Mantelzorg in de gemeente Groesbeek
1
Inleiding De gemeente is vanuit de Wmo verantwoordelijk voor ondersteuning van mantelzorgers. Met deze notitie wordt een eerste invulling gegeven aan die verantwoordelijkheid. In de notitie beschrijven we op welke wijze de gemeente de ondersteuning aan mantelzorgers wil vormgeven en rol die het steunpunt Mantelzorg Groesbeek daarin heeft. We gaan uit van de drie speerpunten die staatssecretaris van Rijn in zijn beleidsbrief over mantelzorg noemt: Versterken, Verlichten en Verbinden. Deze drie speerpunten worden voorafgegaan door het aandachtspunt ‘Vinden’, omdat het bereiken van mantelzorgers een belangrijke voorwaarde is om te kunnen Versterken, Verlichten en Verbinden. De drie speerpunten zijn een actualisatie van de acht ‘basisfuncties’ uit 2009. Dit beleidsvoorstel is tot stand gekomen door samenwerking tussen de drie steunpunten mantelzorg van de voormalige gemeenten Millingen aan de Rijn, Ubbergen en Groesbeek in overleg met de nieuwe gemeente Groesbeek. Het nieuwe voorstel is gebaseerd op het Planvoorstel Steunpunt Mantelzorg MUG-Gemeenten dat door de drie steunpunten in 2014 is opgesteld; informatie van het steunpunt mantelzorg Ubbergen; uitgangspunten uit de notitie ‘Mantelzorgondersteuning is de basis’ van het ministerie van VWS; en beleidsvoorwaarden van de gemeente Groesbeek. Dit voorstel moet in samenhang worden gezien met de gemeentelijke notitie over besteding van de middelen voor het mantelzorgcompliment die momenteel wordt opgesteld.
Maatschappelijke context De meeste mensen willen zo lang mogelijk thuis wonen met zoveel mogelijk eigen regie. Zij hebben behoefte aan integrale ondersteuning en zorg dichtbij door een beperkt aantal bekende mensen. Dit gegeven is de grondslag voor de grote stelselherziening van zorg en ondersteuning. De nieuwe Wmo die per 1 januari 2015 van kracht wordt, is daar onderdeel van. Mantelzorgers hebben in die zorg en ondersteuning een steeds centralere rol. Zij kennen degene voor wie ze zorgen en bieden die zorg vanuit de relatie die ze met de ander hebben. De nieuwe Wmo verplicht gemeenten dan ook om aan te geven welke maatregelen ze nemen voor het ondersteunen van mantelzorgers (zie voor wettelijk kader bijlage 1). De nieuwe Wmo benoemt niet alleen nadrukkelijk het belang van mantelzorgondersteuning maar geeft daarvoor ook de handvatten: Versterken, Verlichten en Verbinden. Het mantelzorgbeleid zou zich moeten richten op het versterken van de positie en regie van mantelzorgers en vrijwilligers, het verlichten van mantelzorg en vrijwilligerswerk en het beter verbinden van informele en formele ondersteuning en zorg. De Wmo 2015 vraagt niet alleen om andere mantelzorgondersteuning, maar ook om een andere manier van werken. Niet langer ligt daarbij de nadruk op zorgen voor, het gaat veel meer over zorgen dat… inwoners zo zelfstandig mogelijk kunnen functioneren. De wet schetst dat daarvoor een getrapte vraagstelling nodig is. Wat kan iemand zelf doen, en wat kan zijn of haar omgeving bijdragen? Wat kunnen vrijwilligers aanvullen? En wat is er vervolgens nodig aan professionele ondersteuning, in algemene of maatwerkvoorzieningen? Deze omslag wordt sinds 2009 aangeduid als de Kanteling, en betekent dat gemeenten in hun manier van werken de regie over het eigen leven van zorgvragers en mantelzorgers centraal stellen.
