VEERTIENDAAGS INFORMATIEBLAD VAN HET UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ST RADBOUD JAARGANG 37 NUMMER 17 9 november 2012
Ten strijde tegen kanker Het UMC St Radboud wil mensen uit de regio meer betrekken bij de strijd tegen kanker. Daarom is onlangs samen met KWF Kankerbestrijding het Radboud Oncologie Fonds opgericht. Gijs Munnichs
Foto: Flip Franssen
andere criteria. Zo wordt het geld van het Radboud Oncologie Fonds besteed aan innovaties en we gaan elke innovatie wetenschappelijk toetsen. De betrokkenheid van het KWF hierbij is groot. Zo toetst de wetenschappelijke raad van het KWF alle ingediende onderzoeksvoorstellen van het Radboud Oncologie Fonds.’ Naar welk type onderzoek gaat het geld straks? ‘Van fundamenteel onderzoek naar bijvoorbeeld de genetica van tumorcellen tot het effect van behandelingen’, zegt Oyen. ‘Maar ook naar bijvoorbeeld onderzoek hoe de (ex-)patiënt de zorg beleefd heeft. Kortom: dit is heel breed.’
Koers Kanker treft vele levens: dat van (ex-)patiënten, maar ook van familieleden, vrienden en nabestaanden. Iedereen wil dat er betere behandelmogelijkheden komen voor deze ziekte. ‘Met het Radboud Oncologie Fonds betrekken we mensen uit Oost-Nederland bij onze strijd tegen kanker’, zegt Wim Oyen, onderzoeksdirecteur Oncologie. ‘Het fonds zamelt geld in voor wetenschappelijk onderzoek en innovaties in zorg en onderwijs op het gebied van oncologie in het Radboud. Mensen zijn gemotiveerd dit initiatief te steunen, omdat iemand zelf of een familielid hier patiënt is geweest, of omdat iemand uit de regio komt en ons UMC een warm hart toedraagt. Ook medewerkers en zakelijke relaties kunnen hiermee méér doen voor onze oncologische patiënten.’
De komende maanden wordt de koers uitgestippeld hoe het geld in te zamelen. Fondsenwerver Petra van Soest gaat hiermee aan de slag. In 2013 zullen de eerste acties plaatsvinden. Het streven is om, als alles eenmaal loopt, jaarlijks enkele honderdduizenden euro’s binnen te halen. “Patiënt als partner” krijgt ook zijn weerslag in het Radboud Oncologie Fonds. Oyen: ‘Mensen kunnen doneren aan het fonds als geheel, máár ook specifieke onderzoeksvoorstellen steunen. We zullen transparant zijn over de besteding van het geld, bijvoorbeeld door dit op de website te laten zien. En we staan open voor wat patiënten of nabestaanden zelf graag onderzocht zien. Nauwe betrokkenheid van de donateurs bij het fonds moet een van de succesfactoren zijn.’
Betrokkenheid
Donateur worden? Ga naar www.umcn.nl/oncologiefonds. Op de foto: RvBvoorzitter Melvin Samsom en Michel Rudolphie, directeur KWF, tekenen de samenwerkingsovereenkomst.
Het Radboud Oncologie Fonds vervangt niet KWF Kankerbestrijding. ‘Het fonds is een extra manier om geld in te zamelen’, aldus Oyen. ‘Er gelden ook
Pagina 3 Werkplek 2.0: altijd alle gegevens binnen handbereik
Pagina 5 Interview met @dokterBertho: ‘Durf te luisteren’
Pagina 6 Zorgen voor de specialist van morgen
Pagina 9 Met kennis is geld te verdienen
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
Verbeterd
En verder...
Vrouwen met Turner schrijven mee Voor vrouwen met het Turnersyndroom, een zeldzame aandoening, bestaat sinds kort een landelijke standaard voor de zorg. Mede opgesteld door de patiënten zelf. X-chromosoom ontbreekt. Het Turnersyndroom is een zeldzame chromosoomafwijking, die alleen bij vrouwen
voorkomt. 1 op 2000 vrouwen wordt geboren met deze afwijking waarbij één van de twee X-chromosomen ontbreekt. Deze vrouwen zijn vaak klein (indien onbehandeld, niet groter dan 1.50 meter), hebben soms afwijkende uiterlijke kenmerken, een grotere kans op hart- en vaatziekten en nierproblemen, en zijn meestal onvruchtbaar. Vooral door dit laatste kunnen zij ook psychische klachten ervaren. Grootste poli. In 2007 was het Radboud het eerste Nederlandse ziekenhuis met een speciale poli voor Turnerpatiënten. Met 250 vrouwen als patiënt is dit de grootste Turnerpoli in Nederland. ‘Op onze poli verlenen we multidisciplinaire zorg’, aldus internist-endocrinoloog Henri Timmers. ‘Hierbij zijn alle mogelijke disciplines betrokken, zoals gynaecologie, cardiologie, KNO, endocrinologie en medische psychologie. In navolging van Nijmegen zijn er ook Turnerpoli’s gestart in Amsterdam, Groningen en Rotterdam.’
Vrouwen met het Turnersyndroom.
Input patiënt. Op 3 oktober is tijdens een minisymposium in het Radboud de Klinische Richtlijn Turner Syndroom gelanceerd. Het Radboud nam, samen met het Erasmus MC en het VUmc, het initiatief voor deze richtlijn. Specialisten uit een tiental disciplines schreven samen hoe de zorg voor vrouwen met Turner er uit hoort te zien. ‘Dankzij de richtlijn wordt aan vrouwen met Turner overal in Nederland volgens dezelfde afspraken en normen zorg verleend’, aldus Timmers. ‘Ook patiënten zelf gaven input voor de richtlijn. Zo is een derde hieruit afkomstig van de patiënt. Deze richtlijn voldoet dus aan de medische maatstaven én aan de wensen van de patiënt.’ GM
In mijn keuze voor het werk van Janpeter Muilwijk als mijn laatste tentoonstelling in de Zuidcorridor, werd ik bevestigd door de lezing die de kunstenaar over zijn werk gaf op het symposium georganiseerd door de afdeling Kunstgeschiedenis van de Radboud Universiteit, ter gelegenheid van mijn afscheid als kunstcoördinator van UMC en Universiteit. Immers even sereen als authentiek vertelde hij, kind van protestantse huize zijnde maar tegelijk hedendaags kunstenaar, over zijn Bijbelse inspiratie. Dit maakte zijn verhaal, zo godsdienstig en spiritueel gekleurd als het was, niet van deze tijd maar daarom zeker niet ouderwets of van een achterhaalde tijd. Het was juist tijdloos. Kortom van de tijd die we in ons jachtig leven met stress, competitie, geldingsdrang en persoonlijke profilering, verliezen en verloren zijn. Ik noemde het in de aankondiging van tentoonstelling, werk van voor de zondeval.
Dat houden de wandtapijten van Janpeter Muilwijk ons voor. Zelf merkte hij op dat dit paradijselijke evenwel niet te zoeken is bij de eerste mensen door God geschapen, maar dat het om “het onvolmaakte, het kleine gaat; beperkt en kwetsbaar en ik verbeeld het in een naïeve,
Colofon Radbode is een tweewekelijks personeelsblad van het UMC St Radboud. Oplage: 13.000 Redactie: Nelleke Dinnissen, Jannie Meussen, Gijs Munnichs en Marjan Wassenaar. Aan dit nummer werkten mee: Cees Bakker, Karin van den Berg, Jolanda Brauer, Marten Dooper, Flip Franssen, Aliëtte Jonkers, Karin van Frank Muller, Daan Van Speybroeck, Marc van Teeffelen en Marcel Wortel. E-mail:
[email protected], telefoon: 024-3617261 Correspondentie: UMC St Radboud, 911 Productgroep Communicatie. Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Redactieraad: prof. dr. Rob Bleichrodt, Peter van Dijk, prof.dr. Louis Kollee, dr. Erik de Laat. Vormgeving en lay-out: Puntkomma Nijmegen Druk: Wegener Nieuwsdrukkerij Gelderland Advertenties: Bureau van Vliet, 023- 5714745, e-mail:
[email protected] Abonnement: 13,60 euro, informatie Sylvia van Brück-Engelen 024-3615442. De volgende Radbode verschijnt vrijdag 30 november 2012.
AGENDA Algemeen 10 november: Open dag Universitair Centrum Chronisch zieken Dekkerswald 16 november: Afscheidreceptie met symposium Jos Lerou: “Over punten en komma’s”. Locatie: Afrika Museum te Berg en Dal, van 13.30 – 18.10 uur. Meer informatie en inschrijven via www.paoheyendael.nl. 23 november: Afscheidsrede en symposium Andries Hoitsma: “Niertransplantatie: beter en meer!” In dit symposium komen onderwerpen aan de orde die het levenswerk van Andries Hoitsma weerspiegelen. Meer informatie en inschrijven via www. paoheyendael.nl. Inschrijven vóór 9 november. 25 november: Sinterklaas komt naar Nijmegen om samen met de kinderen van leden van PV Radboud zijn verjaardag te vieren. Doelgroep: kinderen van PV-leden van 2 t/m 8 jaar. De vieringen vinden plaats om 11.30, 13.45 en 16.00 uur in het Auditorium. Meer informatie en inschrijven via www.ru.nl/ pv/evenementen/sinterklaas 20 december: Lustrumconcert door het Nijmeegs Studentenorkest, met Brahms – Akademische Festouverture / Saint-Saens – Vioolconcert nr. 3 / Beethoven – Symfonie nr. 9. Locatie: Vereeniging, aanvang 20.15 uur.
kunst
Daar gaat de kunstenaar in mee wanneer hij zegt dat het naakt dat in zijn werk overvloedig te zien is, niet seksueel of obsceen is, maar gewoon bloot. Van een kinderlijkheid – zonder ook maar ergens kinderachtig te worden – van vóór de seksualiteit. De vaste referentiekaders die we overgenomen hebben van de reclame en de televisie bieden hier geen houvast, verdampen of verpulveren, en wat we te zien krijgen werkt ontwapend. Het is van een broze onschuld en oorspronkelijkheid waar we niet meer bij kunnen, daar we deze inleverden om zogenaamd volwassen te worden.
In bedrijf: Patiëntveiligheidsweek, Prostaatkanker, Hiv-sneltest, Epic Wetenswaardig Mensen, Sponsortoch Noordkaap Het moment, Betoog: … en daarom oefenen we, samen Ethiek, vervolgopleiding medisch specialisten onder vuur
Oecumenische vieringen Elke zondag om 10.00 uur in het Personeelsrestaurant. Zondag 11 november, voorganger Wim Smeets, koor Joyful; zondag 18 november, voorganger Linda Modderkolk, koor Impuls; zondag 25 november, voorganger Ans Bertens, Elia Gemeenschap.
