XX BIKE & TREKKING
forza italia Vijf snelle ‘Azzurri’ met stijl TEKST: ROEL VAN SCHALEN Bianchi
Bottecchia
Primavera, Italiaans voor lente. Wat is er mooier dan een voorjaar op zijn Italiaans? We kozen vijf Italiaanse racemerken met een rijke historie en we stelden op basis van de framematerialen een dwarsdoorsnede samen van hoe Italiaanse stijl er anno 2012 uitziet. Bici Italiani duemiladodici? Bella, bella... Als je het over koersen hebt, dan heb je het over Vlaanderen, over Frankrijk, over Italië. In die volgorde. Maar als je het over koersfietsen hebt, dan heb je het over Italië. Ook in die volgorde. De mooiste biciclette komen nog altijd daarvandaan. Dat was vroeger al zo, in de tijd dat frames per definitie van staal werden gemaakt. Buizen van Reynolds of Columbus, die moest je hebben, door een Italiaanse vakman zorgvuldig in elkaar gelast tot een frame. De Italiaanse merken wisten altijd weer te verrassen in design, in stijl, en ze gaven een fiets net die flair mee die je elders niet vond. Hoe ze dat deden? Door speciale lugs te gebruiken, hier of daar te verchromen, door prachtig lakwerk te leveren en bovenal natuurlijk door een grondige ambachtelijke kennis van metaalbewerking en een jarenlange ervaring met de geometrie-eisen aan een fiets. De mooiste racers komen nog steeds uit Italië, al is de wereld enorm veranderd ten opzichte van vroeger. De technologische revolutie die sinds ‘vroeger’ - het stalen tijdperk ligt uiteindelijk slechts anderhalf decennium achter ons! - is ingezet heeft in rap tempo geknaagd aan de positie van de Italiaanse racefietsen- en onderdelenindustrie. Constructeurs en consumenten uit met name niet-traditionele wielerlanden als Duitsland, Amerika en de laatste jaren ook Engeland kijken met een geheel eigen, frisse blik tegen het product fiets aan. Niet gehinderd door enige traditie op dat vlak, maar wel voorzien van de nieuwste kennis op het vlak van techniek en materialen. Gelukkig zijn er nog tal van grote en kleinere Italiaanse merken die zich hebben gevoegd naar de wensen van de markt en kunnen we blijven smullen van verfijnde vormgeving, stijl tot in de finesses en rijgenot van de hoogste orde. En als het aantal Italiaanse merken in de hoogste categorie van het profwielrennen een maatstaf mag zijn dan blijft dat nog wel eventjes zo: 5 van de 18 teams in de World Tour rijden met Italiaans carbon, te weten AG2R (Kuota), Lampre ISD (Wilier), Vacansoleil (Bianchi),
Linkerpagina: Lezen en schrijven kon hij niet, fietsen wel. Als eerste Italiaan won Ottavio Bottecchia in 1924 de Tour de France. En een jaar later won hij opnieuw. Dat leverde hem voldoende bekendheid op om samen met framebouwer Carnielli een eigen fietsmerk te starten, maar het zou voor Bottecchia blijven bij die twee overwinningen. In 1927 werd 'de metselaar van Friuli' dood langs de weg gevonden, naar verluidt vermoord door fascisten. De geschiedenis van de Italiaanse racefietsindustrie zit vól met dit soort intrigerende verhalen.
De Rosa
Sky en Movistar (beide Pinarello). Alleen de Amerikaanse merken zijn met zes teams nóg beter vertegenwoordigd, maar daarvan neemt Specialized alleen er al drie voor zijn rekening.
Milani
Wilier
Geschiedenis Italië is een land van traditie en geschiedenis. Voor deze dwarsdoorsnede van Italiaanse racers namen we daarom de geschiedenis van het merk als uitgangspunt. Veel fietsmerken bouwen voort op een rijke historie, waarvan de wortels reiken tot voor de Eerste Wereldoorlog (Wilier) of zelfs tot in de negentiende eeuw (Bianchi). Zonder uitzondering gaan de merken prat op hun traditie, en ze doen dat nog sterker als la famiglia ermee gemoeid is (Milani, De Rosa). Het familiale karakter van de Italiaanse samenleving komt ook sterk terug in de economie. De motor van het bedrijfsleven in ‘de laars’ zijn de kleine en middelgrote ondernemingen en niet geheel verwonderlijk zijn dat vaak familiebedrijven. Ook in de fietsindustrie. Als fietser sta je er misschien niet bij stil, maar veelal zijn het producten uit een of andere ambachtelijke traditie in het noorden van Italië die nog altijd de trend zetten. Uit de leerindustrie komen de Italiaanse koersschoenen - beter gezegd: racemuiltjes - als die van Sidi en Gaerne. Of bekende zadels als Selle Italia, Fi’zi:k en San Marco. Uit de textielnijverheid vloeien de kledinglijnen voort van Giordana, Nalini en Castelli, de haute couture onder de fietskleding.