2
Mantelzorg in beeld Definitie De definitie van mantelzorg in de Wmo 2015 luidt: Mantelzorg is hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep. Dat de hulp voortvloeit uit de bestaande sociale relatie onderscheidt mantelzorg van vrijwilligerswerk. Een mantelzorger is namelijk geen vrijwilliger. Om het verschil te duiden volgt hierna een schematisch overzicht: Mantelzorger Het overkomt je Je hebt een emotionele band Je zorgt soms 24 uur per dag, 7 dagen per week Je kunt je zorg niet beëindigen Je raakt in een isolement Je loopt gevaar voor lichamelijke en psychische overbelasting Het beperkt in het onderhouden van contacten en verarmt je netwerk Je werkt ongeorganiseerd Je voelt je vaak ondergewaardeerd en krijgt geen erkenning voor de positie als pijler in het steunsysteem Het wordt vanzelfsprekend gevonden Mantelzorgers krijgen geen evaluerende terugkoppeling
Vrijwilliger Je kiest er voor Je start niet met een emotionele band Je inzet van tijd is begrensd Je kunt je zorg beëindigen Je krijgt meer contacten Het wordt als een vorm van ontspanning en ontplooiing ervaren Het breidt je contacten uit Je werkt in georganiseerd verband Je voelt je gewaardeerd en krijgt erkenning Je werk wordt “mooi“ gevonden Je krijgt vaak training en begeleiding; er is onderling contact met andere vrijwilligers
Aantallen Op basis van landelijke berekeningen (SCP) zouden er binnen gemeente Groesbeek ruim 9.000 mantelzorgers van 18 jaar en ouder actief moeten zijn. Volgens onderzoek van Mezzo zou dat aantal overigens aanzienlijk lager zijn, namelijk 7.250. Los van dat verschil, het is een gegeven dat zeer veel volwassen inwoners mantelzorg verlenen. Kijken we naar de intensiteit van de zorgverlening dan verricht ongeveer 20 % van de volwassen inwoners langer dan drie maanden en/of meer dan acht uur per week mantelzorg. Gerekend naar het aantal inwoners op 1 januari 2015 betreft het in Groesbeek ongeveer 5.500 personen. Daarvan verleent 42 % ( 2.310 personen) zowel langdurig (meer dan 3 maanden) als intensief (meer dan 8 uur per week) hulp. Het aantal ernstig belaste mantelzorgers bedraagt volgens de berekeningen van het SCP 18 % van de groep langdurig of intensieve helpers. In Groesbeek zouden dat dan 935 personen zijn. Naast de volwassen mantelzorgers is er ook een aanzienlijke groep jonge mantelzorgers. Exacte cijfers over deze groep zijn niet bekend, maar geschat wordt dat een kwart van de jongeren opgroeit met een ziek of verslaafd familielid in het gezin. 10% van het totaal aantal thuiswonende jongeren zou tot de groep jonge mantelzorgers behoren. In de groep Groesbeekse jongeren van 12 tot 18 jaar zou het dan gaan om zo’n 630 jongeren.
