Mannaerts R., De sleutel ter openbaring van de Sint-Waldetrudiskerk te Herentals, alias de Bovenkerk, Antwerpen, 2010 Architectuur: gotiek en symboliek
MET STIJL: BRABANTSE HOOGGOTIEK Vanuit het Île-de-France evolueert de internationale stijl van de gotiek nog in de 12de eeuw naar verschillende regionale varianten. Kent het graafschap Vlaanderen de zgn. Scheldegotiek, dan wordt in het hertogdom Brabant voor de kerkbouw een andere specifieke stijl toegepast: de Brabantse gotiek. Het bouwmateriaal was hier ‘ter plaatse’ aanwezig, nl. de Ledische zandsteen. Deze stijl werd, met enkele varianten, gehanteerd in de meeste grote kerken van Antwerpen, Lier, Mechelen, Leuven, ’s-Hertogenbosch, enz. Gezien de vele afwijkingen is Herentals een wat eigenaardige exponent van de Brabantse hooggotiek. Zetten we de karakteristieken van de Brabantse gotiek even op een rijtje en kijken we na in welke mate deze in de St.-Waldetrudiskerk zijn toegepast. -
-
-
-
-
-
De plattegrond met kooromgang, omringd door (maximaal) 7 straalkapellen, vormde zeker ook het uitgangspunt voor de St.-Waldetrudiskerk, maar waarschijnlijk werd geen enkele van de voorziene straalkapellen ooit opgericht. Gezien de monumentale vieringtoren van de 14de eeuw, heeft men in de St.-Waldetrudis-kerk geen behoefte meer aan de enkele, zware westertoren die zo typisch is voor de gotische kerken in de Nederlanden. Aan de zuidkant van de voorgevel is er enkel een traptorentje om de zolders te bereiken. De zeer sobere buitenarchitectuur is in Herentals zeker niet toegepast in het oudere deel van de koorkapellen, wél in het later opgetrokken schip en de zijbeuken. Nochtans waar de meeste stadskerken in de Nederlanden sinds de 16de eeuw bijna volledig door kleine huisjes werden omringd en deze inplanting ongetwijfeld heeft bijgedragen tot de soberheid van de zijgevels, daar is de Herentalse hoofdkerk vrij gelegen, enkel omringd door een ruim kerkhof. Het oorspronkelijk triforium is in de Brabantse gotiek verbasterd tot een doorlopende of gecompartimenteerde loopgang met borstwering vóór de bovenlichten. Dit zgn. ‘pseudotriforium’ heeft men toegepast in het koor. Maar in de middenbeuk is zelfs daar geen sprake meer van zodat de deuren boven de zijbeuken uitgeven op de middenbeuk. Omdat er daardoor heel wat muurvlakte overblijft, is het resultaat niet zo elegant als elders, temeer daar geen enkele versiering werd toegepast, zoals de blinde muurtracering (op de zwikken van een arcade). De zuilen op achtkantige sokkels zijn dan wel toegepast. Soms zijn die zuilen zoals in de Antwerpse St.-Andries-, St.-Jacob- en St.-Pauluskerk, en hier te Herentals cilindrisch en worden ze bekroond door een kapiteel met koolbladmotief. Het effect hiervan is minder gestroomlijnd dan bij de bundelpijlers zonder kapiteel. Gezien de beperkte afmetingen van de glasramen is ook van een grotere compartimentering van 5 of meer lancetten bij de glasramen geen sprake.
Volgens de testamentaire wilsbeschikking van Petrus Zeelmakers moest het bouwmateriaal vanuit het Brusselse worden aangevoerd: de beste natuursteen van o.m. Laken of Dilbeek; niet de minderwaardige steen van Diegem. Daarnaast verbaast het ook niet dat de aanstelling van de Brusselse bouwmester Gillis Van den Bossche (‘Joes’) voor een bouwtechnische beïnvloeding zorgt. Zo vertonen de kruisribgewelven van het koor veel gelijkenis met de geprofileerde ribben en de laatgotische consoles van St.-Michiel en St.-Goedelekerk te Brussel. Een bijkomende, zo niet unieke bouwtechnische eigenaardigheid is de manier van schragen. Wordt bij een gotische kerk de druk van het hoge middenschip opgevangen door luchtbogen die aanvatten op de steunberen van de lagere zijbeuken, dan heeft de Brusselse bouwmeester hier een heel eigen oplossing bedacht. De kruisribben van de gewelven in het koor en in het schip worden enkel www.topa.be
~1~
Herentals, Sint-Waldetrudiskerk Architectuur: gotiek en symboliek
gedragen door frijten. Buiten lopen die op de scheiding van de traveeën, worden dan weliswaar aan het oog onttrokken door het dak van de zijbeuken, maar lopen verder dwars door het gewelf van de zijbeuken om uiteindelijk uit te lopen in een console die rust op de kapitelen van de zuilen. Op enkele zuilen van het schip zijn de plaatsingstekens merkbaar die door de steenhouwers met een rode kleurstof op de kolomtrommels werden aangebracht.
