LASTENBOEK BETREFFENDE HET UITBATEN VAN EEN COMMERCIEEL - RECREATIEVE RUIMTE OP DE STRANDEN VAN DE GEMEENTE DE HAAN A. A. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. – Aard van de vergunning. Het gemeentebestuur verleent openbaar de concessie tot : strandgedeelte De Haan-Centrum : nr. staanplaats DHC 1
DHC 2
Omschrijving commercieel-recreatieve ruimte ten westen van de grenslijn Vlissegem t.h.v. Zeedijk-De Haan – Huisnummers 39-41
minimum instelprijs
€ 5.000,00
commercieel-recreatieve ruimte t.h.v. trap 1 € 5.000,00
strandgedeelte Wenduine : nr. staanplaats
Omschrijving
minimum instelprijs
WEN 1
commercieel-recreatieve ruimte t.h.v. de trap aan de Van Gansberghehelling
€ 5.000,00
commercieel-recreatieve ruimte tussen de Vanden Berghehelling en de Pienshelling
€ 5.000,00
WEN 2
Artikel 2. - Definiëring begrippen. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Zomerseizoen : periode van 15 maart t/m 15 oktober. Winterseizoen : periode van 16 oktober t/m 14 maart. Constructie met (commercieel-) recreatief doel : constructie met een recreatieve functie, al dan niet commercieel in functie van breed doelpubliek. b.v. : raamverkoop, strandparken, commerciële speeltoestellen,…
Strandpark : volledig of hoofdzakelijk afgebakende ruimte op het strand, die geheel of in hoofdzaak (via een gemeentelijke vergunning) onttrokken is aan het openbaar karakter van het strand (en dus onttrokken aan het vrije gebruik van recreanten zonder enige randvoorwaarde), ook verbruiksruimten worden beschouwd als (behorend tot) een strandpark. Verbruiksruimte : onverharde al dan niet afgebakende ruimte op het strand, in de openlucht die is ingericht met het oog op de consumptie van gekochte dranken.
Artikel 3. - Duur. De vergunningen worden toegekend voor negen navolgende jaren, te beginnen vanaf 2015.
Artikel 4. - Indienen van de prijsofferte. De aangeboden prijs moet opgegeven worden per jaar. De aanbiedingen zullen worden gedaan onder dubbele gesloten omslag volgens het model voorgeschreven door het college van burgemeester en schepenen. Zij zullen aangetekend bij de post worden verstuurd en gericht aan het college van burgemeester en schepenen van en te 8420 De Haan (Klemskerke). De omslag moet benevens het adres ook de vermelding dragen : “AANBOD VERGUNNING COMMERCIEEL- RECREATIEVE RUIMTE NR. …………”. De offertes mogen eveneens ter zitting worden afgegeven aan de burgemeester of zijn plaatsvervanger, evenwel vóór de opening der zitting. Indien één persoon of firma op meerdere vergunningen biedt, dan moet er per bod een afzonderlijke omslag worden ingediend.
Artikel 5. - De open aanbesteding. Het college van burgemeester en schepenen zal de aanbiedingen openen in openbare zitting. Onmiddellijk na de opening der offertes zal genoemd college overgaan tot een openbare opbieding. De opbieding zal geschieden afzonderlijk per vergunning in volgorde zoals vermeld in artikel 1 van het vigerend lastenboek. Aan deze opbieding mogen deelnemen de aanwezige kandidaat-vergunninghouders die een regelmatige offerte hebben ingediend. Als regelmatige offerte wordt aanzien, de offerte gedaan op het voorgeschreven model van inschrijvingsformulier en waarvan de voorgestelde prijs minstens de gestelde minimum instelprijs bedraagt. Het vertrekcijfer zal het hoogste regelmatig bod zijn. De opbieding moet geschieden met een minimum verhoging van € 100,00. De personen die deelnemen aan de opbieding en optreden namens een andere persoon, een andere vereniging of een andere vennootschap, moeten onmiddellijk een document voorleggen waaruit blijkt dat zij rechtsgeldig kunnen handelen.
