Kern Swalmen
Kern Swalmen
Inhoudsopgave
Regels
3
Hoofdstuk1 Artikel 1 Artikel 2
Inleidende regels Begrippen Wijze van meten
4 4 13
Hoofdstuk2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Artikel 13 Artikel 14 Artikel 15 Artikel 16 Artikel 17 Artikel 18 Artikel 19 Artikel 20 Artikel 21 Artikel 22 Artikel 23
Bestemmingsregels Agrarisch Agrarisch - Agrarisch bedrijf Bedrijf Bedrijventerrein Centrum - 1 Centrum - 2 Groen Kantoor Maatschappelijk Natuur Sport Verkeer Verkeer - Railverkeer Water Wonen Woongebied Leiding - Gas Leiding - Riool Waarde - Archeologie Waarde - Archeologie historische kern Waterstaat - Beschermingszone
14 14 16 18 22 25 27 29 30 32 34 36 37 39 40 41 44 48 50 52 54 56
Hoofdstuk3 Artikel 24 Artikel 25 Artikel 26 Artikel 27 Artikel 28 Artikel 29 Artikel 30
Algemene regels Anti-dubbeltelbepaling Algemene bouwregels Algemene gebruiksregels Algemene aanduidingsregels Algemene afwijkingsregels Algemene wijzigingsregels Algemene procedureregels
57 57 58 59 60 62 63 64
Hoofdstuk4 Artikel 31 Artikel 32
Overgangs- en slotregels Overgangsrecht Slotregel
65 65 66
Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3
Lijst van bedrijfsactiviteiten categorie 1 en 2 Lijst van bedrijfsactiviteiten categorie 2, 3.1 en 3.2 Parkeernormen
67 69 75 87
2
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Regels
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
3
Kern Swalmen
Hoofdstuk 1 Artikel 1
Inleidende regels
Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1
plan:
het bestemmingsplan 'Kern Swalmen' van de gemeente Roermond;
1.2
aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.3
aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.4
aan- en/of uitbouw:
een aan een hoofdgebouw vast gebouwd bouwwerk, dat architectonisch ondergeschikt is aan het hoofdgebouw, maar dat in functioneel opzicht deel uitmaakt van het hoofdgebouw; voor de toepassing van deze regels wordt een aan- of uitbouw gelijkgesteld met een aan het hoofdgebouw aangebouwd bijgebouw;
1.5
aan-huis-verbonden beroep:
de uitoefening van een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, (para-)medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend. Hieronder dient niet te worden begrepen de uitoefening van detailhandel;
1.6
afhankelijke woonruimte:
een (deel van een) gebouw waarin een gedeelte van de huishouding uit het oogpunt van mantelzorg is gehuisvest en dat qua ligging een ruimtelijke eenheid met de woning vormt;
1.7
archeologische waarde:
waarde die bestaat uit de aanwezigheid van een bodemarchief met sporen van vroegere menselijke bewoning en/of grondgebruik daarin, en als zodanig van wetenschappelijk belang zijn en het cultuurhistorisch erfgoed vertegenwoordigen;
4
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
1.8
bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.9
bebouwingspercentage:
een percentage, dat de grootte aangeeft van het deel van een bouwperceel, dat ten hoogste mag worden bebouwd;
1.10
bedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen;
1.11
bedrijfsactiviteit:
het beroepsmatig uitoefenen van bedrijvigheid met gebruikmaking van machines dan wel door middel van handwerk en geen kantoor zijnde;
1.12
bedrijfsgebouw:
een gebouw dat dient voor de uitoefening van één of meer bedrijfsactiviteiten;
1.13
bedrijfswoning:
één woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting ter plaatse noodzakelijk is, gelet op het feitelijk gebruik van het gebouw en/of terrein in overeenstemming met de bestemming;
1.14
bedrijfsontwikkeling:
het binnen of buiten het bouwvlak aanpassen van bedrijfsmatige activiteiten danwel omschakeling c.q. nieuwvestiging van agrarische inrichtingen;
1.15
bedrijfsvloeroppervlak:
de totale vloeroppervlakte van kantoren, winkels of bedrijven met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten;
1.16
begane grond:
bouwlaag waarvan het vloerpeil ter hoogte van het (straat)peil ligt, dan wel de bouwlaag boven een souterrain;
1.17
bestaand:
bij bebouwing: bebouwing zoals aanwezig of wordt gebouwd op het tijdstip van de terinzagelegging "Kern Swalmen" (vastgesteld)
5
Kern Swalmen van het ontwerp-bestemmingsplan, dan wel mag worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde omgevingsvergunning voor het bouwen; bij gebruik: gebruik zoals aanwezig op het tijdstip dat het plan of het betreffende planonderdeel inwerking is getreden;
1.18
bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak;
1.19
bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0957.BP00000129-VG01 met de bijbehorende regels en bijlagen;
1.20
bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.21
Bevi:
Besluit externe veiligheid inrichtingen. Dit Besluit moet individuele en groepen burgers een basisbeschermingsniveau garanderen tegen een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het besluit verplicht gemeenten en provincies rekening te houden met de externe veiligheid als ze een milieuvergunning verlenen of een bestemmingsplan maken;
1.22
bijgebouw:
een gebouw dat in bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en dat ten dienste staat van dat hoofdgebouw;
1.23
bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
1.24
bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
1.25
bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
6
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
1.26
bouwperceelsgrens:
de grens van een bouwperceel;
1.27
bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
1.28
bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.29
cultuur en ontspanning:
het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten gericht op spel, vermaak en ontspanning, waaronder podiumkunsten en bioscopen, musea en toeristische attracties, muziek- en dansscholen, oefenruimten en creativiteitscentra waaronder begrepen galeries en ateliers;
1.30
detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
1.31
detailhandel in auto's:
detailhandel in auto's en van de daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen zoals accessoires, onderhoudsmiddelen, onderdelen en /of materialen;
1.32
dienstverlening:
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen;
1.33
discotheek/dancing:
een horecabedrijf, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van dranken voor gebruik ter plaatse, met een in het algemeen hoge bezoekersfrequentie; biedt tevens gelegenheid tot dansen en beluisteren van overwegend mechanische muziek. Hieronder valt tevens een nachtclub;
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
7
Kern Swalmen
1.34
evenement:
al of niet periodiek terugkerende publieke gebeurtenis op het gebied van sport, cultuur, folklore, handel, recreatie, liefdadigheid, religie, gezondheid, wetenschap, amusement en vergelijkbare gebeurtenissen;
1.35
gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.36
geluidzoneringsplichtige inrichting:
een inrichting, zoals genoemd in bijlage I, onderdeel D van het Besluit Omgevingsrecht, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een zone moet worden vastgesteld;
1.37
gevellijn:
lijn, zoals aangegeven op de verbeelding, die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen;
1.38
hoofdgebouw:
een gebouw dat door zijn constructie, afmetingen of situering, dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel valt aan te merken;
1.39
horeca:
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse, één en ander al dan niet in combinatie met ondersteunende activiteiten of met een vermaaksfunctie, met uitzondering van seksinrichtingen; horeca, categorie 1: een horecabedrijf, dat qua exploitatievorm aansluit bij winkelvoorzieningen en waar naast overwegend niet ter plaatse bereide kleinere etenswaren en in hoofdzaak alcoholvrije drank worden verstrekt; horeca, categorie 2: een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse genuttigd plegen te worden of afgehaald kunnen worden. Daaronder worden begrepen: cafetaria/snackbar, fastfood en broodjeszakenlunchroom, konditorei, ijssalon/ijswinkel koffie en/of theeschenkerij, afhaalcentrum, eetwinkels, restaurant; horeca, categorie 3: een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het verstrekken van (alcoholische) 8
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen dranken voor consumptie ter plaatse, alsmede in voorkomende gevallen het verstrekken van maaltijden of etenswaren die ter plaatse genuttigd plegen te worden, alsmede (in sommige gevallen) de gelegenheid biedt tot dansen; Daaronder worden begrepen: café, bar, grand-café, eetcafé, danscafé, pubs, juice- en healthbar; horeca, categorie 4: een inrichting die geheel of in overwegende mate gericht is op het bieden van vermaak en ontspanning (niet zijnde een recreatieve voorziening) en/of het geven van gelegenheid tot de dansbeoefening, al dan niet met levende muziek en al dan niet met de verstrekking van dranken en kleine etenswaren: Daaronder worden begrepen: discotheek/dancing, nacht-café en een zalencentrum (met nachtvergunning); horeca, categorie 5: een inrichting die geheel of in overwegende mate is gericht op het verstrekken van nachtverblijf. Daaronder worden begrepen: hotel, motel, pension en overige logiesverstrekkers;
1.40
kantoor:
een ruimte die door haar aard, indeling en inrichting is bedoeld voor het verrichten van werkzaamheden van hoofdzakelijke administratieve aard;
1.41
kleine economie:
bedrijfsactiviteiten die wat betreft invloed op de woonomgeving gelijk te stellen zijn aan een aan huis gebonden beroep, waarvan de omvang en de activiteiten zodanig zijn dat de activiteiten in een woning en de daarbij behorende gebouwen met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend;
1.42
landschappelijke waarde:
de aan een gebied toegekende waarde gekenmerkt door het waarneembare deel van het aardoppervlak die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur;
1.43
Limburgs Kwaliteitsmenu
Het ruimtelijk instrumentarium waarmee in Limburg noodzakelijke of wenselijke ontwikkelingen in het buitengebied kunnen samengaan met gewenste kwaliteitsverbetering van datzelfde buitengebied. Het Limburgs Kwaliteitsmenu geeft de ‘extra’ condities en voorwaarden waaronder bepaalde ontwikkelingen in het landelijk gebied buiten de plattelandskernen dan wel in het stedelijk gebied in de perspectieven P2, P3 en P8 mogelijk zijn.
1.44
loonwerkersbedrijf:
een bedrijf dat beschikt over gespecialiseerde machines en vakmensen die tegen betaling ter beschikking worden gesteld;
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
9
Kern Swalmen
1.45
maatschappelijk:
voorzieningen ten behoeve van educatieve, sociale, sociaal-medische, sociaal-culturele, (para-) medische en levensbeschouwelijke voorzieningen, alsmede voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie en voorzieningen ten behoeve van begeleid wonen en van de openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;
1.46
mantelzorg:
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband;
1.47
natuurwetenschappelijke waarde:
de aan een gebied toegekende waarde gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang;
1.48
nutsvoorzieningen:
voorzieningen ten behoeve van het op het openbare net aangesloten nutsvoorziening, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer;
1.49
ondergeschikt:
het in verband met een andere hoofdactiviteit uitoefenen van activiteiten in die mate dat duidelijk herkenbaar is dat die hoofdactiviteit de kernactiviteit is die op het perceel plaatsvindt en het uitoefenen van de bedoelde andere activiteiten alleen plaatsvindt als beperkt en ondergeschikt onderdeel van en voortvloeiende uit de hoofdactiviteit;
1.50
ondergeschikte detailhandel:
het in verband met een andere hoofdactiviteit op een perceel uitoefenen van detailhandel in goederen die verband houden met het plaatselijke productieproces in die mate dat duidelijk herkenbaar is dat die hoofdactiviteit de kernactiviteit is die op het perceel plaatsvindt en het uitoefenen van detailhandel in goederen die verband houden met het plaatselijke productieproces alleen plaatsvindt als beperkt en ondergeschikt onderdeel van en voortvloeiende uit de hoofdactiviteit;
1.51
overkapping:
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, zonder eigen wanden dat aan tenminste een deel van één zijde een gesloten wand kent, waaronder begrepen een carport;
10
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
1.52
peil:
voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
1.53
perceelgrens:
een grenslijn tussen bouwpercelen onderling;
1.54
prostitutie:
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.55
schuilgelegenheid:
overdekte ruimte, aan maximaal 3 zijden omsloten door wanden, waarvan het hobbydier/ de hobbydieren gebruik moet(en) kunnen maken in geval van weidegang, met als doel bescherming tegen extreme weersomstandigheden in zowel zomer als winter. In de schuilgelegenheden is geen opslag toegestaan;
1.56
seksinrichting:
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of gelegenheid wordt geboden seksuele handelingen te verrichten dan wel vertoningen en/of voorstellingen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf; een raamprostitutiebedrijf; een erotische massagesalon; een seksbioscoop; een sekstheater; een parenclub; geheel of gedeeltelijke bedrijfsvoering in overwegend seksueel geaarde dienstverlening; al dan niet in combinatie met elkaar;
1.57
twee- aan-een gebouwde woning:
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van twee aaneengebouwde woningen;
1.58
volkstuin:
grond waarop anders dan ten dienste van een agrarisch bedrijf, op kleine schaal voedings- en/of siergewassen worden geteeld voor genoegen van en voornamelijk ten eigen gebruik;
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
11
Kern Swalmen
1.59
voorgevellijn:
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen;
1.60
vrijstaand bijgebouw:
een bijgebouw dat qua constructie en visueel vrij staat van het hoofdgebouw;
1.61
(primaire) watergang:
al of niet overdekt water dienend om in het openbaar belang water te ontvangen, te bergen en af te voeren, zoals opgenomen in de legger van het Waterschap Roer en Overmaas;
1.62
watertoets:
toets van de beschrijving van de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het bouwplan voor de waterhuishouding. Onder waterhuishouding wordt conform de Wet op de waterhuishouding (Whh) verstaan: de overheidszorg die zich richt op het op en in de bodem vrij aanwezige water, met het oog op de daarbij betrokken belangen. Zowel de kwantiteit als de kwaliteit van het oppervlaktewater en het grondwater vallen onder de zorg voor de waterhuishouding;
1.63
wet/wettelijke regelingen:
indien en voorzover in deze regels wordt verwezen naar wettelijke regelingen c.q. verordeningen e.d., dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerp-bestemmingsplan, tenzij anders bepaald;
1.64
woning:
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
1.65
woongebouw:
een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid kan worden beschouwd.
1.66
zorgwoning:
woning ten behoeve van de huisvesting van personen die gebruik maken van zorg op het fysieke, psychische en/ of sociale vlak, geboden door een professionele zorg en/ of maatschappelijke instelling.
12
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 2
2.1
Wijze van meten
Meetwijze
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: a. de dakhelling: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak; b. de goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; c. de inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen; d. de bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van onderschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; e. de oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk; f.
afstand tot de bouwperceelsgrens:
tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is; g. de breedte van een zone langs een watergang: vanaf de insteek van de betreffende zijde van de watergang.
2.2
Ondergeschikte bouwdelen
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen binnen bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de bouwc.q. bestemmingsgrens met niet meer dan 0,5 m wordt overschreden.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
13
Kern Swalmen
Hoofdstuk 2 Artikel 3 3.1
Bestemmingsregels
Agrarisch
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. grondgebonden agrarisch gebruik; met daarbij behorend(e): b. extensief dagrecreatief medegebruik; c. volkstuinen ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin'; d. behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke, cultuurhistorische, aardkundige, archeologische en ecologische waarden; e. paden en landwegen; f. bestaande perceelsontsluitingen; g. (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; h. nutsvoorzieningen.
3.2
Bouwregels
3.2.1
Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. er mogen geen gebouwen gebouwd worden. 3.2.2
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van bouwwerken ten behoeve van agrarisch gebruik en extensief dagrecreatief gebruik mag maximaal 1,00 m bedragen; b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2,00 bedragen.
3.3
Afwijken van de bouwregels
3.3.1
Schuilgelegenheden
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 3.2.1 ten behoeve van het oprichten van schuilgelegenheden voor het houden van dieren, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. per aaneengesloten 2 hectare mag één schuilgelegenheid worden opgericht; b. het bebouwingsoppervlak van de schuilgelegenheid bedraagt ten hoogste 30 m²; c. de oppervlakte van het perceel waar de schuilgelegenheid wordt gerealiseerd bedraagt ten minste 2.500 m²; d. de goothoogte van de schuilgelegenheid bedraagt ten hoogste 2,00 m; e. de bouwhoogte van de schuilgelegenheid bedraagt ten hoogste 3,00 m; f. de schuilgelegenheid binnen 5,00 m van de perceelsgrens wordt opgericht; g. aangetoond is dat ter plaatse van de (agrarische) bouwkavel van aanvrager geen ruimte is voor het oprichten van een schuilgelegenheid, dan wel dat de betreffende gronden niet grenzen aan de (agrarische) bouwkavel van aanvrager; 14
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen h. aangetoond is dat geen sprake is van een onevenredige aantasting van de omliggende waarden en i. functies, hetgeen onder andere betekent dat de schuilgelegenheid in het landschap dient te passen.
3.4
Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend: a. het gebruik van gronden voor paardenbakken, behoudens daar waar op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan reeds een paardenbak aanwezig is; b. het plaatsen en gebruiken van kampeermiddelen; c. het gebruik van gronden als buitenopslag.
3.5
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
3.5.1
Verbod
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren: a. b. c. d. e.
het aanleggen van wegen of andere verhardingen; het ontginnen, afgraven, ontgronden, egaliseren en ophogen van gronden; het aanbrengen van houtopstanden; vellen, rooien of beschadigen van bomen, heggen en overige houtgewassen; het aanleggen, verbreden en dempen van sloten, vijvers en andere wateren.
3.5.2
Uitzonderingen
Het onder 3.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke: a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer; b. vallen onder de kapvergunningplicht zoals bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening; c. op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een reeds verleende vergunning mogen worden uitgevoerd. 3.5.3
Toelaatbaarheid
De onder 3.5.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien aangetoond is dat er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de waarden van de betreffende en omringende gronden.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
15
Kern Swalmen
Artikel 4 4.1
Agrarisch - Agrarisch bedrijf
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. agrarische bedrijfsuitoefening, waarbij ter plaatse van de aanduiding 'agrarisch loonbedrijf' uitsluitend een agrarisch loonwerkersbedrijf is toegestaan; b. één bedrijfswoning per agrarische bedrijfskavel; c. agrarisch grondgebruik; d. ondergeschikte detailhandel in de vorm van een boerderijwinkel ter plaatse van de aanduiding 'verkoop eigen producten'; e. extensief dagrecreatief medegebruik; f. behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke, cultuurhistorische, aardkundige, archeologische en ecologische waarden; g. paden en landwegen; h. bestaande perceelsontsluitingen; i. (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; j. nutsvoorzieningen.
