Maatschappelijk Jaarverslag 2013 Juni 2014
schakel in succes Maatschappelijk jaarverslag 2013
1
Maatschappelijk jaarverslag 2013 Juni 2014 Met dit maatschappelijk jaarverslag legt Agrifirm verantwoording af over het duurzaamheidsbeleid en de geleverde prestaties op dit gebied in het jaar 2013. Het verslag verschijnt jaarlijks en heeft betrekking op alle ondernemingen binnen de Agrifirm Group, tenzij bij onderdelen anders vermeld. De vorige rapportage verscheen in april 2013. Leidraad voor de rapportage is het Global Reporting Initiative (GRI), de internationale richtlijn voor duurzaamheidsverslaglegging. Dit verslag is opgesteld volgens de GRI G4 richtlijn. De GRI-tabel met verwijzingen naar alle gerapporteerde gegevens is te vinden op onze website www.agrifirm.com onder het kopje ‘Duurzaamheid’. Voor meer informatie over het duurzaamheidsbeleid bij Agrifirm kunt u terecht bij Ruud Tijssens, directeur Corporate Affairs, strategisch R&D en CSR,
[email protected] of T 088 488 29 00.
2
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Voorwoord In januari 2014 kopten verschillende Nederlandse kranten dat de
Daily Excecution) -principes. Het nieuwe motto van Agrifirm Plant is
exportwaarde van de Nederlandse land- en tuinbouw in 2013 tot
‘efficiënt als het kan, spoed als het moet’. Door efficiënter te plannen,
recordhoogte was gestegen. Een mooie prestatie in tijden van wereldwijde
zijn nu minder kilometers per afgeleverde ton product nodig. Eén van
economische crisis. Een resultaat dat laat zien dat onze agrarische sector
de verbeteringen is het volledig bij de klant bezorgen van de producten,
tot veel in staat is. Tegelijkertijd realiseren we ons de maatschappelijke
waardoor deze niet eerst via een centraal magazijn of productielocatie
discussies over onze sector. Met het wegvallen van de productschappen
naar een afhaaldepot getransporteerd hoeven te worden.
in 2014, merken we nog meer dan voorheen hoe belangrijk het is om samen te werken en blijvend in te zetten op verduurzaming. Alleen zo
Met nieuwe productconcepten draagt Agrifirm voortdurend bij aan een
kunnen we rekenen op draagvlak in de maatschappij en kunnen we als
duurzamere landbouw en veehouderij. Zo introduceerde Agrifirm Feed
bedrijf succesvol zijn.
begin 2013 het nieuwe voerconcept SOLIQ. Dit is het eerste vochtrijke voer voor leghennen dat bijdraagt aan gezondere dieren en minder
De ondernemerszin die de landbouwsector zo kenmerkt, herken ik ook
antibioticagebruik.
bij Agrifirm. We hebben de ambitie om het beste bedrijf in onze markt te
zijn en op basis daarvan te groeien in aantal klanten en winstgevendheid.
Agrifirm Plant introduceerde in 2013 de Thermoseed-methode. Na
We leveren de hoogste toegevoegde waarde aan onze klanten en doen
een testfase waar behandeld zaad uit Zweden in Nederland werd
dat tegen zo laag mogelijke kosten. Een duurzame manier van werken
uitgezaaid, rolde Agrifirm Plant de behandelingsmethode van zaaigranen
en het bieden van duurzame oplossingen aan onze klanten, vormen een
grootschalig uit in Nederland. De behandeling ontdoet zaaigranen van
integraal onderdeel van onze strategie. Om dat te bereiken, kijken we
eventuele schimmels en gebruikt geen chemicaliën waardoor behandeld
continu kritisch naar onze eigen organisatie en zijn we scherp op kansen
zaad uitermate geschikt is voor de biologische landbouw. Voor een
in binnen- en buitenland. Zo hebben we de afgelopen jaren acquisities
optimale toepassing van meststoffen bracht Agrifirm Plant iSeed op de
gedaan in Servië en Brazilië.
markt. Dit is een innovatieve methode voor de coating van maïszaden met meststoffen waardoor het gebruik van kunstmestfosfaat rijbemesting
Deskundige en gemotiveerde medewerkers zijn voor ons onmisbaar.
wordt teruggebracht.
Daarom investeren wij voortdurend in onze mensen. In 2013 hielden we ons tweede medewerkertevredenheidsonderzoek. De resultaten waren
Wij zijn er van overtuigd dat het aanbieden van deze en andere duurzame
positief, het percentage medewerkers dat op algemene tevredenheid een
producten en concepten voor onze klanten, energie-efficiënte processen,
score tussen de 7 en 10 gaf, steeg van 69 procent in 2011 naar 72 procent
duurzaam geproduceerde grondstoffen, gezonde kwaliteitsproducten en
in 2013. We zetten in op verdere ontwikkeling van onze medewerkers en
tevreden medewerkers onlosmakelijk verbonden zijn met het succes van
medewerkerstevredenheid.
onze klanten en ons bedrijf. Nu en in de toekomst.
Het afgelopen jaar hebben we onze logistiek flexibeler en efficiënter
Ton Loman,
ingericht. We introduceerden het werken volgens de IDEX (Integrated
Voorzitter hoofddirectie Agrifirm
Maatschappelijk jaarverslag 2013
3
Inhoud 1. Agrifirm, schakel in succes
5
7. De basis voor succes
20
1.1 Onze missie
5
7.1 Medewerkertevredenheidsonderzoek
20
1.2 Acquisities en samenwerking
5
7.2 Personeelsbestand
20
1.3 Coöperatiedagen
6
7.3 Verkiezing beste werkgever
20
7.4 Project leadership@agrifirm
20
2. Kiezen voor duurzaamheid
7
7.5 Young employees, Young Potentials
20
2.1 Schakels in de keten
7
7.6 Familiedagen
20
2.2 Samenwerking met stakeholders
7
7.7 Samen werken aan Succes II
21
2.3 Verankering van het beleid
8
7.8 Sporten bij Agrifirm
21
2.4 Klanttevredenheidsonderzoek
8
7.9 Agrifirm-specialisten op missie
21
2.5 Stichting Veldleeuwerik
8
7.10 Performance management
21
2.6 Agrifirm lid van SAI Platform
8
7.11 Veiligheidsbeleid
22
7.12 Ongevallen en ziekteverzuim
22
7.13 Codes en regelingen
22
Bijlage: GRI G4 Inhoudsopgave
24
3. Werken aan verantwoorde grondstoffen
9
3.1 Nieuwe duurzame voerconcepten
9
3.2 Brouwgerst uit duurzame teelt
9
3.3 Groei van verantwoorde soja
9
3.4 Regionale sojateelt
3.5 Introductie van verantwoord zaaizaad
3.6 Verantwoord gebruik van gewasbeschermingsmiddelen 10
3.7 Hergebruik restproducten levensmiddelenindustrie
9 10
Bijlage: Lidmaatschappen van (branche)verenigingen, nationale 27
en internationale belangenorganisaties
10
Bijlage: KPI’s Milieu
29
4. Efficiënte productie en logistiek
11
Bijlage: KPI’s Sociaal / HR
35
4.1 Energie Efficiency Index resultaten
11
4.2 CO2-emissies
12
4.3 Energiezuiniger transport
12
4.4 Opwekken van duurzame energie
12
4.5 Feedmiles en landuse
12
5. Planten en dieren laten presteren
13
5.1 Investeren in mestverwerking
13
5.2 Organische meststoffen
13
5.3 Fosfaatreductie
13
5.4 KringloopWijzer
14
5.5 Energiezuiniger transport
14
5.6 Nieuwe voerconcepten voor goed presterende dieren
15
5.7 Nieuwe bemestingsconcepten voor gezonde gewassen 17
5.8 Onderzoek voor betere teelten
17
5.9 Bijdrage van innovatieprojecten aan duurzaamheid
17
6. Bijdragen aan een duurzaam consumentenaanbod
18
6.1 Verbetering diergezondheid
18
6.2 Biologisch en gangbaar leren van elkaar
18
6.3 Nieuw Innovatiefonds voor telers
18
6.4 WeideKompas
19
6.5 Carbon footprinting
19
6.6 Voedselveiligheid
19
6.7 Agrifirm Duurzaamheid Wiki
19
4
Maatschappelijk jaarverslag 2013
1. Agrifirm, schakel in succes Agrifirm is een coöperatie waarin circa 17.500 Nederlandse
1.2 Acquisities en samenwerking
ondernemende boeren en telers hun krachten hebben gebundeld. Met succes: samenwerking biedt tal van duurzaamheidsvoordelen
In 2013 vonden verschillende veranderingen plaats. Zo vonden er vier
voor kwalitatief hoogstaande producten als diervoeders, zaaizaden,
bedrijfsovernames plaats: de aankoop van Nutreco Hongarije in Környe,
meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen.
de verwerving van de Servische bedrijven Sto Posto (35 procent) en Novi Mix (51 procent) en de aankoop van Metachem Nutrientes in
Agrifirm fungeert als een ‘schakel in succes’ van boeren en telers en richt
Brazilië in december. Ook ging Agrifirm een samenwerking aan met het
zich op de veehouderij en akker- en tuinbouw in heel Nederland. Met onze
Duitse handelsbedrijf BayWa. Samen met hen richtten we het nieuwe
dochterondernemingen die wereldwijd actief zijn, leveren we producten
landbouwmechanisatiebedrijf Agrimec op. Abemec, het mechanisatiebedrijf
en diensten ten behoeve van diervoeders en gewassenteelt. Ons
van Agrifirm, wordt een 100 procent dochter van Agrimec.
onderscheidend vermogen: we denken altijd in klantgerichte oplossingen en streven naar het beste resultaat. Voor onze medewerkers staan ‘passie
Daarnaast breidden Agrifirm en het Zweedse Landmannen Landbrük
voor het vak’, ‘werken aan morgen’ en ‘altijd scherp blijven’ daarbij centraal.
hun onderzoekssamenwerking uit met Felleskjøpet Forutvikling, een dochterbedrijf van de drie Noorse Felleskjøpet coöperaties. Daarmee versterken de bedrijven hun leidende posities op het gebied van
1.1 Onze missie
onderzoek naar nieuwe producten en voerconcepten.
Voor Agrifirm staan de belangen van haar leden voorop. De missie van
Agrifirm Feed verkocht haar aandeel van 50 procent in Subli, de
Agrifirm luidt dan ook: duurzaam waarde creëren voor de leden. Boeren
onderneming die actief is in de afzet van paardenvoer op de Nederlandse
en telers ondersteunen we met duurzame, rendabele concepten om
markt. Ook verkocht Agrifirm haar minderheidsbelang in Agrovision.
zo een optimaal resultaat te bereiken. De waardevergroting van de coöperatie vloeit via de winstuitkering weer terug naar onze leden.
Agrifirm bestaat uit zes divisies:
> Divisie Specialiteiten: productie premixen, mineraalmengsels,
> Divisie Feed: productie en afzet van diervoeders, advisering en onderzoek.
> Divisie Plant: productie en afzet van zaaizaden, meststoffen,
> Divisie Services: verkoop van landbouwmachines, technisch en
gewasbeschermingsmiddelen, afzet van graan, uien en peen,
juridisch agrarisch advies, voedingsonderzoek, productie en verkoop
advisering en onderzoek.
eiwitrijke grondstoffen en nutritionele concepten voor diervoeding.
van kunstmatig gedroogde groenvoeders en stroproducten, verkoop
> Divisie Co-products: verwerking van hoogwaardige bijproducten uit
van agrarische consumentenproducten.
> Divisie Deelnemingen: minderheidsdeelnemingen in enkele bedrijven.
de levensmiddelenindustrie tot (grondstoffen voor) diervoeders.
Leden Koninklijke Coöperatie Agrifirm U.A.
Districten
Jongerenraad
Ledenraad
Bestuur Koninklijke Coöperatie Agrifirm U.A.
Mengvoer
Agrifirm Feed, Nederland Agrifirm Belgium Agrifirm Deutschland Agrifirm Polska Agrifirm Magyarország Sto Posto*
Akker- en tuinbouw Agrifirm Plant, Nederland Agrifirm Deutschland
=
AvA Agrifirm Group BV
=
Raad van commissarissen Agrifirm Group BV
Organogram Koninklijke Agrifirm Group
Agrifirm Group BV
Agrifirm Innovation Center
Co-producten
Specialiteiten
Servicebedrijven
Deelnemingen
Agrifirm Co-products (Bonda)
Nuscience Group
Abemec Agrifirm Exlan NutriControl Oldambt Winkel BV
Agri Retail Schothorst Plukon Holland Malt
*Minderheidsbelang
Maatschappelijk jaarverslag 2013
5
1.3 Coöperatiedagen Leden zijn de belangrijkste stakeholders van onze coöperatie. Daarom
Naast het inhoudelijke gedeelte was er ruimte voor onderlinge contacten
organiseerden we ook in 2013 de Agrifirm Ledendagen. Op tien
en inspirerende sprekers van buiten de sector.
verschillende locaties in het land bespraken we de resultaten van het afgelopen jaar en de vooruitzichten voor komend jaar. Deelnemers
Voor jonge agrarische ondernemers organiseerde Agrifirm de
konden dit jaar kiezen uit diverse workshops over uiteenlopende
Jongerendag, de derde op rij. Ditmaal was het thema: ‘Wat ligt er op mijn
onderwerpen: trots en ondernemerschap, succesvol groeien, social
bordje in 2050?’. Ruim 400 jonge ondernemers uit de land- en tuinbouw
media, mest en mineralen, grondstoffen, teeltfactoren en kansen voor
namen actief deel aan deze dag. Er werd gediscussieerd over de uitdaging
gezondheidsconcepten. Zo’n 2.250 leden namen deel aan de Ledendagen.
om in 2050 9 miljard mensen te voeden.
1.4 Feiten en cijfers Agrifirm > Coöperatie met circa 17.500 leden.
Geslacht
> Hoofddirectie: drie leden.
> Toezicht door Raad van Commissarissen: acht leden.
Man
75,7 %
> Diverse dochterondernemingen die actief zijn in Nederland, België,
Vrouw
24,3 %
Duitsland, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk, Spanje, Hongarije, Polen,
Oekraïne, Servië, Roemenië, Bulgarije, Rusland, Brazilië en China.
> Netto-omzet € 2.532 mln. > Nettowinst € 20,4 mln. Contracttijd Afzet (x 1.000) ton Tabel
Mengvoeders 4.109,0
Onbepaald 86 %
Co-producten 2.508,0
Bepaald
Premixen & concentraten
442,0
Graan, aardappelen, uien en peen
688,0
14 %
Kunstmeststoffen 377,0 Organische meststoffen
525,0
Gewasbeschermingsmiddelen (in miljoen euro)
119,8
Leeftijd
Samenstelling personeelsbestand Het totaal aantal fte’s in 2013 was:
3.005
Het totaal aantal medewerkers:
3.421
< 29
25 %
30-50
49 %
> 51
26 %
Verdeling totaal aantal medewerkers
Functiefamilies
Agrifirm Group BV
65
Management
3,3 %
Agrifirm Plant
269
Commercie
36,8 %
Staf, Ondersteuning en Services
14 %
Agrifirm Co-products
212
Agrifirm Feed
654
Abemec
231
Agrifirm Belgium
35
Onderzoek en 5,3 % Innovatie
Nuscience Group
709
Operations
32,3 %
Oldambt BV
29
Anders
7,6 %
Agrifirm Deutschland
201
Agrifirm Exlan
35
Agrifirm Polska
121
NutriControl
82
Agrifirm Magyarország Zrt.
