Lesbrief bij de voorstelling :
Over de Kook!
Van
Iwan Dam
Inhoud Wie deed wat
3
Vooraf
4
Flyer
5
Het verhaal
6
De voorbereiding
7
Praat – opdracht
8
Spel – opdracht
9
Doe – opdracht
10
Taal – opdracht
12
Proef – opdracht
13
Kook – opdracht
15
Recepten
vanaf blz.
15
Wie deed wat: Idee – tekst - spel
:
Iwan Dam
Sparringspartner en spelcoach
:
Bart Feikens
Tekening Affiche
:
Barbera de Bruijn
Eind Bewerking
:
Frank Gunning
Algemene ondersteuning
:
Toos Booij
Samenstelling lesbrief
:
Iwan Dam Petra Smale Lout Snelten
Boekingen: Iwan Dam Kijkduinstraat 33-3 hoog 1055 XR Amsterdam 020-6850417 06-24247272
[email protected] www.iwandam.nl
Vooraf Binnenkort zult u met uw leerlingen komen kijken naar de voorstelling “Over de Kook!” In deze voorstelling vertel ik een verhaal, zing ik een paar liedjes terwijl ik tijdens dit alles aan het koken ben. Een paar keer zal ik de kinderen vragen mee te doen in het verhaal. Meespelen, proeven en het helpen bereiden van een toetje Om de voorstelling voor u en de kinderen nog toegankelijker te maken en vooral om zoveel mogelijk deze ervaring te benutten heb ik een lesbrief gemaakt. Ik hoop dat dit helpt de leerlingen voor te bereiden en het geeft u als lezer wellicht richtlijnen om daarna mee aan de slag te kunnen. Zie het als een box met ideeën die je kunt gebruiken en waardoor je je kunt laten inspireren. Ook geef ik u suggesties om met de leerlingen te reflecteren en na te praten over de voorstelling. Natuurlijk vind ik het leuk om dingen terug te horen. Dat kan na de voorstelling maar ook per mail in de weken erna. Wellicht heeft u leuke tips voor andere leerkrachten en theatermakers. Ik zou het fijn vinden als u die opstuurt. Ik ben van plan deze lesbrief up-to-date te houden en alle suggesties zal ik zeker gebruiken. Maar vooralsnog wil ik u natuurlijk eerst heel veel plezier wensen met de voorbereiding en het bezoeken van mijn voorstelling. Over de kook! Met vriendelijke groeten Iwan Dam
De Flyer:
Op reis komt Iwan Milou tegen en hij is meteen verliefd. Ze raken al snel met elkaar in gesprek maar wat vindt zij nou echt van hem? Terwijl Iwan (met hulp van kinderen in de zaal) live op het toneel mooie gerechten klaarmaakt, vertelt hij hun meeslepende liefdesgeschiedenis. Gang na gang - ontmoeting na ontmoeting De geur en ingrediënten creëren een wereld van romantiek, tragiek en verlangen. Van de Oranje voetbalkoorts tot vlinders in je buik in de sneeuw. Maar zal Iwan Milou weten te overtuigen met zijn kookkunsten?
Het verhaal De voorstelling gaat over Iwan. Hij mag niet meer koken van zijn vriendin. Hij moet kiezen. Of koken of liefde. Wat zou jij doen? En dat koken daar houdt hij zo van. Als hij niet meer zou kunnen koken dan zou hij net zo goed niet hoeven te bestaan. Althans dat zegt hij zelf. En hij kan het ook best goed. Volgens Iwan kan hij zo goed koken dat als hij iets gemaakt heeft en je proeft het… dan wil je nooit meer bij hem weg. Het begin; Op vakantie in Thailand ziet Iwan, zomaar op een markt, Milou. Het mooiste meisje dat hij ooit heeft gezien. Zij ziet hem helemaal niet zitten totdat ze de volgende dag toevallig in dezelfde bus zitten. Ze raken met elkaar in gesprek. Heel toevallig komen ze allebei uit Nederland en het blijkt dat ze ook nog naar dezelfde plek gaan. Een resort in de Jungle. (weet jij wat een resort is?) Meisjes; Iwan kan dus best wel goed koken maar hij doet er ook heel erg stoer over. (Om indruk te maken. Vooral op de meisjes.) Wat niet zo goed lukt maar dat komt volgens Iwan omdat meisjes ook vaak andere dingen aan hun hoofd hebben. Kleren enzo. Dan kun je je nog zo uitsloven. Ze zien gewoon niet goed hoe je je best doet voor hen. Zo ook in dit verhaal. Waarom begrijpt Milou nou niet dat Iwan zo z’n best doet voor haar? Jongens; In eerste instantie vindt Milou al dat koken van Iwan best wel tof. Maar hij is er wel ALTIJD mee bezig. En dan is het alsof hij haar niet meer ziet. Want heeft hij wel gezien dat Milou van dansen houdt en