3
Steunpunt Mantelzorg Groesbeek Structuur In elk van de voormalige gemeenten Millingen aan de Rijn, Groesbeek en Ubbergen draaide een steunpunt Mantelzorg met eigen activiteiten en taken. In de nieuwe gemeente is er één Steunpunt Mantelzorg gemeente Groesbeek (vanaf 2016 gemeente Berg en Dal). Onder dat steunpunt fungeren in de verschillende kernen (groepjes) vrijwilligers die kerngericht werken, maar waar mogelijk en gewenst ook gemeentebreed. Daarbij wordt nauw samengewerkt met de sociale teams in de gemeente en met de bestaande (vrijwilligers)organisaties. De activiteiten in de verschillende kernen mogen van elkaar verschillen. De vrijwilligers in de kernen informeren elkaar, helpen elkaar, stemmen hun activiteiten op elkaar af en werken waar mogelijk samen; zij concurreren niet met elkaar. Vraaggericht Het Steunpunt Mantelzorg gemeente Groesbeek werkt van onderaf. Het aanbod is gebaseerd op de signalen, vragen en behoeften van de mantelzorger. Activiteiten, hulp en advies wordt aangeboden op basis van de contacten met de mantelzorgers. Uit ervaring van de afgelopen jaren van de verschillende steunpunten blijkt dat twee doelen voor mantelzorgers van belang zijn: het zich kunnen uiten over de ervaren last en ontspanning vinden. Het Steunpunt Mantelzorg wil de mantelzorger ontzorgen en zorgen voor herstel van de balans tussen draagkracht en draaglast. De activiteiten zijn aanvullend op het bestaande aanbod van organisaties en netwerken in de gemeente of worden opgezet in samenwerking daarmee. De vrijwilligers van de kernen (of een vertegenwoordiging daarvan) overleggen regelmatig met elkaar en bepalen samen, in overleg met de professional en de gemeente, welke acties nodig zijn. Zij zijn de oren en ogen in de kernen, pikken signalen op en verwijzen indien nodig naar voorzieningen en professionals. Ondersteuning De vrijwilligers worden ondersteund door een professional van een welzijnsorganisatie. De ondersteuning bestaat uit administratieve ondersteuning, maar ook ondersteuning voor coaching van het dagelijks werk, deskundigheidsbevordering. In 2015 gaat het om een professional van de Stichting Welzijn Groesbeek (SWG) die de vrijwilligers voor 14 uur in de week ondersteunt. De vrijwilligers vallen onder de gemeentelijk collectieve W.A.-verzekering, kunnen een verklaring omtrent goed gedrag tonen en zijn gebonden aan de privacyregels. Met hen wordt een vrijwilligersovereenkomst afgesloten. Budget Voor de activiteiten van het steunpunt en de vrijwilligers in de kernen is een activiteitenbudget beschikbaar dat beheerd wordt door de professional van de welzijnsorganisatie. Een vertegenwoordiging van de vrijwilligers uit de diverse kernen stelt jaarlijks met de professional van de welzijnsorganisatie een activiteitenplan en begroting op. Hierin wordt ook een post opgenomen voor reiskosten en deskundigheidstrainingen. Dit wordt besproken met en verantwoord naar de gemeente Groesbeek. Voor nieuwe initiatieven op het gebied van mantelzorg en waardering van de mantelzorgers tijdens de week van de mantelzorg is binnen de gemeente budget beschikbaar. Bijvoorbeeld voor het bereiken van de mantelzorgers of voor initiatieven op het gebied van vrijwillige respijtzorg. Een voorstel hiervoor wordt momenteel opgesteld. Communicatie Communicatie (o.a. een nieuwsbrief) vindt centraal plaats vanuit het Steunpunt Mantelzorg gemeente Groesbeek. Ook de kerngerichte activiteiten worden onder naam van het centrale steunpunt gecommuniceerd. De vrijwilligers zorgen zelf voor afstemming in de communicatie, daarbij ondersteund door de professional van de welzijnsorganisatie.
4
De speerpunten Zoals gezegd heeft gaan we in het beleid van de gemeente uit van de vier aandachtspunten zoals benoemd door het ministerie van VWS: Vinden, Versterken, Verlichten en Verbinden. Deze vier aandachtspunten komen in de plaats van de basisfuncties mantelzorg uit 2009. Basisfuncties mantelzorg 2009 1. Informatie 2. Advies en begeleiding 3. Emotionele steun 4. Educatie 5. Praktische hulp 6. Respijtzorg 7. Financiële tegemoetkoming 8. Materiële hulp
Vier nieuwe aandachtspunten mantelzorgondersteuning: Vinden We bereiken de mensen die zorgen voor een naaste, omdat dat de voorwaarde is om hen te kunnen versterken, verlichten en verbinden. Versterken We versterken mantelzorgers in hun regie en positie, zowel op het microniveau van individuele mantelzorgers als op het niveau van beleidsbeïnvloeding, zodat de stem van mantelzorgers in ons beleid doorklinkt. Verlichten We organiseren ondersteuning om ervoor te zorgen dat mantelzorgers de mantelzorgtaken kunnen (blijven) uitvoeren. Verbinden We leggen verbindingen tussen formele en informele zorg en ondersteuning en neemt partners – bijvoorbeeld zorgaanbieders, mantelzorgondersteuners en vrijwilligersorganisaties – mee in deze manier van (samen)werken.
