Memo Aan Van Doorkiesnummer Datum Afschriften aan
Gemeenteraad Utrechtse Heuvelrug Elisabeth van Oostrum 737 6 februari 2012
Betreft
1e Memo asbest in scholen
Geachte raadsleden, In de raadsvergadering van donderdag 26 januari jl. is toegezegd in de raadscommissie Samenleving vanavond de asbestproblematiek van scholen te bespreken. In deze memo wordt een toelichting gegeven op de landelijke en lokale situatie. In de commissie Bestuur en Middelen van a.s. donderdag zal specifiek informatie verstrekt worden over de asbestproblematiek op de Scholengemeenschap Maarsbergen, in het bijzonder de gemaakte afspraken tussen school en gemeente, en het kostenverhaal. Deze memo zal, na behandeling in het college op 7 februari 2011, worden verzonden. A. Landelijke situatie 1. Achtergrond Asbest is vanaf begin negentiende eeuw in vele (bouw)producten verwerkt. Asbestvezels zijn namelijk goed te verwerken in materialen zoals cement, textiel, kitten en lijmen. Er worden nog steeds toepassingen uit het verleden ontdekt.
1
Uit onderzoeken blijkt dat blootstelling aan asbest ernstige gevolgen voor de gezondheid met zich mee brengt. Asbestvezels kunnen wanneer ze worden ingeademd, longkanker, longvlies- en buikvlieskanker en stoflongen veroorzaken. Binnen schoolgebouwen zijn de volgende toepassingen bekend: -
-
-
-
Brandvertragend plafond in de CV-ruimte en natte groepen: in schoolgebouwen zijn vaak brandvertragende maatregelen genomen vanwege de publieke functie van het gebouw. De CV-ruimte en natte groepen zijn vrijwel altijd voorzien van een brandvertragend plafond. Dit plafond bevat vaak asbest. Brandvertragende compartimentering: grotere schoolgebouwen zijn opgedeeld in een aantal compartimenten die middels brandvertragende plafonds en wanden van elkaar zijn gescheiden. Deze plafonds en wanden bevatten vaak asbest. Asbesthoudende vloeren: met name in oudere schoolgebouwen treffen we vaak een (colo)vinyl vloer aan. Dergelijke vloeren kunnen op de ondergrond verlijmd zijn met een asbesthoudende lijm. Ook na verwijdering van het vinyl, kan asbest in het gebouw achterblijven wanneer de lijmlaag niet door een specialist is verwijderd. Asbesthoudende gevelpanelen: deze zogenaamde sandwichpanelen worden gebruikt voor de isolatie en afwerking van gebouwen. Asbesthoudende schoolborden: in oude schoolborden die zijn gemaakt van een cementachtig plaatmateriaal kan asbest voorkomen. Plaat achter een wasbak in het klaslokaal: de tegels bij de wasbak in oudere schoollokalen zijn vaak op een waterafstotende plaat gelijmd. Deze plaat is vaak asbesthoudend.
Naast bovengenoemde specifieke toepassingen wordt asbest vaak aangetroffen in: -
-
geluidisolerend plaatmateriaal voor wanden en plafonds warmte-isolatiemateriaal voor pijpen en leidingen beschermhulzen voor elektrische bedrading brandwerend materiaal voor plafonds, muren en leidingdoorvoeren bouwmaterialen: golfplaten, dakgoten, vensterbanken, dorpels, vloerluiken, gevelbekleding, traptreden, plafondtegels, leien, luifels, vloer- en wandafwerkmiddelen (pleisterwerk), voegen en sponningen rioolbuizen vinyl vloerbedekking in keukens
2. Landelijk onderzoek In mei 2011 is op verzoek van de Tweede Kamer een onderzoek uitgevoerd naar de aanwezigheid van asbest in alle Nederlandse scholen gebouwd voor 1 januari 1994. Deze informatie is op nationaal niveau niet bekend. Het is belangrijk om dat inzicht te krijgen omdat de aanwezigheid van asbest in een schoolgebouw gezondheidsrisico's voor de gebruikers met zich mee kan brengen. Scholen zijn niet in alle gevallen op de hoogte van de aanwezigheid van asbest in een schoolgebouw. In veel gevallen weten de schoolbesturen of de gemeenten wel of er asbest in een schoolgebouw aanwezig is. Sinds 1994 zijn veel asbestinventarisaties uitgevoerd en waar
2