Afmetingen Lengte: totaal: 64,16m; koor: 16,80m, schip: 35,65m Lengte dwarsbeuk: 33,60m Breedte: middenbeuk: 9,35m, zijbeuken: 5,60m, dwarsbeuk: 8,30m Hoogte gewelf koor en middenbeuk: 18,80m
INTERIEURZICHTEN
Het enige gepubliceerde binnenzicht van de St.-Waldetrudiskerk is een chromolithografie in de ruime reeks van kerkinterieurs van Louis Haghe (Doornik, 1806 - Londen, 1885), getiteld: De catechismusles in de St.-Waldetrudiskerk. De les die plaatsvindt in de viering toont een doorkijk tot op (de noordzijde van) het koor.
www.topa.be
~2~
Herentals, Sint-Waldetrudiskerk Architectuur: gotiek en symboliek
MET CODE: KATHOLIEKE SYMBOLIEK Wie de ware grandeur van een gotisch kerkgebouw wil beleven, moet de gewijde ruimte langs de westpoort betreden; dan krijg je het beste zicht op het lengteperspectief en de grootsheid van het geheel. En zijn het niet vaak de eerste indrukken die beklijven? Maar omdat de kerk te Herentals zo excentrisch gelegen is, vormt het portaal van de noordzijde de meest voor-de-hand-liggende toegang. Dit valt des te meer te betreuren, omdat de dwarsbeuk die men betreedt veel lager is dan de middenbeuk en bovendien meer dan gehalveerd wordt door de basis van de vieringtoren. De eerste indruk is hier dan ook erg beperkt… Een gotisch kerkgebouw ambieert om aan de aardbewoners het hemelse Jeruzalem weer te geven. Wie tot in 1770 de St.-Waldetrudiskerk langs de échte hoofdingang betrad, werd bij de eerste aanblik ongetwijfeld geïmponeerd door de (kleuren-)rijkdom van een dozijn altaren. Mogelijk was ook het interieur zelf in de 16de eeuw nog veelkleurig beschilderd. Je had dan niet veel moeite om er een voorproefje van de schoonheid en de heerlijkheid van de hemel in te ervaren.
Groots Het ruimtelijk effect was zeker nog gróter voor wie toentertijd in een veel kleiner huis woonde dan nu. Vergeten we daarbij niet dat de enige grootse ruimten in een middeleeuwse stad de kerken zijn, zeker als het om de hoofdkerk van een stedelijke gemeenschap gaat. Ofschoon de bebouwde kerkgrond allereerst een praktische functie heeft om er de talrijke kapellen (en gelovigen) in onder te brengen, resulteert het effect van grootsheid ook in een diepreligieuze betekenis. Een kerk is immers niet “zomaar een dak boven wat hoofden”; ze is één en al symboliek. Hier kom je niet zozeer in een andere ruimte dan wel in een andere dimensie te staan. Hier word je opgenomen in wat ons overstijgt, in de Harmonie, het Schone, het Volmaakte, in de eeuwigheid, bij... God. Dit gevoel van grootsheid leent zich om de majesteit en de transcendentie van God te laten aanvoelen. De St.-Waldetrudiskerk is allereerst bedoeld als het huis van God, waar iedereen te gast mag zijn... Dat gevoel van grootsheid komt tot stand door volgende ruimtelijke elementen:
1) Allereerst is er de hoogte. In het koor en in de middenbeuk, die reikt tot 18,80m [wat overeenkomt met een appartements-gebouw van 6 verdiepingen]. In de opeenvolgende bouwfasen is men de ‘hoge idealen’ voor ogen blijven houden. De volharding waarmee de bouwers zich aan deze hooggestemde aspiraties gewijd hebben en met (beperkt) technische middelen alle moeilijkheden overwonnen hebben, blijft verbluffend voor nuchtere mensen van onze tijd. 2) De breedte van de ruimte. Het schip of de benedenkerk bestaat uit 3 beuken met een gezamenlijke breedte van ca. 20,55m terwijl de kerk over de hele dwarsbeuk 33,60m meet.