4.2
Bouwregels
4.2.1
Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' is nieuwbouw van bedrijfsgebouwen toegestaan, met dien verstande dat er slechts één bedrijfswoning is toegestaan; b. ten behoeve van de uitbreiding van hoofd- en bijgebouwen en (vervangende) nieuwbouw mag ten behoeve van de onder 4.1 genoemde bedrijvigheid ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd, met inachtneming van onderstaande regels:
bedrijfsgebouwen onderlinge afstand tussen gebouwen
bedrijfswoning
bijgebouwen bij bedrijfswoning
maximaal 20,00 m
goothoogte
maximaal 6,50 m
maximaal 3,50 m
bouwhoogte
maximaal 10,50 m
maximaal 5,50 m
inhoud
geen beperking
maximaal 750 m³
geen beperking
bebouwde oppervlakte
geen beperking
geen beperking
maximaal 100 m²
c. bedrijfsontwikkelingen buiten het bouwvlak worden alleen toegestaan door maatwerk te leveren ten aanzien van de bouwkavel en deze gepaard te laten gaan met verbetering van de gebiedskwaliteit. Het beleid dienaangaande is vastgelegd in het Limburg Kwaliteitsmenu, of ter uitwerking daarvan vastgesteld gemeentelijk beleid. 4.2.2
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: a. 16
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
bouwhoogte
sleufsilo's, hooibergen, teeltondersteunende mestopslag-plaatsen voedersilo's e.d. voorzieningen zoals e.d. regenkappen e.d.
overige andere bouwwerken ten behoeve van agrarisch gebruik en extensief dagrecreatief gebruik, zoals schuilgelegenheden en zitgelegenheden
max. 5,00 m
max. 2,00 m
max. 15,00 m
max. 4,00 m
b. de genoemde bouwwerken zijn uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' toegestaan, met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen; c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2,00 m bedragen.
4.3
Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend: a. het gebruik van gronden voor paardenbakken, behoudens daar waar op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan reeds een paardenbak aanwezig is; b. het plaatsen en gebruiken van kampeermiddelen; c. het gebruik van gronden buiten het bouwvlak als buitenopslag; d. het gebruik van gronden en bouwwerken als afhankelijke woonruimte.
4.4
Afwijken van de gebruiksregels
4.4.1
Mantelzorg
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder artikel 4.3 onder d. voor het gebruik van een (vrijstaand) bijgebouw of gedeelte van het hoofdgebouw als afhankelijke woonruimte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: a. er is sprake van een objectieve indicatiestelling (bijvoorbeeld een doktersverklaring) waaruit de noodzaak van mantelzorg blijkt, met uitzondering van een familierelatie in de eerste lijn (ouder-kind-relatie); b. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en omliggende (agrarische) bedrijven; c. er moet sprake zijn van een ruimtelijke eenheid tussen hoofdgebouw en afhankelijke woonruimte; d. de vloeroppervlakte van de afhankelijke woonruimte bedraagt maximaal 70 m²; e. de situering van de afhankelijke woonruimte dient, indien van toepassing, binnen het (agrarische) bouwvlak plaats te vinden; f. de afhankelijke woonruimte mag niet worden gerealiseerd in een tijdelijke woonunit (bijvoorbeeld een stacaravan); g. er mag geen tweede zelfstandige woning ontstaan; h. per bouwperceel kan op enig moment slechts één omgevingsvergunning van kracht is voor het gebruik van een gebouw als afhankelijke woonruimte; i. deze omgevingsvergunning is persoonsgebonden en vervalt van rechtswege op het moment dat de behoefte aan mantelzorg komt te vervallen; j. in zeer uitzonderlijke situaties kan van bovenstaande voorwaarden worden afgeweken.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
17
Kern Swalmen
Artikel 5 5.1
Bedrijf
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. een bedrijf en /of het uitoefenen van bedrijfsactiviteiten die staan vermeld in de categorieën 1 tot en met 2 van de Lijst van bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels met uitzondering van bedrijven die vallen onder het Bevi en propaantanks met een inhoud kleiner dan 13 m³ waarvan de veiligheidsafstanden zoals aangegeven in artikel 3.28 van het Activiteitenbesluit tot buiten de bouwperceelsgrens reiken; Onder de in dit sub-lid bedoelde bedrijven worden niet begrepen geluidhinderlijke inrichtingen, horecabedrijven en detailhandelsbedrijven; b. tevens zijn toegestaan: 1. een verkooppunt motorbrandstoffen met lpg ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg'; 2. een papierfabriek ter plaatse van de aanduiding 'specifiek vorm van bedrijf-papierfabriek'; 3. een conservenfabriek ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-conservenfabriek'; 4. een moutfabriek ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-moutfabriek'; 5. een glasfabriek ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-glasfabriek'; 6. een gemeenteloods, waaronder tevens begrepen een brandweerkazerne, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - gemeenteloods'; 7. een meubelmakerij ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-meubelmakerij'; 8. een bouwbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-bouwbedrijf'; 9. een koper- en metaalgieterij ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-koper- en metaalgieterij'; 10. een houtemballagebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijfhoutemballagebedrijf'; 11. een veevoederbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf veevoederbedrijf'; 12. een autodemontagebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-autodemontage'; 13. een loodgietersbedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-loodgietersbedrijf'. c. ondergeschikte detailhandel, met uitzondering van detailhandel in voedings- en genotmiddelen; d. detailhandel in auto's uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijfdetailhandel in auto's' e. één bestaande bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'; f. één bestaande burgerwoning ter plaatse van de aanduiding 'wonen'; g. openbare nutsvoorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening'; h. (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; met de daarbij behorende: i.
gebouwen, bijgebouwen bij bedrijfswoningen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en open terreinen; j. parkeervoorzieningen; k. groenvoorzieningen; l. nutsvoorzieningen, zoals noodzakelijk voor de bedrijfsvoering.
18
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
5.2
Bouwregels
5.2.1
Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen, geen (bedrijfs)woningen en bijgebouwen bij (bedrijfs)woningen zijnde, gelden de volgende regels: a. nieuwe hoofdbebouwing is niet toegestaan, behoudens het bepaalde onder sub b en vervangende nieuwbouw, waarbij de bouwregels, zoals opgenomen in dit artikel, van toepassing zijn; b. ten behoeve van de uitbreiding van hoofdgebouwen mag worden gebouwd, mits door de uitbreiding het bestaande bebouwd oppervlak van het hoofdgebouw ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan met niet méér dan 50% van dezelfde functie wordt vergroot; c. het maximale bebouwingspercentage bedraagt 80% per bouwperceel tenzij anders is aangegeven; d. de goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte'; e. de afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelsgrenzen dient ten minste 5,00 meter te bedragen; f. in afwijking van het bepaalde onder sub b. t/m e. geldt voor gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' dat: 1. de maximale bouwhoogte 3,00 m bedraagt; 2. de maximale oppervlakte 15 m² bedraagt. 5.2.2
Bedrijfs- en burgerwoningen
Voor het bouwen van bedrijfs- en burgerwoningen gelden de volgende regels: a. b. c. d. e.
nieuwe bedrijfs- en burgerwoningen zijn niet toegestaan, behoudens vervangende nieuwbouw; de goothoogte mag niet meer bedragen dan 6,50 m; de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 9,00 m; de minimale afstand tot de zijdelingse perceelgrenzen bedraagt 3,00 m de inhoud mag niet meer bedragen dan 750 m³.
5.2.3
Bijgebouwen bij bedrijfs- en burgerwoningen
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfs- en burgerwoningen gelden de volgende regels: a. bijgebouwen dienen tenminste 3,00 m achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw te worden geplaatst, tenzij het een aan de wegzijde open stallingruimte voor personenauto's betreft; b. het totale grondoppervlak van de bijgebouwen, mag per bouwperceel niet meer dan 70 m² bedragen; c. bijgebouwen met een kap met een dakhelling van maximaal 45º mogen worden gerealiseerd met een goothoogte van 2,70 m en een bouwhoogte van maximaal 5,00 m of met een platdak, waarbij de bouwhoogte maximaal 3,00 m mag zijn. Indien de bijgebouwen aansluitend aan het hoofdgebouw worden gerealiseerd, mag de goothoogte niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag. 5.2.4
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel maximaal 1,00 m mag bedragen; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen; c. in uitzondering op het bepaalde onder a. mag bij hoekpercelen voor de voorgevellijn de hoogte van de erfafscheiding aan één wegzijde ten hoogste 2,00 m bedragen, mits deze tenminste 1,00 m achter de perceelsgrens wordt geplaatst.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
19
Kern Swalmen
5.3
Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen, met het oog op het aspect externe veiligheid, ter beheersing van de blootstelling aan giftige stoffen en uitpandige vluchtroutes, nadere eisen stellen aan: a. b. c. d.
de situering van bouwwerken (gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde); de inrichting van terreinen; de bruto vloeroppervlakte (bvo) en de hoogte van gebouwen; de wijze van afsluitbaarheid van mechanische ventilatiesystemen.
5.4
Afwijken van de bouwregels
5.4.1
Erfafscheiding op erfgrens bij hoekpercelen
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 5.2.4 voor het bij hoekpercelen op de perceelsgrens plaatsen van de daar bedoelde erfafscheiding onder de voorwaarden dat de erfafscheiding: a. het vrije uitzicht van het wegverkeer niet mag belemmeren en voor het wegverkeer ook niet op andere wijze hinder of gevaar mag opleveren, en/of b. geen fundamentele inbreuk op de groene danwel open structuur mag plegen. 5.4.2
Afstand zijdelingse perceelsgrens
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 5.2.1 voor het bouwen van gebouwen tot een afstand van 3,00 m tot de zijdelingse perceelsgrenzen, mits de ruimtelijke structuur niet onevenredig wordt aangetast en de brandveiligheid gewaarborgd blijft. 5.4.3
Hoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2.4 onder b. voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, tot maximaal 12,00 m, of, indien het een silo betreft, tot maximaal 30,00 m, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifiek vorm van bedrijf-papierfabriek'.
5.5
Specifieke gebruiksregels
5.5.1
Strijdig gebruik
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor: a. b. c. d.
20
geluidszoneringsplichtige inrichtingen; wonen, behoudens in een bestaande bedrijfs- of burgerwoning als bedoeld in 5.1 onder e. en f. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (incl. LPG), tenzij als zodanig is aangegeven; (permanente) buitenopslag van goederen en materialen voor de voorgevellijn.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
5.6
Afwijken van de gebruiksregels
5.6.1
Bedrijfsactiviteiten in hogere categorie
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1 sub a. ten behoeve van de uitoefening van bedrijfsactiviteiten, die zijn opgenomen in een hogere categorie dan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in 5.1 sub a. indien deze gelet op de milieubelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in 5.1 sub a.
5.6.2
Voorwaarden
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
5.6.3
Gelijkwaardige bedrijfsactiviteiten
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1 sub a. ten behoeve van de uitoefening van bedrijfsactiviteiten, die hoewel gelet op de milieubelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in 5.1, maar niet in de Lijst van bedrijfsactiviteiten wordt genoemd. Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
21
Kern Swalmen
Artikel 6 6.1
Bedrijventerrein
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het uitoefenen van bedrijfsactiviteiten die staan vermeld in de categorie 2, 3.1 en 3.2 van de Lijst van bedrijfsactiviteiten zoals opgenomen in bijlage 2 bij deze regels, met uitzondering van geluidzoneringsplichtige inrichtingen, detailhandel, bedrijven die vallen onder het Bevi, propaantanks met een inhoud kleiner dan 13 m³ waarvan de veiligheidsafstanden, zoals aangegeven in artikel 3.28 van het Activiteitenbesluit tot buiten de bouwperceelsgrens reiken en horecabedrijven; b. (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; c. één bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'; d. één burgerwoning ter plaatse van de aanduiding 'wonen'; e. detailhandel uitsluitend in de vorm van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein-detailhandel in ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen'; f. detailhandel in auto's uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijfdetailhandel in auto's'; Het gebruik als bedoeld onder 6.1 onder d. geldt tot het tijdstip waarop de afwijkende functie is vervangen door een functie die past binnen de bestemmingsomschrijving in 6.1 onder a, dan wel gronden en/ of opstallen gedurende twee jaar niet meer voor de afwijkende functie zijn gebruikt en er geen redenen zijn om aan te nemen dat de activiteit op korte termijn wordt voortgezet. met de daarbij behorende: g. gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en open terreinen; h. verkeersvoorzieningen; i. groenvoorzieningen, waarbij ter plaatse van de aanduiding 'groen' uitsluitend groenvoorzieningen zijn toegestaan; j. parkeervoorzieningen, waarbij geldt dat per bedrijf gezorgd dient te worden voor voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein, conform de parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels; k. nutsvoorzieningen.
6.2
Bouwregels
6.2.1
Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen, geen (bedrijfs)woningen en bijgebouwen bij (bedrijfs)woningen zijnde, gelden de volgende regels: a. het maximale bebouwingspercentage per bouwperceel bedraagt maximaal 60%, waarbij het bouwperceel een maximale omvang van 3.000 m² mag hebben; b. de goothoogte mag niet meer dan 12,00 m bedragen, met dien verstande dat alle bebouwing, gelegen binnen 50 meter vanuit de grens van de bestemming, niet hoger dan 8,00 m mogen zijn; c. de afstand tot enige perceelsgrens bedraagt minimaal 3,00 m met dien verstande dat de afstand tot het hart van de weg ten minste 15,00 m bedraagt; d. in afwijking van het bepaalde onder sub a. t/m c. geldt voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen dat: 1. de maximale bouwhoogte 3,00 m bedraagt; 2. de oppervlakte maximaal 15 m² bedraagt. e. ter plaatse van de aanduiding 'groen' is geen bebouwing toegestaan.
22
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
6.2.2
Bedrijfs- en burgerwoningen
Voor het bouwen van bedrijfs- en burgerwoningen gelden de volgende regels: a. b. c. d. e.
nieuwe bedrijfs- en burgerwoningen zijn niet toegestaan, behoudens vervangende nieuwbouw; de goothoogte mag niet meer bedragen dan 6,50 m; de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 9,00 m; de minimale afstand tot zijdelingse perceelgrens bedraagt 3 meter; de maximale inhoud bedraagt 750 m³.
6.2.3
Bijgebouwen bij bedrijfs- en burgerwoningen
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfs- en burgerwoningen gelden de volgende regels: a. de maximale goothoogte bedraagt 4,00 meter; b. de maximale bouwhoogte bedraagt 6,00 meter; c. bijgebouwen dienen tenminste 3,00 m achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw te worden geplaatst, tenzij het een aan de wegzijde open stallingruimte voor personenauto's betreft; d. de maximale gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen bedraagt 70 m². 6.2.4
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de hoogte mag niet meer dan 10,00 m bedragen met uitzondering van erfafscheidingen waarvan de hoogte niet meer dan 2,00 m mag bedragen; b. ze dienen voor het overige naar aard en afmetingen bij deze bestemming te passen.
6.3
Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen, met het oog op het aspect externe veiligheid, ter beheersing van de blootstelling aan giftige stoffen en uitpandige vluchtroutes, nadere eisen te stellen aan: a. b. c. d.
6.4
de situering van bouwwerken (gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde); de inrichting van terreinen; de bruto vloeroppervlakte (bvo) en de hoogte van gebouwen; de wijze van afsluitbaarheid van mechanische ventilatiesystemen.
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.1 onder a.: a. voor een bebouwingspercentage van 80%, mits dit percentage vanuit bedrijfseconomische dan wel andere bedrijfsomstandigheden noodzakelijk is, waarbij voldoende parkeergelegenheid en opslagmogelijkheden behouden blijven. b. voor het toestaan van een groter bouwperceel, tot maximaal 5.000 m², indien het betreft een elders in de gemeente gevestigd bedrijf dat ter plaatse niet gehandhaafd kan worden en waarvan de omvang en/of aard van het bedrijf zulks vordert en het uit gemeentelijk oogpunt onredelijk is om het bedrijf te verwijzen naar een regionaal bedrijventerrein.
6.5
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.1 ten behoeve van: "Kern Swalmen" (vastgesteld)
23
Kern Swalmen a. de uitoefening van bedrijfsactiviteiten, die zijn opgenomen in een hogere categorie dan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in 6.1 indien deze gelet op de milieubelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in 6.1; b. de uitoefening van bedrijfsactiviteiten, die hoewel gelet op de milieubelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in 6.1, maar niet in de Lijst van bedrijfsactiviteiten wordt genoemd; Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking. c. de uitoefening van ondergeschikte detailhandel mits het betreft: handel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd of grotendeels bewerkt, alsmede goederen die in directe relatie staan met de aard van het bedrijf, waarbij maximaal 10% van het bebouwd oppervlak, met een maximum van 400 m², voor detailhandel mag worden gebruikt; voedings- en genotmiddelen zijn van deze afwijking uitgesloten; de handel in auto's uitsluitend ten behoeve van uit de bebouwde kom van Swalmen te verplaatsen garagebedrijven en/ of autohandel.
6.6
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding 'wonen' te wijzigen in de aanduiding 'bedrijfswoning', mits: a. de betreffende woning onderdeel uitmaakt van een bedrijf dat ligt op hetzelfde perceel als de woning, danwel onderdeel uitmaakt van een bedrijf dat ligt op een perceel dat grenst aan het perceel waarop de woning is gelegen.