niet zo van voetbal? Dat is wel vaker bij jongens. Die zijn zo druk bezig met stoer doen dat ze vergeten dat er ook meisjes zijn op deze wereld. Daarbij heeft Iwan ook nooit gewoon gezegd wat hij nou van Milou vindt. En als hij dat niet zegt... Hoe kan zij dat dan weten? …. Aan de andere kant…. Het laatste wat Milou wil is dat iedereen weet dat zij misschien wel verliefd op hem is. Verliefd; Nog voordat Iwan de naam van Milou weet is hij al verliefd op haar. En Milou doet ook al meteen heel aardig tegen hem. Maar wil dat ook zeggen dat zij hem ook leuk vindt? Dat lijkt al snel van wel want ze gaan zoenen. En dan gebeurt er iets dat Iwan weer heel erg verwart. Even later wil Milou aan vrienden niet laten merken dat hij haar vriend is. Ze doet net alsof Iwan niet bestaat. Aan de andere kant… die keer in het park. In de winter. Helemaal wit van de sneeuw. Toen was het toch echt aan. Toch? Of die keer dat er voetbal was. Belachelijk in het oranje gekleed doet Iwan de deur open. En wie staat daar? Juist Milou. (Gelukkig staat een rode kop mooi bij die rare oranje kleren) Uiteindelijk zien Iwan en Milou elkaar best vaak. Het lijkt alsof ze echt een stel zijn. Heel romantisch. Totdat het toch mis gaat. Als een kaartenhuis valt het sprookje in elkaar. Achteraf is het, zoals wel vaker bij ruzies, moeilijk te zeggen wie z’n schuld het nou eigenlijk was. Beiden zitten er best mee. Gelukkig sturen ze elkaar nog wel zo nu en dan een sms-je. En dan maakt Milou opeens bekend dat ze langs komt. Ze wil langs komen om te eten. Voor het eerst zal ze het eten proeven wat Iwan gemaakt heeft. En als het waar is wat hij zegt… Dan zal ze nooit meer weg gaan.
De voorbereiding Binnenkort gaat u met de klas naar een theatervoorstelling.
Zijn jullie eerder samen naar het theater geweest? Welke leerlingen hebben zelf ooit iets op toneel gezien? Of misschien zelfs toneel gespeeld? Kunnen ze daar iets over vertellen? (of wat is ze bij gebleven) Waar ging de voorstelling over? Waar denk je dat deze voorstelling over gaat? Wat voor soort voorstelling was het (toneel, theater met poppen, musical enz)? Hoe zag het decor (toneelbeeld) eruit? Wat is het verschil tussen toneel en TV? Als iemand op toneel gaat zingen. Moet het dan net zo mooi zijn als bij The voice…? Hoe moet je je gedragen in het theater? Als jij een voorstelling over en met koken moest maken hoe zou dat er dan uitzien? (hoe ziet het decor er dan uit, zou je alleen gaan koken of ook vertellen?)
Na het zien van de voorstelling kan hier wellicht op teruggekomen worden. Want natuurlijk moet er over de voorstelling in de klas nog worden nagepraat. Eventueel kunnen een aantal van de vragen verwerkt worden in een teken, knutsel of spelopdracht. Om de kinderen goed voor te bereiden op de voorstelling is het wenselijk om onderwerpen van de voorstelling besproken te hebben. a) b) c) d) e) f)
Liefde, verliefd worden en zoenen Koken en eten Genegeerd worden Reizen Verschil tussen jongens en meisjes Hoe gedraag je je in het theater
Vragen die je na de voorstelling kunt stellen zijn: 1. 2. 3. 4.
Wie begrijp jij beter. De jongen (Iwan) of het meisje (Milou) Hoe wilde Iwan indruk maken op Milou. (hoe zou jij dat doen) Wat zou jij willen dat iemand voor je zou koken? Wat vond je van de afloop van het verhaal. Denk je dat het goed komt?
Praat-opdracht: filosoferen over Liefde en verliefdheid. Een theatervoorstelling leent zich heel goed om met kinderen over thema’s te praten die normaal niet zo snel aan de orde komen. Door een open gesprek te hebben aan de hand van de voorstelling kunt u met de kinderen filosoferen over bepaalde zaken. Filosoferen is nadenken, reflecteren en discussiëren over datgene wat als vanzelfsprekend wordt ervaren. Dus samen (met bv de leraar als gespreksleider) op een gestructureerde wijze nadenken en praten over vragen, dingen en/of zaken. Het grote verschil met lesgeven, is dat filosoferen een activiteit is mét kinderen, in plaats van een les vóór kinderen.