130
Agrifirm Winkel BV
648 6
Totaal 3.421 medewerkers
Maatschappelijk jaarverslag 2013
2. Kiezen voor duurzaamheid Duurzaamheid en innovatie zijn voor Agrifirm belangrijke
met de leveranciers van onze grondstoffen tot afstemming met de
pijlers onder onze strategie. De kern van onze activiteiten is het
producenten en aanbieders van de producten die bij de consument op
verbinden met de omgeving waarin het bedrijf, haar klanten
het bord liggen. Elke schakel kent knelpunten en kansen voor verdere
en haar leden opereren. We hebben daarom de ambitie om met
verduurzaming. Bijvoorbeeld op het terrein van energieverbruik, emissies
onze bedrijfsactiviteiten onderdeel uit te maken van duurzame
en invloed op de biodiversiteit.
voedselketens en zo bij te dragen aan een toekomstbestendige en rendabele land- en tuinbouw. Investeren in duurzaamheid zien we
Agrifirm zoekt voortdurend naar thema’s waarop we een substantiële
als een belangrijke voorwaarde voor continuïteit. Voor onze eigen
positieve invloed kunnen uitoefenen. We vinden dat onze bijdrage moet
onderneming, maar ook voor die van boeren en telers.
komen vanuit onze kerncompetenties: voeden van plant en bodem en het voeden van dieren. Voor onze eigen medewerkers is een belangrijke
Onze boeren en telers opereren in uiterst competitieve markten. Prijzen
rol weggelegd. Hun veiligheid, welzijn, betrokkenheid en motivatie
voor zuivel, vlees, eieren, granen en andere producten komen tot stand
vormen de basis voor duurzaam ondernemen.
op internationale markten die zeer concurrerend zijn. Verduurzaming gaat vaak hand in hand met efficiëntieverbetering en draagt daardoor
In dit verslag lichten we per schakel onze visie en prestaties in 2013 toe.
ook bij aan resultaatverbetering. Duurzame oplossingen moeten dus ook financieel rendabel zijn. Dit uitgangspunt is daarom geen belemmering voor onze ambitie; het verscherpt juist onze focus. Onze innovatiestrategie
2.2 Samenwerking met stakeholders
komt op veel plaatsen overeen met onze duurzaamheidsstrategie. Zo werken we onder meer aan een efficiëntere productie van levensmiddelen
Agrifirm begeeft zich in een groot aantal markten, uiteenlopend van de
met gezonde planten, streven we naar een gezonde bodem en gezonde
diervoederindustrie tot de verkoop van gewasbeschermingsmiddelen.
dieren en benutten we reststromen uit de levensmiddelenindustrie zo
Om onze rol optimaal te vervullen is het van groot belang om samen
goed mogelijk.
te werken met stakeholders in deze markten en ze te betrekken bij ons beleid. Daarom participeren wij in samenwerkingsverbanden, maken we (meerjaren)afspraken, organiseren we bijeenkomsten en workshops en
2.1 Schakels in de keten
nemen we deel aan onderzoeksprojecten. Onze belangrijkste stakeholders zijn coöperatieleden en klanten. Maar ook leveranciers en producenten,
Kenmerkend voor onze duurzaamheidsstrategie is dat we als bedrijf niet
onderzoekscentra, ontwikkelingsorganisaties en partners in de keten zijn
alleen onze eigen activiteiten onder de loep nemen. We zijn intensief in
voor ons onmisbaar. Achterin dit verslag vindt u een uitgebreid overzicht
gesprek met andere schakels in de keten: van vergaande samenwerking
van onze belangrijkste stakeholdercontacten.
De vier duurzame schakels van Agrifirm
Werken aan verantwoorde grondstoffen
Efficiënte productie en logistiek
Planten en dieren laten presteren
Bijdragen aan duurzaam consumentenaanbod
Onze medewerkers, de basis van succes
Maatschappelijk jaarverslag 2013
7
2.3 Verankering van het beleid
2.6 Agrifirm lid van SAI Platform
We willen ons duurzaamheidsbeleid verankeren in de kernactiviteiten
Voor een betere verbinding tussen voedselproducenten en boeren en
van onze organisatie. Vooral onze werkmaatschappijen dragen
telers is Agrifirm in 2013 lid geworden van het ‘Sustainable Agriculture
verantwoordelijkheid om dit handen en voeten te geven. Innovaties
Initiative Platform’ (SAI Platform). SAI Platform bestaat voornamelijk
realiseren we in samenwerking met het Agrifirm Innovation Center (AIC)
uit grote internationale voedselproducenten en ondersteunt de
en andere innovatieafdelingen binnen onze dochterbedrijven. Zij worden
ontwikkeling van duurzame landbouw. Het platform ontwikkelt
gedreven door vragen van leden die betrekking hebben op de praktijk.
bijvoorbeeld de wereldwijd geldende standaarden en rekenmethodes
De afdeling Corporate Affairs is een aanjager in het ontwikkelen van
om kwantitatieve informatie te verzamelen over duurzaamheid.
beleid en verantwoordelijk voor de uitvoering van strategische trajecten
Agrifirm wil hierbij haar kennis van de praktijk op het boerenbedrijf
op corporate niveau.
inzetten om tot praktisch toepasbare methodieken te komen.
2.4 Klanttevredenheidsonderzoek Voor Agrifirm is het heel belangrijk om te weten wat de klanten van ons vinden. Wij toetsen dit natuurlijk continu via de dagelijkse activiteiten, zoals klantcontact van specialisten en verkoopondersteuning, maar ook op allerlei klantenbijeenkomsten zoals bijvoorbeeld sectorraden of de ledenraadbijeenkomsten. Daarnaast wordt door Agrifirm Plant eens in de twee jaar een algemeen klanttevredenheidsonderzoek gehouden. In 2013 kwam hieruit naar voren dat 84 procent van de klanten tevreden is. Klanten gaven aan dat Agrifirm Plant staat voor een betrouwbare organisatie met veel kennis. Verder kwam er ook een aantal nuttige aanbevelingen uit, zoals het verbeteren van de klachtenafhandeling. De uitkomsten zijn gedeeld binnen het bedrijf, waarbij de sterke punten en de verbeterpunten besproken zijn. Ook de andere ondernemingen gebruiken periodieke peilingen om hun producten en diensten beter af te stemmen op de wensen van de klant. Zo heeft Abemec als belangrijkste verbeterpunt meegenomen om de communicatie over levertijden en wachttijden voor service aan te scherpen. NutriControl is in 2013 ook gestart met het structureel uitvoeren van een klanttevredenheidsonderzoek. BV Oldambt heeft door middel van persoonlijke interviews met grote klanten onderzocht hoe het staat met de tevredenheid.
2.5 Stichting Veldleeuwerik Stichting Veldleeuwerik is een onafhankelijke stichting ter bevordering van verduurzaming in de akkerbouw. Bij deze stichting zijn naast ongeveer 450 agrariërs ook een groot aantal partijen uit de keten betrokken, met name bedrijven uit de voedingsindustrie. Agrifirm Plant is medeoprichter van deze inmiddels sterk groeiende stichting en nog altijd zeer nauw betrokken. De directeur van Agrifirm Plant is medebestuurslid van de stichting en meerdere adviseurs van Agrifirm Plant zijn geaccrediteerd. Deze adviseurs begeleiden de akkerbouwers bij het maken van duurzaamheidsstrategieën.
8
Maatschappelijk jaarverslag 2013
3. Werken aan verantwoorde grondstoffen Duurzaam produceren start aan het begin van de keten: bij de
geproduceerd. Het tweede teeltjaar in 2013 leverde circa 8.000 ton
productie van grondstoffen. Agrifirm stimuleert actief de teelt van
brouwgerst op. Doordat steeds meer telers zich aansluiten, komt de
verantwoord geproduceerde grondstoffen en uitgangsmaterialen.
productie van duurzame teelt in 2014 naar verwachting uit op 10.000 ton.
Zo overleggen we met onze leveranciers over het verantwoord inkopen van grondstoffen en pionieren we met het opzetten van nieuwe ketenconcepten. Ook verwaarden we grote hoeveelheden
3.3 Groei van verantwoorde soja
restproducten uit de levensmiddelen- en biobased industrie tot hoogwaardig diervoeders. Voor al deze activiteiten is het belangrijk
Soja is een belangrijke grondstof van eiwitrijk diervoeder. Wereldwijd
dat zij aantoonbare milieuwinst opleveren.
neemt de vraag naar soja voor toepassingen in voedsel, diervoeding en biobrandstof sterk toe. Daarmee stijgt, met name in Zuid-Amerika,
3.1 Nieuwe duurzame voerconcepten
het soja-areaal. Het is belangrijk dat deze teelt van soja niet ten koste gaat van het tropisch regenwoud en andere waardevolle natuur. In het project ‘Ketentransitie duurzame soja’ werkt de hele Nederlandse
In 2013 introduceerde Agrifirm gezamenlijk met Bonda en Roxell
dierlijke productieketen samen om per 1 januari 2015 het gebruik van
een nieuw voerconcept voor legpluimvee: SOLIQ. Met dit concept is
duurzaam geteelde soja gemeengoed te maken in de Nederlandse
het voor het eerst mogelijk om vochtige voeders in te zetten voor
markt. Duurzame soja is geteeld met aandacht voor natuurbehoud,
legpluimvee. SOLIQ draagt op verschillende manieren bij aan een
biodiversiteit, verantwoord gebruik van gewasbeschermingsmiddelen,
duurzamere pluimveehouderij. Vochtige voeding heeft voordelen
goede arbeidsomstandigheden en respect voor lokale landrechten.
voor het welzijn van de hennen, doordat alle dieren dezelfde nutriënten binnenkrijgen. Uit onderzoek van het Agrifirm Innovation
Agrifirm is al jaren betrokken bij dit dossier en vervult via branche-
Center blijkt daarnaast dat de CO -uitstoot van SOLIQ 5,1 procent
organisatie Nevedi en haar overkoepelende Europese organisatie
lager is vergeleken met gangbare voeding. Dit komt omdat SOLIQ 11
European Feed Manufacturers’ Federation (FEFAC) hierbij een belangrijke
procent meer co-producten bevat.
rol. Zo leveren we een bestuurslid voor de Round Table of Responsible
2
Soy (RTRS). De RTRS is een multistakeholderoverleg waarbij producenten, Bonda, één van de dochterbedrijven van Agrifirm, produceert als enige
verwerkers en NGO’s samenwerken aan het realiseren van een keten voor
bedrijf ter wereld vochtrijk, stapelbaar mengvoer voor rundvee. Het
duurzame soja op basis van een kwaliteitsmanagementsysteem. Ook
innovatieve voer combineert de voordelen van verschillende vloeibare,
waren we via onze bestuurszetel in FEFAC aanwezig bij de Cargill Soy
droge en stapelbare (bij)producten. Hiermee zijn de mogelijkheden om
Learning Journey in Brazilië. Tijdens deze reis werden sojavelden in Brazilië
bijproducten uit de levensmiddelenindustrie in veevoer te verwerken
bezocht en werden workshops gegeven. Het resultaat is een op internet
vergroot. De varkenshouderij past brijvoeding al veel toe. Agrifirm Feed
gepubliceerde ‘white paper’ met daarin de gezamenlijk vastgestelde
heeft als nieuw manier om brijvoer te voeren de Solide Index ontwikkeld.
standpunten en wetenschappelijk geverifieerde feiten over soja. De white
Dit concept heeft als belangrijkste voordeel dat de brij homogener is,
paper is bedoeld voor beleidsmakers, die deze kunnen gebruiken voor
waardoor er meer uniformiteit ontstaat in de voeropname van de dieren.
het nemen van verantwoorde beslissingen ten aanzien van de handel in
Dit is positief voor de gezondheid en groei van de varkens. Daarnaast is er
deze grondstof.
bij toepassing van de Solide Index minder water nodig, hetgeen ook een besparing oplevert voor de hoeveelheid mest. Verder levert Agrifirm Feed
Nederlandse bedrijven kochten in 2013 samen voor ruim 417.000 ton
bedrijfsspecifieke aanvullende mengsels.
verantwoord geteelde soja. Dit komt neer op bijna een kwart van het totale verbruik van soja in Nederland. Ten opzichte van 2012 is de totale
3.2 Brouwgerst uit duurzame teelt In 2012 startten Heineken Nederland, Holland Malt en Agrifirm Plant gezamenlijk het project ‘Brouwgerst uit duurzame teelt in Nederland.’
inkoop van gecertificeerde soja bijna verdubbeld: er is sprake van een stijging van 230.000 ton.
3.4 Regionale sojateelt
Het project is ontstaan vanuit Stichting Veldleeuwerik en heeft tot doel het stimuleren van de duurzame gerst-mout-bier-keten in Nederland.
Agrifirm zet zich in voor het ontwikkelen van sojateelt en verwerking
Voor dit project is de ontwikkeling van nieuwe rassen erg belangrijk.
in Noord-West Europa. Al een aantal jaren onderzoekt Agrifirm Plant
Deze rassen moeten goede teeltkundige eigenschappen hebben, zoals
sojarassen op hun bruikbaarheid onder Nederlandse omstandigheden.
ziekteresistentie en stevigheid, maar ook een goede opbrengstpotentie
Dit heeft erin geresulteerd dat inmiddels twee rassen zijn opgenomen
en verwerkingseigenschappen. Agrifirm Plant test rassen in de praktijk
op de Nederlandse rassenlijst en dat Agrifirm in 2013 is gestart met
en zet zo stappen in de richting van een duurzame teelt. De keten ligt
een unieke praktijktest soja. In deze praktijktest begeleidden speciaal
goed op schema. In het eerste jaar werd bijna 4.000 ton brouwgerst
opgeleide specialisten van Agrifirm Plant elf startende sojatelers.
Maatschappelijk jaarverslag 2013
9
Uitgangspunt van deze praktijktest is dat sojateelt in Nederland over vijf
Daarnaast kan het zaaizaad dat over is, voor andere doelen worden
jaar commercieel aantrekkelijk moet zijn.
gebruikt zoals voor voeding of veevoer. Dit is bij chemisch ontsmet zaaizaad niet het geval.
Sojateelt in Noord-West Europa biedt verschillende voordelen. Zo kunnen
Voor een optimale toepassing van fosfaat bracht Agrifirm iSeed op de
akkerbouwers een extra gewas opnemen in de vruchtwisseling wat een
markt. Dit is een innovatieve methode voor de coating van maïszaden
positief effect heeft op de bodemvruchtbaarheid. Het lokaal verwerken
met meststoffen. Met iSeed zit de startgift op het zaad en is het fosfaat
van de soja leidt bovendien tot het beter sluiten van een regionale
direct na ontkieming beschikbaar. Dit bevordert de beginontwikkeling
kringloop. Agrifirm en deelnemende telers werken zo op een proactieve
van het gewas. Het gebruik van kunstmestfosfaat in de rijbemesting kan
manier aan duurzamer geteelde grondstoffen voor de veehouderij en de
daarom tijdens de ontwikkelfase van het maïs flink worden teruggebracht.
voedingsmiddelenindustrie. In dit eerste jaar werd door de zes telers al
Hierdoor levert gebruik van iSeed een fosfaatreductie op van tien
een opbrengst van 2,5 tot 3 ton/ha gehaald. Alle deelnemers hebben de
kilogram per hectare. In 2014 wordt gekeken naar mogelijkheden om de
intentie uitgesproken om door te gaan met de praktijktest. In 2014 streven
iSeed-behandeling voor meerdere gewassen in te zetten.
we naar een forse groei van het areaal soja naar 100 tot 150 hectare.
3.5 Introductie van verantwoord zaaizaad
3.6 Verantwoord gebruik van gewasbeschermingsmiddelen Op basis van het convenant ‘Duurzame gewasbescherming’ is door
Agrifirm Plant introduceerde in 2013 de Thermoseed-methode, een
de Vereniging Agrodis een toolbox ontwikkeld die telers helpt om
nieuwe methode die zaaigranen ontdoet van eventuele schimmels.
het oppervlaktewater schoner te houden. De Vereniging Agrodis
Na een testfase waar behandeld zaad uit Zweden in Nederland werd
behartigt de belangen van de ondernemingen in Nederland die
uitgezaaid, rolde Agrifirm Plant de behandelingsmethode van zaaigranen
gewasbeschermingsmiddelen distribueren. Agrifirm Plant is hier lid
grootschalig uit in Nederland. Met de Thermoseed-behandeling krijgt
van en stimuleert het gebruik van deze toolbox en wijst klanten op de
zaad een hittebehandeling met stoom, wat eventuele schimmels doodt
praktische tips om emissies te reduceren. Bovendien verzorgt Agrifirm
en het zaad reinigt. Agrifirm Plant beschikt op dit moment als enige bedrijf
Plant diverse voorlichtingsdagen, waarbij boeren professioneel begeleid
in Nederland over een Thermoseed-installatie. Uit proeven op diverse
worden om het milieu te ontzien en toch het toegelaten middelenpakket
praktijkpercelen blijkt dat behandeld zaaigraan goed uitgangsmateriaal
effectief in te zetten.
levert en dat behandeld zaaigraan door een snelle beginontwikkeling het onkruid beter onderdrukt. Voor biologische akkerbouwers zijn Thermoseed-zaaizaden daarom een verantwoord en effectief product.
