om dat ambitieuze doel te bereiken en vervolgens te handhaven, reserveert het ministerie voor de ondersteuning van coaches jaarlijks 4,8 miljoen euro. In samenspraak met NOC*NSF is besloten dat geld in een nog op te richten Fonds voor Topcoach te stoppen. (Bron: Baanatletiekdiscussielijst, Eric Roeske, aldaar: NRC, Henk Stouwdam, 22 maart 2006)
Cursus reflecteren voor olympische coaches
Ook voor trainers telt: je bent nooit te oud om te leren. Met de cursus Mastercoach van NOC*NSF leren coaches vooral naar hun eigen werkelijkheid te kijken. Dit jaar werd de vijfde editie afgerond. In totaal hebben nu 45 trainers de cursus gevolgd. 29 zijn er nog werkzaam op het hoogste niveau; de rest is gestopt of naar het buitenland vertrokken. Van de 45 coaches zijn er 31 werkzaam in olympische sporten en van die groep waren er 23 bij de Olympische Spelen van 2004 in Athene. (Bron: Baanatletiekdiscussielijst, Eric Roeske, aldaar: NRS, Henk Stouwdam, 22 maart 2006)
Hardlooponderzoek
Het Universitair Centrum voor Sport, Beweging en Gezondheid (UCSBG) wil het inzicht in blessures in de hardloopsport vergroten. Daarom startte onderzoekster Ida Buist (UCSBG) Gronorun, GROningen NOvice RUNning’-project, beter bekend als het Groningers beginners hardlooponderzoek. (www.hardlooponderzoek.nl). In navolging van dit onderzoek onder beginnende hardlopers, waarvan in de loop van 2006 de uitkomsten bekend worden is een nieuw onderzoek in voorbereiding: het GA MAAR onderzoek. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door Nienke Paans onder gevorderde lopers die het voornemen hebben deel te nemen aan de eerste Groningse stad Marathon op 27 augustus aanstaande. Door het volgen en registreren van trainingsgewoonten en wil het GA MAAR onderzoek de balans tussen belasting en belastbaarheid van een grote groep marathonlopers in kaart brengen. De deelnemers aan het onderzoek houden wekelijks een weblogboek bij waarin ze, tot aan de start van de marathon in augustus, hun trainingsactiviteiten vastleggen. Op basis van deze gegevens kunnen relaties worden getrokken tussen voorbereiding en trainingskenmerken van marathonlopers en de ontstaansgeschiedenis van hardloopblessures. Dit geeft belangrijke informatie voor de ontwikkeling van adequate training, preventie en behandelingsstrategieën. Voor de bewegingswetenschapper, sportmedicus, coach en niet te vergeten de loper zelf natuurlijk. Het UCSBG is een samenwerkingsverband tussen het
14
Centrum voor Bewegingswetenschappen van de RUG en het Centrum voor Sportgeneeskunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Meer informatie: www.groningenstadsmarathon.nl.
Agenda
Gezond in Bedrijf 2006 De Jaarbeurs in Utrecht is op 17 en 18 mei het decor van dé vakbeurs en conferentie over preventie, verzuimmanagement en loopbaan: Gezond in Bedrijf. De beurs wordt georganiseerd door RPMS, marktleider managementinformatie voor het midden en de top van het HR management in Nederland. De organisatie met de juiste kennis en een uitgebreid netwerk om een kwalitatief hoogwaardige bezoekers doelgroep aan zich te binden en te bedienen met kennis, contacten en informatie over onderwerpen als preventie, verzuimmanagement en loopbaan/reïntegratie. De toegang is gratis. Meer informatie: www.gezond-in-bedrijf.nl.
Is (top)sport gezond?