24
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 7 7.1
Centrum - 1
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Centrum - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. detailhandel met een maximale bedrijfsvloeroppervlakte van 400 m²; b. wonen, al dan niet gestapeld, waarbij de woonfunctie op de begane grond uitsluitend is toegestaan voor zover aanwezig ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan; c. publieksgerichte maatschappelijke doeleinden; d. cultuur en ontspanning; e. dienstverlening; f. kantoren; g. horeca, categorie 1 tot en met 5, voor zover aanwezig ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan; h. horeca, categorie 2 op de begane grond, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 2'; i. (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; met de daarbij horende: j. k. l. m. n. o.
gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en open terreinen; wegen en paden; groenvoorzieningen; parkeervoorzieningen; nutsvoorzieningen; evenementen.
7.2
Bouwregels
7.2.1
Gebouwen en bijgebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. nieuwe hoofdbebouwing is niet toegestaan, behoudens het bepaalde onder sub b en vervangende nieuwbouw, waarbij de bouwregels, zoals opgenomen in dit artikel, van toepassing zijn; b. ten behoeve van de uitbreiding van hoofdgebouwen mag worden gebouwd, mits door de uitbreiding het bestaande bebouwd oppervlak van het hoofdgebouw ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan met niet méér dan 30% van dezelfde functie wordt vergroot; c. het maximale bebouwingspercentage bedraagt 90% per bouwperceel; d. de maximale goothoogte van hoofdgebouwen mag niet meer dan 9,00 m bedragen; e. de maximale bouwhoogte van hoofdgebouwen mag niet meer dan 12,00 m bedragen; f. de maximale goothoogte van bijgebouwen mag niet meer dan 4,00 m bedragen; g. de maximale bouwhoogte van bijgebouwen mag niet meer dan 6,00 m bedragen; h. de oppervlakte van bijgebouwen ten behoeve van het wonen mag niet meer dan 70 m² bedragen; i. in afwijking van het bepaalde onder c., d. en e. geldt voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen dat: 1. de maximale bouwhoogte 3,00 m bedraagt; 2. de maximale oppervlakte 15 m² bedraagt. 7.2.2
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel maximaal 1,00 m mag bedragen; "Kern Swalmen" (vastgesteld)
25
Kern Swalmen b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 10,00 m bedragen; c. in uitzondering op het bepaalde onder a. mag bij hoekpercelen voor de voorgevellijn de hoogte van de erfafscheiding aan een wegzijde ten hoogste 2,00 m bedragen, mits deze tenminste 1,00 m achter de perceelsgrens wordt geplaatst.
7.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder: a. 7.1 sub a. voor een bedrijfsvloeroppervlakte groter dan 400 m² per vestiging, mits: 1. aangetoond is dat de uitbreiding is afgestemd op de locale behoefte; 2. de belangen van derden niet onevenredig mogen worden aangetast; 3. geen onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het omringende woon- en leefmilieu van aangrenzende gronden en bouwwerken mag optreden; 4. de verkeersveiligheid niet onevenredig mag worden belemmerd; 5. er voldaan dient te worden aan parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels, waarbij parkeren op eigen erf uitgangspunt is. b. 7.2.1 sub e. voor een hogere goothoogte van bijgebouwen, mits: 1. de goothoogte niet meer dan 7,00 m bedraagt; 2. deze goothoogte nodig is in verband met een vanwege bedrijfseconomische danwel andere bedrijfsomstandigheden ter plaatse noodzakelijke uitbreiding van bedrijfsgebouwen. c. 7.2.2 voor het bij hoekpercelen op de perceelsgrens plaatsen van de daar bedoelde erfafscheiding onder de voorwaarden dat de erfafscheiding: 1. het vrije uitzicht van het wegverkeer niet mag belemmeren en voor het wegverkeer ook niet op andere wijze hinder of gevaar mag opleveren, en/of 2. geen fundamentele inbreuk op de groene danwel open structuur mag plegen.
7.4
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in: a. 7.1 sub b. ten behoeve van het gebruik van de begane grond van een bestaand pand met een niet-woonfunctie voor een woonfunctie, met dien verstande dat: 1. het gestelde in 7.2.1 sub a. en b. van overeenkomstige toepassing is; 2. de woning dient te passen in het omringende gebied, waarbij een goed woon- en leefklimaat van de nieuwe woning gegarandeerd dient te zijn en aanwezige bedrijven en/ of andere inrichtingen niet in hun bedrijfsmatig functioneren belemmerd mogen worden; 3. de regionale woonvisie ter zake in acht wordt genomen; 4. de noodzakelijke onderzoeksaspecten in acht worden genomen, dat wil zeggen dat: voldaan wordt aan de eisen uit de Wet geluidhinder; geen belemmeringen aanwezig zijn in het kader van externe veiligheid; er wordt voldaan aan de parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels, waarbij parkeren op eigen erf uitgangspunt is; de verkeersveiligheid niet onevenredig wordt belemmerd; de belangen van derden niet onevenredig worden beschadigd. b. artikel 7.1 sub g. ten behoeve van nieuwvestiging van horeca-inrichtingen met dien verstande dat: 1. het gestelde onder 7.2.1 sub a. en b. van overeenkomstige toepassing is; 2. de belangen van derden niet onevenredig mogen worden aangetast; 3. geen onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het omringende woon- en leefmilieu van aangrenzende gronden en bouwwerken mag optreden; 4. de verkeersveiligheid niet onevenredig mag worden belemmerd; 5. er voldaan dient te worden aan parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels, waarbij parkeren op eigen erf uitgangspunt is. 26
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 8 8.1
Centrum - 2
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Centrum - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. detailhandel, uitsluitend op de begane grond en met een bedrijfsvloeroppervlakte welke niet meer mag bedragen dan aanwezig is ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan; b. wonen, al dan niet gestapeld, waarbij de woonfunctie op de begane grond uitsluitend is toegestaan voor zover aanwezig ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan; c. dienstverlening; d. kantoren met een baliefunctie; e. horeca, categorie 1 tot en met 5, voor zover aanwezig ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan; f. (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; met de daarbij horende: g. h. i. j. k. l.
gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en open terreinen; wegen en paden; groenvoorzieningen; parkeervoorzieningen; nutsvoorzieningen; evenementen.
8.2
Bouwregels
8.2.1
Gebouwen en bijgebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. nieuwe hoofdbebouwing is niet toegestaan, behoudens het bepaalde onder sub b en vervangende nieuwbouw, waarbij de bouwregels, zoals opgenomen in dit artikel, van toepassing zijn; b. ten behoeve van de uitbreiding van hoofdgebouwen mag worden gebouwd, mits door de uitbreiding het bestaande bebouwd oppervlak van het hoofdgebouw ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan met niet méér dan 30% van dezelfde functie wordt vergroot; c. het maximale bebouwingspercentage bedraagt 90% per bouwperceel; d. de maximale goothoogte van hoofdgebouwen mag niet meer dan 7,00 m bedragen; e. de maximale bouwhoogte van hoofdgebouwen mag niet meer dan 10,00 m bedragen; f. de maximale goothoogte van bijgebouwen mag niet meer dan 4,00 m bedragen; g. de maximale bouwhoogte van bijgebouwen mag niet meer dan 6,00 m bedragen; h. de oppervlakte van bijgebouwen ten behoeve van het wonen mag niet meer dan 70 m² bedragen; i. in afwijking van het bepaalde onder c., d. en e. geldt voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen dat: 1. de maximale bouwhoogte 3,00 m bedraagt; 2. de maximale oppervlakte 15 m² bedraagt. 8.2.2
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel maximaal 1 meter mag bedragen; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 10,00 m bedragen; c. in uitzondering op het bepaalde onder a. mag bij hoekpercelen voor de voorgevellijn de hoogte van "Kern Swalmen" (vastgesteld)
27
Kern Swalmen de erfafscheiding aan een wegzijde ten hoogste 2,00 m bedragen, mits deze tenminste 1,00 m achter de perceelsgrens wordt geplaatst.
8.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder: a. 8.2.1 sub e. voor een hogere goothoogte van bijgebouwen, mits: 1. de goothoogte niet meer dan 7,00 m bedraagt; 2. deze goothoogte nodig is in verband met een vanwege bedrijfseconomische danwel andere bedrijfsomstandigheden ter plaatse noodzakelijke uitbreiding van bedrijfsgebouwen. b. 8.2.2. voor het bij hoekpercelen op de perceelsgrens plaatsen van de daar bedoelde erfafscheiding onder de voorwaarden dat de erfafscheiding: 1. het vrije uitzicht van het wegverkeer niet mag belemmeren en voor het wegverkeer ook niet op andere wijze hinder of gevaar mag opleveren, en/of 2. geen fundamentele inbreuk op de groene danwel open structuur mag plegen.
8.4
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in: a.
8.1 sub a. voor een nieuwe detailhandelsvestiging of uitbreiding van een bestaande vestiging tot een bedrijfsvloeroppervlakte van maximaal 300 m² per vestiging, mits: 1. aangetoond is dat de uitbreiding is afgestemd op de locale behoefte en geen afbreuk wordt gedaan aan het voorzieningenniveau en de verblijfsfunctie van de bestemming 'Centrum-1'; 2. de belangen van derden niet onevenredig mogen worden aangetast; 3. geen onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het omringende woon- en leefmilieu van aangrenzende gronden en bouwwerken mag optreden; 4. de verkeersveiligheid niet onevenredig mag worden belemmerd; 5. er voldaan dient te worden aan parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels, waarbij parkeren op eigen erf uitgangspunt is. b. 8.1 sub b. ten behoeve van het gebruik van de begane grond van een bestaand pand met een niet-woonfunctie voor een woonfunctie, met dien verstande dat: 1. het gestelde in 8.2.1 sub a. en b. van overeenkomstige toepassing is; 2. de woning dient te passen in het omringende gebied, waarbij een goed woon- en leefklimaat van de nieuwe woning gegarandeerd dient te zijn en aanwezige bedrijven en/ of andere inrichtingen niet in hun bedrijfsmatig functioneren belemmerd mogen worden; 3. de regionale woonvisie ter zake in acht wordt genomen; 4. de noodzakelijke onderzoeksaspecten in acht worden genomen, dat wil zeggen dat: voldaan wordt aan de eisen uit de Wet geluidhinder; geen belemmeringen aanwezig zijn in het kader van externe veiligheid; er wordt voldaan aan de parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels, waarbij parkeren op eigen erf uitgangspunt is; de verkeersveiligheid niet onevenredig wordt belemmerd; de belangen van derden niet onevenredig worden beschadigd. c. 8.1 sub f. ten behoeve van nieuwvestiging van horeca-inrichtingen met dien verstande dat: 1. het gestelde onder 8.2.1 sub a. en b. van overeenkomstige toepassing is; 2. de belangen van derden niet onevenredig mogen worden aangetast; 3. geen onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het omringende woon- en leefmilieu van aangrenzende gronden en bouwwerken mag optreden; 4. de verkeersveiligheid niet onevenredig mag worden belemmerd; 5. er voldaan dient te worden aan parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels, waarbij parkeren op eigen erf uitgangspunt is. 28
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 9 9.1
Groen
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. groenvoorzieningen; b. water en waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder begrepen (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; c. paden en wegen; d. een tunnel ten behoeve van wegverkeer, ter plaatse van de aanduiding 'tunnel'; met de daarbij behorende: e. f. g. h. i. j.
bouwwerken geen gebouwen zijnde; nutsvoorzieningen; evenementen; bestaande speelvoorzieningen; verhardingen; parkeervoorzieningen.
9.2
Bouwregels
9.2.1
Algemeen
Ten aanzien van het bouwen geldt dat uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de in 9.1 genoemde functies zijn toegestaan, waarbij de bouwhoogte maximaal 3,00 m bedraagt. Ter plaatse van de aanduiding 'tunnel' zijn bouwwerken ten dienste van het wegverkeer toegestaan met een bouwhoogte van maximaal 10,00 m.
9.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 9.2 en toestaan dat er nieuwe bebouwing ten behoeve van nutsvoorzieningen wordt opgericht, mits: a. de maximale bouwhoogte 3,00 m bedraagt; b. de maximale oppervlakte 15 m² bedraagt.
9.4
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 9.1 sub h. voor oprichten van nieuwe speelvoorzieningen, mits is gebleken dat de bodem geschikt is voor dit beoogde gebruik.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
29
Kern Swalmen
Artikel 10 10.1
Kantoor
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. kantoren; b. dienstverlening; c. (ondergrondse) bergings- en infiltratievoorzieningen; met de daarbij behorende: d. e. f. g.
gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde; parkeervoorzieningen; wegen en paden; groenvoorzieningen.
10.2
Bouwregels
10.2.1 Gebouwen Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. nieuwe hoofdbebouwing is niet toegestaan, behoudens het bepaalde onder sub b en vervangende nieuwbouw, waarbij de bouwregels, zoals opgenomen in dit artikel, van toepassing zijn; b. ten behoeve van de uitbreiding van hoofdgebouwen mag worden gebouwd, mits door de uitbreiding het bestaande bebouwd oppervlak van het hoofdgebouw ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan met niet méér dan 20% van dezelfde functie wordt vergroot: c. het maximale bebouwingspercentage bedraagt 80% per bouwperceel; d. de voorgevels van gebouwen moeten in of achter de voorgevellijn worden geplaatst; e. de afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelsgrenzen dient ten minste 5,00 meter te bedragen; f. de maximale goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte'. 10.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel maximaal 1 meter mag bedragen; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen; c. in uitzondering op het bepaalde onder a. mag bij hoekpercelen voor de voorgevellijn de hoogte van de erfafscheiding aan een wegzijde ten hoogste 2,00 m bedragen, mits deze tenminste 1,00 m achter de perceelsgrens wordt geplaatst.
10.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 10.2.2 voor het bij hoekpercelen op de perceelsgrens plaatsen van de daar bedoelde erfafscheiding onder de voorwaarden dat de erfafscheiding: a. het vrije uitzicht van het wegverkeer niet mag belemmeren en voor het wegverkeer ook niet op andere wijze hinder of gevaar mag opleveren, en/of 30
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen b. geen fundamentele inbreuk op de groene danwel open structuur mag plegen.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
31
Kern Swalmen
Artikel 11 11.1
Maatschappelijk
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het uitoefenen van activiteiten gericht op de sociale, maatschappelijke, educatieve en openbare dienstverlening, waaronder begrepen: bibliotheken; en/of gezondheidszorg; en/of jeugd-/kinder-/naschoolse opvang; en/of onderwijs; en/of openbare dienstverlening; en/of religie; en/of verenigings- en gemeenschapsleven; en/of medische zorg; en/of zorg- en welzijnsinstelling, waaronder begrepen zorgwoningen; b. ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' uitsluitend begraafplaatsen met bijbehorende voorzieningen; c. ondergeschikte horeca- en kantoorvoorzieningen ten behoeve van de onder a. genoemde functies 'verenigings- en gemeenschapsleven' en 'zorg- en welzijnsinstelling'; d. een bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'; e. woonfuncties ten behoeve van de onder a. genoemde functies zijn niet toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten'; f. (ondergrondse) bergings- en infiltratievoorzieningen; met de daarbij behorende: g. h. i. j.
gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde; parkeervoorzieningen; verkeersvoorzieningen; groenvoorzieningen.
11.2
Bouwregels
11.2.1 Gebouwen Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. gebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; b. de maximale goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte'. 11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel maximaal 1 meter mag bedragen; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen; c. in uitzondering op het bepaalde onder a. mag bij hoekpercelen voor de voorgevellijn de hoogte van de erfafscheiding aan een wegzijde ten hoogste 2,00 m bedragen, mits deze tenminste 1,00 m achter de perceelsgrens wordt geplaatst.
32
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
11.3
Afwijken van de bouwregels
11.3.1 Bouwen buiten het bouwvlak Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 11.2.1 onder a. voor het bouwen van nieuwe bebouwing buiten het bouwvlak, met dien verstande dat het bebouwingspercentage niet meer dan 80% van het totale perceel bedraagt en de afwijking niet leidt tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van de naastgelegen percelen.
11.3.2 Erfafscheiding op erfgrens bij hoekpercelen Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 11.2.2 voor het bij hoekpercelen op de perceelsgrens plaatsen van de daar bedoelde erfafscheiding onder de voorwaarden dat de erfafscheiding: a. het vrije uitzicht van het wegverkeer niet mag belemmeren en voor het wegverkeer ook niet op andere wijze hinder of gevaar mag opleveren, en/of b. geen fundamentele inbreuk op de groene danwel open structuur mag plegen.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
33
Kern Swalmen
Artikel 12 12.1
Natuur
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het behoud, herstel, de ontwikkeling en/of de kwaliteitsverbetering van de natuurlijke, landschappelijk en landschapsecologische waarden; b. waterlopen en waterpartijen, alsmede waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder begrepen (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; met de daarbij behorende: c. d. e. f.
bouwwerken, geen gebouwen zijnde; paden en wegen; recreatief en educatief medegebruik; nutsvoorzieningen.
12.2
Bouwregels
Ten aanzien van het bouwen geldt dat uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde, ten dienste van de in 12.1 genoemde functies, mogen worden gerealiseerd waarvan de bouwhoogte maximaal 1,00 m mag bedragen.
12.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 12.2 en toestaan dat er nieuwe bebouwing ten behoeve van nutsvoorzieningen wordt opgericht, mits: a. de maximale bouwhoogte 3,00 m bedraagt; b. de maximale oppervlakte 15 m² bedraagt; c. aangetoond is dat de bestaande natuurwaarden niet onevenredig worden aangetast.
12.4
Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor: a. het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens; b. het opslaan of bergen van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond; c. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.
12.5
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
12.5.1 Verbod Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Natuur' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het verwijderen, aanleggen of verharden van wegen, paden, parkeergelegenheden of 34
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen picknickplaatsen en het aanbrengen van eventuele andere oppervlakteverhardingen; b. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen, opvullen of egaliseren van de bodem dieper dan 0,30 meter; c. het scheuren van grasland; d. het aanbrengen van boven- en/of ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur, tenzij zulks noodzakelijk is voor of verband houdt met het op de bestemming gericht gebruik van de grond; e. het vellen of rooien van houtgewas of het verrichten van werkzaamheden, welke de dood of ernstige beschadiging van houtgewas ten gevolge kunnen hebben. 12.5.2 Uitzonderingen Het verbod als bedoeld in 12.5.1 is niet van toepassing: a. voor werkzaamheden in het kader van het normale onderhoud en de normale bodemexploitatie; b. voor werken en werkzaamheden die op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan in uitvoering zijn; c. op het periodiek kappen van hakhout in het kader van het beheer van het natuurgebied. 12.5.3 Toelaatbaarheid Burgemeester en wethouders verlenen de onder 12.5.1 bedoelde vergunning uitsluitend indien de aan betrokken gronden gegeven bestemming overeenkomstig de bestemmingsomschrijving zich hiertegen niet verzet en indien de beoogde werken of werkzaamheden de archeologische, natuurlijke, landschappelijke en landschapsecologische waarden niet onevenredig aantasten.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
35
Kern Swalmen
Artikel 13 13.1
Sport
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het uitoefenen van sportactiviteiten, waarbij een kartbaan uitsluitend is toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'kartbaan' en een niet overdekte skeelerbaan uitsluitend is toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'skeelerbaan'; b. ondergeschikte horecavoorzieningen ten dienste van de onder sub a. genoemde functies; met daarbij behorende: c. d. e. f. g. h. i.
gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde; wegen en paden; parkeervoorzieningen; waterlopen en waterpartijen; groenvoorzieningen; evenementen; nutsvoorzieningen.
13.2
Bouwregels
13.2.1 Gebouwen Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. gebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; b. de maximale goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte'; c. in afwijking van het bepaalde onder sub c.geldt voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen dat: 1. de maximale bouwhoogte 3,00 m bedraagt en de maximale oppervlakte 15 m². d. in afwijking van het bepaalde onder sub a. t/m b. geldt dat ter plaatse van de aanduiding 'skeelerbaan' uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan.
13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter bedragen; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen.
13.3
Afwijken van de bouwregels
13.3.1 Bouwen buiten het bouwvlak Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 13.2.1 onder a. voor het bouwen van nieuwe bebouwing buiten het bouwvlak, met dien verstande dat het bebouwingspercentage van het bouwperceel niet meer dan 80% bedraagt en de afwijking niet leidt tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van de naastgelegen percelen.
36
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 14 14.1
Verkeer
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k.
wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verkeersfunctie; autosnelweg met vier rijstroken; voet- en fietspaden; parkeervoorzieningen; groenvoorzieningen, waaronder begrepen bermen en beplanting; nutsvoorzieningen; waterlopen en waterpartijen; (bovengrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; oeververbindingen (bruggen); een tunnel ten behoeve van wegverkeer, ter plaatse van de aanduiding 'tunnel'; bruggen, waaronder begrepen een fietsbrug ter plaatse van de aanduiding 'brug';
met de daarbij behorende: l. m. n. o. p. q.
bouwwerken geen gebouwen zijnde; evenementen; dienstengebouw, niet zijnde een woning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'tunnel'; geluidwerende voorzieningen; onderdoorgangen; wacht- en schuilgelegenheden.
14.2
Bouwregels
14.2.1 Algemeen Ten aanzien van het bouwen geldt dat uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de in 14.1 genoemde functies zijn toegestaan, waarbij de bouwhoogte maximaal 10,00 m bedraagt en de bouwhoogte ten behoeve van bouwwerken, geen gebouwen zijnde voor de autosnelweg maximaal 15,00 m bedraagt.
14.2.2 Gebouwen In afwijking van het bepaalde onder 14.2.1 zijn uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'tunnel' gebouwen toegestaan waarvoor de volgende regels gelden: a. er mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, dienstgebouwen, wacht- en schuilgelegenheden en stallingsruimten worden gebouwd; b. het oppervlak voor nutsvoorzieningen mag maximaal 15 m² bedragen met een hoogte van maximaal 4,00 m; c. het oppervlak van een dienstgebouw mag niet meer dan 750 m² bedragen en de hoogte niet meer dan 6,50 m; d. het oppervlak van wacht- en schuilgelegenheden mag niet meer dan 30 m² bedragen en de hoogte niet meer dan 3,00 m; e. het oppervlak van stallingsruimten mag niet meer dan 300 m² bedragen en de hoogte niet meer dan 3,00 m.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
37
Kern Swalmen
14.3
Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor: a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond; b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.
38
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 15 15.1
Verkeer - Railverkeer
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. b. c. d. e.
spoorwegvoorzieningen, waaronder begrepen spoorwegovergangen en een treinstation; paden; groenvoorzieningen, waaronder begrepen bermen en beplanting; nutsvoorzieningen; (bovengrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen;
met de daarbij behorende: f.
gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde.
15.2
Bouwregels
Ten aanzien van het bouwen geldt dat uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde, ten dienste van de in 15.1 genoemde functies mogen worden gerealiseerd, waarbij de volgende regels gelden: a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 5,00 m bedragen; b. in afwijking van het bepaalde in sub a mag de bouwhoogte van: 1. palen en masten maximaal 10,00 m bedragen vanaf bovenkant spoorstaaf; 2. lichtmasten maximaal 12,00 m bedragen; 3. een antenne-installatie maximaal 15,00 m bedragen.
15.3
Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor: a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond; b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
39
Kern Swalmen
Artikel 16 16.1
Water
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. b. c. d. e. f. g.
waterberging; waterhuishouding; waterlopen en waterpartijen; groenvoorzieningen; infiltratie- en bergingsvoorzieningen; kruisingen en overbruggingen ten behoeve van (rail)verkeersdoeleinden; oevers en onderhoudspaden.
16.2
Bouwregels
Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende regels: a. op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd; b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, specifiek ten behoeve van deze bestemming, mag maximaal 3,00 meter bedragen.
40
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 17 17.1
Wonen
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen, alsmede aan huis verbonden beroepen; met de daarbij behorende: b. c. d. e. f.
gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde; tuinen en erven; parkeervoorzieningen; groenvoorzieningen; nutsvoorzieningen.
17.2
Bouwregels
17.2.1 Gebouwen Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: a. er mogen minimaal 2 woningen aan elkaar worden gebouwd, tenzij ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand' maximaal één vrijstaande woning per bouwperceel is toegestaan; b. de breedte van het bouwperceel bedraagt per woning, indien 2 of meer woningen aan elkaar worden gebouwd, ten minste 5,00 m en indien een vrijstaande woning wordt gebouwd ten minste 14,00 m; c. één gevel wordt geplaatst in, danwel tot maximaal 4,00 m achter de naar wegzijde gekeerde grens ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'; d. de breedte bedraagt per woning tenminste 5,00 m; e. de goothoogte mag niet meer dan 6,00 m bedragen; f. de inhoud bedraagt per woning tenminste 250 m³; g. de diepte mag niet meer dan 15,00 m bedragen; h. de zijgevel wordt in de zijdelingse bouwperceelsgrens geplaatst danwel bij vrijstaande woningen tenminste 3,00 m, bij halfvrijstaande woningen tenminste 2,50 m en bij gesloten bebouwing tenminste 1,00 m daaruit, een en ander met inachtname van het bepaalde onder 17.2.2 onder b. i. in geval van bebouwing voor nutsvoorzieningen geldt dat de maximale omvang 620 m² bedraagt, de maximale goothoogte 3,50 m en de maximale bouwhoogte 5,00 m bedraagt. 17.2.2 Bijgebouwen Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels: a. de voorgevel wordt geplaatst in of achter de naar wegzijde gekeerde grens ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak', tenzij het een garage betreft in welk geval de afstand van de garage tot de weg niet minder dan 4,00 m mag bedragen; b. de woningen waarvan de percelen grenzen aan de bestemming 'Natuur' dienen met hun bijgebouwen zodanig gesitueerd te worden dat tenminste aan één zijde van de woningen een tenminste 3,00 m brede onbebouwde openheid en zicht vanaf de woonstraat naar het achterliggende Swalmdal gewaarborgd wordt; c. het totale grondoppervlak van bijgebouwen bedraagt per bouwperceel: 1. tot en met 700 m² maximaal 70 m²; 2. groter dan 700 m², maximaal 10 % van de totale oppervlakte van het bouwperceel, met een maximum van 200 m² per bouwperceel. d. de goothoogte mag niet meer dan 3,00 m bedragen, behoudens ter plaatse van de aan de woning gebouwde zijde van een aangebouwd bijgebouw.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
41
Kern Swalmen
17.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de hoogte mag niet meer dan 5,00 m bedragen, met uitzondering van erfafscheidingen, waarvan de hoogte niet meer dan 2,00 m mag bedragen; b. ze dienen voor het overige naar aard en afmetingen bij deze bestemming te passen.
17.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 17.2.2 sub a voor het bouwen van een aangebouwd bijgebouw per woning, danwel het uitbreiden van de woning, voor de naar de weg gekeerde grens ter plaatse van de aanduiding bouwvlak, mits: a. de naar de weg gekeerde gevellijn met niet meer dan 3,00 m wordt overschreden; b. indien het een garage betreft de afstand van het bijgebouw tot de weg nergens minder bedraagt dan 4,00 m; c. over tenminste 40% van de breedte van de voorgevel van de woning niet wordt aangebouwd; d. de goothoogte niet meer bedraagt dan 3,00 m; e. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 6 m²; f. het verkeersbelang niet wordt aangetast; g. door deze omgevingsvergunning bestaande gebouwen niet worden beperkt in hun gebruiksmogelijkheden danwel bereikbaarheid.
17.4
Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik van (vrijstaande) bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.
17.5
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder a. 17.1 voor de uitoefening van bedrijven, vallende onder kleine economie, met dien verstande dat: 1. de woonfunctie als hoofdfunctie behouden blijft; 2. er geen onevenredige hinder mag worden toegebracht aan de kwaliteit van het woonmilieu; 3. door de uitoefening van de activiteit het uiterlijk aanzien van de woning niet zodanig mag veranderen, dat de woning het karakter van een woning geheel of gedeeltelijk verliest, dit houdt onder meer in dat er geen grote reclame-uitingen aan of bij de woning geplaatst mogen worden; 4. de totale oppervlakte van de activiteit niet meer mag bedragen dan 25 m². Het te gebruiken oppervlak dient op een tekening te worden aangegeven die bij het besluit wordt gevoegd; 5. er geen sprake is van een verkeersaantrekkende activiteit, die de woonomgeving onevenredig belast en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder extra parkeerplaatsen, noodzakelijk worden, tenzij op eigen terrein gezorgd kan worden voor voldoende parkeervoorzieningen of er in de omgeving voldoende beschikbare plaatsen zijn; 6. de uitvoerder van de activiteit ter plaatse dient te wonen; 7. detailhandel alleen als ondergeschikte activiteit is toegestaan en uitsluitend van goederen die verband houden met de activiteit waarvoor deze omgevingsvergunning wordt verleend; 8. activiteiten die op grond van het bepaalde in de Wet milieubeheer meldingsplichtig zijn of activiteiten die op grond van artikel 2.1 lid 1 onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunningplichtig zijn, in beginsel niet worden toegestaan, tenzij kan worden aangetoond dat geen overlast voor de omgeving op zal treden, waarbij maximaal bedrijven uit categorie 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten of daarmee qua aard en invloed op de 42
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen woonomgeving vergelijkbare bedrijven worden toegestaan (bijlage 1). b. 17.4 voor het gebruik van een (vrijstaand) bijgebouw of gedeelte van het hoofdgebouw als afhankelijke woonruimte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een objectieve indicatiestelling (bijvoorbeeld een doktersverklaring) waaruit de noodzaak van mantelzorg blijkt, met uitzondering van een familierelatie in de eerste lijn (ouder-kind-relatie); 2. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en omliggende (agrarische) bedrijven; 3. er moet sprake zijn van een ruimtelijke eenheid tussen hoofdgebouw en afhankelijke woonruimte; 4. de vloeroppervlakte van de afhankelijke woonruimte bedraagt maximaal 70 m²; 5. de situering van de afhankelijke woonruimte dient, indien van toepassing, binnen het (agrarische) bouwvlak plaats te vinden. 6. de afhankelijke woonruimte mag niet worden gerealiseerd in een tijdelijke woonunit (bijvoorbeeld een stacaravan); 7. er mag geen tweede zelfstandige woning ontstaan; 8. per bouwperceel kan op enig moment slechts één omgevingsvergunning van kracht zijn voor het gebruik van een gebouw als afhankelijke woonruimte; 9. deze omgevingsvergunning is persoonsgebonden en vervalt van rechtswege op het moment dat de behoefte aan mantelzorg komt te vervallen; 10. in zeer uitzonderlijke situaties kan van bovenstaande voorwaarden worden afgeweken.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
43
Kern Swalmen
Artikel 18 18.1
Woongebied
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen, alsmede aan huis verbonden beroepen; b. gestapeld wonen, uitsluitend toegestaan daar waar ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan sprake is van gestapelde woonbebouwing; c. wonen in woonwagens, uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'woonwagenstandplaats', met de daarbij behorende bergingen en sanitaire ruimten; d. detailhandel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel'; e. dienstverlening, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening' f. kantoor, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'kantoor'; g. horeca, categorie 2, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 2'; h. horeca, categorie 3, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 3'; i. maatschappelijke doeleinden, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk'; j. een poezenhotel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van woongebied-poezenhotel'; k. water en waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder begrepen (ondergrondse) infiltratie- en bergingsvoorzieningen; met de daarbij behorende: l. m. n. o. p. q. r. s. t.
gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde en open terreinen; tuinen en erven; verkeersvoorzieningen; verblijfsgebieden; groenvoorzieningen; bestaande speelvoorzieningen; parkeervoorzieningen; evenementen; nutsvoorzieningen.
18.2
Bouwregels
18.2.1 Hoofdgebouwen Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels: a. nieuwe hoofdbebouwing en/ of het toevoegen van nieuwe woningen is niet toegestaan, behoudens het bepaalde onder sub b en vervangende nieuwbouw, waarbij de bouwregels, zoals opgenomen in dit artikel, van toepassing zijn; b. in afwijking van het bepaalde onder a. is het ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mogelijk nieuwe woonbebouwing op te richten, met dien verstande dat: 1. één vrijstaande woning is toegestaan; 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' vier vrijstaande en/ of geschakelde woningen zijn toegestaan, waarbij de maximale bouwhoogte niet meer mag bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte'; 3. in voorkomende gevallen, het bebouwingspercentage, zoals aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage', in acht dient te worden genomen; 4. voor het overige dient te worden aangesloten bij de overige van toepassing zijnde bouwregels van dit artikel, zijnde 18.2.1 sub e; c. ten behoeve van de uitbreiding van hoofdgebouwen mag worden gebouwd, mits door de uitbreiding van het bestaande bebouwd oppervlak van het hoofdgebouw ten tijde van de ter inzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan met niet meer dan 20% van dezelfde functie wordt vergroot; d. de voorgevel van het hoofdgebouw wordt gelijk aan de voorgevel van de hoofdgebouwen op de 44
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen belendende percelen binnen deze bestemming gesitueerd, met dien verstande dat, wanneer de voorgevels van de belendende percelen niet in dezelfde lijn zijn gelegen, de voorgevel van het hoofdgebouw wordt gesitueerd binnen de zone tussen de voorgevels op de belendende percelen; e. de maximale goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte'; f. de afstand van de hoofdgebouwen tot de zijdelingse perceelgrenzen dient voor vrijstaande woningen tenminste 3,00 m en voor geschakelde woningen aan de niet aaneengebouwde zijde van het hoofdgebouw tenminste 3,00 m te bedragen; g. per bouwperceel met een oppervlakte: 1. tot 200 m² geldt dat tenminste 30% van het bouwperceel onbebouwd en onoverdekt dient te blijven; 2. tussen 200 m² - 400 m² geldt dat tenminste 40% van het bouwperceel onbebouwd en onoverdekt dient te blijven; 3. tussen 400 m² - 600 m² geldt dat tenminste 50% van het bouwperceel onbebouwd en onoverdekt dient te blijven; 4. meer dan 600 m² geldt dat tenminste 60% van het bouwperceel onbebouwd en onoverdekt dient te blijven; h. in afwijking van het bepaalde onder sub c. t/m e. gelden ter plaatse van de aanduiding 'woonwagenstandplaats' de volgende bouwregels: 1. er zijn maximaal zeven woonwagens toegestaan; 2. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3,50 m; 3. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,00 m; 18.2.2 Bijgebouwen Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels: a. bijgebouwen dienen tenminste 3,00 m achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw te worden geplaatst, tenzij het een aan de wegzijde open stallingsruimte voor personenauto's betreft; b. het totale grondoppervlak van bijgebouwen bedraagt per bouwperceel: 1. tot en met 700 m² maximaal 70 m², waarbij het bepaalde in 18.2.1 onder g van overeenkomstige toepassing is; 2. groter dan 700 m², maximaal 10 % van de totale oppervlakte van het bouwperceel, met een maximum van 200 m² per bouwperceel, waarbij het bepaalde in 18.2.1 onder g van overeenkomstige toepassing is; c. in afwijking van het bepaalde onder b. mag het totale grondoppervlak van de bijgebouwen op de locatie Heide 62 na sloop van het bestaande bijgebouw/ oude bedrijfshal maximaal 100 m² bedragen; d. bijgebouwen mogen met een kap worden gerealiseerd met een goothoogte van maximaal 2,70 m en een bouwhoogte van maximaal 5,00 m of met een plat dak waarbij de bouwhoogte maximaal 3,00 m mag bedragen. Indien de bijgebouwen aansluitend aan de woning worden gerealiseerd, mag de goothoogte niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag; e. in afwijking van het bepaalde onder sub. b en c. geldt ter plaatse van de aanduiding 'woonwagenstandplaats' dat: 1. per standplaats maximaal 1 bijgebouw is toegestaan met een maximale oppervlakte van 25 m²; 2. de goot- en bouwhoogte maximaal 3,00 m mogen bedragen. 18.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel maximaal 1,00 m mag bedragen; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen; c. in uitzondering op het bepaalde onder a. mag bij hoekpercelen voor de voorgevellijn de hoogte van "Kern Swalmen" (vastgesteld)
45
Kern Swalmen de erfafscheiding aan een wegzijde ten hoogste 2,00 m bedragen, mits deze tenminste 1,00 m achter de perceelsgrens wordt geplaatst.
18.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 18.2.3 voor het bij hoekpercelen op de perceelsgrens plaatsen van de daar bedoelde erfafscheiding onder de voorwaarden dat de erfafscheiding: a. het vrije uitzicht van het wegverkeer niet mag belemmeren en voor het wegverkeer ook niet op andere wijze hinder of gevaar mag opleveren, en/of b. geen fundamentele inbreuk op de groene danwel open structuur mag plegen.
18.4
Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik van (vrijstaande) bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.
18.5
Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder a. 18.1 voor de uitoefening van bedrijven, vallende onder kleine economie, met dien verstande dat: 1. de woonfunctie als hoofdfunctie behouden blijft; 2. er geen onevenredige hinder mag worden toegebracht aan de kwaliteit van het woonmilieu; 3. door de uitoefening van de activiteit het uiterlijk aanzien van de woning niet zodanig mag veranderen, dat de woning het karakter van een woning geheel of gedeeltelijk verliest, dit houdt onder meer in dat er geen grote reclame-uitingen aan of bij de woning geplaatst mogen worden; 4. de totale oppervlakte van de activiteit mag niet meer bedragen dan 25 m². Het te gebruiken oppervlak dient op een tekening te worden aangegeven die bij het besluit wordt gevoegd; 5. er geen sprake is van een verkeersaantrekkende activiteit, die de woonomgeving onevenredig belast en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder extra parkeerplaatsen, noodzakelijk worden, tenzij op eigen terrein gezorgd kan worden voor voldoende parkeervoorzieningen of er in de omgeving voldoende beschikbare plaatsen zijn; 6. de uitvoerder van de activiteit ter plaatse dient te wonen; 7. detailhandel alleen als ondergeschikte activiteit is toegestaan en uitsluitend van goederen die verband houden met de activiteit waarvoor deze omgevingsvergunning wordt verleend; 8. activiteiten die op grond van het bepaalde in de Wet milieubeheer meldingsplichtig zijn of activiteiten die op grond van artikel 2.1 lid 1 onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunningplichtig zijn, in beginsel niet worden toegestaan, tenzij kan worden aangetoond dat geen overlast voor de omgeving op zal treden, waarbij maximaal bedrijven uit categorie 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten of daarmee qua aard en invloed op de woonomgeving vergelijkbare bedrijven worden toegestaan (bijlage 1). b. 18.1 sub q. voor oprichten van nieuwe speelvoorzieningen, mits is gebleken dat de bodem geschikt is voor dit beoogde gebruik; c. 18.4 voor het gebruik van een (vrijstaand) bijgebouw of gedeelte van het hoofdgebouw als afhankelijke woonruimte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 1. er is sprake van een objectieve indicatiestelling (bijvoorbeeld een doktersverklaring) waaruit de noodzaak van mantelzorg blijkt, met uitzondering van een familierelatie in de eerste lijn (ouder-kind-relatie); 2. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en omliggende (agrarische) bedrijven; 3. er moet sprake zijn van een ruimtelijke eenheid tussen hoofdgebouw en afhankelijke 46
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen woonruimte; 4. de vloeroppervlakte van de afhankelijke woonruimte bedraagt maximaal 70 m²; 5. de situering van de afhankelijke woonruimte dient, indien van toepassing, binnen het (agrarische) bouwvlak plaats te vinden. 6. de afhankelijke woonruimte mag niet worden gerealiseerd in een tijdelijke woonunit (bijvoorbeeld een stacaravan); 7. er mag geen tweede zelfstandige woning ontstaan; 8. per bouwperceel kan op enig moment slechts één omgevingsvergunning van kracht zijn voor het gebruik van een gebouw als afhankelijke woonruimte; 9. de betreffende omgevingsvergunning is persoonsgebonden en vervalt van rechtswege op het moment dat de behoefte aan mantelzorg komt te vervallen; 10. in zeer uitzonderlijke situaties kan van bovenstaande voorwaarden worden afgeweken.
18.6
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan, ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone-wijzigingsgebied' te wijzigen in die zin dat ter plaatse nieuwe woonbebouwing wordt gerealiseerd, met dien verstande dat: a. het gestelde in 18.2.1 sub c. t/m g. en 18.2.2 van overeenkomstige toepassing is; b. één nieuwe woning per wijzigingsgebied is toegestaan; c. de woning dient te passen in het omringende gebied, waarbij een goed woon- en leefklimaat van de nieuwe woning gegarandeerd dient te zijn en aanwezige bedrijven en/ of andere inrichtingen niet in hun bedrijfsmatig functioneren belemmerd mogen worden; d. de noodzakelijke onderzoeksaspecten in acht worden genomen, dat wil zeggen dat: 1. uit een ingesteld bodemonderzoek dient te blijken dat de bodem ter plaatse geschikt is voor het beoogde gebruik; 2. voldaan wordt aan de eisen uit de Wet geluidhinder; 3. geen belemmeringen aanwezig zijn in het kader van externe veiligheid; 4. een archeologisch onderzoek wordt uitgevoerd, tenzij: vaststaat dat geen archeologische relicten worden verstoord, of de geplande grondwerkzaamheden een gebied beslaan kleiner dan 2.500 m² en de werkzaamheden plaatsvinden minder dan 50 meter verwijderd van een eerdere vindplaats. 5. geen belemmeringen optreden voor eventueel aanwezige beschermde flora- en faunasoorten op en rondom het perceel; 6. hemelwater afkomstig van schoon oppervlak, voor zover mogelijk, wordt afgekoppeld en geïnfiltreerd in de bodem; 7. er wordt voldaan aan de parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3 van deze regels, waarbij parkeren op eigen erf uitgangspunt is; 8. de verkeersveiligheid niet onevenredig wordt belemmerd; 9. de belangen van derden niet onevenredig worden beschadigd.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
47
Kern Swalmen
Artikel 19 19.1
Leiding - Gas
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen(en), mede bestemd voor een gasleiding, met bijbehorende belemmeringenstrook. Waar een basisbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming. De bepalingen van de basisbestemming zijn alsdan uitsluitend van toepassing voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
19.2
Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
19.2.1 Gebouwen Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
19.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van deze bestemming, geldt dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 2,50 meter mag bedragen.
19.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 19.2.1 ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse op de verbeelding aan deze gronden gegeven andere bestemmingen, mits: a. de veiligheid van de leiding niet wordt geschaad; b. geen kwetsbaar object als bedoeld in artikel 1 eerste lid van het Besluit externe veiligheid inrichtingen wordt toegelaten; c. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de betreffende leidingbeheerder.
19.4
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
19.4.1 Verbod Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Leiding - Gas' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het aanbrengen van hoogopgaande en/ of diepwortelende beplanting, waaronder bijvoorbeeld rietbeplanting; b. het vellen of rooien van houtgewas; c. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging; d. het verrichten van grondroeractiviteiten (b.v. het aanbrengen van rioleringen, kabels, leidingen en drainage) anders dan normaal spit- en ploegwerk; 48
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen e. het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indringen van voorwerpen in de bodem; f. diepploegen; g. het aanbrengen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen; h. het permanent opslaan van goederen waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen; i. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen; j. het plaatsen van onroerende objecten, zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair.
19.4.2 Uitzonderingen Het verbod als bedoeld in 19.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die: a. b. c. d.
worden uitgevoerd ten dienste van de in 19.1 bedoelde leiding; betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer; reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan; mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.
19.4.3 Toelaatbaarheid De werken of werkzaamheden als bedoeld in 19.4.2 zijn slechts toelaatbaar, mits: a. de veiligheid van de leiding niet wordt geschaad; b. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
49
Kern Swalmen
Artikel 20 20.1
Leiding - Riool
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen(en), mede bestemd voor een rioolwatertransportleiding, met bijbehorende beschermingszone. Waar een basisbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming. De bepalingen van de basisbestemming zijn alsdan uitsluitend van toepassing voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
20.2
Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
20.2.1 Gebouwen Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. 20.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van deze bestemming, geldt dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 2,50 meter mag bedragen.
20.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 20.2.1 ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse op de verbeelding aan deze gronden gegeven andere bestemmingen, mits: a. geen onevenredige aantasting van de onder 20.1 genoemde leiding met bijbehorende beschermingszone plaatsvindt; b. door de bouw en situering van het bouwwerk geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de onder 20.1 genoemde leiding.
20.4
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
20.4.1 Verbod Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Leiding - Riool' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het aanbrengen van hoogopgaande en/ of diepwortelende beplanting, waaronder bijvoorbeeld rietbeplanting; b. het vellen of rooien van houtgewas; c. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging; d. het verrichten van grondroeractiviteiten (b.v. het aanbrengen van rioleringen, kabels, leidingen en drainage) anders dan normaal spit- en ploegwerk; e. het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indringen van voorwerpen in de bodem; f. diepploegen; 50
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen g. het aanbrengen, verbreden en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen; h. het permanent opslaan van goederen waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen; i. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen; j. het plaatsen van onroerende objecten zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair. 20.4.2 Uitzonderingen Het verbod als bedoeld in 20.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die: a. b. c. d.
worden uitgevoerd ten dienst van de in 20.1 bedoelde leidingen; betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer; reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.
20.4.3 Toelaatbaarheid De werken of werkzaamheden als bedoeld in 20.4.2 zijn slechts toelaatbaar, mits: a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de leiding; b. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
51
Kern Swalmen
Artikel 21 21.1
Waarde - Archeologie
Bestemmingsomschrijving
a. De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische waarden; b. Waar een basisbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming. De bepalingen van de basisbestemming zijn alsdan uitsluitend van toepassing voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
21.2
Bouwregels
Op de voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden mag geen bebouwing worden opgericht, met uitzondering van: a. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering; b. bebouwing waarvoor de grondwerkzaamheden niet dieper dan 40 cm reiken; c. bebouwing waarvoor de grondwerkzaamheden een oppervlak beslaan van minder dan 100 m².
21.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 21.2 voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, indien: a. bebouwing plaatsvindt ter plaatse van een evident eerder verstoorde bodem, of; b. op basis van een archeologisch vooronderzoek blijkt dat geen verstoring plaatsvindt van archeologische waarden of mogelijke verstoring van archeologische waarden kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem of het verrichten van archeologisch vervolgonderzoek, of; c. de voorgenomen werkzaamheden plaatsvinden binnen de bebouwde kom, op een terrein dat kleiner is dan 1.000 m² en het terrein niet is gelegen binnen 50 meter van een beschermd archeologisch monument, of; d. de voorgenomen werkzaamheden plaatsvinden buiten de bebouwde kom, op een terrein dat kleiner is dan 2.500 m² en het terrein niet is gelegen binnen 50 meter van een beschermd archeologisch monument.
21.4
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
21.4.1 Aanlegverbod Het is verboden op of in gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het uitvoeren van grondbewerkingen, waaronder ontgronden, afgraven, diepploegen en het aanbrengen van leidingen, op een grotere diepte dan 40 centimeter, behalve indien deze in het kader van onderzoek naar mogelijke archeologische vindplaatsen worden uitgevoerd; b. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en bomen; c. het verlagen of het verhogen van het waterpeil; d. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op een andere wijze voorwerpen in de grond drijven. 52
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
21.4.2 Uitzondering Het onder 21.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke: a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer; b. op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een reeds verleende vergunning mogen worden uitgevoerd.
21.4.3 Voorwaarden voor verlening De werken of werkzaamheden als bedoeld onder 21.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien: a. de werken of werkzaamheden plaatsvinden in een evident eerder verstoorde bodem, of; b. op basis van een archeologisch vooronderzoek blijkt dat geen verstoring plaatsvindt van archeologische waarden of mogelijke verstoring van archeologische waarden kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem of het verrichten van archeologisch vervolgonderzoek.
21.5
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat deze bestemming (deels) komt te vervallen, indien als gevolg van archeologisch onderzoek blijkt dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig zijn.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
53
Kern Swalmen
Artikel 22 22.1
Waarde - Archeologie historische kern
Bestemmingsomschrijving
a. De voor 'Waarde - Archeologie historische kern' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische waarden; b. Waar een basisbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming. De bepalingen van de basisbestemming zijn alsdan uitsluitend van toepassing voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
22.2
Bouwregels
Op de voor 'Waarde - Archeologie historische kern' aangewezen gronden mag geen bebouwing worden opgericht, met uitzondering van: a. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering; b. bebouwing waarvoor de grondwerkzaamheden niet dieper dan 40 cm reiken; c. bebouwing waarvoor de grondwerkzaamheden een oppervlak beslaan van minder dan 100 m².
22.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 22.2 voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, indien: a. bebouwing plaatsvindt ter plaatse van een evident eerder verstoorde bodem, of; b. op basis van een archeologisch vooronderzoek blijkt dat geen verstoring plaatsvindt van archeologische waarden of mogelijke verstoring van archeologische waarden kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem of het verrichten van archeologisch vervolgonderzoek.
22.4
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden
22.4.1 Aanlegverbod Het is verboden op of in gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie historische kern' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het uitvoeren van grondbewerkingen, waaronder ontgronden, afgraven, diepploegen en het aanbrengen van leidingen op een grotere diepte dan 40 centimeter, behalve indien deze in het kader van onderzoek naar mogelijke archeologische vindplaatsen worden uitgevoerd; b. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en bomen; c. het verlagen of het verhogen van het waterpeil; d. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op een andere wijze voorwerpen in de grond drijven. 22.4.2 Uitzondering Het onder 22.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke: a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer; 54
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen b. op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een reeds verleende vergunning mogen worden uitgevoerd.
22.4.3 Voorwaarden voor verlening De werken of werkzaamheden als bedoeld onder 22.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien: a. de werken of werkzaamheden plaatsvinden in een evident eerder verstoorde bodem, of; b. op basis van een archeologisch vooronderzoek blijkt dat geen verstoring plaatsvindt van archeologische waarden of mogelijke verstoring van archeologische waarden kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem of het verrichten van archeologisch vervolgonderzoek.
22.5
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat deze bestemming (deels) komt te vervallen, indien als gevolg van nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig zijn.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
55
Kern Swalmen
Artikel 23 23.1
Waterstaat - Beschermingszone
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waterstaat - Beschermingszone' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor: a. b. c. d. e.
het beheer en onderhoud van de binnen het plangebied gelegen watergang; de bescherming, het beheer en onderhoud van de binnen het plangebied gelegen waterkering; de bescherming van de ecologische waarden van de watergang; waterbergingsgebieden; groenvoorzieningen.
Waar een basisbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming. De bepalingen van de basisbestemming zijn alsdan uitsluitend van toepassing voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
23.2
Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
23.2.1 Gebouwen Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
23.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van deze bestemming, geldt dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 2,50 meter mag bedragen.
23.3
Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan, gehoord het Waterschap, door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 23.2.1 ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse op de verbeelding aan deze gronden gegeven andere bestemmingen, mits: a. door de bouw of de situering van het bouwwerk geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de waterhuishoudkundige functie en/ of de waterkering; b. geen onevenredige schade aan de specifieke ecologische waarden wordt of kan worden toegebracht.
56
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Hoofdstuk 3 Artikel 24
Algemene regels
Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
57
Kern Swalmen
Artikel 25 25.1
Algemene bouwregels
Algemene bepaling over bestaande afstanden en andere maten
a. Indien afstanden tot, en bouwhoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het bestemmingsplan meer bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als maximaal toelaatbaar worden aangehouden. b. In die gevallen dat afstanden tot, en bouwhoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken, die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het bestemmingsplan minder bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als minimaal toelaatbaar worden aangehouden. c. In het geval van (her)oprichting van gebouwen is het bepaalde in a. en b. uitsluitend van toepassing indien het geschiedt op dezelfde plaats. 25.2
Bepaling met betrekking tot het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein
25.2.1 Aantal parkeerplaatsen Bij het oprichten van gebouwen, het splitsen van woningen of het veranderen van gebruik dient de inrichting van elk perceel zodanig te zijn dat voldoende ruimte aanwezig is om zowel het parkeren als het eventueel laden en lossen op eigen terrein te kunnen afwikkelen. Op eigen terrein dient voorzien te zijn in voldoende parkeeraccommodatie, inclusief parkeergelegenheid voor werknemers en bezoekers, conform de parkeernormen zoals opgenomen in bijlage 3. Voor de toepassing dienen de normen uit de kolom 'rest bebouwde kom' gebruikt te worden.
25.2.2 Omgevingsvergunning voor het afwijken van het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 25.2.1 voor wat betreft de situering op eigen terrein indien anderszins in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien.
58
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 26 26.1
Algemene gebruiksregels
Strijdig gebruik
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor: a. seks- en horeca-inrichtingen, tenzij deze specifiek zijn toegestaan in de bestemmingsomschrijving of via een afwijking door middel van een omgevingsvergunning; b. bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) alsmede propaantanks met een inhoud kleiner dan 13 m³ waarvan de veiligheidsafstanden zoals aangegeven in artikel 3.28 van het Activiteitenbesluit buiten de bouwperceelsgrens liggen.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
59
Kern Swalmen
Artikel 27 27.1
Algemene aanduidingsregels
Geluidszone - industrie
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone-industrielawaai' is het bouwen van nieuwe gebouwen met een geluidsgevoelige bestemming of het in gebruik nemen van een nieuwe geluidsgevoelige functie overeenkomstig de Wet geluidhinder, een en ander zoals in overeenstemming met het bepaalde in hoofdstuk 2 van dit plan, uitsluitend toegestaan, indien is gebleken dat de geluidsbelasting vanwege het industrielawaai op de gevels van de gebouwen met deze geluidsgevoelige bestemming of waarin de nieuwe geluidsgevoelige functie wordt uitgeoefend, niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.
27.2
Vrijwaringszone-tunnel
In afwijking van het bepaalde in de bestemmingen zoals opgenomen in hoofdstuk 2 van deze regels, mogen ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone-tunnel' geen bouwwerken worden gebouwd, zulks met uitzondering van bouwwerken, welke samenhangen met de tunnel.
27.2.1 Afwijken door middel van een omgevingsvergunning Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 27.2 voor het bouwen van bouwwerken welke zijn toegelaten krachtens de aan de desbetreffende gronden gegeven bestemming indien het bouwen boven dan wel onder maaiveld of de aanwezigheid van het bouwwerk ter plaatse niet een zodanige belasting van de bodem oplevert dat er een onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan voor de constructie of stabiliteit van de tunnel.
27.2.2 Voorwaarde afwijken door middel van een omgevingsvergunning Burgemeester en wethouders verlenen geen omgevingsvergunning dan nadat de beheerder van de tunnel is gehoord.
27.2.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, of werkzaamheden a
Verbod
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone-tunnel' de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, niet zijnde normale onderhoudswerkzaamheden, te verrichten: 1. 2. 3. 4. b
het ophogen, egaliseren, verlagen of afgraven van de bodem; het aanbrengen van diepgewortelde beplantingen; het verrichten van graafwerkzaamheden; het heien of het in de grond brengen van andere voorwerpen. Uitzonderingen
Het bepaalde in a. is niet van toepassing voor: 1. werken of werkzaamheden binnen het kader van de normale bodemexploitatie en- gebruik; 2. werken of werkzaamheden tot een diepte van 1,00 m onder maaiveld; 3. werken of werkzaamheden welke op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan in uitvoering zijn danwel waarvoor op voornoemd tijdstip vergunning is verleend. c Toelaatbaarheid 1. De werken of werkzaamheden als bedoeld in a. mogen door burgemeester en wethouders slechts 60
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen worden toegestaan, indien uitvoering ervan geen onevenredige schade of ander onevenredig nadeel toebrengt of kan toebrengen aan de constructie of stabiliteit van de tunnel; 2. Burgemeester en wethouders verlenen geen omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden dan nadat de beheerder van de tunnel is gehoord.
27.3
Vrijwaringszone-weg
27.3.1 Bouwregels a. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone-weg 1' mag geen bebouwing worden opgericht, anders dan met de A73 verband houdende bouwwerken, zoals geluidwerende en ecologische voorzieningen; b. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone-weg 2' mag geen bebouwing worden opgericht, anders dan met de A73 verband houdende bouwwerken, zoals geluidwerende en ecologische voorzieningen. 27.3.2 Omgevingsvergunning voor het afwijken van de bouwregels Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 27.3.1 b, voor de bouw van bouwwerken welke zijn toegelaten krachtens de aan de desbetreffende gronden gegeven bestemming mits geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de belangen van het wegverkeer, nadat de wegbeheerder terzake is gehoord.
27.3.3 Bestaande bebouwing De in 27.3.2 bedoelde omgevingsvergunning wordt geacht te zijn verleend ten aanzien van bouwwerken, of een complex van bouwwerken die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan, dan wel mogen worden opgericht krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde omgevingsvergunning voor het bouwen.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
61
Kern Swalmen
Artikel 28 28.1
Algemene afwijkingsregels
Afwijkingen
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken:
28.1.1 Algemene afwijking 15% Van de desbetreffende bepalingen van het plan voor het met 15% afwijken van de toegelaten maximum maten ten aanzien van enige maatvoering.
28.1.2 Afwijkingen c.q. overschrijdingen bestemmingsgrenzen Voor geringe afwijkingen c.q. overschrijdingen van de op de verbeelding aangegeven bestemmingsgrenzen welke noodzakelijk zijn in verband met de werkelijke toestand van het terrein.
28.1.3 Zend-, ontvangst- en/of sirenemasten Voor het oprichten van zend-, ontvangst- en/of sirenemasten voor zover deze van geringe horizontale afmetingen zijn en mits de hoogte, gemeten vanaf het peil tot het hoogste punt van het bouwwerk, niet meer bedraagt dan 15,00 m voor privé-gebruik en niet meer dan 40,00 m voor gemeenschappelijk gebruik.
28.1.4 Waterretentiebekkens Voor het oprichten van waterretentiebekkens, met dien verstande dat: a. de inhoud niet meer bedraagt dan 4.000 m³; b. ingeval van ondergrondse bekkens: 1. de bovenzijde van de bekkens minimaal 0,50 m onder het aangrenzende maaiveld blijft; 2. de putdeksels op maaiveldniveau gelegen zijn. 28.1.5 Evenementen Voor evenementen, voorzover: a. de in de bestemmingsomschrijving beschreven gebiedswaarden niet onevenredig worden aangetast; b. er geen mogelijkheid aanwezig is om het evenement te houden op het binnen de gemeente aangewezen evenemententerrein of het terrein niet geschikt is voor dit specifieke evenement. 28.2
Voorwaarden afwijkingsregels
a. Het bevoegd gezag kan bij de verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van de situering van de onder 28.1.3 en 28.1.4 bedoelde bouwwerken en voorzieningen ten einde een ruimtelijk verantwoorde plaatsing ten opzichte van de omgeving te waarborgen. b. De in 28.1 genoemde afwijkingen door middel van een omgevingsvergunning mogen slechts worden verleend indien hierdoor de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en/of bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.
62
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Artikel 29
Algemene wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in het plan opgenomen bestemmingen te wijzigen ten behoeve van: a. het wijzigen van de voorgeschreven maatvoering voor bouwwerken met ten hoogste 25%, indien in verband met een ingekomen bouwaanvraag deze wijziging nodig is; b. een enigszins andere situering en/of begrenzing van de bestemmingsgrenzen, indien bij de uitvoering van het plan mocht blijken dat verschuivingen in verband met de uitvoering van een bouwplan waarvan realisering wenselijk of noodzakelijk wordt geacht, nodig zijn, mits de oppervlakte van een bestemmingsvlak met niet meer dan 25% wordt gewijzigd; c. het wijzigen van de lijst van bedrijfsactiviteiten, indien technologische ontwikkelingen of vernieuwde inzichten hiertoe aanleiding geven; d. het aanpassen van opgenomen bepalingen in de voorafgaande artikelen, waarbij verwezen wordt naar bepalingen in wettelijke regelingen, indien deze wettelijke regelingen na het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan worden gewijzigd.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
63
Kern Swalmen
Artikel 30 30.1
Algemene procedureregels
Nadere eisen
Bij het stellen van nadere eisen als bedoeld in deze regels gelden de volgende procedureregels: a. het ontwerpbesluit ligt gedurende tenminste twee weken voor een ieder ter inzage ter gemeentesecretarie; b. burgemeester en wethouders maken de terinzagelegging van het ontwerpbesluit tevoren bekend in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen, die in de gemeente worden verspreid en voorts op de gebruikelijke wijze; c. de bekendmaking houdt in de bevoegdheid van belanghebbenden tot het naar keuze schriftelijk of mondeling indienen van zienswijzen bij burgemeester en wethouders tegen het ontwerpbesluit gedurende de onder a. genoemde termijn; d. burgemeester en wethouders delen aan hen die hun zienswijzen hebben ingediend de beslissing daaromtrent mede.
64
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Hoofdstuk 4 Artikel 31 31.1
Overgangs- en slotregels
Overgangsrecht
Overgangsrecht bouwwerken
1. Een bouwwerk, dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot: a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. 2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van het bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. 31.2
Overgangsrecht gebruik
1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
65
Kern Swalmen
Artikel 32
Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Kern Swalmen'.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van ………………………
De voorzitter, ……….
66
De griffier, ………
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Bijlagen
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
67
Kern Swalmen
68
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Kern Swalmen
Bijlage 1 Lijst van bedrijfsactiviteiten categorie 1 en 2
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
69
Kern Swalmen
70
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
AFSTANDEN IN METERS
nummers
SBI-CODE
VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN Zuivelprodukten fabrieken: - consumptie-ijsfabrieken: p.o. <= 200 m² Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: - v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m²
10, 11 1051 1052 1071 1071
0 2 0 1
10821
0
10821
3
10821 1102 t/m 1104
6 - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. <= 200 m² Vervaardiging van wijn, cider e.d.
14 141 19
-
juni 2009
LIJST 1 - ACTIVITEITEN
VERVAARDIGING VAN KLEDING; BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer)
INDICES
GEUR STOF GELUID
10
0
30
10
30
30
GEVAAR
GROOTSTE AFSTAND CATEGORIE
VERKEER
VISUEEL BODEM LUCHT
0
30
2
1 G
1
30 C
10
30
2
1 G
1
10
30
10
30
2
1 G
1
30 10
10 0
30 30 C
10 0
30 30
2 2
1 G 1 G
1 1
10
10
30
10
30
2
2 G
2
16 16102 162902
HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN - HOUT, RIET, KURK E.D. 0 Houtconserveringsbedrijven: Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken
10
10
30
0
30
2
1 G
1
58 581 18129 1814 1814 1813 1814 182
UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUKTIE VAN OPGENOMEN MEDIA Uitgeverijen (kantoren) Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen A Grafische afwerking B Binderijen Grafische reproduktie en zetten Overige grafische aktiviteiten Reproduktiebedrijven opgenomen media
0 10 0 30 30 30 0
0 0 0 0 0 0 0
10 30 10 30 10 30 10
0 0 0 0 10 10 0
10 30 10 30 30 30 10
1 2 1 2 2 2 1
1 1 1 2 2 2 1
P P G G G G G
1 1 1 1 1 1 1
23 232, 234 232, 234
VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, - KALK- EN GIPSPRODUKTEN 0 Aardewerkfabrieken: 1 - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW
10
10
30
10
30
2
1 G
1
26, 28, 33 26, 28, 33
VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN - COMPUTERS A Kantoormachines- en computerfabrieken incl. reparatie
30
10
30
10
30
2
1 G
1
30
10
30
10
30
2
1 G
1
26, 27, 33 293
-
-
VERVAARDIGING VAN OVER. ELEKTR. MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDH. Elektrotechnische industrie n.e.g.
D
B
B B
L
-
Tabel 1_cat.2
1
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
AFSTANDEN IN METERS
nummers
SBI-CODE
-
juni 2009
LIJST 1 - ACTIVITEITEN
INDICES
GEUR STOF GELUID
GEVAAR
GROOTSTE AFSTAND CATEGORIE
VERKEER
VISUEEL BODEM LUCHT
26, 32, 33
VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE - APPARATEN EN INSTRUMENTEN Fabrieken voor medische en optische apparaten en A instrumenten e.d. incl. reparatie
30
0
30
0
30
2
1 G
1
31 9524 321 322 32991
VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE - GOEDEREN N.E.G. 2 Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 Fabricage van munten, sieraden e.d. Muziekinstrumentenfabrieken Sociale werkvoorziening
0 30 30 0
10 10 10 30
10 10 30 30
0 10 10 0
10 30 30 30
2 2 2
1 1 2 1
P G G P
1 1 2 1
35
-
35 35 35 35
C0 C1 D0 D3
0
0
30 C
10
30
2
1 P
1
0
0
10 C
10
10
1 P
1
0
0
30 C
10
30
2
1 P
1
10
0
30 C
10
30
2
1 P
1
WINNING EN DITRIBUTIE VAN WATER Waterdistributiebedrijven met pompvermogen: - < 1 MW
0
0
30 C
10
30
2
1 P
1
26, 32, 33
PRODUKTIE EN DISTRIB. VAN STROOM, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER
35 35 35
Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: - < 10 MVA Gasdistributiebedrijven: - gas: reduceer-, compressor-, meet- en regelinst. Cat. A - gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), cat. B D4 en C E0 Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt: E2 - blokverwarming
36 36 36 41, 42, 43 41, 42, 43 41, 42, 43
B0 B1 3
BOUWNIJVERHEID - aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m²
0
10
30
10
30
2
1 G
1
45, 47 45204 45205
HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; - BENZINESERVICESTATIONS B Autobeklederijen Autowasserijen
0 10
0 0
10 30
10 0
10 30
1 2
1 G 3 P
1 1
46 461 4622 4634 4635 4636 4637 4638, 4639 464, 46733 46499
GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING Handelsbemiddeling (kantoren) Grth in bloemen en planten Grth in dranken Grth in tabaksprodukten Grth in suiker, chocolade en suikerwerk Grth in koffie, thee, cacao en specerijen Grth in overige voedings- en genotmiddelen Grth in overige consumentenartikelen 0 Grth in vuurwerk en munitie:
0 10 0 10 10 30 10 10
0 10 0 0 10 10 10 10
10 30 30 30 30 30 30 30
0 0 0 0 0 0 10 10
10 30 30 30 30 30 30 30
1 2 2 2 2 2 2 2
1 2 2 2 2 2 2 2
1 1 1 1 1 1 1 1
Tabel 1_cat.2
B
B
B
-
P G G G G G G G
2
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
46499 46499 4673 4673 46735 46735 4674 4674 46752 4676 466 466, 469
AFSTANDEN IN METERS
nummers
SBI-CODE
juni 2009
LIJST 1 - ACTIVITEITEN
- consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton - munitie Grth in hout en bouwmaterialen: - algemeen: b.o. <= 2000 m² zand en grind: - algemeen: b.o. <= 200 m² Grth in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur: - algemeen: b.o. < = 2.000 m² Grth in kunstmeststoffen Grth in overige intermediaire goederen 0 Grth in machines en apparaten: Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d.
1 5 0 2 4 6 0 2
LOGIES-, MAALTIJDEN- EN DRANKENVERSTREKKING Cateringbedrijven
INDICES
GEUR STOF GELUID 10 0 30 0 0 30
GEVAAR 10 V 30
GROOTSTE AFSTAND CATEGORIE 30 2 30 2
VERKEER 2 G 2 G
VISUEEL BODEM LUCHT 1 1
0
10
30
10
30
2
1 G
1
0
10
30
0
30
2
1 G
1
0 30 10
0 30 10
30 30 30
30 30 30
2 2 2
1 G 1 G 2 G
1 1 2
0
0
30
0
30
2
2 G
1
10
0
30 C
10
30
2
1 G/P
1
0 0
0 0
30 C 30 C
0 10
30 30
2 2
2 P 1 P
1 1
0
10
1
2 P
1
2 3 2 1 1
G P P P P
1 1 1 1 1
2 P 1 P
1 1
0 30 R 10
55 562
-
49 493 495
-
50, 51 50, 51
- VERVOER OVER WATER / DOOR DE LUCHT A Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren)
0
0
10
52 52109 5221 5222 791 5229
- DIENSTVERLENING T.B.V. HET VERVOER B Opslaggebouwen (verhuur opslagruimte) 1 Autoparkeerterreinen, parkeergarages Overige dienstverlening t.b.v. vervoer (kantoren) Reisorganisaties Expediteurs, cargadoors (kantoren)
0 10 0 0 0
0 0 0 0 0
30 C 30 C 10 10 10
10 0 0 0 0
30 30 10 10 10
2 2 1 1 1
53 531, 532 61 61 61
POST EN TELECOMMUNICATIE Post- en koeriersdiensten A Telecommunicatiebedrijven B0 zendinstallaties: B2 - FM en TV
0 0
0 0
30 C 10 C
0 0
30 10
2 1
0
0
0 C
10
10
1 P
2
61
B3 - GSM en UMTS-steunzenders (indien bouwvergunningplichtig)
0
0
0 C
10
10
1 P
2
64, 65, 66 64, 65, 66
- FINANCIELE INSTELLINGEN EN VERZEKERINGSWEZEN A Banken, verzekeringsbedrijven, beurzen
0
0
10 C
0
10
1
1 P
1
41, 68 41, 68
- VERHUUR VAN EN HANDEL IN ONROEREND GOED A Verhuur van en handel in onroerend goed
0
0
10
0
10
1
1 P
1
Tabel 1_cat.2
VERVOER OVER LAND Taxibedrijven Pomp- en compressorstations van pijpleidingen
D
D
B
L
-
3
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
AFSTANDEN IN METERS
nummers
SBI-CODE
VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN Personenautoverhuurbedrijven Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g.
77 7711 772
-
62 62 58, 63
- COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE A Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. B Datacentra
72 721 722
-
SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek
63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 74203 82992
A Overige zakelijke dienstverlening: kantoren Foto- en filmontwikkelcentrales Veilingen voor huisraad, kunst e.d.
84 84
OPENBAAR BESTUUR, OVERHEIDSDIENSTEN, SOCIALE - VERZEKERINGEN A Openbaar bestuur (kantoren e.d.)
37, 38, 39
-
3700 3700 382 382 94 941, 942 96 96012 96013 96013 9602 9603 9603 96031 9313, 9604 9609
Tabel 1_cat.2
-
A B 0 1 2 B
INDICES
GEUR STOF GELUID
10 10
0 10
0 0
0 0
30 0
10 0
0 10 0
30 30
10 30 C
GEVAAR
GROOTSTE AFSTAND CATEGORIE
10 10
30 30
2 2
0 0
10 30
VERKEER
VISUEEL BODEM LUCHT
2 P 2 G
1 2
1
1 P 1 P
1 1
1 P 1 P
1 1
2 P 2 G 2 P
1 1 1
2 P
1
1 P
1
30 10
30 R 0
30 10
2 1
0 0 0
10 30 C 10
0 10 0
10 30 10
1 2 1
0
0
10
0
10
1
30
0
10 C
0
30
10
10
30
0
0
10
30 0 0 0
0 0 0 0
30 30 10 10
0 0 10 0
0 0 0 0
10 10 30 C 10 C
D
OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING
MILIEUDIENSTVERLENING RWZI's en gierverwerkingsinricht., met afdekking voorbezinktanks: rioolgemalen Afvalverwerkingsbedrijven: - verwerking fotochemisch en galvano-afval
A0 B A0 A7 - DIVERSE ORGANISATIES Bedrijfs- en werknemersorganisaties (kantoren) -
juni 2009
LIJST 1 - ACTIVITEITEN
OVERIGE DIENSTVERLENING Chemische wasserijen en ververijen Wasverzendinrichtingen Wasserettes, wassalons Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten Begrafenisondernemingen: - uitvaartcentra - begraafplaatsen Fitnesscentra, badhuizen en sauna-baden Persoonlijke dienstverlening n.e.g.
30 R
0
30 R 0 0 0 0 0 0 0
D
30
2
1 G
1
10
1
1 P
1
30 30 10 10
2 2 1 1
2 1 1 1
G G P P
1 1 1 1
10 10 30 10
1 1 2 1
2 2 1 1
P P P P
1 1 1 1
D
B
B
L
B
L
4
Kern Swalmen
Bijlage 2 Lijst van bedrijfsactiviteiten categorie 2, 3.1 en 3.2
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
75
Kern Swalmen
76
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
-
nummer
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID
01 101, 102 101, 102
0 1
VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN Slachterijen en overige vleesverwerking: - slachterijen en pluimveeslachterijen
101
5
101
GEVAAR
100
0
100 C
- vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 1000 m²
50
0
50 C
30
6
- vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 200 m²
30
0
50
101, 102
7
50
0
108 102 102 102 1031 1031 1032, 1039 1032, 1039 1032, 1039 1032, 1039 1051 1051 1052 1052
8 0 5 6 0 2 0 1 2 3 0 3 1 2
- loonslachterijen - vervaardiging van snacks en vervaardiging van kant-en-klaarmaaltijden met p.o. < 2.000 m² Visverwerkingsbedrijven: - verwerken anderszins: p.o. <= 1000 m² - verwerken anderszins: p.o. <= 300 m² Aardappelprodukten fabrieken: - vervaardiging van snacks met p.o. < 2.000 m² Groente- en fruitconservenfabrieken: - jam - groente algemeen - met koolsoorten Zuivelprodukten fabrieken: - melkprodukten fabrieken v.c. < 55.000 t/j Consumptie-ijsfabrieken: p.o. > 200 m² - consumptie-ijsfabrieken: p.o. <= 200 m²
50
1071 1071 1072
1 2
10821
0
10821
2
10821
3
10821 1073 1083 1083 1102 t/m 1104 1107
5
13 131 132
Tabel 1_3-2
0 2
0
- v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens - v.c. >= 7500 kg meel/week Banket, biscuit- en koekfabrieken Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. < 2.000 m² - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m² - Suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. > 200 m² Deegwarenfabrieken Koffiebranderijen en theepakkerijen: - theepakkerijen Vervaardiging van wijn, cider e.d. Mineraalwater- en frisdrankfabrieken VERVAARDIGING VAN TEXTIEL Bewerken en spinnen van textielvezels Weven van textiel:
GROOTST E AFSTAND
50 R G
CATEGORIE VERKEER
CAT
100
3.2
G
50
10
G
50
10
0
50
100 50
10 10
50
10
50 50 100
10 10 10
100 C 100 C 100 C
10 10 10
50 50 10
0 0 0
30 100 100
10 30 10
100
30
30
3.2
2 G
1
3.1
3.1
1 G
1
50
3.1
3.1
1 G
1
G
50
3.1
3.1
1 G
1
10
G
50
3.1
3.1
2 G
1
50 30
30 10
G G
100 50
3.2 3.1
3.2 3.1
1 G 1 G
1 1
50
50 R G
50
3.1
3.1
1 G
1
G G G
100 100 100
3.2 3.2 3.2
3.2 3.2 3.2
1 G 2 G 2 G
1 2 2
100 C 100 C 30
50 R G 50 R G 0 G
100 100 30
3.2 3.2 2
3.2 3.2 2
2 G 2 G 1 G
1 2 1
30 C 100 C 100 C
10 30 30
G G G
30 100 100
2 3.2 3.2
2 3.2 3.2
1 G 2 G 2 G
1 2 2
50
30
G
100
3.2
3.2
2 G
2
10
30
10
G
30
2
2
1 G
1
100 50
30 30
50 10
30 R G 10 G
100 50
3.2 3.1
3.2 3.1
2 G 2 G
2 2
100 10 10
10 0 0
30 30 C 100
10 G 0 G 50 R G
100 30 100
3.2 2 3.2
3.2 2 3.2
2 G 1 G 3 G
1 1 2
10
50
100
30
100
3.2
3.2
2 G
1
G
D
VISUEEL BODEM LUCHT
1
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
132 133 139
nummer - aantal weefgetouwen < 50 1 Textielveredelingsbedrijven Vervaardiging van textielwaren Vervaardiging van gebreide en gehaakte stoffen en artikelen
139, 143
14 141
-
141 142, 151
15 151 152
-
16 16101 16102 16102 1621
0 2
162
0
162 162902
1
17 1712 1712 172 17212 17212
0 1
58 581 1811 1812 18129 1814
Tabel 1_3-2
0 1
-
A
VERVAARDIGING VAN KLEDING; BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT Vervaardiging kleding van leer
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID 10 10 100 50 0 50 10 0 50
GEVAAR 0 10 10
G G G
GROOTST E AFSTAND 100 50 50
CATEGORIE VERKEER 3.2 2 G 3.1 2 G 3.1 1 G
CAT 3.2 3.1 3.1
VISUEEL BODEM LUCHT 1 2 B 1
0
10
50
10
G
50
3.1
3.1
1 G
2
30
0
50
0
G
50
3.1
3.1
1 G
1
Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer) Bereiden en verven van bont; vervaardiging van artikelen van bont
10
10
30
10
G
30
2
2
2 G
2
50
10
10
10
G
50
3.1
3.1
1 G
1
VERVAARDIGING VAN LEER EN LEDERWAREN (EXCL. KLEDING) Lederwarenfabrieken (excl. kleding en schoeisel) Schoenenfabrieken
50 50
10 10
30 50
10 10
G G
50 50
3.1 3.1
3.1 3.1
2 G 2 G
2 1
0
50
100
50 R G
100
3.2
3.2
2 G
2
10 100
30 30
50 100
10 10
G G
50 100
3.1 3.2
3.1 3.2
2 G 3 G
1 2
0
30
100
0
G
100
3.2
3.2
2 G
2
0 10
30 10
50 30
0 0
G G
50 30
3.1 2
3.1 2
1 G 1 G
1 1
50 30
30 30
50 C 100 C
30 R G 30 R G
50 100
3.1 3.2
3.1 3.2
1 G 2 G
2 2
30
30
100 C
30 R G
100
3.2
3.2
2 G
2
0 30 30 10 0
0 0 0 0 0
10 100 C 100 30 10
0 10 10 0 0
10 100 100 30 10
1 3.2 3.2 2 1
1 3.2 3.2 2 1
1 3 3 1 1
1 2 2 1 1
HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK E.D. Houtzagerijen Houtconserveringsbedrijven: - met zoutoplossingen Fineer- en plaatmaterialenfabrieken Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout, p.o. < 200 m2 Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken VERVAARDIGING VAN PAPIER, KARTON EN PAPIER- EN KARTONWAREN Papier- en kartonfabrieken: - p.c. < 3 t/u Papier- en kartonwarenfabrieken Golfkartonfabrieken: - p.c. < 3 t/u UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUKTIE VAN OPGENOMEN MEDIA Uitgeverijen (kantoren) Drukkerijen van dagbladen Drukkerijen (vlak- en rotatie-diepdrukkerijen) Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen Grafische afwerking
P G G P G
D
P G G P G
B
L
B B
B B B
L
2
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
1814 1813 1814 182
nummer Binderijen B Grafische reproduktie en zetten Overige grafische aktiviteiten Reproduktiebedrijven opgenomen media
19 19202
A
20 2120 2120 2120 2052 2052 205902 205903
0 1 2 0 1 A
22 221102 221102 2219 222
0 1
222
3
23 231 231 232, 234 232, 234 235202 23612 2362 2363, 2364 2363, 2364
0 1 1 2 0 1
2365, 2369 2365, 2369 237 237 237 2391 2399
Tabel 1_3-2
0
0 1 0 1 0 1 2 B0
AARDOLIE-/STEENKOOLVERWERK. IND.; BEWERKING SPLIJT-/KWEEKSTOFFEN Smeeroliën- en vettenfabrieken VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE PRODUKTEN Farmaceutische produktenfabrieken: - formulering en afvullen geneesmiddelen - verbandmiddelenfabrieken Lijm- en plakmiddelenfabrieken: - zonder dierlijke grondstoffen Fotochemische produktenfabrieken Chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken VERVAARDIGING VAN PRODUKTEN VAN RUBBER EN KUNSTSTOF Loopvlakvernieuwingsbedrijven: - vloeropp. < 100 m2 Rubber-artikelenfabrieken Kunststofverwerkende bedrijven: - productie van verpakkingsmateriaal en assemblage van kunststofbouwmaterialen VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUKTEN Glasfabrieken: - glas en glasprodukten, p.c. < 5.000 t/j - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW - vermogen elektrische ovens totaal >= 40 kW Gipsfabrieken: - p.c. < 100.000 t/j Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken Betonmortelcentrales: - p.c. < 100 t/u Vervaardiging van produkten van beton, (vezel)cement en gips: - p.c. < 100 t/d Natuursteenbewerkingsbedrijven: - zonder breken, zeven en drogen: p.o. > 2.000 m² - zonder breken, zeven en drogen: p.o. <= 2.000 m² Slijp- en polijstmiddelen fabrieken Isolatiematerialenfabrieken (excl. glaswol):
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID 30 0 30 30 0 10 30 0 30 0 0 10
GEVAAR 0 10 10 0
G G G G
GROOTST E AFSTAND 30 30 30 10
CAT 2 2 2 D 1
CATEGORIE VERKEER 2 2 G 2 2 G 2 2 G 1 1 G
VISUEEL BODEM LUCHT 1 1 B 1 B 1
50
0
100
30 R G
100
3.2
3.2
2 G
2
B
L
50 10
10 10
50 30
50 R G 10 G
50 30
3.1 2
3.1 2
2 G 2 G
1 1
B
L
100 50 50
10 10 10
100 100 50
50 G 50 R G 50 R G
100 100 50
3.2 3.2 3.1
3.2 3.2 3.1
3 G 3 G 3 G
2 2 2
B B B
L L
50 100
10 10
30 50
30 G 50 R G
50 100
3.1 3.2
3.1 3.2
1 G 1 G
1 2
50
30
50
30
G
50
3.1
3.1
2 G
1
30 10 30
30 10 50
100 30 100
30 10 30
G G G
100 30 100
3.2 2 3.2
3.2 2 3.2
1 G 1 G 2 G
1 1 2
10 50
50 50
100 100
30 30
G G
100 100
3.2 3.2
3.2 3.2
2 G 2 G
2 2
10
50
100
10
G
100
3.2
3.2
3 G
2
10
50
100
50 R G
100
3.2
3.2
2 G
2
10 10 10
30 30 30
100 50 50
0 0 10
100 50 50
3.2 3.1 3.1
3.2 3.1 3.1
1 G 1 G 1 G
2 1 2
G G G
D
D D
L L L
3
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
2399
nummer Minerale produktenfabrieken n.e.g. C
25, 31 251, 331 251, 331 251, 331 2529, 3311 255, 331
0 1 1a 0 B
255, 331 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311 2561, 3311
B1 0 1 11 12 2 3 4 5 6 7 8
2561, 3311 2562, 3311
9 1
VERVAARD. EN REPARATIE VAN PRODUKTEN VAN METAAL (EXCL. MACH./TRANSPORTMIDD.) Constructiewerkplaatsen - gesloten gebouw - gesloten gebouw, p.o. < 200 m2 Tank- en reservoirbouwbedrijven: Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d. Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen e.d., p.o. < 200 m2 Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven: - algemeen - metaalharden - lakspuiten en moffelen - scoperen (opspuiten van zink) - thermisch verzinken - thermisch vertinnen - mechanische oppervlaktebehandeling (slijpen, polijsten) - anodiseren, eloxeren - chemische oppervlaktebehandeling - emailleren - galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkoperen ed) Overige metaalbewerkende industrie
2562, 3311 259, 331
2 A0
259, 331
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID 50 50 100
GEVAAR 50
G
GROOTST E AFSTAND 100
CAT 3.2 D
30 30
30 30
100 50
30 10
G G
100 50
3.2 3.1
50
30
100
30
G
100
3.2
30
30
50
10
G
50
3.1
50 30 100 50 100 100 30 50 50 100
50 50 30 50 50 50 50 10 10 50
100 100 100 100 100 100 100 100 100 100
50 G 50 G 50 R G 30 R G 50 G 50 G 30 G 30 G 30 G 50 R G
100 100 100 100 100 100 100 100 100 100
3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2
30 10
30 30
100 100
50 30
G G
100 100
3.2 3.2
Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, p.o. <200m2 Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken:
10
30
50
10
G
50
3.1
B
Overige metaalwarenfabrieken n.e.g.; inpandig, p.o. <200 m2
30
30
50
10
G
50
3.1
27, 28, 33 27, 28, 33 27, 28, 33
0 1
VERVAARDIGING VAN MACHINES EN APPARATEN Machine- en apparatenfabrieken incl. reparatie: - p.o. < 2.000 m2
30
30
100
30
G
100
3.2
26, 28, 33 26, 28, 33
A
VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS Kantoormachines- en computerfabrieken incl. reparatie
30
10
30
10
G
30
26, 27, 33 272 293
-
VERVAARDIGING VAN OVER. ELEKTR. MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDH. Accumulatoren- en batterijenfabrieken Elektrotechnische industrie n.e.g.
100 30
30 10
100 30
50 10
G G
100 30
26, 33
-
Tabel 1_3-2
CATEGORIE VERKEER 3.2 2 G
VISUEEL BODEM LUCHT 2
3.2 3.1
2 G 1 G
2 1
B
D
3.2
2 G
2
B
D
3.1
1 G
2
B
3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2
2 1 2 2 2 2 2 2 2 1
G G G G G G G G G G
2 2 2 2 2 2 2 2 2 1
B B B B B B B B B B
D
3.2 3.2
2 G 1 G
2 2
B B
D
3.1
1 G
2
B
3.1
1 G
2
B
3.2
2 G
1
B
2
2
1 G
1
3.2 2
3.2 2
2 G 1 G
2 1
D D D
D
B
L L L L L
L
L
VERVAARDIGING VAN AUDIO-, VIDEO-, TELECOMAPPARATEN EN -BENODIGDH.
4
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
-
nummer
261, 263, 264, 331 2612
26, 32, 33
-
26, 32, 33
A
29 291 293
0
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID
GROOTST E AFSTAND
GEVAAR
30 50
0 10
50 50
30 30
G G
50 50
3.1 3.1
VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. incl. reparatie
30
0
30
0
G
30
VERVAARDIGING VAN AUTO'S, AANHANGWAGENS EN OPLEGGERS Autofabrieken en assemblagebedrijven Auto-onderdelenfabrieken
30
10
100
30 R G
30 100
30 50
50 100
50
30
30 30
VERVAARDIGING VAN TRANSPORTMIDDELEN (EXCL. AUTO'S, AANHANGWAGENS) Scheepsbouw- en reparatiebedrijven: - houten schepen - kunststof schepen Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen: - algemeen Vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven: Rijwiel- en motorrijwielfabrieken Transportmiddelenindustrie n.e.g.
0 1 2 0 1 0
31 310 9524 321 322 323 324 32991 32999
1 2
35
-
35 35
A0 B0
35
B1
PRODUKTIE EN DISTRIB. VAN STROOM, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER Elektriciteitsproduktiebedrijven (electrisch vermogen >= 50 MWe) bio-energieinstallaties electrisch vermogen < 50 MWe: - covergisting, verbranding en vergassing van mest, slib, GFT en reststromen voedingsindustrie
35
B2
- vergisting, verbranding en vergassing van overige biomassa
VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN N.E.G. Meubelfabrieken Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 Fabricage van munten, sieraden e.d. Muziekinstrumentenfabrieken Sportartikelenfabrieken Speelgoedartikelenfabrieken Sociale werkvoorziening Vervaardiging van overige goederen n.e.g.
