Maatschappelijk jaarverslag 2005

Voor meer informatie: Coca-Cola Enterprises Nederland B.V. Afdeling Public Affairs Postbus 8775 3009 AT Rotterdam Telefoon: (+31) 10 - 245 54 00 Fax: (+31) 10 - 245 55 51 Coca-Cola Nederland B.V. Afdeling Public Affairs & Communications Postbus 8750 3009 AT Rotterdam Telefoon: (+31) 10 - 245 68 00 Fax: (+31) 10 - 245 68 77

Maatschappelijk jaarverslag 2005

Inhoud

Voorwoord .............................................................................5 4

Achtergrond van het verslag ................................................6 Het profiel van Coca-Cola .....................................................8 Belanghebbenden ................................................................12 Voeding & Gezondheid .......................................................14 Verpakkingen.......................................................................18 De markt ..............................................................................22 Onze mensen ......................................................................26 Het milieu ............................................................................32 De gemeenschap .................................................................38 Contact, vragen en commentaar ........................................41 GRI index ..............................................................................42

Voorwoord

Coca-Cola is duidelijk zichtbaar in de Nederlandse samenleving. Onze producten en merken zijn terug te vinden in vele huishoudens, sportkantines, horecazaken, winkels, voortgezet en hoger onderwijs, bedrijven, op straat en televisie. Ook is ons bedrijf als sponsor of organisator regelmatig bij grote evenementen aanwezig. Consumenten en burgers komen veelvuldig met ons in aanraking. Vanwege onze maatschappelijke verantwoordelijkheid vinden wij het belangrijk om zo transparant mogelijk te zijn omtrent ons beleid, onze activiteiten en de keuzes die wij maken. In dit maatschappelijk jaarverslag 2005, volgend op eerdere verslagen, laten wij, Coca-Cola Enterprises Nederland en Coca-Cola Nederland, zien wat wij doen en waarom. Duurzaamheid staat bij Coca-Cola voor betrokkenheid en verantwoordelijkheid op vele terreinen. Of het nu gaat om de markt waarin wij opereren, de mensen met wie wij samenwerken of het milieu om ons heen. Over ons beleid en inzet op al deze onderwerpen brengen wij dit verslag uit. Ons aandachtsveld wordt vanzelfsprekend mede bepaald door de maatschappelijke discussie. Kijkend naar 2005, zijn er twee thema’s die hierbij een hoofdrol spelen: Voeding & Gezondheid en Verpakkingen. Op beide thema’s hebben we als commerciële onderneming kritische afwegingen gemaakt om de balans te vinden tussen zakelijke en maatschappelijke belangen zodat wij op lange termijn succesvol kunnen blijven opereren. In het kader van Voeding & Gezondheid hebben wij het afgelopen jaar belangrijke stappen gezet in verdere voorlichting en informatievoorziening richting consumenten en andere belanghebbenden. Intern hebben wij onze commerciële bedrijfsprocessen aangescherpt en deze vastgelegd in een gedragscode. Deze code geeft richting aan al onze medewerkers en heeft op deze wijze ook invloed op onze rol in de markt. Op het gebied van Verpakkingen is onze aandacht uitgegaan naar de omschakeling van hervulbare naar recyclebare, éénmalige PET-verpakkingen. Het beslissingstraject dat in de voorgaande jaren heeft gespeeld, heeft in het teken gestaan van het bewaken van de belangen van milieu, medewerkers, consumenten en commerciële resultaten. We zijn ervan overtuigd dat wij met onze nieuwe recyclebare PET-verpakkingen aan deze belangen tegemoet kunnen komen. Wij bepalen niet alleen wat voor ons de belangrijkste thema’s op het gebied van duurzaamheid zijn. Dit doen wij in interactie met onze stakeholders. In 2005 zijn belangrijke stappen gezet in het verder uitbouwen van de dialoog. Bij het vormgeven van ons duurzaamheidsbeleid maken wij graag gebruik van kennis en kunde van medewerkers, maatschappelijke groeperingen, klanten, toeleveranciers en andere partijen. Op basis van voortschrijdend inzicht trachten wij datgene te doen wat het beste is voor onze resultaten, de markt, onze mensen, het milieu en voor onze maatschappij.

Jan Claes Algemeen Directeur Coca-Cola Enterprises Nederland

Simon McDowell Algemeen Directeur Coca-Cola Nederland

5

6

Achtergrond van het verslag

In dit maatschappelijk jaarverslag gebruiken we verschillende termen en achtergronden die enige toelichting behoeven. In dit hoofdstuk schetsen wij daarom de kaders waarbinnen het verslag is geschreven.

Coca-Cola Dit verslag heeft betrekking op zowel Coca-Cola Enterprises Nederland (CCENL) als op Coca-Cola Nederland (CCN). Daar waar we spreken over Coca-Cola bedoelen we beide bedrijven in Nederland. Wanneer we spreken over het Coca-Cola Systeem verwijzen we naar alle Coca-Cola organisaties wereldwijd. In het hoofdstuk Profiel van de organisatie worden de verschillende organisaties verder toegelicht. Global Reporting Initiative (GRI) Dit verslag is geïnspireerd op de wereldwijde richtlijnen voor maatschappelijke verslaglegging van het Global Reporting Initiative (GRI) 2002. Hoewel wij nog niet in staat zijn om op alle elementen en indicatoren te rapporteren, hebben wij er toch voor gekozen om dit verslag vorm te geven op basis van GRI en gebruiken wij dit verslag om te tonen waar wij staan ten opzichte van de GRI-richtlijnen. Wij zien dit verslag als een document op basis waarvan een dialoog kan worden aangegaan. Een overzicht van de reeds

geadresseerde GRI-indicatoren is terug te vinden in de index achter in dit rapport. Reikwijdte Dit verslag is een vervolg op het maatschappelijk verslag 2003/2004, ‘Quality by Care’, dat in 2005 door CCE-NL is uitgebracht. Daarvoor verschenen van CCE-NL: Maatschappelijk jaarverslag 2002, Sociaal & Milieu jaarverslag 2001, Sociaal jaarverslag 2000 en Sociaal jaarverslag 1999. Een groot verschil met de voorgaande verslagen is dat dit verslag een gezamenlijk initiatief is van CCE-NL en CCN. De data in dit verslag hebben betrekking op alle locaties van Coca-Cola in Nederland: het hoofdkantoor in Rotterdam, de vijf Sales Centers verspreid over Nederland, de fabriek in Dongen en de vestiging van onze technische dienst (Cooler Services) in Tilburg. Hierbij geldt een uitzondering voor het hoofdstuk Het milieu, deze gegevens hebben vrijwel alleen betrekking op de fabriek in Dongen. Voor wat betreft producten heeft het verslag betrekking op alle in

7

Nederland gebottelde producten en op de producten die voor distributie in Nederland zijn aangekocht. Informatieverzameling De in dit verslag verstrekte informatie is afkomstig uit het interne kwaliteitssysteem (The Coca-Cola Quality System), interviews met betrokkenen en uit jaarlijkse rapportagestukken. Fotografie Om redenen van opmaak dateren de in dit verslag gepubliceerde foto’s van onze productielocatie en het -proces uit 2006. Zij zijn dus een weergave van de actuele situatie waarbij de productielijnen zijn ingericht op de nieuwe, recyclebare PETverpakkingen en niet meer op de in 2005 nog gangbare hervulbare flessen.

De wereld van Coca-Cola

Nederland

CCE-NL: ± 800 medewerkers CCE-NL: 8 vestigingen

CCN: ± 30 medewerkers

CCN: 1 vestiging afzet in 2005: 565.000.000 liter

8

Wereldwijd

meer dan 1,3 miljard Coca-Cola consumpties per dag

CCE Inc.: ± 73.000 medewerkers

CCE Inc. realiseert 20% van het totaal volume van producten met TCCC-merken

TCCC: ± 55.000 medewerkers

The Coca-Cola Companyproducten zijn in meer dan 200 landen verkrijgbaar

CCE Inc.: 428 vestigingen in 7 landen (Noord-Amerika en West-Europa: België, Frankrijk, Groot-Brittannië, Luxemburg en Nederland)

Voor meer informatie over de financiële gegevens: www.cokecce.com www.coca-cola.com

Ons voornaamste doel is een tevreden consument.

Het profiel van Coca-Cola

Vaak wordt gedacht dat Coca-Cola één merk is dat gemaakt wordt door één bedrijf. In werkelijkheid zit er achter ‘Coca-Cola’ een wereldwijd netwerk van bedrijven dat gevormd wordt door The Coca-Cola Company, haar dochterbedrijven en bottelaars over de hele wereld die in licentie producten van The Coca-Cola Company produceren en op de markt brengen. Gezamenlijk worden zij het ‘Coca-Cola Systeem’ genoemd. Van de bottelaars is Coca-Cola Enterprises Incorporate (CCE Inc.) de grootste met een verzorging van 20% van het totaal volume van producten met The Coca-Cola Company-merken.

The Coca-Cola Company (TCCC) en haar filialen zijn eigenaar van alle Coca-Cola merken, verzorgen de wereldwijde marketing en verkopen de (basis)concentraten aan bottelaars. CCE Inc. produceert, distribueert en verkoopt frisdranken en is met circa 73.000 medewerkers actief in zeven landen verspreid over NoordAmerika, Canada en West-Europa (België, Frankrijk, Groot-Brittannië, Luxemburg en Nederland). Het bedrijf bedient een totaal gebied van ruim 407 miljoen consumenten en behaalde in 2005 19 miljard US dollar aan netto bedrijfsinkomsten. Beide bedrijven beschikken over een eigen beursnotering aan de New York Stock Exchange. Een wereldsysteem in Nederland De Nederlandse organisatie achter Coca-Cola is op dezelfde manier opgebouwd als het internationale systeem. Coca-Cola Enterprises Nederland (CCENL) is een dochtermaatschappij van CCE Incorporate. Coca-Cola Nederland (CCN) valt onder The Coca-Cola Company. Samen vormen zij het Nederlandse Coca-Cola Systeem. CCN zet de marketingplannen uit en CCE-NL produceert, distribueert en verkoopt de producten. Bij CCN werken circa 30 medewerkers op het hoofdkantoor in Rotterdam. CCE-NL heeft ruim 800 medewerkers in dienst verspreid over het hoofdkantoor in Rotterdam, de fabriek in Dongen, de vijf Sales Centers en de technische dienst (Cooler Services) in Tilburg. Waar wij in dit verslag spreken over Coca-Cola bedoelen we het totale systeem in Nederland, tenzij anders vermeld.

C@CC C@CC staat voor Citizenship at Coca-Cola. The Coca-Cola Company en verschillende grote bottelaars waaronder Coca-Cola Enterprises Inc. in Atlanta hebben het C@CC programma opgezet. Het vormt een mondiaal kader voor verantwoord en duurzaam ondernemen en geeft waarden weer waarmee we de manier waarop we wereldwijd zaken doen onderbouwen en de manier waarop we omgaan met onze afnemers, consumenten, medewerkers, de gemeenschap en het milieu waarin we leven, bepalen. Er zijn principes geformuleerd voor de markt, onze mensen, het milieu en de gemeenschap. De markt: We leveren producten en diensten die aan de drankbehoefte van onze consumenten voldoen. Hierdoor verschaffen we degelijke en lonende ondernemingskansen en voordeel voor onze afnemers, leveranciers, distributeurs en plaatselijke gemeenschappen. Onze mensen: We bevorderen een open en toegankelijke omgeving waar zeer gemotiveerde, productieve en toegewijde medewerkers zakelijk succes bereiken door uitstekend werk te leveren. Het milieu: We voeren ons bedrijf op zulke wijze dat het milieu wordt beschermd en behouden, en principes inzake milieubeheer en duurzame ontwikkeling in onze zakelijke beslissingen en processen zijn geïntegreerd. De gemeenschap: We investeren tijd, expertise en hulpmiddelen om te voorzien in economische mogelijkheden, de leefbaarheid te verbeteren en goodwill te bevorderen binnen onze gemeenschappen door middel van plaatselijk relevante initiatieven. Het C@CC-programma bestaat uit drie verschillende fasen: een intern beoordelingsproces om te bepalen waar men staat, een planningproces om tot een stappenplan te komen en een toepassingsproces om plannen en activiteiten te realiseren. Het ‘beoordelingsproces’ omvat een vragenlijst die ontwikkeld is in samenwerking met het non-profit netwerk The Future 500 (www.future500.org). De vragenlijst zet prestaties van Coca-Cola af tegen criteria uit een reeks internationale normen op het gebied van verantwoord ondernemen, waaronder FTSE4Good, the Dow Jones Sustainability Index en the Global Reporting Initiative. C@CC kan per land worden uitgerold. Dit gebeurt door opname van het programma in de jaarlijkse bedrijfsplannen van de ondernemingen. In Nederland is het programma in 2005 voor het eerst ingezet.