Dit is het prikkelend thema tijdens het sportmedisch congres op vrijdag 23 juni 2006. Sinds 2000 organiseert de stichting 'Sport & orthopedie' om de 3 jaar een groot sportmedisch congres. In 2000 tijdens het EK-voetbal in Nederland en België was het thema 'Voetbal en (be)letsels'. In 2003 tijdens het ABN-AMRO-tennistoernooi in Rotterdam 'Kinderen en (top)sport'. En dit jaar 'Is (top)sport gezond'. De onderdelen van het congres zijn: 'Sport & knie', 'Sport en kraakbeen'. Ook komt het onderwerp plotse hartdood aan de orde. Het congres vindt plaats in de grote congreszaal in Hotel en Congrescentrum Papendal te Arnhem. Net als het congres in 2000 verzorgt het NPi de gehele congresorganisatie, waaronder de inschrijving. Het congres is bedoeld voor (sport)fysiotherapeuten, sportartsen, bewegingswetenschappers, (club)artsen, chirurgen, orthopedisch chirurgen, arts-assistenten en gipsverbandmeesters. Uiteraard wordt voor dit congres accreditatie aangevraagd voor de diverse beroepsgroepen. De kosten voor dit congres bedragen inclusief congresboek, koffie, thee, lunch en borrel € 175,-. Meer informatie: www.paramedisch.org/cursussen.
Hebt u nieuws voor deze rubriek, mail het dan naar:
[email protected]
15
NLcoach Voor elke coach?
NLcoach: voor de trainer en zijn vak Clemens Vollebergh De positie van trainers in Nederland kan veel beter. NLcoach, de trainersvereniging die op 1 januari 2006 officieel van start is gegaan, zet zich in voor de coach van de toekomst. Die nieuwe coach benadert training geven niet meer uitsluitend als hobby, maar als beroep. Hij of zij is gediplomeerd en gelicenseerd en kijkt bij het werkveld verder dan zijn sportopleiding lang en de sportvereniging breed is. De bezuiniging op de instellingssubsidie voor sportorganisaties die in 2004 werd aangekondigd trof ook de koepel van trainersverengingen, de Nationale Federatie van Werkers in de Sport (NFWS). Omdat er een gat dreigde te ontstaan in de behartiging van trainersbelangen belde NFWS-directeur Wilma van Kasbergen oud technisch directeur NOC*NSF Joop Alberda. Samen met een vijftal andere (ex) topcoaches werd besloten tot de oprichting van NLcoach. De founders zijn: Toon Gerbrands, Roelant Oltmans, Jan Reker, Henk Kraaijenhof, Jac Orie, Joop Alberda en Cor van der Geest. Voor de komende drie jaar ontvangt NLcoach de komende drie jaar 600.000 euro startsubsidie van de overheid. Alberda: 'we richten ons de komende jaren met name op het verbeteren van de rechtspositie van topcoaches. Drie jaar is een uitdagende periode om op eigen benen te leren staan en ik ben er van overtuigd dat ons dat gaat lukken.'
Persoonlijk lidmaatschap
Anders dan voorheen de NFWS, een koepel van zo'n 25 trainersverenigingen, kent NLcoach het persoonlijk lidmaatschap. Alberda over de kenmerken van NLcoach: 'het ene moment zijn we brancheorganisatie, het andere moment belangenbehartiger en een andere keer ledenorganisatie.' Het lidmaatschap van NLcoach kost in 2006 € 50,- per jaar. Daarvoor krijgen de leden: • 6 x per jaar het vakblad NLcoach (in 2006 5 keer): dit blad wordt ondermeer gebruikt voor het onder de aandacht brengen van de beroepscode, maar ook zaken als krachttraining, teambuilding, voeding, leiderschapsstijlen, blessures enz. • een aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering; • korting op deelname Coachencongres en Coaches on Tour; • deelname aan de Uitsmijterbijeenkomsten met NLcoach bestuurders; • toegang tot de helpdesk voor alle praktische vragen; • hulp bij het oplossen van conflicten, ondermeer juridisch ondersteuning; • en vooral een spreekbuis voor de belangen van coaches. Uitsluitend gediplomeerde trainers kunnen lid worden van NLcoach, voor trainers in opleiding geldt een dispensatielidmaatschap.
