11 2011
EI G EN W I JZE R Pe r s o n e e l s b l a d v a n e n v o o r a l l e m e d e w e r ke r s v a n d e A S KO
Nieuwe rubriek: Buurt & school Rekenen op de Regenboog
pag. 16
pag. 12
pag. 10 Van pianolerares tot
bestuursvoorzitter pag. 4
ASKO-leraar van het jaar
INHOUD de ruimte voor jou
3
Leraar van het jaar
6
Kinderen met een etiket
Voor het eerst is een ASKO-collega leraar van het jaar geworden: Martin Bootsma van de A. Bekemaschool heeft deze titel dik verdiend.
ADHD, hoogbegaafd, autistisch: een groeiend aantal kinderen krijgt een label met een leer- of gedragsstoornis opgeplakt. “Je moeilijkste leerling, daar kun je het meeste van leren.”
10 Musicus, jurist én ASKObestuurder Openhartig interview met de nieuwe ASKO-bestuursvoorzitter Diane Middelkoop.
12 Gelukkige rekenklas De extra rekenlessen die Petra Nienhuis op De Regenboog heeft opgezet, leveren aantoonbaar betere schoolprestaties en andere voordelen op.
En verder: Op de bres voor de Zomerschool Wekelijkse gymrituelen (column juf Patty) School & buurt: de Mgr. Bekkersschool ASKOfette
2
14 15 16 18
EIGENWIJZER
november 2011
e d n a v a m s Martin Boot : l o o h c s a m e k A. Be
! O P r a a J t e h n a v Docent
Voor het eerst is een ASKO-leraar tot ‘leraar van het jaar’ uitverkozen! Martin Bootsma heeft deze titel volgens Marco Dekker, directeur van de A. Bekemaschool, dik verdiend: “Allereerst heeft hij met de nieuwe methodieken waar wij mee zijn gaan werken echt enorme resultaten geboekt. Ook is Martin voortrekker in allerlei projecten, waaronder een nieuwe rekenmethodiek. Bovendien lopen de leerlingen (groep 7/8) met Martin weg, het is echt ontroerend hoe zij over hem spreken. Hij heeft kinderen, onder wie leerlingen die het echt niet makkelijk hebben, zelfvertrouwen gegeven en in zichzelf laten geloven. Dit kwam ook naar voren in hun schoolresultaten. De sfeer in de groep is geweldig, er wordt veel gelachen en iedereen is altijd welkom. Groep 8 is, ook voor buitenstaanders, echt een parel. Dat is grotendeels te danken aan Martin. Hij heeft kennis van zaken, hart voor de zaak en is eigen’wijs’, met de nadruk op ‘wijs’. Een voorbeeld voor anderen.“ Van Martin is door www.leraar24.nl een portret gefilmd, zie verder www.dagvandeleraar.nl en natuurlijk: www.abekemaschool.nl
EIGENWIJZER
november 2011
3
ASKO
NIEUWS Gezonde St. Lidwinaschool Het Vignet Gezonde School is een erkenning voor scholen, die structureel, planmatig en integraal werken aan het verbeteren van de gezondheid en veiligheid van leerlingen. Sinds kort mag de St. Lidwinaschool dit vignet voeren. Dit betekent dat de school prima bezig is met bijvoorbeeld thema’s als ‘sport en bewegen,’ ‘veiligheid’, ‘voeding’ en ‘mondgezondheid’. Het vignet maakt aan onze leerlingen en hun ouders duidelijk zichtbaar dat de school het welzijn van leerlingen en leerkrachten erg belangrijk vindt. Meer weten? Kijk op: www.vignetgezondeschool.nl
Ontwikkelingsgericht spellingonderwijs in groep 3’
Bettina bedankt!
Spel bewust! Op de Academische Opleidingsscholen van de ASKO vinden onderwijsinnovaties meestal plaats dankzij onderzoek. Studenten en leraren werken samen in ontwikkelteams of onderzoeksgroepen die zich over een specifiek thema buigen. Diverse leraren van de Achthoek en de Mijlpaal diepen hetzelfde thema uit: ‘spellingonderwijs in groep 3’. De resultaten van hun onderzoek staan in de publicatie die op 2 november werd uitgereikt tijdens de OGO-workshops. Deze uitgave geeft weer hoe het spellingonderwijs er in de praktijk uitziet. Ook effectieve spellingoefeningen die passen binnen het OGO-onderwijs, zijn erin beschreven. We zijn er trots op dat onderzoeksvragen van leraren binnen de Academische Opleidingsschool opgepakt en gefaciliteerd worden en leiden tot dergelijke waardevolle resultaten.
Sanne van der Linden Bovenschoolse coördinator ASKO Oplis
Ruim anderhalf jaar heeft Bettina van de Kar het hoofdredacteurschap waargenomen voor E I G E N WIJZER. Met ingang van het nieuwe schooljaar nam Nancy Optenkamp (ASKO bestuurskantoor) deze taken over. De redactie wil Bettina danken voor haar professionele en warme inzet. Zij blijft aan dit blad meewerken als schrijvend eindredacteur.
St. Augustinus werkt met Kinderen voor Kinderen De St. Augustinusschool heeft meegedaan aan een videoclip voor Kinderen voor Kinderen, waarin leerlingen en schoolmedewerkers het lied ‘Boekenwurm’ playbackten. De clip is in allerlei ruimtes in het schoolgebouw en in de naaste omgeving opgenomen en is bedoeld als promotiefilm voor de nieuwe jaarlijkse cd van Kinderen voor Kinderen, die onlangs uitkwam. Het lied ‘Boekenwurm’, sluit volgens directeur Adèle Poelmans mooi aan bij het schoolthema van de eerste zes weken van dit schooljaar: de Kinderboekenweek. De clip met de Augustinusschool was te bewonderen in de uitzending van Z@pp kids van 1 oktober 2011 (zie: www.uitzendinggemist.nl en kies Z@pp. Of check de link op youtube: boekenwurm/landsmeer De Augustinus was nog meer in het landelijk nieuws: de school staat in het natuurgebied Ilperveld, een ‘gouwe plek’ die in de herfsteditie van tijdschrift ‘Natuurbehoud’ van natuurmonumenten wordt belicht. Kijk op: www.natuurmonumenten.nl/natuurbehoud.
En dat is…200 Begin september heeft basisschool De Archipel haar tweehonderdste leerling verwelkomd. Tweehonderd ballonnen gingen de lucht in en de tweehonderdste leerling kreeg een mooi boek cadeau.
Sanne van der Linden Bovenschoolse coördinator ASKO Oplis
4
EIGENWIJZER
november 2011
EIGENWIJZER
november 2011
OGO-inspiratie
Op zoek naar artikelen of boeken over OGO die kunnen inspireren en informeren? Tijdschrift ZONE nr. 2 van juni 2011, jrg. 10 gaat over spel en onderzoek. In OGO-scholen worden veel leerprocessen gekoppeld aan spel- en onderzoeksactiviteiten in de klas. Chiel van der Veen (leerkracht van De Avonturijn) schreef over dit onderwerp het artikel ‘Spelen in de bovenbouw, onderzoeken in de onderbouw’. Scholen voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs kiezen vaak voor verschillende activiteiten in de onderbouw en de bovenbouw. In de onderbouw werken leerkrachten doorgaans met thematisch rollenspel; in de bovenbouw doen kinderen vaak allerlei onderzoekjes. In zijn artikel laat Chiel van der Veen zien dat spel niet exclusief toebehoort aan de onderbouw en onderzoek niet exclusief aan de bovenbouw. Spel en onderzoek zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Lerares Kirsten Roosenbrand plaatste in ZONE een tekst over rollenspel in de bovenbouw. Ze beschrijft dat haar klas een film over de schepping maakt. De kinderen onderzoeken niet alleen het scheppingsverhaal, maar ook het maken van een film. De kleuters van Willeke Westerlaken groeien spelenderwijs uit tot onderzoekers. Ze spelen dat ze gaan schatgraven op de maan. Deze ‘maanreizen’ leveren interessante vragen op over astronauten, raketten, stijgen en landen en nog veel meer. Willeke schreef daarover in ZONE. In september verscheen het jubileumnummer van ZONE met een inspirerend artikel van Ester van Oers en Sanne van der Linden over Engels op De Archipel (zie ook: het vorige nummer van E I G E N WIJZER.