9

Visie en missie Missie van Coca-Cola Enterprises Inc.: “We are passionate about bringing the refreshment and enjoyment of Coca-Cola and all our brands to you every day.” Waarden van Coca-Cola Enterprises Inc.: • Integrity - Always doing what is right • Passion - Driven to be the very best in what we do and how we do it • Service - Exceeding the expectations of our customers, our consumers, our communities and our people • Quality - Excellence every time • Results - Winning as a team in the workplace and the marketplace • Respect - Listening, understanding, and appreciating others • Fun - Enjoying what we do every day.

Missie van The Coca-Cola Company: “To refresh the world…in mind, body and spirit. To inspire moments of optimism…through our brands and our actions. To create value and make a difference…everywhere we engage.” Waarden van The Coca-Cola Company: • Leadership - The courage to shape a better future • Passion - Committed in heart and mind • Integrity - Be real • Accountability - If it is to be, it’s up to me • Collaboration - Leverage collective genius • Innovation - Seek, imagine, create, delight • Quality - What we do, we do well

10

Directie en management CCN en CCE-NL hebben beide een eigen directie. De directie van CCE-NL, onder leiding van Algemeen Directeur de heer Claes, bestaat uit acht leden. De directie van CCN, onder leiding van Algemeen Directeur de heer McDowell, bestaat uit zes leden. Antwoorden op de GRI-gerelateerde vragen over (controle)processen, verbanden tussen beloning en prestaties en aandeelhoudersmechanismen zijn terug te vinden in het Corporate Responsibility & Sustainability Review 2005 van Coca-Cola Enterprises Inc. (zie ook www. cokecce.com) en in het Citizenship Report 2005 van The Coca-Cola Company (zie ook www2.coca-cola.com/ourcompany/ citizenship_report.html). Raad van Commissarissen CCE-NL heeft een Raad van Commissarissen (RvC), bestaande uit vijf leden, onder voorzitterschap van de heer Zijerveld. Twee van de vijf leden van de RvC zijn onafhankelijk van CCE. De RvC komt vier keer per jaar bijeen, samen met de directieleden van CCE-NL. Tot onze spijt is op 3 oktober 2005 de heer Glasz, voormalig lid van onze RvC,

overleden. De heer Glasz heeft elf jaar deel uitgemaakt van onze RvC. Vormgeven aan verantwoordelijkheid Om zorg te dragen voor kwaliteit van onze organisatie en van onze producten, werken wij met verschillende kwaliteitsen managementsystemen. Naast The Coca-Cola Quality System (zie het hoofdstuk De markt) zijn wij voor de productielocatie in Dongen gecertificeerd op het gebied van ISO-9001 in relatie tot onze managementsystemen en -processen, ISO-14001 voor milieugerelateerde zaken, OHSAS-18001 met betrekking tot veiligheid en ARBO en tenslotte HACCP wat gerelateerd is aan voedselveiligheid. De milieuzorg is bij CCE-NL te Dongen geïntegreerd in het Total Quality Management Systeem (TQMS), samen met de zorg voor kwaliteit, veiligheid en arbeidsomstandigheden. De verantwoordelijkheid voor het milieuzorg managementsysteem is gedelegeerd aan de manager QESH (Quality, Environment, Safety & Health), die in het senior managementteam van CCE-NL naast onder andere kwaliteit- en

veiligheidsmanagement, de milieuzaken behartigt. De functie van milieucoördinator is geïntegreerd met de functie van veiligheidsfunctionaris. De Fit for the Future Code (zie het hoofdstuk Voeding & Gezondheid) biedt voor ons een belangrijk handvat om vorm te geven aan onze verantwoordelijkheid op het gebied van Voeding & Gezondheid. De verbintenis die wij in 2005 ten opzichte van de Europese Commissie zijn aangegaan, de ‘Undertaking’ (zie het hoofdstuk De markt), en onze verschillende partnerschappen (zie het hoofdstuk Belanghebbenden) zijn andere manieren om hieraan vorm en inhoud te geven. Voor meer informatie over The Coca-Cola Company en Coca-Cola Enterprises zie www.coca-cola.com en www.cokecce.com

Producten van Coca-Cola in Nederland Een selectie uit het gevarieerde assortiment.

11

12

Aandeelhouders

Consumenten

Werknemers

Klanten

Leveranciers

Gemeenschap, overig

Overheid en wetgevende instanties

Niet Gouvernementele Organisaties (NGO’s)

Belanghebbenden

Coca-Cola is behalve werkgever, producent, leverancier en marketeer, bovenal een organisatie die middenin de maatschappij staat. Wij onderhouden dan ook relaties met allerlei belanghebbenden: onze stakeholders. Dit zijn onder andere onze werknemers, klanten, consumenten, de Nederlandse en lokale overheid, maatschappelijke organisaties en leveranciers.

Met al onze stakeholders streven wij naar samenwerking, bij voorkeur in de vorm van het formuleren van gezamenlijke doelstellingen en het uitwisselen van kennis. Wij hebben ons in de afgelopen jaren actief ingezet voor het opbouwen en uitwerken van stakeholderrelaties en -communicatie en vinden dit essentieel voor onze lange termijn belangen in Nederland. Wij gebruiken verschillende communicatiemethodes om onze stakeholders te informeren en om hun ideeën en mening te vernemen over onderwerpen zoals medewerkerstevredenheid, voeding & gezondheid, milieu en verpakkingen. Vrijwillige externe overeenkomsten met belanghebbenden Naast het lopende Convenant Verpakkingen III, dat eindigt per 1 januari 2006 zijn we in 2005 een nieuw convenant aangegaan, het Convenant Overgewicht. Dit convenant is op 27 januari 2005 onder meer namens Coca-Cola door de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI) ondertekend.

Van onze leveranciers op het gebied van ingrediënten, verpakkingsmaterialen en promotiematerialen verwachten wij dat zij onze Supplier Guiding Principles, de principes op basis waarvan wij samenwerken met onze leveranciers, ondertekenen (zie het hoofdstuk De markt). Lidmaatschappen Om onze kennis te delen, op de hoogte te blijven van ontwikkelingen en waar mogelijk ook sturing te geven aan ontwikkelingen, zijn wij actief in diverse industrie- en bedrijfsverenigingen en betrokken bij enkele belangengroeperingen. Bij onder andere de volgende verenigingen en groeperingen zijn wij lid en/of betrokken: Algemeen • Nederlandse Frisdrank Industrie (NFI) • Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI) • Productschap Dranken Voeding & Gezondheid • Nationaal Voedingscongres • NOC*NSF/Mission Olympic • Koninklijke Vereniging van Leraren

13

Lichamelijke Opvoeding (KVLO) • Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB) • Amsterdam Topsport • Topscore Amsterdam • Rotterdam Topsport Verpakkingen • Stichting EcoVerpakkingen • Stichting NedVang/ SVM.PACT • Stichting Inzameling Kleine PET-flesjes • Nationale Inzameling Frisdrankverpakkingen • Stichting Kringloop Blik Milieu • Vereniging Industriewater NoordBrabant • Stichting Nederland Schoon • Nederlands Watermuseum Overig • Samenleving & Bedrijf • Stichting Lezen • Nederlands Instituut voor Filmeducatie (NIF) • Reklame Rakkers

Theatergezelschap ISH

Fit for the Future en belanghebbenden

14

In 2005 zijn we actief de dialoog met onze stakeholders aangegaan over Voeding & Gezondheid. In januari en december 2005 hebben we een kwalitatief onderzoek onder 20 stakeholders verricht waarin wij ons Fit for the Future beleid hebben toegelicht en hen om reactie hebben gevraagd. Belangrijke aandachtspunten waren voor ons de bekendheid van het Fit for the Future beleid, de waardering ervan en eventuele suggesties voor verbetering. Suggesties volgen wij op in de vorm van de aanscherping van enkele bepalingen van de Fit for the Future Code (in 2005) en door middel van de in 2006 geplande introductie van de internationale campagne ‘Make Every Drop Count’ in Nederland. De stakeholderbenadering die wij in 2005 zijn gestart is door Coca-Cola als zeer waardevol ervaren. We zetten deze in 2006 dan ook onverminderd voort. Door middel van persoonlijke correspondentie, een speciale periodieke Fit for the Future nieuwsbrief die in 2005 voor het eerst verschenen is en de campagne ‘Make Every Drop Count’ houden we onze stakeholders op de hoogte.

Bekendheid onder stakeholders van onze Fit for the Future activiteiten

1 januari 2005

31 december 2005

Bekend met onze richtlijn geen reclame gericht op kinderen onder de twaalf jaar

17%

82%

Weet dat wij geen producten verkopen op basisscholen

59%

100%

Het belang van stakeholders voor Coca-Cola Bekend met onze terughoudende aanwezigheid in het voortgezet onderwijs

33%

55%

Bekend met onze deelname aan Mission Olympic

33%

82%

Bron: Periodieke Stakeholder Survey, Schuttelaar & Partners

Voeding & Gezondheid

De leefstijl in Nederland verandert. Net als in andere westerse landen bewegen we minder en hebben we over het algemeen een ongezonder voedingspatroon. Overgewicht en obesitas zijn een groeiend en algemeen bekend gezondheidsprobleem.

Voor een gezonde leefstijl is evenwicht het belangrijkste; de juiste combinatie van een gevarieerd eetpatroon en genoeg beweging. Om bewuste keuzes te kunnen maken, hebben consumenten voldoende en duidelijke informatie nodig. Daarnaast moeten zij zich bewust zijn van de noodzaak om voldoende te bewegen. Als wereldspeler in frisdranken kan èn wil Coca-Cola een positieve bijdrage leveren. Wij zetten hiervoor onze jarenlang opgebouwde kennis van de consument in en de communicatiemiddelen die wij richting hen hebben. Coca-Cola heeft er voor gekozen om vrijwillig, binnen haar invloedssfeer, haar eigen verantwoordelijkheid te nemen. Dit doen wij door op twee manieren een bijdrage te leveren; enerzijds nemen we pro-actief deel in gezamenlijke afspraken met partners, anderzijds bouwen we op onze eigen kracht en mogelijkheden om consumenten een breed en gevarieerd productaanbod te bieden, goed te informeren en te stimuleren gebalanceerd te leven.

Convenant Overgewicht Met vele andere partijen zijn wij ervan overtuigd dat het stimuleren van een gezonde leefstijl een goede samenwerking van meerdere partijen vereist. Coca-Cola werkt daarom nauw samen met overheid, industrie, sportinstanties en kennisinstellingen om een zo effectief mogelijke aanpak te bewerkstelligen. In januari 2005 hebben wij samen met deze betrokken partners het Convenant Overgewicht ondertekend. De convenantafspraken zijn vervolgens uitgewerkt in het actieplan ‘Energie in Balans’, dat in oktober 2005 aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is aangeboden. Veel onderdelen van het Coca-Cola Fit for the Future beleid zijn erin terug te vinden. De doelstelling is dat het aantal volwassenen met overgewicht in 2010 niet verder groeit en dat het aantal kinderen met overgewicht vermindert. Voor meer informatie zie ook www.fnli.nl en www.convenantovergewicht.nl. Fit for the Future 2005 in Nederland Onder de naam Fit for the Future voeren wij in Nederland een actief programma om een gebalanceerde leefstijl te communiceren èn te stimuleren. Het vormt een

15

belangrijk onderdeel van onze (internationale) strategie. De initiatieven en activiteiten die eruit voortvloeien, zijn terug te vinden in alle geledingen van ons bedrijf. Begin 2005 zijn we gestart met de oprichting van een speciaal Fit for the Future Leadership Team, bestaand uit senior management leden van Coca-Cola Enterprises Nederland en Coca-Cola Nederland. In periodieke bijeenkomsten is onder meer gewerkt aan het opstellen en uitbrengen van de Nederlandse Fit for the Future Code die zowel gebaseerd is op ons internationale beleid als op afspraken die we binnen de voedingsmiddelenindustrie (FNLI en NFI) hebben gemaakt. De Code heeft als belangrijkste doelstellingen het officieel introduceren en borgen van het Fit for the Future beleid binnen de organisatie en het bieden van handvatten voor medewerkers in de dagelijkse praktijk. Verder heeft het Leadership Team diverse werkgroepen opgericht die deelonderwerpen van de Code verder uitdiepen. Op deze manier worden, net als voor scholen (zie kader Thuis op School), concrete strategieën opgesteld voor de verkoopkanalen.

Naast onze eigen Fit for the Future Code onderschrijven wij gedragscodes van industrie en (lokale) overheden, zoals de gedragscode van UNESDA (Europese frisdrankindustrie), de Reclamecode voor voedingsmiddelen met betrekking tot marketing gericht op kinderen (Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie), de programma’s van Reklame Rakkers, de gedragscode ‘overgewicht’ (Vereniging Nederlandse Frisdranken Industrie), de gedragscode voor promotionele kansspelen en het convenant ‘Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring’ 2002 (Ministerie van OCenW en partners).

