Kwaliteitsverslag 2013 Alba vzw
Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 3 Algemeen................................................................................................................................................. 4 1.
Missie en visie van Alba .......................................................................................................... 4
2.
Voorstelling van Alba .............................................................................................................. 4
3.
Kwaliteitsplanning ................................................................................................................... 6
Ondersteunende Begeleiding .................................................................................................................. 8 1.
Visie ......................................................................................................................................... 9
2.
Activiteiten .............................................................................................................................. 9
3.
Cijfers .................................................................................................................................... 15
4.
Kwaliteitsplanning 2014 ........................................................................................................ 17
Bemiddeling........................................................................................................................................... 19 1.
Visie ....................................................................................................................................... 19
2.
Activiteiten en cijfers ............................................................................................................ 21
3.
Kwaliteitsplanning 2014 ........................................................................................................ 27
Alternatieve maatregelen ..................................................................................................................... 29 1.
Visie ....................................................................................................................................... 29
2.
Activiteiten ............................................................................................................................ 29
3.
Cijfers .................................................................................................................................... 32
4.
Kwaliteitsplanning 2014 ........................................................................................................ 39
Bijlagen: ................................................................................................................................................. 40 1.
Cijfers .................................................................................................................................... 40
2.
Overlegstructuren intern - extern……………………………………………………………………………………. 46
2
Voorwoord Beste lezer,
Voor u ligt het kwaliteitsverslag 2013 van vzw Alba. We nemen u mee in het verhaal van de diensten Herstelgerichte en Constructieve Afhandelingen HCA Leuven en Brussel (bemiddeling en alternatieve maatregelen) en van de dienst Ondersteunende Begeleiding. De uitdagingen voor Alba in 2013 waren groot: de opstart en het eerste werkingsjaar van de Dienst Ondersteunende Begeleiding binnen het experimenteel modulair kader (EMK), het aanboren van de bestaande HCA-expertise in de uitbouw van deze nieuwe deelwerking, het verruimen van het expertisegebied van het herstelgericht werken naar andere sectoren, de zoektocht naar de positionering van DOB/HCA in het nieuwe integrale jeugdhulplandschap, het proces rond het jeugdsanctierecht in het kader van de 6e staatshervorming, de enveloppe financiering, de inkrimping van personeel, het vertrek van de administratief coördinator, een nieuwe directeur, … En dit allemaal zonder de focus op een kwaliteitsvol aanbod voor onze doelgroep uit het oog te verliezen. De steigers zijn gezet, de fundamenten zijn gelegd en hier willen we de volgende jaren op verder bouwen. Dit is slechts mogelijk geweest dankzij de inzet van de hele Alba-ploeg, die mee heeft willen bouwen aan deze fundamenten.
Maar nu eerst een terugblik op het afgelopen jaar.
Veel leesplezier!
Het beleidsteam
3
Algemeen 1. Missie en visie van Alba Wat doen we? Alba werkt naar aanleiding van situaties waar jongeren of jongvolwassenen in een vertrouwensbreuk of conflict zijn terecht gekomen, met zichzelf, met hun omgeving of met de maatschappelijke norm. We hebben hierbij aandacht voor alle betrokkenen (jongeren, ouders, slachtoffers, steunfiguren en de bredere context). Alba situeert zich op het kruispunt van jeugdhulp, justitie en onderwijs. Hoe doen we dit? We treden in een creatieve dialoog, stappen onbevooroordeeld en op een authentieke manier naar de ander, met respect voor ieders eigenheid en verhaal. We spelen flexibel in op vragen met maximale inspraak en participatie van alle betrokkenen. We willen een kwaliteitsvolle hulp- en dienstverlening realiseren met permanente aandacht voor evaluatie, bijsturing, methodiekverfijning en vernieuwing. Waarom? Alba streeft naar een solidaire en meer humane samenleving waarin uitsluiting voorkomen wordt. We geloven in het herstelgedachtegoed en in de eigen kracht van mensen. Vanuit dit geloof willen we mensen kansen geven, hen stimuleren om hun verantwoordelijkheid op te nemen en mee zoeken naar het bewaren, herstellen en/of opbouwen van positieve banden.
2. Voorstelling van Alba Alba is werkgever van de diensten Herstelgerichte en Constructieve Afhandeling (HCA) in de gerechtelijke arrondissementen Brussel en Leuven. Daarnaast heeft Alba een dienst Ondersteunende Begeleiding (EMK) voor jongeren van Vlaams-Brabant, Brussel en Vlaanderen (voor ontheming). Bovendien biedt Alba ook onderdak aan het innovatieve project Weer-staan te Brussel. Alba heeft 3 deelwerkingen, ondersteund door een administratief team (het A-team). 1. De dienst Ondersteunende Begeleiding. Zij organiseert - samen met een ploeg vrijwilligers en freelancers- onthemingen, dagactiviteiten, time outs, kortdurende ervaringstrajecten (KET) en bemiddelingen in voorzieningen. 2. De dienst Bemiddeling Leuven en Brussel. Zij biedt dader-slachtoffer bemiddelingen en Hergo’s aan en staat in voor de vrijwilligerswerking bemiddeling.
4
3. De dienst Alternatieve Maatregelen (Gambas) Leuven en Brussel. Zij organiseert gemeenschapsdiensten en leerprojecten en enkele medewerkers van dit team geven mee vorm aan het Brussels project Weer-staan . Deze deelwerkingen situeren zich binnen onderstaand organigram van Alba:
5
Alba heeft een equipe van 33 werknemers. Naast deze ploeg kan Alba beroep doen op geëngageerde vrijwilligers binnen enkele van haar activiteiten. Hun bijdrage is al jaren een sterkte in Alba. Zo is er een ploeg van 16 vrijwilligers, opgeleid en actief als bemiddelaar. Voor de dienst Ondersteunende Begeleiding werd er in 2013 een extra ploeg van 10 vrijwilligers gerekruteerd, bovenop de reeds bestaande vrijwilligersploeg. Zij werden begeleid, ondersteund en ingeschakeld in de werk time-outs, de korte en lange staptochten, de dagactiviteiten, en in het ‘mentorship’ voor jongeren na een onthemingstocht. Op organisatieniveau bewoog er heel wat en werd er meer samengewerkt in teams over de regiogrenzen heen. Het team Oikoten (ontheming) en TOOL (time-outproject gesubsidieerd door de provincie Vlaams Brabant) integreerden zich tot 1 team en groeiden uit tot de Dienst Ondersteunende Begeleiding (DOB). Het bemiddelingsteam van Leuven (BAL) en Brussel (Bemiddelingsburo) integreerden eveneens tot 1 bemiddelingsteam. Het team alternatieve maatregelen Leuven en Brussel (Gambas), was en bleef functioneren als 1 team. De interne expertise werd gedeeld en ingezet over de teams heen in functie van de ontwikkeling van de dienst ondersteunende begeleiding.
3. Kwaliteitsplanning Het organiseren van herstelgerichte en constructieve antwoorden op jeugddelinquentie en het bieden van ondersteuning aan jongeren/hun context, complementair aan een bestaand begeleidingstraject, is onze kernopdracht. Hierbij willen we kwaliteitsvol en op maat inspelen op noden en vragen van jongeren, ouders, partijen die zich benadeeld voelen en de bredere context. ‘Kwaliteitsvol werken’ is een dynamisch gegeven: we willen voortdurend ons aanbod bewaken, evalueren en optimaliseren. De stem van onze doelgroep is hierin van groot belang. Hoe we dit beter kunnen doen, wordt opgenomen in ons te herwerken kwaliteitshandboek. Dit handboek zal onderdeel vormen van het ruimer kwaliteitsbeleid. Onze visie op kwaliteitszorg en de gefaseerde kwaliteitsplanning - conform het nieuwe decreet - zal integraal deel uitmaken van de algemene beleidsplanning van Alba 2020. Een uitdaging zal zijn om de visie, missie en waarden van onze organisatie op een planmatige manier te concretiseren in resultaten met een prioritering en tijdspad, realistisch én ambitieus. Alba wil als autonome vzw haar identiteit in al zijn facetten verder ontwikkelen zodat Alba een professioneel, sterk merk wordt dat zijn plaats verwerft in het vernieuwde en integrale jeugdhulplandschap, dat verschil kan maken voor jongeren, hun context, slachtoffers, maar eveneens voor onze medewerkers, de partners en de bredere maatschappelijke context. In de veelheid aan evoluties zullen we ons dienen te positioneren en weloverwogen keuzes te maken. We willen als organisatie vertrouwen geven en creëren om als sterke speler en samenwerkingspartner te kunnen optreden. We willen ons aanbod op maat verder uitwerken en verfijnen en op die manier een duidelijke positie in de regio Vlaams-Brabant en Brussel verwerven. Het HCA-aanbod zit vervat in de jeugdwet en is reeds geconsolideerd in de praktijk. Toch blijft sensibilisering van verwijzers en samenwerkingspartners een permanente opdracht, gezien onze zeer kwetsbare instroom van dossiers. Het maatschappelijke draagvlak vergroten door onder andere het
6
herstelgericht werken in te zetten in andere sectoren, is een piste waarop we volgend jaar willen inzetten, via het indienen van een innovatief project. Het verder uitwerken van het Weer-staan project, het zoeken naar een nieuwe dagactiviteiten plek, het mee rond de tafel zitten op belangrijke overlegfora in de regio, het smeden van samenwerkingsbanden, het uitbouwen van een nieuw logo, een nieuwe huisstijl en een duidelijke website,…het zijn allemaal elementen waarmee we Alba als 1 organisatie duidelijk op de kaart willen zetten. We willen met bevlogenheid onze missie en visie uitdragen. Dit is pas mogelijk als ook onze personeelsploeg fier kan zijn op wat we doen, hoe we dit doen maar vooral ook waarom we dit doen. Een gedragen personeelsbeleid ligt mee aan de grondslag van tevreden werknemers. In overleg met het personeel en de syndicale delegatie willen we hier een groeipad van maken. De vrijwilligerswerking wordt op dit moment hoofdzakelijk georganiseerd per deelwerking. Het is een uitdaging om de vrijwilligersploeg te integreren in het personeelsbeleid van Alba en een vrijwilligersbeleid uit te bouwen op Alba-niveau. Binnen Alba zit er heel wat potentieel aan expertise en kennis. Dit willen we optimaal benutten zodat iedere werknemer in zijn kracht kan staan, fier kan zijn op zijn/haar organisatie en dit kan uitstralen naar de buitenwereld. Fiere mensen bouwen mee aan een dynamische organisatiecultuur. Alba is een organisatie in ontwikkeling. Organisatorisch kennen we al heel wat evoluties de afgelopen twee jaar. Dit is een proces dat nog verder loopt en waarnaar we wensen te kijken met een open vizier. We wensen in te zetten op talenten, expertise en kracht en dit zowel bij personeel, bestuur en vrijwilligers. Ook het thema sociaal ondernemerschap blijft ons uitdagen en inspireren. Er zijn heel wat ideeën en eerste verkennende pistes, hierin de juiste keuzes maken behoort eveneens tot onze ambities.
7
Ondersteunende Begeleiding 2013 is een bijzonder jaar in de geschiedenis: de dertigjarige projectwerking van Oikoten gaat voor een ombouw binnen het experimenteel modulair kader. Alba krijgt een erkenning van 10 modules Ondersteunende Begeleiding in Vlaams-Brabant, d.w.z. dat we voor 120 jongeren een ondersteunende begeleiding kunnen bieden van gemiddeld 10 begeleidingsdagen. Alba opteert ervoor om de expertise en diensten van HCA Leuven-Brussel, de Time Out- werking TOOL (deels gesubsidieerd door de provincie Vlaams-Brabant) en de projectwerking van Oikoten te integreren en te verbreden. Geïnspireerd door kracht- en herstelgerichte methoden ontwikkelen we een gedifferentieerd programma dat vraaggerichte zorg op maat toelaat. We startten op 1 januari 2013. Het wordt een uitdagend experimenteel startjaar. Een zoektocht die nog volop bezig is en die we dynamisch willen organiseren in samenspraak met partners. Eind 2012 organiseerde Alba een behoeftepeiling bij de voorzieningen BJB in de regio, de gemeenschapsinstellingen en het federaal detentiecentrum. We voerden gesprekken met vertegenwoordigers van 25 organisaties en met experten in de jeugdzorg met als doel zicht te krijgen op vragen en noden aan ondersteunende begeleidingstrajecten. Uit de behoeftepeiling kwamen ook vragen naar ondersteuning vanuit andere sectoren (jeugdpsychiatrie, VAPH,…). We willen onderzoeken in hoeverre we daar kunnen op in gaan. In 2013 stelden we de nieuwe werking voor in 14 organisaties. Daarnaast zijn we meermaals gevraagd op het regionaal platform van partners in de bijzondere jeugdzorg in Leuven en in BrusselHalle-Vilvoorde. Voor de kortdurende ondersteunende begeleidingstrajecten richt Alba zich naar de regio VlaamsBrabant en het Brussel Hoofdstedelijk gewest. Het is een zoektocht in dit opstartjaar hoe we ons best bekend maken bij de hulpverleners en bij hun staf en directie. We willen complementair inspelen op de noden van de regiopartners en verbintenissen aangaan. We onderzoeken op welke manier we dit best organiseren en concretiseren via bilaterale samenwerkingsovereenkomsten en/of adviesgroep(en). Voor de langdurige onthemende projecten blijft Alba zich richten op jongeren uit heel Vlaanderen. De bekende doorverwijzingskanalen via gemeenschapsinstellingen, De Grubbe en sociale diensten van de Jeugdrechtbank zullen wellicht verruimd worden in de praktijk van Integrale Jeugdhulp. Nu we voor minder jongeren een langdurig onthemingsproject organiseren, loopt de afstemming van vraag en aanbod anders dan vroeger.