nodig zijn al asbestsaneringen gedaan. Het is echter niet duidelijk of de asbestinventarisaties uit het verleden voldoen aan de eisen van 2011. In dit project wordt informatie verzameld over de ouderdom van het schoolgebouw , de aanwezigheid van asbestinventarisaties, asbest en een asbestbeheerplan. Het gaat hier hoofdzakelijk om een kwantitatief onderzoek. De aanleiding voor het onderzoek is een discussie over de aanwezigheid van asbest in scholen die begin dit jaar in de Tweede Kamer is gevoerd en de reactie van betrokken departementen. Het project Asbest in scholen, opgezet door Agentschap NL, brengt de aanwezigheid van asbest in alle Nederlandse scholen in het primair en het voorgezet onderwijs in beeld. Het project is een samenwerking tussen: - Rijksoverheid - de sectororganisatie voor het primair onderwijs (PO-Raad) - de sectororganisatie voor het voortgezet onderwijs (VO-raad) - Vereniging Nederlandse gemeenten (VNG) De uitvoering van een asbestinventarisatie is overigens geen verplichting voor schoolbesturen. Rapportage onderzoek Asbest in scholen beschikbaar Sinds 27 januari 2012 is het rapport 'Onderzoek Asbest in scholen' beschikbaar. Het onderzoek is op verzoek van de Tweede Kamer in de tweede helft van 2011 uitgevoerd. Aan het onderzoek deden 5100 scholen mee. Uit de resultaten blijkt: 1. 4.020 van de scholen (79 procent) hebben een gebouw dat is gebouwd vóór 1994 2. Van deze scholen zegt 40 procent (1.603 gebouwen) dat ooit een asbestinventarisatie is uitgevoerd 3. Bijna de helft van deze inventarisaties (715 scholen) was recent (minder dan twee jaar geleden) 4. Bij 1.296 van de geïnventariseerde scholen (81 procent) is asbest aangetroffen 5. Bij 483 gebouwen (37 procent van deze gevallen) werd geadviseerd om direct (een deel van) het aangetroffen asbest te verwijderen 6. In totaal is uit 440 van de geïnventariseerde schoolgebouwen (34 procent) daadwerkelijk asbest verwijderd. Eind januari 2012 heeft de staatssecretaris van Milieu wederom een oproep gedaan richting de scholen tot de uitvoering van een asbestinventarisatie. De staatssecrtaris wil dat scholen binnen een jaar onderzoeken of er in de scholen asbest is verwerkt. Als ze dat niet doen, wil de staatssecretaris de scholen hiertoe gaan verplichten. 3. Asbestinventarisatie Een asbestinventarisatie is een onderzoek van het gebouw naar de aanwezigheid van asbest. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een hiervoor opgeleide deskundige werkzaam bij een 3
gecertificeerd bedrijf. Een asbestinventarisatie geeft duidelijkheid of asbest in een gebouw aanwezig is, om welke soorten asbest het gaat, op welke plaatsen de toepassingen zich bevinden en de staat van het materiaal. Aan de hand van risicoklassen wordt bepaald aan welke eisen het bedrijf moet voldoen als het asbest wordt verwijderd. Tijdens de inventarisatie wordt een risicobeoordeling uitgevoerd waarbij gekeken wordt naar het potentiële risico voor de gebruikers van het gebouw. Op basis van deze informatie wordt beoordeeld of direct verwijderen noodzakelijk is of niet - of dat nader onderzoek nodig is. Een volledige asbestinventarisatie bestaat uit een deskresearch, een inspectie van het volledige gebouw in combinatie met monstername en analyse en een rapportage. Hiervoor moeten alle ruimten onderzocht zijn. Dit onder voorbehoud van de ruimten in het gebouw waarvoor destructief onderzoek noodzakelijk is. Daarnaast worden met de inventarisatie van een bestaande situatie ook de eventuele gezondheidsrisico's voor zowel de bestaande situatie als bij sanering vastgesteld. Er zijn drie soorten asbestinventarisaties: 1. Een volledige deskresearch, visuele inspectie (inclusief licht destructief onderzoek) in combinatie met monstername van asbestverdachte materialen, beoordeling van de staat en omvang van toepassing, bepalen van het potentiële risico en het uitvoeren van laboratoriumanalyse van de materiaalmonsters en de rapportage (Type A) 2. Aanvullend destructief onderzoek (Type B). Dit onderzoek is een aanvulling op het type A onderzoek. Hiermee worden ook de niet-zichtbare asbestverdachte toepassingen op het moment dat sprake is van sloop of strippen onderzocht. Hierbij gaat het met name om toepassingen in fundering of constructie van een gebouw. 3. Inventarisatie van asbest gericht op het gebruik van het gebouw. Deze asbestinventarisatie is een uitbreiding op een volledige asbestinventarisatie Type A. De uitbreiding bestaat uit een risicobeoordeling gericht op de gebruikssituatie en het opstellen van een asbestbeheersplan. De verwijderingskosten van asbest blijven derhalve een financieel risico dat zich bij nieuwbouw en/of renovatie van een schoolgebouw kan voordoen. De hoogte van verwijderingskosten blijkt pas bij daadwerkelijke renovatie dan wel nieuwbouw. 