Klein maar Fijn Kortdurende onderzoeksprojecten
Dr AJJ (Toon) Voorham Drs F (Fré) Kreuger
Centre for Effective Public Health in the larger Rotterdam area Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg, ErasmusMC & GGD Rotterdam Rijnmond Daarnaast participeren: • GGD Zuid-Holland Zuid en GGD Zeeland • Soa Aids Nederland • Stichting Voedingscentrum Nederland
Doelstelling CEPHIR
Versterking van de publieke gezondheidszorg in de regio Rotterdam-Rijnmond door effectieve interactie tussen onderzoek, praktijk en beleid.
Prioriteiten: jeugd, leefstijl, SEGV, integraal gezondheidsbeleid
Doelstelling CEPHIR 1. Academisering van de praktijk; Meer wetenschappelijk onderbouwde praktijkvoering 2. Vermaatschappelijking van de universiteit; Meer aansluiting van de universiteit bij vragen die in de paktijk leven
Inrichting CEPHIR • Promotietrajecten • Adviesraad: bijeenkomsten met bestuurders en wetenschappers over relevante thema’s CEPHIR • Seminars • Kortdurende onderzoeksprojecten (Klein maar Fijn)
CEPHIR Afgeronde promoties vanaf start CEPHIR (1996) • Chlamydia trachomatis screening: wie en hoe. (Hannelore Götz, 2006) • Vangst-hervangstmethoden voor surveillance van tbc en andere infectieziekten (Rob van Hest, 2007) • Uitbraken: bronnen van epidemiologische kennis voor het beheersen van overdraagbare ziekten. (Paul Mertens, 2008) • Verkenning van risicoperceptie ten aanzien van opkomende infectieziekten. (Onno de Zwart, 2009) • Implementation of DNA fingerprinting in local tuberculosis control. (Gerard de Vries, 2009) • Secundaire preventie van Hepatitis B in Nederland. (Irene van Veldhuizen, 2009)
CEPHIR Afgeronde promoties vanaf start CEPHIR (1996) - vervolg • ENDORSE. Omgevingsdeterminanten van overgewicht bij Rotterdamse scholieren (Klazine van der Horst, 2009) • Prevention of childhood obesity in a municipal setting (Wilma Jansen, 2009) • Zelfrapportage in jeugdgezondheidsonderzoek (Petra de Looij, 2010) • Vroege risicofactoren in de ontwikkeling van sociale ongelijkheid in overgewicht op de peuterleeftijd. Generation R (Lenie van Rossum, 2011) • Persoonlijke en omgevingsdeterminanten van beweeg- en voedingsgedrag (Rick Prins, april 2012) • VETisnietVET: het effect van een advies-op-maat website op voedings-, beweeg- en sedentair gedrag van jongeren (Nicole Ezendam) 26 lopende pormotieonderzoeken leefstijl, jeugd, infectieziekten, integraal gezondheidsbeleid
Klein maar Fijn
Met een klein onderzoek van maximaal 3 maanden beantwoorden van actuele vragen vanuit praktijk, beleid of politiek
Klein maar Fijn Procedure 1. Vragen worden geïnventariseerd 2. Geschikte vragen worden voor goedkeuring voorgelegd aan bestuur CEPHIR 3. Vraag wordt omgezet naar onderzoeksvraag 4. Deskundig onderzoeker/instituut wordt gezocht 5. Uitvoering onderzoek (met benodigde afstemming) 6. Afronding rapportage in overleg met vraagsteller
Klein maar Fijn Selectiecriteria voor de vragen: 1. Vraag maakt deel uit van proces van besluitvorming of beleidsontwikkeling 2. Het betreft een relevant thema voor publieke gezondheid 3. Wetenschappelijk onderzoek noodzakelijk voor beantwoording 4. Vraag is op een wat langere termijn te beantwoorden 5. Thema’s van CEPHIR hebben prioriteit.
Klein maar Fijn Wie mogen vragen indienen? • Gemeentebesturen en deelgemeentebesturen • De partners van CEPHIR • Diensten van de gemeentes uit het werkgebied • Consultatiebureaus en thuiszorgorganisaties • Gezondheidscentra • etc ..-
Klein maar Fijn Uitvoering van het onderzoek Uitvoering onderzoek afhankelijk van de gevraagde deskundigheid •
Door onderzoekers van CEPHIR
•
Extern
Kosten max 10.000 euro
Klein maar Fijn Hoe kom je aan vragen?
-
Aansluiten bij beleid en bestuur -> kennismakelaar sluit aan bij regiobreed beleidsoverleg Welzijn -> kennismakelaar heeft bila’s met beleidsmedewerkers Welzijn uit de regio
-
Netwerken -> vanuit universiteit is er oog voor mogelijkheden Klein maar Fijn -> sleutelfiguren van CEPHIR staan open voor mogelijke vragen
-
Aansluiten bij de belangen die bij het beleid leven (financiën /GSK)
Klein maar Fijn Hoe inventariseer je een vraag? -
Wat is het probleem achter de vraag?
