Milieucentrum Utrecht Aanbevelingen tbv verkiezingsprogramma’s voor de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2014. College periode 2014 – 2018
Utrecht, juli 2013
Inleiding Utrecht is een groeiende dynamische stad met meer dan 300.000 inwoners met een bovengemiddeld opleidingsniveau. Utrecht wil graag een duurzame, leefbare, milieuvriendelijke en groene stad zijn en heeft daarvoor in het actuele collegeprogramma diverse doelstellingen en programma’s vastgelegd. Veel gaat goed, maar ook veel kan beter of loopt achter bij de doelstellingen. Alle Utrechters zijn juist tijdens deze kredietcrisis gebaat bij een goede kwaliteit van leven en bestaanszekerheid. Het hebben van werk, een sociaal vangnet, goed onderwijs, een cultureel aanbod, duurzame mobiliteitsvoorzieningen in een veilige stad zijn randvoorwaarden voor een duurzame en leefbare samenleving. De ontwikkeling daarvan loopt echter achter op de doelstellingen en wordt bedreigd door de klimaatproblematiek en zeespiegelstijging, een op fossiele brandstof leunende economie en voedselproductie, landbouw die zwaar afhankelijk is van subsidies, afnemende biodiversiteit, fijn stof en luchtverontreiniging, geluidsoverlast, teveel automobiliteit en ruimtegebrek. Milieu en duurzaamheid staan helaas onder druk: met de huidige leefstijl hebben we ruim drie Aardes nodig. Een aantal dingen doet Utrecht goed. De afgelopen jaren is ingezet op een ambitieus programma ‘Utrechtse Energie’ voor energietransitie en reductie van CO2. Er is voor het eerst een goede verkeersanalyse gemaakt met een visie op de toekomst ‘Utrecht Aantrekkelijk en Bereikbaar’. Utrecht heeft een goed meerjaren groenprogramma met ecologische hoofdstructuur en bomenbeleid. De Utrechters tonen zich betrokken bij hun stad en hebben veel belangstelling voor duurzaam voedsel en stadslandbouw. Er is in Utrecht aandacht voor de leefbaarheid en milieukwaliteit echter met de constante wens de stad te laten groeien en de vele bouwprojecten in en om het centrum blijft het moeilijk deze te verbeteren. Milieucentrum Utrecht ziet nog veel kansen voor een leefbare en duurzame stad, die om een nieuwe impuls of investering vragen. Ze verdienen extra aandacht in de partijprogramma’s voor de komende gemeenteraadsverkiezingen. 1: Utrecht Duurzaam Economisch Utrecht als duurzame stad heeft aandacht voor duurzame en regionale economie. De natuur, onze grondstoffen en de milieukwaliteit zijn de basis voor een goed leven. Alle duurzaamheid begint regionaal of lokaal zoals de auteurs van Cradle to Cradle (W. McDonough en M. Braungart) ons kunnen uitleggen. Herken die kwaliteit en zoek naar een duidelijke relatie tussen het Utrechts economisch beleid en de ontwikkeling van een duurzame regionale economie. • 1.1 De gemeente als voorbeeld De gemeente zelf is als bedrijf het eerste en meest voor de hand liggende voorbeeld. Duurzaam en regionaal inkopen zijn belangrijker dan of moeten opgenomen worden in de aanbestedingsregels. • 1.2 De neoliberale economie en de mythe van de maakbare samenleving De neoliberale economie vormt naast de mythe van de maakbare samenleving een bedreiging voor de duurzame economie. Duurzaamheid heeft als kenmerk dat zij ‘volhoudbaar’ en bij voorkeur regionaal georganiseerd is. Investeer als opdrachtgever in lange termijn afspraken met bedrijven en maatschappelijke partners. Niet het product zelf maar de duurzaamheid en de bijdrage aan duurzame ontwikkeling op lange en middellange termijn dienen voorop te staan. • 1.3 Utrechts vestigingsbeleid en vestigingsklimaat Onderzoek (in samenspraak met de provincie, Kamer van Koophandel en maatschappelijke partners) hoe het Utrechtse vestigingsbeleid en -klimaat voor bedrijven een duurzame en regionale economie kan bevorderen.