8
1. Visie Alba organiseert vanuit een onafhankelijke positie ondersteunende activiteiten, complementair aan een begeleidingstraject, waarbij de jongere tijdelijk of gedeeltelijk aan onze dienst wordt toevertrouwd. We spelen flexibel in op vragen van verwijzers en jongeren en ontwikkelen zo een gedifferentieerd programma dat vraaggerichte zorg op maat mogelijk maakt. We beogen: -
De verbondenheid van de jongere met zichzelf, zijn/haar omgeving en de maatschappij te herstellen en te versterken. De veerkracht van jongeren te verhogen, hun probleemoplossend vermogen te activeren en te werken aan een positief zelfbeeld. De continuïteit in een traject te bevorderen.
Uitgaande van de missie van Alba werken we vanuit volgende waarden en principes: -
-
Positief Krachtgericht: met focus op de eigen kracht van de jongere en zijn/haar omgeving, op het versterken van eigen regie en verantwoordelijkheid voor keuzes en beslissingen, rekening houdend met kwetsbaarheden. Participatief: met instemming van en in dialoog met de jongere en zijn omgeving. Meerzijdig partijdig: met respect voor de eigenheid en het verhaal van elke betrokkene en met ruimte voor kritische reflecties. Laagdrempelig en toegankelijk. Authentiek: met geloof in de kracht van echtheid en ontmoeting. Actiegericht: waarbij het niet-alledaagse, het verrassende zich aandient als mogelijkheid om te deblokkeren, uitdagingen aan te gaan, grenzen te verleggen. Met de natuur: als ruimte voor het creëren van (positieve) ervaringen, als achtergrond om te herbronnen, te reflecteren, rust te vinden. Vrijplaats: de tijd en ruimte om nieuwe en positieve ervaringen mee te maken en andere interacties aan te gaan, om andere aspecten van zichzelf te ontdekken en te ontwikkelen.
Hulpverleningskader en methodieken: Geïnspireerd door kracht- en herstelgerichte hulpverlening, de narratieve systeemtheoretische benadering, de presentietheorie, resilience en empowerment, … Met gebruik van methodieken van bemiddelen, meerzijdige partijdigheid, motiverende gespreksvoering, systeemopstellingen, ervaringsleren, ontheming, …
2. Activiteiten We richten ons tot de volgende doelgroep, zoals geformuleerd in samenspraak met het Agentschap Jongerenwelzijn: -
Het aanbod is gericht op en ondersteunend aan een reeds lopend hulpverleningstraject.
9
-
De expertise van de module ondersteunende begeleiding is gegroeid binnen de Bijzondere Jeugdzorg. Het aanbod wordt bovendien gesubsidieerd vanuit Jongerenwelzijn. Het aanbod dient zich in eerste instantie dan ook te richten tot deze doelgroep, gekenmerkt door een complexe problematiek en/of een problematische leefsituatie.
-
De leeftijdsafbakening ligt op 18 jaar. In het kader van voortgezette hulpverlening kan dit maximum tot en met 19 jaar.
Vanaf de opstart van Integrale Jeugdhulp kunnen vragen vanuit de brede instap overwogen worden, maar steeds na afchecken van bovenstaande elementen. Momenteel bieden we volgende werkvormen aan: -
Time-outprojecten Korte ervaringsgerichte trajecten op maat Dagactiviteit Onthemingsprojecten Bemiddelen in voorzieningen
Toelichting per werkvorm zoals we ze benoemen naar jongeren toe op onze website. TIME-OUTPROJECTEN Wat? Bij een time out ga je even weg uit je gewone omgeving. Als je in een groep leeft of je wordt begeleid door een voorziening, kan het soms wel eens fout lopen. Het kan deugd doen om dan even afstand te nemen van elkaar en te bekijken hoe je terug op een positieve manier kan samenwerken. Bij een time out ga je enkele dagen tot een week weg. Je kan gaan stappen met een begeleid(st)er, je kan gaan werken op een boerderij , bij een gastgezin verblijven of even naar een andere instelling gaan. Je kan ook gaan zeilen met een schipper. Voor wie? Je bent tussen 12 en 18 jaar oud en hebt een dossier bijzondere jeugdzorg of bij het Vlaams agentschap voor personen met een handicap. Je woont in de provincie Vlaams-Brabant of Brussel.
10
KORTE ERVARINGSGERICHTE TRAJECTEN Wat?
KET Soms zit je in de knoop met jezelf, je begeleiding, je school,… of met alles tegelijk. Je botst altijd terug op dezelfde moeilijkheden. Je wil er even tussenuit, even tijd maken om met die dingen bezig te zijn die in de weg zitten. Het kan ook zijn dat je nood hebt aan wat meer ondersteuning in het omgaan met conflicten: ‘neen’ leren zeggen, voor jezelf kunnen opkomen, je emoties leren beheersen, ontdekken waarom je op een bepaalde manier reageert en wat voor effect dit heeft op anderen,… Misschien is KET dan wel iets voor jou. Heb je een vraag, een idee, een probleem? We gaan samen op pad en we zoeken het uit. Dit kan gaan van enkele uren na school, tot verschillende momenten gespreid over een langere periode. Alle vragen, problemen, ideeën zijn welkom. We bekijken samen met jullie of we een passend antwoord kunnen bieden. KET werkt graag in de natuur en wil je de kans bieden om tot rust te komen. Hou je meer van actie dan gaan we via avontuurlijke activiteiten aan de slag met wat voor jou belangrijk is. KET geeft je de kans om een positieve ervaring op te doen en je eigen sterke kanten naar boven te halen.
GroepsKET Twee keer per jaar organiseren we een thema-meerdaagse voor groepen jongeren (aankondiging gebeurt via de website). Daarnaast staan we open voor het uitdenken en organiseren van meerdaagse projecten op vraag van organisaties. Leeft er een thema, aarzel niet om ons te contacteren, dan bekijken we samen of we er iets van kunnen maken.
Context in actie (CIA) Loopt het binnen je context stroef en heb je zin om hier aan te werken, dan kan context in actie een kans voor jou (jullie) zijn. Na het verkennen van jullie vragen kiezen we enkele (avontuurlijke) activiteiten waar jullie samen aan deelnemen. Hoe vaak en hoe lang we deze activiteiten laten doorlopen beslissen we samen. Het kan gaan van enkele namiddagen tot een meerdaagse op verplaatsing. Via deze ervaringen werken we aan de door jullie aangebrachte thema’s, om zo wat zuurstof te geven aan vastgelopen situaties. Ook hier zijn alle vragen, problemen en ideeën welkom! We gaan samen op zoek naar positieve ervaringen die jullie mee kunnen nemen naar de toekomst. Voor wie? Je bent tussen 6 en 18 jaar en je wil alleen of samen met je begeleiders ons een vraag stellen. Je woont in Vlaams-Brabant of Brussel en je bent in begeleiding in de jeugdzorg.
11
DAGACTIVITEITEN IN BIEZ-SART In het Waals-Brabantse Biez heeft Alba een mooi domein met een gezellig huisje. Er is een boomgaard, een groentetuin, mountainbikes, veel wandelmogelijkheden... Wat? Actieplek voor en door jongeren waar we vooral DOEN! Jongeren die nood hebben aan een plaats waar ze op eigen tempo kunnen deelnemen aan activiteiten die zij verkiezen om zo de druk te halen van hun lopende hulpverleningstraject. Er is tijd en ruimte om tijdens de actie te spreken over begeleidingsthema’s, maar dat is niet verplicht. Tijdens de actie kunnen er thema’s aan de oppervlakte komen die, indien de jongere dat wenst, terug gekoppeld kunnen worden aan relevante personen (ouders, begeleiders voorziening, thuisbegeleiding,…) We bieden begeleiding op maandag, dinsdag en woensdag (behalve op feestdagen) van 9u tot en met 16u. Per dag zijn er maximum 3 jongeren per begeleider. Dit kan ondersteund worden door vrijwilliger(s). Er is geen intakeprocedure, jongeren kunnen deelnemen na telefonische aanmelding of na een verkennend gesprek op het domein in Biez. Activiteiten: · · · · ·
Wandelen, moutainbiken Tuinieren, fruit en geteelde groenten verwerken Knutselatelier, houtatelier Dieren verzorgen … Voor wie? Alle jongeren met dossier bijzondere jeugdzorg, VAPH, Psychiatrie,… tussen 8 en 18 jaar die graag in de natuur vertoeven en met hun handen bezig zijn.
ONTHEMINGSPROJECTEN OIKOTEN Wat? Ontheming is iets wat niemand van jou zou verwachten, jij zelf het minste: een tocht maken met een rugzak en een tentje en weinig geld, héél ver weg, wekenlang. Elke dag stappen. De natuur in. Alleen of met een andere jongere die je niet kent. Natuurlijk stapt er ook een begeleider mee. Of gaan werken op een afgelegen plek in België of Frankrijk. Dan woon je daar bij die mensen en doe je elke dag mee op 't land of al dat ander werk dat er te doen is.
12
De stap die je moet zetten om je kandidaat te stellen is enorm: je ruilt een uitzichtloze situatie voor het onbekende. Met hoop op uitzicht om opnieuw greep op je eigen leven te krijgen, om weer aanvaard te worden door familie, om met een schat aan nieuwe ervaringen op zak, een andere onbekende kant van je persoonlijkheid te ontwikkelen. We maken bij de start van een ontheming een overeenkomst met jou en je omgeving. Hoe staan je ouders, je familie, opvoeders, vrienden, jeugdrechter en consulent tegenover jou en omgekeerd? Wat wil je bereiken met dit project? Wat zijn ieders engagementen en verwachtingen? Zo'n onverwachte beslissing om maanden te gaan stappen of werken, brengt dikwijls het al lang vastgelopen gesprek tussen de verschillende partijen weer op gang. Het werkt niet alleen in op jezelf, maar ook op je omgeving. Het vervolgtraject wordt voor en tijdens het project samen met jou uitgewerkt en met de betrokken partijen. Een ontheming duurt minimum 6 weken en maximum 3 maanden. Voor wie? Je zit in een gesloten instelling en staat voor de uitdaging om terug je leven in eigen handen te nemen. Maar je weet nog niet goed welke kant je uit wil of je bent er niet helemaal klaar voor. Je zit al langere tijd in de problemen en je hebt het gevoel dat je echt niet meer weet hoe het verder moet. Je zou wel iets willen veranderen aan je leven, op eigen benen staan of je omgeving tonen dat je een unieke prestatie kan leveren. Je houdt van avontuur en het zou je deugd doen om eens een lange tijd van alles weg te zijn en een heel nieuwe wereld te leren kennen. Je bent tussen 16 en 21 jaar en hebt een dossier bijzondere jeugdzorg. Je woont in Vlaanderen of Brussel. Je jeugdrechter en/of consulent staan achter je plan. Dan is een lange staptocht misschien wel iets voor jou. Schrijf in een briefje of e-mail je motivatie neer en we regelen een kennismakingsgesprek. Opgelet: je bent lange tijd van huis weg en kan niet naar school, dus deze projecten zijn er vooral voor jongeren bij wie alles is vastgelopen.
BEMIDDELEN IN VOORZIENINGEN Wat? Je zit in een leefgroep en je hebt er een ernstig conflict met jongeren of begeleiders en wil graag dat er iets mee gebeurt. Een neutrale bemiddelaar kan jullie helpen om met alle betrokken personen gesprekken te voeren om tot een herstel te komen. Op die manier kan een uitsluiting in een voorziening voorkomen worden en kan besproken worden wat iedereen nodig heeft om samen
13
verder te kunnen. Dit bemiddelen kan door gesprekken met iedereen afzonderlijk te voeren en/of met iedereen samen. Voor wie? Je bent tussen 12 en 21 jaar oud en hebt een dossier bijzondere jeugdbijstand. Je woont in de provincie Vlaams-Brabant of Brussel. Iedereen die betrokken is bij het conflict kan beroep doen op deze dienst; jijzelf, andere jongeren in je leefgroep, begeleiders.
De opbouw van een traject In elk ondersteunend traject voorzien we volgende fasen: - Elke vraag naar ondersteuning start met een telefonische aanmelding door een voorziening, verwijzer, hulpverlener, ouder, … Een medewerk(st)er van Alba exploreert en verheldert de vraag. - Binnen de week na aanmelding plannen we een verkennend gesprek waarin de wederzijdse kennismaking en afstemming verder loopt. In samenspraak met jongere en voorziening/verwijzer verkennen we welke ondersteuning zinvol, gewenst en mogelijk is. Dit resulteert in afspraken over de opstart van een traject waar alle partijen zich in vinden. Soms is er geen vervolg op het verkennend gesprek. Het gebeurt dat we: • via dit gesprek nieuwe perspectieven openen die jongere en voorziening stimuleren om zelf aan de slag te gaan. • geen geschikte afstemming vinden. - Indien het traject kan starten, werken we het samen met de betrokken partijen uit. Het engagement, de doelstellingen en afspraken staan verwoord in begeleidingsovereenkomst.
een
- De actiefase varieert in elke werkvorm (1 dagdeel tot max. 12 weken -continu of gespreid in tijd). - De afrondingsfase gebeurt met alle betrokken partijen: doelstellingen worden geëvalueerd en ervaringen uitgewisseld. De nood aan opvolging/vervolgbegeleiding wordt afgesproken en ingevuld in concrete stappen. - We voorzien een tevredenheidsmeting: • Jongeren die begeleid worden in dagactiviteit of korte ervaringstrajecten geven ons feedback aan de hand van 2 eenvoudige schalen: ‘hoe-was-het-deze-keer?’ en ‘hoegaat-het-met-je?’’. Door een kruisje te zetten op een lijn geven ze aan waar ze zich vandaag en de voorbije week situeren/situeerden op een aantal (gevoels-)domeinen.