Radboud Zorgacademie
Uit de expositie in de Zuidcorridor, van Janpeter Muilwijk bijna klungelige vormtaal; deze taal is in groot contrast met de gemanipuleerde fotografische beelden die we nu zo veel te zien krijgen.” Oog in oog met zijn werk wordt de zondeval even ongedaan gemaakt. Daan Van Speybroeck
2
Op 23 november organiseert de Radboud Zorgacademie een open dag voor afdelingshoofden, bedrijfsleiders en hoofdverpleegkundigen. In de vorm van Stip Presentaties, workshops en een bezoek aan het simulatielaboratorium kunnen zij kennismaken met een breed opleidingscontinüum en de laatste ontwikkelingen. Locatie: Gerard van Swietenlaan 2, route 51; van 10.00 - 15.00 uur. Meer informatie op www.umcn.nl/opendagzorgacademie of telefonisch: 024-3618770.
4 9 10 11 12
b e l e id
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
nieuwsladder UMC St Radboud scoort als beste UMC
Op deze werkplek bij Maag-, Darm- en Leverziekten staan al zero clients, computers die slechts bestaan uit een scherm, een toetsenbord, een muis en een kabel die contact maakt met de centrale server. Foto: Flip Franssen
Werkplek 2.0: altijd alle gegevens binnen handbereik Deze maand stappen de eerste duizend medewerkers van het UMC St Radboud over op Werkplek 2.0. Daarmee hebben ze overal in het ziekenhuis, maar ook thuis of onderweg, toegang tot patiëntengegevens en andere digitale documenten.
M a r t e n D oop e r
‘Eerlijk gezegd, staan we hier te trappelen om te beginnen met Werkplek 2.0’, verklaart Corrie van Wolferen, hoofd administratie Kindergeneeskunde. ‘Sinds 2010 zijn wij al bezig het nieuwe werken te introduceren: meer economisch omgaan met de vierkante meters van de afdeling en papierarm werken. Werkplek 2.0 is het logische vervolg hierop. Het had wat ons betreft vorig jaar al mogen starten.’ ‘Werkplek 2.0, een van de projecten binnen Beter 2.0, maakt het mogelijk overal waar je bent toegang te krijgen tot digitale bestanden’, legt Pleun Rijkers, projectleider Werkplek 2.0, uit. ‘Of je nu op je werkkamer achter je PC of laptop zit, met een tablet in je hand naast het bed van de patiënt staat; of je in de trein wilt werken of thuis een vraag van een collega krijgt over een patiënt. Om dit mogelijk te maken passen we het komende jaar de digitale infrastructuur aan. Zonder dat de werknemers daar overigens veel van merken.’
Krachtige centrale servers Alle programma’s, van Word en Outlook tot het EPD, draaien straks op krachtige centrale servers. Via iedere PC, tablet of smartphone kun je – goed beveiligd uiteraard – inloggen, de programma’s openen die je nodig hebt en ermee werken. Binnen enkele seconden kun je overschakelen van PC naar tablet of naar een PC in een andere ruimte. De server ruilt gewoon het ene werkstation in voor het andere. En doordat de programma’s op de centrale server staan, werken ze ook nog eens veel sneller dan nu het geval is.’ ‘Iedereen heeft straks zijn werkplek voortdurend bij de hand. Je kunt op alle plaatsen in het ziekenhuis werken en gegevens raadplegen. Dat scheelt een hoop heen en weer geloop’, voorziet Jes-
sica Vogel, bedrijfsleider van de afdeling Maag-, Darm-, Leverziekten, een van de afdelingen die ook meedoet met de eerste fase van Werkplek 2.0.
Omschakeling binnen een jaar Voor de daadwerkelijke omschakeling naar Werkplek 2.0 is in totaal één jaar uitgetrokken. ‘Het omschakelen bestaat uit een aantal stappen’, legt Rijkers uit. ‘Eerst inventariseren we samen met een afdeling welke applicaties, zeg maar computerprogramma’s, er op de afdeling in gebruik zijn. We bekijken dan welke van die applicaties via de server kunnen gaan draaien. Die maken we daar vervolgens geschikt voor. Ze gaan dan onder andere draaien onder Windows 7 in plaats van onder Windows XP omdat Microsoft vanaf 2014 XP niet meer ondersteunt. Sommige zeer specialistische applicaties gaan niet naar de centrale server maar blijven in beheer bij de eigen afdeling. In de volgende stap ruilen we via een roulatiesysteem de huidige PC’s van de werknemers om voor PC’s die ingericht zijn om via Werkplek 2.0 te werken. Handiger nog dan een PC is een zogeheten zero cliënt aan te schaffen, een computer die slechts bestaat uit een scherm, een toetsenbord, een muis en een kabel die contact maakt met de centrale server. Zero clients zijn energiezuiniger en goedkoper in aanschaf dan de klassieke PC’s. Ook nemen ze minder plaats in en trekken ze minder stof aan. Omdat het in totaal om ruim 10.000 PC’s en 1500 laptops gaat, verloopt de totale omschakeling naar Werkplek 2.0 in vier fasen. De eerste start eind november. In fase 4, najaar 2013 stappen als laatste risicovolle omgevingen als OK en IC over. Dan ook komt Epic, het nieuwe EPD, ter beschikking. Dat is uiteraard helemaal gereed voor Werkplek 2.0.’ Zowel Vogel als Van Wolferen zien de invoering van Werkplek 2.0 vol vertrouwen tegemoet. ‘Het is goed doordacht en getest’, stelt Van Wolferen. ‘Er zit een goed management omheen’, vindt Vogel. ‘We hebben veel tijd in de voorbereiding gestopt en er steeds met de blik van de eindgebruiker naar gekeken’, zegt Rijkers. ‘En de applicaties zelf veranderen niet. Alleen de digitale achtergrond ervan.’ n Meer informatie: http://portal.umcn.nl/organisatie/projecten/werkplek20/Pages/home.aspx
3
Het UMC St Radboud is het beste UMC van Nederland in de vergelijking die Elsevier ieder jaar maakt. Daarvoor kijkt Elsevier naar de veiligheid voor patiënten, nauwgezette en up-to-date medische zorg, betrouwbaarheid van de organisatie en optimale voorlichting aan en begeleiding van patiënten. Het Radboud weet de wachtlijsten kort te houden. Ook op de kwaliteit van de dienstverlening en de voorlichting van de patiënt scoort het Radboud bovengemiddeld goed. Elsevier baseert zich op verplicht openbare en feitelijke gegevens die ziekenhuizen elk jaar aanleveren bij de Inspectie en op het programma Zichtbare Zorg. Dit jaar is voor het eerst meegenomen hoe vaak ziekenhuizen en artsen bepaalde operaties uitvoeren. Dit geldt ook voor resultaten van enquêtes, ontworpen door verzekeraars, naar de ervaringen van patiënten bij hun ziekenhuisopname. Het Radboud is een van de eerste ziekenhuizen die zelf begonnen zijn met het publiceren van cijfers en onderzoeken. Het UMC St Radboud behoort volgens Elsevier dan ook tot de vijf meest transparante ziekenhuizen.
Medewerkers Urologie laten snor staan Achttien mannelijke medewerkers laten in de maand Movember hun snor groeien. Deze artsen, verpleegkundigen en onderzoekers van de afdeling Urologie vragen zo aandacht voor prostaatkanker en zamelen geld in voor onderzoek. Mannen uit 21 landen laten deze maand hun snor, alias ‘Mo’ (Moustache), groeien.
Nieuw bereikbaarheidsbeleid voor medewerkers Hoewel het Radboud over veel parkeergelegenheid beschikt, kunnen patiënten, bezoekers en medewerkers geregeld niet parkeren bij het UMC St Radboud. Om patiënten, bezoekers en medewerkers optimaal te kunnen faciliteren wordt met ingang van 1 januari 2013 een nieuw bereikbaarheidsbeleid ingevoerd. Dit heeft gevolgen voor medewerkers. Medewerkers, ook in de nachtdienst, mogen bijvoorbeeld straks niet meer in de bezoekersparkeergarage parkeren. Medewerkers gaan ook betalen voor het parkeren. Uitgebreide informatie en veelgestelde vragen hierover, staan op intranet onder de button Betaald parkeren.
Kerstkaart dit jaar digitaal Elk jaar wordt voor afdelingen die aan externe relaties kerst/nieuwjaarswensen willen overbrengen, een UMC St Radboud kerstkaart ontwikkeld. Vanwege de verregaande digitalisering binnen en buiten het Radboud én het feit dat we doelmatig werken, komt er dit jaar een digitale kerstkaart. Voor een eenduidige uitstraling en in het kader van doelmatigheid wordt u verzocht van deze digitale kerstkaart gebruik te maken. Naast corporate boodschap is er op de kaart ruimte voor een eigen afdelingstekst of boodschap. Er is een Nederlandse en Engelse versie beschikbaar. Er zijn geen kosten voor de afdeling aan verbonden, ongeacht oplage. De digitale kerstkaart is na Sinterklaas beschikbaar voor afdelingen. Meer informatie, via bedrijfsportaal (bericht mededelingen, 30 oktober).