5
ADHD, hoogbegaafd, autistisch: een groeiend aantal kinderen krijgt een label met een leer- of gedragsstoornis opgeplakt. “Leg dan niet te gauw de verantwoordelijkheid voor goede begeleiding bij anderen”, waarschuwt orthopedagoge Karen van Kooten in een gesprek met ASKO-medewerkers Trudy Pas (regiomanager), Simone van der Klein (lerares A. Bekemaschool) en Dieneke Blikslager (Intern Begeleider St. Janschool). Tekst & foto’s: Bettina van de Kar
Kinderen met een etiket Ja, maar ik ben geen expert… Ik kan dit niet, ik werk toch niet in het speciaal onderwijs? Door al die kinderen die extra zorg nodig hebben, wordt mijn werkdruk almaar hoger. Aldus veelgehoorde reacties van leraren in het basisonderwijs op diagnoses als ‘dyslexie’ of ‘PDD-NOS’. Karen van Kooten pleit ervoor niet langer het probleem en de stoornis van een kind centraal te stellen, maar datgene wat hij of zij nodig heeft om zich verder te ontwikkelen (onderwijsbehoefte). Deze andere manier van kijken is positiever. Karen begon als leerkracht op een basisschool in Utrecht. Daar ontdekte ze hoe geweldig en intensief het is om voor een klas te staan. Later studeerde ze orthopedagogiek. Karen is voorstander van Handelingsgericht Werken (HGW) en begeleidt ASKO-scholen bij het invoeren daarvan. “HGW richt zich op wat elke leerling nodig heeft om goed te kunnen presteren. Om leerlingen gelijke kansen te geven, moet je ze ongelijk behandelen.”
neuroses zal elke lezer iets van zichzelf herkennen. OnzinVoordeel van een diagnose is verder dat ouders en leranig dus om alles in een hokje te willen stoppen. Opvalren kunnen kijken naar een ‘gebruikershandleiding’, naar lend ook dat in dit soort boeken heel wat pagina’s aan het handvatten en methodes om een kind vooruit te helpen. beschrijven van problemen worden gewijd, terwijl maar Zonder heldere diagnose blijft onduidelijk wat de beste een ultrakorte appendix is bijgevoegd met tips over wat je hulp kan zijn. eraan kunt doen.” Labelen heeft ook positieve kanten. Daarover zijn de vier Van cavia naar ADHD vrouwen het eens. Dieneke: “Ik stimuleer kinderen zelf oplossingen aan te Karen: “Het kan zowel ouders als kinderen opluchten.” Zij dragen, vaak zien ze zelf wat het beste voor hen is. Ze krijgen door familie en bekenden nogal eens voor de voekrijgen zelfvertrouwen door het heft in eigen handen te ten geworpen dat een slechte opvoeding de nemen. Zo heeft een van onze leerlingen oorzaak van druk of lastig gedrag zou zijn. Veel DCD en concentratieproblemen bij het ouders hopen dat erkend wordt dat dit ‘eigen lezen. Ik heb haar gevraagd wat we hieraan “Labelen kan schuld, dikke bult-verhaal’ niet klopt, wanneer kunnen doen. Afspraak is nu dat ze nooit onderzoek bewijst dat sprake is van een duimeer dan drie bladzijden achter elkaar opluchten” delijk aanwijsbaar leer- of gedragsprobleem. leest. Door in haar boeken gekleurde post Simone: “Zo’n diagnose kan ook bij leraren it papiertjes te plakken, weet ze wanneer schuldgevoel verminderen. Er schiet dan ze weer even moet stoppen met lezen om bijvoorbeeld door je heen: het is niet mijn fout dat dit later opnieuw geconcentreerd verder te kunnen gaan. Dat kind steeds op zijn stoel schuift. Of: het ligt niet aan mijn heeft ze allemaal zelf bedacht.” lessen dat ik een leerling niet weet te boeien. Maar het Andere positieve kant van het etiketten plakken, is dat het is natuurlijk beter je te verdiepen in wat je kunt doen om meer begrip kan kweken. aandacht van leerlingen vast te houden en problemen Simone: “Het komt steeds vaker voor dat kinderen een tegen te gaan.” spreekbeurt over hun ADHD, PDD-NOS of hoogbegaafd
Dieneke: “Ik laat kinderen vaak zelf aandragen wat het beste voor hen is.” Karen: “Grootste nadeel van etiketjes plakken, vind ik dat diverse leerkrachten het gevoel krijgen dat de zorg voor kinderen met zo’n label te ingewikkeld voor hen wordt.
Overdiagnosticering?
Trudy: “Je kunt iemand voor het leven belasten met het opplakken van een etiket.”
6
“Een etiket als ‘dyslexie’ zou geen eindstation moeten zijn, maar een begin”, valt Simone van der Klein, lerares van de A. Bekemaschool, Karen bij. “Het is te simpel om te zeggen: ik heb dit jaar drie autistische kinderen en twee ADHD’ers in de klas, dus dit schooljaar wordt helemaal niks. Liever denk ik bij elke leerling: wat past bij jou, wat heb jij nodig om tot leren te komen? Ik zie het als een uitdaging om dit te ontdekken.” Dieneke: “Maar zo’n label is vaak wel nodig om geld te krijgen voor de juiste ondersteuning.” Trudy: “Keerzijde daarvan is dat geld een perverse prikkel wordt die onnodig veel diagnoses in de hand werkt. Bovendien kun je iemand voor het leven belasten met het opplakken van een etiket. Ik vind het juist zo mooi dat elk mens anders en bijzonder is. Jammer dat we flink wat van die bijzonderheden een negatief stempel opdrukken en onvoldoende naar oplossingen kijken. Daarbij heeft iedereen wel wat. In een boek over
EIGENWIJZER
november 2011
EIGENWIJZER
november 2011
7
Simone: “Het is belangrijk dat leraren elkaar helpen en van elkaar leren.”
terne specialisten uitkomst kan bieden. En dat, terwijl je als leerkracht een band met een leerling hebt en ontzettend belangrijk bent voor zijn of haar ontwikkeling. Onderschat je eigen invloed niet! Daarbij kun je van je moeilijkste leerling het meeste leren. Wanneer je erin slaagt uit te vinden wat die nodig heeft, kun je extra trots zijn op jezelf en de vooruitgang die is bereikt. Je bent een betere professional geworden. Zo loont het om tijd te nemen voor reflectie en te investeren in je eigen ontwikkeling. Achtergrondformatie over leer- en ontwikkelingsstoornissen kan helpen. Maar het ene ADHD-kind, is het andere niet. Ga dus in gesprek met de ouders en hun kind. Zij weten als geen ander wat nodig is en kunnen vaak goede tips geven. En schaam je niet als iets niet meteen lukt, stel geen te hoge eisen aan jezelf. Geef niet op, want dan doen je leerlingen dat ook.” Simone kan hierover meepraten. Ze herinnert zich een periode waarin haar zelfvertrouwen afbrokkelde. “Ik was nog maar net bij de Bekemaschool in dienst en begon daar in een moeilijke klas. Op mijn vorige school was ik in acht jaar tijd uitgegroeid tot een doorgewinterde onderwijsprof en werd ik gezien als een juf die alles aankon. Nu vlogen bij een eerste tussendoortje al rap druiven door de klas en kreeg ik de groep nauwelijks onder controle.”
