N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'
Inhoudsopgave
Woord vooraf Lijst van afkortingen Hoofdstuk 1 1.1 1.2 1.3 1.4
1.5
Inleiding De mogelijkheden De vraag De methode 1.4.1 Het afzetten van de verplichting tegen de andere bestaande mogelijkheden 1.4.2 Externe rechtsvergelijking Samenvattend
Hoofdstuk 2 2.1 2.2 2.3 2.4
Inleiding op het onderwerp, presentatie van de onderzoeksvraag
Geschiedenis
Inleiding Jurisprudentie en wetgeving in de 19e eeuw Pothier Enkele commentaren op de Code 2.4.1 Inleiding 2.4.2 Commentaren op de Code 2.5 De codificatie in Nederland 2.5.1 Inleiding 2.5.2 Bedoeling van de wetgever 2.6 De rechtspraak in de 19e eeuw 2.6.1 Inleiding 2.6.2 De Leidse Schouwburg 2.6.3 Latere rechtspraak 2.7 De literatuur in de 19e eeuw 2.7.1 Inleiding 2.7.2 De commentatoren 2.7.3 De mening van Feith 2.8 Het arrest Blaauboer/Berlips 2.9 Na 3 maart 1905 2.10 Het Ontwerp NBW 2.10.1 De toelichting van Meijers 2.10.2 De reacties op het Ontwerp
v xv 1 1 2 4 5 5 6 6 9 9 10 10 12 12 13 14 14 15 15 15 16 17 18 18 19 21 22 23 26 27 28
N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'
viii
DE KWALITATIEVE VERPLICHTING
2.10.3 2.10.4 2.10.4.1 2.10.4.2 2.10.5 2.10.6
De mening van Van der Ploeg Het preadvies Maeijer/Smalbraak De visie van Maeijer De visie van Smalbraak De reacties van Lubbers en Van Opstall De Commissie Verbintenissenrecht van de Broederschap der Notarissen 2.10.7 Pitlo en Rijtma 2.11 De verdere parlementaire ontwikkeling 2.11.1 Het voorlopig verslag 2.11.2 De Memorie van Antwoord 2.11.3 Curaçao/Boyé 2.11.4 Weer een aanpassing 2.12 Samenvatting
32 33 34 35 35 40 41 41
Hoofdstuk 3
43
3.1 3.2
3.3 3.4 3.5 3.6
3.7 3.8
3.9
Inhoud
Inleiding De inhoud van de basisverplichting volgens de wetgever 3.2.1 De inhoudelijke beperking bij de erfdienstbaarheid 3.2.2 De grenzen van de limitering 3.2.3 Nevenverplichtingen om te doen 3.2.4 De inhoudelijke grenzen bij de kwalitatieve verplichting 3.2.5 De vervreemdingsbeperking van lid 5 Duurovereenkomst Het boetebeding De tegenprestatie Het kettingbeding 3.6.1 Binding van derden aan kettingbedingen 3.6.2 Relevante civiele rechtspraak 3.6.3 De inconsequentie van de wetgever 3.6.4 Problemen geëcarteerd? 3.6.5 Alternatieve oplossingen Het nutsvereiste 3.7.1 Het nutsvereiste bij de erfdienstbaarheid Wijziging van de inhoud van de verplichting 3.8.1 Wijziging van de inhoud van de erfdienstbaarheid 3.8.2 De verhouding tussen de diverse artikelen 3.8.3 Afwijken van de beschermende bepalingen 3.8.4 Voorziene of voorzienbare omstandigheden? 3.8.5 Wijziging ten aanzien van gebruikers Samenvatting
28 29 29 31 32
43 45 48 51 54 55 57 59 59 61 63 64 65 67 69 70 71 71 73 76 77 78 79 79 80
N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'
INHOUDSOPGAVE
Hoofdstuk 4 4.1 4.2 4.3
4.4
4.5
4.6
4.7
Inleiding De totstandkoming van de basisovereenkomst 4.2.1 Vormvereisten 4.2.2 Overige vereisten De totstandkoming van de overeenkomst tot kwalitatief maken 4.3.1 Vormvrijheid 4.3.2 Bij overeenkomst 4.3.3 De kwalificatie hulpovereenkomst De kwalitatieve verplichting in goederenrechtelijk perspectief 4.4.1 Een geldige titel 4.4.2 De levering 4.4.2.1 Wat moet worden ingeschreven? 4.4.2.2 Moeten beide partijen meewerken aan inschrijving? 4.4.3 Een ‘toebehorend’ registergoed: is beschikkingsbevoegdheid vereist? 4.4.3.1 Beschikkingsbevoegdheid 4.4.3.2 Het ‘te belasten’ object 4.4.4 Kan een kwalitatieve verplichting worden ‘gevestigd’ op een toekomstig registergoed (art. 3:97 BW)? Ontstaan op andere wijze(n) 4.5.1 Ontstaan door verjaring van een erfdienstbaarheid 4.5.2 Ontstaan door verjaring van een kwalitatieve verplichting? Ontstaan en derdenbescherming 4.6.1 Artikel 3:24 BW 4.6.2 Artikel 3:88 BW 4.6.3 Artikel 5:110 BW Samenvatting