CATEGORIE VERKEER
CAT
Vervaardiging van audio-, video- en telecom-apparatuur e.d. incl. reparatie Fabrieken voor gedrukte bedrading
30 301, 3315 301, 3315 301, 3315 302, 317 302, 317 303, 3316 309 3099
Tabel 1_3-2
juni 2009
3.1 3.1
2 G 1 G
1 2
2
2
1 G
1
100
3.2
3.2
2 G
2
10 G 50 R G
50 100
3.1 3.2
3.1 3.2
2 G 2 G
1 1
B B
100
30
G
100
3.2
3.2
2 G
2
B
10 30
100 100
30 R G 30 G
100 100
3.2 3.2
D
3.2 3.2
2 G 2 G
2 2
B B
50 0 30 30 30 30 0 30
50 10 10 10 10 10 30 10
100 10 10 30 50 50 30 50
30 0 10 10 30 30 0 30
100 10 30 30 50 50 30 50
3.2
D
3.2 1 2 2 3.1 3.1 2 3.1
2 1 1 2 2 2 1 2
G P G G G G P G
2 1 1 2 2 2 1 2
B
100
50
100
30 R
100
3.2
2 G
1
L
50
50
100
30 R
100
3.2
2 G
1
L
G G G G G P G
2 2 3.1 3.1 2 3.1
D
VISUEEL BODEM LUCHT
D
B B
B
5
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
-
nummer
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID
35 35 35 35 35 35 35 35 35
C0 C1 C2 C3 D0 E1 E2 F0 F1
Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: - < 10 MVA - 10 - 100 MVA - 100 - 200 MVA Gasdistributiebedrijven: - stadsverwarming - blokverwarming windmolens: - wiekdiameter 20 m
36 36 36 36 36 36
A0 A2 B0 B1 B2 0 1 2 3
WINNING EN DITRIBUTIE VAN WATER Waterwinning-/ bereiding- bedrijven: - bereiding met chloorbleekloog e.d. en/of straling Waterdistributiebedrijven met pompvermogen: - < 1 MW - 1 - 15 MW
GROOTST E AFSTAND
GEVAAR
CAT
CATEGORIE VERKEER
VISUEEL BODEM LUCHT
0 0 0
0 0 0
30 C 50 C 100 C
10 30 50
P P P
30 50 100
2 3.1 3.2
2 3.1 3.2
1 P 1 P 1 P
1 1 2
30 10
10 0
100 C 30 C
50 10
P P
100 30
3.2 2
3.2 2
1 P 1 P
2 1
0
0
100 C
30
3.2
1 P
2
10
0
50 C
30
G
50
3.1
3.1
1 G
2
0 0
0 0
30 C 100 C
10 10
P P
30 100
2 3.2
2 3.2
1 P 1 P
1 1
10 10 10 0
30 30 30 10
100 50 50 30
10 10 10 10
G G
100 50 50 30
3.1 3.1 2
3.2 3.1 3.1 2
2 2 2 1
G G G G
2 1 1 1
10 0 50 10
30 0 30 0
100 10 30 30
10 G 10 G 30 R G 0 P
100 10 50 30
3.2 1 3.1 2
3.2 1 3.1 2
1 1 1 3
G G G P
1 1 1 1
30 30
0 0
30 30
50 R P 10 P
50 30
3.1 2
3.1 2
3 P 3 P
1 1
GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING Handelsbemiddeling (kantoren) Grth in akkerbouwprodukten en veevoeders Grth in bloemen en planten Grth in levende dieren Grth in huiden, vellen en leder
0 30 10 50 50
0 30 10 10 0
0 P 30 R G 0 G 0 G 0 G
10 50 30 100 50
1 3.1 2 3.2 3.1
1 3.1 2 3.2 3.1
1 2 2 2 2
P G G G G
1 2 1 1 1
46217, 4631
Grth in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen
30
10
30
50 R G
50
3.1
3.1
2 G
1
4632, 4633 4634 4635
Grth in vlees, vleeswaren, zuivelprodukten, eieren, spijsoliën Grth in dranken Grth in tabaksprodukten
10 0 10
0 0 0
30 30 30
50 R G 0 G 0 G
50 30 30
3.1 2 2
3.1 2 2
2 G 2 G 2 G
1 1 1
41, 42, 43 41, 42, 43 41, 42, 43 41, 42, 43 41, 42, 43
45, 47 45204 45204 45204 45205 473 473 473
A B C
46 461 4621 4622 4623 4624
-
Tabel 1_3-2
0 2 3
0
BOUWNIJVERHEID Bouwbedrijven algemeen: b.o. > 2.000 m² - bouwbedrijven algemeen: b.o. <= 2.000 m² Aannemersbedrijven met werkplaats: b.o. > 1000 m² - aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m² HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; BENZINESERVICESTATIONS Autoplaatwerkerijen Autobeklederijen Autospuitinrichtingen Autowasserijen Benzineservisestations: - met LPG < 1000 m3/jr - zonder LPG
10 50 30 100 C 30
100
B B B
B B B B
B
L
B B
6
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
4636 4637 4638, 4639 464, 46733 46499 46499 46499 46499 46711 4673 4673 46735 46735 4674 4674 46751 46752 4676 4677 4677 4677
nummer
0 1 2 5 1 0 1 5 6 1 2
0 1 0
4677 466 466 466
1 0 1 2
466, 469 55
-
55 562
-
49 491, 492 491, 492 493 493 493
0 1
494
0
494 495
1
50, 51
-
Tabel 1_3-2
Grth in suiker, chocolade en suikerwerk Grth in koffie, thee, cacao en specerijen Grth in overige voedings- en genotmiddelen Grth in overige consumentenartikelen Grth in vuurwerk en munitie: - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag 10 tot 50 ton - munitie - klein, lokaal verzorgingsgebied Grth in hout en bouwmaterialen: - algemeen: b.o. > 2000 m² - algemeen: b.o. > 200 m² - algemeen: b.o. <= 200 m² - algemeen: b.o. > 2.000 m² - algemeen: b.o. < = 2.000 m² Grth in chemische produkten Grth in kunstmeststoffen Grth in overige intermediaire goederen Autosloperijen: b.o. > 1000 m² - autosloperijen: b.o. <= 1000 m² Overige groothandel in afval en schroot: b.o. > 1000 m² - overige groothandel in afval en schroot: b.o. <= 1000 m² Grth in machines en apparaten: - machines voor de bouwnijverheid - overige Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d.
LOGIES-, MAALTIJDEN- EN DRANKENVERSTREKKING Cateringbedrijven VERVOER OVER LAND Spoorwegen: - stations Bus-, tram- en metrostations en -remises Taxibedrijven Touringcarbedrijven Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. > 1000 m² - Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks) b.o. <= 1000 m² Pomp- en compressorstations van pijpleidingen
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID 10 10 30 30 10 30 10 10 30 10 10 30
GEVAAR 0 0 10 10
G G G G
GROOTST E AFSTAND 30 30 30 30
CATEGORIE VERKEER 2 2 G 2 2 G 2 2 G 2 2 G
CAT 2 2 2 2
VISUEEL BODEM LUCHT 1 1 1 1
10 10 0 10
0 0 0 50
30 30 30 50
10 V G 50 V G 30 G 30 P
30 50 30 50
2 3.1 2 3.1
2 3.1 2 3.1
2 2 2 2
G G G P
1 1 1 2
0 0 0 0 0 50 30 10 10 10 10
10 30 10 0 0 10 30 10 30 10 30
50 100 30 50 30 30 30 30 100 50 100
10 G 0 G 0 G 10 G 0 G 100 R G 30 R G 10 G 30 G 10 G 10 G
50 100 30 50 30 100 30 30 100 50 100
3.1 3.2 2 3.1 2 3.2 2 2 3.2 3.1 3.2
3.1 3.2 2 3.1 2 3.2 2 2 3.2 3.1 3.2
2 2 1 2 1 2 1 2 2 2 2
G G G G G G G G G G G
2 2 1 2 1 2 1 2 2 2 2
B B B
10
10
50
10
B
0 0
10 10
100 50
0
0
30
10
0
30 C
0 0 0 10
0 10 0 0
0
0
0 0
0 0
D
D
50
3.1
3.1
2 G
2
10 0
G G G G
100 50
3.2 3.1
3.2 3.1
2 G 2 G
2 1
0
G
30
2
2
2 G
1
G/P
30
2
2
1 G/P
1
50 R P 0 P 0 P 0 G
100 100 30 100
3.2 3.2 2 3.2
3.2 3.2 2 3.2
3 2 2 2
P P P G
2 2 1 1
100 C
30
G
100
3.2
3.2
3 G
1
50 C 30 C
30 10
G P
50 30
3.1 2
3.1 2
2 G 1 P
1 1
100 100 30 100
C C C C
10
D D
D
B
B
VERVOER OVER WATER / DOOR DE LUCHT
7
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
50, 51
nummer Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren) A
52 52241 52242 52242 52102, 52109 5221 5222 5229
0 0 2 A 1
53 531, 532 61 61
A B0
61 64, 65, 66
B1 A
41, 68 41, 68 7711
A
7712, 7739 773 772
DIENSTVERLENING T.B.V. HET VERVOER Laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. zeeschepen: Laad-, los- en overslagbedrijven t.b.v. binnenvaart: - stukgoederen Distributiecentra, pak- en koelhuizen Autoparkeerterreinen, parkeergarages Overige dienstverlening t.b.v. vervoer (kantoren) Expediteurs, cargadoors (kantoren) POST EN TELECOMMUNICATIE Post- en koeriersdiensten Telecommunicatiebedrijven zendinstallaties: - LG en MG, zendervermogen < 100 kW (bij groter vermogen: onderzoek!) Banken, verzekeringsbedrijven, beurzen VERHUUR VAN EN HANDEL IN ONROEREND GOED Verhuur van en handel in onroerend goed Personenautoverhuurbedrijven Verhuurbedrijven voor transportmiddelen (excl. personenauto's) Verhuurbedrijven voor machines en werktuigen Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g.
62 62 58, 63
A B
COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE Computerservice- en informatietechnologie-bureau's e.d. Datacentra
72 721 722
-
SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek
63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 63, 69tm71, 73, 74, 77, 78, 80tm82 812 74203 82992
-
OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING
A
Overige zakelijke dienstverlening: kantoren Reinigingsbedrijven voor gebouwen Foto- en filmontwikkelcentrales Veilingen voor huisraad, kunst e.d.
84
-
Tabel 1_3-2
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID 0 0 10
P
GROOTST E AFSTAND 10
50 R G 50 R G 0 P 0 P 0 P
100 50 30 10 10
3.2 3.1 2 1 1
GEVAAR 0
CATEGORIE VERKEER 1 2 P
CAT 1
0 30 10 0 0
10 10 0 0 0
100 50 C 30 C 10 10
0 0
0 0
30 C 10 C
0 0
P P
30 10
2 1
0 0
0 0
0 C 10 C
100 0
P
100 10
0 10
0 0
10 30
0 10
P P
10 10 10
0 0 10
50 50 30
10 10 10
0 0
0 0
G G P P P
2 2 1 1 1
2 1
2 P 1 P
1 1
1
3.2 1
1 P 1 P
2 1
10 30
1 2
1 2
1 P 2 P
1 1
G G G
50 50 30
3.1 3.1 2
3.1 3.1 2
2 G 2 G 2 G
1 1 2
0 0
P
10 30
1
1 2
1 P 1 P
1 1
30 0
10 0
30 10
30 R P 0 P
30 10
2 1
2 1
1 P 1 P
1 1
0 50 10 0
0 10 0 0
10 30 30 C 10
0 30 10 0
10 50 30 10
1 3.1 2 1
2 1 2 2
1 1 1 1
10 30 C
P P G P
D D
D
D D D
D D
3.2 3.1 2 1 1
1 3.1 2 1
2 2 3 2 1
VISUEEL BODEM LUCHT 1
P P G P
B L
B
B B
OPENBAAR BESTUUR, OVERHEIDSDIENSTEN, SOCIALE VERZEKERINGEN
8
Bijlage 1 Richtafstandenlijsten
OMSCHRIJVING
SBI-2008
84 8425 37, 38, 39 3700 3700 381 381 382 382 382 382 382 382 94 941, 942 94991 96 96011 96011 96012 96013 96013 9602 9603 9603 96031 96032 9313, 9604 9609 9609
Tabel 1_3-2
nummer Openbaar bestuur (kantoren e.d.) A Brandweerkazernes A0 B A B A0 A2 A4 A5 C0 C3 B A B A B 0 1 2 3 A B
MILIEUDIENSTVERLENING RWZI's en gierverwerkingsinricht., met afdekking voorbezinktanks: rioolgemalen Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven e.d. Gemeentewerven (afval-inzameldepots) Afvalverwerkingsbedrijven: - kabelbranderijen - pathogeen afvalverbranding (voor ziekenhuizen) - oplosmiddelterugwinning Composteerbedrijven: - belucht v.c. < 20.000 ton/jr DIVERSE ORGANISATIES Bedrijfs- en werknemersorganisaties (kantoren) Hondendressuurterreinen OVERIGE DIENSTVERLENING Wasserijen en strijkinrichtingen Tapijtreinigingsbedrijven Chemische wasserijen en ververijen Wasverzendinrichtingen Wasserettes, wassalons Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten Begrafenisondernemingen: - uitvaartcentra - begraafplaatsen - crematoria Fitnesscentra, badhuizen en sauna-baden Dierenasiels en -pensions Persoonlijke dienstverlening n.e.g.
juni 2009
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
GEUR STOF GELUID 0 0 10 0 0 50 C
GEVAAR 0 0
P G
GROOTST E AFSTAND 10 50
CATEGORIE VERKEER 1 2 P 3.1 1 G
CAT 1 3.1
VISUEEL BODEM LUCHT 1 1
30 50 30
0 30 30
10 C 50 50
0 10 G 30 R G
30 50 50
3.1 3.1
2 3.1 3.1
1 P 2 G 2 G
1 1 1
100 50 100
50 10 0
30 30 10
10 G 10 G 30 R G
100 50 100
3.2 3.1 3.2
3.2 3.1 3.2
1 G 1 G 1 G
1 2 2
B
100
100
100
10
G
100
3.2
3.2
2 G
2
B
0 0
0 0
10 50
0 0
P P
10 50
1 3.1
1 3.1
1 P 1 P
1 1
30 30 30 0 0 0
0 0 0 0 0 0
50 C 50 30 30 10 10
30 G 30 G 30 R G 0 G 0 P 0 P
50 50 30 30 10 10
3.1 3.1 2 2 1 1
3.1 3.1 2 2 1 1
2 2 2 1 1 1
G G G G P P
1 1 1 1 1 1
0 0 100 10 30 0
0 0 10 0 0 0
10 10 30 30 C 100 C 10 C
10 10 100 30 100 10
1 1 3.2 2 3.2 1
1 1 3.2 2 3.2 1
2 2 2 1 1 1
P P P P P P
1 1 2 1 1 1
0 0 10 0 0 0
P P P P P P
D
D
B B
B
L L L
L L
L
9
Kern Swalmen
Bijlage 3 Parkeernormen
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
87
Kern Swalmen
88
"Kern Swalmen" (vastgesteld)
Functie
Cen-
Over-
Rest be-
trum
loop-
bouwde
Per eenheid
Aandeel bezoe-
gebied
kom
kers
1,7
1,8
2,1
woning
0,3
1,5
1,7
1,9
woning
0,3
1,3
1,5
1,7
woning
0,3
0,6
0,6
0,6
woning
0,3
0,2
0,4
0,6
kamer
0,2
Woning duur Woning midden Woning goedkoop Serviceflat / aanleunwoning Kamer verhuur Binnenstad / hoofdwinkelgebied 2
85%
2
85%
2
85%
2
85%
2
20%
2
5%
2
5%
2
5%
2
35%
2
10%
2
90%
2
80%
2
95%
3,3
-
-
100 m bvo
3,3
3,3
3,3
100 m bvo
-
6,5
7,0
100 m bvo
3,3
3,3
3,3
100 m bvo
2,6
3,1
100 m bvo
1,6
1,8
100 m bvo
Wijk- en dorpscentra Grootschalige detailhandel (Week)markt Kantoor met baliefunctie 2,0 Kantoor zonder baliefunctie 1,4
Arbeidsextensieve / bezoekersextensieve bedrijven 0,6
0,7
0,9
100 m bvo
Arbeidsintensieve / bezoekersextensieve bedrijven 1,5
2,0
2,7
100 m bvo
Arbeidsexstensieve / bezoekersintensieve bedrijven 1,1
1,3
1,7
100 m bvo
1,3
1,3
100 m bvo
Bedrijfsverzamelgebouw 1,3
Café / bar / discotheek / cafetaria 5,0
5,0
6,0
100 m bvo
9,0
9,0
13,0
100 m bvo
0,8
1,1
100 m bvo
0,4
zitplaats
Restaurant Museum / bibliotheek 0,6
Bioscoop / theater / schouwburg 0,3
0,3
Functie
Cen-
Over-
Rest be-
trum
loop-
bouwde
Per eenheid
Aandeel bezoe-
gebied
kom
kers
2,0
2,3
2,8
100 m bvo
95%
20,0
20,0
20,0
ha. netto
95%
Sporthal (binnen) 2
Sportveld (buiten) terrein Dansstudio / sportschool 2
3,5
3,5
3,5
100 m bvo
95%
1,3
1,3
1,3
baan
90%
2,5
2,5
2,5
baan
90%
-
-
7,0
hole
95%
2,0
2,0
2,0
baan / tafel
95%
0,1
0,1
0,1
zitplaats
99%
5,0
6,0
7,0
100 m bvo
9,0
10,0
11,0
100 m opp
Squashbanen Tennisbanen Golfbaan Bowlingbaan / biljartzaal Stadion Evenementenhal 2
99%
2
90%
Zwembad bassin Themapark / pretpark 8,0
8,0
8,0
ha terrein
99%
7,5
7,5
7,5
100 m bvo
90%
-
-
0,4
box
90%
2,0
2,0
2,0
100 m bvo
1,6
1,6
1,6
bed
0,6
0,6
wooneenheid
60%
behandelka-
65%
Overdekte speeltuin / -hal 2
Manege Cultureel centrum / wijkgebouw 2
90%
Ziekenhuis Verpleeg / verzorgingstehuis 0,6
Arts / maatschap / kruisgebouw / therapeut 1,8
1,8
1,8
mer WO / HBO-dag (Totale parkeervraag = collegezaal + leslokaal) 20,0
20,0
20,0
collegezaal
Functie
Cen-
Over-
Rest be-
trum
loop-
bouwde
Per eenheid
Aandeel bezoe-
gebied
kom
kers
MBO (ROC) / WO / HBO-dag (Totale parkeervraag = collegezaal + leslokaal) 6,0
6,0
6,0
leslokaal
Voorbereidend beroepsonderwijs (VWO, HAVO, VBO) - dag 0,8
0,8
0,8
leslokaal
0,8
0,8
0,8
student
0,8
0,8
0,8
leslokaal
Avondonderwijs Basisonderwijs Crèche / peuterspeelzaal / kinderdagverblijf 0,7
0,7
0,7
arbeidsplaats
1,0
1,0
1,0
kamer
-
-
0,3
perceel
0,2
0,2
0,2
zitplaats
22,5
22,5
Hotel Volkstuin Religiegebouw Begraafplaats / crematorium 22,5
gelijktijdige crematie