Out of the box
Simone gaf niet op. Ze bedacht oplossingen waarvan ze vond dat die eigenlijk niet hoorden, maar die wel zouden heid houden. Ze switchen van onderwerpen als voetbal en kunnen werken. Het bleek bijvoorbeeld voor één leerling hun cavia naar uitleg over de gevolgen die prettiger tijdens kringgesprekken aan zijn eigen tafel te een leer- of gedragsstoornis voor hen heeft. Zodra leraren zitten in plaats van in de kring. “En tijdens aardrijkskundeen klasgenootjes hier meer over te weten of geschiedenisles zette ik kinderen bij komen, kunnen ze er meestal meer begrip mijzelf aan tafel en hielp ze veel meer dan voor opbrengen.” “Je moeilijkste eigenlijk gebruikelijk is in groep 5”, aldus Dieneke: “Het zou mooi zijn als kinderen Simone. “Vrijdagmiddag deed ik expres veel leerling: daar er zelfs trots op worden dat ze anders dan dingen die de kinderen leuk vonden, zoals anders zijn.” kun je het meeste gezelschapsspelletjes en werken met Kapla Karen: “Kinderen staan meestal heel open en Knex. Ik kon hen dan begeleiden bij het van leren” tegenover leeftijdgenootjes die onverwachsamenwerken en een planmatige aanpak. ter reageren dan zijzelf en situaties anders Wanneer ze bezig zijn met wat ze leuk beleven. Ze leren daar graag van. Volwasvinden én goed kunnen, kan ik positieve senen gaan hier helaas meestal minder positief mee om en feedback geven en dit ook weer gebruiken voor verbevinden al snel iets raar.” tering van hun werkhouding bij rekenen en taal. Om een Grootste nadeel van etiketjes plakken, vindt Karen dat het band met de leerlingen op te bouwen, ging ik onder meer veel leraren het gevoel geeft dat dit te ingewikkeld voor op zaterdagochtend langs bij hun sportclub, waar ze dan hen wordt. “Ze menen dat zij zelf weinig aan verbeteringen aan het voetballen of hockeyen waren. Alleen maar om kunnen bijdragen en denken dat alleen een batterij exhen te laten merken dat ze er toe doen.” Gehoord van een identiteitsbegeleider
Mooier is het om te spreken over ‘talenten’ in plaats van over ‘tekortkomingen’ of ‘gedrag dat we lastig vinden’. Dan zouden ouders ineens
8
trots kunnen zijn op hun zoon of dochter. Wanneer zij dit voelen, dan werkt dit door naar hun kind. Ook leraren kunnen met de vele talenten van kinderen de klas, de school en wie weet wat nog meer,
mooier te maken. Hier samen aan werken, geeft een enorm gemeenschapsgevoel, inspiratie en extra energie.
Wim Wever, Arkade-Cilon
EIGENWIJZER
november 2011
Dieneke: “Traditie is onze grootste vijand. Iets niet volgens de regels doen, maakt iemand niet incompetent, het kan nieuwe goede ideeën opleveren.” Eerder had een collega Simone aangeboden achterin de klas te gaan zitten en mee te denken over oplossingen. Zij zag dat toen niet zo zitten. Wel erkent ze dat het belangrijk is dat leraren elkaar steunen en van elkaar leren in moeilijke situaties. Dat helpt hen verantwoordelijkheid nemen voor eigen ontwikkeling. IB’ers als Dieneke kunnen daarbij helpen. En ook voor regiomanagers en de directie ligt hier een taak.
Kracht voor de leerkracht
Trudy: “Als management faciliteren en bewaken we een basisveiligheid, waardoor medewerkers zich vrij voelen te uiten wat hen dwars zit of bezig houdt.” Dieneke: “Ik probeer collega’s meer zelfvertrouwen te geven. Ze mogen best even bij me klagen over wat er tegenzit. Dat is vaak nodig om daarna in overleg actief naar een oplossing te zoeken. Ons vak is niet makkelijk en niks komt daarbij zomaar aanwaaien. Ik stimuleer dat collega’s het gewoon durven toegeven als iets mis gaat. Juist dat is professioneel en betrokken: beter dan moeilijkheden voor je houden en er zelf niet uitkomen. Mogelijk helpt het als ik een les overneem en die daarna met de betrokken leerkracht evalueer. Maar ik denk dan nooit: O, dat doe ik wel even. Een les moet ik voorbereiden, anders loopt het niet. Het uitspreken van complimenten en waardering naar elkaar geeft mensen ook de nodige steun in de rug. En onze school doet mee aan het project Krachtig Meesterschap. Leraren leren daarin van elkaar. Mooi om te zien dat een leraar van groep 7 iets kan opsteken van een kleuterleerkracht en andersom.” Trudy: “Onze IB’ers werken servicegericht, ze zorgen ervoor dat leerkrachten goed hun werk kunnen doen. Wat die doen voor de kinderen, doen IB’ers voor het onderwijsteam. Belangrijk is ook om good practices met elkaar te delen. Het is echt geen uitsloverij om te vertellen wat voor mooie dingen je in je klas bereikt. Starters en anderen kunnen daar in hun eigen lessen hun voordeel mee doen.”
Karen: “Geef niet op, want dan doen je leerlingen dat ook.”
Dieneke Blikslager
Handelingsgericht Werken
Als extra ondersteuning ontvingen ASKO-scholen begin van dit schooljaar het boek Handelingsgericht Werken van Noëlle Pameijer en Tanja van Beukering, een soort handleiding over HGW. Karen zat in een werkgroepje dat adviezen gaf over de inhoud: “HGW stelt de intuïtie van de leerkracht centraal ofwel: de kracht van de leerkracht.” Trudy: “Het boek beschrijft dat opvoeden over heel gewone dingen gaat, of je nu omgaat met een kind op wie een etiket is geplakt of niet. Uiteraard vraagt omgaan met druk of lastig gedrag wel extra energie. Opvoeden gaat nu eenmaal niet vanzelf.”
EIGENWIJZER
november 2011
9
Interview met de nieuwe ASKO-bestuursvoorzitter Diane Middelkoop
Musicus, jurist én ASKO-
bestuurder Maar liefst twintig jaar gaf Diane Middelkoop (51) met veel plezier muzieklessen aan leerlingen van 8 tot 80 jaar. Ze haalde er bij haar pupillen alles uit wat erin zat en focuste vooral op hun sterke punten. Met ASKO-medewerkers is ze hetzelfde van plan.
kan goed plannen”, verklaart Diane haar ja-woord van toen. “Plezierig was dat mijn man graag wilde helpen met de zorg voor de kinderen en het huishouden. En bovenal zag ik werken in het onderwijs als een mooie uitdaging.”