3.7 Hergebruik restproducten levensmiddelenindustrie 44,4 procent van alle droge grondstoffen die Agrifirm in veevoer verwerkt bestaat uit restproducten uit de levensmiddelenindustrie. Deze co-producten blijven over bij de productie van bijvoorbeeld brood,
koek,
margarine,
bier
en
suiker.
Daarnaast
hebben
voedingsmiddelenproducenten te maken met een groot aantal restpartijen. In een goed uitgebalanceerde samenstelling zijn deze restproducten uitstekend geschikt als grondstof voor diervoeders. Over het algemeen waren de resultaten vergelijkbaar met die van 2012. Het percentage restproducten dat hergebruikt wordt voor het voer van melkvee verminderde vergeleken met vorig jaar. Dit wordt veroorzaakt door een lager gebruik van ‘citruspulp’. Door logistieke problemen in Brazilië werd dit product minder aangevoerd en verwerkt en vervangen door maïs en tarwe. Percentage per diersoort
10
Maatschappelijk jaarverslag 2013
2012
2013
Melkvee
65,1 57,2
Varkens
38,8 37,2
Leghennen
31,5 34,6
Vleeskuikens
40,9 42,3
4. Efficiënte productie en logistiek Efficiënte verwerking van grondstoffen en het producttransport
productielijnen in Zwolle. Maar, door de hogere energiedichtheid en
naar de klant zijn belangrijke taken van Agrifirm. Vermindering
een betere vertering van de Air Line voeders, is de CO2-emissie per kilo
van het energieverbruik en een efficiënt ingerichte logistiek,
varkensvlees lager in vergelijking met gangbare voeders. De resultaten
zijn speerpunten van ons duurzaamheidsbeleid. Daarnaast staat
van NutriControl zijn minder goed dan in 2011. Door de reorganisatie
efficiëntere productie hoog op onze agenda. Voorwaarde is dat
zijn vanaf 2012 minder analyses per jaar gemaakt wat resulteerde in
hernieuwbare energie niet wordt gewonnen uit biomassa die ook
verminderende EEI resultaten.
als voedsel of diervoeder gebruikt kan worden. In 2013 schafte Agrifirm Magyarország’s locatie Győr een nieuw
4.1 Energie Efficiency Index resultaten
transformatiestation aan om gericht het energieverbruik terug te dringen. Het energieverbruik van locatie Győr daalde daardoor van 20,9 kWh/ton in 2012 naar 16,1 kWh/ton in 2013.
Een belangrijke stap om efficiënter te kunnen produceren was de
Agrifirm vindt het ook belangrijk om bewust om te gaan met waterverbruik
introductie van de Energy Efficiency Index (EEI) in 2011. Sinds dit jaar
van de verschillende productielocaties. Waterverbruik en de impact van
hebben wij de EEI voor alle fabrieken kunnen berekenen. Daarmee
landbouw op de beschikbaarheid van water zijn belangrijke thema’s,
brengen we het energieverbruik per eenheid product op belangrijke
waar Agrifirm de komende jaren ook actief mee aan de slag gaat.
productielocaties in kaart. De index geeft aan hoe de energie-efficiëntie zich verhoudt tot het referentiejaar 2010. Voor de productlocaties van
Energieverbruik Agrifirm 2013
Agrifirm Feed is het referentiejaar 2011 gekozen, omdat sinds dat jaar de
Afgelopen jaar zijn de volgende hoeveelheden energie gebruikt door
energie-efficiëntie van deze productielocaties wordt berekend.
bedrijven uit Agrifirm Group:
2012
Door jaarlijkse herhaling van de inventarisatie, wordt de progressie in
Gas (m )
energie-efficiëntie per locatie zichtbaar en krijgen we een goed beeld van
Gas (l)
wat besparingsmaatregelen opleveren.
Elektriciteit (kWh)
14.814.015
304.944
93.539
165.545.406
158.852.761
13.306
9.881
Steenkool (ton) Over het algemeen waren de resultaten vergelijkbaar met die van
Stookolie (l)
2012. Een opvallende vooruitgang van de EEI is te zien bij de locatie
Diesel (l)
Szamotuly van Agrifirm Polska. Deze vooruitgang werd geboekt door het aanschaffen van een nieuwe boiler. Agrifirm Deutschland monitort haar energieverbruik nu intensief. Hierdoor verbeterde de energie-efficiënte
2013
13.730.062
3
215.288
787.501
7.678.358
5.335.582
Benzine (l)
192.765
23.930
Adblue (l)
25.000
31.200
Aandeel hernieuwbare energie
2,56%
3,16%
bij de locatie Neuss. De vooruitgang in EEI bij de locatie Margonin van Agrifirm Polska is te verklaren door een lagere productie van meel, waarvoor de prestatiemaat lager ligt. In 2014 zullen de uitgangspunten (prestatiemaat en type productielijnen) voor de EEI berekeningen voor
Hernieuwbare energie 120% 2010 2011 2012 2013
100%
iedere productielocatie worden geactualiseerd.
80% 60%
Agrifirm Feed
Agrifirm Belgium
Agrifirm Polska
Agrifirm Deutschland
Agrifirm Magyarország Zrt.
NutriNuscience Group Control
Maatschappelijk jaarverslag 2013
11
Opeinde
Agrifirm Winkel BV Oldambt
NutriControl
Agrifirm Exlan Veghel
BV Oldambt
Abemec
Baasrode
Agrifirm Plant Drongen
Agrifirm Belgium
Agrifirm Polska
Agrifirm Magyarország Zrt.
Agrifirm Co-products
Bocs
Kaba
Neuss
Topola
Szamotuly
Margonin
Grobbendonk
Zwolle
Wansum
Veghel
Oss
Meppel
Emmen
140 120 100 80 60 40 20 0
Drachten
Energieverbruik 2013 t.o.v. referentiejaar
Gyor
De productie van deze voeders vergt meer energie dan de reguliere
Agrifirm Deutschland
efficiënter geworden omdat de locatie Air Line voeders produceert.
Nuscience Group
van 2011. De productielocatie Zwolle is door de jaren heen niet energie-
Agrifirm Feed
0%
Dit zorgde voor circa 5 procent minder elektrisch verbruik ten opzichte
Agrifirm Group BV
20%
van de compressoren op de productielocaties Oss, Veghel en Wanssum.
(exclusief deelnemingen)
40%
Agrifirm investeerde voor bijna een half miljoen euro in de vervanging
BV Oldambt
4.2 CO2-emissies Op basis van het energieverbruik heeft Agrifirm dit jaar voor het eerst
tussen de distributiecentra en een betere indeling van postcodegebieden
de CO -emissies (Organisational Environmental Footprint) berekend.
droeg hier ook aan bij.
2
De resultaten voor CO2-emissies zijn gebaseerd op emissiefactoren gepubliceerd door Stimular (o.b.v. CE Delf 2010) en Climate Neutral Group
Een andere verbetering van Agrifirm Plant is een optimalisatie van de
(o.b.v. Agentschap NL, CO2 prestatieladder 2012):
graanlogistiek en de graanopslag. Ongeveer 10 kleinere opslaglocaties werden gesloten en een nieuwe moderne opslag voor graan werd in
> CO2-emissies directe energie 51.351.236 kg CO2-equivalent
gebruik genomen in Kampen. De locatie in Kampen biedt uitstekende
> CO -emissies indirecte energie 80.273.703 kg CO -equivalent
mogelijkheden om met schepen aan- en af te voeren, waardoor het
2
2
wegtransport afneemt. Tevens introduceerde Agrifirm Plant in 2013
4.3 Energiezuiniger transport
voor telers in graandichte gebieden de mogelijkheid om graan, na een korte bewaarperiode van enkele dagen, op te laten halen door Agrifirm. Deze ‘af erf service’ vervangt transport van granen door telers naar een
Het transporteren van producten draagt bij aan een aanzienlijk deel van
stort-, of opslaglocatie. Dit resulteert in minder transport tijdens de
het energieverbruik en daarmee de CO -uitstoot van Agrifirm. Doel is om
oogstperiode en efficiënter transport. Dit draag bij aan minder CO2-
het transport efficiënt en energiezuinig te organiseren. Op veel locaties is
uitstoot en veiliger verkeer.
2
geïnvesteerd en zijn de productie en het transport flexibeler en efficiënter ingericht. Zo zijn zowel bij Agrifirm Plant als bij Agrifirm Feed het werken volgens
4.4 Opwekken van duurzame energie
IDEX (Integrated Daily Excecution) - principes geïntroduceerd. Dit houdt
Agrifirm stimuleert het opwekken van duurzame energie door
efficiënter plannen in, waardoor minder kilometers per afgeleverde ton
mestverwerking. Agrifirm Exlan, onderdeel van Agrifirm Group, begeleidt
voer nodig zijn. De beladingsgraad bij het transport van Agrifirm Plant
ondernemers in vergunningstrajecten voor co-vergistingsinstallaties.
van verpakte meststoffen steeg met ongeveer met 700 kg per vracht. Ook
Deze installaties produceren biogas door het vergisten van mest- en co-
daalde het aantal kleine vrachten (< 27 ton) met ongeveer de helft. Bij het
producten, reststromen uit de landbouw en voedingsindustrie. Met deze
IDEX project van Agrifirm Feed in Veghel steeg de beladingsgraad van 90
installaties kunnen ondernemers reststromen zo hoogwaardig mogelijk
procent naar 96 procent en het aantal kilometers per ton vracht daalde
inzetten en op een duurzame manier energie opwekken. Bovendien
met 6,3 procent (van 6.35 km/ton naar 5.95 km/ton).
worden er mineralenconcentraten geproduceerd die uitstekend
Binnen Agrifirm Feed hebben daarnaast Business Excellence projecten
inzetbaar zijn bij de bemesting van akkerbouwgewassen.
bijgedragen aan een efficiëntere logistiek. Deze projecten zetten in op het verbeteren van bedrijfsprocessen en het verhogen van de efficiëntie. Bij de productielocaties Wanssum en Meppel startte in 2013 het project
4.5 Feedmiles en landuse
Lean Production dat zich richt op verbeteringen in productie en logistiek. Elk jaar breiden we dit project met twee locaties uit. Ook zette Agrifirm
Agrifirm berekent jaarlijks hoeveel transportkilometers (‘feedmiles’) en
Feed in 2013 vijf Euro6 gecertificeerde vrachtwagens in om de uitstoot
hoeveel landbouwgrond (‘landuse’) nodig zijn voor de productie van een
van NOx en fijnstof te verminderen. Voor een nog verdere verhoging van
kilogram melk, varkensvlees, pluimveevlees en eieren. In deze berekening
de flexibiliteit en de efficiëntie van het transport, besteedt Agrifirm Feed
zijn alle schakels in de keten meegenomen, van de teelt van grondstoffen
het transport per 1 januari 2014 volledig uit. De logistiek van Agrifirm
voor diervoeders tot en met de producten die veehouders produceren.
Feed werd al voor de helft door een externe vervoerder verzorgd. Door
Het landgebruik en het aantal kilometers zijn in principe vergelijkbaar
een optimalere rittenplanning resulteert uitbesteding van het transport
met de resultaten van 2012.
in een lagere CO -uitstoot en minder kilometers. 2
Het motto bij Agrifirm Plant is ‘efficiënt als het kan, spoed als het moet’.
Landuse
Agrifirm Plant verving het door de klant afhalen van producten door
Varkensvlees
3,9 m2/kg
4,7 m2/ kg
volledige bezorging. Met deze vervanging wordt voor een moderne
Eieren
4,8 m /kg
4,8 m2/ kg
logistiek gekozen, op maat gesneden voor de klant. Hierdoor worden
Pluimveevlees
4,5 m2/kg
4,9 m2/ kg
producten niet eerst van een centraal magazijn of productielocatie naar
Melk
1,1 m /kg
1,2 m2/ kg
2012 2013 2
2
een afhaaldepot getransporteerd. De producten worden rechtstreeks naar de afnemer getransporteerd. De leverbetrouwbaarheid van deze
Feedmiles
2012
2013
franco levermethodiek wordt ook volgens IDEX principes gemeten.
Varkensvlees
3,328 km /kg
5,67 km/ kg
De distributie van zowel zaaizaad als gewasbeschermingsmiddelen
Eieren
2,852 km/kg
5,672 km/ kg
verbeterde daardoor; meer dan 98 procent werd uitgeleverd wat
Pluimveevlees
4,385 km/kg
6,185 km/ kg
resulteert in minder kilometers. Betere afstemmingen en samenwerking
Melk
1,002 km/kg
1,002 km/ kg
12
Maatschappelijk jaarverslag 2013
5. Planten en dieren laten presteren Met onze producten en diensten stellen we boeren in staat
Organische meststoffen
om planten en dieren optimaal te laten presteren. Zo dragen
600.000
we bij aan verkleining van de ecologische voetafdruk van
500.000
de voedselproductie, wat in veel gevallen gepaard gaat met
400.000
een rendementsverbetering voor de boer. De belangrijkste
300.000
voorwaarde: een goede gezondheid van dier, plant en bodem. Het Agrifirm Innovation Center, de R&D-afdeling van Agrifirm Plant en de Nutritie&Innovatie-afdelingen binnen Agrifirm Feed hebben een spilfunctie om productinnovaties op dit terrein te
200.000 100.000 0
2008
Vloeibaar (t)
2009
2010
Stapelbaar (t)
2011
2012
Compost (t)
2013
Organische meststoffen
ontwikkelen.
