“MIJN LEVEN IS HET KANAAL” Advies ruimtelijke kwaliteit Kanaal Almelo – De Haandrik 15 september 2010
Colofon
Titel Opdrachtgever Contactpersoon Projectnummer Projectteam Tekst Redactie Datum
‘Mijn leven is het kanaal’ Provincie Overijssel F.P.A.J. (Frans) Duin, projectleider wegen en waterwegen Provincie Overijssel 09002915801 Hellen Abma en Let Geerling (KCO), Mascha van Damme, Tamara Ekamper, Rik Herngreen en Niels Tienstra (Het Oversticht) Mascha van Damme, Let Geerling, Harriët Gerrits en Tamara Ekamper projectteam september 2010
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
2
Inhoudsopgave
Samenvatting
5
Inleiding Aanleiding, aanpak en uitgangspunten, leeswijzer
10
1. Leven met het verleden Ontstaansgeschiedenis van het kanaal, landschap en buurtschappen
12
- Behoefte aan nieuwe kanalen - De aanleg van het Overijssels Kanaal - Het kanaal als rendabele vaarroute - Veenontginningen - Nieuwe nederzettingen - Vroege nederzettingen en archeologische verwachtingen
2. Leven met het heden Landschap, cultuurhistorie, levende cultuur en recreatie - ‘Mijn leven is het kanaal’ - Ontwikkelingen in het gebied - Het kanaal als lijn in het landschap - De verbindingen haaks op het kanaal - De bruggen en hun monumentale waarden
3. Leven met de toekomst Advies, kwaliteiten & toekomstkansen voor kanaal, bruggen & wachtplaatsen - Conclusies en aanbevelingen bruggen - Conclusies en aanbevelingen kanaal - Inrichtingsvoorwaarden bruggen, wachtplaatsen en kanaal - Brugpaspoorten - Beerzerveld - Kloosterdijk - Bergentheim - Emterbroekerdijk - Hoogendijk
Bijlagen: gespreksverslagen - Bijlage 1: verslag gesprekken met belangenvereniging - Bijlage 2: verslag gesprekken op de bruggen - Bijlage 3: verslag gesprekken inloopdag Beerzerveld 22 mei
Bronnen & literatuur
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
12 12 14 16 16 18
20 20 23 25 29 30
34 34 35 38 39 39 41 43 45 47
49 50 58 65
71
3
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
4
Samenvatting Aanleiding De provincie Overijssel heeft besloten het kanaal Almelo-De Haandrik op te waarderen en geschikt te maken voor scheepvaart met een laadvermogen van 700 ton. Vijf van de zestien bestaande, beweegbare bruggen blijken te smal en zullen moeten worden vervangen: de bruggen bij Beerzerveld, Kloosterdijk, Bergentheim, Emtenbroekerdijk en de Hoogenweg. In opdracht van de Provincie Overijssel verrichtten twee partners van AtelierOverijssel, Het Oversticht en Kunst & Cultuur Overijssel (KCO), een onafhankelijk onderzoek naar de landschappelijke, cultuurhistorische, sociaal-culturele en archeologische kwaliteiten rondom het kanaal Almelo-De Haandrik, vooral het deel tussen de plaatsen Beerzerveld en Hardenberg, waar de vijf te vervangen beweegbare bruggen zijn gelegen. Doel Het onderzoek richtte zich op het formuleren van de maatschappelijke betrokkenheid bij het kanaal en de bruggen, en het benoemen van toekomstkansen om met de voorgenomen aanpassingen de ruimtelijke kwaliteit van het kanaal en de omgeving te versterken. Ruimtelijke kwaliteit gaat immers niet uitsluitend om excellente ontwerpen, maar om een goed proces. Het doel is daarnaast het benoemen van ontwerpprincipes voor de nieuwe bruggen. Aanpak Het voorliggende rapport is een weerslag van dit onderzoek. Er is een analyse gemaakt van de cultuurhistorie, het landschap, de archeologie en de sociaal-culturele context van het gebied rondom Almelo-De Haandrik. De aandacht richt zich vooral op het deel tussen de plaatsen Beerzerveld en Hardenberg, waar de vijf te vervangen beweegbare bruggen zijn gelegen. Er is uitgebreid gesproken met het maatschappelijk veld: met plaatselijke belangen, gesprekken op de brug en in het café met betrokkenen en omwonenden, en met de gemeenten Ommen en Hardenberg. In deze gesprekken kwamen de betekenis van de bruggen en het kanaal in het verleden, heden en toekomst aan bod. Aan de hand van de analyse en de gesprekken met betrokkenen zijn aanbevelingen geformuleerd voor de ontwerpopgave van de bruggen, de inrichting van de wacht- en aanlegplaatsen en de inrichting van het kanaal. Uitkomst Uit de cultuurhistorische analyse blijkt dat het zijkanaal Vroomshoop-De Haandrik halverwege de negentiende eeuw gegraven is als pragmatische waterloop. Dit onderdeel van het Overijssels Kanaal moest het hoofdkanaal, de scheepvaartroute van Zwolle naar Almelo, van water voorzien. Onverhoopt is het deel Almelo-De Haandrik uitgegroeid tot de meest gebruikte en bruikbare scheepvaartroute en hebben de andere delen van het kanaal hun betekenis zo goed als verloren. Het Overijssels kanaal is niet aangelegd als prestigeproject met excellente ontwerpen, maar als een pragmatische lijn in het landschap. De cultuurgeschiedenis leert ons dat er door de jaren heen pragmatisch met het kanaal is omgegaan (eerst vervening, daarna scheepsvaart). Ook voor de bruggen geldt dat wanneer deze niet meer voldeden ze zonder weerstand werden vervangen door andere bruggen, die beter aansloten bij de destijds geldende (verkeerstechnische) eisen. Zo zijn alle vlotbruggen vervangen door hefbruggen. Die pragmatiek vinden we ook terug bij de bewoners van het gebied: nuchtere mensen. Een van de bevindingen is dan ook dat er over het algemeen weinig weerstand bestaat tegen het vervangen van de bruggen. Men is niet gehecht aan het historische uiterlijk van de brug, ziet juist kansen voor verbeteringen, vooral op het gebied van verkeer en veiligheid. Het kanaal speelt al generaties lang een belangrijke rol in het leven van de omwonenden. Kinderen leerden zwemmen, fietsen en schaatsen langs en op het kanaal. Men dronk uit het kanaal. De meeste voorzieningen en bedrijvigheid concentreerden zich rond het kanaal. Veel ouderen zijn zich ervan bewust dat hun voorouders en de hele omgeving hun bestaan danken aan het kanaal. Het kanaal en de bijbehorende bruggen vertegenwoordigen een groot maatschappelijk belang voor de omwonenden. Het kanaal en de bruggen maken nog steeds integraal deel uit van de economie en cultuur van de aangrenzende en omringende dorpen. Het kanaal vormt het hart van de dagelijkse samenleving. Er bestaat vanuit de omwonenden een grote betrokkenheid bij het kanaal en de bruggen. Zij kijken hier
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
5
zeer pragmatisch tegenaan. Omwonenden erkennen de huidige economische waarde van het kanaal en zien een meerwaarde in het uitdiepen van het kanaal. De bruggen zijn van oudsher belangrijke plekken in het lokale netwerk. Aangezien de ontginning van het aangrenzende gebied is begonnen met de aanleg van het kanaal, de bruggen in overleg met de ontginningsgemeenschap zijn aangelegd en de aangrenzende dorpen hun bestaan danken aan de aanleg van het kanaal en de verbinding met het achterland, bestaat er een aanwijsbare wisselwerking tussen de bruggen en de omgeving. Bij de Beerzerveldburg, de Bergentheimbrug en de Kloosterdijkbrug is dit heel duidelijk. De buurtschappen en dorpen zijn hier langs het kanaal ontstaan (kanaaldorpen) aan weerszijden van het water. De brug verbindt beide delen van de dorpsgemeenschap. Van oudsher ontlenen de kernen hun bestaansrecht aan de bruggen. Ze zijn belangrijke identiteitsdragers van de dorpen. De bruggen vormen het icoon van de dorpen en van het kanaal. Nog steeds geldt: je spreekt af bij de brug, je zwaait je kinderen uit bij de brug, en de brug is het beeldmerk van de gemeenschap. Deze betekenis wordt benadrukt door de vormgeving van de bruggen: alle bruggen hebben een klap, het zijn hefbruggen. Hierdoor zijn ze al van verre zichtbaar en zeer herkenbaar in het aanzicht van het kanaal. Aan deze uiterlijke aspecten van de bruggen is men gehecht. Conclusie en advies bruggen algemeen Alle bruggen hebben betekenis in het netwerk van fietsers en voetgangers. Voor de bruggen bij de kernen (Beerzerveld, Kloosterdijk, Bergentheim) geldt dat de kernen aan weerszijden van het kanaal zijn ontstaan. De bruggen vormen dan ook de verbinding tussen bewoners aan weerszijden, ze zien elkaar door de brug als buren. Vaak zijn voorzieningen aan een zijde geconcentreerd en vormen de bruggen de schakel tussen deze voorzieningen en de gebruikers. Voor de bruggen die niet bij een kern liggen, geldt dat deze een belangrijke schakel zijn in het verbinden van kleinere buurtschappen aan de oostzijde van het kanaal met Hardenberg. Zo is de Emtenbroekerdijkburg voor fietsers en voetgangers van groot belang als verbinding met een zeer groot achtergebied rondom Bruchterveld met Hardenberg. Zo is de Emterbroekerdijkbrug van groot belang als fietsverbinding tussen Hardenberg en een groot gebied rondom Bruchterveld. Dit temeer sinds de fietspadenstructuur in het gebied is aangepast. Dezelfde brug is, op kleinere schaal, van grote betekenis als voetgangersverbinding. Sommige bruggen verbinden gemeenschappen aan weerszijden van het kanaal met elkaar, zoals Kloosterhaar/Bruchterveld met Bergentheim via de Bergentheimbrug, of Sibculo met Mariënberg via de Kloosterdijkbrug. Het advies is om geen van de bruggen geheel te laten vervallen. Uit de analyse blijkt dat de hoge bruggen niet functioneren in het lokale netwerk. De hoge bruggen bieden geen alternatieve route voor fietsers en wandelaars. Ze zijn te steil, te druk en je rijdt eerst van het kanaal af, voordat je de brug opgaat. De hoge bruggen bieden wel de mogelijkheid om de lokale bruggen te ontlasten van snel-, vracht- en landbouwverkeer. Het advies is om de meeste bruggen vooral te bestemmen voor fiets- en voetgangersverkeer, met op enkele bruggen de auto als gast. Algemene ontwerpprincipes nieuwe bruggen Analyse van de bruggen laat zien dat ze, op de later ontworpen Bergentheimbrug na, allemaal een overeenkomstig uiterlijk bezitten en dezelfde functionele eigenschappen hebben. De bruggen zijn duidelijke broertjes of tijdgenoten van elkaar. Hoewel elke brug voor de specifieke plek ontworpen is, is er een aantal overeenkomstige ontwerpprincipes te onderscheiden, die ook voor de toekomstige bruggen wenselijk is. pragmatisch (goedkoop) zichtbaar functioneel (geen toeters en bellen) onopvallend (sober) ingetogen kleurgebruik een functionele constructie, die hoogte heeft (‘klapmodel’ behouden of andere constructie met een vergelijkbaar ruimtelijk effect). IJl uitgevoerde constructie gelijksoortige typologie als de huidige bruggen eigentijds uiterlijk (het moet duidelijk zijn dat het om een nieuwe, eigentijdse brug gaat) Conclusie advies per brug Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat er per brug, zoals dat van oudsher ook als het geval was, specifieke eisen gesteld kunnen worden aan de inrichting van de brug, de aansluiting op de
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
6
directe verbindingen en de omgeving. Per brug leidt dit tot aparte conclusies en aanbevelingen, die hieronder kort op een rij zijn gezet. In de brugpaspoorten zijn deze bevindingen uitgebreider toegelicht. Beerzerveldbrug De brug vervangen door een fiets-/voetgangersbrug en afsluiten voor auto’s. Hierdoor wordt de verblijfskwaliteit op en in de directe omgeving van de brug versterkt. Daarbij zullen parkeergelegenheden aan de westzijde van de brug nodig zijn voor bezoekers van de fysiotherapeut. De Oosterweg blijft autoluw. Dit advies sluit aan bij de gevoerde gesprekken, waaruit de behoefte bleek aan een lokale verbinding/ kleinschalig, met prioriteit voor fietsers en wandelaars (de auto hoogstens te gast). Daarnaast sluit dit advies aan bij de dorpsagenda van het Dorpsplanplus Beerzerveld, die in 2009 is opgesteld in samenspraak met de gemeente Ommen, het plaatselijk belang Beerzerveld, de inwoners van Beerzerveld en het consortium Dorpsplanplus (een samenwerking van Landschap Overijssel, Variya, Stimuland, Het Oversticht en de OVKK), waarop bij agendapunt 7 het behoud van de Beerzerveldbrug staat. Kloosterdijkbrug De brug vervangen. De brug heeft een betekenis als verblijfsplek (afspreken op/bij de brug), maar ook als doorgaande verkeersader. Zolang er geen oplossing is voor de aansluiting op de N36 bij Mariënberg, zal de Kloosterdijkbrug geschikt moeten zijn voor zwaar verkeer. Daarnaast gebruiken (lokale) automobilisten, fietsers en wandelaars de brug. Om alle gebruikers goed te bedienen, is een aantal maatregelen nodig: Snelheid er uithalen bij het benaderen van de brug (bij voorkeur met ruimtelijke maatregelen, zoals ander type bestrating op en voor de bruggen, versmallen wegprofiel, beplanting langs de weg, knik in de weg en niet met technische oplossingen zoals borden en drempels). De rijstroken voor autoverkeer niet verbreden (dat komt de verblijfskwaliteit niet ten goede en stimuleert hard rijden), maar wel bredere fiets en wandelstroken op de brug. Scheiden van rijstroken. Het versterken van de verblijfskwaliteit op de brug en bij de brughoofden. Bergentheimbrug Wij adviseren deze brug te vervangen en tegelijkertijd de verkeerssituatie ter plaatse te verbeteren. De brug heeft een belangrijke betekenis als lokale ontmoetingsplek en als schakel in het dorpsleven. Om die betekenis ook ruimtelijk terug te laten komen, zou de brug en de directe omgeving van de brug ingericht kunnen worden als verblijfsruimte volgens de principes van shared space (gemotoriseerd verkeer te gast, geen functiescheiding) met aangrenzend openbare ruimte op de wal, waardoor het accent komt te liggen op maatschappelijke betekenis van de brug. Emtenbroekerdijkbrug De brug vervangen door alleen een fiets- en voetgangersbrug. Daarmee blijft een rustige, relatief korte en directe verbinding tussen Bruchterveld en de rest van het achterland met Hardenberg behouden, evenals een veilige, vertrouwde en autoluwe verbinding voor fietsers, vooral scholieren en uitgaansjeugd. Hoogenwegbrug De brug 1 op 1 vervangen, waarbij het van belang is de knelpunten in de huidige verkeersituatie op en in de aanloop naar de brug op te lossen en landbouwverkeer terug te dringen door het gebruik van de Duitslandbrug te stimuleren.
Kansen voor kwaliteit op provinciaal niveau De omgevingsvisie stelt dat ontwikkelingen dienen bij te dragen aan het behoud en de versterking van de oriëntatie op het kanaal als dragende structuur van de functies, de bebouwing en de openbare ruimte. De Kloosterdijkbrug heeft een bovenlokale betekenis door de verbinding van het achterland met station Mariënberg en de toegang naar de N36. De aansluiting bij Mariënberg op de N36 is vooral voor zwaar verkeer lastig. Vandaar dat veel zwaar verkeer over de Kloosterdijkbrug rijdt en bij Sibculo de oprit van de N36 neemt. Zolang er geen oplossing is voor de aansluiting op de N36 bij Mariënberg blijft het zwaardere landbouwverkeer de Kloosterdijkbrug en de
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
7
Kloosterdijk: door de nabijheid van station Mariënberg en de korte afstand tot het Vechtdal biedt deze plek kansen voor het realiseren van ligplaatsen voor recreatievaart (maximaal 2x 24 uur). Bergentheim: dit dorp met een grotere centrumfunctie leent zich eveneens goed voor een aanlegplaats voor recreanten en bijbehorende voorzieningen. Het dorp Bergentheim kan beter zichtbaar en beleefbaar worden gemaakt vanaf het kanaal door de inrichting van een toeristische aanlegplaats ten zuiden van de brug, aan de westkant van het kanaal in de zichtlijn naar het dorpscentrum. De kwaliteit kan een impuls krijgen door de vormgeving van de aanlegplaats te relateren aan vaste wal. Emtenbroekerdijk: hier kan meer leven in het gebied gebracht worden door de realisatie van een aanlegplaats voor recreanten en bijbehorende voorzieningen.