Speerpunt 1: Vinden Het blijkt vaak lastig om mantelzorgers te vinden. Veel mensen zijn zich niet bewust van het feit dat zij mantelzorger zijn. Mantelzorgers vestigen niet graag de aandacht op zichzelf. Vinden dat wat ze doen niets bijzonders. Willen soms ook geen mantelzorger genoemd worden. Om toch met mantelzorgers in contact te komen is het belangrijk om op zoek te gaan naar de natuurlijke vindplaatsen. Het ministerie spreekt over het volgen van de leefpad en het zorgpad. Het leefpad van de mantelzorger is de route van diens dagelijks leven. Jongeren tref je bijvoorbeeld op scholen, bij sportverenigingen, bij het uitgaan. Ouderen weer op andere plaatsen. Het is dan belangrijk om op die plaatsen informatie te verstrekken. Het zorgpad is de route die mantelzorgers en hun naasten volgen voor zorg en ondersteuning. Dan kun je denken aan huisarts, het Wmo-loket, thuiszorg, etc.
5
Actiepunten Vinden Alle informatie komt samen op een website. Er wordt nog gekeken welke website het meest effectief is. De website promoten we breed. Rond de Week van de mantelzorger zorgen we voor brede publiciteit rond zorg voor naasten We organiseren brede themabijeenkomsten, zowel kerngericht als gemeentebreed We maken afspraken met sociaal team over verwijzen van mantelzorgers We zorgen voor instructie voor beroepskrachten en vrijwilligers over signaleren, contact maken en houden De nieuwsbrief Manteline wordt breed verspreiden We verspreiden regelmatig informatie voor/over mantelzorgers en verhalen van mantelzorgers in lokale media om kennis en begrip te vergroten Er komt een sociale kaart met informatie over steunpunten, mantelzorgmakelaars, ondersteuningsmogelijkheden, etc We zoeken naar nieuwe laagdrempelige manieren waarop we mantelzorgers kunnen bereiken, volgen (registreren/dossiervorming.)
SMG + G* SMG + G SMG SMG + ST + G SMG + ST + G SMG SMG SMG + G SMG + G
* SMG = Steunpunt Mantelzorg gemeente Groesbeek. G = Gemeente, ST = Sociaal Team
Speerpunt 2: Versterken Met de tweede basisfunctie Versterken zorgt de gemeente dat mantelzorgers de regie kunnen voeren en houden en keuzemogelijkheden hebben hoe zij mantelzorg vormgeven. Dit kan door bijvoorbeeld mantelzorgers te betrekken bij het onderzoek naar de zorgvraag van de naaste voor wie ze zorgen. Maar ook door werk te maken voor de waardering van mantelzorgers. Door de mantelzorger een stem te geven binnen de gemeente. Door belemmeringen in wet- en regelgeving weg te nemen. En te zorgen voor actieve participatie in het beleid. Actiepunten Versterken De sociale teams betrekken mantelzorgers in keukentafelgesprek In het keukentafelgesprek worden ook de mogelijkheden en grenzen van de mantelzorger besproken. Er kan een apart gesprek met mantelzorger worden gehouden We zetten de middelen voor het mantelzorgcompliment onder andere in voor waardering van de mantelzorgers We gebruiken de week van de mantelzorg om kennis te maken met mantelzorgers en beter zicht te krijgen op hun mogelijkheden en behoeften We gebruiken de week van de mantelzorg ook voor publieke waardering van mantelzorgers We onderzoeken de mogelijkheden van een zelfhulpgroep voor mantelzorgers We blijven investeren in activiteiten om mantelzorgers met elkaar in contact te brengen en elkaar te versterken We geven jonge mantelzorgers een gezicht (herkenning binnen de doelgroep We benutten de kennis en kunde van het steunpunt mantelzorg bij beleidsvorming, maar ook in voorlichting aan beroepskrachten en vrijwillige partners. We zorgen voor aanwezigheid van mantelzorgers in de Wmo-adviesraad We nemen vragen over mantelzorg op in onderzoeken van bijvoorbeeld Wmo-raad, GGD.