-
Wat is de context van de vraag?
-
Wat zijn landelijke en regionale ontwikkeling rondom de vraag?
Maak de vraag niet te groot; in drie maanden kun je maar een beperkt onderzoek uitvoeren.
Klein maar Fijn Wat heb je nodig voor Klein maar Fijn? -
Kennismakelaar
-
Budget om onderzoek te kunnen uitzetten
-
Aansluiting bij beleid en bestuur
-
Netwerk rondom onderzoek
Klein maar Fijn Februari 2007 – Februari 2012 • 21 vragen zijn binnengekomen • 12 kortdurend onderzoeken uitgevoerd • 3 onderzoeken in uitvoering / gepland
Klein maar Fijn Twee voorbeelden: Geselecteerde vraag: integraal regionaal alcoholpreventiebeleid op Voorne-Putten Niet geselecteerde vraag: medische en psychosociale kwaliteit inzet Nurse Practitioner op het consultatiebureau
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten - 1 VP maakt met 5 gemeentes samen integraal beleid om alcoholmisbruik onder jongeren tegen te gaan. Probleem: Er is veel onduidelijk over de inrichting van de ambtelijke en bestuurlijke infrastuctuur. •Er zijn erg veel overleggen (bestuurlijk en ambtelijk) waar men elkaar telkens tegenkomt •Middelen zijn beperkt en moeten efficient worden ingezet •Regiefunctie en samenwerking moet goed ingevuld •Men wil een goede verhouding tussen coördinatie en uitvoering
Klein maar Fijn Voorbeeld geselecteerde vraag: vraag uit Voorne-Putten VP maakt met 5 gemeentes samen integraal beleid om alcoholmisbruik onder jongeren tegen te gaan. Probleem: Er is veel onduidelijk over de inrichting van de ambtelijke en bestuurlijke infrastuctuur. •Er zijn erg veel overleggen (bestuurlijk en ambtelijk) waar men elkaar telkens tegenkomt •Middelen zijn beperkt en moeten efficient worden ingezet •Regiefunctie en samenwerking moet goed ingevuld •Men wil een goede verhouding tussen coördinatie en uitvoering
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten – 2 Onderzoeksvraag: Hoe kan integraal regionaal alcoholpreventie beleid voor jongeren effectief en efficient worden verankerd binnen bestaande structuren? •Wat zijn de betrokken beleidsterreinen en partijen? •Wat zijn bestaande (ambtelijke en bestuurlijke) overlegstructuren en hoe kan alcoholpreventiebeleid hierin worden verankerd? •Hoe kan de uitvoering van interventies vanuit deze structuren worden ondersteund? •Welke sturingsinstrumenten (covenant, werkplan, etc) kunnen worden ingezet? Rekening houdend met werkcultuur op Voorne-Putten
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten - 3 Geselecteerd want: 1. 2. 3. 4.
Maakt deel uit van beleidsontwikkeling. Betreft relevant thema voor publieke gezondheid Kort wetenschappelijk onderzoek nodig/mogelijk Betreft: thema van CEPHIR
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten - 4 Het onderzoek is uitgevoerd door afdeling Bestuurskunde Erasmus Universiteit Methode: 1. Literatuur- en documentenonderzoek – bestuurskundige literatuur sturing en samenwerking in overheidsnetwerken. Ook betrekken van alcoholpreventieprojecten in andere regio’s. 2. Interviews met stakeholders, in overleg met de regionale projectleider
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten - 5 Resultaten literatuuronderzoek: Voor regie moeten afspraken worden gemaakt op gebieden: 1. 2. 3. 4. 5.
Politiek bestuurlijk (gemeenschappelijk regionaal doel /bewaking gemeentelijke autonomie) Juridisch (privacy) Economisch (hoe wordt het project financieel ingericht) Professioneel inhoudelijk (verdeling taken tussen de partijen) ICT en communicatie (Informatie verzameling, beheer en uitwisseling)
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten - 6
Resultaten veldonderzoek/interviews: 1. 2. 3. 4. 5.
Samenwerking alcoholpreventie is gegroeid vanuit eerdere regionale samenwerking op andere onderwerpen Er is een cultuur van vrijblijvendheid uit behoefte aan autonomie Maar men mist structuur Er is (te) licht ingezet op regionale coördinatie Lokale aanpak – op zichzelf staand – soms te weinig integraal (veiligheid – preventie)
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten - 7 Belangrijkste adviezen / conclusies (inhoudelijk): Meer regionale structuur met – waar nodig – ruimte voor gemeentelijke autonomie. 1. 2. 3.