Kansen voor kwaliteit op gemeentelijk niveau Bergentheim: biedt de mogelijkheid voor een economische impuls door plaatselijke ondernemers langs het kanaal te stimuleren. Het dorp Bergentheim kan beter zichtbaar en beleefbaar worden gemaakt vanaf het kanaal door een betere de zichtlijn naar het dorpscentrum te realiseren. De Doctor H.J. Postlaan kan als zichtas in deze de visuele en fysieke verbinding vormen naar de nieuwe dorpskern en de voorziening De verkeerssituaties in aanloop naar de brug verbeteren en veiliger maken, met name bij de Hoogenweg en de Kloosterdijk.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
8
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
9
Inleiding Aanleiding In november 2009 heeft de provincie Overijssel besloten dat schepen met een laadvermogen van 700 ton binnen vier jaar hun lading moeten kunnen vervoeren over kanaal Almelo-De Haandrik. Om het kanaal geschikt te maken voor grotere schepen met een diepere ligging, moet het kanaal worden verdiept. De provincie laat het kanaal ongeveer een halve meter uitbaggeren. Ook de bodem van het kanaal wordt verbreed met enkele meters. De zwaardere schepen zijn niet alleen dieper, maar ook breder, waardoor vijf van de zestien bestaande, beweegbare bruggen te smal blijken. Deze bruggen moeten worden vervangen of verwijderd. Andere ruimtelijke consequenties die met de aanpassingen gepaard gaan, zijn de aanleg van wachtplaatsen bij bruggen voor beroepsvaart, waar mogelijk gecombineerd met aanlegplaatsen voor de recreatievaart. In opdracht van de Provincie Overijssel verrichtten twee partners van AtelierOverijssel, Het Oversticht en Kunst & Cultuur Overijssel (KCO), een onafhankelijk onderzoek naar de landschappelijke, cultuurhistorische, sociaal-culturele en archeologische kwaliteiten rondom het Kanaal Almelo-De Haandrik, vooral het deel tussen de plaatsen Beerzerveld en Hardenberg, waar de vijf te vervangen beweegbare bruggen zijn gelegen. De vijf beweegbare bruggen die moeten worden vervangen zijn: In de gemeente Ommen: de brug Beerzerveld In de gemeente Hardenberg: de bruggen Kloosterdijk, Bergentheim, Emtenbroekerdijk en Hoogenweg Het onderzoek geeft inzicht in het nut en de noodzaak van het kanaal en de bruggen. De uitkomsten van dit kwalitatieve onderzoek kunnen zo vergeleken worden met die van het verkeerstechnisch onderzoek naar het gebruik van de bruggen dat in dezelfde tijd werd verricht. Daarnaast is het doel het benoemen van ontwerpprincipes voor de nieuwe bruggen en in het verlengde daarvan kansen aan te wijzen om met de voorgenomen aanpassingen de ruimtelijke kwaliteit van het kanaal en de omgeving te versterken. Aanpak De cultuurhistorie van het gebied neemt een belangrijke plaats in: veel dorpen danken hun bestaan aan het kanaal en de ontginning van het gebied heeft mede door de aanleg van het kanaal kunnen plaatsvinden. Ruimtelijke kwaliteit gaat echter verder dan een cultuurhistorische inventarisatie en een mooi beeld. Het omvat evenzeer de ecologische, economische en sociaal-culturele waarden die het kanaal en omgeving vertegenwoordigen en die in de toekomst met de nieuwe ingrepen versterkt kunnen worden. Voor de uitvoering van het project is informatie verzameld die relevant is voor een analyse van landschap, ecologie, archeologie, cultuurhistorie en de sociaal-culturele context van het gebied rondom kanaal Almelo-De Haandrik, van Hardenberg tot Beerzerveld. Aan de hand daarvan is een analyse gemaakt. Teven zijn gesprekken gevoerd met de betrokken gemeenten in dit gebied, Ommen en Hardenberg. Om de maatschappelijke betrokkenheid bij het kanaal en de bruggen te kunnen bepalen zijn er met zes van de negen belangenverenigingen uit het gebied gesprekken gevoerd. Deze gesprekken vonden plaats volgens hetzelfde stramien waarin algemene informatie over de belangenvereniging en het betreffende gebied op een rijtje is gezet, de betekenis van de brug aan de orde kwam, evenals de knelpunten, en vervolgens werd gevraagd naar de ontwerpwensen ten aanzien van een nieuwe brug. Verder zijn er gedurende drie dagen interviews gehouden met passanten op en rond de verschillende bruggen. Deze gesprekken vonden plaats aan de hand van een vaste vragenlijst om een eenduidig beeld van de interviews te kunnen geven en de antwoorden met elkaar te kunnen vergelijken. Afsluitend is een breed aangekondigde inloopdag georganiseerd in café Veenlust te Bergentheim. Aan de hand van de analyse en gesprekken in het veld met betrokkenen worden aanbevelingen gegeven voor de ontwerpopgave van de bruggen, de inrichting van de wacht- en aanlegplaatsen en de inrichting van het kanaal.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
10
Leeswijzer Het rapport is opgebouwd uit drie delen: verleden, heden en toekomst. De cultuurhistorische ontwikkeling van het kanaal en de omgeving wordt in hoofdstuk 1 gegeven. In hoofdstuk 2 wordt vervolgens ingegaan op de rol die het kanaal tegenwoordig speelt en de gevolgen die cultuurhistorische ontwikkelingen hebben (gehad) op het gebied: de kenmerken van het gebied, de mensen, het kanaal en het uiterlijk en de monumentale waarden van de bruggen. De toekomstkansen voor het kanaal, de bruggen en het omringende gebied worden in hoofdstuk 3 geschetst. Allereerst wordt bekeken welke kansen de omgevingsvisie van de provincie biedt, vervolgens worden de conclusies, aanbevelingen en ontwerpadviezen, die uit het onderzoek naar voren komen voor zowel de bruggen als het kanaal op een rijtje gezet. Omdat de specifieke omstandigheden van de te vervangen bruggen verschillen, is per brug een paspoort opgesteld, waarmee in kaart gebracht is wat de betekenis en de knelpunten zijn van de bestaande brug enerzijds, en de kansen, uitgangspunten voor het ontwerp en de inrichting van een mogelijk nieuwe brug anderzijds. Deze brugpaspoorten zijn aan het eind van hoofdstuk 3 opgenomen. In de bijlagen zijn de verslagen van de gesprekken met de belangenverenigingen opgenomen, de gesprekken op de brug en tijdens de inloopmiddag in Beerzerveld 22 mei 2010.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
11
1. Leven met het verleden Ontstaansgeschiedenis van het kanaal, landschap en buurtschappen Het kanaal speelt al generaties lang een belangrijke rol in het leven van de omwonenden. Vooral jongens leerden er zwemmen en vissen. Vrijwel iedereen leerde schaatsen op het kanaal en fietsen langs de kanaalweg. Lange tijd kwam het drink- en waswater uit het kanaal. De meeste voorzieningen en bedrijvigheid concentreerden zich aan het water. Veel ouderen zijn zich ervan bewust dat hun voorouders en de hele omgeving hun bestaan danken aan het kanaal. Behoefte aan nieuwe kanalen In de jaren vijftig van de negentiende eeuw werden in Nederland veel nieuwe kanalen aangelegd. Het zwaartepunt lag in Drenthe, waar de kanalen vrijwel uitsluitend bestemd waren voor vervening. Het rijk leverde regelmatig een financiële bijdrage aan de aanleg. Ook Overijssel is rijk aan verschillende kanalen, van kleinere turf- en afwateringskanaaltjes tot een groot netwerk van kanalen, dat onder meer bedoeld is voor scheepvaarttransport en handelsverkeer met Duitsland. De aanleg na 1809 van de Dedemsvaart door de venen zal stimulerend hebben gewerkt om ook de meer oostelijk gelegen gebieden van Salland van een kanaalverbinding te voorzien. Anders dan in Drenthe was het doel van de aanleg van het Overijssels Kanaal de ontsluiting en ontwikkeling van een opkomende textielnijverheid in Twente. Vanouds vond het vervoer van grondstoffen voor linnen en dergelijke plaats over vaak slecht bevaarbare beken en riviertjes als de Dinkel en de Regge, of over de tijdens het Napoleontische regime aangelegde straatwegen, waarover op bepaalde plekken een behoorlijke tol betaald moest worden. De Overijsselse infrastructuur voldeed steeds minder aan de eisen van de groeiende industrie en Twente raakte in een isolement. Bijna 40 jaar lang hebben gemeentebesturen, industriëlen en verveners het provinciaal bestuur van Overijssel bestookt met verzoeken tot goedkeuring en medefinanciering van kanalisatieprojecten in Overijssel. Steeds opnieuw concludeerde de Provinciale Staten van Overijssel dat de plannen te duur waren, financieel te 1 risicovol of dat er te weinig water was om het kanaal te voeden. In 1849 werd de Overijsselse Spoorwegmaatschappij (OSM) opgeheven, omdat de aanleg van een spoorlijn van Zwolle naar Almelo en de Duitse grens veel te duur bleek. Toen de aanleg van een spoorweg naar Twente van de baan was, stond niets de plannen voor een kanalenstelsel meer in de weg. Vooral omdat de aandeelhouders van OSM hun kapitaal wilde aanwenden voor een toekomstig kanalisatieplan. Dat werd uiteindelijk het Overijssels kanaal. De aanleg en de exploitatie van dit kanalenstelsel waren in handen van de Overijsselsche Kanalisatie Maatschappij (OKM of Kanalen Maatschappij), die rond 1850 werd de opgericht en het recht kreeg om een aantal kanalen te graven in de provincie Overijssel. Spoedig na de oprichting van OKM werd begonnen met graven. De OSM leverde maar liefst 40% van het benodigde kapitaal. Het stelsel zou bestaan uit een hoofdkanaal van Zwolle naar Almelo met enkele zijtakken. Maar omdat de Twentse industriesteden om onverklaarbare redenen uiteindelijk niet mee wilden betalen aan de aanleg van de Overijsselse kanalen werd het 2 zijkanaal van Almelo naar de Dinkel, de verbinding naar Hengelo en Enschede, geschrapt. Het OKM ontving evenmin een rijksbijdrage. De aanleg van het Overijssel Kanaal Het kanalenstelsel bestond uiteindelijk uit een hoofdkanaal met zijkanalen richting de Vecht en naar de IJssel bij Deventer, die samen worden aangeduid als Overijssels Kanaal. Het bestek werd in mei 1851 goedgekeurd. Direct daarna werd begonnen met de eerste werkzaamheden, die bestonden uit het verbreden en verdiepen van de Nieuwe Wetering, te beginnen bij de stadsgracht van Zwolle. Met de uitgebaggerde grond werden de oevers opgehoogd. Op een van de oevers werd een jaagpad aangelegd. Het baggerwerk vond plaats "door middel van door menschen bewogen baggerwerktuigen, op vaartuigen geplaatst". Deze werktuigen bestonden uit niet meer dan stokken met beugels, waarmee de bodem werd losgewoeld. Het zand werd dan met speciale netten uit het water geschept. In 1855 was de hoofdwaterweg aangelegd van de IJssel bij Zwolle over Vroomshoop naar Almelo. Dit kanaal was oorspronkelijk bedoeld als scheepvaartweg en wordt op een kaart van J. Kuijper uit 1865 e aangeduid als Almelosche kanaal, 1 sectie. Het gedeelte waar het Overijssels Kanaal bij Zwolle
1 2
Smolders 1989, p. 10-11. Smolders 1989, p. 9.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
12
aansloot op de Nieuwe Wetering werd ook omgedoopt tot Almelose Kanaal, omdat hier de veerboot naar Almelo vertrok.
Boven: perioden waarin de aanleg van belangrijke kanalen plaatsvonden. De uitsnede laat het traject van het Overijssels Kanaal zien. Het oost-west deel is het hoofdtraject van Zwolle naar Vroomshoop, waar het kanaal haaks afbuigt naar het zuiden richting Almelo (1855). Het afwateringstraject Vroomshoop-De Haandrik gaat vanaf dit punt naar het noorden (1856). Halverwege het traject Zwolle –Vroomshoop is het zijkanaal van Lemelerveld naar Deventer gegraven (1858). Linksonder het kanaaldeel Zwolle-Vroomshoop, rechtsonder het deel van Almelo naar De Haandrik.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
13
Het traject van de eerste zijtak, de 4e sectie van Vroomshoop naar De Haandrik, is gegraven met het doel het Overijssels Kanaal van water te voorzien. Dit deel liep door de marken Vriezenveen, de Ham, Beerse, Sibculo, Brucht en de gemeente stad Hardenberg. Het graafwerk kon omstreeks 1855 beginnen en in 1856 was het kanaal geopend voor scheepvaart. In 1908 werd de Overijsselse Vecht gekanaliseerd en werden veel bochten afgesneden. De stuw bij De Haandrik is een van de vijf stuwen die tussen 1907 en 1916 in de Vecht werden gebouwd om waterniveau beter te kunnen beheersen. 3 Het doel was om de zomerse overstromingen tegen te gaan en de winterse overstromingen op gereguleerde wijze toe te staan. In dit systeem, waardoor de Vecht tussen Ommen en De Haandrik niet meer bevaarbaar was, werd ook de waterhuishouding van het nabijgelegen Overijssels Kanaal betrokken. De stuwen bij De Haandrik staan aan beide zijden van de kruising met de Vecht en zijn voorzien van een kleine waterkrachtcentrale. Ook bij Hardenberg en Diffelen (Mariënberg) werden stuwen aangelegd. Het tweede zijkanaal van Lemelerveld via Raalte naar Deventer werd in 1858 in gebruik genomen. Schippers die normaal over de IJssel van Deventer naar Zwolle en vice versa vaarden konden bij een lage waterstand, bijvoorbeeld door langdurige droogte, het Overijssels Kanaal gebruiken. In de publicatie De geschiedenis van de Overijsselse Kanalen concludeert de auteur A. Smolders dat er een opmerkelijk verschil bestaat tussen de verwachte en de gerealiseerde functies van het 4 Overijssels Kanaal. De ontsluiting van de industrie in Twente, het uiteindelijke doel, liet lang op zich wachten en vond uiteindelijk plaats door de spoorwegen. Ook het effect op de afwatering was slechts ‘gematigd positief’. Door de aanleg van afwateringssloten liep het omringende land minder snel onder. Toch is er sprake van ‘Het succes van een mislukking’, zoals uit de volgende paragraaf zal blijken, de opkomst van de scheepvaart tussen Almelo en De Haandrik. Eerst diende het kanaal als weg voor de afvoer van turf, later voor die van aardappelen. Het kanaal als rendabele vaarroute Schippers betaalden sluis-, brug-, en havengelden op het kanaal. Deze tol leverde de OKM jaarlijks tienduizenden guldens op. Dat ging lange tijd goed, maar op den duur stegen de kosten en liep het dividend terug. Bovendien kreeg het kanaal geduchte concurrentie van de toch gerealiseerde spoorweg. De economische terugval tijdens de Eerste Wereldoorlog bracht de OKM een zware slag toe, evenals de crisis van de jaren dertig. Toen het Twentekanaal in deze jaren als werkgelegenheidsproject werd gegraven, kwam de OKM nog verder in financiële problemen. Om een oplossing te vinden voor het dalende rendement van het Overijssels Kanaal werd in 1941 de NV Maatschappij Overijsselsche Kanalen (1941-1989) opgericht. Toen de aansluiting op het Twentekanaal in 1953 eindelijk gereed kwam, werd het traject Almelo-De Haandrik drukker bevaren. De trajecten Zwolle-Vroomshoop en Lemelerveld-Raalte werden echter in 1964 voor beroepsvaart gesloten en overgedragen aan het Waterschap Salland en hebben sindsdien alleen nog een afwateringsfunctie. De geplande sluiting van het traject Raalte-Deventer stuitte op verzet van het gemeentebestuur van Raalte maar het ontbrak de voorstanders aan voldoende financiële middelen om dit deel te behouden voor scheepvaart. Na jaren van onderhandelen, hakte de toenmalige minister Nelie Smit-Kroes van Verkeer en Waterstaat de knoop door: op vrijdag 29 juli 1988 werd het kanaal definitief gesloten voor de beroepsvaart. Als bevaarbaar kanaal bleef alleen het traject Almelo-De Haandrik bestaan, dat deels uit het oorspronkelijke hoofdkanaal bestaat waarop ter hoogte van Vroomshoop de eerste, noordelijke zijtak van het Overijssels Kanaal aansluit. Niet veel later na het gereedkomen van de noordelijke zijtak werd dit deel bij De Haandrik aan de overzijde van de Vecht doorgetrokken naar Coevorden (het Coevorden-Vechtkanaal), zodat de scheepvaart over dit kanaal naar die stad op gang kon komen. Om doorgaande scheepvaart naar Coevorden mogelijk te maken, werd bij De Haandrik een dubbel sluizencomplex aangelegd, dat het water aan twee kanten kon tegenhouden. Bij hoogwater in de Vecht worden de sluizen gesloten om te voorkomen dat het gebied tussen Almelo en Vroomshoop onder water zou komen te staan. Bij een lage waterstand in de Vecht blijven de sluisdeuren dicht om te voorkomen dat het kanaal erin leeg loopt.
3 4
Stenvert 1998, p. 154. Smolders 1989, 52-53.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
14
Boven: Almelo’s kanaal bij Zwolle rond 1900 (afb. HCO). Onder: Jongens vissen tijdens de bezetting in Almelo’s kanaal, 1941 (afb. HCO).
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
15
Tussen 1885-1889 werd het kanaal Almelo-Nordhorn aangelegd, tussen Almelo en de voormalige Pruisische grens. Hierdoor werd een verbinding gemaakt tussen het Overijssels Kanaal en het EemsVechtkanaal in Duitsland. Het Duitse deel was in 1904 gereed. De zijtak van het Twentekanaal naar Almelo uit 1938 was in 1953 doorgetrokken van de buitenhaven naar het Overijssels Kanaal. Het traject Almelo-Coevorden werd hierdoor een druk bevaren route. Het kanaal Almelo-De Haandrik werd in 1965 uitgediept, verbreed en gemoderniseerd. In de jaren tachtig en negentig werd het kanaal opnieuw verbeterd. Tegenwoordig lijkt het oorspronkelijke hoofdkanaal naar Zwolle een smalle afsplitsing van het brede kanaal Almelo-De Haandrik. Veenontginningen Het traject Vroomshoop-De Haandrik dat is gegraven met het doel het Overijssels Kanaal van water te voorzien, is van grote betekenis geweest voor de ontwikkeling van de aangrenzende veengebieden. Het Overijssels Kanaal liep grotendeels door gebieden, die niet of nauwelijks ontgonnen waren. Gebieden als Beerzerveld en Mariënberg bestonden tot de aanleg van het kanaal uit hoogveen. Het kanaal had in het veengebied een belangrijke afwatering- en transportfunctie. Zowel het tracé als de vaardiepte van het Overijssels Kanaal is in overleg met veenontginners in het gebied tot stand gekomen en resulteerde in wijzigingen van het oorspronkelijke plan voor het Overijssels Kanaal. Door de aanleg van dit dichte net van kanalen en wijken werd de natte bodem ontwaterd, waarna de vaak metersdikke veenmassa laag voor laag afgestoken kon worden. Na droging kon de afgestoken turf eenvoudig per schuit worden afgevoerd, meestal naar Groningen of richting Holland, en in het in het voorheen natte en moeilijk toegankelijke gebied werd bewoning mogelijk. Eerdere plannen voor een kanaal in Overijssel, onder meer van P.L. Wildeman, een van de aankopende relaties van de baron van Dedem in de marke van Lutte, haalden het niet. Desondanks werden anticiperend op deze plannen veengronden van de provincie Overijssel, soms oude kloostergoederen, aangekocht door particuliere grootgrondbezitters met het idee dat na de aanleg van een kanaal de grond in waarde zou stijgen. Mr. I.A. van Roijen, de zoon van een vervener en markerichter van Brucht en Bergentheim, verwierf in de omgeving veel grond en stichtte een veenderij bij Bergentheim. In 1832 begon hij met het graven van een vaart, de zogenaamde Van Roijen wijk, die een verbinding vormde tussen de Bergentheimer venen en de Overijsselse Vecht waarover de turf 5 werd afgevoerd. Vanuit het nabije esdorp Oud-Bergentheim, op de hogere gronden van het Vechtdal, trok men naar dit gebied en rond 1835 was de hoogveenkolonie Bergentheim ontstaan. De kapitaalkrachtige Van Roijen nam vervolgens financieel deel aan de kanaalmaatschappij (OMK) zodat hij zijn uitgestrekte gronden op grote schaal zou kunnen exploiteren. In 1856 maakte Van Roijen een begin met het doortrekken van de Van Roijen wijk door zijn venen aan de westkant van het kanaal richting Sibculo aan de oostzijde. Deze werken waren niet zo doordacht. Door het hoogteverschil slibde het kanaaltje langzaam dicht. 6 (na demping nu de Van Roijensweg). Het Bruchterveld behoorde tot het midden van de 19e eeuw tot de nederzetting Brucht en lag binnen de marke Brucht. Met de aanleg van het Overijssels kanaal werd de marke doorsneden. De aanleg van watergangen en ontveningen moest met medewerking en onder goedkeuring van de markerichter en geërfden worden gerealiseerd. Tot het tijdstip dat de gronden gelegen binnen de marke Brucht werden verdeeld hadden de geërfden met aan het hoofd de markerichter het voor het zeggen. Een door hen genomen besluit was wet en moest nagekomen worden. Nieuwe nederzettingen Voor de vervening werden veel arbeiders naar het gebied gehaald, die hier nieuwe nederzettingen bouwden. Bij Vroomshoop, waar het hoofdkanaal een haakse bocht naar het zuiden maakt richting Almelo, vestigde zich een aantal katholieke kanaalgravers. Zij vormden het begin van de veenkolonie Vroomshoop. Hier staan langs het kanaal enkele grote ontginningsboerderijen, gebouwd door 7 Groninger of Drentse kolonisten. Ze vertonen sterke gelijkenis met die in de Groninger veenkoloniën. Het gaat daarbij om boerderijen met een fors, aan de straat gelegen woongedeelte ter grootte van een flinke burgerwoning, verbonden door zogeheten krimpen met het veel bredere bedrijfsgedeelte waarin zich doorgaans een zijlangsdeel bevindt. Ook het noordelijker gelegen Geerdijk was een katholieke enclave, ontstaan rondom de kerk die hier halverwege Vroomshoop en ‘Nieuw Gelderland’ werd gebouwd met gratis stenen van de Gelderse steenbakkerijen. Steenbakkers uit Millingen en Pannerden in Gelderland besloten zelf hun brandstof in het veengebied te steken en lieten bij Beerze 5
Stenvert 1998, p. 60. Smolders 1989, p.12. 7 Stenvert 1998, p. 269. 6
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
16
een zijkanaal graven. Hier stichtte zij een nieuwe veenkolonie ‘Nieuw-Gelderland’ en zorgen voor de aanleg van kanaalwerken en straatwegen. In het gebied dat het Overijssels Kanaal doorkruist, zou industrie zich zonder directe aanleiding niet zo snel vestigen. De stimulans van het Overijssels Kanaal op de industrie was echter niet opzienbarend. Wel kreeg de textielindustrie in Almelo een impuls en werden er in het gebied enkele kalkovens en turfstrooiselfabrieken geopend, onder andere in Bergentheim en bij Vroomshoop aan de oostzijde van het kanaal. Lemele, waar de tweede zijtak van het kanaal via Raalte naar Deventer afboog, kon zich roemen op de vestiging van een steenfabriek en een Beetwortelsuikerfabriek, en werd in 1891 voor het eerst vermeld als nieuwe nederzetting Lemelerveld.
Boven: Turfschippers bij turfkar aan Diezerkade in Zwolle, 1931 (afb. HCO) Onder: ontginningsboerderij langs de Oude Vaart van het zogenaamde Hallenhuistype, dat al voorkwam bij Oud-Bergentheim. (foto HO)
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
17
Ontginningsboerderij bij Kloosterdijk van een importtype (foto Het Oversticht).