i n b e d r i j f
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
Big Bang
EPD 2.0 (Epic) gaat live op zondag 27 oktober 2013 De datum is bekend! Zondag 27 oktober 2013 gaat het hele UMC St Radboud met een ‘Big Bang’ over op EPD 2.0 (Epic), het nieuwe systeem dat alle gegevens rondom de zorg van een patiënt vastlegt. Dit heeft de Raad van Bestuur onlangs besloten. Met de overgang kan het Radboud veel doelmatiger werken én daarmee de ambities beter realiseren. Voor medewerkers is het wel een hele omslag. Duizenden medewerkers gaan van de ene op de andere dag met Epic werken. Het is belangrijk dat iedereen kort daarvoor leert omgaan met het systeem. Er zijn opleidingen voor super-users en eindgebruikers. Het trainingstraject voor de super-users duurt in totaal 10 weken. De opleiding start op 2 september 2013. De eindgebruikers worden binnen een periode van 6 weken getraind. Deze training start op 16 september 2013, zes weken voor de Big Bang. Verpleegkundigen krijgen gemiddeld vier dagdelen scholing, artsen gemiddeld twee tot vier dagdelen. Naar verwachting wordt het trainingsrooster begin 2013 in overleg met de afdelingen vastgesteld. De datum van de Big Bang is weloverwogen gekozen. De trainingen starten direct na de officiële zomervakantie voor Zuid-Nederland, waar Nijmegen onder valt. Dan is er net voldoende tijd vóór de kerstvakantie (6 tot 7 weken) om aan het systeem te wennen. Het betekent wel dat zo min mogelijk betrokken medewerkers in de officiële herfstvakantie van Zuid-Nederland vrij mogen plannen, want daarin valt de laatste trainingsweek. Het programma Beter 2.0 adviseert afdelingen om gedurende het trainingstraject en de livegang géén of zeer beperkte vakantieverzoeken te honoreren. Afdelingen krijgen het advies om de eerste weken na de ingebruikname minder patiënten in te plannen. Om medewerkers de kans te geven aan het systeem te wennen. Op basis van ervaring in andere ziekenhuizen moeten zij rekening houden met een productiebeperking van 50 procent in de eerste week na de livegang van Epic, en 25 procent reductie in de tweede week.JM
Patiëntveiligheidsweek 2012
Ook de patiënt krijgt aandacht
zelf. Er komt één prijs voor een afdelingsoverstijgend project en twee voor afdelingsgebonden projecten. Medewerkers kunnen nog tot maandag 12 november 11.00 uur een ‘publieksstem’ uitbrengen via intranet. Daarna beginnen de projectpresentaties aan de jury op 12 en 13 november. Deze bijeenkomsten zijn voor iedereen vrij toegankelijk. Locatie en tijdstippen staan op intranet, onder de button Patiëntveiligheid. In de Patiëntveiligheidsweek worden onder meer ook kosteloos Veiligheidsrondes aangeboden. Zeven afdelingen hebben zich hiervoor opgegeven. Een waardevol instrument om het veiligheidsbewustzijn ter versterken. Medewerkers lopen vergezeld van een PVI-adviseur met een ‘veiligheidsbril’ over de afdeling. Dat geeft waardevolle informatie en inspiratie. Er vinden in deze week ook diverse bijeenkomsten plaats. Op 12 november organiseert de VAR een overlegvergadering over Patiëntveiligheid met zorgleidinggevenden. En op 14 november komen alle DIMcommissieleden (Decentraal Incidenten Melden) bijeen. Ook is er aandacht voor de patiënt. Bij de grote ingangen krijgen zij een Patiëntveiligheidskaart uitgereikt. In wachtruimten kunnen zij kijken naar een animatiefilmpje van zeven minuten, dat hierop aansluit. Beide laten ze zien hoe patiënten zelf kunnen bijdragen aan hun eigen veiligheid. Door zelf bijvoorbeeld vooraf een lijstje te maken van gezondheidsproblemen (ik heb een pacemaker, ben allergisch…) en een overzicht van het medicijngebruik. Door door te vragen als ze iets niet begrijpen, en te vragen wie de hoofdbehandelaar is. Maar bijvoorbeeld ook door bezoek erop te wijzen dat ze beter niet kunnen komen als ze verkouden zijn… Bekijk het filmpje onder het kopje ‘Zorg’ op onze website. JM
Wereld Aidsdag
UMC St Radboud biedt gratis hiv-sneltest aan
Nieuwe naam
Van EBH naar Health Evidence
Op 2 november is onder brede belangstelling de nieuwe afdeling Department for Health Evidence gelanceerd. Voorheen stond deze afdeling bekend als de afdeling Epidemiologie, Biostatistiek en HTA. Afdelingshoofd prof. dr. Gerhard Zielhuis illustreert met een bericht van nu.nl hoe rammelend klinisch onderzoek aan de orde van de dag is. Zo zou volgens onderzoek het eten van één fastfoodmaaltijd al schadelijk zijn voor de gezondheid. Een conclusie gebaseerd op onderzoek bij slechts 28 mannen. Er is dus nog een wereld te winnen in het vergaren van solide wetenschappelijke kennis voor de gezondheidszorg. En dat is de rol die Health Evidence voor zich ziet. Maar waarom een nieuwe naam? Allereerst omdat de oude naam zo lastig uit te spreken was. Maar is de missie dan ook veranderd? Nee, de afdeling staat nog steeds voor “research with impact”. Werken aan betrouwbaarheid, nut en bruikbaarheid van medisch onderzoek. Om de naamswijziging kracht bij te zetten reikte RvB-lid Cathy van Beek de Gouden Sok Award uit aan Gerhard Zielhuis. De geitenwollensok als mascotte die symbool staat voor degelijkheid en betrouwbaarheid. MW
Nieuwe spin-off Soteria Medical Volgende week, 12 tot en met 16 november, vindt de landelijke week van de Patiëntveiligheid plaats. Ook het Radboud organiseert diverse activiteiten. Zo is er dit jaar weer een Patiëntveiligheidsprijs ingesteld. Daarvoor zijn dertien aanmeldingen binnengekomen. De uitreiking door de Raad van Bestuur vindt plaats op 14 november op de desbetreffende afdelingen
voor diagnose en behandeling van prostaatkanker. Deze toepassing verbetert de manier van het nemen van een biopt onder geleiding van de MRI, zoals dat wordt gedaan in Nijmegen in het “Prostate Center of Excellence”. Nu is het nemen van een biopt nog pijnlijk, ongemakkelijk en tijdrovend. Ook het vinden van een tumor in de prostaat is een lastige zaak. Onderzoekers van Radiologie hebben een kunststof MRI-Compatible Manipulator bedacht, die in staat is ‘in één keer raak te schieten’. Daardoor zijn minder biopten nodig (tijd- en kostenbesparend). Ook de kans op infecties en bloedingen is kleiner. Om tot een succesvol product te komen is het bedrijf Soteria Medical BV opgericht, waarin het UMC St Radboud een belang heeft genomen. Daarmee is weer een stap gezet om prostaatkanker met succes te lijf te gaan.
Verbetering diagnose bij prostaatkanker Soteria Medical BV, een spin-off van het UMC St Radboud, gaat een toepassing ontwikkelen om in één keer het juiste stukje weefsel uit de prostaat te nemen
4
Op 29 november biedt het UMC St Radboud weer een gratis hiv-sneltest aan voor iedereen ouder dan 18 jaar, die mogelijk risico heeft gelopen op een hiv-besmetting. Uit de grote belangstelling van vorig jaar blijkt dat er behoefte bestaat voor deze actie rond Wereld Aids Dag. De hiv-sneltest in het UMC St Radboud wordt discreet en anoniem afgenomen en de uitslag is binnen 20 minuten bekend. De test wordt uitgevoerd door een verpleegkundig hiv-specialist, die tevens alle vragen over hiv en Aids kan beantwoorden. Dr. Reinout van Crevel, internist-infectioloog in het Radboud: ‘Vier op de tien mensen in Nederland die met hiv geïnfecteerd zijn, weten dit niet van zichzelf. Om te voorkomen dat hiv je ziek maakt, of dat je het virus overdraagt op andere mensen, is het belangrijk om een test te doen, en daarmee je hiv-status te kennen. Want hoe eerder je wordt behandeld, hoe beter de prognose.’ Een hiv-test wordt normaal gesproken door de huisarts of GGD uitgevoerd. Juist voor mensen die de stap naar huisarts of GGD te groot vinden, biedt het UMC St Radboud deze laagdrempelige test aan. De test is onder meer aan te raden als je onveilige seks hebt gehad, wanneer je zwanger wilt worden of als je met bloed van een ander in aanraking bent gekomen. Tevens is het mogelijk om een SOAQ check te laten uitvoeren op die dag. Alleen via telefoonnummer (06) 27 33 16 91 van het UMC St Radboud kan een (anonieme) afspraak voor de sneltest worden gemaakt, van 19 november tot en met 28 november tussen 09.00 en 13.00 uur.
i n t e r vi e w
‘Durf te luisteren’
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
Hij is te zien in het informatieve tv-programma De Dokters. En heeft op Twitter, waar hij bekend is als @dokterBertho, ruim 5.000 volgers. Bertho Nieboer, gynaecoloog in het Radboud, wil boven alles een arts zijn die gemakkelijk benaderbaar is voor zijn patiënten. Gijs Munnichs
Drukke tijden voor Bertho Nieboer. Hij heeft enkele dagen geleden de laatste draaidag van De Dokters erop zitten. De afleveringen van dit tv-programma – tot eind 2012 te zien op Nederland 2 – zijn nu klaar. Samen met collega-artsen bespreekt hij hierin alledaagse kwalen, de laatste medische ontwikkelingen en gezondheidstips. Infotainment voor het grote publiek. Daartegenover staat zijn recente promoveren, begin oktober, op onderzoek naar de fysieke klachten van artsen bij minimaal-invasieve operaties. Nieboer’s definitieve entree in de wetenschapswereld. Promoveren en debuteren op landelijke tv in één maand. Waar klopt je hart het snelst van: media of wetenschap? ‘Dit dilemma houdt me de laatste tijd erg bezig’, zegt de 35-jarige gynaecoloog. ‘Wat me aantrekt aan de media is het directe effect. Je komt op tv of plaatst een tweet, krijgt reacties van collega’s of patiënten die je op ideeën brengen. Een promotie is vier jaar ploeteren. Het effect daarvan is pas zichtbaar op lange termijn. Bovendien trekt het prestigewereldje van de wetenschap me minder. Ik ben er nog niet uit welke kant ik op wil. Het belangrijkste is dat ik een goede dokter wil blijven, die zichtbaar en benaderbaar is voor zijn patiënten.’ Je Twitterbio vermeldt: “de beste dokters zijn zij die hun vak heel serieus nemen, maar zichzelf niet al té! #durfteluisteren” Kun je dit toelichten? ‘Deze uitspraak weerspiegelt hoe ik tegen mijn rol als arts kijk. Ik wil patiënten op hun gemak stellen, zaken goed uitleggen, bereikbaar zijn voor ze en transparant zijn over wat ik doe. Sommige dokters zijn geneigd zich verheven te voelen boven de patiënt, nemen minder snel ideeën van de patiënt ter harte. Zij denken: ik heb ervoor geleerd, ik ben de dokter die beslist. Een patiënt die wekenlang allerlei informatie op internet heeft verzameld over een zeldzame ziekte weet ontzettend veel. Soms meer dan in mijn opleiding aan bod is gekomen.’ Hoe ga jij om met patiënten die zelf veel opzoeken op internet? ‘Ik complimenteer ze dat ze zo proactief met hun ziekte bezig zijn. Vervolgens bekijken we samen de bezochte websites en bespreken de informatie. Ik kan vertellen welke sites betrouwbaar zijn. Als je vervolgens samen een behandelplan opstelt, dan is de patiënt daar veel meer tevreden over dan wanneer je niet naar hem of haar hebt geluisterd. Kun je het de patiënt kwalijk nemen dat die onjuiste informatie vindt op internet? Nee. Als je “hevige pijn onderbuik” intikt op Google kom je allerlei hits over kanker tegen. De patiënt kan daardoor behoorlijk zenuwachtig op het spreekuur komen. Als je niet bespreekt wat iemand op internet heeft gelezen, blijven die emoties wel bestaan.’ Op Twitter noemt Nieboer zichzelf @dokterBertho (‘Bewust bij voornaam, zodat ik laagdrempelig overkom’) en heeft hij ruim 5.000 volgers. Dagelijks plaatst @dokterBertho een portie verse tweets. Sommige, op geestige wijze duidend op zijn beroepsdeformatie: “Als iets 2 weken over tijd is, vind ik
Bertho Nieboer: ‘Wat me aantrekt aan de media is het directe effect. Een promotie is vier jaar ploeteren.’ Foto: Marc van Teeffelen
dat het écht uit de koelkast moet.” Andere, meer zijn mening ventilerend: “Noorse vaders nu 14 weken papaverlof en in Nederland 2 dagen. Beste @MinPres en @diederiksamsom, al wakker?” Twitteren patiënten je veel? ‘Een paar keer per week krijg ik een medisch-inhoudelijke vraag van een patiënt. Ook krijg ik verzoeken voor een second opinion. Hoewel het geen doktersbezoek vervangt, heeft twitteren zeker effect. Ik heb eens getwitterd dat we in het Radboud alles eraan doen om verklevingen te voorkomen bij operaties. Een mevrouw uit Den Haag twitterde terug en wilde perse door mij behandeld worden. Het gaat om transparantie: door te laten zien wie je bent en wat je doet, open te staan voor vragen en interactie, wek je vertrouwen bij patiënten. Met één tweet kun je dat al bereiken.’ Als promovendus onderzocht Nieboer het perspectief van zowel arts als patiënt bij minimaal-invasieve chirurgie. Voor de patiënt bieden deze operaties voordelen: minder pijn na de ingreep, een sneller herstel, fraaier cosmetisch resultaat en betere kwaliteit van leven. Voor
5
de arts is het echter fysiek meer belastend dan een openbuikoperatie, met meer kans op blessures. Wegen de nadelen van minimaal-invasieve operaties voor de dokter op tegen de voordelen voor de patiënt? ‘Het belang van patiënten weegt altijd zwaarder. Maar het is ook heel belangrijk dat we als artsen onze werkomstandigheden verbeteren. Als je met fysieke klachten een operatie uitvoert, dan kan dat het kwaliteitsniveau van de operatie beïnvloeden. Veel dokters denken: ik ben stoer, ik kan er wel tegen. Die blijven opereren, ook al hebben ze een hernia of schouderklachten. Tot het écht niet meer gaat. Ook daarin moet je als arts jezelf niet te serieus nemen, in de zin van: jezelf niet te groot wanen. Ken je eigen fysieke beperkingen. Een mooie parallel: als arts moet je dus niet alleen naar patiënten durven te luisteren, maar ook beter durven te luisteren naar jezelf.’ n Volg @dokterBertho op Twitter. Bekijk wekelijks op maandag De Dokters op Nederland 2, 16.30-17.00 uur. Voor oude afleveringen, ga naar uitzendinggemist.nl.
