markt
Minkels lanceert Next Generation Cold Corridor trend
Emerson en IBM integreren DCIM en ITSM Ronald Kok, All IT Rooms:
‘Klantgericht en flexibel’
dcw maart 2013 | in samenwerking met:
advancing information transport systems
SMARTER Data Center InfrastruCture. We’re In It. Our unique R&D relationships with the world’s leading active equipment vendors help anticipate your future connectivity requirements. Our investment in local resources delivers face-to-face technical support where you need it, when you need it, even for multi-national roll outs. So, for an agile and efficient data center, choose TE Connectivity. www.datacenteragility.com
netpodium rack system & universal Connectivity Platform (uCP):
NEW!
• Ideal for mixed media data center environments • Plug & play copper and fiber systems in one panel • Save time and space through increased rack efficiency • Utilize free space alongside, above and below the 19” envelope • For applications up to 100G • Reduced installation times due to tool-less fasteners • High density cable management & bend radius protection www.datacenteragility.com/products
KRONE
incorporating AMP NETCONNECT and KRONE
eVerY COnneCtIOn COunts Rietveldenweg 32, 5222 AR ’s-Hertogenbosch +31 73 6246211
[email protected] www.ampnetconnect.nl
dcw colofon
jaargang 6, maart 2013, nr. 3 datacenterworks verschijnt tienmaal per jaar. toezending geschiedt op abonne mentbasis en controlled circulation. h o o f d r e dacte u r / u itg ev e r
robbert hoeffnagel te l e fo o n +31 (6) 51 28 20 40 e - m a i l
[email protected] e i n d r e dacte u r Ma r ja n va n H o o r n p o sta d r e s r e dacti e
maredijk 17, 2316 vr leiden te l e fo o n 071 - 521 49 98
e - m a i l a dm i n i strati e @fenceworks.nl a dv e rte nti e - e xp lo itati e
hans potharst Commercieel Directeur te l e fo o n +31 (6) 17 44 38 16 e m a i l
[email protected] te l e fo o n +31 (0) 71 5 21 49 98 www.fenceworks.nl vo r m g ev i n g laura willemsen
grafisch ontwerp
druk
control media kopij kan worden ingezonden in overleg met de redactie. geplaatste artikelen vertegenwoordigen niet noodzakelijk de mening van de redactie. de redactie noch de uitgever aanvaarden enige aansprakelijkheid voor de inhoud van
artikelen van derden, ingezonden mededelingen, advertenties en de juistheid van genoemde data en prijzen.
fotokopie en overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk op welke wijze dan ook, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie en onder vermelding van: ‘overgenomen uit datacenterworks, vakblad over de
technische infrastructuur van datacenters’, met vermelding van de jaargang en
Een systeembeheerder die werkzaam was op de IT-afdeling van een grote Nederlandse bank vertelde mij jaren geleden eens een verhaal over het beheer van servers. Het speelde begin jaren tachtig en de man was overduidelijk een oude rot in het vak. Maar ook door de wol geverfde IT’ers raken soms het spoor bijster. Zo kon het gebeuren dat de IT-afdeling van deze bank om de zoveel tijd een inventarisatie maakte van de servers die in het Amsterdamse datacenter stonden opgesteld. We hadden het over toen het ‘rekencentrum’ en de apparatuur stond – letterlijk – overal en nergens opgesteld. Maar wat nu precies waar stond ... tja, dat was niet altijd even duidelijk. Dus ging men af en toe met kladblok en pen door de zalen. Soms kwam men dan kleine kamertjes tegen waarin apparatuur stond die men nu niet direct kon thuis brengen. De server draaide kennelijk al jaren keurig mee; bij nader onderzoek bleek er dagelijks een back-up te worden gemaakt enzovoort, enzovoort. Maar welke applicatie er nu precies op draaide en – minstens zo belangrijk – welke gebruikers hiermee werkten was veel minder duidelijk. Soms kwam men er niet uit. En dan resteerde vaak maar één radicale oplossing: de stekker eruit. Gevaarlijk, hoor ik u denken. Maar het was een hele bewuste keuze. Want vaak was dit de enige manier om te ontdekken wie die applicatie gebruikte. Bizar genoeg duurde het vervolgens soms vele maanden voordat ergens in de bank iemand begon te piepen. Dan had men eindelijk de gebruiker gevonden. En kon worden bepaald of de server opnieuw moest worden aangezet. Ik moest aan dit verhaal denken naar aanleiding van het interview met Rob Suijkerbuijk van Raritan in deze editie van DatacenterWorks. HIj vertelt hierin onder andere over de oplossing voor ‘intelligent asset tracking’ die deze firma in zijn leveringsprogramma heeft. Dit systeem werkt met magnetische tags die aan IT-apparatuur kan worden bevestigd, zodat we weten wat een computerzaal wordt binnen gebracht en wat er weer uitgaat. Suijkerbuijk geeft duidelijk de voorkeur aan deze magnetische tags boven Rfid. Zijn redenatie: we willen niet alleen weten wat er in- en uitgaat (wat met Rfid mogelijk is), maar ook waar een IT-apparaat in een rack wordt geplaatst. Alleen dan weten we welke rackposities gevuld en welke nog vrij zijn. Dat is een wereld van verschil met de situatie die de systeembeheerder van die Nederlandse bank mij destijds vertelde. Wat mij betreft een duidelijk teken dat we de zaken binnen het datacenter steeds beter onder controle krijgen.
het nummer. datacenterworks is een uitgave van fenceworks bv
Robbert Hoeffnagel
dcw maart | redactioneel
Assets
datac e nte rwo r ks is hét vakblad over de technische infrastructuur van datacenters.
3
6
10
16
14
22
18
20
24
Inhoud trend
datacentermanagement
6
comeback voor vloeistofkoeling Een techniek die in de mainframetijd erg populair was, lijkt aan een comeback bezig te zijn: koelen met vloeistof. Een aantal bedrijven is met nieuwe oplossingen op de markt gekomen, waarbij het motto ‘koelen bij de bron’ soms wel erg letterlijk wordt genomen. Bij sommige oplossingen worden servers namelijk geheel in de koelingsvloeistof geplaatst.
22
koeling
technologie
14
minkels lanceert next generation cold corridor Minkels, onderdeel van het beursgenoteerde Legrand, introduceert de Next Generation Cold Corridor. Een aisle-containmentoplossing om warme en koude luchtstromen op energie-efficiënte wijze van elkaar te scheiden, maar dan met een sterk modulair karakter en dus zeer flexibel in te richten. De integratie van klantervaringen zorgt daarnaast voor een uitgebreid keuzepakket aan modulair opgebouwde functionaliteiten.
28
energievoorzieining
en verder
18
39 nieuws van it room infra 41 nieuws 46 bisci-nieuws
praktijk
20
oskomera scoort met duurzame kwaliteit Van oorsprong is Oskomera Group een familiebedrijf met wortels in de metaalbewerking, staalbouw en productie van gevel- en draag constructies. Oskomera groeide uit tot een internationaal succesvol technisch dienstverlener op het gebied van staal, aluminium, glas en zonnepanelen. Zo leverde dochterbedrijf Oskomera Solar Power Solutions in West-Europa al meer dan 100 MWp aan zonne-energieopbrengsten. In 2012 installeerde KPN een energie-efficiënte en modulair uitbreidbare RimatriX5 IT-infrastructuur in het nieuwe hoofdkantoor van Oskomera Group in het Brabantse Deurne.
rob suijkerbuijk van raritan: ‘het verschil zit ’m vaak in de details’ Veel producten in het datacenter lijken als twee druppels water op elkaar. Toch zijn er vaak kleine, maar belangrijke verschillen aan te wijzen, aldus Rob Suijkerbuijk van Raritan. “Juist dat soort details bepalen in de regel of een datacentermanager tevreden is met een product. Dat is dan ook precies de reden waarom wij bij productontwikkeling heel nauw samenwerken met onze klanten. Zodat wij heel nadrukkelijk kunnen inspelen op hun vaak heel specifieke eisen en wensen.”
coverfoto ronald kok van all it rooms: ‘klantgericht en flexibel’ All IT Rooms, specialist in het ontwerpen, bouwen en beheren van datacenters en serverruimten, viert dit jaar zijn vijfjarig jubileum. Kok, oprichter en directeur, kijkt terug, maar blikt ook vooruit op de ontwikkeling van de datacentermarkt in het algemeen en All IT Rooms in het bijzonder.
dcw maart | inhoud
socomec eist aandeel nederlandse ups-markt op Het Franse Socomec is een snelle groeier op de Nederlandse markt voor ups (uninterruptible power supplies). Een andere manier van werken en aandacht voor ‘Klant en Kwaliteit’ hebben ervoor gezorgd dat Socomec binnen enkele jaren tijd is uitgegroeid van een relatieve onbekende tot een gevestigde naam op de markt.
emerson en ibm combineren trellis en tivoli Emerson Network Power combineert de mogelijkheden van zijn Trellis-platform met de IT-servicemanagementsoftware van IBM.Volgens het concern zorgt deze combinatie voor significante optimalisatiemogelijkheden voor datacenters. De geïntegreerde oplossing voor DCIM (datacenter infrastructuurmanagement) biedt een betere energie- en operationele efficiëntie en IT-servicedelivery.
5
dcw maart | trend
Comeback voor vloeistofkoeling
6
Servers staan soms volledig in koelvloeistof Een techniek die in de mainframetijd erg populair was, lijkt aan een comeback bezig te zijn: koelen met vloeistof. Een aantal bedrijven is met nieuwe oplossingen op de markt gekomen, waarbij het motto ‘koelen bij de bron’ soms wel erg letterlijk wordt genomen. Bij sommige oplossingen worden servers namelijk geheel in de koelingsvloeistof geplaatst.
Mainframes zijn jarenlang met vloeistof gekoeld, maar het was de fabrikant van supercomputers Cray die als een van de eerste aanbieders voor een flinke impuls zorgde. Met groene IT had dit allemaal niets te maken. De gebruikte vloeistof, Flourinert, was uiterst milieuonvriendelijk. Aan een geheel andere kant van de computermarkt werd koelen met vloeistof de laatste jaren ook ineens populair. Dat zijn namelijk de hardcore gamers, die koelen met water gebruiken om hun gamecompter te kunnen overklokken. Door de processor sneller te laten werken dan waarvoor die formeel is bedoeld, worden vele malen betere gameresultaten behaald, maar produceert diezelfde processor tegelijkertijd wel veel meer warmte dan de koelaanpak in de gamecomputer aan kan. Vandaar additionele en op watergebaseerde koeling. Een aantal relatief nieuwe bedrijven wil vloeistofkoeling nu richting datacenter en computerruimte brengen. De kern van hun aanpak is over het algemeen dat zij de elektronica die moet worden gekoeld – letterlijk – in vloeistof onderdompelen. Hiertoe zijn nieuwe typen koelvloeistof ontwikkeld. Deze kennen onderling aanzienlijke verschillen, maar ook één belangrijk gemeenschappelijk punt: de vloeistof geleidt geen elektriciteit. Een duidelijk voordeel van al deze vloeistoffen is dat zij vele malen beter zijn in het afvoeren van warmte dan lucht. Bovendien, zo claimen alle fabrikanten, is het bij gebruik van een vloeistof veel makkelijker om de afgevoerde warmte te hergebruiken dan bij gebruik van lucht als transportmiddel.
fabrikanten kijken meer naar het koelen van bestaande serversystemen. Alleen al het weglaten van ventilatoren levert een aanzienlijke verlaging van het stroomverbruik op. De betrokken fabrikanten gaan in hun schattingen uit van circa 30 procent. Veel interessanter is echter de energiebesparing die ontstaat doordat geen luchtkoeling meer wordt toegepast. Doordat de door de elektronica geproduceerde warmte direct door de
koelvloeistof wordt afgevoerd, kan zich geen warme lucht meer in en rond het rack verspreiden. Bij een volledige overstap op vloeistofkoeling zijn Crac’s volgens de betrokken fabrikanten dan niet langer nodig. Hetzelfde gaat op voor chillers en andere op luchtkoeling gerichte apparatuur.
brandblussing
De besparingen die hiermee kunnen worden
Voor we enkele fabrikanten nader bekijken, eerst een paar voordelen die voor alle op vloeistofkoeling gebaseerde oplossingen gelden. Dat is allereerst dat een goed ontworpen oplossing in staat is om in principe alle warmte af te voeren die door de te koelen elektronica wordt geproduceerd. Het ontwerp van de serverelektronica kan bovendien worden vereenvoudigd en goedkoper worden gemaakt, doordat bijvoorbeeld interne fans niet langer nodig zijn. Het is dan ook interessant om te zien dat sommige fabrikanten van vloeistofkoeling zich vooral op de oem-markt richten en proberen serverfabrikanten voor zich te winnen, zodat zij kant-en-klare door vloeistofgekoelde servers gaan uitbrengen. Andere
dcw maart | trend
tekst: hans vandam is freelance journalist
30 procent
7
bedrijf schat dat een investering in dit type serverhardware in drie jaar terug is terugverdiend. Nog een cijfer van LiquidCool Solutions: een volledig gevuld rack met traditionele servers kost alleen al aan ventilatoren 10 kW aan energie. Een rack gevuld met LSS’s vereist voor koeling niet meer dan een vloeistofpomp die circa 200 W vraagt.
dcw maart | trend
iceotope
8
behaald, zijn enorm, stellen de fabrikanten van vloeistofkoeling. Zij schatten dat besparingen haalbaar zijn van 30 procent van de totale kosten nodig om een datacenter draaiende te houden. Als niet gering voordeel noemen zij bovendien de besparing in ruimte die ontstaat doordat de vaak omvangrijke apparatuur die nodig is voor luchtkoeling, achterwege kan blijven. Er kan hierdoor veel meer IT-apparatuur in een datacenter worden geplaatst. Ook het overklokken van servers, zoals gamers dat al doen, behoort tot de mogelijke voordelen. De vraag is alleen wel of IT-afdelingen hier snel toe zullen overgaan, gezien de hoge eisen die anno 2013 aan de beschikbaarheid van IT-systemen worden gesteld en de lage benuttingsgraad die veel servers kennen. Daar staat tegenover dat vloeistofkoeling wel eens een positief effect zou kunnen hebben op de levensduur en de betrouwbaarheid van elektronica. Wat eveneens een interessant voordeel is: een veel lagere geluidsproductie in het datacenter. Fabrikanten van vloeistofkoeling wijzen ook op het feit dat koelen met vloeistof een belangrijke bijdrage levert aan het voorkomen van brand in een computerzaal. Het mag duidelijk zijn dat koelen met vloeistof een aantal interessante voordelen te bieden heeft. Een nadeel kan echter zijn dat IT-afdelingen geen enkele ervaring hebben met vloeistofkoeling en van nature weerstand zullen voelen tegen de combinatie van vloeistof
en elektronica. Bovendien werken vrijwel alle aanbieders van vloeistofkoeling met aangepaste serverhardware. Hoe zit de aanpak van een aantal van dit soort bedrijven nu in elkaar?