1
• 1.4 Investeer in duurzame bedrijven en technologie Duurzame economie kan niet in alle gevallen marktconform tot ontwikkeling komen, investeer daarom indien noodzakelijk en mogelijk in duurzame bedrijven en technologie met een regionale waarde. • 1.5 Regionale logistiek Besteed nog meer aandacht aan korte ketens en regionale logistiek, een Utrechtse hub en duurzaam transport (waar mogelijk elektrisch en over water). Regionalisering gaat voor Globalisering. 2: Utrecht Groen en Biodivers Groen, ecologie en biodiversiteit zijn essentieel voor een leefbare en duurzame stad. Een groene stad bevordert de gezondheid, biedt extra ruimte voor recreatie en voegt economische waarde toe. Utrecht heeft een goed meerjaren groenprogramma met ecologische hoofdstructuur en bomenbeleid. De Utrechters tonen zich betrokken bij het groen in hun stad en hebben veel belangstelling voor onderhoud en inrichting. Vele Utrechters participeren vrijwillig in het Utrechts groenprogramma en groenbeheer. Stadslandbouw zoals de initiatieven van het netwerk ‘Eetbaar Utrecht’ dragen bij aan een groenere en duurzamere stad. Maar de kwaliteit en biodiversiteit van de groene ruimte staat net als in veel andere steden onder druk. We moeten goed kijken of beheer en inrichting van de groene openbare ruimte in de toekomst betaalbaar blijven. • 2.1 Neem klimaatadaptatie, groene daken en waterberging op in beleid Een groene stad, groene daken en waterberging dragen bij aan een koel en leefbaar stadsklimaat. Klimaatadaptatie en de jaarlijkse ontwikkeling van een hitte-eiland in de stad staan niet op de Utrechtse agenda. Utrecht doet er goed aan deze onderwerpen naast de ambities voor klimaat en broeikasgas in haar beleid op te nemen. • 2.2 Financiële ondersteuning zelfbeheer beter regelen Bewonersgroepen actief in zelfbeheer van groen in hun buurt moeten nu vaak jaarlijks aanvullend (leefbaarheids) budget aanvragen. Dat kost zowel de bewonersgroepen als de gemeente veel extra tijd en moeite. Voor structureel of meerjarig groenbeheer door bewoners is het beter een meerjarige regeling te treffen. • 2.3 Terugkoppeling inspanningen en resultaten van natuur ontwikkeling en projecten Laat bewoners meer dan nu het geval is meedelen in de successen die er in de groene agenda zijn behaald. Communiceer de resultaten van ecologisch beheer of het succes van bijvoorbeeld de aanleg van broeihopen voor ringslangen. Ontwikkel meer draagvlak bij bewoners en breed publiek. Communiceer de ecologische hoofdstructuur en de aanwezigheid van waardevolle stadsnatuur. Een beeldmerk (Utregse Natuur) of de aanwezigheid van aaibare of interessante doelsoorten (vlinders, libellen, salamanders, ringslangen) kan daarbij helpen. • 2.4 Ecologisch maaibeheer in de stad continueren en uitbreiden Ecologisch beheer van hooiland en oevers is van essentieel belang voor de biodiversiteit in de stad. De soortenrijkdom in flora en fauna neemt hierdoor toe. Bovendien is het een stuk minder intensief dan gazonbeheer. Het idee om vanwege de kosten van tweejaarlijks naar jaarlijks maaien over te schakelen doet mogelijk deze jarenlange investeringen in ecologie en biodiversiteit teniet. • 2.5 Richt openbaar groen in met bloeiende en vruchtdragende soorten Diversiteit en inheemse soorten zijn van groot belang bij aanplant en vervanging van bomen en struiken. Mijd het gebruik van steriele bomen en planten, alleen omdat bewoners dan geen overlast hebben van bessen en vogelpoep op hun auto’s of stoep. Voorkom ziektes en geef bestuivende insecten als bijen, hommels, vlinders en zweefvliegen meer kans. Leg in bestaand en nieuw openbaar groen schuil- en verbindingselementen aan, zoals bloemrijke kruidenstroken en haagstructuren (meidoorn, heg enzovoorts). Bijen vinden veel voedsel in de stad, voorkom met bloeiende en vruchtdragende soorten een deel van de bijensterfte.
