Gemeenteblad 2008 Nadere regels subsidie en lening collectieve particuliere woningverbetering Rotterdam Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, Gelezen het voorstel van de directeur van de dienst Stedenbouw en Volkshuisvesting van 13 mei 2008, dS+V 08/2394; overwegende dat het ter uitvoering van de Subsidieverordening Rotterdam 2005 gewenst is nadere regels te stellen inzake het verlenen van subsidies voor collectieve verbetering van particuliere woningen in samenhang met leningen van Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn); gelet op artikel 4, eerste lid, van de Subsidieverordening Rotterdam 2005; Besluit vast te stellen: de navolgende Nadere regels subsidie en lening voor collectieve particuliere woningverbetering Rotterdam Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen Artikel 1.1 In deze nadere regels wordt verstaan onder: a. aanvrager: de ondertekenaar van een aanvraag tot verkrijging van een lening en subsidie; bij twee of meer eigenaren van een appartementsrecht of een ongesplitste woning gelden eigenaren gezamenlijk als aanvrager; b. adoptiecorporatie: woningcorporatie waarmee de gemeente samenwerkt in het kader van het Uitvoeringsprogramma bestaande woningvoorraad, vastgesteld door het college op 1 mei 2007; c. algemene voorwaarden: hier bedoeld de Algemene voorwaarden SVnlening collectieve particuliere woningverbetering, ofwel de voorwaarden waar de SVn-lening aan moet voldoen om aangemerkt te worden als SVn-lening in het kader van deze nadere regels, zoals daartoe vastgesteld door het college; d. basislening: hypothecaire lening verstrekt door SVn tot de hoogte van de kosten van het verbeterplan minus het bedrag van de door het college verleende subsidie, bedoeld voor eigenaren die blijkens de draagkrachttoets de rente en aflossing vanaf de aanvang zelf kunnen betalen; e. beleidsdoel: collectieve woningverbetering van particuliere woningen met regeling voor gewaarborgde kwaliteit van het onderhoud in de toekomst; f. budget: het geld dat door de gemeenteraad in de gemeentebegroting is gereserveerd voor subsidiëring en risicoafdekking op de financiering van de particuliere woningverbetering ten laste waarvan de betreffende kosten van de woningverbetering worden gebracht; Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 1
g. casco: de dragende constructie van een gebouw plus de buitenafwerking; h. college: het college van burgemeester en wethouders; i. “de minimis”-plafond: het maximum als bedoeld in de betreffende Verordening van de Europese Commissie inzake staatssteun; j. draagkrachttoets: toets volgens het normboekje van het Bemiddelend Orgaan; k. eigenaar: degene die volgens het kadastraal uittreksel eigenaar is van het appartement of de woning; l. financieringslast: het totaal van de SVn-lening, vermeerderd met eventueel niet betaalde rente op de SVn-lening; m. meerjarenonderhoudsplan: overzicht van onderhoudswerkzaamheden en kosten die gedurende vijftien jaar nodig worden geacht om het kwaliteitsniveau van de woning respectievelijk het gebouw, dat met de collectieve woningverbetering zal worden bereikt, te handhaven; n. NHG: de Nationale Hypotheekgarantie; o. normtoets van de NHG: toets op het percentage van het inkomen dat aan woonlasten wordt besteed. Aan de hand hiervan wordt bepaald of een eigenaar in aanmerking komt voor Nationale Hypotheekgarantie. Deze toets vormt mede de basis voor de draagkrachttoets; p. onderhoud- en beheerorgaan: een organisatie die het onderhoud en beheer regelt, met name bedoeld voor appartementseigenaars, maar eigenaars van niet gesplitst bezit worden, in het kader van deze regeling, uitgenodigd zich ook aan te sluiten bij een onderhoud- en beheerorgaan; q. onderhoudskoepel: de onderhoudskoepel is een vereniging waar diverse VvE’s lid van zijn en wordt bestuurd door de serviceorganisatie. In het reglement van de VvE kan een regeling zijn opgenomen waarin staat dat aan alle of bepaalde appartementsrechten mede verbonden is het lidmaatschap van een andere, nader in het reglement omschreven vereniging (op basis van artikel 5: 112 lid 3 BW); r. pand: een pand, dat geheel bestaat uit, dan wel gebruikt wordt als een (of meer) woning(en) of een pand dat grotendeels bestaat uit, dan