14
• • •
Jongeren die begeleid worden binnen de time-outwerking en ontheming krijgen een evaluatieformulier met een aantal stellingen en vragen. Bij betrokkenheid van de context evalueren ook de ouders. De verwijzende voorziening krijgt een aangepast bevragingsformulier.
Deze feedback verloopt op dit moment via scores op een puntenschaal. We willen dit evalueren en verbeteren. Bij opvallende negatieve scores wordt contact opgenomen met de jongere en/of voorziening. We maken dan tijd voor mondelinge toelichting en uitwisseling. Per kwartaal worden de metingen in team besproken.
3. Cijfers Het totaal aantal aanmeldingen dat in Alba Herent geregistreerd is in 2013 betreft 178 jongeren. Dit cijfer geeft geen correct beeld aangezien het registratiesysteem vanaf januari nog niet op punt stond en o.a. de aanmeldingen die bij andere deelwerkingen van Alba binnenkwamen, nog niet centraal geregistreerd werden. De aanmeldingen voor de regionale trajecten gebeurden vanuit 16 verschillende organisaties in Vlaams-Brabant (MFC’s / voorzieningen BJB, onthaal- en observatiecentra, MPI’s, jeugdpsychiatrie, comités BJB en sociale diensten van de jeugdrechtbank). De aanmeldingen voor ontheming gebeurden vnl. door de gemeenschapsinstellingen, het federaal detentiecentrum, sociale diensten van jeugdrechtbanken, cano-voorzieningen.
Van de 178 aanmeldingen - start voor 87 jongeren een traject ondersteunende begeleiding op - leiden 19 verkennende gesprekken niet tot een traject - zijn er - gezien de opstart- veel informatieve aanmeldingsvragen
We tellen een totaal van 1831 begeleidingsdagen. Dit cijfer is relatief gezien in de loop van 2013 het telsysteem regelmatig geëvalueerd en bijgestuurd werd in overlegvergaderingen met het Agentschap Jongerenwelzijn en de andere Vlaamse organisaties die in EMK externe ondersteunende modules organiseren. Er is een systeem ontworpen waarbij we in dagdelen tellen: - per jongere in elk traject - voor activiteiten die niet onmiddellijk gelinkt zijn aan een jongere bv. cliëntgerichte teamvergadering, op jongere gericht overleg (context, organisatie, verwijzer, …), de selectie, prospectie, coaching van vrijwilligers door een professionele medewerker (zie in schema bij “andere”).
15
Tabel: aantal opgestarte trajecten per jongere, aantal begeleidingsdagen, gemiddeld aantal begeleidingsdagen 2013
Werkvorm Time Out o Stappen o Werken o Gastgezin o Zeilen o Uitwisseling time out KET (korte ervaringsgerichte trajecten) Dagactiviteit Bemiddelen in voorzieningen Ontheming Totaal Andere ( organisatorische activiteiten niet onmiddellijk gelinkt aan een jongere Eindtotaal
Aantal jongeren
Aantal begeleidingsdagen
Gemiddeld aantal begeleidingsdagen
13 12 6 2 1 27
160 170 12,5 4 1,5 158,5
12,31 14,17 2,08 2 1,5 5,87
3 16 7 87
22 18,5 1026 1602 229
7,32 1,16 151,71 18,41
87
1831
21,05
Toelichting o De time out werking van Tool werd gecontinueerd en uitgebreid. We bouwden verder op een jarenlange expertise mede dankzij de samenwerkingsverbanden met de partners in de regio en de provinciale ondersteuning. o De werkvorm KET werd in de loop van 2013 opgestart en in volle ontwikkeling. We wilden deze werkvorm uitbouwen in samenwerking met regionale partners en inspelen op bestaande noden. We konden hierbij beroep doen op de expertise in ervaringsleren en leerprojecten van onze HCA-collega’s in Alba. We begeleidden in 2013 27 jongeren rond volgende thema’s: sociale vaardigheden, conflicten agressiehantering, zelfbeeld en zelfvertrouwen, … : o 13 jongeren liepen een individueel traject o 8 jongeren volgden een rots & water-cyclus o 6 jongeren uit verschillende leefgroepen in BJB namen deel aan een themakamp op een paardenboerderij. o De werkvorm dagactiviteit werd pas uitgewerkt eind 2013- vandaar het klein aantal deelnemers in 2013. o Voor bemiddelen in voorzieningen waren er 11 aanmeldingen. Dank zij de inzet en expertise van onze HCA collega’s werden 7 dossiers opgestart waarbij (min.) 16 jongeren betrokken waren.
16
o Voor onthemingsprojecten waren er 43 aanmeldingen. Voor 7 jongeren startten we een langdurig project op. Eén jongere haakte kort na de opstart af, de anderen rondden hun project geslaagd af. De cijfers wat betreft geslacht o Jongens: 48 (55%) o Meisjes: 39 (45%) Tabel: leeftijd aantal opgestarte dossiers (n=72; 15 waarvan leeftijd onbekend)
Leeftijd 13 14 15 16 17 18 19
Aantal 10 10 9 26 11 5 1
Percentage 14 14 13 36 15 7 1
De redenen van niet-opstart o.b.v. de 178 geregistreerde aanmeldingen: • • • • • • • • • • • •
Niet ingegaan op aanbod: 8 (7%), Geen match van vraag en aanbod: 22 (18%) Jongere haakt af of is niet gemotiveerd: 24 (20%) Geen vraag meer (na ev. verkennend gesprek): 24 (20%) Oriëntatie naar andere hulpverlening: 12 (10%) Te jong: 8 (7%) Geen dossier BJZ: 6 (5%) Geen toestemming verwijzer: 4 (3%) Niet geselecteerd voor ontheming: 4 (3%) Buiten regio: 3 (3%) Onverwachte omstandigheid binnen Alba: 2 (2%) Negatief medisch advies: 1 (1%)
4. Kwaliteitsplanning 2014
Algemeen • De kwaliteitsplanning zal geïntegreerd zijn in de algemene kwaliteitsplanning van Alba, conform het kwaliteitsdecreet dat in de loop van 2014 wordt voorgesteld.
17
Gezien de ombouw van Oikoten naar een werking van 10 modules ondersteunende begeleiding in een snel tempo verliep, zien we nog heel wat verbeter- en bijsturingspunten voor de toekomst: Wat betreft de werkvormen: • Bijwerken en aanvullen van de draaiboeken die we per werkvorm uitwerken. • Ontwikkelen en verdiepen van de methodiekontwikkeling, vnl. van de werkvormen KET en dagactiviteit. • Evalueren en bijsturen van de administratieve organisatorische systemen (registreren, aanmeldingsprocedure, dossiervorming, etc.). • Verbeteren van de tevredenheidsbevraging bij jongeren en partners. • Focus houden op nieuwe ontwikkelingen: bv. we starten in 2014 een denktank met geïnteresseerde partners van de regio rond ondersteuningsbehoeften voor jonge kinderen (6- 12 jarigen). Wat betreft algemene evaluatie en bijsturing: •
Voor de kortdurende ondersteunende begeleidingstrajecten richt Alba zich naar de regio Vlaams Brabant en het Brussel Hoofdstedelijk gewest. Het is een zoektocht na dit opstartjaar hoe we ons best bekend blijven maken bij de hulpverleners, hun staf en directie. We willen complementair inspelen op de noden van de regiopartners en verbintenissen aangaan. We onderzoeken op welke manier we dit best organiseren en concretiseren via bilaterale samenwerkingsovereenkomsten en/of adviesgroep(en). Tegen eind 2014 willen we feedbackmomenten inplannen in de regio.
•
Voor de langdurige onthemende projecten blijft Alba zich richten op jongeren uit heel Vlaanderen. De vertrouwde doorverwijzingskanalen via gemeenschapsinstellingen , De Grubbe en sociale diensten van de Jeugdrechtbank zullen wellicht verruimd worden in de praktijk van Integrale Jeugdhulp. Nu we voor minder jongeren een langdurig onthemingsproject organiseren, zoeken we op een betere afstemming van vraag en aanbod.
•
We blijven actief deelnemen in de vervolgplanning van EMK door het Agentschap Jongerenwelzijn via: de overlegmomenten met de andere Vlaamse EMK diensten die externe ondersteunende modules organiseren de reflectiedagen het bilaterale overleg
18
Bemiddeling 1. Visie Missie Bemiddeling Alba streeft naar een humanere samenleving door bij te dragen aan een herstelgerichte conflicthantering. Visie Bemiddeling Alba vertrekt van een fundamenteel respect voor elke partij betrokken in een conflict. We geloven in de eigen kracht van partijen om zelf een stem te hebben in de afhandeling van hun conflict. Op die manier streven we een communicatieve en participatieve conflicthantering na. Bemiddeling Alba ondersteunt de partijen om met elkaar en met de samenleving in communicatie te treden rond de mogelijkheden tot herstel. Doelstelling Bemiddeling Alba wil d.m.v. slachtoffer-daderbemiddeling, Hergo en andere methodieken een bijdrage leveren aan herstelgericht omgaan met conflicten. Hierdoor krijgen de betrokkenen de kans om gehoord te worden. Partijen kunnen zelf, via rechtstreekse of onrechtstreekse communicatie, tot een zo volledig mogelijk herstel van de gevolgen van het conflict komen. We willen in het kader van onze doelstelling: -
-
een systematisch en kwaliteitsvol aanbod van slachtoffer-daderbemiddeling en Hergo nastreven binnen de gerechtelijke arrondissementen van Leuven en Brussel, voor minderjarige verdachten/daders en hun slachtoffers bijdragen aan de verbreding van het maatschappelijke draagvlak voor herstelrecht bijdragen aan de ontwikkeling van andere herstelgerichte methodieken een vrijwilligerswerking garanderen
Activiteiten •
Een systematisch en kwaliteitsvol aanbod van slachtoffer-dader bemiddeling en Hergo nastreven Beide methodieken worden gekenmerkt door vertrouwelijkheid, vrijwilligheid en gelijkwaardigheid van de partijen. Ze worden opgenomen met respect voor de visie en het tempo van de partijen. De bemiddelaar/moderator werkt vanuit een neutrale en transparante houding, ondersteund door een deontologische code.
19
We leveren een extra inspanning om moeilijk te bereiken doelgroepen te bereiken en te betrekken. Ons aanbod is gericht op een zo volledig mogelijk herstel van de materiële en morele gevolgen van het conflict. Zowel bemiddeling als Hergo richten zich in eerste instantie op conflicten binnen de strafrechtelijke context. Het aanbod richt zich tot minderjarige verdachten of daders, hun slachtoffers en hun respectievelijke omgeving of andere betrokken partijen. Op die manier krijgen partijen de kans zich te verhouden tot de maatschappelijke reactie op conflicten in een strafrechtelijke context. Om een kwaliteitsvol aanbod te bieden zijn we blijvend op zoek naar methodiekverfijning. Intern gebeurt dit via teamvergaderingen, intervisie, het volgen van studiedagen en vorming in het kader van een persoonlijk ontwikkelingstraject. Niet enkel de individuele ontwikkeling, maar ook de groei van team staat hierbij centraal. •
Bijdragen aan de verbreding van het maatschappelijk draagvlak voor herstelrecht
Door een systematisch aanbod van slachtoffer-daderbemiddeling en Hergo na te streven, willen we onze partners en de bredere samenleving blijvend sensibiliseren. Activiteiten zoals het geven van vorming, het organiseren van studiedagen en het communiceren in de media dragen bij aan de verbreding van dit draagvlak. Bemiddeling Alba gaat hiervoor blijvend op zoek naar samenwerkingspartners. Het informeren en betrekken van derden (vb. scholen, OCMW, verzekeringsmaatschappijen, stadsbesturen,...) in onze verschillende werkvormen en het aanbieden van stageplaatsen dragen eveneens bij tot de concretisering van deze opdracht en helpen dus bij de verbreding van het maatschappelijk draagvlak. •
Bijdragen aan de ontwikkeling van andere herstelgerichte praktijken
Bemiddeling Alba is voortdurend bezig met methodiekontwikkeling. Vernieuwende herstelgerichte initiatieven die inspelen op maatschappelijke evoluties en noden krijgen onze bijzondere aandacht. Voorbeelden hiervan zijn bemiddelen in voorzieningen of herstelgericht werken binnen de schoolcontext. Indien een initiatief ook daadwerkelijk uitmondt in een concreet project, vraagt dit extra middelen en een zoektocht naar toekomstige structurele inbedding. •
Een vrijwilligerswerking garanderen
We willen de samenleving een actieve rol geven. Door vrijwilligers in te schakelen streven we naar een conflictafhandeling die zich zo dicht mogelijk in de eigen omgeving van de partijen afspeelt. Op deze manier willen we enerzijds bijdragen tot een toenemend vertrouwen van de partijen in de samenleving en anderzijds de partijen een zo actief mogelijke rol geven ten aanzien van justitie.
20
Omwille van deze redenen hebben we een vrijwilligerswerking uitgebouwd. De vrijwilligers van bemiddeling Alba werken onbetaald in onze herstelgerichte praktijken. Zij krijgen hiertoe een uitgebreide opleiding en een permanente coaching van de vaste werknemers.