2
• 2.6 Terugdringen honden en hondenpoep overlast Honden en hondenpoep blijven een bron van terugkerende overlast in de stad. Meer handhaving, meer hondentoiletten en afvalbakken en het beter opruimen van hondenpoep zijn een heroverweging waard. Communiceer beter over de hondenregels en overweeg de symbolische beloning van hondenpoepovertreders met een schepje en hondenzakjes zoals de fietslampjes actie bij het fietsen zonder licht. 3: Utrecht Klimaatneutraal in 2030 Utrecht stad werkt al tientallen jaren aan energiebesparing en verduurzaming van de energiehuishouding. Naast energiezuinige straatverlichting was Utrecht één van de eerste steden met stadsverwarming die later ook grootschalig werd toegepast in Leidsche Rijn. De stad heeft in het nabije verleden veel energieprijzen gewonnen. Het beleid van de afgelopen jaren richt zich met klimaatdoelstellingen en CO2 reductieambities vooral op het opvangen van het klimaatprobleem. Mitigatie en klimaatadaptatie zitten op dit moment niet in de doelstellingen. Utrecht wil in 2030 klimaatneutraal zijn en in 2020 20% minder CO2 productie. Utrecht loopt wat resultaten betreft inmiddels achter op een aantal steden in Nederland, maar doet niet veel onder voor de andere grote steden. Nationaal zijn we er nog lang niet. Nederland produceert slechts een paar procent duurzame energie en loopt daarmee ver achter op bijvoorbeeld Duitsland. Dat ligt aan gebrek aan daadkracht, het achterblijven van overheidsmaatregelen en investeringen in duurzame energie en het niet waarmaken van de Green Deal. Met het programma Utrechtse Energie en de komst van het burgerinitiatief Energie U heeft Utrecht nieuwe ambities en nieuw élan gevonden. Maar de Utrechter krijgt niet veel mee van de invulling van deze projecten en plannen, op het windmoleninitiatief op Lage Weide na. Iedereen kent het klimaat- en energieprobleem maar het leeft niet in de stad. Ondanks de investering van miljoenen is er geen herkenbare agenda. • 3.1 Klimaatambities herijken De Utrechtse klimaat- en energieambities zijn lovenswaardig hoog, zeker vergeleken met de nationale ambities. Klimaatneutraal zijn in 2030 lijkt gezien de ontwikkelingen nagenoeg onhaalbaar. Herijk de doelstellingen en durf stadsbreed een meerjaren (langer dan één collegeperiode) energieprogramma te starten. • 3.2 Klimaat en energieprobleem tot stadsambitie verheffen Het Utrechtse Energie (UE) programma is met het gekoppelde investeringsplan, revolving fund en de vele daaraan gekoppelde projecten nu al één van de belangrijkste van de stad. Het is echter nog te weinig zichtbaar en teveel van de gemeente. Maak een stadsbreed gedragen energieagenda onder aansturing van een onafhankelijk adviesorgaan (geen rechtspersoon of secretariaat van de gemeente). Communiceer de ambities stadsbreed en herijk deze jaarlijks op een stadssymposium. Combineer klimaatadaptatie met het programma voor de energietransitie, dat communiceert veel makkelijker. Het volgend college zal zich hier opnieuw ambitieus moeten opstellen, maar ook kwetsbaar durven zijn. • 3.3 Durf te investeren in de Utrechtse energietransitie – het moet nu! Energietransitie hoeft gezien het belang niet marktconform – durf te investeren. Het klimaat- en energieprobleem is het grootse milieuprobleem dat we op dit moment kennen. Versterking en ophoging van zeewering en dijken gebeurt niet marktconform of investeringsneutraal. Waarom wordt de energietransitie - de beste oplossing voor dit probleem beheerst door de energiemarkt en mogen er blijkbaar alleen marktconforme investeringen gedaan worden? Bestaat er iets als een Utrechtse Green Deal? Zoek als stad de grenzen van het mogelijke op, het moet nu! • 3.4 Lobby samen met andere steden Lobby in het belang van de energietransitie en de stedelingen bij voorkeur samen met andere (grote) steden bij het rijk als de gemeente onvoldoende bevoegdheden heeft en onvoldoende beleidsmatig of financieel door de nationale overheid wordt ondersteund.
