Minor Analyse, diagnose en verandering van organisaties (ADV)
Faculteit Economie en Management 2007/2008
Versie 1
Minor Analyse, diagnose en verandering van organisaties (ADV) Voor wie is deze minor bestemd en wat heb je eraan? Iedereen krijgt met organisatieverandering te maken in zijn toekomstig werk. Is het niet als consultant, dan is het wel al “lijdend voorwerp”. Het is helaas nog steeds zo dat veel organisatieveranderingen mislukken. Deze minor biedt inzicht in de problematiek van veranderende organisatie. Welke maatregelen kun je nemen waardoor de verandering wel kans van slagen maakt? Waardoor ontstaat weerstand en hoe kun je daarmee omgaan? Hoe zorg je ervoor dat een organisatie iets met jouw veranderadvies gaat doen en het niet in een la verdwijnt? Binnen deze minor leer je adviseren over organisatieveranderingen. Je leert organisatieproblemen analyseren en diagnosticeren en in samenspraak met de cliëntorganisatie een advies ontwerpen (bijvoorbeeld over een reorganisatie. Je leert hoe je een plan van aanpak moet opstellen voor de invoering van je advies en hoe je daarbij gebruik kunt maken van veranderkundige inzichten en modellen. Aandachtspunt zijn het zowel het kostenaspecten als de juridische aspecten van organisatieverandering. De minor ADV is zowel verdiepend als verbredend en vormt een prima voorbereiding op het afstuderen. In principe kunnen studenten van iedere Hbo-opleiding instromen, mits in deze opleiding aandacht besteed aan organisatiekundige basisconcepten. Voor studenten met tekorten op dit punt wordt de mogelijkheid van een inhaalslag gecreëerd.
Minor FEM Arnhem-Nijmegen
1
De minor is specifiek bedoeld voor Hbo’ers die een loopbaan als organisatieadviseur ambiëren. Als je de minor met goed gevolg hebt afgesloten, ben je startbekwaam als junior organisatieconsultant (niveau 2/3). De minor is ook bedoeld voor die studenten die managementfuncties ambiëren waarin organisatieverandering een belangrijk aandachtspunt is. Je kunt deze minor in semester 1 of 2 volgen van het studiejaar 2008-2009. Instroomvereisten Je hebt minimaal 150 EC’s behaald (met inbegrip van de beroepsvoorbereidende stage). Verder word van je verwacht dat je belangstelling hebt voor veranderprocessen die zich voordoen op het werkterrein van je eigen opleiding. Enkele voorbeelden: - PABO >Vaak voorkomende problemen en veranderingen in organisaties van basisonderwijs; - P&A > Vaak voorkomende problemen en veranderingen waar P&O-functionarissen mee worden geconfronteerd; - TB > Veranderingen in technische bedrijfsprocessen vertalen in organisatieherontwerp.
Minor FEM Arnhem-Nijmegen
2
Wat is de inhoud van de module? De minor ADV bestaat uit de volgende vier gelijkwaardige modules (ieder 7,5 ECTS) (in totaal 3o ECTS): 1.) ADO: Analyse, Diagnose en Ontwerp. ADO bestaat uit drie componenten: - Een analytisch en diagnostisch instrumentarium waarmee strategie, structuur, processen en de wijze waarop medewerkers worden aangestuurd kan worden blootgelegd en beïnvloed. - Een model voor de analyse, diagnose en beïnvloeding van de cultuur van de organisatie. - Analyse, diagnose en beïnvloeding van het leervermogen van de organisatie. Het uitgangspunt hierbij is dat de organisatie een lerende organisatie moet zijn wil ze kunnen inspelen op veranderingseisen die de omgeving stelt. De cultuur en het leervermogen van de organisatie stellen niet alleen grenzen aan wat veranderd kan worden, maar kunnen ook zelf onderwerp van verandering zijn. Behalve aan organisatieverandering rondom specifieke problematiek zal dus ook in samenhang aandacht uit moeten gaan naar beïnvloeding van de cultuur en ontwikkeling van het leervermogen. 2.) IVV: Implementatie van Verandering. IVV bestaat uit vier componenten: - Modellen uit de organisatieveranderkunde, noodzakelijk voor het ontwerp van plannen van aanpak en implementatieplannen. Speciale aandacht gaat uit naar de herkenning en beïnvloeding van weerstandsgedrag. - Training in vaardigheden die de veranderaar voor effectief functioneren nodig heeft (zoals: het voeren van een acquisitiegesprek en contracteren, leiding geven en coachen, conflicthantering, onderhandelen, presenteren van resultaten aan een opdrachtgever).