4. Verantwoordelijkheid schoolbesturen Schoolbesturen zijn (juridisch) eigenaar van de gebouwen. Zij zijn verantwoordelijk en aansprakelijk voor het gebruik. Schoolbesturen zijn ook verantwoordelijk voor de gezondheid en veiligheid van leerlingen, leerkrachten en ouders binnen de school. Het schoolbestuur moet dus actie ondernemen als er iets mis is met het schoolgebouw. Het ligt anders als is gekozen voor een andere eigendomsverhouding: de eigenaar van een gebouw is dan medeverantwoordelijk. Maar het blijft de wettelijke plicht (Arbeidsomstandighedenbesluit) van werkgevers om een risico-inventarisatie en evaluatieanalyse (een zogeheten RI&E) uit te voeren om te bepalen welke risico's er zijn in de arbeidssituatie voor de werknemers. Daarbij hoort een analyse van de risico's van asbest. 5. Verantwoordelijkheid gemeenten 4
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de bekostiging van de bouw en het onderhoud van de buitenkant. Daarnaast zijn gemeenten verantwoordelijk voor de kosten die een gevolg zijn van constructiefouten. Over het saneren van asbest zijn in de afgelopen jaren een aantal uitspraken gedaan. Daaruit blijkt dat de gemeente het verwijderen van asbest niet hoeft te bekostigen, tenzij door beschadiging asbestvezels vrijkomen zoals bij nieuwbouw en renovatie. Deze aanvraag valt dan onder de categorie ‘constructiefout' en de volledige kosten van het verwijderen van het asbest komen voor rekening van de gemeente (zie de gerechtelijke uitspraak uit 1999 hieronder). Als het schoolbestuur het asbest preventief wil verwijderen zonder dat er iets is beschadigd, komen de kosten niet voor vergoeding in aanmerking! Een gerechtelijke uitspraak hierover is in 1999 al gedaan: verwijdering valt onder constructiefouten. Tekstgedeeltes uit deze uitspraak: Ingevolge artikel 66, eerste lid, onder c, van de WPO worden -voor zover hier relevant- voor de toepassing van deze afdeling onder voorzieningen in de huisvesting begrepen; herstel van constructiefouten aan het gebouw, alsmede herstel en vervanging in verband met schade aan gebouw, onderwijsleerpakketten en meubilair in geval van bijzondere omstandigheden. Ingevolge artikel 2, onder e, van de Verordening worden -voor zover hier relevant- bij de toepassing van deze verordening de volgende voorzieningen onderscheiden, herstel en vervanging in verband met schade aan een gebouw, onderwijsleerpakket of leer en hulpmiddelen en meubilair in geval van bijzondere omstandigheden. In de toelichting op artikel 2 is onder meer vermeld, dat de bijzondere omstandigheden zoals genoemd in de wet in de verordening niet nader zijn uitgewerkt, aangezien dergelijke omstandigheden zich niet uitputtend laten beschrijven. De aanwezigheid van asbest (…..) en het reëele gevaar dat asbestvezels blijven vrijkomen betreft naar het oordeel van de rechtbank schade aan een gebouw in geval van bijzondere omstandigheden. De rechtbank heeft daarbij in aanmerking genomen, dat eiseres eerst bij de werkzaamheden (………..) de aanwezigheid van asbest heeft geconstateerd en zodoende niet heeft kunnen reserveren. Daarbij komt dat ook verweerder -blijkens het verhandelde ter zitting- de verwijdering van asbest noodzakelijk en spoedeisend acht. De uitspraak is te vinden op www.rechtspraak.nl met nummer LJN: AA5055, Rechtbank Arnhem, 98/2205 6. Verdeling kosten asbestsanering Naar aanleiding van de verantwoordelijkheidsverdeling nogmaals de verplichting tot betalen van asbestkosten op een rij: - kosten van een inventarisatie dienen altijd door het schoolbestuur te worden betaald;
5
-
-
verwijdering van gevaarlijk asbest (z.g. losgebonden asbest) of asbest dat vrijkomt door beschadiging (grote verbouwingen en/of sloop) valt onder de noemer constructiefout en is voor rekening van de gemeente; asbest dat geen direct gevaar voor de omgeving oplevert maar toch verwijderd wordt, is voor rekening van het schoolbestuur.
6
B. Lokale situatie 1. IHP In oktober 2010 is een drietal trajecten gestart, te weten: - Opstelling Integraal Huisvestingsplan Onderwijs 2011-2020 - Huisvestingsonderzoek Revius Lyceum - Huisvestingsonderzoek Scholengemeenschap Maarsbergen De uitkomsten van de onderzoeken bij het Revius Lyceum en Scholengemeenschap Maarsbergen zijn opgenomen in het IHP, dat in juni 2011 is vastgesteld. Het Integraal Huisvestingsplan heeft als belangrijkste doelstelling het geven van een beleidsmatig kader voor de huisvesting van de onderwijsvoorzieningen in de gemeente Utrechtse Heuvelrug. Op beleidsmatig niveau worden uitspraken gedaan over de aanpak van en de visie op onderwijshuisvesting (hier wordt dus niet nader ingegaan op een specifiek aspect van een renovatie zoals bijvoorbeeld asbest). Daarnaast geeft het zicht op de kwaliteit en kwantiteit van de beschikbare voorzieningen in relatie tot de inhoudelijke ontwikkelingen en wettelijke eisen. Hier is ook een financiële raming gekoppeld die zicht geeft op de benodigde investeringen in de planperiode. Daarbij heeft het IHP het karakter van een planningsinstrument. Er is in het IHP geen risicoparagraaf opgesteld, waarin onder meer aandacht wordt besteed aan bijvoorbeeld asbest; passend onderwijs; tijdelijke huisvesting; opheffen scholen; fusies; herziene wet-en regelgeving; bouwbesluit; regelgeving COA; etc, ect. Reden hiervoor is het uitgangspunt dat het IHP een sturend beleidsdocument is. De zojuist genoemde aspecten kunnen onderdeel uitmaken van de afzonderlijke kredietaanvraag, waarin het beleid wordt vertaald naar uitvoering. Zo wordt dus in de lijn van de status van het IHP ieder project afzonderlijk aan de raad voorgelegd. 2. Renovatie Scholengemeenschap Maarsbergen In het voorjaar van 2011 is Scholengemeenschap Maarsbergen op eigen rekening en risico gestart met de renovatie van het schoolgebouw, in afwachting van het vast te stellen Integraal Huisvestingsplan 2011. Zowel het college als de raad is hiervan op de hoogte gesteld. Door in 2011 al te beginnen, kon namelijk gebruik worden gemaakt van een subsidieregeling ter verbetering van het binnenklimaat. De afgelopen periode heeft het schoolbestuur allerlei werkzaamheden in het kader van deze subsidie uitgevoerd. Ook kon gebruik worden gemaakt van de gunstige aanbestedingssituatie. De renovatiewerkzaamheden heeft het schoolbestuur op basis van voorfinanciering uitgevoerd. 3. Realisatieovereenkomst Medio 2011 is een realisatieovereenkomst ontwikkeld. Het gebruik van een realisatieovereenkomst heeft tot de doel de rechten en plichten tussen het schoolbestuur als zijnde bouwheer en de gemeente Utrechtse Heuvelrug bij de realisatie van een voorziening in onderwijshuisvesting goed vast te leggen. In deze overeenkomst staat onder meer toegelicht wat er verstaan wordt onder bouwheerschap, onvoorziene risico’s en meerwerk.
7
Voor de renovatie van de het schoolgebouw van de SGM is geen realisatieovereenkomst afgesloten tussen de gemeente en het schoolbestuur.Dit document werd ten tijde van de renovatie ontwikkeld. 4. Mentortraject Asbest in scholen Op dinsdag 4 oktober 2011 heeft één van de medewerkers van Onderwijshuisvesting deelgenomen aan het mentortraject Asbest in scholen. In dit traject is kennis en ervaring uitgewisseld over asbest en inventarisaties. Doelstelling van het traject is om binnen de regio's het kennisniveau van ambtenaren die in het werk te maken hebben met asbestinventarisaties, te verhogen. Aandachtspunten zijn de opdrachtverlening, het toetsen van inventarisatierapporten en de stappen naar aanleiding van de resultaten van de toetsing (voor zowel een sloop als een niet-sloopsituatie). 5. Asbestinventarisatie in PHO Op maandag 10 oktober 2011 is in het portefeuillehoudersoverleg gesproken over de uitrol van het project ‘Asbest in scholen’. Naar aanleiding van dit overleg is het onderwerp geagendeerd voor het OOGO van november 2011. 6. Asbestinventarisatie gepreksonderwerp OOGO Op 9 november 2011 is in het Op Overeenstemming Gericht Overleg tussen de gemeente en de schoolbesturen een oproep gedaan tot de uitvoering van een asbestinventarisatie. De afgelopen jaren zijn er geen schoolgebouwen gerenoveerd dan wel vervangen met nieuwbouw. Daarom is er tot op heden geen ervaring op gedaan met asbestsanering en de impact daarvan. De gemeente Utrechtse Heuvelrug heeft bij een tweetal bedrijven offertes opgevraagd. Belangstellende schoolbesturen hebben van deze offertes gebruik kunnen maken. Inmiddels heeft bij 12 van de 33 schoolgebouwen op de Utrechtse Heuvelrug een asbestinventarisatie plaatsgevonden. Hieruit blijkt dat Scholengemeenschap Maarsbergen niet de enige school is die de komende jaren wordt gerenoveerd, dan wel nieuw gebouwd en waar asbest in het gebouw aangetroffen kan worden. Aangezien de verwijdering van asbest een gemeentelijke verantwoordelijkheid is, betekent dit dat de gemeente hiervoor de kosten zal moeten dragen. Momenteel wordt een overzicht gemaakt van de te verwachte kosten van asbestsanering voor die scholen genoemd in het IHP. U wordt daar binnenkort over geïnformeerd, alsmede over de financiële dekking.
8
C. Samenvatting • •
•
•
• • • • •
• • •
In de gemeente Utrechtse Heuvelrug zijn afgelopen zes jaar geen scholen gerenoveerd of gesloopt waardoor er geen ervaring is opgedaan met de aanwezigheid van asbest. De laatste nieuwbouw dan wel renovatie vond plaats in 2004 en 2005 (2 scholen), voor de herindeling. Mocht er toen asbest zijn aangetroffen, is daar geen aparte aandacht aan besteed (ook financieel niet), omdat het toenmalige krediet zo toereikend was dat alle kosten binnen de post sloopkosten vielen. Er is in het IHP geen risicoparagraaf opgesteld, waarin onder meer aandacht wordt besteed aan bijvoorbeeld asbest; passend onderwijs; tijdelijke huisvesting; opheffen scholen; fusies; herziene wet-en regelgeving; bouwbesluit; regelgeving COA; etc, ect. Noch van de zijde van de gemeente als van de zijde van schooldirecteuren als schoolbesturen is aandacht besteed aan de mogelijke aanwezigheid van asbest in schoolgebouwen. De aandacht voor asbest op scholen kreeg medio 2011 pas volop landelijke aandacht. De verantwoordelijkheid voor een asbestinventarisatie ligt bij de schoolbesturen. De voorwaarden wie en wanneer verantwoordelijk is voor de kosten liggen vast in regelgeving en jurisprudentie. Wij hebben in het najaar 2011 een van onze medewerkers geschoold in het mentortraject “asbest op scholen”. Wij hebben in het najaar 2011 meegewerkt aan de bekendheid van het onderzoek naar asbest op scholen door de scholen op hun verantwoordelijkheid te wijzen en hen aangeboden gebruik te maken van offertes die wij aangevraagd hebben. Inmiddels hebben 12 van de 33 scholen hieraan meegewerkt Uit onderzoek is gebleken dat tot dusver bij 4 van de 12 scholen asbest aangetroffen. De resterende scholen worden opnieuw verzocht een asbestinventarisatie uit te voeren.
D. Conclusie Aan de ondersteuning van het onderzoek naar asbest op scholen is van de zijde van de gemeente in het najaar 2011 volop aandacht gegeven. Met de kennis van nu zouden wij in het IHP aandacht hebben gegeven aan de risico’s van asbest en hiervoor een voorziening hebben opgenomen.
9