16

Fit for the Future peilers 1. Keuze De consument moet de keuze hebben uit zowel een gevarieerd assortiment dranken als een gevarieerd aanbod inhoudsmaten. Wij brengen een breed assortiment frisdranken (koolzuurhoudend en koolzuurvrij, suikerhoudend en suikervrij), vruchtensappen en waters op de markt en stimuleren het actief aanbieden van diverse inhoudsmaten. Aanpassing frisdrankautomaten op scholen leidt tot meer variatie Begin 2005 zijn door CCE-NL alle frisdrankautomaten in het voortgezet

Size Matters

8ik`b\c)%,

Bc\`e`jjfdjn\cqfÔae%;XXifdY`\[\en`afeq\gif[lZk\e`em\ijZ_`cc\e[\gfik`\^iffkk\XXe% <emiX^\en\feq\bcXek\efd_leZfejld\ek\eXck`a[[\b\lq\k\Y`\[\ekljj\ekn\\Zlgj`q\j% N`jka\kifln\ej[Xkn`afejcf^fe`\kcXe^\ifg\\eZlgj`q\^ifk\i[Xe'#,c`k\iqlcc\egcXXkj\e6

C\\j\id\\ifm\i`efeq\=`k]fik_\=lkli\:f[\

onderwijs aangepast. Hierdoor worden lightdranken, waters en vruchtensappen actiever aangeboden. Deze aanpassing heeft geresulteerd in significant meer variatie en spreiding in aankoopgedrag. Procentuele veranderingen in afzet op scholen voor voortgezet onderwijs (januari 2006 t.o.v. januari 2005) Percentage Regular

- 12%

Light

+ 19%

Water

+ 282%

2. Informatie Coca-Cola ondersteunt de consument bij het maken van een verantwoorde keuze met inzichtelijke en feitelijke informatie over onze producten. Wij geven duidelijke informatie over voedingswaarden via al onze verpakkingen, onze website (www.coca-colanederland.nl), het Consumenten Informatie Centrum (0800-COCACOLA) en op verzoek van klanten ook via Point of Sale materialen. Uitbreiding voedingswaardedeclaratie Ter voorbereiding op introductie in 2006, werkte Coca-Cola in 2005 aan de uitbreiding van de voedingswaardedeclaratie op alle productverpakkingen. Vanaf 2006 wordt ook het aantal kilocalorieën per verpakkingseenheid vermeld op verpakkingen tot 500 ml. Bij grotere verpakkingen wordt het aantal kilocalorieën per 250 ml vermeld. Caloriestickers op scholen Begin 2005 zijn door Coca-Cola op alle frisdrankautomaten in het voortgezet onderwijs caloriestickers aangebracht. Deze geven het aantal kilocalorieën per product weer en een schema van de dagelijkse energiebehoefte in relatie tot beweging. Op deze manier kan de scholier op het moment van aankoop een bewuste keuze maken.

3. Verantwoorde marketing en verkoop Coca-Cola gaat op een verantwoorde manier om met marketing en verkoop. Wij hebben recent de Fit for the Future Code ontwikkeld, inclusief een interne campagne voor al onze medewerkers in Nederland. De Code is ontwikkeld omdat de Fit for the Future aanpak omvangrijk is en invloed heeft op veel van de dagelijkse werkzaamheden binnen ons bedrijf. In de Code staan alle afspraken inzichtelijk en helder op een rij. In 2006 zal Coca-Cola zich verder richten op de actieve interne communicatie van de Code en op de toepassing ervan in verschillende verkoopkanalen. Elementen uit de Fit for the Future Code • In reclame en promoties richt Coca-Cola zich niet op kinderen onder de twaalf jaar; • Coca-Cola is nooit op basisscholen aanwezig en is zeer terughoudend in het voortgezet onderwijs. De zichtbaarheid van onze merken beperkt zich tot de buttons van de frisdrankautomaten. De automaten hebben een sportuitstraling die past in het beleid om jongeren meer te interesseren voor beweging; • Een product mag volgens Coca-Cola alleen als ‘light’ worden aangeduid indien het product niet meer dan tien kilocalorieën per 100 ml bevat. Dit overtreft de huidige richtlijnen van de Europese Commissie die

Thuis op school In het jaar 2003 startte Coca-Cola met een speciaal programma gericht op scholen voor voortgezet onderwijs. Scholen zijn een belangrijk onderdeel in het leven van jongeren, zij brengen hier een groot deel van hun tijd door. Als frisdrankenleverancier willen wij er graag aanwezig zijn met onze producten. Wij begrijpen echter dat deze omgeving en de specifieke doelgroep een eigen aanpak vragen. Het programma Thuis op School geeft invulling aan de wijze waarop wij onze samenwerking met de school en onze aanwezigheid binnen de schoolomgeving zien. De uitgangspunten van Thuis op School sluiten aan op die van Fit for the Future, namelijk: • het aanbieden van een breed assortiment aan producten; • het geven van heldere informatie over onze producten; • het voeren van een verantwoord beleid op het gebied van marketing en verkoop; • het stimuleren van sport en bewegen onder jeugd. In 2005 is een nieuwe versie van de Thuis op School brochure uitgebracht. Deze is verstuurd naar de directies van alle scholen voor voortgezet onderwijs in Nederland. Deze brochure heeft ons geholpen de dialoog aan te gaan met diverse stakeholders op het gebied van Voeding & Gezondheid.

stellen dat een light aanduiding is toegestaan indien het eenderde minder energie bevat dan de reguliere variant; • Promoties gelden ook voor light varianten. In promotiemateriaal wordt de light variant, naast de suikerhoudende variant, duidelijk zichtbaar vermeld en afgebeeld; • Coca-Cola adviseert klanten om de consument keuze te bieden uit minimaal twee bekerinhoudsmaten (met een maximum van 500 ml). Het Coca-Cola logo wordt niet langer op drinkbekers geplaatst groter dan 500 ml; • Indien suikerhoudende producten worden gesampled, dan moet ook altijd verplicht de light variant worden aangeboden. Bij sportevenementen worden alleen sportdranken en water gesampled. 4. Actieve leefstijl Coca-Cola ondersteunt een actieve leefstijl onder jongeren door bestaande initiatieven te ondersteunen en nieuwe projecten op te zetten.

Mission Olympic NOC*NSF en Coca-Cola zijn sinds vier jaar partners in Mission Olympic: het grootste jongeren sportprogramma in Nederland. Elk jaar maken hierdoor 150.000 jongeren in het voortgezet onderwijs kennis met diverse sporten. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met de Koninklijke Vereniging Leraren Lichamelijke Opvoeding (KVLO), lokale sportverengingen, sportbonden en de gemeenten. Uit recent onderzoek blijkt dat niet alleen leerlingen maar ook docenten enthousiast zijn over Mission Olympic. Alle ondervraagde docenten geven aan dat hun school ieder jaar mee moet doen. 88% Van de docenten vindt dat jongeren op deze wijze blijvend enthousiast worden gemaakt voor schoolsport. In 2005 is het contract met NOC*NSF met twee jaar verlengd. In 2006 gaan we Mission Olympic verder integreren in het schoolprogramma en zullen we actiever communiceren naar onze stakeholders. Voor meer informatie zie ook www. MissionOlympic.nl.

FLASH! Energy Tour De landelijke beweegcampagne FLASH! van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, uitgevoerd door het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB), richtte zich in 20042005 op vmbo-leerlingen. Om hen te interesseren voor sport en bewegen werd de FLASH! Energy Tour georganiseerd. Deze Tour, met allerlei sportclinics en een spectaculair dansfeest, heeft gedurende het schooljaar 13 grote vmbo-scholen bezocht. Coca-Cola was hoofdsponsor van dit initiatief en heeft actief bijgedragen aan de organisatie en invulling van het evenement. Voor meer informatie zie ook www.flash123.nl. Ook op lokaal niveau ondersteunen en initiëren we sportactiviteiten voor de jeugd, zoals Topscore Amsterdam en Willem II in de wijk in Tilburg.

17

Project Promise

18

De omschakeling naar de nieuwe recyclebare flessen doe je niet van vandaag op morgen. Het verandert het productieproces volledig en maakt het zowel complexer als eenvoudiger. Complexer in de zin dat de verschillende merken unieke, onderscheidende verpakkingen krijgen en eenvoudiger omdat alle handelingen die nodig zijn bij het hygiënisch hervullen van gebruikte flessen vervallen. Het heeft invloed op de complete bedrijfsvoering; van voorraadbeheer, machines en logistiek tot distributie, planning en schappenplannen voor de winkels. Bovendien is het van grote invloed op medewerkers. Huidige werkplaatsen veranderen, een aantal arbeidsplaatsen vervalt en hier en daar is (bij)scholing noodzakelijk. Onder de noemer Project Promise is Coca-Cola gestart met alle voorbereidingen. In totaal kost het project zo’n 60 miljoen euro. In 2005 heeft Coca-Cola productielijnen gebouwd en getest en medewerkers getraind op de bediening van de lijnen. Eerste runs met grootverpakkingen (ten behoeve van de Belgische markt) zijn succesvol uitgevoerd, evenals runs met kleinverpakkingen voor de Nederlandse markt. Vervolgens is eind 2005 gestart met de opbouw van voorraden nieuwe verpakking om bij de start in 2006 voortvarend te beleveren. Speciale aandacht was er voor de 59 medewerkers wier functie kwam te vervallen. In 2004 is dit reeds aangekondigd en is in samenwerking met de vakbonden een Sociaal Plan opgesteld. We hebben dit plan in 2005 ten uitvoer gebracht. Vanaf januari 2006 komen de betrokkenen in het outplacementtraject terecht.

Verpakkingen

De discussie rondom verpakkingen staat van oudsher hoog op de maatschappelijke agenda. Sinds 1991 werd het kader van de discussie bepaald door drie achtereenvolgende Convenanten Verpakkingen waarin overheid, gemeenten en bedrijfsleven afspraken maakten over preventie, inzameling en recycling van verpakkingen. Met het in het zicht komen van het einde van Convenant Verpakkingen III en duidelijk sturende invloeden vanuit de markt, de overheid en de consument, is hier verandering in gekomen.

Consumenten wensen steeds meer keuze in producten. Keuze in het soort product, de verpakking, de inhoudsmaat, de vorm, het gemak dat geboden wordt, et cetera. Coca-Cola heeft zich altijd gehouden aan de afspraken zoals deze in het Convenant Verpakkingen zijn gemaakt en heeft een actieve rol in het overleg gespeeld. Desalniettemin zijn we ervan overtuigd dat we beter met recyclebare verpakkingen dan met hervulbare verpakkingen tegemoet kunnen komen aan de moderne wensen van de consument. Er ontstaan meer variatie- en marketingmogelijkheden en bovendien verwachten we dat we het aantal consumentenklachten met het invoeren van de recyclebare fles aanzienlijk kunnen verlagen. Dit alles met respect voor geldende milieunormen en -eisen. Er zijn met de bestaande hervulbare verpakkingen met statiegeld twee problemen ontstaan. Het eerste probleem is rechtsonzekerheid. Dat het hervulbare verpakkingssysteem binnen de Europese Unie niet langer houdbaar is en dat verandering dus noodzakelijk is, is al enkele jaren duidelijk. De vergelijkbaar-

heid van het bindende systeem van hervulbare flessen met statiegeld in Nederland, met de binnen de EU geldende regels voor vrij verkeer van goederen en diensten, wordt ter discussie gesteld. Er heeft echter lange tijd onduidelijkheid bestaan over een nieuw in te voeren systeem. Daardoor was Coca-Cola, en met ons meerdere producenten, in onzekerheid over investeringen die in de aanpassing van de productiefaciliteit moesten worden gestoken. Het tweede probleem ligt in ongelijke behandeling. Voor frisdranken en waters geldt in 2005 en voorgaande jaren dat grootverpakkingen verplicht hervuld moeten worden. Voor andere dranken is deze verplichting er niet. De verschillende categorieën dranken concurreren echter steeds meer met elkaar. De frisdranken- en waterindustrie heeft dus geen verpakkingsvrijheid gekend wat een concurrentienadeel bleek. Het Besluit Verpakkingen Vanaf 1 januari 2006 treedt een nieuwe Algemene maatregel van Bestuur in werking (AmvB), het Besluit Verpakkingen, dat bedrijven financieel verantwoorde-

19

lijk maakt voor de verwerking van hun verpakkingsafval. Het vormt de basis voor nieuwe afspraken binnen het bedrijfsleven, de overheid en gemeenten. Er worden in deze AmvB vier fracties van afval onderscheiden: papier & karton, glas, staal en kunststof. Onder de laatste fractie valt de recyclebare PET-verpakking. Er zijn drie voorwaarden gesteld aan de structurele introductie van deze (fris)drankverpakking: • 95% van het totaal aantal uitgezette grote PET-flessen (met een inhoudsmaat van meer dan 500 ml) dient ingezameld te worden; • 55% van het totaal aantal uitgezette kleine PET-flessen (met een inhoudsmaat tot en met 500 ml) dient ingezameld te worden; • 25% van de PET van nieuwe flessen dient uit recycling van PET-flessen te komen. De beslissingen die Coca-Cola in de loop van 2005 heeft genomen rond verpakkingen en de voorbereidingen die zijn getroffen, zijn gebaseerd op deze voorwaarden. Wij zijn één van de opdrachtgevers van de nieuw opgerichte stichting Nedvang: Nederland van Afval naar Grondstof.