www.topa.be
~3~
Herentals, Sint-Waldetrudiskerk Architectuur: gotiek en symboliek
3) Ten slotte is er in de driedimensionale architectuur de lengte of de diepte. In dit geval meet die bijna 65m, 64,16m om precies te zijn, weliswaar onderbroken door de viering(-toren) die als transitruimte, zeker van dichtbij, een doorkijk op het hoofdaltaar toelaat. 4) Ook de omtreklijnen van de kerk bepalen mee het ruimte-effect. Thuis in de woonkamer zie je de beperkte omtrek van de 4 muren rondom je, maar in een ruim gotisch kerkgebouw krijg je een totaal andere ruimteafbakening: a) de vorm van een Latijns kruis b) de onderverdeling in: - een midden-, zij- en dwarsbeuken, - een koor, de koorgangen, en de beide reeksen koorkapellen. Bijgevolg is er geen enkel punt vanwaar je de omtreklijnen kunt waarnemen, wat dan weer de indruk van oneindigheid bevordert. 5) Tenslotte wordt de ruimte doorbroken door het (eindeloze) kleurlicht van de glasramen. Het summum bij deze gotische ruimtewerking is dat de toch nog steeds beperkte ruimte verder uitdeint in het (eindeloze) kleurlicht van de glasramen. Zo verkrijgt men een mystieke ruimte: echt ‘religieuze’ bouwkunst.
De oriëntatie Wil het grootheidseffect van deze gotische kerk laten aanvoelen dat God de Allerhoogste is, de Schepper van alle leven, dan geeft de oriëntatie van de kerk aan dat God zich het meest getoond heeft in Zijn Zoon Jezus. Die Jezus heeft niet alleen door zijn liefdeoffer tot in de dood op het kruis (de vicieuze cirkel van) het kwaad overwonnen, door zijn verrijzenis heeft Hij laten blijken dat de dood niet het laatste woord heeft. Daarom is Hij voor de christenen ‘de Redder van de wereld’. Hij wordt dan ook - reeds in de bijbel (naar Joh. 1:5) - ‘het Licht van de wereld’ genoemd. Vandaar dat de middeleeuwse kerken haast alle georiënteerd zijn; d.w.z. dat de kerk met het hoofden de zijaltaren naar het oosten gericht is waar de zon opkomt- in het Latijn ‘sol oriens’- vandaar: de ‘oriënt’. Zoals de zon licht geeft aan de nieuwe dag en door haar licht en warmte alles doet groeien en bloeien, zo biedt Jezus de mensen het échte leven aan. Daarom dat de christenen zich naar Hem richten, wat in de kerk ook - letterlijk - symbolisch gebeurt: de gelovigen, de kanunniken in het bijzonder, richten hun gebeden in het getijdengebed en in de (ochtend-)mis naar de opkomende zon in het oosten. Dat Jezus hét zonnetje in huis is, mag hier, ‘in het huis van God’, zeker voelbaar zijn, vandaar dat er een halve kring gekleurde glasramen gepland was in het koor aan de oostzijde. De voorziene meest oostelijke kapel waaruit het licht ‘s morgens te voorschijn komt, is doorgaans toegewijd aan Maria uit wie Christus is geboren. WEST OOST duisternis licht dood leven de mens God De mens gaat vanuit zijn beperkte wereldse bezigheden in Herentals op naar het eeuwige leven - ja, zo hoopt hij - naar ‘het hemelse Jeruzalem’. In deze kerk ga je dan ook op van
www.topa.be
~4~
Herentals, Sint-Waldetrudiskerk Architectuur: gotiek en symboliek
Het kruis als basis Omdat Christus de mensheid is komen bevrijden van kwaad en dood door zijn liefdeoffer tot op de dood aan het kruis, is Hij de hoeksteen voor het leven van een christen en van de christelijke gemeenschap, de Kerk. Die boodschap kan je aflezen van het grondplan dat de vorm van Jezus’ kruis heeft aangenomen. M.a.w., het grondplan van de kerk toont dat dit huis van God wel degelijk van christelijke signatuur is. Wat op een luchtfoto beter te zien is aan de hand van de uitstekende daken van koor, middenbeuk en dwarsbeuk.