2. Activiteiten en cijfers BEMIDDELING LEUVEN EN BRUSSEL In een bemiddeling bieden we minderjarige daders, slachtoffers, hun context de mogelijkheid om, onrechtstreeks of rechtstreeks, met elkaar in communicatie te treden. Een neutrale bemiddelaar ondersteunt hen in de zoektocht naar het omgaan met de gevolgen/ de schade van de feiten en het zoeken naar een eventuele oplossing. De bemiddeling is gericht op een zo volledig mogelijk herstel van de materiële en/of morele gevolgen van het conflict. Het is een vrijwillig proces waarvoor partijen bij aanvang hun uitdrukkelijke toestemming moeten geven en waarin ze op elk moment van de bemiddeling kunnen beslissen om ermee te stoppen. Het is een vertrouwelijk proces. De partijen bepalen in samenspraak of er informatie aan de doorverwijzer wordt gegeven, en zo ja welke. Op die manier krijgen de partijen de kans zich te verhouden tot elkaar en tot de gerechtelijke instanties. De bemiddeling is gratis. Tabel: nieuwe aanmeldingen 2013 voor bemiddeling Brussel en Leuven
Nieuwe aanmeldingen 1/01 – 31/12/2013
Dossiers
Daders
Slachtoffers
Leuven
151
224
188
Brussel
121
172
157
Wat betreft de jongeren die een aanbod van bemiddeling krijgen, gaat het voornamelijk over jongens in de leeftijdscategorie van 15-17 jaar (tussen de 65 en 70%). Naar aard van strafbare feiten gaat het in het overgrote deel over opzettelijke slagen en verwondingen (vechtpartijen), vaak onder leeftijdsgenoten; gevolgd door diefstallen, waarvan een groot aandeel met geweld en/of bedreigingen. Ook beschadigingen zijn veel voorkomende feiten waarin we een aanbod van bemiddeling doen. Aangezien we een systematisch aanbod van bemiddeling promoten, gaat het zowel om zeer lichte feiten als om zeer ernstige feiten, waarin het aanbod vertrekt. Zo werd er ook dit jaar bemiddeld in zedenfeiten en feiten van verkrachting. Niet zozeer de schriftelijke overeenkomst maar de communicatie staat hierin centraal. Partijen geven ook in deze dossiers de zinvolheid van het aanbod aan. Aangezien een bemiddeling een vrijwillig aanbod is waarop beide partijen dienen in te tekenen, starten niet alle dossiers op. Zowel in Brussel als in Leuven hebben we een opstartpercentage van ongeveer 70%. We blijven investeren in het werken met een lage drempel, om zo vaak mogelijk de
21
partijen persoonlijk te bereiken. Dit betekent dat een week nadat mensen de aanbodsbrief van het parket ontvangen hebben, we de mensen zelf contacteren of een huisbezoek aankondigen. De bedoeling van dat eerste contact is voornamelijk om hen zo goed mogelijk te informeren over ons aanbod, samen met hen de meerwaarde ervan bekijken en te luisteren naar hun verhaal en verwachtingen. Wanneer een bemiddeling opstart, doorloopt tussen de 70% en 90% het ganse bemiddelingsproces. In 75% van de bemiddelingsprocessen wordt er een akkoord bereikt, waarin excuses, financieel herstel en beloftes om nooit meer te doen of met rust te laten vaak worden opgenomen. Enkele bemiddelaars stimuleren de partijen om ook zelf de pen ter hand te nemen en hun belevingen in het akkoord of de overeenkomst neer te schrijven. De gemiddelde duur van een bemiddelingsproces is 85 dagen. Tussen de 20% en 30% van de betrokken jongeren in een bemiddeling, kennen daders en slachtoffers mekaar van op school. Het is dan ook niet uit de lucht gegrepen dat het thema ‘herstelgericht werken op school’ ons zal inspireren bij het indienen van een innovatief project bij het agentschap jongerenwelzijn. We geloven erin dat een meer herstelgerichte cultuur in scholen op lange termijn zal leiden tot minder uit de hand gelopen conflicten, die via gerechtelijke weg nog een aanbod van bemiddeling dienen te krijgen. Tussen de 20% en 30% van de bemiddelingsprocessen zijn dader en slachtoffer bereid om een gezamenlijk gesprek te hebben. Op dienstniveau streven we ernaar om een gezamenlijk gesprek van bij aanvang te benoemen en dit regelmatig met de partijen te bekijken of dit voor hen een meerwaarde kan zijn. Zelf geloven we in de kracht van een ont-moeting! In het kader van de bemiddeling kunnen jongeren beroep doen op een fonds van de Provincie Vlaams-Brabant. Mits goedkeuring door de leden van dit fonds, kan de jongere vrijwilligerswerk gaan doen bij een sociaal-culturele organisatie. Het fonds zal na het volbrengen van het vrijwilligerswerk een soort uurloon uitbetalen aan het slachtoffer. Op deze manier wenst de provincie haar ‘maatschappelijk’ steentje bij te dragen. Jongeren die de financiële mogelijkheden niet hebben, te jong zijn om te werken of zelf willen instaan voor de vergoeding ten aanzien van het slachtoffer, kunnen beroep doen op dit 'vereffeningsfonds'. In 2013 deden voor Brussel en Leuven 29 jongeren een beroep op het vereffeningsfonds VlaamsBrabant. HERSTELGERICHT GROEPSOVERLEG LEUVEN EN BRUSSEL Tijdens een Herstelgericht Groepsoverleg (Hergo) gaan het slachtoffer, de jongere en hun steunfiguren samen op zoek naar een plan waarin plaats is voor herstel naar het slachtoffer en de gemeenschap. De jongere geeft ook aan wat hij zal doen om herhaling van de feiten te vermijden. Tijdens deze Hergo is een politieofficier aanwezig en meestal ook de advocaat en de consulent van de jongere. Een neutrale moderator bereidt dit overleg voor, afzonderlijk met alle partijen. De vrijwilligheid en de vertrouwelijkheid worden tijdens dit proces zorgvuldig bewaakt door de moderator.
22
De jeugdrechter kan voor ernstige feiten of een reeks van lichtere feiten een Hergo voorstellen aan een minderjarige dader en zijn slachtoffer. Tabel: nieuwe aanmeldingen 2013 Hergo Leuven-Brussel
Nieuwe aanmeldingen 1/01 – 31/12/2013
Dossiers
Daders
Slachtoffers
Leuven
12
23
35
Brussel
6
10
10
Ook bij Hergo zijn het voornamelijk 15 tot 17 jarigen die het aanbod kregen. In Leuven kregen we in 2013 ook drie meisjes doorverwezen voor Hergo. In 2013 vonder er in Leuven 9 bijeenkomsten plaats, 3 Hergo’s werden omgezet naar bemiddeling en 11 Hergo’s werden niet opgestart. In Brussel vonder er in 2013 2 bijeenkomsten plaats, 3 aanmeldingen werden niet opgestart en 3 zijn nog in voorbereiding. De meest voorkomende feiten bij Hergo zijn diefstallen met geweld, bedreigingen en/of braak. Hergo blijft een werkvorm waar we als dienst aan de kar moeten blijven trekken om dossiers door te krijgen. Zowel de wetgeving (het naast mekaar bestaan van bemiddeling en Hergo in de wet) als de administratieve procedure binnen het justitieel systeem blijven een hindernis. De methodiek, de intensiteit, de betrokkenheid van professionelen maken dat we deze werkvorm wensen te promoten voor de meest ernstige feiten. VRIJWILLIGERSWERKING BEMIDDELING LEUVEN Sinds 2005 hebben we een actieve vrijwilligerswerking. Dit betekent dat ook vrijwilligers met minderjarige daders en hun slachtoffers bemiddelen. Bijna jaarlijks doen we een oproep om nieuwe vrijwilligers aan te werven en worden 3 tot 5 nieuwe mensen opgeleid, getraind en gecoacht door de bemiddelaars. In 2013 hadden we een groep van 16 vrijwilligers. 9 vrijwilligers bemiddelden in 2013, zelfstandig, in 27 dossiers, ten aanzien van 29 jongeren. Dit betekent dat ongeveer 18 % van ons globale aantal dossiers werd opgenomen door vrijwilligers. Het gaat hierbij om 34 bemiddelingsprocessen waarvan er slechts 5 niet werden opgestart. In 86% van de afgesloten dossiers werd er een overeenkomst bereikt. In 40% van deze bemiddelingsprocessen organiseerden de vrijwilligers een gezamenlijk gesprek. 1 vrijwilliger is eveneens actief als Hergo-moderator (aanbod ten aanzien van 7 jongeren). Enkele van onze vrijwilligers bemiddelden dit jaar eveneens in dossiers met meerderjarige verdachten en slachtoffers (bij onze collega bemiddelaars van de vzw Suggnomè, in het kader van een experiment).
23
Dat vrijwilligers zo veel dossiers opstarten, volledig doorlopen en tot overeenkomsten komen, kunnen we alleen maar toejuichen. De redenen kunnen zeer divers zijn: Ligt het aan hun werkwijze? Werken ze meer aanklampend? Zijn ze flexibeler en werken ze intensiever dan vaste teamleden? Zijn partijen meer gemotiveerd omdat het een vrijwilliger is? Wat zeker een rol speelt bij dit hoger opstartpercentage, is dat wij steeds een voorselectie maken van dossiers voor vrijwilligers. De dossiers waarvan bij aanvang duidelijk is dat één van beide partijen geen vraag meer heeft of alles al geregeld is, wordt niet aan een vrijwilliger doorgegeven. Ook zeer complexe dossiers (meerdere daders, ook betrokkenen uit andere arrondissementen,…) of dossiers met hoge techniciteit (bv. op vlak van verzekeringen), worden meestal niet doorgegeven aan vrijwilligers. De meeste vrijwilligers wensen zich namelijk zo veel mogelijk te concentreren op de bemiddeling en dan voornamelijk op het communicatieproces. Een vrijwilligerswerking omvat diverse rollen en taken voor het hele team (werven, selecteren, opleiden, coachen, terugkomavonden organiseren, communicatie, beleid uittekenen,..) en vraagt om een gezamenlijk beleid en visie. In 2013 startten we een supervisie rond de vrijwilligerswering. Dit gaf ook de aanzet om de taakverdeling en de verantwoordelijkheden van de coördinator van de vrijwilligerswerking en de teamleden grondig te bekijken en te herverdelen. De vrijwilligerswerking is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van het ganse team. Dit komt tot uiting door het gedreven engagement dat elke bemiddelaar opneemt om minstens één vrijwilliger te coachen. Taken worden dan ook verdeeld onder alle teamleden: opleiding en terugkomavonden, coaching en intervisie, administratie en logistiek, de start van een nieuwe groep, het beleid en dagelijkse werking, interne en externe communicatie. We blijven wel kiezen voor één aanspreekpunt voor de vrijwilligerswerking die alles mee opvolgt en o.a. de interne en externe communicatie behartigt. In 2014 willen we tijd nemen om als team samen te bepalen waar we met onze vrijwilligerswerking de volgende jaren naar toe willen en willen we dit ook vertalen in concrete doelstellingen. We willen de vrijwilligers zelf in dit proces graag een stem geven. We wensen te verkennen of de vrijwilligerswerking in de toekomst kan uitbreiden naar Brussel. 2013 was ook het afsluitende jaar van de samenwerking met de HUB. De HUB voerde een driejarig onderzoek naar ‘vrijwilligers binnen herstelrecht’. Dit onderzoek werd afgesloten met een rapport en diverse praktijkboekjes, gaande van visie en doelstellingenbepaling, over opstart van een vrijwilligerswerking, tot de uitbouw van diverse vrijwilligersrollen waaronder de vrijwilligerbemiddelaar. Veel van dit materiaal werd gevoed door onze praktijk. Tegelijk biedt dit onderzoek en meer bepaald de praktijkboekjes werkbaar materiaal om onze vrijwilligerswerking de volgende jaren verder te evalueren en uit te werken.