5.1 I nvesteren in mestverwerking
5.3 Fosfaatreductie Minder fosfaat in het voer, betekent ook minder fosfaat in de mest. Dat draagt
Nieuwe mestwetgeving verplicht boeren met een mestoverschot
bij aan een beter milieu en een grotere biodiversiteit omdat er minder risico
vanaf 2014 om een deel van de mest te verwerken. Daarom moet
is voor uitspoeling van fosfaat naar het oppervlaktewater. Voor Agrifirm is de
in 2014 voldoende mestverwerkingscapaciteit beschikbaar zijn.
reductie van fosfaat in voer een belangrijk speerpunt. Agrifirm Feed heeft
Mestverwerking draagt bij aan het opwerken van mest tot waardevolle
hiervoor speciale voerconcepten ontwikkeld voor alle sectoren. Voorbeelden
nutriënten en organische stof voor de bodem. Door mest te verwerken
hiervan zijn Air Line [2.0] (60 procent minder fosfaat en 30 procent minder
worden meststromen efficiënt ingezet en zijn we een stap dichterbij het
stikstof in de mest) en Pmin-voeders voor varkens en de nP-voeders
sluiten van kringlopen. Juiste inzet van nieuwe organische meststromen,
voor rundvee. Agrifirm heeft in alle rundveevoerlijnen ook de maximale
verbetert de bodemvruchtbaarheid bij telers.
hoeveelheid fosfaat in de voeders verlaagd. Daarnaast stimuleren onze specialisten rundveehouders om deel te nemen aan BEX (bedrijfsspecifieke
Agrifirm is één van de initiatiefnemers van het Mestinvesteringsfonds
excretie). Uitgangspunt van deze initiatieven zijn het verbeteren van de
dat in 2013 opgericht werd. Het fonds biedt achtergestelde leningen aan
mineralenefficiëntie met behoud van goede diergezondheid.
om concrete investeringsplannen voor mestverwerking te stimuleren. Het Mestinvesteringsfonds is een initiatief van 24 voerbedrijven en
In totaal werd in 2013 een reductie van 1,1 miljoen kg fosfaat gerealiseerd
wordt ondersteund door LTO, NVV en Rabobank. Ruud Tijssens, director
ten opzichte van het ijkjaar 2009. Agrifirm levert hiermee een substantiële
Corporate Affairs van Agrifirm, is voorzitter van het bestuur van het
bijdrage aan het halen van de sectorale doelstellingen, zoals beschreven
Mestinvesteringsfonds. In 2013 ontving het fonds ruim 50 aanvragen en
in het convenant Voerspoor van Nevedi en LTO. De fosfaatbesparing was
werd circa 5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor verwerkingsinstallaties.
minder dan in 2012 omdat sommige grondstoffen niet voor handen
Agrifirm Exlan, een dochteronderneming van Agrifirm Group en ZLTO
waren waardoor andere grondstoffen in het voer gebruikt werden. Deze
screenen de ingediende voorstellen en zorgen, indien noodzakelijk, voor
grondstoffen bevatten meer fosfaat.
verdere begeleiding. Verminderen fosfaat in veevoer Agrifirm maakt ook deel uit van het Projectbureau Lokale Mestverwerking (PLMV). Dit is een samenwerkingsverband tussen
Fosfaatbesparing (kg)
ZLTO, LLTB, LTO Noord, Mestac en Agrifirm Exlan. PLMV wil lokale
Rundvee
953.631 534.650
mestverwerkingsinitiatieven voorzien van kennis en advies over
Varken
698.535
2012
2013 538.886
mestverwerking. In de plantaardige sector werkt Agrifirm Plant ook aan het verminderen
5.2 Organische meststoffen
van het fosfaatgebruik. Onderzoek van Agrifirm Plant richt zich op een optimale opbrengst en bodemvruchtbaarheid met minder fosfaat. Zo ontwikkelt Agrifirm Plant speciale producten zoals iSeed, waarmee het
Voor Agrifirm Plant is een toename in het efficiënter inzetten van
fosfaat gebruik van telers verminderd kan worden. Daarnaast adviseren
organische meststoffen een belangrijke doelstelling. In 2012 was er
wij telers over hoe zij het best rijenbehandeling kunnen toepassen in
echter nog weinig groei in de afzet van organische meststoffen en
vloeibare, korrel-, en granulaatvorm. Hierdoor is het aandeel van telers dat
compost te zien. Dit had onder andere te maken met het slechte weer
rijenbehandeling doet toegenomen. Dit vergroot de toepassingsruimte
tijdens de periode dat de mest uitgereden mocht worden. Voor 2013
voor onder andere organische mest, digestaat en compost. Dit draagt
is er wel een behoorlijke stijging in het gebruik van deze producten
weer bij aan de aanvoer van voldoende organische stof voor het behoud
gerealiseerd.
van de bodemvruchtbaarheid.
Maatschappelijk jaarverslag 2013
13
5.4 KringloopWijzer
Agrifirm levert ook het voer voor Optimum Vita. Op één locatie van ei tot vleeskuiken is de kern van dit nieuwe concept. Dit leidt tot sterkere
Vanaf 2015 is de KringloopWijzer verplicht voor melkveehouders met
en gezonde kuikens en levert ook milieuwinst op. De CO2-uitstoot is 14
een fosfaatoverschot. De KringloopWijzer brengt de kringloop van voer,
procent lager dan in een standaardsysteem en het concept realiseert een
mest en bodem van een melkveebedrijf in beeld. Met deze gegevens
fosfaat- en stikstofreductie van 3 procent per kuiken. Agrifirm startte eind
kan de melkveehouder gemakkelijker rekening houden met de bodem,
2013 met voerproeven in het nieuwe houderijconcept. De onderzoeken
een andere voerverhouding kiezen en efficiënter bemesten. Dit verbetert
dragen bij aan de verbetering van het dierenwelzijn van de vleeskuikens.
de efficiëntie van het melkveebedrijf en laat zowel plant als dier beter presteren. Dit levert ook winst voor het milieu op.
Sinds 2013 is het legpluimveevoer VIGOR ook beschikbaar voor de biologische pluimveehouderij. Agrifirm Feed speelt hiermee in op de vraag
Agrifirm Exlan, onderdeel van Agrifirm Group, adviseert melkveehouders
vanuit de markt. Door de toevoeging van een co-product dat ontstaat bij
over de KringloopWijzer. In 2013 is gestart met het begeleiden van een
de verwerking van tarwe, stimuleert VIGOR de werking van de vertering
aantal studiegroepen. Daarnaast werd een groep rundveespecialisten
waardoor hennen de voedingsstoffen beter opnemen. De vervanging
van Agrifirm Feed opgeleid tot KringloopWijzerspecialist. Agrifirm gaat in
van 3 procent van de gangbare grondstoffen door co-producten levert
2014 al haar specialisten opleiden tot KringloopWijzerspecialist.
bovendien een verlaging van de carbon footprint op van 4 procent. Programma’s voor gezond rundvee
5.5 Nieuwe voerconcepten voor goed presterende dieren
Voor het optimale resultaat is management van boeren doorslaggevend. Agrifirm is daarom betrokken bij het project Smart Dairy Farming. Smart Dairy Farming ontwikkelt een nieuwe aanpak om data over ondermeer groei van jongvee en diergezondheid te vertalen naar praktische
Nieuwe concepten voor pluimvee
adviezen. Hierdoor stijgt de levensduur en verbetert de diergezondheid
Begin 2013 introduceerde Agrifirm een nieuw legpluimveeconcept:
van melkkoeien.
SCALA. Het concept is een unieke voeraanpak die beter aansluit op de voedingsbehoefte van hennen. Omdat hennen de mineralen uit het voer
Voor melkveehouders lanceerde Agrifirm Feed in 2013 ook een nieuw
beter benutten, wordt de levensduur van hennen verlengd en zijn ze
concept: PensEfficiënt. Met praktische tools kunnen specialisten van
gezonder. SCALA verlaagt de uitval van hennen met 30 procent en zorgt voor
Agrifirm Feed het kengetal BufferZuurBalans bepalen. Dit kengetal is
een betere legpersistentie. Door een betere voerbenutting is bovendien de
ontwikkeld in samenwerking met Agrifirm Innovation Centre en voorspelt
verbrandingswaarde van de mest hoger wat meer stroom oplevert.
hoe verzurend het voer is. Hierdoor is het mogelijk om tijdig maatregelen te nemen om pensverzuring te voorkomen en een gezonde pens te
In 2013 was Agrifirm betrokken als adviespartner bij de lancering
behouden. Naast de gezondheid en melkproductie van de koe, heeft dit
van Optimum Vita, het nieuwe houderijconcept voor vleeskuikens.
ook voordelen voor het milieu door een betere voerefficiëntie.
14
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Nieuwe concepten voor de varkenshouderij
toegevoegde waarde boven de bestaande bemestingsproducten van
Goed voer speelt een belangrijke rol bij de gezondheid van dieren en
Agrifirm Plant. Voorbeelden zijn de Top Mixen, Top Cote meststoffen en
een lager antibioticagebruik. Agrifirm Feed lanceerde daarom in 2013
de Grasmix® Kali. Grasmix® Kali is bedoeld voor de rundveehouderij en
de nieuwe biggenaanpak Big Control. Dit is een totaalaanpak gericht op
is een ideale aanvulling op de basisbemesting met drijfmest. Top Mixen
een goede voeropname en gezonde biggen. Met het voeder Air Line
zijn samengestelde meststoffen met een optimale samenstelling die
[2.0] Big verbetert de weerstand van de big en worden darmproblemen
de gebruiker een nauwkeuriger en efficiëntere bemesting leveren. Eén
voorkomen. Door de toevoeging van Darmfit® aan het voer nemen
van de Top Mixen is de Top Cote lijn bestaande uit maatmeststoffen.
biggen de voedingsstoffen beter op. Dit resulteert in gezondere biggen
Een innovatief en duurzaam product waarin gecoate en ongecoate
en minder antibioticagebruik.
meststoffen gecombineerd worden met teeltspecifieke samenstellingen. Door de coating komen nutriënten vrij wanneer planten of bomen het
Agrifirm Feed lanceerde ook een nieuwe zeugenaanpak: Sow Control.
nodig hebben. Dit geeft een langere werking en een betere benutting
Dit is een nieuwe totaalaanpak voor elke fase van de cyclus van zeugen.
van de stikstof. En dat levert winst op voor het milieu.
Sow Control biedt voor iedere fase speciale voeders en deskundig advies. Met het nieuwe voer, de Transitie korrel, kan de varkenshouder het voer
Speciaal voor de bloembollenteelt ontwikkelde Agrifirm Plant samen
goed afstemmen op de behoefte van de zeug rond werpen. Big Control
met ORGAplus een nieuwe organische meststof. Bollengronden in het
en Sow Control zijn uitvoerig getest op Researchfarm Laverdonk en in
noordelijk zandgebied kenmerken zich door een hoge behoefte vanwege
de praktijk. Uit deze praktijktesten blijkt dat de biggen in de eerste week
de snelle afbraak van organische stof. De nieuwe meststof wordt gevormd
naar de geboorte een hogere groei hebben. Daarnaast werd er een
uit verschillende organische grondstoffen en herstelt het bodemleven.
lagere uitval gemeten: 8,3 procent versus 10,0 procent voor de biggen in
Dit resulteert in sterke en gezonde gewassen. Uit onderzoek blijkt dat de
de controlegroep. Door minder uitval en minder achterblijvers levert de
nieuwe meststof beter presteert dan kunstmest en andere organische
Sow Control aanpak meer gespeende biggen op: 12,7 procent in de Sow
mestkorrels. Op bollengronden heeft de bodem gemiddeld behoefte
Control groep versus 12,1 procent in de controlegroep.
aan 4.680 kg Effectief Organische Stof (EOS) per hectare om de afbraak te compenseren. Met een stalmeststrategie kan een teler maximaal 3.617 kg EOS per hectare aanvoeren. De afbraak van organische stof kan daarmee
5.6 Nieuwe bemestingsconcepten voor gezonde gewassen
niet gecompenseerd worden. Daarom ontwikkelde Agrifirm Plant een nieuwe meststrategie met ORGAplus. Door gebruik van ORGAplus kan een teler 7.040 kg EOS per hectare aanvoeren, waarmee de afbraak van 4.680 EOS per hectare ruimschoots wordt gecompenseerd.
Een juiste bemesting is belangrijk om planten goed te laten presteren. Doel is een gezonde bodem, goede bodemvruchtbaarheid en gezonde gewassen. Daarom ontwikkelde Agrifirm Plant nieuwe concepten voor een juiste bemesting: de toplijnen. Deze producten geven extra
Maatschappelijk jaarverslag 2013
15
Proeven en demo’s Agrifirm Plant
Vierhuizen
Uithuizermeeden Oudeschip Mensingeweer
Kollummerwaard Haren
Sexbierum
Cocksdorp
Warmenhuizen
Westerbork
Steenwijkerwold
Slootdorp
Creil Espel Tollebeek Nagele Zwaagdijk Ens
Wapse Giethoorn
Valthermond
Dronten
Lelystad Almere
Nieuw Beerta
Rolde
Oosterzee Julianadorp
Nieuw Scheemda
Zeewolde
Opheusden Werkendam Langeweg Colijnsplaat
Drunen
Heesch Vredepeel
Udenhout
Berendrecht (B)
Wijnandsrade Gulpen
Legenda Proeven 2013
Vanggewas
Demo’s 2013
Meststoffen
Precisielandbouw
Wintertarwe Wintergerst Zomertarwe
Rode kool
Sluitkool
Rassen
Zomergerst Japanse haver
Aardappelen Groenbemester Appel
16
Gewasbeschermingsmiddelen
Vitaliteit
Biologische akkerbouw
Bakkwaliteit
Granen
Grasland
Diverse gewassen
Suikerbiet
Maïs
Prei
Uien
Wortelen
Zaaiuien
Peer
Boomteelt
Gladiool
Hyacint
Lelie
Narcis
Tulp
Zantedeschia
Druifje
Maatschappelijk jaarverslag 2013
5.7 Onderzoek voor betere teelten Agrifirm Plant voert al vele jaren onderzoek uit waarmee we telers
5.8 Bijdrage van innovatieprojecten aan duurzaamheid
een goed gefundeerd advies kunnen geven. De afdeling R&D en
Net als voorgaande jaren is er bij AIC, Agrifirm Plant en Agrifirm Business
teeltspecialisten zoeken met landelijke en regionale proeven oplossingen
Excellence (BE) een duurzaamheidsscan uitgevoerd om inzichtelijk te
voor actuele problemen in teelten. Agrifirm Plant onderzocht in 2013
maken welke projecten in 2013 een bijdrage hebben geleverd aan: de
bijvoorbeeld voor welke gebrekverschijnselen prei gevoelig is en wat
gezondheid van mensen en dieren (‘people’), de biodiversiteit en de
de effecten van deze gebreken zijn op het geoogste product. Een uniek
uitstoot van broeikasgassen (‘planet’) en het rendement voor de boer
onderzoek, want dit werd nog niet eerder onderzocht bij prei. Ook
(‘profit’). Zo heeft AIC in 2013 een Proof of Principle studie gedaan naar de
onderzocht Agrifirm Plant de effecten van kalibemesting in de teelt van
uniformiteit van meel voor leghennen, om daarmee de uitval van dieren
prei. De conclusies van de onderzoeken vormen de basis van het nieuwe
te verminderen en ook het energieverbruik in de fabriek te reduceren.
prei bemestingsadvies en gericht advies voor opbrengst en kwaliteit.
Daarnaast heeft AIC twee studies gedaan naar de darmgezondheid en vitaliteit van pasgeboren biggen. Deze projecten waren een
Koprot is een groot probleem in de uienteelt. Agrifirm Plant en Dacom
verdienste voor de duurzaamheidsthema’s diergezondheid en humane
namen in 2013 het voortouw en ontwikkelden een innovatieve, online
antibioticaresistentie. Agrifirm Plant heeft ook in 2013 pilots gedaan met
concept adviesmodule tegen koprot in uien. Data over koprot van uien
een beslissingsondersteunende systeem om de eikenprocessierups te
in opslag werd gecombineerd met de ervaringen van uientelers en de
traceren. Deze tool biedt gemeenten informatie om de rups tijdig en
waarnemingen van teeltspecialisten. Omdat het weer per regio een grote
efficiënt te bestrijden. De grote verbeteringen voor transport bij Agrifirm
rol speelt, biedt de module specifiek, regionaal advies. Agrifirm Plant
Plant werden mede geïnitieerd door de projecten van Business Excellence.
voerde ook onderzoek uit naar Pythiumbestrijding en stimulering van
Op basis van de duurzaamheidsscan is in onderstaande tabel aangegeven
de vitaliteit bij hyacinten. De combinatie van een gezond bodemmilieu
hoevel procent van de innovatieprojecten van Agrifirm een bijdrage heeft
en de inzet van effectieve middelen blijkt het meest succesvol. Door
geleverd op specifieke duurzaamheid doelen.
deze proeven kan Agrifirm Plant telers gericht adviseren over de juiste beschermingsmiddelen en het optimale gebruik van deze middelen. Agrifirm Plant steekt elk jaar veel tijd en energie in rassenproeven en demo’s. Samen met klanten bepaalt Agrifirm welke rassen perspectief hebben. Agrifirm Plant voerde ook onderzoek uit naar onder andere verschillende rassen wintertarwe.
