Londbouw. Notuurbeheer. Milieu. Kwekerij De Commandeur. T.a.v. de heer H. Kroes Westgaag 42a 3155 DG MAASLAND. Tel:

lOL

~O

~:

e

Londbouw

~u

o

3)lh

Notuurbeheer

~

Milieu

lg po

4'

89'

Kwekerij De Commandeur T.a. v. de heer H. Kroes Westgaag 42a 3155 DG MAASLAND

~Pe~~4g

+o~

ly

Tel: 06-51520377

I Io

: ref: ref:

Relatienr. Uw Onze

203372 HKR JM /FTH Deventer, 9 februari 1999

RAPPORT VERKENNEND MILIEUKUNDIG BODEMONDERZOEK LOKATIE COMMENDEURSKADE 36A TE MAASLAND

betreft:

Geachte heer Kroes,

Hierbij ontvangt u onze rapportage van het verkennend de lokatie Commendeurskade 36a te Maasland.

milieukundig

Bij eventuele vragen kunt u contact opnemen met Mevr. Drs.

f

Wij vertrouwen

bodemonderzoek

J. Meekes

op

van ons bureau.

crop u hiermee van dienst te zijn geweest.

Met vriendelijke groet,

CENTRAAL BODEMKUNDIG BUREAU DEVENTER-BREDA B. l 7

Ing. . . Leenstra Hoofd adviesdienst

el easer,

,

„~

Gotlandstraat 13, 7418 AZ — Postbus 807, 7400 AV Deventer, Holland Tel. 0570 - 62 05 00 - Fax 0570 - 62 07 07

46. 31.83.886 — Kamer

ABN-Amrobank

van Koophandel

~Brit 5(e) 7

cotta d(treat 1( )alp AZ Poetb 807 7(0(l AV(l rter Hone n leleloon ( 870) 8708 av (0. 0) G)0707 Ohqnqhaaoqre qenhqlhalan eqvneaoanqnhrden ttqaqtqe)P(qqeqhaaelmsqrqqnneeq(PP oalto l rppnelOntqpqableChqen, ' ' Poene* r~' hteh" ~rasa (

do

op ee

p

d

rsq~qtaqdaqhq

Veq

ln~

Landbouw

Natuurbeheer Milieu Rapport verkennend

onderzoek Commendeurskade

36a te Mass)and

RAPPORT VERKENNEND MILIEUKUNDIG BODEMONDERZOEK Lokatie Commendeurskade te Maasland

36a

Februari 1999

OPDRACHTGEVER: Kwekerij De Commandeur Westgaag 42a 3155 DG MAASLAND

B.V.

CONTACTPERSOON: De beer H. Kroes

Tel: 06-51520377

I). 7gla AZ.

Gotl ~ dg. g I

)

I

al

aotn

0

I

og

pp»

Pogteot 807. HOO AV t)e

pter Hollo d l

p

I

pg»

lefo

»

g»g«~

(0570)

620'

Co

33721

Rapportnr

fg (0570) 620707 g

0

~

Paraaf:

c

p

g

o

e'

Landbouw



36a te Maes(and

INHOUDSOPGA VE SAMENVATTING

INLEIDING

1.1

Inleiding

AANLEIDING EN DOEL VAN HET ONDERZOEK

2. 1 2.2

Aanleiding Doel van het onderzoek

LOKATIEGEGEVENS

3. 1 3.2 3.3

7

Beschrijving terrein Historische gegevens Geohydrologische gegevens

8 10

DEFINITIE BODEMONDERZOEK

4. 1 4.2

Algemeen Strategic

UITVOERING BODEMONDERZOEK

5. 1 5.2

Veldwerkzaamheden Chemische analyses

12 14

RESULTATEN BODEMONDERZOEK

6. 1 6.2 6.3 6.4

Resultaten Toetsing Toelichting op de toetsing Interpretatie

16 17 18

19

CONCLUSIE

7. 1 7.2

Toetsing hypothese Conclusie

20 20

LITERATUUR

BIJLAGEN:

1. 2.

Boorprofielbeschrijving Analyseresultaten Overschrijdingstabel Detektielimieten en Analysemethoden Verklaring gebruikte termen

3. 4. 5. 6. 7.

N. v. t. Vragenlijst

Rapportnr: G )

s)s

s

pn

tl,

ndst,

sos)l

) 13

op)

7'll8 AZ Postb ) 807, 7400AVOem aHn, od

tep, Holland

tele(non

(0870) 620600 e e s

Fa (0670) 620707

e

)

parent

"s'o'p

// 033721

'

a'

""p

l ~O

~:

~a

a

Nutuurbeheer

a

Milieu

Rapport verkennend

I

Landbouw

onderzoek Commendeorskade

368 te Mass(and

SAMENVATTING

l

Ten behoeve van het vaststellen van de zg. nulsituatie is op de lokatie Commendeurskade 36a te Maasland een verkennend bodemonderzoek volgens de richtlijnen uit het protocol Nulsituatie-/BSB-onderzoek en de Handreiking Bodemonderzoek Glastuinbouw verricht.

I

Op basis van het verrichte bodemonderzoek

I

worden de volgende opmerkingen

gemaakt:

De lokatie is momenteel in gebruik als glastuinbouwbedrijf.

De volgende deellokaties zijn in het kader van de AMvB Tuinbouw met bedekte teelt

iO

onderzocht: u Opslag/aanmaak

I I I I

Tijdens de veldwerkzaamheden bodemmateriaal waargenomen

meststoffen

+

bovengrondse

olietank

zijn zintuiglijk geen afwijkingen van het die wijzen op bodemverontreiniging.

Uit de analyseresultaten van het mengmonster van de bovengrond blijkt dat de gehaltes aan een aantal zware metalen (met name koper, kwik, lood, nikkel en zink) en minerale olie de streefwaarden overschrijden. Het criterium voor nader onderzoek wordt niet overschreden.

Uit de analyseresultaten van het grondwatermonster blijkt dat geen van de gehaltes onderzochte stoffen de streefwaarden overschrijden.

I I I I t

I naNA

~

~ae

~~

Got(a dseaat 13. 7418 AZ

aealt attar

K

41st

Oa

~

Rapportnr:

Ponbut 807, 7400 AV (7eventen Holland a

P

I

aa

leloon

(0570) 62 05 00

Paa (0570) 62

0707

e

a

e

e

~O

~

:~ e 8

Rapport verkennend

I

I I I

Londbouw

Notuurbeheer

~

Milieu onderaoek Commendeurskade

1.

INLEIDING

1.1

Inleiding

368 te Maasland

Dit document beschrijft het verkennend milieukundig bodemonderzoek op de lokatie Commendeurskade 36a te Maasland, dat door het Centraal Bodemkundig Bureau Deventer-Breda (CBB) is uitgevoerd. Aanleiding

ls

en doel van het onderzoek worden beschreven in

(i

2.

Uitgaande van de lokatiegegevens, welke zijn toegelicht in tj 3, wordt verder ingegaan op de visie van het CBB op de aanpak van het onderzoek. Dit gebeurt in li

I I

4.

In

II

5 wordt verslag gedaan van de uitvoering van het bodemonderzoek.

In li 6 worden de analyse-resultaten van het chemisch laboratoriumonderzoek vergeleken met de streef- en interventiewaarden uit de Circulaire Interventiewaarden Bodemsanering. Tevens vindt interpretatie van de onderzoeksresultaten plaats.

I

De rapportage wordt in

(j 7 afgerond met de toetsing van de hypothese en de conclusie met betrekking tot de kwaliteit van de bodem.

I

Dit rapport mag zonder schriftelijke toestemming van CBB en haar opdrachtgever niet anders dan in zijn geheel worden vermenigvuldigd. Het kwaliteitsmanagementsysteem van CBB met betrekking tot monstername, advisering en inspectie op het gebied van milieu, natuurbeheer en landbouw is geevalueerd en goedgekeurd volgens ISO 9001 door Lloyd's Register Quality Assurance (certificaat no. 653084).

De analyses worden uitgevoerd door een Sterlab geaccrediteerd laboratorium.