alle gangbare materialen, dus lang duurde het zoeken niet. De verschillende materialen hebben afhankelijk van de economische vraag ernaar hun respectievelijke prijs, dus ook in dat opzicht is onze opsomming behoorlijk representatief voor hoe de markt er op dit moment uitziet. Bianchi leverde met zijn Impulso een splinternieuw instapmodel voor 2012. Het frame is van aluminium, de prijs is ongeëvenaard voor een fiets met die uitstraling en die kwaliteit. Samen met carbon maakt aluminium voor 99% de markt uit. De Bottecchia zou je een instapmodel in carbon kunnen noemen, al ligt de prijs aan de hoge kant. Je hebt al een carbon racer voor onder de 2000 euro, maar daar zit dan meestal ook aanzienlijk minder stijl in dan in de 8Avio. Bij een De Rosa Titanio hoef je niet te raden naar het framemateriaal. Titanium staat bekend als supercomfortabel, onverwoestbaar en tijdloos. Het werd allemaal bevestigd in de test. Van Milani kregen we de Acciaio Puro, een klassiek voorbeeld van Italiaanse stijl en vakmanschap in roestvrij staal. Vanwege de geringe vraag ernaar is staal tegenwoordig duur, maar krijg je er wel de status van ‘kenner-liefhebber’ bij. Alfabetisch gerangschikt komt Wilier aan het einde van dit lijstje, maar in prestaties, verschijning en algemene indruk prijkt de Cento Uno Superleggera boven aan ons persoonlijke klassement. Topcarbon kost veel geld. Dat is niet anders dan bij een Italiaanse sportwagen. Maar was het niet daar dat ze het genieten hebben uitgevonden, daar in de laars? La dolce vita! >>
Materiaal Natuurlijk was het framemateriaal medebepalend voor de keuze van het model dat we bij de verschillende merken kozen. Als experts bij uitstek in traditionele framebouw werken Italianen met
Trek in nóg meer Italiaanse fietsen? Check dan italiaanseracefietsen.wordpress.com even. Deze blog is honderd procent gewijd aan Italiaanse racefietsen, met merkenlijst, tests en presentatie van fietsen van blog-bezoekers.
ITALIAANS RIJDEN? Dan wel 100%! De échte ciclista gaat voor volledig Italiaans. Met Japans of Amerikaans schakelen is natuurlijk helemaal niets mis, maar wie gevoel heeft voor historiciteit kiest voor z'n Italiaanse kader bij voorkeur een aandrijflijn van Campagnolo. Niet dat de onderdelen van dit in 1933 opgerichte merk nog uit ambachtelijke werkplaatsen komen - ook ‘Campa’ laat veel van z'n spullen in Azië zië maken maar Tulio Campagnolo en zijn bedrijf hebben ontegenzeglijk genzeglijk een zéér belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de koersfiets. Niet voor niets heeft het merk 135 patenten ten op z'n naam staan! Zo is de nog steeds gebruikte snelspanner spanner een uitvinding die Tulio Campagnolo, toen nog actief ef coureur, al deed in 1927. De Italiaanse racers in dit artikel ‘draaien’ raaien’ allemaal op Campa, met uitzondering van de Wilier. De derailleurs op deze fiets zijn van het Amerikaanse Sram. ram. En dat is toch een beetje vloeken in de kerk, ook al omdat mdat Wilier en Campagnolo allebei hun hoofdvestiging in het NoordoordItaliaanse Vicenza hebben...