Het college van burgemeester en schepenen zal proces-verbaal van deze bewerking opstellen. De opbieder die het hoogste bod doet, zal gehouden zijn tijdens diezelfde zitting bedoeld bod schriftelijk te bevestigen. Indien er geen kandidaten zijn voor de opbieding, zal het college van burgemeester en schepenen in principe gehouden zijn het hoogst ingediend bod te aanvaarden. De jaarlijkse vergunningsprijzen zijn forfaitair en dus niet onderhevig aan indexschommelingen.
Artikel 6. - Onderhandse toewijzing. In afwijking van de vorige bepalingen kan het college van burgemeester en schepenen onderhavige vergunningen zonder nieuwe aanbesteding onderhands aan de zittende vergunninghouders toewijzen, op voorwaarde dat zij een prijs bieden die minstens even hoog is als de minimum instelprijs.
Artikel 7. – Uitbatingsperiode. De vergunningen worden verleend van 15 maart t/m 15 oktober van het desbetreffende jaar. Tijdens het winterseizoen (periode 16 oktober t/m 14 maart) dient het strand volledig vrij te zijn van alle tijdelijke constructies.
Artikel 8. - Betalingsmodaliteiten. De vergoeding voor onderhavige vergunningen zal als volgt worden vereffend : de helft uiterlijk 31 mei, de andere helft uiterlijk 31 juli. De vergunninghouders zullen daartoe telkens een uitnodiging tot betaling ontvangen. Wanneer de vergunningsprijs niet binnen de gestelde termijn is betaald, brengen de verschuldigde sommen ten voordele van de gemeente nalatigheidsintresten op, berekend tegen de rentevoet en volgens de modaliteiten geldend inzake directe belastingen.
Artikel 9. - Belastingen, retributies, taksen en vergoedingen. Ten laste van de vergunninghouders zijn alle belastingen, retributies, taksen en vergoedingen, zowel tegenwoordige als toekomstige, die de vergunning tot grondslag hebben.
Artikel 10. - Overdracht. Het is de vergunninghouder niet toegelaten zijn recht over te dragen aan een andere persoon, een andere vereniging of een andere vennootschap, zonder voorafgaand en schriftelijk akkoord van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 11. - Schadevergoeding. Een vergunninghouder kan geen aanspraak maken op schadevergoeding of vermindering van de vergunningsprijs in de hierna vermelde gevallen : 1. schade wegens onweer, overstromingen, storm of om het even welk geval van overmacht; 2. een tijdelijke ingebruikneming van het strand en de zeedijk voor het houden van feesten, plechtigheden, toeristische manifestaties en sportactiviteiten, ingericht door of met medewerking van het gemeentebestuur of de hogere overheid; 3. intrekken of niet toekennen van de strandconcessie aan de gemeente door de hogere overheid; 4. verbod, beperking of schorsing van de vergunning opgelegd door het college van burgemeester en schepenen of door de bevoegde federale en gemeenschapsdiensten omwille van bepaalde redenen (bv. werken, onvoldoende zand, …); 5. indien voor de uitvoering van openbare werken de uitbating tijdelijk moet worden verwijderd en/of, indien de vergunning vroegtijdig ingetrokken wordt ingevolge wegeniswerken en/of herinrichtingswerken op het openbaar domein.
Artikel 12. – Personeel van de vergunninghouder. Elke vergunninghouder dient in regel te zijn en te blijven met de beschikkingen in verband met de Rijkssociale Zekerheid en daarvan, eveneens op verzoek, het bewijs te leveren aan gezegd college. De vergunninghouders alsook hun personeel zullen steeds een net en fatsoenlijk voorkomen hebben en zullen de beleefdheid in acht nemen tegenover het publiek om de bediening op perfecte wijze en met de vereiste snelheid te kunnen verzekeren. Het roepen om publiek te lokken is ten strengste verboden. Het gemeentebestuur heeft inspraak om indien nodig, personeel te weren dat niet van goed gedrag is of het publiek onbeleefd behandelt; in voorkomend geval heeft de vergunninghouder geen recht op enige schadevergoeding.
Artikel 13. – Taalgebruik. De vergunninghouder zal er over waken het Nederlands als eerste taal te gebruiken, zowel wat de spreektaal als de schrijftaal betreft.