liquidcool solutions
Deze fabrikant stond tot voor kort bekend als Hardcore Computers. De technologie die deze firma heeft ontwikkeld, vindt haar oorsprong bij gamers die willen overklokken. Inmiddels is deze technologie echter door ontwikkeld en richt hij zich alleen nog op datacentertoepassingen. LiquidCool heeft een ‘liquid submerged server’ (LSS) ontwikkeld. De serverhardware is hierbij in een verzegelde bekasting geplaatst. Vervolgens wordt een koelvloeistof, Core Coolant geheten, door deze kast gepompt. Er is dus bij elke kast sprake van een ingaand een uitgaande vloetstofleiding. Alle warmte producerende componenten van de server bevinden zich in de vloeistof (‘submerged’). De servers zijn gebaseerd op Intel Xeon-processoren en maken gebruik van solid state disks ofwel chips in plaats van roterende schijven. Deze LSS is circa 15 procent duurder dan standaardservers met een vergelijkbare capaciteit. Daar staat echter tegenover dat het bedrijf claimt dat het energiegebruik van een computerruimte of datacenter wordt gehalveerd. Dit is vooral het gevolg van het ontbreken van airco’s, ventilatoren, Crac’s en dergelijke. Het
Een variant op de aanpak van LiquidCool Solutions levert het Britse Iceotope. Deze firma levert een rack waarin ‘hot swappable’ 48 vloeistofgekoelde servers kunnen worden geplaatst. Ook deze systemen zijn in een volledig afgesloten omkasting geplaatst en worden gekoeld met een door 3M ontwikkelde koelvloeistof: Novec. Een belangrijk verschil ten opzichte van de aanpak van LiquidCool Solutions is dat de koelvloeistof altijd in de verzegelde kast blijft. Het afvoeren van de warmte gebeurt via water die via een leiding door de kast loopt en waaraan de koelvloeistof de warmte overdraagt. Iceotope benadrukt – naast het potentieel voor kostenbesparingen – ook de grotere betrouwbaarheid van de elektronica. Dit is een gevolg van de zeer gelijkmatige koeling. Bij gebruik van luchtkoeling bevinden zich binnen een server altijd plekken die warmer zijn dan andere. Dit heeft een negatief effect op de betrouwbaarheid van de hardware, aldus het Britse bedrijf.
asetek
Asetek is een fabrikant die vloeistofkoeling toevoegt aan luchtkoeling. Dat gebeurt met een product dat luistert naar de naam ‘Rack CDU’, wat staat voor ‘coolant distribution unit’. Hierin worden volledig afgesloten servers geplaatst. Deze ‘sealed server liquid cooling’-systemen worden via een leiding voorzien van een koelmiddel en zij koelen op hun beurt weer twee of meer ‘koelplaten’ die over de processor- en geheugenchips worden geplaatst. Hiermee wordt de lucht in de afgesloten kast gekoeld met vloeistof. Met deze aanpak claimt het bedrijf met 3 kW aan koelvermogen een rack met 21 kW aan IT-systemen te kunnen koelen. Uit berekeningen van het bedrijf zou blijken dat de investering in een Rack CDU met één jaar is terugverdiend.
green revolution cooling
Waarom individuele servers met vloeistof koelen als we ook een compleet rack in een koelvloeistof kunnen plaatsen? Dat is kort gezegd de aanpak van Green Revolution Cooling. De aanpak van dit bedrijf luistert naar de naam CarnotJet, waarbij een rack in zijn geheel in een koelvloeistof genaamd GreenDEF wordt geplaatst. Het bedrijf claimt dat hierbij in principe elk type serverhardware kan worden gebruikt, mits deze op een aantal plaatsten is gemodificeerd. Deze modificaties hebben bijvoorbeeld betrekking op het vloeistofdicht inpakken van de harddrives en het verwijderen van de ventilatoren in de hardware. Deze radicale aanpak levert radicale besparingen op, stelt het bedrijf. Ga er vanuit dat er 90 procent minder energie nodig is om de servers te koelen.
nieuw hardware?
Vloeistofkoeling vereist in veel gevallen drastische aanpassingen aan de hardware. Dat is een stevig obstakel, vooral als het gaat om bestaande computerruimten en datacenters. Bij nieuwbouw is een dergelijke aanpassing echter veel minder ingrijpend. In dit soort gevallen kan bij het ontwerp volledig worden ingespeeld op de voordelen die vloeistofkoeling biedt. Resteert echter vooral: koudwatervrees. IT-afdelingen zijn – terecht – conservatief als het gaat om radicaal nieuwe technologie die zich in de praktijk nog niet ruimschoots heeft bewezen. Daarom is het interessant dat de eerste projecten op basis van vloeistofkoeling nu van de grond komen. Het gaat daarbij vooral om universitaire rekencentra, waar men natuurlijk niet alleen kijkt naar beschikbaarheid, maar ook naar de ontwikkeling van nieuwe technologie.
V R ICO NDITIO N®- H2O COOLING SOLUTIONS
® koelen met waterN - H2O V Modulair R ICO NDITIO COOLING SOLUTIONS
24 kW koelcapaciteit Modulair koelen met water Intelligent regelmechanisme 24 kW koelcapaciteit Flexibele oplossing: closed, Intelligent regelmechanisme open of hybride loop Flexibele oplossing: closed, Hot swappable ventilatoren en open of hybride loop control box Hot swappable ventilatoren en Remote monitoring control box Remote monitoring
meer weten over vloeistofgekoelde datacenteroplossingen? • LiquidCool Solutions: http://www.liquidcoolsolutions.com • Iceotope: http://www.iceotope.com • Asetek: http://www.asetek.com • Green Revolution Cooling: http://www.grcooling.com
A N A E G I D E C O M PA N Y
[email protected] • WWW.MINKELS.COM
de convergentie van sociale media, mobile computing, analytics en de cloud verandert de manier waarop bedrijven opereren. bedrijven die deze technologie kunnen vertalen naar een concrete digitale strategie, zijn uiteindelijk beter in staat nieuwe businesskansen te grijpen en de concurrentie achter zich te laten. dit zijn de belangrijkste bevindingen uit het accenture technology vision 2013-rapport. het rapport legt een interessante basis voor bedrijven om hun datacenterstrategie op te baseren.
Onderzoek Accenture geeft richting aan datacenters:
Convergentie van IT-trends dwingt tot nieuwe digitale mindset
10
radicaal anders
“Om zich te onderscheiden in de markt, klantrelaties te verdiepen of groei en winstgevendheid te stimuleren, moeten organisaties en hun leiders technologie radicaal anders inzetten”, zegt Paul Daugherty, chief technology officer bij Accenture. “Het nieuwste Technology Vision-rapport toont aan dat de technologische mogelijkheden enorm zijn. Effectieve inzet hiervan vereist echter een compleet nieuwe digitale mindset. De kracht en het bereik van convergerende trends, zoals mobility en cloud, dwingen bedrijven om de gevolgen van een door software gedreven ‘connected everything’ wereld echt te gaan begrijpen.” Het Accenture Technology Vision 2013-rapport kijkt naar de toekomst van enterprise IT en doet aanbevelingen over hoe bedrijven de voordelen van technologie en software kunnen gebruiken om hun activiteiten, resultaten en concurrentiepositie te verbeteren. Belangrijke aanbevelingen zijn: • Technologie inzetten om op grote schaal digitale relaties aan te gaan Bedrijven kunnen hun klanten beter begrijpen dan ooit.Toch profiteren niet alle organisaties van de kans om diepere en waardevollere klantrelaties op te bouwen om de klantloyali-
tekst: van de redactie
dcw maart | strategie
Uit het rapport van Accenture blijkt dat technologie inmiddels de basis is voor vrijwel elk onderdeel van een organisatie. Elk bedrijf is momenteel digitaal en alle managers, niet alleen de CIO, moeten de kracht en potentie van nieuwe technologie kunnen erkennen en integreren. De huidige software heeft bijvoorbeeld de potentie om het businessmodel van een bedrijf of een hele sector blijvend te veranderen.
teit te verbeteren. Hoewel mobile computing, sociale netwerken en contextgebaseerde diensten de banden met klanten kunnen aanhalen, lijkt de ‘customer intimacy’ uit dit proces verdwenen. Bedrijven zien de mogelijkheden vooral als extra communicatie- en transactiekanalen en minder als nieuwe manieren om relaties te verbeteren. Daugherty: “Met nieuwe technologie kunnen organisatie klantrelaties boven het transactieniveau uit tillen en echte persoonlijke interacties opzetten. Dat vereist wel een totaal benadering waarbij IT en business hand in hand gaan.” • Analytics inrichten om de juiste data te krijgen Veel applicaties verzamelen momenteel alleen data voor specifieke functies. Maar omdat organisaties vooral bestaande data voor strategische beslissingen gebruiken, zijn er veel onbenutte mogelijkheden. De vragen die nu relevant zijn, bestonden nog niet bij het ontwerp van de applicaties. Deze gegevens worden dus ook niet verzameld. Organisaties willen een strategie die data als een waardeketen benadert. Niet de applicaties zijn het vertrekpunt, maar de vragen die bedrijven beantwoord willen hebben. Data zijn meer dan output. Organisaties moeten inzien dat de ‘juiste’ data nodig zijn voor strategische doeleinden.
• Maak werk en processen socialer Webgebaseerde sociale technologie, zoals Facebook en Twitter, en social video tools, zoals Skype en Google+, hebben grote invloed op de communicatie van mensen. Door deze tools ook in bedrijfsprocessen te integreren, profiteren bedrijven van grotere efficiëntie en productiviteit van hun mensen. Medewerkers hoeven niet per se socialer te worden, maar het werk en de processen wel. • Overbrug de laatste eindjes van virtualisatie met SDN Het is lastig voor IT om de informatiestroom goed te beheersen.Virtualisatie van servers, storage en andere IT-onderdelen zorgen voor enorme flexibiliteit. Maar het netwerk is tot nu grotendeels buiten schot gebleven. Software defined networks (SDN), waarbij het netwerk niet door hardware, maar door software wordt beheerd, leidt tot nog meer flexibiliteit. Bedrijven kunnen de connectiviteit van systemen namelijk opnieuw configureren zonder fysieke aanpassingen. Dit vereenvoudigt het beheer van veranderingen, integratie van cloudservices en optimaliseert eerdere netwerkinvesteringen. • Wees actief met security Beveiligingstechnologie blijf in ontwikkeling. Toch is het las-
tig om digitale activiteiten afdoende te beschermen. Door de snelle groei zijn er ook meer risicogebieden. Optimale IT-beveiliging gaat dan ook verder dan preventie. Aanvallers vinden altijd wel weer een ingang, dus is het zaak ze een stap voor te zijn. Dit vraagt om flexibele security-architecturen met ‘actieve’ beveilingsmechanismen die voortdurend anticiperen binnen een dynamisch speelveld. • De cloud is er; wees er klaar voor De technologieën die de cloud ondersteunen, zijn beschikbaar en gaan niet meer weg. De voordelen zijn evident: meer differentiatie, snellere time-to-market, beter operationele efficiëntie en eenvoudiger inspelen op kansen. De vraag is niet langer: waarom, maar hoe gaan we de cloud inzetten. Veel bedrijven hebben al hybride omgevingen. Dit vraagt echter wel een goed begrip van alle eisen op het vlak van aanpak, vaardigheden, architectuur, aansturing en beveiliging. Ongeacht of organisaties applicaties, platforms of infrastructuren naar de cloud brengen. Daugherty: “De grootste uitdaging in het digitale tijdperk is het vermogen om jezelf als organisatie opnieuw uit te vinden in een wereld die steeds meer door software wordt gedreven. Om daarin te slagen, moeten organisaties de potentie van IT-innovaties herkennen en deze optimaliseren voor hun eigen situatie. Pas dan profiteren ze van de mogelijkheden om klantloyaliteit te verstevigen en beter te functioneren.”
meer informatie
Accenture onderzoekt al vijftien jaar de IT-trends met de meeste potentie voor bedrijven en sectoren. Voor meer informatie over Accenture Technology Vision 2013: www.accenture.com/ technologyvision.
dcw maart | strategie
• Een kortere datacyclus: sneller van inzicht tot actie Naast variatie en volume speelt ook ‘velocity’ of snelheid een belangrijke rol in het dataproces. Data moeten steeds sneller beschikbaar zijn en meer inzichten bieden. Nieuwe technologie, zoals highspeed storage en in-memory computing, verkorten de datacyclus. De tijd tussen inzicht en actie is steeds korter en bepalend voor de concurrentiepositie.
11
Amerikaans tv-station gebruikt ‘game console’ als gespecialiseerde hardware
Xbox in het datacenter de tijd dat de racks in computerruimten worden gevuld met standaard serverhardware ligt inmiddels wel achter ons. servers op basis van arm-processors die ook in mobiele telefoons zitten, krijgen nu gezelschap van xbox ‘game consoles’. voor datacentermanagers wordt het
12
Het Amerikaanse tv-station ESPN is een van de eerste gebruikers van de Xbox in het datacenter. Andere exoten gingen deze game console echter al voor. Zo heeft Apple jarenlang veel succes gehad met standaard Mac’s die werden geclusterd tot supercomputers. Een flink aantal universiteiten in Europa en de Verenigde Staten heeft deze goedkope, maar zeer krachtige computersystemen in gebruik. ESPN heeft echter geen behoefte aan brute rekenkracht. Dit in sport gespecialiseerde station wil graag heel veel statistische informatie tonen tijdens de sportwedstrijden die het uitzendt. Daar zijn inmiddels voldoende standaardsystemen voor. Nu zetten ze de volgende stap: het naspelen van spelsituaties. Bij Nederlandse omroepen gebruiken we hiervoor een tabletachtig systeem waarmee met een digitale pen bewegingen van spelers kunnen worden getoond. ESPN zet echter – letterlijk – een game in. Het station start tijdens een uitgezonden wedstrijd een gamevariant van de wedstrijd. Doet zich een interessante spelsituatie voor, dan wordt dit via de Xbox nagespeeld met animatiefiguren als hoofdrolspelers. De standaardgame is hiertoe voorzien van enige extra software waardoor heel snel de gewenste situatie ‘op het scherm’ kan worden gebracht.
moet een corporate firewall niet zijn gebaseerd op een huis-tuin-en-keukenrouter, maar voor bijvoorbeeld collaboratie voldoet Skype of Google Hangout uitstekend, zonder dat hiervoor peperdure systemen voor videoconferencing hoeven te worden aangeschaft. Soms kan dit soort hulpmiddelen puur als cloudservice worden afgenomen, maar in andere gevallen, zoals het voorbeeld van ESPN wel aantoont, gaan nieuwe types hardware het datacenter betreden. In het geval van de Xbox betekent dit bijvoorbeeld dat goed moet worden gekeken naar de plaats waar deze apparaten worden geplaatst. In een rack? In een aparte kast? Op een tafel? Hoe zit het vervolgens met de warmteproductie? Gaat het om één Xbox? Of, zoals bij de
Apple-supercomputers, om tientallen exotische apparaten? Kan deze warmte worden weggekoeld met de reeds aanwezige koeloplossing? Hoe zit het met de netwerkverbindingen? Kan die Xbox zonder problemen aan een Cisco-switch worden gekoppeld? De trend naar ‘consumerization of IT’ gaat veel verder dan ‘enkel en alleen’ het gebruik van consumentenproducten op de kantoorvloer. Ook het datacenter gaat de komende jaren merken dat dit een ontwikkeling is die we als datacenterspecialisten maar beter heel serieus kunnen nemen. Consumentenproducten gaan namelijk een stevige impact hebben op de technische infrastructuur van onze datacenters.
trend
Het is een trend die ook in het datacenter steeds meer zijn sporen nalaat. Veel voor consumenten bedoelde techniek is ‘good enough’ voor veel zakelijke toepassingen. Natuurlijk
Bij Amerikaans tv-station verhuist de xbox van de huiskamer naar het datacenter.
tekst: hans vandam is freelance journalist
dcw maart | trend
even wennen aan deze nieuwe ‘form factors’ en warmtebronnen.
Bij Amerikaans tv-station verhuist de Xbox van de huiskamer naar het datacenter.
