Met de Blue Berry naar IJsland Het is fris voor de tijd van het jaar!
W
deel 1
e schrijven zaterdag 25 juni 0.400 uur.
Leo gaat van wacht af en roept Ad wakker om zijn plaats voor de komende 4 uur in de kuip over te nemen. Kleed je goed aan is z’n advies want ..... het is fris voor de tijd van het jaar, ‘t is koud en ‘t regent. We zeilen ruime wind op de Atlantische Oceaan richting IJsland, het waait stevig en Kirkwall ligt inmiddels 125 mijl achter ons. Een droom van jaren wordt verwezenlijkt.
In het voorjaar van 2010 kwam ik op de winterstalling Anne tegen en zei: ’ik wil met de zeilboot naar IJsland, dat lijkt mij wel gaaf. Heb je er oren naar om met me mee te gaan?’ Anne hoefde er niet lang over te denken en na overleg met zijn thuisfront kreeg ik al snel een telefoontje met de mededeling: ik ben van de partij. Naderhand kwam Ad er bij, dus hadden we een ploegje! In het najaar een test reis naar Whitby gepland, fijne tocht gehad en we wisten nu enigszins wat we aan elkaar hadden. Zondag 19 Juni, zijn we vertrokken na een gezellige maaltijd in de haven met onze partners en wat vrienden die ons kwamen uitzwaaien. De dagen daarvoor was het stormachtig geweest, en nu zag de weersverwachting er redelijk goed uit. We zijn uit de Roompot vertrokken met de gedachte, om non stop naar IJsland te varen. Met als optie, na circa 650 mijl, een stopover te maken op de Orkneys een eilanden groep boven Schotland. Bij vertrek hadden we wind recht van achter, daarom besloten we ruim te gaan varen om zo haaks mogelijk de shipping lane over te steken. Eenmaal over dit verkeersscheidingsstelsel, hebben we gegijpt om over de andere boeg verder te varen. Met een goed lopend windje ging het allemaal voorspoedig. De eerste dagen zijn rustig verlopen met de daarbij heerlijke maaltijden van de verschillende chefs aan boord. Op 21 Juni, 2 dagen na ons vertrek, zaten we ter hoogte van Withby In de vroege ochtend nog maar een goed ontbijt klaargemaakt van eieren met spek want de wind zou aantrekken van 12 knopen naar 30 knopen en daarbij draaien van Zuid Oost naar Noord West.
Snel werd de beslissing genomen om een rif te zetten. 5 minuten later rif 2 gezet en het voorzeil gedeeltelijk weggedraaid. De wind was inmiddels aangetrokken tot 32 knopen. Deze dag werd onze eerste “noedeldag”, (kokend water op een gevriesdroogde maaltijd, 3 minuten wachten en .... smullen maar!) Toch lekker als het niet te doen is om te koken. ’s-Morgens vroeg een groep dolfijnen langs en voor de boot gehad, die ons verwelkomden, een prachtig schouwspel.
Het laatste stuk een groot kruisrak gevaren richting Kirkwall. Als je er doorheen zit en je ziet de eilanden liggen dan blijkt doorvaren heel moeilijk. We hebben unaniem besloten om de boot even in de haven te leggen en om 17.00 uur werd de boot aangemeerd. We hebben een lekker biertje gedronken, wat gegeten, en een wandeling door de stad gemaakt. ‘s-Avonds nog een paar biertjes gedronken en op tijd naar bed om weer fris aan de volgende etappe te beginnen.
De andere dag zijn we om 10 uur vertrokken met 24 mijl te varen om op de Atlantische Oceaan te komen. We vertrokken met 2 reven in het grootzeil, laverend tussen de eilanden door naar open zee. De tocht liep voorspoedig en met een ruime wind werd het eerste etmaal 196 mijl gevaren waarop we de nacht in gingen met een aanwakkerende wind tot kracht 7 met uitschieters naar 8. Het ging als een speer met snelheden van dik negen knopen. Een eerder BlueBerry-record werd scherper gezet: in 48 uur 406 mijl afgelegd! Tussendoor ook nog mooie natuurmomenten beleefd zoals een grote groep dolfijnen en
gestart, we konden nu onze stroomvoorraad ook weer een beetje op peil brengen. Op de motor bleek achteraf een juiste optie te zijn bij de aanloop naar de Westmann-eilanden, en met een lekker zonnetje en wederom een hartelijke verwelkoming door een groep dolfijnen die onder de boot door zwommen, beleefden we een adembenemende aanloop tussen de steile kliffen door. Ook kwam er een passagiersschip aanvaren die in een baai voor anker ging om de mensen op het eiland af te zetten met sloepen. We lagen nog geen kwartier vast en de douane kwam al aan boord, met de melding dat we niet goed gehandeld hadden. We hadden ons bij het binnenlopen van de 12 mijlszone moeten melden, maar goed na dit standje werden we toch ingeklaard. Jan van Genten die samen aan het jagen waren op scholen vis. De dolfijnen jagen een school vis naar de oppervlakte om er dan één voor één met grote snelheid door te zwemmen en te eten, de prooivis probeert te ontsnappen door boven het water uit te springen. Dit wordt opgemerkt door de Jan van Genten die dan van grote hoogte met gesloten vleugels als kamikazepiloten in de school vis duiken. Een prachtig gezicht om dat met eigen ogen te aanschouwen, zoiets zie je meestal alleen op de tv.