Vroege nederzettingen en archeologische verwachtingen Vóór de ontginning bestond het grootste deel van het gebied uit hoogveen. Hoogveen ontstaat in gebieden met een slechte afwatering, bijvoorbeeld vanwege een dichte (klei)laag in de ondergrond. Bewoning kwam in deze gebieden niet voor. Daarvoor waren de veengebieden te moerassig. Pas na de vervening was het gebied geschikt voor nederzettingen. In deze regio vestigden de bewoners zich vooral op de hoger gelegen gronden langs de Vecht. Op deze hoger gelegen gronden werden dorpen gesticht en kleine akkers aangelegd (essen en kampen). De hooi- en weilanden bevonden zich in de lager gelegen delen langs de Vecht. De heide- en bosgronden ten noorden en ten zuiden van de Vecht werden vooral gebruikt om vee te weiden en er werd bosbouw gepleegd. Uit archeologische vondsten blijkt dat in de midden steentijd (8000-5300 voor Christus) deze hogere gronden langs de Vecht al werden bewoond. De aangetroffen woon- en begraafsporen blijven wel beperkt tot de smalle lintvormige grondstroken aan weerszijden van het Vechtdal. Pas in de twaalfde en dertiende eeuw werden de dekzandgronden volledig ontwikkeld. Deze hoge gronden met vroege nederzettingen kennen dan ook een hoge archeologische verwachting. Op de aangrenzende heide- en bosgronden kwamen weliswaar weinig tot geen nederzettingen voor, deze gronden waren wel reeds in gebruik vanaf de nederzettingen. De archeologische verwachting is hier dan ook hoog tot middelhoog. De veengebieden kennen een lage archeologische verwachting. De provincie zal in het verdere traject van de opwaardering van het kanaal, daar waar nodig, archeologisch onderzoek laten uitvoeren.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
18
Archeologische verwachtingskaart (bron Omgevingsvisie). De rode gebieden kennen een hoge archeologische verwachting, bruine een middelhoge en de witte gebieden een lage archeologische verwachting.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
19
2. Leven met het heden ‘Mijn leven is het kanaal’ De aanleg van het kanaal Almelo-De Haandrik, is bepalend geweest voor de culturele biografie van het omliggende land. Zonder het kanaal waren de gemeenschappen Beerzerveld, Kloosterdijk en Bergentheim niet van de grond gekomen en was het omringende achterland waarschijnlijk op een andere manier dan nu het geval is, een niet-arcadische leegte gebleven. De Landbouw Ontwikkeling Gebieden (LOG’s) die nu aan de Oostzijde van het kanaal zijn voorzien, hebben hun oorsprong in de ontwikkeling van de landbouw die het kanaal gaandeweg bleek te kunnen faciliteren. Wezenlijk anders dan bijvoorbeeld bij het Twentekanaal, zijn de dwarsverbindingen over het kanaal Almelo-De Haandrik van meet af aan de dragende kracht geweest van het sociaal-culturele leven en de economie van de aanliggende kernen en gemeenschappen. Dat is vandaag de dag terug te zien in het feit dat de bruggen Hoogenweg, Emtenbroekerdijk, Bergentheim, Kloosterdijk en Beerzerveld behalve als verbindingsweg, vooral betekenis hebben als icoon en landmark van de aanliggende kernen. In de loop van de tijd is de culturele biografie van het omliggende land langs het kanaal in het kielzog van de voortschrijdende schaalvergroting en versnelling van leven en werken, ingrijpend veranderd. Veengronden zijn afgegraven, omgezet in landbouwgronden en verkaveld, steeds grotere ontginningsboerderijen deden hun intrede. Het overgrote deel van de landbouwproductie in het gebied is vandaag de dag voor de wereldmarkt bestemd. Het kanaal heeft in dit verband als interface gefunctioneerd, die het gebied in het snelle en mondiale netwerk van de wereldmarkt heeft geplaatst. De noodzaak om het kanaal de komende twee jaar te verdiepen, zodat het geschikt is voor zwaarder scheepvaartverkeer, toont aan dat die interface nog altijd werkt. Dat is bijzonder. Nog bijzonderder is wellicht dat het snelle netwerk nog steeds onlosmakelijk verbonden is met het trage netwerk van de gemeenschapscultuur en dwarsverbindingen aan en rond het kanaal. Met het trage netwerk van de bruggen die het centrale referentiepunt zijn in het leven en de lokale economie van alledag. Wie langs het kanaal wandelt, fietst of rijdt wordt vrijwel direct getroffen door de onderscheidende kwaliteit van het vanzelfsprekend samengaan van oud en nieuw leven en landschap. Vanaf de brug op de Emtenbroekerdijk heeft men aan de overkant zicht op een nieuw industriegebied en de bouw van een innovatieve bio-ethanol installatie. We leven nu, en staan op een brug met de fysieke en visuele charme die bij de functionaliteit van een voorbije tijd lijkt te horen. Daar op die brug, balt de geschiedenis van het gebied zich samen. Niet als gestold, maar als levend verleden dat nog altijd in ontwikkeling is. Het veenontginningsverleden dat het gebied tussen Beerzerveld en de Hoogenwegbrug in Hardenberg tekent, is bepaald geen reservaat dat onttrokken is aan de turbulentie van deze tijd. Een verwoed schepenspotter met een collectie foto’s van meer dan 40 jaar houdt met hart en ziel van de, om zijn geringe laadvermogen in onbruik geraakte, Kempenaer. Maar het kanaalverleden, dat hij net als veel andere bewoners koestert, is voor hem geen relict dat buiten de tijd en zichzelf is geplaatst. Het maakt deel uit van een levend verleden van waaruit de cultuur en economie van het kanaal telkens opnieuw geïnterpreteerd worden. Zo kan het uitdiepen van het kanaal de verzamelaar ertoe bewegen een lobby op te zetten voor een gemeenschappelijke investering van schippers en bedrijven in de ontwikkeling van een nieuw type Kempenaer dat geschikt is voor scheepsvrachten van 700 ton. Oud en nieuw hebben in het gebied tussen de brug in Beerzerveld en de Hoogenweg een onvervreemdbare samenhang met een doorgaand toekomstperspectief. Dat is terug te zien in de stroom scholieren die vanuit Bruchterveld in Hardenberg de kennis en kunde opdoen die de vitaliteit van het gebied op termijn borgen. Omwonenden vertellen dat zij de Emterbroekerdijkbrug beleven als een vast en onmisbaar baken op hun dagelijkse “kennisweg”. Het uitzonderlijk samengaan van nieuw en oud leven en landschap, snelle en trage netwerken wordt niet in de laatste plaats aangedreven door de nuchtere en pragmatische mentaliteit, die het kanaal en zijn opportunistische ontwikkelingsgeschiedenis de bewoners van het gebied heeft meegegeven. Om te overleven moesten vanuit het trage netwerk alle zeilen worden bijgezet en iedere verandering als kans worden aangegrepen. Niet of wel meegaan met de flow was een kwestie van overleven.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
20
Naast het gebruik als beroepsmatige en recreatieve scheepvaartroute wordt het kanaal ook lokaal veel gebruikt voor bedrijvigheid en recreatie. Het kanaal is vooral erg in trek bij de sportvissers. Verschillende hengelsportverenigingen gebruiken het kanaal om viswedstrijden te houden.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
21
Toen de ontwikkeling van de landbouw en werkgelegenheid achterbleef bij die in de rest van Nederland, was het vanzelfsprekend om als ‘de Turken van Twente’ door het leven te gaan. Vanuit Bergentheim vertrokken tot ver in de jaren zestig van de vorige eeuw dagelijks bussen met werknemers voor de textielindustrie in Almelo die op het niveau van distributie ook zijn voordeel met het kanaal deed. Het snelle netwerk van het kanaal en het trage netwerk van de dwarsverbindingen die de thuis- en uitvalsbasis van de kanaalgemeenschappen vormden, bleven ook in die turbulente jaren zestig en zeventig in de economie en cultuur van het gebied met elkaar verbonden. Door de komst van de Wavin kwam er nieuw werk en net zo belangrijk, er kwam voor het eerst hoogwaardige kennis. Dat het gehele gebied rondom het kanaal kon profiteren van de nieuwe Schwung die dat veertig jaar geleden gaf, was zonder de bruggen ondenkbaar geweest. Ze zorgden er niet alleen voor dat bewoners en mensen aan de overkant elkaar nog altijd buren noemen, maar ook dat het gehele gebied aan weerszijden van het kanaal als eenheid beleefd wordt. Dit wordt geïllustreerd door het feit dat het verdwijnen van de Bruchterveldbrug, enkele decennia geleden, door omwonenden nog altijd wordt ervaren als een gevoelig verlies. De verkeersbewegingen over de brug bij Beerzerveld mogen dan in absolute aantallen gering zijn, voor een agrarisch bedrijf aan de Oostkant, is de verbinding de levensader van zijn economische continuïteit. Het omrijden van ongeveer 200 vrachten met aardappelen en stieren per jaar, betekent niet alleen een verlenging van de rijtijd per keer met een kwartier, maar is überhaupt niet wenselijk: door het hoogteverschil in de brug gaat een zwaarbeladen vrachtwagen aan de voorkant draaien en schampt de chauffeur vrijwel altijd de betonnen palen. Niet onbelangrijk is ook dat de Beerzerveldbrug aangesloten is op de doorgaande route van de Hammerweg. Het verdwijnen van de brug zou zowel de kern Beerzerveld van zichzelf vervreemden als het daaraan in economisch en cultureel opzicht gerelateerde achterland. In de snelle wereld van nu, zou het weghalen van een vitale schakel in het trage netwerk van de dwarsverbindingen, het gebied zonder meer terugwerpen op de ‘achterstand van vroeger’. Tegen de achtergrond van de huidige discussie over de relatie tussen stad en platteland, is dat op z’n minst discutabel. ‘’Mijn leven is het kanaal’’ is in de context van het kanaal Almelo-De Haandrik alles behalve een loze of op zichzelf staande kreet. Wezenlijker dan een individuele hartenkreet, vat het de kern samen van de ruimtelijke kwaliteit waarmee de kenmerkende, pragmatische wisselwerking tussen activiteiten en landschap het stroomgebied van het kanaal door de tijden heen begiftigd heeft. Die ruimtelijke kwaliteit bestaat uit de unieke samenhang tussen mensen, maatschappelijk nut en noodzaak waaraan het gebied zijn kracht en identiteit ontleent. De aard van die samenhang maakt ook dat de mensen in het gebied niet onwelwillend tegenover veranderingen staan. Hoewel vrije tijd in de zin zoals we dat nu kennen, voor de bewoners van de kanaalgemeenschappen, heel lang iets uit een andere wereld is gebleven, gaan er steeds meer stemmen op om het kanaal met zijn bruggen en dwarsverbindingen naar het bij toeristen in zwang zijnde Twente en Vechtdal, recreatief uit te nutten. Fietsroutes vanuit Hardenberg naar Twente worden nu langs de Evenementenhal en de N343 naar het kanaal geleid. Op die, ook nog eens zeer drukke, route valt weinig karakteristieks te beleven. Vanuit het centrum van Hardenberg zou een meer directe en aantrekkelijker route kunnen verlopen via de Emterbroekerdijkbrug. Niet alleen is het stuk tussen Hardenberg en het kanaal minder druk en sterker verbonden met de menselijke leefomgeving, de wijze waarop de brug toegang geeft tot de spannende combinatie van nieuw en oud landschap die in de Broeklanden ontwikkeld is, is net als de brug zelf iets om in de etalage te zetten. De nauwe samenhang tussen mensen, maatschappelijk nut en noodzaak die de ruimtelijke kwaliteit van het kanaal en omgeving uitmaakt, zorgt ervoor dat het verwijderen van dragende dwarsverbindingen op verzet stuit. Het vervangen van bruggen zonder meer niet. Het beeld van de skyline met het kenmerkende hoogteverschil tussen de bestaande klapbruggen en de nieuwere viaducten, moet blijven. Remakes van de oude bruggen is voor de meeste bewoners echter geen optie. Innovatief ontwerp in lijn met de veranderlijke functionele betekenissen die het kanaal door de jaren heen heeft gekend, daarentegen wel. ‘’Mijn leven is het kanaal’’ betekent meegaan met de flow zodat de toekomstige generatie straks hetzelfde kan zeggen.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
22
Ontwikkeling van het gebied Zoals eerder vermeld werd het Overijssels Kanaal grotendeels door vrijwel onontgonnen gebieden aangelegd. De geschiedenis van het kanaal is nauw verbonden met de ontwikkeling van de landbouw. Toen het einde van de vervening rond 1875 in zicht kwam, stapte men langzaam over op aardappelteelt. De afgegraven gronden werden gebruikt als vuilstortplaats en ingericht voor akkerbouw met boerderijtjes. Schepen vervoerden de turf naar de stad en namen een lading mest mee terug, die werd doorverkocht aan landpachters. Een lucratieve handel want zowel lege schepen als schuiten vol mest werd slechts half tarief gerekend op de tolkanalen. Op de afgegraven veengebieden werden de achtergebleven zandgronden met veenresten, gebluste kalk en de stadsgier vermengd. Zo ontstonden vruchtbare dalgronden, die uitermate geschikt waren als grasland en voor verbouwing van aardappels en graan: het begin van het huidige agrarische landschap met laanbeplanting langs de wegen. Een topografische kaart uit omstreeks 1903 van de omgeving van Kloosterhaar laat zien dat er grote veenderijen tussen Kloosterhaar, het kanaal en Bruchterwijk zijn verschenen (zie afb.). Het hele gebied (aangegeven met roze) is voorzien van haak op elkaar gegraven afwateringskanaaltjes en hier en daar zijn landbouwgronden (aangegeven met felgroen) ingericht in het achterland ten oosten van het kanaal. De veengebieden worden ontsloten door wijken die haaks op het kanaal zijn aangelegd, vooral de Hoofd wijk, de Van Roijen wijk en de Bruchter wijk. Het Bergentheimer kanaal (de Bergentheimer turfvaart) was er nog niet. Op de turfstrooiselfabriek en sporadische bebouwing langs het kanaal en de Van Roijen wijk na zijn ook nog weinig boerderijen in het gebied opgetrokken. Vanaf het kanaal is een schuin zijkanaaltje naar de fabriek aangelegd. Dat is later dichtgeslibd en gedempt en nu nog terug te vinden als de Oude Vaart. Langs het kanaal en er haaks op zijn smalle, relatief diepe kavels landbouwgrond ontstaan met de bebouwing georiënteerd op het kanaal. Deze ontstonden vooral in het stuk Vroomshoop tot net onder Beerzerveen, bij Kloosterdijk en ten noorden van de turfstrooiselfabriek tot aan de school tegenover de Bruchterwijk. Ook heeft haaks op de Emterboekerdijk verkaveling plaatsgevonden. Het ‘locaal spoor’ is aangelegd tot Mariënberg. In 1906 wordt het spoor doorgetrokken tot Hardenberg en in gebruik genomen. Het gebied rondom het kanaal is heel lang achtergebleven. ‘’Voor hetzelfde werk ontvingen mensen minder loon dan elders. Dat is tot ver in de jaren zestig zo gebleven. De grote verandering kwam met de komst van de pvc-buizenfabriek Wavin in Hardenberg. Dat bedrijf had niet alleen mensen uit het gebied rond het kanaal nodig, maar zorgde er ook voor dat er hoogopgeleide mensen bijkwamen. Dat is heel belangrijk geweest voor achtergebleven dorpen als Bergentheim. In Bruchterveld en Kloosterhaar is die achterstand van vroeger gebleven. Alle voorzieningen zijn er dan ook 8 verdwenen.’’ Met de verbreding van het kanaal verdwenen de rietkragen waar je vroeger tussen kon zitten vissen. De grootste verandering die heeft plaatsgevonden, is de toename van bebouwing aan het kanaal.
8
Citaat uit interview met bewoner/passant.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
23
Boven: ontginningen rondom het kanaal ter hoogte van Mariënberg en Bergentheim, 1903. Van linksonder tot midden boven kronkelt de Overijsselse Vecht. Van midden onder tot rechtsboven loopt het Overijssels Kanaal tussen veenontginningen met afwateringssloten haaks op het kanaal. De roze en lichtgroen gekleurde gebieden met haakse sloten geven de veenontginning aan. Hier en daar zijn langs het kanaal en in de veenderijen ten oosten ervan felgroene landbouwgronden ontwikkeld.
Hiernaast: veenontginningen omstreeks 1903 rondom en ten noorden van Kloosterhaar, aan de oostkant van het Overijssels Kanaal ter hoogte van Bergentheim. Linksonder zijn veenderijen te met sloten parallel aan de Van Roijen wijk, een van de eerste afwateringskanalen haaks op het Overijssels Kanaal gegraven vanaf Bergentheim.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
24
Het kanaal als lijn in het landschap Het traject van Vroomshoop tot De Haandrik ligt op een steenworp afstand van de Overijsselse Vecht. Ondanks de kanalisatie van de Vecht in 1908 golft de rivier nog altijd door het zachte landschap waar uiterwaarden, landbouwgronden en bossen elkaar afwisselen. Het kanaal daarentegen trekt een rechte lijn door het lege landschap van het voormalige hoogveengebied. Het kanaal en het landschap zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het landschap is door de komst van het kanaal ontwikkeld. Tot de aanleg van het kanaal was het grootste deel van het gebied hoogveengebied (vooral aan de oostzijde van het kanaal). Dit kon pas worden ontgonnen door de aanleg van het traject VroomshoopDe Haandrik. Het kanaal is een kunstmatig, rechtlijnig en doorgaand element in het landschap. Dit rechtlijnige karakter wordt door de langs het kanaal lopende wegen, beplantingen en bebouwing onderstreept. Het kanaal zelf ligt een stuk hoger dan de aangrenzende gronden aan weerzijden. Met de uitgebaggerde grond van het kanaal werden de oevers opgehoogd. Op een van de oevers werd een jaagpad aangelegd. Ook dit gegeven onderstreept het rechtlijnige karakter van het kanaal door het landschap.
Boven: Topografisch Militaire Kaart (TMK) uit de periode 1830-1850 van het gebied tussen Ommen en Hardenberg met de kronkelende loop van de Overijsselse Vecht met aangrenzend de groene, vruchtbare gronden. Het noord-westelijke en zuidoostelijke deel is voornamelijk hoogveen. Onder: TMK uit de periode 1850-1864 met de loop van het vrijwel rechte Overijssels kanaal gemarkeerd. (bron: watwaswaar)
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
25
Het kanaal als doorgaande lijn in het landschap. Het rechtlijnige karakter van het kanaal wordt hier aan de zuidzijde onderstreept door een weg en parallelweg ter hoogte van Beerzerveld (linksboven), gezien vanaf de Kloosterdijkbrug (rechtsboven). Onder: het gebruik van het kanaal als doorgaande verkeersroute voor zwaardere scheepvaart en als route van de recreatievaart, gezien vanaf de Gouden Ploeg (foto’s Het Oversticht).
Nu kenmerkt het landschap zich door rechte paden en rechte sloten en wijken met daartussen langgerekte, smalle kavels (zie afb. p. 24). De sloten en wijken werden gegraven om het veen te ontwateren en de paden om turf af te voeren. De smalle kavels illustreren dat het hier om een nat gebied gaat. Op den duur werd bijna al het veen afgegraven waardoor de onderliggende zandgrond weer aan de oppervlakte kwam te liggen. De veenresten van slechte kwaliteit bleven liggen en mengde zich met de zandgrond. Zo ontstond goede landbouwgrond, ook wel dalgrond genoemd. Hierop werden grote boerenbedrijven gesticht, en de dalgrond werd en wordt gebruikt voor akkerbouw. De hoogveenontginningen zijn open landschappen (zie luchtfoto). Opgaande beplanting beperkt zich tot de erven en de nederzettingen. Langs de sloten, wegen en het kanaal komen van oorsprong geen bomen voor. Later zijn er langs een aantal ontginningsassen loodrecht op het kanaal bomen geplant. Dat is goed te zien op de luchtfoto.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
26
Boven: hoogveenontginningen: een open landschap met een regelmatige, smalle verkaveling. Een aantal ontginningsassen haaks op het kanaal zijn beplant. Onder: heideontginningen: een kleinschaliger landschap met beplanting langs wegen en op erven en kleine boscomplexen verspreid in het gebied.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
27
Aan de westzijde van het kanaal en ten noorden van de Emtenbroekerdijk is het landschap kleinschaliger. Hier bevinden zich de jonge heide- en broekontginningen. Oorspronkelijk stonden de woeste heidevelden ten dienste van het esdorpenlandschap langs de Vecht en maakten daar een integraal onderdeel van uit. De heidegronden werden door de bewoners van de esdorpen als gemeenschapsgrond gebruikt. Tot in de twintigste eeuw was een groot deel van deze arme heidegronden niet volledig ontgonnen en ontwikkeld. Ze werd vooral gebruikt om vee te weiden en bosbouw te plegen. De aanplant van bossen werd mede gestimuleerd door de zandverstuivingen die de vruchtbare essen bedreigden. Met de introductie van kunstmest werd intensief agrarisch gebruik mogelijk en ging men over tot ontginnen van de heidevelden. De kavels zijn groter dan in de hoogveenontginningen (zie luchtfoto). Men was in staat om meer blokvormige kavels te realiseren. Toch is de verkaveling hier minder rationeel en systematisch dan in de hoogveenontginningen. Dit zal waarschijnlijk te maken hebben gehad met het verspreide grondbezit. Het spreekt voor zich dat eerst de beste gronden in ontwikkeling werden gebracht. In het gebied zijn gedeelten van de stuifzandcomplexen ook daarna enkel geschikt bleven voor bosbouw. Hier en daar vinden we dan ook kleine boscomplexen verspreid in het gebied. Karakteristiek voor dit type landschap zijn de rechte wegen, de blokverkaveling, de beplanting langs wegen en op erven en de kleine boscomplexen verspreid in het gebied. De erven en boerderijen zijn hier divers, maar over het algemeen beperkt in maat en schaal. Omwonenden van het kanaal zien de wereld van de beroepsvaart op het kanaal duidelijk als een wereld op zich, waarmee men in het dorp liever niet te veel geconfronteerd wordt. Het gevoel van verbondenheid met de wereld van de recreatievaart is groter, maar kan volgens velen nog groter.
Kaart met de recreatieve routes in het gebied rond de Vecht en het Overijssels Kanaal tussen Mariënberg en Hardenberg. (bron omgevingsvisie). In bruin is het provinciale fietsroutenetwerk weergegeven.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
28
De verbindingen haaks op het kanaal Het meest kenmerkend, in vergelijking met andere kanalen, is de oost-west gerichtheid van de landschappelijke hoofdstructuur, haaks op het kanaal. Na 1860 zijn langs het deel Almelo-De Haandrik tientallen zijkanaaltjes gegraven voor de turfvaart. De veengronden werden ingedeeld in zijsloten (wijken) en watertjes. Het kanaal volgend, is hierdoor een zeer afwisselend en herkenbaar landschapsbeeld aanwezig. Een aantal van de wijken die afwateren op het kanaal Almelo-De Haandrik is beplant, waardoor de oost-west structuur extra wordt benadrukt. De dwarsverbindingen over het Overijssels Kanaal waren vanaf het begin al cruciaal. Omwonenden ervaren het kanaal niet als een barrière en dat heeft mede te maken met de grote hoeveelheid bruggen, die vanaf de aanleg zijn gefaciliteerd. De verschillende brugovergangen maken een duidelijke verbinding tussen beide oevers. Bij de bruggen ontstond enige bebouwing en langs het kanaal ontwikkelde zich lintbebouwing. De bruggen verbonden en verbinden nog altijd de twee helften van een dorp, of het wonen aan de ene kant en de voorzieningen aan de andere kant van het kanaal. Tijdens de Tweede Wereldoorlog speelden de dwarsverbindingen een belangrijke rol in de hulp aan (illegale) vluchtelingen uit Nazi-Duitsland. Hoewel het nabijgelegen Vechtdal vooral van belang is voor recreatie en toerisme, zijn er langs en haaks op het kanaal ook voldoende mogelijkheden voor recreatie (zie kaartje). Langs het kanaal ligt een fietsroute (ten noorden van Bergentheim naar het zuiden toe) en de bruggen Hoogenweg, Broeklandenweg, Bergentheim en Kloosterdijk vormen schakels in het provinciale fietsroutenetwerk tussen het Vechtdal en het kanaal. Het kanaal maakt deel uit van de Turfroute voor recreatievaart. Ook lopen er verschillende fietsroutes door het gebied en over de bruggen. Opmerkelijk is dat er weinig toeristische verbindingen haaks op het kanaal liggen, de meeste liggen langs of over het kanaal. De dwarsverbinding met het Vechtdal en Twente wordt in recreatief opzicht niet optimaal benut.