De sprekers (de kinderen) krijgen de tijd en de ruimte om primaire denkbeelden over verschillende thema’s uit te spreken, die ze anders nooit of te weinig krijgen. Tip: Vraag iemand anders om gespreksleider te zijn. Het is leuk om als leraar mee te doen aan het gesprek en dus gelijkwaardig mee te praten.
Algemene tips voor de gespreksleider • Let er op dat het gesprek niet oppervlakkig wordt. Grijp in als je merkt dat het gesprek zich niet verder ontwikkelt of stroef verloopt. Dat doe je door het gesprek voorzichtig te sturen naar het onderwerp waar je naar toe wilt. Dit kan soms lastig zijn, omdat je eigenlijk wilt dat de kinderen er zelf over beginnen en over nadenken. Probeer in zo’n geval een situatie te schetsen waar het thema of onderwerp in voorkomt en stel daar open vragen over. • Het is altijd zoeken naar een balans tussen structuur en openheid in een gesprek. Geef het even de tijd. Waarschijnlijk zal dit tijdens het gesprek steeds beter worden. Zorg ervoor dat iedereen aan het woord komt. • Een goede gespreksleider is vooral een goede luisteraar. Dit kun je benadrukken door bv een opmerking te herhalen of op te schrijven. Doe dit consequent, zodat je het overzicht behoudt.
Thema’s om over te praten:
In welke landen ben jij geweest. Hoe zag het er daar uit? Wat deden ze daar anders dan thuis. Wat betekent; over de kook zijn? Wanneer ben jij over de kook? Hoe laat jij weten dat je verliefd bent. Als de andere niet ziet wat jij bedoelt. Wat zou je dan kunnen doen om voor elkaar te krijgen wat jij wilt. Ben jij wel eens genegeerd (dat vrienden je bewust niet zagen staan)? Hoe voelde dat? Wat betekent houden van voor jou?
De zoektocht Het belangrijkste bij een goed gesprek is dat de gespreksleider gedurende de hele conversatie vooral goed luistert. Als gespreksleider moet je niet uit zijn op een bepaald antwoord, geen enkel antwoord is goed of fout. Juist de zoektocht naar de antwoorden is waar het om gaat en wat het ook interessant maakt.
Spel-opdracht In deze voorstelling speelt de verteller soms twee personages. O.a. zichzelf (Iwan) en Milou. Nu is het aan de kinderen om twee personages te spelen. Toneelspelen. Vertel een verhaal tussen jezelf en een ander (bv je moeder) Als die ander wat zegt moet je die ander spelen. Dus niet … Ik ging naar het zwembad en toen bleek dat ik mijn zwembroek was vergeten. Maar ik mocht er een lenen van de badmeesterMaar…. KIND:
Ik ging naar het zwembad. Toen kwam de badmeester naar me toe.
BADMEESTER: Schiet nou eens op. KIND:
Meneer zei ik…. Ik ben bang dat ik niet kan zwemmen.
BADMEESTER: Nee natuurlijk niet daarom kom je ook op zwemles. nou schiet op. KIND:
Ik bedoel … ik ben mijn zwembroek vergeten.
BADMEESTER: Oh… nou dat is toch niet erg joh… hier heb jij er een van mij. Zo ontstaat er een klein toneelstukje. Nb. Een verhaal hoeft niet echt gebeurd te zijn of echt te kunnen gebeuren. Dit is best moeilijk om dit zo te verzinnen. En sommige kinderen vinden het eng om zich in een ander in te leven. De les: Om beurten vertelt iemand een kleine gebeurtenis. (bv. Over wat er afgelopen weekend gebeurd is) Uit ieder verhaaltje haalt de leraar een kleine gebeurtenis tussen twee mensen. (zoals hierboven beschreven) Of verzint een verhaal dat er vanaf geleid is. (natuurlijk mogen de kinderen dat ook doen) Laat de kinderen een klein scriptje hierover schrijven van vijf tot tien zinnen. Dan wordt aan de kinderen gevraagd om samen met een klasgenootje deze gebeurtenis -dit scriptje- te spelen. Des te theatraler er gespeeld word des te beter het is. Het mag helemaal uit de context getrokken worden. Nu is het verhaal met twee personen gespeeld. Kan dat ook in je eentje? Om beurten probeert iedereen zijn verhaal uit te spelen. Beiden rollen worden nu door 1 persoon gespeeld. Dan moet de speler steeds schakelen (zo heet dat in de toneelwereld) tussen de ene rol en de ander. En als je dat goed kunt ben je pas echt een goede toneelspeler. Extra: De kinderen mogen een verhaal van iemand anders spelen.