r e po r t a g e
Een arts in opleiding tot specialist die het functioneren van zijn opleider tegen het licht houdt, kapitein op zijn eigen schip is en ook nog eens management- en bedrijfskundige kwaliteiten bezit: vroeger ondenkbaar, nu dagelijkse praktijk. De afdeling Maag-, Darm en Leverziekten (MDL) in het UMC St Radboud ontwikkelde met een unieke in-companytraining een “best practice”.
AIOS Loes Nissen (rechts) heeft het druk. Het is een komen en gaan van patiënten die op de afdeling MDL een gastroscop
Zorgen voor de specialist van mo Ali ë tt e Jo n k e r s
De 30-jarige AIOS Loes Nissen heeft het druk, die maandagochtend. Het is een komen en gaan van patiënten die op de afdeling MDL een gastroscopie of een coloscopie moeten ondergaan, met allerlei onverwachte ontwikkelingen. Loes, die als AIOS (arts in opleiding tot specialist) het multidisciplinaire team rond de endoscopieprocedure aanstuurt, blijft de rust zelve. Samen met de endoscopieverpleegkundigen laat ze zien dat het allemaal draait om teamwerk en gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen. Kordaat neemt ze beslissingen en zorgt er voor dat het ochtendprogramma op rolletjes loopt. Tussendoor vertelt ze over de speciale in-companytraining “Operationeel medisch leidinggeven”, die ze net achter de rug heeft. In zes modules krijgen de AIOS van de afdeling MDL een stoomcursus bedrijfskunde in vogelvlucht, financiën in de zorg, ondernemerschap, leidinggeven en samenwerking en communicatie.
Feedback vragen
Loes Nissen volgde de AIOS-training “Operationeel medisch leidinggeven”. Onder andere ondernemerschap, leidinggeven en communicatie komen hierin aan bod.
In de reguliere opleiding komen deze onderwerpen niet of nauwelijks aan bod, terwijl AIOS daar wel behoefte aan hebben, vertelt Loes Nissen. ‘Medisch-inhoudelijk leren we veel. Toch komen er een heleboel andere zaken niet aan de orde, terwijl we daarmee in de toekomst, als we als specialist werken in een ziekenhuis, wel te maken krijgen. AIOS lopen daar onherroepelijk tegenaan. Dan heb je het bijvoorbeeld over de financiële organisatie van de zorg en van een ziekenhuis zelf, leidinggeven, het werken in een maatschap, maar ook bijvoorbeeld communicatie.’ De reguliere opleiding besteedt weliswaar veel aandacht aan communicatie, maar dat gaat altijd over de arts-patiëntrelatie. ‘Leren samenwerken met collega’s in een multidisciplinair team en elkaar feedback geven, dat was echt nieuw voor ons’, vervolgt Nissen. ‘De sfeer
6
was open, heel fijn. De ochtend na de module over communicatie en samenwerking, waarbij we leerden elkaar feedback te geven, vroeg een AIOS rechtstreeks om feedback van het team. Daar werd eerst wat lacherig op gereageerd: zo ongewoon is dat nog in een ziekenhuis. Maar direct daarna spraken we erover en vonden we het allemaal erg dapper dat de AIOS om feedback had gevraagd.’
Eyeopener Zelfreflectie lijkt als een rode draad door de zes modules van de AIOS-training op de afdeling MDL te lopen. In een van de modules over operationeel medisch leidinggeven liet chirurg-vlieger Mark Haerkens zien hoe je zelf invloed kunt hebben op een belangrijk onderwerp als patiëntveiligheid. Een persoonlijk assessment bracht de verschillende leiderschapsstijlen van de AIOS in kaart. Heel interessant, vond ook MDL-AIOS Jordy Burger (29): ‘De training geeft een eyeopener in je eigen gedrag. Omdat je meestal één-op-één met de patiënt te maken hebt, zie je bijna nooit hoe andere artsen in opleiding tot specialist zaken aanpakken. In de training gebeurde dat wel. Daar leer je veel van. Op die manier kun je ook handvatten van anderen aangereikt krijgen, die je in je eigen werk kunt toepassen. We konden met die kennis direct al de volgende dag op de werkvloer aan de slag.’ En dat was precies de bedoeling van bedrijfsleider Jessica Vogel, die de training bedacht en samen met de AIOS van de afdeling MDL er inhoud aan gaf. Na elke module vroeg zij aan de AIOS: ‘En, wat ga je morgen anders doen?’ Een aanpak die de specialisten in opleiding flink wakker schudde. Of, zoals Loes Nissen het verwoordt: ‘Het opent je ogen en maakt je blik wijder.’
Voorbereiden op toekomst Binnen het Radboud is Jessica Vogel de eerste bedrijfsleider die een in-companytraining voor specialisten in opleiding initieerde en samen met de AIOS vormgaf. Haar motivatie is helder: ‘AIOS zijn onze toekomst, de
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
‘Training MDL is landelijk uniek’ Kinderarts dr. Jos Draaisma en beleidsmedewerker Nol Maessen, beiden van de Centrale Opleiding Commissie, zijn het er helemaal over eens: de training “Operationeel medisch leidinggeven” van de afdeling MDL verdient navolging.
pie of coloscopie moeten ondergaan.
Foto’s: Frank Muller
morgen medisch specialisten voor morgen. Daar moet je goed voor zorgen.’ Vogel vroeg aan de AIOS zelf wat zij misten in hun opleiding en waarover ze meer zouden willen weten. Zo kwam er een pittige scholing tot stand waarbij de specialisten in opleiding zich vastbeten in bedrijfskundige en medisch-operationele processen en leiderschapsvaardigheden. Jessica Vogel, zelf bedrijfskundige: ‘Soms merkte je wel dat het voor de AIOS taaie stof was. Dat is niet verwonderlijk als je dergelijke onderwerpen nog nooit voor je kiezen hebt gehad. Dat toont ook aan hoe belangrijk het is dat AIOS deze kennis opdoen. Als ze straks specialist zijn, is het niet allemaal nieuw. We moeten de specialisten van morgen niet in het diepe gooien, maar ze goed voorbereiden op hun toekomst.’
‘Er is geen enkele afdeling Maag-, Darm en Leverziekten in een Nederlands ziekenhuis die deze in-companytraining aanbiedt’, zegt kinderarts dr. Jos Draaisma. Hij is vicevoorzitter van de Centrale Opleiding Commissie (COC). Samen met beleidsmedewerker Nol Maessen van de COC legt hij uit aan welke eisen een specialistenopleiding anno 2012 moet voldoen. ‘Voor de medische vervolgopleidingen vormen de zeven zogeheten CanMEDS-competenties het uitgangspunt: medisch handelen, communicatie, samenwerking, kennis en wetenschap, maatschappelijk handelen, organisatie en professionaliteit. Competenties als communiceren en samenwerken zijn tegenwoordig minstens zo belangrijk als medisch-inhoudelijke vakbekwaamheid. De veranderende maatschappij stelt meer vragen, roept artsen ter verantwoording en eist transparantie. Vroeger had de arts een hoge status en werd niet tegengesproken door de patiënt. Nu wordt zo’n houding niet meer geaccepteerd. Artsen moeten dus niet alleen medisch-inhoudelijke professionals zijn, maar ook goede communicators en managers.’
Lokaal opleidingsprogramma
doen aan de nieuwe regels, waarin de AIOS aantoonbaar wordt opgeleid in de CanMEDS-competenties. Dat betekent bijvoorbeeld dat er opgeleid wordt aan de hand van een lokaal opleidingsplan. Het lokale opleidingsplan is de vertaling van het landelijke opleidingsplan dat elke wetenschappelijke vereniging voor zijn specialisme heeft opgesteld. Het UMC St Radboud nam al snel het voortouw: in 2007 startte de afdeling Kindergeneeskunde samen met de afdeling Verloskunde & Gynaecologie met een pilot voor een lokaal opleidingsprogramma, het zogenoemde In Vivo-traject. Andere afdelingen volgden al snel met een eigen programma. Nol Maessen: ‘De COC stimuleert en ondersteunt die afdelingen bij het ontwikkelen van opleidingsprogramma’s en best practices. We faciliteren en geven zelf ook cursorisch onderwijs. Daarnaast hebben we de plicht om de kwaliteit van de opleidingen te stimuleren en te bewaken.’