Aisle-containmentoplossing om warme en koude luchtstromen te scheiden
Minkels lanceert Next Generation Cold Corridor minkels, onderdeel van het beursgenoteerde legrand, introduceert de next generation cold corridor. een aisle - containment oplossing om warme en koude luchtstromen op energieefficiënte wijze van elkaar te scheiden, maar dan met een sterk modulair karakter en dus zeer flexibel. de integratie van klantervaringen zorgt daarnaast voor een uitgebreid keuzepakket
14
Minkels lanceerde de eerste versie van de Cold Corridor tijdens de CeBIT in 2006, op een moment waarop de aandacht voor energie-efficiëntie nog in de kinderschoenen stond. Bij het huidige design, het ontwerp van de Next Generation Cold Corridor, heeft de R&D-afdeling niet alleen de energie-efficiëntie verder geoptimaliseerd. Een belangrijk kenmerk van het nieuwe ontwerp is de modulariteit, die inspeelt op de toegenomen dynamiek in de behoeften van de gebruikers. Minkels heeft de Next Generation Cold Corridor voor het eerst aan gebruikers geshowd tijdens Data Centre World 2013 op 27 en 28 februari in Londen.
flexibel datacenter
“Virtualisatie en cloud computing hebben de dynamiek in het datacenter een flinke boost gegeven”, zegt Jeroen Hol, chief executive officer van Minkels. “In het verlengde van die ontwikkeling hebben gebruikers een groeiende behoefte aan sterk schaalbare en dus flexibele datacenteroplossingen. Zij willen een datacenter gemakkelijk kunnen opschalen en neerschalen indien dat nodig is. Ook kostenafwegingen
spelen een rol bij de behoefte aan flexibiliteit. Dit sterk modulaire concept biedt vergaande mogelijkheden om zo’n oplossing gefaseerd en daarmee kostenefficiënt te implementeren.” De Next Generation Cold Corridor is door de modulaire opbouw flexibel aan te passen aan de specifieke gebouwomgeving. “Ook de gefaseerde implementatie van row-based koeling is via schaalbare componenten eenvoudig uit te voeren”, zegt Hol. “Modulariteit in constructiedetails zorgt ervoor dat de oplossing gemakkelijk en kostenefficiënt is te installeren.” De R&D-afdeling van Minkels heeft op basis van eigen onderzoek de luchtstroomgeleiding in de Next Generation Cold Corridor bovendien significant verbeterd ten opzichte van de vorige versie. Het nieuwe ontwerp is hiermee nog energie-efficiënter dan het eerdere model dat Minkels op de markt bracht. Daarnaast zijn de nieuwe dakpanelen zo ontworpen dat sprake is van een hoog niveau van lichttransmissie. Tot slot kunnen monitoringsensoren in het nieuwe design plug&play worden geïnstalleerd.
tekst: van de redactie
dcw maart | koeling
aan modulair opgebouwde functionaliteiten.
De Next Generation Cold Corridor van Minkels.
In het ontwerp is verder een brede variëteit aan gebruikerssituaties verwerkt. Deze klantspecifieke oplossingen die oorspronkelijk in projectvorm zijn ontwikkeld, zijn in het nieuwe ontwerp gestandaardiseerd en ondergebracht in verschillende optioneel te kiezen modules. De Next Generation Cold Corridor biedt onder andere keuzeopties als het gaat om integratie van de Cold Corridor met verschillende soorten brandblussystemen, toegang en toegangsbeveiliging, ‘airtightness’, oftewel het voorkomen van koelluchtlekkage, en datacentermonitoring. Zo is binnen het productprogramma een module beschikbaar die de Cold Corridor geschikt maakt om met watermist brand te blussen. Deze module bevat een ‘pivot roof ’ systeem, waarbij de dakpanelen kunnen worden gekoppeld aan de brandblusinstallatie. Zodra een bepaalde temperatuur wordt bereikt, klappen de dakpanelen automatisch open om de watermist binnen te laten. Op het gebied van toegang en toegangsbeveiliging is er bijvoorbeeld een module beschikbaar met automatische schuifdeuren, naast een mechanische zelfsluitmodule en een handmatige optie – al dan niet synchroon. Die oplossingen kunnen worden gecombineerd met bijvoorbeeld een module voor een pincode- of een kaartleessysteem. Dergelijke oplossingen bieden een beveiligingsalternatief, een tussenoplossing voor beveiliging op rackniveau en op kooiniveau.
BIT van 2006 is de basis geweest voor onze verdere ontwikkeling als leverancier van een breed portfolio aan energie-efficiënte datacenter totaaloplossingen,” zegt Hol. “De Next Generation Cold Corridor is wederom een grote stap voor Minkels. Er omheen zullen wij ons modulair opgebouwde oplossingsportfolio voor de datacenteromgeving de komende tijd nog verder uitbreiden.”
voorgemonteerd in de fabriek
De Next Generation Cold Corridor is tevens een oplossing waarin meer kant-en-klaar wordt aangeleverd. Dat is gedaan om de installatie ervan op locatie te vergemakkelijken en te versnellen, en de doorlooptijden bij implementatie tot een minimum te beperken. “De lancering van ons eerste aisle -containmentconcept tijdens de Ce-
'Gebruikers hebben een groeiende behoefte aan sterk schaalbare en dus flexibele oplossingen'
dcw maart | koeling
functionaliteit op basis van klantervaringen
15
Socomec eist aandeel Nederlandse ups-markt op
‘We komen van bijna niets’ het franse socomec is een snelle groeier op de nederlandse markt voor ups (uninterruptible power supplies). een andere manier van werken en aandacht voor ‘klant en kwaliteit’ hebben ervoor gezorgd dat socomec binnen enkele jaren tijd is uitgegroeid van een relatieve onbekende tot een gevestigde naam op de markt.
16
Het ups-assortiment van Socomec.
“In een paar jaar tijd zijn we gegroeid van bijna niets naar een marktdeel van zo’n drie à vier procent”, vertelt Paul Langbein, managing director van Socomec in Nederland. De groei van het marktaandeel in Nederland drukt zich ook uit in de omzet. “Waar de Nederlandse organisatie zo’n drie jaar geleden nog geen half miljoen aan omzet haalde, realiseren we nu een omzet van ruim 4,5 miljoen euro.” Die stijgende cijfers zijn volgens Langbein voor een belangrijk deel toe te schrijven aan ‘een andere manier van werken’.“Waar de Nederlandse ups-organisatie van Socomec zo’n zes jaar geleden bestond uit twee man, zijn we nu met een team van twintig medewerkers van wie er zeven à acht in de buitendienst werken. Dat draagt ook bij aan de naamsbekendheid
van een merk. Ook een partner als Belpa heeft enorm geholpen door onze naam heel veel te roepen.”
belpa en socomec
Tussen Belpa en Socomec is er al ruim zes jaar sprake van een intensieve samenwerking op het gebied van ups-systemen voor de sector ‘healthcare’. Serviceaanvragen, de opstart van nieuwe installaties en de naleving van de onderhoudscontracten worden in goed overleg afwisselend door Belpa en Socomec uitgevoerd. Beide bedrijven beschikken over een eigen servicedienst. Het in 1946 opgerichte Belpa is producent van transformatoren, gelijkspanningsvoedingen en ventilatorregelingen en heeft al jarenlang ervaring op het gebied van complete elektrische installaties in ziekenhuizen en medische centra. Dit gaat van NSA en middenspanning tot aan de wandcontactdozen in de operatiekamers. “Maar het complete concept bestaat uit nog veel meer factoren”, zegt Henk Barten, managing director van Belpa. “Daarom stelden wij onszelf zo’n zes jaar geleden de vraag: ‘Stopt het hier?’.” Als voorbeeld van een component dat nog kon worden toegevoegd aan het assortiment van Belpa noemt Barten de ups. “Bij sommige klanten werd wel eens een ups neergezet, maar dat was niet structureel. Toen hebben we con-
tekst: ferry waterkamp is freelance journalist
dcw maart | energievoorziening
over socomec
Socomec is in 1922 opgericht als ‘la Société des Ateliers de Constructions Électromécaniques du Bas-Rhin’, een producent van onder andere schakelaars, zekeringen, elektrische braadspitten en bellen. Het huidige Socomec bestaat uit twee divisies: Socomec SCP, expert in schakel- en beveiligingsoplossingen, en Socomec UPS, specialist in noodvoedingen. Met veertien agentschappen in Frankrijk, 25 filialen wereldwijd en negen productiesites (in Frankrijk, Italië, Tunesië, India en China) is de Socomec-groep een belangrijke speler op de wereldmarkt voor laagspanningsdistributie. In 2011 realiseerde het concern met meer dan 2900 werknemers een omzet van 425 miljoen euro.
Een van de fabrieken van Socomec in de Franse Elzas.
gedegen groei
Mede dankzij de samenwerking met Belpa is ‘healthcare’ een belangrijke groeisector voor Socomec. Maar ook in de andere sectoren waar het Franse bedrijf actief is – infrastructuur, industrie en datacenters – realiseert het een gedegen groei. Al vertoont die groei niet overal hetzelfde patroon, zo begrijpen we van Langbein. “Waar de sector industrie een gestage groei vertoont, vertoont de groei op de datacentermarkt veel meer pieken. De datacentermarkt is veel trendgevoeliger; wat vandaag in datacenters wordt toegepast, is morgen alweer achterhaald.”
‘Waar de sector industrie een gestage groei vertoont, vertoont de groei op de datacentermarkt veel meer pieken’
green powers
Socomec introduceerde vorig jaar de Green Power 2.0 ups. Het nieuwe gamma – beschikbaar van 10 tot 400 kVA – is ontwikkeld als antwoord op de groeiende behoeften van datacenters. De GP 2.0 heeft een effectieve uitgangsvermogensfactor van 1 (PF = 1), biedt gebruikers het volledige nominale vermogen (kW = kVA), ondersteunt volledige belastingen tot 35 °C, in overeenstemming met IEC 62040-3 – met 25 % meer vermogen in vergelijking met een ups met PF = 0,8 en 11 % meer vermogen in vergelijking met een ups met PF = 0,9. Bovendien biedt deze vermogensfactor het voordeel dat de GP 2.0 meer vermogen kan leveren vanuit een kast met dezelfde afmetingen. De GP 2.0 biedt de hoogste vermogensdichtheid in de sector – tot 358 kW/m – en is hiermee efficiënt wat ruimte en energie betreft.
dcw maart | energievoorziening
tact gezocht met Socomec die net bezig was vaste voet aan wal te zetten. Het concern was blij met het extra deel van de markt dat wij konden inbrengen en voor ons betekende de samenwerking een uitbreiding van ons portfolio.” Voor Barten stond direct vast dat Socomec de aangewezen partner is om de ups-systemen te leveren. “Wij schrijven beide ‘Klant en Kwaliteit’ met de hoofdletter K, dus wat dat betreft was er al een goede match. Daar komt bij dat Socomec hoogwaardige producten maakt en altijd veel innovatie tentoonspreidt.” Als voorbeeld van die innovatie noemt Barten de ‘Green Powers’ van Socomec (zie kader ‘Green Powers’). “Met deze systemen gaat het rendement bewezen en gemeten van 92 naar 96 % (gecertificeerd door TüV) en dat is interessant voor de kopende partij om bijvoorbeeld in aanmerking te komen voor de EIA (Energie Investeringsaftrek). Deze belangrijke stap heeft Socomec al enkele jaren geleden gezet, ver vooruit op de rest van de markt.”
17
all it rooms, een specialist in het ontwerpen, bouwen en beheren van datacenters en serverruimten, viert dit jaar zijn vijfjarig jubileum. voor datacenterworks aanleiding om samen met ronald kok, de oprichter en directeur van all it rooms, terug maar zeker ook vooruit te blikken op de ontwikkeling van de datacentermarkt in het algemeen en all it rooms in het bijzonder.
Ronald Kok van All IT Rooms:
18
All IT Rooms kende in 2008 een vliegende start. “Terwijl wij om ons heen al veel geluiden hoorden over een slechte economie zijn wij voortvarend van start gegaan, met projecten voor klanten als ABN-Amro Hypotheken Groep, CBR, Deltares en Huisman”, vertelt Ronald Kok, directeur van All IT Rooms. “Wij hebben ons vanaf de start gelijk gericht op bedrijven en organisaties die een eigen datacenter of computerruimte hebben. Dat
blijkt een juiste keuze te zijn geweest want wij groeien nog steeds elk jaar flink.”
persoonlijke aanpak
Kok startte in januari 2008 met All IT Rooms na diverse commercieel technische functies te hebben bekleed bij verschillende technische bedrijven. “De markt voor systeemintegrators was toen nog niet heel druk bezet en ik zag dat er ruimte was voor een systeemintegrator met een zeer persoonlijke aanpak.Vanuit mijn werkachtergrond heb ik toen het idee ontwikkeld om een bedrijf op te bouwen dat de klant echt centraal stelt, zodat die klant graag met ons wil werken. Maar even belangrijk is dat mensen graag bij ons werken en dat leveranciers graag met ons samenwerken.” Hoewel Kok zelf een achtergrond heeft in marketing en commercie werken er bij All IT Rooms geen ‘commerciële mensen’. “Onze klanten zijn technisch en willen een technische dienst en die kan naar mijn mening het beste worden ingevuld door technisch onder-
legde mensen die hun sporen in het vak hebben verdiend. Direct de klant van dienst zijn met het antwoord op zijn vraag is voor ons van groot belang.” “We ontwikkelen ons meer en meer als adviseur van onze klanten”, vervolgt Kok. “Al bij de start hadden wij een direct bereikbare 24x7-servicedesk voor onze klanten.We merken nu dat we in een steeds vroegere fase worden betrokken bij het oplossen van de problemen en het beantwoorden van de vraagstelling. De laatste tijd merken wij een steeds grotere vraag vanuit onze internationaal georiënteerde klanten en zijn we dus ook actief in andere landen. We werken dan ook met internationale merken, waarmee we installaties bouwen die over de hele wereld werken.” Die internationale activiteiten bevinden zich nog wel in een opstartfase, benadrukt Kok. “Zo verzorgen wij voor één van onze klanten het ontwerp en projectmanagement voor de bouw van computerruimten wereldwijd.
tekst: ferry waterkamp is freelance journalist
dcw maart | interview
‘Klantgericht en flexibel’
professionalisering
Naast een directe klantbenadering is flexibiliteit volgens Kok een andere belangrijke sleutel tot succes; een eigenschap die bovendien van groot belang is nu de bouw van computerruimten steeds verder professionaliseert en de technologische ontwikkelingen zich in de hoogste versnelling bevinden. “Qua techniek is er de afgelopen jaren nogal wat veranderd en die ontwikkeling zal zich de komende jaren onverminderd voortzetten. Dat maakt het steeds lastiger om ver vooruit te kijken. Flexibele en modulaire oplossingen zijn dan essentieel. Doordat fabrikanten hun producten steeds beter afstemmen op de wensen en eisen van de klanten zien wij ook nadrukkelijk een trend dat trajecten vanaf de beslissing om zelf
een nieuwe computerruimte te realiseren tot aan de opleverdatum steeds korter worden. Ook die trend vereist van ons een maximale flexibiliteit en snelheid van handelen.” Daarnaast verwacht Kok dat de wens om zo compact mogelijk te bouwen zal blijven. “De meeste bedrijven kampen met ruimtegebrek; in veel gevallen is er simpelweg geen plaats voor bijvoorbeeld de noodaggregaat.” Bij een andere trend die momenteel de markt domineert – die van standaardisatie – plaatst Kok ‘grote vraagtekens’. “Elke ruimte is an-
‘We ontwikkelen ons meer en meer als adviseur van onze klanten’
ders en elke situatie vraagt om zijn eigen specifieke benadering vanuit klantperspectief. Dan werkt het niet om overal dezelfde standaardproducten en -oplossingen naar binnen te schuiven.”
allround expert
Terugkijkend op de afgelopen vijf jaar concludeert Kok dat All IT Rooms zich snel heeft ontwikkeld tot een van de belangrijkste spelers op de Nederlandse markt, een markt die volgens hem verder vrijwel ongewijzigd is gebleven. “Binnen enkele jaren tijd hebben we een indrukwekkende klantenkring opgebouwd met veelal zeer trouwe klanten. We zijn uitgegroeid tot allround experts op het gebied van datacenters en computerruimten, en dat bestrijkt meerdere vlakken dan alleen het bouwen. De komende vijf jaar zullen we ons dan ook nog meer gaan richten op zaken als advies, service en beheer en actieve monitoring.”
dcw maart | interview
Hiervoor vliegen wij letterlijk de hele wereld over.” Ook zijn er ontwikkelingen in België, een markt die door Kok wordt omschreven als een lastige markt, maar wel een met veel mogelijkheden.