Artikel 14. - Niet-uitbating van de vergunning. Wanneer, om welke reden ook, de vergunning geheel of gedeeltelijk niet wordt uitgebaat, heeft het college van burgemeester en schepenen het recht, na twee opeenvolgende aanmaningen met minimum acht dagen tussenruimte, een andere vergunninghouder aan te stellen, zonder dat de huidige vergunninghouder zich daartegen kan verzetten of schadevergoeding eisen.
De vergunninghouder heeft geen recht op terugbetaling, zelfs niet van een gedeelte, van de in de gemeentekas gestorte uitbatingsvergoedingen.
Artikel 15. - Verbreken van de vergunning. Een vergunninghouder dient zich steeds te gedragen naar de richtlijnen die hem door het college van burgemeester en schepenen worden verstrekt. Deze richtlijnen zullen stipt worden gevolgd. Mocht blijken dat, na schriftelijke en aangetekende aanmaning, binnen acht dagen geen passend gevolg wordt gegeven aan de onderrichtingen van gezegd college of aan de bepalingen van onderhavig bestek, dan oordeelt het college of er aanleiding toe bestaat de vergunning te verbreken. Een verbreking wordt aangetekend ter kennis gebracht van de vergunninghouder en is onmiddellijk uitvoerbaar. In voorkomend geval worden de gestorte uitbatingsvergoedingen ingehouden en heeft de vergunninghouder geen recht op schadevergoeding.
Artikel 16. – Stopzetting. Indien een vergunninghouder zijn vergunning niet langer wenst uit te baten, dient dit vóór 1 januari van het jaar van stopzetting aangetekend medegedeeld aan het college van burgemeester en schepenen. Het niet respecteren van vermelde datum heeft als gevolg dat de vergunninghouder verplicht is de vergunning in het lopende jaar verder uit te baten en dat de volledige uitbatingsvergoeding verschuldigd is.
Artikel 17. - Politiereglementen. De toepasselijke bepalingen van het algemeen gemeentelijk politiereglement alsook van het aanvullend politiereglement op het wegverkeer, dienen strikt te worden nageleefd.
Artikel 18. - Aanvullende voorwaarden. De uitbatingsvoorwaarden zijn bindend maar niet beperkend. Het college van burgemeester en schepenen kan steeds aanvullende voorwaarden opleggen. Aanvullende voorwaarden opgelegd door het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust, Afdeling Kust dienen nageleefd te worden.
Artikel 19. - Onvoorziene gevallen. Elk geval, dat in onderhavig lastenboek niet wordt voorzien, zal zonder beroep door het college van burgemeester en schepenen worden beslecht, met uitzondering van de gevallen die bij de wet tot de bevoegdheid van andere overheden behoren.
B. B. BIJZONDERE VOORWAARDEN
Artikel 20. – Uitbating tijdelijke constructie met een commercieel- en recreatief doel binnen de afbakening van een strandpark. De exacte locaties van de strandparken waarbinnen de tijdelijke constructie met commercieel recreatief doel en de verbruiksruimte wordt ingericht, worden soeverein door het gemeentebestuur bepaald en jaarlijks aangeduid met referentiepalen. Plaatsen van rood-witte referentiepalen Het plaatsen van rood-witte referentiepalen gebeurt jaarlijks vóór de uitbatingsperiode, door toedoen van het gemeentebestuur. De uitbating van de commercieel-recreatieve ruimte en de verbruiksruimte bevinden zich binnen het daartoe afgebakende strandpark. De oppervlakte van het strandpark mag niet groter zijn dan 150 m2. (max. 10 meter vertikaal op de zeedijk en 15 meter diep). Er is slechts één commercieel-recreatieve ruimte per afgebakende daartoe voorbehouden strandpark toegelaten. De commercieel-recreatieve ruimte dient te bestaan uit een samenhangend gedeelte op één lijn vertikaal op de zeedijk gericht. De oppervlakte van de tijdelijke constructie onder de vorm van een commercieelrecreatieve ruimte bedoeld voor raamverkoop, berging en sanitaire voorzieningen, bedraagt maximaal 60 m². De indeling wordt door de vergunninghouder bepaald voor zover de oppervlakte van de afzonderlijke ruimtes (raamverkoop, berging en sanitair) niet groter zijn dan 20 m². De constructie dient van hoogwaardige kwaliteit te zijn. Het voorstel van indeling en uitzicht van het strandpark dient vooraf ter goedkeuring aan het college van burgemeester en schepenen voorgelegd. Voorwaarden commercieel-recreatieve ruimte en strandpark : het is enkel toegelaten dranken aan de consumenten aan te bieden in recycleerbare verpakkingen : water, diverse frisdranken, warme dranken, fruitsap, alcoholische dranken (diverse bieren, diverse wijnen, cocktails, champagne, ed.). Het te koop aanbieden, verkopen en bedienen is enkel toegelaten binnen de afbakening van het daartoe afgebakend strandpark. De commercieel-recreatieve ruimte kan niet worden aangewend om als restaurant te worden uitgebaat. De verkoop en het aanbieden van andere producten, zoals voeding en versnaperingen in de brede zin van het woord is eveneens verboden. Het kosteloos aanbieden van chips, nootjes, olijven n.a.v. een consumptie zijn toegelaten. Het is verboden consumptie-ijs, snacks en maaltijden te koop aan te bieden; een prijslijst dient aan voornoemd verkooppunt – niet zichtbaar vanaf de zeedijk – aangebracht te worden. De verkoopprijzen van de diverse dranken worden vastgesteld door de vergunninghouders en schriftelijk medegedeeld aan het gemeentebestuur;
de verkoop van dranken is slechts toegelaten van 10.00 uur tot zonsondergang. Indien er evenementen bij het strandpark worden georganiseerd kan de vergunninghouder een aanvraag richten aan het college van burgemeester en schepenen om de commercieelrecreatieve ruimte langer open te houden de dag van het evenement; de verkoop van alcoholische dranken aan min-16 jarigen is verboden; het is niet toegelaten met dranken te leuren buiten de vergunde zone; een drankautomaat binnen en/of buiten de verkoopruimte is niet toegelaten; de oppervlakte van de verbruiksruimte onder de vorm van een niet verhard terras in het zand om de mensen een consumptie aan te bieden, bedraagt maximaal 90 m². Het plaatsen van een verhard terras is niet toegelaten; bij de afbakening van de verbruiksruimte moet worden hoofdzakelijk gewerkt met transparante materialen, zodat doorkijk mogelijk blijft. De afbakening is maximum 1,7 m hoog t.o.v. het strandniveau; het plaatsen van tijdelijke verhardingen i.f.v. paden in het strandpark (pasarellen in hout) zijn toegelaten; het is de vergunninghouder formeel verboden dansavonden, party’s, allerlei al dan niet private feesten e.d. te organiseren binnen de afbakening van de strandparken; het spelen van muziek binnen de vergunde zone is niet toegelaten; de verkoop van alle andere bad- en strandartikelen (kleding, speelgoed, zonnecrème, …) is verboden; speeltoestellen binnen de afbakening van de strandparken zijn niet toegelaten.
Artikel 21. - Inboedel van de tijdelijke commercieel-recreatieve ruimte en de verbruiksruimte. De inboedel van de tijdelijke commercieel-recreatieve ruimte en de verbruiksruimte zal door de vergunninghouder, op zijn kosten, worden geleverd. Het meubilair en de toestellen, die eigendom blijven van de vergunninghouder, moeten beantwoorden aan de veiligheidsnormen die ter zake wettelijk zijn voorgeschreven. Het college van burgemeester en schepenen kan de nodige certificaten en de eventuele keuringsattesten opvragen en draagt hieromtrent geen enkele verantwoordelijkheid. Het terrasmeubilair, parasols,… dient vervaardigd uit duurzame materialen en qua vorm, stijl en kleur aan te sluiten bij de tijdelijke constructie. Het meubilair mag geenszins van reclame voorzien zijn. Een voorstel van het terrasmeubilair dient vooraf ter goedkeuring aan het college van burgemeester en schepenen te worden voorgelegd.
Artikel 22. – Uitbating van de sanitaire ruimte Het plaatsen van minstens één toilet binnen de commercieel-recreatieve ruimte is verplicht. Een chemisch toilet is niet toegelaten. De vergunninghouder voorziet zelf in een betonnen opvangput. De vergunninghouder staat in voor het dagelijks onderhoud en het tijdig ledigen van de septische put via een erkende ruimingsdienst. Het ledigen dient te gebeuren tussen 06.00 uur en 08.00 uur. De toiletten zijn openbaar. De toiletten dienen afgesloten te worden op het moment dat de vergunninghouder de handelsactiviteit afsluit.
De vergunninghouder dient zich te houden aan volgende voorwaarden : onderhoud en dagelijks reinigen van de inrichting is ten laste van de vergunninghouder; de openbare toiletten moeten voor het publiek geopend zijn tijdens de openingsuren van de uitbating; toiletpapier, handdoeken (geen papier), reuksteentjes en alle andere materiaal moeten door de vergunninghouder worden verstrekt; eventuele herstellingen aan toiletten, wastafels en leidingen vallen ten laste van de vergunninghouder; de vergoeding die aan het publiek wordt gevraagd voor het gebruik van de toiletten en urinoirs zal maximum € 0,50 per persoon bedragen. De prijzen hierboven vermeld zijn inclusief btw; het gebruik van de openbare toiletten is voor volgende personen of categorieën kosteloos : de reddingsdienst; personeel van de EHBO-posten; personeelsleden en jobstudenten van de gemeente De Haan tijdens de diensturen; kinderen kleiner dan 1 meter; deelnemers van de gemeentelijke speelpleinwerking die vergezeld zijn van een monitor/ monitrice; elke invalide persoon vergezeld van een begeleider.
Artikel 23. - Automaten en publiciteitsborden. Het is verboden drank- en of andere automaten (speelautomaten en automatische ontspanningstoestellen) te plaatsen binnen de afbakening van het strandpark en in de verbruiksruimte. Het plaatsen van publiciteitspanelen, -borden of aanduidingsborden, vlaggen is verboden. Bij plaatsing kunnen de borden ambtshalve door het gemeentebestuur, zonder voorafgaandelijke verwittiging worden verwijderd. Gebeurlijke kosten kunnen worden aangerekend.
Artikel 24. – Onderhoud. Het onderhoud en reinigen van de verbruiksruimte is ten laste van de vergunninghouder. Hij verbindt zich er toe deze werken met zorg uit te voeren zodat de verbruiksruimte steeds in nette en degelijke staat worden gehouden. Hij voorziet hiervoor eigen afvalrecipiënten en – zakken. De afvalrecipiënten dienen conform de vigerende wetgeving gescheiden aangeboden te worden. Het desbetreffend bedrijfsafval en selectief ingezameld afval dient aangeboden te worden conform hoofdstuk 13 van het Algemeen Gemeentelijk Politiereglement.
C. SLOTBEPALINGEN
Artikel 25. – Leveringen en aan- en afvoeren materieel. Voor het aan- en afvoeren van materieel bij de op- en afbouw van de tijdelijke constructie, of voor het leveren van de goederen kan door de burgemeester afzonderlijk per vergunninghouder toelating worden verleend om met een voertuig en aanhangwagen van en naar het strand te rijden. De in de toelating gestelde voorwaarden dienen strikt nageleefd. De snelheid op de lage dijk moet worden beperkt tot maximum 5 km/uur. Het parkeren van voertuigen (al dan niet met aanhangwagen) op de dijk of lage dijk is tijdens het badseizoen ten strengste verboden. Bij vaststelling van overtredingen zal de toelating onmiddellijk worden ingetrokken.
Artikel 26. – Nivelleren van het strand. Het gemeentebestuur zal één keer per jaar het strand in de meest geschikte toestand brengen. De standplaatsen worden aan de vergunninghouders toegewezen in de toestand waarin zij zich bevinden. Het gemeentebestuur zal binnen de perken van de mogelijkheden alles in het werk stellen om deze staanplaatsen in de meest geschikte toestand te brengen. In geen geval kan wegens wijziging in de toestand van het strand vermindering van het uitbatingsvergoeding noch enige schadeloosstelling worden bekomen.
Artikel 27. – Vergunningen en machtigingen. De vergunninghouder dient op eigen initiatief alle vergunningen en machtigingen te bekomen die voor de uitbating noodzakelijk zijn. Hij verbindt zich er toe de wettelijke en reglementaire verplichtingen betreffende de exploitatie van de consumptiegelegenheden na te leven. De verbruiksruimte dient te voldoen aan de stedenbouwkundige voorschriften, er dient een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd en bekomen te worden.
Artikel 28. - Verzekering. Het gemeentebestuur en alle openbare besturen kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor om het even welke schade, verlies of ongeval die hun oorzaak vinden in de uitbating van de toegewezen vergunning. Bijgevolg zijn alle verzekeringen in verband met de vergunningen ten laste van de vergunninghouders. Zij zullen in elk geval de nodige verzekering afsluiten inzake burgerlijke aansprakelijkheid. Indien personeel wordt tewerkgesteld, zal een verzekering worden afgesloten inzake arbeidsongevallen. Binnen acht dagen na verzoek hiertoe dient elke vergunninghouder aan het college van burgemeester en schepenen een afschrift van de desbetreffende verzekeringspolissen en van de jaarlijkse kwijtingen voor te leggen.
Artikel 29. - Leurhandel.
De houders van een regelmatige vergunning of machtiging voor het verkopen van consumptie-ijs, oliebollen ed. mogen niet worden belemmerd in de uitoefening van hun bedrijvigheid.
Artikel 30. – Nutsvoorzieningen Het elektriciteits- en waterverbruik zal via een tussen(teller) in rekening worden gebracht. Deze kosten dienen betaald binnen de maand na ontvangst van de desbetreffende uitnodiging tot betalen. Wanneer bovenvermelde kosten niet binnen de gestelde termijn worden betaald, brengen de verschuldigde sommen ten voordele van de gemeente nalatigheidsintresten op berekend tegen de rentevoet en volgens de modaliteiten geldend inzake directe belastingen. De elektrische stroom kan enkel verkregen worden volgens de beschikbare spanning (voltage) en aantal fasen, de beschikbare stroomsterkte (ampèrage).De aan te sluiten installatie(s) dien(t)(en) volledig in orde te zijn met Algemeen Reglement op Elektrische Installaties (AREI) en mag de veiligheid op geen enkele wijze in het gedrang brengen. De attesten die dit staven dient de concessionaris over te maken aan het College van burgemeester en schepen. Indien tegenstrijdigheden met de geldende wet- en regelgeving worden vastgesteld wordt geen stroom ter beschikking gesteld. Een verkregen aansluiting mag niet onderverhuurd worden. De afgevaardigde van de gemeente heeft steeds en op elk moment recht van toegang tot de installatie(s) met het oog op het nazicht van de conformiteit. De gemeente stelt naar best vermogen de aangeboden energie en water ter beschikking van de aanvrager. Nochtans kan de gemeente niet aansprakelijk gesteld voor onderbrekingen, noch voor enige schadevergoeding of vermindering van de gebruiksvergoeding. De concessionaris dient zelf de nodige schikkingen te treffen om iedere oorzaak van beschadiging of onderbreking van de stroomtoevoer en watertoevoer te vermijden. Hij is aansprakelijk voor alle schade die hij door onoordeelkundig gebruik aan de gemeentelijke aansluitkast of aan het openbaar distributie- en waternet veroorzaakt.
Artikel 31. – Vrije toegankelijkheid. Er dient steeds een vrije doorgang te worden verleend aan de vergunninghouders van de door het college van burgemeester en schepenen verleende vergunningen evenals aan de Vlaamse Overheid - Agentschap voor maritieme Dienstverlening en Kust – Afdeling Kust, de hulpdiensten en de technische diensten van het gemeentebestuur.
Artikel 32. – Medewerking gemeentebestuur.
De vergunninghouder kan de mogelijkheid geboden worden om met het gemeentebestuur, in onderling overleg, samen te werken bij diverse door het gemeentebestuur ingerichte manifestaties.