Doe-opdracht In de voorstelling wordt met heel veel verschillende middelen het verhaal verteld. Soms beelden kookhandelingen of ingrediënten het verhaal uit of voegen iets toe aan het verhaal. Kunnen jullie wat middelen noemen uit de voorstelling? (antwoord; oa het malen van de kruiden als busreis, het sneeuwen en hagelen door kruiden te laten vallen, het kraken van de crackers als haardvuur en sneeuw onder je voeten. Maar ook het stadion dat van spanning uit elkaar spat door de popcorn dat uit de pan popt) Zouden jullie dat ook kunnen? Natuurlijk kan dat. Spelen met ingrediënten Laat de kinderen individueel een klein verhaaltje van één zin verzinnen. bijvoorbeeld
Een sneeuwpop stond in de tuin en toen ging het dooien In de herfst verloor de boom alle bladeren Toen oma bij ons op visite was liet ze steeds windjes De hond van de buren beet in de kuit van mijn vader
Variatie: samen verzinnen. Ga in een kring zitten. De leraar roept een persoon of ding en om beurten vertellen de kinderen wat er mee kan gebeuren. (het kan steeds gekker en fantasievoller) Laat daarna de kinderen zelf een personage verzinnen wat de rest van de klas mag aanvullen. Schrijf de leukste zinnen op het bord. Zoeken naar materiaal Nu moet er gezocht worden naar iets waarmee je dit verhaaltje kan vertellen. Dit kan alles zijn. Van een eenvoudige potlood en een puntenslijper tot een grote zak met herfstbladeren. Laat de kinderen thuis of in de klas opzoek gaan naar dingen waarmee je dit mini verhaaltje mee kan vertellen. Uitvoering Iedereen laat voor de klas zijn vondsten zien. Het mooiste is als je een handeling doet die heel normaal is maar nu met het nieuwe verhaal erbij opeens ook iets anders vertelt. bv. zin: De hond beet in de staart van de kat met een vorkje wordt er in een taartje geprikt misschien kunnen sommige verhalen aan elkaar geplakt worden? Variatie: Neem eerst een alledaagse handeling en bekijk wat dat nog meer kan vertellen. Bv: zin:
Het vegen van de vloer Het knippen in papier Een kopje in het sop van de afwas Water geven van plantjes De jongen plaste tegen een boom.
Site Neem de leukste vondsten op en stuur ze naar
[email protected] Wij zetten ze dan op de site van de voorstelling.
De massage Pizza Dit is een fysieke oefening . Bedoeld om kinderen te leren wennen om positief lichamelijk contact te maken. De leerlingen moeten duo's vormen. Het tweetal gaat achter elkaar staan. De achterste leerling is “de pizzabakker”. De voorste leerling hangt ontspannen voorover en is “het werkblad”. De leerkracht begeleidt deze opdracht. De kinderen voeren uit. (De pizzabakker gaat de ander masseren dus het gaat om zachte handelingen) 1.
2. 3. 4.
5.
We gaan een pizza bakken. De persoon achter is de pizza bakker. De pizzabakker strooit deeg op de rug van de ander. Dit zijn lichte (wapperende) bewegingen op de rug. Er gaat een beetje water bij. (handen strijken over de rug) Het is nu tijd voor vijf eieren. (op vijf plaatsen op de rug word zachtjes met de vingers op de rug uitgespreid zodat het voelt alsof er een ei op word gebroken) Nu is het tijd om het geheel te roeren en kneden. Roeren is met je vingers draaiende bewegingen over de rug maken. Deeg kneden is zachtjes met lichte kracht in de rug 'knijpen' Het deeg moet uitgerold worden en plat gemaakt worden. (met de platte hand draaiende bewegingen en daarna zacht kloppen)
Natuurlijk kun je deze massage aanvullen met alle ingrediënten die op de pizza kunnen
tomatensaus (vanuit het midden een spiraal wrijvend naar buiten) Champignons hakken (Kloppen met de muis van je hand) Ham (rondjes tekenen op de rug) Uienringen (kleinere rondjes) Kaas (tikken op de rug) Etc.