De stichting krijgt een spilfunctie binnen de Nederlandse afvalverwerking en ontvangt de verpakkingsbijdragen van producenten en importeurs. Zij ziet toe op het ten goede komen van de gelden aan een efficiënte scheiding en recycling van verpakkingsafval. Inzameling grotere PET-flessen De consument gebruikt grotere PET-flessen met een inhoudsmaat van meer dan 500 ml over het algemeen voor thuisgebruik. De flessen worden voor het merendeel aangeschaft in de supermarkt. Het bedrijfsleven heeft in de loop van 2004 en 2005 getracht een nieuw systeem voor de inzameling van recyclebare flessen met statiegeld te realiseren maar is daar voor de deadline van 1 januari 2006 niet in geslaagd. 20

In 2005 is de ontwikkeling van nieuwe recyclebare PET-flessen en de aanpassingen in de Coca-Cola fabriek in Dongen in volle gang geweest (zie kader Project Promise). De introductie van de nieuwe verpakkingen heeft begin 2006 plaatsgevonden. Coca-Cola is in het afgelopen jaar op eigen initiatief gestart met de opzet van een systeem voor de inzameling en het tellen van

de nieuwe flessen. Dit om de resultaten van inzamelingsdoelstelling inzichtelijk te maken en om verkopers het statiegeld terug te betalen. Supermarkten en andere verkooppunten van de grotere verpakkingen krijgen zogenaamde Big Bags toegezonden, voor de Horeca zijn er Small Bags, waarin zij de geretourneerde lege flessen kunnen verzamelen. In 2006 zullen in een speciaal op te richten telcentrum in Tilburg alle Big en Small Bags verzameld worden. De lege flessen worden hier geteld en doorgezonden voor verdere verwerking (zie het kader PET: van fles tot...). Inzameling kleinere PET-flessen Kleinere PET-flessen, met een inhoudsmaat tot en met 500 ml (en in een enkel geval tot en met 750 ml), worden met name voor directe consumptie aangeschaft. De verkooppunten variëren van supermarkten en benzinestations tot theaters. Directe consumptie heeft als gevolg dat de lege verpakking ter plekke afval wordt. Consumenten dienen dus buitenshuis plaatsen te vinden waar zij dit afval op verantwoorde wijze kunnen achterlaten. De inzameling en het tellen van de lege verpakkingen is om deze reden een complexe opdracht die om

Lege flesjes. Haal er wat uit voor Sophietje.

Gooi je plastic flesjes in de PET-bak en steun het Sophia Kinderziekenhuis www.vriendensophia.nl • www.legeflesjesterugermee.nl

een maatschappijbrede aanpak vraagt. Een systeem is niet direct voor handen. Proeven met inzameling en telling zullen in de komende jaren een effectief en efficiënt systeem moeten opleveren. Op verzoek van de overheid is in 2005 een pilot opgezet voor het gescheiden inzamelen van kleine PET-flesjes. Het bedrijfsleven heeft de Stichting Inzameling PET-flesjes opgericht om de pilot uit te voeren. Coca-Cola speelt in

PET: van fles tot... 25% Van de grondstoffen van de nieuwe Coca-Cola PET-flessen genereren wij uit al gebruikte en gerecyclede flessen. Dit is echter maar één van de mogelijkheden die gerecycled PET biedt. Maar liefst 70% van al het in Europa verzamelde PET-materiaal wordt verwerkt tot polyester vezels. De toepassingen hiervan zijn enorm. Met de grotere vezels worden bijvoorbeeld knuffels en slaapzakken gevuld, met de kleinere vezels worden onder andere fleecetruien en -jassen gemaakt. Een andere mogelijkheid van gerecycled PET is het hergebruik ervan in plastic verpakkingen zoals eierdozen en fruitbakjes en plastic producten zoals autobumpers en dashboards. De grootste ‘afnemer’ van gerecyclede PET is de tapijtindustrie. Al het PET dat gerecycled en hergebruikt wordt, blijft recyclebaar en toepasbaar in nieuwe producten. De PET-industrie ziet het belang van het creëren en uitbreiden van de vraag naar recycled PET en legt zich daarom toe op continu onderzoek naar nieuwe mogelijkheden voor toepassing.

deze stichting een actieve rol en heeft onder andere het voorzitterschap op zich genomen. De pilot vond plaats in samenwerking met de gemeenten Rotterdam, Helmond, Emmen, Zwolle en Gemert-Bakel. Scholen en sportverenigingen zijn benaderd om flesjes actief in te zamelen en te tellen. Zij kregen speciale oranje bakken waarin per zak ongeveer 200 flesjes verzameld werden. Per volle zak kreeg de deelnemende partij een vergoeding die besteed kon worden aan doeleinden in de school/vereniging of aan een goed doel. De tussentijdse resultaten van de pilot zijn teleurstellend. In 2006 zal het bedrijfsleven in ieder geval onverminderd doorgaan met het in praktijk onderzoeken en opzetten van een effectief systeem. Recycling Al sinds jaar en dag werkt Coca-Cola in Nederland actief aan recycling (zie het kader PET: van fles tot...). Wij voldoen

aan de gestelde norm 25% van de grondstoffen voor nieuwe flessen uit de recycling van oude PET-flessen te genereren. Voor het Coca-Cola Systeem is het geen normale gang van zaken om PET te recyclen voor andere producten, mede daarom is de Nederlandse organisatie een voorloper in het structureel hergebruik van PET voor nieuwe PET-flessen. Toekomst Coca-Cola en het bedrijfsleven zijn ervan overtuigd dat in de toekomst PET en andere kunststofverpakkingen de opzet van een gescheiden afvalinzameling verdienen. Kijkend naar de wijze waarop bijvoorbeeld glas en papier/karton ingezameld worden, constateren wij dat de consument een actieve bijdrage wil leveren aan de scheiding van afval. In de komende jaren zal blijken of en hoe een dergelijk systeem vorm kan krijgen. Wij kunnen, willen én zullen hier een actieve bijdrage aan blijven leveren.

21

22

De markt

De rol van Coca-Cola op de markt is divers. Wij zijn zowel producent, leverancier, afnemer als marketeer. In dit hoofdstuk blikken we terug op de algemene marktontwikkelingen in 2005 en staan we stil bij onze activiteiten en werkwijze. 23

De markt in 2005: een veelbewogen jaar Het jaar 2005 werd, net als 2004, voor een groot deel gekenmerkt door de aanhoudende prijzenoorlog in de supermarkt. Het stunten met prijzen zette de handelsovereenkomsten onder druk en zorgde ervoor dat veel producenten van A-merken, waaronder Coca-Cola, minder bestedingsruimte hadden voor marketing. Coca-Cola zag zich in april 2005 genoodzaakt tot een stop op alle prijspromoties op 1,5 liter verpakkingen. Naast de prijzenoorlog in de supermarkt, zagen we in diverse verkoopkanalen dat de neergaande trend in de ontwikkeling van koolzuurhoudende frisdranken aanhield en dat het slechte weer van invloed was. Desalniettemin kijken we terug op een jaar dat ook haar successen kende. Ondanks de moeilijke situatie in het supermarktkanaal, werd ons Field Sales Team tot de beste verkooporganisatie verkozen, verliepen onze introducties van nieuwe producten zoals Coca-Cola light lime succesvol en vertoonden merken als Aquarius en Minute Maid mooie groeiresultaten.

Ontwikkeling frisdranken in volumes 2005 t.o.v. 2004 Koolzuurvrije frisdranken

+ 11%

Sport/energie dranken

+ 17%

Water

+ 2%

IJsthee

+ 3%

Sappen

+ 0%

Koolzuurhoudende frisdranken

-

4%

Bron: Canadean, 2005

Coca-Cola als marketeer: trendsettend Door de veranderende consumentenvoorkeur, ons streven de consument variatie te bieden en onze constante focus op vernieuwing, is productinnovatie een belangrijk speerpunt voor ons bedrijf. Met markt- en consumentenonderzoek houden we trends in binnen- en buiten-

land scherp in de gaten. Het totaal levert een breed en gevarieerd assortiment aan frisdranken dat de consument volop keuze biedt. Coca-Cola als afnemer: verantwoord zaken doen Als klant let Coca-Cola nauw op de werkwijze die onze diverse toeleveranciers hanteren. De producten die wij van hen afnemen zijn immers onderdeel van ons eindproduct en voor die producten èn het productieproces dat daaraan voorafgaat, willen wij volledig garant kunnen staan. Wij vragen onze leveranciers dan ook onze Supplier Guiding Principles (zie het kader Supplier Guiding Principles) te onderschrijven en samen met ons te werken aan het beheersen van de belasting voor onze omgeving. De Supplier Guiding Principles zijn richtlijnen die Coca-Cola wereldwijd hanteert. Ze hebben betrekking op een minimum aantal vereisten waaraan de leveranciers van ingrediënten, verpakkingsmaterialen en reclamematerialen moeten voldoen (zie ook het kader Supplier Guiding Principles). In hoofd-

Supplier Guiding Principles Laws and Regulations Supplier will comply with all applicable laws, rules, regulations and requirements in the manufacture and distribution of our products and supplies and in providing services to the company Child Labor Supplier will not use child labor as defined by local law Forced Labor Supplier will not use forced or compulsory labor Abuse of Labor Supplier will not physically abuse labor Collective Bargaining Supplier will respect employees’ rights to choose whether to be represented by third parties and to bargain collectively in accordance with law Wages and Benefits Wages and benefits will comply with local law Working Hours and Overtime Working hours and overtime will comply with local law

24

Health and Safety Working conditions will comply with local regulations Environment Supplier will comply with all applicable environmental laws

Aantal contacten per e-mail en telefoon in 2005 Maand

Aantal vragen per mail

Aantal vragen per telefoon

Januari

411

703

Februari

443

726

Maart

517

1043

April

466

665

Mei

363

708

Juni

352

899

Juli

313

842

Augustus

347

714

September

385

730

Oktober

319

454

November

381

453

December

287

597

lijnen eisen wij van onze leveranciers dat zij zich houden aan de lokale weten regelgeving, dat zij de veiligheid en gezondheid van hun werknemers waarborgen, dat er geen gebruik van kinderarbeid of gedwongen arbeid wordt gemaakt, dat collectieve arbeidsovereenkomsten van de branche gerespecteerd en toegepast worden en dat milieuvergunningen in orde zijn. De Supplier Guiding Principles maken onderdeel uit van alle contracten die onze inkoopafdeling afsluit, zowel op nationaal als op internationaal niveau. Onze leveranciers van ingrediënten, primaire verpakkingsmaterialen en reclamematerialen hebben allen officieel verklaard aan onze vereisten te voldoen. Overige leveranciers worden geautoriseerd met behulp van de Europese inkoopgroep van CCE. Leveranciers worden minstens één keer in de twee jaar intensief geaudit door Coca-Cola, hierbij wordt er primair gekeken naar de kwaliteitsperformance. Ook zaken als milieu, veiligheid, legal compliance en HACCP worden beoordeeld. Coca-Cola als producent: kwaliteit voorop! Kwaliteit maakt een integraal onderdeel uit van ons bedrijf en beleid. Ons gehele productieproces kent tientallen inspecties en met onze klanten hebben we afspraken over de juiste verzorging van de door ons afgeleverde producten. Dit alles om ervoor te zorgen dat de consument uiteindelijk een optimaal product aangeboden krijgt. Wereldwijd hanteert Coca-Cola een eigen kwaliteitsbeheersysteem: The Coca-Cola Quality System (TCCQS). In dit systeem liggen normen vast op het gebied van kwaliteit, milieu, gezondheid en veiligheid waaraan het volledige Coca-Cola Systeem moet voldoen. Door continue verbetering streeft Coca-Cola naar het voldoen aan de meest strenge en moderne mondiale eisen. De derde versie van TCCQS (Evolution 3) is in 2003 ontwikkeld en toegepast, hierbij zijn ISO 9001 (kwaliteit), ISO 14001 (milieu) en OHSAS 18001 (gezondheid en veiligheid op de werkplek) geïntegreerd.