I I

I I

I Ann n

I

k883183888 8

~~

Got(a 8

teat

18813331

opa

13, 7418 AZ

n

8

~

Postbus 807. 7400 AV (3 venter,

nn

k

~

Rapportnr I

8

~

Telefoon (0570) 62 05 00

losand 88

I

op

8

Fa

' (0570) 6207 07 paraaf

8~

~

8 0

2l

p~ ~~

l Landbouw


I

368 te Mass)and

onderzoek Commendenrskade

AANLEIDING EN DOEL VAN HET ONDERZOEK

I

2.1

I I

Aanleidlng

Een tuinbouwbedrijf kan op grond van verschillende wettelijke verplichtingen genoodzaakt zijn bodemonderzoek te verrichten. Een van de wettelijke verplichtingen tot bodemonderzoek vloeit voort uit het nBesluit tuinbouwbedrijven met bedekte teelt milieubeheern (verder te noemen nAMvB bedekte teeltn). Artikel 4 van dat Besluit stelt het verrichten van een nulsituatie kwaliteit van de bodem binnen de inrichting verplicht.

onderzoek naar de

Om deze reden is door de heer H. Kroes aan het CBB opdracht verleend voor het uitvoeren van bodemonderzoek op het betreffende terrein.

I 2.2

I I I

Doel van het onderzoek Het onderzoek heeft tot doel via monstername en analyse de kwaliteit van de bodem op het moment van onderzoek vast te leggen. Op deze wijze wordt een referentieniveau vastgelegd (nulsituatie) waaraan de resultaten van toekomstige onderzoeken getoetst kunnen worden. Hieronder volgt een overzicht van een aantal doelstellingen t. b. v. waarvan bodemonderzoek kan worden verricht. Indien het onderzoek zoals omschreven in dit voorstel voldoet voor een van deze doelstellingen wordt dit met ja aangegeven.

Doelstelling: Aanvraag

milieuvergunning

.ja

Voorschrift milieuvergunning Provinciale verplichting (AVR tuinbouwbedrijven met bedekte teelt) Vervolg IBS-tracject

I I

ja ja

Huur/verhuur

nee nee nee nee nee nee nee nee

AMvB bedekte teelt

ja

Bouwvergunning

AMvB BOOT Werkprogramma Tankstations Afstemming SUBAT Risicobeheer Koop/verkoop

I I I

I Octo

~

Cotlendn

crt 4)484 4

~tte

4141. 04

~~ ~ ~n ~d

113 7418 AZ I

Ponbttt 807 7400 AV rteventen

Ilail

~

Telelnon (0570) 62 05 00

nd

et

' 7,

Rapportnr:

(0570) 62 0707

~~

0

I

~e ~:~ o Rapport srerkennend

I I I I

Londbouw

Notuurbebeer Milieu

368 te Mass)and


3.

LOKATIEGEGEVENS

3.1

Beschrijving terrein De lokatie is gelegen aan de Commendeurskade 36a te Maasland en is kadastraal bekend als gemeente Maasland, sectie C, nummer 2133, 2629 en 2630. De lokatie heeft een kadastrale oppervlakte van circa 5 ha. De ligging van de lokatie is weergegeven topografische kaart (schaal 1:25.000).

op de in de bijlagen opgenomen

De situatie op de lokatie is weergegeven

in tekening

203372-1.

uitgevoerd in november 1998 werden geen buiten hetgeen bekend uit de tekening, waargenomen

Bij de terreinverkenning

I I I I

bijzonderheden,

B.V. , gevestigd

De lokatie is sinds 1994 het eigendom van Kwekerij Commendeur aan de Westgaag 42a te Maasland. De inrichting van de lokatie bestaat uit kassen, een bedrijfsruimte woonhuis. De bestemming van de lokatie is thans agrarisch.

Terrelnverharding

en een

/-ontsluiting

Op de lokatie is circa 2000 m2 bedekt met een ongeveer 20 cm dikke laag beton. Onder deze bedekking bevindt zich zand. Op de lokatie is geen open water aanwezig.

Omgeving

De lokatie is thans gelegen in een omgeving met bestemming agrarisch.

I I I I I I

Zover bekend heeft in de nabije omgeving van deze lokatie geen bodemonderzoek plaatsgevonden.

De lokatie ligt niet in of nabij een beschermd gebied. Kabels/leidingen/riolering

De informatie over op de lokatie aanwezige kabels, leidingen en/of riolering is verkregen middels een KLIC-melding. De betreffende tekeningen van de nutsbedrijven

Altnn»»nesssltstsss

s»

«n

zijn in het bezit van het CBB.

Cotta dstmat 13 75(8 AZ

atlsnlsssl'nt

I

»«6

s

s»

Rapportnr): 2033721

Pnslo s 807 7500Asr De enter Ilail a's

"

I

d

Tele(non(0570) 6705 00 ' s n

F

(0570) 6707 07

""""s"

s

'n

paraal: '

'

"

p

s

I

Landbouw

Notuurbeheer Milieu

~

Rapport verkennend

I I I I

3.2

onderaoek Commendenrskade

36a te Maasland

Historische gegevens Hieronder volgt een overzicht van het gebruik van het terrein in het verleden:

Van 1900 Van 1979

tot 1979 tot 1998

Agrarisch Glastuinbouw

De lokatie is voor 1979 voor het eerst bebouwd. Er zijn geen gegevens voorradig omtrent latere bouwwerkzaamheden op de lokatie. Bodemonderzoek

en -verontreiniging

Op de lokatie heeft nimmer bodemonderzoek

plaatsgevonden.

Op de lokatie hebben zich historisch gezien geen calamiteiten voorgedaan. Er zijn geen gegevens bekend omtrent bodemsaneringsaktiviteiten die betrekking hebben op de lokatie.

I I I I

Bedrijfsmatige aktiviteiten Huidige bedrij fsmatige aktiviteiten:

Historische bedrijfsmatige

Glastuinbouw.

aktiviteiten:

Agrarisch.

Het vanaf 1994 op het terrein gevestigde bedrijf is werkzaam in de agrarische sector. Tot de werkzaamheden behoort o.a. het kweken van potplanten. De SBI-code van de hoofdaktiviteit is 0123. Het bedrijf valt onder de werkingssfeer

van de AMvB bedekte teelt.

Op het terrein vindt naast het ketelhuis opslag van HBO plaats in een dubbelwandige bovengrondse tank. Deze is gelegen op een onverharde ondergrond.

I I I I I I

In het ketelhuis bevindt zich de opslag van meststoffen. Deze is voorzien van een lekbak en is gelegen op een betonvloer van goede kwaliteit met minder dan 5 meter beton rondom. Genoemde activiteiten vinden plaats binnen een straal van 5 meter en worden derhalve als 1 lokatie onderzocht. In de bedrijfsruimte bevindt zich de opslag van bestrijdingsmiddelen. Deze is gelegen op een betonvloer van goede kwaliteit met meer dan 5 meter beton rondom en valt derhalve niet onder de onderzoeksverplichting uit de AMvB.

Er vindt op de lokatie geen opslag in ondergrondse tanks plaats.

//

esl

mo esse)sga

K

.

Gods dsi, s 13 7418 AZ og I g

~lmlsssl

~

~

Postoos 80/

7sto

AV

Dc cue

lsog

I

Teieioo

d gg

d~

(05703 62 05 00 m

m

~

1

~

gg (05701 62

Rapportnr: 2 33721

07 07

0

Paraaf:

/

w

g

o

Landbauw

Naiuurbebeer

. Rapport verkennend


I

Milieu

~

368 te Mass)and

Bronvermelding

t I

Voor het verkrijgen van de benodigde informatie voor het historisch onderzoek zijn de volgende bronnen geraadpleegd:

Bron

I

1: 25.000 schaal 1: 200 - 2. 500

Regionale kaaiten, schaal

Topografische kaarten,

Kaarten van nutsbedrijven Bodemkaarten

I

Staringcentrum,

Hinderwetarchieven

i I

schaal

1: 25.000

gemeente

Bouwvergunningarchieven

gemeente

Luchtfoto's Branche-informatie

I

Informatie opdrachtgever Terreinverkenning

t

Met nadruk wordt gesteld dat bovengenoemde bronnen niet altijd volledig zijn. Voor het verkrijgen van historische informatie is CBB echter wel afhankelijk van deze bronnen. Hoewel het historisch onderzoek naar beste eer en geweten door CBB is uitgevoerd, kan CBB niet instaan voor de juistheid c.q. volledigheid van de historische gegevens.

I I I I I

Rapportnr: aaNa

os

eels)sse

~

o

s a

Codaadsaaat dlttnt tsl oa ~

l '

3. 7418 AZ " d s

Postbos 807. 7400 AV De a l ad d

te, tdoaa 0

ralalooo i0570) 67 05 00

Fa

0 3721

(0570) 62 07 07 s

O

I

s

s

d

~

:~ e ~

~

~

n

Rapport verkennend

Landbouw

P-

-

Natuurbebeer

:

-

-~

Milieu

10

36a te Mass)and


I 3.3

Geohydrologische

gegevens

De geohydrologische formatie rond de lokatie in Maasland is volgens de grondwaterkaart van Nederland als volgt te schematiseren:

I

Het maaiveld bevindt zich globaal op NAP-niveau.