Hoofdstuk 5 5.1 5.2 5.3
Ontstaan
Het kwalitatieve karakter en de binding van rechtsopvolgers en gebruikers
Inleiding De grens tussen verkrijgers en gebruikers Aard en grondslag en aard van de binding van verkrijgers 5.3.1 De aard van de binding van verkrijgers 5.3.2 De grondslag van de binding van verkrijgers 5.3.2.1 De binding van verkrijgers in het licht van schuldoverneming 5.3.2.2 Bedongen zekerheidsrechten
ix 81 81 82 83 83 84 84 85 86 87 88 90 91 93 94 97 97 98 99 99 100 101 101 104 105 106 107 107 108 110 110 112 113 115
N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'
x
DE KWALITATIEVE VERPLICHTING
5.3.2.3
5.4
5.5 5.6
Aansprakelijkheid voor tekortkomingen/bedongen renten en boeten De binding van gebruikers 5.4.1 Wie zijn de te binden gebruikers? 5.4.2 Wat is ‘medebinding’? 5.4.2.1 Pluraliteit van debiteuren? 5.4.2.2 Gevolgen van hoofdelijkheid 5.4.3 De inhoud van de verplichting voor de gebruikers 5.4.4 Gebruikers en de tegenprestatie 5.4.4.1 Cessie van het recht op de tegenprestatie 5.4.4.2 Een derdenbeding 5.4.4.3 Gevolgen van het verkrijgen van een recht op tegenprestatie 5.4.5 Gevolgen van tekortschieten door de crediteur Verkrijging van de rechthebbende 5.5.1 Zullen verkrijgen Samenvatting
Hoofdstuk 6 6.1 6.2 6.3
6.4
Tenietgaan
Inleiding Schending van de kwalitatieve verplichting Het tenietgaan van verbintenissen 6.3.1 Tenietgaan door nakoming 6.3.2 Tenietgaan door opzegging 6.3.2.1 Opzegging bij de kwalitatieve verplichting 6.3.3 Tenietgaan door ontbinding 6.3.3.1 Gevolgen van ontbinding van de basisovereenkomst 6.3.3.2 Gevolgen van ontbinding van de overeenkomst tot kwalitatief maken 6.3.4 Tenietgaan door vermenging 6.3.5 Tenietgaan door afstand (en kwijtschelding) 6.3.6 Tenietgaan door verrekening 6.3.7 Tenietgaan door vernietiging 6.3.8 Tenietgaan door verjaring Het tenietgaan van beperkte rechten 6.4.1 Het tenietgaan van beperkte rechten algemeen 6.4.2 Zuivering 6.4.2.1 Vereisten voor zuivering 6.4.2.2 Gevolgen van zuivering 6.4.2.3 Zuivering en de kwalitatieve verplichting 6.4.2.4 Executie door de beslaglegger 6.4.2.5 Conclusie ten aanzien van de zuivering
115 116 116 117 119 120 121 122 123 124 125 126 127 129 129 131 131 132 133 133 134 136 136 137 138 138 140 141 141 142 144 145 146 147 147 148 152 153
N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'
INHOUDSOPGAVE
6.5 6.6 6.7
Het eindigen van de binding van gebruikers 6.5.1 Opzegging door gebruikers 6.5.2 Vermenging Tenietgaan en derdenbescherming Samenvatting
Hoofdstuk 7 7.1 7.2 7.3
7.4
7.5 7.6
7.7 7.8