Onze fabriek in Dongen is zowel ISO 9001:2000, ISO 14001, OHSAS 18001 als HACCP gecertificeerd en voldoet aan de TCCQS-standaard. In januari 2005 wonnen we de TCCQS Evolution 3 Award: een prestigieuze prijs binnen het Coca-Cola Systeem voor continue verbetering op kwaliteit, milieu en veiligheid, hoge klanttevredenheid en getoonde verantwoordelijkheid op deze gebieden. Consumenten Informatie Centrum Het is voor ons van groot belang dat Coca-Cola producten in uitstekende conditie de consument bereiken en dat onze klanten tevreden zijn. Wanneer consumenten vragen, opmerkingen of klachten hebben, dan kunnen zij terecht bij ons Consumenten Informatie Centrum. Dit centrum is bereikbaar via een gratis telefoonnummer (0800-COCACOLA) of via internet (www.coca-cola.nl). Elke melding leggen we vast en trachten we zo snel en adequaat mogelijk af te handelen. In het geval van klachten over kwaliteit gaan wij persoonlijk langs bij de consument. Het betreffende product en de verpakking nemen we mee voor onderzoek. We informeren de betrokken consument altijd over de resultaten en bespreken gezamenlijk een passende oplossing. Gemiddeld zijn er in 2005 per maand 385 vragen per e-mail en 711 vragen per telefoon ontvangen door het Consumenten Informatie Centrum. De meeste vragen gingen over het ontbreken van koolzuur in frisdrank of het lekken van de verpakking. Dit zijn problemen die naar verwachting aanzienlijk minder zullen voorkomen na de introductie van de recyclebare PET-fles. De gemiddelde tevredenheid van consumenten in 2005, die gemeten is met behulp van een tevredenheidsonderzoek onder 642 consumenten, werd becijferd met een 8,20 (op een schaal van 1 tot 10); een kleine daling ten opzichte van 2004 toen er gemiddeld een score van 8,24 werd gehaald. Incident Management Team Voor die omstandigheden waarbij noodmaatregelen nodig zijn, bijvoorbeeld als de kwaliteit van onze producten ter

discussie wordt gesteld, is het Incident Management Team opgericht. Dit team, bestaand uit leden met uiteenlopende functies van CCE-NL en CCN, is 24 uur per dag beschikbaar. De leden verzamelen informatie, analyseren en beoordelen risico’s, doen aanbevelingen voor te ondernemen acties en voeren deze uit. Ter voorbereiding op een mogelijke noodsituatie, werken zij scenario’s uit, volgen zij trainingen en organiseren ze oefeningen waarbij de organisatie op gereedheid wordt getest. In 2005 is een brochure ontwikkeld voor alle medewerkers waarin de taken en verantwoordelijkheden van het team worden toegelicht. Ook is een gratis telefoonnummer voor medewerkers ingesteld waarmee het team altijd bereikbaar is. Coca-Cola als leverancier: gezamenlijk succes In Nederland is Coca-Cola leverancier van een groot aantal klanten. De term ‘klant’ staat voor bedrijven en ondernemers die onze merken direct bij ons afnemen en deze doorverkopen aan afnemers zoals horecazaken, supermarkten, cateraars en consumenten. In Nederland verloopt al onze distributie via de tussenhandel, zoals groothandels. Echter, wij zien de uiteindelijke verkopers van onze producten aan consumenten ook als onze klanten en hebben ook rechtstreeks contact met hen. Om alle klantgroepen zo optimaal mogelijk van dienst te zijn en op maat gesneden service te bieden, hebben we hen opgedeeld in drie categorieën en onze verkooporganisatie naar deze indeling ingericht. • Thuisverbruik: Supermarkten en benzinestations: die locaties waar Coca-Cola merken voor consumptie thuis of onderweg worden gekocht, • Horeca: Café’s, restaurants, theaters, et cetera: die locaties waar onze producten voor directe consumptie worden gekocht, • Foodservice: Scholen, ziekenhuizen, bedrijven: die locaties waar de consumenten langere tijd verblijven.

Het succes van onze klanten, is ons succes. In onze samenwerking streven we naar partnerschappen waarin we gezamenlijk bedrijfsontwikkeling en groeipotentie bekijken. We gaan transparante, waardevermeerderende overeenkomsten aan en zorgen voor aansprekende promoties. Afspraken met de Europese Commissie Concurrentie is goed voor de marktwerking en we respecteren en onderschrijven geldende mededingingswetten en regelgeving. In 2005 heeft Coca-Cola op Europees niveau afspraken gemaakt met de Europese Commissie om een einde te maken aan een vijfjarig onderzoek van de Commissie naar verkoop- en marketingactiviteiten van het Coca-Cola Systeem in Europa. Deze afspraken bevatten een aantal commerciële gedragsregels met betrekking tot de relatie tussen Coca-Cola en haar klanten. Deze regels, die voor een groot deel reeds vóór deze afspraken in Nederland vervat waren in de intern gehanteerde richtlijnen, hebben onderdeel uitgemaakt van uitgebreide opleidingsprogramma’s. De overeenkomsten met klanten werden tegen 31 december 2005 volledig in lijn gebracht met de afspraken met de Europese Commissie. Alle mogelijke middelen worden ingezet om ervoor te zorgen dat onze commerciële praktijken, nu en in de toekomst, volledig overeenstemmen met wat de toepasselijke regels toelaten. Het compliance programma van CCE-NL omvat het ter beschikking stellen van standaard overeenkomsten, het uitdelen van een zeer duidelijk handboek voor het mededingingsrecht, een rijke internetsite, opleidingsprogramma’s voor nieuwe en ervaren medewerkers en het uitvoeren van audits.

25

26

Onze mensen

Volgens ons is één van de belangrijkste motivaties voor medewerkers om goede resultaten te boeken en voor een bedrijf te kiezen, werkplezier. Dit plezier wordt gevoed door uitdagende werkzaamheden, een prettige bedrijfscultuur, de juiste arbeidsvoorwaarden, ontwikkelingsmogelijkheden en wederzijds respect tussen werkgever en werknemer. Voor de afdeling Human Resources van CCE-NL zijn dit dan ook de richtlijnen voor het beleid. Wij verstaan onder goed werkgeverschap het managen van de basisingrediënten die nodig zijn om mensen met plezier naar hun werk te laten gaan. In dit hoofdstuk lichten we een aantal van onze beleidsuitgangspunten toe en blikken we terug op programma’s en projecten die in 2005 de revue passeerden. Dit hoofdstuk heeft betrekking op de CCE-NL organisatie, behalve daar waar anders vermeld wordt.

Uitgangspunten van beleid Arbeidsvoorwaarden Het arbeidsvoorwaardenpakket omvat verschillende soorten van beloning, zoals salaris, bonus, pensioen en vakantie. Wij vinden het belangrijk dat al deze zaken goed op elkaar zijn afgestemd en vastgelegd en dat iedere medewerker begrijpt hoe het pakket is opgebouwd. Daarom ontvangt iedereen binnen CCE-NL jaarlijks een ‘Total Compensation Statement’; een overzicht van alle onderdelen van de beloning in geld uitgedrukt over de afgelopen drie jaar. CCE-NL heeft een eigen CAO. Een groot aantal van onze medewerkers valt onder deze CAO waarin veel zaken zijn vastgelegd die te maken hebben met arbeidsvoorwaarden zoals de hoogte van de salarisschalen, de bonusregeling en overwerkvergoedingen. Voor medewerkers die niet onder de CAO vallen, gelden aparte afspraken en regelingen die zijn vastgelegd in het Human Resources handboek. Een aanpassing van een regeling of een invoering van een nieuwe regeling gebeurt altijd in overleg

met de ondernemingsraad. Vaak is zelfs instemming nodig van de ondernemingsraad, vooral als het om arbeidsvoorwaardelijke regelingen gaat. Diversiteit Een afspiegeling van de Nederlandse samenleving waarin zowel de medewerkers als onze klanten zich thuis voelen, is voor CCE-NL onontbeerlijk. Diversiteit betekent voor ons niet alleen een verschil in kleur en achtergrond maar ook hoe we denken, praten en doen. We streven naar de juiste mix van individuen en hun onderlinge samenspel. In 2003 heeft CCE-NL een convenant gesloten met de overheid waarin wij ons committeren aan een intensief diversiteitprogramma met een focus op werving van minderheden voor belangrijke functies binnen de organisatie en het aangaan van partnerships met ‘minderheden student organisaties’. Lerende organisatie CCE-NL gelooft in ‘Leren in de Praktijk’ zoals on-the-job coaching en training. Wij zien onze organisatie als ‘Sales Academy’ waar jonge talenten uitgroei-

27

en tot vakprofessionals. Het interne opleidingsprogramma ‘Coke College’ zorgt ervoor dat medewerkers aan de hand van theorie, training en praktijk worden geprofessionaliseerd in het uitoefenen van hun vak. Onze managers spelen een cruciale rol in het ontwikkelen van onze medewerkers. Daarom volgen alle leidinggevenden binnen CCE-NL de opleiding ‘Management Essentials’. De rode draad in Management Essentials is ‘coachend leiderschap binnen de visie van resultaatgericht management’. Coca-Cola Enterprises werkt met een persoonsgebonden en functiegebonden ontwikkelingsplan. Over het algemeen heeft iedere medewerker driemaal per jaar een formeel gesprek met zijn leidinggevende waarin resultaten en persoonlijke ontwikkeling aan de orde komen. Alle commerciële medewerkers doorlopen het Coke College programma. In de eerste fase verkrijgen de deelnemers de basiskennis over ons bedrijf en onze producten. Daarna wordt in de twee volgende fasen veel aandacht besteed aan vaardigheidstrainingen voor gesprekken met klanten. Zo worden Rayon Managers

“Evenwichtige balans tussen organisatiegroei en personeelsbelang” De ondernemingsraad (OR) van CCE-NL is de afgelopen vier jaar gegroeid in haar adviesrol en wordt gezien als een serieuze gesprekspartner voor de directie van Coca-Cola Enterprises Nederland. Zo is het aantal te behandelen advies- en instemmingsaanvragen, dit zijn besluiten die de bestuurder aan de OR heeft voorgelegd, meer dan verdubbeld. De OR waakt voor de balans tussen het ondernemings- en personeelsbelang. Het toenemende aantal adviesaanvragen geeft de ondernemingsraad de mogelijkheid om daadwerkelijk die balans aan te kunnen brengen. 2005 Heeft ook in het teken gestaan van de OR verkiezing. Na een uitvoerige verkiezingscampagne is de nieuwe ondernemingsraad sinds 26 oktober 2005 bijeen. De focus voor de OR en CCE-NL ligt op een efficiënte samenwerking waarbij vertrouwen, openheid en eerlijkheid kernwoorden zijn.

28

stap voor stap opgeleid om zich van starter tot sales expert te ontwikkelen. Daarnaast werken we ook met Coke College voor medewerkers in logistiek en productie. De meerjarige trajecten moeten medewerkers beter voorbereiden op en flexibeler maken voor de toekomst. Het doel van de opleidingen is natuurlijk om te investeren in onze mensen maar ook om een eventuele uitstroom door veranderingen in productieprocessen te voorkomen. De vakgerichte opleidingstrajecten voor logistiek en productie vallen in de range van mbo-1 tot en met mbo-4 niveau en zijn speciaal voor CCE-NL ontwikkeld. De trainingen vinden op de locatie plaats en er wordt veel gebruik gemaakt van leren op de werkvloer. De leidinggevenden op de vloer zijn de praktijkopleiders. Dit heeft als voordeel dat zij de ontwikkeling van hun medewerkers beter kunnen monitoren en hen beter kunnen begeleiden. De door CCE-NL uitgevoerde opleidingsactiviteiten worden ondersteund door bijdragen uit het Europees Sociaal Fonds.

Een ander aandachtspunt in ons opleidingsaanbod is de Nederlandse taal. In 2004 heeft Coca-Cola Enterprises voor haar organisatie in Dongen de eis gesteld dat alle medewerkers de Nederlandse taal moeten beheersen. Uitgangspunt hiervan is dat het een essentiële voorwaarde is voor goed functioneren, voor individuele ontwikkeling, de ontwikkeling van de organisatie en het algemeen maatschappelijk functioneren van individuen. Op basis van de in 2004 gehouden intakes is in samenwerking met Helicon Opleidingen (mbo-instelling) en Taalvakwerk (Opleidingsbureau Nederlandse taal) het opleidingenplan voor de Nederlandse taalopleidingen in 2005 opgesteld en uitgerold. Gebeurtenissen in 2005 Promise - de nieuwe PET-fles De voorbereiding op de introductie van de recyclebare PET-fles had in 2004 en 2005 een grote impact op de organisatie en de medewerkers van CCE-NL. Het productieproces is omgebouwd en er is flink geïnvesteerd in nieuwe technologie. Op personeelsgebied had het helaas tot gevolg dat er 59 arbeidsplaat-

sen kwamen te vervallen in de fabriek in Dongen. Al in 2004 heeft CCE-NL samen met de vakorganisaties een sociaal plan opgesteld om de betrokken medewerkers zo goed mogelijk te ondersteunen bij het vinden van een nieuwe baan. Dit plan is in 2005 ten uitvoer gebracht. Een onderdeel ervan was dat medewerkers ervoor konden kiezen om versneld een mbo-opleiding te volgen. Hier hebben ongeveer 25 mensen (met succes) gebruik van gemaakt. De omschakeling naar de nieuwe verpakkingsvorm heeft niet alleen effect gehad op medewerkers die hun baan verloren. Iedereen in de fabriek in Dongen heeft er in meer of mindere mate mee te maken gehad. In totaal zijn 70 medewerkers intern herplaatst binnen een nieuwe functie van Allround Operator of Coördinerend Operator. Bovendien heeft CCE-NL in de periode dat aan de omschakeling werd gewerkt een extra beroep moeten doen op de flexibiliteit van de medewerkers. Ook de medewerkers die uiteindelijk boventallig zijn geworden, hebben we moeten vragen om langer door te werken dan in