De Taal-opdracht De voorstelling heet Over de kook! Maar wat betekent dat eigenlijk? Er wordt wel eens gezegd … iemand is over de kook … en daarmee bedoel je dat deze persoon van streek is. Zich niet goed voelt, ontstemd en verward is. Dat is een gezegde. Hoewel …. Dat gezegde klopt niet. De uitdrukking is eigenlijk van de kook raken (of zijn). Het is wel een uitdrukking die uit de keuken komt. Een gerecht dat moet koken en niet meer kookt noemt men van de kook. (dus de soep die niet meer kookt is van de kook) Spreekwoorden a) b) c) d) e)
f)
Welke spreekwoorden en gezegdes kennen de kinderen? Wat denk je dat deze spreekwoorden betekenen? Wat betekent het echt. Kun je zelf ook een paar uitdrukkingen bedenken? Welke spreekwoorden of uitdrukkingen kennen jullie over koken en eten? Bijv: Het neusje van de zalm Boter bij de vis Daar lusten de honden geen brood van De kers op de taart De soep wordt nooit zo heet gegeten als die wordt opgediend Door de zure appel heen bijten. Een koekje van eigen deeg Kun je van bestaande spreekwoorden nieuwe bedenken. Bijv. Hij heeft de klok wel horen luiden maar weet niet waar de klepel hangt. Wordt -> Hij heeft de kok horen fluiten maar weet niet waar de lepel hangt (zie http://www.paarsekrokodillentranen.nl voor meer eigentijdse spreekwoorden)
Woordgrap Over de kook is dus niet echt een uitdrukking. We bedoelen eigenlijk. Iwan kookt over van iets. (liefde en later in de voorstelling een beetje boosheid) Maar hij kookt in de voorstelling ook letterlijk. En het verhaal gaat mede over koken. Dus in de titel komt dit allemaal terug. Dit noemen we een woordspeling of woordgrap. Je zegt een ding en in dat woord zitten twee gedachten Dat ken je vast wel van raadseltjes; Het is wit en rijd heel hard? Het is groen en het is heel schattig? Het is wit en explodeert? Het is groen en het zit achterop de auto?
Vroemkool Broccolief Witplof Spruitlaat
Maar je kunt het ook in een zin zeggen : Mijn hond zit voor de TV en is dol op quizspellen Toen de juf Mozart liet horen, werd de helft van de klas ziek Laatst was ik mijn kaarsen kwijt, ze waren uitgegaan Draadloos piano spelen met Wifi Snoerjadi Opdracht: Bedenk zelf een woordgrap. Zijn er woorden die twee betekenissen hebben of kunnen hebben? (bv hondenweer, weekdier) Of woorden die je in tweeën kunt breken in twee losse woorden. (bv sneltrein-vaart, jong-leren). Of gemaakte woorden (bv Vroemkool ed.) Probeer deze worden (of zin) te gebruiken in een andere betekenis. (bijv. Het ruimtepak van Andre Kuipers is gescheurd. Het is helemaal naar de maan…) De leukste woordgrappen gaan we op de site zetten. Dus het zou heel leuk zijn als je die opstuurt.
De proef-opdracht De voorstelling gaat natuurlijk heel erg over lekker eten en vooral proeven. Wat lusten de kinderen. Wanneer is iets lekker en waarom? Het is belangrijk dat kinderen alle verschillende smaken leren kennen. Alles een keer proberen en zo een bewustwording krijgen van smaken. In deze les is het de bedoeling om zoveel mogelijk dingen te gaan proeven. Rare dingen, gekke dingen. Het gaat er niet om of iets lekker is of niet. Maar hoe het smaakt? Wat proef je? Waarom is iets lekker? Waarom wil je iets uitspugen? Naast de opdrachten die ik hier geef, gevende de site van het Voedingscentrum en de Smaaklessen van Pierre Wind heel veel goede informatie en leuke tips. Voor meer ideeën over smaaklessen kijk naar http://www.smaaklessen.nl Op deze site wordt per groep uitgebreid aandacht besteed aan materiaal en opdrachten aangeboden over eten en proeven. Wat durf jij te eten? We houden een speurtocht met eten. Door de ruimte worden allemaal verschillende borden gezet met een nummer erbij. Op ieder bord ligt iets dat je kunt eten. Iets dat je proeven moet. De kinderen krijgen een papier met daarop deze nummers. Zij moeten de nummers afgaan en de ingrediënten proeven. Daarbij schrijven ze op het papier:
Wat is het? (wat denk je dat het is) Wat proef je? (is het zout, bitter, zoet… een combinatie van deze) Wat voor textuur heeft het Hoe vind je het smaken en waarom is het vies of lekker. Waar doet het je aan denken. Waar zou het lekker bij zijn?