De lokatie bevindt zich op de grens van het gebied waar duinzand aanwezig is. Het duinpakket bestaat uit holocene duinzandafzettingen en heeft een dikte van circa 10 m. Het pakket bestaat uit slibhoudende ftjne tot matig grove zanden met ingeschakelde klei- en veenlaagjes.

I

De slecht doorlatende deklaag heeft een dikte van circa 10 tot 15 m en bestaat uit kleilge holocene sedimenten.

I I I

Het eerste watervoerend pakket bestaat uit matig fijne tot matig grove zanden van diverse formaties. Dit pakket heeft een dikte van circa 30 m.

De scheidende laag bestaat uit kleilge, slibhoudende en venige afzettingen van de Formatie van Kedichem en eventueel aanwezige gelijksoortige afzettingen van de Formatie van Tegelen. De scheidende laag heeft een dikte van circa 20 m. Het tweede watervoerend pakket bestaat uit zandige afzettingen van de Formaties van Tegelen en Maassluis.

t

Het freatische grondwater bevindt zich op + 1,0 m minus maaiveld. Volgens de Grondwaterkaart van Nederland stroomt het freatisch grondwater in oostelijke richting.

I l I I I

I

Rapporlnr: Gati AKNA

~eeil83888

K

K~

I

d~t

lnn5351

Qpa

13

7818 AZ

wo

8

Paste

no

I

807 7800 AV ()e e 8 .

te,

~H

Holland I

Teiefoon

Ie

""I

(0570) 62 05 00 po

8

8

I

a

(0570) 6207 07

8"

~8

8

37

1

~: ~4

Landbouw

~a

e

Rapport verkennend

a

Ndtuurbeheer

e

Milieu


368 te Maes)and

4.

DEFINITIE BODEMONDERZOEK

4.1

Algemeen

Voor de uitvoering van het bodemonderzoek

zijn de voorschriften uit het protocol Nulsituatie-/BSB-onderzoek en de Handreiking Bodemonderzoek Glastuinbouw als uitgangspunt genomen. In afwijking op deze voorschriften zijn in het rapport geen aanbevelingen gedaan omtrent eventueel te ondernemen vervolgakties. Indien gewenst kan hierover advies zijn ingewonnen bij een van de CBB-adviseurs.

Ten behoeve van de opzet van het onderzoek heeft overleg met de gemeente

N I

I I I

Naaldwijk plaatsgevonden.

De veldwerkzaamheden

en het laboratoriumonderzoek zijn voor zover mogelijk conform de geldende NEN- en NPR-richtlijnen uitgevoerd. Eventuele afwijkingen zijn gemotiveerd. Tevens zijn de Voorlopige Praktijkrichtlijnen (V.P. R. 1988) van het ministerie van VROM, voor het verrichten van onderzoek naar bodemverontreiniging, in acht genomen.

4.2

Strategic De volgende deellokatie is in het kader van de AMvB als verdacht aangemerkt:

t

- Opslag/aanmaak

meststoffen

+ bovengrondse

olietank

De volgende hypothese omtrent het voorkomen van de verontreiniging Heterogeen verontreinigd,

I I I

is gesteld:

bekende ligging van de bron

Bij de verdachte lokaties met bekende ligging van de bron is op grond van de hypothese ten aanzien van de ruimtelijke verdeling van de verontreiniging een onderzoeksstrategie opgesteld, waarbij het onderzoek zich expliciet richt op de vermoedelijk aanwezige verontreinigende stoffen en de plaats waar deze zijn verwacht. Op basis van bovenstaande gegevens en de bij het CBB aanwezige tekening(-en) een bemonsterings- en analyseplan opgesteld en uitgewerkt (zie Hoofdstuk 5).

is

I Gotla dstnsat 13, 7518 AZ

nns~asssiesaes

~

x

~ttotsssl

oee

~g

~

~,

Postbos 807 7eoo AV (7

~~m

~~ ~

relefoo

enter. Holland

es

(0570) 67 05 00

Fax

(0570) 67 07 07 m e 0

Rapportnr:

~

)7)l s

~: ~O

~

s

Landbauw

~a

Milieu

onderaoek Commendeurskade

Rapport verkennend

l I I I N I I I I

Natuurbeheer

12

36a te Maasland

5.

UITVOERING BODEMONDERZOEK

5.1

Veldwerkzaamheden Het onderzoekplan

is opgesteld door: Ing.

F.T. Harterink.

De veldwerkzaamheden zijn in november 1998 uitgevoerd. In totaal zijn 3 boringen verricht. De lokaties en nummering van de boringen zijn in tekening 2033721-2 weergegeven. Per deellokatie zijn de volgende boringen verricht: Opslag/aanmaak meststoffen + bovengrondse olletank Op dit perceel zijn 3 boringen tot 0, 5 m minus maaiveld verricht. Van deze boringen is 1 boring doorgezet tot 1,5 m onder de actuele grondwaterstand en afgewerkt als peilbuis. boring I boringen 2 en 3

Peilbuis: tot 0.5 m-mv

De boringen t. b. v. het onderzoek van de verdachte deellokaties zijn zodanig geplaatst dat de kans op het aantreffen van een verontreiniging maximaal is. De peilbuis is geplaatst in het verwachte hart van de verontreiniging.

Er zijn monsters genomen per bodemlaag van 0, 5 m, waarbij gewaakt is voor menging van verschillende grondsoorten. Bij zintuiglijke waarnemingen, die mogelijk duiden op bodemverontreiniging, zintuiglijk verontreinigde bodemlaag.

t

zijn separate monsters genomen van de

De boringen zijn uitgevoerd met een edelmanboor of met een GeoDrill mechanische grondboormachine. Bij de uitvoering van de boorwerkzaamheden

l

geen werkwater

De zintuigelijke waarnemingen van het bodemmateriaal veldwerkzaamheden zijn als volgt samen te vatten:

I I

is

gebruikt. tijdens de

afwijkende samenstelling bodemmateriaal: Geen afwijkingen waargenomen afwijkende kleuren bodemmateriaal: Geen afwijkingen waargenomen afw jkende geuren bodemmateriaal: Geen afwijkingen waargenomen

t Rapportnr: A)Ilk

~a

I) s)sss.

s

~

k

s

~

Got)and)mat da)tots)\I tin

13. 7s)8 AZ '

~s

Pe)thos 807. 7600 Av De

na

"

n~

n

t, su

Hot)and I

~

Tai roon (0570) 62 05 00 I Ig s s

Pm (0570) 62 07 07

u

~nl

o

s

7g jr'

I

Landbauw

Natuurbeheer iktilieu

Rapport verkennend


I

13

368 te Mass(and

te verkrijgen is, na het plaatsen van de Om een representatief grondwatermonster peilbuis en voor monstername, een hoeveelheid water uit de peilbuis afgepompt gelijk aan circa drie maal de natte boorgat inhoud.

I

Tijdens de monstername is van het grondwater de zuurgraad (pH) en het geleidingsvermogen (EC) bepaald. De gemeten waarden zijn in bijlage 2 weergegeven.

I I

I I

I I

I I I

)

Rappo Gotlandstkaat

nanl

0 k403303000

K

x

pk

0010013331 op

I

I

3,

7418 AZ am%

Postbos 807. 7000 AV Depenten Hors d Telefoon (0570) 62 05 00 N d 0 ad k d ag g

pd

3

Fax

0 3721

(0570) 62 07 07 g

p

m'rl

g

m g

I ~

~:

~a

e

Natuurbeheer

~

Milieu

Rapport verkennend

I

Landbauw

5.2

14

368 te Maes(and

onderzoek Commendetuskade

Chemische analyses

r

Ten behoeve van de chemische analyse is het volgende bodemmonster geselecteerd:

I

Opslag/aanmaak

1:

Mengmonster Grondwatermonster

I N I I I I

1:

meststoffen

+

olietank

bovengrondse

uit boringen 1 t/m 3 uit de peilbuis bij boring 1

van

0, 0 — 0, 5 m-mv

Het grond(meng)monster en het grondwatermonster zijn geanalyseerd analysepakketten zoals weergegeven in de volgende tabellen.