Het koor is het belangrijkste deel van de kerk: het ‘heiligdom’. Hier kwamen de kanunniken tweemaal per dag samen om het officie of de getijden te bidden. Dit koor waar de clerus in plaatsneemt, wordt opgevat als het hoofd van de gekruisigde Christus. De Kerkgemeenschap vormt immers “het mystieke lichaam van Christus” (St.-Paulus) met de clerus “aan het hoofd”. Misschien niet toevallig dat men het altaar in het koor ook het ‘hoofdaltaar’ noemt. Omdat Jezus, de Zoon van God, als geen ander het licht van Gods liefde en wijsheid uitstraalde, krijgt Hij zoals de heiligen een aureool rond het hoofd, ook in de architectuur, in het kruisvormig grondplan van een kerk. Vormt elke kapel (voorzien van glasramen) rond de apsis a.h.w. één lichtstraal, dan vormen deze ‘straalkapellen’ samen een stralenkrans rondom het hoofd van Christus. De kapellen zijdelings van de kooromgang noemen we daarentegen ‘koorkapellen’.
De dwarsbeuk stelt de dwarsbalk van het kruis voor.
De belangrijkste kapel, de Mariakapel, bevindt zich dan aan de noordzijde. Immers, toen Jezus de kruisdood stierf, bleef zijn moeder Hem trouw tot de laatste bittere snik. Indachtig één van de tien geboden: “Eer uw vader en uw moeder”, krijgt Maria in de iconografie dan ook de ereplaats bij een kruisigingsscène. In de westerse cultuur is dit aan de rechterzijde van Christus; wat op het grondplan van een middeleeuwse kerk overeenkomt met de noordkant.
www.topa.be
~5~
Herentals, Sint-Waldetrudiskerk Architectuur: gotiek en symboliek
OOSTEN LICHT - LEVEN GOD HET HEMELS JERUZALEM
WESTEN DUISTERNIS - DOOD MENS HET WERELDSE HERENTALS
www.topa.be
~6~
Herentals, Sint-Waldetrudiskerk Architectuur: gotiek en symboliek
HET INTERIEUR: DECOR EN -DECORATIE De kapitelen De oudste gebeeldhouwde kapitelen liggen op de 4 grote vieringpijlers. Elk van de 14de-eeuwse dekstenen wordt opgevrolijkt door een aardige plantaardige versiering met vruchten. Tot de meest merkwaardige bouwkundige onderdelen met figuratief beeldhouwwerk in de provincie Antwerpen horen de 15de-eeuwse kapitelen in de zuidkoorgang. Bij 4 van de 5 gaat het om de belangrijkste figuren uit het Oude Testament. Gezien de vorm van de kapitelen zijn de figuren horizontaal uitgewerkt, wat hen een sterker decoratief karakter verleent. Met uitzondering van Noach gaat het telkens om 2 personages. Bij sommigen daarvan is de onderlinge band duidelijk.
Adam en Eva De naakte Adam, het hoofd opgeheven, heeft een appel in de rechterhand onder zich. Met de linkerhoudt hij een groot vijgenblad voor zijn schaamdeel. Merkwaardig detail: aan zijn rechtermondhoek is een uitstulping. Toch geen koortsblaasje? De bekoorlijke vrouwelijkheid van de naakte Eva wordt ook binnen de grenzen van een dergelijke platte steen beklemtoond door haar smalle lenden, de borsten met tepels en de lange golvende haren loshangend. Met opgeheven hoofd kijkt ze naar Adam. De slang uit het verhaal heeft het lijf van een soort salamander met een langharig mensenhoofd. Aan het lijf dat vanaf de staart geleidelijk aan meer volume krijgt, bevinden zich telkens gevinde poten. De sluwe verleider wentelt zich rond een plant. Deze (‘boom’-)plant heeft midden een bladerkrans 1 grote vrucht: de legendarische appel, naast andere grote ronde vruchten.
Noë in de wijngaard Na de zondvloed wordt Noach landbouwer en is hij de eerste die een wijngaard plant (Gen. 9:20-28). Omdat hij de werking ervan nog niet kent, degusteert hij overmatig wijn en wordt hij ook de eerste dronken man. Naakt slaapt hij zijn roes uit in de tent. Zijn zoon Cham “zag de schaamte van zijn vader” (v.22), en ging dit spottend vertellen aan zijn beide oudere broers, Sem en Jafet, maar zij ontfermen zich over hun vader en bedekken met een mantel de schaamte van hun vader. De “600 jaar” oude man, met lange baard en blootsvoets, ligt hier behaaglijk, het hoofd ondersteund met de rechterarm. In de linkerhand houdt hij nog een druiventros die hij uit een draagkorf lijkt gehaald te hebben. Hij is weliswaar aangekleed, maar zijn gespreide benen zijn onbedekt zodat zijn geslachtsdeel, alias ‘schaamdeel’, enigszins zichtbaar blijft. Ook een bok doet zich te goed aan een druiventros.