Als je geproefd hebt en er wat over geschreven hebt mag je verder. Anders moet je bij dat nummer blijven. (Als de ingrediënten erg extreem zijn mag je twee gerechten overslaan als je het echt niet durft (of mag)) Wie redt het tot het eind? De winnaar krijgt iets heel lekkers. Voorbereiding De grootste kunst voor de leerkracht is om alle ingrediënten te vinden en/of maken. Ik heb hier een paar redelijk makkelijke smaaksensaties verzameld waarvan ik vermoed dat dit niet al te moeilijk is. Als er geen fornuis op de kookplek is is het wellicht ergens ander voor te bereiden en mee te nemen. Anders moet er gezocht worden naar andere ingrediënten. Het gaat om het proeven, niet om het eten. Dus een klein beetje is vaak al genoeg. De ingrediënten Hieronder is een lijst met ideeën maar eigenlijk kun je alle soorten ingrediënten gebruiken. Als ze maar verschillende en het liefst uitgesproken smaken hebben. Probeer ook te zoeken naar verschillende kleuren en texturen. 10 tot 12 verschillende sensaties is genoeg. Probeer de smaken steeds gekker en of moeilijker te maken.
Proef ideeën:
(Gekleurde) Schuimpjes Gekleurde chocolade Fruit Gedroogd fruit Gepekeld of gezuurd fruit Gekleurde kokos in gezoete sap (te koop bij de toko) (Witte) Chocoladepasta met wasabi Hartige taart (of hartige pop cakes) Witlof (rauw) Witlof (gekarameliseerd) = gebakken met een beetje suiker “Onbekende” Groenten (pastinaak, aardpeer ed.) Zure en zoute haring Stukjes vlees Orgaanvlees zoals lever, niertjes, hart. Kruiden met verschillende smaken (o.a. basilicum, munt, dragon) Emping (kroepoek met erg bittere nasmaak) Tuinkers en andere kiemplantjes met smaken (cress) Bloemen die je kunt eten (zoals gesuikerde rozenblaadjes, begonia, madeliefjes, bernagie (komkommerkruid), jasmijn en vloerbloesem)
Tip: kweek je eigen kruiden en eetbare bloemen. Kruiden en tuinkers kun je in de klas kweken. Verschillende zaden en bonen kun je laten kiemen. (In tuincentra e.d. zijn zakjes te koop met verschillende smakelijke kiemzaden) Blind proeven Ieder kind moet geblinddoekt raden wat ze eten. Om beurt krijgen ze een blinddoek voor en krijgen verschillende dingen te eten of drinken. Neem hiervoor normale ingrediënten als: Banaan Appel Cola of 7 up Aardappel Zout Suiker Brood Cake
En/of ingrediënten met steeds een ander mondgevoel; Chips Koekjes Perzik Rijstwafel Gekookte ui Brood dat ergens in gedoopt is vla
Eten met je ogen. Onze ogen houden ons voor de gek. Of is het juist andersom. Geef eten en drinken een andere kleur door kleurstof toe te voegen. Kook groenten in verschillende kleuren. Ze zullen de zelfde smaak houden maar onze beleving is totaal anders. Wie durft rode aardappelen te eten? Smaakt karnemelk met een roze kleur anders dan die zonder kleur? Kleurstof is onder andere te koop bij toko’s en reform zaken. Variatie: Neem een beker en vul deze met een klein laagje chocolade vla. Vul de rest van de beker met vanille vla. Steek een rietje in de vla en laat de kinderen van onderen de vla opzuigen. Ze zien vanille maar proeven chocolade. Klopt dit?....
Kook-opdracht Zelf koken Na het zien van de voorstelling is het natuurlijk leuk om zelf te gaan koken. Hier onder staan een paar recepten die je met de klas zou kunnen maken. En als het kan ook daarna samen opeten. Voordat er gekookt wordt moeten de handen gewassen worden. Eventueel een schort om gedaan worden. Als je lange haren hebt dan moet die in een staart of vlecht. Spullen klaargezet en eventueel al eten voorgesneden (de mise en place). Houd alvast rekening met de afwas. Dus je kunt tussendoor al veel afwassen en opruimen. En alles netjes klaarzetten voor de afwas.
De recepten. De recepten van de voorstelling zijn te vinden op de site en te bestellen als kookboekje. Voor deze lesbrief heb ik gezocht naar recepten waar geen fornuis voor nodig is. Ik heb veel gehad aan de kookboeken Lekker opscheppen! van Karin Luiten, De kinderkeuken van Ikea en Geknipt voor de keuken (knutselkookboek) van Fiona Rempt. Natuurlijk zijn er genoeg andere recepten te vinden in de vele (kinder)-kook-boeken die er zijn. Tortillawrap Lunchgerecht Per person
1 tortilla wrap 1 1/2 el cocktailsaus of mayonaise 3 el geraspte kaas 2 a 3 plakjes kipfilet (broodbeleg)
Verwarm de tortilla 20 seconden op vol vermogen in de magnetron (ca 750 watt) of leg de tortilla in een koekenpan en verwarm deze tot hij soepel is. Spreid de tortilla uit op een bord en bestrijk hem met de cocktailsaus. Strooi de geraspte kaas erover en leg de
2 a 3 blaadjes sla 3 el geraspte wortel (of snijd zelf stukjes wortel in kleine reepjes)
plakjes kipfilet en de sla erop. (Let erop dat de rand vrij blijft) Schep de geraspte wortel er in een reep op. Rol de tortilla stevig op. Snijd de wrap schuin door en vouw om de uiteinden een servevetje om de wrap zo uit je hand te kunnen eten.