Respect
Coaches verdienen respect, waardering en aandacht. Om dit te bereiken streeft NLcoach naar samenwerking met overheid, sportbonden, onderwijs, sportorganisaties en bedrijfsleven. Bovendien wordt de trainer-coach ondersteund in het vergroten kennis en het verbeteren van de erkenning. Alberda: 'De moderne coach heeft een professionele instelling ongeacht het niveau 16
van begeleiding. Hij is bereid tot veranderen en verbeteren en is zich bewust van zijn voorbeeldfunctie voor de sporters.' Door in te zetten op goede trainersopleidingen en licentiesystemen kan de kwaliteit van de trainer-coach beter worden aangetoond en wordt training geven steeds meer een vak zoals dat van politieman, onderwijzer of bakker.
Prestatiesport versus gezondheidssport
Alberda: 'We hebben er bewust voor gekozen ons te profileren met gearriveerde coaches. Zo vind je in het eerste nummer interviews met Guus Hiddink, Gerard Kemkers, Frank Rijkaard en Tjerk Bogtstra. Dat heeft volgens ons een grote aantrekkingskracht op coaches die nog een aantal treden op de ladder te gaan hebben. Die kijken om beter te worden in hun vak toch immers omhoog.' Toch verhoudt zich dit naar mijn mening (CV) moeilijk met het doel voor alle trainers een organisatie te willen zijn. Door topsportcoaches in te zetten als rolmodellen voor andere trainers kiest NLcoach namelijk voor het sportprestatiemodel en niet voor een sportgezondheidsmodel. Dat (top)sportmodel loopt niet synchroon aan de maatschappelijke ontwikkelingen, zeker in het hardlopen waar de nieuwe generatie lopers aangeeft te willen sporten voor een goede gezondheid en om fit en slank ouder te worden. De trainers van deze groepen zullen zich niet snel herkennen in het huidige profiel van NLcoach. Marketingtechnisch gezien een formule die mogelijk bijgesteld moet worden omdat het aantal 'gezondheidstrainers' de komende jaren sterker zal toenemen dan dat van 'prestatietrainers'. En doordat een gezondheidstrainer met een veeleisende groep mensen van doen heeft, moet hij maatwerk leveren en zich marktgericht ontwikkelen.
Meer informatie: www.nlcoach.nl
17
De Stelling Investeren in de atletiektrainers (door bond en club) is noodzakelijk voor de kwaliteit van de atletiek Clemens Vollebergh Op bovenstaande stelling kwam een groot aantal uiteenlopende reacties. Van trainers, verenigingen en de KNAU. Hieronder een weergave en conclusie.
De trainers: 'Verkapte contributieverhoging'
Frans Verheuvel, trainer bij AV Triathlon te Amersfoort reageert als volgt: 'ik ben vanaf het begin al een fel tegenstander van het trainerslicentiesysteem. In mijn ogen is het een verkapte contributieverhoging van de KNAU. IK ben zelf lid van een vereniging van meer dan 1000 leden. Onze contributie is laagdrempelig, zodat ook de minderbedeelden van de maatschappij hierbij kunnen sporten. Als elke trainer binnen onze vereniging aan al de trainingclinics moet deel nemen om aan het aantal licentiepunten te komen dan kost dat onze vereniging een vermogen. Wij hebben meer dan 50 seniorentrainers, als deze 2x per jaar naar een clinic zouden gaan voor behoud van hun licentie, kost dat de vereniging misschien wel € 6.000,-- per jaar. Vaak worden deze clinics gegeven op zaterdagen, wat bij onze vereniging de dag is waarop de meeste leden trainen. Die dagen zijn er dan geen trainers aanwezig. Mijn mening is dat de bond beter in samenwerking met de club, of de regio waarin de club zich bevindt, moet investeren in een clinic op een zaterdagmiddag of op een doordeweekse avond binnen die regio. Ik denk dat er dan veel meer gebruik wordt gemaakt van deze clinic. De kosten voor de clubs kunnen dan veel lager uitvallen en trainers (zeker de recreatieve) zijn dan sneller bereid om zo'n clinic te volgen. In Amersfoort zitten 2 atletiekverenigingen met meer dan 2000 leden, dan is het toch veel makkelijker en stukken goedkoper om bij deze twee verenigingen 2x per jaar een clinic te houden. Ik vind de bijscholing best noodzakelijk maar niet op de KNAU-manier.'