De Vestmannyaer is een prachtige eilandengroep met een vulkaan die in 1973 tot uitbarsting kwam en de helft van het dorp wegvaagde van de aardbodem. Tijdens deze uitbarsting heeft men met man en macht met goed gevolg de lava met zeewater weten af te koelen wat geresulteerd heeft in een smalle maar bijzonder mooie haveningang. Men leeft bijna geheel van de visserij en toerisme. Toeristen die vogels komen spotten zoals Jan van Genten, Zeealken en de clowneske Papegaaiduikers, worden regelmatig met kleine scheepjes afgezet. Na twee dagen ruime wind gevaren te hebben viel de wind snel weg. We zaten in het oog van de depressie, dus op de motor verder. We hadden nu wat tijd om ons op te frissen en wat te eten maar het bleek maar een korte windstilte, de wind kwam weer net zo snel als hij vertrokken was, alleen gedraaid van ZO naar NW, dus weer maar kruisen bij een dikke 7. We hadden het gevoel dat je 200 mijl moest varen om je 100 mijl in de goede richting te verplaatsen. Maar na deze worsteling kwam dan toch IJsland in zicht, met de haven in het vizier nam de wind geleidelijk af en werden we weer getracteerd op een prachtig schouwspel, de opkomende zon boven de bergen met de glinstering van de ijsvlaktes en gletschers er onder. Met nog 20 mijl te varen viel de wind helemaal weg dus werden de zeilen opgedoekt en de motor
Na het weerbericht te hebben bekeken besloten we te vertrekken want er zou een weersverslechtering aan komen. Er lag bij Groenland een depressie met een windkracht van 20 tot 23 m per sec (windkracht 10), als we op tijd vertrokken konden we die ruimschoots voor blijven, en met een bakstag windje en
windkracht 3 kregen we een prachtige dagtocht met de gennaker. Met 6 -7 knopen liep de boot voortreffelijk en gleed rustig door het water. We konden weer eens een lekkere maaltijd op tafel zetten, soep van de dag, gestoofde vis met aardappelpuree en doperwten, en als dessert uiteraard een aardbeienpuddinkje.
Met een aantrekkende wind van 20 knopen, moesten we koers verleggen om een kaap te ronden. Besloten werd om de gennaker er af te halen en het voorzeil weer bij te zetten, hierna liep ze alweer 6-7 knopen. Nu nog wat uren met een halve-windse koers om de laatste 20 mijl aan de wind te varen. Het was een emotioneel moment om na 9 dagen zeilen ’s-morgens om 4 uur Reykjavik aan te lopen. Donker was het niet, wel fris voor de tijd van het jaar! We hadden ons doel bereikt, met veel genoegen hebben we er een lekkere borrel op gedronken.
Leo Verschuren In voorgaand artikel wordt door Leo Verschuren de zeiltocht beschreven naar Reykjavik van afgelopen zomer met zijn Blue Berry en bemanningsleden Anne Venhuis en Ad van Dijk. Het leek de bemanning leuk om aansluitend op dit artikel ‘s-avonds in ons clubhuis wat filmbeelden, en foto’s te laten zien, en hun verhaal te vertellen over de belevenissen en opgedane ervaringen tijdens hun reis.
Ze willen dit gaan doen op donderdag 15 december, aanvang 20.00 uur.
Dat gaat naar Den Bosch toe..... zoete lieve Hansje .