19
Oskomera scoort met duurzame kwaliteit
Familiebedrijf uit Deurne kiest voor RimatriX5 oskomera group is van oorsprong een familiebedrijf met wortels in de metaalbewerking, staalbouw en productie van gevel- en draagconstructies. het bedrijf groeide uit tot een internationaal succesvol technisch dienstverlener op het gebied van staal, aluminium, glas en zonnepanelen. zo leverde dochterbedrijf oskomera solar power solutions in west-europa al meer dan 100 mwp aan zonne-energieopbrengsten. in 2012 installeerde kpn een energieefficiënte en modulair uitbreidbare rimatriX5 it-infrastructuur in het nieuwe hoofdkantoor van oskomera group in het brabantse deurne.
20
investeringen niet alleen de aanschafprijs, maar ook de terugverdientijden doorslaggevend zijn. De energieopbrengst op de lange termijn wordt door Oskomera gegarandeerd omdat uitsluitend zaken worden gedaan met gekwalificeerde producenten die aan de hoogste kwaliteitseisen voldoen.
pand op groei
Sinds 1 januari 2012 zit de hoofdvestiging van de Oskomera Group in een nieuw pand op een industrieterrein bij het Brabantse plaatsje Deurne. Ruim voordat de bouw begon, werd door de systeembeheerders Sven Albrecht en Adri van Dijk al intensief nagedacht over de inrichting van de toekomstige ict-infrastructuur. “We wisten dat we de complete ict-omgeving zouden gaan vernieuwen en hebben daarom veel investeringen tot deze verhuizing uitgesteld. In ons Programma van Eisen stonden flexibiliteit, modulariteit, duurzaamheid en betrouwbaarheid voorop. Omdat we wisten dat al deze aspecten nauw met elkaar vervlochten zijn, hebben we gekozen voor KPN als ervaren systeemintegrator die de volledige projectleiding kon verzorgen”, vertelt Van Dijk. En Albrecht gaat verder: “Voordat we dit pand betrokken, waren de medewerkers van de Oskomera Group op verschillende locaties gehuisvest. Iedere medewerker had een eigen werkstation. Als gevolg van de decentrale structuur was het systeem nogal statisch. Met de nieuwe infrastructuur wilde het ict-projectteam een bijdrage leveren aan een efficiënte samenwerking tussen de ict-gebruikers, te weten: alle Oskomera-medewerkers in Deurne, op de buitenlandse vestigingen en op de verschillende bouwplaatsen. We hebben KPN de opdracht gegeven
tekst: van de redactie
dcw maart | praktijk
Het geheim achter de bloeiende bedrijfsresultaten van Oskomera, het bedrijf verwacht in 2013 een jaaromzet van 186 miljoen euro te realiseren, schuilt in een afgewogen mix van producten en diensten. Dit is volgens beproefd recept samengesteld uit veel technische expertise, een flinke scheut kwaliteitsbesef en een vleugje krachtig Brabants ondernemerschap. De medewerkers van de Oskomera Group zijn al decennialang op technische markten actief en winnen de concurrentieslag met prijsvechters in de eerste plaats op kwaliteit. Zij weten dat bij duurzame
optopping
Op de bouwtekening van de nieuwbouw wees KPN strategische plaatsen aan voor de MER- en SER-locaties. Bij de positionering van de noodstroomgenerator en de drycooler voor de energiebesparende vrije koeling op het dak van het pand is rekening gehouden met een mogelijke toekomstige ‘optopping’ van het gebouw met een vierde bouwlaag. “Om de grote afstanden in dit pand, dat een grondoppervlak van ruim twintigduizend vierkante meter beslaat, te kunnen overbruggen is extra aandacht besteed aan de bekabeling. Tot op werkstationniveau is een hoogwaardig kabelnetwerk aangelegd en vele actieve switches en netwerkaansluitingen bieden voldoende uitbreidingsmogelijkheden. In de productiehallen is bovendien op tien meter hoogte een reeks verdeelkasten geplaatst”, zegt Van Dijk. “KPN adviseerde ons om uit overwegingen van modulariteit en betrouwbaarheid voor het rack- en productsysteem van Rittal te kiezen: van de ups’en tot het modulaire koel- en blussysteem. In het Rittal Technologie- en Trainingscentrum in Reeuwijk hebben we alle producten vooraf in werking gezien”, vertelt Albrecht.
Het nieuwe datacenter maakt veel indruk op medewerkers en bezoekers. Achter een glazen wand is het datacenter voor iedereen zichtbaar, echter niet hoorbaar. Het koelsysteem op rackniveau gebruikt namelijk niet alleen veel minder energie, het produceert ook veel minder geluid dan conventionele ruimtekoeling. De Rittal TS8-racks en de volledig in het zwart uitgevoerde behuizingen met moderne servers, redundant uitgevoerde ups en VoIP-voorzieningen, vormen het kloppende hart van de onderneming, ook voor de medewerkers op bouwplaatsen en buitenlandse vestigingen in Engeland en Zuid-Afrika. “Het nieuwe systeem heeft zijn waarde reeds bewezen. Dankzij de flexibele ict-infrastructuur kon een nieuwe vestiging in Zuid-Afrika snel en probleemloos in ons informatie- en managementsysteem worden opgenomen, waardoor productiviteitswinst is geboekt. Ook de energiebesparingen die we realiseren worden al dit boekjaar zichtbaar. In de komende maanden willen we het systeem verder virtualiseren, waardoor medewerkers vanaf de bouwplaatsen driedimensionale constructietekeningen kunnen oproepen”, legt Van Dijk uit.
succes
Wie in de toekomst investeert, creëert zijn eigen succesverhaal en laat de recessie ver achter zich. Het succes van Oskomera Group is daarvan het tastbare bewijs. Doordat het familiebedrijf tijdig inspeelde op de groeiende vraag naar hoogwaardige zonne-energieproducten en tijdig investeerde in een betrouwbare, duurzame en flexibele IT-infrastructuur, staan bij het succesteam uit Deurne nu alle lichten op groen voor de energietransitie.
dcw juni | management
om een centraal opgezette, modulair uitbreidbare en bovenal betrouwbare ict-infrastructuur te realiseren.” Eric Sweers, sales consultant KPN: “Optimale betrouwbaarheid stond voorop. Daarnaast moest het systeem de groei van deze organisatie kunnen bolwerken. Om nu en in de toekomst een optimale beschikbaarheid te kunnen garanderen is de nieuwe ict-infrastructuur tot in het kleinste detail doordacht en zijn uitsluitend hoogwaardige materialen toegepast.”
21
Optimalisatie van datacenterefficiëntie en servicemanagement integreren
Emerson en IBM combineren Trellis en Tivoli datacenter infrastructuurmanagement (dcim) is een essentiële component voor organisaties die hoge eisen stellen aan de diensten die hun it levert en die snel moeten kunnen opschalen. deze markt is nu nog goed voor 450 miljoen dollar, maar naar verwachting groeit die in
dcw maart | trend
IT-organisaties hebben moeite om overzicht te houden over het aantal (mobiele) devices en de veelheid van apparatuur die ze onder hun hoede hebben. Accurate metingen en effectief beheer van de fysieke infrastructuur in het datacenter zijn essentieel voor het draaiend houden van complexe IT-omgevingen. Degenen die hier in eerste instantie mee te maken krijgen, zijn IT-managers die faciliterend optreden voor de datacenteromgeving. Daarnaast worstelen IT-afdelingen continu met hoe ze hun kosten kunnen verlagen, maar wel hun diensten kunnen verbeteren naar de eisen van de klant. Ef-
22
fectief beheer van het fysieke datacenter wordt steeds belangrijker voor het nemen van beslissingen op dit vlak. Hier hebben IT-managers op het gebied van datacenterbeheer én infrastructuurbeheer direct mee te maken.
combinatie
IBM Tivoli is een bekend portfolio voor het beheer van ict-applicaties en de bijbehorende bronnen, voor de monitoring van servers, opslag en het netwerk, en voor de IT-middelen en hun levenscyclus. Deze oplossing biedt ook monitoring van de prestaties en dienstenni-
veaus om er zeker van te zijn dat applicaties aan de gestelde eisen voldoen. Op zich heel praktisch, maar hoe combineer je dit optimaal met hardware? Dit gebeurt door Tivoli te combineren met de mogelijkheden van het Trellisplatform van Emerson. Trellis is een geïntegreerde oplossing voor DCIM en voorziet in het verbeteren van de energie- en operationele efficiëntie en IT-service-delivery. Voor die ITafdelingen die worstelen met de vraag hoe de kosten te verlagen en tegelijkertijd de diensten te verbeteren, biedt Trellis inzicht, controle en automatisering. En dit voor alle componenten van het datacenter: van de IT-applicaties en server-, netwerk- en opslagsystemen waarop ze draaien, tot en met de stroomvoorziening-, koeling- en infrastructuurapparatuur waar ITafdelingen op vertrouwen. Trellis voegt inzicht en controle van de fysieke datacenterinfrastructuur toe aan het Tivoli-productportfolio, maar ook automatisering van tijdrovende taken en consolidatie van realtime meldingen, alerts en telemetrie van de fysieke omgeving.
waarom doet dit ertoe?
De mogelijkheid om realtime data te verzamelen vanuit jouw omgeving en bedrijfskritische infrastructuurapparatuur, biedt informatie waarmee je wat kunt om zo effectief mogelijk actie te kunnen ondernemen. Door taken en planning te automatiseren houd je tijd over.
tekst: hans vandam is freelance journalist
2016 naar maar liefst 1,7 miljard dollar, aldus gartner.
eerste in de branche
IBM en Emerson brengen hun technologische expertise samen en integreren best-of-breed ITSM- (IT-servicemanagement) en DCIMsystemen. En dat doen ze als eerste in de branche. Wat is er dan mogelijk? Er ontstaat zo een allesomvattend inzicht in het datacenter: van alle IT-apparatuur (servers, storage, netwerk) en faciliterende apparatuur (stroomvoorziening, koeling, ruimte) helemaal tot aan het elektriciteitsnet. Dat is echt uniek. Dit complete inzicht verbetert het probleembeheer en vergemakkelijkt het opstellen van een plan van aanpak. Zo zijn IT-afdelingen flexibeler en werken ze proactiever. Dit heeft weer een positief effect op de prestaties en beschikbaarheid van de IT. De complete aanpak biedt ook een unieke mogelijkheid metingen te traceren die én de IT-apparatuur én de faciliterende apparatuur meenemen. Zo ontstaat inzicht in ‘watts versus systeembelasting’, die zich richt op de kosten – met andere woorden, de productiviteit van de IT wordt gemeten.
de voordelen
Integratie van Tivoli-software met het Trellisplatform van Emerson biedt realtime inzicht in IT-applicaties via infrastructuurcomponenten tot aan het elektriciteitsnet. Hierdoor ontstaat een holistische beheeraanpak van het complete datacenterecosysteem. Deze informatie is in te zetten om de energie-efficiëntie te verbeteren, evenals het ruimte- en capaciteitsgebruik. Ook zorgt ze voor een snelle probleemoplossing en de juiste inzet van middelen, en verbetert ze de
operationele efficiëntie. Allemaal zaken die de kans op downtime minimaliseren en de levering van IT-diensten optimaliseren. • Verbeterde energie-efficiënte – Trellis laat gebruikers hun energieconsumptie optimaliseren voor zowel stroom- als koelingsystemen. • Hogere kwaliteit van diensten en beheer – kwalitatief sterke IT-diensten behouden hun waarde door ze te integreren met functies van hardware, software, applicatiesystemen, bedrijfskritische infrastructuur, datacenter operations et cetrera. • Verhoog beschikbaarheid, verlaag kosten en beperk risico’s – Trellis en Tivoli bieden allesomvattend realtime beheer om het risico op downtime te verminderen, de reparatietijd te verkorten als er problemen ontstaan, en de SLA-prestaties over het algemeen te verbeteren, terwijl tegelijkertijd de kosten lager worden. • Verbeter operationele efficiëntie – verbeterde processen en automatisering van middelen, ruimte, energiebeheer en planning. • Verbeter wendbaarheid en flexibiliteit in de dagelijkse gang van zaken – verbeter de flexibiliteit en snelheid van de inzet van middelen, verhoog de snelheid van pro-
bleemidentificatie en -oplossing om de wendbaarheid te vergroten, voer een compleet capaciteitsbeheer uit voor alle typen middelen, beheer heterogene leveringsmodellen en zet omgevingen snel in.
waarom trellis en tivoli?
Het Trellis-platform versterkt het Tivoli-pakket met het leveren van realtime beheer voor de fysieke middelen in een datacenter. Hierdoor heeft Tivoli veel meer inzicht in problemen in de fysieke middelen, die kunnen leiden tot downtime. Daarnaast biedt Trellis ook inzicht in het gebruik van het fysieke datacenter. Hierdoor zijn capaciteitsbeheer en planning met het oog op de toekomst mogelijk en verschaffen ze fijnmazig energiebeheer.
en verder
Begin maart heeft Emerson deelgenomen aan Tivoli Pulse. Dit is een belangrijk, jaarlijks terugkerend IBM-event met ongeveer achtduizend IBM-klanten. Tijdens het event het Trellis-platform gedemonstreerd. Gartner Market Trends: Total Addressable DCIM Market Will Reach $1.7 Billion by 2016, Federico De Silva, Jay Pultz, and April Adams, 27 November 2012
dcw maart | trend
Geaggregeerde alerts en events leiden tot snelle acties om up-time te behouden. Inzicht in het gebruik en de toekomstige eisen van hardware leiden tot een duidelijke consolidatieplanning waardoor minder investeringen nodig zijn. Fijnmazig energiebeheer leidt tot lagere operationele kosten, en betere prestaties leiden tot betere IT-dienstverlening. De mogelijkheid om een datacenterplattegrond inclusief middelen en apparatuur te visualiseren, geeft klanten inzicht in wat ze daadwerkelijk hebben, waar het zich bevindt, hoe het is aangesloten en wie de eigenaar is. De mogelijkheden om hiermee veranderingen te ondersteunen, helpen gebruikers aan een optimaal ingericht datacenter, gebaseerd op beschikbare ruimte in de racks en op stroomcapaciteit.
23
Leg beheer bij voorkeur in handen van aanbieder van ‘holistische aanpak’
dcw maart | beheer
Preventief onderhoud drukt de kosten
24
preventief onderhoud is noodzakelijk om de kosten van datacenters naar beneden te krijgen. volgens loek wilden, systems engineer bij schneider electric, moeten onderhoudscontracten een vast onderdeel bevatten over dit onderwerp. daarbij is het verstandig het beheer in handen te leggen van een partij die een holistische benadering kiest voor het datacenter. en dus ook de infrastructuur in het programma opneemt.
tekst: teus molenaar is freelance journalist
non-destructief
Bij het datacenter gaat het om een reeks aan apparaten: ups’en, Crac’s (computer room airconditioner), generatoren, schakelaars, PDU’s, chillers, transformatoren, bevochtigingsapparaten, servers, appliances, noem maar op. Wilden geeft aan dat in de loop der jaren de fabrikanten van bijvoorbeeld ups-systemen bij het ontwerpen van de apparatuur rekening hebben gehouden met het onderhoud. Zo zijn ze tegenwoordig aan de voor- en/of zijkant te servicen, waardoor monteurs er makkelijker bij kunnen. Dit reduceert de tijd die nodig is om inspecties uit te voeren. Ook de inspectiemethoden zijn geëvolueerd. Normaal gesproken haalt de monteur iets uit elkaar om te kunnen beoordelen hoe de toestand is van een component. Soms is dat tijdrovend of niet mogelijk. In dat geval bieden non-destructieve inspecties een uitkomst. Hierbij helpt thermische scanning, ultraviolet licht, röntgenstraling of echometing van radiogolven de inspecteur aan de benodigde gegevens. Dit gebeurt alleen in bijzondere gevallen en door gespecialiseerde bedrijven. In het datacenter komt vooral de thermische scanning
van pas, omdat het functioneren van de computerapparatuur temperatuurgevoelig is. Vreemde schommelingen in temperatuur kunnen duiden op naderend falen van een component.
holistische kijk
Het is mogelijk alle componenten afzonderlijk te inspecteren en te onderhouden.Traditioneel zorgen het IT-personeel en dat van de Technische Dienst (‘facilities’) voor hun eigen ‘spullen’. IT-personeel ziet toe op de IT-systemen in het datacenter, terwijl het personeel van de Technische Dienst verantwoordelijk is voor de componenten die onderdeel uitmaken van de fysieke infrastructuur. Omdat het functioneren van beide groepen systemen onderling sterk afhankelijk is van elkaar, is het te overwegen een holistische kijk op het datacenter te ontwikkelen. Sleutelfiguren uit beide groepen zullen moeten samenwerken om tot een optimaal onderhoudsplan te komen. Want het is duidelijk dat onderhoud planmatig moet plaatsvinden. Daarbij is het zelfs haalbaar het correctief onderhoud te plannen. Het uiteindelijke doel is te voorkomen dat de systemen door ongepland onderhoud stil komen te vallen.
gebruiksafhankelijk onderhoud
In de garantietijd van een component of apparaat is het zinvol de onderhoudstermijnen aan te houden die de leverancier voorschrijft. Niemand wil immers de garantieclaim verliezen, omdat hij zich niet aan die intervallen heeft gehouden.Volgens Wilden gaan er stemmen op om daarna gebruiksafhankelijk onderhoud te plegen – in de wereld van professioneel onderhoud aan fabrieken en machines ook wel ‘evidence based maintenance’ genoemd. Daarbij vinden inspecties plaats op ba-
uitbesteden of zelf doen?
Datacenters hebben verschillende mogelijkheden om preventief onderhoud uit te voeren. Dit is een belangrijke beslissing. Het is mogelijk een contract af te sluiten met de leverancier van de apparatuur die ook nog eens een onderhoudsdienst heeft. Of je schakelt een lokale dienstverlener in. En de derde mogelijkheid is natuurlijk het onderhoud in eigen beheer uit te voeren. Elke keus heeft zijn voor- en nadelen. De fabrikant onderhoudt wereldwijd bijzonder veel apparaten en doet bij elke onderhoudsbeurt kennis op die beschikbaar is voor alle medewerkers. Bovendien gaan de gegevens naar de ontwerpafdeling van de fabrikant, zodat veel voorkomende onderhoudsproblemen bij de wortel zijn aan te pakken. Gewoonlijk zijn ze duurder en duurt het langer voordat ze bij een noodsituatie kunnen aantreden, De snelle aanrijtijd is een pluspunt voor de lokale dienstverlener. Maar die mist weer de kennisopbouw die ontstaat bij het veelvuldig onderhouden van het datacenter. Ten slotte kun je ervoor kiezen zelf het onderhoud te plegen. Dit is afhankelijk van de complexiteit van het datacenter, het kritieke belang van de applicaties die betrokken zijn, en het bedrijfsmodel van de eigenaar van het datacenter. Sommigen kiezen er standaard voor om kerntaken uit te besteden; bijvoorbeeld omdat ze niet beschikken over voldoende geschoold personeel. 7
dcw december
Als datacenters alleen maar onderhoud uitvoeren als iets kapot is (correctief onderhoud), zijn zij over het algemeen veel duurder uit dan als zij tijdig beoordelen hoe groot de kans is dat iets gaat falen en op tijd die componenten vervangen of repareren. In het eerste geval ligt namelijk een deel van het datacenter stil, en daarmee ook de bedrijfsvoering. “Als het rekencentrum onverhoopt plat ligt, dan kan de schade behoorlijk oplopen, afhankelijk van de betrokken applicatie(s). Onderhoud is altijd gericht op het verhogen van de beschikbaarheid van een fabriek of een datacenter. Preventief onderhoud loont dus”, stelt Loek Wilden, systems engineer bij Schneider Electric.
dcw maart | beheer
sis van het gebruik (bij een zwaardere belasting kortere inspectie-intervallen), de ouderdom, eerder voorgekomen mankementen, de agressiviteit van de omgeving (denk aan zeelucht), hoe vaak deuren en ramen open staan, enzovoorts. “De basis van een onderhoudsplan vormt asset management”, zegt Wilden. “Registreer welke producten allemaal onderdeel uitmaken van het datacenter, stel hun onderhoudstoestand vast en registreer dat ook. Op die manier ontstaat een nultoestand. Die is vervolgens aan te vullen met latere inspectieresultaten, onderhoudsacties en vervanging.Voor dit doel is gespecialiseerde software beschikbaar. Wie deze
26
'De basis voor een onderhoudsplan vormt asset management'
gegevens allemaal invoert, inclusief de garantietermijnen en onderhoudsintervallen, krijgt automatisch een uitdraai waarop staat welk onderdeel aan inspectie toe is.”
planning van onderhoud
Of datacenters het onderhoud nu in eigen beheer uitvoeren of aan een gespecialiseerd bedrijf uitbesteden, een onderhoudsplanning is altijd nodig. “Vroeger luisterde het niet zo nauw en kon je in de ‘stille uren’ (meestal ’s nachts) aan de slag, zodat de gebruikers er nauwelijks hinder van hadden. De 24-uurs economie heeft de ‘onderhoudswindow’ eigenlijk tot nul gereduceerd. Er valt dan veel voor te zeggen om juist niet in de nacht het onderhoud te laten uitvoeren, omdat de monteurs dan toch moe zijn (minder alert) en meer kosten. Onderhoud is dan op elk gewenst moment mogelijk. Het is dan wel zaak – door bijvoorbeeld (tijdelijke) extra redundantie – ervoor te zorgen dat de risico’s, dat gebruikers er hinder van ondervinden, maximaal zijn afgedekt.” Toch is het niet helemaal waar dat onderhoud altijd kan plaatsvinden. Er zijn momenten dat de belasting van een datacenter erg groot is door de bedrijfsvoering. Denk daarbij aan de boekhoudkundige maandafsluiting. Dan is het niet handig de onderhoudsmonteur aan het
werk te zetten. Ook de buitenlucht speelt een rol. Mocht er werk nodig zijn aan het koelsys teem, dan is het handig dat te doen op een moment dat de buitenlucht een temperatuur heeft die geschikt is voor ‘free cooling’. Maanden die gemiddeld een lage temperatuur hebben, komen dan als eerste in aanmerking voor een onderhoudsbeurt. Analoog is het dan niet aan te bevelen onderhoud te plegen op dagen waarvan de weersverwachting aangeeft dat die erg warm zullen zijn. De dienstverlener kan helpen een onderhoudsplan in de tijd op te stellen. Hij zal dan ook rekening houden met de eigen personele capaciteit. Is op dat tijdstip voldoende personeel met de juiste kennis en vaardigheden beschikbaar? Ook zal hij in de gaten houden of in de buurt van het datacentrum bouwwerkzaamheden zijn gepland. Mocht een dragline een elektriciteitskabel kapot trekken, of een gas- of waterleiding stuk maken, dan heeft dat vaak direct gevolgen voor het functioneren van het datacenter. Bij de planning is het dan nodig te zorgen dat voldoende gekwalificeerd personeel achter handen is om, mocht dat nodig zijn, in te grijpen. Tegelijkertijd wil de dienstverlener zijn personeel verspreid in de tijd inzetten. Al deze aspecten maken onderdeel uit van een goede onderhoudsplanning.
voorraad
Het is algemeen bekend dat het aanhouden van een voorraad geld kost. Voor het onderhoud van een datacenter zal de eigenaar bepaalde onderdelen of apparaten op voorraad houden. “Tegenwoordig becijferen eigenaren hoeveel het kost om iets op voorraad te houden. En ze brengen in beeld welke kritieke componenten meteen inzetbaar moeten zijn, welke binnen een uur beschikbaar moeten zijn, binnen twee uur, enzovoorts. Het is mogelijk afspraken te maken met de ‘huisleveranciers’ over het op voorraad houden van componenten en binnen welke termijn die dan leverbaar moeten zijn. Wie het onderhoud belegt bij de dienstverleningstak van een fabrikant, heeft het wat dat betreft wel iets gemakkelijker, want de leverancier heeft meestal wel voorraad”, legt Wilden uit.
rapportages
Wie het preventieve onderhoud in handen geeft van een dienstverlener, moet samen met hem helder overeenkomen hoe het onderhoudsproces gaat verlopen. Dat geldt trouwens
ook als de eigenaar van het datacenter het in eigen hand houdt. De elementen die in zo’n overeenkomst aanwezig moeten zijn, zijn volgens Wilden: Leveringsvoorwaarden. De meeste fabrikanten bevelen één jaar na het opleveren en installeren van apparatuur een inspectie aan. Sommige zwaar belaste apparaten, zoals bevochtigers, hebben vaker inspecties nodig. Er zijn protocollen nodig die beschrijven hoe eenvoudig toegang is te krijgen tot de apparatuur in het datacenter. Beperkingen die de eigenaar heeft, moeten hierin zijn opgenomen. Datacenters hebben een plan nodig dat beschrijft hoe de apparatuur het beste is te fijnregelen voor maximale prestaties. Voorwaarden voor het vervangen van onderdelen. Hierin staat beschreven welke onderdelen op voorraad moeten zijn, hoe ze moeten worden getest, wanneer vervanging nodig is en hoe afgedankte onderdelen moeten worden verwerkt. Documentatie. Ten slotte moet er een overeenkomst zijn over hoe de dienstverlener verslag doet van zijn bevindingen en acties. Dit
advertentie
Al 25 jaar een voorsprong in techniek APAC is een krachtige combinatie van drie zelfstandige opererende bedrijven, verbonden door hun vergaande specialisatie en hoge kwaliteitsnormen. APAC Airconditioning BV is dé specialist op het gebied van datacenterkoeling en koeling van computerruimtes. De missie van APAC is om met behulp van slimme technieken energiezuinige producten en installaties te leveren die bijdragen aan een beter milieu.
www.apac.nl
verslag moet de fabrikant meteen gebruiken om zijn producten en dienstverlening te verbeteren. Er komt heel wat bij kijken om preventief onderhoud goed uit te voeren, maar het zal duidelijk zijn dat dit kostenbesparend werkt.
Rob Suijkerbuijk van Raritan:
dcw maart | technologie
PDU’s (power distribution unit) die leverbaar zijn in verschillende kleuren. Het lijkt in eerste een weinig zinvolle noviteit. Tot het verhaal achter die productdifferentiatie duidelijk wordt. “Nee, we hebben niet de illusie dat we fashion & design een rol kunnen geven in het datacenter”, zegt Rob Suijkerbuijk van Raritan lachend. “Maar interessant genoeg kwam het idee om power distribution units in verschillende kleuren te leveren van een klant. Dat was bovendien een bedrijf dat zeer
28
veel ervaring heeft met het bouwen en exploiteren van datacenters. Het was namelijk eBay.” Het idee achter de in verschillende kleuren gespoten PDU’s is heel eenvoudig. Bij consequent gebruik van een bepaalde kleur is namelijk heel gemakkelijk onderscheid aan te brengen tussen bijvoorbeeld een A- en een B-feed. “Bij eBay hebben ze daarom besloten om niet alleen de PDU’s in blauw en rood uit te voeren, maar ook de bijbehorende stroomkabels. Hierdoor is op een heel eenvoudige en visuele manier onderscheid te maken tussen de specifieke rollen die bepaalde PDU’s spelen. Dat schept een duidelijkheid die in een vaak overvol datacenter erg belangrijk is, en het kan voorkomen dat fouten worden gemaakt.” In het geval van eBay speelde vooral een rol dat het bedrijf een zeer groot aantal servers heeft opgesteld. Alle systemen moeten van een dubbele voeding zijn voorzien. “Maar juist door die grote aantallen werd het al heel gauw onduidelijk hoe dat gehele voedingssysteem nu precies in elkaar zat.Vandaar dat zij op het idee van aparte kleuren voor de A-feed en de B-feed kwamen. In de praktijk blijkt dit zeer goed te functioneren. Het is nu altijd volstrekt duidelijk met welke feed je als medewerker in het datacenter te maken hebt.”
PDU’s van Raritan kennen een usb-poort waarop bijvoorbeeld een wifi-dongle kan worden aangesloten.
tekst: robbert hoeffnagel
‘Het verschil zit ’m vaak in de details’
veel producten in het datacenter lijken als twee druppels water op elkaar. toch zijn er vaak kleine, maar belangrijke verschillen aan te wijzen, aldus rob suijkerbuijk van raritan. “juist dat soort details bepalen in de regel of een datacentermanager tevreden is met een product. dat is dan ook precies de reden waarom wij bij productontwikkeling heel nauw samenwerken met onze klanten. zodat wij heel nadrukkelijk kunnen inspelen op hun vaak heel specifieke eisen en wensen.”