Inleiding Faillissement algemeen 7.2.1 Niet door het faillissement bestreken vermogen; hoogst persoonlijke rechten Verbintenissen om te dulden of niet te doen in faillissement algemeen 7.3.1 De ‘complete’ kwalitatieve verplichting in faillissement 7.3.2 Gebondenheid van de curator in de ‘rusttoestand’ 7.3.3 De opzeggingsbevoegdheid van de curator De verplichting was nog niet ‘compleet’ 7.4.1 Vóór faillissement was er slechts een basisovereenkomst 7.4.2 De overeenkomsten bestaan al, er is nog geen notariële akte 7.4.3 Alleen de inschrijving in de openbare registers ontbreekt 7.4.3.1 Is beschikkingsbevoegdheid noodzakelijk? De rol van artikel 37 Fw. bij de verplichting in faillissement 7.5.1 De verplichting is nog niet compleet 7.5.2 De verplichting was al wel compleet Handelen van de failliet vlak vóór of na het intreden van het faillissement 7.6.1 Schending van de verplichting tijdens faillissement door de failliet Beslag Samenvatting
Hoofdstuk 8 8.1 8.2 8.3
Faillissement en beslag
Duits recht
Inleiding Het wettelijk systeem 8.2.1 De te vergelijken rechten De Dienstbarkeiten 8.3.1 De Grunddienstbarkeit 8.3.1.1 Het ontstaan 8.3.1.2 De inhoud van de Dienstbarkeit 8.3.1.3 Wijziging van de inhoud
xi 154 154 154 154 157 159 159 159 160 161 163 164 166 166 167 168 168 169 171 172 173 174 175 176 178 181 181 181 183 184 185 185 187 190
N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'
xii
DE KWALITATIEVE VERPLICHTING
8.3.1.4 8.3.1.5 8.3.1.6 8.3.2 8.3.2.1
8.4
De mogelijke begunstigde(n) De tegenprestatie Tenietgaan van de Dienstbarkeit De beschränkte persönliche Dienstbarkeit Ontstaan en inhoud van de beschränkte persönliche Dienstbarkeit 8.3.2.2 De begunstigde(n) 8.3.2.3 Onoverdraagbaarheid, overlaten uitoefening 8.3.2.4 Tenietgaan 8.3.3 De Reallast 8.3.3.1 Ontstaan en tenietgaan Vergelijking met het Nederlandse systeem
Hoofdstuk 9 9.1 9.2 9.3 9.4
9.5 9.6 9.7 9.8 9.9
Schots recht
Inleiding Het stelsel in Schotland; de totstandkoming Het stelsel vóór 28 november 2004 9.3.1 De servitudes vóór the appointed day 9.3.2 Real burdens vóór the appointed day Het stelsel onder The Title Conditions (Scotland) Act 2003 9.4.1 Real burdens sinds the appointed day 9.4.1.1 De inhoud en kenmerken van een real burden 9.4.1.2 De totstandkoming van real burdens 9.4.2 Personal real burdens Het recht om de burden af te dwingen The servitudes na the appointed day Wijziging van title conditions Beëindiging van title conditions Samenvatting
191 192 192 193 193 194 194 196 196 197 198 201 201 202 203 204 205 205 206 206 207 208 210 211 212 213 214
Hoofdstuk 10 Samenvatting en conclusies
217
10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6 10.7 10.8 10.9
217 218 220 223 225 228 229 230 230
Inleiding De inhoud van de kwalitatieve verplichting en wijziging daarvan Het totstandkomen van de kwalitatieve verplichting Wie zijn er nu gebonden en wat is de aard van de binding? Het tenietgaan van de verplichting De positie van de verplichting na beslag en faillissement De mogelijkheden in Duitsland De mogelijkheden in Schotland Conclusies
N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'
INHOUDSOPGAVE
10.9.1 10.9.2 10.9.3
xiii
Is het een geschikt instrument om verplichtingen aan onroerende zaken te verbinden? 231 Welke plaats neemt de verplichting in ons rechtsstelsel in? 232 Suggesties voor wetswijziging 234
Summary and Conclusions Bijlage I Bijlage II Bijlage III Literatuurlijst Jurisprudentieregister Artikelenregister Trefwoordenregister Curriculum vitae
237 255 259 261 265 275 279 285 291
N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting'