Masterplan Centraal Breda Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
3 November 2009
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding
2
1.1 Aanleiding 1.3 Overige instrumenten 1.4 Visie Openbare Ruimte Breda 2020 1.5 Leeswijzer
2 Plangebied
2 3 5 5
7
2.1 Het Plangebied
7
3 Stationskwartier in zijn context
9
3.1 Structuurvisie Via Breda
9
4 Inrichting Openbare Ruimte
17
4.1 Hoofdkeuzes Openbare Ruimte 4.1.1 Typolgie Openbare Ruimte 4.1.2 Inrichtingsprincipes openbare ruimte 4.2 Stationskwartier 4.2.1 Visie 4.2.2 Stedenbouwkundige opzet Stationskwartier 4.2.4 Knooppunt OVT-Speelhuislaan-Stationslaan 4.2.5 Stationserven 4.2.6 Spoorlandschap 4.2.7 Geluidsbeperkende maatregelen 4.2.8 Onderdoorgangen 4.3 Belcrum 4.3.1 Ruimtelijke karakteristiek 4.3.2 Inrichtingsprincipesopenbare ruimte 4.4 Spoorbuurt 4.4.1 Ruimtelijke karakteristiek 4.4.2 Inrichtingsprincipes openbare ruimte 4.5 Openbare ruimte aangrenzende gebieden 4.5.1 Markoevers 4.5.2 Singel 4.5.3 Park Valkenberg 4.5.4 Drie Hoefijzers
17 17 19 20 20 20 28 32 36 36 40 42 42 42 46 46 47 58 58 62 63 64
5 Gebruik en Beheer
67
6 Financieel Kader
69 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Inleiding 1 Inleiding
1.2 Buitenruimtevisie als basis voor kwaliteit
Nu nog een groot rangeerterrein, een verouderd station en een sobere omgeving. Straks een bijzonder gebied met een OV-Terminal van allure en met een aansluiting op het internationale netwerk voor hogesnelheidstreinen. Die verbinding biedt Breda de kans het gebied een impuls te geven. De hogesnelheidstrein naar Antwerpen en Rotterdam, de goede bereikbaarheid per auto en fiets maken van het Stationskwartier, met zijn directe omgeving, een stedelijk knooppunt op loopafstand van de historische binnenstad. De transformatie van het Stationskwartier is één van de zes nationale Nieuwe Sleutelprojecten (NSP). Deze status brengt met zich mee dat specifieke aandacht aan de ruimtelijke kwaliteit van het gebied wordt gegeven. De invulling van het Stationskwartier is een vertaling van een ruimtelijke en programmatische keuze. Keuzes die zijn gebaseerd op de euregionale positie van Breda en de ligging van het gebied in de stad. Het creëren van een nieuw gebied met eigen(tijdse) identiteit dat zich voegt in een traditie is daarbij het uitgangspunt.
De realisatie van het Stationskwartier met zijn directe omgeving heeft een dusdanige looptijd dat bestuurlijke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen van invloed kunnen zijn op de uitwerking van het plan. Gezien die lange ontwikkelingstermijn is het van belang te kunnen anticiperen op nieuwe inzichten zonder dat de essentie van het plan verloren gaat. Het is nodig enerzijds voldoende flexibiliteit te kunnen bieden en anderzijds de (ruimtelijke) kwaliteit te waarborgen. De Buitenruimtevisie is onderdeel van een raamwerk van instrumenten om die kwaliteit te organiseren. Enerzijds bestaat dit raamwerk uit een tweetal publiekrechtelijke instrumenten: het Bestemmingsplan en het Beeldkwaliteitsplan. Anderzijds zijn in privaatrechtelijke zin afspraken gemaakt in de BOU en SOK. Stedenbouw, architectuur en de inrichting van de openbare ruimte vormen één geheel. De Buitenruimtevisie beschrijft op hoofdlijnen de principes voor de inrichting van de openbare en semi-openbare ruimte. Deze hoofdprincipes dienen als leidraad voor de verdere uitwerking in Inrichtingsplannen per deelgebied. Met het Rijk en NS is overeengekomen een Bouwmeestersoverleg in te stellen. Het Bouwmeestersoverleg wordt gevormd door de volgende personen; de rijksbouwmeester, de spoorbouwmeester en de stadsbouwmeester. Dit Bouwmeestersoverleg heeft tot taak te adviseren met betrekking tot de te realiseren ruimtelijke kwaliteit in het gebied. De Buitenruimtevisie levert het Bouwmeestersoverleg hiertoe één van de handvaten.
1.1 Aanleiding De ambities die worden nagestreefd in het Stationskwartier zijn weergegeven in het Masterplan Centraal Breda 2003. Het Masterplan geeft op hoofdlijnen de richting voor de ruimtelijke invulling en kwaliteit weer. Dit Masterplan is getoetst door het Rijk, de resultaten van die toetsing zijn in de zogenaamde “toetsbrief” verwoord. Het Voorlopig Ontwerp voor het OV Terminalcomplex zoals dat in 2005 is opgesteld, geeft een “eigen” invulling van de stedenbouwkundige structuur zoals die in het Masterplan was aangegeven. In mei 2006 is met het Rijk de Bestuurlijke Overeenkomst Uitvoering (BOU) en met NS de Samenwerkingsovereenkomst (SOK) gesloten. In die overeenkomsten zijn afspraken vastgelegd met betrekking tot de verdere planontwikkeling en realisatie van het NSP Breda. Onderdeel van die afspraken is de verdere uitwerking van de ruimtelijke ambities en gewenste kwaliteit. Met deze Buitenruimtevisie wordt mede invulling gegeven aan die afspraken. De buitenruimtevisie gaat over het ambitieniveau en voor de verkeerskundige invulling gelden de Bereikbaarheidsvisie Spoorzone (maart 2007) en de verkeerskundige conclusies van de Milieu Effect Rapportage (MER) als uitgangspunt.
Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
1.3 Overige instrumenten Ten behoeve van de kwaliteitsaspecten verbonden aan het ruimtelijke ordeningsproces dient de gemeente vanuit haar publiekrechtelijke taak zorg te dragen voor een Bestemmingsplan en de Welstandstoetsing. Als basis voor deze publiekrechtelijke instrumenten heeft de Gemeente Breda een Beeldkwaliteitsplan opgesteld.
Bestemmingsplan Vanuit haar wettelijke taak in het kader van de Wet Ruimtelijke Ordening draagt de gemeente zorg voor een bestemmingsplan. Een bestemmingsplan regelt middels voorschriften en bijbehorende plankaart de functies en relaties van de bebouwing met de omgeving en aanverwante bepalingen betreffende de bouwmassa. Het bestemmingsplan stuurt daarmee op onderdelen de kwaliteit. Het bestemmingsplan voor het Stationskwartier heeft vanwege de gewenste flexibiliteit de vorm van een globaal eindplan. In een globaal eindplan wordt de eindsituatie en de wijze waarop die wordt nagestreefd op hoofdlijnen beschreven. De plankaart bevat slechts een beperkt aantal bestemmingen, aangevuld met bouwvoorschriften in de vorm van aanduidingen voor assen, rooilijnen, bebouwingshoogtes e.d.
Welstandstoets In het kader van de Woningwet zijn gemeenten voor zover zij een welstandstoets willen laten plaatsvinden, gehouden een Welstandsnota te formuleren. In de Welstandsnota zijn op hoofdlijnen de criteria geformuleerd, waaraan welstandstoetsing kan plaats vinden. Wanneer de ontwikkeling van nieuwe gebieden aan de orde is, kan de Welstandsnota worden uitgebreid met paragrafen voor deze gebieden. Voor de Gemeente Breda is een Welstandsnota opgesteld. Deze Welstandsnota is voor het Stationskwartier uitgebreid met een gebiedsgerelateerde paragraaf uit het Beeldkwaliteitsplan. Hoofdstuk van 5 van dit Beeldkwaliteitsplan zal worden opgenomen in de Welstandsnota als aanvullend gebied gerelateerd welstandsbeleid en –criteria in aanvulling op hoofdstuk 4 van de Welstandsnota; Gebiedsgericht welstandsbeleid van Breda en afzonderlijke gebiedsdelen.
Beeldkwaliteitsplan Het Beeldkwaliteitsplan genereert de inhoud op basis waarvan het Bestemmingsplan en de gebiedsgebonden paragraaf van de Welstandsnota zijn opgesteld. Hiernaast geeft het Beeldkwaliteitsplan invulling aan de afspraken in de BOU en SOK. Het geeft richting aan de stedenbouwkundige opgave en het vormt een kader bij het ontwerpen van nieuwbouwplannen. De beschrijving in het Beeldkwaliteitsplan richt zich op meerdere niveaus op de ruimtelijke kwaliteit van zowel de bebouwing als de onbebouwde omgeving. Het legt een relatie tussen enerzijds de primaire functionele ruimtelijke invalshoek en anderzijds de kwaliteit van openbare ruimte en de architectuur. Daarbij gaat het uiteindelijk om: • Inpassing in de omgeving; • De gekozen stedenbouwkundige lay-out; • De plaatsing van de gebouwen en bebouwingsrooilijnen; • De gewenste bebouwingsstructuur (gesloten, open en halfopen bebouwingsopzet); • De maatvoering van gebouwen, zoals het aantal lagen, de bouwhoogte en verdiepingshoogte (bijvoorbeeld de hoogte van de plint); • De indeling naar architectonische eenheden en arrangementen; • De architectonische uitvoering van gebouwen, zoals: de verticale en horizontale geleding van de gevels naar plint en toplaag, dakvormen en overstekken; • Het materiaalgebruik en kleurstelling.
Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Via-Breda Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
1.4 Visie Openbare Ruimte Breda 2020 De Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving is tegelijkertijd opgesteld met de Visie Openbare Ruimte Breda 2020. Hieronder volgt een samenvatting uit deze visie. Gebruik, inrichting en beheer Breda benadert het gebruik, de inrichting, en het beheer van de openbare ruimte in samenhang. Deze drie invalshoeken zijn ook niet los van elkaar te zien. De gebruiker en zijn gebruikswensen staan centraal, en we proberen deze wensen mogelijk te maken door een bijbehorende inrichting en een geschikte vorm van beheer. Intensief gebruik vraagt meestal om intensief beheer. Een verkeerde inrichting kan leiden tot misbruik van de openbare ruimte en beheerproblemen. De ecologische structuur van de stad vraagt om ecologisch beheer zodat water, planten en dieren in dynamisch evenwicht zijn. Met de juiste inrichting kan ook de mens van deze gebieden genieten zonder ze te verstoren. Dé gebruiker bestaat niet. Er zijn verschillende mensen met verschillende behoeften op verschillende tijden van de dag. Ook planten en dieren zijn gebruikers van de stad. We moeten kunnen fietsen, auto rijden en parkeren. We willen kunnen spelen, wandelen en een praatje maken met een buurtbewoner. We willen ook riolering en elektriciteit, ook hiervoor is openbare ruimte nodig. Elke vorm van gebruik vraagt om ruimte. Als we voor elk gebruik eigen vierkante meters reserveren komen we ruimte tekort. En als we bij elke verandering van behoefte de ruimte opnieuw in moeten richten, komen we geld tekort. Om dit te voorkomen streeft Breda naar een duurzame en herkenbare openbare ruimte, die zo veel mogelijk gedeeld wordt. Gedeeld – herkenbaar – duurzaam
maatwerk in plaats van standaardoplossingen. Een duurzame openbare ruimte is bestendig, kan verschillende vormen van gebruik aan zonder steeds op de schop te hoeven, is beheerbaar en blijft daardoor in goede conditie. Een duurzame openbare ruimte levert ook een bijdrage aan de ecologische hoofdstructuur, ruimte voor water en klimaatbestendigheid. Alle activiteiten van de gemeente in de openbare ruimte worden daarom getoetst aan deze drie waarden: gedeeld, herkenbaar, duurzaam. Bovengenoemde thema’s zijn zonder uitzonderingen ook de thema’s die van toepassing zijn op de Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving.
1.5 Leeswijzer De ruimtelijke structuur komt in hoofdstuk 3 en 4 aan bod. In deze hoofdstukken wordt achtereenvolgens ingegaan op de Structuurvisie Via Breda en het Stationskwartier (plangebied, structuurdragers en stedenbouwkundige opzet). De keuzes die gemaakt zijn ten aanzien van de inrichting van de openbare ruimte van het Stationskwartier en de argumentatie voor die keuzes worden in hoofdstuk 4 besproken. In hoofdstuk 4 zal ook een aantal omliggende gebieden aan de orde komen die een directe (ruimtelijke en functionele) relatie naar het Stationskwartier hebben. In hoofdstuk 5 is het gebruik en het beheer van de openbare ruimte in het Stationskwartier beschreven. Tenslotte is in hoofdstuk 6 het financieel kader weergegeven. De getoonde kaartbeelden geven een weergave van de huidige stand van zaken. Er kunnen aan deze kaarten geen rechten worden ontleend. De sfeerbeelden geven een weergave van de beoogde sfeer en kunnen niet gelezen worden als concrete inrichtingsvoorstellen.
Gedeelde ruimte betekent een multifunctionele ruimte die we samen, tegelijkertijd of na elkaar kunnen gebruiken. Het betekent een ruimte waarin we op elkaar betrokken worden, rekening houden met elkaar, en met elkaar in contact zijn. Een herkenbare ruimte betekent dat we ons er thuis voelen. Hiervoor is aandacht voor monumentale openbare ruimtes zoals lanen en parken nodig en respect voor het eigen karakter van de verschillende wijken. Een herkenbare ruimte vraagt om
Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Plangebied in Breda Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Plangebied 2 Plangebied
2.1 Het Plangebied Het Stationskwartier is het gebied dat globaal begrensd wordt door de Mark, de Belcrumweg, de zuidelijke zoom van de wijk Belcrum (Kievietstraat, Speelhuislaan en Speelhuisplein), de Terheijdenseweg, de Terheijdenstraat, de Stationsweg, Stationsplein, de Spoorstraat en Academiesingel. De Willemstraat en Speelhuislaan maken, hoewel
niet in het Stationskwartier gelegen, wel deel uit van de opgave (kaart pagina 66) vanwege de bijzondere betekenis als koppeling naar het stadscentrum, de entree tot het Stationskwartier en OV-Terminalcomplex en als verbinding tussen noord en zuid. De stationslaan wordt integraal meegenomen.
Straatnamen Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
gebieden
Legenda Internationaal centrum
Ontwikkelingsgebied Stedelijk wonen / werken Stedelijk wonen / werken Stedelijk wonen / water Stedelijk wonen / park
wijziging OVT
Bestaand woongebied : Belcrum
structuren
Bestaand woongebied : Spoorbuurt / Singelzone
Noordelijke rondweg Markzone Laan Plein Park Stadspodium
accenten
Singel Accent stedelijk / internationaal OV-terminal Grote kerk Plangrens Via Breda
Structuurvisie Via-Breda 2003 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Stationskwartier in zijn context 3 Stationskwartier in zijn context 3.1 Structuurvisie Via Breda Een nieuw stadsdeel Via Breda is een verzamelnaam van alle activiteiten met betrekking tot de herontwikkeling van de Spoorzone, een gebied van 160 hectare groot. De ligging nabij het centrum, de goede bereikbaarheid en de aanwezigheid van een internationale vervoersknoop stellen Breda in staat middenin de stad een nieuw stadsdeel te ontwikkelen. Een stadsdeel dat iets toevoegt aan de bestaande stad: stedelijk wonen, werken en recreëren met nationale allure. Via Breda kent acht deelgebieden: Stationskwartier, Markoevers, Drie Hoefijzers, Havenkwartier, Liniepark, Zoete Inval, Belcrum en Spoorbuurt. De Belcrum en Spoorbuurt zijn bestaande buurten die worden ingepast in Via Breda. De overige zijn ontwikkelingsgebieden en worden in de periode tot circa 2025 ingevuld. Deze ontwikkelingsgebieden bieden ruimte aan circa 1,2 miljoen m2 nieuw toe te voegen bruto vloeroppervlak. Met een mix van functies geven de ontwikkelingsgebieden een nieuwe kleur aan een nu nog monofunctioneel terrein. Onderling hebben de deelgebieden een ruimtelijke en functionele relatie op elkaar. Een sterke hoofdstructuur van lanen, parken en pleinen kenmerkt de samenhang tussen de deelgebieden en verzorgt de aansluiting met de overige delen van de stad. De ontwikkelingsgebieden Markoevers en Drie Hoefijzers en de bestaande gebieden Belcrum en Spoorbuurt grenzen direct aan het Stationskwartier en hebben daarmee een directe ruimtelijke en functionele relatie. Het Stationskwartier vormt als het ware de ontbrekende schakel tussen Binnenstad, Spoorbuurt en Belcrum. De Belcrum opent zich naar de nieuwe OV-Terminal en de voorzieningen. Met de ontwikkeling van de nieuwe OV-Terminal krijgt de directe verbinding met de binnenstad gestalte.
Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Legenda Markzone Noordelijke rondweg Stedelijke verbindingsas Historische stadsentree Verbindingszone voetgangers Nieuwe ontwikkelingsas Nieuwe ontwikkelingsas entree Stationskwartier Schakel / brug
Structuurdragers Via-Breda masterplan 2003 Legenda Laan Bijzondere openbare ruimte Markzone Stadspodium Park Singel Ontwikkelingsgebied
Hoofdstructuur openbare ruimte Via-Breda masterplan 2003 10 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Hoofdstructuur Op structuurniveau haakt Via Breda in ruimtelijke en functionele zin aan op het bestaande stedelijk weefsel en structuren van de stad. Deze hoofdstructuren zijn eveneens de dragers van de publieke ruimte. Een sterke, heldere en eenduidige openbare ruimte draagt bij aan de identiteit, de samenhang en de leefbaarheid van het gebied. De openbare ruimte staat daarbij niet op zich zelf maar heeft een relatie met de bebouwing en de infrastructuur. De nieuw aan te leggen Stationslaan is een belangrijk ruimtelijk en verbindend element in de ontwikkeling van Via Breda. Dit betreft zowel de inrichting van de openbare ruimte als de vormgeving en programmering van de bebouwing. De Stationslaan verbindt de ankerpunten en bijzondere elementen van de diverse ontwikkelingsgebieden aan elkaar. Binnen Via Breda springen de Markoevers en het nieuwe OVTerminalcomplex er uit als bijzondere locaties. De Markoevers zal het nieuwe stedelijk podium zijn. De nu nog ontoegankelijke industriële kades zijn straks aantrekkelijke oevers om te flaneren , te ontmoeten of om gewoon van het uitzicht te genieten. De Mark is de drager van de open groen/blauwe scheg die de stad vanaf het buitengebied binnendringt. Aan beide oevers is ruimte voor wonen en werken in een bijzondere architectuur, gericht op het water. Zodoende ontstaat een gebied dat aantrekkelijk is als vestigingslocatie voor (inter)nationale kantoren en instellingen. Het nieuwe OV-Terminalcomplex is het vliegwiel voor de ontwikkeling van het Stationskwartier. Het is voor de (trein)reiziger de toegangspoort tot de stad en is daarmee het icoon voor het nieuwe stadsdeel. Dit komt tot uiting in de bijzondere architectuur en hoogwaardige uitstraling van het OV-Terminalcomplex.
11 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Legenda Hiërarchie primaire structuur secundaire structuur tertiaire structuur l.v.structuur
Hoofdverkeersstructuur
Uitwerking fietsnetwerk Stationskwartier 12 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Verkeersstructuur Verkeer is als water; het zoekt altijd zijn weg. Om daar enige ordening in aan te brengen heeft de Gemeente Breda de Bereikbaarheidsvisie (maart 2007, Gemeente Breda) opgesteld. Voor iedere verkeersgebruiker (auto, bus, fiets en voetganger) is onderzocht waar voor de betreffende doelgroep het grootste belang ligt. Bij de inrichting van de betreffende straten wordt aan die doelgroep prioriteit gegeven.
Legenda
Autonetwerk 2025
De auto Voor de auto is de Noordelijke Rondweg de belangrijkste toevoerroute op stedelijk niveau. Hiervandaan zijn de Belcrumweg en vervolgens de Stationslaan de eerst aangewezen routes richting het OVTerminalcomplex. De Stationslaan verbindt in de toekomst de Belcrumweg en de Doornboslaan. Deze straten zijn toegangswegen tot het centrum van de stad. Om parkeerdruk in de Belcrum te verminderen en om sluipverkeer te voorkomen worden maatregelen getroffen waaronder het afsluiten van de Speelhuislaan op de Stationslaan. De Terheijdenseweg wordt in de toekomst ter hoogte van de Stationslaan geknipt voor autoverkeer. De fiets De hoofdfietsroutes sluiten aan op het stelsel van bestaande fietsroutes in de stad of zoals deze in de planvorming zijn opgenomen.
Legenda
Fietsnetwerk 2025
13 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
De voetganger De hoogste prioriteit voor de voetganger ligt op de noord-zuidverbinding door het OV-Terminalcomplex. Zodoende ontstaat een logische wandelroute van de Speelhuislaan, het Noordplein, het OVTerminalcomplex, het Zuidplein, de Willemstraat en het park Valkenberg naar de binnenstad. HOV Voor de HOV zal zoveel als mogelijk “eigen” infrastructuur worden aangelegd ten behoeve van een optimale doorstroming. Het busstation is een integraal onderdeel van het OV-Terminalcomplex en is gelegen aan de noordzijde. Langs het spoor zal aan de noordzijde een vrijliggende busbaan worden gerealiseerd. De HOV-route door de binnenstad zal gaan lopen via de Terheijdenstraat en Delpratsingel naar de Kennedylaan.
Legenda
Voetgangersnetwerk 2025 Overig OV Op de routes voor het OV worden voorzieningen getroffen om de doorstroming van bussen te bevorderen zonder dat direct eigen infrastructuur nodig is.
Legenda
Openbaar vervoer netwerk 2025
14 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Legenda rijrichting autoverkeer ‘knip’ autoverkeer Voetgangers oversteekplaats
Verkeersstructuur binnen plangebied 15 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Legenda Bebouwing bestaand + nieuw Stedelijk water Stationslaan Speelhuisplein/ Faamplein Stationserven Spoorlandschap Speelhuislaan Overige straten Belcrum Stationsplein + Willemstraat Overige straten spoorbuurt Singel
Ruimtelijke hoofdstructuur
16 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Inrichting Openbare Ruimte 4 Inrichting Openbare Ruimte 4.1 Hoofdkeuzes Openbare Ruimte 4.1.1 Typolgie Openbare Ruimte De inrichting van de openbare ruimte bepaalt in sterke mate de leefkwaliteit en aantrekkelijkheid van het nieuwe gebied in het Stationskwartier. De belangrijke assen krijgen vorm als brede stadslanen en zijn herkenbaar aan het kenmerkende Bredase profiel met ruimte voor bomen en brede bermen. Plekken waar ontmoeting en interactie plaats vinden, kenmerken zich door een grote levendigheid. Deze karakteristiek wordt benadrukt door deze plekken vorm te geven als stedelijke pleinen of parken. Aan de oevers van de Mark is ruimte voor een nieuw stadspark, waar groen en openheid de boventoon voeren. Hier krijgen recreatieve functies een plek en kunnen evenementen plaats vinden die het Stationskwartier de stedelijke dynamiek geven. De heldere opbouw van lanen, pleinen en parken bepaalt het aanzien van het gebied en vormt het kader voor een ambitieuze architectuur.
Legenda 1
Stationskwartier
2
Belcrum
3
Spoorbuurt
4
Markoevers/ Havenkwartier Park Valkenberg
5 6
Drie Hoefijzers
De lange lijnen in de stad (historische linten, hoofdwegenstelsel, rivieren en spoorwegen) en karakteristieken van de stedenbouwkundige cellen geven gezamenlijk invulling aan de typologie van de openbare ruimte. Voor het Stationskwartier zijn de relevante lijnen: De Mark, de spoorlijn, de Noordelijke Rondweg, de Belcrumweg en de Doornboslaan. Tussen de Belcrumweg en de Doornboslaan ontstaat een nieuwe lijn: de Stationslaan. De bestaande woongebieden Belcrum, Spoorbuurt, Linie/ Doornbos en de ontwikkellocatie Markoevers zijn stedenbouwkundige eenheden waarop het Stationskwartier aanhaakt. Zowel de lange lijnen als de stedenbouwkundige cellen kennen een eigen karakteristiek en basisinrichting welke de typologie van de openbare ruimte vormen. De uitgangspunten voor de vormgeving van een heldere structuur van de Stationsomgeving zijn: • Het Stationskwartier vormt door zijn ligging een onderdeel van e binnenstad, maar bezit wel een eigen(tijdse) identiteit; • De Stationslaan is – in oost-west richting v.v. - de belangrijkste ruimtelijke drager van het Stationskwartier en is de hoofd route van en naar het station; • De as Willemstraat-Speelhuislaan is de drager van de omliggende buurten en zorgt voor een relatie met de omringende stad. • Het versterken van de noord-zuid relatie; • Het benutten van de Mark als bijzondere groen/blauwe ruimte; • De specifieke kenmerken van de woonbuurten gebruiken om de ruimtelijke koppeling met het nieuwe Stationskwartier orm te geven; • Het Stationskwartier geeft invulling aan de samenhang tussen Belcrum, Spoorbuurt en Binnenstad, door middel van de ste denbouwkundige opzet en architectuur. • Het spoorlandschap (de ruimte van het emplacement) heeft een belangrijke functie als reizigersentree van de stad. Deze openbare ruimte krijgt haar eigen karakteristiek.
Deelgebieden
17 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Legenda Laan Bijzondere openbare ruimte Markzone Stadspodium Park Singel Ontwikkelingsgebied
Lanen. parken, pleinen structuurvisie Spoorzone 2003 18 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.1.2 Inrichtingsprincipes openbare ruimte Functionele routes Het gehele stelsel, zoals opgenomen in deze Buitenruimtevisie, is allereerst gebaseerd op het stelsel van functionele routes en verbindingen voor alle verkeerssoorten: auto’s, openbaar vervoer, fietsers en voetgangers. Deze komen voort uit de opbouw en structuur van de totale stad of uit het fijnmazig stelsel van woonbuurten en wijken.
Historische kenmerken De karakteristiek van de woonbuurten Belcrum en Spoorbuurt is oorspronkelijk en waardevol. Het ensemble van stedenbouw, architectuur en openbare ruimte dient behouden te blijven en daar waar nodig versterkt te worden. De aanwezige klassieke thema’s, zoals straat, plein, park, boulevard en laan zijn te gebruiken voor het Stationskwartier. De Stationslaan krijgt vorm als moderne, ruime en riante boulevard van Bredase afmeting welke zich uitstrekt van de Doornboslaan tot de verlengde Belcrumweg. De Willemstraat, ooit aangelegd als boulevard in natuursteen, wordt in ere hersteld. Daarbij hoort het terugbrengen van de karakteristieke vijfdeling, de prominente “loper” in het midden fungeert daarbij als verbindingszone tussen het OV-Terminalcomplex en het Valkenbergpark.
hoort het terugbrengen van de karakteristieke vijfdeling, de prominente “loper” in het midden fungeert daarbij als verbindingszone tussen het OV-Terminalcomplex en het Valkenbergpark.
Naturel en duurzaam Het gewenste hoge kwaliteitsniveau vertaalt zich in natuurlijke materialen met een grote duurzaamheid. Materialen slijten immers het meest onder de vele voeten. De eenvoudige inrichtingsthema’s gecombineerd met een hoge kwaliteit geeft het gebied een ‘moderne grandeur’.
Toegankelijk en bereikbaar De openbare ruimte zal voor iedereen goed bereikbaar, dus ook voor minder validen, ouderen en mensen met een functiebeperking. De inrichting van de openbare ruimte gaat uit van de hedendaagse toegankelijkheidseisen.
Fraai, schoon, heel en veilig De openbare ruimte zal voor iedereen goed bereikbaar, dus ook voor minder validen, ouderen en mensen met een functiebeperking. De inrichting van de openbare ruimte gaat uit van de hedendaagse toegankelijkheidseisen.
Onderdoorgangen van het spoor In het stedelijke netwerk zijn de verbindingen onder het spoor van groot belang voor het functioneren hiervan. De vormgeving van de onderdoorgangen krijgt daarom speciale aandacht. De ervaring van een sociaal veilige onderdoorgang wordt bepaald door o.a. overzicht en licht. Ook het beheer zal hierop afgestemd worden.
Stationserven als bijzondere ontmoetingsruimte De karakteristiek van de woonbuurten Belcrum en Spoorbuurt is oorspronkelijk en waardevol. Het ensemble van stedenbouw, architectuur en openbare ruimte dient behouden te blijven en daar waar nodig versterkt te worden. De aanwezige klassieke thema’s, zoals straat, plein, park, boulevard en laan zijn te gebruiken voor het Stationskwartier. De Stationslaan krijgt vorm als moderne, ruime en riante boulevard van Bredase afmeting welke zich uitstrekt van de Doornboslaan tot de verlengde Belcrumweg. De Willemstraat, ooit aangelegd als boulevard in natuursteen, wordt in ere hersteld. Daarbij
Waterhuishouding Hieronder zijn de principes verwoord voor de verwerking van hemelwater in het Stationskwartier. Het heeft de voorkeur om het hemelwater zoveel mogelijk ter plaatse te verwerken. De voorkeursvolgorde hierbij is: infiltreren, bergen en (geleidelijk) afvoeren, afvoeren en elders bergen. Door het water ter plaatse te verwerken, worden de waterproblemen niet afgewenteld op een ander gebied. Het water dient zoveel als mogelijk ter plekke te worden geborgen (op daken, onder verharding, terreindelen waarvan het acceptabel is dat deze tijdelijk onder water staan). Waar mogelijk dient groen gerealiseerd te worden ipv verharding. Hiermee wordt het “probleem” aan de bron aangepakt. Vervolgens dient het hemelwater indien mogelijk afgevoerd te worden naar het oppervlaktewater of indien dit niet mogelijk is aangesloten te worden op het rioolstelsel. Dit kan dan op een later tijdstip aangesloten worden op het oppervlaktewater.
19 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.2 Stationskwartier 4.2.1 Visie Het Stationskwartier krijgt een geheel eigen en eigentijdse karakteristiek. Daarbij is sprake van een herkenbare samenhang met de omliggende gebieden. Het Stationskwartier voegt zich als herkenbaar gebied in de Bredase traditie.
4.2.2 Stedenbouwkundige opzet Stationskwartier Het Stationskwartier vormt zich rond het assenstelsel van de Speelhuislaan-Willemstraat en de Stationslaan. Deze twee beeldbepalende assen komen samen in het OV-Terminalcomplex. De Stationslaan is een boulevard met ruimte om te kunnen verblijven en verplaatsen. Belangrijk is de continue interactie tussen openbare ruimte, gebouwen en functies zonder dat deze elkaar verstoren of in de weg zitten. De openbare ruimte straalt daarbij een zekere luxe uit. De as Speelhuislaan-Willemstraat is op het niveau van buurten de ruimtelijke en functionele drager. Deze as zorgt voor continuïteit en herkenbaarheid van de verbinding Havenkwartier, Belcrum, Stationskwartier en Binnenstad. De stedenbouwkundige opzet van het Stationskwartier is gebaseerd op een aantal belangrijke keuzes:
Impressie noordzijde OV-Terminal
• Het streven naar een heldere hoofdstructuur die de ontwikkeling van het gebied de komende decennia kan dragen; • Een zorgvuldige inbedding van nieuwe bebouwing in de omgeving; • Het realiseren van een gemengd programma van wonen, werken en voorzieningen; • Een goede balans van verblijfs- en verkeersfuncties in de openbare ruimte; • Het streven naar een eigen identiteit van het Stationskwartier met als beeldbepalend element het OV-Terminalcomplex.
Legenda Stationslaan Stationserven Spoorlandschap
Onderdelen stationskwartier
20 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Het evenwicht tussen een consistent totaalbeeld en de verbeelding van de stedelijke dynamiek, die bij een stationsomgeving hoort, bepaalt in belangrijke mate de identiteit van het Stationskwartier. Het planconcept is opgebouwd aan de hand van een drietal structuurdragers. Deze structuurdragers vormen een raamwerk, waarbinnen deelgebieden met een eigen sfeer gelegen zijn –passend bij de identiteit van het Stationskwartier. De in oost-west richting v.v. georiënteerde structuurdragers zijn: • Stationslaan: een hoogwaardig ingerichte boulevard als continue bomenlaan met ruimte voor verblijven en verplaatsen; • Spoorlandschap: een eenduidig ingerichte zone met ruimte voor OV en bestemmingsverkeer, maar als totaalsfeer een landschap waar de elementen uit het spoortracé beeldbepalend zijn. Het krijgt het karakter van een stadsentree. • Spoorstraat-Stationsweg: ingetogen en verzorgd ingerichte straten die aansluiten op het 19e eeuwse karakter van de Spoorbuurt.
3D Impressie (stedenbouwkundig)
21 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.2.3 Inrichting Stationslaan De Stationslaan krijgt de allure van een stedelijke boulevard, het profiel biedt mogelijkheden voor meerdere vormen van gebruik en voor kwaliteit. De voetgangersstromen voegen zich als vanzelf in de Stationslaan. De fietsvoorzieningen zijn herkenbaar en comfortabel vormgegeven en zijn dichtbij de bestemmingen gelegen om onnodig kruisen van andere verkeersstromen te voorkomen. Voor het autoverkeer is voldoende ruimte en flexibiliteit aanwezig om het autoverkeer efficiënt af te handelen. De stevige groenstructuur geeft de Stationslaan de allure die past bij een stadsentree.
Profiel Het profiel van de Stationslaan bestaat uit brede trottoirs met brede stroken voor bomen en een rijbaan met twee rijstroken. Aan de zuidzijde is een tweerichtingen fietspad en aan de noordzijde een fietspad in één richting. Voor de Stationslaan is continuïteit van cruciaal belang. Dit draagt bij aan de totaalbeleving van de route en van de ontwikkeling binnen Via Breda. De continuïteit van de Stationslaan wordt gevormd door de zichtbare en beleefbare elementen, de bomen. De drie boomrijen gezamenlijk geven de laan een herkenbare identiteit. Deze ontstaat door de beleving van doorgaande bomenrijen en van de
Belcrum
beeldbepalende strook waar zij in komen te staan. Onderbrekingen van de strook en de bomenrij worden niet wenselijk geacht. De Stationslaan heeft stedenbouwkundig gezien een asymmetrische invulling. Het stedelijk zwaartepunt ligt wat betreft functies, programma en bouwhoogtes aan de zuidzijde van de Stationslaan. Aan deze zijde is de meeste behoefte aan ruimte voor interactie tussen de (stedelijke) functies in de plint van de bebouwing en de openbare ruimte. Hier verplaatsen zich de meeste voetgangers van en naar het station. Aan deze zijde heeft de voetgangerszone een breedte van ca. vijf meter. Ook zal aan de zuidzijde een tweerichtingen fietspad zijn opgenomen. De Stationslaan heeft twee rijstroken met een overrijdbare middenberm, zodat het mogelijk is een stilstaande auto te passeren. Er zijn geen aparte busvoorzieningen nodig aangezien grotendeels langs de spoorbundel een vrije busbaan wordt gerealiseerd. Ter hoogte van de OV-Terminal complex worden opstelplaatsen voorzien voor kiss+ride, taxi’s, CVV en internationale bussen. Het treinvervangend
Coulisse landschap
22 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Linie
Drie Hoefijzers Noord
vervoer zal ook gebruik maken van deze opstelplaatsen. Om een goede doorstroming voor het gemotoriseerd verkeer te garanderen is gekozen voor een bermruimte tussen rijbaan en fietspad van tenminste vijf meter. Dit biedt afslaand autoverkeer de ruimte om eventueel te wachten op passerend fietsverkeer. De bufferruimte ten behoeve van parkeergarages ligt in de zijstraten of indien nodig in de parkeergarages zelf.
Parkeren In de Stationslaan zijn geen voorzieningen voor parkeren of laden/ lossen op maaiveld. Het parkeren is in gebouwde voorzieningen gesitueerd, de grootste parkeerconcentraties bevinden zich aan de zuidzijde van de Stationslaan. Bij het in- en uitrijden van de parkeervoorzieningen worden fiets- en voetgangerszones gekruist. Het aantal doorsteken moet daarom tot een minimum beperkt blijven. Tussen het OV-Terminal complex en de Belcrumweg worden aan de zuidzijde maximaal twee entrees voorzien (incl. busaansluiting) en ook aan de noordzijde bij voorkeur twee, maximaal drie. In het profiel is rekening gehouden met opstelruimte voor auto’s en hoeft een auto niet in conflict te komen met fietsers. Het laden en lossen ten behoeve van de bebouwing aan de Stationslaan vindt plaats in combinatie met de toegangen naar de parkeergarages.
Verhardingsmaterialen De loopzones worden bestraat met een materiaal dat goed beloopbaar is. Gekozen wordt voor duurzame materialen die de tand des tijds kunnen doorstaan. Een mantelbuizenstelsel voor kabels en leidingen zorgt er voor dat de straat hiervoor niet opengebroken hoeft te worden. Dit vergroot de kwaliteit van het straatwerk en de duurzaamheid. Het gehele profiel wordt, met uitzondering van de rijweg en de fietspaden, in één materiaal uitgevoerd. Daarmee krijgen de noord- en zuidzijde dezelfde kwaliteit en allure. In het profiel worden stroken ten behoeve van het auto- en fietsverkeer uitgesneden en geasfalteerd. Voor het autoverkeer wordt uitgegaan van een geluidsreducerende asfaltconstructie. Alle toegepaste materialen zijn duurzaam, fraai en slijtvast, dit vanuit beheersoogpunt.
Referenties toe te passen materialen
23 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Bomenstructuur Het stedenbouwkundig zwaartepunt van de zuidzijde van de Stationslaan wordt benadrukt door te kiezen voor een dubbele bomenrij aan deze zijde. Door te kiezen voor een boomsoort met een half-open en lichte kruin wordt voorkomen dat teveel licht wordt weggenomen in de openbare ruimte. De doorgaande bomenstroken vormen de identiteit van de openbare ruimte van de Stationslaan. Aantasting van de bomenrijen en onderbrekingen van de strook verminderen de continuïteit waardoor de kwaliteit van de gehele openbare ruimte zal verminderen. Toch noodzakelijke onderbrekingen worden ingepland bij het ontwerp. Kruisingen en doorsteken worden binnen het totaal ontwerp van de Stationslaan ontworpen om de onderbreking van de identiteitsdragers te beperken. Hiermee worden de maat van de onderbreking en de positie ervan bepaald door het ontwerp van de Stationslaan.
Verlichting Een goede verlichting maakt het verblijf –ook gedurende de avonduren- aangenaam. De totale functionele verlichting van de Stationslaan wordt uitgevoerd in één type verlichting van verschillende grootte. Ook de kleur van de verlichting bepaalt in belangrijke mate de beleving, deze zal nog nader worden bepaald.
Overig meubilair Het overig meubilair bestaat uit onder andere fietsbeugels, zitbanken en afvalbakken. De karakteristiek hiervan draagt bij aan de beleving en sfeer. Het meubilair maakt deel uit van het totaalbeeld dat in de Stationslaan ontstaat en wordt qua ontwerp en karakteristiek hierop afgestemd. Objecten ten behoeve van nutsvoorzieningen worden geïntegreerd in de bebouwing of ondergronds opgelost. Dit geld ook voor afvalcontainers, glasbakken en kleidinginzamelpunten.
andere zijde reclameuitingen) geplaatst worden. Billboards horen niet thuis in het Stationskwartier. Behoudens de Stationslaan en de Willemstraat blijft de openbare ruimte van het Stationskwartier gevrijwaard van reclame-uitingen.
Zijstraten Stationslaan De zijstraten van de Stationslaan zijn duidelijk “familie”, doch eenvoudiger qua uitvoering. Het zicht richting Spoorlandschap en Belcrum dient geheel open te blijven. Voorkomen moet worden dat de zijstraten een verzamelplaats worden van afvalcontainers, laad- en losvoorzieningen of fietsenstallingen. Dergelijke voorzieningen moeten inpandig worden opgelost.
Binnenhoven De hoven aan de zuidzijde van de Stationslaan zijn private ruimten. Toch wordt de aanbeveling gedaan om deze hoven op hoogwaardig niveau vorm te geven. De hoven krijgen het karakter van een hof of tuin. Parkeren op maaiveld doet sterk afbreuk aan de gewenste kwaliteit, parkeren dient dan ook in gebouwde voorzieningen te worden opgelost. Het gestelde geldt met name voor de hoven die opengewerkt zijn en een interactie aangaan met de openbare ruimte van Stationslaan, zijstraten en het Spoorlandschap.
OVTC Belcrum
24 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
fietsen
Reclame heeft een eigen en daarmee bijzondere positie in de openbare ruimte. Voor Breda is in de Welstandsnota aandacht besteed aan de wijze waarop reclame mag worden toegepast. Reclame hoort bij het stedelijk leven maar dient met een zekere terughoudendheid te worden toegepast. Dit geldt zeker ook in de Stationslaan. In de Stationslaan kunnen drievlaksborden (die attenderen op activiteiten in Breda) of zogenaamde Muppies (één zijde informatie van de gemeente en de
fietsen
Reclame
Ligging en groenstructuur Stationslaan
25 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Impressie Stationslaan
26 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
27 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.2.4 Knooppunt OVT-Speelhuislaan-Stationslaan Het OV-Terminalcomplex is door de gebogen rooilijn vanuit de Stationslaan als vanuit de Speelhuislaan in één oogopslag zichtbaar. De Stationslaan verbijzondert zich hier en de “slinger” in de Stationslaan maakt dit expliciet. Daarmee ontstaat een ruimte waar Stationslaan, Speelhuislaan en Speelhuisplein samenkomen. Het ruimtelijke streefbeeld is het creëren van de onderlinge samenhang. Door middel van een helder, eenduidig en kwalitatief hoogwaardig materiaalgebruik kan dit beeld bereikt worden. De laanstructuur vormt hierbij de samenbindende factor.
Speelhuisplein Tussen de Speelhuislaan en de Stationslaan ontstaat een open ruimte; het Speelhuisplein. Deze ruimte vormt in de structuur een knooppunt omdat er verschillende straten en routes op aansluiten. Deze driehoekig gevormde ruimte vormt de koppeling voor het langzaam verkeer uit noordelijke richting naar het OV-Terminalcomplex. Hier zal in tegenstelling tot het meer dynamische noordelijke stationserf meer een verblijfsklimaat ontstaan. Dit karakter wordt versterkt door het integreren van bestaande bomen. Bijzondere objecten die dienen om op te verpozen of als waterelement ondersteunen het verblijfskarakter en maken van het Speelhuisplein een echte ontmoetingsplek. De stamspoorlijn vindt op het Speelhuisplein zijn beëindiging .
Impressie OV-Terminal vanuit Speelhuislaan
Stationslaan en Speelhuislaan komen bij elkaar 28 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Referentie pleinruimte
Referentie ontmoetingsplek
Referentie waterelement
Referentie bijzondere zitgelegenheden
29 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Impressie Speelhuisplein
30 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
31 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.2.5 Stationserven Zuidelijk Stationserf Het zuidelijk stationserf is aan de stadzijde van de OV-Terminal gelegen. Het erf is aan alle kanten omgeven door bebouwing en heeft daarmee een meer omsloten karakter. Vanuit het park Valkenberg en de Willemstraat is het OV-Terminalcomplex en het treinverkeer goed zichtbaar. Het OV-Terminalcomplex wordt gemarkeerd met een toren, waarin de stijgpunten tot het parkeerdek zijn opgenomen. Deze toren maakt deel uit van de stationsentree en fungeert als merkteken van het OV-Terminalcomplex en een baken in de stad. Belangrijk aan het zuidelijk stationserf is de vloeiende aansluiting van de Willemstraat op de looproute in de passage door het OVTerminalcomplex. Het niveauverschil tussen het maaiveld en de passage is circa 2,7 meter en wordt opgevangen middels een ruime trappartij. De omgeving en het erf sluiten op eenzelfde niveau aan. Aan de zij en achterkant van de trappartij tot de passage wordt het erf opgetild door middel van terrassen. Het maximale hoogteverschil is 0,5 meter. Aan de zijde tegen het spoor ligt, over de volle lengte van het erf een onbewaakte fietsenstalling. Hierboven bevinden zich balkons ten behoeve van de wachtende reizigers. Het erf is aangekleed met een verhoogd plateau waarin bomen zijn opgenomen. Deze verhoging doet ook dienst als zitelement. De bomen krijgen een bijzondere habitus, afwijkend van het strakke stramien van de Willemstraat.
Impressie zuidelijk stationserf Impressie OV-Terminal zuidzijde
OVTC
Spoorbuurt Fietsenstalling
32 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Referentie bestratingsmateriaal
Uitsnede totaalkaart
De verharding is van natuursteen, duurzaam, chique en passend bij de karakteristiek van de historische binnenstad. Straatmeubilair en verlichting ondersteunen samen met de architectuur het bijzondere karakter van het erf. Randen, goten, objecten en meubilair lenen zich bij uitstek voor de toepassing van een afwijkend en bijzonder materiaalgebruik. Het zuidelijk stadserf meet 35 bij 115 meter. De noord-zuidrichting is dominant in het gebruik (looprichtingen en routes). Aan de zuidzijde van de OVT en het erf ligt een straat. Deze straat krijgt een boomstructuur aan de zuidzijde zodat ze zich voegt in de met bomen begeleide straten van de Spoorbuurt. Het verkeersregime bestaat uit éénrichtingsverkeer voor auto’s en tweerichtingsverkeer voor fietsers. Taxi’s halteren langs de rijbaan. De rijbaan wordt bestraat met klinkers overeenkomstig de 19e eeuwse omringende straten. De enigszins verdiepte ligging van de rijbaan maakt een juiste sturing en gebruik door het autoverkeer mogelijk. Het is voor het autoverkeer niet mogelijk ter hoogte van de Willemstraat van oost naar west door te steken.
Impressie OV-Terminal zuidzijde 33 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Noordelijk Stationserf Het erf is een bijzondere plek in de continuïteit van de Stationslaan. De laan wordt er afgebogen en de doorgaande fietsroute passeert het verdiepte erf. Het stationserf ligt verdiept ten opzichte van het maaiveld en wordt ‘omarmt’ door het OV-Terminalcomplex . Hiermee wordt benadrukt dat het erf deel uitmaakt van de OV-Terminal en dat het een overgangsgebied is naar de stad. De verdiepte ligging van het erf biedt de mogelijkheid om fietsenstallingen onder maaiveldniveau aan te brengen. Het erf is aangekleed met bomen en een waterpartij. Tevens is er ruimte voor terrassen. De maat van het erf, de schaal van de bebouwing en het stedelijk karakter leveren een eigen dynamiek. De uitdaging ligt hier in het creëren van een bijzondere ruimte.
OVTC
34 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
fietsen
fietsen
rijweg
middenberm
rijweg
parkeren
trottoir
Belcrum
Refentiebeelden stationserf
Uitsnede totaalkaart
Impressie noordelijk stationserf
35 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.2.6 Spoorlandschap
4.2.7 Geluidsbeperkende maatregelen
Reizend per spoor beleeft men vanuit de trein vooral het landschap. Wanneer men de stad nadert vertraagd de trein en gaat men de wereld van de stad beleven. De wereld van het emplacement, vlak voor het station, vormt een bijzonder gebied. Het is een industieel landschap met oneindig veel stalen portalen, bovenleidingen, rails, bielsen, wissels, kasten en kiezels. In het stedenbouwkundig plan voor het Stationskwartier is aan de zijde van het spoor voorzien in een stevige wandvorming. De ruimte tussen emplacement, geluidsscherm en bebouwing ligt lager en dreigt tot een soort niemandsland te verworden. Door het landschap van het emplacement door te trekken tot tegen de wanden ontstaat een doorgaande en rustige sfeer.Het bijzondere landschap van het emplacement wordt daarom als thema voor deze ruimte gehanteerd, verfraaid en versterkt. De inrichting is gerelateerd aan het emplacement, maar kan zich richting de gebouwen meer vergroenen; staal, grijze kalksteen en verspreid staande bomen bepalen hoofdzakelijk het beeld.
De geluidsbeperkende maatregelen zijn een onderdeel van de visie op het spoorlandschap. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de opgave voor de spoorviaducten (Mark, Terheijdenseweg en Doornboslaan) en het tussengelegen gebied. De viaducten spelen een cruciale rol in het leggen van relaties tussen de noord- en zuidzijde van het spoor. Het gaat daarbij niet alleen om functionele relaties, maar vooral ook om ruimtelijke relaties cq. zichtrelaties. Ook vanuit de trein is zicht op de omgeving een waardevol principe. Begrippen als herkenning en oriëntatie spelen hierbij een rol. Daarnaast is het zicht vanuit de stad op de passerende treinen een belangrijk fenomeen.
De hellingbaan voor de bus maakt qua vormgeving en materiaalkeuze deel uit van het OV-Terminalcomplex. Naar alle waarschijnlijkheid wordt deze in strak beton en asfalt uitgevoerd, de busbaan snijdt als het ware door de grijze kalksteen omhoog naar het niveau van de perrons. Ook de eventuele ontsluiting van parkeergarages kan op vergelijkbare wijze worden uitgevoerd.
Voor het gebied tussen de genoemde viaducten worden de geluidsvoorzieningen gezien als een onderdeel van het landschap of van de wanden die het spoorlandschap begrenzen. Er zal onderzocht moeten worden of de gebouwen de functie van de schermen over kunnen nemen. Mocht dit niet lukken dan geldt voor het gebied tussen OV-Terminalcomplex en Belcrumweg dat er aan de zuidzijde een geluidscherm voor het gebouw geplaatst kan worden en voor de noordzijde geldt daarentegen dat de geluidsvoorziening in het landschap geïntegreerd kan worden.
Het spoorlandschap strekt zich, binnen de kaders van VIA Breda uit vanaf het viaduct met de Doornboslaan tot aan het viaduct met de Belcrumweg. Het spoorlandschap is het visitekaart voor de reizigers die Breda per spoor benaderen en vormt een stedelijke kwaliteit voor de gebieden die daaromheen ontwikkeld worden . Het spoorlandschap is tevens een kapstok voor verschillende elementen die daarbinnen een plek vinden, zoals de OV- en HOV baan en de geluidschermen. Om de inrichting van het spoorlandschap (met uitzondering van het spoortracé) voor de toekomst veilig te stellen dienen afspraken over het beheer gemaakt te worden tussen de private partijen en de gemeente Breda.
Spoorlandschap aan weerszijden OVT complex 36 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Pionierbegroeiing
Perspectiefwerking
padencortenstaal
Bovenleidingen
Cor-Ten staal 37 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Impressie spoorlandschap
38 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
39 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.2.8 Onderdoorgangen van het spoor In het stedelijke netwerk zijn de verbindingen onder het spoor van groot belang voor het functioneren hiervan. De vormgeving van de onderdoorgangen krijgt daarom speciale aandacht. Voorkomen moet worden dat de onderdoorgangen als barrière gezien worden. Hiertoe is het van belang dat vnl. fietsers en voetgangers deze ruimte als sociaal veilig ervaren. Daarom worden hier een aantal hoofduitgangspunten voor ontwerp en beheer gesteld. Een van de belangrijkste uitgangspunten is het zicht onder de onderdoorgang, waardoor men de andere kant kan zien. Het spoor in Breda ligt op een dusdanige hoogte t.o.v. maaiveld dat deze zichtbaarheid over het algemeen voldoende is. Ook overzicht is een belangrijk uitgangspunt. Gladde wanden zonder nissen of onverwachte overgangen zijn een voorwaarde. Onderdoorgangen moeten voldoende licht zijn, wat tot uitdrukking kan komen in de behandeling van het plafond en de wanden. kunstlicht kan hier een belangrijke bijdrage aan leveren. Nieuwe viaducten die gerealiseerd worden (HOV route naar Oosterhout) naast de bestaande dienen hiervan los te liggen, zodat een lichtstraat ontstaat. Ten slotte is het van belang om continuïteit op het maaiveld te realiseren. De vloermaterialen die in de directe omgeving van het de onderdoorgang toegepast worden lopen door in de onderdoorgang. Om mogelijke barrièrewerking van de onderdoorgangen te voorkomen is naast de bovengenoemde ontwerpuitgangspunten van belang de uitgangspunten voor beheer hierop af te stemmen. Het gevoel van onbehagen wordt nl. versterkt door de wetenschap/gevoel dat er geen toezicht of zorg is voor de onderdoorgang. Om dit te voorkomen is het wenselijk om een 24 /7 beheer voor de onderdoorgangen op te stellen. Bij constatering van vandalisme, vervuiling, grafitti en dergelijke zal binnen 24 uur de onderdoorgang worden geschoond.
De onderdoorgangen 40 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Referenties toepassing van licht
Impressie mogelijke aanpassing onderdoorgang
41 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.3 Belcrum 4.3.1 Ruimtelijke karakteristiek De wijk Belcrum heeft een herkenbaar stratenpatroon dat volgens een raster van straten is opgezet. Dit raster wordt doorsneden door enkele brede ontsluitingswegen met boombeplanting, zoals de Speelhuislaan. Enkele pleinen verlevendigen het ontwerp, de pleinen bij de Veestraat en Paulus Potterplein zijn hier voorbeelden van.
4.3.2 Inrichtingsprincipesopenbare ruimte Speelhuislaan De Speelhuislaan vormt in stedenbouwkundige-, architectonische en in cultuur-historische zin een waardevol element in Belcrum en het Havenkwartier. Karakteristiek is het spoor (de stamspoorlijn) in het midden van de Speelhuislaan. De Speelhuislaan maakt nu een versleten indruk. De stamspoorlijn in de middenberm ligt er als industrieel relict verwaarloosd bij. De kwaliteit van de middenberm wordt verder tenietgedaan door het parkeren. Ook de conditie van de bomen staat door het vele asfalt en het autoverkeer onder druk.
Speelhuislaan
Stamspoorlijn
Ruimtelijke structuur Belcrum
42 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Uitsnede totaalkaart
Referentie groene middemberm Speelhuislaan
43 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Met de komst van de Stationslaan neemt de verkeersintensiteit van de Speelhuislaan af. Dit biedt kansen om het verblijfsklimaat te verbeteren door een langzaam verkeerroute in te passen. De middenberm zorgt daarbij voor de langzaamverkeerverbinding tussen Speelhuisplein/ OV-Terminalcomplex en het te ontwikkelen Havenkwartier. In de middenberm krijgt een verwijzing naar de stamspoorlijn en het industrieel verleden vorm, doormiddel van het materiaalgebruik. De middenberm met zijn zware boombeplanting (eik en linde) bepaalt in belangrijke mate de karakteristiek van de Speelhuislaan. De parkeerdruk op de Speelhuislaan is momenteel hoog, of beter té hoog. Het heeft de voorkeur om het parkeren in een strook langs het trottoir te situeren. Daarmee is het mogelijk de middenberm als verblijfsgebied in te richten. Op het moment dat het inrichtingsplan voor de Speelhuislaan aan de orde is zal een nader parkeeronderzoek hierover uitsluitsel geven. Op basis van dat onderzoek zal de parkeernorm en regime voor de Speelhuislaan nader worden vastgesteld. Uitgangspunt is dat de Speelhuislaan wordt ingericht als 30 km-zone. Esthetisch heeft het de voorkeur de Speelhuislaan met gebakken klinkers te bestraten.
Voorkeur profiel
Alternatief 44 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Kievitstraat
Touwterrein
De inrichting van de Kievitstraat wordt zoveel mogelijk gerespecteerd. Het parkeren voor de huidige bewoners van de Kievitstraat zal aan de noordzijde –dus bij de eigen woning- komen te liggen. Aan de zijde van de nieuwbouw komen extra parkeerplaatsen, uitgezonderd daar waar een park (Touwterrein) of speelplek (Kwartelstraat) is. Het parkeren ten behoeve van de nieuwe bebouwing is opgenomen in de gebouwen, deels in halfverdiepte parkeergarages. Deze parkeervoorzieningen zijn ontsloten via de Stationslaan. De nieuwe bebouwing is voorzien van voortuinen die grenzen aan het trottoir van de openbare ruimte. Hierdoor ontstaat een gelijksoortige overgang tussen privé en openbaar, zoals gebruikelijk in Belcrum. Om de straat een ‘Belcrum-maat’ te geven komt een rij bomen te staan aan zijde van de nieuwbouw. Deze zorgen voor een geleidelijke overgang van ‘oud’ naar ‘nieuw’ en brengen het groen terug dat nu de afscherming vormt naar het rangeerterrein.
Kwartelstraat
Kievitstraat
bestaand
Uitsnede totaalkaart
45 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
nieuw
4.4 Spoorbuurt 4.4.1 Ruimtelijke karakteristiek De Spoorbuurt is aan het eind van 19e eeuw ontstaan als onderdeel van het “Plan van uitleg” van Van Gendt. De fraai aangelegd Willemstraat vormt hier de verbindingsroute tussen station en binnenstad (Valkenbergpark). Op verschillende locaties zijn nog fraaie panden uit de beginperiode te vinden. De Spoorbuurt kent een heldere stedenbouwkundige opzet. De openbare ruimte is kenmerkend 19e eeuws. De profielen in de hoofdstraten zijn 30 meter breed en in de overige straten 16 à 17 meter. Ze kennen een eenvoudige, veelal symmetrische indeling van trottoir, rijweg, trottoir. Oorspronkelijk waren de rijbanen in gebakken klinkers uitgevoerd, door de jaren heen zijn deze veelal vervangen door asfalt.
Ruimtelijke hoofdstructuur Spoorbuurt
46 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.4.2 Inrichtingsprincipes openbare ruimte Willemstraat De oorspronkelijke indeling van de Willemstraat kent een vijfdeling, bestaande uit trottoirs, twee gescheiden rijbanen en een middenberm met dubbele bomenrij. Het meest authentieke profiel van 1905 was uitgevoerd in natuursteen. Op basis van de functionele relaties zal het oorspronkelijke profiel worden geherïntroduceerd, maar op een meer eigentijdse wijze vertaald.
Referentiebeeld materialisatie Willemstraat
Uitsnede totaalkaart
Gedacht wordt aan een combinatie van natuursteen en gebakken materialen. De in de middenstrook geplaatste bomenrij is transparant en “licht” van karakter, zodat de zichtlijnen op het nieuwe OVTerminalcomplex en omgekeerd zo veel mogelijk vrij blijven.
Willemstraat 1905 en heden
47 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Impressie Willemstraat
48 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
49 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Spoorstraat en Hoven Aan de zuidzijde van het spoor liggen parallel twee wegen in elkaars verlengde, de Spoorstraat en de Stationsweg. Tussen de beide wegen is het zuidelijke stationsplein gelegen. Beide straten hebben een gelijkwaardige opzet van het profiel, het verdient de voorkeur om beide straten te voorzien van een gelijkwaardig profiel. Bij de keuze van het profiel van de Spoorstraat wordt ook het profiel van de Stationsweg bepaalt. De straatdelen voor het nieuwe stationsgebouw vormen een bijzondere ruimte. Het stationsgebouw krijgt meer ruimte en wordt zichtbaar gehouden. Om dit te bereiken worden de bomen voor het nieuwe station aan de zuidzijde van de rijbaan geplaatst.
Huidige situatie Spoorstraat
De Spoorstraat kenmerkt zich aan de zuidzijde door een gesloten wand met vrijwel geheel een woonfunctie. Aan de noordzijde van de Spoorstraat zal een zone tot ontwikkeling komen bestaande uit bebouwingskoppen en open hoven. Deze zone krijgt een gemengd karakter bestaande uit een mix van wonen en kantoren. De Spoorstraat vormt de overgang van het Stationskwartier op de Spoorbuurt. Binnen het profiel moet parkeren (vergunningen) voor de huidige bewoners van de Spoorstraat een goede plek krijgen. De parkeervoorzieningen ten behoeve van de nieuwbouw wordt volledig op eigen terrein opgelost in gebouwde voorzieningen langs het spoor. In het profiel worden de bomen aan de noordzijde (zijde van het spoor) geplaatst. De bomen staan aan de buitenzijde van de gebogen Spoorstraat en begeleiden de straat als ruimtelijke eenheid. De nieuwe hoven worden begrenst door nieuwe bebouwing (noordzijde) en door de bomen in de Spoorstraat. Het profiel van de Spoorstraat is ook van toepassing op de Stationsweg, het profiel is gelijkwaardig van opbouw. De nieuwe bebouwingsontwikkeling kan afwijken van de Hoven aan de Spoorstraat.
nieuw
50 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
bestaand
Referentiebeelden materialisatie spoorbuurt
Referentiebeeld Spoorstraat
Uitsnede totaalkaart
Door de plaatsing van de bomen aan de spoorzijde van de Spoorstraat en de Stationsweg is de lichttoetreding voor de (woon)bebouwing aan de zuidzijde van de straten gewaarborgd. In dit profiel zijn de volgende uitgangspunten van toepassing: • Bomen komen op een afstand van ongeveer 10 meter van de bestaande bebouwing. • De bomen vormen een doorgaande rij in een doorgaand ritme zonder onderbrekingen. Met uitzondering van de entrees voor een parkeergarage, die een onderbreking van het ritme kan geven. • De bomen worden gecombineerd met “haaks”parkeren. • De rijbaan is geschikt voor tweerichtingen verkeer. • Fietsers rijden op de rijbaan. • Trottoir aan beide zijde is ongeveer 3 meter breed. Het materiaal van de trottoirverhardingen is overeenkomstig het materiaal in de Spoorbuurt. Er bestaat de voorkeur voor een combinatie van gebakken materiaal en beton. • De hoven presenteren zich aan de openbare ruimte en zijn daarmee (mede) beeldbepalend voor de Spoorstraat. • De hoven zijn private terreinen met een semi-openbaar karakter. De overgangen van privé naar openbaar zijn fysiek helder vormgegeven, door middel van een (minimaal) hoogteverschil en/of een bijzonder hekwerk. In dit hekwerk worden poorten opgenomen waardoor de hoven in de avonduren afgesloten kunnen worden. • De hoven presenteren zich als voortuinen van het gebouw zodat een aangenaam microklimaat ontstaat. • De hoven hebben een groen karakter, als contrast met de stenige omgeving. Bij voorkeur worden de hoven mee ontworpen met de bebouwing. • Vanuit de Spoorstraat en vanaf het dek van de parkeervoorziening (die geheel doorloopt langs het emplacement) is de oriëntatie op het treinspoor boeiend. Indien geluidswerende maatregelen noodzakelijk zijn, heeft het gebruik van transparant materiaal de voorkeur. • Nutsvoorzieningen, bouwwerken ten behoeve van afvalinzameling, het stallen van fietsen of andere nutsvoorzieningen zijn inpandig geïntegreerd. • De hoven zijn en blijven autovrij.
Referentiebeeld binnenplaats
Referentiebeeld begrenzing binnenplaats
51 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Stationsweg In tegenstelling tot de Spoorstraat, manifesteert de nieuwe bebouwing zich in de Stationsweg als een gesloten wand. In de stedenbouwkundige opzet heeft de Stationsweg ook een profiel gekregen van 17 meter. Het profiel kent een functionele indeling van rijbaan, trottoir, parkeren en bomen. Het materiaalgebruik zal overeenkomstig dat van de Spoorstraat zijn. Er wordt onderzocht of de bestaande bomen geïntegreerd kunnen worden in het nieuwe profiel.
nieuw
Variant 2 (evt. met bestaande bomen) 52 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
bestaand
Referentiebeelden materialisatie spoorbuurt
Uitsnede totaalkaart
Huidige situatie Stationsweg
53 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Stationsplein De naam Stationsplein doet anders suggereren dan de ruimte in realiteit gaat worden. Het nieuwe OV Terminal complex definieert de ruimte tot een straat zoals andere straten in de Spoorbuurt. De ‘pleinruimte’ voegt zich daarentegen binnen de contouren van het gebouw. Het Stationsplein vormt samen met de Willemstraat een verbijzondering in de Spoorbuurt gezien de aansluiting op het OV-Terminal complex. Dit uit zich in een verbijzonderde bestrating op de trottoirs met een hoge duurzaamheid (natuursteen) en bij voorkeur gebakken klinkers in de straat zoals in de andere straten in de Spoorbuurt. Zoals alle straten in de Spoorbuurt krijgt ook deze straat een boomstructuur en wel in de vorm van een enkele bomenrij aan de zuidzijde. De ruimte voor het OV-Terminal complex blijft dan volledig vrij voor de voetganger. Langs de straat, welke in éénrichtingsverkeer uitgevoerd wordt, komen ook taxistandplaatsen.
Impressie OV-Terminal zuidzijde
OVTC
54 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
bestaand
Emmastraat
Situatie Emmastraat
De Emmastraat heeft een meer teruggetrokken karakter en ligt meer in de luwte van het station. Het is een straat waar het prettig wonen is met de allure van de 19e eeuw. De straat wordt ingericht conform de huidige indeling. De middenberm zal daarbij gebruikt worden voor haaks parkeren ten behoeve van belanghebbenden. Tussen de bomen is ruimte voor twee parkeerplaatsen (met inachtname van verbeterde groeiomstandigheden voor de bomen). De materialisering is overeenkomstig de overige straten in de Spoorbuurt, gebakken klinkers in de straat en betontegels in het tottoir.
Uitsnede totaalkaart
55 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Meerten Verhoffstraat In overeenkomst met de andere noord-zuid gerichte straten in de Spoorbuurt krijgt de Meerten Verhoffstraat een dubbele bomen rij. Het profiel is symmetrisch van opzet met aan 2 zijden langsparkeren. Het is een éénrichtingsstraat met uitzondering van fietsers (tweerichtingen). De materialisering is bij voorkeur overeenkomstig de andere straten in de Spoorbuurt.
Situatie Meerten Verhoffstraat
Uitsnede totaalkaart
56 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
57 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.5 Openbare ruimte aangrenzende gebieden
Beemd
- laaglandrivier - open weidegebied - bergboezems
4.5.1 Markoevers In het gebied Markoevers komen belangrijke structuurdragers van Via Breda samen: het spoor, de Mark, de Stationslaan en de Belcrumweg. Hierdoor ontstaat een gebied met een aantrekkingskracht op functies van bovenstedelijk niveau. De strategische ligging van het gebied en de samenhang met omliggende stadsdelen is de basis voor een uitgebalanceerde mix van hoogwaardige openbare ruimten met publieke voorzieningen en hoogstedelijke woon- en werkfuncties. Het gebied moet een podium worden in een stedelijk decor; een uniek gebied binnen Via Breda. Markoevers zet de reeks door van bijzondere stedelijke elementen die in de stad aan de Mark liggen, zoals de haven, Kasteel van Breda en het Park Valkenberg.
Vaarweg
- vaargeul (25m) - loskades beroepsvaart - industriehavens
Stedelijke ruimte - stadsrivier - kades - recreatiehaven - singels - stadsparken
Beekdal
- meanderende rivier - riethooilande moeras, poelen, broekbos
Stedenbouwkundige impressie Havenkwartier / Markoevers
Typering Marktrajecten in de stad 58 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Doorsnede bestaande situatie spoorviaduct Belcrumweg
Doorsnede toekomstige situatie spoorviaduct (voorbeelduitwerking)
59 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Referentiebeelden Markoevers
60 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
61 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.5.2 Singel Onder de Singel wordt verstaan de zone die ligt tussen de gevels aan de binnenstadzijde en de gevels van de buitenrand. Het gaat dus om het geheel van wegen, groen en water tussen de bebouwing. In de ontwikkeling van het Stationskwartier is het deel van de Singel dat gevormd wordt door de Academiesingel en de Delpratsingel relevant, en dan alleen de buitenliggende deel van de Singel. • In het Verkeersplan 2003 (Gemeente Breda, 30 oktober 2003) zijn de Academiesingel en de Delpratsingel aangewezen als erftoegangsweg met een snelheidsregime van 50-km. Het ruimtebeslag voor auto’s kan gereduceerd worden en ruimte bieden aan de (hoofd)fietsroute. Tevens is het mogelijk de ruimtelijke kwaliteit te verhogen door het verbreden van de bermen langs de Singel. Hiermee wordt ook voorkomen dat regionaal (doorgaand) verkeer gebruik maakt van de singelring. De singelring zal worden opgenomen in het parkeerverwijssysteem als zijnde het overloopgebied van de binnenstad. • Geen parkeren aan de zijde van de bomen en het water. • Een maximaal wegprofiel (buiten de kruisingen) van 9 meter in asfalt, verdeeld in een rijbaan van 5,5 meter en aan weerszijde een fietsstrook van elk max.1,75 meter. Het asfalt van de rijbaan wordt uitgevoerd in een geluidsreducerende constructie. • Geen afwatering in de berm met bomen; de bomen dreigen te verdrinken en zijn gevoelig voor strooizout. • Alle extra ruimte komt ten goede van de groenzone langs het water. • Een trottoir aan de zijde van de bebouwing met aangrenzend een parkeerstrook evenwijdig aan de rijweg. • Geen trottoir aan de zijde van de bomen.
Delpratsingel
Singel
Vanuit ruimtelijke overwegingen zullen langs de Singel geen vrijliggende fietspaden liggen, ook al behoort de Singel tot de hoofdfietsroute. Overweging hierbij is dat langs het grootste deel van dit traject aan de binnenzijde van het water een rustiger alternatief voorhanden is. Hoewel bij de Academiesingel dit alternatief niet voorhanden is wordt gekozen voor continuïteit van het profiel. Verkeersreducerende maatregelen op dit traject moeten er aan bijdragen dat veilige fietsroute ontstaat.
Academiesingel
Uitsnede totaalkaart
62 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.5.3 Park Valkenberg
Impressie uitbreiding Valkenbergpark
Het park Valkenberg is de entree vanaf het OV-Terminalcomplex en de Willemstraat tot de binnenstad. Deze groene entree zal in de toekomst verder versterkt worden. Het gedeelte van de rijweg van de Sophiastraat tussen de Kennedybrug en Willemsbrug komt op termijn te vervallen. Hiermee maakt het verkeer plaats voor de aanheling van het park Valkenberg aan het water van de Singel. Zo krijgt het park een natuurlijke grens, namelijk het water. Het hekwerk langs de Kennedylaan zal dan worden verlengd tot aan het water. De as van de Willemstraat, de Willemsbrug en het park Valkenberg vormen zo een prominente en continue langzaam verkeersverbinding tussen station en binnenstad.
Valkenbergpark
63 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
4.5.4 Drie Hoefijzers Het Drie Hoefijzergebied, een voormalig brouwerijcomplex, zal in een relatief korte tijd worden getransformeerd tot een rijk geschakeerd binnenstedelijk woon- en werkmilieu. Het is samen met het Stationskwartier, een van de eerste gebieden die binnen het kader van Via Breda tot ontwikkeling worden gebracht. De aanwezigheid van een aantal monumenten zorgt voor de eigen indentiteit van het gebied. Met het ontwerp zal deze karakteristiek gehandhaafd worden en waar mogelijk versterkt.
64 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Drie Hoefijzers Noord en Zuid
65 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Vormen van mogelijk gebruik openbare ruimte
66 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Gebruik en Beheer 5 Gebruik en Beheer
Het uiteindelijke beheer van het gebied zal de langstdurende fase zijn en is cruciaal voor de beleving van de kwaliteit van de openbare ruimte. In de ontwerpfase wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met beheertechnische aspecten. Ook is het nodig om nu de gewenste beheer en gebruiksvorm vast te leggen. Een plan zonder bijpassend beheer heeft namelijk geen toekomstwaarde. Het gebied rondom het OV-Terminalcomplex en de Willemstraat krijgen een zeer intensieve vorm van beheer, vergelijkbaar met het beheerniveau van de historische binnenstad. Ook de Stationslaan zal –gezien de functie en toekomstig gebruik- een intensief beheer krijgen, vergelijkbaar met de inlopers van de binnenstad (Haagdijk, Boschstraat en Nieuwe Ginnekenstraat). De overige straten krijgen een beheer vergelijkbaar met de huidige beheersvorm. Voor bepaalde delen van de stationsomgeving is het wenselijk om strengere eisen te stellen aan reclame-uitingen en uitstallingen, zoals deze nu ook in de binnenstad van kracht zijn. Het gaat dan met name om de Willemstraat en Stationslaan. De nog op te stellen eisen zullen geen kopie zijn van die van de binnenstad, maar een op de situatie toegesneden verordening. In een gebied als het Stationskwartier is vanzelfsprekend ruimte beschikbaar voor terrassen, kraampjes of mogelijk zelfs een weekmarkt. Het gebied gaat daarmee leven en verbindt zich sterker met het leven in de (binnen)stad. Het is nu nog te prematuur om daar locaties voor aan te wijzen of nadere eisen te stellen. In de verdere uitwerking zal hier nader invulling aan gegeven worden, rekening houdend met de nodige flexibiliteit vanwege de lange ontwikkelingsperiode en invulling van de bebouwing.
67 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
Businesscase 68 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving
6 Financieel Kader
Financieel kader De in deze Buitenruimtevisie beschreven werkzaamheden zijn opgenomen in het Realisatieplan behorende bij het Masterplan Centraal Breda (Gemeente Breda, mei 2003). De financieel– economische vertaling van het plan is weergegeven in de businesscase Centraal Breda. De businesscase is een geheel dat bestaat uit de vastgoedexploitatie, de grondexploitatie en de OV-Terminalexploitatie. Het geheel hiervan geeft inzicht in het uiteindelijk (te verwachten) projectresultaat. Tot de grondexploitatie worden al die werkzaamheden gerekend die ondernomen moeten worden om de vastgoedontwikkeling mogelijk te maken, het openbaar gebied aan te leggen en om het gebied zo optimaal mogelijk te ontsluiten. Om de ontwikkeling van het Stationskwartier mogelijk te maken zijn zowel werkzaamheden nodig om een optimale ontsluiting te realiseren, als werkzaamheden ten behoeve van de openbare ruimte. Hierbij moet een onderscheid worden gemaakt tussen enerzijds de gebiedsinfrastructuur en openbare ruimte, en anderzijds de toeleidende infrastructuur. De infrastructurele werken maken deel uit van een groter geheel van infrastructurele ingrepen ten behoeve van de gehele Spoorzone. In de Businesscase voor Centaal Breda (het Stationskwartier) zijn alleen die werken opgenomen die een rechtstreeks verband houden met de ontwikkeling van het Stationskwartier. Een en ander conform de overeenkomsten die met het Rijk en NS zijn aangegaan.
69 Buitenruimtevisie Stationskwartier en omgeving