Tabel

1: Analyse

grond(meng)monster

op de

1

grond(meng)monster(s)

Drogestof gehalte Lutumgehalte Humusgehalte

Zware metalen arseen, cadmium, chroom, koper, kwik lood, nikkel, zink Minerale olie gaschromatografisch

I I I I

I

Aeg~

Got(and I

atlatsta.

v

t 13, 7518 AZ

ton~tents)at. oae

~o

~

Rappo

Pogthog 807, 7geo AV

e

(3c e

t

n

~

Telcfoo

Holland g

~

(0570) 62 05 00 g

«e

Fax (05703 62 07 g

07 0

*~

2 3 721 w

I

~: ~O

Landbouw

~o

Natuurbebeer Milieu

l

15

36a te Maes(and


Rapport verkennend

Tabel 2: Analyse grondwatermonster

1

t

groildwatermonster(s)

I

Zuurgraad

(pH)

Elektrisch geleidingsvermogen

I

(EC)

Zware metalen arseen, cadmium, chroom, koper, kwik lood, nikkel, zink Vluchtige aromatische koolwaterstoffen

I t I

(BTEX)

Naftaleen

Minerale olie gaschromatografisch

In bijiage 4 zijn de rapportagegrenzen

en analysemethoden

aangegeven.

I

t I I I I I

Rappo Gotie d ueht 13. 7418 AZ AgNn

I

N s3 tttggs

K»

K

ph

N

tge 333t

Op

I

hN

g

Posluus 807. 7400 AV Depenter. Nots d p

1

gg

leloon (0570) 67 05 00 I

N

Fax (0570) 67 07

07

u

D

N

g

p

paraat:

A@72(

~: ~O

~

8

~e

8

Rapport verkennend

I I I I

tondbouw

e

Notuurbeheer

~

Milieu


16

368 te Maasland

RESULTATEN BODEMONDERZOEK

6.1

Resultaten De onderzoeksresultaten verwerking

zijn verwerkt met behulp van het informatiesysteem voor van gegevens van grond- en grondwateronderzoek HPP-II (versie

1994). De resultaten van het onderzoek zijn beoordeeld aan de hand van de streef- en lnterventlewaarden voor microverontreinigingen in de bodem uit de circulaire Interventiewaarden Bodemsanering van het ministerie van VROM. Genoemde streef- en interventiewaarden vervangen de A-, B- en C-waarden uit de Leidraad Bodembescherming. Een en ander wordt nader toegelicht in bijlage 5. De Interventiewaarden zijn per AMvB vastgelegd in de saneringsregeling van de Wet bode mbescherming.

Bij de beoordeling van de analyse-resultaten aan de hand van de streef- en interventiewaarden uit de circulalre Interventiewaarden Bodemsanerlng spelen

I I I

de lokale verontreinigingssituatie en het toekomstig gebruik van de bodem een belangrijke rol. Bovendien zijn de interventiewaarden gerelateerd aan een ruimtelijke schaal. Onder de lokale verontreinigingssituatie worden die factoren verstaan, die van belang zijn voor de mate van en de mogelijkheid tot verspreiding van de verontreiniging naar de omgeving.

Een lokatie wordt als verontreinigd beschouwd als in een (meng)monster stoffen aanwezig zijn in concentraties hoger dan de streefwaarden. De streef- en interventiewaarden zijn athankelijk gesteld van het lutum- en organische stofgehalte van het grondmonster. Voor een aantal stoffen kan de rapportagegrens bepalend zijn voor de streefwaarde.

t

Indien een overschrijding van de toetsingswaarde op een groepsparameter betrekking heeft (fenolindex) dient met specifieke analysemethoden te worden nagegaan hoe het met de individuele parameters is gesteld.

I

Wanneer in geen van de geanalyseerde monsters een der onderzochte stoffen aanwezig is in een concentratie boven de streefwaarde, wordt de bodem op de lokatie als niet verontreinigd beschouwd.

I I I I t

Overschrijding van een streefwaarde betekent dus dat er sprake is van bodemverontreiniging. De consequenties van het aantreffen van bodemverontreiniging zijn athankelijk van diverse factoren, die in de conclusie van dit rapport meegewogen worden.

Rapportn AKNA

~8 808)888

Goaandstraat

K

~~)ca

oa

13, 7418 AZ 8H

g

Porte

s

re)croon (0570) 67 05 00

807, 7400 AV )3eae ter, Holland

*

8

I

I

Ig

8'

0 372)

Fm (0570) 670707 8

8n

no K

I

g

g

Landbouw

Natuurbeheer

. Rapport verkennend

I I I

6.2

Milieu

~

17

36a te Mass)and


Toetsing In bijlage 3 zijn de resultaten van de toetsing van de in de onderzochte monsters aangetroffen gehaltes verontreinigende stoffen aan de streef- en interventiewaarden uit de circulaire Interventiewaarden Bodemsanering in tabelvorm weergegeven. In deze zogenaamde overschrijdingstabellen zijn de monsters met behulp van analysenummers geldentificeerd. De gebruikte analysenummers staan voor de volgende monsters:

I

G rond monster analysenr.

monste mr.

6923

1

boringen

diepte

It/m3

0, 0- 0, 5 m-mv

boring

diepte filter 0, 1 - 2, 1 m-mv

Grondwatermonster

I

analysenr.

monste mr.

4518

I I

I

1

In (j 6, 3. worden de resultaten van de toetsing kort onder woorden gebracht.

I

t I I I I I ~tet

Gottgnckt

Agtg~ggtlgtggg

g

stsl

~ne»

gt 13, 7418 AZ

. Qgg

Posta s 807. 7400

AV

()c

Rapponnr

te, H

Hollg g

4 Telcfoon (0570) 620500 gg

g

f, «

(0570) 62 07 07 »g

n»g.

'0

paraat:

2 3 721

I

~

~

Londbouw

~I

e ~

Notuurbebeer

~

-'

6.3

-

~

Milieu

18

36a te Mass)and


Rapport verkennend

I I I I lo I I I I

g

Toelichting op de toetsing Grond(menglmonster Monster 1:

De gehaltes koper, kwik, lood, nikkel, zink en minerale olie zijn licht verhoogd. De overige gehaltes onderzochte stoffen zijn niet verhoogd gemeten.

Grondwatermonster

1:

Peilbnis

De gehaltes onderzochte stoffen zijn niet verhoogd gemeten.

t I I I

I I Rappormr~. Gotla mbaat 13, 7518 Az

net*

I

d pall at gap

P

K

pt

5

I

let

555

OP

postb s 807 7'100 Av

I&

Tele(on

enter Holland g

(0570)620500 Fax(0570)620707 g

d

I

p

H

g.

0

~

03372)

~

g

I Landbouav


I I I I

6.4

19

368 te Maes(and


Interpretatie Opslag/aanmaak meststoffen + bovengrondse olietank Uit de analyse-resultaten blijkt dat de bovengrond op de lokatie licht is verontreinigd met koper, kwik, lood, nikkel, zink en minerale olie. In het grondwater op de lokatie zijn geen verhoogde gehaltes verontreinigende stoffen aangetroffen.

Zintuiglijk zijn geen afwijkingen

van het bodemmateriaal

waargenomen.

lo I I I I

t I I I I I I

Cotta dstp, ABNh

p

lssi asses s

Kol

M

asisis

0

t 13. 7518 AZ I

trna

Poslb s 807, 7500AVDc e p

«

I

t,

Hotaod i

. Tclcfoo II

Rapportmlks)203/72 (0570) 6205 00 s

e

5

rt (0570) 620707 s

p

s

t

I»

e

p

s

s

I

~:

Landbouw

~a

~

o

:.


Rapport verkennend

I I I I

Natuurbeheer

~

~

Milieu

20

368 te Mass)and

7.

CONC

7.1

Toetsing hypothese

LUSIE

meststoffen + bovengrondse olietank Opslag/aanmaak De gehaltes aan een of meer onderzochte stoffen overschrijdt de streefwaarde. deze reden wordt de hypothese verdachte deellokatie geaccepteerd.

Om

Er kan geen uitspraak worden gedaan over de gestelde hypothese omtrent de (on-)bekendheid geanalyseerd.

Ie I I I I

7.2

van de ligging van de bron: hiervoor zijn te weinig monsters

Conclusie kan worden gesteld dat de gehaltes aan een Op basis van de onderzoeksresultaten aantal onderzochte stoffen de streefwaarden overschrijden.

Geen van de gehaltes onderzochte stoffen overschrijdt de tussenwaarde, zijnde de waarde waarboven vanuit de optiek van de Wet Bodembescherming de uitvoering van een nader onderzoek nodig is.

I I I I

I I

Rapportnr aotlandstnat ABN

8

I

Ntt3183888

'

K

K

Pd

M

I

Knits

I

' os a

t

3. 7418 AZ 8

Postuos 807 7400 AV (3 N

t

rele loon (0570) 62 05 00

nter Holland d

I

Is

Fa

(0570) 62 07 07

3

7)t

I ~~~

~:

~e

~

Natuurbeheer

~

Milieu

Rapport verkennend

I I I I

Landbouw

8.