Duurzaamheidsscan innovatieprojecten People Bijdragen aan vermijden humane resistentie tegen antibiotica:
AIC 17%
Verbetering diergezondheid en dierenwelzijn:
AIC 47%
Bijdrage aan het opleiden van interne of externe betrokkenen:
Plant 43%, BE 100%
Planet Biodiversiteit: verbeteren fosfaatefficiëntie:
AIC 13%,
Plant 31%
Biodiversiteit: verbeteren stikstofefficiëntie:
AIC 33%,
Plant 43%
Biodiversiteit: verbeteren van bodemfysica:
Plant 31%
Biodiversiteit: verbetering gebruik GBM:
Plant 51%
Klimaat: terugdringen uitstoot van zware broeikasgassen (methaan en lachgas):
AIC 20%,
Klimaat: verbeteren voederconversie:
AIC 50%
Klimaat: verminderen eigen energieverbruik:
AIC 10%,
BE 62%
Alternatieve eiwitbronnen:
AIC 33%,
Plant 9%
Hergebruik grondstoffen (recycling):
Plant 17%
Lucht- en waterkwaliteit:
Plant34%
Plant20%
Profit Directe kostprijsreductie van de eigen activiteiten en/of van de leden:
AIC 77%,
Plant 83%, BE 85%
Interne samenwerking:
AIC 70%,
Plant 74,
Samenwerking in de keten:
AIC 43%,
Plant57%
Maatschappelijk jaarverslag 2013
BE 92%
17
6. Bijdragen aan een duurzaam consumentenaanbod De invloed van de voedselproductie op de aarde en het welzijn
gebruik maken van MelkNavigator, een beoordelings- en adviestool die
van dieren en mensen krijgt steeds meer aandacht. De vraag naar
exact berekent welke voedingsstoffen koeien nodig hebben voor het
gezonde en duurzaam geproduceerde consumentenproducten
gewenste resultaat.
neemt toe. Wij vinden het belangrijk dat onze klanten de consument een ruime en verantwoorde keuze kunnen bieden. Daarom heeft Agrifirm een breed assortiment en werken we actief samen met ketenpartners om nieuwe productconcepten te ontwikkelen en te implementeren.
6.2 Biologisch en gangbaar leren van elkaar De biologische sector groeit. In 2012 gaven consumenten voor het
6.1 Verbetering diergezondheid
eerst meer dan een miljard euro uit aan biologisch voedsel. Tegelijkertijd wordt de wet- en regelgeving voor gangbare veehouderij en akkerbouw aangescherpt. Akkerbouwers zien de mogelijkheid voor gangbare
Het beperken van het antibioticagebruik vermindert de kans op het
onkruid- en plaagbestrijding en bemesting afnemen. Veehouders
ontwikkelen van resistentie bij pathogenen. Gezonde dieren hebben
moeten voldoen aan scherpere eisen op het gebied van huisvesting,
minder antibiotica nodig. Goed voer en de juiste toepassing hiervan speelt
ingrepen en medicijngebruik. Zowel veehouders als telers willen steeds
een belangrijke rol bij de gezondheid van dieren. Het is belangrijk om te
meer verduurzamen om tegemoet te komen aan de wens van de
voeren naar behoefte met een product dat zo goed mogelijk aansluit op de
consument en de maatschappij. Oplossingen uit de biologische sector
leeftijdsfase van het dier. De voeders van Agrifirm Feed zijn zo ontwikkeld
bieden daarvoor goede kansen. ‘Natuurdiensten’ zoals roofinsecten,
dat ze de groei en gezondheid van de dieren optimaal ondersteunen.
natuurlijk kringlopen en het bodemleven zijn gemeengoed voor de
Voorbeelden hiervan zijn SOLIQ, VIGOR en de Air Line voeders.
biologische sector. Tegelijkertijd zijn deze natuurdiensten belangrijke landbouwpraktijken waar de reguliere sector van kan leren. Door een
De wettelijk verplichte antibioticareductie van 50 procent voor 2013 is in
grotere diversiteit in soorten en landschap en een goede bodemkwaliteit
2012 gehaald. In 2015 moet de reductie 70 procent zijn. Door goed voer
wordt het landbouwsysteem versterkt. Daarnaast, is biodiversiteit ook
en goed afgestemd advies hopen we hier een steentje aan bij te dragen.
steeds meer een verdienste waar boeren voor worden beloond.
SOLIQ is het eerste vochtrijke voeder voor leghennen. Vochtrijke voeding
Agrifirm zag in 2013 ook dat middelen en producten die ontwikkeld zijn
heeft een duidelijk voordeel voor de gezondheid en ontwikkeling
voor de biologische sector steeds vaker door de gangbare sector worden
van hennen omdat selectief pikken niet meer mogelijk is. De kippen
gebruikt. Agrifirm Plant stimuleert haar klanten ook in het zoeken naar
krijgen dus altijd alle voedingsstoffen binnen. VIGOR, een ander voer
nieuwe mogelijkheden om landbouwpraktijken te verduurzamen. Een
voor leghennen, heeft een bewezen positief effect op de vertering.
voorbeeld is het toenemende aantal leden in de bloembollensector die
Het bevordert de maagwerking en reguleert de darmpassage
interesse toont in advies over het gebruik van mycorrhiza. We verwachten
waardoor meer voedingsstoffen worden opgenomen. Met VIGOR
dat de markt voor segmenten tussen biologisch en gangbaar verder zal
kunnen darmproblemen zowel voorkomen als aangepakt worden.
groeien en dat de gangbare sector verder zal verduurzamen. De diversiteit
De Air Line varkensvoeders verbeteren de vertering, verminderen
aan concepten en dynamiek in de sector bieden ondernemers kansen
maagaandoeningen en zorgen zo voor gezondere dieren. Air Line [2.0]
om van elkaar te leren en zich te laten inspireren.
voeders dragen ook bij aan de reductie van fosfaat wat winst oplevert voor het milieu.
6.3 Nieuw innovatiefonds voor telers
Agrifirm Feed heeft daarnaast verschillende concepten ontwikkeld die specifiek een bijdrage leveren aan de diergezondheid zoals bijvoorbeeld
Afgelopen jaar is het nieuwe Innovatiefonds voor telers gepresenteerd.
PensEfficiënt. Met PensEfficiënt kunnen melkveehouders sturen op
Dit fonds is een initiatief van acht partijen die nauw betrokken zijn bij de
een gezonde pens, goede voerefficiëntie en productie van de koeien.
sector, waaronder Agrifirm Plant. Doel van het Innovatiefonds is om telers te
Het bestaat uit een uniek kengetal BufferZuurBalans wat subklinische
stimuleren expertise met anderen te delen. Op de site van het Innovatiefonds
pensverzuring kan voorkomen. Ook ontwikkelde Agrifirm verschillende
kunnen telers hun innovatieve dienst, product of toepassing indienen. Een
programma’s die ondernemers ondersteunen om goede keuzes te
onafhankelijk vakjury - onder leiding van prof. dr. ir. Rudy Rabbinge (WUR) -
maken zoals OPFOK 24. Het programma levert in elke fase het juiste
beoordeelt de aanvragen op het innovatieve karakter. Inzenders kunnen een
voeradvies voor een optimale ontwikkeling. De 100-dagenaanpak bevat
financiële ondersteuning van maximaal 5.000 euro verdienen. Met de beloning
de juiste producten en het beste advies voor de voeding, huisvesting en
kunnen zij het idee verder uitvoeren of perfectioneren. Kijk voor meer informatie
verzorging voor koeien rond het afkalven. Melkveehouders kunnen ook
op de website van het Innovatiefonds: www.innovatiefondsvoortelers.nl
18
Maatschappelijk jaarverslag 2013
6.4 WeideKompas
het gebruik van maïs ten opzichte van het aandeel tarwe en soja in de voederproducten, door de hogere prijzen van tarwe. Maïs is in 2013 ook
Beweiding staat steeds meer in de belangstelling. Ook veel consumenten
meer ingekocht uit Brazilië en Oekraïne, dan uit Frankrijk. Dit heeft een
geven aan de koe graag in de wei te zien. Om de veehouder te helpen
belangrijke bijdrage geleverd aan een stijging van de Carbon footprint.
met de overgang op beweiding of meer rendement uit zijn beweiding te halen heeft Agrifirm Feed de WeideKompas ontwikkeld. De WeideKompas geeft met drie keuzes, diverse tools en praktisch advies antwoord op veel
6.6 Voedselveiligheid
vragen van de veehouder rondom weidegang. Begin 2013 werd in enkele partijen maïs afkomstig uit Servië, Hongarije en Roemenië verhoogde concentraties aflatoxine aangetroffen. Agrifirm Feed
6.5 Carbon footprinting
heeft, net als de andere diervoederondernemingen die zijn aangesloten bij TRUST FEED, voer voor melkkoeien teruggehaald waarin maïs uit Servië,
Carbon footprinting is het uitrekenen van de totale broeikasgasemissies van
Roemenië of Hongarije was verwerkt. Deze actie is uit voorzorg genomen
een product gedurende zijn hele levensduur. Dit onderwerp komt steeds
om te voorkomen dat boerderijmelk besmet raakte met aflatoxine. Hoewel
prominenter op de agenda van de landbouwsector in Nederland, Europa
er geen aanwijzingen waren dat in de melkveevoeders waarin deze maïs
en de hele wereld. Door een partnerschap van de FEFAC met de Food and
was verwerkt de wettelijke normen waren overschreden, namen de
Agriculture Organization (FAO) van de Verenigde Naties werkt Agrifirm aan
deelnemers van TRUST FEED – waaronder Agrifirm Feed - het zekere voor
een internationale standaardisatie van de FeedPrint methodologie. Door
het onzekere. De voeders werden teruggehaald bij de melkveehouders
dit samenwerkingsverband, lanceerde de FAO het Livestock Environmental
en daarna vernietigd. Voedselveiligheid staat hoog op de agenda van de
Assessment and Performance (LEAP) partnerschap. In dit partnerschap werd
FEFAC. Agrifirm is sinds 2013 de voorzitter van dit samenwerkingsverband.
er in 2013 gewerkt aan een mondiale methodologie voor CO2 footprinting.
Met ketenpartijen vindt intensief overleg plaats over het borgen van
Ook wordt overlegd met de FAO en de Amerikaanse diervoederindustrie
voedselveiligheid in de keten. Ook in Nederland wordt gewerkt aan het
over het opstarten van de mondiale database. Deze database wordt naar
ontwikkelen van een nieuwe, private controlesystemen.
verwachting in 2014 geïntroduceerd. Vanuit Agrifirm Plant is samen met enkele ketenpartijen gewerkt aan
6.7 Agrifirm Duurzaamheid Wiki
de afronding van een footprinttool die geschikt is voor de Nederlandse akkerbouw. Afgelopen jaar is er voor gekozen om het model van CFT Cool
Agrifirm wil op haar internetsite communiceren over relevante
Farm Tool als basis te gebruiken. Omdat diverse tools beschikbaar zijn om
duurzaamheidsthema’s. Onze doelgroep is breed: van studenten en
de footprint te berekenen, ontstaan verschillende resultaten. Daarom
beleidsmakers tot geïnteresseerde burgers. Hiervoor hebben we in 2013
stimuleren we via organisaties en initiatieven zoals het SAI Platform en de
een zogeheten Duurzaamheid Wiki ontwikkeld:
FAO het ontwikkelen van een eenduidige methode voor deze tools. Dit
www.agrifirm.com/duurzaamheidwiki
moet leiden tot sectorbreed gedragen en praktisch hanteerbare tools die eenvoudig uitwisselbaar zijn. De CO2-voetafdruk van melk, vlees en eieren Onderstaande grafiek geeft weer hoeveel kilogram CO2-equivalent wordt uitgestoten bij de productie van een kilogram melk, vlees of eieren geproduceerd met voer van Agrifirm Feed. De Carbon footprint van de producten is in vergelijk met 2012 vrij stabiel gebleven. Voor leghennen daarentegen is door een stijging van de feedmiles de footprint juist gestegen. Dit komt met name door een lichte verschuiving van Carbon footprint
Kg Co2 eq/ton product
5000
LuLuc
4000
Feed
3000
Farm
2000
Varkens
Kippen
Melk
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Eieren
19
2013
2012
2011
2010
2013
2012
2011
2010
2013
2012
2011
2010
2013
2012
2011
0
2010
1000
7. De basis voor succes Om succesvol te kunnen zijn als onderneming zijn deskundige,
600 HBO/WO-ers die werkzaam zijn in de agrarische sector in Nederland.
gemotiveerde medewerkers onmisbaar. Daarom investeren wij
In dit onderzoek werd gevraagd naar de tevredenheid over de eigen
in onze mensen. We bieden ze goede arbeidsvoorwaarden en
werkgever en de populariteit van eventuele andere werkgevers. Agrifirm
opleidings- en doorgroeimogelijkheden. Om inzichtelijk te krijgen
kwam als de op een na beste werkgever in de dierlijke sector uit deze
waar er nog verbeterpunten liggen voeren we elke twee jaar een
enquête naar voren. In de mengvoederbranche eindigde Agrifirm zelfs
medewerkertevredenheidsonderzoek uit en gaan actief aan de slag
op de eerste plaats. De argumenten om voor Agrifirm te kiezen waren
met de uitkomsten hiervan.
onder andere: een toonaangevend bedrijf, goede carrièremogelijkheden en een prettige werksfeer.
7.1 M edewerkertevredenheidsonderzoek
7.4 Project leadership@agrifirm
In 2013 is er voor de tweede maal een medewerkertevredenheidsonderzoek gehouden onder de medewerkers van alle bedrijven
Agrifirm focust er de komende jaren op om het beste bedrijf in haar
van Agrifirm. Het onderzoek is uitgevoerd door een onafhankelijk
markt te zijn in 2016. Hierbij is de manier waarop leidinggevenden
onderzoeksbureau. Medewerkers werden onder andere gevraagd naar hun
hun functie uitoefenen heel belangrijk. Ook uit het afgelopen
gevoel van motivatie, loyaliteit, algemene tevredenheid en betrokkenheid
medewerkertevredenheidsonderzoek kwam leidinggeven als één van de
bij de organisatie. Het eerste onderzoek vond plaats in 2011. Sinds het
aandachtspunten naar voren. Daarom heeft Agrifirm besloten het project
laatste onderzoek zijn er veel verbeteracties ondernomen. Zo is op veel
leadership@agrifirm te starten. Dit project is een continu proces en een
plaatsen in de organisatie het werkoverleg beter georganiseerd, zijn
ontwikkeltraject voor de gehele organisatie.
personeelsvertegenwoordigingen opgericht en is een start gemaakt met Performance Management. Ook is een leiderschapsprogramma opgezet.
7.5 Young employees, young potentials
Deze verbeteringen hebben effect gehad: de medewerkers zijn meer tevreden dan twee jaar geleden. Het percentage medewerkers dat
De ‘Young Employees Agrifirm’ (YEA) zijn hoger opgeleide medewerkers
op algemene tevredenheid een score tussen de 7 en 10 gaf, steeg
tot 35 jaar, die regelmatig bij elkaar komen om trainingen te volgen en
van 69 procent in 2011 naar 79 procent in 2013. Ook het aantal
hun netwerk te verbreden. Dit jaar reisden in het kader van dit programma
medewerkers dat de vragenlijst heeft ingevuld steeg van 65 procent
30 jonge medewerkers vanuit verschillende Agrifirm-bedrijven af
naar 72 procent. Ondanks dat de scores een duidelijk vooruitgang laten
naar Boedapest in Hongarije en het hoofdkantoor in Apeldoorn. Het
zien, liggen verbeterpunten op hetzelfde vlak als twee jaar geleden:
hoofdthema van de dag was leiderschap binnen Agrifirm.
persoonlijke ontwikkeling, training en opleiding, MT en strategie en interne communicatie. In sommige gevallen zijn de verschillen tussen de
Agrifirm Winkel BV heeft een eigen variant: het Young Potential
afzonderlijke bedrijven van Agrifirm groot. Per bedrijfsonderdeel is een aparte
programma. De afgelopen twee jaar hebben hier 24 medewerkers tussen
rapportage gemaakt. Deze rapportages dienden als uitgangspunt voor de
de 20 en 30 jaar aan deelgenomen. Het op maat gemaakte programma
verbeterplannen die aan het eind van het eerste kwartaal zijn opgesteld.
bestaat uit dertien trainingsdagen rond thema’s als persoonlijke ontwikkeling, verkopen, leidinggeven, cijfers, planning & organisatie en
7.2 Personeelsbestand Vanuit strategisch oogpunt willen we de productie en het transport
local marketing.