BEMIDDELEN IN VOORZIENINGEN In 2011 startte een proefproject met Cera middelen vanuit het Bemiddelingsburo van Brussel. Bemiddelen in voorzieningen is een aanbod van bemiddeling ten aanzien van voorzieningen bijzondere jeugdzorg. De insteek voor deze werkvorm is een afgebakend conflict tussen jongeren, begeleiders, voorziening. Het gaat vaak over strafbare feiten, niet steeds met een klacht. Het is eveneens een aanbod waarbij de algemene bemiddelingsprincipes nl. vrijwilligheid,
24
vertrouwelijkheid en neutraliteit gevrijwaard worden. Het herstel van de gevolgen van het conflict evenals het herstel van de relatie staan hierin centraal. In 2013 kreeg dit project onderdak binnen een module ondersteunende begeleiding. In de praktijk namen de bemiddelaars deze dossiers op en voorzagen we reeds de mogelijkheden tot expertisedeling over de werkvormen heen. We kregen 13 aanmeldingen/dossiers met een vraag om te bemiddelen in een voorziening. Het ging hierbij om 16 jongeren. 8 dossiers zijn opgestart, waarvan er 3 nog lopende zijn. Van deze opgestarte dossiers waren twee vragen voor het vereffeningsfonds. Deze jongeren hadden schade veroorzaakt in de voorziening of tijdens een weekendje uit met de organisatie. Van deze aanmeldingen werden er 5 dossiers niet opgestart (voldeed niet aan criteria, conflict buiten de voorziening, de jongeren verbleven niet meer in de leefgroep, burenbemiddeling meer aangewezen). Deze dossiers vragen een snelle opstart. De aanmelding gebeurt meestal telefonisch. De ervaring leert ons dat het belangrijk is om duidelijk te krijgen wat de vraag van de voorziening is. Het is een meerwaarde om dit uit te klaren alvorens te spreken met alle betrokken partijen. Deze dossiers zijn arbeidsintensieve bemiddelingen, met vaak meerdere betrokken partijen en de confrontatie dat wat zich in een leefgroep afspeelt soms een afspiegeling is van team- of beleidsgebeuren. REFLECTIES
Kwetsbare instroom van dossiers Uit de cijfers bleek een significante daling van het aantal minderjarigen naar bemiddeling (Leuven kende een sterkere daling). Tijdens overlegmomenten (stuurgroep herstelrecht en bemiddeling en samenwerkingsverband HCA) van het afgelopen jaar gingen we op zoek naar de oorzaken van deze serieuze daling. Antwoorden vonden we niet. Het blijven hypothesen/ vragen. Zou de Salduz wet een effect hebben op de toestroom van dossiers voor bemiddeling? Zou het kunnen dat gezien de omslachtigheid van deze wet, jongeren niet meer onmiddellijk worden meegenomen naar politiekantoor ter verhoor – indien niet hoogdringend - maar naar huis gestuurd worden en een uitnodiging ontvangen ter verhoor. Indien ze dan niet komen opdagen, hoeveel herinneringen worden er gestuurd door de politie? De balie liet weten dat de Salduz-permanentie voor de jongerenbalie geen evidentie is en dat het soms zeer lang duurt vooraleer ze een vergoeding ontvangen voor deze prestaties. Hoelang houden advocaten dit gemotiveerd vol? Een andere veronderstelling die meer tastbaar is via cijfers van de parketten en de sociale dienst: Zou het samenhangen met het feit dat er zijn meer POS- (problematische opvoedingssituaties) dan MOF(als misdrijf omschreven feiten) dossiers zijn? Alleen: een POS-classificatie zou het aanbod van bemiddeling niet in de weg hoeven te staan. Wanneer een dossier bij de jeugdrechtbank gekend is voor een POS en er komen strafbare feiten binnen via politie en parket, worden deze misschien gevoegd zonder dat het aanbod van bemiddeling vertrekt? Het blijft in ieder geval zeer moeilijk om hier als dienst enig zicht op te krijgen en nog moeilijker om er vat op te krijgen.
25
We blijven dit thema agenderen en op zoek gaan naar mogelijke verklaringen. Onze insteek blijft het streven naar een systematisch en kwaliteitsvol aanbod van bemiddeling aan elk slachtoffer en elke dader van strafbare feiten. Ook voor Hergo kampen we met een kwetsbare instroom. De uitdaging voor Hergo bljift om de ‘juiste’ dossiers doorverwezen te krijgen. Het gaat hierbij dan om ernstige feiten, waarvan de daders ze erkennen en waarover het onderzoek werd afgerond. In 2013 werkten we verder aan het maken van een reportage over Hergo met getuigenissen van partijen. Aangezien bemiddeling en Hergo in de wet gelijkwaardig en naast elkaar bestaan, geeft dit al jaren de nodige uitdaging om dit gestroomlijnd en afgestemd te krijgen op elkaar.
Aanbodsbrieven bemiddeling In de loop van 2013 hebben we het schrijven van de brieven met het aanbod van bemiddeling overgenomen van het parket. Zowel in Leuven als in Brussel wordt dit opgenomen door een administratieve kracht van Alba. Vermits er een trage en lage instroom was van dossiers en in nauw overleg met het parket hebben we deze tijdelijke, pragmatische regeling ingevoerd. De reden dat de brieven niet of slechts in mondjesmaat op het parket werden opgemaakt was velerlei: onderbemanning van de administratieve diensten bij het parket, de lage prioriteit van deze bemiddelingsbrieven in het licht van hun bredere takenpakket en de crisissituaties in POS-dossiers, die dagelijks voorrang krijgen. We hopen dat deze situatie opnieuw genormaliseerd kan worden in de loop van 2014 en dat het parket deze taak opnieuw kan opnemen. Flexibel inzetten van bemiddelaars over de regio’s Brussel en Leuven heen Tijdens 2013 werd er door de bemiddelaars van Leuven bemiddeld in 30 dossiers verwezen vanuit de bemiddelingsdienst van Brussel. Het ging om 45 jongeren. Aangezien we als vzw geconfronteerd werden met inkrimping van personeel (daling dossiers) en met uitval van personeel (ziekte, zwangerschap, verlof,…) hebben we ervoor gekozen om de bemiddelaars over de regio’s heen flexibel in te zetten. Dit betekende in 2013 concreet dat de Leuvense bemiddelaars ook bemiddelden in Brusselse dossiers. Deze flexibiliteit kan ook naar de toekomst van belang blijven, gezien de kwetsbare instroom en de subsidiëring van personeel vanwege de overheid, die gebaseerd is op een gemiddelde van 2 jaar eerder. De meerwaarde hiervan is wel dat we in 2013 tweewekelijks samen vergaderden en er zowel op dossierniveau (intervisie) als op inhoudelijk-methodisch niveau een interessante kruisbestuiving ontstaan is en dit meer en meer één bemiddelingsteam wordt. Daartegenover blijft wel staan dat dit een enorme flexibiliteit en extra inzet vraagt van de bemiddelaars: de afstanden en extra tijdsinvestering in deze dossiers zijn niet te onderschatten.
26
In 2013 werkten de bemiddelaars van Leuven en Brussel gezamenlijk aan een nieuwe visietekst, we maakten eenvormige nieuwe standaardovereenkomsten en maakten afspraken over hoe een eerste contact methodisch verloopt en hoe we de ouders benaderen wanneer ze gescheiden zijn.
Bemiddeling minderjarigen in Vlaanderen De verbeterwerkgroep, opgericht na onderzoek BEKE, leverde ook in 2013 goed werk. Vanuit alle diensten werden thema’s verzameld, waarmee we gezamenlijk aan de slag zullen gaan in de komende jaren. De aanbodsbrief bemiddeling en de verslaggeving naar de gerechtelijke instanties werden reeds op mekaar afgestemd. Ondertussen wordt via een onderzoek en een vragenlijst de werkwijze van de verschillende bemiddelaars minderjarigen en de teams in kaart gebracht. Dit om zicht te krijgen op de invulling van de finaliteit van bemiddeling. Van daaruit zal men dan een verdere jaarplanning opmaken. Het is zeer fijn om te ervaren dat de bemiddelaars minderjarigen opnieuw werken aan meer verbondenheid. Een andere belangrijke evolutie die ons jaar kleurde, was de voorbereidingen van de 6e staatshervorming. In het kader daarvan werden voorbereidingen genomen om tot een aantal groenboeken te komen (met over te hevelen bevoegdheden). De maatregelen ten aanzien van jongeren die misdrijven plegen, is één van de materies die zal overgeheveld worden naar Vlaamse Gemeenschap. Het algemene opzet van het groenboek is het in kaart brengen van wat de principes van een toekomstig jeugdsanctierecht zouden kunnen zijn. We namen deel aan twee overlegmomenten georganiseerd door het Agentschap Jongerenwelzijn. Ook de werkgroep jeugdsanctierecht zette zijn werkzaamheden verder en ontving een subsidie van IVA Jongerenwelzijn om hun vijf principes verder te concretiseren en uit te werken in een concreet voorstel. We participeerden ook aan deze werkgroep. Verder informeerden we ons over de te verwachten veranderingen in het werkveld van integrale jeugdhulp. In maart 2014 is het de beurt aan Vlaams-Brabant om ook dit nieuwe hoofdstuk aan te snijden en een geheel vernieuwd en hertekend jeugdlandschap binnen te wandelen.
3. Kwaliteitsplanning 2014 ALGEMEEN •
Voortzetting zoektocht naar de mogelijkheden om personeel flexibel in te zetten, om fluctueringen in de instroom van de dossiers en de subsidiëring op te vangen.
•
Kwaliteitsvol en continu aanbod van bemiddeling en Hergo garanderen – zorg voor gezamenlijk gedragen werklast en afspraken om problematische werkdruk te vermijden.
•
Start van integrale jeugdhulp, inwerken in het veranderde jeugdhulplandschap.
•
Aanzet om met nieuwe kwaliteitsdecreet aan de slag te gaan.
27
HERSTELBEMIDDELING •
Verwijsbeleid vanuit de justitiële instanties blijvend bespreekbaar maken.
•
De opsplitsing van het parket Brussel – Halle – Vilvoorde opvolgen en deze nieuwe werking en de implicaties voor bemiddeling bespreken.
•
Deelnemen aan het Forum Bemiddeling Minderjarigen.
•
Sensibiliseren van partners (parket, rechters, politie, advocatuur,..) en de zoektocht naar verklaringen voor de dalende instroom.
•
Verder implementeren van gezamenlijke teamvergaderingen Brussel – Leuven en de integratie van beide werkingen: efficiëntie, flexibiliteit, verdeling taken, inspireren, uitwisselen,…
•
Herstelgericht werken in scholen: aanzet tot uitwerken en eerste start in kader van innovatieve projecten. Project uitschrijven en indienen bij het agentschap jongerenwelzijn.
•
Bemiddelen in voorzieningen: verdere positionering binnen Alba (Dienst Ondersteunende Begeleiding) alsook binnen integrale jeugdhulp (functie bemiddeling).
•
Bemiddelaars laten leren van elkaar door observatie en het geven van feedback.
HERGO •
Intervisie Hergo verder volgen.
•
Sensibiliseren en samenbrengen van politiemensen die deelnemen aan Hergo (jaarlijks).
•
Doorverwijzing en doorkrijgen van de juiste dossiers voor Hergo (permanente opdracht).
•
Meetinstrument ontwikkelen voor permanente evaluatie tevredenheid partijen.
•
Conceptuele denkoefening afronden en op breder forum bespreken.
•
Uitwisseling Leuven en Brussel aangaande Hergo.
•
Het team bemiddelaars betrokken maken op Hergo.
VRIJWILLIGERSWERKING •
Onderzoek van HUB bespreken met team en zoeken naar de betekenis hiervan voor het project.
•
Vrijwilligers meer betrekken op de dagelijkse werking, op het beleid van de bemiddelingsdienst, op de vzw Alba.
•
Verkenning of vrijwilligers ook een plaats kunnen krijgen in de Brusselse werking.
28
Alternatieve maatregelen 1. Visie Doelstelling Gambas, de dienst alternatieve maatregelen van vzw Alba, biedt zowel gemeenschapsdiensten als leerprojecten aan. Gambas wil door het aanbod van deze alternatieve maatregelen een responsabiliserend, herstelgericht en pedagogisch antwoord bieden op jeugddelinquentie. Deze maatregelen creëren de nodige ruimte waarbij jongeren en andere betrokkenen (deel-) verantwoordelijkheid kunnen opnemen voor het gepleegde feit. Herstel kan hierbij zowel doel als middel zijn. Een bewustwordingsproces m.b.t. zichzelf en hun relatie met de omgeving wordt nagestreefd waardoor de jongere in de toekomst bewuste(re) keuzes kan maken. Naast het concrete aanbod van maatregelen wil Gambas tevens een breder maatschappelijk draagvlak creëren voor alternatieve afhandelingen. Doelgroep Gambas begeleidt jongeren vanaf 12 jaar uit de gerechtelijke arrondissementen Leuven en Brussel die een ‘als misdrijf omschreven feit’ hebben gepleegd op minderjarige leeftijd en door de jeugdrechter worden doorverwezen voor de uitvoering van hun alternatieve maatregel. Ouder(s) en/of opvoedingsverantwoordelijke zijn steeds betrokken partij. Ook de bredere samenleving wordt betrokken doordat Gambas in zijn contact met externe diensten en voorzieningen bijdraagt tot het creëren van een maatschappelijk draagvlak voor alternatieve afhandelingen en een maatschappelijke bewustwording omtrent een constructieve(re) wijze van omgaan met norm- en grensoverschrijdend gedrag en conflictsituaties in het algemeen.
2. Activiteiten Brussel - Leuven Binnen Gambas is een sterk gevarieerd aanbod gegroeid, afgestemd op de diversiteit van de doelgroep en aangemelde problematiek en/of delict. Een gemeenschapsdienst kan worden opgelegd door de Jeugdrechtbank bij vonnis (tot max. 150u) of bij beschikking (als onderzoeksmaatregel tot max. 30u) of uitzonderlijk bij arrest. Ook de leerprojecten (20u-40u) kunnen worden opgelegd bij beschikking of bij vonnis (of arrest). Onderstaande tabel geeft het aantal vonnissen, beschikkingen en arresten weer, dat in 2013 binnen kwam in Brussel en Leuven. Deze gerechtelijke beslissingen kunnen verschillende maatregelen bevatten.
29
Tabel: aantal beschikkingen, vonnissen, arresten in 2013 voor Brussel-Leuven
Brussel
Leuven
Totaal
Vonnis
37
40
77
Beschikking
13
7
20
Arrest
2
0
2
52
47
99
GEMEENSCHAPSDIENST ‘De prestatie van opvoedkundige aard en algemeen nut’ of de gemeenschapsdienst is een maatregel die opgelegd kan worden door de jeugdrechter waarbij de jongere in kwestie een aantal uren in zijn of haar vrije tijd gaat werken bij een instelling die niet commercieel van aard is. De beoogde effecten van deze gemeenschapsdienst zijn zowel herstelgericht (het symbolisch rechtzetten van de fout door onbezoldigd en ten dienste van de samenleving te werken), pedagogisch (verantwoordelijkheid opnemen en krijgen door (nieuwe positieve) leer- en werkervaringen, arbeidsattitudes ontwikkelen) als sanctionerend (reactie op een normovertreding) van aard. Afhankelijk van de feiten, de jongere en de beschikbaarheid van de plaatsen, kan de focus op deze 3 verschillen. De gemeenschapsdienst richt zich tot plegers van alle soorten delicten. De maatschappij wordt uitgenodigd ook een stuk verantwoordelijkheid op te nemen door de jongere de kans te geven zijn/haar maatregel uit te voeren ten dienste van de gemeenschap. Vzw’s en diensten van openbaar nut zijn hierbij concreet betrokken partij.