Talent voor beweging
Schaalvergroting in het onderwijs bleek ook in de Hoeksche Waard noodzakelijk. Dianes onderwijsorganisatie groeide onder haar leiding uit tot een scholenkoepel met maar liefst 23 scholen. Daarbij ontdekte ze dat ze talent had om mensen in beweging te zetten. Met haar vriendelijke overtuigingskracht kreeg ze de handen op elkaar voor plannen en initiatieven. Kennis van (arbeids)recht kwam bij het bestuurswerk goed van pas. Energiek als ze is, besloot Diane naast haar werk en de zorg voor haar gezin, rechten te gaan studeren. Eenmaal afgestudeerd, werkte ze als juridisch adviseur voor de Besturenraad, een orgaan dat de belangen behartigt van besturen en leidinggevenden in het protestants christelijk onderwijs. Vervolgens ging ze aan de slag als consultant voor de BMC groep. Diane richtte zich bij dit werk op organisatieonderzoek, procesbegeleiding van medezeggenschapsraden, mediation en coaching van docenten en leidinggevenden. In Amsterdam voerde ze bij stadsdelen verschillende interim-opdrachten uit in de sector ‘welzijn en onderwijs’. Zo leerde ze allerlei partijen kennen die actief zijn in het Amsterdamse onderwijsveld. Contacten, die in haar huidige werk voor de ASKO handig en belang-
Wilt u/wil jij Diane nog beter leren kennen? Lees dan haar antwoorden op onderstaande vijf extra vragen. Allergisch voor? “Populisme, zaken te simpel voorstellen, kort door de bocht gaan, ge-jamaar.” Hobby’s? “Twee keer in de week met een groepje 8 kilometer hardlopen is heilig. Concertbezoek. Koken voor lange tafels waaraan familie, vrienden
en bekenden zitten. Kamperen. Lezen.” Favoriete componisten? “Natuurlijk Johann Sebastian Bach, vanwege de balans tussen een gedegen analytische structuur en pakkende, ontroerende melodieën. Mozart is ook een favoriet. Van de romantici bekoort César Franck mij het meest. Zijn magistrale orgelmuziek ontroert me telkens weer.” Sterke en zwakke eigenschappen? “Integer, transparant, consequent
en koersvast: ik doe wat ik zeg. Daarbij sta ik open voor adviezen en houd ik eventuele veranderende omstandigheden in de gaten, ik heb de flexibiliteit mijn plannen bij te stellen als de situatie daar om vraagt. Bij het uitdelen van ‘geduld’ heb ik niet vooraan gestaan. Dat zie ik als een zwakkere kant van mijzelf.” Weet niet zeker of… “ik bij een eerstvolgend personeelsfeest achter de piano wil gaan zitten.”
rijk zijn. Haar achtergrond als musicus biedt voordelen die het Diane mogelijk maken haar werk als ASKO-bestuurder extra goed te doen. Bij musiceren is het belangrijk dat je vanuit je hart werkt en je gevoel laat spreken. “Dat heeft mijn inlevingsvermogen aangescherpt”, verklaart Diane. “Ik zie snel wat mensen bezighoudt.” Bij muziek denk je niet direct aan het ontwikkelen van analytisch vermogen. Toch is dat volgens Diane hard nodig om een goede muzikant te kunnen zijn: “Je moet bijvoorbeeld doorgronden waar baslijnen in een muziekstuk naar toe gaan. Om de structuur van een stuk te begrijpen én te kunnen spelen, moet je ook harmonie, ritme en melodie herkennen. Niet verwonderlijk dus dat sommige musici ook prima juristen zijn. Bij juridische kwesties zijn immers, net als bij muziekstukken, grondige analyses vereist.”
ASKO in 2014
Waar staat de ASKO in 2014? Die vraag kreeg Diane Passend Onderwijs en tal van andere thema’s is samenwertijdens haar sollicitatie naar de functie van bestuursvoorzitking met collega-besturen, overheidsinstanties en anderen ter voorgelegd. ‘Kwaliteit’ en ‘excellent onderwijs’ zijn haar noodzakelijk. ‘Samen sterker’ is dus een van de pijlers sleutelwoorden. Ze typeert een school van waarop Dianes toekomstvisie rust. Dat geldt kwaliteit als volgt. “Een school van kwaliteit: ook voor de samenwerking met ASKO-be“Musiceren heeft • heeft een visie stuurder Joop Overmars. In aanvulling op • is identiteitsbewust wat hij tot nu toe voor de ASKO heeft mijn inlevings- alles • heeft een krachtige schoolleider gedaan, streeft Diane naar nog meer binding en analytisch • heeft een goed functionerend lerarenteam en eenheid binnen de organisatie. “De • werkt systematisch ASKO moet buitenshuis bekender worden vermogen • heeft hoge verwachtingen van de leerlingen als een soort garantie voor excellent onder• legt verantwoording af.” aangescherpt” wijs: als ouder weet je dat een kind op een Vanuit deze visie wil Diane de komende jaASKO-school uitstekend onderwijs krijgt. ren met alle ASKO-collega’s werken aan verBinnenshuis zit het al wel goed met hoe dere verbetering van het onderwijs. Ze wil daarbij nadrukmensen tegen de ASKO aankijken. Tijdens een kenniskelijk aanhaken bij de doorontwikkeling van brede scholen makingsrondje dat Diane langs alle scholen maakte, viel en educatieve kindcentra. De ASKO-bestuursvoorzitter op hoe trots en warm medewerkers over hun werk en de vindt het wenselijk dat scholen in hun buurt samenwerASKO praten. “Die trots zegt veel en is absoluut niet vanken met diverse partijen om de ontwikkelingskansen van zelfsprekend”, weet Diane op grond van haar ervaringen kinderen te vergroten. Met de ASKO geeft ze graag sturing bij andere werkgevers. “Het is een genoegen om met zulke aan dit proces. Ook met ouders wil zij goed partnerschap positieve en gedreven mensen verder te bouwen aan de stimuleren. Op het gebied van bijvoorbeeld segregatie, kwaliteit van onderwijs.”
Tekst: Bettina van de Kar / Foto’s: Remko Scheepens
De ontwikkeling van pianolerares naar bestuurder van een onderwijsorganisatie lijkt niet voor de hand liggend. Toch is die een logisch vervolg op de carrière die Diane Middelkoop heeft opgebouwd. Haar loopbaan begon met een conservatoriumopleiding met als hoofdvakken ‘orgel’ en ‘klavecimbel’. Daarna gaf Diane concerten en muzieklessen. Ze trouwde met een man waar ook muziek in zit: sinds de jaren negentig is hij stadsorganist en -beiaardier van Rotterdam. Het muzikale paar kreeg vier kinderen. Toen de oudste een dreumesje van 4 was, werd Diane gevraagd lid te worden van een klein schoolbestuur met twee scholen in de Hoeksche Waard. Via haar muziekpraktijk had ze iemand leren kennen die al in dit bestuur zat. Deze vrouw, de moeder van een van de kinderen aan wie Diane pianoles gaf, vroeg haar alle voorzitterstaken op zich te nemen. “Ik heb veel energie en
10
High five
EIGENWIJZER
november 2011
EIGENWIJZER
november 2011
11
Gelukkige Regenboog
waku waku vogel Rekenklas
Rekenklas Twee jaar geleden begon ASKO-school De Regenboog een rekenklas voor kinderen die extra rekeninstructie en -oefening kunnen gebruiken. Dit leverde aantoonbaar betere schoolprestaties, groeiend zelfvertrouwen en extra rekenmotivatie op. Tekst en foto’s: Petra Nienhuis (RT De Rekenklas en rekencoördinator De Regenboog)
“Juf, beginnen we weer te rekenen met de bal?” Acht vijfde groepers komen de teamkamer van De Regenboog binnen. Potlood en gum in de hand, huiswerkmap onder de arm. Het is vrijdagochtend, tijd voor de rekenklas. In groep 4 tot en met 8 werken kleine groepjes van acht kinderen gedurende vijftig minuten aan basisvaardigheden rekenen, waarbij in de hogere groepen ook meten, wegen en schenken aan bod komen. In groep 5 beginnen de kinderen vandaag eerst met de tafels. Zij doen dat in de kring en werken volgens het principe van Douwe Sikkes: ‘ rekenen met de bal’. Makkelijke sommen wisselen moeilijke sommen af, afhankelijk van de vaardigheden van de kinderen. “Let op de som die je buurman krijgt, die helpt je bij jouw som.”