7.6 Familiedagen
efficiënter inrichten. Begin 2013 sloten we een aantal vestigingen van Agrifirm Plant. Vanaf begin 2014 wordt het transport van Agrifirm
Bij Agrifirm Magyarország Zrt. is afgelopen jaar een leuke, nieuwe traditie
Feed uitbesteed en is bedrijfsbreed een efficiencyslag gemaakt. Deze
gestart: de familiedag. Bijna 400 medewerkers van drie verschillende
keuzes gaan helaas gepaard met reorganisaties. Hierdoor daalde het
productielocaties kwamen met hun gezin samen voor een dag vol plezier
personeelsbestand in 2013. Agrifirm spant zich maximaal in om ontslagen
en entertainment. De dag werd georganiseerd op een hippisch park,
te voorkomen. Binnen het opgestelde sociale plan streven we naar zo
waar men kon genieten van een traditionele paardenshow, muziekshow
veel mogelijk herplaatsingen, intern of extern.
en men kon meedoen aan verschillende ‘Olympische Spelen’.
7.3 Verkiezing beste werkgever
Ook Agrifirm Polska organiseert elk jaar een familiedag op één van de productielocaties. Dit jaar vond de familiedag plaats in Margonin waar er verschillende wedstrijden en activiteiten waren georganiseerd. Het
Het vakblad V-focus deed in september 2013 een online onderzoek onder
20
Maatschappelijk jaarverslag 2013
thema van de dag was Fit4More.
de ontwikkelingsorganisatie Agriterra. Agriterra steunt wereldwijd boerenorganisaties in hun strijd tegen armoede door onder de andere de inzet van agrarische specialisten uit Nederland. Dit sluit goed aan bij de doelstellingen van Agrifirm om met goede producten en deskundige medewerkers toegevoegde waarde te bieden aan boeren. Het eerste project dat Agrifirm samen met Agriterra uitvoerde, vond plaats in Kenia. In juli 2013 verbleven twee Agrifirm Feed rundveespecialisten een week in Kenia. Samen met plaatselijke boeren werkten ze aan het realiseren van een stijgende melkproductie en een betere benutting van krachtvoer. Na deze eerste succesvolle opdracht hebben Agriterra en Agrifirm besloten de samenwerking te formaliseren en intensiveren. Voor 2014 is de ambitie uitgesproken om aan minimaal twee nieuwe projecten invulling te geven. Agrifirm Plant organiseerde in samenwerking met ZOA opnieuw missies naar Burundi. Als vervolg op de missies in 2012 die kennis over aardappelpootgoed over brachten, was investeren in rendement nu een belangrijk thema. In Burundi wordt nog geteeld zonder bemesting. Agrifirm Plant legde twintig proefvelden aan met bonen, erwten en tarwe voor proeven met bemesting, bekalking, plantafstanden en rassen. Belangrijkste resultaat was een goede opkomst van boeren tijdens de twee open dagen die plaatsvonden. Door nauwe samenwerking met de lokale voorlichting wordt het project met eigen mensen vervolgd.
7.7 Samen werken aan succes II
7.10 Performance Management
Vorig jaar organiseerde Agrifirm Feed voor het eerst Samen werken
Het doel van Performance Management is het structureel voeren van
aan Succes bijeenkomsten, met boerenerfsessies. Het vervolg dit jaar
plannings-, functionerings- en loopbaangesprekken gericht op duurzame
was Samen werken aan Succes II met als thema ‘winnen doe je nooit
inzetbaarheid van de medewerkers. Voor bijna alle bedrijven binnen
alleen’. Uit het hele land kwamen op verschillende data medewerkers
de Agrifirm Group, is de Performance Managementcyclus ingezet. Om
samen in Omnisport in Apeldoorn voor een actief programma en
verder te professionaliseren is structureel overleg (eens in de zes weken)
inspirerende workshops. De deelnemers leerden denken vanuit een
tussen HR en managers over de ontwikkeling van hun medewerkers,
winnaarsmentaliteit, hoe ze de klant beter konden leren kennen en hoe
expliciet op de agenda gezet.
ze optimaal kunnen samenwerken met collega’s. In totaal namen 647 medewerkers deel aan dit maatwerkprogramma.
7.8 Sporten bij agrifirm
Bedrijven
Bedrag 2013
Agrifirm Group BV
1079
Agrifirm Feed
217
Nuscience Group
123
Sporten is goed voor de gezondheid en een leuke manier om collega’s
Agrifirm Deutschland
beter te leren kennen. Agrifirm organiseert daarom elk jaar meerdere
Agrifirm Polska
sportieve events. Zo was er in juni een sportdag waar men kon wielrennen
Agrifirm Magyarország Zrt.
en mountainbiken in de omgeving van Apeldoorn of mee kon doen aan
Agrifirm Co-products
een beachvolleybaltoernooi. In oktober deden ruim 40 medewerkers
Agrifirm Belgium
mee aan een ATB- of wielrentocht georganiseerd vanuit Agrifirm. Alle
Agrifirm Plant
1433 83 85 118 1389 749
deelnemers vertrokken vanuit Wanssum voor een mooie tocht door
Abemec
Duitsland, Maasduinen, Maasvallei en de Peel.
BV Oldambt
103
Agrifirm Exlan
971
NutriControl
707
Agrifirm Winkel BV
233
7.9 Agrifirm-specialisten op missie
1753
Om haar maatschappelijke betrokkenheid te tonen, steunt Agrifirm een
Gemiddeld bedrag besteed per medewerker per bedrijf in 2013 aan opleiding
aantal goede doelen. In het kader van ‘A World to feed’ steunt Agrifirm
en training.
Maatschappelijk jaarverslag 2013
21
7.11 Veiligheidsbeleid
7.12 Ongevallen en ziekteverzuim
Werken in een veilige omgeving is voor iedereen belangrijk. In 2012
Het gemiddelde ziekteverzuim van Agrifirm in 2013 was 3,3 procent. Dit
startte Agrifirm daarom met het Safety First project. Doel van dit
is vergelijkbaar met vorig jaar. In 2013 lijkt al wel een positief effect te
project is het terugbrengen van het aantal ongelukken en het invoeren
zien van het Safety First project. Gemiddeld genomen daalde het aantal
van veiligheidsprincipes. In 2013 daalde het aantal incidenten bij
frequenties en het verzuimpercentage:
Agrifirm Feed en Nuscience. Agrifirm Feed investeerde in haar locatie Drachten ruim 100.000 euro om te voldoen aan de ATEX richtlijnen.
> Ongevallenfrequentie (incidenten per 1.000.000 werkuren):
Deze richtlijnen borgen de Europese normen om veiligheid en
gezondheid van werknemers in de omgeving van explosiegevaar. Op
> Gemiddelde afwezigheidsduur door ongeval: 22 werkdagen in 2013,
de locatie Oss werden de hamermolens gecontroleerd en aangepast
volgens de ATEX richtlijnen. Agrifirm Feed paste voor al haar locaties
> Verzuimpercentage als gevolg van ongeval: 0,2 procent in 2013,
de beveiligingen voor stofexplosiegevaar aan en voerde een nieuw
2,5 in 2013, versus 8,6 in 2012 versus 21 in 2012 versus 0,7 procent in 2012
veiligheidsreglement in. Gemiddelde ziekteverzuim (%)
2012
2013
Nuscience integreerde ook veilig werken verder in de organisatie met de
Agrifirm Group BV (exclusief deelnemingen)
1,6
2,3
introductie van een internationaal vijf stappenplan naar veiliger werken.
Agrifirm Feed
4,5
4,7
Op locatie Utrecht werd ook een arbocommissie opgericht. Locatie
Nuscience Group
1,8
1,7
Drongen organiseerde een kwartaalbijeenkomst rondom veiligheid
Agrifirm Deutschland
4,1
7,5
en trof veiligheidsmaatregelen zoals het plaatsen van een nieuwe
Agrifirm Polska
3,8
2,5
stofafzuiging op de laadbalgen van een laadstraat.
Agrifirm Magyraroszág Zrt.
3,2
1,8
Agrifirm Co-products
3,0
3,2
Binnen de Agrifirm Group is goed inzicht in het veiligheidsbeleid
Agrifirm Belgium
2,8
3,2
van de verschillende bedrijven. In 2013 is er als onderdeel van
Agrifirm Plant
2,8
2,7
het Safety First Project een quickscan gemaakt van de Agrifirm
Abemec
2,7
3,6
bedrijven. Deze scan is ingevuld door alle directeuren van de
BV Oldambt
5,3
5,9
dochterondernemingen. Aan de hand van de uitkomsten hebben
Agrifirm Exlan
5,5
3,7
sommige bedrijven maatregelen genomen om zaken te verbeteren.
NutriControl
4,4
2,7
Elk bedrijf stelt voor 2014 een actieplan op. Een speciaal ingestelde
Agrifirm Winkel BV
2,3
3,1
werkgroep en de hoofddirectie beoordelen de actieplannen. Eind 2013 zijn alle plannen afgerond, wat een belangrijke eerste stap is in het veiligheidsbeleid van Agrifirm.
7.13 Codes en regelingen
Quickscan
Agrifirm houdt zich vrijwillig aan de Nederlandse Corporate Governance
De Agrifirm-bedrijven zijn op acht onderdelen bevraagd:
Code. Deze code is verplicht voor beursgenoteerde bedrijven en bevat
> Het hebben van een beleid op het gebied van veiligheid
principes en bepalingen die de verhoudingen reguleren tussen het
> Uitvoeren van een risico-inventarisatie
bestuur, de Raad van Commissarissen en de (algemene vergadering van)
> Registreren van ongevallen
aandeelhouders. Bij Agrifirm is de code zo aangepast dat deze aansluit bij
> Trainen van medewerkers ten behoeve van veiligheid
het coöperatieve karakter. Daarnaast kent het bedrijf een gedragscode
> Aanwezigheid van preventiemedewerkers
Eerlijk zaken doen. Deze code is een leidraad om altijd bewust en ethisch
> Aanwezigheid van aangewezen uitvoeringsmedewerkers, met
te handelen, bijvoorbeeld als het gaat om tegenstrijdige belangen
of concurrentiemethoden. Een klokkenluidersregeling beschermt
vastgelegde bevoegdheden
> Inspraak over veiligheid
medewerkers die misstanden melden. In 2013 zijn er geen meldingen
> Laten uitvoeren van een PMO (periodiek medisch onderzoek)
over corruptie of discriminatie binnengekomen via deze regelingen.
22
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Maatschappelijk jaarverslag 2013
23
GRI G4 INHOUDSPOPGAVE EC Economisch Indicator
Definitie**
Plaats in het verslag
EC1
Directe economische waarden
P6
EC6
Percentage MT-leden afkomstig uit land van handelen
Bijlage: KPI’s Sociaal / HR
EC7
Investeringen in lokale infrastructuur en voorzieningen
P20 - 21
EC8
Donaties, sponsoring en vrijwillige bijdragen aan maatschappelijk debat
P9 - 10, 13, 17, 20 - 21
EN Milieu Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
EN1
Totale hoeveelheid gebruikte materialen naar gewicht of volume
P6
EN2
Percentage van de gebruikte materialen dat bestaat uit afval uit externe bronnen
P10
EN3
Direct en indirect energieverbruik
P11
EN5
Energie die bespaard is door besparingen en efficiencyverbeteringen
P11
EN6
Initiatieven ten behoeve van energie-efficiënte of op duurzame energie gebaseerde
P11
en diensten, evenals verlagingen van de energie-eisen als resultaat van deze initiatieven.
EN12
Gevolgen voor biodiversiteit
P9 - 10
EN15, 16 & 17 Broeikasgasemissies
P9, 11 - 12, 14, 19
EN26
Initiatieven ter compensatie van de milieugevolgen van producten en diensten en omvang
P17
EN30
Aanzienlijke milieueffecten transport
P9 - 10
LA Arbeidsomstandigheden en volwaardig werk Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
LA1
Totale personeelsbestand naar type werk, arbeidsovereenkomst en regio
P6
LA5
Percentage medewerkers dat onder een collectieve arbeidsovereenkomst valt
Bijlage: KPI’s Sociaal / HR
LA6
Beleid m.b.t. melding arbeidsongevallen en beroepsziekten
P22, Bijlage: KPI’s Sociaal / HR
LA9
Gemiddeld aantal uren dat een werknemer per jaar besteedt aan opleidingen,
P21 - 22, Bijlage: KPI’s Sociaal / HR
naar werknemerscategorie
LA10
Programma’s voor competentiemanagement en levenslang leren die de blijvende inzetbaarheid P21
van medewerkers garanderen en hen helpen bij het afronden van hun loopbaan
LA11
Percentage medewerkers dat regelmatig wordt ingelicht omtrent
prestatie- en loopbaanontwikkeling
LA12
Diversiteit
Bijlage: KPI’s Sociaal / HR
LA16
Meldingen over schending arbeidsrechten
P22
Bijlage: KPI’s Sociaal / HR
HR Mensenrechten Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
HR3
Totaal aantal gevallen van discriminatie en de getroffen maatregelen
P22
HR12
Meldingen over schending mensenrechten
P22
SO Maatschappij Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
SO1
Medewerkerstevredenheid
P20
SO3
Geïdentificeerde risico’s met betrekking tot corruptie
P22
SO5
Totaal aantal rechtszaken vanwege concurrentiebelemmerend gedrag, anti-kartel- en
P22
monopolistische praktijken, alsmede de resultaten van deze rechtszaken
24
Maatschappelijk jaarverslag 2013
PR Productverantwoordelijkheid Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
PR1
Levensduurstadia waarin de gevolgen van producten en diensten voor gezondheid en veiligheid P19
PR5
Resultaten van onderzoek naar klantentevredenheid
P7 - 8
1 Strategie Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
G4-1
Een verklaring van de hoogste beslissingsbevoegde van de organisatie
Voorwoord – P3
(bv. bestuursvoorzitter, voorwoord directeur of gelijkwaardige leidinggevende functie)
over de relevantie van duurzame ontwikkeling voor de organisatie en haar strategie
2 Organisatie Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
G4-3
Naam van de organisatie
Agrifirm
G4-4
Primaire merken, producten en/of diensten
P6
G4-5
Locatie van het hoofdkantoor van de organisatie
Apeldoorn
G4-6
Het aantal landen waar de organisatie actief is en namen van landen met ofwel
P6
grootschalige activiteiten, ofwel met specifieke relevantie voor de duurzaamheidkwesties
die in het verslag aan de orde komen
G4-7
Eigendomsstructuur en de rechtsvorm
P5 - 6
G4-8
Afzetmarkten
P6
G4-9
Omvang van de verslaggevende organisatie, waaronder:
P6
> Aantal werknemers;
> Netto-omzet (voor organisaties in de private sector) of netto-inkomsten (voor organisaties
in de publieke sector); > Totaal van het vermogen, onderverdeeld in schulden en eigen vermogen (voor organisaties
in de private sector);
> Hoeveelheid geleverde producten of diensten
G4-10
Diversiteit van medewerkers, uitgesplitst naar geslacht en contractperiode
P6
G4-12
Beschrijving van de waardeketen
Protocol Maatschappelijk
Jaarverslag 2013
G4-13
Significante veranderingen tijdens de verslagperiode wat betreft omvang, structuur of eigendom n.v.t.
G4-16
Lijst van lidmaatschappen
Bijlage: Lidmaatschappen (branche)
verenigingen en nationale en
internationale belangenorganisaties
Maatschappelijk jaarverslag 2013
25
3 Materialiteit en afbakening Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
G4-17
Overzicht van financiële resultaten organisatie
Financieel Jaarverslag 2013
G4-18
Beschrijving van proces voor het bepalen van de inhoud van het verslag en de
Protocol Maatschappelijk
implementatie van de reporting principles
Jaarverslag 2013
G4-19
Overzicht van alle materiële afwegingen die ten grondslag liggen aan de selectie van
Protocol Maatschappelijk
duurzaamheidpijlers
Jaarverslag 2013
G4-20
Overzicht van die thema’s die bij de verschillende duurzaamheidpijlers materieel zijn
Protocol Maatschappelijk
bevonden binnen de organisatie
Jaarverslag 2013
G4-21
Overzicht van die thema’s die bij de verschillende duurzaamheidpijlers materieel zijn
Protocol Maatschappelijk
bevonden door stakeholders buiten de organisatie
Jaarverslag 2013
G4-22
Uitleg over de gevolgen van eventuele herformuleringen van eerder verstrekte informatie
Protocol Maatschappelijk
(bijvoorbeeld fusies of overnames, verandering van referentiejaar of verslaggevingsperiode
Jaarverslag 2013
en veranderingen met betrekking tot de aard van de activiteiten of de meetmethoden).