Linksboven de aansluiting op de Beerzerveldbrug. Rechts de aansluiting van de voormalige van Roijenswijk met een dubbele rij bomen op de Bergentheimbrug. Aan de andere kant van de brug in Bergentheim ligt de voormalige administrateurwoning annex kantoor van de Erven Van Royen. Vroeger recht gelegen tegenover de as van de (gedempte) Van Roijenswijk
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
29
De bruggen en hun monumentale waarden De meeste bruggen, op de Gouden Ploeg na, zijn speciaal voor het Overijssels kanaal vervaardigd en soms meer dan een eeuw oud. Ze vertegenwoordigen op verschillende aspecten een monumentale waarde, die in de nieuwe bruggen mogelijk kan worden overgenomen. Vanaf 1853 werd gegraven aan sectie IV, het traject van Almelo naar De Haandrik. Tegelijk werd het bouwen van bruggen aanbesteed. In nog geen half jaar tijd werden vijf houten ophaalbruggen aangelegd en twee keersluizen. In 1857 werd een brugwachter aangesteld, die de Kloosterdijkbrug kon bedienen. Over het gehele Overijssels Kanaal werden ongeveer 50 beweegbare bruggen gebouwd. Achttien daarvan waren houten ophaalbruggen, waarvan enkele bij een sluis werden geplaatst, de overige bruggen waren vlotbruggen en draaibruggen en allemaal van hout,. Alleen bij Deventer kwam een ijzeren ophaalbrug te liggen. 9 De ophaalbrug is in Nederland het meest gebruikte type beweegbare brug. Op Frankrijk, België en Noord-Duitsland na, komt de ophaalbrug verder nauwelijks voor en het is wereldwijd gezien dus een uitzonderlijk type brug. De rijvloer – het val – draait om een horizontale as (achtereinde van de val), die wordt bewogen door de balans. Het meest gebruikelijke type is de enkelvoudige met val, maar in het verleden werden voor grotere overspanningen ook veel dubbele ophaalbruggen gebouwd, zoals de rijksmonumentale dubbele ophaalbrug over het Merwedekanaal bij Utrecht uit 1885-1886 (zie afb.). Oude benamingen voor de ophaalbrug zijn: wipbrug, klapbrug, hefbrug en soms ook basculebrug. De eerste ijzeren ophaalbrug in Nederland werd in 1844 geplaatst over de IJssel bij Deventer. Al spoedig volgde Maastricht met een ijzeren ophaalbrug in 1849. Dordrecht kreeg in 1855 de Damiatenbrug. Deze brug geniet een rijksmonumentale bescherming. Veel van de oude hefbruggen over het Overijssels Kanaal zijn vervangen. De vlotbruggen, de zogenaamde schollen, zijn allemaal verdwenen. Bergentheim, ontstaan daar waar het kanaal AlmeloDe Haandrik en de nu gedempte Van Roijenswijk samenkomen, beschikt over een oude draaibrug die vervaardigd werd in 1875 door Doppler Frères uit Maastricht en oorspronkelijk legen heeft in die stad over het kanaal Maastricht-Luik. In 1955 is deze brug overgebracht naar kanaal Almelo-De Haandrik, waar hij de bestaande vlotbrug verving. De brug heet de ‘Gouden Ploeg’, een verwijzing naar het feit dat de komst ervan het resultaat was van een overeenkomst met de boeren in het gebied. De brug verbindt het dorp Bergentheim ten westen van het kanaal met de bebouwing aan de Kanaalweg Oost en de Van Roijensweg. Draaibruggen waren gedurende de hele negentiende eeuw in trek, zowel voor gewoon verkeer als spoorwegverkeer. Na 1900, met de ontwikkeling van het wegverkeer, groeide de behoefte aan bredere bruggen. Het nadelige aan draaibruggen is dat hoe breder ze zijn hoe meer ruimte ze van het vaarwater innemen in geopende toestand. In veel gevallen werd de draaibrug dus vervangen door een ander brugtype. De Gouden Ploeg is een jong monument en de enige brug over het kanaal met een beschermde status. In de redengevende omschrijving wordt de volgende waarde toegekend. “De brug is van belang vanwege de cultuurhistorische waarde als onderdeel van de infrastructurele ingrepen in Overijssel, zoals de aanleg van het kanaal Almelo-De Haandrik, ten behoeve van de vervening en van de verbetering van de waterhuishouding van het oosten van Overijssel. Als gaaf voorbeeld van een laat negentiende-eeuws ijzeren brugtype heeft deze architectuurhistorische waarde. Daarnaast is de ligging van de brug en kanaal markerend voor dit deel van het Overijssels landschap”. Rond 1911 werden meerdere bruggen over het Overijssels Kanaal vervangen, omdat ze niet meer voldeden aan de eisen die het toenemende verkeer stelde. De OKM wilde maximaal 500 gulden per brug bijdragen, de provincie financierde de rest. Het betrof voor het merendeel hefbruggen, die bijna allemaal net een beetje van elkaar verschillen, omdat ze speciaal ontworpen zijn voor de plek waar ze terecht kwamen. Toch vormen de bruggen wat type, uiterlijk en functionaliteit betreft een eenduidige groep en vertonen ze veel overeenkomsten met andere bruggen, die omstreeks dezelfde tijd elders zijn aangelegd, met dien verstande dat de bruggen over het Overijssels Kanaal veruit de eenvoudigste uitvoerig kennen. Een min of meer vergelijkbare en gelijktijdig aangelegde brug, die echter in combinatie met een sluis is ontworpen, is de ophaalbrug Hoogte Kadijk in Amstesdam uit 1903 (zie afb.).
9
De Jong & Muyen 1989 dl 1, p. 45.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
30
Boven:de brug over het kanaal bij de Emtenbroekerdijk (2010, foto KCO).
Onder: de rijksmonumentale ophaalbrug Hoogte Kadijk, Amsterdam uit 1903 (afb. Van Oosterhoff 1997). De brug heeft een Hameipoort en balans van geklonken staal met vakwerk. Bruggen met een dergelijke constructie van de klap worden geschaard onder het Amsterdamse type, waartoe ook de brug aan de Emtenbroekerdijk over het Overijssels Kanaal toe behoord, zij het in een eenvoudiger uitvoering.
De ophaalbruggen langs het kanaal Almelo-De Haandrik hebben in de loop der tijd enkele aanpassingen ondergaan. De handmatige beweegbare bruggen zijn tegenwoordig elektrisch te bedienen en verscheidene keren zijn er aanpassingen gedaan (aan de veranderende verkeerseisen) of beschadigingen gerepareerd. De volgende zijn daarvan gedocumenteerd. In mei 1940 raakten enkele bruggen beschadigd of werden vernield. In het voorjaar van 1945 was het kanaal Almelo-De Haandrik al weer toegankelijk voor scheepvaart. Halverwege de jaren vijftig zijn opnieuw verschillende bruggen aangepast of vernieuwd, waaronder de brug van Bergentheim. In 1953 werd aan de Kloosterdijkbrug 28.370 gulden uitgegeven, in 1954 werd aan de Emtenbroekdijkbrug 39.876 gulden 10 gespendeerd en aan de Hoogenwegbrug maar liefst 77.497. Gezien het verschil in investering zou kunnen worden geconcludeerd dat er per brug specifieke aanpassingen gedaan aan het gebruik en de locatie.
10
Smolers 1989, p. 83.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
31
Deze bruggen zijn, net als de Gouden Ploeg, van belang vanwege de cultuurhistorische waarde als onderdeel van de infrastructurele ingrepen in Overijssel, zoals de aanleg van het kanaal Almelo-De Haandrik, ten behoeve van de vervening en van de verbetering van de waterhuishouding van het oosten van Overijssel. De ophaalbruggen zijn van belang voor de ontginning en ontwikkeling van het omringende veengebied. Daarnaast is de ligging van de bruggen over het kanaal markerend voor dit deel van het Overijssels landschap. In vergelijking met andere (contemporaine) ophaalbruggen bezitten ze door hun eenvoud slechts matige architectuurhistorische en weinig hoogwaardige esthetische kwaliteiten. De bruggen zijn ook niet van bijzonder groot belang voor de typologische ontwikkeling van ophaalbruggen en voor de geschiedenis van de bouwtechniek. Hun eenvoud is overigens wel typerend voor de aanleg en inrichting van het Overijssels kanaal en het omringende gebied. Door de verschillende aanpassingen kunnen bruggen niet als gaaf voorbeeld gezien worden van dit vroeg twintigste-eeuwse ijzeren brugtype. De bestaande bruggen hebben een grote sociaal-culturele waarde. De dorpen bestaan aan twee kanten van het kanaal. Dit is historisch ontstaan en gegroeid. De brug vormt vaak de ontmoetingsplek van het dorp. Dit is in ieder geval zo bij de bruggen Beerzerveld, Kloosterdijk en Bergentheim. De bruggen Emtenbroekerdijk en Hoogenweg hebben vooral een verbindende waarde. De buurtschappen Bruchterveld, Ebbenbroek, Hoogenweg en Venebrugge worden via deze bruggen verbonden met o.a. Hardenberg. De enige brug die is aangemerkt als waardevol bouwkundig element uit de periode 1850-1940 is de Emtenbroekerdijkbrug. Tijdens het Monumenten Inventarisatie Project (MIP), dat is uitgevoerd in de jaren tachtig en begin jaren negentig van de vorige eeuw, is de ‘jongere’ bouwkunst in Nederland uit de periode 1850 tot 1940 geïnventariseerd. In het kader van het MIP zijn vele objecten uit bovengenoemde periode in onder andere de gemeente Hardenberg bekeken, zo ook de gebouwen en elementen langs en over het Overijssels kanaal. De Emtenbroekerdijk heeft echter nooit een beschermde status gekregen. Naast bruggen werden er langs het hele kanaal ook schutsluizen en andere waterwerken aangelegd, de zogenaamde kunstwerken, waaronder de schutsluis over de Van Roijenswijk (zie afb.). Van deze elementen is geen enkel exemplaar aangemerkt als monument en ze genieten dan ook geen beschermde status.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
32
Linksboven: de Van Harinxmabrug in Sneek van het zogenaamde Amsterdamse type, 1920, was de eerste elektrisch bedienbare brug in Sneek. Het is de laatste Stuiverbrug en heeft tegenwoordig een rijksmonumentale status. Rechtsboven: de dubbele ophaalbrug over het Merwedekanaal bij Utrecht (Vreeswijk) uit 1885-1886. De constructie van de klap vertoond, net als de brug in Sneek, veel overeenkomsten met de ophaalbrug aan de Emtenbroekerdijk over het Overijssels Kanaal. Ook deze brug is inmiddels een beschermd rijksmonument. Eronder een dwarsdoorsnede en plattegrond van dezelfde brug.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
33
3. Leven met de toekomst Advies, kwaliteiten & toekomstkansen voor kanaal, bruggen & wachtplaatsen BETEKENIS EN BELEVING BRUGGEN
De bestaande overbruggingen hebben een grote sociaal-culturele waarde. De dorpen bestaan aan twee kanten van het kanaal. Dit is historisch ontstaan en gegroeid. De brug vormt vaak de ontmoetingsplek van het dorp. Dit is in ieder geval zo bij de bruggen Beerzerveld, Kloosterdijk en Bergentheim. De bruggen Emtenbroekerdijk en Hoogenweg hebben vooral een verbindende waarde. De buurtschappen Bruchterveld, Ebbenbroek, Hoogenweg en Venebrugge worden via deze bruggen verbonden met o.a. Hardenberg.
Voor alle bruggen geldt: de brug wordt ervaren als een icoon/ landmark in het landschap, een afbeelding op een ansichtkaart, een plek waar je afspreekt, een belangrijk oriëntatiepunt. De bruggen vormen op lokaal niveau, in het langzame verkeersnetwerk een identiteitsdrager. In de drie dorpen bepalen ze mede het dorpsgezicht.
De huidige vormgeving van de bruggen (de hoogte in door ‘klap’) versterkt die betekenis als landmark. Bruggen zijn van ver zichtbaar en hebben ook in ruimtelijke zin een dominante betekenis.
Anders dan de bruggen die van oorsprong en in samenspraak met de ontginners over het kanaal zijn aangelegd, functioneren de hoge bruggen over het kanaal (zoals de Duitslandbrug) niet in het lokale systeem. Ze zijn te steil voor fietsers, niet beleefbaar omdat de entree van de brug te ver van het kanaal ligt en te druk met bovenlokaal verkeer.
Voorzieningen in dorpen en buurtschappen zijn aan het verdwijnen. Hierdoor is men meer aangewezen op de grotere plaatsen in de omgeving (vooral Hardenberg) en de plaatsen waar nog wel voorzieningen zijn (zoals Bergentheim). De bruggen worden daardoor steeds belangrijker voor lokaal/ langzaam verkeer. Bruggen verbinden het ‘achterland’ met voorzieningen.
De bruggen zijn niet ontworpen als een ‘grand project’, er zit geen groter idee achter. Wel is er overeenstemming in type, uiterlijk en functionaliteit van de vijf bruggen. De bruggen verschillen wel net iets van elkaar, vanwege de situatie ter plaatse.
De bruggen vertegenwoordigen monumentale waarden (geen status) door hun ouderdom en het karakteristieke, functionele uiterlijk dat samenhangt met de pragmatische aanleg van het kanaal. De bruggen zijn van belang vanwege de cultuurhistorische waarde als onderdeel van de infrastructurele ingrepen in Overijssel, zoals de aanleg van het kanaal Almelo-De Haandrik, ten behoeve van de vervening en van de verbetering van de waterhuishouding van het oosten van Overijssel.
De bruggen bieden kansen voor onthaasting, en toeristische en economische impulsen.
TOEKOMSTKANSEN VOOR DE BRUGGEN
Geen van de verbindingen kan verdwijnen. De sociaal-maatschappelijke betekenis (zoals hierboven is beschreven) is te groot. Het verdwijnen van een verbinding zal op grote, maatschappelijke weerstand stuiten. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de reacties die (dertig jaar na dato) nog steeds leven na het verdwijnen van de brug Broekdijk. Wel kan bij sommige bruggen de autoverbinding komen te vervallen, dit geldt voor de bruggen van Beerzerveld en Emtenbroekerdijk (in de brugpaspoorten in hoofdstuk 5 is dit nader toegelicht).
Het vervangen van de bruggen stuit over het algemeen op weinig weerstand, sterker nog veel mensen zijn voorstander van deze ingreep en zien kansen voor de verbetering van de verkeersveiligheid.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
34
Het draagvlak om de bruggen te vervangen is groot. Men is niet gehecht aan de brug zelf, wel aan de plek en aan de ‘klap’. Over het algemeen wil men bij vervanging een zelfde type brug terug. Wij zien vooral kansen om bij het vervangen van de bruggen opnieuw uitdrukking te geven aan de betekenis van de brug als landmark/ bepalend in het dorpsgezicht. Dat betekent dat de brug van verre zichtbaar is en ‘de hoogte in gaat’. Dat kan met een ‘klap’ maar er zijn ook andere mogelijkheden denkbaar, mits deze functioneel zijn.
Er bestaat vanuit de bewoners grote betrokkenheid bij de verkeersveiligheid rondom de bruggen. Men ziet vooral kansen voor het verbeteren van de verkeersveiligheid op en rondom de bruggen. Er is behoefte aan gescheiden fiets-, wandel-, en autostroken voor en op de brug (de brug is dan een incident in een lijn). Een andere optie is om de brug en directe omgeving in te richten als verblijfsplek. Deze oplossing sluit ons inziens beter aan bij de lokale betekenis van de bruggen (ontmoetingsplek, icoon) en heeft dan ook onze voorkeur.
Langs het kanaal liggen verschillende fietsroutes (o.a. knooppuntenroutes). Deze routes gaan ook over twee bruggen: de Kloosterdijkbrug en de brug Bergentheim en sluiten aan op het Vechtdal. Door bij beide bruggen aandacht te besteden aan de verblijfsruimte (plaatsen van een bankje, informatiebord) krijgen deze bruggen een extra betekenis, als toegangspoort naar het Vechtdal. Hier liggen kansen om het Vechtdal te profileren.
Tijdelijke voorzieningen treffen voor voetgangers en fietsers gedurende werkzaamheden aan de bruggen.
Gezien de monumentale waarden van de bruggen (geen geschermde status) wordt aanbevolen de bruggen onder te brengen bij het bruggendepot, zodat ze mogelijk elders een nieuwe bestemming kunnen krijgen.
BETEKENIS EN BELEVING KANAAL
Het kanaal wordt niet ervaren als een barrière, doordat er voldoende mogelijkheden zijn om het kanaal over te steken middels verbindingen die een rol spelen in het lokale verkeer en beide zijden van het kanaal verbinden.
Voor ‘weelderigheid’ moet je bij de Vecht zijn. Het kanaal en het omringende landschap zijn ‘mooi’, functioneel/ rationeel, zo stellen de bewoners. Er is dan ook duidelijk sprake van een sterk contrast tussen Vechtdal en de veenontginningen.
Het kanaal is van oudsher opportunistisch. (Aangelegd voor de afwatering in het veengebied, daarna geschikt gemaakt voor scheepsvaart. De bruggen zijn met regelmaat vervangen). Hier is geen sprake van een ‘grand project’, maar van pragmatiek. Ook de lokale samenleving kenmerkt zich door pragmatiek en nuchterheid.
Vroeger waren de oevers veel natuurlijker ingericht, met allemaal rietpollen en bloemen. Dat was volgens veel mensen een aangenamer gezicht. Bovendien was het veel veiliger. Als iemand nu in het water valt, kan hij zich nergens aan vasthouden.
TOEKOMSTKANSEN VOOR HET KANAAL
Het kanaal als lint in het landschap beter herkenbaar maken, bijvoorbeeld door opnieuw rietkragen langs de oevers te realiseren.
Kanaal als economische lijn, economische ontwikkelingen langs het kanaal stimuleren.
De pragmatiek van het kanaal en de (sociale en ruimtelijke) omgeving kan een vertaalslag krijgen in de bruggen, bijvoorbeeld door te kiezen voor bruggen uit het depot.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
35
Randen van het kanaal versterken: - beleefbaar maken van het watersysteem, bijvoorbeeld door het zichtbaar maken van weteringen die in kanaal uitkomen (bijvoorbeeld ’t Lijntje). - voorzieningen tegen verdrinkingsgevaar treffen, op een dusdanige manier dat de lijn van het kanaal ruimtelijk wordt versterkt (bijvoorbeeld door beugels langs kanaal, of het terugbrengen van de rietoevers). - voorzieningen voor reeën, zogenaamde reeëntrapjes. - voorzieningen voor (recreatief) medegebruik vanaf de kade (schaatsen, zwemmen en vissen).
Er zijn kansen om bepaalde plekken langs het kanaal te verlevendigen, bijvoorbeeld door het realiseren van toeristische aanlegplaatsen voor de recreatievaart of door rustplekken voor fietsers en wandelaars.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
36
Boven: een moderne brug bij Vroomshoop, op een bijzonder punt: hier begint de zijtak van Vroomshoop naar De Haandrik. Op een dergelijke bijzondere plek mag het brugontwerp wel iets extra’s hebben. Het is niet de bedoeling dat dit brugontwerp één op één wordt doorvertaald naar andere nieuwe bruggen. Onder: de rode brug over de Vecht bij Utrecht ter vervanging van een oude hefbrug. Deze brug is te uitgesproken van kleur om toegepast te kunnen worden over het kanaal Almelo-De Haandrik. De nieuwe bruggen zouden hoekig en simpel moeten zijn, daarnaast is het belangrijk de constructie in zicht te houden.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
37
INRICHTINGSVOORWAARDEN BRUGGEN, WACHTPLAATSEN EN KANAAL
De bruggen die vervangen moeten worden, dateren (met uitzondering van de Bergentheimbrug) uit dezelfde periode. Ze vormen wat type, uiterlijk en functionaliteit betreft een eenduidige groep. Toch zijn de bruggen allemaal net iets anders, vanwege de situatie ter plaatse. Wij adviseren om dit principe, de bruggen vormen een familie, met per brug eigen kenmerken die gebaseerd zijn op de situatie ter plaatse, uitgangspunt te laten zijn. Dat betekent dat iedere brug iets eigens heeft, geen van de bruggen is exact hetzelfde.
Uitgangspunten bij het ontwerp van bruggen en wachtplaatsen zijn: sober, functioneel, hoekig, zichtbare, ijle constructie.
Gedekte sobere kleuren gebruiken. Glimmende materialen en felle kleuren passen niet in de nuchtere, sobere omgeving.