BIKE & TREKKING XX
Bianchi Impulso Specs en geometrie Prijs Maten Info
€1.399 44/46/50/53/55/57/59/61/63 bianchi.com
Frame Impulso THT aluminium Vork FC09 Alu-carbon Derailleurs/shifters Campagnolo Veloce Trapas/crank FSA Omega MegaExo Remmen Bianchi Stuur/-pen Reparto Corse JD-RA37A/DA-32 Zadel/-pen San Marco New Ponza Power/ Reparto Corse Wielen Reparto Corse Versus Banden Hutchinson Equinox Gewicht compleet Zitbuis-/balhoofdhoek Zit-/boven-/balhoofdbuis Achtervork Vorksprong Wielbasis
Dat Italiaanse klasse niet per se een rib uit je lijf hoeft te kosten, toonde Bianchi vorig jaar aan met hun nieuwe aluminium model Via Nirone. Dit jaar overtreft het roemruchte merk die stunt met de Impulso, die nóg meer in huis heeft. Een Italiaanse fiets begint bij het oog. Dat wil wat, en de Impulso geeft het volop. De befaamde huiskleur celeste groen die vroeger alle Bianchi’s van top tot teen bedekte, komt hier terug in accenten. Veel mooier dan helemaal groen, nietwaar? De aandacht voor details is verregaand. Van de hoods tot aan de achterband en van de liggende achtervork tot aan het zadel, overal vind je Bianchi, Italië of celeste groen terug. Voeg daarbij de golvende achtervork, de fraaie, dikke onderbuis en de licht gebogen bovenbuis en je hebt de présence van een high class racefiets. Voor slechts een fractie van de prijs. Ook technisch gezien is de Impulso helemaal up-to-date. Bianchi paste voor het eerst Triple Hydroforming Technology (THT) toe. Twee hydroformed buizen (onder extreme oliedruk in hun vorm gesmeed) worden gelast en vervolgens nóg eens gehydroformed, zodat de lasnaad onzichtbaar wordt. Het resultaat is niet van carbon te onderscheiden. Bij de Impulso zijn bovenbuis en balhoofdbuis THT gevormd, de overige buizen werden conventioneel gelast. Naast visuele verfraaiing zorgt THT ook voor een 10% hogere stijfheid van de buisverbinding. Dat was duidelijk voelbaar bij het testen van de fiets. Meestal moet je de fabrikant maar op zijn woord geloven, Gewoon alu, maar toch net carbon maar de Impulso is bovenin stijver dan dankzij extra hydroforming. menig carbon topracer. Met een onderbuisdoorsnede onderaan van 60 mm (bij een bracket van 68 mm) is ook de bracketstijfheid prima. Daarnaast beviel de C2C (coast to coast) geometrie mij prima. De bouw staat voor een relaxte zit, ook op lange ritten, en dat uit zich in een neutraal stuurgedrag, nerveus noch langzaam. Conclusie Bianchi ging duidelijk niet over één nacht ijs bij het construeren van dit aluminium frame en scherpt de normen voor ‘instapfietsen’ weer wat verder aan. Een detail dat daarop wijst, is de geleiding van de remkabel langs drie vaste nokken aan de bovenbuis. Geen klapperende kabel meer, geen beschadiging. Zelfs de profs van Vacansoleil-DCM weten het Impulso frame te waarderen, getuige de zesde plek die sprinter Marco Marcato ermee behaalde in de Belgische openingsklassieker de Omloop Het Nieuwsblad.
XX BIKE & TREKKING
9,50 kg 73,5°/72° 570/560/170 mm 410 mm 43 mm 1002 mm
HISTORIE Als oudste nog bestaande fietsenconstructeur ter wereld kan Bianchi natuurlijk bogen op een rijke historie. Het verhaal begint in een werkplaats in de Via Nirone te Milaan, waar de 21-jarige Edoardo Bianchi in 1885 start met het maken van fietsen. Bianchi is innovatief: hij ontwerpt als eerste een fiets met wielen van gelijke diameter en gebruikt later als eerste fabrikant de rubber luchtbanden van de Schot John Dunlop. Het zijn sprongen voorwaarts op het vlak van stabiliteit en comfort. Bianchi was ook de eerste die wedstrijdsport gebruikte om zijn fietsen verder te kunnen verbeteren. In 1899 wordt de belangrijkste koers van dat moment, de Grand Prix de la ville de Paris, gewonnen op een Bianchi. Vlak voor de eeuwwisseling begint Bianchi ook motorfietsen te fabriceren en vanaf 1900 zelfs auto’s. Het sportieve succes waar Bianchi legendarisch mee werd (en is) komt met de zeges van Fausto Coppi, de eerste renner die in één jaar zowel Tour als Giro wint. Zo’n anderhalf decennium later neemt Felice Gimondi de fakkel over en twintig jaar dáárna is het Moreno Argentin die werelkampioen wordt op een Bianchi (1986). Een illustere naam die je ook spontaan met de zeegroene celeste kleur associeert is die van Marco Pantani. Hij won in 1998 zowel de Tour als de Giro met overmacht, maar kon daarna nog slechts bij vlagen zijn talent vertonen. De meest recente toprenner die niet onopgemerkt op Bianchi koerste, was Jan Ullrich. De Duitser werd in 2003 tweede in de Tour. In 2012 rijdt het Nederlandse World Tour team VacansoleilDCM op Bianchi.