G4-23
Significante veranderingen ten opzichte van vorige verslagperiodes ten aanzien van reikwijdte
Protocol Maatschappelijk Jaarverslag 2013
4 Stakeholderbetrokkenheid Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
G4-24
Lijst van afstemming met stakeholders
Bijlage: Lidmaatschappen (branche)
verenigingen en nationale en
internationale belangenorganisaties
G4-27
P12 – 13, 15, 22, 35
Overzicht van de hoofdthema’s die naar voren zijn gekomen in afstemming met stakeholders
5 Verslagprofiel Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
G4-28
Verslagperiode (bijvoorbeeld fiscaal jaar of kalenderjaar) waarop de verstrekte informatie
Binnenkant omslag
betrekking heeft
G4-29
Datum van het meest recente verslag (indien van toepassing)
2012
G4-30
Verslaggevingscyclus (jaarlijks, tweejaarlijks, etc.)
Jaarlijks
G4-31
Contactpunt voor vragen over het verslag of de inhoud ervan
Binnenkant omslag
G4-32
Tabel waarin staat waar in het verslag de standaardonderdelen van de informatievoorziening Bijlage: GRI G4 Inhoudsopgave
te vinden zijn (GRI Inhoudsopgave)
G4-33
Externe verificatie voor het beoordelen van de GRI toepassing
Protocol Maatschappelijk Jaarverslag 2013
6 Bestuur, verplichtingen en betrokkenheid Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
G4-34
De bestuursstructuur van de organisatie, met inbegrip van commissies die vallen onder het
P8
hoogste bestuurslichaam en verantwoordelijk zijn voor specifieke taken, zoals het bepalen
van de strategie of het overzicht over de organisatie
7 Ethiek en integriteit Indicator
Definitie
Plaats in het verslag
G4-56
Beschrijving van de waarden en principes van de organisatie
Voorwoord, P7
G4-58
Mechanismen die aandeelhouders en medewerkers de gelegenheid geven om aanbevelingen P33
te doen aan of medezeggenschap uit te oefenen op het hoogste bestuurslichaam
26
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Bijlage: Lidmaatschappen (branche) verenigingen en nationale en internationale belangenorganisaties Thema Stakeholders Antibioticagebruik
> Kennisinstellingen
> Ketenpartners varkenshouderij
> Varkens- en vleeskuikenhouders
Arbeidsveiligheid
> Arbo Catalogus
Biodiversiteit
> Agrarische natuurverenigingen
> Leveranciers van organische meststoffen
> (Lokale) overheden en provincies LTO Noord
> Stichting Grauwe Kiekendief
> Telers
> Waterschappen
> WUR
> ZLTO
Duurzame grondstoffen
> Bemefa
> FEFAC
> ILVO Vlaanderen
> Nederlandse kwekers
> Nevedi
> Partners uit de ketentransitie verantwoorde soja
> RTRS
> SAI (Sustainable Agriculture Initiative)
> Wageningen Universiteit (Feed4Future)
Energie
> RVO
> Convenant Schone & Zuinige Agrosectoren
Fosfaatreductie diervoerders
> Convenant voerspoor Nevedi
> LTO Varkens- en rundveehouders
> ZLTO
Gewasbescherming
> Agrodis
> Leveranciers van gewasbeschermingsmiddelen
> Plantum
> Stuurgroep programma precisielandbouw
Kringlopen
> Bureau Mestafzet
> Projectgroep Kringlopenwijzer
> Mestinvesteringsfonds
Innovatie & Diergezondheid
> Topsectorenoverleg
> Feed4Foodure
> Health4Food
> Topsectorenoverleg
> FEFAC Maatschappelijk jaarverslag 2013
27
Verduurzaming producten supermarkt
> Flanders Food
> Stichting Veldleeuwerik
Verkleinen CO2-voetafdruk
> Bemefa
> FAO/FEFAC
> GDF Suez
> Kennisinstellingen
> Meerjarenafspraken Nevedi
> Nevedi
> Productschap Diervoeder
> SAI (Sustainable Agriculture Initiative)
Voedselveiligheid
> TRUSTFEED
> Nevedi
> FEFAC
> Agrodis
> Agrarische natuurverenigingen
> Leveranciers van organische meststoffen
> (Lokale) overheden en provincies
> LTO Noord
> Stichting Grauwe Kiekendief
> Telers
> Waterschappen, WUR
> ZLTO
28
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Bijlage: KPI’s Milieu Carbon footprint > De carbon footprint is de som van broeikasemissies gedurende de levenscyclus van dierlijke producten met de
eenheid kg CO2-equivalent/ kg fu (melk, vlees of eieren).
> In dit maatschappelijk jaarverslag baseert Agrifirm haar carbon footprint rapportage op de door WUR en Blonk Milieuadvies
ontwikkelde Feedprint tool.
> De background data voor het berekenen van het landgebruik, co-productengebruik en de feedmiles zijn net als vorig jaar in lijn met de
background data van Feedprint: FCR 2013
FCR 2013
Vleeskuikens 1,79159
Zeugen 5,54844
Vleeskuikenouderdieren 9,48701
Zuivel 0,94927
Vleesvarkens 2,74017
Leghennen 2,18094
Biggen
1,64740
Voor de economische allocatie van grondstoffen is de belangrijkste wijziging het gebruik van ‘residu co-producten’. Deze producten hebben een economische allocatie van minder dan 5%, een zeer lage economische waarde ten opzichte van de totale waarde van de originele grondstof. Voor deze grondstoffen is geen allocatie voor landgebruik of carbon footprint toe te kennen. Het gaat om de volgende producten: > Broodmeel en biscuits
> Co-producten uit fruit- en groenteafval
> Co-producten uit de cassave zetmeelindustrie
> Co-producten uit de ethanolproductie uit maïs, tarwe en bieten
> Co-producten uit de kaasindustrie
> Co-producten uit de mouterij- en bierbrouwerij-industrie
> Citruspulp
> Co-producten uit de suikerindustrie
> Co-producten uit de aardappelindustrie Carbon footprint
Kg Co2 eq/ton product
5000
LuLuc
4000
Feed
3000
Farm
2000
Varkens
Kippen
Melk
Varkensvlees (droog voer)
2013
2012
2011
2010
2013
2012
2011
2010
2013
2012
2011
2010
2013
2012
2010
0
2011
1000
Eieren
Kippenvlees
Kg CO2 eq / kg product
2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013
Farm
1511 1511 1906,6 1834 847 847 389,5 323
Feed
2449 2607 1401,3 1388 2019 2012 1633,8 1584
LuLuc
432,6 432,6 432,6 492 613,7 613,7 613,7 613,7
totaal
4392,6 4550,6 3740,5 3714 3479,7 3472,7 2637 2520,2
Melk
Eieren
Kg CO eq / kg product
2010 2011 2012 2013 2010 2011 2012 2013
Farm
590
590
732,5
692,7
660
659
209,2
259,5
385
456,5
514,5
1263
1311
1156,2
1438,5
2
Feed
380
Luluc
72,5 72,5 72,5 72,5 435,9 435,9 435,9 514,6
totaal
1261,4 1801,2 2037,6 1279,7 2358,9 2405,9 1801,3 2212,6
Maatschappelijk jaarverslag 2013
29
> Voor leghennen is een stijging van de carbon footprint te zien. Dit komt hoofdzakelijk door een stijging in de feedmiles, door een
verschuiving van het gebruik van maïs ten opzichte van het aandeel tarwe en soja in de voederproducten. Deze verschuiving werd veroorzaakt
door de hogere prijzen van tarwe in 2013. Maïs is in 2013 ook meer ingekocht uit Brazilië en Oekraïne, dan uit Frankrijk. Dit heeft een belangrijke
bijdrage geleverd aan een stijging van de carbon footprint.
> Belangrijk om te melden, is dat een verandering in de carbon footprint niet voornamelijk gezocht moeten worden in een verandering van de
feedmiles en de intensiviteit van de teelten. De milieu-impact van teeltmethode varieert ook sterk tussen landen. Zo werden de feedmiles voor
het vele maïs uit Brazilië dit jaar gecompenseerd met de grote impact van het drogen van de mais uit Hongarije vorig jaar. Bij het beoordelen
van verschuiving in de footprint resultaten, is het dus belangrijk ook in te zoomen op de effecten van handelingen op het bedrijf.
> Voor de interpretatie van de LuLuc resultaten, hanteert Agrifirm het standpunt dat er bij het bediscussiëren van milieuwinst gekeken moet
worden naar consequentual LCA-methode.
> N.B. Het systeem voor het berekenen van de carbon footprint kent nog beperkingen. Bij de interpretatie van de resultaten moet rekening
gehouden worden met het feit dat de fijnmazigheid van de tool nog in ontwikkeling is. Zo rond het systeem na invoeren van de grondstoffen het
resterende/ onbekende deel automatisch af naar die grondstof die het meeste in het voer vertegenwoordigd is. Dit jaar hebben we de verdeling
van dit restantaandeel handmatig bijgeschaafd, omdat een verschuiving tussen jaren in de grootste grondstof (tarwe versus maïs) een
onrealistisch grote verandering van de footprint veroorzaakte.
Landgebruik (ha/ton fu) 2010 2011 2012
Varkens (levend gewicht)
Leghennen (eieren)
Vleeskuikens (levend gewicht)
Pol
Ger
NL
Hun
Pol
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
2013 NL
0,7000 0,6000 0,5000 0,4000 0,3000 0,2000 0,1000 0
Rundvee (melk)
2008 2009 2010 2011 2012 2013
Varkensvlees
NL
0,3661 0,3498 0,3843 0,3896 0,3697 0,3547
(levend gewicht)
B
0,4322 0,3810 0,3891 0,4056 0,3382 0,3382
Ger
0,4502
0,4453
0,3487
0,4556
0,3678
Pol
0,5528
0,5771
0,5498
0,5650
0,6316
0,4674
0,5264
0,5475
0,3935
0,4923
Hun
Eieren
NL
0,4136 0,3639 0,4704 0,5495 0,3955 0,5584
B
0,4233 0,3612 0,3427 0,3936 0,3281 0,4440
Ger
0,3652
0,3966
0,3453
0,3354
0,4015
Pol
0,4413
0,4463
0,4007
0,4468
0,4498
Hun
0,5270
0,4992
0,4534
0,3554
0,4142
Kippenvlees
NL
0,3215 0,289 0,4076 0,5307 0,3961 0,6261
(levend gewicht)
B
0,3741 0,3191 0,3257 0,3748
Pol
0,3874
0,4185
0,4007
0,4468
0,3874
Hun
0,3838
0,3807
0,3473
0,2857
0,3476
Melk
NL
0,1001 0,0766 0,1032 0,1139 0,1003 0,1308
Ger
0,091
0,1047
0,1158
0,1357
0,0983
Pol
0,1993
0,1924
0,1578
0,3320
> Voor de varkenssector valt een stijging van het landgebruik in Hongarije (+25%) en een daling van het landgebruik in Duitsland (-19%) op.
De stijging in Hongarije kan worden verklaard uit een flinke daling van het gebruik van de intensief teelt maïs, terwijl in Duitsland juist meer mais
is gebruikt ter vervanging van soja.
> Voor het Nederlandse leghennen- en vleeskuikenvoer valt een flinke stijging van het landgebruik op (respectievelijk +41% en +58%). Dit kan
hoofdzakelijk worden verklaard doordat in 2013 veel van de maïs uit Brazilië kwam, in 2012 kwam dit voornamelijk uit Hongarije.
30
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Feedmiles (km/ton fu) 2010 2011 2012
Chain
Varkens (levend gewicht)
Leghennen (eieren)
Vleeskuikens (levend gewicht)
Pol
Ger
NL
Hun
Pol
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
NL
2013 NL
12000 10000 8000 6000 4000 2000 0
Rundvee (melk)
2008 2009 2010 2011 2012 2013
Varkensvlees
NL 11795 6280 4006 4816 3463 6801
(levend gewicht)
B
7480 4021 3498 4068 1951 2985
Ger
6961
6841
3452
3216
1026
Pol
3626
3858
2496
2623
3347
Hun
3024
3187
3141
2524
2614
Eieren
NL 10273 6008 9549 9006 3871 10178
B
9449 4436 4421 4730 2195 3723
Ger
5338
6662
5123
2700
789
Pol
1311
1541
1425
1725
2022
4191
3396
4133
2562
1709
Hun
Kippenvlees
NL 8012 5125 8970 7360 5294 9897
(levend gewicht)
B
8415 5768 3834 6447
Pol
2842
2784
2543
3127
3408
Hun
4563
3711
3724
3053
2854
Melk
NL 5497 4255 2484 2218 1146 2615
Ger
763
1192
1619
572,57
173,28
Pol
569
755
603
812,714
> Voor de varkenssector valt voor het Nederlandse voer een zeer grote stijging (+96%) en in Duitsland juist een flinke daling (-68%) van de feedmiles
op. Hier is de verschuiving van maïs uit Brazilië ten opzichte van maïs uit Hongarije een mogelijke verklaring voor de flinke verandering in
Nederland. In Duitsland valt de daling van de feedmiles te verklaren uit een flinke daling in het gebruik van soja.
> Ook valt de zeer grote stijging van de feedmiles voor het Nederlandse leghennen- en vleeskuikenvoer op (respectievelijk +162% en +86%).
Wederom is hier de verschuiving van maïs uit Brazilië ten opzichte van maïs uit Hongarije, inclusief een forse toename in het gebruik van maïs,
een mogelijke verklaring voor de verandering in Nederland. De toename van het gebruik van maïs compenseert namelijk het gebruik van tarwe
uit aangrenzende Europese landen.
> De flinke stijging van de feedmiles voor de melkveesector in Nederland, is duidelijk te wijten aan het verminderde gebruik van citruspulp,
die als residu co-product geen allocatie toegewezen heeft gekregen.
Maatschappelijk jaarverslag 2013
31
Aandeel co-producten
2010 2011 2012
Varkens (levend gewicht)
Leghennen (eieren)
Vleeskuikens (levend gewicht)
Pol
Ger
NL
Hun
Pol
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
2013 NL
90,0 80,0 70,0 60,0 50,0 40,0 30,0 20,0 10,0 0
Rundvee (melk)
2008 2009 2010 2011 2012 2013
Varkensvoeders NL 40,5 41,7 37,4 35,8 38,1 36,9
B
31,6 33,4 34,8 43,8 41,6 38,1
Ger
47,5
46,1
36,0
46,4
39,5
Pol
37,3
39,1
28,6
33,0
32,4
Hun
35,2
35,1
32,7
33,5
38,8
Legpluimveevoeders NL 30,7 31,5 33,5 33,5 33,1 32,7
B
33,2 34,4 31,2 32,4 30,7 36,3
Ger
26,7
33,5
23,1
24,05
30,14
Pol
31,2
29,5
26,2
30,9
31,0
Hun
44,0
39,0
35,7
31,9
33,3
Vleespluimveevoeders NL 34,2 35,6 49,2 49,6 46,5 46,0
B
31,5
37,3
31,7
39,0
Pol
34,9
31,7
31,8
31,6
31,2
Hun
43,3
34,3
34,8
34,0
29,8
Melkveevoeders NL 74,8 77,7 64,2 67,6 68,1 54,9
Ger
70,1
75,7
79,8
69,7
70,75
Pol
59,2
63,4
60,3
68,9
32
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Aandeel residu co-producten
2012
Varkens (levend gewicht)
Leghennen (eieren)
Vleeskuikens (levend gewicht)
% Residu co-producten 2012
Pol
Ger
NL
Hun
Pol
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
NL
Hun
Pol
Ger
B
2013
NL
45,0 40,0 35,0 30,0 25,0 20,0 15,0 10,0 5,0 0,0
Rundvee (melk)
% Residu co-producten 2013
Varkensvoeders NL 9,2 10,0
B 8,2 7,1
Ger 6,0 2,4
Pol 4,7 2,8
Hun 7,3 3,6
Legpluimveevoeders NL 0,3
B
Ger 0,5
Pol 4,3 4,8
Hun 4,8 4,0
Vleespluimveevoeders NL 0,1 0,3
B
Pol 0,2 0,3
Hun 2,9 1,1
Melkveevoeders NL 38,2 30,0
Ger 19,9 19,0
Pol
Gebruik van co-producten (% van totaal mengvoer)
12,2
2012 2013 47,9
44,4
Gebruik van ‘residu co-products’ (% van totaal mengvoer)
14,2
6,6
Gebruik van sojameel (% van totaal mengvoer)
13,2
10,9
Gebruik van Palmpitschilfers (% van totaal mengvoer)
5,7
4,2
> Het gebruik van co-producten en residu co-producten is dit jaar wat gedaald. Voor de varkens- en melkveevoeders is het percentage bijna
gehalveerd. De daling is met name veroorzaakt door het verminderde gebruik van citruspulp en palmolieschroot. Zoals aangegeven werd
deze verschuiving ingegeven door een logistiek probleem in Brazilië.