Suijkerbuijk noemt dit een heel goed voorbeeld van de manier waarop Raritan op het gebied van productontwikkeling te werk gaat. “Wij zoeken op dit gebied heel nadrukkelijk de samenwerking met onze klanten.Veel IT-bedrijven hebben de neiging om vanuit hun eigen productportfolio en prijslijst te werken. Het probleem van de klant moet daar inpassen, anders kunnen zij die klant niet helpen. Misschien heeft het te maken met het feit dat wij een privaat bedrijf zijn, maar onze houding is toch anders. Wij gaan het gesprek aan met de klant en luisteren heel goed naar waar hij mee bezig is. Soms zit de oplossing namelijk in een kleine, maar belangrijke aanpassing.” Een ander voorbeeld heeft betrekking op de afleesschermpjes op PDU’s. “Een grote multinational was op zich erg gecharmeerd van de PDU’s die wij aan hem hadden voorgesteld. Maar hij had één groot probleem met de oplossing van ons: het schermpje op de controller in de PDU. De man had helemaal gelijk toen hij ons erop attendeerde dat als hij een PDU in bepaalde standen in een rack monteert het scherm lastig is af te lezen. De informatie staat dan namelijk op z’n kant of – nog erger – op z’n kop. We hebben toen eens goed gekeken naar de technologie die bijvoorbeeld Apple in zijn iPhones gebruikt en hebben vervolgens diezelfde oplossing opgenomen in onze controllers. Het maakt nu niet uit hoe een PDU wordt gemonteerd, de informatie op het scherm kantelt mee en is dus altijd prima af te lezen. Net als bij een iPad die 90 graden wordt gedraaid.” We moeten nu echter niet het idee krijgen dat Raritan alleen maar maatwerkoplossingen bouwt, waarschuwt Suijkerbuijk. “Waar het ons
vooral om gaat is de reden waarom een klant een andere oplossing wil. Het gebeurt wel eens dat de klant de situatie onnodig ingewikkeld maakt. Al pratende wordt dan duidelijk dat met een kleine aanpassing in zijn manier van werken een standaard ‘off the shelf ’-product prima voldoet. Maar soms gaat het om een situatie dat om een eigen oplossing vraagt. Het gaat ons dus vooral om de discussie: tegen welk probleem is de klant aangelopen en hoe kunnen we dat samen met hem oplossen?”
van kvm naar dcim
Op deze manier laat zich in feite de gehele route verklaren die Raritan van kvm-switches via PDU’s naar DCIM heeft afgelegd. “In eerste instantie lijken kvm-switches en bijvoorbeeld PDU’s weinig met elkaar te maken te hebben. Toch klopt dat niet helemaal. Onze klanten zetten kvm-switches in om servers op afstand te kunnen beheren. Via de switch kun je een combinatie van keyboard, muis en beeldscherm kop-
'Wij zoeken op gebied van productontwikkeling heel nadrukkelijk de samenwerking met onze klanten'
dcw maart | technologie
iphone-schermpjes
29
PDU’s en kabels in verschillende kleuren maken operatie en beheer
dcw maart | technologie
in het datacenter erg eenvoudig.
30
pelen aan grote aantallen servers. Op die manier is de beheerder in staat al die servers vanaf één plek te bedienen. Maar soms is ook een reboot nodig. Dat kan dan softwarematig gebeuren, maar er zijn natuurlijk gevallen waarbij het besturingssysteem niet meer wil herstarten. Dan is een hardwarematige reset nodig. Daartoe moet de beheerder dus op afstand de stroomtoevoer kunnen uitschakelen.Vandaar dat Raritan alweer een aantal jaren terug in de markt voor PDU’s is gestapt.Wederom via een discussie met klanten over het verder verbeteren van beheer op afstand.” Interessant is dat hierbij gebruik is gemaakt van een chip die ook in kvm-switches wordt gebruikt.“Wij hebben in 2004 Peppercon overgenomen. Deze in Duitsland gevestigde aanbieder van kvm-switches had een speciale chip ontwikkeld – de Kira – waarop zij al hun kvm-apparatuur baseerden. Diezelfde chip bleek zeer geschikt als basis voor de
controller die wij in al onze PDU’s opnemen. De technologie van Peppercon was overigens van een dusdanig hoog niveau dat Raritan vrijwel de gehele R&D heeft overgebracht van de Verenigde Staten naar Duitsland.” Een ander probleem voor grote datacenters is dat datacentermanagers soms – letterlijk – apparatuur kwijt raken. Maar ook dat zij onvoldoende zicht hebben op vrije posities in hun racks. “Samen met enkele klanten hebben wij hiervoor ‘intelligent asset tracking’ ontwikkeld. Alle apparatuur wordt daarbij voorzien van een magnetische tag. Door een verticale strip in de racks te plaatsen, kan een datacentermanager hiermee precies bijhouden waar zijn apparatuur is. Door deze data op geautomatiseerde wijze in te lezen in een DCIM-pakket als dcTrack is bovendien in een oogopslag duidelijk waar zich nog lege plekken in een zaal bevinden. Overigens is het slim om hiervoor geen Rfid te gebruiken. Je weet dan namelijk alleen welke apparatuur in een rack is geplaatst en welke systemen het rack weer hebben verlaten. Maar je weet dan nog steeds niet waar dat apparaat zich precies in een rack bevindt. Die informatie verschaft ons trackingsysteem wél”, stelt Suijkerbuijk.
wifi in het datacenter
'Samen met enkele klanten hebben wij hiervoor ‘intelligent asset tracking’ ontwikkeld'
Soms speelt ook toeval een rol bij productontwikkeling vertelt Suijkerbuijk. “Van klanten, waaronder het in financiële informatie gespecialiseerde Bloomberg, hoorden wij wel eens opmerkingen dat de poorten van een Cisco-switch best prijzig zijn. Eigenlijk vonden ze het zonde dergelijke poorten te gebruiken om de controllers van PDU’s aan te
'Het aardige is dat we nu tal van interessante toepassingen zien op basis van die usb-poort'
sluiten. Tegelijkertijd deden sommige klanten ons de suggestie aan de hand om een usb-poort in de PDU-controller op te nemen. Een echt duidelijk doel leken ze in eerste instantie niet te hebben, maar onze R&D-afdeling voelde er wel iets voor. Het aardige is dat we nu tal van interessante toepassingen zien op basis van die usb-poort. Bijvoorbeeld een usb-camera die in een rack wordt opgehangen en die via een contact in de deur elke keer een foto maakt op het moment dat de deur wordt geopend. Dat is ideaal vanuit veiligheidsoogpunt. Koppel die foto’s aan logbestanden en je hebt als datacentermanager ineens een prima beeld van wat er allemaal gebeurt in een computerzaal. Maar we kregen ook vragen naar een wifi-dongle die op de usb-poort kan wor-
den aangesloten. Zodat dataverkeer voor monitoring via een draadloze verbinding kan worden verstuurd en dus een poort op die dure Catalyst-switches kan worden uitgespaard.” Een laatste voorbeeld dat Suijkerbuijk noemt, is die van de ‘branchcircuitmonitor’. “Datacentermanagers van datacenters die grote aantallen PDU’s toepassen, hebben niet altijd behoefte aan een controller in elke individuele distributie-unit. Daarom hebben wij op hun verzoek een branch-circuitmonitor ontwikkeld waaraan een aantal controllerloze PDU’s kunnen worden gekoppeld. Ook eventuele sensoren voor luchtvochtigheid en dergelijke kunnen via zo’n branchmonitor worden aangesloten net als aan de Raritan PDU overigens.”
‘Intelligent asset tracking’ op basis van magnetische tags helpt om grip te houden op de IT-apparatuur in computerzalen, maar ook op lege posities in racks.
dcw maart | technologie
Een ‘smart rackcontroller’ van Raritan.
31
Datacenter wordt leverancier van businessservices in plaats van IT-diensten
DCIM vraagt om radicale aanpak veel datacenters staat het water aan de lippen. de business eist almaar meer diensten en wenst bovendien een beschikbaarheid waaraan je eigenlijk niet kan voldoen. de budgetten staan daarbij onder druk, terwijl menig datacentermanager juist meer geld nodig heeft. al was het maar om alle achterstallig onderhoud weg te werken. softwarebedrijf
32
tekst: hans vandam is freelance journalist
dcw maart | datacentermanagement
ca technologies ziet maar een oplossing: dcim invoeren.
Voor de datacenterspecialisten van CA Technologies is het duidelijk: veel datacenters gaan vastlopen, tenzij er op korte termijn wordt ingegrepen. Datacentermanagers en facilitair managers zijn simpelweg niet in staat tegemoet te komen aan de eisen en wensen van hun opdrachtgevers. Het ontbreekt hen aan de juiste tools en de juiste informatie om de beschikbaarheid van datacenterdiensten op het juiste niveau te brengen, om de gewenste datacentercapaciteit beschikbaar te stellen en de benodigde efficiëntie tot stand te brengen.
gebrek aan relevante informatie
Waar het vooral fout gaat, is op het vlak van operationele informatie. Datacenters ontberen de tools om alle gegevens die zij nodig hebben om weldoordachte beslissingen te kunnen nemen. De enige oplossing is, zo menen de specialisten van CA Technologies, het beheer van het datacenter verder te professionaliseren. Dat kan met DCIMsoftware. Daar zit echter wel een ‘maar’ aan: zie DCIM-software niet als een veredelde vorm van monitoring. Wie op die manier naar het datacenter kijkt, komt al gauw op tachtig of meer DCIM-aanbieders. In de visie van CA Technologies is het echter zaak anders tegen datacentermanagement aan te kijken. Ja, er moet aan monitoring worden gedaan, maar dat behoort verder te gaan dan enkel en alleen de technische infrastructuur. Het op professionele wijze besturen
advertentie
Feel the Power, Gain the Insight Raritan’s Intelligent Rack PDUs provide you with the flexibility and insight to easily manage all your rack power needs. Choose from the broadest portfolio of intelligent rack PDUs: Capacity from 1.4 kVA to 55.4 kVA, 12-100A 4-54 locking outlets
Highest ambient temperature (60 °C, 140 °F)
Leverage the industry’s deepest capability set:
Plug-and-play environmental sensors
Remote unit-level and individual outlet-level kWh metering with ISO/IEC +/- 1% accuracy
Plug-in USB web cameras
Wi-Fi or wired networking
Circuit breaker metering and monitoring
Monitor and manage real time energy usage with Power IQ ® software which supports virtually every intelligent rack PDU on the market.
Call us on 010 284 4040 or visit www.raritan.eu/Power to learn more and explore all your PDU options.
© 2013 Raritan Inc.
van een datacenter lukt alleen als alle relevante informatie over de power, koeling en dergelijke kan worden gekoppeld aan een professioneel beheer van de IT-laag. Twee problemen bepalen momenteel de agenda van veel datacenters en beide zijn direct aan elkaar gekoppeld. Het eerste probleem is de gebrekkige samenwerking tussen IT en facilitair. Een belangrijke oorzaak hiervan is niet alleen cultuur, maar ook het feit dat de beheersystemen van facilitaire afdelingen niet of niet goed aansluiten op de managementprogrammatuur van IT-afdelingen.Voeg hierbij dat beide afdelingen de afgelopen jaren los van elkaar een groot aantal nieuwe systemen en programma’s hebben ingevoerd en het beheer van het datacenter staat in feite nog in de kinderschoenen. Met als gevolg dat om datacenters te beheren en te besturen veelal moet worden gewerkt met incomplete informatie waarvan de juistheid lang niet altijd duidelijk is, terwijl vaak sprake is van gegevens die achterhaald zijn of – zo stelt CA Technology vast in de whitepaper ‘Unifify and simplify: a practical and proven approach to cutting datacenter costs and compexity’ – in geheel niet meer relevant.
dcw maart | datacentermanagement
De enige oplossing is het beheer van het datacenter verder te professionaliseren
34
De rollen die DCIM in een modern datacenter moet spelen.
tweeledig
Het probleem is tweeledig: lang niet alle benodigde informatie wordt vastgelegd en de gegevens die wél worden geregistreerd, worden verzameld via incompatibele protocollen en zijn veelal opgesteld in niet uitwisselbare formaten. Soms kunnen dit soort gegevensverzamelingen langs geautomatiseerde weg worden samengevoegd, maar veel vaker zijn hier menselijke handelingen voor nodig.Vergeet hierbij bovendien niet, aldus CA Technologies, dat het in een datacenter van enige omvang gaat om vele honderden meetpunten, die alle in hoog tempo gegevens voortbrengen. Dit is een belangrijke reden waarom er in de meeste datacenters geen link is tussen enerzijds technische gegevens over beschikbaarheid of prestaties en anderzijds de voor het optimaal bedienen van de business noodzakelijk informatie. CA Technologies spreekt in dit opzicht van een ‘360 degree view’ van het datacenter waarbij de technische performance wordt gekoppeld aan de impact die de prestaties hebben op de eisen en wensen van de business.Voor het beheer van een datacenter is het uiteraard belangrijk dat tal van technische parameters worden geregistreerd, maar het gaat primair om de kwaliteit van de dienstverlening aan de business.Vier aspecten zijn dan belangrijk. • beschikbaarheid: de business neemt geen diensten op het gebied van de technische infrastructuur af, maar services die nodig zijn om als business succesvol te kunnen opereren; • resources: om deze services te kunnen leveren, heeft het datacenter almaar meer nodig; ruimte, koeling, stroom enzovoort; • capaciteit: dit leidt tot een grotere beschikbaarheid van IT-capaciteit; • sustainability: hoewel het datacenter meer resources moet gebruiken, mag het de business niet belasten met imagoproblemen op het
gebied van sustainability. Men zal dus moeten aantonen dat men zuinig met energie omgaat, de CO2-uitstoot en andere vormen van milieubelasting tot een minimum heeft teruggebracht.
silo’s afbreken
Op basis van de huidige softwarepakketten voor monitoring die in het datacenters actief zijn, is dit soort informatie niet beschikbaar te maken. Het is daarom van cruciaal belang, zo adviseert CA Technologies, al die silo’s rond monitoring en beheer af te breken. Met andere woorden: IT-management en facilitair management moeten met elkaar worden geïntegreerd. Het softwarebedrijf noemt dit ‘cross-function collaboration’. Maar er is meer nodig. Er zal vooral iets moeten veranderen in de ‘mindset’ van de datacentermensen. Dat geldt overigens niet alleen voor de functionarissen die zich op de power en koeling en dergelijke richten, maar heel nadrukkelijk ook voor het IT-personeel. IT-afdelingen denken nog te veel in termen van ‘IT-services’, terwijl de business als klant van het datacenter daarvoor geen enkele belangstelling heeft.Voor hen geldt maar één ding: businessservices. DCIM gaat een hoofdrol spelen in dit traject. Hierbij moeten de businessservices die de klant van het datacenter afneemt, worden vertaald – zeg maar: gemapped – op de onderliggende IT-services. En deze IT-services moeten weer zijn gemapped op de onderliggende technische infrastructuur. Deze mapping gebeurt in (of beter gezegd: met) het DCIM-pakket. Deze software kan worden gebruikt om alle informatie te verzamelen, analyseren en beheren over de assets in het datacenter, de benuttingsgraad van alle assets en resources en de operationele status.
Innovatieve UPS oplossingen
drie gebieden
Een DCIM-pakket is in de visie van CA Technologies dus veel meer dan een managementtool voor de technische infrastructuur. DCIM moet drie belangrijke gebieden afdekken: power en koeling, capaciteit en inventarisatie, en IT-management en businessservices. In een volgend artikel wordt dieper ingegaan op de mogelijkheden die een dergelijke integratie heeft te bieden.
meer weten?
De roots van CA Technologies liggen in de IT-wereld. Het concern ontwikkelt al vele jaren onder andere managementsoftware voor storage, voor networking, maar bijvoorbeeld ook voor cloudservices, IT-services en businessservices. Sinds enige tijd integreert het bedrijf deze softwaretools meer en meer met datacenter infrastructuurmanagement, waardoor een beheerlaag ontstaat die de gehele ‘stack’ van power en koeling tot en met businessservice afdekt. Kijk voor meer informatie op www. ca.com/dcim.
Newave draagt zorg voor de onderbrekingsvrije stroomvoorziening van organisaties en bedrijven. Dat doen we al jaren op basis van kwaliteit, energie zuinigheid, lage explotatiekosten en een excellente service.
www.newavenergy.nl
CommScope demonstreert categorie 8
Cat 8 over koper blijkt technisch prima haalbaar commscope heeft via een demonstratie bewezen dat bekabeling van cat 8 technisch haalbaar is voor bedrijfsnetwerken. dit is een stap in de richting van een haalbaar 40gbase-t-systeem
36
Als toonaangevende leverancier van toekomstvaste datacenterinfrastructuren heeft CommScope getest of een ethernet-kanaal van 40 Gbps haalbaar is door gebruik te maken van prototype categorie 8 RJ-45-connectors en twisted pair koperkabels. Dit baanbrekende concept is ontworpen in de CommScope Labs. De demonstratie vond plaats tijdens de recente bijeenkomst van de 802.3 NGBase-T-studiegroep van International Electrical and Electronics Engineers (IEEE) in Phoenix, Arizona, Verenigde Staten. In een technische bijdrage aan de studiegroep, met de titel Category 8 Structured Cabling Channel Demonstration by CommScope, isde haalbaarheid van het concept beschreven.