3
• 3.5 Eigen broek ophouden Utrecht moet proberen zoveel mogelijk eigen duurzame energie op te wekken. Als eerder gezegd: alle duurzaamheid begint lokaal. Het inkopen van groene stroom is vaak slechts een papieren oplossing. De Utrechtse klimaatambities zijn zonder de inzet van windenergie onhaalbaar. Windmolens zijn binnen het transitieprogramma noodzakelijk maar zijn niet voor de eeuwigheid. De gemeenteraad en het nieuwe college zullen deze ambitie waar moeten maken. • 3.6 Grotere stappen zetten en maatregelen treffen Verduurzaming van woningen en bedrijven is nog teveel gericht op 'labelsprongen' zoals van F naar D of B. Gezien de klimaatambities is dit onvoldoende. Energieneutraal moet de nieuwe norm zijn. Maak direct plannen voor renovatie en nieuwbouw die energie neutrale woningen en gebouwen oplevert. Passief en zongericht bouwen kan hierbij helpen en moet vanaf nu een eis zijn bij elk stedebouwkundig plan. 4: Utrecht Duurzaam Mobiel en Bereikbaar Utrecht wordt voor autoverkeer in de volksmond ook wel de draaischijf van Nederland genoemd. De centrale ligging maakt Utrecht gewild als vestigingsplaats voor zowel bedrijven als bewoners en forenzen. Mede hierdoor blijft de autodruk op een stad als Utrecht groot. Het binnen de stad houden van de Jaarbeurs verhoogt de automobiliteit nog eens extra. Het verkeersbeleid van Utrecht kenmerkt zich in het recent verleden door het faciliteren van alle varianten van verkeer zonder een uitgesproken keuze te maken voor de meest gewenste mobiliteit. In de vorig en huidige collegeperiode is er voor het eerst verandering in de mobiliteitsvisie van Utrecht. Met Utrecht Aantrekkelijk en Bereikbaar is er voor het eerst een echte verkeersanalyse met visie en een gewenst verkeersmodel voor Utrecht gemaakt. Utrecht zet aansluitend op haar verkeersvisie in op minder asfalt en lagere snelheden op de Ring en meer vertramming. De vele bouwprojecten in en om het centrum en de luchtkwaliteit zitten Utrecht echter in de weg. De fiets en snellere fietsverbindingen zijn belangrijke vormen van duurzame mobiliteit, maar dreigen aan hun succes ten onder te gaan. • 4.1 Bereikbaarheid garanderen is keuzes maken Garandeer bereikbaarheid, zonder de auto te faciliteren als vermeend belangrijkste vervoermiddel. Werk verder aan Utrecht Aantrekkelijk en Bereikbaar als meerjarige mobiliteitsvisie. Een nieuw college kan niet weer opnieuw aan nieuwe plannen beginnen: daar is geen tijd voor, maar aanpassingen kunnen wel. Werk resultaatgericht aan de uitvoering. • 4.2 Ring Utrecht Houd vast aan de eigen bij Utrecht passende visie op de invulling van de Ring Utrecht. Minder asfalt, en 80 of 100 km per uur. Een 14-baanssnelweg langs drie woonwijken en een landgoed is onzinnig en onverantwoord. Onze Duitse buren kennen Lärmschutz op de Autobahn bij het passeren van steden. • 4.3 Versnel de vertramming zo veel mogelijk Haal meer trambanen naar voren in onderzoek en planning. Onderzoek een meerjarige invulling van een trolleybus op de busbaan. • 4.4 Ondersteun de fietser als oplossing, niet als probleem Het grote aantal fietsers in Nederland en Utrecht is goud waard. Het gebrek aan veilige routes en de stallingsproblemen zitten dit in de weg. Betere faciliteiten gaan voor of samen met handhaving. Snelle fietsroutes en meer elektrisch fietsen op afstanden boven 7 km stimuleren is een goed middel tegen de luchtproblematiek. • 4.5 Milieuzone aanscherpen en of vergroten Scherp de regels voor de Utrechtse milieuzone aan. Oude dieselbussen, bestelbussen en brommers met mengsmering blijken de ergste vervuilers te zijn.