Het was de Italiaanse renner Fausto Coppi die Bianchi wereldberoemd maakte door in 1949 zowel de Tour als de Giro te winnen.
Bottecchia 8avio Specs en geometrie Prijs Maten Info
€2.899 44/48/52/56 bottecchia.com
Framemateriaal Toray carbo 12K Vork Carbon monocoque fork 360 Derailleurs/shifters Campagnolo Athena 11-speed Trapas/crank Campagnolo Athena Remmen Campagnolo Athena Stuur/-pen Deda RHM-EL/Bottecchia alu Zadel/-pen San Marco Ponza/ Bottecchia alu Wielen Fulcrum Racing 7 Banden Vittoria Zaffiro Gewicht compleet Zitbuis-/balhoofdhoek Zit-/boven-/balhoofdbuis Achtervork Vorksprong Wielbasis
8,48 kg 72,5°/73,5° 560/590/190 mm 408 mm 48 mm 1010 mm
Een fiets die van top tot teen Italiaans is, het is tegenwoordig minder vanzelfsprekend bij een Italiaans framemerk. Maar toch zijn ze er nog, die volbloed Italiaanse racers. Campagnolo, Deda, Fulcrum, San Marco, Vittoria, alles aan deze Bottechia komt uit de laars. Het is voor het eerst dat ik op een Bottecchia mag rijden, dus ik ben benieuwd. Wat er uit de doos komt, belooft in elk geval veel goeds. De 8avio (spreek uit: Ottavio) is een plaatje van een fiets. Nog niet vaak zo veel welvingen en vloeiende lijnen in één frame gezien. Alleen de zitbuis is eenvoudigweg rond van vorm. Wél al vaak heb ik de kleuren rood, zwart en wit saai gevonden, want o zo voorspelbaar. Hier niet, maar hoe komt dat nu? Het moet te maken hebben met dat Italiaanse gevoel voor styling. En ja, als je goed kijkt dan blijkt hoe het zit. Bij een eerste oogopslag vangt het frame natuurlijk de meeste aandacht, maar ook bepaalde details neem je onmiddellijk mee: zadel, zadelpen, stuurpen en stuurlint. Ze zijn in dezelfde kleur als het frame en dat geeft een harmonieus totaalbeeld. De testfiets heeft daarbij ook nog witte banden. Bravo Bottecchia! Een kans op nog meer stijl laat Bottecchia liggen door geen interne kabelgeleiding toe te passen, iets wat anno 2012 toch geen buitensporige eis meer is. Fietsen met De 8avio zit van voor naar achter vol met wulpse welvingen. de 8avio is wat je er op grond van de geometrie en de materiaalsoort van mag verwachten. De relaxte stand van de zitbuis en de lange balhoofdbuis maken duidelijk dat de fiets bedoeld is om ontspannen te fietsen. In de praktijk is het ook zo. Soepel zoeft de fiets over de wegen, met dank aan het fluisterstille freewheel. Het Toray kwaliteitscarbon doet wat nodig is: grote en kleine trillingen dempen. Ook het stuurgedrag is zoals voorzien. De bike wil vooral rechtdoor, stuurt niet overhaast, en dat heeft te maken met de lange wielbasis, die bovendien voor comfort zorgt. Vreemd en jammer is het dat je bij de Athena 11-speed groep niet meerdere kransjes tegelijk kunt afschakelen. Bij Campagnolo’s duurdere groepen kan dat wel. Conclusie De 8avio is een fiets voor wielertoeristen die houden van mooie dingen en die niet meer zo nodig met hun spierballen hoeven te rollen. Het is niet moeilijk een carbon racer te vinden waarbij je met dezelfde specificaties goedkoper uit bent. En dan krijg je interne kabelvoering op de koop toe. Maar wil je er ook nog de uitstraling van de 8avio bij hebben, dan wordt het lastiger.