CommScope verwacht dat voor bandbreedtegroei in de toekomst een 40GBase-T-oplossing nodig is. Base-T-technologie in combinatie met RJ45-connectiviteit is een breed geaccepteerde en kosteneffectieve netwerkoptie in zowel datacenters als bedrijfspanden. Uit het experimentele ontwerp blijkt dat exploitanten van datacenters hun voorkeurstechnologie voor communicatie kunnen uitbreiden naar 40G. “We blijven samenwerken met klanten om passende oplossingen voor het steeds groeiend aantal toepassingen van 10GBase-T te helpen implementeren”, zegt Mei. “Zodra een 40G-bekabelingsoplossing klaar voor de markt is en verkrijgbaar, hebben we de juiste infrastructuur om een verstandig migratiepad te bieden.”
marktpotentieel
“Deze bijdrage benadrukken wij dat we ons inzetten en steeds vooroplopen om koperkabel- en connectiviteitsoplossingen van de volgende generatie op de markt te brengen”, zegt Richard Mei, directeur transmissieoplossingen bij CommScope. “Volgens ons blijkt uit deze gedemonstreerde oplossing het echte marktpotentieel voor klanten om uiteindelijk gebruik te maken van 40G-transmissiesnelheden over de vertrouwde twisted pair koperkabel en connectortypen.” De twee belangrijkste aspecten van dit experimentele ontwerp omvatten veelgebruikte RJ45-connectors en bandbreedtemogelijkheid van voorgestelde bekabeling van categorie 8. Tegenwoordig wordt 10G Base-T nog altijd veel toegepast in de server- en access layers, en
RJ45 ondersteunt 40G.
tekst: van de redactie
dcw maart | bekalbeling
voor datacentertoepassingen.
Ook op uw bureau?
Cloud Works
Mail uw gegevens naar
[email protected] en ontvang het magazine CloudWorks gratis!* *Indien uw functie en werkkring relevant zijn. Vergeet deze niet te vermelden.
it room infra: de vereniging voor de technische infrastructuur van computerruimtes en datacenters.
activiteiten 2013
5 april: Eerste deelnemersoverleg 31 mei: Tweede deelnemersoverleg 31 mei: Ledenborrel Aug/sept: Ledenbijeenkomst bij een datacenter 12 november: IT Room Infra event
Het lijkt zo makkelijk: neem een server, spanning erop en aan de slag. Voor menig ict’er is het, terecht, het enige dat belangrijk is: output. De infrastructuur moet tenslotte een randvoorwaarde zijn om de ict-apparatuur te laten functioneren. Behalve dat de energievoorziening moet zijn gegarandeerd, is het ook nodig de warmte die de ict-apparatuur genereert te koelen. Bij alle koeloplossingen draait het maar om één ding: warmtetransport. Hoe komt de warmte die de ict-apparatuur genereert op een plek waar die kan worden hergebruikt of nutteloos afgestaan?De meest gebruikte methode blijft koelen met lucht. Weliswaar wordt de lucht soms gekoeld met hulp van gekoeld water. Het is lucht dat door ventilatoren van de ict-aparatuur wordt aangezogen en zo wordt gebruikt als hét transportmiddel van warmte. Jammer, want lucht is niet zo’n goede warmtetransporteur in vergelijk met water of olie, die vele malen beter warmte kunnen transporteren. Het is niet voor niets dat ‘Liquid Cooling’ zijn opmars lijkt te maken. Steeds betere en mooiere systemen zijn te krijgen om vloeistof te koelen, direct op de bron. Oneerbiedig gezegd krijgt elke server zijn eigen slangaansluiting en komen de ventilatoren te vervallen. Ik geloof erin, ondanks het feit dat het water wel heel dicht bij de bron zit en water, in dit geval de vervelende eigenschap heeft elektrisch heel goed te geleiden. Ook daar is een oplossing voor, oliën die niet geleiden. Er is zelfs een koelmethode die de gehele server in een oliebad hangt, inclusief spanningsvoorziening en andere aansluitingen. Ik ben benieuwd wat u ervan vindt. Heeft u een mening over ‘Liquid Cooling’. Laat het ons weten. Arthur Singendonk Voorzitter stuurgroep IT Room Infra
contactgegevens it room infra: FHI, federatie van technologiebranches Eline Hazeleger (
[email protected]) Telefoon: (033) 465 75 07 Internet: www.itroominfra.nl
kostenbesparende tips of kennisoverdracht
Het programma van IT Room Infra wordt elk jaar in diverse meetings ingevuld met en door de betrokken bedrijven. Dit levert een bonte mix aan onderwerpen en soorten presentaties op. De betrokken bedrijven moeten hun best doen om voldoende bezoekers bij hun lezing te krijgen, er is dus sprake van grote onderlinge concurrentie. Volgens het model van Porter bestaan er drie succesvolle concurrentiestrategieën. Maar gelden deze strategieën ook bij presentaties op een evenement? Lagekostenstrategie Deze strategie is volgens de theorie gebaseerd op het optimaliseren van bedrijfsprocessen om hierdoor een kostenvoordeel te realiseren. Lage kosten zijn op het IT Room Infra event zeer belangrijk. Met name bij koeling en ups-systemen tonen sprekers via van rekenvoorbeelden aan waarom het slimmer is om voor een bepaalde technologie te kiezen. Differentiatiestrategie Bij de keuze van deze strategie tracht een onderneming te differentiëren van de concurrentie. Het doel hiervan is het creëren van een uniek en/of superieur beeld. Ook van deze strategie zijn er in het programma duidelijke voorbeelden te vinden. Dit zijn voornamelijk bedrijven die producten of diensten aanbieden waarbij vooral op de aanschafprijs wordt gelet en niet op de Total cost of ownership. Veiligheid is hiervan een goed voorbeeld. Diverse sprekers laten zien waarom het slim is om bepaalde uitgaven te doen. Hierbij wordt de focus gelegd op de risico´s wanneer de investering niet wordt gedaan. Focusstrategie De focusstrategie is kostenfocus of differentiatiefocus alleen dan gericht op het concurreren in een niche van de markt in plaats van de totale markt. Ook deze focus is terug te zien bij IT Room Infra. Veel lezingen zijn gericht op kleinere computerruimten of juist grote datacenters, maar ook een focus op nieuwbouw of het verbouwen van ruimten komt voor. De betrokken bedrijven doen hun uiterste best om een onderscheidende lezing te geven met toegevoegde waarde voor de toehoorder. Maar of de bezoekers geïnteresseerd zijn, hangt uiteraard ook sterk af van het onderwerp en door wie het wordt gepresenteerd. Een kostenberekening komt sterker over als die wordt gepresenteerd door een datacentermanager dan door een leverancier. Maar juist ook naar de onderwerpen zijn we benieuwd. Welke onderwerpen zijn interessant? En welke insteek moet worden gekozen? Directe praktische oplossingen waarmee kostenvoordelen zijn te halen of ‘differentiatie’lezingen waar kennis centraal staat? Laat uw mening horen via de IT Room Infra LinkedIn Group.
dcw maart | it room infra
Zwemdiploma ict-apparatuur?
39
Schneider Electric introduceert StruxureWare Data Center Operation for Co-location Schneider Electric introduceert StruxureWare Data Center Operation for Co-location. De datacenter infrastructuurmanagement-oplossing (DCIM) is gericht op commerciële datacenters, managed serviceproviders, hostingbedrijven en clouddatacenters. StruxureWare Data Center Operation for Co-location biedt de mogelijkheid de technische infrastructuur en de beschikbare ruimte in een datacenter te optimaliseren door realtime statusupdates te geven over de capaciteit van het datacenter. Het gaat hierbij onder andere om energiegebruik, koeling en beschikbare ruimte. Met deze oplossing worden eventuele bottlenecks of knelpunten opgespoord.
gebruik van gereserveerde capaciteit
De DCIM-oplossing geeft daarnaast inzicht in de mate waarin individuele klanten gebruikmaken van de voor hen gereserveerde capaciteit. Doordat de DCIM-oplossing gebruikers de mogelijkheid geeft de kosten voor energie en support in rekening te brengen, kunnen zij het datacenter besturen als een bedrijf met een eigen financiële verantwoordelijkheid. De oplossing biedt gebruikers de mogelijkheid een plattegrond op te stellen opdat zij weten waar apparatuur van klanten kan worden geplaatst. Hierbij kunnen zij gebruikmaken van tekengereedschap en tools om het energiegebruik te modelleren, zodat racks en cages optimaal over het datacenter kunnen worden verdeeld. De software geeft een overzicht van de status van de ruimte, waardoor de datacentermanager altijd inzicht heeft in de ruimten die voor klanten beschikbaar zijn, welke ruimten juist in gebruik of gereserveerd zijn en welke ruimten intern worden gebruikt.
facturatiegegevens importeren
Organisaties kunnen facturatie- en andere klantgegevens vanuit een CRM-systeem importeren naar het DCIM-systeem. Datacentermanagers kunnen per klant alle vereiste en uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden documenteren. Daarnaast biedt de oplossing de mogelijkheid onderhoudsschema’s op te stellen die redundantie garanderen. De oplossing kan per cage meten hoeveel energie een klant gebruikt. Dit kan worden afgezet tegen de verkochte hoeveelheid energie. Cad-tekeningen kunnen worden omgezet in een DCIM-model. Alle cad-informatie blijft hierdoor intact voor toekomstig gebruik. Gebruikers kunnen gedistribueerde, redundante ups'en modelleren, wat hen inzicht geeft in de verdeling van het werkelijke energiegebruik over het datacenter. Kijk voor meer informatie op www.schneider-electric.com/site/home/index.cfm/nl/
dcw maart | nieuws
ICTroom realiseert nieuw datacenter voor RAM Infotechnology
40
ICTroom en RAM Mobile Data kondigen aan een overeenkomst te hebben ondertekent voor de realisatie van het nieuwe datacenter van RAM Infotechnology, een dochterbedrijf van RAM Mobile Data. Het datacenter wordt gebouwd als onderdeel van het nieuwe hoofdkantoor in Utrecht en zal worden ingezet voor de snel groeiende hostingactiviteiten van de dochter. In het ontwerp speelden energie-efficiëntie, schaalbaarheid als redundantie een belangrijke rol. Het nieuwe ontwerp helpt RAM Infotechnology bij het realiseren van zijn doelstelling: een toekomstvast datacentrum, geschikt voor bedrijfskritische toepassingen waarbij duurzaamheid het uitgangspunt is. De realisatie van het datacenter wordt naar verwachting in de loop van het vierde kwartaal 2013 afgerond.
Kijk voor meer informatie op www.ictroom.nl.
Utilitec levert nieuwe datazaal op aan Rotterdam Internet-Exchange Datacenterbouwer Utilitec levert een datazaal van 400 m2 op aan de Rotterdam Internet-Exchange (R-iX). Met de nieuwe datazaal wordt de bestaande capaciteit van de internetexchange uitgebreid. De nieuwe datazaal is gebouwd in de bestaande bouw boven de bestaande datazaal. De datazaal is voorzien van een eigen ingang en is modulair ontworpen. Vooral aan de duurzaamheid en efficiëntie van de uitbreiding stelde R-iX hoge eisen. Voorwaarden voor het project waren een korte doorlooptijd en het ‘live’ installeren van de uitbreiding van de bestaande elektrotechnische installatie om de continuïteit van de internetexchange te garanderen. Voor de nieuwe datazaal van R-iX is gekozen voor een N+1-situatie ontworpen met een modulaire opbouw die zonder uitbreiding van de energiecapaciteit kon worden gerealiseerd. De serverracks worden op een verhoogde vloer gekoeld door vrije luchtkoeling met gescheiden
koude en warme luchtstromen, de zogenoemde cold corridors. Omdat de installatie niet alleen modulair is ontworpen, maar ook modulair wordt opgeleverd, is de initiële investering laag. De eerste fase is in een effectieve realisatietijd van drie maanden afgerond. Kijk voor meer info op www.utilitec.nl.
Airtec introduceert hoge-drukvernevelingsysteem
Schäfer IT-Systems introduceert nieuwe serverracks Schäfer IT-Systems introduceert binnenkort zijn nieuwe lijn 19”-IT-kasten voor server- en netwerkcomponenten. De nieuwe productreeks is op de CeBIT in Hannover van 5 tot en met 9 maart 2013 gepresenteerd. Onder het motto ‘IT’s bigger InSide’ biedt de IS-1 meer binnenruimte met dezelfde buitenafmeting van 2 m. Het serverrack biedt 43 HE meer hoogte-eenheden als zijn voorganger. Bo-
vendien biedt IS-1 ook in de breedte een ruimere binnenmaat. De kast is voorzien van een geprofileerde walsprofiel, waardoor hij een belasting van 1500 kg kan dragen met een beschermingswaarde van IP54. Het profiel is ontworpen voor een snelle montage.Vanwege de elektrische geleidbaarheid is de kast ook uitermate geschikt voor EMCtoepassingen.
dcw maart | nieuws
Airtec introduceert een hoge-drukvernevelingsysteem voor directe ruimtebevochtiging. Dergelijke systemen zijn al langer beschikbaar. De oplossing is gericht op het direct bevochtigen van uiteenlopende industriële omgevingen (van klein tot zeer groot). De turnkey oplossing wordt aangeboden door Airtec in samenwerking met Geveke Technical. De oplossing maakt gebruik van diverse soorten luchtondersteunde Hydro-vernevelingssatellieten, waardoor het systeem ook in ruimten met geringe hoogte probleemloos kan functioneren. De montagekosten van de oplossing zijn laag door toepassing van het unieke HydroFlex-slangmontagesysteem.
41
DHPA wijzigt code of conduct om overtreding mededingingsrecht te voorkomen Versie 2.0 van de code of conduct van Stichting DHPA is mogelijk in strijd met het mededingingsrecht. De stichting past daarom de code aan en schrapt twee bepalingen. Eén van de inmiddels geschrapte bepalingen stelde dat DHPA-deelnemers niet actief of passief personeel van andere DHPA-leden mogen werven. De andere bepaling stelde dat DHPA-deelnemers zich niet negatief over andere deelnemers mochten uitlaten. Beide bepalingen beperken het handelen van deelnemers, iets wat gezien het grote marktaandeel van de deelnemers gevolgen kan hebben op de werking van de markt.