Drie kleuren saladetaartje Voorgerecht Per salade
¼ kleine komkommer Zout 1 tomaat 1 eetlepel olijfolie Peper 50 gram hüttenkäse 1 eetlepel fijngehakte basilicum ½ eetlepel fijngeknipte bieslook
Was de komkommer, halveer hem in de lengte en schrap de zaadjes eruit, snijd het vruchtvlees in kleine blokjes. Strooi er een beetje zout over en laat ze ca 15 minuten in een vergiet uitlekken. Halveer de tomaat en schep de zaadjes eruit met een lepeltje. Dep de tomaten aan de binnenkant met keukenpapier droog en snijd het vruchtvlees in kleine stukjes. Meng er een scheutje olie door en breng het op smaak met peper en zout. Roer de hüttenkäse los en meng er een snufje peper en de fijngehakte basilicum door Druk het vocht uit de komkommer (met een grote lepel) en meng er 1 eetlepel olie door
Enkele toefjes basilicum
Extra nodig:
1 serveerring. Eventueel kun je ook een plastic bekertje gebruiken waar de onderkant van afgeknipt is.
samen met het bieslook en wat peper en zout. Opmaken: Leg een serveerring op een bord. Schep er de helft van de tomaat in, druk het iets aan, schep hierop de helft van de komkommer en druk dit ook aan, schep daarop de helft van de hüttenkäse en druk dit ook licht aan. Zo heb je dus de ring gevuld met verschillende laagjes. (tomaat, komkommer, hüttenkäse) Verwijder voorzichtig de ringvorm. Het saladetaartje kun je eventueel nog versieren met een toefje basilicum.
Mandarijntje tiramisu Nagerecht Per persoon:
80 gram mascarpone 30 ml vanillevla Handje mandarijntjes uit blik (uitgelekt)
Doe de mascarpone en de vanillevla in een kom en roer ze met een garde goed los. (Roer vooral niet te lang want dan word het mengsel te dun) Roer de siroop door het mandarijnensap. Breek de lange vingers in stukjes, leg ze in een diep bord en druppel het sap erover. Bedek een glas met de helft van de lange vingerstukjes. Doe daar de helft van de
3 theelepels tropische vruchten of sinaasappelsiroop 2 lange vingers 10 g witte chocolade
mandarijntjes en de helft van het mascarpone-vla-mengsel er over. Herhaal de laagjes lange vinger, mandarijntjes en mascarpone. Schaaf met de kaasschaaf krullen van de chocolade en strooi ze over de toetjes. Strooi eventueel nog wat garneerhagel over.
Trifle van Appelmoes, cake en rozijnen toetje voor 4 personen
1 grote pot appelmoes 50 gram rozijnen 1 cake (voorverpakt)
Verkruimel de cake tussen je vingers zo fijn mogelijk en doe de kruimels in een kom. Doe een scheutje citroensap bij de cakekruimels en roer alles door elkaar Roer in een andere kom de appelmoes en de rozijnen door elkaar. Pak een glazen schaal en giet daar een klein laagje appelmoes in. Daarbovenop doe je een laagje cakekruimels.
Scheutje citroensap Slagroom (opgeklopt of spuitbus) Chocoladehagelslag of vlokken
Blijf de twee lagen afwisselen tot de schaal bijna vol is. Over de hele bovenkant schep (of spuit) je een laag slagroom. Versier het appeltoetje bovenop met chocoladehagel of vlokken.
Eierkoekengezichten Koek om te snoepen
Eierkoeken (1 ¼ per persoon) Smarties (voor het gezicht en neus) Rode vruchtenjam Dropveters, rode dropveters en (optie) alle soorten broodbeleg die spekkies leuk zijn om mee te versieren Chocoladepasta (bruin en wit) In dit recept ga je een gezicht namaken (die van jezelf of een portret van iemand die je “wel op kunt eten”)
Leg een eierkoek met de bolle kant naar boven op een bord.
Plak de haren vast met de pasta. Voor de ogen gebruik je de smarties.