21

36a te Maes(and

LITERATUUR Dienst grondwaterverkenning

TNO, Grondwaterkaart

van Nederland

(Delft, 1987). Nederlands Normalisatie Instituut, Nederlandse Voornorm Bodem, onderzoeksstrategie bij verkennend onderzoek NVN-5740 (Delft, 1991).

Ministerie van VROM, Circulaire Interventiewaarden ('s-Gravenhage, 1994).

IO

bodemsanering

Ministerie van VROM, Concept-Circulaire inwerkingtreding Bodembescherming. ('s-Gravenhage, 1994).

I I

Wet

saneringsregeling

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiene, Blootstelling van de mens aan bodemverontreiniging (Bilthoven, april 1991, juni 1994). Milieubureau mei 1997).

I t

Westland, Handreiking

Bodemonderzoek

Glastuinbouw

(Naaldwijk,

SDU Uitgeverij, Bodemonderzoek gecombineerd

bodemonderzoek

Milieuvergunning en BSB met protocol voor ('s Gravenhage, oktober 1993).

I

t I I I t

~ee

acti)nest~)

n)NA

~ssne)ees

s

snl

one

~

13. 74l 8 Az s

~

Rapportnr:rr

~s

Pose)os 807, 7400 Av Deventcn Holland Teleloon (05703 62 05 00 «e . 4 A

~~w

Pev

(0570) 62 07 07

~~

0

Paraar:

3721

gnn

Boorbeschri'vin

en

boorstaat

1

Boring: 2

Boring: 3

Diepte. 200 cm GWS 80 cm

Diepte: 50 cm.

Diepte 50 cm

Boring:

25

50

Klei, zwak zandig.

Klei, zwak zandig

Klei zwak zandig

brum.

bruin.

1 van 1

bruin.

75

Veen, zwak kleiig. ~bruin n s

bruin.

io ta tb

Ip

a C

0 lO Ip I/I

Z m Z Ui

cs za

Projectnr 203372-1 Opdrachtgever:

CBB Plaats: Commendeurskade

36A Datum: 19-11-98

Legenda (conform NEN 5104)

I

gnnd

I I

*** 0*

I

klei 0

ZKK

o0

0o

RRH

P~~)

Grind, uiterst zandig

00.

zend

K/ei, matlg siltig

Klel, stark sgtlg

Klei, ulterst siltlg

Klel, zwak zandfg

Klei, matig zandlg

I

Zend, klelrg

7

Zend, zwak sgtlg

Klei, stark zandlg

leem

IO

Zend, matig siltig

Leam, zwak zandlg Zend, stark siltlg

I I I

RRZ

Grind, mat/g zandig

*''''

0000000 0 0

Klei, zwak slltlg

OOOO

Leam, stark zandlg Zend, ulterst si/tig

overige toevoegingen veen

zwak humeus

Veen, mineraalarm matig humeus

g

Veen, zwak klelig

ste/k humeus i/een, stark kleli'g

I I

zwsk grindig

Veen, zwek zan dig

R

matig grindig

Veen, stark zandlg

peilbuis

0

monsters

stark grindig

geur zwakke geur

blinds huis

malige geur

geroerd monster sterke gear ultsrste geur

casing

olie grondwaterstand

ongeroerd monster

~ ~

zwakke oge-water reactle

matige otic-water reactle

sterke oge-water reactie bentoniet a/dlchting

uiterste oge.water reactie

ove rig blizonder bestanddeel

I I

grondwaterstand tlidens boren

filter

maaiveldtype c.q. textuur afwezlg

Landbauw

Natuurbeheer ~

Rapport verkennend

Milieu

368 te Maes)and

ondereoek Commendeurskade

I I I I lO BIJLAGE 2:

I I I I

ANALYSERESULTATEN GROND EN/OF GRONDWATERMONSTERS

t I

I I I

I I

Aan~

Godandstsaat

su81086 8

~l00tssst

008

13

~oo

7818 AZ

Paste s 807 78CO AV Da anta, Hoaa d

8

Tolofoon (0570) 62 05 Co

m

I

up

~

Fm (0570) 62

not

Rappo

: 03372)

0707 0

W W W IRQW W W W W Iw W W W W W W R : 203372 : 20-11-98/09-12-98 : G12 Milieu-onderzoek : 6923 : BOVENGROND : 0, 00 —0, 50

relatienusmer invoer/verzenddatum onderzoekpakket analysenumser monsteraanduiding

diepte perceel

monstername

ligging

1,

: Opdracht

: CBB : ANN

monsternemer

ons kenmerk

GM

HEEMRAAD

3 15 5 GB

1

Eeachte

(mg/kg

~~-'CC(o. czOI k, 1 ~

4.2

MAAS LAND

relatie,

Hierbij treft 0 de resultaten zware metalen

B.V.

KWEKERIJ COMMENDEUR

H. Kroes

van het voor 0 uitgevoerde

onderzoek

ldentificatie

ds)

met

daarbij, indian

PAK(10 van VROH) (mg/kg

O

van

toepassing,

het advise aan.

ds)

I

IO Dl

ID

IO

0N

0 IO C

m-

N

0

D' 1

ID

tll

0

N

fD

As

66

H

ALC

L

H

=

8

20 ALC

in monster

ALC

=

Alcontrol

CBB = CBB

0.6 ALC

Oeventer

Cu

ALC

26

0.7

38 50

6 11

37 ALC

90 220 340 =

32 100 170

0.4 0.3 5

9

Zn

Hi

110 ALC

ALC

8 0. N rt

ID

Pb

Hg

42 ALC

78 280 490

uitvoerend laboratorium; voor nsdere toelichting,

fs

Sl

I I

0

ts

70

ssngetroffen gehalte; L 1 = interventiewaarde.

1 = tussenwaarde; ALC

ALC

0

Cr

C(i

21

DI

140 ALC

30 110 180 B =

120 370 630

ID

IO

0 N

Ilt

'1

0

N ID

fD

fD

0

Dl

Dl

Dl ID

fa ID

fD

0 Sl ID

IO

N

N

0

N

tt

ID

Dl

ft

ID

fit

0 ID ID

0 0

0 DD

tl Dl

ta

X C ID 0 0

0 toDl OO 00 0

IO

ta

Dl Dl

Dt

ft

fs

0

C

Dt

IO

fD

C

N

W 0 0 a ID

IO

00

tD

ID

Dl

0

aecI rr

0

N

ALC

50 2000 4000

streefwaarde

zie bij loge 5.

N

I

fD

PA K

110

Dt

gN 0 0 ts N

tt

0 0 IO

ta

m

EOX

M M : 203372 : 26-11-98/09-12-98

re(atjentmzser invoer/verzenddatum onderzoekpakket anslysenumeer monsteraanduiding monstername

diepte

: Opdracht : CBB

ons kenmerk

: ANN

perceeL

1,

H. Kroes

Zware

-HEEMRAAD

3155

1

WM

Oeachte

relatie,

Hierbij

treft

resultaten

u de

aromatische

VLuchtige

(Sg/l)

metalen

B.V.

KWEKERIJ COMMENDEUR

: W12 Milieuonderzoek : 4518 : GRONDWATER

monsternemer

ligging

W W W W lg W m m m W m

IRW

van het voor u uitgevoerde

ofg/I)

verbindingen

—42

GB

MAASLAND

onderzoek

met

daarbij, indian

gechloreerde

Vluchtige

van toepassing,

koolwaterstoffen

m

(Sg/l)

ID

0 0 0. 0

0 Pt

'c 0'

m

o Vl .

pH

7.7

IO I~

o

m

0m

Ql ID

EC

As

00

0 0 m

f!