De brug, en eventueel de directe omgeving bij voorkeur zo vormgeven dat de betekenis als plek in het langzame, lokale netwerk wordt versterkt: - bruggenhoofden zo inrichten dat ze verkeersremmend werken, o.a. door behoud knik in de toegangsweg, door schuine ligging brug over kanaal, wegprofiel versmallen en bermen verbreden. - brug en omgeving volgens shared space: inrichten als verblijfsruimte (geen aparte rijstroken, maar pleininrichting. Je moet als automobilist afremmen door middel van de inrichting van de ruimte, niet door bebording).
Oplossing kruispunt N36 vanaf Mariënberg (er gaat nu veel bovenlokaal vrachtverkeer over de Kloosterdijkbrug, omdat de kruising met de N36 ten noorden van Mariënberg niet veilig is. Vrachtwagens gaan dan bij Sibculo de N36 op).
Bij voorkeur wordt er onderscheid gemaakt tussen ligplaatsen en wachtplaatsen. Deze plaatsen hebben een andere functie en vragen dan ook om een andere inrichting: Ligplaatsen voor recreatievaart inrichten om bepaalde plekken te verlevendigen: bij Bergentheim ten zuiden van de brug, Emtenbroekerdijk en Kloosterdijk. Bij de inrichting van de ligplaatsen kan aansluiting gezocht worden bij de ‘wereld van de vaste wal’, bijvoorbeeld in de zichtlijn op het centrum van Bergentheim, in aansluiting op routes naar het Vechtdal, station Mariënberg, etc. De wachtplaatsen daarentegen horen wat inrichting betreft bij de wereld van het kanaal (functioneel, sober, eenvoudig).
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
38
Paspoort - ophaalbrug Beerzerveld Gemeente Ommen Datering: 1904-1911
Verleden (betekenis) De kern Beerzerveld is van oudsher sterk gerelateerd aan het kanaal. Het buurtschap is ontstaan in de tweede helft van de negentiende eeuw. Aan weerszijden van het kanaal vestigden zich na de aanleg van het kanaal Almelo-De Haandrik de eerste inwoners van het buurtschap Beerzerveld. Ze kwamen hoofdzakelijk uit Friesland en de Kop van Overijssel om turf af te graven. Ook de kerk is in 1901 langs het kanaal gebouwd. Beerzerveld ontleent haar identiteit dan ook sterk aan het kanaal en aan de Beerzerveldbrug. Zonder kanaal en brug was Beerzerveld hier niet ontstaan. Tot vijf jaar geleden was er een hotel gevestigd aan het kanaal. Het was eigendom van de familie die nu Café Restaurant Beerzerveld uitbaat. De reden dat het hotel gesloten is, ligt niet aan te weinig klanten of een te lage omzet, maar aan het feit dat de opvolger geen hotelbedrijf meer wenste. Het terrein van het voormalige hotel ligt nu braak. In de tweede helft van de jaren tachtig van de vorige eeuw was er sprake van dat de brug zou verdwijnen. De Beerzerveldbrug bleef behouden omdat aan de overkant de dokter woonde. In hetzelfde huis is nu een fysiotherapie/chiropracter praktijk gevestigd. Heden (kwaliteiten, verbeterpunten) De bebouwing en voorzieningen zijn voornamelijk geconcentreerd aan de westzijde van het kanaal. Enkele woningen en voorzieningen (fysiotherapeut) liggen aan de oostzijde van het kanaal, aan de Oosterweg. Bewoners aan weerszijden van het kanaal beschouwen elkaar als buren. De brug vormt dan ook een belangrijke schakel in het dorpsleven. Het zorgt ervoor dat de west- en oostzijde van het kanaal gezamenlijk het dorp vormen. De Oosterweg wordt door bewoners van weerszijden gebruikt, onder meer als speelruimte voor de kinderen uit het dorp, voor het maken van een ommetje en ook door toeristen op de fiets. Dit kan, omdat de weg sinds een aantal jaren autoluw is. De brug functioneert daarbij als verbinding en ontmoetingsplek. Doordat de Oosterweg afgesloten is voor doorgaand verkeer, is de brug de enige uitvalsroute voor bewoners langs deze weg. Ze zijn afhankelijk van de brug voor sociale voorzieningen in de gemeente Ommen. Schakel in het dorpsleven, ‘hart van het dorp. Voorzieningen liggen aan één zijde van de brug (de kerk, school, huisarts, brievenbus etc.) Belevingswaarde: zonder kanaal en brug was Beerzerveld hier niet ontstaan. Beerzerveld is een kanaaldorp, ontstaan aan weerszijden van het kanaal. Veiligheid: de oostzijde van het kanaal behoort nog net tot de gemeente Ommen. De brug zorgt ervoor dat gemeentelijke hulpdiensten direct toegang tot hun eigen grondgebied hebben. Gebruikswaarde: - de autoluwe zijde langs de oostkant van het kanaal wordt veelvuldig gebruikt, onder meer als speelruimte voor de kinderen uit het dorp.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
39
- van brug-tot-brugloop - wandelaars uit het dorp (de overkant) maken veel gebruik van de brug, om de hond uit te laten bijvoorbeeld. Ook toeristen op de fiets maken gebruik van de brug.
Knelpunten (Verdrinkings-)gevaar van het kanaal wordt als een knelpunt ervaren
Toekomst & advies Wij adviseren om de Beerzerveldbrug niet te laten vervallen. Op deze plek dient minimaal een fietsvoetgangersverbinding terug te komen. Deze verbinding is namelijk cruciaal in het dorpsleven. Wanneer deze brug verwijderd zou worden, komt de Oosterweg geïsoleerd te liggen van Beerzerveld en wordt de oostzijde van het kanaal afgesneden van de (voorzieningen in) de kern. Bovendien verliest Beerzerveld hiermee één van de belangrijkste identiteitsdragers van het dorp. Er zijn twee opties voor vervanging mogelijk, waarvan de eerste de voorkeur heeft vanuit ruimtelijke kwaliteit: 1. De brug vervangen door een fiets- voetgangersbrug en afsluiten voor auto’s. Hierdoor wordt de verblijfskwaliteit op en in de directe omgeving van de brug versterkt. Daarbij zullen parkeergelegenheden aan de westzijde van de brug nodig zijn voor bezoekers van de fysiotherapeut. Tevens is het niet wenselijk de Oosterweg in deze variant weer open te stellen voor doorgaand verkeer. De verblijfskwaliteit die nu aanwezig is op de Oosterweg wordt daarmee in een keer teniet gedaan. Bovendien zal dit op veel weerstand stuiten bij bewoners, aangezien zij zich recentelijk met succes hebben ingezet voor het afsluiten van de Oostwerweg voor doorgaand verkeer. Mocht het toch noodzakelijk zijn om de Oosterweg voor doorgaand verkeer open te stellen, dan heeft optie 2 de voorkeur. 2. De brug geheel vervangen, ook voor autoverkeer. Echter, op zo’n manier dat de auto te gast is en het langzame verkeer de ruimte domineert. De brug moet in dat geval niet te breed worden, zodat auto’s op elkaar moeten wachten om te passeren. Wel dient er voldoende ruimte voor voetgangers en fietsers te zijn. De Oosterweg blijft dan autoluw. Dit advies sluit aan bij de wensen die naar voren zijn gekomen uit de interviews. Daaruit bleek dat er behoefte is aan een lokale verbinding/ kleinschalig, met prioriteit voor fietsers en wandelaars (de auto hoogstens te gast). Daarnaast sluit dit advies aan bij agendapunt 7 op de dorpsagenda van het Dorpsplanplus Beerzerveld, die in 2009 is opgesteld in samenspraak met de gemeente Ommen, het plaatselijk belang Beerzerveld, de inwoners van Beerzerveld en het consortium Dorpsplanplus (een samenwerking van Landschap Overijssel, Variya, Stimuland, Het Oversticht en de OVKK). Bij een nieuwe Beerzerveldbrug geven wij de volgende aandachtspunten mee: De voorkeur van de omwonenden gaat uit naar een echte ophaalbrug (dus geen nep/ niet functionele bovenkant). Wij adviseren om de brug zo vorm te geven dat de functionaliteit van de brug duidelijk afleesbaar is aan het ontwerp. Tevens adviseren wij om de brug zo vorm te geven dat deze van een afstand duidelijk zichtbaar is (dus: ‘de hoogte in’). Hiermee wordt de betekenis als identiteitsdrager van het dorp versterkt. De brug samen met aangrenzende openbare ruimte op de wal primair vormgeven / inrichten als onopgedeelde verblijfsruimte / ontmoetingsplek in het dorpsleven, met secundaire verkeersfunctie.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
40
Paspoort Kloosterdijkbrug Gemeente Hardenberg Datering: 1904-1911
Verleden (betekenis) Kloosterdijk was een gehucht, met enkele winkels aan het kanaal. Vroeger waren er meer voorzieningen bij de brug. Ook zijn hier veel bedrijven begonnen, die later onder meer naar Hardenberg zijn verhuisd. Veel bedrijvigheid en de vestiging van de bedrijven waren verbonden met het kanaal. Vroeger ging alles te voet of op de fiets. Met de auto halen en brengen was er alleen bij hoge uitzondering bij, nu wordt er veel meer gereden. In het buitengebied kan je tegenwoordig bijna niet zonder auto, daarvoor zijn de afstanden te groot. Heden (kwaliteiten, verbeterpunten) Hoewel veel van de voorzieningen zijn verdwenen vormt de brug nog steeds een essentiële schakel in het dorpsleven. De brug is de plek waar mensen elkaar ontmoeten (“Je spreekt af bij de brug”). Bewoners aan de oostzijde zijn aangewezen op de brug voor voorzieningen, die allemaal aan de westzijde van de brug gesitueerd zijn. Veel scholieren gebruiken de brug, aangezien ook de scholen ten westen van het kanaal liggen. Tegelijkertijd heeft de brug ook een bovenlokale betekenis door de verbinding van het achterland met station Mariënberg en de toegang naar de N36. De aansluiting bij Mariënberg op de N36 is vooral voor zwaar verkeer lastig. Vandaar dat veel zwaar verkeer over de Kloosterdijkbrug rijdt en bij Sibculo de oprit van de N36 neemt. Essentiële schakel in het dorpsleven en bovenlokaal door de verbinding van het achterland met station Mariënberg en vice versa. Gebruikswaarde: - scholieren gebruiken de brug (scholen liggen allemaal aan een kant) - ommetje ‘bruggenloop’ - toeristische fietsroute - fietsroute station Mariënberg Aanwezigheid brugwachtershuisje ‘Klap’ als markeringspunt / oriëntatiepunt Verbinding toeristen Vechtdal – Twente in verband met het Landall Greenpark in de buurt van Sibculo Knelpunten Het grootste knelpunt bij de brug Kloosterdijk is de onveilige en onoverzichtelijke verkeerssituatie: De betekenis van de brug als provinciale verbinding (alternatief N36) en als lokale dorpsschakel bijt elkaar. De samenkomst van landbouwverkeer, vrachtverkeer, fietsers, voetgangers en lokaal verkeer maakt de situatie onveilig. Parallelwegen en aparte fietspaden komen samen bij de brug, waardoor de verkeerssituatie ter plekke onoverzichtelijk is. Huidige bruguitvoering te smal, te weinig zicht op verkeer aan de andere kant door hoge remwerken.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
41
Een ander knelpunt is de gemeentelijke scheiding (weg van Hardenberg, berm en sloot van Ommen). Dit leidt tot politieke besluitloosheid. Toekomst & advies Wij adviseren deze brug te vervangen. De brug heeft daardoor een betekenis als verblijfsplek (afspreken op/ bij de brug), maar ook als doorgaande verkeersader. Zolang er geen oplossing is voor de aansluiting op de N36 bij Mariënberg, zal de Kloosterdijkbrug geschikt moeten zijn voor zwaar verkeer, automobilisten, fietsers en wandelaars. Om alle gebruikers goed te bedienen, is een aantal maatregelen nodig: Snelheid er uithalen bij het benaderen van de brug (bij voorkeur met ruimtelijke maatregelen, zoals ander type bestrating op en voor de bruggen, versmallen wegprofiel, beplanting langs de weg, knik in de weg en niet met technische oplossingen zoals borden en drempels). De rijstroken voor autoverkeer niet verbreden (dat komt de verblijfskwaliteit niet ten goede en stimuleert hard rijden), maar wel bredere fiets en wandelstroken op de brug. Scheiden van rijstroken. Het versterken van de verblijfskwaliteit op de brug en bij de brughoofden. Overige kansen voor deze plek: Door de nabijheid van station Mariënberg en de korte afstand tot het Vechtdal biedt deze plek kansen voor het realiseren van ligplaatsen voor recreatievaart (maximaal 2x 24 uur). Brug vervangen door een zichtbaar functionele brug, met een duidelijke dimensie in de hoogte.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
42
Paspoort ophaalbrug Bergentheim Gemeente Hardenberg Datering: jaren vijftig negentiende eeuw
Verleden (betekenis) Oorspronkelijk was Bergentheim een esdorp ten westen van de huidige kern, nabij de Vecht. Dit heet tegenwoordig Oud-Bergentheim. De huidige kern kwam tot ontwikkeling door de vervening van de veengebieden ten oosten van Oud-Bergentheim. Tussen 1905 en 1975 had Bergentheim een station. De ligging aan het kanaal en aan de spoorlijn was van economisch belang. Een turfstrooiselfabriek, de WAVIN en een grote bakkerij waren vroeger te vinden in Bergentheim. Ook op lokale schaal had het kanaal voor de omwonenden vroeger economisch meer belang. Winkels en voorzieningen, zoals de groentewinkel en café Mulder lagen aan het kanaal. Deze voorzieningen en de bedrijvigheid aan het kanaal zijn in de loop der tijd afgenomen. Het kanaal is echter nog steeds belangrijk voor het dorp, het speelt een belangrijke rol in de beleving van de dorpsbewoners; je woont of in ‘Buurtschap’ of in ‘Kanaal’. De brug was vroeger van het type vlotbrug. De kwaliteit van het water in het kanaal is toegenomen. Alles werd in het kanaal gedumpt. Het water is schoner nu boten hun toilet niet meer op het water mogen lozen en geen gif en andere zaken meer in het water mogen worden gestort. Heden (kwaliteiten, verbeterpunten) Het is de enige brug langs het kanaal, die niet provinciaal, maar gemeentelijk bezit is. De brug speelt een belangrijke rol in het leven van de dorpsbewoners. Je spreekt af bij de brug, fietsers wachten er op elkaar. De brug zorgt voor samenhang tussen essentiële delen van het dorp; voetbalvelden, kleine industrie en de tandarts zijn bijvoorbeeld aan de oostkant van de brug te vinden. De kern, met de meeste voorzieningen, bevindt zich grotendeels aan de westzijde. Schakel in het dorp – verbinding in het dorp want de voorzieningen en bewoners bevinden zich aan weerszijden van de brug Het kanaal is belangrijk in het dorp: je woont of in het Buurtschap of in Kanaal. Ontmoetingsplek: je spreekt af bij de brug. Mooie zichtas van laan aan de oostzijde op bebouwing aan de westzijde, die helaas wat rücksichtslos is wit gesausd. Tegenwoordig heeft het kanaal betonbeschieting en geen riet meer, het uiterlijk is daardoor saaier, de landelijkheid is weg. Het dorp Bergentheim heeft nog relatief veel voorzieningen in de dorpskern. Knelpunten De volgende knelpunten zijn naar voren gekomen: Veel landbouwverkeer gebruikt de brug, mede door de versnipperde landbouwgronden. Fietsers komen in de knel als twee auto’s elkaar passeren. De voetgangersstrook is bekleed met smalle staalplaten met v-profiel, die zijn glad en gevaarlijk met passerend landbouwverkeer.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
43
Verborgenheid van het dorp t.o.v. van het kanaal, mede door de verplaatsing van voorzieningen van het kanaal naar het nieuwe dorpscentrum.
Toekomst & advies Wij adviseren deze brug te vervangen en tegelijkertijd de verkeerssituatie ter plaatse te verbeteren. Hiervoor zijn twee mogelijkheden: - accent op verkeersfunctie/ doorstroming: brug breder maken, scheiding van verkeerssoorten (auto’s, fietsers, voetgangers), verkeerssituatie aan weerszijden van de brug overzichtelijker maken. - accent op maatschappelijke betekenis: ‘shared space’ op de brug samen met aangrenzende openbare ruimte op de wal, gemotoriseerd verkeer te gast, geen functiescheiding. De laatste optie heeft voor deze plek onze voorkeur. De brug heeft een belangrijke betekenis als lokale ontmoetingsplek en als schakel in het dorpsleven. Om die betekenis ook ruimtelijk terug te laten komen, zou de brug en de directe omgeving van de brug ingericht kunnen worden als verblijfsruimte volgens de principes van shared space. Kansen voor het versterken van deze plek: Mogelijkheid voor economische impuls voor plaatselijke ondernemers langs het kanaal stimuleren. Dorp zichtbaar maken vanaf het kanaal door middel van een toeristische aanlegplaats ten zuiden van de brug, aan de westkant van het kanaal in de zichtlijn naar het dorpscentrum, vormgeving van de aanlegplaats relateren aan vaste wal. Een nieuwe brug stuit niet op verzet van bewoners, maar de voorkeur gaat uit naar een nieuwe brug van hetzelfde type. Wij adviseren om ook voor deze brug te kiezen voor een zichtbaar functionele constructie, die de hoogte in gaat.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
44
Paspoort brug Emtenbroekerdijk Gemeente Hardenberg Datering: 1904-1911
Verleden (betekenis) Samen met de Broekdijkbrug vormde de Emtenbroekerdijkbrug een verbinding tussen de buurtschappen Ebbenbroek en Bruchterveld met de kern Hardenberg. De Broekdijkbrug is in het verleden weggehaald, hetgeen nu (na bijna dertig jaar) de omwonenden nog steeds ervaren als een onrechtmatige inbreuk op de kwaliteit van hun leefomgeving. In 1984-1985 zijn succesvolle demonstraties gehouden en is protest aangetekend tegen het weghalen van de Emtenbroekerdijkbrug. De brug werd en wordt nog steeds de ‘Mollenbrug’ genoemd, naar het bedrijf dat hier in het verleden gevestigd was. Rondom de brug is nog steeds veel bedrijvigheid gevestigd (bedrijventerrein de Nieuwe Haven). De brug is vanwege zijn cultuurhistorische en architectonische kwaliteiten opgenomen in het MIP, het Monumenten Inventarisatieproject van bouwkundige elementen uit de periode 1850-1940. Overigens is hieraan geen beschermde status verbonden. Heden (kwaliteiten, verbeterpunten) De brug Emtenbroekerdijk vormt een rustige, verkeersluwe en veilige (goed verlichte) route voor fietsers richting Hardenberg (dit in tegenstelling tot de Hoogenwegbrug). Sinds het verdwijnen van de brug bij Broekdijk is er een nieuwe fietspadenstructuur ontstaan (o.a. vanuit Bruchterveld) richting de brug Emtenbroekerdijk. De Emtenbroekerdijkbrug heeft de functie van de brug bij Broekdijk overgenomen. Met de brug en het hiermee samenhangende fietsnetwerk is de ontsluiting van een groot achtergebied georganiseerd. Zowel scholieren van het basis- als het voortgezet onderwijs maken liever gebruik van deze brug dan van de Hoogenwegbrug. Door de sluiting van de openbare basisschool in Bergentheim, moeten tevens enkele tientallen basisscholieren uit Bergentheim-Oost aan de andere kant van het kanaal naar de basisschool. Belangrijke schakel voor buurt en achterland. De brug bij Broekdijk is in het verleden al weggehaald. De Emtenbroekerdijkbrug heeft de functie van deze brug overgenomen en bedient nu een groot achtergebied. Er zijn geen voorzieningen aan de oostkant, deze brug is dus een schakel in het dagelijks leven. Sociale betekenis (o.a. brievenbus bij de brug) Woon-werkverkeer (Wavin), ook de Duitse werknemers van de Wavin gebruiken de Emtenbroekerdijkbrug als aanrijdroute voor hun werk. Scholieren & uitgaansjeugd (discotheek bij Hardenberg/ Hoogenweg) maken gebruik van de Emtenbroekerdijkbrug. Vanaf de brug biedt de route een landelijke, aangename entree naar Hardenberg. Dit komt mede door de groene inrichting van het tussengebied tussen kanaal en bedrijventerrein
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
45
Knelpunten Angst voor doodsheid/vergeten gebied, verwaarlozing en onveiligheid wanneer de brug verdwijnt, mede omdat het gehele achterland tot aan de grens met Duitsland, dan via nog maar één brug ontsloten wordt. Toekomst & advies Wij adviseren deze brug te vervangen door alleen een fiets- en voetgangersbrug om een rustige, relatief korte en directe verbinding te houden tussen Bruchterveld en de rest van het achterland met Hardenberg. Daarmee blijft een veilige en autoluwe verbinding voor fietsers, met name scholieren en uitgaansjeugd, behouden. Wanneer deze brug voor fietsers zou verdwijnen, verdwijnt niet alleen een verbinding, maar komt een groot achterland geïsoleerd te liggen. De nieuw aangelegde fietspadenstructuur maakt de gewekte verwachtingen dan niet waar. Bovendien ontstaat de dreiging van een leeg achterland/ een vergeten gebied. Bij bewoners is deze angst aanwezig. Het verdwijnen van de brug Broekdijk wordt door de gemeenschap nog steeds als een gemis ervaren. Hoge bruggen, zoals de Duitslandbrug, vormen een goed alternatief voor autoverkeer, maar bieden geen alternatief voor fietsers (en wandelaars). Dergelijke bruggen functioneren niet in het lokale netwerk. De opgang ligt te ver van het kanaal, de brug is steil en bovendien is deze verbinding erg druk. Kansen voor het versterken van de ruimtelijke kwaliteit van de brug en de omgeving van de brug: Leven in het gebied brengen: aanlegplaats recreanten en bijbehorende voorzieningen bij de nabijgelegen insteekhaven op het industrieterrein, mogelijke ontsluiting vanaf kanaal naar Hardenberg. Inrichting in dezelfde trant als bestaande brug. De brug ligt scheef over het kanaal, dit graag zo houden. Wanneer er wel gekozen wordt om voor deze brug ook autoverkeer mogelijk te maken, dan is het van belang het lokale, rustige karakter van deze verbinding te behouden met als uitgangspunt: ‘auto’s te gast’. Dit niet met borden aangeven, maar met de inrichting zo dat automobilisten het idee krijgen dat ze een fietspad oprijden. Geen aparte fietsstrook; op moment dat verkeersstromen worden scheiden, wordt ook harder rijden gestimuleerd.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
46
Paspoort Hoogenweg Gemeente Hardenberg Datering: 1904-1911
Verleden (verhalen, betekenis) De buurtschappen Hoogenweg en Venebrugge vallen onder de gemeente Hardenberg (Noordoost Overijssel) en liggen even ten oosten van de plaats Hardenberg en ten oosten van het kanaal. De brug Hoogenweg verbindt deze buurtschappen met de kern Hardenberg. De kernen liggen aan een belangrijke route naar Duitsland. Inmiddels is de Duitslandweg gereed waardoor het doorgaande verkeer om de buurtschappen geleid wordt. Heden (kwaliteiten, verbeterpunten) Rondom de brug Hoogenweg is geen buurtschap of grootschalige bedrijvigheid ontstaan. De brug is vooral een verbinding van de buurtschappen Hoogenweg en Venebrugge met Hardenberg. Deels wordt de brug ook gebruikt voor bovenlokaal verkeer, met name uit Duitsland. Bewoners en scholieren uit de buurtschappen Hoogenweg en Venebrugge zijn aangewezen op de brug Hoogenweg om in Hardenberg te komen. Ook bewoners van Bruchterveld en werknemers van de sociale werkplaats maken gebruik van deze brug. Combinatie van schoolgaande kinderen, studenten op weg naar het station en (lokaal agrarisch vrachtverkeer). Meer schoolgaande kinderen dan vroeger maken gebruik van de Hoogenwegbrug, vanwege het verdwijnen van de school aan de zijde van Hoogenweg. Bovenlokaal verkeer vanuit Duitsland (Nederlanders die in Duitsland wonen en in Hardenberg boodschappen doen of gebruik maken van medische voorzieningen). Brug ligt schuin in het kanaal (knik) = snelheidsremmer. Intensief lokaal gebruik naar voorzieningen in Hardenberg. Woon-werkverkeer vanuit Duitsland (naar de Wavin). Knelpunten Net breed genoeg voor fietsers en auto, maar niet in combinatie met landbouwverkeer Snelheid. De weg is nu een 60 km zone. Er is een andere inrichting nodig om het verkeer af te remmen. Toekomst & advies De brug is een essentiële toegang tot het centrum van Hardenberg vanaf het oosten. Wij adviseren de brug 1 op 1 te vervangen. Daarbij is het van belang dat de knelpunten ten aanzien van de huidige verkeerssituatie worden opgelost. Dit kan o.a. door: Snelheid uit het traject halen, al tijdens een flinke aanloopafstand naar de brug. Alleen onder deze voorwaarde de brug verbreden. Behoud knik, maar wel zoeken naar een oplossing voor de ‘dode hoek’ vanuit Hardenberg. Bij voorkeur meer landbouwverkeer en regionaal verkeer over de Duitslandbrug stimuleren. Ook voor de vormgeving van deze brug geldt: Zichtbaar functionele, onopvallende (sobere) brug
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
47
Een constructie die ook de hoogte in gaat (‘klap’ model behouden of andere constructie met een vergelijkbaar ruimtelijk effect).