HISTORIE Ottavio Bottecchia was geen framebouwer, maar wielrenner. Hij won als eerste Italiaan de Tour de France. Dat was in 1924, nadat hij een jaar eerder al als tweede was geëindigd en de Giro d’Italia als vijfde had afgesloten. In 1925 won Bottecchia opnieuw de Tour, nu met de hulp van de Belg Lucien Buysse, de eerste ‘knecht’ in de Tour-geschiedenis. Bij die successen zou het blijven voor Ottavio, want in zijn volgende Tour gaf ‘de metselaar van Friuli’ gedesillusioneerd op, naar verluidt omdat neerslachtigheid hem in de greep kreeg. De ongeletterde Bottecchia was nooit een gevierde held in Italië zoals bijvoorbeeld tijdgenoot Alfredo Binda, wellicht vanwege zijn stille natuur en omdat hij zijn zeges vooral in Frankrijk boekte. Zijn wielercarrière doofde uit en zelfs een tragisch einde werd hem niet bespaard. Op 3 juni 1927 werd hij gevonden naast de weg, met een gebroken schedel en diverse fracturen, maar met een onbeschadigde fiets ernaast. Nooit werd opgehelderd wat er was gebeurd. Men spreekt onder meer van fascisten die Bottecchia vermoord zouden hebben wegens zijn anti-Mussolini opvattingen. Bottecchia stierf twaalf dagen later in coma. In 1926 werd Bottecchia vanwege zijn ervaring met koersfietsen benaderd door de framebouwer Teodoro Carnielli, om een eigen fietsenmerk te lanceren. In de jaren daarna groeit de werkplaats van Carnielli uit tot producent van grote aantallen fietsen en (tijdelijk) motorfietsen. Racefietsen nemen een belangrijke plaats in en dat is tot op de dag van vandaag zo.
Ottavio Bottecchia wint de Tour de France van 1924.
BIKE & TREKKING XX
De Rosa Titanio Specs en geometrie Prijs €3.690 (frameset), € 7.500 (Eurus) Sloping maten van 44 t/m 55 (en custom) Klassieke maten van 48 t/m 60 (en custom) Info bicimondo.com Framemateriaal titanium Ti3-Al2.5V legering Vork Mizuno carbon Derailleurs/shifters Campagnolo Super Record Trapas/crank Campagnolo Super Record Remmen Campagnolo Super Record Stuur/-pen FSA Wing Pro Compact/FSA OS99 CSI Zadel/-pen Selle Italia SLR De Rosa/PMP Titanium Wielen Campagnolo Eurus Banden Vittoria Open Corsa Evo CX Gewicht compleet Zitbuishoek Zit-/boven-/balhoofdbuis Achtervork Vorksprong Wielbasis
Het hart-symbool in het logo van De Rosa staat er niet voor niets. Het duidt op de liefde voor zijn vak waarmee de ambachtsman Ugo De Rosa fietsen bouwde. In de Titanio komen die liefde en vakmanschap op onovertroffen wijze samen. De eerste kilometers op de Titanio voelen ongekend zalig aan. Is die fiets van zichzelf nou zo snel of voel ik de supercompensatie van een paar recente zware inspanningen? Je goed voelen bepaalt immers ook voor een aanzienlijk deel hoe je een fiets ervaart. Maar een uur verder rijdt de fiets nog altijd even zalig. Het moet een combinatie van de twee zijn, bedenk ik. Hobbelige plattelandswegen zijn op titanium meer een plezier dan een ergernis, zo blijkt voortdurend. Het metaal is in zijn verwerking van oneffenheden veel zachter dan carbon of aluminium. Je krijgt de subtiele sensatie dat het frame op elke hobbel wiegt in de lengterichting en dat voelt heerlijk ontspannen aan. Het comfort is nog nét wat hoger dan dat van staal. De ervaring van moeiteloosheid wordt nog versterkt door het lage gewicht. Maar comfort is niet de enige typische karaktertrek van titanium. In stijfheid kan titanium niet tippen aan aluminium en zeker niet aan carbon, althans niet in deze reeks van Italiaanse paradepaardjes. Bij hevig rukken aan het stuur (balhoofdstijfheid) en bij het stampen op de pedalen (bracketstijfheid) voel je dat titanium veel flex bezit. De testfiets heeft Campa Eurus wielen en een Super Record 11-speed groep. Perfect afgesteld een waar genot Strak laswerk op de De Rosa Titanio. om mee te schakelen. Kleiner schakelen kan vlot tot vijf kransjes tegelijk, groter lukt met vier trappen tegelijk. Ook prettig vond ik de voorderailleur, die goed te trimmen is, zodat de ketting zelfs op de 34 x 14 niet schuurt. Ook het vermelden waard is het Eurus freewheel: muisstil. Heerlijk, die rust! Bovendien remden de remmen op de alu velgen als een baksteen in de zandbak. Conclusie Titanium is nog altijd een exotisch framemateriaal. Kostbaar, moeilijk te bewerken, maar uitmuntend op het vlak van comfort, duurzaamheid en uitstraling. De Titanio is een schoolvoorbeeld van waar het bij titanium om draait; met zijn De Rosa geometrie is deze Italiaan het summum van comfort. Ideaal voor wielertoeristen van de lange duur. Een fiets die je bij voorkeur als los frame koopt, om dat vervolgens zorgvuldig en geheel naar eigen wens op te bouwen tot de ultieme droomfiets.