29

het sociaal plan was afgesproken. Door vereende krachten en inzet is Promise succesvol afgerond. Engagement Survey Voor betrokkenheid, motivatie en terugkoppeling op beleid, wil CCE-NL graag alle medewerkers individueel benaderen. Door te luisteren naar de mensen kan immers ingespeeld worden op behoeften. In de praktijk is individueel overleg echter, gezien het grote aantal medewerkers, moeilijk te realiseren. Een instrument dat ons toch een goed inzicht geeft in de algemene tevredenheid en persoonlijke meningen, is de in 2004 gehouden Engagement Survey. In 2005 zijn binnen de hele organisatie feedbacksessies hierop georganiseerd. Aan de hand van deze sessies zijn zowel op nationaal als op lokaal niveau verbeterplannen opgesteld op het gebied van middelen, carrièremogelijkheden, salaris en erkenning. Greenfield: een efficiënte en effectieve organisatie In 2005 is het speciale project ‘Greenfield’ gestart. Greenfield moet bijdragen aan een efficiënte, effectieve Field Sales

en Cooler Services organisatie waarin medewerkers meer betrokken zijn. De eerste fase van het project kan worden omschreven als een studiefase. Hierin is in detail gekeken naar de veranderende marktomgeving. Deze fase resulteerde in een opgestelde visie die de Field Sales en Cooler Services organisatie terug in het hart van de Coca-Cola organisatie brengt. Bovendien is een compacte en transparante organisatiestructuur gerealiseerd. Belangrijke wetswijzigingen in arbeidsvoorwaarden Op het gebied van arbeidsvoorwaarden is 2005 een belangrijk jaar geweest. Door veranderingen in wetgeving per 1 januari 2006 moesten diverse CCE-NL regelingen structureel worden gewijzigd. In 2005 zijn de voorbereidingen hiervoor getroffen en is, daar waar nodig, overeenstemming met de OR en de vakorganisaties bereikt. De VUT-regeling voor medewerkers die geboren zijn in 1950 of later moest worden afgeschaft. Medewerkers die voor 1950 geboren zijn, kunnen er nog

wel gebruik van maken maar in afgeslankte vorm. De pensioenregeling heeft ingrijpende veranderingen ondergaan. De geldende regelingen dateerden nog uit eind jaren ’80 en waren aan modernisering toe. Flexibiliteit, eigen verantwoordelijkheid en transparantie zijn kernwoorden van de nieuwe regeling. Andere wijzigingen per 1 januari 2006 zijn de inwerkingtreding van de Levensloopregeling en het nieuwe zorgstelsel en de vervanging van de WAO door de WIA. CCE-NL heeft in 2005 op alle gebieden de nodige veranderingen en aanpassingen voorbereid en doorgevoerd. Gezondheids- en preventiebeleid Het gezondheids- en preventiebeleid wordt binnen CCE-NL onder andere uitgerold door middel van het ‘Fitplan’. Het Fitplan is in het leven geroepen om medewerkers bewust te maken van het belang van een gezonde leefstijl. Het Fitplan biedt twee keer per jaar een vrijblijvende fitheidstest aan, die wordt uitgevoerd door een professio-

nele organisatie (Profit People). De tests vinden plaats op de werkplek. Indien gewenst wordt er, naar aanleiding van de uitkomsten uit de test, een individueel beweegprogramma aangeboden via een erkend sportcentrum. In 2005 heeft ongeveer 20% van de CCE-NL medewerkers aan de fitheidstest deelgenomen. In 2005 zijn drie zelfstandige bedrijfsartsen aangesteld die elk op vaste lokaties binnen onze organisatie spreekuur houden. Indien nodig bezoeken zij medewerkers ook thuis. Het doel van CCE-NL is het verhogen van de kwaliteit van de (medische) dienstverlening. Hiermee willen we een optimale balans creëren tussen de begeleiding van de zieke medewerker enerzijds en het effectief inzetten van het ziekteverzuimbeleid anderzijds. Ons actieve gezondheids- en preventiebeleid heeft ertoe geleid dat het ziekteverzuim in 2005 ten opzichte van 2004 is gedaald met bijna 1%. Naast het besparen van menselijk ongemak en/of leed, komt dit ook neer op een kostenbesparing van 1 miljoen euro. 30

Veiligheid Voor Coca-Cola Enterprises, en de afdeling Operations in het bijzonder, staat veiligheid voorop. Het veilig en gezond kunnen uitvoeren van de werkzaamheden is een basisvoorwaarde voor onze productiefaciliteit. Dat betekent dat veiligheidstrainingen, passend bij de functie, noodzakelijk zijn voor alle medewerkers. In 2005 is een uitvoerige analyse gemaakt van de trainingsbehoefte op basis van de aanwezige functies. Het succesvol behalen van de vakbekwaamheidcertificaten voor Vorkheftruckchauffeurs heeft in 2005 centraal gestaan voor het Learning & Development team in Dongen. Daarnaast is de investering in EHBO een vereiste standaardinspanning om veilig en gezond werken te kunnen waarborgen.

CCE-NL: Gemiddelde personeelsbezetting in FTE’s Afdeling

2003

2004

2005

Operations

390,8

371,2

357,3

Field Sales

353,9

375,7

365,7

Hoofdkantoor

164,9

163,2

161,4

Totaal

909,6

910,2

882,9

CCN: Gemiddelde personeelsbezetting in FTE’s

Totaal

2003

2004

2005

28,2

34,2

31,8

CCE-NL: Gemiddelde leeftijdsopbouw per jaar Leeftijd

2003

2004

aantal

in % aantal

2005 in %

aantal

in %

15-19

0

0%

0

0%

0

0%

20-24

19

2%

23

2%

13

2%

25-29

102

11%

111

12%

105

12%

30-34

216

23%

207

22%

174

20%

35-39

210

23%

207

22%

192

22%

40-44

149

16%

160

17%

155

18%

45-49

92

10%

87

9%

91

11%

50-54

72

8%

73

8%

73

8%

55-59

64

7%

58

6%

59

7%

8

1%

3

0%

4

0%

932

100%

929

100%

866

100%

>59 Totaal

CCN: Leeftijdsopbouw Leeftijd

2003

2004

2005

aantal

in %

aantal

in %

aantal

in %

15-19

0

0%

0

0%

0

0%

20-24

0

0%

0

0%

0

0%

25-29

7

24%

4

11%

2

6%

30-34

11

38%

18

51%

18

55%

35-39

10

35%

11

31%

10

30%

40-44

0

0%

1

3%

2

6%

45-49

0

0%

0

0%

0

0%

50-54

0

0%

0

0%

0

0%

55-59

1

3%

1

3%

1

3%

>59

0

0%

0

0%

0

0%

29

100%

35

100%

33

100%

Totaal

CCE-NL: Opbouw naar geslacht Geslacht

2003

2004

2005

aantal

in %

aantal

in %

aantal

in %

man

748

80%

741

80%

684

79%

vrouw

184

20%

188

20%

182

21%

Totaal

932

100%

929

100%

866

100%

Record aantal ongevalvrije dagen Op 26 mei 2005 was het feest in Dongen omdat er 365 dagen zonder verzuimongeval gewerkt was. Op 2 november 2005 is de teller helaas terug gegaan naar nul vanwege een arbeidsongeval met verzuim. Dit gebeurde na een recordstand van maar liefst 524 dagen werken zonder verzuimongeval.

CCN: Opbouw naar geslacht Geslacht

2003

2004

2005

aantal

in %

aantal

in %

aantal

in %

man

16

55%

20

57%

17

52%

vrouw

13

45%

15

43%

16

48%

Totaal

29

100%

35

100%

33

100%

CCE-NL: Personele bewegingen Geslacht

2003

2004

2005

aantal

in %*

aantal

in %*

aantal

in %*

In dienst

76

8,4%

79

8,7%

63

7,1%

Doorstroom /promotie

90

9,9%

91

10,0%

68

7,7%

Uit dienst

97

10,7%

93

10,2%

106

12,0%

263

28,9%

263

28,9%

31

Totaal

237 26,8%

* van gemiddelde personeelsbezetting

CCE-NL: Overplaatsing en doorstroming Afdeling

2003

2004

2005

aantal

in %*

aantal

in %*

aantal

in %*

Operations

13

1,4%

5

0,5%

3

0,3%

Field Sales

64

7,0%

74

8,1%

34

3,9%

Hoofdkantoor

13

1,4%

12

1,3%

31

3,5%

Totaal

90

9,9%

91

10,0%

68

7,7%

* van gemiddelde personeelsbezetting

CCE-NL: Ziekteverzuim Afdeling

Totaal 2003

2003 kt

mlt

lt

Operations

1,0

1,4

7,6

Field Sales

1,1

0,8

Hoofdkantoor

0,8

0,6

Totaal

Totaal 2004

2004 kt

mlt

lt

10,0

0,8

1,4

6,0

3,7

5,6

1,0

0,7

2,1

3,5

1,1

0,5

1,0 1,0 4,9

6,9

Totaal 2005

2005 kt

mlt

lt

8,2

1,0

1,3

4,4

6,7

kt= korte termijn

3,9

5,6

1,0

0,3

3,1

4,6

(0 t/m 7 dagen)

1,1

2,7

1,1

0,4

2,0

3,6

0,9 0,9 4,3

6,1

1,0 0,8 3,5

5,3

mlt= middellange termijn ( 8 t/m 21 dagen) lt= lange termijn (> 22 dagen)

Energy Management System

32

Vanaf 2006 zal alle nieuwe apparatuur, de koelers voor frisdrank, van CCE-NL worden voorzien van het Energy Management System (EMS). De apparatuur, bestemd voor verkooplocaties, wordt uitgerust met een intelligent systeem dat leert gebruikspatronen van de koeler te herkennen. Hierdoor zal de koeler zijn koelpatroon aanpassen. Zo zal een koeler in een bedrijfsomgeving bijvoorbeeld na 18.00 uur minder intensief koelen en een koeler in een winkelomgeving zal intensiever gaan koelen tegen de tijd dat de winkel opent. Het EMS zorgt voor een energiebesparing en is dus milieuvriendelijker en kostenbesparend.

Transport In totaal zijn er 28 Full Service Vending-trucks, 75 busjes en 315 personenauto’s in eigen beheer van CCE-NL. Deze voertuigen hebben bij elkaar in 2005 1.032.608 liter diesel, 40.533 liter LPG en 58.829 liter benzine verbruikt. Het merendeel van het gereed product wordt over de weg vervoerd naar de klanten en eindgebruikers. Het transport van het product is uitbesteed aan vier transportbedrijven. Voor transport van product zullen in 2006 aanzienlijk minder vrachtwagenkilometers nodig zijn omdat op één pallet ongeveer 40% meer product in recyclebare PETverpakkingen geplaatst kan worden ten opzichte van product in hervulbare flessen in kratten.

Wat gaat er veranderen in 2006? Naar verwachting zal het waterverbruik in 2006 aanzienlijk dalen als gevolg van het overschakelen op recyclebare verpakkingen. Hierdoor zal het specifiek waterverbruik (verbruik gerelateerd aan hoeveelheid product) met ruim 30% afnemen en onder de 2 liter water per liter product uitkomen (doelstelling 2,0 m3/m3). Dit kwam in 2005 uit op 2,75 liter per liter product. Het waterverbruik zal dalen doordat er geen water meer nodig is voor het spoelen en reinigen van de PET-flessen. De hoeveelheid afvalwater zal met meer dan de helft worden verminderd en ook zal er minder vuil water worden geloosd. De nieuwe samenstelling en hoeveelheid van het afvalwater biedt bovendien mogelijkheden het zuiveringsrendement van het proces verder te verbeteren. In 2006 zal er met name aandacht worden besteed aan het in orde maken van het meetplan en het bepalen van nieuwe normen voor waterverbruik per proces zodat er sturing en beheersing van het waterverbruik plaats kan vinden. Daarnaast is het belangrijkste doel in 2006 het op het gewenste niveau brengen van rendementen van de moderne nieuwe PET-productielijnen waardoor het energie- en waterverbruik per hoeveelheid geproduceerd product zullen dalen.

HetWaar milieuwij ons mee bezig houden

Onze mensen

Wij zijn ons bewust van de verantwoordelijkheid die wij hebben ten aanzien van het milieu en streven daarom ook voortdurend naar een verlaging van de milieubelasting. Daarbij vinden wij het belangrijk dat alle medewerkers en ook overige belanghebbenden, betrokken zijn bij een verantwoorde bedrijfsvoering.