Maak een regionaal werkplan: regionale activiteiten en lokale activiteiten met regionale betekenis. Neem een tijdsplanning op. Maak goede (eerlijke) afspraken over financiering! Van iedere gemeente wordt een bijdrage verwacht naar rato. Per gemeente een lokale projectleider voor integrale aanpak.
Voorbeeld geselecteerde vraag: Voorne-Putten - 8
Belangrijk voor Klein maar Fijn: 1.
Het onderzoek is een combinatie van wetenschappelijke literatuur en een lokale verkenning.
2.
Hecht veel belang aan de geschiedenis / cultuur / belangen / toekomstverwachtingen van de vraagsteller.
Voorbeeld niet-geselecteerde vraag: Consultatiebureau- 1 Hoe kan in een voorliggende periode van één jaar worden bepaald wat de meerwaarde is voor de medische en psychosociale kwaliteit van inzet nurse practitioner (NP) bij consultatiebureau?
Probleem: Twee NP opgeleid – geen goede verankering in organisatie: • geen visie van CB over inzet NP toekomst • geen overtuiging bij alle betrokkenen dat de medische kwaliteit op CB met werkmodel NP is gewaarborgd
Voorbeeld niet-geselecteerde vraag: Consultatiebureau- 2 Werkwijze zonder NP: CB-arts ziet alle kinderen Werkwijze met NP: niet risico-kinderen worden door CB-arts naar NP doorverwezen. NP werkt onder supervisie van CB-arts. Veronderstelde voordelen werkwijze met NP: 1. Een verwacht tekort aan CB-artsen wordt door NP opgevangen. 2. CB-arts krijgt de ruimte voor andere taken (participeren in netwerken, zorgcoördinatie) -> de medische zorg verbetert 3. De medisch inhoudelijke en psychosociale verpeegkundige zorg verbetert of blijft tenminste gelijk
Voorbeeld niet-geselecteerde vraag: Consultatiebureau- 3 Onderzoeksvraag: Kan in de huidige situatie met 2 NP’s voor het komende jaar worden vastgesteld of de medisch inhoudelijke zorg en de psychosociale (verpleegkundige) zorg op het CB met de nieuwe werkwijze is verbeterd of tenminste gelijk gebleven? 1. De CB-arts houdt tijd over voor andere taken? 2. De medisch inhoudelijke en psychosociale zorg blijft tenminste gelijk of verbetert
Voorbeeld niet-geselecteerde vraag: Consultatiebureau- 4 Vraag is niet geselecteerd: 1. Schatting 10-15% risico kinderen (medisch en psychosociaal). Te kleine aantallen voor aantonen significant verschil in tijdige diagnostiek bij oude/nieuwe werkwijze. 2. Er is geen nul-meting met betrekking tot tijdsbesteding CB- artsen. 3. Er is geen controlegroep in de huidige situatie 4. “Medisch inhoudelijke” en “psychosociale kwaliteit” moeten worden geoperationaliseerd. 5. Het organiseren van een onderzoek met controlegroep vraagt zoveel tijd dat een evaluatieonderzoek niet in het komende jaar zal kunnen worden afgerond.
Voorbeeld niet-geselecteerde vraag: Consultatiebureau- 5 Wat dan wel? Onderliggend aan de vraag lag bezorgdheid om relevante medische en/of psychosociale diagnoses te missen. Bezorgdheid kan deels worden ondervangen door optimale afstemming waarbij mogelijke missers zo snel mogelijk worden gedetecteerd. Dit kan vanuit kwaliteitsbeleid worden ingezet. Advies: Maak voor afstemming en communicatie NP <-> CB-arts werkinstructies, protocollen en procesbeschrijvingen, aansluitend bij HKZ.
Voorbeeld niet-geselecteerde vraag: Consultatiebureau- 1
Belangrijk voor Klein maar Fijn: Een belangrijk deel van de achterliggende context (bezorgdheid medisch inhoudelijke en psychosociale kwaliteit) werd pas gaandeweg duidelijk. De vraag achter de vraag komt niet altijd direct naar voren.
Slotopmerkingen: 1.
Klein maar Fijn draagt bij aan academisering praktijk (doelstelling CEPHIR)
2.
Door deelname vanuit MGZ aan kortdurend onderzoek vermaatschappelijkt de universiteit (doelstelling CEPHIR)
3.
Makelaarsrol + deel van uitvoering onderzoek past bij GGD; ingang en koppeling aan gemeentelijk beleid
4.
De universiteit ziet praktijkvragen waar ze geen aanbod voor heeft
5.
Onderzoek a la KmF hoeft niet duur te zijn! (max 10.000)
6.
Kortdurend onderzoek biedt studenten kans om gevoel te krijgen voor de praktijk van de publieke gezondheid
Meer over Klein maar Fijn? www.cephir.nl