Kapitein op eigen schip Beide commissieleden benadrukken dat het opleidingsprogramma de autonomie van de AIOS stimuleert: die is kapitein op zijn eigen schip. Maessen: ‘De opleiding biedt in het begin veel structuur, die meer en meer losgelaten wordt naarmate de opleiding vordert. De maatschappij van nu stelt hoge eisen aan de AIOS. Wij willen daarin niet alleen meebewegen, maar ook vooroplopen.’ Draaisma: ‘Ook voor medisch specialisten is het nieuw en anders. Zo wordt hun functioneren nu onder de loep genomen door de specialisten in opleiding. Dat is confronterend en tegelijkertijd leerzaam. De AIOS professionaliseert – en de opleider professionaliseert mee. De training op de MDL-afdeling laat dat uitstekend zien.’ n
In 2015 moeten alle vervolgopleidingen volledig vol-
AIOS professionaliseert En dat is noodzakelijk, want er komt heel wat op de AIOS van vandaag af. Opleiders in ziekenhuizen worden in hoge mate geconfronteerd met AIOS die voortijdig de opleiding verlaten of kampen met burn-outverschijnselen. Niet overbelasting of een hoge tijdsdruk is daarvan de oorzaak. Onderzoek van klinisch psycholoog Els van der Linden bracht aan het licht dat vooral eenzaamheid en gebrek aan emotionele steun veel AIOS de das omdoen, veroorzaakt door werken in een hiërarchische bedrijfscultuur en een gebrek aan feedback. In het Radboud is het al vrij gewoon dat AIOS een goede relatie opbouwen met hun opleider en hen ook aanspreken op hun functioneren. De AIOS professionaliseert. Dat, zo hoopt Jessica Vogel, maakt hen weerbaarder voor de toekomst. ‘Vroeger lag de nadruk in het werk van de AIOS wat meer op productie, terwijl ze hier natuurlijk zijn om te leren. Dat is een tijd lang wat scheefgegroeid. Nu beseffen steeds meer UMC’s dat ze hun AIOS moeten koesteren. Het is mijn fundamentele overtuiging dat dat een goede weg is.’ n
Nol Maessen en Jos Draaisma: ‘De maatschappij stelt hoge eisen aan AIOS. Wij willen daarin niet alleen meebewegen, maar ook vooroplopen.’
7
Ter overname aangeboden per 1 januari 2013
home - away - from - home
Centraal gelegen en uitstekend geoutilleerde vestiging van een vrouwenartspraktijk in een niederrheinische grensstad. Omvangrijke Nederlandse en Duitse patiënten bestand.
Uw gast logeert in een sfeervolle gastenkamer met veel privacy en comfort in een karakteristiek herenhuis aan de Heyendaalseweg. Bijzonder is de aanwezigheid van een meertalige bibliotheek met als belangrijkste thema’s filosofie, religie en historie. In de B&B wordt ook engels, duits en frans gesproken. Wij bieden uw gast een aangenaam verblijf.
Nadere informatie: +49 17 15 30 49 62
Kom gerust eens kijken!
Voor de persoonlijke aanpak
KAAIJ ADVOCATEN 1E CONSULT (20 MIN.) GRATIS
FRANSESTRAAT 12 6524 JA NIJMEGEN
Mr. Michaëla B.M. Kaaij, gecertificeerd NMI mediator Mr. Drs. H.A.M. Schouten TEL : (024) 324 59 37 Strafrecht, mediation, echtscheiding, alimentatie, omgangsregeling en andere familiezaken, huur, arbeid en ontslag, uitkering, consument en incasso.
Taal verbindt.
Bed & Breakfast Heyendaal 43 | Heyendaalseweg 43 | 6524 SE Nijmegen | 024 3244240 |
[email protected] | www.heyendaal43.nl
Intensive Language Programmes
w w w. r a d b o u d i n t o l a n g u a g e s . n l
Expertisecentrum voor taal en communicatie van de Radboud Universiteit Nijmegen
WIE MAAKT HET RADBOUD MEDEWERKERS LEKKER MAKKELIJK? Ga naar radboud.meeus.com of laat ons op het PIP uw voordeel berekenen! Medewerkers van UMC St Radboud kiezen bewust voor de beste verzekering, pensioen of hypotheek. Op het gebied van verzekeringen bent u bij Meeùs aan het juiste adres. Met heldere communicatie en realistische oplossingen die zijn toegesneden op uw situatie. Altijd bij u in de buurt én op de hoogte wat er speelt in de gezondheidszorg. Zo heeft Meeùs met UMC St Radboud een aantal collectieve financiële pakketten ontwikkeld die u veel voordeel bieden. - Tot 35% korting op uw privéverzekeringen - Korting op uw hypotheek - Deze kortingen blijven behouden bij uit dienst treden - Inkomenszekerheid bij arbeidsongeschiktheidsverzekering Meer weten? Loop op maandag binnen bij het PIP (Personeels Informatie Punt) Of maak een afspraak T 026 400 12 11 (radboudlijn) E
[email protected]
8
o n d e r zo e k
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
Met kennis is geld te verdienen Het UMC St Radboud barst van de kennis waarmee geld valt te verdienen. De afdeling Valorisatie ondersteunt clinici en onderzoekers bij het ‘vermarkten’ van kennis. Twee voorbeelden. M a r t e n D oop e r
kweekschaaltje en vervolgens bij levende proefdieren. Verloopt dat allemaal voorspoedig, dan starten begin 2015 de eerste testen bij mensen. De kliniek brengt vanaf het ontwikkelen van een prototype tot aan de klinische fase, kennis over de pathologische omstandigheden waaronder de tape bruikbaar moet zijn.’
Bloedtest voor spierziekte IBM
Chirurgische tape
Neuroloog Baziel van Engelen en biochemici Ger Pruijn en Helma Pluk zijn al een paar stappen verder. De patentaanvraag op hun “ontdekking” - een bloedtest om de spierziekte IBM (inclusion body myositis) aan te tonen – is inmiddels in zowel de EU als de VS ingediend. De Duitse firma EUROIMMUN brengt de test binnenkort in licentie op de markt. ‘Deze test maakt het mogelijk deze spierziekte – de meest frequent verworven spierziekte bij mensen ouder dan 50 - gemakkelijker op te sporen. Tot nu toe moet de patiënt daarvoor stukjes spierweefsel afstaan. De bloedtest is ontwikkeld op basis van onze ontdekking dat het bloed van IBM-patiënten een specifiek antilichaam bevat. Met de test is IBM beter op te sporen èn te onderscheiden van twee verwante spierziekten. Dat laatste is belangrijk aangezien die twee andere ziekten wel met medicijnen zijn te behandelen en IBM niet. Je kunt IBM-patiënten nu een onwerkzame behandeling en de bijwerkingen daarvan besparen.’
‘Hierbij is een consortium opgezet waarin de kennisleveranciers, in dit geval de afdeling Heelkunde van het UMC en de afdeling Organische Chemie van de RU, samen-
‘Nadat de onderzoekers de bloedtest hadden ontwikkeld en gevalideerd, heeft de afdeling Valorisatie hen
‘Het uitgangspunt was een klinisch probleem’, vertelt chirurg Harry van Goor. ‘In ons vak zien we dat met de bestaande operatietechnieken stukken darm niet perfect aan elkaar zijn te maken. Soms ontstaat er lekkage, dat kan ernstige consequenties voor de patiënt hebben. In een gesprek met Johan Bender van GATT bv, iemand die veel weet over polymeren, viel de opmerking dat er een plakband zou moeten komen die de darmdelen lekvrij aan elkaar plakt. Dat leidde tot enig brainstormen en uiteindelijk tot het schrijven van een subsidieaanvraag bij de EU voor het ontwikkelen van zo’n medisch plakband. Mede dankzij de ondersteuning van de afdeling Valorisatie lukte het die subsidie binnen te halen.’
Chirurg Harry van Goor (rechts) kwam met het idee van een plakband, om darmdelen lekvrij aan elkaar te maken. Wim-Jan Koot van Valorisatie biedt ondersteuning bij het patenteren en het leggen van contacten met commerciële partners. Foto: Frank Muller
werken met commerciële partners’, vertelt Wim-Jan Koot van Business Development, een onderdeel van Valorisatie. ‘In de contracten is allereerst vastgelegd hoe het geld van de subsidie wordt verdeeld over de samenwerkende partners. Daarna hebben we vooruitgekeken. Wat zijn de voorwaarden waaronder het product, als dat er is, op de markt wordt gebracht? Wat wordt de financiële compensatie voor het UMC? Afgelopen september is tussen de betrokken partijen een licentieovereenkomst getekend waarin dit allemaal is vastgelegd.’ ‘Door als afdeling Valorisatie dit werk op ons te nemen, kunnen de wetenschappers zich op de inhoud concentreren: het daadwerkelijk ontwikkelen van het product.’ Dat laatste verloopt inmiddels voorspoedig, meldt Van Goor. ‘Begin 2013 zijn er drie prototypen van de medische chirurgische tape klaar. Dan kunnen de praktijktesten beginnen. Eerst op stukjes darm in een
ondersteund met het patenteren van de test en in de contacten met commerciële partners die de test onder licentie op de markt wil brengen’, vult Koot aan. ‘De onderzoekers wezen ons op de firma EUROIMMUN die al een test voor verwante spierziekten maakt. Wij brengen vervolgens onze kennis in over het opstellen van patenten en uitonderhandelen van de licentiecontracten.’ Zowel Van Engelen als Van Goor zijn voorstanders van het vermarkten van wetenschappelijke kennis. Van Engelen: ‘Je moet niet blijven hangen in de wetenschap maar ook kijken naar het mogelijke belang ervan voor het dagelijks leven. Dat kan je bovendien extra geld opleveren voor verder onderzoek.’ Van Goor: ‘Clinici moeten ideeën om een klinisch probleem op te lossen meer uitventen. Samenwerken met de industrie is niet eng. Valorisatie geeft je daarbij goede ondersteuning.’ n
9
wetenswaardig Award voor Marieke Zegers Marieke Zegers (IQ healthcare) kreeg op 23 oktober de Reizenstein Award voor de beste publicatie in The International Journal for Quality in Health Care. Haar artikel is gebaseerd op dossieronderzoek naar onbedoelde schade in Nederlandse ziekenhuizen. Ze toont aan dat de omvang van onbedoelde schade varieert tussen ziekenhuizen en ziekenhuisafdelingen. De variatie van vermijdbare schade tussen afdelingen is groter dan tussen ziekenhuizen.
Eén na beste ziekenhuis 2.0 Het Radboud is na het UMC Utrecht het beste ziekenhuis in gebruik van social media (Twitter, Facebook, LinkedIn). Dat is 1 november bekendgemaakt tijdens een bijeenkomst over social media in de zorg. Lees het nieuwsbericht op www.umcn.nl.