De milieurapportage in dit verslag gaat met name over de productielocatie van Coca-Cola Enterprises Nederland in Dongen. Wanneer de cijfers of gegevens betrekking hebben op andere locaties dan de fabriek in Dongen, wordt dit expliciet vermeld. Er is vooral naar die resultaten gekeken waar wij directe invloed op hebben. Er zijn in 2005 nog geen metingen verricht naar indirecte milieubelasting. Milieu Management Systeem Binnen het Coca-Cola Systeem wordt gebruik gemaakt van een milieu management systeem; het eKOsystem. Dit systeem is onderdeel van het bredere, interne kwaliteitssysteem The Coca-Cola Quality System (zie hoofdstuk De markt). Het milieu management systeem biedt richtlijnen voor alle onderdelen van het Coca-Cola Systeem. Het eKOsystem komt overeen met de ISO 14001 standaard en biedt de verschillende locaties van Coca-Cola de mogelijkheid hun impact te managen en meetbare doelen te stellen. In Nederland voldoet de (enige) productielocatie van CCE-NL, de fabriek in Dongen, aan alle eisen van het

eKOsystem. Binnen het Coca-Cola Systeem wordt kennis betreffende succesvolle milieubesparingen uitgewisseld in de vorm van Best Practices. In 2005 kreeg de locatie Dongen een Best Practice toegekend voor het gebruiken van koude, dat vrijkomt bij het verdampen van vloeibare CO2 als ingrediënt voor frisdrank, voor koeling van productwater.

Environmental Leadership Council Op globaal niveau heeft The Coca-Cola Company een milieuadviesraad ingesteld: de Environmental Advisory Board. Deze raad bestaat uit experts van de Amerikaanse overheid, leden van maatschappelijke organisaties en academici. Zij voorzien Coca-Cola van onafhankelijk advies over bestaande en opkomende kwesties. Daarnaast heeft CCE voor de vier Europese vestigingslanden de Environmental Leadership Council opgericht. Deze raad zet de milieustrategieën voor CCE Europe uiteen en zorgt dat informatie over goede voorbeelden, de bovengenoemde Best Practices, wordt

33

uitgewisseld. De Environmental Leadership Council is verantwoordelijk voor strategie en planning. In Nederland is de Manager QESH (Quality, Environment, Safety & Health) verantwoordelijk voor het opzetten en uitvoeren van strategieën en plannen op het gebied van milieu, mede gebaseerd op de adviezen van de Environmental Leadership Council. In dit verslag gaan we dieper in op de milieugerelateerde onderwerpen water, afvalwater, afval, energie en emissies. Water In Dongen gebruiken we water als grondstof en als utiliteit in ons productieproces (onder meer voor het spoelen van flessen). Wij maken gebruik van water uit onze eigen bronnen die door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport per 1 januari 2006 zijn erkend als natuurlijk mineraalwater onder de naam “De Wildert”. Daarnaast tappen we water af van het openbare drinkwaterleidingnet. De effecten van ons watergebruik en onze waterlozingen zijn voornamelijk

34

Waterverbruik Water

Eenheid

2003

2004

2005

Grondwater

m3

1.001.252

921.229

856.466

Leidingwater

m3

123.240

149.970

161.070

Totaal

m3

1.124.492

1.071.199

1.017.536

Specifiek waterverbruik m3/1000 liter product 4 3,5 3 2,5 2 1,5 1 0,5 0

lokaal van aard. Om zo zuinig mogelijk met water om te gaan, hergebruiken we het waar mogelijk. Daarnaast hebben we een aantal doelstellingen geformuleerd om duurzaam watergebruik beter te kunnen waarborgen. Ten eerste streven we ernaar onze waterefficiëntie continu te verbeteren. Het doel is om in Nederland minder dan twee liter water te gebruiken per liter frisdrank. Ten tweede streven we ernaar om de draagkracht van het lokale watersysteem te vergroten. Zo wordt het regenwater niet geloosd via het afvalwater maar rechtstreeks op de sloot. Ten slotte dragen we bij aan de bescherming van de kwaliteit van het grondwater. Dit doen we onder andere door voorzieningen te treffen op plaatsen waar zich bodembedreigende activiteiten afspelen en op deze voorzieningen toe te zien. Verder is Coca-Cola actief in de Vereniging Industrie Water. Deze vereniging maakt zich in Noord-Brabant onder meer hard voor waterbeschermingsgebieden rond bedrijven die water gebruiken voor hoogwaardige toepassingen.

1989 1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005

Met de invoering van de nieuwe verpakkingen verandert er veel op het gebied

35

van de waterhuishouding. Daarom geven we in dit verslag een overzicht van onze waterhuishouding in 2005 en werpen we een blik op de toekomst. CCE gebruikt grondwater als ingrediënt, voor het reinigen en spoelen van retour gekomen flessen, voor het inwendig reinigen van productieapparatuur en als spoelwater voor de waterbehandeling. We hebben een vergunning voor het onttrekken van 1.375.000 m3 grondwater per jaar. De vergunning dateert van juli 2002 en is afgegeven door de provincie Noord-Brabant. Het totale waterverbruik is in 2005 ten opzichte van 2004 met 5% afgenomen. Het grondwater verbruik is in 2005 ten opzichte van 2004 gedaald met 7%. Het specifiek waterverbruik (dat wil zeggen het totaal waterverbruik gerelateerd aan de productiehoeveelheid) is in 2005 ten opzichte van 2004 met 4,6% toegenomen tot 2,75 m3 per 1.000 liter product als gevolg van een verminderde hoeveelheid geproduceerd product, verslechterde lijnrendementen en de ingebruikname van nieuwe productie-

lijnen (testen) en waterbehandelingsapparatuur. Ondanks de toename is er in 2005 een aantal succesvolle waterbesparingsmaatregelen doorgevoerd zoals de ingebruikname van een zuinigere flessenspoelmachine op de 0,2 liter glaslijn, het hergebruik van spoelwater voor de krattenwasser, het invoeren van een watermonitoringsysteem en het verminderen van het spoelwaterverlies bij de waterbehandeling. Het spoelverlies is hiermee van 18% naar 8,5% gedaald. Afvalwater De hoeveelheid en de vervuiling van het geloosde afvalwater wordt uitgedrukt in het aantal vervuilingseenheden. Het aantal vervuilingseenheden is in 2005 gelijk gebleven ten opzichte van het jaar daarvoor. In 2005 heeft een aanzienlijke vermindering plaatsgevonden van de lozing van zware metalen in het afvalwater. Dit was het resultaat van een verbeterproject waarbij de samenstelling van de etikettenlijm is aangepast. Afval Het afval van de fabriek in Dongen kan grofweg in drie categorieën worden

ingedeeld; vast afval dat gerecycled wordt, vast afval dat niet gerecycled kan worden en vloeibaar afval. In het afvaloverzicht wordt weergegeven hoeveel ton afval er in 2005 is vrijgekomen en hoe dit in verhouding staat tot één hectoliter product. De absolute hoeveelheid vast, niet recyclebaar afval dat wordt afgevoerd naar de afvalverbranding met energieterugwinning (AZN Moerdijk) is in 2005 met 5% afgenomen ten opzichte van 2004. Deze afname in 2005 is grotendeels het gevolg van de verbeterde gescheiden inzameling die in 2003 is opgezet. Het vloeibaar afval wordt afgevoerd naar een afvalwaterzuiveringsinstallatie. De hoeveelheid vast afval dat niet wordt gebruikt is 0,11 kg/hectoliter. Hiermee hebben we de milieudoelstellingen voor 2005 behaald. Het vaste afval bestaat uit verschillende materialen. Glas, hout en kratten vormen het belangrijkste deel van het vaste afval. Energie Het verloop van het energieverbruik wordt uitgedrukt in de energie-efficiency index (EEI); een indexcijfer voor het

Energie-efficiency index 

*OEFY




                      

+BBS

Reststromen in kilogram per hectoliter Categorie

2003

2004

2005

Vast afval ter recycling

1,13

1,33

1,48

Vast afval zonder recycle mogelijkheid

0,09

0,08

0,11

Vloeibaar afval

-

-

0,22

36

Verdeling afval- en reststoffen 2005

LET

UC

TR

ES

TE

JF RI

N

EN

T

KR HOUT

PE

SCH

OPP

AL

S

ET IK ET TE N

LEG E VAT EN

FD ROE

V AF

OT RO H C N D LS TO B E TA A AR K E / M PIER PA

S

OD

GLAS

L PA

PR

AT T

EN

Omrekeningsfactoren Aardgas

Electriciteit

1,75 kg CO2 / m3

0,500 kg CO2 / kWh

Overzicht CO2 uitstoot en elektriciteitsverbruik (weergegeven in indexcijfers) 2003

2004

2005

Elektriciteit

100

100,7

118,5

Gas (m3)

100

102,6

86,4

Totaal CO2 productie (ton)

100

101,7

104,3

Product limonade (hl)

100

93,3

84,9

Kg CO2 / hl limonade

100

108,9

112,8

37

totale energieverbruik per productieeenheid vanaf 1989. De EEI is in 2005 opgelopen naar 77, hiervoor zijn verschillende oorzaken aan te wijzen zoals vermindering van de productie-efficiëntie (2003: 65%, 2004: 59% en 2005: 55%), de uitbreiding van de opslaghallen, de bouwwerkzaamheden voor en het testen van nieuwe productielijnen en het teruglopen van het aantal liters geproduceerd product.

kingen). Het gasverbruik zal echter aanzienlijk afnemen omdat veel minder retourflessen gewassen moeten worden en er dus minder warm water nodig is.

Het gasverbruik per eenheid product, dat onderdeel uitmaakt van het specifiek energieverbruik, is gelijk gebleven ten opzichte van 2004 en is dus in absolute zin verminderd. Het absolute gasverbruik is in 2005 verminderd met 0,5 miljoen kuub aardgas als gevolg van doorgevoerde energiebesparingsmaatregelen. Zo is minder gas verbruikt voor het verwarmen van de opslag- en productiehallen door de temperatuur in de hallen te verlagen.

De CO2-emissie, als gevolg van het gebruik van elektriciteit en aardgas voor de productie van frisdrank, is toegenomen ten opzichte van 2003. Het verbeteren van de energie-efficiëntie is een belangrijk speerpunt van het milieubeleid in 2006. Deze zal voornamelijk worden behaald door het verhogen van de productiecapaciteit van de nieuwe lijnen en het verminderen van productie-uitval waardoor de efficiëntie verbeterd wordt.

De verwachting is dat de energie-efficiency index de komende jaren zal toenemen wegens productiewijzigingen op de locatie Dongen (recyclebare verpak-

Emissies De emissie van CO2 bij CCE-NL is direct gerelateerd aan het energieverbruik, als omrekeningsfactoren gebruiken wij de volgende gegevens: 1,75 kg CO2/m3 staat gelijk aan 0,500 kg CO2/m3.

In 2005 zijn er geen milieuklachten ontvangen.

38

De gemeenschap

Coca-Cola is gevestigd in zes plaatsen in Nederland; we hebben een hoofdkantoor in Rotterdam, een fabriekslocatie in Dongen, een technisch centrum in Tilburg en vijf Sales Centers in de plaatsen Amsterdam, Dongen, Duiven, Meppel en Rotterdam. We zijn dus door heel Nederland actief. Onze invloed op en verantwoordelijkheid naar de lokale omgeving strekt zich daarom naar ons idee uit over het hele land.

Onze invloed op de economie Als organisatie heb je directe invloed op de economie van een regio. Bijvoorbeeld door de werkgelegenheid die je creëert of door de belastingen die je betaalt. CCE-NL leverde in 2005 werk aan ruim 800 mensen in Nederland en betaalde daarmee (afgerond) € 45.000.000,aan salarissen inclusief sociale lasten en pensioenen. Daarnaast betaalde CCE in 2005 € 30.000.000,- aan verbruiksbelasting op frisdranken, vruchtensappen en water in Nederland en ontving in totaal voor € 500.000,- aan subsidies, die voornamelijk zijn besteed aan opleidingen. Het bedrijf behaalde in 2005 een netto omzet van € 430.000.000. Onze betrokkenheid bij de maatschappij Coca-Cola ondersteunt projecten die de ontwikkeling van jongeren in het voortgezet onderwijs op het gebied van cultuur, milieu en sport stimuleren. Onze bijdrage gaat verder dan het geven van een financiële bijdrage aan deze projecten. Bij voorkeur zetten wij ook onze kennis en ervaring op het gebied van communicatie in. De praktijk wijst uit dat

dit meerwaarde oplevert voor alle betrokken partijen. De inhoud van de projecten blijft vanzelfsprekend de verantwoordelijkheid van de projectorganisaties. Om onze doelen waar te maken werken wij samen met een aantal gerenommeerde maatschappelijke partijen in Nederland die beschikken over een grote mate van expertise binnen hun vakgebied. Sport Mission Olympic/NOC*NSF Onder de naam Mission Olympic werkt Coca-Cola sinds eind 2002 samen met NOC*NSF en KVLO. Doel van deze samenwerking is jongeren stimuleren te sporten. Mission Olympic bestaat uit twee afzonderlijke onderdelen die beide door Coca-Cola worden ondersteund: The School Final en The City. Zie voor meer informatie www.MissionOlympic.nl. FLASH! Energy Tour/Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen FLASH! is een landelijke beweegcampagne die een actievere leefstijl onder Nederlanders bevordert. Het Nederlands Instituut voor Sport en Beweging (NISB)

39

organiseert de campagne in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Coca-Cola ondersteunt de FLASH! Energy Tour die langs veel vmbo-scholen in Nederland gaat. Zie voor meer informatie www.flash123.nl.