ST + SMG ST + SMG G + SMG G + SMG G + SMG G + SMG SMG + G SMG + G G + SMG G G
6
Speerpunt 3: Verlichten De derde basisfunctie, Verlichten, gaat over de draagkracht van mantelzorgers. Een mantelzorger is, naast mantelzorger, ook partner, kind, werknemer, scholier of vrijwilliger. Om overbelasting te voorkomen is het belangrijk dat de balans tussen verschillende taken en rollen behouden blijft. Hoe kan de gemeente samen met de steunpunten mantelzorg de taak van mantelzorgers verlichten en hun draagkracht vergroten, zodat zij de zorg beter en langer vol houden? Het gaat dan om netwerkgericht en preventief werken. Zorgen voor informatie en advies. Om het faciliteren van emotionele steun en educatie voor mantelzorgers. Respijtzorg, praktische en materiele hulp voor mantelzorgers. En het vinden en binden van vrijwilligers. Actiepunten Verlichten We brengen het netwerk van de zorgvrager en mantelzorger in kaart. Eventueel met behulp van vrijwillige netwerkcoaches. We brengen de ondersteuningsmogelijkheden voor mantelzorgers in beeld via diverse (digitale) media We zetten een groot deel van de middelen van het mantelzorgcompliment in voor uitbreiding en vernieuwing van laagdrempelige vormen van dagbesteding, inloop en ontmoeting om mantelzorgers te ontlasten We vragen in keukentafelgesprekken naar de vraag achter de vraag. We zorgen dat de gespreksvoerders via het steunpunt kennis hebben van ondersteuningsmogelijkheden. In communicatie besteden we specifiek aandacht aan jonge mantelzorgers en het combineren van mantelzorg met werk We faciliteren maatjescontacten en lotgenotencontacten (zelfhulpgroep) We faciliteren themabijeenkomsten en cursussen voor mantelzorgers We zorgen voor duidelijke, laagdrempelige plaatsen waar mantelzorgers terecht kunnen voor informatie en advies (onder andere website, mantelzorgtelefoon, persoonlijk contact) We zorgen voor laagdrempelige activiteiten waar mantelzorgers elkaar kunnen ontmoeten en van elkaar kunnen leren (uitgaan van behoefte van mantelzorgers) We zorgen dat mogelijkheden voor professionele respijtzorg bekend zijn bij mantelzorgers (via professionals, sociaal team) We stimuleren en faciliteren vrijwillige respijtzorg en zoeken naar innovatieve vormen van respijtzorg. We zorgen ervoor dat onnodige drempels voor mantelzorgers in hun zorg voor hun naasten worden weggenomen. We coördineren vraag en aanbod van vrijwillige inzet. Brengen vraag en aanbod bij elkaar.
ST + SMG G + SMG + ST G + SMG ST + SMG G + SMG G + SMG G + SMG SMG + G SMG SMG + ST G + SMG G G + SMG
Speerpunt 4: Verbinden Verbinden is de derde basisfunctie. Wat moet de gemeente organiseren om mantelzorgers en professionals in zorg en ondersteuning beter met elkaar te verbinden? Gelijkwaardige samenwerking tussen de informele zorg van mantelzorgers en de formele zorg van beroepskrachten is nodig voor integrale zorg en ondersteuning. De gemeente kan hierin met samenwerkingspartners faciliteren en regisseren. Daarnaast is het belangrijk dat professionals oog hebben voor de ondersteuningsbehoeften van mantelzorgers. Actiepunten Verbinden We zorgen dat beroepskrachten samenwerken met mantelzorgers en ook de verschillende rollen van de mantelzorger kennen (collega, cliënt, naaste en expert).