wel bestemd is tot een (of meer) woning(en) en voorts inpandige bedrijfsruimte(n) bevat; s. particuliere woning: een appartement of woning welke niet in eigendom is van de gemeente of van een toegelaten instelling krachtens artikel 70 van de Woningwet; t. programma van eisen casco particuliere woningverbetering: door het college vastgestelde niveau van woningverbetering waarbij bouwkundige maatregelen worden genomen aan een woning die strekken tot opheffing van technische gebreken; u. programma van eisen woningverbetering: bepaald niveau van woningverbetering waarbij bouwkundige maatregelen worden genomen aan een woning die strekken tot verbetering van de indeling of het woongerief; v. restschuld: het verschil tussen de verkoopopbrengst van de woning en de financieringslast; w. SKW: Samen Kwaliteit Waarborgen, een instelling die beheerders van VvE’s certificeert die voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen; x. Stimuleringsfonds Collectieve Particuliere Woningverbetering Rotterdam: het fonds waaruit het college, op grond van haar deelnemingsovereenkomst met de SVn, een lening collectieve particuliere woningverbetering kan toekennen en waarin de rente en de aflossingen over deze leningen worden teruggestort; Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 2
y. subsidieplafond: maximum van de totaal aan collectieve particuliere woningverbetering in Rotterdam uit te geven middelen, gebaseerd op het door het college vastgestelde budget voor deze subsidieregeling; z. subsidieverleningsbeschikking: het besluit waarmee het college aan de aanvrager te kennen geeft dat en onder welke voorwaarden een subsidie wordt verstrekt en een lening wordt toegewezen; aa. SVn: Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten; bb. SVn-lening: een (basis- of vangnet)lening die door SVn wordt verstrekt tegen de geldende SVn-rente, waarvoor een private bank de middelen verstrekt; het uiteindelijke risico wordt gedeeld tussen de gemeente en de private bank; cc. vangnetlening: speciale hypothecaire lening verstrekt door het SVn, die bedoeld is voor eigenaars die bij aanvang slechts een gedeelte van de rente en aflossing op de SVn-lening kunnen betalen, gebaseerd op de uitvoeringsregels vangnetlening van het SVn; dd. vaststellingsbeschikking: het besluit waarmee het college aan de aanvrager te kennen geeft dat en onder welke voorwaarden een subsidie is uitbetaald en een lening is toegewezen door het SVn; ee. Vereniging van Eigenaars (VvE): de rechtspersoon vereniging waarvan iedere appartementseigenaar van rechtswege lid is en welke wettelijk geregeld is in afdeling 2 van titel 9 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek; ff. actieve VvE: een vereniging van eigenaars die een meerjarige onderhoudsplanning heeft en een hieraan gekoppelde begroting en bijdrageverplichting; gg. VvE serviceorganisatie: een organisatie die ervoor zorgt dat VvE’s met een onderhoudsachterstand in een aantal Rotterdamse wijken goed onderhoud plegen en in de toekomst het onderhoudsniveau waarborgen; hh. verbeterplan: een beschrijving van de werkzaamheden die op korte termijn nodig zijn om minimaal te voldoen aan het kwaliteitsniveau zoals dat is omschreven in het door het college goedgekeurde ‘programma van eisen casco’. Hoofdstuk 2: Toepassingsgebied Artikel 2 Toepassingsbereik Het college kan op basis van deze nadere regels aan de eigenaar van een pand subsidie verlenen ter tegemoetkoming in de kosten van woningverbetering, indien: a. het betreffende pand door het college in het kader van deze regeling is aangewezen; b. de eigenaar een aanvraag tot het verlenen van subsidie heeft ingediend, waarbij voldaan wordt aan het bepaalde in deze nadere regels; c. het college middels de toewijzing (conform art. 5.2 lid 1.d en art. 7.1 lid 1) aan de eigenaar het recht heeft toegekend om ter financiering van de woningverbetering gebruik te maken van een hypothecaire lening van het SVn in het kader van het Stimuleringsfonds Collectieve Particuliere Woningverbetering Rotterdam; en d. de eigenaar met het SVn een overeenkomst heeft gesloten inzake een hypothecaire lening overeenkomstig het bepaalde in de “Algemene voorwaarden SVn-lening collectieve particuliere woningverbetering’.
Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 3
e. Deze regeling is mede van gelijke toepassing op bedrijfsruimten, voor zover de verbetering daarvan noodzakelijk is voor de verbetering van de aangewezen woningen; f. Eigenaar verhuurders die niet meer dan 10 woningen in hun bezit hebben komen in aanmerking voor subsidie en een basislening. g. In bijzondere gevallen kan het college besluiten de eigenaren uit het voorgaande lid in aanmerking te laten komen voor een vangnetlening. Hoofdstuk 3: Subsidieplafond en hoogte subsidie Artikel 3.1 Subsidieplafond 1. Het subsidieplafond voor het beleidsdoel woningverbetering van de door het college aangewezen panden als bedoeld in artikel 2 onder a. van deze nadere regels wordt door het college vastgesteld. 2. De verdeling van de subsidie geschiedt, met in achtneming van het subsidieplafond, op basis van de volgorde van ontvangst van subsidieaanvragen. Artikel 3.2 Hoogte subsidie van de kosten van het verbeterplan 1. Een eigenaar die een SVn-lening verkrijgt komt tevens in aanmerking voor een subsidie van de kosten van het verbeterplan tot een maximum van € 3000,2. Een eigenaar zijnde particuliere verhuurder kan over maximaal 10 woningen of appartementen subsidie en een SVn-lening ontvangen, mits vooraf een verklaring is ingediend, dat met de subsidieverlening het “de minimis”-plafond niet wordt overschreden. De beoordeling van de draagkracht van deze eigenaren vormt maatwerk, waarbij het college nadere voorwaarden kan stellen. Artikel 3.3 Subsidie bij aankoop door adoptiecorporatie 1. Indien een eigenaar van een pand dat in het kader van deze nadere regels is aangewezen, minder dan € 25,- per maand kan bijdragen aan rente en aflossing op een SVn–lening voor de woningverbetering, kan het college een adoptiecorporatie verzoeken aan die eigenaar een aanbieding te doen voor aankoop van de woning. 2. Het college verleent een bijdrage aan de adoptiecorporatie ter hoogte van het niet gedekte deel van de onrendabele top van de aankoop en noodzakelijke woningverbetering, waarbij de adoptiecorporatie conform de prestatieafspraken voor 50% bijdraagt tot een maximum van € 10.000,- per woning. 3. De bijdrage, als bedoeld in het tweede lid, wordt ten laste gebracht van het fonds “Collectieve Particuliere Woningverbetering Rotterdam”. 4. De bijdrage, als bedoeld in het derde lid, wordt uitsluitend verstrekt onder de voorwaarde dat de gemeente zich vooraf akkoord heeft verklaard met de onrendabele top. In dit geval is er geen koppeling mogelijk met een SVn–lening en is de restschuldsubsidie als bedoeld in artikel 3.4 niet van toepassing. 5. Als meer woningen moeten worden aangekocht dan waarvoor de adoptiecorporatie een bijdrage verleent, is daarvoor een besluit nodig van het college. De kosten zijn in dat geval volledig voor rekening van de gemeente en aankoop is uitsluitend mogelijk voor zover het subsidieplafond niet overschreden wordt.
Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 4
Artikel 3.4 Restschuldsubsidie bij verkoop van de woning 1. De eigenaar die in het kader van deze subsidieregeling een SVn-lening heeft afgesloten en na verkoop van de woning een restschuld houdt kan, ter beoordeling van het college, in aanmerking komen voor een subsidie ter hoogte van deze restschuld. 2. De maximale omvang van de restschuldsubsidie is beperkt tot de hoogte van de verstrekte SVn-lening verminderd met de betaalde aflossing en, indien van toepassing, wordt dit opgehoogd met niet betaalde rente conform artikel 5.3 van de voor de SVn-lening geldende Algemene voorwaarden. 3. Indien de eigenaar voornemens is de woning te verkopen en in aanmerking wenst te komen voor een restschuldsubsidie, dient hij vooraf toestemming tot de verkoop te vragen aan het college en een beschikking te hebben ontvangen. 4. Gedurende de eerste drie jaar na het aangaan van de SVn–lening wordt de restschuldsubsidie slechts verstrekt indien sprake is van bijzondere omstandigheden. 5. Als bijzondere omstandigheid, als bedoeld in het vierde lid, kan onder meer gelden: a. overlijden; b. onvrijwillige werkloosheid; c. arbeidsongeschiktheid; d. echtscheiding; of e. gezinsuitbreiding. 6. Bij verhuurde woningen komen de eigenaren niet in aanmerking voor verstrekking van restschuldsubsidie. 7. In bijzondere gevallen kan het college besluiten van het gestelde in het voorgaande lid af te wijken. Hoofdstuk 4: Voorwaarden voor subsidieverlening Artikel 4.1 Inhoudelijke Voorwaarden voor subsidieverlening Om in aanmerking te komen voor subsidieverlening dient een aanvrager te voldoen aan de volgende voorwaarden: a. de aanvrager, respectievelijk de VvE, waarvan eigenaar lid is, moet aantonen aangesloten te zijn bij een onderhoud- en beheerorgaan en moet dit gedurende 10 jaar blijven. Het onderhoud- en beheerorgaan kan de VvE-serviceorganisatie zijn of een door het SKW gecertificeerde beheerder van VvE’s; b. VvE’s kleiner dan 24 woningen moeten worden ondergebracht onder een onderhoudskoepel; de VvE-serviceorganisatie coördineert dit; c. voor het waarborgen van de kwaliteit op de lange termijn is het van belang dat er in het toekomstig beheer wordt voorzien; het onderhouden beheerorgaan dient hiertoe een meerjarenonderhoudsplan op te stellen met een hieraan gekoppelde begroting en maandelijkse bijdrageverplichting; d. onderdeel van het meerjarenonderhoudsplan is het verbeterplan; e. na woningverbetering dient de woning in ieder geval te voldoen aan het kwaliteitsniveau zoals dat is omschreven in het door het college goedgekeurde Programma van eisen casco particuliere woningverbetering; f. het verbeterplan behoeft goedkeuring van het college; g. indien de eigenaar voornemens is de woning te verkopen voordat het verbeterplan conform het verbeterplan is voltooid, dient hij toestemming Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 5
tot de verkoop te vragen aan het college. Indien reeds verplichtingen met betrekking tot het verbeterplan en andere verplichtingen in VvE-verband zijn aangegaan, dienen deze door de koper te worden overgenomen. Artikel 4.2 Procedurele voorwaarden voor subsidieverlening a. de aanvang van de werkzaamheden in het kader van het verbeterplan wordt uiterlijk drie weken van tevoren schriftelijk gemeld bij het college; b. met de uitvoering van de werkzaamheden wordt een aanvang gemaakt binnen 22 weken na de dag waarop de verleningsbeschikking is verzonden; c. binnen drie weken na de dag waarop het totale werk is opgeleverd, wordt de voltooiing van de werkzaamheden gemeld, onder vermelding van de werkzaamheden die niet of niet geheel conform het verbeterplan zijn verricht; d. de melding van de voltooiing van de werkzaamheden vindt plaats binnen 18 maanden nadat met de uitvoering van de werkzaamheden een aanvang is gemaakt; e. aan de door het college aangewezen toezichthouders wordt op door hen te bepalen tijdstippen: I. toegang verleend tot de woning; II. inzage