Daarna volgt het centrale gedeelte, waarin de leerkracht een rekenbewerking of rekenmodel behandelt via ‘modelling’ (hardop denkend voordoen). Hierna maken de kinderen zelfstandig de sommen af (het ‘voor-koor-door’ principe). De les eindigt met een spel. Favoriet zijn ‘het tellen met sprongen’, de ‘Waku-Waku’ vogel of ‘raad mijn getal’; afkomstig uit de methode ‘Met Sprongen Vooruit’ van Julie Menne. Uit onderzoek blijkt dat zwakke rekenaars meer rekentijd nodig hebben. Maar een kind extra werktijd geven om hem of haar zelfstandig het gekopieerde Maatwerkboekje (remediërende werkbladen) te laten uitwerken, leidt niet tot groter rekeninzicht. Wel helpen gerichte instructie en oefeningen met hun leerkracht de kinderen vooruit. Voordoen, samen doen en zelf doen: dat werkt. Bovendien moeten, volgens de fundamentele streefdoelen, ook aan zwakke leerlingen alle rekenonderdelen op niveau worden aangeboden. Dus: wel het basale inzicht in breuken, procenten en kommagetallen, niet de ingewikkelde bewerkingen. Dit vraagt om aanpassingen van de lesmethode zodat alle onderdelen aan bod komen, maar dan op een lager niveau. En het vraagt om aanpassing aan de instructie. De rekenklas is opgezet voor kinderen die extra rekeninstructie, oefening en zelfvertrouwen goed kunnen gebruiken (in Cito termen: D/E leerlingen).
Meten is weten
Uitgangspunt zijn zowel de realistische rekengedachte, waarbij inzicht en begrip van belang zijn, als de Craats-stroming, die zich op meer oefening richt (begrip door oefening). De kinderen werken met de belangrijkste realistische rekenmodellen zoals de getallenlijn. Daarbij wordt maar één strategie aangeboden (rijgen op de getallenlijn). Ze rekenen met de steunsommen (bijvoorbeeld de vriendjes van 10) en leren deze automatiseren en memoriseren (uit het hoofd). Omdat plezier en zelfvertrouwen belangrijke voorwaarden zijn om iets te leren, is het onderliggend
12
EIGENWIJZER
november 2011
Regenboogmotto bij alle activiteiten: ‘we doen alleen nog letjes zijn verzameld in een rekenorthotheek waar zowel maar dingen die we snappen en waardoor we plezier in leerlingen als leerkrachten uit kunnen lenen. Vlak voor elke rekenen krijgen’. Groep 7 & 8 werken elke vrijdagochtend vakantie is er een rekenspelletjesmiddag, waarbij er ook met het programma ‘Prototype van een Hulpprogramma altijd ‘lekkere’ rekenspelletjes zijn, zoals het schatten van rekenen-wiskunde groep 7/8’ . De Stichting Leerplan het aantal paaseitjes in een pot of het bouwen van stabiele Ontwikkeling maakte dit, in samenwerking met het CED. driehoeken met drop en cocktailprikkers. Populair is het Interactieve hoofdrekenactiviteiten, instructie over procen- rekenspreekuur op de vrijdagmiddag van 13.00-13.30. Alle ten en kommagetallen, maar ook digitale tijd en meetkunde kinderen (ook degenen die niet aan de rekenklas meedoen) komen aan bod. De kinderen leren werken met bijvoorzijn welkom voor het bespreken van een rekenprobleem beeld een duimstok, rolmaat en maatbeker. Ook presenteuit hun rekenboek. Soms sturen juf of meester hen naar ren zij hun resultaten aan elkaar. Aan breuken besteden zij het spreekuur, maar meestal komen de kinderen op eigen extra aandacht vanuit Maatwerk. Vanaf groep 7 gebruiken verzoek. “Juf kunt u me helpen met deze sommen?” Ook is de kinderen opzoekboekjes van Cijferhaai (voor kinderen er voor kinderen de mogelijkheid om extra te oefenen met met dyscalculie en andere leerstoornissen), de Rekentuin, een adaptief rekencomputerwaarin zij bewerkingen die ze niet kunprogramma ontwikkeld door de VU om te “Voordoen, nen onthouden, opzoeken (persoonlijke automatiseren. samendoen opzoekboekjes). Voor de groepen 4, 5 & 6 stellen we een programma uit Maatwerk Schoolbreed en zelf doen: samen rond de getallenlijn (tellen, getallen De rekenklas is een succes. Wie naar de redat werkt” plaatsen, springen en rijgen) en het rekenen kenklas toetsen en de LVS rekentoetsen kijkt, met de bouwstenen (zoals de vriendjes van kan bij alle kinderen die meedoen, vooruit10, dubbelen, 10-som, 9-som). We bestegang zien. Daarnaast nemen hun zelfvertrouden ook aandacht aan de tafels en deeltafels (springen op wen en rekenmotivatie toe. De rekenklas kan de extra hulp de getallenlijn en rekenen met steunsommen), het rekenen bieden, waarvoor in de ‘gewone’ klas vaak geen ruimte en met grote getallen, cijferen en de rekenmachine. tijd is. Het regelmatige overleg met de rekencoördinator, maar ook onderling tussen leerkrachten van de bouw, Rekenspreekuur geeft een impuls voor het rekenonderwijs in de klas. Rekenspelletjes zijn een belangrijk onderdeel van de Ook ondersteunen de gegevens uit de rekendossiers het rekenklas. Behalve dat elke rekenklas daarmee begint schrijven van de verslagen, het aanvragen van onderzoek en eindigt, worden rekenspelletjes ook gebruikt om de bij de schoolbegeleidingsdienst of het middelbare school bouwstenen en tafels te automatiseren. Dit kan om speciaal advies. Ouders zijn blij met hun enthousiaste kinderen met voor het rekenonderwijs ontwikkelde spelletjes gaan, maar meer zelfvertrouwen. En ook leraren zijn verheugd over de ook om bekende bordspelletjes waarmee de kinderen hun resultaten. De rekenklas levert dus schoolbreed meer op rekeninzicht en -plezier kunnen vergroten. De rekenspeldan vijftig minuten extra rekentijd. Wat en hoe
De rekenklas is handelings- en opbrengstgericht. Bij elk deelnemend kind werd een PDO (een pedagogisch didactisch rekenonderzoek) afgenomen, zodat duidelijk is wat het kind al beheerst en waar hij of zij vastloopt. Per kind wordt een handelingsplan geschreven waarin staat wat nodig is om de komende periode beter te leren rekenen. Dat kan passen binnen het programma van de rekenklas, maar dat kan ook een eigen leerlijn zijn. Er zijn zes wekelijkse toets- en evaluatie momenten, maar ook halfjaarlijkse evaluaties waarin de Citotoetsen en Tempotoetsen van het LVS worden meegenomen. Er is regelmatig overleg tussen de leerkracht en de reken-
EIGENWIJZER
november 2011
coördinator. Ook krijgen de kinderen halfjaarlijks een beoordeling van hun activiteiten in de rekenklas. Ieder kind heeft een eigen rekendossier met daarin de oplossingsgerichte handelingsplannen, toetsen en evaluaties. De kinderen beoordelen de rekenklas halfjaarlijks. Vanuit de rekenklas is er
per Montessoribouw een rekendocument opgesteld. Per bouw (OB; MB; BB) is vastgelegd wat de doorgaande lijnen rekenen zijn en wat de speerpunten per jaar zijn, hoe het Montessorimateriaal en de rekenmethode worden gebruikt, welke vormen van instructie wanneer worden ingezet, hoe de verbeterpunten worden gerealiseerd en welke wensen en plannen er voor het komende jaar zijn. Daarnaast is er, op basis van de Cito reken- en tempo LVS toetsen, een datamuur per klas opgesteld, zodat duidelijk is wie de instructieonafhankelijke, instructiegevoelige en instructieafhankelijke kinderen zijn. Halfjaarlijks worden de toetsgegevens uit het LVS met het hele team besproken.
13
2012
Afgelopen zomervakantie werkten maar liefst 82 leerlingen van 23 basisscholen in Nieuw West, waaronder diverse ASKO-scholen, aan het verbeteren van hun reken-, taal- en sociale vaardigheden. Deze Zomerschool levert aantoonbaar succes op. Een dringende oproep om ook voor 2012 en volgende jaren voldoende financiën beschikbaar te stellen, kan de gemeente dus toch niet zomaar negeren?
Foto: Nancy Optenkamp
Op de bres voor de Zomerschool
COLUMN
t een Theo Durenkamp ontvang w-West eu Ni delegatie van D66 uit
Hoog bezoek
De Zomerschool werd de afgelopen drie jaren gefinancierd met subsidie van Stadsdeel Nieuw West. Voor de komende jaren is nog geen subsidie toegezegd. Reden voor de projectleiding om in de media veel aandacht voor De Zomerschool te vragen en plaatselijke politici op de school uit te nodigen. Deelraadslid Ellen van Slagmaat (D66) en stadsdeelwethouder Jesse Bos (PvdA) kwamen graag op bezoek. Dit resulteerde in een uitnodiging voor een presentatie over de Zomerschool tijdens een stadsdeelvergadering op 28 september 2011.
En nu?
Iedereen die bij de vergadering was, blijkt het over één ding roerend eens: De Zomerschool heeft zich een vaste plek in Nieuw-West verworven en voorziet in een duidelijke en vooral stijgende behoefte. Naar verwachting wordt dit najaar een besluit genomen over financiële middelen, waarmee De Zomerschool verder kan. De ASKO houdt u op de hoogte.
Tekst Theo Durenkamp en Bettina van de Kar
Geen vakantie-oord
Foto’s: De Schatkamer
Veelgehoord misverstand is dat De Zomerschool een soort vakantie-oord is vanwege het aantrekkelijke middagprogramma met educatieve, sportieve en creatieve activiteiten. Maar in de ochtenduren werken de kinderen keihard aan het uitbreiden van hun woordenschat, taalbegrip en het verbeteren van lees- en rekenvaardigheid. Deelnemers aan De Zomerschool 2011 kunnen daardoor in dit nieuwe schooljaar een stoere start maken in groep 8 en hebben verhoogde kans op goede schoolprestaties in het voortgezet onderwijs.
Kinderen van Amsterdam
De extra lessen in de zomer stelden deze keer het thema ‘Kinderen van Amsterdam’ centraal. De kinderen maakten op leerzame wijze kennis met het Amsterdam van toen, nu en in de toekomst. Ze bezochten onder meer het Rembrandthuis en de Noord-Zuidlijn, leerden wat ‘archeologie’ inhoudt, deden Oudhollandse spelletjes en maakten een animatiefilm aan de hand van het boek ‘Kinderen van Amsterdam’. 14
EIGENWIJZER
november 2011
Patty Roos geeft les aan groep 3 van De Achthoek, een ASKO-school op Zeeburg. In E I G E N WIJZER beschrijft Patty wat zij zoal meemaakt met haar leerlingen.
Wekelijkse gymrituelen Op maandag geef ik zelf gym. Dat doe ik natuurlijk hartstikke leuk en goed doordacht met oplopende leerlijnen en ook van de technische kant van het bewegen weet ik álles af. Euh… ik maak er het beste van, de kinderen blijven in beweging en hebben plezier. Nee, maar dan de woensdaggym. We proudly present: meester Daam! Ouders brengen hun kinderen ’s morgens naar de gymzaal en ik haal ze wekelijks na de gymles op om met zijn allen richting school te lopen, een ritueel waar ik erg van ben gaan houden. We steken pittige stukken over (wat letten de kinderen toch goed op, wat doen ze dat goed), kletsen gezellig en ik zie ik elk seizoen begroeiing en omgeving met het weertype mee veranderen. Dat alles maakt dat ik op deze wandeling gesteld ben geraakt. Al bij het naderen van de gymzaal hoor geven? Dan geniet ik wel, maar ik wat rumoer: het zijn de gymmende het is tóch anders. kinderen van mijn groep. Ik word er blij Meester Daam rondt de les af “Ik geniet van, werp een stiekeme blik naar binnen en spreekt het ‘tot volgende en sneak de lange gang door. In de week!’ uit. De kinderen gaan van het kijken naar kleedkamer doe ik mijn schoenen uit en naar de kleedkamer, Daam en al die koppies” ik blijf even luisteren naar alle energieke ik kletsen nog wat na. Daarna geluiden vanuit de zaal. Dan loop ik ga ik naar mijn klas toe om elke rustig naar binnen en installeer me op week hetzelfde flauwe grapje een bankje waar ik de laatste vijf minute maken. Deur open, mijn ten even mee kan maken. De kinderen blijven heerlijk hoofd streng om de hoek heen en dan met een flinke gymmen. Sommige zwaaien even, van anderen krijg ik frons “JAAA Jongens en meisjes!! Ik tel tot TIEN en dan een grote lach en een enkeling roept enthousiast mijn is iedereen omgekleed, begrepen?!” Ik krijg lachend naam. Ik geniet van het kijken naar al die koppies die protest en iedereen gaat door met omkleden. Uiteindoor de ruimte slierten en bewonder het scala aan delijk raap ik de laatste vergeten roze sok op en een creatieve toestellen dat Daam deze week weer heeft enkele gymschoen. Wanneer we de rij maken om naar opgesteld. Meestal bof ik als ik de laatste minuten school te gaan, houd ik de kledingstukken in de lucht. meekijk. Vaak worden die ingeruimd voor bewegen “Allemaal nú even kijken! Van wie is deze sok?” op muziek; altijd een extreem vrolijk moment. “Niet van mij!” klinkt het van alle kanten. Ik scan mijn klas. Is iedereen er vandaag? Ik zie nieuwe “Ik hoef niet te weten van wie het niét is, ik wil weten dingen van mijn kinderen die ik nog niet wist, maar bo- van wie het wèl is!” venal raak ik elke week opnieuw ontroerd en vult mijn Geen respons. hart zich met warmte bij het zien van mijn klas. Waarom OK, dan zijn we er klaar voor om gezellig met zijn allen is het toch zo ontzettend leuk om naar je eigen groep de vaste gang naar school te maken. te kijken zonder dat je zelf lesgeeft? En waarom heb Een dag later komt een moeder naar me toe. Of we ik dat specifieke gevoel niet wanneer ik zelf les sta te misschien een roze sok gezien hebben…? EIGENWIJZER
november 2011
15
SCHOOL
& BUURT
It takes a brede school to raise a child ofwel: samen voeden we de kinderen op. Vanuit die gedachte werkt de brede Mgr. Bekkersschool intensief samen met allerlei organisaties op het gebied van sport, onderwijs en welzijn. Samen kunnen alle partijen het beste uit kinderen halen.
“Een aantal vaders zit werkloos thuis”, zegt hij. “Ik wil stimuleren dat ze hun huizen uitkomen en actief meedoen in onze samenleving.”
Talentmakelaars
Partners in opvoeding De Mgr. Bekkersschool staat in Nieuwendam (AmsterdamNoord), een van de veertig Vogelaarwijken waar extra inspanningen nodig zijn om leefomstandigheden te verbeteren. De werkloosheid is in Nieuwendam bovengemiddeld en verschillende wijkbewoners zitten net op of onder de armoedegrens. Meer dan de helft van de buurtbewoners is van niet-Nederlandse afkomst en spreekt slecht Nederlands. Een betere en veilige wereld begint thuis, op school en in de wijk. “Daarom is een brede school hard nodig”, vindt Leen van Netten, directeur van de Mgr. Bekkersschool. Zijn brede school heeft sport-, onderwijs- en welzijnsvoorzieningen, zoals oudercursussen, logopedie en maatschappelijk werk, onder één dak samengebracht. Leen werkt ook warm samen met allerhande maatschappelijke en sportorganisaties in de buurt.
Vadervoetbal
Tekst: Bettina van de Kar
16
De school ziet ook ouders als partners met wie goede samenwerking essentieel is. “Onze hele brede schoolopzet is er dan ook op gericht hen sterk bij het onderwijs te betrekken”, vervolgt Leen, “bijvoorbeeld met oudercursussen en voorlichtingsbijeenkomsten.” Oudercontactmedewerker Inge Koster, moeder van een leerling die op de Bekkersschool zit, organiseert naai- en zumbalessen, koffieochtenden en creatieve activiteiten. “Ik ben toegankelijk en laagdrempelig”, zegt ze. “Tegen een leerkracht wordt vaak opgekeken. Voor advies en informatie kloppen moeders daarom soms liever bij mij aan.” Voor vaders is er sinds kort voetbal in de grote sporthal op de tweede etage van de school. Bij mooi weer spelen zij op het openbare speelveld, vlakbij de Mgr. Bekkersschool. Leen organiseert ook avonden voor vaders waarop hij met hen over opvoeden praat of uitlegt wat de Citotoets inhoudt.
EIGENWIJZER
november 2011
Holland’s got talent. Onder dit motto werkt de Bekkersschool samen met zogeheten externe talentmakelaars die voor alle kinderen uit Nieuwendam naschoolse activiteiten organiseren en coördineren. Veel daarvan vinden veelal plaats in de sportzaal of klaslokalen van de school. De Bekkersschool kan zo al vroeg talent van haar leerlingen opsporen, herkennen en stimuleren. De kosten van die naschoolse activiteiten liggen lager dan contributiegelden van reguliere sport- en andere hobbyclubs. Zo worden, met name voor kinderen uit gezinnen met lage inkomens, allerlei vormen van vrijetijdbesteding toegankelijker. “Op dit moment blijkt handbal populair”, zegt Leen van Netten. “Want dat wordt gegeven door een trainer van een club uit Nieuwendam die op hoog internationaal niveau speelt.” Catharina Tuyp geeft na schooltijd technieklessen op de Bekkersschool. Met proefjes brengt ze kinderen onder meer de grondbeginselen van elektriciteit bij. “Het lijkt wel toveren”, roepen die vaak enthousiast. Met zijn allen timmeren, slaat eveneens aan. “Mijn lessen werken twee kanten uit”, vertelt Catharina. “Kinderen worden enthousiast over techniek en handvaardigheid. Tegelijk breiden zij hun woordenschat uit. Spelenderwijs leren ze woorden als ‘gereedschapskist’, ‘stopcontact’ en ‘stekkerdoos’.” Al een tijdje gaan er veel buurthuizen dicht als gevolg van bezuinigingen van de overheid. “Daarmee zijn onze naschoolse activiteiten voor kinderen uit de wijk extra noodzakelijk”, concludeert Leen.
Weekendstudenten
Kennis over geschiedenis, kunst, godsdienst, taal en levensbeschouwing laat bij veel kinderen te wensen over. Op verzoek van de Bekkersschool spijkert Lorenzo van Dijk van de Stichting voor Kennis en sociale Cohesie (SKC) die kennis bij. Om leerlingen van groep 7 en 8 meer te leren over onze samenleving neemt hij hen op zondagen mee op excursie. Ze gaan dan bijvoorbeeld naar het Spoorweg- of Geldmuseum. Met de trein daarnaar toe reizen is volgens Lorenzo voor sommige kinderen al een hele belevenis. “Bij een aantal is thuis geen geld beschikbaar voor leuke uitjes. Anderen hebben ouders die nauwelijks cultureel geïnteresseerd zijn en museumbezoek daarom niet stimuleren.” Lorenzo brengt de kinderen ook meer bij over diverse geloofsovertuigingen en bezoekt met hen een synagoge of katholieke kerk. “In zo’n kerk mogen ze dan in de biechtstoel zitten of de klokken luiden. Prachtig vinden ze dat en ze leren meteen spelenderwijs wat ‘biechten’ inhoudt. Bovendien bevorderen we met onze weekenduitjes tolerantie en respect voor andere meningen, religies en overtuigingen.”
EIGENWIJZER
november 2011
Maatschappelijk werk
Ronny Bohnenn is maatschappelijk werkster op de Mgr. Bekkersschool. “Doorverwijzen naar zorgverleners die buiten de school actief zijn, werpt voor veel ouders een te hoge drempel op”, meent zij. “Taalproblemen en angst voor het onbekende kunnen er toe leiden dat zij de stap naar hulpverleners te groot vinden, zeker als die zich aan de overkant van de straat of nog verder weg bevinden. De stap naar een vertrouwd gezicht binnen de school is sneller en makkelijker te zetten.” Daarnaast bevordert nauw contact met het onderwijsteam van de Bekkersschool dat kinderen sneller en beter geholpen worden. “Als leerkrachten signaleren dat kinderen of ouders problemen hebben die van invloed zijn op leerprestaties of de opvoeding, kan ik in goed overleg met ouders en school vlug actie ondernemen”, legt Ronny uit. “Deskundigen van buiten de school bijpraten en inschakelen, is omslachtiger en kost meer tijd. Een leraar attendeerde mij bijvoorbeeld op een jongetje dat heel eenzaam overkwam. Omdat zijn moeder geen Nederlands sprak, had hij weinig contacten. De moeder is alleenstaand en is vaak weg was om de kost te verdienen. Het jongetje zat dan veel alleen. Met behulp van een tolk heb ik contact met de moeder kunnen maken. Met haar instemming en in samenwerking met de school is daarna tot actie overgegaan. We regelden naschoolse activiteiten om de jongen meer kansen te geven om vrienden te maken en zijn talenten te ontplooien. Ook is hij na schooltijd mee gaan doen met de voetbaltrainingen in onze gymzaal. Zijn moeder hoeft hem dan niet te brengen of te halen. Dat maakt het naschoolse voetbal laagdrempeliger voor hem dan trainingen bij een club elders in de wijk. Het jongetje is opgebloeid, spreekt beter Nederlands en heeft zelfs al wat vriendjes. Dat geeft voldoening. Dankzij zo’n brede school kan ik bruggen slaan die kinderen en hun ouders vooruit helpen.” “In samenwerking met vele anderen willen wij ervoor zorgen dat onze leerlingen opgroeien in een veilige en gelukkige leefsituatie met ruimte voor het ontwikkelen van hun talenten en sociale vaardigheden”, stelt Leen. “Dat vergroot hun kansen in het voortgezet onderwijs en hun verdere leven.”