4
• 4.6 Vergroen de binnenstadsparkeergarages Parkeergarages in de binnenstad kunnen veel groener. Breek de benedenverdieping open voor gratis bewaakte fietsenstallingen, zorg voor groene gevels, e-laadpalen, en mogelijk een groen dak met lunchrestaurant en koffiebar. De Jaarbeurs zal autoverkeer blijven genereren. OK, maar houd het daar en maak geen onnodig grote nieuwe autoparkeervoorzieningen. • 4.7 Voetgangersgebied en Utrechtse bewegwijzering voor bezoekers Utrecht heeft het grootste treinstation van Nederland en veel bezoekers aan Utrecht komen met de trein. Het stationsgebied wordt nu volledig gereorganiseerd. Onderzoek de kansen en ontwikkelingen van een eigen wegwijzer en beeldtaal voor Utrechtse bezoekers. Denk aan de kwaliteit die dit soort systemen heeft op vliegvelden. Nederland heeft grote ontwerpers op dit gebied en het past goed bij de combinatie van de grote stationshal, Jaarbeurs, Hoog Catharijne, parkeergarages, fietsenstallingen en divers OV. De meeste voetgangersgebieden in binnensteden stammen uit de jaren ‘70. Overweeg een vergroting van deze gebieden (bijvoorbeeld Museumkwartier en omgeving Janskerkhof). Dwing hiermee op straatniveau de gewenste mobiliteit af. 5: Regionale Voedseleconomie en Voedselstrategie Duurzaam en gezond eten, stadslandbouw en regionale voedseleconomie staan volop in de belangstelling. Utrecht kent al 8 jaar het Lekker Utregs-programma voor duurzaam regionaal voedsel. Sinds een jaar of drie bestaat er grote belangstelling voor stadslandbouw, buurtmoestuinen en de tijdelijke invulling van braakliggende grond. Door de kredietcrisis krijgt de Nederlander meer belangstelling voor gezonde producten uit eigen tuin of van regionale boeren. Voedsel en gezondheid komen mede door obesitas onder de aandacht van zorginstellingen en GG&GD. Inmiddels bruist het in onze stad van de initiatieven voor stadslandbouw. Utrecht begint te ontdekken dat regionaal duurzaam voedsel en stadslandbouw ook met regionale economie, duurzaamheid, klimaat en gezondheid te maken hebben. Voedsel wordt als oorzaak van het klimaat en energieprobleem onderschat, maar het eten van de Utrechter is goed voor 37 % van zijn ecologische voetafdruk. • 5.1 Ondersteun Lekker Utregs en Eetbaar Utrecht De programma’s Lekker Utregs en Eetbaar Utrecht lopen inmiddels al jaren en vormen een potentiele bijdrage aan de duurzaamheid, de economie en de gezondheid van de Utrechter. Ze brengen de Utrechter dichter bij zijn eten en de boer in zijn regio. Het volgend college doet er goed aan deze programma’s meer serieus te nemen en de economische waarde te ondersteunen. Stimuleer een jaarlijkse Utrechtse Oogstweek, Stadslandbouwdag en Week van de Smaak. Ondersteun, liefst met meerjarige afspraken, het in bruikleen nemen van braakliggende grond voor stadslandbouw en buurtmoestuinen. • 5.2 Gemeente geeft het goede voorbeeld Geef als gemeente Utrecht het goede voorbeeld. Koop zo veel mogelijk regionaal en duurzaam in. Overweeg regionaal of duurzaam voedsel in de eigen kantines. Participeer in het programma voor regionaal voedsel door gemeentelijke kerstpakketten en kerstmarkten. In de regio gingen vele gemeenten Utrecht voor. Ontwikkel en ondersteun samen met GG&GD in afstemming met Lekker Utregs, Eetbaar Utrecht, Natuur- en Milieu Communicatie en de Stedes een eigen Utrechts programma voor gezond voedsel. • 5.3 Lokale en regionale logistiek Alle duurzaamheid start regionaal. Het ontbreekt in Nederland echter aan goede regionale logistiek. Voor de voedselproductie gebruiken we veel energie en is er veel onnodige transport van voedsel. Ondersteun de ontwikkeling van duurzame regionale logistiek en de realisatie van een Utrechtse Foodhub.