1.5

QI

Cr

Cd

10

O. II

10 35 60

0.4

3.2

ALC

6

1

15

30

IQ

0 Pb

15

2

C

e

Cu

ALC

ALC

ALC

QI

fD

( 0. 05 ALC

15 45 75

0. 05 0. 10

0.30

15&

ALC

15 45 75

= in monster aangetroffen gehalte; L = uitvoerend laboratorium; Voor nadere toelichting, I = interventiewaarde. 1 = tussenwearde;

M

ALC =

Alcontrol

CBB = CBB

Oeventer

c 0

'c

N

Dl Dl

Dl

ft

lf

ll

Dl

0

e

Dl

ID

Dl

ID

ID Dl

0 0 0 fD O

&

0.5

ALC

0. 2

&

ALC

&

0. 2

ALC

(

0 2

ALC

(

0 2

ALC

(

1

ALC

3

&

0. 5

ALC

0. 2

0. 2

0. 2

0. 2

0. 2

15

75

BOO

30

500 1000

35 70

35 70

35 70

S = streefwaarde

fD

ID

Dl fD

0 0 0 'I

m Ql

Dl Dl

0 0 0

I

Dl

Im

$00 Ql ID

&1

0 0 0' 0 Dl 0 0

ID

Ã ID ID

0 0 0 I

IQ

0

0 0 Dl 0 Dl

0

0 0 0' 0 0ll 0

D'

0 NO Dl 0t IQ N Ql 0 m0 0

IO

ID ID

m

Dl

0 mm 0 0 Dl 0 '0 0 ft to IO 0'

IO fa

ID

ID

fa

ID

0 ID Dl

lf

IO

IO

Dl

ID

EOX

0.2

zie bijlsge 5.

fs

0

65 435

150

Dl

O

te

—I I

Dl

8)EX

15

5

ALC

15 45 75

0fs

fl fl

IQ

0

Dl

Dl Dl

Zn

Mi

ALC

0

N

0 '1

het advice aan.

50 ALC

50 325 600

W W IRW Bijlage

3

W W W W lg W W W W W W

Overschrijdingstabel

t

zware metelen

(mg/kg

grondt Identificatie

ds)

PAK(10 van

O ICI OI

7'

ICI

C7

Ol

'C

0

0

fs

ID

I

I/I

Io

00

0

7' fO

ts

O

03

DC

As

Cd

0

0 0 3

77

Cr

CU

s

7C

fs

7C'

0 0 o.

lr

tt

7C

0 0

Ol

Ol

Ol

Ol

0 Ol

CO

OI

00 Oo

ID

Ni

Hg

77 Io

ID

CD

30

ICI

nOl

Ol

6923

(mg/kg

VROM)

OI

ID

0

N ID

0

Ol

OI

ID

CO

Ol

ID

N

N

ts

0 0 fD

ID ID

ID

I

C 0 Ol

Ol

Ol

0 to

0

'0

c0 0 fD

C

cr

Ol fD

Ol

nt zt 'C

n

e0

ts

C

ul

n

0

fs

Zn

PAK

(ag/l)

metalen

Vluchtige

aromatische

verbindingen

Vluchtige

(Ag/l)

gechioreerde

koolwaterstoffen

(ag/l)

EOX

Ol

m m

n

pH

ft5 1S

EC

OI Ol

CD

Ol

ID

ol

O CD

s

7C

0

O

As

ID

0

7I

Cd

Cr

CU

Hg

Pb

N

7C 7C

ID

ID

ID

Ni

0

c

OI OI

0 ID N

0 'clt

ID

'C

I Ol

e

OI

fD

ID

Zn

0 0 0 Ol 0 0 OI

Dt Ol

fs

Ol

fs

0 ID0 Ol

Ol

ID

n

00 00 Cr

30

Ol

Ol

30 0cr

Ol Ol

0 0 0

0 00 I

t

Ol

ol

: Het : : :

gehalte aen daze stof overschrijdt

in het onderzochte

monster

BTEX

de streefwaarde

niet.

fs

0 0'

Ol

0 00 8 Ol Ol

Ol

OI

0 0 0

Cl

C7 OI

Cr Ol Ol

n

00

0 T 0 Ol 0 ID

OI

'I

0

Het gehalte aan daze stof is in het onderzochte monster tussen de streefwaarde en het criterium voor nader onderzoek gemeten. Het gehalte aan deze stof is in het onderzochte monster tussen het criterium voor nader onderzoek en de interventiewaarde gemeten. Het gehalte aan daze stof overschrijdt in het onderzochte monster de interventiewaarde. Voor daze parameters zijn de richtwaarden niet van toepassing. Het gehalte aan daze stof is in het onderzochte monster niet bepaald. Het gehalte van daze groepsparameter overschrijdt de streefwaarde (voor deze parameter zijn geen interventiewaarden opgesteld).

0o. 0 m Itl

0No 5 a 7Nen

Ol

Dl

Ol

0

lt

Ol

Ol fD

ID

n

A

ox

Ol

C

i)I

03

0

OI

cr

0

n

lo

ts

CL

grondwatert Zware

C

0 No 0 77 0 ICI O. a F tfl

0

n

Overschrijdingstabel

g

0aom 0 0 lt Ol

30

0

Ol

Ol

OI

Ot

Itl

0

n

Ol

CI

tl

Ol

N

ds)

OI

0 0

ID

ID

OI

0 Ol0 jr Ol 0

Io

EOX

el

lo

ISW

W

W W W W lg W W W W W W

Bijlage 4: Rapportagegrenzen Grond

en analysemethoden

(G12) Zware metalen

0

(mg/kg

Identificatie

ds)

IO CD

0I

IO

ID

Ol

n 00l

0

lt 0 D Ol

lt' DC

e

0

lr I

O!

m

As

Grav.

m

O

CO

Grav.

Pb

Cu

Ni

ICP

ICP

ICP

FI.

ICP

ICP

ICP

AES

AES

AES

AAS

AES

AES

AES

0

0

0

0

0

0

0

e

s

s

s

K

s

m IU

fl

Ol

ID

O

Ol

ID

0

N

fl

ID

0

Ol

ID ID

Ol

fa

ID

50 n. v.

5

0 O

0

Ol

I fD fD

0 Ol

O!

0 Ol

Ol

OI

Ol

Ol

n

I(.

N

N

00

lt

Ol

Z0 Ol

ID

0 0

K 0 Ol fs

Ia

0

0

0 0 0 vm 0 Dt

Io

D 'C

D

IU

ts

OI

IO

Ol

W 0O.

C

0

IO

'O

ID

e( N

0 N0 C

0

ID

Ol

IO

fl

Ol

e

I

z

lro t Qe 8' fe Ol

IO

Ol Ol

Zn

ICP

IU

Ot Q N n

lr

0. 2

0

IO

lu

AES

s m

Cr

Cd

0. 4

1

0

O

ds) fD

fs

N

0 0

Cl Ol

fD

IOI

OI

fs

0

3

(mg/kg

Ol

I Ol

to

0

verbindingen

ID

Ol

IO

PAR

GC/FID

t.

n. v.

t.

n. v. t.

0.02 GC/NS

0.02 GC/NS

0. 02 GC/MS

0.02 GC/MS

0. 02 GC/MS

0. 02 GC/MS

0. 02 GC/MS

0. 02 GC/MS

0.02

0. 02 GC/MS

GC/NS

0 Z0

s

Ul

GC/MS

0. 10 GC/NS

0

Z

Z CD mu

0. 10

Ol

n0! Ul

N

s

0tl Ol

Z CO mu to

OD

IU Ul

o

Verklari ng (bepaald

in schone matrices)

I

Rspportagegrens Instrumenteel

A

Analysemethode

Grav.

Gravimetrisch Induktief gekoppeld plasma, stomaire emissie spectrometric Flow Injectie atomaire absorptiespectrometrie Geschromatografie met FID-detectie Gaschromatografie met NS-detektie

D

ICP AES FI-AAS GC/FID GC/MS

*

afgeleid van

Versie

5. 0

/ 21-01-1998

ISW

W W Bijlage 4: Grondwater

W W W W lg W W W W W W R et) aT)alySemethC)den

RaPPOrtagegrenZen

(W12) 2uare meta(en

Vluchtige

(Ag/I)

aromatische

verbindingen

Io

Ol Ol

IO

0. EC

pH

I

Kond.

m

m

0'

IO

n

I IO fD fD

Dl

Cd

ICP

Cr

0.8

10

K

Cu

ICP

I CP

AES

AES

AES

0

0

0

K

K

K

m

m

m

M

Pb

0.05

15

2

I CP AES

O

Hg

0 0 CD

I.

lt lt Hi

M

0

U fD

ft

kooiuaterstoffen

O' O

(Ag/I)

l (j. 0

'o

0

Ol

ID Ol

Ol

~

!

fo to

Ol ID

fo

0.2

0. 5

15 ICP

ICP

P8T

P8T

PLT

PIT

AES

AES

AES

GC/MS

GC/NS

GC/NS

0 0

0

0

0

0 C0

0 0 C0

0 C

K

K

AAS

m

K

m

m

M

0'

m

K

Z ID

M

0'

o

fl Ol

fD

0.2

0. 2

ICP

F

lf

C

Ol

03

OI

IO

Ol OI

O

0 0 lr 0 ID 0 Ol

0 0 onm 0 lf

nz

'l

Ol

Ol

0 ZO ID 0 I! fD

Ol

I0' g IZ 0 00 Ol

0 00 Ol Ol

I

0 0 0 0 ID 0 ID

0 0 0 Ol 0

Cl

ID

ID

Ol

0

0

0 0 0 0

0 0 0 0 0 0 fo

fo fD

0

IO

0

3fo 0&

0 me 0 ID 0 0 lrfo K 0 0

to

'

fD

0

Ol

fo

fo IO

'1

g

IO

IO

Zn

15

0' O

N

IO

tr ID

0 0 fo

fo

0 0 3

As

n. v. t. n. v. t.