Smeer een laagje chocopasta op de bovenkant van de eierkoek. (bruine pasta voor een donkere huid, witte pasta voor een lichte huid ) Of meng tot je de juiste kleur hebt.
Nu moet je nog de wenkbrauwen maken. Dat kan met spekkies of de dropveters. Je gebruikt de jam voor de mond.
Voor de neus knip je een klein driehoekje uit de zijkant van een andere eierkoek. Smeer het driehoekje helemaal in met chocoladepasta Druk het vast in het midden van het gezicht. Voor de haren neem je de dropveters of spekkies. Die kun je natuurlijk ook knippen.
Als het nog niet lijkt moet je kijken wat nog meer aan je gezicht kan veranderen. (oren, blozende wangen, een kroontje, hoedje, oorbellen of een ketting) Nu kun je je gezicht opeten .. of juist geven aan degeen die jij zo leuk vindt.
Pasta met pesto hoofdgerecht voor 4 personen Pasta
400 g Pasta (Bijvoorbeeld tagliatelle of fusilli)
Speciale spullen:
Vergiet
Pesto
1 Basilicumplantje (of 2 supermarktbakjes) 50 g pijnboompitten 50 g Parmezaanse kaas 10 el exta vergine olijfolie Zout Peper
Speciale spullen:
blender of staafmixer
Pluk alle blaadjes (ook de hele kleintjes) van de basilicum plant tot ie helemaal kaal is. Laat de steeltjes maar zitten maar doe de rest in een blender of in een hoge plastic kom voor de staafmixer. Pureer eventjes. Van de enorme berg blaadjes is al snel niets meer over.
gootsteen, maar zet er een soepbord onder zodat je het kookvocht opvangt
Breek de Parmezaanse kaas in stukjes en doe erbij, samen met de pijnboompitten, olijfolie een halve theelepel zout en wat peper. Pureer tot het een dikke knalgroene saus is. Te dik? Nog een lepel olie erbij
Schep de pasta met pesto op de borden. Strooi er eventueel aan tafel nog wat Parmezaanse kaas over.
Doe de pesto in een bakje Kook de pasta volgens de verpakking. Proef of die gaar is. Giet af in een vergiet boven de .
Doe de uitgelekte pasta terug in de warme pan. Schep er 8 flinke lepels pesto bij en roer goed door elkaar. Doe er 1 of 2 lepels kookvocht bij. Dan mengt het makkelijker.
Tip: De pesto kun je gebruiken bij heel veel andere gerechten. Wat je over hebt kun je in een pot nog 1-2 weken in de koelkast bewaren. Afdekken met een laagje olijfolie.
Couscoussalade Met tzatziki Hoofdgerecht Voor 4 personen
200 g snelkook couscous 250 ml kokend water 100 g gele rozijnen 250 g kerstomaatjes ½ komkommer 3 lente-uitjes
Doe de couscous met de rozijnen in een grote kom. Giet er 250 ml kokend water bij (uit de fluitkerel of de waterkoker) en schep door elkaar. Leg een grote deksel op de kom en laat 15 minuten staan. Maak intussen alle groenten klaar (of begin alvast met de tzatziki) Was de kerstomaatjes en snij ze in vieren. Schil de 2 komkommers met een dunschiller en snij in kleine blokjes. Knip de lente uitjes met een schaar in dunne ringetjes (gooi het uiteinde met de worteltjes weg) Als het goed is, heeft de couscous nu al het water opgenomen. Giet de olijfolie erbij.
1 limoen 5 eetlepel olijfolie Zout en peper
Speciale spullen
Vergiet
Pers de limoen uit en meng dit erdoor. Doe er een theelepel zout bij en een beetje peper. (blijven proeven) en nu heel goed omroeren met een vork tot je geen klontjes meer ziet Schep de tomaat, komkommer en lente-uit erdoor. Laat de couscous nu liefst een half uurtje staan dan wordt hij nog lekkerder. Doe over in een feestelijke schaal en schep op je bord met een flinke klodder tzatziki erbij. Tip: Je kunt bijna alles wat je lekker vindt door de couscous doen. Maar zeker heel lekker is granaatappel.
Tzatziki Bijgerecht
2/3 Komkommer 250 ml Griekse of Turkse yoghurt 3 takjes munt
Speciale spullen
Vergiet , rasp
Schil de komkommer en rasp deze grof en laat minimaal 10 minuten uitlekken in een vergiet of zeef met een klein beetje zout. (pas op niet te veel) Doe de yoghurt in een kom en meng daar de blaadjes munt bij. (in reepjes gesneden) Meng dit samen met de uitgelekte
komkommer en laat het in de koelkast koud worden.