5
• 5.4 Boeren en regionale markt Utrecht heeft een kleine maar waardevolle biologische boerenmarkt. Steun de verkoop van duurzaam regionaal en biologisch voedsel in Utrecht. Overweeg een betere plaats en versterking van deze boerenmarkt en het aanbod van regionaal duurzaam product. 6: Utrecht de participerende stad Utrecht heeft 300.000 meer dan gemiddeld hoog opgeleide inwoners. Toch ontbreekt bij veel Utrechters nog het gevoel hoe urgent het is om nu hun leefstijl te verduurzamen. Vergroot daarom het draagvlak onder Utrechtse burgers voor duurzaamheid door te investeren in voorlichting, educatieve programma’s en verschillende soorten manifestaties rond duurzaamheid. Belangrijk is burgers te stimuleren zelf initiatieven te nemen en deze initiatieven te ondersteunen. Vele organisaties kunnen een belangrijke rol spelen bij het vergroten van het draagvlak voor duurzaamheid onder de Utrechtse bevolking. Voor visie en een bijdrage aan de lange termijn ontwikkeling zijn deze organisaties al vele jaren een belangrijke waarde voor de stad. Hun bijdrage gaat verder dan het maken van een product of het leveren van inspraak. Er is waardering en vraag naar hun bijdrage en mening maar ze dreigen tijdens deze crisis te verdrogen. Gebrek aan budget en een neoliberale invulling van participatie maakt hun bestaan erg lastig. Leefbaarheidsbudget is niet geschikt voor belangenbehartiging, groepenondersteuning en bewonersoverleggen. De nieuwe participatieparagraaf van de gemeente moet meer ruimte bieden aan co-creatie en Utrechtse initiatieven. Milieu, duurzaamheid en ecologie hebben naast initiatieven en producten vooral baat bij belangenbehartiging, visieontwikkeling en het bewaken van maatschappelijke waarden ook voor midden en lange termijn. • 6.1 Behoud waardering voor maatschappelijke organisaties en belangenbehartigers Geef ze de steun en ruimte om hun rol te blijven spelen. Participatie gaat juist ook over visie, kwaliteit voor de stad en maatschappelijke waarden, niet alleen over co-creatie het recht van initiatief en producten binnen één college periode. De stad heeft beide nodig, en dus ook de hierbij horende organisaties. • 6.2 Intermediaire organisaties en communicatie Met moderne communicatie kun je een grote groep Utrechters bereiken, maar levert dat ook een gewogen mening of acceptabel voorstel of initiatief op? Juist de intermediaire organisaties organiseren of hebben kennis van inhoud, besluitvormingsproces, geschiedenis en visie. Zij filteren een deel van het maatschappelijk geluid en bieden steun waar nodig. • 6.3 Burgerinitiatief is niet hetzelfde als participatie Op vele terreinen zijn er burgerinitiatieven. Vanuit de gemeente wordt dit vaak ten onrechte gezien als een vorm van participatie. Bij participatie ligt het initiatief bij de gemeente en vraagt deze burgers te participeren, bij een burgerinitiatief ligt het initiatief bij de burgers, die de gemeente vragen binnen de grenzen van de regelgeving en beleid te participeren, belemmeringen weg te nemen of mogelijkheden te bieden. Is het tijd voor overheidsparticipatie? Of is dat wat we klassiek dienstbaarheid noemen? -------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Milieucentrum Utrecht Roland Pereboom Oudegracht 60 3511 AS Utrecht 030 2367 240 www.mcu.nl
[email protected] [email protected] 06 222 00 363
6