G + ST + SMG
7
We zorgen dat beroepskrachten inzicht hebben in behoeften van mantelzorgers. Vrijwilligers van de steunpunten delen hun kennis en kunde met beroepskrachten zoals huisartsen en leden van de sociale teams We zoeken naar innovatieve vormen om beroepskrachten en mantelzorgers (formele en informele zorg) met elkaar te verbinden
G + ST + SMG SMG SMG + G + ST
Het budget Middelen Steunpunt Mantelzorg gemeente Groesbeek (SWG) 515 uur (14 uur p/w) 40.299 Activiteitenkosten 12.500 Extra budget activiteiten 25.000 Totaal 77.799 Verdeling budget waardering mantelzorgers (gemeente) Maatregel Bedrag 2015 Blijk van waardering in de vorm van een “Week van de 10.000 mantelzorg” Innovatie ondersteuning mantelzorgers 20.000 Totaal 30.000
8
Bijlage 1
Wettelijk kader Wat zegt de Wmo 2015 over de ondersteuning van mantelzorgers? Beleidsplan Artikel 2.1.2 van de Wmo bepaalt dat de gemeenteraad in het beleidsplan op moet nemen hoe mantelzorgers worden ondersteund. Om tot passende lokale ondersteuning te komen bevat het Memorie van Toelichting de aanbeveling om (lokale organisaties van) mantelzorgers en vrijwilligers, vertegenwoordigers van zorgvragers en professionele ondersteuners te betrekken bij het opstellen van het beleidsplan. Waardering Artikel 2.1.6 bepaalt dat in de verordening moet worden opgenomen op welke manier het college zorg draagt voor een jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers van cliënten in de gemeente5. In het Memorie van toelichting volgt de aanbeveling om uw inwoners en in het bijzonder uw mantelzorgers te raadplegen over de vormgeving van deze waardering. Algemene voorzieningen Het belang dat de Wmo 2015 hecht aan een goede ondersteuning van mantelzorgers wordt benadrukt door de verplichting in artikel 2.2.2 om in ieder geval algemene voorzieningen te treffen die mantelzorgers ondersteunen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het organiseren van educatie voor mantelzorgers, het faciliteren van zelfhulp voor mantelzorgers of het beschikbaar stellen van een mantelzorgmakelaar. Maatwerkvoorzieningen In artikel 2.3.1 en artikel 2.3.2 wordt het college verplicht om aan personen die daarvoor in aanmerking komen een maatwerkvoorziening te verstrekken. Om te bepalen of een inwoner in aanmerking komt, volgt na een aanvraag voor een maatwerkvoorziening binnen zes weken een onderzoek, beter bekend als het keukentafelgesprek. Onderzoek gericht op integrale ondersteuning In dat onderzoek moet volgens hetzelfde artikel 2.3.2 in ieder geval aandacht worden besteed aan de mogelijkheden om met mantelzorg of andere hulp uit het sociale netwerk te komen tot verbetering van zelfredzaamheid of participatie. Om de mantelzorger zelf goed te kunnen ondersteunen, is het van belang om naast diens mogelijkheden en belastbaarheid ook te vragen naar eigen ondersteuningsbehoeften. Kortom: de mantelzorger wordt betrokken bij de aanvraag en het onderzoek, om zo integrale ondersteuning op maat te kunnen leveren. Cliëntondersteuning De verplichting in artikel 2.2.3 tot het bieden van cliëntondersteuning geldt zowel voor zorgvragers als voor mantelzorgers. Het Memorie van toelichting benoemt dat het belangrijk is om oog te hebben voor de verschillende perspectieven en soms ook verschillende belangen van de zorgvrager en de mantelzorger.
9