LEERPROJECTEN Naast ‘de prestatie van opvoedkundige aard en algemeen nut’, de gemeenschapsdienst, heeft de Jeugdwet het ook over ‘deelname aan één of meer opleidingsmodules of modules ter bewustwording van de gevolgen van de gestelde handelingen, alsook van de invloed daarvan op de eventuele slachtoffers’. Een maximum van 45u wordt aangegeven. In de praktijk van Gambas krijgt dit gestalte in een leerproject van 20u of, na overleg met het Agentschap, een leerproject van 40u. Het leerproject op maat richt zich tot plegers van alle soorten delicten, die gebaat zijn bij een individuele vorming. Er wordt met diverse thema’s aan de slag gegaan die zowel de jongere als andere partijen zoals de verwijzer, consulent, ouders,… aanreiken. Er wordt steeds rekening gehouden met de achtergrond, leefwereld en evolutie sinds de feiten van de jongere. De focus ligt er voornamelijk op dat de jongere zelf zijn leerproject in handen neemt en dat de Gambas-begeleider, naast de feiten, de jongere zijn/haar eigen insteek en ervaringen als vertrekbasis neemt.
30
Het leerproject omgaan met drugs richt zich tot plegers van drugsdelicten (dealen/gebruiken). Het gebruik van drugs kan experimenteel, sociaal en/of problematisch van aard zijn. Jongeren met een zeer ernstige verslavingsproblematiek behoren niet tot de doelgroep. Het drugsleerproject beoogt dat de jongeren na 20 uren inzicht hebben in de redenen van hun eigen gebruik; de gevolgen (effecten en risico’s) van hun gebruik voor zichzelf én voor hun omgeving op korte en lange termijn kunnen benoemen; de voor- en nadelen van gebruik kunnen afwegen; op een meer verantwoorde wijze met legale en illegale drugs kunnen omgaan; inzien welke invloed hun omgeving heeft op hun gebruik en op hun omgeving; legale en praktische alternatieven kennen die hen dezelfde voordelen kunnen opleveren. Het project Slachtoffer in Beeld richt zich tot plegers van alle soorten delicten met een aanwijsbaar slachtoffer of benadeelde partij, met uitzondering van zedendelicten en loutere drugsdelicten. De jongeren zijn minimum 14 jaar en inlevingsvermogen in het slachtoffer en/of schade-inzicht is beperkt. Het is de bedoeling dat er een proces in gang wordt gezet van responsabilisering van de jongere en van erkenning van het slachtoffer. Slachtoffer in Beeld is een herstelgericht leerproject dat deel uitmaakt van een herstelproces. Het gepleegde feit en de daar uit volgende schade vormen de focus van het leerproject. Het leerproject Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag richt zich tot jongeren tussen 12-18 jaar die seksueel grensoverschrijdend gedrag hebben gesteld. Dit omvat zowel zogenaamde hands-on als hands-off delicten (bij deze laatste treedt geen fysiek contact op tussen dader en slachtoffer). Een exclusiecriterium is totale ontkenning van de feiten (dit is niet hetzelfde als ontkenning van verantwoordelijkheid). Hoofddoelstelling is het voorkomen van nieuw seksueel grensoverschrijdend gedrag en het bevorderen van een adequate seksualiteitsbeleving. Met het oog op terugvalpreventie is het belangrijk de jongere meer inzicht te verschaffen in de door hem/haar gepleegde feiten. Bedoeling is dat de jongere erkent dat en begrijpt waarom zijn/haar feiten seksueel grensoverschrijdend zijn, en welke factoren dit gedrag mede hebben veroorzaakt en/of in stand gehouden. Aan de hand van dit inzicht kan vervolgens gewerkt worden rond het onder controle houden van dit gedrag en er meer verantwoordelijkheid voor opnemen. Daarnaast wordt tevens rond het bevorderen van slachtofferempathie gewerkt en komen uiteenlopende relationele, seksuele en sociale vaardigheden aan bod. Het Basta-project is bedoeld als alternatief voor een plaatsing en werd dus in het leven geroepen voor jongeren die anders geplaatst zouden worden of reeds geplaatst zijn door de jeugdrechter, maar vroeger naar huis mogen. Het project heeft een begeleidingsduur van 6 maanden, wordt opgelegd bij beschikking en kan onmiddellijk opgestart worden bij aanmelding, hetzij snel na de feiten, hetzij snel na een kort verblijf van de jongere in de gemeenschapsinstelling of in de Grubbe. Voorwaarden zijn: motivatie bij zowel jongere als ouders en werkbare perspectieven thuis, op school en in de vrije tijd. De voornaamste doelstelling is recidivegedrag voorkomen en het gepleegde feit een plaats geven. Binnen het Basta-project wordt herstel t.o.v. de maatschappij verwacht onder de vorm van een gemeenschapsdienst van 30 uren. Eventueel herstel t.o.v. het slachtoffer kan opgenomen worden binnen een vrijwillig aanbod van herstelbemiddeling. Daarnaast omvat het Basta-project een leerproject ‘op maat’ van 40 uren waar er eveneens gewerkt wordt met de context van de jongere. Gespreid over 6 maanden worden er drie rondetafelgesprekken georganiseerd.
31
Het leerproject Rots & Water richt zich tot plegers van alle soorten delicten en tot jongeren die gebaat lijken bij een ervaringsgerichte, meer fysieke manier van werken rond weerbaarheid, zelfvertrouwen, zelfbeheersing en assertiviteit. Het leerproject ‘Rots & Water’ is voornamelijk bedoeld voor jongeren die er baat bij hebben hun lichaam beter te leren kennen en te beheersen zodat ze hun hoofd helder kunnen krijgen in stresssituaties. Zowel jongeren die het moeilijk hebben om zich te beheersen bij frustraties als jongeren die het moeilijk hebben hun plaats op te eisen en op te komen voor zichzelf in een groep of in moeilijke situaties kunnen hiervoor doorverwezen worden. Het is een psycho-fysiek aanbod dus er wordt vooral bewogen en ervaren en niet zozeer gepraat. Het is een project waarbij we zowel individueel als in groep werken. In groep wordt weinig tot niet ingegaan op de individuele reden of achtergrond van aanmelding. Dit gebeurt dan voor en na het groepsgedeelte.
3. Cijfers Brussel-Leuven Onderstaande tabel geeft het aantal nieuwe aanmeldingen weer voor gemeenschapsdiensten en leerprojecten weer te Brussel en Leuven. Tabel: aantal aanmeldingen 2013 voor gemeenschapsdienst en leerproject (20u/40u) Brussel en Leuven
Nieuwe aanmeldingen 1/01 – 31/12/2013
Gemeenschapsdienst
Leerproject 20u
Leerproject 40u
Leuven
18
31
4
Brussel
29
33
3
Totaal
47
64
7
Gemeenschapsdienst Na een dalende tendens van de afgelopen jaren, kent het aantal opgelegde gemeenschapsdiensten in Brussel een status quo met zowel in 2012 als in 2013 29 verwijzingen. Een dalende tendens is echter in 2013 wel merkbaar in Leuven met 18 verwijzingen, nadat zij de twee vorige jaren dan weer een status quo kenden met 24 dossiers. Er kan voor uiteenlopende feiten een gemeenschapsdienst worden opgelegd. Een opvallende tendens is het feit dat er vaker ook voor zedenfeiten een gemeenschapsdienst wordt opgelegd. De meeste jongeren die een gemeenschapsdienst opgelegd krijgen in Brussel, zijn 16 of 17 jaar, waar dit in Leuven 15 of 16 jaar is. Het gaat hierbij, zowel in Brussel als in Leuven, voornamelijk om jongens. Als we kijken naar het verloop van de gemeenschapsdiensten, zien we dat alle Brusselse dossiers met een gemeenschapsdienst die in 2013 afgesloten werden, volledig doorlopen werden. Hiermee
32
doet Brussel het beter dan in 2012. Leuven kan verhoudingsgewijs gelijkaardige cijfers voorleggen als in 2012. We zien dat het merendeel van de gemeenschapsdiensten in 2013 volledig doorlopen werd, 3 gemeenschapsdiensten vroegtijdig afgebroken werden (jongeren komt afspraken niet na of wijziging in de situatie van de jongere) en 2 niet zijn opgestart (nieuwe feiten gepleegd). Zowel in Brussel als in Leuven was het gemiddelde opgelegde uren 30 uren. In 5 dossiers werden meer dan 45 uren opgelegd. In Leuven waren dit er 3.
Leerprojecten a) Leerproject op maat Ook dit jaar had het leerproject op maat zoals vorige jaren behoorlijk wat aantrek bij de verwijzer. In 2013 werden er in Leuven 14 leerprojecten op maat opgelegd, in 2012 waren dit er 21. Hier betreft de evolutie van het aantal leerprojecten op maat dus een dalende tendens. Alsnog blijft dit leerproject in Leuven het meest opgelegde leerproject. De dalende tendens zou kunnen worden gekaderd binnen een algemene daling van het aantal verwijzingen voor Leuven in 2013 ten opzichte van 2012. In 2013 werd er voor Leuven het voorstel gedaan het onderscheid tussen de verschillende soorten leerprojecten te fuseren onder de noemer van een ‘leerproject op maat’. Hierbinnen zou er de bewegingsruimte zijn om aan de slag te gaan met diverse thema’s zoals drugs, slachtoffer in beeld, seksueel grensoverschrijdend gedrag,… die zich aanreiken. Het overlappen van thema’s binnen een leerproject was hiervoor de voornaamste reden. In Brussel won het leerproject Rots & Water het dit jaar van het leerproject op maat. In 2013 werden er in Brussel 8 leerprojecten op maat opgelegd, vorig jaar waren dit er 4. De evolutie in Brussel kent dus, in tegenstelling tot Leuven, een stijgende lijn. Opnieuw zou deze tendens ook kunnen worden gekaderd binnen het algemeen stijgend aantal verwijzingen voor Brussel in 2013 t.o.v. 2012. b) Leerproject omgaan met drugs In 2013 werden er in Leuven en Brussel respectievelijk 3 en 4 leerprojecten omgaan met drugs opgelegd. Voor Leuven is dat een status quo. In Brussel werd er het jaar ervoor slechts 1 leerproject omgaan met drugs opgelegd. We stellen vast dat jongeren die we begeleiden in het kader van een ander leerproject of een gemeenschapsdienst ook regelmatig bezig zijn met drugs. Tijdens die begeleidingen gaat het uiteraard ook over het thema drugs. Daarnaast vinden voorzieningen uit bijzondere jeugdzorg en andere sectoren de weg naar Gambas. Ze vragen om met jongeren, die bij hen in begeleiding zijn, een leerproject omgaan met drugs op te starten. Met een omwegje langs de dienst ondersteunende begeleiding, eveneens onder het dak van onze vzw Alba, start Gambas die begeleidingen ook op.
33
De jongeren die we tegenkomen zijn meestal bezig met cannabis en alcohol. Een aantal van hen heeft al eens geëxperimenteerd met speed, cocaïne, GHB, XTC, paddo’s. Een enkeling met heroïne. Het leerproject omgaan met drugs wordt individueel gegeven. Redenen hiervoor zijn: het beperkt aantal doorverwijzingen en de bezorgdheid van ouders en verwijzers voor negatieve beïnvloeding. Zoals de meeste drughulpverlening vertrekken wij met motiverende gesprekvoering en hanteren we het model van de drie M-en, waarbij steeds minder nadruk komt te liggen op het middel, en meer op het milieu en de mens. In de wetenschappelijke literatuur en op gespecialiseerde websites is steeds meer informatie te vinden over het thema drugs: wat ze doen, hoe ze werken, hoe je het best personen benadert die ermee bezig zijn. We maken dan ook dankbaar gebruik van het aanbod op websites als VAD, Jellinek, Trimbos, NJI, IPOP. In die zin blijft het leerproject omgaan met drugs in evolutie waarbij we aandacht hebben voor nieuwe inzichten van de neurologie en ervaringen uit longitudinale onderzoeken m.b.t. verslaving en voor nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen, bv. Binge drinken, gameverslaving. 2 Maal per jaar is er een overleg tussen de Vlaamse HCA-diensten waarop ervaringen m.b.t. het leerproject omgaan met drugs worden uitgewisseld. Sinds 2013 worden via clouds op internet methodieken gedeeld. In 2012 werd een aanzet gegeven tot het uitbouwen van een getrapt regionaal aanbod in Leuven waarop scholen, diensten, organisaties, politie, parket,… jongeren naar zouden kunnen doorverwijzen over wiens druggebruik men zich zorgen maakt. Dit project ligt even in de schuif. Andere evoluties, zowel binnen onze organisatie als erbuiten eisten aandacht en tijd op. We blijven het leerproject omgaan met drugs verder uitbouwen in overleg met jeugdrechters en de sociale dienst. Een belangrijk aandachtspunt hierbij blijft het zoeken naar een manier om de ouders te betrekken.