verleend in alle bescheiden en tekeningen die nodig zijn voor het vooraf en achteraf kunnen controleren van de werkzaamheden. Hoofdstuk 5: Aanvraag en verlening subsidie en toewijzing SVn-lening Artikel 5.1 Beoordeling van de aanvraag Het college beslist op een aanvraag om een subsidieverlening en toewijzing van de SVn-lening binnen zes weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen. Artikel 5.2 Subsidieverleningsbeschikking 1. In de subsidieverleningsbeschikking wordt in ieder geval vermeld: a. de naam van de aanvrager en het adres van de woning; b. de geraamde kosten voor woningverbetering; c. de subsidiebijdrage; d. het recht op toewijzing van een hypothecaire lening door het SVn. 2. Het college zendt een afschrift van de subsidieverleningsbeschikking aan het SVn. Hoofdstuk 6: Vaststelling van de subsidie Artikel 6.1 Aanvraag tot vaststelling van de subsidie 1. In de subsidieverleningsbeschikking wordt bepaald binnen welke termijn de aanvraag tot vaststelling wordt ingediend. 2. Indien in de subsidieverleningsbeschikking geen termijn wordt vermeld, wordt de aanvraag tot vaststelling ingediend binnen 22 maanden na de subsidieverleningsbeschikking. 3. Indien na afloop van de in het tweede lid genoemde termijn geen aanvraag tot vaststelling van de subsidie is ingediend, stelt het college de aanvrager een termijn waarbinnen de aanvraag moet zijn ingediend. 4. Indien na afloop van de in het derde lid genoemde termijn geen aanvraag tot vaststelling van de subsidie is ingediend, kan de subsidie ambtshalve worden vastgesteld.
Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 6
Artikel 6.2 Vaststelling van de subsidie Vaststelling van de subsidie vindt plaats nadat: a. de in de aanvraag opgenomen werkzaamheden schriftelijk zijn gereed gemeld onder indiening van de daarop betrekking hebbende gegevens; b. vorenbedoelde werkzaamheden door of namens het college zijn gecontroleerd en akkoord bevonden; c. de originele rekeningen en betalingsbewijzen inzake de verrichte werkzaamheden, door of namens het college zijn gecontroleerd en akkoord bevonden. Hoofdstuk 7: Intrekken van de subsidie en toewijzing SVn-lening Artikel 7.1 1. Het college kan een subsidie en de toewijzing voor de SVn-lening geheel of gedeeltelijk intrekken indien: a. er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze nadere regels gestelde voorwaarden, voorschriften of bepalingen; b. de subsidie is toegekend of vastgesteld op grond van onjuiste gegevens. 2. Bij de intrekking kan het college de subsidie direct opeisbaar maken, hetgeen kan resulteren in geheel of gedeeltelijk terugvorderen van de hoofdsom van de subsidie vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment dat de subsidie is verstrekt. Hoofdstuk 8: Betaling van de subsidie Artikel 8.1 Betaling van de subsidie door het college vindt plaats door storting in het bouwdepot, dat voor de aanvrager wordt geopend bij het SVn. Hoofdstuk 9: Hardheidsclausule en slotbepalingen Artikel 9.1 Hardheidsclausule Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze nadere regels zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan het college afwijken van het bepaalde in deze nadere regels. Artikel 9.2 Inwerkingtreding Deze nadere regels treden in werking op de eerste dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin zij worden geplaatst. Artikel 9.3 Citeertitel Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels subsidie en lening collectieve particuliere woningverbetering Rotterdam. Aldus vastgesteld in de vergadering van 13 mei 2008. De secretaris,
De burgemeester,
A.H.P. van Gils
I.W. Opstelten
Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 7
Dit gemeenteblad is uitgegeven op 11 augustus 2008 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.30 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), Stadskantoor ingang Rodezand 18, begane grond. (Zie ook: www.bds.rotterdam.nl – Gemeentebladen) Gemeenteblad 2008
Nummer 112 pagina 8