XX BIKE & TREKKING
7,15 kg 73° 520/565/181 mm 409 mm 45 mm 1002 mm
HISTORIE De geschiedenis van De Rosa begint in 1952, wanneer voormalig amateurrenner Ugo De Rosa in Milaan een winkel opent. De Rosa heeft een technische opleiding achter de rug en gecombineerd met zijn passie voor de koers is de onderneming al snel succesvol. In 1958 vraagt de Franse toprenner Raphael Geminiani hem een frame te bouwen voor de komende Giro d’Italia en niet veel later is het merk De Rosa een veelgeziene verschijning in het profpeloton. In 1969 staat Giro-winnaar Gianni Motta op de stoep. Hij vraagt Ugo De Rosa om zijn vaste framebouwer en mecanicien te worden. De Rosa stemt in en wordt en passant fietsenleverancier voor Motta’s ploeg. Ondertussen maakte Ugo ook al enkele frames voor de rijzende ster van het internationale wielrennen, Eddy Merckx. In 1973 komt er vervolgens een overeenkomst, waarbij de befaamde Molteni-ploeg op De Rosa fietsen gaat rijden. De samenwerking levert De Rosa Tour en Giro overwinningen op, zeges in Milaan-San Remo en op het WK. Nog meer sportief succes komt van Francesco Moser, die op een De Rosa wereldkampioen wordt in 1977. In de jaren 80 beleeft het bedrijf een topperiode, als er vraag is naar De Rosa fietsen vanuit de hele wereld. Het bedrijf verhuist naar een grotere fabriek in Cusano Milanino. Ondertussen zijn de drie zonen van Ugo De Rosa tot de firma toegetreden en in deze vorm bestaat het familiebedrijf nog altijd. De Rosa volgt technologische ontwikkelingen op de voet. Het gebruikelijke staal als framemateriaal wordt vanaf 1990 aangevuld met titanium, zes jaar later met aluminium en vanaf 2000 met carbon. Anno 2012 maakt De Rosa kaders met al deze materialen.
Ugo De Rosa en zonen.
Milani Acciaio Puro
Specs en geometrie Prijs Maten Info
€6.640 van 48 tot en met 61 milanicycles.com
Framemateriaal Columbus XCr roestvrijstaal Vork Milani Carbon Ultra Derailleurs/shifters Campagnolo Super Record Trapas/crank Campagnolo Super Record Remmen Campagnolo Super Record Stuur/-pen 3T Ergosum Pro/3T Arx-Pro Zadel/-pen San Marco Aspide/3T Dorico LTD Wielen Ambrosio XXL Banden Vittoria Corsa Evo CX Gewicht compleet Zitbuis-/balhoofdhoek Zit-/boven-/balhoofdbuis Achtervork Vorksprong Wielbasis
7,2 kg 73°/73,5° 580/575/172 mm 408 mm 45 mm 996 mm
Staal als framemateriaal is nog lang niet dood. De echte vakman kan er zijn ei in kwijt, de echte liefhebber weet het ‘karakter’ ervan te waarderen. Ook Celeste Milani houdt van staal. Puur staal. Acciaio Puro. Milani fietsen worden allemaal met de hand gebouwd in Gallarate. Aluminium, carbon, alles is made in Italy. Dus ook de roestvrijstalen oogappel van de collectie: de Acciaio Puro. Staal is helemaal op de achtergrond geraakt en dit Italiaanse ambachtsstuk toont aan dat dat erg jammer is, want het is een parel om te zien. Staal staat anno 2012 voor retro, voor klassiek, voor nostalgie. Maar ook voor tijdloos, voor een fiets zoals een fiets hoort te zijn. Slanke buizen met een duidelijke geometrie. We zetten de tubes op zeven bar en slaan een kruisje. Als je lek rijdt dan