> Het percentage soja ten opzichte van de totale hoeveelheid mengvoer is licht gedaald, net als het percentage palmpitschilfers.
Maatschappelijk jaarverslag 2013
33
Hernieuwbare energie (%) 2010 2011 2012 2013
Agrifirm Group BV
80%
0,4
60%
Agrifirm Deutschland 25 16 30 24,2
40%
Agrifirm Polska
20%
8
35
BV Oldambt
0
Agrifirm Exlan
0
NutriControl
0
Agrifirm Winkel BV
0
Agrifirm Winkel BV
0
NutriControl
0
Abemec
Agrifirm Exlan
Agrifirm Plant
66,5
BV Oldambt
60
Abemec
0
Agrifirm Belgium
0%
5,6
Agrifirm Plant
Agrifirm Co-products 100
4
Agrifirm Belgium
9
Agrifirm Co-products
Agrifirm Magyarország Zrt.
Agrifirm Group BV
10
Agrifirm Polska
9
Agrifirm Magyarország Zrt.
3
11
Agrifirm Deutschland
Nuscience Group
2010 2011 2012 2013
100%
Nuscience Group
0
Agrifirm Feed
Agrifirm Feed
120%
(exclusief deelnemingen)
> Gemiddeld wordt er door de Agrifirm-bedrijven iets meer hernieuwbare energie
gebruikt dan in 2012 (respectievelijk 3,2% in 2013 en 2,7% in 2012).
Agrifirm Belgium
Agrifirm Feed
2010
2011
2012
Agrifirm Polska
Agrifirm Deutschland
Agrifirm Magyarország Zrt.
NutriNuscience Group Control
Opeinde
Oldambt
Veghel
Baasrode
Drongen
Bocs
Gyor
Kaba
Neuss
Topola
Szamotuly
Margonin
Grobbendonk
Zwolle
Wansum
Veghel
Oss
Meppel
Emmen
140 120 100 80 60 40 20 0
Drachten
Energie Efficiency Index
BV Oldambt
2013
> Over het algemeen waren de resultaten vergelijkbaar met die van 2012. > Een opvallende vooruitgang van de EEI is te zien bij de locatie Szamotuly van Agrifirm Polska. Deze vooruitgang werd geboekt door het
aanschaffen van een nieuwe boiler.
> Agrifirm Deutschland monitort haar energieverbruik nu intensief. Hierdoor verbeterde de energieefficiëntie bij de locatie Neuss. > De vooruitgang in EEI bij de locatie Margonin van Agrifirm Polska is te verklaren door een lagere productie van meel, waarvoor de prestatiemaat
lager ligt. In 2014 zullen de uitgangspunten (prestatiemaat en type productielijnen) voor de EEI-berekeningen voor iedere productielocatie
worden geactualiseerd.
> De resultaten van NutriControl zijn minder goed dan in 2011. Door de reorganisatie zijn vanaf 2012 minder analyses per jaar gemaakt,
wat resulteerde in verminderende EEI-resultaten.
> In 2013 schafte Agrifirm Magyarország’s locatie Győr een nieuw transformatiestation aan om gericht het energieverbruik terug te dringen.
Het energieverbruik van locatie Győr daalde daardoor van 20,9 kWh/ton in 2012 naar 16,1 kWh/ton in 2013.
34
Maatschappelijk jaarverslag 2013
Bijlage: KPI’s Sociaal / HR Samenstelling personeelsbestand
Hoeveelheid
Hoeveelheid
medewerkers (#)
medewerkers (%)
Man (%)
Vrouw (%)
2012 2013
2012 2013
2012 2013
2012 2013
Agrifirm Group BV
58
65
54
62
69,0
70,8
31,0
29,2
Agrifirm Feed
731
654
703
633
87,1
87,5
12,9
12,5
Nuscience Group
679
709
639
692
73,8
75,3
26,2
24,7
Agrifirm Deutschland
164
201
177
183
79,3
82,6
20,7
17,4
Agrifirm Polska
130
121
128
120
80,8
73,6
19,2
26,4
Agrifirm Magyarország
143
130
141
130
81,8
81,5
18,2
18,5
Agrifirm Co-products
232
212
213
207
78,4
80,7
21,6
19,3
Agrifirm Belgium
39
35
37
34
82,1
80,0
17,9
20,0
Agrifirm Plant
272
269
268
244
85,7
85,1
14,3
14,9
Abemec
226
231
206
195
90,7
90,5
9,3
9,5
Oldambt
34 29
28 26
85,3 82,8
14,7 17,2
Agrifirm Exlan
36
33
66,7
33,3
NutriControl
89 82
78 70
53,9 53,7
46,1 46,3
Agrifirm Winkel BV
658
401
54,0
46,0
Totaal
3491 3.421
Vast contract (%)
Tijdelijk contract (%)
Leeftijd < 29 jaar (%)
Leeftijd 29-50 jaar (%) Leeftijd > 50 jaar (%)
2012 2013
2012 2013
2012 2013
2012 2013
Agrifirm Group BV
0,7 84,6
29,3 15,4
19,0 16,9
53,4 61,5
27,6 21,5
Agrifirm Feed
0,9 93,7
8,8 6,3
13,5 13,6
48,3 44,6
38,2 41,7
35 648
31 379
3106 3.005
65,7 53,9
75,6 75,7
34,3 46,1
24,4 24,3
2012 2013
Nuscience Group
1,0 96,5
3,4 3,5
23,1 23,4
64,8 63,3
12,1 13,3
Agrifirm Deutschland
1,1 96,5
0,0 3,5
11,6 10,9
54,3 48,8
34,1 40,3
Agrifirm Polska
1,0 91,7
0,0 8,3
16,9 18,2
66,2 66,1
16,9 15,7
Agrifirm Magyarország
1,0
99,2
0,0
0,8
6,3
10,0
69,9
68,5
23,8
21,5
Agrifirm Co-products
0,9
98,1
6,0
1,9
13,8
17,5
58,6
61,8
27,6
20,8
Agrifirm Belgium
1,0 97,1
0,0 2,9
12,8 11,4
51,3 51,4
35,9 37,1
Agrifirm Plant
1,0 97,8
0,0 2,2
8,1 7,8
55,9 49,1
36,0 43,1
Abemec
0,7 71,9
32,3 28,1
34,5 34,2
36,7 30,3
28,8 35,5
Oldambt
0,6 71,9
35,3 28,1
0,0 6,9
73,5 62,1
26,5 31,0
Agrifirm Exlan
0,8 85,7
22,2 14,3
25,0 20,0
61,1 71,4
13,9 8,6
NutriControl
1,0 96,3
0,0 3,7
5,6 4,9
59,6 59,8
34,8 35,4
Agrifirm Winkel BV
0,6 53,4
35,7 46,6
58,7 60,8
30,5 27,3
10,8 11,9
Totaal
0,9 85,7
13,4 14,3
24,5 25,5
51,3 48,8
24,2 25,8
Maatschappelijk jaarverslag 2013
35
Samenstelling personeelsbestand (vervolg)
Management (%)
Commercie (%)
Staf, Ondersteuning en Services (%)
2012 2013
2012 2013
2012 2013
Agrifirm Group BV
22,4
0,0
58,6
Agrifirm Feed
1,0 0,6
36,5 29,1
8,3 15,9
Nuscience Group
5,6 5,6
23,7 25,8
20,2 19,3
Agrifirm Deutschland 1,8 2,5
34,8 40,8
19,5 6,0
Agrifirm Polska
3,8 3,3
22,3 29,8
8,5 9,1
Agrifirm Magyarország 2,1 3,1
4,9 7,7
18,2 1,5
Agrifirm Co-products
7,8
21,6
18,1
Agrifirm Belgium
7,7 8,6
28,2 28,6
23,1 20,0
Agrifirm Plant
2,2 2,2
48,9 7,5
8,5 6,2
Abemec
1,3 1,3
12,4 13,4
10,2 10,4
Oldambt
8,8 10,3
0,0 0,0
11,8 3,4
Agrifirm Exlan
8,3 8,6
72,2 77,1
13,9 14,3
NutriControl
13,5 4,9
6,7 13,4
7,9 9,8
Agrifirm Winkel BV
0,0
100,0
0,0
Totaal
3,4 3,3
41,0 18,4
11,9 14,1
Nutritie & Innovatie (%)
Operations (%)
Overige (%)
2012 2013
2012 2013
2012 2013
Agrifirm Group BV
0,0
0,0
0,0
3,1
19,0
6,2
Agrifirm Feed
2,5
2,9
51,7
34,6
0,0
Nuscience Group
23,1
9,4
0,0
0,0
13,2
97,2
67,7
35,8
2,8
5,2 4,2
43,6 44,0
1,8 1,0
Agrifirm Deutschland 4,9 4,0
31,1 43,3
7,9 3,5
Agrifirm Polska
0,8 0,8
64,6 57,0
0,0 0,0
Agrifirm Magyarország
1,4
0,0
73,4
74,6
0,0
Agrifirm Co-products
1,3
2,4
48,7
37,7
2,6
1,4
Agrifirm Belgium
2,6 2,9
38,5 37,1
Agrifirm Plant
2,6
37,9
Abemec
0,0 0,0
53,1 61,9
Oldambt
0,0 0,0
79,4 86,2
0,0
Agrifirm Exlan
0,0 0,0
0,0 0,0
5,6 0,0
NutriControl
23,6 25,6
48,3 46,3
0,0
Agrifirm Winkel BV
0,0
0,0
0,0
0,0
Totaal
2,7 5,3
38,2 50,7
2,7 7,6
35,4
0,0
4,3
0,0 2,9
35,6
23,0 13,0
Vergeleken met vorig jaar hebben er enkele verschuivingen plaatsgevonden in de functiefamilies. Bij Agrifirm Plant en Agrifirm Feed zijn de grotere verschuivingen het gevolg van reorganisaties, waarbij functies zijn komen te vervallen of geherdefinieerd.
36
Maatschappelijk jaarverslag 2013
MT-leden afkomstig uit landen van handel 2013
Aantal MT (#)
% doorgegroeid
% lokaal
Agrifirm Group BV
3
67
100
Agrifirm Feed
3
33
100
Nuscience Group
3
67
100
Agrifirm Deutschland
5
20
80
Agrifirm Polska
5
40
80
Agrifirm Magyarország
5
40
80
Agrifirm Co-products
3
67
100
Agrifirm Belgium
2
50
50
Agrifirm Plant
5
0
100
Abemec
1
100
100
Oldambt
1
100
100
Agrifirm Exlan
3
100
100
NutriControl
4 75 100
Agrifirm Winkel BV
1
0
100
Totaal
44
47,7
90,9
Ziekteverzuim, incidenten & veiligheid 8,0 2010
7,0
2011
6,0
2012
5,0
2013
4,0 3,0 2,0 1,0
Hoeveelheid
LTA duur
Agrifirm Winkel BV
NutriControl
Agrifirm Exlan
BV Oldambt
Abemec
Agrifirm Plant
Agrifirm Belgium
Agrifirm Co-products
Agrifirm Magyarország Zrt.
Agrifirm Polska
Agrifirm Deutschland
Nuscience Group
Agrifirm Feed
Agrifirm Group BV
(exclusief deelnemingen)
0
LTA frequentie
LTA percentage
(incidenten/
( % ziekteverzuim
incidenten (#)
(dagen/ incident)
100 medewerkers)
door incidenten)
2012 2013
2012 2013
2012 2013
2012 2013
Agrifirm Group BV Agrifirm Feed
11
5
24
39
0,0
0,8
0,8
0,6
Nuscience Group
12
4
18
11
1,7
0,6
0,7
0,1
Agrifirm Deutschland
4
0
0
2,0
0,0
0,0
0,0
Agrifirm Polska
5
0
21
4,1
0,0
1,8
0,0
Agrifirm Magyarország
1
1
283
0,8
0,8
4,3
0,2
Agrifirm Co-products
1
64
0,5
0,7
Agrifirm Belgium
1
1
15
6
2,9
2,9
0,8
0,4
Agrifirm Plant
1
1
139
1
0,4
0,4
1,1
0,0
Abemec
5
2
4
5
2,2
1,0
0,2
0,1
Oldambt
0 0
0,0 0,0
0,0 0,0
Agrifirm Exlan
0
0,0
0,0
NutriControl
0 0
0,0 0,0
0,0 0,0
Agrifirm Winkel BV
5
2
0,8
0,0
Totaal
45 15
21 22
1,3 0,5
9
0
0,0 0,0
Maatschappelijk jaarverslag 2013
0,0 0,0
0,7 0,2
37
Ziekteverzuim, incidenten & veiligheid (vervolg)
LTA frequency index
Performance
(# incidenten per
Opleiding
management
mln werkuren)
Ziekteverzuim (%)
(€/ medewerker)
(% medewerkers)
2012 2013
2012 2013
2012 2013
2012 2013
Agrifirm Group BV
1,6
1523 1079
100
Agrifirm Feed
8,7 4,4
4,5 4,7
651 217
100 100
Nuscience Group
10,4
3,2
1,8
1,7
147
123
0
31
Agrifirm Deutschland
12,6
0,0
4,1
7,5
515
1433
0
0
Agrifirm Polska
21,7
0,0
3,8
2,5
463
83
91
86
Agrifirm Magyarország
3,9 4,3
3,2 1,8
136 85
20 100
Agrifirm Co-products
0,0
2,7
3,0
2,3
514
118
0
1
Agrifirm Belgium
15,0
16,3
2,8
3,2
982
1389
97
0
Agrifirm Plant
2,1 2,3
2,8 2,7
814
100 3
2,7
Abemec
13,5
1950 1753
0
0
0,0 0,0
5,3 5,9
106 103
0
83
Agrifirm Exlan
0,0 0,0
5,5 3,7
774 971
100 100
NutriControl
0,0 0,0
4,4 2,7
1523 1079
100 100
Agrifirm Winkel BV
6,9
2,3
651
0
Totaal
8,6 2,5
0,0
Maatschappelijk jaarverslag 2013
3,6
100
Oldambt
38
5,7
2,3
3,1
3,1 3,3
217
543 362
0
42 40
Maatschappelijk jaarverslag 2013
39
Colofon Redactie Afdeling CSR, Agrifirm Innovation Center Afdeling communicatie Agrifirm Group Concept en realisatie Schuttelaar & Partners Agrifirm Group Landgoedlaan 20
Postbus 20000
T 088 488 10 00
7325 AW Apeldoorn
7302 HA Apeldoorn
[email protected]
schakel in succes 40
Maatschappelijk jaarverslag 2013