c) Leerproject Slachtoffer in Beeld Het aantal leerprojecten Slachtoffer in Beeld lag net als de vorige jaren ook in 2013 laag; in Leuven werden er voor het derde jaar op rij slechts 2 SIB-dossiers aangemeld. In Brussel daalt de lijn lichtjes verder tot 3 aangemelde dossiers. Gezien het laag aantal doorverwijzingen, werd het leerproject ook dit jaar uitsluitend individueel gegeven. In Brussel gaat het totaal van aangemelde leerprojecten nochtans omhoog. Deze stijging is echter vooral toe te wijzen aan het leerproject Rots & Water. De leerprojecten seksueel grensoverschrijdend gedrag en het leerproject omgaan met drugs stijgen ook, maar in mindere mate. Het leerproject Slachtoffer in Beeld is hier het enige waarvan de aanmeldingen dalen. In Leuven is het leerproject Op maat al langer het meest opgelegde leerproject. Zoals hierboven reeds vermeld, werd dit jaar in overleg met de sociale dienst van de jeugdrechtbank van Leuven besloten deze trend verder uit te puren en standaard het leerproject Op maat op te leggen. Daarbinnen kan de sociale dienst eventueel een accent meegeven. Dit accent vervangt het vroegere
34
onderscheid tussen de verschillende leerprojecten; het kan bijvoorbeeld liggen op ‘druggebruik’ of op ‘slachtofferinzicht’. Deze beslissing zal er zeker in de toekomst toe leiden dat er minder leerprojecten Slachtoffer in beeld zullen worden opgelegd ten voordele van het leerproject Op maat. Onze deelname aan de praktijkteams over het leerproject Slachtoffer in Beeld werd naar analogie met het laag aantal doorverwijzingen, op een lager pitje gezet. De tijdsinvestering hiervoor was niet langer in verhouding met het aantal effectieve leerprojecten en ook inhoudelijk kwamen, gezien onze overwegend individuele aanpak, onze programma’s niet langer overeen. We stappen daarom over van tweemaandelijkse deelname aan het praktijkteam naar jaarlijkse deelname. Aan het coördinatorenoverleg blijven we wel deelnemen, dit om de vinger aan de pols te houden van nieuwe trends of bevindingen.
d) Leerproject Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag Het leerproject Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag (SGG) is in de arrondissementen Brussel en Leuven tot stand gekomen binnen een samenwerking tussen Alba (toenmalige BAS! vzw) en I.T.E.R. I.T.E.R. is een gespecialiseerd centrum voor preventie, begeleiding en behandeling van seksueel grensoverschrijdend gedrag en heeft sinds 2006 tevens een jongerenwerking. Wanneer een jongere best gebaat is met een kortdurend leerproject i.p.v. een (langdurige) therapie, gebeurt de doorverwijzing via beschikking of vonnis aan Gambas. Het leerproject SGG kende in 2013 een onzekere basis. Omwille van onzekerheden omtrent de verdere subsidiëring van het leerproject werden plannen op lange termijn bemoeilijkt. Nochtans wordt de samenwerking tussen Gambas en I.T.E.R. als zeer zinvol ervaren. Vanuit de overheid werden er wel middelen voorzien om een project uit te werken. Op die manier kon de samenwerking tussen I.T.E.R. en Gambas gevrijwaard blijven. Gezien de ervaring binnen Alba met vrijwilligers-ondersteuners werd er binnen dit project nagegaan, naar analogie van het project COSA (voor volwassen zedenplegers), of deze vrijwilligers een rol kunnen spelen in de begeleiding van minderjarige plegers van SGG en hun ouders. De concrete vraagstelling hierbij was dus: “kunnen vrijwilligers-ondersteuners jongeren en hun ouders ondersteunen en eventueel isolement doorbreken helpen doorbreken?” Een ander luik in dit project bestond eruit om psycho-educatie en opvoedingsondersteuning voor ouders van jonge plegers te realiseren. Vanuit dit idee werd er gestart met een ‘oudergroep’. Deze groep kwam 3 maal samen in 2013 en werd erg positief geëvalueerd. Daarnaast is deze oudergroep ook een lotgenoten-contact, wat ook isolement en taboe bij ouders kan doorbreken. Gezien de positieve reacties staat er ook in 2014 een oudergroep op de agenda. Voor meer informatie over de bevindingen van dit onderzoek verwijzen we naar het projectverslag dat begin 2014 verstuurd werd. In 2013 werden er 2 leerprojecten SGG te Leuven opgestart en 1 te Brussel. Ondanks dit beperkt aantal doorverwijzingen werden er 6 aanmeldingen (behandeling, begeleiding, leerproject) door de Jeugdrechtbank te Leuven gedaan, 11 aanmeldingen kwamen via de Jeugdrechtbank te Brussel en 5 via de gemeenschapsinstelling te Mol. Het kan gaan om een kortdurende of langdurige ‘begeleiding’, waarbij dezelfde thema’s en doelstellingen aan bod kunnen komen.
35
e) Basta-project Voor de Basta-projecten hebben we de afspraak met de verwijzers dat er, omwille van de intensiteit van het project, eerst nagegaan wordt bij onze dienst of een nieuw Basta-project al dan niet kan opgenomen worden. We proberen ons te beperken tot één Basta-begeleiding per (voltijdse) medewerker, maar door de populariteit van het project worden dat er in de praktijk vaak meer. Verwijzers blijven ook dit jaar vragende partij om dit project te blijven aanbieden omdat zij het een goed alternatief voor een plaatsing vinden, er een verband is met de gepleegde feiten en omdat er kort op de bal wordt gespeeld. In 2013 zijn er vanuit de Brusselse jeugdrechtbank 3 Basta-projecten doorverwezen. De Leuvense jeugdrechtbank legde dit 4 Basta-projecten op. In de cijfers wordt Basta weergegeven als een gemeenschapsdienst van 30 uren en een langdurend leerproject van 40 uren. De feiten waarvoor een Basta werd aangevraagd, waren poging tot diefstal met geweld in bende in combinatie met druggebruik, inbraak,… De begeleidingen die in 2013 werden opgestart, konden niet allemaal nog in datzelfde jaar afgesloten worden. Eén Brusselse jongen kreeg, na afloop van zijn Basta-project, nog een extra leerproject ‘op maat’ van 20 uren. De anderen werden afgesloten zonder verder gevolg. In 2013 waren er contacten met de dienst YAR rond afstemming tussen de 2 projecten omdat het soms voorkomt dat een zelfde jongere zowel een Basta- als een YAR-project krijgt en dat beiden (tijdelijk) overlappen. Daarnaast werden afspraken gemaakt met de mensen van NPT (Nieuwe Perspectieven bij Terugkeer) rond opleiding over hun programma om daaruit elementen binnen Basta te implementeren.
f) Leerproject Rots & Water Rots staat voor standvastigheid en onbuigzaamheid. Er zijn momenten en situaties dat je je eigen weg met inzet en volharding moet gaan. Water wijst op flexibiliteit en aanpassingsvermogen. Water tast af, verkent, communiceert en vervolgt veeleer vloeiend zijn weg. In fysieke- en gerichte vechtsportoefeningen ervaren jongeren deze beide houdingen. Actie en reflectie wisselen elkaar af. De betrachting is om de jongeren ruimere manieren van reageren te laten verkennen bij het omgaan met moeilijke situaties. En hen bewuster te laten stilstaan bij de vele keuzemomenten in hun leven. Eigen aan onze invulling van het project is de aanvulling met aandachts- en meditatie-oefeningen die dit bewuster handelen mee ondersteunen. Het project Rots & Water en het project Weer-staan – zie verder – verrijken elkaar wederzijds in hun zoeken naar oefeningen en een inhoud die jongeren weet aan te spreken. In 2013 bleef het project Rots & Water zowel verwijzers als jongeren boeien, meer nog te Brussel (17) dan te Leuven (10). Verwijzingen waren er zowel bij vonnis als in ‘de veeleer verkennende fase’ bij beschikking. Motivatie was er vanuit de wil om in te werken op meer zelfbeheersing, maar ook op
36
het feit dat de jongere zijn eigen weg moet leren gaan en zich niet te snel zou mogen laten beïnvloeden. Rots & Water is een gemengd project waarbij het werken in (kleine) groepen positief ondersteunend werkt voor de individuele reflectie. Evengoed wordt op maat gewerkt en dienen we soms volledig het groepsgegeven te laten vallen. In 2013 gingen 4 groepsprojecten door, waarvan 2 te Brussel en 2 te Leuven, met steeds 4 tot 7 effectieve deelnemers. Deze groepen werden steeds door 2 begeleiders omkaderd. Eénmaal opgestart, vervolmaakten jongeren bijna steeds het ganse groepstraject. Daarentegen waren er ook 3 jongeren die over de ganse lijn forfait gaven en zelfs niet bij een eerste activiteit kwamen opdagen. 3 jongeren werden volledig individueel begeleid bij een Rots & Water traject. Eén duo werd begeleid op locatie van een MPI. We onthouden uit evaluaties dat jongeren ‘zoals in de boekjes’ aangeven meer zelfvertrouwen en zelfbeheersing te hebben. Evengoed zijn er enkelingen die weinig bereidheid tonen tot stilstaan bij zichzelf en eerlijk genoeg zijn om te zeggen dat ze er niks aan hadden.
g) Innovatief project Weer-staan Dit project werd opgestart om met de ervaring opgedaan binnen Rots & Water te experimenteren in het werken met jongeren binnen een Brusselse onderwijscontext, waarbij de focus zowel ligt op zelfbeheersing als op het veel ruimere thema weerbaarheid. Dit project werkt met schooljaren. 2012-2013 was het eerste jaar van experimenteren, 2013-2014 het tweede. Weer-staan draait op 2 toegevoegde halftijdse begeleiders en wordt mee ondersteund door het ruimere Gambas-team. Het project is experimenteel voorzien voor 3 jaren. In het 3de jaar dient evaluatie en – indien wenselijk – een meer structurele verankering te worden nagestreefd. Er wordt samengewerkt met een ruim netwerk van scholen, clb’s en onderwijs-ondersteunende initiatieven. Deze laatsten zijn time-out Brussel, extra-time en netwerk leerrecht. Verwijzingen gebeuren zowel individueel als voor (klas)groepen. Aanbod is ook in het 2de jaar zowel voor individuele- als voor groeps(klas)trajecten. Er wordt grotendeels vertrokken van de vraag en op maat gewerkt. Naast de algemene vraag te werken rond weerbaarheid en wat meer zelfbeheersing worden ‘op vraag’ tevens activiteiten ingelast die groepssfeer- en samenwerkingsbevorderend zijn. Binnen volgende scholen werd/wordt met 1 of meerdere (klas)groepen gewerkt: Don Bosco te Sint-Pieters-Woluwe, Imelda te Brussel, Imelda te Anderlecht, Cardijnschool te Laken, SNI te Anderlecht, Zaveldal te Brussel, Maria assumpta te Laken en time-out Brussel. Tevens werd gewerkt met een groep jongeren van het internaat van Don Bosco te Woluwe.
37
Individuele trajecten (14 vragen / verwijzingen) kwamen tot stand op verwijzing van Victor Horta te Evere, Time-out Brussel, Cardijnschool Laken en Cardijnschool Anderlecht, Zavelenberg te SintAgatha-Berchem. En tot slot was er een vrij aanbod waarbij zowel via (moderne) dans als via gevechtsport met deelnemers vanuit netwerk leerrecht en extra-time werd gewerkt. Het 2de werkingsjaar is nog niet ten einde maar het volgende is alvast opmerkelijk: verhoging van de vragen voor groepsprojecten tegenover een vermindering aan individuele trajecten; verruiming van de activiteiten met het (tevens) werken rond sociale vaardigheden en communicatie; een trager op gang komen van de verwijzingen voor het vrije aanbod doch evengoed de ‘boom’ in verwijzingen na einde februari en paasvakantie. Vragen blijven komen, uitdagingen worden steeds aangegaan. Het 3de jaar komen we naar buiten en zoeken we ons te verankeren. h) Leerprojecten buiten het HCA-kader Ook dit jaar kregen we via verschillende kanalen aanvragen voor het begeleiden van jongeren in verband met diverse problematieken. Dankzij de samenwerking met de Dienst Ondersteunende Begeleiding konden we aan verscheidene van deze vragen tegemoet komen. Zo werden er in 2013 9 begeleidingen opgestart buiten het HCA-kader. Dit ging om jongeren die verbleven in of begeleid werden door een voorziening binnen de Bijzondere Jeugdzorg. Vaak waren dit jongeren met een POS-problematiek, waarbij er geen PV werd opgesteld voor strafbare feiten of waarbij voorrang werd gegeven aan de POS-problematiek bij de afhandeling door de jeugdrechter. Overwegend werd de vraag gesteld op initiatief van een begeleider van de voorziening, een enkele keer door de consulent of de jongere zelf. Steevast hebben deze vragen betrekking op het afleggen van een traject met de jongere in verband met een drug-of agressieproblematiek. Aangezien deze begeleiding zich niet afspeelt in een gerechtelijk kader, is de motivatie van de jongere zelf uiteraard van groot belang. Ook via andere kanalen komen geregeld vragen voor de begeleiding van jongeren. Vragen van CLB’s, Time-Out projecten en Netwerk Leerrecht in het Brusselse in verband met agressiebeheersing en/of weerbaarheid komen terecht bij het project Weer-staan, die een groepsaanbod organiseren in enkele Brusselse scholen en een vrij aanbod op namiddagen. Af en toe engageert een jongere zich ‘iets’ te doen als herstel’geste’ naar een slachtoffer binnen het kader van een herstelbemiddeling, waarbij het slachtoffer verwacht dat de jongere beseft wat hij gedaan heeft door het volgen van een bewustmakingsprogramma, zoals een leerproject. Een zeldzame keer is een wanhopige ouder op zoek naar een oplossing voor zijn/haar kind. Indien mogelijk verwijzen we de hulpvragers waarvoor we geen aanbod kunnen bieden, door naar de gepaste hulpverlening. Ook vragen met betrekking tot de begeleiding van specifiekere doelgroepen bereiken ons, zoals de begeleiding van lagereschoolkinderen of jongeren met ADHD of een autismespectrumstoornis. Het werd duidelijk dat het voor een hulpvrager alleszins soms een moeilijke zoektocht is in het hulpverleningslandschap.