sta je daar immers. De reserve verdwijnt gelukkig snel, want tubes lopen merkbaar lichter en ze hebben ook meer grip dan draadbanden. Staal is beleving, zegt men. De testrit lijkt dat te bevestigen. Staal ‘wiegt’ meer dan carbon, lijkt wat te deinen en dat zorgt voor Triple butted en roestvrij: XCr buizen van Columbus. een speciaal, comfortabel rijgevoel. Het stuurgedrag is navenant. Stabiel maar langzaam. Onbedoelde afwijkingen van de lijn laten zich spelenderwijs corrigeren maar in bochten is er ietsje minder directheid van sturen. De Acciaio Puro heeft niet de plankharde bracketstijfheid van topcarbon – ook hier weer meer zachtheid – maar kan niettemin de concurrentie met elk ander (carbon) frame vlot aan. We testten het met drie wielensets. Qua afmontage kan de fiets met de rest wedijveren. Het is één en al Italia wat de klok slaat. Conclusie Staal is levendig en vergevingsgezind: je beleeft er niet direct straaljageracceleraties mee, maar wel een zachte deining van comfort. Ontspannen toeren, knallen op de momenten dat het kriebelt, het kan beide, mede dankzij het lage gewicht van de Acciaio Puro. Roestvrije Columbus XCr buizen behoren tot de allerlichtste die er zijn en ook de onderdelen zijn van het allerhoogste (lichte) niveau. Al dat geraffineerd gestylede Italiaanse handwerk heeft wel z’n prijs. Maar gaat zowat eeuwig mee.
HISTORIE Milani, dat is passie. Passie voor de koers, passie voor de familie. Welke passie op de eerste plaats komt, is lastig uit te maken als je Celeste Milani spreekt, de huidige zaakvoerder en zoon van Natale Milani, de grondlegger van het merk in 1927. Passie voor familie hebben Italianen in het algemeen maar de Milani’s in het bijzonder. Het fietsenmerk Milani kreeg nog niet zo lang geleden (in 2006) een doorstart, toen Celeste besloot het levenswerk van zijn vader voort te zetten en de familienaam te laten voortleven. In 1996 was de oude padre heengegaan en lag het merk enkele jaren stil. Maar tegenwoordig beslaat de collectie alweer 19 modellen, waaronder acht racers, een baanfiets en twee crossfietsen. Over familiepassie gesproken: al meer dan 300 jaar is het plaatsje Gallarate nabij Milaan de thuisbasis voor de familie Milani. Ruim tachtig jaar geleden begon Natale Milani er met het bouwen van fietsen, samen met zijn broers Giuseppe en Piero. Alle drie waren het verdienstelijke renners die met de lokale grootheden van die tijd koersten. Natale was nog ploegmaat van Cino Cinelli, later ook succesvol als fietsenbouwer en nog altijd bekend van Cinelli sturen en stuurpennen. Natale’s roeping lag uiteindelijk echter in het construeren van fietsen. Tijdens WO II diende hij als ingenieur bij de Italiaanse luchtmacht, waar hij zelf wisselstukken maakte en technische problemen oploste. Daarnaast kon Milani ervan profiteren dat Gallarate toentertijd heel wat hoogtechnologische (luchtvaart)industrie huisvestte (Agusta, Caproni, Macchi). De maniakale aandacht voor details van Natale die daar ontstond, vind je nog altijd terug in de Milani’s van vandaag. Natale Milani, jaren 20 vorige eeuw.