Hans Koppens kwam was met het idee gekomen om met aan aantal motorboten een uitstapje te maken naar Den Bosch. Hij heeft dit natuurlijk zelf georganiseerd – en goed – met steun van Ronald Verhulst en
16
mijzelf (Lianne Keulemans). Na vele vergaderingen tijdens het kantinebezoek hebben we de daad bij het woord gevoegd. Hans is heel goed in het regelen van dit soort tripjes; het zit hem werkelijk in het bloed. Hij is zelf maar liefst drie keer naar Den Bosch geweest om alles met de havenmeester daar door te nemen en beladen met folders en informatie op zak kwam hij iedere keer terug uit. We hebben gekeken wie er met de tocht mee zouden gaan en uiteindelijk zijn we met 15 boten naar Den Bosch gevaren. Hans Koppens en John Stassar waren al op donderdag vertrokken om de andere boten op te kunnen vangen. Dat was wel nodig want het viel niet mee om de plaatsen vrij te houden, ondanks de vermelding op de steiger dat de plaatsen voor ons waren gereserveerd. Op vrijdag en zaterdag is de rest van de vloot naar Den Bosch gevaren. Van de degenen die vrijdag arriveerden togen de senioren (70+) ‘s avonds naar de boot van Hans en Willemien om daar aan boord te borrelen. De junioren (40+) trokken het centrum in om zich daar tegoed te kunnen doen aan broodjes worst en hamburgers. Uiteindelijk hebben we allemaal bij Hans nog een afzakkertje gedronken en genoten van de meegebrachte oliebollen.
Met de Blue Berry naar IJsland
N
Sailing Home
a aankomst in Reykjavik hebben we de eerste dag wat gerelaxt en daarna wat activiteiten ondernomen. De dames zouden immers komen om nog een week met ons door te brengen. Ze zouden 6 juli met het vliegtuig naar Keflavik komen, ongeveer 25 mijl van Reykjavik vandaan. We besloten om ze met de boot op te halen, en de andere dag terug te varen naar Reykjavik.
deel 2
We besloten een rif te zetten om de boot rustig door de golven te sturen, hij gedroeg zich opperbest, maar de wind bleef maar aantrekken dus het tweede rif er ook maar bij. Kort daarna het derde rif met het voorzeil grotendeels weggedraaid bleef de boot voortreffelijk lopen, een zucht van verlichting voor de bemanning. Echter, hoe dichter we bij de Faröer eilanden
We hebben zowel op de heen- als de terugreis walvissen en dolfijnen gezien en daarom een Whale Wachting uitgespaard. Het is een prachtige week
kwamen, hoe wilder de zee werd. Zelfs zo wild dat er al heel wat water over de boot kwam kletsen. Kort daarna kwam de eerste breker met geweld over de boot zetten waardoor het eerste zwemvest spontaan open ging. Daarna kwam er een nog grotere golf zomaar uit het niets. Hij kwam schuin over het dek, het meeste water verliet de boot rechtstreeks, maar de kuip stond wel zo vol dat de laarzen vol met water liepen. geweest, de meeste dingen op eigen houtje gedaan en een aantal dingen gezamenlijk, zoals een keer uit eten en met zijn allen naar de Blue Lagoon. Nadat de meiden vertrokken waren, hebben we de voorbereidingen gedaan voor de terugreis. We zijn daarna vertrokken richting de Faröer eilanden, een afstand van ongeveer 530 mijl. De weersverwachting
Weer een zwemvest opgeblazen! In totaal 3 zwemvesten. Het was een zeer vermoeiende tocht, vooral het sturen omdat de stuurautomaat het inmiddels ook had begeven. Maar met regelmatig wisselen en goed rust nemen kwamen we er wel doorheen. was van weinig of geen wind naar een stevige bries, eerst ZO en later NNO. Als we een dag eerder waren vertrokken, hadden we een stevige wind op kop gehad, we hebben de depressie voorbij laten gaan en met een andere depressie in de rug, waar we later de goede wind van moesten hebben. Na een groot stuk op de motor gevaren te hebben kwam de wind en hij bleef aantrekken tot 20-24 kopen.