Steltman benadrukt wel dat de DHPA zelf niet ervan overtuigd is dat de bepalingen in strijd zijn met het kartelverbod. Het organisatie wil echter niet het risico lopen boetes te krijgen van het Nederlandse Mededingingsautoriteiten (NMa) en heeft daarom preventief de bepalingen geschrapt. Steltman betreurt dat de NMa niet bereid is duidelijkheid te geven over de juridische positie van bepalingen, maar wel direct boetes oplegt als deze worden ingevoerd.
preventief geschrapt
Michiel Steltman, directeur van Stichting DHPA, zegt in een reactie tegenover ISPam.nl dat de stichting na het inwinnen van juridisch advies niet kon uitsluiten dat de bepalingen in de code of conduct in strijd waren met het mededingingsrecht. Om misverstanden te voorkomen heeft de stichting daarom besloten de bepalingen te schrappen zolang er geen helderheid is over de interpretatie.
dcw maart | nieuws
Interconnect lanceert twin-datacenterdienst
42
De internet serviceprovider Interconnect lanceert een twin-datacenterdienst. Met de dienst wil het bedrijf tegemoet komen aan de steeds strenger wordende continuïteitseisen die bedrijven stellen omdat zij in toenemende mate afhankelijk zijn van IT. De twin-datacenterdienst van Interconnect wordt volledig op maat gemaakt voor de klant. Interconnect stelt dat om tot een geschikte architectuur te komen eisen op het
gebied van datareplicatie en firewalling eerst in kaart moeten worden gebracht. Ook is van belang te bepalen of de infrastructuur active/ active moet opereren of dat het datacenter dienst doet als uitwijklocatie. Op basis van deze informatie kan worden bepaald welke IP-configuratie en datacenterinterconnecties nodig zijn. Een juiste configuratie helpt bedrijven hun ‘recovery time objective’ en ‘recovery point objective’ te verbeteren.
Data Center Arnhem behaalt SOC 2-certifcering Data Center Arnhem (DCA) ontvangt de SOC 2-certificering voor zijn HaaS-dienstverlening (Housing as a Service). DCA toont hiermee aan zowel met de beveiliging als de beschikbaarheid van zijn dienstverlening te voldoen aan de eisen van de standaard.
DCA is een twin-datacenter in Nederland met eigen glasvezels en twee gescheiden energiecentrales. Het bedrijf claimt het eerste datacenter in Nederland te zijn die de SOC Type 1-classificatie ontvangt. Bij het SOC 2 Type 1-rapport wordt door een beschrijving van de opzet en implementatie
van DCA’s systemen en processen gegeven. De assurancerapportage geeft weer in hoeverre maatregelen, indien zij effectief zouden werken, de klantdoelstellingen behalen. Hierbij wordt gekeken naar beveiliging, beschikbaarheid, integriteit van verwerken, vertrouwelijkheid en privacy.
Optimalisatie van koelinstallatie kan CO2-uitstoot fors verminderen Datacenters zijn grootgebruikers van energie en zijn hiervoor verantwoordelijk voor veel CO2-uitstoot. Het verminderen van de CO2-voetafdruk is dan ook van belang. profITair van profITbox optimaliseert de bestaande koelinstallatie in een datacenter. profITbox maakt met zijn 'duurzaamheidscalculator' inzichtelijk in welke mate de CO2-uitstoot van een serveruimte kan worden verminderd door de koelinstallatie te optimaliseren.
CO2-uitstoot van een computerruimte op basis van een aantal gegevens die de eigenaar of -beheerder opgeeft. Denk hierbij aan het aantal racks en het type koelinstallatie dat wordt gebruikt. De calculator maakt vervolgens op basis van deze gegevens een schatting van de mate waarin profITair de CO2-uitstoot van de serverruimte kan terugdringen. De CO2-calculator van profITbox is gratis beschikbaar op de website van het bedrijf.
Koelinstallaties in datacenters werken volgens profITbox niet erg precies. profITair van profITbox is een koelaanpak die continu de temperatuur in een datacenter meet en deze gegevens communiceert met de bestaande koelinstallatie. Dit voorkomt dat de koelinstallatie onnodig staat te koelen en zorgt dat de optimale temperatuur met minimale inspanning wordt bereikt. Dit kan flinke energiebesparingen en daarmee een CO2-vermindering tot gevolg hebben.
de berekening
De impact van het optimaliseren van de bestaande koelinstallatie in een serverruimte is afhankelijk van de huidige prestaties van de koelinstallatie. De calculator van profITbox berekent daarom eerst de huidige
advertentie
DE specialist voor IT-infrastructuren Wij optimaliseren uw Data Center voor de toekomst
SCHÄfer Ausstattungs-Systeme GmbH Industriestraße 41 · D-57518 Betzdorf Tel. +49 (0) 2741/ 283-770 · fax +49 (0) 2741 / 283-798 e-Mail:
[email protected] · www. schaefer-it-systems.de
Emerson Network Power integreert Liebert en Chloride
Emerson Network Power maakt bekend de integratie van zijn bedrijfsonderdelen Liebert en Chloride in geheel Europa, het Midden-Oosten en Afrika (Emea) te hebben afgerond. Klanten krijgen door de integratie toegang tot één dienst voor kritieke
systemen voor stroomvoorziening en precisiekoeling. Het geïntegreerde dienstenaanbod van Emerson Network Power omvat consistente, gestandaardiseerde systemen in de gehele Emea-regio. Dit is vooral interessant voor bedrijven met vestigingen in
advertentie
Van 1 tot 100 m2 Ga naar www.profitbox.nl en configureer in 9 stappen een computerruimte. T: 088 - 77 66 300
meerdere landen. Deze bedrijven kunnen in al hun vestigingen gebruikmaken van de gestandaardiseerde systemen, waardoor zij de garantie krijgen dat alle locaties even goed worden ondersteund.
Schäfer IT-Systems introduceert zijkoeler voor vrije koeling Schäfer IT-Systems heeft zijn nieuwe zijkoeler Loopus CW/DX voor warmtebelasting tot 20 kW op de CeBIT in Hannover gepresenteerd. De zijkoeler beschikt over een koudwatergekoelde luchtkringloop en een DX-koelsysteem, dat met een compressor en koudemiddelen functioneert.
vrij koelsysteem fors meer stroom verbruikt dan de compressor. Schäfer IT-Systems stelt dat in een 20 kW-systeem een jaarlijkse kostenbesparing op de energierekening van ongeveer 10.000 euro is te verwachten.
De zijkoeler Loopus CW/DX maakt het mogelijk in middelgrote datacenter te profiteren van vrije koeling, terwijl de omschakeling tussen de compressiekoude en vrije koeling automatisch direct in de zijkoeler gebeurt. Deze omschakeling is afhankelijk van de temperatuur van de buitenlucht. De compressoren worden hierdoor alleen ingeschakeld als de omgevingstemperatuur te warm is om voor vrije koeling in te zetten.
koelen met buitenlucht
Bij de vrije koeling wordt de buitenlucht (van maximaal 15 °C) in een warmtewisselaar gebruikt, om het water in het systeem te koelen. Het water absorbeert de warmte en wordt vervolgens door de lucht weer afgekoeld. Deze werkwijze bespaart aanzienlijk op de kosten, omdat een
Cat vliegwiel-ups van Pon Power levert belastingvoordeel op dankzij EIA De Energie Investeringsaftrek (EIA) bespaart bedrijven die investeren in energiebesparende bedrijfsmiddelen veel geld. Een flink deel van de investering is aftrekbaar van de fiscale winst. Het Cat vliegwiel-ups van Pon Power voldoet aan alle eisen die voor deze kortingsregeling worden gesteld. Bedrijven die het Cat vliegwiel-ups aanschaffen, kunnen hierdoor gebruikmaken van de EIA en 41,5 procent van de investering in de ups aftrekken van de fiscale winst. Bedrijven kunnen de investeringsaftrek toepassen op de bruto winst, en besparen zo netto 10 procent van het aankoopbedrag.
investeringen in duurzame energie stimuleren
De EIA is een fiscale regeling waarmee de Nederlandse overheid het bedrijfsleven ondersteunt bij investeringen in energiebesparende bedrijfsmiddelen en duurzame energie. De regeling stimuleert een duurzame energiehuishouding, zodat schone en betaalbare energie ook op lange termijn beschikbaar blijft. Het Cat vliegwiel-ups maakt gebruik van een vliegwiel in plaats van een batterij. Dit betekent dat de noodstroomvoorziening geen giftige stoffen gebruikt en er geen speciale ventilatie-eisen voor warmteopbouw of gevaarlijke dampen gelden. Het vliegwiel-ups levert volgens Pon Power een rendement van 98 procent.
Een frisse wind in adviesland Computerruimte Advies is een COMPUTERRUIMTEADVIES.NL gespecialiseerde organisatie die zich uitsluitend bezig houdt met advies, maar dan wel in breedste zin van het woord, op het gebied van computerruimten. Computerruimte Advies is er voor bedrijven, overheden, instellingen en andere organisaties die op zoek zijn naar onafhankelijke kennis over computerruimten. Onze focus ligt op computerruimten van 10 tot 250 m2. Een adviseur met een “getting things done“ mentaliteit. Stel de proef op de som en wij komen graag bij u langs voor een vrijblijvend kennismakingsgesprek. Anthuriumpad 26, Wateringen | 070 319 80 10
[email protected]
40
Bicsi
jaar
In deze Bicsi-bijdrage toch nog even stilstaan bij de eind januari in Orlando gevierde 40ste verjaardag van deze vereniging voor en door professionals in de ict. Of zoals dat bij Bicsi officieel wordt genoemd:de ITS-industrie (information technology systems). Verder een impressie van het coverartikel van Bicsi News over de ontwikkeling van de bekabelingcategorieën.
dcw februari | bicsi
23.000 leden in bijna 100 landen
46
Tijdens de eind januari gehouden jaarlijkse winterconferentie vierde Bicsi met ruim 4.000 bezoekers de 40ste verjaardag van deze vereniging voor netwerkprofessionals. In tegenstelling tot veel andere verenigingen die worstelen met hun toegevoegde waarde en ledenaantal is Bicsi in de afgelopen vier decennia uitgegroeid tot een gemeenschap van ruim 23.000 leden in bijna 100 landen. De LinkedIn group wordt door bijna 7.800 leden gevolgd, op Facebook heeft Bivcsi ruim 2.100 volgers en op Twitter zo'n 2.640. Kortom een bruisende vereniging die ook de weg naar de nieuwe sociale media heeft gevonden. In het Bicsi News staat achterin een infographic met de belangrijkste mijlpalen (ook daarin gaat ze met de tijd mee). De toegevoegde waarde van Bicsi zit ’m in het delen van kennis over de toepassing van netwerkstandaarden door praktijkmanuals en andere publicaties uit te brengen, diepgaande technische opleidingen te geven, de wereldwijd erkende certificeringen van netwerkprofessionals (vooral RCDD), en door events voor kennisoverdracht te organiseren en door onderling te netwerken.
De kat is uit de zak
Hoewel niet iedereen fysieke netwerkbekabeling zo interessant vindt en misschien liever draadloos werkt, vormt die bekabeling nog steeds het merendeel van de onmisbare infrastructuur voor alle ict-netwerken. Door onze toenemende behoefte aan meer netwerkcapaciteit en snellere verbindingen zijn er op de achtergrond de nodige ontwikkelingen op bekabelinggebied, die onder de noemer ‘De kat is uit de
zak’ in een acht pagina’s lang artikel in Bicsi News worden belicht. Het artikel is een vervolg op een uitgebreide LinkedIn groepsdiscussie met ruim honderd reacties over de toepasbaarheid van categorie 5e, 6 en 6A koperbekabeling. Dit is artikel is voor iedereen die enigszins op de hoogte is van de bekabelingstandaarden, maar niet het fijne ervan weet, een absolute aanrader om de kennis te verbreden en te verdiepen. Op een katachtige manier gerelateerd aan de 40-jarige geschiedenis van Bicsi door RCDD Carol Everett Oliver, Bicsi’s U.S. Northeast Region Director. Uiteraard is dit artikel en het volledige Bicsi News met zo’n 75 pagina’s aan andere artikelen voor iedereen gratis toegankelijk te lezen op ww.bicsi.org.
Wie meer wil weten over Bicsi’s Benelux activiteiten en die van andere lokale leden kan contact opnemen met: RCDD Joop Ierschot van Deerns, via
[email protected]
RCDD Gert-Jan Roozeboom van R&M, via
[email protected]. Zij kunnen u als experts op netwerkgebied natuurlijk ook meer vertellen over de bekabelingcategorieën.
M
ADVE
VIDEO
MAGAZI
ADVERTISING SALESLEADS
MARKETING
EVENTS MARKETING
ROUNDTABLES MAIL CAMPGAGNE
GHOSTWRITING
PR
WHITEPAPERS
PR EVENTS
VIDEO
PUBLIC RELATIONS
VIDEO
WEBSITES
GHOSTWRITING
EVENTS WEBSITES
ADVERTORIALS
MAIL CAMPAIGNS
MARKETING
GHOSTWRITING
ADVERTISING
MAIL CAMPGAGNE
FREE PUBLICTY
FREE PUBLICTY
WHITEPAPE
EVENTS
VIDEO
ROUNDTABLES ADVERTISING
Resultaat door samenwerking Bel met FenceWorks 071- 5214998 voor een afspraak met uw accountmanager.
FenceWorks is uitgever van AppWorks, CloudWorks, DatacenterWorks, Infosceurity.nl/magazine, Satcomnieuws, Technalia, Verbinding en vakblad Warmtepompen.
Wij zetten een energievisie om in energiebesparingen Bespaar op uw operationele kosten met Schneider Electric Data Center Energy Management Services Energieduurzaamheid = bedrijfsduurzaamheid Nu de kosten en de vraag naar energie snel blijven stijgen, is een efficiënt beheer van uw datacenter even belangrijk geworden voor zowel uw bottom line als de beschikbaarheid van uw systemen. Hoe kunt u op lange termijn besparingen realiseren op het gebied van energie-efficiëntie? Het antwoord op die vraag is eenvoudig: met behulp van Data Center Energy Management Services van Schneider Electric™.
Zet een energievisie om in energiebesparingen Als specialist in energiemanagement en in de ontwikkeling van energie-efficïente datacenters, kunnen wij u helpen bij het analyseren, monitoren, beheren en verbeteren van het energieverbruik in uw datacenter, van gebouw tot rack. Onze services helpen u bij het optimaliseren en beperken van het energieverbruik, terwijl de maximale beschikbaarheid gewaarborgd is. Onze specialisten richten zich op het efficiënt gebruik van de apparatuur, het verbeteren van de luchtverdeling, het optimaliseren van het koel -en electrisch vermogen, de beschikbaarheid van de koel -en noodstroomvoorzieningen, de juiste opbouw en de thermische analyse van de ruimte. U kunt zich volledig concentreren op uw core business, want u weet zeker dat uw datacenter ‘Business-wise, Future-driven™’ is.
Business-wise Energy Management Services Efficiënt: Verbeter uw energiebeheer door energieverspilling binnen de fysieke datacenterinfrastructuur te identificeren. Beschikbaar: Implementeer ontwerp- en operationele maatregelen om uw systeembeschikbaarheid te verhogen. Kosten: Verlaag datacenterkosten dankzij merkonafhankelijke aanbevelingen met betrekking tot het energiebeheer. Flexibel: Door de vraag naar en de kostprijs van vermogen en energie voor koeling te beperken, kunt u zich concentreren op uw core business. TM
Business-wise, Future-driven
Hoe presteert mijn datacenter? Hoe optimaliseer ik mijn datacenter?
Assessments, PUE, carbon footprint, koelingsanalyse van het datacenter
Ontwerp/bouw/retrofit aanpassing met energieefficiënte producten en configuraties
Hoe bepaal ik een strategie? Planning op het gebied van duurzaamheid en efficiëntie
Hoe beheer ik mijn datacenter? Datacentermonitoring en beheersoftware
Hoe en waar koop ik mijn energie? Energy procurement services
5 manieren om uw energiegebruik te verlagen! Meer informatie hierover vindt u in onze brochure over Energy Management Service. Maak kans op een iPhone 4S! Bezoek www.SEreply.com Key Code 25027p ©2012 S Schneider h id El Electric. t i All Rights Reserved. Schneider Electric and Business-wise, Future-driven are trademarks owned by Schneider Electric Industries SAS or its affiliated companies. www.schneider-electric.com • 998-6048_NL_B