BIKE & TREKKING XX
Wilier Cento Uno SL
Specs en geometrie Prijs Maten Info
€6.799 XS/S/M/L/XL/XXL wilier.it
Framemateriaal 30-ton/60-ton carbon Vork Custom Wilier Monoscocca Derailleurs/shifters Sram Red Trapas/crank Fulcrum Custom Wilier Remmen FSA Custom Wilier Stuur/-pen 3T Rotundo Team/3T Arx Team Zadel/-pen San Marco Regal/geïntegreerd Wielen Profile Design Armada 30 Banden Schwalbe Lugano Gewicht compleet Zitbuis-/balhoofdhoek Bovenbuis/balhoofdbuis Achtervork Vorksprong Wielbasis
Helemaal in de stijl van 2012 maar tegelijkertijd tijdloos, zo in het matzwart, de Cento Uno Superleggera. Als je de flair van een bike mag afmeten aan de zwierigheid van de letters op de onderbuis, dan gooit Wilier hoge ogen. De Cento Uno Superleggera (SL) is een verbeterde versie van de Cento Uno, het eerste frame waarmee ik reed dat ondanks een geïntegreerde zadelpen toch comfortabel was. Tot dan (2009) geloofde ik dat een vaste zadelpen vanwege zijn rigiditeit een modeverschijnsel zou blijken. Maar carbon kun je kennelijk prima tweaken en Wilier deed dat met glans. Het Cento Uno-frame loopt over van technologie: een asymmetrische liggende achtervork, geïntegreerde drop-outs, oversized traspashuis en swing-arm design (staande en liggende achtervork vormen een vloeiende verbinding). Het zorgt voor een fiets die beter is dan voorheen. Stijver, lichter en fantastisch comfortabel. Het comfort van carbon zit niet zoals bij titanium in elasticiteit maar meer in het stilzwijgend absorberen van micro- en minivibraties. Voeg daarbij een fenomenale stijfheid en het is duidelijk waarom carbon zo alomtegenwoordig is bij racefietsen. Het is het beste compromis als snelheid telt. Titanium zou dan weer gegadigde zijn voor de puur-genietenprijs. Wat verder opviel: de klassieke ronde stuurbocht van 3T. De meeste moderne sturen vullen je hele handpalm, maar de Rotundo onderin vastDe liggende en staande achtervork op de Wilier vormen één geheel. pakken geeft een sterk ‘sprintgevoel’. Meer controle. Het Double Tap schakelen van Sram vind ik zelf de prettigste manier om van verzet te wisselen. Met één hendeltje zowel op- als afschakelen. Met een duidelijke ‘knak’ bovendien. Op papier misstaan de Profile Design wielen die importeur Veltec in dit frame stak. Maar hun stevige gewicht (1725 gram) houdt wel het totaalgewicht van de fiets op peil. Superlicht klinkt wel stoer, maar een fiets die onder je uit waait? Conclusie Als we één fiets uit dit artikel mochten uitkiezen, dan zou het deze Wilier zijn. Stijlvol, tijdloos, boordevol functionele technologie en het beste compromis tussen stijfheid, lichtgewicht en comfort. Het concept van een vaste zadelpen is hier een verrijking (cleanere looks, hogere stijfheid), omdat het comfort er niet onder lijdt. Een fiets in deze prijsklasse bouw je uiteraard naar eigen wens op. Prijs en specificaties zijn dus maar een richtlijn.
XX BIKE & TREKKING
7,24 kg 73,5/73 550/159 mm 405 mm 40 mm 985 mm
HISTORIE In het verhaal van Wilier Triestina spelen twee familienamen een belangrijke rol, de Dal Molin’s en de Gastaldello’s. In 1906 was het de handelaar Pietro Dal Molin die brood zag in de toen sterk opkomende fietsindustrie. Hij richtte Wilier op, wat een acroniem is voor ‘Viva l’Italia libera e redente’ en zoveel betekent als ‘leve het vrije en herenigde Italië’. Na W.O. I zette zoon Mario Dal Molin de zaak voort. Hij innoveerde door frames en onderdelen te verchromen en vernikkelen en deed de fabriek danig groeien. Net na W.O. II was de vraag naar fietsen groot en wielrennen zéér populair. Dal Molin richtte de profploeg Wilier Triestina op. De toevoeging ‘Triestina’ kwam er uit sympathie met het lot van de voormalige Oostenrijkse regio’s Trieste en Istrië, die na de oorlog onderwerp waren van getouwtrek tussen Italië en Joegoslavië. De ploeg verwierf roem met zijn koperkleurige fietsen en met kopmannen als Giordano Cottur en later Fiorenzo Magni, uitdager van de titanen Coppi en Bartali. Het fietsenmerk kreeg ook de naam Wilier Triestina. Toch moest de fabriek in 1952 zijn deuren sluiten, vanwege de toenemende vraag in Italië naar scooters. In 1969 komt Lino Gastaldello in beeld. Zijn vader Giovanni had nog gewerkt in de fabriek en Lino maakte als kind de opgang van Wilier Triestina en de ploeg helemaal mee. Hij kocht de merknaam voor vijfhonderd euro en herstelde Wilier in ere, later samen met zijn drie zonen. Wilier keerde ook terug in het profpeloton, met de betreurde Marco Pantani, Tour-etappewinnaar in 1997 en meer recent met Davide Rebellin, die in 2004 in één week de hattrick Amstel Gold Race, Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik volbracht. Fiorenzo Magni won in 1948 de Giro d’Italia op een Wilier.