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
48
6. BIJLAGEN
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
49
Bijlage 1a Gesprek belangengroep Bergentheim Maandag 17 mei – 14.30 uur Aanwezig: voorzitter, secretaris, lid Het plaatselijk belang Bergentheim behartigt in grote lijnen de belangen van de inwoners van de bebouwde kom van Bergentheim tijdens het contact met de gemeente en ook wel de provincie. Twee keer per jaar komt om die reden de wethouder op bezoek. Het dorp telt ongeveer 4000 inwoners, een aantal dat groeit omdat er onder meer een zorgcentrum met ouderenwoningen en nieuwbouw woningen gebouwd worden. De nieuwe bewoners komen deels uit de streek en zijn deels ‘import’. De prijzen zijn redelijk, het dorp heeft goede voorzieningen en in Hardenberg ‘ben je zo’. De belangengroep heeft een website. Betekenis Het kanaal is belangrijk voor het dorp, het speelt een belangrijke rol in de beleving van de dorpsbewoners. Je woont of in het buurtschap of in kanaal. Vroeger lagen de winkels en het café aan het kanaal. De bedrijvigheid aan het kanaal is in de loop der tijd afgenomen. De kwaliteit van het water in het kanaal is juist toegenomen. Het water is schoner nu boten hun toilet niet meer op het water mogen lozen, geen gif en andere zaken meer in het water mogen worden gestort. ‘Alles werd in het kanaal gedumpt’. Nu betonbeschieting en geen riet meer, het uiterlijk is daardoor saaier, de landelijkheid is weg,. Er kan nu langer gevaren worden, want er wordt niet snel een vaarverbod uitgevaard. Door het verdwijnen van het riet is kruiend ijs minder aan de orde en door de geplande grotere vaart met een grotere frequentie bestaat bij dit belang de angst daar er langer doorgevaren kan worden omdat er door het grotere economische belang is en er eerder ijsbrekers ingezet zullen worden. De Bergentheimbrug is de enige brug langs het kanaal, die niet van de provincie is maar van de gemeente Hardenberg. De brug speelt een belangrijke rol in het leven van de dorpsbewoners. Je spreekt af bij de brug, fietsers wachten er op elkaar op de brug. Een deel van het dorp wordt ook gesplitst door de brug; voetbalvelden, kleine industrie en de tandarts zijn bijvoorbeeld aan de andere kant van de brug te vinden. Verder gaat er veel landbouwverkeer over de brug, omdat de Gouden Ploeg niet zwaar genoeg is om dit verkeer over deze route toe te laten. Landbouwverkeer gaat via de stationsweg over de brug. Ze moeten hier langs en komen aan via de bebouwde kom, door de versnipperde landbouwgronden, maar hebben erg zware machines die ook over de voetgangersstrook moeten. Dat levert schade op voor zowel het wegdek als de machines zelf. Kansen Het belang heeft veiligheid als prioriteit en vindt de brug onveilig. Het is een drukke brug met veel auto- en fietsverkeer. Er gaat veel jeugd over de brug, er zijn voetbalvelden aan de andere kant, fietsers uit Kloosterhaar, schooljeugd. De fietsers komen soms in de knel als twee auto’s elkaar willen passeren. Soms is het zo druk dat ouders hun kinderen adviseren om nu maar niet over de brug te gaan. Meestal rond de ochtendspits, na schooltijd en de avondspits. Ook druk met werkbusjes, die vaak te hard over de brug rijden. Als kinderen op een bepaalde leeftijd komen, fietsen de ouders mee tot over de brug. Het looppad aan weerszijden is te smal voor een buggy of om elkaar te passeren en het v motief op de staalplaats is glad met regen en vorst. Er is een prille wens voor een aanlegplaats. Liever een wachtplaats, niet passeren, geen ruimte voor verbreden wordt gezegd, maar wel ruimte voor een haventje. Verbeteren aantrekkelijkheid voor verblijf pleziervaart en ook dorpsbewoners, door middel van een zitbankje bij de beuk voor de dokterswoning. Er zijn nu nauwelijks voorzieningen en de pleziervaart heeft niet door dat er vlak achter het eerste rijtje huizen aan het kanaal een aardig centrum ligt met goede voorzieningen, zoals een supermarkt en pinautomaat. De plannen voor een zorgcentrum op de hoek van kanaal-stationsweg (het station is in de jaren vijftig verwijderd) aan de westkant van het kanaal biedt een mooie gelegenheid om ligplaatsen in te richten, zodat de afgenomen bedrijvigheid aan het kanaal weer een impuls krijgt en de ouderen straks wat te zien hebben.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
50
Nieuwe brug Graag hetzelfde type. Er is elders (andere buurtschappen en verenigingen) weerstand tegen de moderne brugwachtershuisjes, maar niet in dit belang. Misschien is het mogelijk om de brug te ruilen tegen een nieuwe ‘oude’ brug, maar de belangenvereniging is vrij resoluut in hun menig dat ze graag een nieuwe, veiligere brug willen, als het kan met een nieuwe, extra strook erlangs voor voetgangers en fietsers, maar een hele nieuwe brug stuit zeker niet op al te veel verzet binnen dit gesprek. Als de brug vervangen zou moeten worden, vindt het belang een tijdelijke voorziening meer dan wenselijk, ten minste voor het fiets- en voetgangersverkeer. Een omrijroute voor automobilisten valt voor enkele weken te overzien, maar een loopbrug voor de jeugd is wel het minste. Een fietsroute is handig, maar afstappen is voor een paar weken niet erg. Een (handbediende) pont is uit den boze: veel te gevaarlijk voor de jeugd.
Inrichtingsbevindingen ter plaatse:
Mooie zichtas van laan op bebouwing, die helaas wat rücksichtslos is wit gesausd. Aanlegplaatsen in combinatie van wachtplaatsen om te verkomen dat deze laatste te lang bezet worden gehouden door pleziervaart. Inrichting aanlegplaats aan de westkant van het kanaal, wellicht in aansluiting op de as vanuit het (winkel)centrum naar het kanaal.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
51
Bijlage 1b
Gesprek belangengroep Beerzeveld-Mariënberg Dinsdag 18 mei 2010, 9.30 uur Aanwezig: voorzitter en mevrouw Rosink. Kloosterdijk valt onder de gemeente Hardenberg. De brug is ook Hardenberg, maar de sloot langs de zuidzijde van de Kloosterdijk behoort tot de gemeente Ommen en de berm is eveneens grondgebied van Ommen. Het brugwachtershuisje staat er nog steeds al wordt het niet mee als zodanig gebruikt. Betekenis Voor voorzieningen moeten we altijd naar de overkant. Vroeger waren er meer voorzieningen bij de brug. Kloosterdijk was een gehucht, met enkele winkels aan het kanaal. Ook zijn hier veel bedrijven begonnen, die later naar onder meer naar Hardenberg zijn verhuisd. Veel bedrijvigheid en de vestiging van de bedrijven waren verbonden met het kanaal. Ooit is er een hotel geweest aan het kanaal. Dat terrein ligt nu braak. De hoteliers ontvangen nog wel enkele gasten; mensen die hier al jaren kwamen en nog steeds met regelmaat een bezoek brengen. De kloosterdijk vormt de verbinding tussen Sibculo, waar weinig voorzieningen zijn. Het is een vrij drukke doorgaande, en Mariënberg provinciale weg die niet zo veilig is voor fietsers. Vroeger ging alles te voet of op de fiets. Met de auto halen en brengen was er alleen bij hoge uitzondering bij, nu wordt er veel meer gereden. In het buitengebied kan je tegenwoordig bijna niet zonder auto, daarvoor zijn de afstanden te groot. Jongeren uit het achtergebied, die studeren in Zwolle of Enschede maken gebruik van de Kloosterdijkbrug om bij het station in Mariënberg te komen. De brug maakt onderdeel uit van het knooppuntennetwerk voor fietsers. Aan de oostkant van het kanaal ligt een Landall Greenpark. Veel recreanten gaan over de Kloosterdijk naar de bossen richting Ommen te gaan of naar het station in Mariënberg. Ook gaat er een wandelroute over de brug, Monnickenspoor, die aansluit op de route naar Santiago de Compostella. Over de Kloosterdijkbrug gaat veel vrachtverkeer richting Vroomshoop. De N36 richting Twente heeft geen goeie kruising bij Beerze. De gelijkvloerse kruising is lastig te passeren door het drukke wegverkeer, dus gaat vrachtverkeer over de Hardenbergerweg via de Kloosterdijk naar de N36 een stuk verderop waar wel op- en afritten zijn aangelegd. Het zware verkeer wordt steeds drukker. Het aanwijzen tot landbouwontwikkelingsgebied leidt tot uitbreiding van het boerenbedrijf, waardoor ook het vachtverkeer toeneemt. Dat kan nu alleen bij de Kloosterdijk of bij Vroomshoop de brug over. Knelpunten De brug wordt als onveilig ervaren; palen en stangen maken het onoverzichtelijk. Er is weinig zicht op het verkeer dat van de andere kant van het kanaal komt, mede door de beide parallelwegen langs het kanaal en het niet altijd voorrang verlenen door bestuurders. Dit leidt soms tot hoog oplopende ruzies op de brug. De wens van het belang is dat de verkeersituatie aan weerszijden van de brug overzichtelijker wordt. Aan de andere kant van de Kloosterdijk, het westelijke deel, is enkele jaren geleden een apart fietspad gekomen, dat vlak voor de brug van de noordelijke kant van de weg wisselt naar de parallelweg aan de zuidzijde. Ook dat zorgt voor verwarring en onveilige situaties. Om die reden staan ouders bij de brug om hun jonge kinderen op te vangen. De scholen zitten immers allemaal aan de westzijde, terwijl er natuurlijk ook mensen met kinderen aan de oostzijde wonen. Nieuwe brug Er gaan stemmen op voor een vrijliggend fietspad. De nieuwe brug zou misschien ook een aparte fietsstrook kunnen krijgen. Het is nu ‘een van de twee’ of de fiets of de auto gaat over de brug, allebei tegelijk gaat niet. Wat voor een brug zou de nieuwe brug moeten zijn? Vasthouden aan het idee van de oude brug, dus een ophaalbrug, en geen ‘wegdekbrug’ bijvoorbeeld. Als er werkzaamheden aan de brug zijn, of als deze daadwerkelijk wordt vervangen, stelt het belang een tijdelijke voorziening zeer op prijs, in ieder geval voor fietsers en voetgangers. Vooral voor scholieren, of anderen die met de trein moeten, is de Gouden Ploeg erg om. De afstand lijkt groot, het waait altijd.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
52
Aanlegplaats verbeteren. Je zou er eigenlijk meer voorzieningen willen hebben, zoals een informatiebord met de toeristische mogelijkheden in het omringende gebied. Verbeterpunten op een rij Aanlegplaatsen bij dorpen. Bruggen veiliger. Moeten klapbruggen blijven, niet-historiserend, misschien hergebruikte brug. Hardenberg ophaalbrug is mooi, andere zijn zeer standaard (zo uit de meccanodoos getrokken). Tijdelijke voorzieningen, in ieder geval voor fietsers en voetgangers essentieel als de brug onder handen genomen wordt. Verkeersituatie aan weerszijden van de brug overzichtelijker.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
53
Bijlage 1c
Gesprek Belangengroep Ebbenbroek Maandag 17 mei 2010, 17.30 uur Aanwezig: voorzitter en penningmeester (Arjan Meulenkamp) Betekenis De Emterbroekerdijkbrug wordt in de volksmond ook wel de Mollenbrug genoemd, naar het varkensbedrijf dat vroeger langs het kanaal oost gevestigd was. De brug was vroeger dé overgang van Ebbenbroek via de (Emterbroeker)dijk naar Hardenberg. De brug is er al zolang iedereen zich kan herinneren en hoort dus bij het bewustzijn van Ebbenbroek. De handmatige besturing (blokje los, blokje los) is inmiddels elektrisch gemaakt, maar de handdraai is nog aanwezig. Het is ook de standplaats van de brugwachter. (Er is een parkeerplaats voor zijn auto). De brug wordt voornamelijk gebruikt door scholieren op de fiets naar Hardenberg en wat landbouwverkeer van de direct aanwonenden. Auto’s maken nauwelijks gebruik van de brug, door de slechte conditie van de Klinkerweg. De meeste automobilisten maken gebruik van de Duitslandweg, tenzij je in een bepaald deel van Hardenberg moet zijn. De Duitslandweg is mede aangelegd om het zware verkeer en sluipverkeer over de Hoogenwegbrug even verderop bij Hardenberg tegen te gaan. De brug bij Broekdijk is eruit gehaald omstreeks 1985-1987. Er is dus al een brug ingeleverd. Er is hard gestreden om het behoud van de Emterdijkerbrug, bijna tot de hoge raad aan, toen besloten werd de brug toch te behouden. De brug is te belangrijk voor de plaatselijke bevolking om als wisselgeld te dienen voor de brug in Bergentheim. Knelpunten Tussen nu en 5 jaar komt er een bio-ethanolfabriek langs kanaal oost, op de hoek de Enterbroekerdijk naast de fabriek van rubberbanden. Het belang is zich bewust van de mogelijke risico’s die de vestiging en de combinatie van beide bedrijven met zich mee brengt en zou de brug graag behouden zien voor rampdienstenverkeer. De gemeente zal de Klinkerweg waarschijnlijk verbeteren in verband met de toekomstige uitbreiding van het industrieterrein aan weerszijden van het kanaal. Met het oog op deze toekomstige uitbreiding zal ook meer bestemmingsverkeer van de brug gebruik maken. Nieuwe brug Een nieuwe brug zou je volgens het belang zodanig moeten aanpassen dat vrachtverkeer, of ieder geval brandwagens over de brug kunnen. En nieuwe brug, die alleen geschikt is voor fietsers is dus niet logisch, gezien de ontwikkelingen. Het belang heeft geen moeite met een nieuwe brug, bijvoorbeeld zoals de brug op de Punt (Vroomshoop), een mooi, modern en zwart exemplaar, maar een meer industrieel ogende brug voor deze locatie lijkt beter op zijn plaats. Het hoeft geen duur hoogstandje te zijn, een simpele, goede burg volstaat. Mocht de brug toch moeten wijken, dan heeft het belang ook over een alternatief nagedacht. Fietsers zullen dan gebruik gaan maken van de Hoogenwegbrug, die nu overigens nog erg onveilig is voor fietsers, omdat er geen aparte fietsstrook is en verkeer er erg hard overheen rijdt. In dat geval bepleit het belang een goede fietsroute langs kanaal-west, dus een verbetering van het zandpad parallel aan de Eggenweg.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
54
Bijlage 1d
Gesprek Belangengroep Hardenbergerveld Dinsdag 18 mei 2010, 13.30 uur Aanwezig: 13 personen van het plaatselijk belang Het plaatselijk belang vertegenwoordigd 36 huishoudens en wil direct duidelijk maken dat in hun optiek de Emtenbroekerdijkbrug niet weg mag. Als de brug verdwijnt, wordt het achterland een dode hoek. Twintig jaar geleden is er uitvoerig en met succes geprotesteerd voor het behoud van deze brug, maar de brug bij Broekdijk is verdwenen en missen de bewoners nog altijd. Er wordt opgemerkt dat als het gesprek in de avonduren zou hebben plaatsgevonden er (nog) meer mensen bij het gesprek aanwezig zouden zijn geweest. Het plaatselijk belang staat aanvankelijk wat wantrouwend tegenover dit gesprek. Zij denkt dat de Provincie met dit gesprek slechts het doel heeft om het plaatselijk belang het idee te geven dat er naar ze geluisterd wordt, maar dat dit niet daadwerkelijk het geval zal zijn. Aangegeven wordt dat Het Oversticht en het KCO onafhankelijke partijen zijn, die gevraagd een onafhankelijk advies uit te brengen, dat ter inzage opgevraagd kan worden en ook met de bewoners en de belangenverenigingen zal worden besproken. Wat er uiteindelijk met het advies gebeurd is aan de Provincie. Betekenis De brug is het beeldmerk van de gemeenschap en wordt ook gebruikt als logo in het krantje van het plaatselijk belang. Nu de oude eik naast de brug is verdwenen, is alleen de brug nog over. De brug richting Hardenberg is alle dagen in gebruik. De fietspaden die aanlopen op de brug zijn zo aangelegd, dat de Emtenbroekerdijkbrug het meeste gebruikt wordt door fietsers. Het is een rustiger, veiliger en bekende route voor fietsers. De hele buurt, allemaal bewoners van de oostzijde maakt gebruik van deze brug onder meer om boodschappen te doen. Alle voorzieningen bevinden zich immers aan de westzijde van het kanaal. Al vanaf 6 uur ’s ochtends gebruiken werknemers, die op het bedrijventerrein moeten zijn, de brug. Vanaf half acht ’s ochtend wordt de brug vooral gebruikt door scholieren, zowel van lagere scholen als middelbare scholen. In het weekend en koopavond (donderdag) is het vooral uitgaansjeugd. Soms maakt ook landbouwverkeer nog gebruik van deze brug, vooral als de boeren gaan oogsten. Vrachtverkeer met navigatie wordt over deze brug gestuurd. Er lopen uitgezette fietsroutes overheen en hardlopers gebruiken deze brug. Daarnaast wordt er aangemeerd door recreatievaart, wordt er geschaatst en worden viswedstrijden gehouden. Knelpunten De Kanaalweg liep eerst door en is tegenwoordig onderbroken door het nieuwe industrieterrein. Daardoor is het gebied al meer afgezonderd geraakt. Veel bewoners voelen zich ingesloten door de industrie. De omgeving wordt er langzaam maar zeker niet mooier op. Dat zou nog verergerd worden als de brug er niet meer zou zijn. Nu is er tenminste nog een niet-industriële verbinding met Hardenberg. Het zandpad langs de oostzijde van het kanaal is van de provincie en nu niet toegankelijk voor fietsers. Waarschijnlijk zal het worden weggehaald om het kanaal te verbreden en plaats te maken voor een passeerplek voor schepen. Je moet nu een rare slinger maken om via de Eggenweg bij de Hoogenwegbrug te komen. De wegen die op de brug aansluiten worden slecht onderhouden. De Duitslandbrug is te steil voor oudere mensen en wordt ook door de jongeren vermeden. Het is niet verwonderlijk dat de fietsnetwerkroutes over de Emtenbroekerdijkbrug gaan. Nieuwe brug Het plaatselijk belang wil graag een zelfde type brug terug. Dat mag zo goedkoop mogelijk, en eventueel met een iets breder wegdek en een andere ligging (met een andere hoek over het kanaal). Er hoeft geen aparte fietsstrook te komen en er hoeft wat het plaatselijk belang betreft ook geen zwaarder verkeer over, maar ze wil de brug wel toegankelijk houden voor auto’s anders moeten bewoners helemaal omrijden. Verbeterpunten op een rij Wildtrapjes voor reeën zijn verdwenen. Tijdens de trek van reeën valt er nog al eens een exemplaar in het water. Die worden nu gered door de brandweer.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