Minor FEM Arnhem-Nijmegen
3
-
-
Juridische aspecten van organisatieverandering: Welke aspecten van wet- en regelgeving kunnen van invloed zijn op organisatieverandering? (Bijvoorbeeld bij reorganisatie: faillissementsrecht, arbeidsrecht). Bedrijfseconomische aspecten van organisatieverandering: een model voor de berekening van directe en indirecte kosten van organisatieverandering.
3.) APV: Algemene Professionele Vaardigheden. Een succesvolle beroepspraktijk als organisatieveranderaar (consultant, hogere kaderfunctionaris) is alleen mogelijk vanuit een professionele beroepshouding. Daarom wordt in dit onderdeel gewerkt aan vaardigheden die iedere professional op (tenminste) HBO-niveau moet beheersen, maar die van speciaal belang zijn in veranderprocessen. Al deze vaardigheden zijn van invloed op de uiteindelijke effectiviteit van de organisatieveranderaar. APV bestaat uit vier componenten: - Professionele luistervaardigheid. De professionele organisatieveranderaar werkt in een krachtenveld waarin hij goed moet kunnen luisteren. Welke factoren spelen in professionele adviesgesprekken, en hoe kan men tot een juiste interpretatie komen van wat de ander bedoelt? Ook komt de ethische vraag aan de orde vanuit welke houding men het best professioneel naar een cliënt kan luisteren. -
-
Argumentatietheorie: kritisch denken en argumenteren. Professionele veranderaars moeten hun argumenten en die van anderen kritisch kunnen toetsen. Dit bepaalt de kwaliteit van vergaderingen, presentaties, adviesnota’s en discussiestukken. De overtuigingskracht van veranderadviezen en daarmee de impact hangt af van expertise en onderbouwing met deugdelijke argumentatie. Reflectie op eigen professionaliteit. Goede professionals kunnen aangeven wat ze doen, hoe ze dat doen en waarom juist zo en niet anders. Ze kunnen op basis van gedegen zelfkennis hun keuzes onderbouwen met geldige theore-
Minor FEM Arnhem-Nijmegen
4
-
tische, methodische en morele inzichten. Zelfmanagement van professionals. Startbekwame organisatieveranderaars moeten zich als professionals blijven ontwikkelen als ze effectief willen zijn. Er worden aandacht besteed aan zelfontwikkeling van professionals, ontwikkeling van visie op het eigen vakgebied, vakverdieping, onder meer te kijken nar eigen werkstijlen, competenties, loopbaanwensen.
4.) MG: Management Game. De minor begint en eindigt met een management game. MG 1 is bedoeld ‘om erin te komen’. Er wordt gedurende een dag een zo realistisch mogelijk organisatie nagespeeld en geprobeerd daarin voorkomende organisatieproblemen in beeld te krijgen en op te lossen. Als student krijg je de rol toebedeeld van één der partijen die vanuit hun positie en belangen bij die problematiek betrokken zijn (directie, OR, afdeling, specifieke afdelingen). Een belangrijke hier te oefenen competentie is perspectiefwisseling: organisatieveranderaars zijn effectiever naarmate zij zich beter kunnen verplaatsen in de positie van personen en groepen binnen hun cliëntorganisatie. MG 2 is een afsluitend simulatiespel met een ‘woestere’ casusorganisatie dan in MG 1. De bedoeling van MG 2 is toepassing van de theorie en vaardigheden uit de overige drie modules. Toetsing en beroepsproducten In de minor wordt in kleine groepen in een gastorganisatie een onderzoek gedaan dat uitmondt in een adviesrapport met betrekking tot een organisatieverandering (diagnose, ontwerp, aanduiding veranderstrategie in relatie met cultuur en leervermogen, gedegen theoretische en financiële onderbouwing). Individueel worden (deel)werkstukken (waaronder offertes) en reflectieverslagen gemaakt met betrekking tot de diverse onderdelen van de minor. Alle onderdelen moeten met een voldoende zijn afgesloten
Contactpersoon: Drs. H. Bennink (
[email protected]) 024 - 353 09 79
Minor FEM Arnhem-Nijmegen
5