Om meer te weten te komen over de verschillende maatschappelijke partners en projecten kijk dan eens op de volgende websites: www.MissionOlympic.nl www.flash123.nl www.whoznext.nl www.jongejury.nl www.filmeducatie.nl www.proschool.nl

WhoZnext/Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen Met het project WhoZnext daagt het NISB jongeren uit om zelf sportactiviteiten voor leeftijdgenoten te organiseren. Jongeren worden het sterkst gemotiveerd door hun eigen plannen; daarom ondersteunen wij dit project graag. In Nederland zijn inmiddels ruim 150 WhoZnextteams actief. Zie voor meer informatie www.whoznext.nl.

40

Grass Roots Onze partnerschappen en maatschappelijke projecten leveren ons regelmatig bijzonder leerzame feedback op. Dit is niet alleen onze ervaring in Nederland maar ook de ervaring van Coca-Cola systemen in andere landen die zich met dergelijke activiteiten bezig houden. Het Coca-Cola Systeem heeft een speciaal programma ontwikkeld, Grass Roots, waarmee de leerervaringen die in de maatschappij zijn opgedaan, worden meegenomen in de dagelijkse bedrijfsvoering.

Cultuureducatie De Jonge Jury/Stichting Lezen De Jonge Jury bevordert lezen onder jongeren. De Stichting BulkBoek voert het project uit in opdracht van de Stichting Lezen. Het doel is ook om jongeren (op vmbo-niveau en de onderbouw van het voortgezet onderwijs) te leren een eigen oordeel te vormen over de boeken die zij lezen. Op de Dag van De Jonge Jury in april wordt het favoriete boek van jongeren bekendgemaakt. De Moods & Books Lounge is een nieuw onderdeel van De Jonge Jury, dat mede door Coca-Cola is ontwikkeld. Scholen kunnen deze bijzondere lounge aanvragen. Zie voor meer informatie www.jongejury.nl. Audio-Visuele Media Educatie/NIF Coca-Cola deelt de mening van het Nederlands Instituut voor Filmeducatie (NIF) dat aandacht in het onderwijs voor het omgaan met beeldmedia belangrijk is voor jongeren die opgroeien met film, televisie en internet. Dat is dan ook de reden dat wij partner van het NIF zijn en samen met hen leerzame activiteiten voor jongeren ontwikkelen en uitvoeren. Zo kunnen jongeren bijvoorbeeld in de Moviezone Studio zelf een filmpje samenstellen compleet met muziek en geluidseffecten. Zie voor meer informatie www.filmeducatie.nl.

PROschool In het verlengde van al onze activiteiten op scholen voor voortgezet onderwijs hebben we het programma PROschool opgezet. Het programma is continu in beweging en biedt aanbiedingen aan scholen op het gebied van sport, cultuur en educatie. Scholen die met ons samenwerken kunnen gebruik maken van projecten en materialen die wij, in samenwerking met onze partners, aanbieden. Denk hierbij aan sportdagpakketten, sportclinics, lesmaterialen en culturele en educatieve evenementen. Via de website www.proschool.nl en de periodieke PROschool nieuwsbrief worden scholen op de hoogte gehouden van het programma.

41

Contact, vragen en commentaar Wij zijn benieuwd naar uw mening en hechten hier veel waarde aan. Wilt u uw mening delen of heeft u vragen naar aanleiding van dit verslag, neem dan contact op met ons op via: [email protected]

GRI index

Hieronder volgt een overzicht van de GRI-elementen en -indicatoren. Omwille van de toegankelijkheid is een aantal elementen en indicatoren ingekort of herschreven. De originele lijst met indicatoren is terug te vinden op www.globalreporting.org.

Indicator Visie en strategie

Profiel van de organisatie

42

Reikwijdte van het verslag

Profiel van het verslag

Bestuursstructuur en managementsystemen

Omschrijving

Pagina

1.1.

Visie en strategie van Coca-Cola Enterprises Nederland en Coca-Cola Nederland m.b.t. duurzame ontwikkeling

5, 19

1.2.

Verklaring van Jan Claes (Algemeen Directeur CCE-NL) en Simon McDowell (Algemeen Directeur CCN)

5

2.1.

Naam van de verslaggevende organisatie

7

2.2.

Belangrijkste producten en merken

11

2.3.

Operationele structuur van de organisatie

9

2.4.

Structuur van de organisatie

9

2.5.

Landen waar de activiteiten van de organisatie plaatsvinden

9

2.6.

Aard van het eigenaarschap; rechtsvorm

9

2.7.

Aard van de markten

23

2.8.

Omvang van de verslaggevende organisatie

9

2.9.

Overzicht van belanghebbenden

12

2.10.

Contactadres met betrekking tot het verslag

41

2.11.

Verslagperiode

7

2.12.

Datum van het meest recente verslag

7

2.13.

Begrenzing van het verslag (m.b.t. landen, onderwerpen en producten)

7

2.14.

Aanzienlijke veranderingen in omvang, structuur en producten

n.v.t

2.15.

Beïnvloedende factoren voor de vergelijkbaarheid tussen verschillende verslagperioden

7

2.16.

Herformuleringen van eerder verstrekte informatie

n.v.t

2.17.

Toepassing van GRI-principes en -protocollen

7

2.18.

Gebruikte criteria of definities

7

2.19.

Aanzienlijke veranderingen m.b.t. meetmethoden

n.v.t

2.20.

Beleidsmaatregelen en interne systemen die de betrouwbaarheid helpen garanderen

7

2.22.

Manieren waarop gebruikers aanvullende informatie kunnen verkrijgen

41

3.1.

Bestuursstructuur van de organisatie

10

3.2.

Raad van Bestuur

10

Indicator

Omschrijving

Pagina

3.3.

Vaststelling kennis directieleden

10

3.4.

Controleprocessen op directieniveau m.b.t. risico’s en kansen

10

3.5.

Prestatie afhankelijke beloning directieleden m.b.t. financiële en niet-financiële doelstellingen van de organisatie

10

3.6.

Verantwoordelijke personen voor overzicht, implementatie en controle m.b.t. markt, mensen, milieu, maatschappij

10

3.7.

Implementatie beleidsmaatregelen, missie- of beginselverklaringen en interne gedragscodes of uitgangspunten

10, 33

3.9.

Grondslag voor het bepalen en selecteren belanghebbenden.

13

3.10.

Aanpak van het overleg met belanghebbenden

13

3.11.

Aard van de informatie die voortkomt uit overleg met belanghebbenden.

14

3.12.

Gebruik van informatie die voortkomt uit overleg met belanghebbenden.

14, 40

3.13.

Toelichting over de toepassing van het voorzorgsprincipe

16

3.14.

Vrijwillige externe overeenkomsten, beginselverklaringen of andere initiatieven op economisch, sociaal of milieugebied

13, 15

3.15.

Belangrijkste lidmaatschappen van industrie- en bedrijfsverenigingen en belangengroeperingen

13

3.16.

Beleidsmaatregelen voor het beheren van effecten in de keten

13, 23

3.17.

Beleidsmaatregelen voor het beheren van indirecte economische, sociale en milieueffecten van eigen activiteiten

19, 40

3.19.

Programma’s en procedures die betrekking hebben op economische, sociale en milieuprestaties.

10, 15, 17, 24

3.20.

Certificatiestatus met betrekking tot managementsystemen op economisch, sociaal en milieugebied.

10, 24

EC1

Netto-omzet

39

EC2

Geografische specificatie van de markten

9

Werknemers

EC5

Totale kosten van lonen en uitkeringen

35, 39

Publieke sector

EC8

Totaal betaalde belasting

39

EC9

Ontvangen subsidies

39

EC12

Bedrag besteed aan de infrastructuur voor niet-kernactiviteiten

35

EC13

Indirecte economische activiteiten

39

Overleg met belanghebbenden

Beleid en managementsystemen

43

Economische prestatie-indicatoren Klanten

Indirecte economische effecten

Indicator

Omschrijving

Pagina

Milieu prestatieindicatoren Energie

EN3

Direct energie gebruik onderverdeeld naar primaire bron

37

Water

EN5

Totaal waterverbruik

34, 35

EN20

Invloed van het waterverbruik op ecosystemen en/of leefgebieden

35

EN21

Wateronttrekking in relatie tot duurzaam beschikbare hoeveelheid

35

EN22

Totale hoeveelheid gerecycled en hergebruikt water

35

EN8

Uitstoot van broeikasgassen

37

EN9

Gebruik en uitstoot van stoffen die de ozonlaag aantasten

37

EN30

Andere relevante indirecte uitstoot van broeikasgassen

37

EN11

Totale hoeveelheid afval

35,36

EN32

Aanzienlijke gevolgen voor ecosystemen van lozen en afvloeien water

35

Leveranciers

EN33

Leveranciersprestatie m.b.t. milieuaspecten

23

Producten

EN14

Aanzienlijke milieueffecten van voornaamste producten en diensten

18, 33

EN15

Percentage teruggewonnen producten na verkoop

20

Naleving

EN16

Niet-naleving van wet- en regelgeving

37

Transport

EN34

Aanzienlijke milieueffecten van transport voor logistieke doeleinden

32

LA1

Opbouw van het personeelsbestand

30

LA2

Netto gecreëerde werkgelegenheid en gemiddeld personeelsverloop

31

LA12

Niet wettelijk voorgeschreven werknemersvoorzieningen

27

LA4

Procedures overleg met werknemers bij verandering

29

LA13

Officiële voorzieningen werknemersoverleg

27

LA7

Gemiddeld aantal ziekte- en verzuimdagen en verloren arbeidsdagen

31

LA14

Naleving IAO richtlijnen inzake bedrijfsgezondheidszorg

29

LA16

Programma’s om de inzetbaarheid van werknemers te bevorderen

27

LA17

Beleidsmaatregelen en programma’s m.b.t. tot veiligheidsbeheer en levenslang leren

27, 30

LA10

Beleidsmaatregelen, programma’s en controlesystemen m.b.t. tot gelijke behandeling

27

LA11

Samenstelling topkader en bestuurslichamen

10

Uitstoot, afvalwater en afvalstoffen

44

Arbeidsomstandigheden en volwaardig werk Werkgelegenheid

Verhouding werkgever en werknemer

Gezondheid en veiligheid

Opleiding en onderwijs

Diversiteit en kansen

Indicator

Omschrijving

Pagina

Mensenrechten Strategie en beheer

HR3

Beleidsmaatregelen m.b.t. controle mensenrechten in de keten

23

Kinderarbeid

HR6

Beschrijving van beleidsmaatregelen tegen kinderarbeid

23

Gedwongen en verplichte arbeid

HR7

Beleidsmaatregelen tegen gedwongen en verplichte arbeid

23

Rechten van de inheemse bevolking

HR12

Beleidsmaatregelen m.b.t. rechten van de inheemse bevolking

23

HR13

Beschrijving van gezamenlijk beheerde klachtenprocedures

25

SO6

Rechterlijke beslissingen m.b.t. kartelvorming en monopolieposities

25

SO7

Beleid ter bestrijding van concurrentievervalsing

25

PR1

Beleid om gezondheid van consument te beschermen

16, 17, 25

PR4

Niet-naleving van regelgeving m.b.t. gezondheid en veiligheid

n.v.t

PR5

Gegronde klachten t.a.v. gezondheids- en veiligheidsaspecten van producten

n.v.t

PR6

Vrijwillige naleving gedragscodes op maatschappelijk- en milieugebied

15

PR2

Beleid m.b.t. productinformatie en etikettering

16

PR7

Niet-naleving van regelgeving t.a.v. productinformatie en etikettering

n.v.t

PR8

Beleid m.b.t. klanttevredenheid

16

PR9

Beleid m.b.t. normen en vrijwillige gedragscodes t.a.v. reclames

16

PR10

Overtredingen van regelgeving t.a.v. marketing en reclame

n.v.t

PR11

Gegrond verklaarde klachten m.b.t. aantasting privacy consumenten

n.v.t

Samenleving Concurrentie en prijsbeleid

Productverantwoordelijkheid Gezondheid en veiligheid van consumenten

Producten en diensten

Reclame

Respect voor privacy

45

Colofon Het maatschappelijk jaarverslag 2005 is een uitgave van Coca-Cola Enterprises Nederland B.V. en Coca-Cola Nederland B.V. Advies en tekst CSR Academy, Rotterdam Tekst Anne de Graaf Copy & Concepts, Breda Art Direction en vormgeving Force451, Den Haag Fotografie POL fotografie, Rotterdam Sjoerd van der Hucht, Den Haag Robert Goddyn, Den Haag en anderen Drukwerk Samplonius & Samplonius B.V., Berkel en Rodenrijs

46

Voor meer informatie: Coca-Cola Enterprises Nederland B.V. Afdeling Public Affairs Postbus 8775 3009 AT Rotterdam Telefoon: (+31) 10 - 245 54 00 Fax: (+31) 10 - 245 55 51 Coca-Cola Nederland B.V. Afdeling Public Affairs & Communications Postbus 8750 3009 AT Rotterdam Telefoon: (+31) 10 - 245 68 00 Fax: (+31) 10 - 245 68 77

Maatschappelijk jaarverslag 2005