Promoties, oraties, afscheidsredes* • Promotie drs. Michiel Kallenberg, vrijdag 9 november, 10.30 uur. Titel: Quantitative analysis of breast images • Promotie drs. Sarah Robben, woensdag 14 november, 10.30 uur. Titel: On a quest to reduce fragmentation in the care of frail older people. Development and implementation of an e-health intervention • Promotie drs. Suze Jans, woensdag 14 november, 13.30 uur. Titel: Screening for anaemia and haemoglobinopathy before and during pregnancy. A question of ethnicity? • Promotie drs. Bart Ramakers, vrijdag 16 november, 10.00 uur. Titel: Adenosine and immunomodulation • Promotie ir. Rik Hansen, vrijdag 16 november, 12.00 uur. Titel: Noninvasive vascular ultrasound elastography • Promotie Christina Eich, maandag 19 november, 13.30 uur. Titel: LFA-1 on monocytes and dendritic cells: function, dynamics and cell surface organization • Promotie drs. Anne-Claire Beernink, dinsdag 20 november, 10.30 uur. Titel: Externalising problem behaviours and their antecedents and correlations at infant and toddler age • Promotie drs. Bart van Nuenen, donderdag 22 november, 13.30 uur. Ttel: Cerebral reorganization of premotor parkinsonism • Afscheidsrede prof. dr. Andries Hoitsma, hoogleraar Orgaandonatie en –transplantatie, vrijdag 23 november, 15.45 uur. Titel: Netwerken • Promotie drs. Rafke Schoffelen, maandag 26 november, 10.30 uur. Titel: Pretargeted radioimmunodetection and -therapy of colorectal cancer • Promotie drs. Annemarie Uijen, maandag 26 november, 13.30 uur. Titel: Continuity of care. Perspective of the patient with a chronic illness • Promotie drs. Saskia Langemeijer, dinsdag 27 november, 13.30 uur. Titel: Identification of genetic aberrations in myelodysplastic syndromes • Promotie drs. Hanka Venselaar, donderdag 29 november, 12.30 uur. Titel: Project HOPE. Providing the last piece of the puzzle • Promotie drs. Kim Wever, vrijdag 30 november, 10.30 uur. Titel: Novel protective approaches in ischemia - reperfusion injury. In vivo studies in animals and humans • Promotie dhr. I.E. Sama, vrijdag 30 november, 12.30 uur. Titel: Deciphering cellular responses to pathogens using genomics data • Ascheidsrede prof. dr. Chris van Weel, hoogleraar Huisartsgeneeskunde, vrijdag 30 november, 16.00 uur. Locatie: De Vereeniging, Keizer Karelplein, Nijmegen. Titel rede: Atlas, hoeder van de disciplines. Een analyse van de effectiviteit van ‘primary care’ * Locatie: RU, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2, tenzij anders vermeld. Meer info: www.umcn.nl, Research, Science Agenda.
m ensen
mensen Bijdragen voor de rubriek Mensen (maximaal 150 woorden) kunt u tot uiterlijk donderdag 09.00 uur in de week vóór verschijnen mailen naar
[email protected], separaat voorzien van een scherpe digitale foto met een hoge resolutie.
Jos Lerou
Per 1 september heeft Jos Lerou de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Wij kennen Jos als een vakbekwame en zorgvuldige anesthesioloog, met een voorliefde voor de neuroanesthesiologie en een enorme betrokkenheid bij onze afdeling. Als wetenschapper leverde Jos een belangrijke bijdrage aan de kennis over het toedienen van dampvormige anesthetica en over het simuleren met fysiologische modellen. Zijn mathematisch talent en zijn precisie in het verwoorden van wetenschappelijke bevindingen waren vaak een uitkomst voor menig vastgelopen onderzoeker. De laatste periode heeft Jos als plaatsvervangend opleider enorme vooruitgang geboekt bij het tot stand komen van de modernisering van de opleiding tot anesthesioloog. Deze inzet werd onlangs nog bekroond met het verkrijgen van een vijfjarige erkenning door de MSRC. Ter gelegenheid van zijn afscheid vindt op 16 november 2012 een symposium plaats “Over punten en komma’s” in het Afrika Museum te Berg en Dal. Aansluitend vindt een receptie plaats van 17.10 - 18.10 uur, waar u in de gelegenheid wordt gesteld om persoonlijk afscheid te nemen van Jos. Prof.dr. Gert Jan Scheffer Hoofd Afdeling Anesthesiologie, Pijn en Palliatieve Geneeskunde
Andries Hoitsma
Op 1 januari 2013 gaat Andries Hoitsma met emeritaat. Voorafgaand aan zijn afscheidsrede op 23 november hebben de afdeling Nierziekten en de Raad van Bestuur een afscheidssymposium georganiseerd, getiteld ‘Niertransplantatie: beter en meer! Al tijdens zijn opleiding tot internist startte hij met klinisch onderzoek, gericht op de verbetering van de behandeling van acute afstotingen na niertransplantatie. Tevens was hij de initiator van de Nederlandse Orgaan Transplantatie Registratie (NOTR). Zijn grote betekenis voor het Nederlandse transplantatieprogramma leidde tot zijn benoeming tot hoogleraar op de eerste bijzondere leerstoel ingesteld door de Nederlandse Transplantatie Stichting. Van 2006-2007 was hij plaatsvervangend lid van de Raad van Bestuur met de portefeuille Patiëntenzorg. Nadien had hij als adviseur van de Raad van Bestuur een sleutelrol bij de invoering van het elektronisch patiëntendossier (EPD). In 2010 werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Prof.dr. J. Berden Hoofd Afdeling Nierziekten
Carla Stoel
Op 16 november neemt Carla Stoel na 37 jaar afscheid van het UMC St Radboud en de Apotheek. Carla heeft binnen de Apotheek diverse functies bekleed. Kenmerkend is dat zij altijd nadrukkelijk aanwezig is. In haar taken als leidinggevende, nieuwbouwcoördinator, organisator en nog veel meer, stond Carla pal voor de Apotheek met als doel ‘de beste zorg voor de patiënt’. Soms moest je goed luisteren om dat te ontdekken. Het wordt dan ook oorverdovend stil om ons heen, zonder “Carla Stoel, Apotheek !*&?@!”. Namens alle collega’s van de Apotheek wil ik je bedanken voor je humor, inzet en betrokkenheid en je positieve stempel op de Apotheek de afgelopen decennia. Ik wens je alle goeds en veel plezier in de nieuwe fase in je leven. Janneke Strik, operationeel manager DV&L, namens de medewerkers van de Apotheek.
Annelies Bimek
Annelies, van harte gefeliciteerd met je 25-jarig jubileum als verpleegkundige binnen het UMC St Radboud! Op 1 september 1987 is Annelies na haar opleiding tot A-verpleegkundige in Boxmeer gestart met werken op afdeling UCCZ in Dekkerswald, toen nog de van Spanje Kliniek. Zij zette zich, eerst als verpleegkundige en later als teamleidster, in voor goede patiëntenzorg, waarbij kwaliteit en aandacht voor de patiënt hoog in het vaandel staan. In 2007 maakte zij binnen UCCZ de overstap naar de Longoncologische dagbehandeling, waar zij haar bijdrage leverde aan de ontwikkeling van deze bijzondere zorg. Na ruim 24 jaar maakte zij de overstap naar het UMC St Radboud, om deze zorg voort te zetten op afdeling Cardio-thoracale chirurgie en Longziekte, C4. Annelies is naast een voortreffelijk verpleegkundige bovenal een zeer plezierig en prettig persoon om mee samen te werken. Betrokken, loyaal, integer, kritisch, professioneel en met een
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2 vleugje humor zijn eigenschappen die haar heel erg sieren. Hierdoor is zij zeer geliefd bij zowel haar collega’s als bij haar patiënten. Annelies wij bedanken jou voor alle inzet de afgelopen jaren en hopen hier op C4 nog vele jaren met jou samen te mogen werken! Namens verpleegafdeling UCCZ & verpleegafdeling C4 CTC en Longziekten Gert-Jan Hof en Jolanda ter Sluysen
Maja Klomp-Vos
Sponsortocht naar Noordkaap
Marja Vos-Klomp begon op 1 november 1987 haar loopbaan binnen het UMC St Radboud. In de jaren die hierop volgde, is ze medewerker Schoonmaak, Beddenmagazijn en Postkamer geweest. Sinds 2000 is zij werkzaam op de Polikliniek voor Kinderen & Jeugdigen als archiefmedewerker. Binnen deze functie heeft Maja zich ontwikkeld als een all round archiefmedewerker en neemt ze vaak het initiatief om verbeteringen aan te brengen ten aanzien van de werkzaamheden of het werkproces. Ze wordt gezien als de motor in het archief en is een harde werker. Wij feliciteren Maja met het behalen van haar 25-jarig dienstverband en wensen haar een gezellige viering toe. Namens alle collega’s van de Polikliniek voor Kinderen & Jeugdigen, Marjo van der Doelen en Petra Bot
Met een sponsormotortocht naar de Noordkaap heeft Michael de Roon vierduizend euro opgehaald voor het UMC St Radboud. Femke, het achtjarige dochtertje van zijn vrienden, is hier door neurochirurg Jeroen Boogaarts behandeld in verband met het Moyamoya-syndroom. De Roon wil dat het geld besteed wordt aan onderzoek naar dit zeldzame ziektebeeld. Moyamoya is een zeldzame ziekte. Het komt vaak voor bij kinderen, maar ook bij volwassenen, met name tussen de dertig en veertig jaar. Bij de aandoening vernauwen de bloedvaten naar de hersenen. Omdat de hersenen toch bloed nodig hebben, groeit er een netwerk van haarvaten om de vernauwde bloedvaten heen (zie illustratie). De patiënt krijgt TIA’s, die gepaard kunnen gaan met tijdelijke verlamming. Als uiteindelijk het netwerk van haarvaten de bloedtoevoer niet meer aankan, is een beroerte of herseninfarct het gevolg.