Abraham en Isaac De oude Abraham, met lange baard, houdt een zwaard aan het grote handvest in de rechterhand, terwijl hij met de linker- het kinderhoofdje van Isaac grijpt. Isaac omknelt met de rechterhand zijn knie. Aan de ranken hangen 2 grote druiventrossen.
Mozes en David Mozes, met zijn typische lange baard en lange snor, is herkenbaar aan de 2 hoorntjes, zijnde een misinterpretatie van de overvloed(-ige ‘hoornen’) van licht. Let op het detail: de mouw van het onderkleed steekt onder de lange mantel uit.
www.topa.be
~7~
Herentals, Sint-Waldetrudiskerk Architectuur: gotiek en symboliek
Koning David, met open mond, draagt boven op zijn gekrulde haren een kroon met 3 ruitvormige edelstenen. In de linkerhand en deels onder de lange mantel, houdt hij de harp. Samen houden ze in een ‘tête à tête’, elk in de rechterhand, een banderol (zonder tekst).
Monnik of kanunnik Een baardloze kanunnik of monnik is gehuld in een lang kleed, de kap geheel rond het hoofd. Ook hier is er zin voor het detail: een rij manchetknopen op de linkerhemdsmouw. Zijn schoeisel, bestaande uit een paar sloffen, is netjes verdeeld: 1 op de linker- en 1 op de rechterkapiteelzijde. Hij houdt 2 linkervingers en -duim vóór de mond en heeft de rechterhand op een banderol. Een baardloze man die omkijkt, houdt in de linkerhand een grote schriftrol bij zich en lijkt ondertussen met de rechterhand zijn brede haarkrullen te grijpen. Ook hier is aandacht besteed aan een gedetailleerde weergave van de kledij: de man draagt een riem met gesp rond het middel en van onder een mouwzoom in bont komt een hemdsmouw uit.
De sluitstenen De sluitstenen in het koor, oorspronkelijk 4 in getal, bestaan uit een reeks van 3 westerse kerkvaders. Indachtig dat het koor met de apsis niet meer oorspronkelijk is, lijkt het logisch dat de rij van kerkvaders oorspronkelijk geconcipieerd was als een volledige reeks van 4. Merkwaardig dat de sluitstenen moeten gezien worden vanaf het hoofdaltaar en niet vanuit de viering. M.a.w. ze zijn niet bestemd voor het volk, maar enkel voor de clerus.
St.-Gregorius de Grote Als enige paus onder de 4 westerse kerkvaders komt hem hiërarchisch de 1 ste plaats toe, d.i. in de (voorziene) 1ste koortravee, het dichtst bij het (daar voorziene) altaar.
(waarschijnlijk) St.-Ambrosius Deze liturgisch geklede bisschop, gemijterd, in witte albe en een lang gewaad met manipel, houdt een kruisstaf in de linkerhand, terwijl hij de rechter- legt op een passage in een boek dat rust op een lezenaar. Meer dan waarschijnlijk gaat het om de kerkvader Ambrosius, die hoort bij zijn doopleerling Augustinus.
St.-Augustinus, als bisschop gemijterd, en met een lang kleed en een open mantel, zit op een bank. Met de rechterhand houdt hij als algemeen auteursattribuut een open boek op de schoot, terwijl hij het persoonlijke attribuut van het hart in de linker- houdt.
St.-Hieronymus, herkenbaar aan zijn (rode) kardinaalshoed met lange rode koorden die ter hoogte van de borst geknoopt zijn, zit op een bank. Omdat hij bezig is de Bijbel te vertalen in het Latijn, houdt hij 2 open boeken bovenop elkaar op de schoot. Zijn attributief leeuwtje dat opspringt, heeft nog de splinter in zijn pootje.
Middenbeuk De meest oostelijke sluitsteen bevat het wapenschild van Herentals. In een rood schild met gouden omlijsting staat een gulden en groene boom met wortels op een lichtblauwe achtergrond.
www.topa.be
~8~