55
Bredere en betere weg langs de oostzijde van het kanaal
Bijlage 1e
Gesprek plaatselijk belang Bruchterveld Dinsdag 18 mei 2010, 16.00 uur Aanwezig: bestuurslid plaatselijk belang De kern en het buitengebied van Bruchterveld omvatten samen ongeveer 700 á 800 personen. In Brucht zijn geen winkels. De supermarkt is drie jaar geleden verdwenen. Nu is iedereen georiënteerd op Hardenberg en een beetje op Bergentheim. Het is een geïsoleerd gebied tegen de grens met Duitsland. Nieuwelingen vinden het hier lekker rustig, maar het is toch een verloren hoek. De oude brug bij Broekdijk (brug bij Terwielen) is ruim twintig jaar geleden verdwenen. Daarmee is een stukje Brucht afgesloten, of je moet over het viaduct van de Duitslandweg. Betekenis De brug is echt een oriëntatiepunt. Er staat ook een brievenbus. Tot enkele jaren terug werd de brug nog met de hand bediend. Veel scholieren en uitgaansjeugd maken gebruik van deze brug, en niet de Hoogenwegbrug, omdat dat voor de meeste mensen in het buitengebied van Bruchterveld om is. Ook voor de mensen uit Kloosterhaar fietsen over deze brug naar Hardenberg. Het fietstoeristen richting Duitsland gaat ook over de Emtenbroekerdijkbrug. Veel werknemers van de Wavin, producent van pvc-buizen en de grootste werkgever van Hardenberg en omgeving, komen op de fiets naar het werk via deze brug. Het lokale woon-werkverkeer is toegenomen sinds de aanleg van het industrieterrein aan de oostkant van het kanaal. Onderling verkeer tussen de twee delen van het bedrijventerrein ten oosten en ten westen van het kanaal gaat over de brug. Het belang van de brug was vroeger, voor de aanleg van het viaduct, groter. Het autoverkeer is ook verminderd doordat een stukje weg langs de oostkant van het kanaal is opgeheven ten behoeve van aan het water gerelateerde bedrijven, die nu de mogelijkheid hebben voor eigen insteekhaven. Misschien gaat de toekomstige vestiging van een bio-ethanolfabriek aan de oostzijde wel meer gebruik maken van het kanaal. Knelpunten Bijna niemand fiets over de Duitslandweg, want deze is druk en stijl, dus gaat iedereen over de Emtenbroekerdijkbrug via het fietspad over het industrieterrein. Vroeger fietste men over de Broekdijk en dan langs het kanaal. Tegenwoordig fietst iedereen via de bebouwde kom naar de Kuilenweg, en dan over het industrieterrein. De Kuilerweg is een stuk drukker. Langs het kanaal is het minder veilig fietsen, vooral in de winter. Nieuwe brug Een nieuwe brug mag eventueel iets breder worden. Het plaatselijk belang oppert dat de brug ook alleen ingericht zou kunnen worden voor fietsers, al zijn de Ebbenbroekers het daar niet mee eens.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
56
Bijlage 1f
Gesprek Belangengroep Hoogenweg Dinsdag 18 mei 2010, 20.00 uur Aanwezig: dhr. H. Reits en medebestuurslid Het plaatselijk belang is 35 jaar geleden opgericht. Het bestaan van het plaatselijk belang wordt gestimuleerd vanuit de gemeente Hardenberg omdat er anders weinig binding is met het achterland. Betekenis Door teruglopende voorzieningen (winkels, scholen, etc.) wordt de Hoogenwegbrug steeds intensiever door lokaal verkeer gebruikt. De school op de Hoogenweg is opgeheven, dus nu gaan alle kinderen over de brug naar school. Er ligt een mooi dorpshuis net over de brug aan de westzijde, dus is er intensief lokaal verkeer. Ook (vracht)verkeer maakt gebruik van de brug. Vooral lokaal agrarisch verkeer gaat over deze brug, vooral veel veeteelt en maïs in de herfst. Veel Nederlands over de grens in Duitsland maken nog gebruik van de (medische) voorzieningen in Hardenberg en komen aan over de Hoogenwegbrug. Knelpunten Het plaatselijk belang voelt een tweespalt omdat het zowel op moet komen voor de belangen van de kern (lokaal verkeer, schoolgaande kinderen), als voor het buitengebied (agrarisch verkeer, intensivering landbouw), terwijl beide op de bestaande brug niet goed te rijmen zijn. De brug is net breed genoeg voor fietsers en auto’s, maar niet voor landbouwverkeer. Fietsers gaan midden op de brug rijden om zich ervan te verzekeren dat ze niet van hun sokken gereden worden. De brug heeft een nadeel, hij ligt er niet recht in waardoor het zicht op de andere kant enigszins wordt belemmerd. Er zit een dode hoek in het zicht op het verkeer aan de andere kant. Toch gebeuren er relatief weinig ongelukken, misschien omdat de ligging ook snelheidremmend werkt. En er zijn nu suggestiestroken voor fietsers aangelegd. De brug is van de provincie, het wegdek ernaar toe is van de gemeente. Het tonnage voor verkeer over de brug is verhoogd. Het plaatselijk belang vraagt zich af deze oude brug hier wel op is berekend? Nieuwe brug Het plaatselijk belang bepleit een onopvallende, functionele nieuwe brug. De ligging onder hoek over het kanaal wil zij behouden. Verbeterpunten op een rij Bredere brug met fietspad. Verbeteren veiligheid op de brug. Snelheidsaanpassingen, in een lange aanzet tot de brug (30 km zone). Gemeentebord (bebouwde kom) voor de brug aan de oostzijde plaatsen om snelheid te remmen. Meer landbouwverkeer dwingen de Duitslandweg te gebruiken.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
57
Bijlage 2 Vragenlijst gesprekken op de brug De gesprekken op de brug zijn gevoerd aan de hand van een vragenlijst voor passanten van kanaal Almelo-De Haandrik met een vast stramien. De opzet hiervan is om een eenduidig beeld van de interviews te kunnen geven en de antwoorden met elkaar te kunnen vergelijken. Aan het eind van de vragenlijst komt er ruimte voor spontane vragen en opmerkingen, die meegenomen kunnen worden in het onderzoek. Enerzijds moeten de antwoorden een beeld geven van de persoonlijke belevingswereld en het gebruik van het kanaal, mogelijk afgestemd op een specifiek nuttig deel voor de geïnterviewde. Daarnaast moeten ze een beeld geven van de beleving van het kanaal als geheel over de hele linie van het traject. Beide visies geven indicaties voor de uiteindelijke ontwerpopgave. Aan de hand van de volgende vragenlijst zijn op verschillende plekken vraaggesprekken gehouden: 1. NAW gegevens en leeftijd. 2. Woont u in het gebied? Zo ja, hoelang? Zo nee, wat brengt u hier? 3. Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook een betekenis voor u? 4. Hoe vaak rijdt, fietst, wandelt u langs het kanaal? 5. Welke brug gebruikt u het meest? 6. Maakt u wel eens een praatje op de brug? 7. Kent u een of meerdere brugwachters? 8. Heeft u familie, vrienden, kennissen en/of activiteiten aan de overkant van het kanaal? 9. Kunt u iets vertellen over de geschiedenis van het kanaal? 10. Is er de laatste jaren iets veranderd aan het kanaal? Zo ja, wat? 11. Waar gebruikt u het kanaal voor (enkel als passant of ook voor werk / recreatie etc.) en kent u eventueel andere voorbeelden van het gebruik van het kanaal? 12. Is het kanaal in uw bevinding eerder een barrière in het landschap of heeft het een meerwaarde in uw beleving (maakt het er echt volwaardig deel van uit)? 13. Wat is uw lievelingsbrug? 14. Hoe ziet uw ideale brug uit? 15. Hoe vaak per week passeert u één of meer bruggen van het kanaal? (met specifieke benoeming) 16. Hoe vaak is de brug gemiddeld geopend per dag? 17. Weet u ook naar welke kant de brug openklapt? 18. Weet u waarom het kanaal wordt verbreed? 19. Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? 20. Hoe zou u op een andere manier dan over de brug aan de overkant kunnen komen? 21. Welke kansen zou het kanaal voor de omgeving kunnen bieden die nu niet worden benut? 22. Wat zou de wachtplaatsen een meerwaarde kunnen geven? 23. Eventuele aanvullende bevindingen
Vragen voor recreanten 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Is dit de eerste keer dat u over het kanaal vaart of doet u dat vaker? Waar komt u vandaan, waar gaat u naar toe? Hoe lang heeft u bij de laatste brug gewacht? Wat maakt dit kanaal anders dan de andere kanalen die u kent? Wat zou de wachtplaatsen een meerwaarde kunnen geven? Hoe ziet uw ideale brug eruit? Heeft u al varend een beeld gekregen van het landschap aan weerszijden van het kanaal? Welke brug vond u tot op heden het mooist?
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
58
Bijlage 2a Verslagen van gesprekken op de brug Bergentheim, 17 mei 2010 15.30 uur langs het kanaal bij de brug Leeftijd en woonplaats (1 en 2) Mijnheer is 81 jaar en is geboren en getogen langs het kanaal. Hij woont al 15 jaar aan de Kanaalweg 67. Daar had hij vroeger in het voorhuis een groentewinkel. Zijn zoon heef die overgenomen en heeft nu een winkel aan de andere kant in het dorp. Zijn voorouders zijn veengravers uit Brabant. Gebruik van het kanaal (3) Mijnheer gebruikt het kanaal nu vooral als uitzicht. ‘’Al die schepen, vooral die grote baggerschuiten, zijn een mooi gezicht’’. Ook zit mijnheer wel eens aan de waterkant en vist hij heel graag op paling, brasem en voorn. ‘’De visvereniging van Bergentheim heeft wel 260 leden.’’ Vroeger werd het water uit het kanaal ook de was gebruikt en als drinkwater. ‘’En dan het schaatsen. Ook nu nog gaan we achter een grote maaimachine op de slee over het kanaal.’’ (zie filmpje op You tube!) Verder wordt het kanaal gebruikt om te zwemmen en voor bewatering van tuinen. Het water is nu weer schoon als vroeger. Meest gebruikte brug (5) De brug in Bergentheim gebruikt mijnheer het vaakst. Vroeger was dat een vlotbrug. Hij gebruikt de brug dagelijks voor boodschappen en sociale contacten. Familie en kennissen aan de overkant (8) Mijnheer heeft veel familie en kennissen aan de overkant (Westkant) wonen. De meeste kinderen van het dorp wonen net als hij aan de Oostkant en gaan elke dag over de brug naar school. Geschiedenis van het kanaal (9 en 10) “Vroeger ging men in de winter met paard en wagen en de melkbussen over het kanaal. Het was net breed genoeg voor twee (door menskracht getrokken) aardappelscheepjes. In de Tweede Wereldoorlog groef men een geul om de Duitsers tegen te houden. Vroeger waren er aan de kanten nog allemaal rietpollen en prachtige bloemen. Dat was een fantastisch gezicht. Bovendien was het veel veiliger. Als je nu in het water valt, kun je je nergens meer aan vasthouden.” Lievelingsbrug en ideale brug (13 en 14) “De nieuwe brug in Vroomshoop vind ik heel mooi. Een nieuwe brug in Bergentheim moet groter, maar in principe wel hetzelfde zijn. Belangrijk is ook dat de woonarken die in Hardenberg gemaakt worden, erdoor kunnen. Nu is dat heel moeilijk doordat de brug niet helemaal verticaal openklapt.” Ook de grotere scheepvaart is welkom en wordt graag aanschouwd. Minder bruggen 19 “Het zou een ramp voor het dorp zijn als de brug zou verdwijnen. Bijna niemand heeft hier een eigen bootje en de kinderen zouden niet meer naar school kunnen gaan. Alle winkels en voorzieningen liggen aan de overkant.” Wachtplaatsen (22) ‘’Voor het dorp en de winkels zou het goed zijn als de wachtplaats iets meer aangekleed wordt.” Het is ook jammer dat boten nu niet voor een wat langere tijd kunnen aanmeren.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
59
Bijlage 2b 17 mei 2010 - 12 scholieren op de route van Bruchterveld / Hardenberg Bruchterveld, ter hoogte van nieuw fietspad richting Duitslandweg. Leeftijd 16 jaar, vrouw, op de brommer. Zit op in Hardenberg op school en woont haar hele leven in Bruchterveld. Zij gaat sinds de aanleg van het fietspad ongeveer twee jaar geleden, altijd hierover heen, richting industrieterrein en dan over de Mollenbrug naar Hardenberg. Al haar vrienden nemen deze route. Als de brug zou verdwijnen zou dat op de brommer drie minuten omrijden betekenen. Ze kent het kanaal alleen van de weg naar Hardenberg over de Mollenbrug. Vanuit Bruchterveld, eerste rotonde Duitslandbrug Leeftijd 13 jaar, vrouw, op de fiets. Zit in Hardenberg op de middelbare school en woont haar hele leven al in Bruchterveld. Net als al haar vriendinnen fiets ze altijd over het nieuwe fietspad naar de Duitslandweg en het industrieterrein richting de Mollenbrug. Als die brug zou verdwijnen zou ze over de Duitslandbrug moeten wat 5 tot tien minuten omrijden is. Bovendien is het veel zwaarder fietsen en is het er ´s avonds niet prettig. Ze kent het kanaal alleen van de Mollenbrug en de weg naar school. Vanuit Bruchterveld, industrieterrein Twee jonges, 14 jaar, beiden leerling van het Vechtdalcollege. Ze wonen hun hele leven al in Bruchterveld en fietsen “net als iedereen via het nieuwe fietspad, industrieterrein en Mollenbrug naar school in Hardenberg. Ook als ze uitgaan. Via de Klinkerweg en de Mollenbrug is het ´s avonds veel veiliger. Als de Mollenbrug verdwijnt betekent dat vijf minuten langer fietsen, “en twee keer per dag is dat best veel. Ook moeten we dan tegen de helling op”. De jongens kennen het kanaal alleen van de weg näar school en het kanaal. Vanuit Bruchterveld, op het industrieterrein Vier jongedames, allen 15 jaar. Drie afkomstig uit Bruchterveld, één uit Kloosterhaar, allen leerling van het Vechtdalcollege. Ze fietsen elke dag dezelfde route via het industrieterrein, over de Mollenbrug naar Hardenberg. Heel soms als ze ergens anders in Hardenberg zijn geweest, fietsen ze ook wel eens over de Duitslandbrug. Als ze uitgaan, gaan ze altijd over de Klinkerweg en de Mollenbrug. “Dat is bekend en veel veiliger”. Vanuit Bruchterveld, op de Mollenbrug Vier jongens, 13 en 14 jaar, allemaal hun hele leven woonachtig in Bruchterveld en alle vier leerling van het Vechtdalcollege. Ze fietsen “net als iedereen” altijd over het nieuwe fietspad, het industrieterrein en de Mollenbrug naar school. Als de brug weggaat, moeten ze ´s ochtends vijf minuten eerder op. “Dat zijn kostbare minuten”. Ze vissen en zwemmen ook wel bij de Mollenbrug. “Het zou leuk zijn als er een zuipkeet komt”. Als de brug vervangen wordt, moet er wel een tijdelijke oplossing komen, zodat ze ook dan niet om hoeven te fietsen. Vanuit Bruchterveld op de Duitslandbrug 17 mei 2010 tussen 14.30 uur en 15.15 uur Op dit mogelijk alternatief traject voor scholieren uit Bruchterveld heb ik geen enkele leerling kunnen onderscheppen.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
60
Bijlage 2c Mollenbrug Hardenberg, 17 mei 2010 14.00 uur Leeftijd en woonplaats (1 en 2) Mevrouw is 41 jaar en woont aan de Kanaalweg West vlak tegenover de brug. Ze woont al 17 jaar op deze plek, haar man al 42 jaar, zijn hele leven. Het gezin leeft in het ouderlijk huis van haar man. Gebruik van het kanaal den de brug 3 Het gezin is helemaal op Hardenberg georiënteerd en maakt niet of nauwelijks gebruik van de brug. Hij is alleen belangrijk voor de bewoners en scholieren uit Bruchterveld. Die komen over deze brug naar Hardenberg. Ook de Duitse werknemers van de Wavin gebruiken de Mollenbrug als aanrijroute voor hun werk. Voor mevrouw mag de brug best weg. ´´Het zou hier nog rustiger worden en we zouden geen last meer hebben van de jongeren die in het weekeinde vanuit disco Het Podium naar Bruchterveld en verder fietsen”. “Wij zelf fietsen altijd via de Klinkerweg naar Hardenberg. De mensen uit Bruchterveld kunnen ook over de Duitslandbrug”. In ’84 / ’85 is er gedemonstreerd voor het behoud van de brug. Familie en vrienden aan de overkant 8 Mevrouw heeft geen familie of vrienden aan de directe overkant van het kanaal. Er woont wel familie in Bruchterveld. Geschiedenis van het kanaal (9 en 10) “Volgens mij is er al die tijd niets veranderd aan de brug en het kanaal. Het is me nooit opgevallen. Wel heb de proefvaart met de nieuwe combinatievaart opgemerkt”. Het wordt op deze plek langs het kanaal steeds rustiger. Brug verwijderen 19 “Ik gebruik de brug niet vaak. Maar als je hem weg haalt komt er een dood punt in de omgeving. Dat kan tot sociale onveiligheid en verwaarlozing leiden. Waar ik me nog meer zorgen over maak, is de bio ethanol fabriek die hier aan de overkant komt. Als daar de brand in slaat, kan dat zo overslaan op de bandenfabrieken die erbij liggen. De Mollenbrug is dan een belangrijke toegangsweg voor hulpdiensten”. Onbenutte kansen 21 “Bij de insteekhaven hier om de hoek, leggen ook vaak recreanten aan. Daar zijn helemaal geen voorzieningen voor. Voor water en elektriciteit moeten ze bij bewoners aankloppen. Die haven zou je ook goed als toeristische toegangspoort tot Hardenberg kunnen benutten”.
Bijlage 2d Mollenbrug 17 mei 2010 14.30 uur bij de brug Leeftijd en woonplaats (1 en 2) Echtpaar van middelbare leeftijd, afkomstig uit Limburg. Ze verblijven op camping de Polle bij de Engbertsdijksvenen en zijn vandaag op de fiets naar Hardenberg gegaan. Eerst via een knoopfietsroute, nu gewoon volgens de kaart. Kwaliteit van het kanaal Mevrouw vindt het kanaal karakteristiek omdat het een mooie combinatie van oud en nieuw landschap is. Er is moderne industrie en tegelijkertijd zo´n oude brug als hier. Ze prijst de combinatie van oude bruggen met moderne brugwachtershuisjes. “Als het gaat veranderen moet alles zo kaal mogelijk blijven”. Mijnheer deelt die mening niet. Hij vindt de Mollenbrug “mooi ouderwets en nostalgisch”.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
61
Onbenutte kansen 21 “Het zou goed zijn als er langs het kanaal wat meer informatie komt over de geschiedenis en de functie van het kanaal”.