Cathrien Jukkema
Moyamoya is nog niet te genezen, maar wel te behandelen. Patiënten kunnen daarvoor slechts op een paar plaatsen in Nederland terecht, waaronder het UMC St Radboud. Er zijn twee behandelingen mogelijk, een bypassoperatie of het maken van meerdere boorgaten. ‘Bij de laatste methode, die we ook bij Femke hebben uitgevoerd, leggen we het hersenvlies en het botvlies tegen de hersenen aan’, vertelt Boogaarts. ‘Vanuit die weefsels ontstaan er spontaan nieuwe bloedvaten naar de hersenen. Deze ingreep is minder risicovol en zorgt voor bloedtoevoer over het hele brein.’ De methode is min of meer bij toeval ontdekt bij patiënten met een tijdelijke uitwendige hersenvochtdrain. Op angiografische beelden bleken er bloedvaten te groeien van het hersenvlies naar de hersenen. ‘We weten inmiddels dat deze methode klinisch goed werkt. Door op scans de zuurstofopname van het brein in kaart te brengen, krijgen we een definitieve bevestiging van de effectiviteit van deze operatiemethode.’ JM
Op 1 november 2012 is Cathrien met FPU gegaan. Cathrien heeft in 1992 de “weder inschakelingcursus” voor verpleegkundige gedaan en is daarna op de zogenoemde boxen afdeling B7/B8 gaan werken. Ze heeft zich gespecialiseerd als kinderverpleegkundige en was daarna niet meer weg te denken bij de kinderoncologie. Wij hebben haar leren kennen als een toegewijde collega, die vooral structuur aanbracht in de zorg voor onze patiënten. Wij bedanken Cathrien voor al die jaren van toewijding en inzet voor de zorg aan kinderoncologische en –neurologische patiënten. Onze hoop is dat ze nog lang mag genieten van deze nieuwe fase in haar leven samen met Tom, kinderen en kleinkinderen. Als afscheid is er een receptie op 23 november. Namens collega’s afdeling Medium Care Kindergeneeskunde, Margriet van Buuren, verpleegkundig manager Joris Fuijkschot, Chef de Clinique
Niet genezen, wel behandelen
Gerrit Bloo
1 oktober was Gerrit Bloo 25 jaar werkzaam in het Radboudziekenhuis. Gerrit kwam vijfentwintig jaar geleden om de intensive-careopleiding te doen. Na diplomering heeft Gerrit vele jaren op afdeling H35 Intensive Care gewerkt. Verder heeft Gerrit nog de docentenopleiding gedaan en was een van de eerste leden van de Verpleegkundige Adviesraad. Dit vond hij nog niet genoeg en daarom is hij ook nog verplegingswetenschappen gaan studeren. Het onderzoeken en verbeteren zit Gerrit in het bloed. We kennen hem niet anders dan altijd nadenkend over wat in het verpleegkundig proces te verbeteren is. Inmiddels is Gerrit via de Verkoeverkamer weer de onderzoekskant opgegaan. Sinds mei is Gerrit werkzaam bij IQ healtcare, waar hij de mogelijkheid heeft gekregen te promoveren. Namens de Verkoeverkamer wensen we Gerrit veel succes en bedanken we hem voor 25 jaar inzet. Eus van Oosterhout, operationeel manager Verkoeverkamers
Jos Ruiter
Na 36 jaar werken voor het UMC is Jos Ruiter met pensioen gegaan. Jos is hét gezicht geweest van de Technische Hulpploeg (THP). Het UMC koos in overleg met de brandweer voor het instellen van een eigen ‘bedrijfsbrandweer’, compleet met brandweerpak, ademluchtflessen en een hulpverleningsvoertuig. De THP kon de brandweer gidsen binnen de gebouwen en ondersteunen bij de hulpverlening. Jos heeft deze ploeg jarenlang op sterkte gehouden, getraind, geoefend, gemotiveerd en laten meegroeien in de wereld van de bedrijfshulpverlening (BHV). Jos is als veiligheidskundige bovendien een vraagbaak geweest voor medewerkers in het ziekenhuis en collega’s in het Servicebedrijf voor veiligheidszaken. Dit alles vanuit zijn motivatie voor een veilige omgeving voor patiënten en medewerkers. Jos is erg gewaardeerd om zijn vakkundigheid en de prettige wijze waarop hij collega’s in de THP heeft begeleid. Jos zal met genodigden afscheid nemen van het UMC op 20 november. Wij bedanken Jos voor zijn jarenlange inzet en wensen hem alle goeds in zijn nieuwe levensfase. Namens Servicebedrijf Vastgoed en Infrastructuur Henriëtte Kuijpers, manager Services Roel van den Brand, manager Veiligheid
Julia Roffel-Landsheer
Op 1 december is het 25 jaar geleden dat Julia Roffel-Landsheer als verpleegkundige in dienst trad. Als neonatologieverpleegkundige heeft zij jaren op de NICU gewerkt. Sinds 2007 werkt Julia met veel plezier als kinderverpleegkundige op de Polikliniek voor Kinderen en Jeugdigen. Julia is een fijne collega met
10
hart voor haar werk. Vooral de kinderimmunologie en kinderdagbehandeling hebben haar aandacht. Op maandag 3 december tussen 10.00 - 11.00 uur is er gelegenheid haar te feliciteren in de koffiekamer van de Polikliniek voor Kinderen en Jeugdigen, route 790. Julia viert haar jubileum nog wat uitgebreider met collega’s op een later tijdstip. Wij wensen Julia een fijne dag en hopen de komende jaren nog van haar kwaliteiten en inzet gebruik te mogen maken. Julia proficiat! Namens de leiding Polikliniek Kinderen en Jeugdigen, El Bors-van Laar
Daan Van Speybroeck
Na 12 jaar neemt Daan Van Speybroeck binnenkort afscheid als kunstcoördinator van het UMC St Radboud. Op onderscheidende wijze gaf hij die taak gestalte, met name door hedendaagse Franse kunstenaars in de kunstcollectie van het ziekenhuis op te nemen. Dat resulteerde in 2012 in de expositie The French Connection in het Valkhof museum: de allereerste keer dat in Nederland een ziekenhuiscollectie in een museum werd tentoongesteld. Dit wapenfeit zegt voldoende over de kwaliteiten van Daan Van Speybroeck. In huis werd Daan bekend door zijn columns die jarenlang in de Radbode verschenen. Korte, filosofisch getinte overpeinzingen bij een recent aangekocht kunstwerk, waardoor als vanzelf bij de medewerkers meer acceptatie voor actuele kunst ontstond. Een kunstcoördinator werkt als solist en kan dus niet zonder een klankbordgroep: de Commissie Beeldende Kunst. De leden daarvan denken met plezier terug aan de inspirerende maandelijkse vergaderingen en de uitstapjes naar kunstmanifestaties die Daan organisee rde. Wel moest de commissie het enthousiasme van Daan af en toe in toom zien te houden bij zijn visionaire ideeën over eigentijdse kunstprojecten in het ziekenhuis. Regionale kunst legde daarbij veelal het loodje en de voor bouwzaken verantwoordelijke Radboudmedewerkers bleken nogal eens not amused over de wijze waarop Daan kunst in het ziekenhuis wenste te etaleren. Dit tekent Daan Van Speybroeck, die door zijn gevoel voor toonaangevende kunst en eigenzinnigheid de Radboudkunstcollectie met beperkte middelen toonaangevend en internationaal bekend heeft weten te maken. Daan, we gaan je missen! Jan Keunen, voorzitter CBK
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
het moment In deze rubriek vertellen medewerkers over een bijzondere ervaring tijdens hun werk in het UMC St Radboud. Dit keer een verhaal van Linda Modderkolk, geestelijk verzorger.
Oerkreet ‘Na mijn zwangerschapsverlof werd ik tijdens de eerste bereikbare dienst gebeld voor een doop. Dat was waar ik het meest tegenop zag. Een doop betekent voor ons een noodsituatie. Het ging om een vroeggeboorte van dertig weken. Het kindje was er slecht aan toe. De ouders wilden het kind graag laten dopen. Ze waren allebei erg jong en hadden beiden een andere etnische achtergrond. Ze kenden elkaar heel kort toen de vrouw, eigenlijk nog een meisje, onverwacht zwanger raakte. Er waren alleen twee zussen van de vader aanwezig. Van moeders kant was er niemand. De familie had met haar gebroken, omdat ze niet blij waren met de relatie, laat staan met de zwangerschap. Ik trof het jonge ouderpaar in shock aan. Een voorgesprekje over het dopen kon ik wel vergeten, daar stond hun hoofd helemaal niet naar. Hun kind, verbonden aan allerlei apparatuur, zou het waarschijnlijk niet redden. De vader ijsbeerde rond, de aandacht van de moeder ging alleen maar naar haar kind. Een klein sprankje hoop was er nog: ze vertrouwden op God. De ouders waren blij dat ik er was, maar echt contact was er niet. De doop moest gewoon gebeuren. Ik zette de spullen klaar, maar plots klonk uit de apparatuur een piepje: het hartje klopte niet meer. De moeder schreeuwde haar verdriet uit: oh God mijn kind, mijn kind. De vader schopte een tafeltje omver en rende naar buiten. Hartverscheurend. Verdwaasde blikken keken onze kant op, waaruit ik ook een beetje irritatie las: “Zo’n lawaai, dat doe je toch niet”. Ze konden niet weten, dat hier iets verschrikkelijks gebeurde. Het was een oerkreet die bij deze mensen naar bovenkwam: heel puur en natuurlijk. Innerlijk schreeuwde mijn lijf met de ouders mee.
‘Ook ik reageerde vanuit een oergevoel: het werd stil in mij’ Daar stond ik met mijn kennis: wat te doen in crisissituaties? Ik had er toch voor gestudeerd. Maar alle aangeleerde vaardigheden ten spijt: niets dat gepast was in dit noodlot. Sterker nog: wie was ik om ook maar iets te zeggen? Alles zou afbreuk doen aan hun verdriet. Wat is erger dan je kind te zien sterven? De verpleegkundige hield de moeder vast. Dat paste. De pijn van dit jonge stel sneed dwars door mijn ziel. Ik had zelf pas een jonge gezonde baby gekregen. Ik was versteend en overmand door twijfel. Moest ik toch iets doen? Mijn gevoel zei: nee. Dit was hun moment. Ik liet het zo. Doop het nu zei de verpleegkundige. Ik doopte. Mijn dopende handen zweefden boven de handen van de arts die het tere kindje probeerde tot leven te wekken. We deden wat we als mens moesten en wilden doen: dit leven redden. Even heeft het kindje nog geleefd. De volgende dag ging ik terug naar de afdeling, waar ik de verpleegkundige trof. We deelden dezelfde emotie. Dat luchtte enigszins op. Toch heeft de heftigheid van deze casus me een tijdlang achtervolgd. Ook twijfel speelde steeds weer op: had ik recht gedaan aan de situatie? Had ik meer moeten doen? Inmiddels weet ik het antwoord wel. Ook ik reageerde vanuit een oergevoel: het werd stil in mij. Het gemoed was sterker dan de rede. Nelleke Dinnissen
Jolanda Brauer (links) Cees Bakker en Karin van den Berg van Acute Zorgregio Oost: ‘Het nut van oefenen is dat mensen elkaar leren kennen, en van elkaar weten waar de verantwoordelijkheden, kennis en capaciteiten liggen. Foto: Marc van Teeffelen
…en daarom oefenen we, samen Op 10 november 2012 vindt de calamiteitenoefening ‘BIZON’ plaats. Centraal staat de crisisbeheersing, het registreren en terugvinden van slachtoffers, de familieopvang en de samenwerking tussen alle betrokken partijen.
HET BETOOG Oefenen maakt deel uit van de voorbereiding op hulpverlening tijdens een ramp of crisis. Oefenen moet samen met partners in de keten vanwege de gezamenlijke (keten)verantwoordelijkheid voor de zorgverlening, ook tijdens een calamiteit. Inzet en beschikbaarheid van spoedeisende zorg in bijzondere omstandigheden, zoals bij crises en rampen, vormen een belangrijk aspect van het leveren van verantwoorde zorg. Deze moet zoveel mogelijk gebaseerd zijn op de routine van de dagelijkse zorg, zodat partijen in dergelijke situaties weten wat ze van elkaar kunnen verwachten en mogen vragen.
Eigen verantwoordelijkheid Elke zorgaanbieder, de instelling als totaal én de afdeling met een sleutelfunctie in rampenhulpverlening, is op basis van de Kwaliteitswet Zorginstellingen en de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) zelf verantwoordelijk voor voorbereiding op rampen en crises. Bij een calamiteit vindt opschaling plaats, met meer zorgverlening en een aangepaste organisatiestructuur, waarin sleutelfunctionarissen (in onder meer het crisisteam) een cruciale rol hebben. Het leveren van verantwoorde zorg in een “opgeschaalde” situatie gaat uit van het principe dat iedereen dezelfde werkzaamheden uitvoert als in de reguliere zorg. Maar de acute situatie vraagt extra en bijzondere vaardigheden die (kunnen) afwijken van het reguliere, dagelijkse werk. Er is bijvoorbeeld meer zorgvraag (in een kort tijdsbestek) of een zorgvraag van een specifieke aard na een ongeval met veel slachtoffers.
Effect van voorbereiding? Helpt deze voorbereiding (planvorming, opleiden, trainen en oefening) nu werkelijk? Is het een garantie dat hulpverlening tijdens een ramp goed verloopt? Feitelijk
11
onderzoek naar deze vraag is (begrijpelijk) zeldzaam, hoe kom je aan voldoende onderzoeksmateriaal? Maar toch, goed samenwerken in de acute fase (ofwel de responsfase tijdens een ramp of crises) is te bevorderen door een adequate voorbereiding. De sleutel voor goed samenwerken in een acute situatie ligt in de voorbereidende fase. Aan de oefening nemen de drie Nijmeegse ziekenhuizen, de geneeskundige compagnie van Defensie, de gemeente Nijmegen en de Veiligheidsregio GelderlandZuid deel. Het nut van oefenen is dat mensen elkaar leren kennen, en van elkaar weten waar de verantwoordelijkheden, kennis en capaciteiten liggen. Niet alleen vanuit de ervaringen tijdens de oefening zelf, maar zeker ook door het voorbereidende overleg daarover. In een veld waar zoveel verschillende instellingen en hulpverleners actief zijn, is dit van belang. Productieve samenwerking ontstaat niet zomaar. De betrokkenen moeten elkaar en elkaars taak (in reguliere en in opgeschaalde zorg) kennen en respecteren. In hoeverre voorbereiding op hulpverlening ten tijde van een ramp voldoende is, moet (onder meer) getoetst worden in een praktijkschets waarin de functionarissen van de hulpverleningsdiensten elkaar treffen, maar ook bezig zijn met hun dagelijkse werkzaamheden. Daarbij geldt natuurlijk dat een oefening inzicht geeft in het functioneren van de eigen, interne calamiteitenorganisatie.
V e r b e t e r i n g v o o rb e r e i d i n g Het ministerie van VWS heeft met partners in 2008 een convenant opgesteld om voorbereiding op rampen te verbeteren, en middelen hiervoor ter beschikking gesteld: de OTO-gelden (opleiden, trainen en oefenen). Het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) is een schakelpunt in de acute keten, ook in opschalingsituaties. Als dagelijkse zorg overgaat in opschaling, geven de verschillende partijen het estafettestokje door, zónder de patiënt los te laten. Werkelijk samenwerken tussen deze organisaties aan deze voorbereidingstaak is uitzonderlijk, maar op 10 november gebeurt dit! Cees Bakker, Jolanda Brauer, Karin van den Berg Acute Zorgregio Oost
a ctueel
r a dbod e 1 7 - 2 0 1 2
Vervolgopleiding onder vuur De overheid gaat mogelijk bezuinigen op de vervolgopleidingen tot medisch specialist. Moet de opleiding korter, ontvangen ziekenhuizen minder bijdrage, of legt de AIOS straks zelf geld bij? Een delegatie van het Ministerie van VWS ging in debat met AIOS en opleiders. Marjan Wassenaar
In de binnentuin van gebouw R staan vijfenzestig stoelen in een kring. Maar het zijn er bij lange na niet genoeg. Het is duidelijk dat het onderwerp AIOS en opleiders na aan het hart ligt. Paul Huijts, directeur-generaal van VWS, is blij met de grote opkomst. ‘Ons beleid is om artsen zo goed mogelijk op te leiden voor de komende decennia. Daar hebben we jullie visie en input bij nodig.’ RvB-lid Cathy van Beek leidt het debat. Zij roept de aanwezigen op om het rugzakje van de delegatie zo goed mogelijk te vullen met informatie. AIOS gingen in debat met een delegatie van het Ministerie van VWS.
Kwaliteit in het geding? Aanleiding voor het debat is de voorgestelde bezuiniging op de medische vervolgopleidingen. De werkgroep Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) deed eerder namens meerdere departementen drie voorstellen. Eén daarvan is het verkorten van de opleiding naar het Europese minimum. Een slecht idee, zeggen de aanwezige opleiders. De Nederlandse opleiding is niet één
‘Naarmate het debat vordert, komen de creatieve oplossingen’
de diversiteit die zij tijdens de opleiding zien. Sommige ziektebeelden komen nu eenmaal niet dagelijks voor. Bij chirurgische opleidingen vormt het aantal operaties de kern van de opleiding. Haal je die niet, dan ben je niet bevoegd het vak van chirurg uit te oefenen. Verkorten van de opleiding past niet in dat plaatje. Van Beek vraagt zich af of er onderzoek is gedaan naar het aantal vlieguren die een assistent in opleiding moet maken om een goede medisch specialist te worden. Zij roept de delegatie op om hier onderzoek naar te laten doen.
Kosten versus baten
Vlieguren
Het stoort de aanwezige AIOS dat de discussie vooral over de kosten van de opleiding gaat, niet over de baten. Naarmate de opleiding vordert, werkt de AIOS zelfstandiger en is goedkoper dan een medisch specialist. Volgens Huijts is het niet duidelijk of de opleiding in de eindfase goedkoper of juist duurder is. ‘Wat we wel weten is dat de opleiding nu één miljard euro per jaar kost. De overheid weet niet waar de kosten in zitten en denkt dat het wel met minder kan. En hoeveel is een ziekenhuis kwijt aan de opleiding? Ook dat is niet bekend.’
Ook arts-assistenten zijn tegen een kortere opleiding. Als AIOS moet je voldoende “vlieguren” maken om ook zeldzamere ziektebeelden te leren begrijpen. AIOS leren het meest van patiënten en zijn afhankelijk van
Maak eerst de opleidingskosten transparant alvorens de rekening bij de arts-assistenten neer te leggen, is de mening van de AIOS. Of zoals een AIOS opmerkt: ‘Als
op één te vergelijken met opleidingen elders in Europa. Neem Interne Geneeskunde. Nederland leidt internisten breed op, daar waar andere landen vooral orgaanspecialisten afleveren. De opleiding is twee jaar korter, maar de patiënt ziet wel vier specialisten aan zijn bed.
ethiek Actief zorgverlenerschap “De moderne patiënt is niet alleen burger en consument maar blijft vooral ook patiënt.” Dit was in 2010 één van de stellingen bij het proefschrift “The limits of patient power” van Hester van de Bovenkamp. Zij deed onderzoek naar ervaringen met een actieve rol van patiënten in de praktijk. Het activeren van de burger maakt deel uit van een bredere beleidstendens. Van burgers wordt onder andere verwacht dat ze meer verantwoordelijkheid nemen als ze gebruik maken van de gezondheidszorg. De besluitvorming in de gezondheidszorg zou daardoor democratischer en effectiever worden. Bovendien zou actieve deelname een opvoedkundige werking hebben. Het nieuwe kabinetsbeleid laat zien dat die tendens stevig wordt doorgezet door uit te gaan van meer
eigen verantwoordelijkheid bij een goede gezondheid. In het kersverse regeerakkoord staan preventie en een gezonde leefstijl voorop. De centrale rol van de zorgverzekeraars wordt eveneens versterkt. De zorgtoeslag verdwijnt evenals de restitutiepolis. Nu waren het juist de zorgtoeslag en de restitutiepolis die patiënten ruimte gaven om bij chronische ziekten de zorg en zorgverlener van hun voorkeur te kiezen. Het
afschaffen van deze voorzieningen lijkt in tegenspraak met het versterken van een actieve rol van de individuele patiënt. Uit het bovengenoemde onderzoek naar ervaringen met de actieve rol van patiënten blijkt dat het zeker niet
12
wij jaarlijks 13.000 euro moeten bijbetalen, verdienen we minder dan het minimumloon terwijl we meer dan vijftig uur per week werken.’
Doelmatigheid trainen Naarmate het debat vordert, komen de creatieve oplossingen op tafel. Een AIOS Anesthesiologie oppert om het opleidingsgeld rechtstreeks aan de arts-assistent te geven, zodat deze zelf de opleiding kan inkopen. Een opleider pleit voor een standaard bedrag bij een gemiddelde opleidingsduur. ‘Ik kan binnen mijn groep heel snel zien wie eerder klaar is en wie er langer over gaat doen.’ Marcel OldeRikkert, opleider Geriatrie, werpt een heel ander licht op de discussie. ‘AIOS worden nu onvoldoende getraind in doelmatigheid. Ze hebben de kosten niet in de vingers, maar draaien wel aan de knoppen voor de uitgaven. Hier meer inzicht in geven tijdens de opleiding, maakt in de toekomst de zorg doelmatiger.’ AIOS en opleiders zijn het er over eens: het verkorten van de opleiding is niet de juiste weg. De delegatie van VWS keert terug naar Den Haag met een goed gevulde rugzak. Op de vraag van Cathy van Beek wie het vak van medisch specialist nog steeds een fantastisch beroep vindt, gaat de groep eensgezind staan. ‘Wie vindt dat de opleiding korter of juist langer moet, moet gaan zitten.’ Bijna iedereen blijft staan. Het is goed zo. n
vanzelfsprekend is dat patiënten kunnen participeren in de besluitvorming over de zorg. Patiëntenparticipatie bij richtlijnontwikkeling kan bijvoorbeeld alleen werken als patiënten voldoende getraind en ondersteund worden. Integreren van patiëntervaringen in evidencebased-richtlijnen is ook nog niet zo makkelijk. Bovendien bestaat de kans dat de rol van de individuele patiënt juist verzwakt wordt, als de suggestie is gewekt dat het patiëntenperspectief al is opgenomen in de richtlijn. Als je ziek wordt, ervaar je pas echt hoe je kwetsbaar kunt zijn op verschillende manieren: vanwege het lijden door de ziekte, vanwege de afhankelijkheid van de kennis en vaardigheden van de zorgprofessional en vanwege risico’s van de behandeling. Lijdzaamheid is zelden een keuze; eerder een gevolg van ziek zijn. Dat is precies wat het woord “patiënt” betekent: πάσχειν: “degene die lijdt”. Voor goede zorg op individueel niveau zal aandacht voor professionele verantwoordelijkheid en kritisch en actief op de patiënt betrokken zorgverlenerschap hard nodig blijven. Wilma Göttgens
Foto: Flip Franssen