38
In 2014 zitten we verder samen met onze collega’s van de Dienst Ondersteunende Begeleiding om de samenwerking op punt te stellen, opdat er op de meest efficiënte manier aan deze vragen tegemoet gekomen kan worden.
4. Kwaliteitsplanning 2014 ALGEMEEN •
Evenwicht binnen het team Brussel en Leuven bewaken en verzorgen.
•
Leren van mekaar stimuleren en bevorderen methodiekuitwisseling, visie-ontwikkeling,…
•
Meewerken aan de verfijning van de Binc-registratie.
•
Tevredenheidsmeting voor jongeren, context, partners uitwerken.
•
Start van integrale jeugdhulp opvolgen.
•
Aanzet om met nieuwe kwaliteitsdecreet aan de slag te gaan.
•
Profilering van Gambas binnen Alba en binnen het jeugdhulplandschap.
aan
de
hand
van
intervisie,
LEERPROJECTEN EN GEMEENSCHAPSDIENSTEN •
LP SGG een plaats blijven geven in de samenwerking met I.T.E.R.
•
Sensibiliseren van partners (sociale dienst, jeugdrechters, advocatuur,…) en samen zoeken naar verklaringen voor de dalende instroom.
•
Verkenning rond herstelgericht werken in scholen: innovatief project Weer-staan Brussel indienen bij het agentschap jongerenwelzijn + verkennen van de nood aan leerprojecten omgaan met drugs in een aantal leuvense scholen.
•
Verdere uitdieping van Weer-staan a.h.v. wetenschappelijk onderzoek, intervisie, uitwerken draaiboek.
•
Visie-ontwikkeling en integratie van methodieken zoals NPT (Nieuwe Perspectieven bij Terugkeer), motiverende gespreksvoering, oplossingsgericht werken, ACT, mindfulness, Active Reviewing,..
•
Positionering van de leerprojecten buiten het HCA-kader (Dienst Ondersteunende Begeleiding).
•
Visie- en methodiek ontwikkeling rond werken met de context.
•
Verdere verkenning rond opstart adviesgroep.
39
Bijlagen: 1. Cijfers BEMIDDELING
Tabel: aantal daders-slachtoffers-dossiers voor bemiddeling van 2008-2013 Brussel 350 300 250 200 150
172
daders
157
slachtoffers dossiers
121
100 50 0 2008
2009
2010
2011
2012
2013
Tabel: aantal daders-slachtoffers-dossiers voor bemiddeling van 2008-2013 Leuven 600 500 400 daders
300 200
224
slachtoffers
188
dossiers
151
100 0 2008
2009
2010
2011
2012
2013
40
Tabel: aantal aangemelde jongeren voor bemiddeling per verwijzer van 2008-2013 Brussel
250
200 152 150
parket jeugdrechtbank
100
50 20 0 2008
2009
2010
2011
2012
2013
Tabel: aantal aangemelde daders – slachtoffers voor Hergo van 2004-2013 Brussel 35 30 25 20
daders slachtoffers
15 10
10 10
5 0 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
41
Tabel: aantal aangemelde daders – slachtoffers voor Hergo van 2007-2013 Leuven 40 35
35
30 25
23
20
daders slachtoffers
15 10 5 0 2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
42
ALTERNATIEVE MAATREGELEN
Tabel: evolutie aantal opgelegde maatregelen 2003-2013 Leuven en Brussel
Tabel: evolutie aantal gemeenschapsdiensten 2003-2013 (incl. Basta) Leuven en Brussel 70 60 50 40 Leuven 30
29
20
Brussel
18
10 0 ´03
´04
´05
´06
´07
´08
´09
´10
´11
´12
´13
43
Tabel: evolutie aantal leerprojecten 2003-2013 (incl. Basta als 1x 40u) Leuven en Brussel
Tabel: Evolutie aantal leerprojecten naar project 2007-2013 Brussel 25
20 17 15
op maat omgaan m drugs Rots/Wate
10 8
SIB SGG
5
4 3 1
0 ´07
´08
´09
´10
´11
´12
LP 40u (inc Basta)
´13
44
Tabel: evolutie aantal leerprojecten naar project 2007-2013 Leuven 25
20 op maat 15
14
10
10
omgaan met drugs Rots/Water SIB SGG
5
4 3 2
LP 40u incl Ba
0 ´07
´08
´09
´10
´11
´12
´13
45
2.
Overlegstructuren intern – extern
Onze werking wordt vorm gegeven mede door onze inbreng en participatie aan een uitgebreid overleg en constructieve dialoog met tal van partners in het werkveld. Wie organiseert?
Extern Beleid
Alba en Suggnomè
Alba
Naam overleg
Externe deelnemers overleg
Deelnemers vanuit Alba
Frequentie
Stuurgroep herstelrecht en bemiddeling en Samenwerkingsverban d HCA Leuven
Parket, Jeugdrechters, KULeuven, Politie, CAW, justitiehuis, gevangenissen, advocaten, Stad Leuven, Sociale dienst, Provincie,..
HCA- Coördinator Leuven
4x per jaar
Samenwerkingsverban d HCA Brussel
VUB, vertegenwoordiging BJB, verwijzers (jeugdrechter + parket)
HCA-coördinator Bxl
Teamleden HCA Leuven 1x per jaar
Teamleden HCA Brussel Directeur
4x per jaar
Provincie VlBrabant
Platform BJB BrusselHalle-Vilvoorde
Voorzieningen BJB Brussel Halle Vilvoorde, verwijzers, Provincie
Provincie VlBrabant
Platform BJB Leuven
Voorzieningen BJB Leuven, verwijzers, Provincie
Directeur
4x per jaar
Provincie VlBrabant
Referentiegroep BJB Leuven – Brussel Halle Vilvoorde
Voorzieningen BJB Leuven, verwijzers, provincie
Directeur
4 tot 6x per jaar
Provincie VlBrabant
BJB Leuven en Brussel Halle Vilvoorde
Voorzieningen Brussel – Leuven
Directeur
Voor elke IROJ vergadering Ad hoc
Provincie VlBrabant
Begeleidingsgroep Vereffeningsfonds
Verwijzers, jeugdadvocatuur, slachtofferhulp, Provincie
1x per jaar
Suggnomè
BemiddeLINK
Bemiddelaars meerderjarigen/minderjarigen/i n strafzaken
Directeur, HCA – coördinator Leuven Teamlid HCA
Wie organiseert?
Naam overleg
Externe deelnemers overleg
Deelnemers vanuit Alba
Frequentie
Stuurgroep PPJ Algemene Vergadering Werkgroep Kwaliteit Gemengde werkgroep Ondersteunende Modules EMK- overleg externe modules ondersteunende begeleiding Stuurgroep Iter
Beperkt aantal leden Alle leden PPJ
Directeur Directeur Directeur Directeur
4x per jaar Jaarlijks Maandelijks 2x per jaar
Coördinator DOB
2x per jaar
6x per jaar
Extern Beleid PPJ PPJ PPJ PPJ Agentschap Jongerenwelzijn Iter
Alle leden die ondersteunende modules uitbouwen Organisaties BJB in Vlaanderen met externe ondersteunende modules
Coördinator Iter, coördinator HCA-coördinator jongerenwerking Iter, CAW, CGG Bxl
4x per jaar
46
HUB VGC
Herstelrecht en interculturele spanningen in Bxl Jeugdraad
Jongerenbegeleidin g
Werkgroep jeugdsanctierecht
Netwerk Leerrecht Bxl-AHV
Stuurgroep
Prit overleg
Casusbespreking knelpuntendossiers Slachtoffer in Beeld Coördinatorenoverleg SIB Platform Herstelgericht werken in scholen
Wie organiseert?
Naam overleg
HUB, KUL, straathoekwerk, ALBA, Suggnomè, Citizen
HCA-coördinator Bxl
4x per jaar
Jeugd, jeugdorganisaties, onderwijsorganisaties en welzijnsorganisaties Brussel Academici, praktijk HCA en HV, overheid…
Teamlid Gambas
2x per jaar
HCA – coördinator Leuven
3x per jaar
Hans HCA-coördinator Bxl, Projectverantw. weer-staan Tonuso, MPI Levenslust, Paika, HCA coördinator Alba, CGG, CAW,… Bxl Coördinatoren HCA-diensten SIB HCA – coördinator Bxl Universiteiten, hogescholen, Teamlid diensten HCA, CLB, … bemiddeling Tonuso, Groep intro, Klik, Time out Brussel, CLB’s, Alba (Weerstaan)
Externe deelnemers overleg
Extern Praktijkgericht Overleg Rots/Water Praktijkoverleg/intervis HCA-diensten Rots en Water ie Rots/Water Bert Leers Intervisie psychofysiek Gambas, Adam, Averbode, Averbode werken voorzieningen BJB, privé therapeuten Preventiedienst Overleg Stad Leuven, parket, provincie, Leuven Burenbemiddeling opbouwwerk, stadswachten, dienst Welzijn Provincie VlaamsProvinciaal overleg KULeuven, parket, coördinator Brabant burenbemiddeling projecten provincie, binnenlandse zaken… Suggnomè Begeleidingsteam Bxl Suggnomè, Bemiddelingsburo, Slachtofferhulp, JWW ITER, BIS Provincie VlaamsBrabant VLABO
Comité V Vereffeningsfonds Overleg jongeren en middelengebruik Algemene Vergadering
Verwijzers, jeugdadvocatuur, slachtofferhulp, provincie
LSD overleg Werkgroep Hergo
Politie, preventie, CGG,… Andere HCA medewerkers
Forum Bemiddeling Minderjarigen
Voorzitter HUB
Werkgroep SGGJ
Andere diensten
Intern Beleid Alba
Algemene Vergadering
Leden AV Alba
Alba
Raad van Bestuur
Verkozen leden uit AV
Advocaten voor jongeren Org. Leuven HCA Vlaanderen HCA Vlaanderen
Jeugdadvocatuur, ALBA,…
4x per jaar
2x per jaar 4x per jaar 3x jaar
Deelnemers vanuit Alba
Frequentie
Teamleden Gambas Teamleden Gambas en Weerstaan Teamlid BM Leuven
2x per jaar
Teamlid BM Leuven en Bxl
3x per jaar
Teamleden BM Bxl
3x per jaar
Teamleden BM L&B Teamleden Gambas Leuven Hans
5x per jaar
Teamlid Gambas Teamleden Bemiddeling Alba (2) Coördinator HCA en teamlid bemiddeling Teamlid bemiddeling Directeur, 4 stemgerechtigde personeelsleden, coördinatoren Directeur,
2x per jaar 2x per jaar
2x per jaar 1x per jaar
5x jaar 4x jaar 2x jaar
1x per jaar
6x per jaar
47
2 leden RvB
coördinatoren wisselend Afvaardiging RvB en beleidsteam Directeur, coördinatoren BT Alle teamleden Teamleden verschillende teams + directie Coördinator + teamlid admin/DOB/Gamb as
Alba
Dagelijks Bestuur
Alba
Beleidsteam
Alba Alba Alba
Toolbox personeelsvergadering Eco-team
Alba
WG communicatie
Wie organiseert?
Naam overleg
Externe deelnemers overleg
Deelnemers vanuit Alba
Frequentie
DOB DOB
Team Subteams
-
Wekelijks
DOB
Intervisies
-
BM L&B
Team
-
BM Leuven
Werkgroep vrijwilligers -
BM Leuven
Werkgroep Hergo
-
BM Bxl
Overleg met Franstalige bemiddelingsdiensten Team
Alle Brusselse Franstalige diensten, parketten, parketcriminologen -
Alle teamleden Teamleden per werkvorm Teamleden per werkvorm Alle teamleden Bxl-Leuven en HCA Co Leuven HCA Co L + alle teamleden die VW’er coachen Teamleden die Hergo doen HCA-coördinator Bxl
2-wekelijks
Klein team afz. per arrondissement Ad hoc
-
A-team Info uitwisseling – Overdracht vormingen Werkoverleg Hoger Wal Werkgroep BIV
-
Alle teamleden en HCA coördinator Bxl Teamleden Leuven Teamleden Gambas + HCA coördinator Directie –admin. Alle medewerkers HCA Schipper, Tool Teamleden verschillende teams + HCA coördinator L Teamleden uit verschillende teams en coördinatoren
Momenteel Ad hoc
2 externe begeleiders
Intern Praktijkgericht
Gambas L&B Gambas Leuven Gambas A-team HCA L&B DOB - TOOL Alba
Alba
Werkgroep dwarsverbindingen HCA – DOB
-
Tijdelijk Twee wekelijks 6x per jaar 2x per jaar Wisselend Wisselend
2-Wekelijks 6-wekelijks 6-wekelijks Ad hoc
2-wekelijks Ad hoc 1x maand 2 à 4x/jaar
48