Pot.

O

C

Ol

IO

D

m

0o'

Kl

gechloreerde

0

ID

00

Vluchtige

I

Cl

IU

(Ag/()

g

Z

O

Ul

ll 0 Kl K

0.2

1.3

0. 5

0.2

0. 2

0. 5

0.5

0. 2

1.0

P&T GC/MS

P&T

PET

P&T

GC/MS

P&T GC/MS

GC/MS

GC/NS

GC/NS

P&T GC/MS

P&T GC/MS

P&T GC/MS

GC/MS

00 llC

0 C ll

0 C '0

0 C '0

0 '0 0 C

0 C0

0 C '0

00 C o

0 C '0

0 C

K

g

Z C

Ol Ol

Z

O

Ul

O

Ul

g O

Z Ul

g O

Z Ul

g

Z

O

In

K

g O

Z Ul

g N

Z Ul

P&T

K

g

Z

N

U M

g

Z

g

Ul M

Z

3.8

0. 2 P&T GC/MS

PLT

PLT

GC/MS

GC/MS

0 0 C0

0 C0

0 C0

K

g

to N

Z

g

Z a: g

Z C Z Ul

n Co

Z

N

Ul M

Co

50

1

GC/MS

Z C mo Z Kl

g

Col

m

GC/FID

0 C0

0K KI Z

nCo

IJI

0

m tn

0'

8

Verklaring: (bepaald

in schone matrices)

I

Rapportagegrens Instrumenteel

A

Anaiysemethode

Pot.

Potentiometrisch

Kond. ICP AES FI-AAS

Konduktometrisch Induktief gekoppeld plasma, atomaire emissie spectrometric Fiou Inject(e atomaire absorptiespectrometrie On-line purge 8, trap, gevolgd door GC/MS

D

P&T GC/MS GC/MS

Gaschromatografie

met MS-detektie

afgeleid van

Versie

5 0 /

21-01-1998

I ~O

~:

Rapport verkennend

I

Landbouw

~o

Milieu g6a te Maes)and

onderaoek Commendeurskade

BIJLAGE

I I

Natuurbeheer

52

VERKLARING VAN GEBRUIKTE TERMEN

De toetsingswaarden voor de gehaltes van de chemische componenten Bodemsanering als volgt gedefinieerd: Circulaire Interventiewaarden

vervangen de referentiewaarden A- waarden uit de Leidraad Bodembescherming. De streefwaarden zijn gebaseerd op onderzoek naar humane en ecotoxologische risico's van stoffen, De streefwaarde komt zodoende bodemverontreinigende overeen met dat gehalte in de bodem waarbij de risico's voor mens en ecosysteem verwaarloosbaar zijn. De streefwaarden geven derhalve het uiteindelijk te bereiken kwaliteitsniveau voor de bodem aan. De streefwaarden zijn gedifferentieerd naar grondsoort, d. w. z. dat voor de berekening van de streefwaarden gecorrigeerd wordt voor het gehalte organische stof en lutum. Voor een aantal stoffen wordt de detectiegrens van de betreffende apparatuur als streefwaarde gebruikt (zie bijlage 3).

De streefwaarden

Streefwaarde:

I

I I I

worden binnen de

Criterium voor nader onderzoek:

De B-waarde uit de Leidraad Bodembescherming is komen te vervallen. De B-waarde wordt vervangen door het criterium voor

Wanneer dit nader onderzoek (streefwaarde + interventiewaarde)/2. criterium in het orienterend of verkennend onderzoek wordt overschreden is in principe een nader onderzoek nodig.

I

De interventiewaarden bodemsanering geven het concentratieniveau voor verontreiniging in grond en grondwater aan waarboven ernstige

Interventiewaarde:

vermindering optreedt van de functionele eigenschappen die de bodem heeft voor mens, plant of dier. Bij gehaltes boven de interventiewaarde is er mogelijk sprake van (een geval van) ernstige verontreiniging. De ruimtelijke schaal is ook nog van belang voor het vaststellen van een geval van ernstige bodemverontreiniging.

t

De eigen termen met betrekking tot het beoordelen van de gehaltes van de chemische zijn als volgt gedefinieerd:

E

componenten

I I l I

licht verhoogd gehalte: matig verhoogd gehalte:

sterk verhoogd gehalte:

gehalte ligt tussen de streefwaarde en het criterium voor nader onderzoek. gehalte ligt tussen het criterium voor nader onderzoek en de interventiewaarde. gehalte overschrijdt de interventiewaarde.

Rapportnr: Gotlandnraat naN4

6

1

p

'laa 111

np

13 7418 A7 m g

Pone pp

P

«1

Telefoon (0570) 62 05 00

807 7400 AV De enter Holland g

4

lg

I

N

N

4

I

la (0570) 62 07 07 g

0

4

4

I

Landbouw

:~ ~

~

u

Nufuurbeheer Milieu

Bijlage

7: Vragenlijst

VOORONDERZOEK

T.B.V. MILIEUKUNDIG

Wij vefmekcn U onderstaande

I

ALGEMEEN

Opdrachl Onze ref Kontaktpersoon Telefoon Telefaz

: 203372 : KWEKERU DE COMMANDEUR B.V. : WESTGAAG 42a

Relatienummer Naam opdrachtgever Adres

woonplaats:

Postcode,

BODEMONDERZOEK

vragenlijst zo kompleet mogelijk in te vullen.

3155 DG MAASLAND

ALGEMENE GEGEVENS ONDERZOEKSLOKATIE (huidig) AdfCS ; Commendeurskadc 36a

: 3155 AD : Naaldwijk : 1994

Postcode en plaals

I

Maasland

Gemeenle Eigenaar sinds Gebruiker Postcode cn pleats Kadaslrale gemeente : Maasland Kadsstfssl 50000 Bestemming Agrarisch Wat voor bebouwing steat er op het perceel (soort bebouwing en oppervlakte van de bebouwingvermelden) I Kassen en can bedrijfsruimte

oppetvhktc: omgeving:

I

:JM : De hear H. Kroes : 06-51520377

: Kwekenj de Commandeur B.V. : Westgsag 42R : 3155 DG Maasland : De hear H. Kroes

Eigenaar Adres Postkode en woonplaats Kontaktpersoon Gebrutker sinds Adres Sectie Bestemmtng

:C nr(s) 2133, 2629 en 2630 : Agransch

ALGEMENE GEGEVENS ONDERZOEKSLOKATIE (verleden) Untek katienummer tienaam

Dossier Lokatiekode Etgenaar Adres Postkode en woonplaars Eigenaar sinds Gebruiker Gebrutker sinds S saic Omschrijvmg bestemming

dtCS

Postcode en pleats Gemeente Telefoonnummer Faznummer Konlaktpersoon ter plaatse Kadastrale gemeente Coordinaten Kadastraal oppervtakte Bestemming Gebruik

nr(s)

TERRE NVERHARDING- ONISLUITINGI Is er terreinverharding

: Zo ja,

aanwezig

- welk oppervlak: 2000 m2 - hoe dik is daze laag: 20 cm

-

: Zo ja, : Zo ja,

Is het lerrein opgespoten Is er ooil grondverzet uilgevoerd

I I

t I I I I I t

- welk materiaak Baton wat voor materiaal onder verhardmg:

Is er grond of ender materiaal voor ophoging gebruikt

: Zo ja,

Is er open water aanwezig

: Zo ja,

2ijn er in het verleden sloten of vijvers gedempt

: Zo ja,

Bevinden ztch obstakels in de bodem zoals puin, oude funderingen, rioleringen e.d. ? Waar (s.v. p. op Iekening aangeven)

Zend

- wannecr - wat voor: - wanneer: - welk malenaak - wsnneer: - wat voor open water: - welk oppervlak: - waarmee: - wanneer:

oude

OMGEVINGI

: AgfRIISCh

Wat is het gebrurk van de omgeving 2iJn er bedrijven in de omgeving gevcsligd (geweest)

.