17
ASKO fette met Marco Dekker Loopbaan? Na heel veel uren rond de tafeltennistafel, slaagde ik in 1996 voor mijn pabodiploma. Daarna werkte ik drie jaar op de OBS De Weremere in Wormerveer. Ik begon in groep 3, later volgde een 6/7 combinatie. Ik stapte over naar ‘t Vogelnest in Amsterdam-Noord, waar ik gedurende drie jaar voornamelijk in groep 8 lesgaf. Daarna volgde een jaar op OBS De Joop Westerweel. Tot aan de kerstvakantie stond ik voor een groep 8. Vervolgens kreeg ik er nog een groep 8 met vijftien extra leerlingen bij. Hoewel ik er een moeilijk jaar had omdat de organisatie op die school beroerd geregeld was, had ik het met de kinderen geweldig naar mijn zin. Voorafgaand aan mijn directeurschap op de A.Bekemaschool gaf ik vijfeneenhalf jaar met heel veel plezier les op OBS De Witte Olifant, voornamelijk in groep 7 en 8. Ook was ik op deze school bouw- en cultuurcoördinator. Leuk aan werken in het onderwijs is... Dat ik er mijn creativiteit in kwijt kan en mijn talenten naar bovenkomen. Ook omdat ik denk dat een kleine groep mensen voor een heel grote groep mensen zeer belangrijk kan zijn. Maar zeker ook omdat kinderen, veel meer dan volwassenen, vergevingsgezind zijn en zich nog oprecht ergens over kunnen verbazen. En omdat ik mij nog oprecht kan kwaad maken als kinderen en onderwijs onrecht wordt aangedaan. Hoe was je zelf als kind? Laat ik het zo zeggen: puur kijkend naar hoe ik zelf als leerling was, kan ik
18
nu, als leerkracht, de ‘moeilijke leerlingen’ donders goed begrijpen. Mooiste boek/ muziek/film? Ik word over het algemeen erg blij van kunst die wat donkerder is. Bands die mij raken, zijn: Joy Division en Nick Cave & The Bad Seeds. De film die ik ondertussen ongeveer twintig keer heb gezien is ‘The Usual Suspects’. En ‘Pulp Fiction’ biedt een briljante combinatie van geweldige muziek, sfeer, dialoog en beeld. Qua boeken, wil ik ‘Aanwezig’ van Jerzy Kosinski aanbevelen. Dit boek is verfilmd en was de laatste film met Peter Sellers. Een briljante aanklacht tegen het politieke systeem in de VS, tegelijk beschrijft het verhaal hoe nu de politieke situatie in Nederland is. Ook prachtig zijn de boeken van Kafka en Céline.
De school waar ik werk, is een fijne school, omdat… Ik kreeg voor de vakantie een boek van een collega van mij. ‘Passie’ is, volgens een verhaal uit dit boek, iets waar je bij wilt zijn en waar je eigenlijk niet zonder kan. Ik zie elke dag op de Bekema hoe mooi onderwijs kan zijn en ben ongelooflijk blij dat ik daar een onderdeel van mag zijn.
Ideale collega? Het mooie van het directeurschap is dat je mag kiezen met wie je wilt samenwerken. Ik hou van mensen die kwaliteit met liefde voor het onderwijs combineren. Ik voel mij bevoorrecht dat mijn team, regiomanager Trudy Pas en de externen met wie ik mag samenwerken, zoals Roland Schut, die combinatie in zich herbergen.
Ergert zich aan… Heel erg aan de berichtgeving omtrent onderwijs. En nog meer aan de onwetendheid van de beleidsmakers (lees: politici). Maar ook aan de slachtofferrol die we ons binnen het onderwijs aanmeten. Ik vind de opstelling te reactief en zie graag dat we ons meer als een ondernemer opstellen: iemand die kansen ziet en ook grijpt.
Trots op? Ik ben trots op het feit dat onze school heeft laten zien dat mooi en boeiend onderwijs ongelooflijke resultaten kan opleveren en dat we professionaliteit met welbevinden combineren. Misschien is dat wat Marion Mulder in het vorige nummer bedoelde met mijn relativerende vermogen…
Als ik directeur van de ASKO was, dan zou ik… Constant vertellen hoe geweldig ons vak is en hoe groot onze verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat ontwikkeling essentieel is en dat het streven naar excellentie in alle facetten van onderwijs belangrijk is. Verliefd, verloofd, getrouwd? Verliefd en getrouwd. Mijn vrouw is het daarmee eens. Ik wil graag een keer op de foto met… De Franse actrice Béatrice Dalle. De foto mag gemaakt worden door onze huisfotograaf Esmee van Loon. Zij is trouwens ook onze schoolfotograaf. Haar kan ik bij iedereen van de ASKO aanraden (zie onze website).
EIGENWIJZER
november 2011
EIGENWIJZER
november 2011
Wat doe je het liefst in je vrije tijd? Vrij zijn. Fijnste vakantiebestemming? IJsland. Als God bestaat, dan is dat qua natuur zijn beste werk geweest. Held(en)? Er zijn verschillende mensen in mijn leven die mij zo goed kennen dat halve woorden en zinnen genoeg zijn om elkaar te begrijpen. Zij zijn mijn helden. Degenen over wie ik het heb, zal ik deze zin laten lezen. Dondersteentjes in de klas? Dit is een gouden tip: Ze zijn nog maar een kind, zoek hun ingang! Aan wie geef je het stokje van deze rubriek door en waarom? Ik geef het stokje door aan juf Kathelijne en juf Maartje van de Achthoek. Ik wil hierin geen keuze maken. De meest belangrijke reden waarom ik aan hen het stokje doorgeef, is dat zij mij thuis dagelijks laten zien hoe mooi ons vak is. Elke dag gaat onze dochter Jelena met veel plezier naar school. Ik zie en waardeer in hen de oprechte aandacht in elk kind in hun groep, en het plezier waarmee zij lesgeven.
Colofon nummer 21, november 2011. Uitgave van de Amsterdamse Stichtingen voor Katholiek Onderwijs (ASKO), verschijnt vier keer per jaar voor alle medewerkers van de ASKO. EIGENWIJZER
Redactie: Melissa Bakker (identiteitsbegeleider), Charles Dams (leerkracht Willibrordschool), Sanne van der Linden (bovenschools coördinator ASKO OPLIS), Frans Niekel (directeur De Waaier), Patty Roos (leerkracht De Achthoek), Jan-Willem van Schendel (regiomanager). Hoofdredactie: Nancy Optenkamp Eindredactie: Bettina van de Kar (A5 Schrijfbedrijf ) Vormgeving: Ontwerp basislayout: Floor Leemans, BeeldinZicht Opmaak: Judith Vissel Druk: W.C. den Ouden Oplage 1200 Coverfoto: Hanneke Verkleij Cartoons: Wim Dolk Redactie-adres: ASKO-personeelsblad Postbus 87591 1080 JN Amsterdam
[email protected] Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder toestemming van de redactie
Post voor E I G E N W I J Z E R Bent u ergens voor of tegen? Hebt u op uw school iets meegemaakt wat u met anderen wilt delen? Is een leuke onderwijsfoto het publiceren waard? Wilt u een collega in het zonnetje zetten of hebt u één of meer tips over een moeilijk onderwijsprobleem? Mail dan naar
[email protected]. of
[email protected] 19
EIGENWIJZER
november 2011