Dichter bij huis
Ben Callemeijn, trainer van Atletiek Maastricht, ook belast met enige technische taken: 'Ik ben het er wel mee eens dat er meer geïnvesteerd moeten worden aan de opleidingen.' Hij brengt echter een viertal punten in: '1. dichter bij huis; 2. goedkopere opleidingen; 3. meer investeren in bijscholingen en open discussies; 4. demo's van grotere trainers.'
Liefdewerk oud papier
Uit Utrecht twee reacties: van trainer Rob Veer en van trainer/coach Ronald van Weele, die bovendien bestuurslid sportbeleid bij Hellas is. Rob Veer: 'het is een oude stelling, breed onderschreven maar bij gebrek aan middelen is het nog nimmer verder gekomen dan retoriek.
18
Het is en blijft in de praktijk vanuit de club en de bond 'liefdewerk oud papier' met in het gunstigste geval een kleine onkostenvergoeding. Ronald van Weele: 'Ik ben het eens met deze stelling. Atletiektraining is vooral vrijwilligerswerk (de professionals vragen maatwerk voor enkelen). Het is dan ook zaak dat vooral geïnvesteerd wordt vanuit deze optiek. De bond moet zoveel mogelijk ruimte voor onbelaste vergoedingen vanuit rijkswege bepleiten en verenigingen ondersteunen hoe hier maximaal gebruik van te maken (convenanten met de belastingdienst bijvoorbeeld, onder welke omstandigheden die 1500 euro overschreden mag worden alsmede het aantal uren per week/maand/jaar). Daarnaast (korte) technische (vervolg)cursussen in de regio met een lagere (financiële) drempel organiseren. Het licentiebeleid helpt hier geenszins bij, vormt een extra drempel en is in mijn ogen administratieve onzin. Daarnaast zijn cursussen van één lange dag of twee lange dagen mij veel liever dan ellenlange reeksen van dagen waar onmogelijk tijd voor vrij te maken is.
De vereniging Bond moet aangeven hoe je reële trainersvergoeding waarmaakt
Secretaris van het Assense AAC'61, Dora de Jong, is het eens met deze stelling. 'Wij hebben bijvoorbeeld een baancoördinator die zorgt voor afstemming van een aantal zaken met de trainers: waar hun behoeften liggen, wat eventuele knelpunten zijn enzovoorts. Trainers worden bij onze club nog steeds gezien als vrijwilligers maar ik realiseer me dat zij met hun specifieke achtergrond en inzet gezichtsbepalend voor de vereniging zijn. Vroeg of laat zul je als vereniging trainers met een gedegen opleiding die goed functioneren in dienst moet nemen. Enerzijds omdat je die kwaliteiten waardeert, anderzijds omdat de zuigkracht van het voetbal en ook fitnesscentra groter wordt. Ik neem het de trainer met een diploma TLG op zak ook niet kwalijk dat hij voor 35 euro per uur looptraining bij de voetbalclub gaat geven. 'Als onze bond bij de invoering van de licentie een bepaald vergoedingniveau communiceert per licentie, dan vind ik dat ze ook moeten aangeven hoe je dat als vereniging kunt waarmaken. Wij zijn nu eenmaal gebonden aan een bepaald budget en er zijn veel kosten die op de begroting drukken. Bovendien zijn wij te klein om, afgezien van de administratie, mensen in dienst te nemen. We tellen nu zo'n 450 leden en zouden voor wat meer armslag in feite eens zo groot moeten zijn.'
De Atletiekunie Verbetering van kennis en vaardigheden
De KNAU reageert bij monde van Willem van de Worp: 'De bond kan zich geheel vinden in deze stelling en geeft er ook invulling aan: door te zorgen voor een goede kwaliteit van de opleidingen en het aanstellen van bondstrainers. Denk aan Peter Blommerde voor het speerwerpen. Daarmee hopen we een nieuwe impuls te geven aan dit onderdeel dat het heel lang zonder bondstrainer moest doen. Het aanstellen van fulltime bondstrainer George Friant voor de polsstokschool is een ander voorbeeld. Ook halen we kennis uit het buitenland, ondermeer met Joachim Schulz. Overigens loopt Bart Bennema op dit moment mee met Schulz om het na 2008 van hem over te nemen. Maar er gebeurt meer: incidenteel zijn er centrale bijeenkomsten, zoals die van de midden- en lange afstand op 18 maart (waar 120 atleten en hun trainer op af kwamen) en regiotrainingen. Clinics, bijvoorbeeld over verspringen met Ignisious Gaisah en zijn trainers. Deze zijn leerzaam voor atleten én trainers. Kortom de bond is er van overtuigd dat een continue verbetering van kennis en vaardigheden bijdraagt aan betere trainers en dus betere atletiekresultaten.' Daarbij tekent Van de Worp aan dat atletiek een individuele sport is en in 19
een aantal gevallen atleten en trainers gerespecteerd moeten worden in de keuze voor hun eigen weg.
Conclusie: •
De meningen van de trainers lopen uiteen. Allen verwijzen, met uiteenlopende argumenten, naar de bond. Die moet de licentie niet alleen op papier verkopen maar ook in de praktijk: cursussen en bijscholingen dichter bij huis organiseren, op gunstige dagdelen en tegen lagere kosten. Overigens, zo laat de Atletiekunie weten, is het nu mogelijk als vereniging een bijscholing aan te vragen. Hoe een vereniging hiervoor in aanmerking kan komen staat op de site van de KNAU: Eerstvolgende cursussen, Opleidingen onder het kopje “Bijscholing aanvragen”.
•
De middelen van de clubs zijn niet toereikend om trainers volgens de CAO-sport te betalen, maar de bond zou zich moeten inspannen zodat verenigingen onbelast hogere vergoedingen kunnen verstrekken. De vereniging die geantwoord heeft (twee zijn er gevraagd) investeert naar vermogen. In de toekomst is volgens deze vereniging niet te ontkomen aan het op de loonlijst zetten van trainers. Dat komt mede doordat het werkterrein van de gediplomeerde trainer zich verbreedt. Ook hier wordt verantwoordelijkheid gelegd bij de bond die verenigingen niet alleen stimuleert trainers in dienst te nemen maar ook zou moeten ondersteunen/adviseren in het realiseren hiervan.
•
Buiten deze uit de reacties te destilleren conclusie is er naar mijn mening (CV) nog iets anders aan de hand. De discussie over investeren in de kwaliteit van trainers speelt zich vrijwel alleen af tussen de Atletiekunie en de trainers. Daarbij draagt de bond vooral bij aan meer kennis en vaardigheden van de trainers. De trainer volgt opleidingen en bijscholingen. De vereniging draagt dikwijls bij in de kosten hiervoor. In de praktijk is dit doorgaans een afkoopsom voor het verhoging van de trainersvergoeding. Investeren in trainers is niet alleen trainers beter maken, maar ook trainers beter waarderen. De samenhang tussen kwaliteit en waardering moet daarom snel op de agenda van verenigingsbesturen worden gezet.
Voor Nieuwsbrief nummer 3 luidt de stelling:
'Ik herken mij in NLcoach' www.nlcoach.nl
U kunt uw mening/reactie voor 15 augustus 2006 mailen aan:
[email protected]. Geef ook aan wat uw relevante functie is en voor welke vereniging of organisatie.
20
Arbeidsvoorwaarden en het trainerschap Werken bij een atletiekvereniging Ferry Kwee In het vorige artikel hebben we gezien welke haken en ogen aan vrijwilligerswerk zitten. Veel verenigingen lonken naar een arbeidsrelatie waarbij de vrijwilligersregeling van toepassing is. Wanneer de uitbetaalde vergoedingen de fiscaal toegestane bedragen overschrijden en/of er geen sprake is van vrijwilligerswerk, dan verandert er een aantal zaken. Dit artikel gaat in op de situatie dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Wanneer je bij een vereniging gaat werken, is het goed te weten wat je rechtspositie is. Dat wil zeggen wat de rechten en plichten van jou en de vereniging zijn. Daarbij is het van belang hoe de arbeidsrelatie wordt beoordeeld. Uitgangspunt voor het beoordelen van een arbeidsrelatie is de arbeidsovereenkomst. Wanneer een arbeidsrelatie geen (echte of fictieve) arbeidsovereenkomst is, moet worden nagegaan of de arbeidsrelatie een overeenkomst voor het aannemen van werk is. Is dit ook niet het geval dan valt de arbeidsrelatie in de categorie overeenkomsten van opdracht (vroeger overeenkomst tot het verrichten van enkele diensten). In laatste instantie kan er een relatie bestaan tussen de vereniging en een ondernemer (zelfstandige zonder personeel, sportschool of iets dergelijk).
Wanneer is er sprake van een arbeidsovereenkomst?
Er is sprake van een arbeidsovereenkomst indien de arbeidsrelatie beantwoordt aan de volgende 3 criteria: a. loon b. gezag en c. (persoonlijke) arbeid. a. Loon Onder loon wordt alles verstaan dat uit arbeid verkregen wordt. Het loon kan dus in plaats van geld, wat gebruikelijk is, ook in goederen (bijvoorbeeld videoapparatuur), diensten (bijvoorbeeld verven je huis door vrijwilligers van de vereniging) of in gunsten (bijvoorbeeld gratis wonen) worden betaald. De economische waarde van de goederen, diensten of gunsten wordt bepaald en deze waarde wordt door de fiscus en het UWV gezien als een netto salaris. b. gezag Het UWV en de fiscus leggen het begrip gezag ruim uit: “In principe geldt dat er sprake is van
een gezagsverhouding wanneer de vereniging opdrachten kan geven waaraan jij je dient te houden”, “…Ook het toezicht en controle achteraf, op de werkzaamheden, spelen een grote rol…” en “Doorslaggevend voor de beoordeling of er sprake is van een gezagsverhouding, is de vraag of je je in principe moet houden aan een reglement en/of een aanwijzing”, “Ook is van belang of je verantwoording moet afleggen en/of het bestuur eventueel sancties kan opleggen
c. persoonlijke arbeid 21
Jij moet de bedongen arbeid persoonlijk verrichten en mag je niet vrijelijk laten vervangen door wie wanneer je dat wil. Ook als het bestuur bijvoorbeeld opleidingseisen stelt aan de vervanging, is er sprake van persoonlijke arbeid.
Arbeidsovereenkomst
Voor het vaststellen van een arbeidsovereenkomst is het niet van belang dat de arbeidsovereenkomst schriftelijk is overeengekomen of dat de partijen de arbeidsrelatie een andere benaming hebben gegeven (bijvoorbeeld een freelance overeenkomst of een overeenkomst van opdracht). Indien de arbeidsrelatie aan de boven beschreven criteria voldoet, is er sprake van een arbeidsovereenkomst. Bij het vaststellen van de arbeidsovereenkomst wordt gekeken naar de feitelijke situatie. Als de arbeidsrelatie een arbeidsovereenkomst is, moet de vereniging premies voor de werknemersverzekeringen en loonheffing in te houden en af te dragen en een deugdelijke salarisadministratie bij te houden. Ook zijn dan arbeidsrecht en het ontslagrecht van toepassing.
Werknemer versus vrijwilliger
Je hebt als werknemer dus een sterkere rechtspositie dan wanneer je vrijwilliger bent. De vereniging is duurder uit, terwijl jij over het verdiende salaris premies voor de sociale verzekeringen en loonheffing moet betalen. Ferry Kwee is consulent arbeidszaken voor Sportservice Noord-Holland. Voor al uw vragen op het terrein van uw betaald kader kunt u bij hem terecht:
[email protected]. Sportservice NoordHolland adviseert en informeert sportverenigingen over personeelszaken en verzorgt de loonadministratie voor honderden sportverenigingen.
22