Zoja, - soortbedrijf: - afsland tot lokatie

aangcven

Zijn er gegevens bekend over bodentonderzoek op nabij gelegen lerreinen (ligging ondeffocht Ierrein + resultaten onderzoek vermelden)

: Zo ja, - welke:

Zijn er andere gegevens bekend omtrcnt bodemverontreimging in de omgeving Ligt de lokstte in (of dichtbij) een beschermd gebied, zoals stittegebted, bodembeschermingsgebiede. d.

: Zo ja,

- soon gebied: - afstand tot gebicd:

KABELS, LEIDINGEN, RIOLERING:

of riolering

Bevinden zich kabels, leidingen Bevinden zich dnunage

of remrculatieleidingen

Zo Ja, - wat voor soort. - s.v. p. hggmg aangeven op stluaheschels Zo ja, - wat voor soort: - s v 9 Jigging aangeven op situauescheu

in de bodem in

dc bodem

Is het perceel aangesloten op de riolering Zo niet hoe is de afvoer van afvalwatcr dan geregeld Is de capaciteit van de riolering voldoende Bevinden zich hoogspanningskabelsof -masten op de lokatie

HISIORIE: Kunt U hieronder in hct kort hei gebruik van het terrain tn het verleden omschrijven: - van 1900 tol 1979 Agrarisch - farl tot Wanneer is de lokatie voor het carat bebouwd Hebben htema nog bouwwerkzaamhedenplaatsgevonden

- van 1979 tot 1998 Glastuinbouw - van tot : & 1979 : Zo ja, - wanneer: - wat voor werkzaamhedcn:

Hebben rich in het verleden calamitei ten voorgedaan waardoor de bodem op de lokatie veronteinigd kan zijn

Zo JS, - WRIIIICCI: - wat voor calamiteit:

Wie rijn dc vonge gebruikers van het Ierrein geweesk - van 1900 tot - vatt Iol

ASN A

w

3

1331SISSS '

f

3

t,

van van

Gott. Ndstrsst 13. 7418 AZ Postt» tcclS'ISI Of, NN ml

t,

3,

807, 74CO AV D enter, I.tollz d 3

3

I'

tot

tot l«foo

(0570) 620500. Fr (0570) 620707

I ~4

Landbauw

~ :oe

Nafuurbeheer

~

n

Milieu

BODEMONDERZOEK EN -VERONTREIMGING Is er carder bodemonderzoek op de lokatie verricht

. Zo ja, - aanleiding

onderzoek: - resultaten onderzoek : Zoja, waarom:

- datum uitvoering

Is er sanleiding een vemntreming van grond en/of grondwater te verwachten Hebben zich in het verleden calamiteiten als brand, lekkagc, tanks, instortingen e.d. voorgedaan zijn er mogelijk veronlreinigde bouwmaterialen gebruikl Is er asbest op de lokatie aanwezig berrekktng Zijn er gegevens bekend omtrent bodemsancringsskttvtteitendie hebben op de lokalie Bevinden zich op het rerrein olietanks, of zijn dezc er in het verleden geweest

: Zo ja, : Zola, .

wat voor calamiteit: welke

Zoja, waar. Zo ja, graag spemficeren: Zo ja, aangeven op siiuatietekening

BEDRIJPSMATIGE AKTIVITEITEN:

Vinden er op de lokatrc bedri/fsmatige akliviletten pleats : zo ja, specificeren: Glasluinbouw. Hebben er in het verleden bedrijfsmstige aktiviteiien plsatsgevonden : Zo jx, welke. Agrarisch. Indian U beide bovenslaande vragen met nee hebt beantwoord, kunt U verder gaan met het hoofdstuk "Bodem en Bodembouwk

ALGEMEEN:

: Agrarische : Het kweken van : 0123 : 1994 : Glastuinbouw

Wal is de sard van het bedrijf Kone omschrijving van werkzaamheden Wat is de SBI-code van de hoofdaktiviteit Wat is de vestigingsdatum van Uw bedrijf op daze lokatie Wat was het gebrutk van de lokatie daarvoor at is de afstand tot de dichtsbijzijnde niet bedrtjfswoning vindt zich gevoelige bebouwing in de direkte omgeving (scholen, ziekenhuizen, aardentehuizene. d. ) Is het bedrijf in het bezit van een NEN/ISO-certificaat uit de 9000-aerie

:

potplanten

(inm. )

: Zo ja, : Zo ja,

welke: wat is het clienlnummer:

VERGUNNINGEN:

I I I I

Welke vergunnmgen/verordemngen/AMvB'szijn voor Uw bedri/f van toepassing x Milieuvergunning Zo ja, jasr afgifle (v. m. Hinderwet) x Afvalstoffenvergunning Zo ja, jaar afgifte x wet luchl veronueiniging Zo ja, jaar afgifte x Lozingsvergunning Zo ja, jsar afgifte x Gemeentelijke Lozingsverordening Zo ja, jaar afgifle Zijn al Uw bednjfsaktivtteiten door vcrgunningen of AMvB gedekt

x Vemrderung Waterwingebted x Besluit Opslag Ondergrondse Tanks (BOOT) x Bednjfstak-specifiekeAMvB. Zo ja, welke x Zone-plichug

terrein

(Wet Gcluidshinder)

MILIEUKRITISCHE LOKATIES/AKTIVITEITEN: Welke van de volgende milieukritische x Opslag m ondergrondsetanks, - inhoud: - datum laatsle inspectierapport: - indian verwijderd, verwijderd in: gapstag in bovengrondsetanks - inhoud: - datum lasule inspectierapport: - indian verwijderd, verwijderd in: x Onderhoudswerkplaatsen.

lokaties zijn op het terrain aanwezig

c.fl.

welke mdieukritische

vinden er op de lokatie pleats:

aktiviteiten

: Zo ja, - welke

stot:

: Zo ja, - welke

slof: HBO

- aantak

- aantab

I

: Zo/a, - asntal

- oppervhkte:

x/Opstag

: Zola, - aantak

chemicalien.

: Zo is,

x Opslag afval/restprodukten.

2

- welke stoffen: Mestsloffen en bestrijdingsmiddelen - aantal - welke stoffem

BODEM EN BODEMOPBOUW: Wat is de grondsoort op de lokatie Hoe diep bevindt hei grondwater zich ongeveer Ligt de lokatie in de buurt van open water zo ja, wat voor soort oppervlaktewaterbetrefl het Ligt de lokatie in een grondwaterbeschermingsgebied Zo nee, ligt de lokatie in de buurt van een grondwalerbeschermingsgebeid

. Klei

. 80cm : Zo

ja, op

welke afstand

: Nee

: Zoja,

op welkeafstand:

AANTAL BORINGEN, MONSTERS EN MENGMONSTERS (ruet in tc vul lan door opdrachtgever) conform N. V. N. 5740 aantal boringen

oppervL lokatie ha.

/&000

aanlal te nemen monsters

tot0. 5 m,

0/ 3

Aldus near waarheid

waarvan: tol 2 m. uhgevoei'd 0/

I

waarvan: uitgevoerd met peilbuis

0/

0-0.5 m. 0/

3

grondwater

0-0.5 m.

0.5-2 m. 0/ 3

0/

I

0/

0.5-2m

I

0/ I

Datum;

opdrachtgever:

Handtekemng

Gctliodstrsst

13. 7418 AZ

Postb r 807 7400 AV Dc cuter Holland

opdrachmemer:

Tele/ccn (0570) 62 05

(meng)monsters

grond

grondwater

ingevuld:

Datum: Handtekening

1

grorid

aantal te onderzoeken

DD

Fax (057D) 62 07

07

r4

0

r4

4!

I LICk bk

.

-'LL'IIg

l.

-2.0

4

i

4

'4

04

LLILZLi%fg 'li~PI

64

50

Ioe

os oo

~-317il;i' 4

—,

k

0'

.

-~

Hoe

420 625

~

Iil"

-22

m-h, n

-.

qpp

~

I

D

7J

I d~-

0

4

28

=i4

9

8

k~k

p

A

e r

''

pe

w&b&

Ikr

ill

5

L

I'

M asl and orP+

+I 60 '

~'

/

~-I 9.

+~ jopg

0 /

6

6

46

LIe

14464

F01 'q

PI 0

4

I.eo

2

ood

LEGENDA

COMMENDEUR B.V.

Lokatie boring

4 Lokatie

peilbuis

verkennend

onderzoek

Lokatie Commendeurskade'

36a

te Maasland

'

Schaa~: 000

uattctekening

CBB-Beventer

—Breda-

ar

Londbouw. Notuurbeheer. Milieu. Kwekerij De Commandeur. T.a.v. de heer H. Kroes Westgaag 42a 3155 DG MAASLAND. Tel:

Recommend Documents