Bijlage 2e Bergentheim, 18 mei 2010 9.30 uur langs het kanaal bij de brug Leeftijd en woonplaats (1 en 2) Man 81 jaar, hele leven woonachtig langs het kanaal. Tot 24 jaar aan de Oostzijde, na huwelijk aan de Westzijde (‘’het dorp’’). Sinds vier jaar in nieuw senioren appartementencomplex met totaal ongeveer 24 (!) appartementen. Is zeer te spreken over ouderenzorg zo dicht bij het kanaal. Gebruik van het kanaal (3) Mijnheer fietste voor de Tweede Wereldoorlog de hele route langs het kanaal. In Almelo werd petroleum gehaald. Hij leerde er zwemmen, vissen, fietsen en schaatsen. Het water uit het kanaal werd door iedereen als drink- en waswater gebruikt. Tussen ongeveer 1955 en 1960 ging hij met de bussen van de Twentse textielindustrie naar Almelo, Hengelo en Enschede. ‘’Wij waren de Turken van Twente’’. Na de transformatie van de oude turfstrooiselfabriek op de plaats waar nu de Plusmarkt staat, tot een weverij, hoefde mijnheer voor het werk niet meer op pad. In 1965 werd hij ontslagen en vond hij werk bij de asmetaalindustrie van Krupp in Hardenberg. Daar fietste mijnheer naar toe. Tegenwoordig zit mijnheer in een rolstoel. Af en toe rijdt hij nog wel eens naar de brug of de school aan het kanaal. Meest gebruikte brug (5) De brug in Bergentheim is de brug die mijnheer zijn hele leven lang het meest heeft gebruikt. De brug heeft geen naam, ook niet in de volksmond. Het is Dé Brug. Tot in de jaren dertig was het een vlotbrug, De Scholle. Praatje op de brug (6) Vroeger maakte mijnheer vaak praatjes op de brug. “Het was de plek om achter de meiden aan te gaan. Er was een lantaarn. Het hele centrum met winkels en café Mulder was rond het kanaal gecentreerd. Het huidige centrum bestond toen nog niet. Dat was nog allemaal bos”.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
62
Bijlage 2f Beerzerveld, 19 mei 2010 Gesprek met eigenaren en familie van Café restaurant Beerzerveld Leeftijd en woonplaats (1 en 2) Vrouw 22 jaar, via huwelijk 4 maanden woonachtig in Beerzerveld. Vrouw 29 jaar, via huwelijk 5 jaar woonachtig in Beerzerveld Vrouw, 57 jaar, hele leven woonachtig in Beerzerveld Man, 65 jaar, 35 jaar woonachtig in Beerzeld Vrouw, 61 jaar, 50 jaar woonachtig in Beerzerveld Tot vijf jaar geleden had de familie een hotel aan het kanaal. Dat vast altijd vol met mensen die aan het kanaal werkten. ‘’Na de verhuizing van het hotel naar het dorp, moeten die mensen helemaal naar het appartementenhotel Beekzicht in Hardenberg. Het zou goed zijn er weer nieuw hotel aan het kanaal zou komen.’’ Gebruik van het kanaal en bruggen (3 en 4) De familie gebruikt het kanaal vooral richting Hardenberg om inkopen te doen voor het horecabedrijf. Op dit traject gebruiken ze alle bruggen. ‘’Als de brug in Beerzerveld verdwijnt, komen we op een eiland te zitten, en raken we ons hele dorp kwijt. Dan gebeurt er hetzelfde als met Brucht na het verdwijnen van de Bruchterveldbrug. Dat is een hele dooie boel geworden.’’ Behalve voor het doen van bedrijfsinkopen voor het café, gebruikt de hele familie het kanaal ook veel om te wandelen. ‘’Als het even kan, lopen we een rondje naar de Kloosterdijkbrug en dan via de brug Beerzerveld weer terug. Dat is drie kilometer en dan ben je er even helemaal uit. In de zomer doen heel veel inwoners dat tussen 19.00 uur en 22.00 uur. In de eerste week van februari hebben we een winterfeest en daar zit altijd een brugloop in. Eén van drie, één van zes en één van negen kilometer. Dat is dan drie keer het bruggenrondje’’. Brugwachters 6 De familie kent alle brugwachters, zes in totaal. Vooral Emiel van 72 jaar die in Lochem woont, komt vaak even in het café langs. Familie en kennissen aan de overkant (8) De hele familie heeft familie en kennissen aan de overkant. ‘’Als de brug weg zou zijn, zou je daar nog maar weinig contact mee hebben. Op de plek waar vroeger de dokter woonde, zit nu de bottenkraker. Ook daar zou je dan niet gemakkelijk meer naar toe kunnen.’’ Geschiedenis van het kanaal (9 en 10) ‘’De geschiedenis van het kanaal hangt nauw samen met die van de spoorlijn. Er was eerst een spoorlijn gepland, maar door allerlei gedoe is eerst het kanaal gegraven en werd pas in 1905 de spoorlijn aangelegd. Het kanaal bracht veel verveners uit Gelderland, dat zie je terug in veldnaam Nieuw Gelderland. Het zand uit het kanaal werd naar de zijkant gegooid en op die dijk werd de weg aangelegd. Daardoor ligt het land aan de weg veel lager en is het er erg nat. In 1901 kwam er in Beerzerveld een kerk voor de verveners. Een belangrijke figuur in Beerzerveld is de Groningse textielbaron Westerdijk. Dat was een vrijgezel. Hij bouwde een enorme villa als een Groningse herenboerderij. Die staat er nog steeds. Toen de baron dood ging moesten zijn neven de boerderij verkopen omdat ze anders de successierechten niet konden betalen.’’ ‘’Een grote verandering is het weghalen van de begroeide houten beschoeiing geweest. Dat gebeurde in 1976 toen het kanaal werd verbreed. Daarna wilde Neelie Smit het kanaal dempen, maar daar is heel hard tegen geprotesteerd. Dat het niet gebeurd is, komt door het economisch belang van het kanaal. Daar hebben we toen allemaal gelijk in gehad, want ook nu wordt het kanaal verdiept om economische motieven. De meest aangrijpende gebeurtenissen zijn toch wel de vele mensen die er in het kanaal verdronken zijn. We kennen er allemaal wel één. Ook is er een brugwachter geweest die zich aan de brug heeft opgeknoopt en zichzelf heeft verdronken. Eigenlijk zouden er langs de damwand meer beugels moeten komen om uit het water te komen. Vroeger kon je je nog aan de planten vasthouden, maar zelfs een sterke jonge vent lukt het niet zichzelf aan de damwand uit het water te hijsen.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
63
Andere voorbeelden gebruik kanaal (11) “Behalve voor de beroepsvaart en de recreatievaart wordt het kanaal ook gebruikt om te zwemmen, vissen en te schaatsen. ‘Het kanaal hoort helemaal bij het dorpsleven, er is bij het kanaal altijd wel iets te doen. In Vroomshoop is er zelfs een kanaalmarkt”. Ideale brug (14) ‘’We hebben niet echt een lievelingsbrug, maar de brug in Beerzerveld is wel mooier dan de Kloosterdijkbrug. Doordat de remwerken te hoog zijn, heb je helemaal geen doorzicht. Wat ook heel onhandig aan de Kloosterdijkbrug is, is dat midden op de brug de grens tussen de gemeenten Ommen en Twenterand loopt. Hij staat ook scheef op het kanaal, maar daardoor kun je er ook niet hard over heen rijden. Als er een nieuwe brug in Beerzerveld komt, moet het wel een klapbrug zijn, een beetje functioneel. Hij moet ook breder zijn en een fietspad hebben. Voor kinderen die naar school gaan, is het nu gevaarlijk. We willen ook geen nep bovenbouw. Verder is het belangrijk dat de nieuwe woonarken die in Hardenberg worden gebouwd, door de brug kunnen.’’ Brug weg 19 ‘’Als de brug weg zou gaan, zouden we helemaal afgesneden zijn van een deel van de bevolking van Beerzerveld. Alles zit aan de Westkant. Vroeger waren er ook veel winkels aan het kanaal, nu hebben we alleen nog een Spar in Mariënberg. Daar zou je dan nog verder vanaf komen. In het verleden is er wel eens een ontwerp voor en fietsbrug uitgewerkt. Dat is geen gezicht en het is heel onhandig om met je fiets naar boven te komen.’’ Wachtplaatsen (22) ‘’In Beerzerveld is er niet veel plaats voor uitgebreide wachtplaatsen. De meeste beroepsschippers leggen in het weekeind hun boot aan bij Kloosterdijk. Daar vandaan gaan ze dan met de auto nar huis. Van de pleziervaart hoeven we het niet te hebben. Die hebben alles aan boord. We zouden het ook niet fijn vinden als de beroepsschippers bij ons in het dorp komen. Dit is een apart volk en kunnen maar beter op het kanaal blijven’’. Overig “Ons soort mensen zeurt niet. We zitten hier in een laag vlieggebied, wat betekent dat straaljagers op 150 meter over mogen vliegen. Dat is nu eenmaal zo. Soms gaan we met z’n allen op het terras kijken of we de piloten kunnen zien zitten’’.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
64
Bijlage 3 Inloopdag Bergentheim 22 mei 2010
Aankondiging onderzoek in nieuwsbrief Mariënberg-Beerzerveld
Bijlage 3a Algemene bevindingen naar aanleiding van gesprekken met omwonenden De wachttijd in de winterperiode is 5 tot 6 minuten. In de zomer kan dit oplopen tot 20 minuten. Het ophalen en laten zakken van de bruggen is langzamer geworden, o.a. door de slagbomen. Men gaat om die reden vaak al eerder van huis en houdt rekening met een geopende brug. Mensen rijden niet om: dit levert geen tijdswinst op. De gewenste maximale openingstijd van de brug ligt op 10 minuten. De huidige bruggen vormen een obstakel voor hoge woonarken van v.d. Water Arkenbouw in Hardenberg. Sommige bewoners langs het kanaal zijn direct betrokken bij plannen met betrekking tot o.a. waterberging en de realisatie van een robuuste verbindingszone. Dit geeft onrust.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
65
Er wordt een duidelijke wens geuit voor het bouwen van bejaardenwoningen langs het kanaal. Wonen met een prettig uitzicht met veel vertier. Bij vervanging van de bestaande bruggen door fietsbruggen is er wellicht een mogelijkheid tot het plaatsen van oplaadpunten voor scootmobiels. Dit vergoot de verkeersmogelijkheden voor bewoners.
Bijlage 3b Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Arie de Bruin, bewoner Stenendijk
3.
Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook betekenis voor u? Met name bezig met brug Beerzerveld.
11.
Waar gebruikt u het kanaal voor en kent u eventueel andere voorbeelden van het gebruik van het kanaal? Het kanaal wordt veel gebruikt om te vissen.
14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? De brug moet breder voor het vrachtverkeer en landbouwverkeer Door de paaltjes bij de brug is de draai voor het vrachtverkeer bijna niet te maken. Dit moet worden aangepast.
16.
Hoe vaak / hoe lang is de brug gemiddeld geopend per dag? De wachttijd varieert van 5 tot soms wel 25 minuten.
19.
Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? In de herfst wordt de brug veel gebruikt door landbouwverkeer ivm de bollenteelt en gronduitwisseling. De brug is onmisbaar voor het bedrijf. De Stenendijk is een doodlopende weg. Het snijdt ons af van de leefomgeving als de brug verdwijnt. De brug heeft een sociaal aspect en een toeristisch belang. Wandelaars uit het dorp (de overkant) maken veelvuldig gebruik van de brug en toeristen op de fiets.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
66
Bijlage 3c Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Bert Brinks, Stenendijk 4 3.
Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook betekenis voor u? Het kanaal is gegraven door de (vroegere) bewoners zelf. Er is hier weldegelijk sprake van historisch en cultureel besef.
14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? Een brug die aansluit bij de Veenkoloniale historie.
19.
Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? Een voetgangers- of fietsbrug is geen optie. Wij zijn dan voor de brandweer niet toegankelijk. Hulpdiensten moeten ons op tijd kunnen bereiken. Door de doodlopende weg waar wij aan wonen is de brug de enige uitvalsroute. Voor dagelijks gebruik is een voet-fietsbrug niet functioneel. Dit geeft ons minimaal een verdubbeling van de reisafstand met de auto. We zijn hier toch behoorlijk afhankelijk van autoverkeer. Als deze brug verdwijnt worden wij, door de huidige verkeerssituatie, volledig afhankelijk van de Geerdijkbrug.
21. Welke kansen zou het kanaal voor de omgeving kunnen bieden die nu niet worden benut? Breng weer bomen terug langs het kanaal.
Bijlage 3d Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Mevrouw de Jong, Oosterweg 15 (met buurman, Oosterweg 17) 3.
Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook betekenis voor u? Het hele kanaal heeft voor mij betekenis. Het is hier een prachtige omgeving. Het kanaal geeft leefgenot, een mooi uitzicht en je kunt hier fijn wandelen. De mensen uit het dorp laten allemaal aan onze kant de hond uit: het is hier stukken rustiger.
14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? Als de brug wordt vervangen dan vind ik de huidige brug mooier dan de brug bij Vroomshoop. Deze is landschappelijk gezien niet passend hier. Het moet in elk geval een klapbrug zijn. In mijn ideaalbeeld zijn alle bruggen goede en functionele klapbruggen. Deze mogen best verschillend zijn, maar moeten wel dezelfde uitstraling hebben. De huidige brug bij Beerzerveld geeft bij 3-assige wagens hoogteverschil van een halve meter. Hierdoor drukken de wagens de palen uit de grond. Bij de Kloosterdijkbrug maken de remmingswerken de verkeersveiligheid onmogelijk. De voorrangssituatie is onduidelijk. Let dus op de verkeersveiligheid en begaanbaarheid van de bruggen!!! Maak de brug toegankelijk voor zwaardere vrachtauto’s. Deze moeten nu minstens een kwartier omrijden!
19.
Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? Een voetgangers- of fietsbrug is geen optie. Wij zijn dan voor de brandweer niet toegankelijk. Hulpdiensten moeten ons op tijd kunnen bereiken. Door de doodlopende weg waar wij aan wonen is de brug de enige uitvalsroute.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
67
-
-
Voor dagelijks gebruik is een voet-fietsbrug niet functioneel. Dit geeft ons minimaal een verdubbeling van de reisafstand met de auto. We zijn hier toch behoorlijk afhankelijk van autoverkeer. Als deze brug verdwijnt, moeten wij een heel eind omrijden.
21. Welke kansen zou het kanaal voor de omgeving kunnen bieden die nu niet worden benut? Verbeter de haventjes, vroeger waren er meer aanlegplaatsen. Meer reuring aan het kanaal met bijvoorbeeld het aanbod van streekproducten en een Kanaalhuus (Culturhus). Geeft meer economische kansen in Beerzerveld. De toeristische bewegingen op het Kanaal vergroten betekent nieuwe kansen voor de bewoners. Schenk meer aandacht aan het totaalbeeld van het kanaal: bijvoorbeeld bij de groenvoorzieningen bij de wildtrappen. Meer seniorenwoningen langs het kanaal. De opening van het kanaal richting Hellendoorn is een mooie toeristische kans. Maak een doorgang naar de turfroute in Drente en de Wieden en Weerribben. NB 1: Kunnen wij bij de werkzaamheden aan het kanaal meteen worden aangesloten op de televisiekabel? Deze is niet beschikbaar aan onze kant van het kanaal! NB 2: Er gaat geen buurtbus van Beerzerveld naar Ommen (wel naar Hardenberg).
Bijlage 3e Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Dhr. Ten Brinke, Kanaalweg West 56 Bergentheim
3.
Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook betekenis voor u? Als liefhebber van schepen zie ik graag veel schepen komen en gaan. Het kanaal is mijn hobby. Ik verzamel van alles over de historie van het kanaal en heb een schat aan gegevens over o.a. de ontstaansgeschiedenis. Ik woon vlak bij de brug. Het kanaal biedt een oplossing voor het fileprobleem. Meer transport over water is veel beter voor het milieu.
14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? De bruggen zijn allemaal te smal. Ze dateren nog uit de paardentijd en zijn wel aangepast in de loop van de jaren, maar mogen nog een stuk breder! De bruggen moeten worden aangepast aan het landbouwverkeer. Dit gebied is aangewezen als landbouwontwikkelingsgebied. Pas de bruggen hierop aan!
19.
Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? Voor de bewoners van de Stenendijk (een doodlopende weg) is de brug onmisbaar. Zij hebben vrienden en kennissen in Beerzerveld. Als de brug verdwijnt wordt de sociale omgeving doormidden gesneden.
21. Welke kansen zou het kanaal voor de omgeving kunnen bieden die nu niet worden benut? Meer bomen langs het kanaal. Verbeter het totaalaanzicht. Hef het eenrichtingsverkeer aan de Oostkant van het kanaal op. Zo kan men sneller een andere brug bereiken.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
68
Bijlage 3f Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Gerwin Holleman, v/d Water Arkenbouw in Hardenberg 14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? Wij krijgen veel verzoeken tot breder bouwen (tot 7,5 meter) Hier kunnen wij nu niet in voorzien. Wij bouwen deze bredere arken af in Zwolle. Bergentheim en Kloosterdijk zijn voor ons de grootste Bottleneck. Bredere bruggen zorgen voor economisch gewin.
Bijlage 3g Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Ellen en Dick Watterveel, bewoners Stenendijk 3.
Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook betekenis voor u? - Het kanaal heeft voor ons een groot sociaal aspect. De dorpen bestaan aan twee kanten van het kanaal. Dit is historisch ontstaan en gegroeid. Wij wonen aan de oostkant.
14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? Een klapbrug past het best. Een fietsbrug is geen optie omdat wij dan worden afgesneden van de hulpdiensten.
16.
Hoe vaak / hoe lang is de brug gemiddeld geopend per dag? De wachttijd kan soms oplopen tot 25 minuten.
19.
Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? De brug Beerzerveld is voor ons, omdat we aan een doodlopende weg wonen, van levensbelang. Als de brug verdwijnt dan moeten wij over Vroomshoop rijden en ontstaat er een tweedeling binnen onze gemeente. Ook kleine kinderen zijn straks afhankelijk van de auto om het dorp goed te bereiken als deze brug zou verdwijnen. Wij zijn dan niet meer goed bereikbaar voor de hulpdiensten in onze gemeente. Ook de arts is gehuisvest aan de andere kant van het kanaal.
Bijlage 3h Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Jan Timmer, bewoner Kloosterdijk 82 3.
Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook betekenis voor u? Ik gebruik met name brug Beerzerveld en brug Kloosterdijk.
14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? Er maakt veel jeugd gebruik van de brug (schoolverkeer). Er wordt hard gereden: de brug moet breder en er moet verkeersremming worden gerealiseerd om onveilige situaties in de toekomst te voorkomen. (Benoemt: men kan nu, vanaf de brug, optrekken tot 200 km per uur. Gevaarlijk icm jeugd en schoolgaand verkeer) Als je vanaf de Westerweg de Kloosterdijkbrug opdraait dan heb je totaal geen zicht door de remmingswerken. Dit moet worden aangepast! De bruggen moeten breder: Stenendijk moet weer bereikbaar worden. Richt fietspaden in voor scholieren.
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
69
19.
Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? Als Beerzerveld verdwijnt, moet ik ver omrijden. Met het vele landbouwverkeer heeft de brug, naast het sociale bestaansrecht, ook economisch bestaansrecht.
Bijlage 3i Individuele gesprekken - inloopmiddag Bergentheim 22 mei 2010 Dhr. de Bruin, bewoner Stenendijk, landbouwer en 53 jaar 3.
Gebruikt u enkel een specifiek deel van het kanaal, bijvoorbeeld als dagelijkse passant, of heeft het kanaal als geheel ook betekenis voor u? Met name bezig met brug Beerzerveld.
11.
Waar gebruikt u het kanaal voor en kent u eventueel andere voorbeelden van het gebruik van het kanaal? Het kanaal wordt veel gebruikt om te vissen.
14.
Hoe ziet uw ideale brug eruit? De brug moet breder voor het vrachtverkeer en landbouwverkeer Door de paaltjes bij de brug is de draai voor het vrachtverkeer bijna niet te maken. Dit moet worden aangepast.
16.
Hoe vaak / hoe lang is de brug gemiddeld geopend per dag? De wachttijd varieert van 5 tot soms wel 25 minuten.
19.
Stel dat er minder bruggen zouden zijn, wat zou dat voor u betekenen? In de herfst wordt de brug veel gebruikt door landbouwverkeer ivm de bollenteelt en gronduitwisseling. De brug is onmisbaar voor het bedrijf. De Stenendijk is een doodlopende weg. Het snijdt ons af van de leefomgeving als de brug verdwijnt. Alles aan de Stenendijk is op Beerzerveld aan de overkant georiënteerd (familie, vrienden en voorzieningen in het dorp) De brug heeft een sociaal aspect en een toeristisch belang. Wandelaars uit het dorp (de overkant) maken veelvuldig gebruik van de brug en toeristen op de fiets. De Kloosterdijkbrug is geen alternatief omdat aan de Oostzijde éénrichting verkeer geldt
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
70
Bronnen en literatuur 600 Bergentheim. De Krim in Hardenberg, terug te vinden Oudheidkundige kamer in Hardenberg Jong, H, de & N.G.M. Muyen (prod. & red.), Beweegbare stalen bruggen [Video], Delft 1989 (Tweedelige documentaire van de Faculteit der Civiele Techniek, Sectie Staalconstructies, over vier typen bruggen die de tand des tijds hebben doorstaan: de ophaalbrug, de basculebrug, de draaibrug en de hefbrug) Boer, D.E.L. de, Beerze, Beerzerveld en Mariënberg. Heden en verleden, Beerzerveld 1994 Oosterhoff, J. van (red.), B.H. Coelman & W.A. de Wagt, Beweegbare bruggen. Bruggen in Nederland 1800-1940, dl III, Utrecht 1997-1999 Smolders, A., De geschiedenis van de Overijsselse kanalen: geschiedenis van de N.V. Overijsselsche Kanalisatie Maatschappij en haar rechtsopvolger de N.V. Maatschappij Overijsselsche Kanalen (1850-1989), Zwolle 1989 Stenvert, Ronald, Chris Kolman & Ben Olde Meierink, Monumenten in Nederland. Overijssel, Zwolle 1998 Visscher, Wim, Een wereld van turf, de Overijsselse turfindustrie en de veenondernemingen in de hoge venen van Overijssel, Gouda 2003
Websites
Gelderse Kanalen (http://home.iae.nl/users/fnauta/home/4/1/ok3.htm) Cultuurhistorische Atlas Overijssel Kennisinfrastructuur Cultuurhistorie (www.kich.nl) www.marienbergbeerzerveld.nl Wat Was Waar (www.watwaswaar.nl) Wikipedia
‘Mijn leven is het kanaal’ – advies ruimtelijke kwaliteit kanaal Almelo - De Haandrik
71