Eenmaal de overgang van het Continentaal Plat (1800m diepte naar 150m diepte) achter de rug werd het gelukkig een stuk rustiger en met het zicht op de Faröer werd het weer ook een stuk aangenamer. Zo rustig dat we weer op de motor moesten varen, wat niet erg was bij de aanloop tussen de eilanden door richting Thorshavn, de hoofdstad. Het was net weer een nieuwe wereld. We hebben die dag het stadje
bekeken en voor de andere dag een auto gehuurd om de eilanden te verkennen; echt de moeite waard. De andere dag om 9 uur vertrokken. Eerst lekker geslapen, een goed ontbijt, diesel getankt en hup richting Schotland. Bij vertrek hebben we de trimaran van de Sea Shepherd gezien, die de avond ervoor was aangekomen om te protesteren tegen de walvisvangst aldaar. Er was bij vertrek weinig of geen wind. We hebben nog geprobeerd om de genaker te zetten, maar er was geen vooruitgang alleen maar slaan van het zeil, dus dat ding eraf en tuffen maar op de motor. 36 uur aan een stuk tot de Orkney’s, toen kwam de wind opzetten, recht van achteren dus maar weer ruim gaan varen. Dit om wat extra mijltjes op de teller te krijgen.
een kermis, een parade met een Pipercorps (doedelzakken) en een luchtshow van de Red Arrows, een prachtig schouwspel . De andere dag hebben we een fikse wandeling gemaakt langs de kust naar de vuurtoren, een pub bezocht en toen door het binnenland terug. De volgende dag om 17 uur vertrokken richting Edinburgh, een korte tocht van ongeveer 110 mijl. Heel relaxt gevaren ’s nachts, met een halve-windse koers.
Dat was weer eens lekker na die toch wel zware tocht naar de Faröer. We kwamen ‘s morgens om 10 uur aan, eerst lekker een biertje gedronken, gedoucht en de stad ingegaan. Prachtig weer in een prachtige stad met muziek en straattoneel.
Geen fijne koers overigens, te weinig druk in het zeil, veel slingeren en moeilijk sturen. We zijn Peter Head aangelopen omdat de weersvoorspellingen slecht waren. Het was overigens goed vertoeven in de ha-
ven met de wind gierend om de boot. Het was geen straf om hier verwaaid te liggen, er waren nl. Schotse Dagen met nogal wat activiteiten:
De volgende dag met de bus de stad rondgereden en het kasteel in de oude stad bezocht. Nog enkele pintjes gepakt en ‘s avonds lekker gegeten aan het water bij de oude visafslag. Een stad om terug te keren. We zijn de andere dag weer vertrokken richting Lowestoft, langs de kust met goed zicht en een redelijk windje. Een afstand van 300 mijl is dan toch wel lang. We hebben hier wat rond
gewandeld, ‘s avonds een pup bezocht en natuurlijk ook het legendarische clubgebouw dat het mooiste gebouw van Lowestoft is.
Onze laatste dag zijn we naar Scharendijke gevaren. Wij wilden deze tocht afsluiten met onze partners en met een feestelijk etentje bij de Salut. Wij hebben hiervoor gekozen omdat ze daar van die heerlijke biertjes tappen. Onder het genot van dit heerlijke spul zijn we tot de conclusie gekomen dat we deze tocht goed en tot ieders tevredenheid hebben volbracht. Het was een zware, maar onvergetelijke tocht met
We zijn de andere dag om 17 uur vertrokken richting Roompot waar we ruim in de morgen aankwamen. En wie lag er bij de sluis: de douane. Dat betekent dan dat de Blue Berry weer eens langszij mag komen. De papieren werden gecontroleerd en goed bevonden waarna wij de douane een prettige wacht gewenst hebben. We zijn door de sluis richting Bruinisse gegaan. Hier aangekomen getankt, de boot in de box gelegd en lekker uit eten geweest, om de volgende dag de boot grondig te reinigen. Dit was wel nodig met al het vocht en het zoute water dat er allemaal binnen gekomen was.
fijne en spannende momenten. Heel veel gezien en toch geleerd dat je wel van de natuur gebruik kan maken, maar dat er met de natuur niet te spotten valt. Dat de boot zich zeilend zeer goed gedraagt, ook bij slecht weer. Maar dat voor dit soort tochten een boot die beter geïsoleerd is beter geschikt is. De boot wordt dan toch wat minder nat van binnen. Een goede kachel is een must om het nog enigszins comfortabel te houden. Ondanks dat de boot van binnen erg nat is geworden vanwege de temperatuur waar we voeren en van het water dat over de boot sloeg, zou ik hem nog niet willen missen. De Blue Berry. Ik kan eigenlijk alleen maar zeggen dat ik nog meer van hem ben gaan houden. Een fijne ervaring was ook het samenspel en de samenwerking onderling. We hebben met z’n drieën ruim 3000 mijl gevaren op deze tocht en zouden het voor geen goud gemist willen hebben. GEGROET BLUE BERRY
Leo Verschuren